Jaarverantwoording 2013 2013 Jaarverantwoording Maatschappelijkverslag verslag Maatschappelijk MediantGGZ GGZ Mediant
Jaarverantwoording 2013 Maatschappelijk verslag Mediant GGZ
Inhoudsopgave Voorwoord Raad van Bestuur 8 Voorwoord Raad van Toezicht 9
Hoofdstuk 1: Uitgangspunten voor de verslaggeving 11 Hoofdstuk 2: Profiel van de organisatie 13
2.1 Algemene identificatiegegevens 13
2.2 Structuur van het concern 13 2.2.1 Juridische structuur en toelatingen 13 2.2.2 Organisatorische structuur 13 2.2.3 Leidingstructuur 16 2.2.4 Gelieerde rechtspersonen 17 2.3 Kerngegevens 18 2.3.1 Kernactiviteiten 18 2.3.2 Cliënten, capaciteit, productie, personeel en opbrengsten 18 2.3.3 Werkgebied 19 2.3.4 Samenwerkingsrelaties 20
Hoofdstuk 3: Governance 23 3.1 Bestuur 23 3.1.1 Raad van Toezicht 23 3.1.2 Raad van Bestuur 25 3.1.3 Governancecode 25 3.2 Bedrijfsvoering 26 3.2.1 Algemeen 26 3.2.2 Beleid- en control-cyclus 26 3.2.3 ICT 29 3.2.4 Risicomanagement 30 3.3 Adviesraden 32 3.3.1 Cliëntenraad 32 3.3.2 Ondernemingsraad 35 3.3.3 Contactfunctionaris familie 35 3.3.4 Overzicht commissies 36
Hoofdstuk 4: Visie, beleid en prestaties 39
4.1 Missie en visie
39
4.2 Algemeen beleid verslagjaar 39 4.2.1 Beleidskaders 2013 39 4.2.2 Realisatie 2013 40 4.2.3 Vervolg in 2014 44 4.3 Algemeen kwaliteitsbeleid 44 4.3.1 Gehanteerde kwaliteitsmanagement systeem 44 4.3.2 Certificaten/labels of accreditaties 44 4.3.3 Kwaliteit van informatie en registratie, gegevensbeveiliging 45 4.3.4 Kwaliteit van gebouwen 45 4.4 Kwaliteitsbeleid ten aanzien van cliënten 45 4.4.1 Kwaliteit van zorg 46 4.4.2 Klachten en klachtencommissie 48 4.4.3 Toegankelijkheid en wachttijden 50 4.4.4 Patiënten Vertrouwens Persoon 50 4.4.5 Veiligheid 51 4.4.6 Inspectie voor de Gezondheidszorg 51 4.5 Kwaliteit ten aanzien van medewerkers 52 4.5.1 Personeelsbeleid 52 4.5.2 Wetenschappelijk onderzoek 56 4.5.3 Onderwijs 56
4.6 Samenleving en belanghebbenden
58
4.7 Financieel beleid 60 4.7.1 Hoofdlijn 60 4.7.2 Complexiteit dbc-systematiek 61 4.7.3 Ontwikkeling opbrengsten 61 4.7.4 Vermogen en resultaat 62 4.7.5 Liquiditeit 63 4.7.6 Investeringsprogramma 63 4.7.7 Stresstest financiële gezondheid 63 Bijlage 1: Overzicht nevenfuncties RvB en RvT-leden 2013 67 Bijlage 2: Overzicht van samenwerkingsrelaties, overeenkomsten en convenanten 69 Bijlage 3: Bemoeizorg 2013 73
Voorwoord Raad van Bestuur Voor u ligt het Verslag Maatschappelijke Verantwoording (kortweg Jaarverslag) 2013. We hebben dit verslag als titel meegegeven ‘Sterk in Verbinding’ waarmee de essentie van 2013 wordt weergegeven. Sterke verbinding is onder andere terug te vinden in de vele samenwerkingen die zijn aangegaan. Door de verdere invoering van zorgpaden is het zorgaanbod binnen Mediant nog beter met elkaar verbonden en door het verder ontwikkelen van ICT toepassingen, sluit bijvoorbeeld E-health nog beter aan op de reguliere zorg. Wijzigingen in budgetten en geldstromen zorgden in 2013 voor een flinke transformatie in het zorglandschap waarin een grotere (regie-)rol voor gemeenten en verwijzers is weggelegd. Ook hier zocht en zoekt Mediant de verbinding door samen te werken en constructief mee te denken met gemeenten en verwijzers. Daarnaast is samenwerking gezocht met Ziekenhuisgroep Twente (ZGT) en zorginstellingen zoals Jarabee en Ambiq. Maar ook met Carintreggeland ondertekende Mediant een intentieverklaring tot samenwerking. Mediant is in 2013 gestart met de uitvoering van pilots samen met huisartsenpraktijken in Oldenzaal en Enschede voor het bieden van Generalistische Basis GGZ in de huisartsenpraktijk. Door intern goed samen te werken en digitale processen met de praktijk te verbinden wist Mediant met haar ROM-metingen de voorloperpositie te handhaven. Samen met Stichting Informele Zorg Twente is in 2013 een project gestart om de samenwerking en verbinding met familie te versterken, dit loopt door in 2014. Hoogtepunten in 2013 waren het positieve advies en inmiddels de hernieuwde erkenning van Mediant als opleidingsplaats voor psychiaters én het besluit tot nieuwbouw voor de Acute Psychiatrie. Het was een jaar vol positieve resultaten, ontwikkelingen en veranderingen waarbij verbinding duidelijk een grote rol heeft gespeeld. Een jaar waarin we samen enorm veel bereikt hebben en door het proactieve beleid van 2013 kan Mediant in 2014 met hetzelfde budget aan de slag, met nog ruimte voor nieuwe initiatieven. Graag spreken wij op deze plaats onze dank en waardering uit naar alle medewerkers en vrijwilligers van Mediant en aan iedereen buiten Mediant die ons de ruimte en het vertrouwen hebben gegeven om deze resultaten te behalen.
Peter Turpijn, voorzitter Raad van Bestuur
8
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Henk van den Berg, lid Raad van Bestuur/geneesheer-directeur
Voorwoord Raad van Toezicht Het begint inmiddels een aardige reeks te worden. En dan bedoelen we de titels van de Jaardocumenten Maatschappelijke Verantwoording over de laatste jaren. Samen vertellen ze met steekwoorden de hoofdlijnen van ontwikkeling. In 2010 was ‘Gewoon Goede Zorg in Twente’ de basis, om in 2011 ‘Voortvarend op Koers’ te liggen. Zowel op het gebied van zorgverlening als bedrijfsvoering werd een stabiele organisatie neergezet en eind 2012 was Mediant dan ook ‘Klaar voor de toekomst’, met als kanttekening dat dit niet betekende dat Mediant rustig achterover kon leunen. Het is dan plezierig om als Raad van Toezicht te kunnen constateren dat vrijwel iedereen binnen Mediant zich verbonden voelt en dat Mediant voortdurend de verbinding zoekt om mee te gaan in en constructief bij te dragen aan externe ontwikkelingen. We hebben gezien dat met veel openheid, inzet en optimisme de beleidslijnen voor de komende jaren zijn vastgelegd in een nieuw meerjarenbeleidsplan. En we hebben gezien dat in het verslagjaar 2013 Mediant zowel intern als extern ‘Sterk in Verbinding’ was. Met als kroon op het werk dat Mediant het jaar in vele opzichten positief kon afsluiten. Graag spreken we onze waardering uit voor iedereen die hieraan heeft bijgedragen. Dankzij ieders inzet konden onze cliënten de zorg krijgen die ze nodig hadden, en kon Mediant constructief meebewegen met de vele maatschappelijke ontwikkelingen. Een woord van dank en waardering ook voor zorgverzekeraars, inspectie en ketenpartners, die ons telkens scherp houden en in staat stellen om steeds verder te verbeteren.
Q.A.J. (Ton) Swagerman, voorzitter Raad van Toezicht
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
9
UITGANGSPUNTEN VOOR DE VERSLAGGEVING
10
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Hoofdstuk 1: Uitgangspunten voor de verslaggeving Sinds 2012 bestaat geen wettelijke verplichting meer voor zorginstellingen om een Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording op te stellen of te publiceren. Mediant kiest er echter voor om publicatie te continueren omdat het document ook een goed instrument is om aan medewerkers, externe relaties en andere belanghebbenden (‘stakeholders’) verantwoording af te leggen over de organisatie, het beleid, de inzet van middelen en de resultaten. Bij het opstellen van dit verslag is gebruik gemaakt van het format Jaarverantwoording Zorginstellingen 2011, zoals aangereikt door het Ministerie van VWS en de adviezen zoals neergelegd in de brochure “Eye on jaarverslag zorg. Het jaarverslag voor de zorgsector”, door EY.
Met dit jaardocument legt Mediant zowel inhoudelijk als financieel verantwoording af over het verslagjaar 2013. In deze ‘papieren’ versie zijn het maatschappelijk verslag en de financiële verantwoording opgenomen. Via DigiMV is aanvullende digitale informatie met betrekking tot de kern- en productiegegevens, gebaseerd op de landelijk vastgestelde prestatie-indicatoren, aangeleverd. De informatie heeft alleen betrekking op Mediant Stichting voor Geestelijke Gezondheidszorg Oost- en MiddenTwente. Daar waar Mediant relaties heeft met andere rechtspersonen wordt dat in het verslag vermeld. De Jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de richtlijnen Regeling Verslaglegging WTZi (Wet Toelating Zorginstellingen), de Kwaliteitswet Zorginstellingen, de Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens (WOPT) en de afspraken binnen de Brancheorganisatie Zorg (BOZ), neergelegd in de Zorgbrede Governancecode. Richtlijn voor de lezer: n Indien uw belangstelling voornamelijk uitgaat naar de wijze waarop Mediant is georganiseerd: U vindt deze informatie in hoofdstuk 2. n Wilt u meer weten over de governancecode en de wijze waarop de inspraak van onder andere cliënten en medewerkers is geregeld: U vindt dat in hoofdstuk 3. n In hoofdstuk 4 vindt u de visie en missie van Mediant en datgene wat in 2013 inhoudelijk is gerealiseerd. n Hoofdstuk 4 sluit af met paragraaf 4.7: De resultaten op het financiële vlak. Het jaardocument is door de Raad van Bestuur vastgesteld en door de Raad van Toezicht goedgekeurd op 28 mei 2014.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
11
PROFIEL VAN DE ORGANISATIE
12
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
HOOFDSTUK 2: PROFIEL VAN DE ORGANISATIE 2.1 Algemene identificatiegegevens Naam verslagleggend rechtspersoon
Mediant Stichting voor Geestelijke Gezondheidszorg Oost- en Midden-Twente
Adres
Broekheurnering 1050
Postcode
7546 TA
Plaats
Enschede
Telefoonnummer
053-4755 755
Nummer Kamer van Koophandel
06089356
E-mailadres
[email protected]
Website
www.mediant.nl
2.2 Structuur van het concern 2.2.1 Juridische structuur en toelatingen Mediant is een instelling voor geestelijke gezondheidszorg, voortgekomen uit een fusie tussen Riagg-Midden Twente (Hengelo e.o.), Riagg De Hagen (Enschede e.o.) en het Twents Psychiatrisch Ziekenhuis Helmerzijde. De fusie is op 7 september 1999 statutair vastgelegd. Mediant is toegelaten voor ZVW en alle voor de GGZ relevante AWBZ-functies. De klinische locaties Helmerzijde en Scherpenzeelhoek (Enschede) en de Opmaat (Hengelo) zijn erkende BOPZ-locaties.
2.2.2 Organisatorische structuur Inhoudelijke ordening Mediant is georganiseerd naar zorgcircuits en beweegt voortdurend mee met actuele en verwachte ontwikkelingen binnen de zorg. Anticiperend op de komende transformatie van Jeugdzorg en versterking van de Generalistische Basis GGZ is in 2013 een ontwikkeling in gang gezet welke leidt tot een duidelijke positionering van deze Generalistische Basis GGZ binnen Mediant. Deze ontwikkeling zal zich in 2014 voortzetten. Op 1 januari 2014 is de ordening als volgt. 1. Circuit Jeugd, POH-GGZ en PACT In de nieuwe circuit structuur zijn, naast het cluster Jeugd, specifieke ‘voordeur-activiteiten’ van Mediant dicht bij elkaar gebracht, te weten: n POH-GGZ: de praktijkondersteuning voor huisartsen (samen met Stichting THOON, zie elders in dit verslag). n Psychodiagnostiek en Advies Centrum Twente (PACT). Deze activiteiten richten zich expliciet op versterking van de huisartsenzorg. De functies POH-GGZ en PACT richten zich bovendien op alle leeftijden. 2. Circuit Acute Zorg Onder dit circuit vallen de 24/7 crisisdienst, het voordeurteam, het bemoeizorgteam, ACT complexe zorg en de opname-afdelingen van (ziekenhuis-)locatie Helmerzijde. 3. Circuit Curatieve Zorg Binnen dit circuit vallen de behandelcentra voor angst- en stemmingsstoornissen, eetstoornissen, psychotrauma, persoonlijkheidsproblematiek alsook dagbehandelingscentrum De Bremmele en het Centrum voor klinische psychotherapie De Wieke.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
13
4. Circuit Sociaal Psychiatrisch Behandelcentrum (SPB). Dit circuit biedt psychiatrische behandelingen voor cliënten met ernstige psychiatrische aandoeningen (EPA). Het omvat onder meer de volgende onderdelen: n De FACT-teams (FACT = Function Assertive Community Treatment). ABC Twente, Centrum voor jongeren met een psychose. n Het Centrum voor Ontwikkelingsstoornissen. Dit circuit werkt zoveel mogelijk ambulant, zo nodig bestaat de mogelijkheid van een klinische opname. Het accent ligt op behandeling van volwassen cliënten. 5. Circuit Ouderen Binnen dit circuit valt het volledige zorgaanbod voor alle cliënten van 60 jaar en ouder. Het circuit omvat zowel klinische, deeltijd als ambulante mogelijkheden. Het Centrum voor Neuropsychiatrie behoort organisatorisch tot dit circuit. 6. Circuit Herstel Het accent binnen het circuit Herstel ligt op resocialisatie en rehabilitatie van cliënten die al langere tijd in zorg zijn en voor wie begeleiding of training op het gebied van onder meer wonen en werken van groot belang zijn. Dit circuit kent enkele klinische (woon)afdelingen en dagbesteding en arbeidstrainingsactiviteiten. Een ordening naar aanbod per leeftijdscategorie laat het volgende beeld zien: Leeftijd tot 18 jaar n Circuit Jeugd biedt onderzoek, behandeling en begeleiding aan kinderen/jongeren tot 18 jaar. Onderdelen van dit circuit zijn: − Team Kinderen, 0-12 jaar. − Team Jongeren, 12-18 jaar. − Team Intensieve Psychiatrische Gezinsbehandeling (IPG). Leeftijd 18 tot 60 jaar n De circuits Acute Zorg en Curatieve Zorg bieden diverse vormen van ggz voor cliënten in de leeftijdscategorie 18 – 60 jaar. Cluster ‘Acute zorg’: − Centrum voor Spoedeisende hulp en OGGZ (alle leeftijden) o 24/7-crisisdienst, tevens voordeurteam. o Bemoeizorgteam. o ACT-complexe zorg. − Gesloten Opname Afdeling (klinische afdeling). − Opname en Kortdurende Behandeling (klinische afdeling). Cluster Curatieve zorg: − Centrum voor Stemmings- en Angststoornissen waaronder Bipolaire stoornissen. − Centrum voor Persoonlijkheidsproblematiek. − Centrum voor Psychotrauma. − Balanz, Centrum voor Eetstoornissen Twente. − Centrum voor Deeltijdbehandeling, De Bremmele. − Centrum voor Klinische Psychotherapie, De Wieke.
14
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
n Circuit Sociaal Psychiatrische Behandeling (SPB) − Ambulant FACT-team Enschede-Zuid. − Ambulant FACT-team Enschede-Noord. − Ambulant FACT-team Enschede-West. − Ambulant FACT-team Enschede-Centrum/Oost. − Ambulant FACT-team Hengelo-Midden/Zuid. − Ambulant FACT-team Hengelo-Noord. − ABC Twente, Centrum voor jongeren met een psychose. − Centrum voor Ontwikkelingsstoornissen. − Klinische voorzieningen: - Gesloten Behandel Afdeling - Gestructureerd Wonen - Afdeling 31 (Opname ABC Twente) - Afdeling Intensieve Zorg - Afdeling Medium Zorg - Afdeling WBT (Wonen Begeleiding en Training) - Afdeling 33-35 (Opname FACT) n Circuit Herstelondersteunende Zorg − Centrum Maatschappelijke Ondersteuning. Esrein, Hengelo. − Leerwerkbedrijf/Grafische afdeling. Wegtersweg 14, Hengelo. − Leerwerkbedrijf/inloop en activiteiten. Zuiderspoorstraat, Enschede. − Kunstwerkplaats Deep Yellow. Steijnstraat, Hengelo. − Afdeling voor Wonen, Begeleiden en Trainen (WBT), locatie De Opmaat. (per 01-01-2014 onderdeel van circuit SPB). − Idem WBT Helmerzijde. − Idem WBT Scherpenzeelhoek. − Extramuraal zorgproject. Leeftijd 60 jaar en ouder n Circuit Ouderenpsychiatrie Circuit Ouderenpsychiatrie heeft met ingang van 1 november 2013 het circuit ingedeeld in 2 zorgstraten: n Zorgstraat functionele psychiatrie: ambulant/deeltijd en kliniek Vijverzijde en Drienerzijde. n Zorgstraat cognitieve stoornissen: ambulant/kliniek Poelzijde. Leeftijd volwassenen en ouderen − Centrum voor Neuropsychiatrie (Niet Aangeboren Hersenletsel), locatie Helmerzijde, Enschede. Specifieke functies voor alle leeftijden n Psychodiagnostiek en Advies Centrum Twente (PACT), Enschede. Ondersteunende diensten: n Personeel & Organisatie en Opleiding. n Financiën, Control en ICT. n Facilitaire Zaken en Vastgoed. n Bestuursbureau. n PR & Communicatie.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
15
2.2.3 Leidingstructuur Duale leiding Mediant heeft gekozen voor een duale lijnorganisatie met drie besturingslagen. Zorgonderdelen worden ‘duaal’ aangestuurd, met op elk niveau een manager met als eerste aandachtsgebied de organisatie en bedrijfsvoering, en een manager/professional, met als eerste aandachtsgebied de zorg. Gezamenlijk zijn ze verantwoordelijk voor de integrale leiding. Het management rapporteert aan de (eveneens duale) Raad van Bestuur. De drie managementlagen zien er als volgt uit: n Raad van Bestuur: voorzitter en psychiater, tevens geneesheer-directeur. n Circuitniveau: manager organisatie- en bedrijfsvoering en manager behandelzaken/professional *). n Teamniveau: teammanager en programmamanager/professional *). *) De functies manager behandelzaken/professional en programmamanager/professional zijn beide parttime functies en vormen maximaal 50% van het dienstverband. Voor het overige dienstverband is de medewerker werkzaam als behandelaar.
Overlegstructuur n Maandelijks is er een managementoverleg ‘algemeen’ waar alle managers van de 2e stuurlaag en de Raad van Bestuur aan deelnemen. n Maandelijks is er een managementoverleg ‘bedrijfsvoering’ (onder voorzitterschap van voorzitter Raad van Bestuur) en een ‘managementoverleg zorg’, voorgezeten door de Bestuurder/geneesheerdirecteur. n Daarnaast vinden per circuit bilaterale overleggen plaats tussen de managers 2e stuurlaag en Raad van Bestuur. In dit overleg wordt de voortgang per bedrijfsonderdeel besproken. Besluitvorming vindt plaats in de duale lijn. Management overleggen hebben een functie in de voorbereiding van besluiten (opinies, draagvlak, uitvoerbaarheid) en een taak in de operationele afstemming. Hierdoor is een effectieve, samenhangende, laagdrempelige en snelle besluitvorming mogelijk. Rapportage Elke managementlaag heeft toegang tot het Managementinformatiesysteem. Deze wordt wekelijks geactualiseerd. Voor de Raad van Toezicht wordt maandelijks een kernrapportage opgesteld. De kwartaalrapportage geeft een uitgebreidere analyse en geeft inzicht in de totale prestaties en risico’s van Mediant. De rapportages aan de Raad van Toezicht zijn ook beschikbaar voor Ondernemingsraad en Cliëntenraad. De bevindingen van de rapportages worden in de MO’s (Management Overleg) en de bilaterale overleggen besproken. Proces Met deze combinatie van organisatiestructuur, beleidscyclus, overlegstructuur en rapportages wordt adequaat op verwachte ontwikkelingen, wijzigingen en risico’s geanticipeerd en (bij)gestuurd. Welke (bedrijfs-)risico’s in het verslagjaar aan de orde waren, zijn vermeld in paragraaf 3.2.4.
16
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Organogram Mediant per 31.12.2013 1 Raad van Toezicht Q.A.J Swagerman (voorzitter)
Ondernemingsraad
Cliëntenraad Raad van Bestuur Secretariaat Raad van Bestuur
Bureau Geneesheer-directeur
P. Turpijn (voorzitter)
H. van den Berg
H. van den Berg
Circuit Preventie, Jeugd en PACT G. Parel (manager Bedrijfsvoering) Clusters: Preventie en Jeugd: Circuit Sociaal Psychiatrische Behandeling
A. Kathöfer (manager Behandelzaken)
-G. Geuke (manager Bedrijfsvoering)
Cluster PACT:
-A. Wessels (manager Behandelzaken)
H. van den Berg (manager Behandelzaken)
Circuit Curatieve Zorg
Circuit Ouderen
P. Deursen (manager Bedrijfsvoering)
M. Hooch Antink (manager Bedrijfsvoering)
R. Panjer (manager Behandelzaken)
L. Verlinde (manager Behandelzaken)
Circuit Acute Zorg
Circuit Herstel Ondersteunende Zorg
M. Hooch Antink (manager Bedrijfsvoering)
J. Smit (manager Bedrijfsvoering)
W. Snelleman (manager Behandelzaken)
S. Krüger (manager Behandelzaken)
Bestuursbureau&
Stafafdeling Facilitaire
Stafafdeling Personeel
Kwaliteit
Zaken en Vastgoed
& Organisatie en Opleiding
PR & Communicatie
Stafafdeling Financiën, Control en ICT
W. Koekkoek
P. Turpijn
A. ter Huurne
Y. Haaker-Loves
F. van de Pol
Medezeggenschapsstructuur cliënten en medewerkers 1 De stafafdelingen zijn onderaan in het organogram gepositioneerd om te accentueren dat zij ondersteunend zijn aan de zorgcircuits.
De Raad van Bestuur wordt in de besluitvorming formeel geadviseerd door Cliëntenraad en Ondernemingsraad. De wijze waarop dat georganiseerd is en in verslagjaar vorm heeft gekregen, is beschreven in paragraaf 3.3.1 en 3.3.2.
2.2.4 Gelieerde rechtspersonen Mediant heeft een rechtspositionele verbinding met: Stichting POH-GGZ In deze stichting werkt Mediant met de Twentse Huisartsen Organisatie Oost-Nederland (THOON) samen om de kwaliteit van de eerstelijns GGZ-zorg in het algemeen en de POH-GGZ functie in het bijzonder te versterken. De financiering loopt via de huisartsen op basis van de beleidsregel praktijkondersteuning POH-GGZ.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
17
INTEND BV INTEND is een organisatie die hulp biedt op het gebied van arbeidsgerelateerde problematiek en re-integratie, zowel aan cliënten als aan werkgevers (coaching en advies). Sinds 2010 is INTEND een Besloten Vennootschap, waarvan Mediant voor 10% aandeelhouder is, Dimence voor 70% en GGZ-Drenthe 20%. (In 2013 heeft GGZDrenthe aangegeven de deelname te willen beëindigen). Stichting STOOGG Stichting ter bevordering van wetenschappelijk Onderzoek en Onderwijs Geestelijke Gezondheidszorg Twente. Stichting GG Consult GG Consult staat voor Geestelijke Gezondheidszorg Consult. Deze vier stichtingen zijn in overleg met de accountant, vanwege het beperkte materiële belang, in dit verslag niet geconsolideerd.
2.3 Kerngegevens 2.3.1 Kernactiviteiten Mediant is een geïntegreerde GGZ-instelling. Ze biedt behandeling, verpleging, rehabilitatie, herstel, verblijf en begeleiding in ambulante, deeltijd en klinische setting. Mensen met psychiatrische, somatopsychiatrische, psychogeriatrische aandoeningen en/of ernstige psychische problemen behoren tot de doelgroep van Mediant. Mediant biedt een breed pakket aan geestelijke gezondheidszorg, waaronder een aantal specialistische behandelprogramma’s, zoals benoemd in paragraaf 2.2.2. Tevens levert Mediant GGZ-kennis aan externe professionals en organisaties. Er zijn geen privaat gefinancierde activiteiten.
2.3.2 Cliënten, capaciteit, productie, personeel en opbrengsten Kerngegevens GGz
Aantal/bedrag
Cliënten
Aantal
Aantal cliënten in zorg/behandeling op 1 januari 2013
7.560
Aantal nieuw-ingeschreven cliënten in 2013
5.820
Totaal aantal cliënten in zorg/behandeling
13.380
Totaal uitgeschreven cliënten in 2013
5.380
Aantal cliënten in zorg op 31-12-2013
8.000
Capaciteit
Aantal
Aantal beschikbare bedden voor verblijfszorg per einde 2013, inclusief kleinschalig wonen (voorheen beschermd wonen), exclusief deeltijdplaatsen en inclusief BOPZaanmerking
276
Productie Zorgverzekeringswet (Zvw)
Aantal
Aantal openstaande DBC’s op 1 januari 2013
6.320
Aantal in 2013 geopende DBC’s
10.430
Aantal in 2013 gesloten DBC’s
9.790
Aantal openstaande DBC’s op 31 december 2013
6.960
Productie AWBZ Aantal ZZP-dagen in 2013
38.620
Aantal geleverde dagdelen dagactiviteiten in 2013
15.110
Aantal uren inloop per week
18
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
207
Overige productie DBC’s Forensische zorg aantal geopende DBC’s 2013
0
Asielzoekers aantal geopende DBC’s 2013
0
Productie WMO Aantal uren WMO (preventie en dienstverlening)
6.245
Aantal cliënten Bemoeizorg WMO
268
Productie POH-GGZ Fte POH-GGZ
13
Aantal huisartsenpraktijken
130
Personeel
Aantal
Aantal personeelsleden op 31-12-2013
950
Aantal fte’s op 31-12-2013
716
Bedrijfsopbrengsten
Bedrag in Euro’s
Totaal bedrijfsopbrengsten (in euro’s) in 2013
60.712.300
Budget zorgverzekeringswet
45.579.900
Budget AWBZ
11.625.400
Subsidies WMO
1.066.000
Vergoeding praktijkondersteuning huisartsen (POH-GGZ)
957.800
Vergoeding zorg asielzoekers
338.700
Vergoeding zorg Ministerie van Justitie
42.500
Overige subsidies en opbrengsten
1.102.000
2.3.3 Werkgebied Het primaire werkgebied van Mediant omvat Midden en Oost Twente en strekt zich uit over de gemeenten Borne, Dinkelland, Enschede, Haaksbergen, Hengelo (ov), Hof van Twente, Losser en Oldenzaal. Het totaal aantal inwoners van deze gemeenten is ruim 400.000. De laatste jaren zien we een toename van cliënten uit het Duitse deel van het grensgebied en de BENG-gemeenten (Borculo, Eibergen, Neede en Groenlo) en West-Overijssel (Almelo e.o.). Samen met de oriëntatie van inwoners uit de omringende gebieden, omvat het bereik van Mediant circa 500.000 inwoners.
Dinkelland
Borne
Oldenzaal Losser
Hengelo Hof van Twente
Enschede
Haaksbergen
Het primaire werkgebied van Mediant: 8 gemeenten, 400-500 duizend inwoners
Het zijn met name de specialistische programma’s die in toenemende mate een bovenregionale functie vervullen. Hieronder vallen: n Centrum voor Psychotrauma. n Psychodiagnostiek en Advies Centrum Twente (PACT). n ABC Twente, Centrum voor jongeren met een psychose. n Centrum voor Deeltijdbehandeling, De Bremmele. n Centrum voor Eetstoornissen BalanZ. n Centrum voor Ontwikkelingsstoornissen (COS) Twente. n Centrum voor Klinische Psychotherapie, De Wieke. n Centrum voor Neuropsychiatrie (w.o. Niet Aangeboren Hersenletsel).
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
19
2.3.4 Samenwerkingsrelaties Voor het bereiken van haar doelen werkt Mediant samen met tientallen organisaties binnen de samenleving, zowel binnen de regio als daarbuiten. Veel samenwerkingsrelaties zijn vastgelegd in kaderovereenkomsten, convenanten of werkafspraken. Voor een uitgebreid overzicht verwijzen we naar bijlage 2 van dit jaardocument. Voor de kernactiviteiten zijn belangrijke samenwerkingsrelaties: n Voor de AWBZ-productie- en prestatieafspraken: Zorgkantoor Twente. Voor het overige maakt Mediant productieafspraken met (in 2013) de volgende verzekeraars: Menzis, VGZ, Achmea, CZ, Multizorg en DSW. n Gemeenten: Binnen het werkgebied werkt Mediant samen met alle Twentse gemeenten, met daarbinnen de gemeenten Hengelo en Enschede als centrumgemeenten. Met de gemeenten zijn afspraken gemaakt over uitvoeringstaken t.a.v. WMO inclusief OGGZ/bemoeizorg. n De ketenzorgpartners Stichting Aveleijn, de Twentse Zorgcentra, Tactus, instelling voor Verslavingszorg, Stichting Jarabee, RIBW-Twente, Carintreggeland Groep en THOON (Twentse Huisartsen Onderneming Oost-Nederland), MEE-Twente, Orthopedagogische centrum Ambiq, Humanitas Onder Dak en Ziekenhuisgroep Twente (ZGT). Stichting POH-GGZ Twente om kwaliteit van de huisartsenzorg t.a.v. ggz-vragen te borgen en daarmee verbinding met de eerste lijn te versterken. De relatie tussen Mediant en Carintreggeland is in 2013 versterkt door het aangaan van een samenwerkingsovereenkomst rond het bieden van wonen, welzijn en zorg. De samenwerking tussen Mediant, stichting Jarabee en Ambiq heeft geleid tot de start –in 2013- van een outreachend FACT-Jeugd team. In 2013 zijn voorbereidingen getroffen voor een samenwerkingsovereenkomst tussen Ziekenhuisgroep Twente (ZGT) en Mediant. (NB: de overeenkomst is in februari 2014 ondertekend). n Bureau Acute Zorg Euregio, ten aanzien van Regionaal Overleg Acute Zorgketen (ROAZ). Mediant is in de regio Twente de eerst aangewezen instelling voor de organisatie van Psychosociale Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen, in het kader van GHOR. n Patiëntenverenigingen: Anoiksis, Ypsilon en Landelijk Platform GGz (LPGGz). n Stichting Patiëntenvertrouwenspersoon (PVP). n Stichting Psychologie Opleidingen Oost-Nederland (SPON), ten behoeve van de opleidingen tot psychotherapeut, klinisch-psychologen en GZ-psychologen. n Binnen het Opleidingsconsortium Psychiatrie Noord-Nederland participeert Mediant ten aanzien van het bieden van onder meer de opleiding tot psychiater. n Saxion Hogeschool, ten behoeve van onder meer de HBO-V opleiding en de Opleiding tot Verpleegkundig Specialist.
20
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
n Universiteit Twente. Voor diverse opleidingen biedt Mediant stageplaatsen. n RGOc (Rob Giel Onderzoekscentrum). Mediant participeert in een aantal wetenschappelijke onderzoekstrajecten. n In 2013 is het Curatieve circuit van Mediant volwaardig lid geworden van het Kenniscentrum Bipolaire Stoornissen (KenBiS).
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
21
GOVERNANCE
22
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
HOOFDSTUK 3: GOVERNANCE 3.1 Bestuur Mediant werkt volgens het Raad van Toezicht-model. De Raad van Bestuur is het besluitvormend orgaan. De Raad van Toezicht houdt het algemeen toezicht op de werkzaamheden van de Raad van Bestuur en vervult ten opzichte van de Raad van Bestuur de werkgeversfunctie. De werkwijze is vastgelegd in een Reglement van Toezicht en Bestuur.
3.1.1 Raad van Toezicht De Raad van Toezicht (RvT) bestond per 31-12-2013 uit de volgende personen. Naam
Functie
Installatie
Aftredend
Dhr. J.C. de Boer
vicevoorzitterLid financiële commissie
2006
2016 (niet-herkiesbaar)
Dhr. M.J. Janssen
Lid RvT (voordracht OR)
2006
2016 (niet-herkiesbaar)
Dhr. Q.A.J. Swagerman
Voorzitter
2010
2018 (niet-herkiesbaar)
Dhr. D. Wiersma
Lid RvT
2010
2018 (niet-herkiesbaar)
Dhr. R.A. Werger
Lid RvT
2010
2018 (niet-herkiesbaar)
Dhr. A. de Groot
Lid RvT (voordracht cliëntenraad)
01-10-2011
2015 (herkiesbaar)
Mv. S. S. Weistra
Lid RvT
01-01-2012
2016 (herkiesbaar)
NB: De heren Swagerman, Werger en Wiersma werden op 12.12.2013 herbenoemd per januari 2014.
Met deze samenstelling wordt voorzien in kennis m.b.t.: n De zorg- en welzijnssector (Dhr. D. Wiersma, Dhr. Q. Swagerman, Dhr. A. de Groot), n Financiën en bedrijfsvoering (Dhr. J. de Boer, Dhr. M. Janssen, Mv. S. Weistra), n Juridische aspecten en vastgoed (Dhr R. Werger). De expertise op deze terreinen blijkt uit het Curriculum Vitae dat bij selectie is gehanteerd, het voordrachtgremium (Ondernemingsraad c.q. Cliëntenraad), de nevenfuncties (zie bijlage) en de specifieke aandachtsvelden. Statutair is bepaald dat de Raad van Toezicht uit minimaal 5 en maximaal 9 leden bestaat. De Raad van Toezicht hecht veel waarde aan de Zorgbrede Governancecode en gebruikt deze als basis voor eigen functioneren. Nevenfuncties Bij selectie en aanstelling van leden van de RvT is, en wordt, expliciet gelet op nevenfuncties en de verenigbaarheid ervan met deze functie als lid van de RvT. Voornemens om nieuwe nevenfuncties aan te gaan, worden vooraf gemeld en besproken binnen de RvT en beoordeeld op (on)verenigbaarheid. In bijlage 1 is een overzicht van nevenfuncties van leden Raad van Toezicht opgenomen. RvT-vergaderingen In het verslagjaar 2013 is 6 keer vergaderd. Daarin zijn de volgende besluiten genomen: n Het Jaardocument 2012 werd goedgekeurd. n De Raad van Bestuur werd gedechargeerd voor het gevoerde beleid over 2012. n Het Vastgoedplan 2013-2023 werd goedgekeurd, waaronder het plan om een externe financiële lening af te sluiten voor de nieuwbouw Acute Psychiatrie. n Er werd goedkeuring gegeven aan het besluit van de Raad van Bestuur inzake vaststelling Meerjarenbeleidsplan 2013-2016. n De begroting 2014 werd goedgekeurd. JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
23
Bij alle vergaderingen waren een of twee leden van de Raad van Bestuur aanwezig. Bij de financiële onderwerpen was tevens de concerncontroller aanwezig. Voorts werden, op basis van de agenda, stafmedewerkers en leidinggevenden uitgenodigd om de geagendeerde onderwerpen toe te lichten. Toezichthoudende rol Conform de statuten, Reglement Toezicht en Bestuur en de Governancecode vervult de Raad van Toezicht haar rol in de beleidscyclus, ten aanzien van het geïnformeerd worden over, bespreken van en/of besluiten nemen over: n Het strategisch beleidsplan, n De begroting en jaarrekening, n De kwartaalrapportages, waarin financiële, personele en operationele indicatoren zijn opgenomen, n Het verslag Maatschappelijke Verantwoording. De rol wordt ingevuld en geborgd met behulp van basisagenda, waarin alle kernbeslismomenten (zoals begroting en jaarrekening) zijn opgenomen. De leden van de Raad van Toezicht ontvangen de managementrapportages. De bespreking van deze rapportages wordt altijd geagendeerd. In 2013 is de Raad van Toezicht expliciet geïnformeerd over: n Ontwikkelingen in de Ouderenzorg, inclusief centrum voor Neuropsychiatrie, n Ontwikkelingen met betrekking tot de A-opleiding, inclusief het Opleidingsplan, n De ervaringen van (en met) ervaringswerkers, n De voortgang inzake Nieuwbouw Acute Psychiatrie, n De Meldcode Huiselijk Geweld en de betrokkenheid van Mediant, n De bevindingen van de Inspectie in relatie tot zowel de reguliere bezoeken als actuele ontwikkelingen. Commissies en werkzaamheden Er is een financiële commissie ingesteld. Deze buigt zich over de financiële rapportages en bereidt de goedkeuring van de begroting en jaarrekening voor. In het kader van de begroting en de jaarrekening overlegt de financiële commissie van de Raad van Toezicht met de Raad van Bestuur, de concerncontroller en de accountant. Er is een agendacommissie, bestaand uit twee leden van de RvT en de voorzitter RvB. Deze stelt de agenda op voor de vergaderingen van de RvT. De commissie vastgoed houdt toezicht op alle huisvestingszaken, inclusief het beoordelen van nut een noodzaak van grote investeringen op het gebied van vastgoed. Bezoldiging De bezoldigingsregeling RvT is in 2010 vastgesteld en bleef in 2013 ongewijzigd van kracht. De bezoldiging voor leden van de Raad van Toezicht is conform advies van de NVTZ (Nederlandse Vereniging van Toezichthouders zorginstellingen, 2005), waaronder een toeslag van 50% voor de voorzitter en een toeslag van 25% voor de vicevoorzitter en voor leden van de financiële commissie. Op het punt van de onkostenvergoeding wijkt de bezoldigingsregeling binnen Mediant af van het NVTZ-advies, om een deel van de bezoldiging belastingvrij uit te keren als een vaste onkostenvergoeding. Uit oogpunt van transparantie is ervoor gekozen om de werkelijk gemaakte kosten op declaratiebasis te vergoeden. Beoordeling functioneren Het functioneren van de Raad van Toezicht en de samenwerking tussen Raad van Bestuur en Raad van Toezicht wordt jaarlijks besproken, waarbij ook het functioneren van de afzonderlijke leden aan de orde komt. Dit gesprek wordt voorbereid door de voorzitter RvB en de voorzitter RvT. Dit is vastgelegd in het Reglement Toezicht en Bestuur. Dit reglement is in 2013 niet gewijzigd.
24
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Externe accountant De accountant rapporteert zijn bevindingen door middel van een Managementletter en Accountantsverslag aan de Raad van Toezicht en de Raad van Bestuur. De accountant maakt gebruik van de mogelijkheid het Accountantsverslag en Managementletter toe te lichten bij de Raad van Toezicht.
3.1.2 Raad van Bestuur Statutair is bepaald dat de Raad van Bestuur bestaat uit één of meer personen, waarbij één bestuurder is aangewezen als voorzitter. De Raad van Bestuur van Mediant bestond het gehele verslagjaar uit de heren Peter Turpijn (tevens voorzitter) en Henk van den Berg. n De voorzitter (de heer Turpijn) bepaalt de strategie van Mediant in relatie tot de te verwachten maatschappelijke ontwikkelingen in het algemeen en ontwikkelingen binnen de sector GGZ in het bijzonder. Hij geeft leiding aan het organisatorische en bedrijfsmatige deel van Mediant en is tevens belast met de coördinatie van de organisatie en inhoud. n De heer Van den Berg, psychiater, is lid van de Raad van Bestuur en heeft de aansturing van de inhoud van de zorg als primair aandachtsveld. Hij is tevens, als geneesheer-directeur, verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet BOPZ. De Raad van Bestuur legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht door middel van financiële, kwantitatieve en inhoudelijke rapportages. De Raad van Toezicht beoordeelt het functioneren van de Raad van Bestuur. Jaargesprekken Jaarlijks worden jaargesprekken gehouden door de voorzitter en een lid van de Raad van Toezicht. Bezoldiging Het beloningsbeleid van de Raad van Toezicht is gericht op het aantrekken, motiveren en behouden van de best gekwalificeerde bestuurders. Op basis van dit uitgangspunt stelt de RvT op aanbeveling van de remuneratie commissie de beloning vast krachtens de adviesregeling van de NVTZ/NVZD. De leden van de Raad van Bestuur hebben een contract voor bepaalde tijd en ontvangen een vast jaarsalaris binnen de vastgestelde kaders (waaronder de Wet Normering Topinkomens), normen en codes. Binnen die kaders is een regeling opgenomen ten aanzien van tussentijds vertrek. Nevenfuncties Voor een overzicht van de nevenfuncties wordt verwezen naar de bijlage.
3.1.3 Governancecode Mediant ambieert niet alleen ‘Gewoon, Goede Zorg’ te leveren, maar wil die ambitie ook realiseren op een transparante wijze en volgens de normen van behoorlijk bestuur. Mediant onderschrijft de principes van de Zorgbrede Governancecode 2010. Good governance heeft niet alleen betrekking op de relatie tussen Raad van Toezicht en Raad van Bestuur, maar ook op een cultuur, die gericht moet zijn op toetsbaarheid en transparantie en die strekt tot voorbeeld voor de rest van de organisatie. In 2010 is een klokkenluidersregeling vastgesteld. Deze is in 2011 van kracht geworden, inclusief aanstelling van een vertrouwenspersoon, en in 2013 gecontinueerd.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
25
3.2 Bedrijfsvoering 3.2.1 Algemeen De ontwikkelingen in de zorg stellen specifieke eisen aan de bedrijfsvoering. Wijzigingen in het zorgstelsel, het tempo van deze wijzigingen en het feit dat deze vaak gepaard gaan met een grote mate van onzekerheid, zijn van grote invloed op de bedrijfsvoering. In hoofdstuk 4.7 wordt nader ingegaan op deze ontwikkelingen en wat deze betekenen voor Mediant. Op het gebied van bedrijfsprocessen vragen zorgverzekeraars om meer inzicht in de geleverde prestaties, waarbij het mogelijk moet zijn de prestaties landelijk te benchmarken (ROM-metingen). Mediant staat voortdurend voor de uitdaging om de bedrijfsvoering zo in te richten dat meer cliënten geholpen kunnen worden bij gelijkblijvend of wellicht zelfs minder budget. Intussen verwacht de samenleving meer kwaliteit en verwachten medewerkers een plezierige en uitnodigende werkomgeving waarin de professionals kunnen doen waarvoor ze zijn opgeleid: het verlenen van goede zorg en het behandelen van cliënten. Dit alles heeft belangrijke effecten op de eisen die aan de bedrijfsvoering worden gesteld. Enerzijds moeten deze processen steeds meer gestroomlijnd worden om ontwikkelingen tijdig te zien, daar op in te kunnen spelen en daarmee risico’s te verminderen. Anderzijds is het meer dan ooit tevoren noodzakelijk om als organisatie proactief en flexibel te blijven. De bedrijfsvoering berust in de uitvoering op de volgende pijlers: n Duidelijke organisatiestructuur: Heldere sturing en eenheid van beleid, zie de paragrafen 2.2.2 en 2.2.3. n HKZ PDCA-cyclus: als verbeterinstrument. n P&C-cyclus: voor duidelijke kaders en een goede allocatie van middelen. n AO/IC: voor een adequate productieregistratie en borging administratieve processen en duidelijke verantwoording. n ICT: ter ondersteuning van de zorg en de bedrijfsprocessen. n Risicobeheersingssystemen: ter signalering van bedrijfsrisico’s en het hier tijdig op kunnen reageren.
3.2.2 Beleid- en control-cyclus HKZ PDCA-cyclus Binnen Mediant is de PDCA (Plan Do Check Act)-cyclus ingevoerd. Deze cyclus wordt ondersteund door het kwaliteitsmanagementsysteem van Mediant. Zie ook hoofdstuk 4.3. Dit systeem is bruikbaar voor het afleggen van verantwoording en certificering. Uitdaging blijft het systeem vooral te benutten voor het ondersteunen van kwaliteitsverbetering van de organisatie. Planning & Control-cyclus De Planning & Control-cyclus regelt de totstandkoming en bewaking van de begroting. Met behulp van deze cyclus worden jaarlijks (en indien nodig per kwartaal) afspraken gemaakt over de zorg die we willen en kunnen leveren, de daarmee gepaard gaande omzet en de verdeling en inzet van de beschikbare middelen. De cyclus past binnen het kwaliteitsmanagementsysteem van Mediant.
26
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
De P&C-cyclus kent de volgende onderdelen: Voorjaars- en najaarsconferentie Hierin worden binnen de kaders van het strategisch beleidsplan de inhoudelijke beleidslijnen voor het volgende jaar besproken. Basis is een analyse van de landelijke ontwikkelingen (wet- en regelgeving) en de gevolgen hiervan voor Mediant; analyse van de regionale ontwikkelingen en de kansen die dit biedt voor Mediant en analyse van de wensen van externe stakeholders zoals verzekeraars en gemeente. Deelnemers zijn RvB, het duaal management van het circuit, delegaties OR, de stafmanagers, CR en de Raad van Toezicht. Ook leidinggevenden van de derde stuurlaag nemen deel aan het conferentie deel. Kaderbrief Hierin worden de conclusies van de beleidsconferentie vertaald in uitgangspunten voor de begroting. De kaderbrief bevat een opbrengstenraming en een vertaling van het beleid in concept productie- en kostenkaders voor de circuits en stafafdelingen. Begroting Op basis van de kaderbrief stellen de circuits en stafafdelingen een conceptbegroting op. Hierin worden ook prestatie-indicatoren en beleidsinitiatieven meegenomen. De conceptbegrotingen worden in bilaterale overleggen tussen circuitmanagement en RvB besproken en waar nodig bijgesteld. In een najaarsconferentie wordt de conceptbegroting besproken en daarna door de RvB vastgesteld. De begroting wordt vervolgens ter goedkeuring voorgelegd aan de RvT. Voor de beheersing van de kosten- en productiekaders is een Excelmodel ontwikkeld waarin alle mutaties worden bijgehouden en waarin de aansluiting tussen kostenkaders, productiekaders en opbrengsten/ productieafspraken is geborgd. Op basis van de kwartaalrapportages worden zo nodig de productie- en kostenkaders tussentijds bijgesteld. Door dit dynamische begrotingsproces kan flexibel ingespeeld worden op de ontwikkelingen. Managementcontracten Na vaststelling van de begroting en goedkeuring door de RvT wordt de begroting vertaald in managementcontracten met de circuits, centra en stafafdelingen, waarin naast kosten- en productiekaders ook prestatie-indicatoren en inhoudelijke beleidsinitiatieven zijn opgenomen. Maand- en kwartaalrapportages voor RvB en RvT De uitvoering van het beleid wordt gevolgd met maand- en kwartaalrapportages. De maandrapportage is een kernrapportage die de behaalde resultaten op de uitgezette kosten- en productiekaders bewaakt. De kwartaalrapportage geeft naast de informatie van de kernrapportage ook informatie over prestatieindicatoren, de mutatie op de kaders, de prognose van het jaarresultaat, de liquiditeitsontwikkeling e.d. De kwartaalrapportages worden ook gestuurd naar OR en CR. Een samenvatting van deze rapportage wordt gestuurd naar de huisbankier. De kwartaalrapportage bevat ook een risicoparagraaf. De Raad van Toezicht is van oordeel dat deze rapportages voor hen adequaat en toereikend zijn. Bilaterale overleggen RvB en Circuitmanagement Maandelijks vinden bilaterale overleggen plaats tussen RvB en circuitmanagement. Hier worden de rapportages en voortgang binnen het circuit besproken, met specifieke aandacht voor de afspraken uit de managementcontracten.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
27
Zorgcontrollers en managers bedrijfsvoering De zorgcontrollers zijn gekoppeld aan de zorgcircuits. Zij voeren met de managers bedrijfsvoering frequent overleg over de productie- en kostenontwikkeling binnen het circuit. In dit overleg worden de (concept)cijfers uit de rapportages besproken en geanalyseerd. RvB en controller De voorzitter RvB en controller voeren frequent overleg over lopende zaken en uitkomsten van de bilaterale overleggen. Op basis hiervan worden de benodigde acties uitgezet en de uitgezette kaders geëvalueerd en waar nodig bijgesteld. Wekelijkse managementinformatie De circuit- en teammanagers beschikken over een Management Informatie Systeem (MIS) waarmee ze de prestaties wekelijks kunnen volgen. AO/IC: Administratieve Organisatie/Interne Controle In 2011 heeft de accountant geconstateerd dat de AO/IC aan alle regels voldoet en een robuust volwassen status heeft. In 2012 en 2013 is dit gecontinueerd. Dat betekent concreet: n De zorgadministratie heeft een duidelijke en sterke positie binnen Mediant. n Voor bewaking van de kwaliteit en veiligheid van AO/IC werkt een auditor samen met de teammanagers van de afdeling FCI. n De beschrijvingen van de administratieve organisatie zijn up-to-date, met periodieke borging door middel van een interne controle. n De Administratieve Organisatie en Interne Controle protocollen voldoen aan de landelijke NZaregelingen. n Op basis van een intern controleplan wordt de productieregistratie gecontroleerd. n Over de bevindingen wordt gerapporteerd aan de RvB. Waar nodig worden verbeteracties uitgezet. n De uitgevoerde controles worden door de accountant getoetst en beoordeeld. Mediant heeft geïnvesteerd in het elektronisch berichtenverkeer naar het Zorgkantoor van geleverde klinische zorg AWBZ (ZZP’s) en het berichtenverkeer naar het CAK in het kader van de eigen bijdrage extramurale zorg AWBZ. Daarnaast is gewerkt aan de introductie berichtenverkeer in User over bewaking tijdige melding opname en ontslag (aansluiting AZR). Mediant heeft in 2013, net als in voorgaande jaren, van het Zorgkantoor de code groen gekregen voor tijdige aanlevering AZR-gegevens. Met de leverancier van het cliëntenregistratiesysteem is contractueel vastgelegd dat het systeem blijft voldoen aan alle relevante wijzigingen in de wet- en regelgeving. Deze wijzigingen worden ook actief gevolgd door de stafafdeling FCI.
28
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
3.2.3 ICT De bedrijfsvoering is zonder een adequate ondersteuning van ICT niet mogelijk. Voor de administraties wordt gebruik gemaakt van de volgende applicaties, pakketten en leveranciers: Werkprocessen
Pakket
leverancier
Zorgregistratie
User
Impulse
Financiële administratie
CODA
Unit 4
Personele en salarisadministratie
Beaufort
Raet
Kantoorprocessen
MS Office
Microsoft.
Algemene Kwaliteitsbeheersing
Open IMS (inter- en intranet)
Open Sesame ICT
Monitoring arbeidsomstandigheden
ZorgRI&E
KMO BV
Registratie middelen en maatregelen
Argus
Patiënt Safety Company
Planning dienstroosters kliniek
DRP
Pink Roccade
Planning en beheersing ICT en FZ
Topdesk
Topdesk
Management Informatie Systeem
Oracle Business Intelligence (OBI)
Aorta en Impulse
Productiviteit behandelaren
Taakstellingsmodule React
CISICT
Volgen van inzet (formatie) personeel
Personeelsbegrotingsmodule
Raet
Elektronisch Cliënten Dossier
User
Impulse
Diagnostiek
Roermonds Score Programma
Bär Software
Metingen van behandelingen (ROM)
Request
CISICT
E-health
Pilot
Minddistrict
Cliënten-informatie
De ontwikkelingen op het gebied van ICT gaan dermate snel dat voortdurend een balans gevonden moet worden tussen enerzijds inhaken op nieuwe ontwikkelingen en anderzijds op consolideren van datgene wat goed gaat. Mediant kiest voor een strategie van ‘nét niet te ver voorop lopen, maar wél innovatief’, met een veiligheidsniveau conform NEN 7510. De organisatie van de ICT-functie is gebaseerd op de vraag hoe deze op de meest verantwoorde wijze kan bijdragen aan het behalen van de strategische doelen. De verantwoordelijkheid voor het inrichten van de processen en de toepassingen ligt bij de betreffende diensten, met een ondersteunende rol voor ICT. Het regulier onderhoud en beheer ressorteren onder de teammanager ICT. De innovatieve projecten vallen onder de Raad van Bestuur. In 2013 was er sprake van diverse ontwikkelingen op het raakvlak van ICT en zorg, waaronder de ontwikkeling van apps (zie onder bij E-Health, pagina 22) en de digitale ondersteuning bij verwijzingen. Elektronisch Cliëntendossier Mediant maakt gebruik van User, van leverancier Impulse. De overeenkomst tussen Mediant en Impulse voorziet in het bijdragen aan de verdere ontwikkeling van het dossier. Mediant levert behandelinhoudelijke input op het gebied van de medicatiemodule, zorgplannen/behandelplannen en zorgpaden. De input van de ervaringen en inzichten van Mediant zorgen ervoor dat het systeem (ECD) beter bij de organisatie past en daarmee zal de gebruiksvriendelijkheid en de kwaliteit van de registratie verbeteren.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
29
Stuurgroep en werkgroep ECD Voor het faciliteren en bewaken van dit ontwikkelproces is een stuurgroep in het leven geroepen onder voorzitterschap van de Raad van Bestuur. Voor de uitvoering in inhoudelijke input is een werkgroep ECD geïnstalleerd onder voorzitterschap van een manager behandelzaken/psychiater. E-verwijzen Mediant participeert in een pilot E-verwijzen in samenwerking met IZIT (ICT voor de Zorgsector in Twente), Ziekenhuisgroep Twente (ZGT) en Dimence. Sinds maart 2011 is E-Verwijzen operationeel, waarbij huisartsen vanuit het Huisarts Informatiesysteem (HIS) cliënten digitaal kunnen verwijzen naar het beoogde team of centrum binnen Mediant. Ruim 80% van de huisartsen, circa 135 in aantal, verwijzen vanuit het HIS. Zorgpaden Binnen zorgpaden wordt aangegeven welke zorg het beste is voor een specifieke groep cliënten en hoe deze het best aangeboden kan worden. Daarbij letten behandelaren samen met de managers op de praktische en financiële haalbaarheid, waarbij de inhoud leidend is. Eind 2013 was circa 90% van de cliënten ingedeeld in één van de beschreven zorgpaden. Ter illustratie: de prestatie-eis van Menzis voor 2013 was 30%. E-Health Binnen circuit Curatieve Zorg en de clusters Jeugd en Preventie zijn de toepassingsmogelijkheden van E-Health vergroot, waarbij programma’s op maat kunnen worden aangeboden. In totaal zijn 75 hulpverleners opgeleid om te werken met E-Health. Circa 400 cliënten volgden in 2013 een online hulpprogramma. Het beleid blijft gericht op het stimuleren van de toepassing van deze mogelijkheden. In 2013 is onderzoek gedaan naar het werken met de Lifechart methode, waarbij bleek dat deze methode succesvol is bij de groep cliënten met een bipolaire stoornis. Daarvoor is inmiddels een app. ontwikkeld. Binnen Centrum voor Eetstoornissen BalanZ is een app. ontwikkeld waarmee de cliënt op een eenvoudige manier de eetgewoontes kan bijhouden. Een ADHD-app. ondersteunt ouders in het bijhouden van activiteiten van kinderen met ADHD en geeft praktische tips. Laboratorium Dankzij een digitale koppeling tussen het ECD van Mediant en Medlon worden uitslagen van bloedonderzoeken rechtstreeks ingelezen binnen het elektronische dossier van de cliënt. De aanvrager krijgt automatisch een melding van een binnengekomen uitslag en eventuele afwijkingen. In 2013 zijn voorbereidingen getroffen om te komen tot standaardisering van afname-profielen, gebaseerd op de multidisciplinaire richtlijnen. Apotheek Mediant maakt voor de prescriptie van medicatie gebruik van elektronische voorschrijfmodule (EVS), met centrale registratie van medicatie binnen het elektronisch cliënten dossier en geautomatiseerde verzending van recepten naar de apotheek.
3.2.4 Risicomanagement Er is veel aandacht voor risicomanagement, ook binnen de zorg. Deels is dat het gevolg van de introductie van marktwerking binnen de zorg waardoor zorgaanbieders steeds meer risico’s in de bedrijfsvoering gaan lopen. Deels is het ook een maatschappelijke en politieke trend dat risico’s zoveel mogelijk vermeden dienen te worden, met als reactie dat werkprocessen -en de handhaving ervan- in protocollen vastgelegd dienen te worden. Risicobeheersing is ook een terugkerend onderwerp in de verslaglegging van de accountant.
30
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Het signaleren van risico’s maakt binnen Mediant onderdeel uit van het kwaliteitssysteem en is geïntegreerd in de verschillende systemen en cycli. Beheersing van de risico’s is belegd in de lijnorganisatie. De veiligheid in de klinieken is bijvoorbeeld expliciet onderwerp van gesprek tussen RvB en circuitmanagement waartoe de klinische afdelingen behoren. Mediant beschikt over verschillende systemen waarmee de belangrijkste onderscheiden risico’s worden beheerst. Hieronder geven we een kort overzicht per risicogebied. We onderscheiden de volgende gebieden: 1. Regelgeving. 2. Financiële risico’s. 3. (Keten-) Samenwerking. 4. Arbeidsmarkt en personeel. 5. ICT. 6. Veiligheid en kwaliteit van cliëntenzorg. 7. Fraudebeheersing. 1. Regelgeving De ggz wordt geconfronteerd met een opeenstapeling van wijzigingen in het beleid en de organisatie van de zorg. Denk aan de transitiebewegingen (overheveling zorg naar gemeenten, pakketwijzigingen in de zvw, verlaten van het representatiemodel e.d.). De hiermee gepaard gaande regelgeving van overheid, bestuursorganen en financiers is afgelopen jaren verder toegenomen (regeldruk), en complexer geworden in de uitvoering. De optelsom van de regelgeving ontbeert bovendien de nodige consistentie. Uiting hiervan is onder meer de door de accountant afgeven alert bij de controle van de jaarrekening (zie hoofdstuk 4.7). De risico’s in bedrijfsvoering, imago en verantwoording nemen hierdoor toe. 2. Financiële risico’s De ontwikkelingen in de ggz hebben ertoe geleid dat het risicoprofiel van de sector voor de financiers enorm is toegenomen. Zij eisen meer zekerheden dan voorheen. De verschillende transitiebewegingen, waarbij de overheid besparingen inboekt, zetten de opbrengsten onder druk. De contracteervoorwaarden van zorgverzekeraars leiden tot hogere kosten en de noodzaak van een hogere productiviteit (meer voor minder). Het toenemende risicoprofiel wordt ondervangen door de vaststelling van een minimaal vermogensniveau van 20% van de omzet, verdere flexibilisering van de kosten (o.a. door meer tijdelijke dienstverbanden), gebruik te maken van een aantal ratio’s, het uitvoeren van een stresstest en een gedegen financieel beleid. 3. (Keten-)samenwerking Gangbaar antwoord op toenemende risico’s in de omgeving is schaalvergroting door fusies. Mediant kiest daar niet voor maar kiest voor samenwerking. Voor specifieke doelgroepen wordt, binnen de kaders van Mededingingswet, met regionale partners actief samengewerkt om binnen de regio, met behulp van ketensamenwerking, tot een beter zorgaanbod te komen. Dit geeft bovendien een grote mate van flexibiliteit. 4. Arbeidsmarkt en personeel Landelijk wordt verwacht dat er op termijn te weinig personeel in de zorg zal zijn. De risico’s van een personeelstekort ondervangen we met een goed personeelsbeleid. Daarnaast wordt geïnvesteerd in opleidingen. Mediant voorziet verder in een uitgebreid stage-programma voor verpleegkundigen. Met opleidingsinstellingen wordt intensief samengewerkt. Het personeelsregistratiesysteem is gekoppeld aan het Management Informatie Systeem waardoor actuele personeelsrapportages beschikbaar zijn.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
31
5. ICT ICT vervult een belangrijke rol binnen de zorg. Elders in dit verslag wordt daar nader aandacht aan besteed. Ten aanzien van risicomanagement is het evident dat ICT enerzijds mogelijkheden biedt om risico’s op tal van terreinen te monitoren, maar anderzijds zelf ook weer risico-managementuitdagingen in zich draagt. Een werkdocument, gebaseerd op NEN 7510 vormt de basis voor uitvoeringsacties inzake ICT. De WANverbindingen zijn dubbel uitgevoerd, waardoor Mediant minder kwetsbaar is als een (deel)systeem zou uitvallen. De centrale computerruimte is gesplitst in meerdere segmenten op meerdere locaties, waardoor de kwetsbaarheid van dataopslag verkleind is. 6. Veiligheid en kwaliteit cliëntenzorg De veiligheid van de cliëntenzorg heeft permanente aandacht en omvat meerdere gebieden. Waar gewerkt wordt gaan wel eens dingen mis. Risico’s doen zich voornamelijk voor op het gebied van medicatiedistributie, toepassing van Dwang en Drang, voedselveiligheid, somatische zorg en voorzieningen en gebouwen. Incidenten die zich voordoen worden gemeld in het digitale meldsysteem. De meldingen worden gebruikt om te leren en om op die manier de risico’s te beperken. Calamiteiten worden indien dit vereist is gemeld bij de IGZ. 7. Fraudebeheersing/beleid Mediant voert een preventief antifraude beleid. In de financiële beheerssystemen is een scheiding in functies geborgd. Dit komt tot uiting in de inkoopprocedures (scheidingen in inkoop/bestelling – verwerking facturen en beoordeling facturen); de betalingen (scheidingen in klaarzetten betalingen, zetten 1e handtekening ter autorisatie door hoofd Financiële Administratie en 2e handtekening die uitsluitend is voorbehouden aan voorzitter RvB en controller) en de kascontroles (kleine kassen, controle op stortingen en uitgaven). Daarnaast kent Mediant een klokkenluidersregeling. Er hebben zich in 2013 bij de RvB geen meldingen van fraude of vermoeden daartoe voorgedaan. De accountant informeert, alvorens de jaarrekening goed te keuren, jaarlijks actief bij de RvT of deze signalen hebben ontvangen die zouden kunnen wijzen op frauduleuze handelingen.
3.3 Adviesraden Mediant heeft er expliciet voor gekozen om de inbreng en invloed van de zorgprofessionals te borgen binnen de lijnorganisatie. Het aantal adviesraden en commissies is tot een minimum beperkt, met als doel dat de kennis en ervaring van de professionals zo dicht mogelijk bij het primaire proces wordt ingebracht. Daarnaast wordt de slagvaardigheid van de organisatie vergroot.
3.3.1 Cliëntenraad Binnen Mediant is een Cliëntenraad (CR) geïnstalleerd conform de WMCZ. n De Raad van Bestuur benoemt, op voordracht van de Cliëntenraad en na advisering door de manager Bestuursbureau, ten minste twee onafhankelijke ondersteuners die de CR helpen en adviseren. n De Raad van Bestuur stelt jaarlijks een budget ter beschikking aan de CR, op basis van een begroting van alle door de CR te maken kosten. In de samenwerkingsovereenkomst is geregeld dat de Landelijke Geschillencommissie zal optreden als de Commissie van Vertrouwenslieden, zoals bedoeld in artikel 10 van de Wet Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen.
32
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Mediant geeft de CR meer bevoegdheden dan wettelijk vastgelegd. De CR wordt actief betrokken bij de beleidsontwikkeling, onder meer door deelname aan de beleidsconferenties. De CR heeft twee parttime coaches die de leden van de CR adviseren en coachen, en daarmee bijdragen aan de continuïteit van de cliëntenparticipatie. Bevindingen van de cliëntenraad: De cliëntenraad heeft in 2013 ten aanzien van 13 onderwerpen gevraagd advies uitgebracht en op 3 onderwerpen ongevraagd advies. Onderwerp
Advies
Genomen maatregelen, volgens CR
De Cliëntenraad gaf gevraagd advies over 1
Wijzigingsvoorstel in de dienstverlening.
De inloop van het restaurant is de laatste jaren sterk minder geworden. De CR kan akkoord gaan met het voorstel. Afgesproken is bij veranderingen inloopwens cliënten opnieuw te overwegen. Graag wil de CR volgend jaar de wijziging evalueren. De CR gaf een positief advies.
Vragen en opmerkingen van de Cliëntenraad zijn naar tevredenheid beantwoord.
2
Voorgenomen besluit “BOR-regeling”.
De CR gaf een positief advies over de BOR-regeling.
Vragen en opmerkingen zijn naar tevredenheid besproken.
3
Wijziging van verlofuren voor deelnemers van het Leerwerkbedrijf.
Na onderhandeling zijn aanpassingen overeengekomen.
Raad van Bestuur heeft beleid vastgesteld.
4
Jaarrekening 2012 .
Na beantwoording van vragen heeft de CR een positief advies gegeven.
Heldere uitleg. De vragen en opmerkingen zijn naar tevredenheid besproken.
5
Voorgenomen besluit cameratoezicht.
Op zich is de CR positief over het gebruik van camera’s om te monitoren. Na beantwoording van vragen geeft de CR een positief advies.
Beleid is door Raad van Bestuur vastgesteld.
6
Voorgenomen besluit om Leerwerkbedrijf en CMO te huisvesten in één nieuw pand.
De CR is positief over omvang, ligging en bereikbaarheid. De CR vraagt zich af of de locatie niet te prikkelgevoelig is, of er voldoende toiletten zijn en of de klimaatbeheersing voldoende is.
De Raad van Bestuur zegt toe de problemen rond de prikkels en verwarming op te lossen.
7
Voorgenomen besluit tot ’verplaatsing’ van het team WBT Hengelo van circuit Herstel naar circuit SPB.
De CR adviseerde positief en is van Beleid is door Raad van Bestuur mening dat dit een efficiënte vervastgesteld. betering is en bedrijfskundig een logische keuze.
8
Advies cliëntenlogistiek.
De CR vindt het een positieve ontwikkeling en een procesverbetering.
Beleid is door Raad van Bestuur vastgesteld.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
33
9
Voorgenomen besluit herstructurering ten behoeve van zorgstraten binnen Circuit Ouderen.
De CR heeft een positief advies gegeven.
De vragen zijn naar tevredenheid door management beantwoord.
10
Voorgenomen besluit benoeming voorzitter Klachtencommissie Mediant en RIBW Groep Overijssel.
De CR heeft een positief advies gegeven.
Benoeming heeft plaats gevonden.
11
Benoemingen leden klach- De CR heeft een positief advies tencommissie Mediant/ gegeven. RIBW.
Benoeming heeft plaats gevonden.
12
Begroting 2014.
De CR adviseerde positief.
13
Verhuizing LWB en Deep Yellow.
De CR adviseerde positief.
Besluit conform advies.
De cliëntenraad gaf ongevraagd advies over 1
Veiligheid.
De OR en CR brengen gezamenlijk een (ongevraagd) advies uit over het Mediant-beleid ten aanzien van de veiligheid.
Advies is in overleg met OR besproken met Raad van Bestuur en management.
2
Elektronisch roken.
De CR adviseerde (tot is bewezen dat de dampen van de e-sigaret niet schadelijk zijn) mensen die een e-sigaret roken, te verwijzen naar de rookruimten buiten.
Conform advies besloten.
3
Bezuiniging fte’s Dienst Geestelijke Verzorging.
De CR volgt de ontwikkelingen.
Er is geen sprake van veranderende beleidslijnen.
Over 2013 rapporteerde de cliëntenraad: “Er zijn zes overlegvergaderingen geweest met de Raad van Bestuur. Indien gewenst, is altijd extra overleg mogelijk. De Raad van Bestuur en management zijn op laagdrempelig niveau toegankelijk. De uitgebrachte adviezen zijn naar tevredenheid behandeld”. Overige activiteiten van de cliëntenraad in 2013: n Deelname beleidsdagen op circuit en Mediantniveau. n Deelname aan plenaire vergaderingen van GGZ beraad Overijssel. n Deelname aan LOC (zeggenschap in zorg) bijeenkomsten . n Overleg ROM Mediant. n Uitgave van de Cliëntaal. n Overleg met PVP. n Zorgkantoor overleg. n Er wordt deelgenomen aan drie Mediantbrede werkgroepen, Scheiden Wonen Zorg, Cliëntenparticipatie Jeugd en Nieuwbouw Huis 1. n Jaarlijks overleg met Raad van Toezicht. n Deelname aan enkele cursussen.
34
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
3.3.2 Ondernemingsraad De Ondernemingsraad van Mediant heeft over 2013 een eigen jaarverslag opgesteld, waarin wordt ingegaan op alle zaken die speelden op het gebied van de medezeggenschap. De volgende items passeerden daarbij de revue (de cursieve teksten zijn citaten uit het OR-jaarverslag): Over de veranderingen in zorg “Van medewerkers wordt veel creativiteit en flexibiliteit gevraagd om de transities vorm te geven en daarbij de kwaliteit van zorg te waarborgen. De werkdruk is hoog. Vanuit werknemersperspectief werd steeds ‘meegekeken’ en daar waar nodig geadviseerd op, of ingestemd met het voorgenomen beleid”. Over de samenwerking “De ondernemingsraad weet welke thema’s er spelen, welke beleidskeuzes er worden gemaakt en is goed op de hoogte wanneer beleidsvoornemens naar de tekentafel gaan. Inmiddels plukken we de vruchten van de goede verhouding met de Raad van Bestuur en de managers. De transparantie in de onderlinge informatie-uitwisseling maakt het mogelijk vroegtijdig in het beleidsproces aan te schuiven en tussentijds contact met de werkvloer te houden. Al met al leidt dit tot een effectieve manier van medezeggenschap, waardoor de medezeggenschap aan waarde wint en zowel personeelsbelangen als organisatiebelang beter worden gediend”. Over de medewerkers “De veranderingen vragen een andere attitude van medewerkers. In samenhang met de gezonde financiële positie van Mediant en de vele nieuwe ontwikkelingen zijn de veranderingen inmiddels voor de meeste medewerkers een uitdaging en een mogelijkheid om een carrièrestap te maken. Daar staat tegenover dat medewerkers steeds minder verzekerd zijn van een vaste werkplek. Werktijden staan onder druk. Hoe kunnen (individuele) medewerkers en teams worden meegenomen in dit veranderproces? De OR heeft een stevige bijdrage geleverd naar medewerkers in dit proces door enerzijds te kijken naar de wettelijke mogelijkheden en anderzijds naar de behoefte van de organisatie. De werkgelegenheid is in 2013 behouden gebleven en dat is een positieve zaak”. Onderwerpen In 2013 adviseerde de OR over onder meer het functiegebouw van Mediant, de verlenging van het Doorlopend Sociaal Plan, veranderende cliëntengroepen en integrale veiligheid, deskundigheidsbevordering, nieuwbouw, OR-scholing en coaching. Positief “De ondernemingsraad is positief gestemd over onze organisatie die steeds inspeelt op de veranderingen in het zorglandschap. Het streven is de werkgelegenheid van Mediant maximaal te behouden. We zien de toekomst met vertrouwen tegemoet en het is een uitdaging om constructief mee te denken en alert te blijven bij de verdere ontwikkeling van de organisatie en haar medewerkers”.
3.3.3 Contactfunctionaris familie Het familiebeleid heeft binnen Mediant gestalte gekregen in de vorm van een Meldpunt Familie en aanstelling van een Aandachtfunctionaris Familiebeleid. Zij richt zich op de versterking van de positie van de familie, het initiëren van familiegerichte activiteiten en op de verwerking van concrete meldingen die binnenkomen bij het Meldpunt Familie.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
35
De folder ‘We doen het gewoon samen’ is opgenomen in het basisfolderpakket van Mediant en wordt verstrekt aan cliënten. Met behulp van deze folder en vermelding op de website worden familieleden geïnformeerd over de mogelijkheden. In 2013 zijn aangaande het betrekken van familie de volgende zaken noemenswaardig: n Het Meldpunt Familie is in 2013 31 keer benaderd met vragen of verzoeken om ondersteuning. Aantal keren dat Meldpunt n Op de afdelingen GOA en OKB is het project ‘Samen verder op weg’ Familie werd benaderd: uitgevoerd in samenwerking met Stichting Informele Zorg Twente 2013: 31 keer met als doel het beter betrekken en informeren van naasten van 2012: 39 keer cliënten. 2011: 49 keer n De resultaten van familiebeleid 2008 - 2013 zijn geëvalueerd en voorstellen voor continuering van aandacht voor dit onderwerp binnen de zorg zijn gedaan. n In User is een speciaal tabblad ingericht waar informatie van en over familie wordt genoteerd. Medewerkers kunnen op deze wijze altijd beschikken over relevante informatie over familie. n Op de klinische afdeling Vijverzijde is binnen het project ‘Gastvrijheid’ extra aandacht besteed aan de positie van familieleden, waarbij alle familie-activiteiten zijn vastgelegd in het familiebeleid. n Binnen de FACT-teams werd onder familie/naasten van FACT cliënten een enquête afgenomen, omtrent wensen en informatiebehoefte. Het blijkt dat familie/naasten van FACT cliënten behoefte hebben aan meer informatie over organisatorische veranderingen, aanvullende zorg buiten Mediant en dat er behoefte bestaat aan een lotgenoten contact. Op basis van deze uitkomsten is in september 2013 een nieuwsbrief voor familie/naasten uitgebracht.
3.3.4 Overzicht commissies Het is de policy van Mediant om zo weinig mogelijk met instellingsbrede permanente commissies, vakgroepen en adviesraden te werken, om daarmee de kwaliteit en integraliteit van besluitvorming binnen de duale lijnstructuur te versterken. Dit komt de efficiëntie ten goede. Inbreng medisch-specialisten/zorgprofessionals De inbreng en invloed van de zorgprofessionals is geborgd binnen de duale lijnstructuur: de Managers Behandelzaken (professionals) vormen samen het Managementteam-Zorg, met de heer H. van den Berg (lid Raad van Bestuur/psychiater) als voorzitter. De volgende circuit-overstijgende commissies zijn gecontinueerd: n BOPZ-commissie (geïntegreerd in Bureau geneesheer-directeur). n Geneesmiddelencommissie, portefeuille Geneesmiddelen/Inhoud. n Geneesmiddelencommissie, portefeuille Distributie. n Necrologie-commissie. Wel gecontinueerd; in 2013 niet operationeel: n Meldingscommissie incidenten (vooral overgenomen door Argus, met vervolgacties binnen de circuits). n Medisch-ethische commissie (medisch-ethische vraagstukken worden binnen de circuits besproken en/of in de reguliere werkoverleggen).
36
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Elders in het Jaardocument benoemd: n Cliëntenraad. n Ondernemingsraad. n Klachtencommissie. n Stuurgroep werkgroep ECD. n Commissie Wetenschappelijk onderzoek (zie 4.5.2). n Commissie Opleiding en Nascholing (zie 4.5.3). Bureau Geneesheer-directeur: Binnen het Bureau Geneesheer-directeur worden de BOPZ-onderwerpen behandeld. Het Bureau Geneesheerdirecteur bestaat uit een Geneesheer-directeur, twee plaatsvervangende Geneesheer-directeuren en een secretaris Geneesheer-directeur. Medisch-ethische commissie Medisch-ethische vragen worden, als uitvloeisel van de keuze om inhoudelijke thema’s zoveel mogelijk binnen de reguliere organisatie op te pakken, primair binnen de reguliere gremia besproken. Er was in 2013 geen reden om de medisch-ethische commissie om advies te vragen. Necrologie-commissie Alle cliënten die, terwijl men onder behandeling staat van Mediant, zich suïcideren of een poging daartoe doen, worden besproken in de necrologie-commissie. Deze commissie komt iedere twee maanden, of zoveel vaker als nodig, bij elkaar. De werkzaamheden van de commissie zijn enerzijds gericht op het vaststellen van vermijdbaarheid en/of verwijtbaarheid en anderzijds op het vergaren van kennis, om daarmee lering te trekken uit de betreffende casuïstiek. In geval van geslaagde suïcide wordt nadrukkelijk gekeken of deze te voorkomen was geweest en of er, op individueel, team- of organisatieniveau, lessen te trekken te zijn. De commissie is in 2013 zeven keer bij elkaar geweest. Er zijn 24 situaties besproken, waarvan 12 vanwege suïcide en 12 vanwege suïcidepogingen. Geneesmiddelencommissie De geneesmiddelencommissie kent een portefeuille ‘distributie’ en een portefeuille ‘geneesmiddelen/inhoud’. Binnen de portefeuille distributie is in 2013 voornamelijk aandacht besteed aan: n De monitoring van het nieuw ingevoerde medicatiedistributie proces. n De verbetermatrix ‘medicatieveiligheid’, gemaakt n.a.v. IGZ-bezoek. n Het monitoren van medicatie-incidenten, inclusief het initiëren van verbeteracties. n Het monitoren van ICT-zaken gerelateerd aan medicatieveiligheid (medicatiemodule, elektronisch voorschrijven etc.). Binnen de portefeuille geneesmiddelen/inhoud: n Het formularium is opnieuw vastgesteld, waarbij het in overeenstemming is gebracht met de zorgverzekeraar. n De standaarden voor laboratoriumcontroles in diverse situaties zijn vastgesteld.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
37
VISIE, BELEID EN PRESTATIES
38
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Hoofdstuk 4: Visie, beleid en prestaties 2013 was het laatste jaar van de meerjarenbeleidsperiode 2010-2013. Eind 2012 is een start gemaakt met het proces om te komen tot een opvolgend beleidsdocument voor de periode 2013-2016. In juni 2013 is het Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 door de Raad van Bestuur vastgesteld.
4.1 Missie en visie Missie Mediant levert ‘Gewoon Goede Zorg’ in Twente. n Gewoon = met Twentse nuchterheid en met beide benen op de grond. n Goed = Gebruikmakend van kennis en methodes, die aantoonbaar effectief zijn. Samenwerken met externe partners en ‘met de menselijke maat’: servicegericht en gastvrij. n Zorg = Mediant biedt een breed palet aan psychiatrische en psychosociale zorg in de eerste en tweede lijn. Van OGGZ, preventie, behandeling, begeleiding en rehabilitatie tot dagbesteding en daarnaast een aantal specialistische behandelprogramma’s. Tevens levert Mediant GGZ-kennis aan externe professionals en organisaties. Visie Gewoon Goede Zorg wordt geleverd als er sprake is van: 1. State-of-the-art-zorg, die servicegericht is; 2. geleverd door goede, gekwalificeerde medewerkers; 3. in een efficiënte organisatie die zichtbaar en toegankelijk is; 4. met een excellente bedrijfsvoering voor een financieel gezond bedrijf. De punten 2, 3 en 4 zijn hierin voorwaardenscheppend voor 1.
4.2 Algemeen beleid verslagjaar 4.2.1 Beleidskaders 2013 In de aanloop naar 2013 was duidelijk dat er in het verslagjaar veel ontwikkelingen aan de orde zouden zijn. Landelijk was een bestuursovereenkomst GGZ 2013-2014 gesloten waarbij een traject werd ingezet om te komen tot beddenreductie, resultaatmetingen, flexibilisering en het vergroten van autonomie en regierol van cliënten en hun omgeving. Vrijwel gelijktijdig werd binnen Mediant een start gemaakt met de herziening van het (in 2013 aflopende) meerjarenbeleidsplan. In de Kaderbrief 2013 werd ingegaan op drie belangrijke thema’s: n De verwachte wijzigingen van de inrichting van het zorglandschap. n De beheersing van de kosten/zorguitgaven. n Het begrip van ‘gastvrijheid’ als belangrijke onderscheidende factor. Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 Vlak voor de zomer van 2013 werd het Meerjarenbeleidsplan 2013-2016 ‘Met zorg vooruit’ vastgesteld. Het plan omvat vier hoofdlijnen: 1. Op het gebied van het zorgaanbod kiest Mediant voor het bieden van een breed pakket (‘enkelvoudig als het kan en intensief waar nodig’) aan zorgdiensten aan cliënten met een psychische/psychiatrische stoornis. Mediant kiest voor een aanbod binnen de vier echelons: WMO (gemeenten), huisartsenzorg met POH- GGZ, Generalistische Basis GGZ en Gespecialiseerde GGZ.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
39
2. Mediant kiest voor een buurtgerichte benadering en afstemming met maatschappelijke en ketenpartners (‘dichtbij en samen met’). 3. Op het gebied van bedrijfsvoering zet Mediant in op een koers waarbij Mediant enerzijds stabiel is, maar daarnaast flexibel op veranderingen kan inspelen. 4. De kwaliteit van zorg is niet alleen inhoudelijk ‘gewoon goed’, maar wordt bovendien klantgericht en gastvrij aangeboden.
4.2.2 Realisatie 2013 De hoofdlijnen, zoals hierboven genoemd, liepen het hele jaar als een rode draad door alle ontwikkelingen heen. Veel effecten en resultaten staan elders in dit verslag specifiek benoemd. Een aantal punten willen we expliciet uitlichten. Daarbij maken we onderscheid tussen inhoudelijke ontwikkelingen in de zorg (4.2.2.1), ontwikkelingen in de organisatie van de zorg en samenwerkingen (4.2.2.2) en tot slot de ontwikkelingen die daarbij vooral ondersteunend zijn (4.2.2.3). 4.2.2.1: Ten aanzien van inhoudelijke ontwikkelingen in de zorg: 1. In 2013 is een start gemaakt met de implementatie van een nieuwe werkwijze gericht op vroegdetectie van psychotische stoornissen, waarbij cliënten die zich met een hulpvraag bij de ggz melden, d.m.v. een korte vragenlijst worden gescreend op de mogelijke aanwezigheid van een procespsychose. Gedurende enkele maanden zijn alle nieuwe cliënten, in een leeftijd tussen 18 en 35 jaar, die werden aangemeld bij het centrum voor Angst- en Stemmingsstoornissen gescreend op de mogelijke gevoeligheid voor een psychose. In totaal werden circa 75 cliënten gescreend, waarbij er bij een zestal cliënten een aanvullend onderzoek werd afgenomen, gevolgd door een indicatie voor cognitieve behandeling en/of psycho-educatie. Deze basisstructuur wordt in 2014 verder geïmplementeerd. 2. Op het gebied van screening en diagnostiek zijn de mogelijkheden in de loop van 2013 uitgebreid. Binnen het Psychodiagnostisch Advies Centrum Twente (PACT) is een triage-instrument ontwikkeld en samengesteld, waarmee het mogelijk is om op een wetenschappelijk verantwoorde en efficiënte wijze vast te stellen welke zorgaanbod het meest passend is bij de behandelvraag en mogelijkheden van de cliënt. Door gebruik van het ‘Psychiatrisch Screenings Instrument’ kan naar de Generalistische Basis GGZ of Specialistische GGZ worden gedifferentieerd. 3. Binnen het project Samen Verder op Weg initieerde het Steunpunt Informele Zorg diverse activiteiten ter verbetering van de afstemming van formele en informele zorg. Zo gingen op de opnameafdelingen meer dan 60 medewerkers en familieleden met elkaar in gesprek over de vraag hoe de communicatie verbeterd kan worden. De contacten droegen bij aan een vernieuwde bewustwording en actualisering van het familiebeleid. 4. Binnen het team voor Intensieve Psychiatrische Gezinsbehandeling (Circuit Jeugd) is in 2013 de module gezinsobservatie verder geïmplementeerd, ten behoeve van situaties waarbij ouders of verzorgers opvoedingsonmacht ervaren en waarbij niet duidelijk is of de problemen voortkomen uit systeem- dan wel uit kind-gerelateerde factoren. Als diagnostiek op kantoor dan niet voldoende blijkt, wordt binnen deze module een gezin vier keer een uur op alledaagse momenten, bezocht. In 2013 zijn 23 gezinnen bezocht. Zowel aanmelders als ouders reageren positief op deze werkvorm. Ouders geven aan dat kinderen in hun veilige omgeving ander gedrag laten zien dan bij een vreemde op een kantoor. Aanmelders melden terug dat de onderzoeksfase van moeilijk te beoordelen kinderen, dankzij deze module, sneller verloopt. Momenteel wordt bekeken of deze werkwijze aangeboden kan worden binnen de Generalistische Basis GGZ.
40
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
5. Vanuit het circuit Ouderen zijn met verpleeghuizen in de regio afspraken gemaakt over ondersteuning bij cliënten die met een Rechterlijke Machtiging binnen verpleeghuizen verblijven. Door ’op locatie’ te ondersteunen, wordt bevorderd dat de zorgverlening binnen de verpleeghuizen gecontinueerd kan worden en kan overplaatsing naar het (psychiatrisch) ziekenhuis worden voorkomen of uitgesteld. 6. Gewoon Gezond. Cliënten in de GGZ die langdurig antipsychotica gebruiken lopen grote risico’s op somatische gezondheidsproblemen. Obesitas komt twee keer zo vaak voor als bij de gemiddelde Nederlander. Psychiatrische patiënten roken twee tot drie keer zoveel dan gemiddeld. Cliënten met een ernstige psychische stoornis leven 10 tot 15 jaar korter dan gemiddeld. Mediant vindt het van groot belang deze risico’s te beperken door aandacht te schenken aan de onderwerpen gezonde leefstijl, vermindering van overgewicht en heel specifiek, het signaleren van metabole stoornissen bij cliënten die psychofarmaca gebruiken. Gekozen is voor titel ‘Gewoon Gezond in de GGZ’, waarmee benadrukt wordt dat het bij het streven naar gezondheid vaak gewoon gaat om factoren die ook voor mensen buiten de GGZ gelden. 7. De activiteiten van de somatische poli (waar cliënten die medicatie gebruiken uit voorzorg regelmatig worden gecontroleerd op de werkingen, en bijwerkingen, van medicatie) zijn uitgebreid met specifieke aandacht voor het signaleren van mogelijk cognitieve achteruitgang en stemmingsproblemen (in het bijzonder op depressies), bij cliënten met een psychotische stoornis, die antipsychotica gebruiken. Na voorbereidingen in 2012 is in 2013 op de locaties Tromplaan (Enschede) en De Opmaat (Hengelo) daadwerkelijk een start gemaakt met het structureel periodiek screenen van cliënten op cognitieve functies en depressies. 8. Binnen alle klinische afdelingen van Circuit Herstel is de ROPI (Recovery Oriented Practices Index) afgenomen, waarbij de mate van herstelgericht handelen wordt gemeten. Binnen Scherpenzeelhoek heeft dit jaar de 2e meting plaatsgevonden. 9. In de periode september 2013 – januari 2014 is vanuit Circuit Jeugd in samenwerking met afdeling PR & Communicatie een onderzoek gedaan naar het gebruik (of de weerstand daartegen) van social media als communicatiemiddel om jongeren te bereiken en te informeren. 15 Medewerkers van het circuit Jeugd zijn geïnterviewd, waaronder vier teammanagers. Nadere uitwerking en advisering volgt in 2014. 10. Binnen het centrum voor Neuropsychiatrie is in 2012 een training ontwikkeld waarin aandacht is voor de emotieregulatie problemen bij mensen met niet-aangeboren hersenletsel. Na een eerste start in 2012 met zes deelnemers is deze training in 2013 nogmaals aangeboden. De deelnemers reageren positief. Ook in 2014 is inmiddels weer een groep gestart. 11. De praktijkondersteuning aan huisartsen door Mediant, aangeboden binnen de Stichting POH GGZ Twente heeft zich in 2013 verder versterkt. Het aantal deelnemende huisartsen steeg in 2013 naar 130. 12. Het beleid en de inzet van ervaringsdeskundigen heeft zich in 2013 geconsolideerd. Circa 25 personen met ervaringsdeskundigheid waren aan Mediant verbonden, waarvan twaalf een betaalde functie als ervaringswerker. Zes personen volgden de Leergang Ervaringsdeskundigheid Oost-Nederland (LEON) en drie ervaringsdeskundigen werkten als vrijwilliger binnen Mediant. 13. Het Leerwerkbedrijf binnen Circuit Herstel is officieel erkend als UWV-leerwerkbedrijf ten behoeve sociale activeringstrajecten voor cliënten met een uitkering. Dankzij deze erkenning kan Mediant een breed pakket aan activering- en re-integratiediensten blijven aanbieden, ongeacht de wijze van financiering (DBC, CIZ of UWV). Dit komt de maatwerkgedachte en continuïteit van zorg/voortgang ten goede. 14. Per juli 2013 is de wet Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling in werking getreden. Begin 2013 is Mediant ter voorbereiding hierop gestart met het opstellen van een Meldcode die op maat is gemaakt voor Mediant. De Meldcode is opgenomen op Intranet, er heeft een drukbezocht referaat (meer dan 100 deelnemers) over de code plaatsgevonden en in alle teams en afdelingen is voorlichting gegeven. Er zijn 19 aandachtsfunctionarissen, die altijd worden betrokken bij een vermoeden van huiselijk geweld en/of kindermishandeling. Zij volgen een gericht scholingsprogramma.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
41
4.2.2.2: Ten aanzien van de ontwikkelingen in de organisatie van de zorg en samenwerkingen 1. Het Centrum Preventieve GGZ heeft het zorg- en preventieaanbod doorgelicht tegen de achtergrond van de transformatie, waarbij meerdere preventie-activiteiten bij huisartsen en gemeenten komen te liggen. De focus van Mediant ligt op het geven van cursussen aan hoog-risicogroepen (waaronder ook kinderen van volwassen cliënten), het organiseren van voorlichting en deskundigheidsbevordering en het coördineren van projecten als Vriendendienst Hoor ‘ns, preventie van Huiselijk Geweld, Ouderenmishandeling en het voeren van de projectleiding over het Centrum Kindermishandeling Twente. De geïndiceerde preventie is ondergebracht in het dienstenaanbod van de Stichting POH GGZ aan huisartsen. Uit efficiency- en continuïteitsoverweging is een deel van de preventie-activiteiten (inclusief de medewerkers) ondergebracht bij het Circuit Herstel. Als gevolg van deze ontwikkelingen kon het centrum voor Preventieve GGZ per 1 januari 2014 ophouden te bestaan. 2. Mediant is gestart met drie pilots Generalistische Basis GGZ bij huisartsen in Enschede en Oldenzaal. Met deze pilots wordt ervaring opgedaan rond de behandelvraag welke bij de POH GGZ medewerkers en welke bij de Generalistische Basis GGZ medewerkers terecht komen. Per pilot zijn specifieke werkdoelen geformuleerd en afgestemd op onder meer de vraag van de huisartsen. 3. Het project Twentse Ouderen in Veilige Handen (opgezet door Mediant, in opdracht van Centrumgemeente Enschede) heeft in 2013 tot diverse acties geleid. Het project heeft onder meer tot doel om het thema ouderenmishandeling en ontspoorde zorg onder de aandacht van professionals en vrijwilligers te brengen. In 2013 zijn daartoe diverse acties ondernomen. Zo zijn zes organisaties ondersteund bij de invoering van de Meldcode Ouderenmishandeling. Er zijn werkconferenties gehouden met in totaal 135 deelnemers. Er is scholing gegeven aan medewerkers van Livio, Carintreggeland, Buurtzorg en POH-GGZ en er zijn circa 15 voorlichtingsbijeenkomsten gehouden bij zowel professionele als vrijwilligersorganisaties, waarmee 565 deelnemers werden bereikt. 4. In januari 2013 is het project Multidisciplinair Centrum Kindermishandeling Twente van start gegaan, met Mediant als projectleider. Het centrum is opgezet op verzoek van de 14 Twentse gemeenten en is een samenwerking met Ambiq, Bureau Jeugdzorg Overijssel, Jarabee, Politie Twente, Raad voor de Kinderbescherming, Jeugd Gezondheidszorg, Medisch Spectrum Twente en de Ziekenhuisgroep Twente. Aanleiding hiervoor was de wens om in de aanpak van kindermishandeling de samenhang in en tussen de ketens te verbeteren, waarbij niet de organisaties, maar het kind centraal staat. Het project loopt tot eind 2014. 5. Mediant verzorgde in 2013 een training ‘Omgaan met moeilijk gedrag’ ten behoeve van medewerkers van Ambiq. Aan deze deskundigheidsbevordering hebben 38 medewerkers deelgenomen. De inhoud van de training was gebaseerd op casuïstiek met co-morbide problematiek, LVB en psychiatrie. Tijdens de bijeenkomsten werd onbegrepen gedrag verklaard door informatie te verstrekken over psychiatrische ziektebeelden, theorieën uit de ontwikkelingspsychologie, persoonlijke ervaringen van een ervaringswerker en tips & trucs uit de koker van medewerkers uit de LVB-poli van Mediant. 6. Binnen het circuit Herstel zijn de diverse activiteiten op het gebied van werk en dagbesteding herordend, waarbij (door samenvoegen van locaties) op kosten werd bespaard, de samenwerking met ketenpartners werd versterkt en het aanbod voor cliënten werd vergroot. De productieafdeling binnen het Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling Esrein (waar cliënten met psychiatrische problemen op therapeutische basis lichte productiewerkzaamheden doen) werd verplaatst naar een locatie waar ook SWB-Hengelo (WSW-Bedrijf) en stichting Aveleijn activiteiten aanbieden. Eenzelfde samenwerking werd gevonden tussen Mediant, Interakt Contour en het bedrijf Control-P rondom grafische werkzaamheden. 7. Op het gebied van bemoeizorg werkt Mediant samen met Tactus Verslavingszorg aan het vormgeven van een gezamenlijk bemoeizorgteam. Cliënten worden gezamenlijk gezien/bezocht en expertise wordt uitgewisseld. Eind 2013 is begonnen met vervolgstappen om ook belangrijke organisatorische aspecten uit te werken. Te denken valt dan aan visie, strategische doelstellingen, aansturing, PR en communicatie, financiële thema’s, et cetera. (voor verdere inhoudelijke verslaggeving: zie bijlage 3).
42
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
8. In november 2013 is op locatie ZGT (Ziekenhuisgroep Twente) te Hengelo gestart met een ADHD-poli voor jongeren in Hengelo. De poli is gestart op initiatief van de kinderartsen van het ZGT en cluster Jeugd van Mediant. Op jaarbasis worden hier 20 à 25 jongere cliënten onderzocht, waarvan vermoed wordt dat er sprake is van ADHD. 9. Er zijn voorbereidingen getroffen voor een project gericht op de samenwerking tussen RIBW-Groep Overijssel en Mediant rondom de cliëntenzorg, met als doel de doorstroming van klinisch opgenomen cliënten te bevorderen en de ambulante behandel- en begeleidingsmogelijkheden op elkaar af te stemmen. 10. Cluster Jeugd is samen met de Stichting Zorgbelang en de cliëntenraad van Mediant gestart met een pilot cliëntenparticipatie, gericht op het vergroten van de betrokkenheid van jongeren tussen 12 en 18 jaar, onder andere ten aanzien van deelname aan het cliëntentevredenheidsonderzoek. Het eerste deel van pilot (het verstrekken van vragenkaartjes in de wachtkamer) leverde veel informatie op, waarmee de kwaliteit van informatievoorziening verbeterd kan worden. 11. De samenwerking tussen Stichting Jarabee, Orthopedagogische centrum Ambiq en Mediant (‘JAM’) heeft concreet vorm gekregen door de start van een gezamenlijk FACT-team, dat zich richt op de outreachende hulp aan jongeren van 17 tot 25 jaar. In dit project werken hulpverleners van de drie instellingen als één team voor deze doelgroep, met zowel de optie de behandeling binnen het team te laten plaatsvinden, als de optie om voor de cliënt gebruik te maken van de korte lijnen en efficiënt toe te leiden naar het juiste zorgkader. 4.2.2.3: Ondersteunende processen 1. Op het gebied van huisvesting zijn er in 2013 diverse wijzigingen geweest. Team Ambulant Ouderen verhuisde van locatie De Bolder naar Helmerzijde. De locaties Javastraat en Buurserstraat verhuisden naar de Zuiderspoorstraat en Balanz, Centrum voor Eetstoornissen verhuisde van De Bolder naar locatie Raiffeisenstraat. Deeltijdafdeling van circuit Ouderen verhuisde van de Opmaat naar Drienerzijde op locatie Helmerzijde. 2. Op het gebied van cliëntenlogistiek is een intern onderzoek uitgevoerd gericht op het signaleren van mogelijkheden om wachttijden te verkorten, de doorstroming effectiever te maken en de uitstroom te bevorderen. Dit heeft geleid tot meerdere aanbevelingen die ook zijn geëffectueerd. Een van de wijzigingen betrof een versterking van de rol van het centrale voordeurteam bij het vaststellen van de indicaties. 3. Mediant heeft de activiteiten ten aanzien van het opleidingsklimaat uitgebreid. Vanuit en voor meerdere opleidingen worden stage- en opleidingsplaatsen aangeboden. Mediant was al erkend als opleiding voor onder meer klinisch-psychologen, GZ-psychologen, de meeste verpleegkundige opleidingen en ervaringsdeskundigheid. In 2013 kon daar de (A-)opleiding tot psychiater aan toegevoegd worden. 4. In de zomer van 2013 hebben alle verwijzers van Mediant een dienstencatalogus ontvangen, met een overzicht van het zorgaanbod en de relevante contactgegevens. Via de POH-GGZ-medewerkers is een papieren versie verspreid. De digitale versie is als app. beschikbaar gesteld. 5. Per maart 2013 is de bereikbaarheid van het informatiepunt vergroot door de openingstijden te verruimen en de dienst organisatorisch onder te brengen bij de afdeling PR & Communicatie. 6. Op het gebied van ICT is de toepassing van zorgdomotica op de ouderenzorg-afdelingen opgeleverd, waardoor cliënten meer bewegingsruimte en privacy hebben gekregen. Op alle vestigingen is het Wi-Fi netwerk uitgerold en voor medewerkers zijn de mogelijkheden van mobiel werken vergroot. Door het ontwikkelen van specifieke apps werden de E-Health ontwikkelingen ondersteund.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
43
4.2.3 Vervolg in 2014 Belangrijke vervolgontwikkelingen voor 2014: n De activiteiten binnen de Generalistische Basis GGZ worden uitgebreid, vanuit de bestaande organisatiestructuur/specialistische teams en de pilots bij huisartsen. Op basis van de inhoud, opgedane ervaringen, eisen etc. zal de structuur in de tweede helft van 2014 opnieuw bekeken worden voor 2015. n De kwaliteit en validiteit van zorgtoewijzing wordt versterkt door de inzet van een specifiek triageinstrument bij aanmeldingen. n De E-Health activiteiten worden uitgebreid, met de mogelijkheid voor beeldbellen binnen de beveiligde Citrix-omgeving. n Het aantal uitgevoerde ROM-metingen wordt uitgebouwd naar 50%. n De nieuwbouw voor de Acute Psychiatrie start in het tweede kwartaal 2014. n Het centrum voor Persoonlijkheidsproblematiek, het centrum voor deeltijdbehandeling, De Bremmele en het centrum voor voor klinische psychotherapie, De Wieke zullen fysiek worden samengevoegd tot een nieuw op te richten Centrum voor Persoonlijkheidsstoornissen. n Continueren van samenwerking met ketenpartners ter versterking van de complementariteit van de zorgdiensten. n Verdere optimalisering van administratieve processen, rekening houdend met toenemende eisen ten aanzien van transparantie. n Verdere uitwerking van het meerjarenbeleidsplan 2013-2016.
4.3 Algemeen kwaliteitsbeleid 4.3.1 Gehanteerde kwaliteitsmanagement systeem Het kwaliteitsmanagementsysteem (KMS) van Mediant is het hulpmiddel voor het realiseren van een doelmatige organisatie. Het systeem is opgezet vanuit het definiëren van een aantal kernprocessen voor Mediant, te weten: n De beleidscyclus van Mediant, n het primaire proces, onderverdeeld in intake/indicatie, uitvoering zorgverlening, evaluatie en nazorg, n ondersteunende processen, gericht op het realiseren van de middelen voor het primaire proces, n sturen en terugkoppelen. Mediant maakt gebruik van de Plan-Do-Check-Act cyclus, conform het model van Deming. Het geheel wordt ondersteund door een digitaal kwaliteitshandboek (vormgegeven met behulp van Open IMS). Een beheerproces op dit handboek zorgt ervoor dat deze up-to-date wordt gehouden. Het kwaliteitshandboek is vormgegeven aan de hand van het HKZ-certificeringschema. Dit betekent dat de indeling in het handboek, zowel centraal als ook per bedrijfsonderdeel, correspondeert met de HKZ-rubrieken.
4.3.2 Certificaten/labels of accreditaties Mediant is sinds 2007 HKZ-gecertificeerd. In 2011 is de certificatie na externe audit bevestigd en is doorlopend tot 1 november 2016. Mediant is HACCP (Hazard Analysis of Critical Control Points) gecertificeerd en wordt hierop zowel vanuit de HKZ als de Voedsel- en Warenautoriteit gecontroleerd. Mediant beschikt over een SITO-certificaat in verband met de geleverde bijdrage aan CO2-reductie. Mediant prolongeerde het kwaliteitskeurmerk ‘Vrijwillige inzet: Goed geregeld’ van de Nederlands Organisatie Vrijwilligers. Deze kwaliteitsonderscheiding loopt door tot oktober 2014.
44
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Mediant is erkend als opleidingsinstituut, c.q. opleidingsplaats voor de opleidingen tot: n Klinisch-psycholoog. n Psychotherapeut. n Huisarts (opleidingsplaats GGZ). n GZ-psycholoog. n Verpleegkundig Specialist. n Ervaringsdeskundige. n Verpleegkundige, op alle niveaus. n Psychiater.
4.3.3 Kwaliteit van informatie en registratie, gegevensbeveiliging Beveiliging Mediant kiest voor een gegevensbeveiligingsniveau conform NEN 7510. In de periode 2004-2008 is daar, begeleid door een ICT-projectgroep, een basis voor gelegd, welke sinds 2009 jaarlijks is geëffectueerd en ook in 2013 doorgezet. Extra aandacht werd besteed aan de veiligheid van opslag van gedeelde documenten via internet. Als alternatief voor onder meer het (niet-beveiligde en externe) Dropbox werd in 2013 Citrix Sharefile geïnstalleerd, waarmee ook de opslag van de gedeelde documenten aan de NEN 7510-eisen voldoet.
4.3.4 Kwaliteit van gebouwen In 2013 is een Vastgoedplan 2013-2023 vastgesteld. In dat plan is rekening gehouden met verwachte ontwikkelingen op het gebied van huisvesting. Mediant heeft circa 3% meer m2 dan de huidige vastgoed-normen, hetgeen in vergelijking met andere ggz-instellingen erg weinig is. In 2013 is het aantal m2 verder teruggebracht. Door zorginhoudelijke samenwerkingsverbanden op het gebied van dagbesteding en activering, kon de locatie Javastraat Enschede worden afgestoten. In december 2013 is gestart met de aanbestedingsfase gericht op nieuwbouw Acute Psychiatrie. Brandveiligheid Alle locaties van Mediant beschikken over geactualiseerde ontruimingsplattegronden. Brandblussers en brandslanghaspels op alle locaties van Mediant zijn conform voorschriften gekeurd. Alle Mediant-locaties voldoen aan de beveiligingseisen die de brandweer stelt aan de ruimten ten aanzien van brandveiligheid. De periodieke afstemming met Brandweer en Afdeling Handhaving Gemeente Enschede en Hengelo voortgezet. Het overleg met beide gemeenten verloopt prettig en constructief.
4.4 Kwaliteitsbeleid ten aanzien van cliënten De inhoud en kwaliteit van zorg is geborgd door de duale managementstructuur, waarbij op elk stuurniveau, professionals deze kwaliteit kunnen bewaken. Deze professionals hebben een specifieke overlegstructuur, zodat de inbreng gewaarborgd is. Verder wordt de Cliëntenraad nadrukkelijk betrokken bij de beleidskeuzes en kiest Mediant voor inzet van ervaringsdeskundigen. Mediant hecht veel waarde aan de mening en zelfbeschikkingsrecht van cliënten en besteedt jaarlijks veel aandacht aan het zorgvuldig gebruik van dwang- en drangmaatregelen. Mediant is deelnemer aan het project ‘Terugdringen Dwang en Drang’. Hiertoe is binnen Mediant een projectgroep ‘Terugdringen Dwang en Drang’ in het leven geroepen, waarin hulpverleners, teammanagers en ervaringsdeskundigen deelnemen. Alle toepassingen van dwang- en drang worden geregistreerd in het Argus-systeem.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
45
4.4.1 Kwaliteit van zorg De eerste en belangrijkste taak van Mediant is het bieden van geestelijke gezondheidszorg aan mensen die hiertoe op reguliere wijze, veelal via de huisarts, verwezen zijn, of die buiten de reguliere orde om met Mediant in contact komen of worden gebracht (bijvoorbeeld door politie). De aandacht voor de kwaliteit van zorg is geborgd door op alle beleidsniveaus, náást een manager bedrijfsvoering, eveneens een inhoudelijk manager (parttime) aan te stellen. Deze ‘managers zorg’ zijn professionals en zien toe op behoud en uitbouw van de kwaliteit van zorg en zorgen er tevens voor dat tijdig wordt ingehaakt op nieuwe ontwikkelingen en inzichten. Zie ook paragraaf 2.2.3 waar de leidingstructuur wordt geschetst en waarin de aandacht voor de kwaliteit van de zorg geborgd is. Verder hecht Mediant grote waarde aan het principe van ‘weten is meten, meten is weten’. Prestatie-indicatoren De Basisset Prestatie-indicatoren GGZ en Verslavingszorg wordt door Mediant niet alleen gebruikt ter externe maatschappelijke verantwoording, maar ook voor interne management-sturingsinformatie. Waar mogelijk, o.a. met betrekking tot incidentmeldingen en wachttijden, gebeurt dat door gebruik te maken van het Management Informatie Systeem. In 2013 werd gewerkt met de volgende indicatoren: 1. Verandering in de ernst van de problematiek en wijziging in dagelijks functioneren. 2. Informatieverstrekking, inclusief informatie over medicijnen en hun bijwerkingen. 3. Informed consent. 4. Keuzevrijheid. 5. Vervulling zorgwensen. 6. Evaluatie behandelplan. 7. Continuïteit van zorg. 8. Bejegening. 9. Dwang & drang. 10. Incidenten in de cliëntenzorg. 11. Wachttijden en –lijsten. De resultaten ten aanzien van de punten 1 tot en met 8 zijn via ‘zichtbare zorg’ in de loop van 2014 te vergelijken met de uitkomsten bij andere instellingen. Informatieverstrekking: Belangrijk item in de cliëntenzorg is een goede informatievoorziening. Binnen Mediant is een ‘Introductiepakket voor cliënten’ vastgesteld en centraal ingevoerd. Vanuit het centraal magazijn worden deze pakketten geleverd aan de afdelingen en teams, waardoor de eenduidigheid is toegenomen. In dit pakket zit algemene Mediant-informatie, een inlegvel ‘Rechten van cliënten’, informatie over de Cliëntenraad en Familie en omgeving. Het pakket kan worden aangevuld met specifieke informatie over de diverse afdelingen en centra. Ook de ROM-folder is standaard opgenomen. Mediant voldoet aan de verplichting (sinds januari 2013) om cliënten te informeren over de Algemene Leveringsvoorwaarden, door vermelding hiervan op het inlegvel met een verwijzing naar de website voor meer informatie. CTO Mediant meet de mate van cliënttevredenheid door het afnemen van vragenlijsten (CTO en CQI-vragenlijst). In 2013 zijn in totaal 1088 vragenlijsten geretourneerd, een toename ten opzichte van voorgaande jaren. (In 2012: 777).
46
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Mediant scoort goed als het gaat om de bejegening en vakbekwaamheid. Verbeterpunt blijft de informatievoorziening aan cliënten. Hierop zijn in 2013 acties uitgezet, waaronder een reminder aan medewerkers om het informatiemateriaal uit te reiken en hiervan een vermelding te maken in het cliëntendossier. Gemiddeld CTO-rapportcijfer (incl. CQI) over 2013 was : 7,66 en blijft daarmee op het niveau van voorgaande jaren. ROM Implementatie In 2013 is de aandacht voor het meten van de effecten van behandeling gecontinueerd, door middel van Routine Outcome Measurement (ROM). In 2011 werden 1574 tweede metingen uitgevoerd. In 2012 is dat ruim verdubbeld tot 4214 en in 2013 verder toegenomen tot 4576 metingen. Aantal ROM metingen
2013
2012
2011
1 metingen
6224
5.118
4.993
2 meting
4576
4.214
1.574
e e
DBC’s met volledige ROM-meting Over het jaar 2013 werden 2996 DBC’s (gelijk aan 43,6%) met een complete meting aangeleverd aan SBG. De gestelde norm voor 2013 (40%) werd daarmee gehaald. Inhoudelijk Naarmate met name het aantal tweede metingen toeneemt, groeit de mogelijkheid om ook inhoudelijke conclusies te trekken. Tot nu toe was dat aantal te laag om deze exercitie zinvol uit te voeren. Inmiddels nadert Mediant het moment dat een inhoudelijke beeld ontstaat over de effecten. Vanwege de diverse variabelen is voorzichtigheid bij het trekken van deze conclusies geboden. De informatie van de Stichting Benchmark GGZ(SBG) levert wel een impressie op. De behandeleffectrapportage toont per zorgdomein/meetdomein de gemiddelde Delta T-score als indicatie voor het behandeleffect. Hoe hoger het cijfer hoe groter het effect. SBG maakt een onderscheid tussen DBC trajecten (deze omvatten 1 DBC) en Zorgtrajecten (deze bevatten alle DBC’s totdat de cliënt uit zorg gaat). De verandering in behandeling is gemeten op basis van Zorgtrajecten. Onderstaande gegevens komen uit de SBG; een hogere score wijst op een beter resultaat/effect. Doelgroep
Behandeleffect op klachten en symptomen Mediant
Landelijk
Volwassenen Kort
10,05
8,29
Jeugd
7,98
5,45
Ouderenzorg
8,02
6,57
Behandeleffect functioneren Mediant
Landelijk
12,09
8,55
Volwassenen EPA*
Behandeleffect kwaliteit van leven Mediant
Landelijk
1,40
0,91
* Meting als enige op jaarbasis ‘DBC trajecten’ (i.p.v. zorgtrajecten). Dwang en Drang Binnen Mediant wordt gedurende een reeks van jaren, aandacht besteed aan de terugdringing van het gebruik van Dwang en Drang. Deze aandacht heeft bijgedragen tot een verhoogde bewustwording en scherpte. De toepassing van Dwang en Drang is met vele procenten teruggedrongen, ook in 2013.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
47
In september 2013 werd de bestaande projectgroep Terugdringen Dwang en Drang omgevormd tot de Auditgroep BOPZ. De opdracht van deze groep is het toetsen van de toepassing van Dwang en Drang aan het toetsingskader van de IGZ. Activiteiten ten aanzien van Dwang en Drang worden geregistreerd in het softwarepakket Argus. De registraties bieden inzicht in het frequentie en duur van de toepassing van dwang en drang interventies. Mediant (bron: Argus)
2013
2012
2011
Aantal keren dat een cliënt onvrijwillig in een separeerruimte verbleef
193
364
219
Aantal keren dat een cliënt VRIJWILLIG in een separeerruimte verbleef
102
64
111
Aantal keren dat dwangmedicatie is toegepast
285
120
79
13,1 uur
10
13,3 uur
Gemiddelde duur van een separatie
BOPZ (Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen) De locaties Helmerzijde, Scherpenzeelhoek en De Opmaat zijn erkend als locatie om cliënten met een BOPZmaatregel (meestal Rechterlijke Machtiging of In Bewaring Stelling) te mogen opnemen. In 2013 was 467 keer sprake van een BOPZ-maatregel: n IBS-en: 214 n RM-en: 253 Eind 2013 is een artikel geschreven ter publicatie in het blad van de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie, waarin wordt ingegaan op het effect van dwangmedicatie op de duur van de toepassing van vrijheidsbeperkende maatregelen. Dit artikel wordt naar verwachting in 2014 gepubliceerd.
4.4.2 Klachten en klachtencommissie Mediant beschikt over een onafhankelijke klachtencommissie voor zowel klachten van cliënten, als klachten van familie en/of andere naastbetrokkenen van een cliënt. Ten aanzien van de klachtenregelingen werkt Mediant samen met de Stichting RIBW-Groep Overijssel. De klachtencommissie verricht haar werkzaamheden op basis van de ‘Klachtenregeling Mediant/RIBW Groep Overijssel voor cliënten’ en ‘Klachtenregeling Mediant/RIBW Groep Overijssel voor familie’. In de regelingen is informatie opgenomen over klachtgerechtigden, klachtwaardig gedrag en de wijze van klachtbehandeling door de klachtencommissie. De klachtencommissie behandelt zowel klachten op grond van artikel 2 van de Wet Klachtrecht Cliënten Zorgsector als klachten op grond van artikel 41 van de Wet Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen. Samenstelling De leden van de klachtencommissie zijn benoemd door de besturen van Mediant en de RIBW Groep Overijssel. De voorzitter en plaatsvervangend voorzitter zijn juristen die niet zijn verbonden aan Mediant en de RIBW Groep Overijssel. De leden van de klachtencommissie zijn allen werkzaam voor Mediant of de RIBW Groep Overijssel met uitzondering van de leden-vertegenwoordigers familie. Bij de behandeling van een klacht bestaat de commissie uit ten minste drie personen, inclusief voorzitter. De voorzitter bepaalt – afhankelijk van de aard en de herkomst van de klacht - per behandeling de samenstelling van de commissie. Bij de behandeling van een klacht op grond van de klachtenregeling van cliënten maakt een ervaringsdeskundige standaard deel uit van de commissie. Bij de behandeling van een klacht op grond van de klachtenregeling voor familie is een vertegenwoordiger van de familie lid van de commissie.
48
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
In het verslagjaar hebben enkele mutaties in de samenstelling. De heer G.H.B. Andriol heeft het voorzitterschap van de commissie neergelegd en is benoemd als plaatsvervangend voorzitter per 1 januari 2013. Mevrouw D.W. Jansen (jurist) heeft van 1 februari 2013 tot 1 september 2013 het voorzitterschap van de klachtencommissie bekleed. Er is een vacature voor de functie van voorzitter opengesteld. De heer C.J.A. Stoelers, lid-vertegenwoordiger familie, is volgens rooster afgetreden. Aan het einde van het verslagjaar was er een vacature voor lid-vertegenwoordiger familie. Als nieuwe leden zijn in 2013 benoemd: De heer W. J. Agelink (psychiater) en mevrouw P. Rasker (ervaringsdeskundige). De samenstelling van de klachtencommissie was per 31 december 2013 als volgt: Voorzitter: vacature per 01.01.2014 vervuld door mevrouw. I. Assink Plaatsvervangend voorzitter: De heer mr. G.B.H. Andriol (jurist) Plaatsvervangend voorzitter: De heer mr. S.S. Rijpma (jurist) Leden Mevrouw J. van den Hoed (psychiater Mediant) Mevrouw E.D. Panneman (psychiater circuit Curatieve zorg Mediant) Mevrouw A. Oomen (arts circuit Ouderenpsychiatrie Mediant) De heer S.C.H. Veldhuis (teammanager circuit Preventie, Jeugd en PACT Mediant) De heer W. Geerts (medewerker RIBW Groep Overijssel) Mevrouw W. Beetsma (ervaringsdeskundige Mediant) Vacature (vertegenwoordiger familie) Plaatsvervangende leden De heer W.J. Agelink (psychiater circuit Curatieve Zorg Mediant) Mevrouw Y. Hekkink (ervaringsdeskundige) Mevrouw P. Rasker (ervaringsdeskundige) Mevrouw W. Vijn (vertegenwoordiger familie) Secretariaat Ambtelijk secretaris: de heer W. Kuckartz Plv. ambtelijk secretaris: mevrouw K. E. Meertse Secretaresse: mevrouw M.P. Lavrijssen Klachtenreglement Mediant heeft een protocol ten aanzien van de klachtbehandeling, waarin zowel de procedure met betrekking tot het indienen, als de wijzen van verwerking zijn geregeld met zowel de mogelijkheid tot bemiddeling als de optie van een hoorzitting en uitspraak. Wanneer klager en degene tegen wie de klacht zich richt het daarover eens zijn, verdient bemiddeling de voorkeur boven een klachtbehandeling middels een hoorzitting. In het geval dat een klacht gegrond wordt verklaard, wordt de Inspectie Gezondheidszorg (IGZ) en de RvB hierover geïnformeerd. Communicatie De klachtenregelingen worden genoemd in de algemene informatiefolders van Mediant, alsook in de circuit specifieke folders. Tevens liggen de algemene informatiefolders in alle wachtruimtes binnen Mediant. De klachtenregeling is in te zien op www.mediant.nl.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
49
Het volgende overzicht toont op welke wijze de afhandeling van de klachten plaatsvond. 2011
2012
2013
Totaal aantal personen met klachten
28
36
36
Hoorzitting met bemiddeling
3
Hoorzitting met uitspraak
14
16
10
Ingetrokken/niet ontvankelijk
3
1
19
Nog in behandeling
7
Gegrond verklaard *
7
Ongegrond verklaard *
11
* Bij de uitspraak gaat het om ‘klachtonderdelen’ Eén klacht kan uit meerdere klachtonderdelen bestaan.
4.4.3 Toegankelijkheid en wachttijden Locaties: Mediant maakt gebruik van 12 locaties verspreid over het werkgebied: 1. Twents Psychiatrisch Ziekenhuis Helmerzijde, Enschede. 2. Multifunctionele Eenheid De Opmaat, Hengelo. 3. Locatie De Bolder, Hengelo. 4. Locatie GGZ Jeugd, Enschede. 5. Centrum voor klinische psychotherapie De Wieke, Enschede. 6. Locatie Raiffeisenstraat, Enschede. 7. Locatie Tromplaan, Sociaal Psychiatrisch Behandelcentrum, Enschede. 8. Locatie Wegtersweg, Hengelo (SWB-gebouw). 9. Locatie Esrein, Hengelo. 10. Resocialisatie-eenheid Scherpenzeelhoek, Enschede. 11. AC Bij de Toren, locatie voor bemoeizorg/OGGZ Midden-Twente. 12. Locatie Zuiderspoorstraat, Enschede. Wachttijden: Het streven van Mediant is om geen of minimale wachttijden te hebben. Schommelingen in vraag worden zoveel mogelijk opgevangen ná de intake, zodat bekend is wáár de cliënt inhoudelijk op wacht. Wachtlijsten worden maandelijks gemonitord en opgenomen in de kwartaalrapportages. In 2013 leidde dat tot extra personele inzet bij het Circuit Jeugd en bij het Psychodiagnostisch Adviescentrum Twente (PACT). De toenemende wachtlijsten bij PACT werden veroorzaakt door een toenemende vraag vanuit huisartsen voor onderzoek, m.n. m.b.t. ADHD en ASS.
4.4.4 Patiënten Vertrouwens Persoon Binnen Mediant is een Patiënten Vertrouwens Persoon (PVP) aangesteld in de persoon van mevrouw Wendy Bult. Om de onafhankelijkheid te waarborgen is de PVP niet in dienst bij Mediant, maar bij de Stichting Patiënten Vertrouwens Persoon. Mevrouw Bult heeft zelf een verslag over het verslagjaar samengesteld. Enkele citaten betreffende 2013 uit dat verslag: Aantal klachten Binnen Mediant is het aantal vragen en klachten (..) iets gedaald, van 340 in 2012 naar 337 in 2013. Er zijn 17 voorlichtingen aan cliënten gegeven en 2 voorlichtingen aan personeel. De helpdesk heeft iets minder vragen en klachten ontvangen, namelijk 29 (31 in 2012)”.
50
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Positieve ontwikkelingen In vergelijking met vorig jaar is er minder geklaagd over het toepassen van dwang. Navraag leert dat met name het aantal gedwongen separaties is afgenomen. In 2012 is er aandacht gevraagd voor het aspect veiligheid, in het bijzonder op de Gesloten Opname Afdeling. In 2013 zijn er op deze afdeling camera’s geplaatst met als doel de veiligheid van zowel cliënten al personeel te bevorderen. Of de cliënten zich ook daadwerkelijk veiliger voelen is moeilijk te meten, maar het aantal klachten dat te maken heeft met het aspect veiligheid is in 2013 sterk verminderd. Net zoals in 2012 blijkt dat in de praktijk de medewerkers van Mediant erg bereidwillig zijn om informatie te verstrekken aan de cliënt op het moment dat er een vraag of klacht speelt”.
4.4.5 Veiligheid Veiligheid cliënten Binnen Mediant worden incidenten in de cliëntenzorg geregistreerd en gevolgd met behulp van een softwarepakket Patiënt Safety Company. De informatie uit dit systeem wordt structureel omgezet in managementinformatie, zowel ten aanzien van de acties gekoppeld aan het betreffende incident als ten aanzien van relevante beleidsinformatie. BedrijfsHulpVerlening (BHV) Om alle medewerkers van Mediant voldoende basiskennis te laten hebben van bedrijfshulpverlening, is gestart met cursussen via E-learning. Deze training werd in 2013 door 285 personen gevolgd met een gemiddelde score van 88%. Er vonden 20 praktijkoefeningen plaats, verspreid over alle locaties. Het aantal gediplomeerde BHV-ers is eind 2013 81. Dwang en Drang De veiligheid van cliënten bij separaties is één van centrale onderwerpen binnen het project terugdringen Dwang en Drang. De registratie hiervan gebeurt binnen Argus. Opsporing ‘ongeoorloofd afwezige’ cliënten Bij vermissing van cliënten volgt Mediant een werkwijze die aansluit bij de richtlijn (2008) van het landelijke college van procureurs-generaal. In 2013 werd 48 keer bij de politie gemeld dat een cliënt ‘ongeoorloofd afwezig was’ (2012: 69 keer). In vrijwel alle situaties is de melding gedaan vanwege afwezigheid tijdens een BOPZ-opname, zonder dat er sprake was van een direct gevaar. Elke melding werd vanuit Mediant voorzien van een indicatie van de gewenste actie. AED (Automatische Externe Defibrillator) Binnen Mediant zijn op alle locaties Automatische Externe Defibrillatoren geplaatst. Het beheer en onderhoud van deze apparatuur wordt uitgevoerd door de Technische Dienst en gecoördineerd door de veiligheidskundige. 123 Medewerkers zijn in 2013 geschoold in het gebruik van de AED. Noodstroom Mediant beschikt over een noodstroomvoorziening waarbij, bij stroomstoring er gewoon doorgewerkt kan worden en rond alle vitale functies van Mediant (o.a. op ICT en beveiligingssystemen) géén onderbreking is.
4.4.6 Inspectie voor de Gezondheidszorg Mediant valt voor VWS-Inspectie voor de Gezondheidzorg (IGZ) onder het werkgebied Noordoost Nederland. De Inspectie verrichtte in 2013 vier bezoeken en een bezoek in het kader van het jaargesprek.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
51
Follow-op thematische bezoeken Medicatieveiligheid Tijdens dit bezoek heeft de inspectie een bezoek gebracht aan onze leverancier; de Centrum Apotheek Enschede, gevolgd door een bezoek aan locaties De Opmaat en Helmerzijde. Tijdens het bezoek werd, in vergelijking tot 2012, een verdere verbetering op het gebied van medicatieveiligheid vastgesteld. Adviezen van de IGZ zijn vervolgens door de geneesmiddelencommissie opgepakt en gerealiseerd. Binnen De Opmaat alsook binnen Helmerzijde is een interne auditgroep Medicatieveiligheid actief, die elke klinische afdeling jaarlijks audit conform de normen van de IGZ. Op deze wijze is de medicatieveiligheid op de afdelingen gewaarborgd. Thematisch bezoek: ‘Terugdringen separeren’ Binnen de locatie Helmerzijde is door de Inspectie administratie/verslaglegging op casus niveau getoetst. Uit de toetsing kwam naar voren dat aan een aantal normen nog niet of onvoldoende werd voldaan. De IGZ heeft Mediant gevraagd om binnen drie maanden een interne audit uit te voeren en de IGZ hierover te rapporteren waarbij uit de rapportage zou blijken dat de noodzakelijke verbeteringen zijn uitgevoerd. Dit is conform uitgevoerd. Follow-up bezoek ‘Terugdringen separeren’. Tijdens een vervolgbezoek is opnieuw op casusniveau geïnspecteerd. Uit de toetsing bleek dat Mediant nog steeds aan een aantal normen onvoldoende voldeed. Op grond daarvan is verdere actie ondernomen.
4.5 Kwaliteit ten aanzien van medewerkers 4.5.1 Personeelsbeleid In 2010 is een start gemaakt met een Arbo-jaarcyclus, waarbij het Arbo-jaarplan wordt gevormd door bundeling van de plannen van aanpak, die de teammanagers hebben opgesteld n.a.v. de deel-Risico Inventarisatie & Evaluaties. De plannen worden halfjaarlijks (in maart en september) gepubliceerd. Aantal personeelsleden Het personeelsbestand van Mediant maakt na een lichte groei in 2010-2011 en een kleine daling in 2012 een stabiele episode door, met enerzijds behoud van het aantal fte’s, maar wel een flexibilisering. Per 31 december 2013 was het aantal fte’s 716 en blijft daarmee op het niveau van 2012 (715) en 2011 (719). Het percentage fte’s met vaste aanstellingen is gedaald van 88% (2012) naar 82% (2013). De flexibiliteit van Mediant om te reageren op ontwikkelingen is hierdoor vergroot (Zie ook 3.2.4). 31-12-2013
01-01-2013
31-12-2012
Aantal personeelsleden loondienst
950
943
942
Aantal fte’s
716
701
715
01-01-2012
31-12-2011
01-01-2011
947
944
906
718
719
684
aantallen exclusief vrijwilligers, stagiaires, externe medewerkers en leden raad van toezicht. Het aantal tijdelijke medewerkers is fors toegenomen. Begin 2010 betrof het 4% van het totaal fte, eind 2013 is dit percentage gestegen naar 12%. Dit is conform het beleid van Mediant om minder kwetsbaar te zijn in de turbulente tijd waarin de ggz momenteel verkeert.
52
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Instroom en verloop De uitstroom naar aantal was 122 personen (2011: 100; 2012: 85). De instroom was 129 personen (2011: 138; 2012: 80). De uitstroom naar fte was 70 fte (2011: 64; 2012: 67). De instroom was 54 fte (2011: 102; 2012: 48). Vervulling vacatures Mediant kan in alle disciplines redelijk goed in de vacatures voorzien. Een extra inspanning daarbij werd gevraagd bij de functies arts/psychiater, GZ-psycholoog en SPV-er. Verzuim Het ziekteverzuim onder Mediantmedewerkers daalde van 5,8% in het eerste kwartaal tot 3,7% in het vierde kwartaal. Het gemiddelde ziekteverzuimpercentage kwam uit op 4,7% en zit daarmee in de buurt van het landelijk branchegemiddelde. In tabel: 2013
2012
1e kwartaal
5,8%
5,1%
2e kwartaal
4,8%
4,5%
3e kwartaal
4,3%
4,4%
4e kwartaal
3,7%
5,6%
Gemiddeld jaar
4,7%
4,6%
Ziekteverzuim incl. 2e jaar, excl. 3e ziektejaar Veiligheid voor medewerkers Mediant heeft een Externe Vertrouwenspersoon aangesteld om ongewenst gedrag tussen medewerkers kenbaar te kunnen maken en te kunnen elimineren. Voor de invulling van deze functie werkt Mediant samen met Dimence en RIBW-Groep Overijssel. In april 2013 vond er op deze functie een personele wisseling plaats. Beide vertrouwenspersonen hebben elk een eigen jaarverslag gemaakt. In totaal werd de ‘externe vertrouwenspersoon’ 5 keer benaderd, waarbij met name advies werd gevraagd aangaande specifieke situaties. Citaat uit het jaarverslag van de vertrouwenspersoon: “Op basis van het gering aantal situaties en de diversiteit van de meldingen, kan de vertrouwenspersoon niet spreken van herhaling van klachten of ongewenste ontwikkelingen”. Jaargesprekken Mediant hanteert de jaargesprekkensystematiek, waarbij zowel medewerkers als de (duale) leidinggevenden de inhoud bepalen. In 2013 kreeg 58% van alle medewerkers, (inclusief de medisch-specialisten en andere zorgprofessionals, exclusief stagiaires en externe medewerkers) een jaargesprek. Er vindt, in verband met de vertrouwelijkheid van de gesprekken, géén centrale registratie plaats van besproken items en afspraken uit de jaargesprekken. Daar waar de gesprekken leiden tot specifieke acties (bijvoorbeeld opleidingsafspraken) wordt dat via de lijnstructuur gevolgd.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
53
Protocol aangifte doen bij strafbare feiten Ten behoeve van medewerkers die slachtoffer of getuige zijn van strafbare feiten zijn afspraken gemaakt met onder meer politie en openbaar ministerie. Uitgangspunt van zowel beleid als de gemaakte afspraken is dat bij strafbare feiten er altijd melding wordt gemaakt of aangifte wordt gedaan. Deze afspraken zijn vastgelegd in een regionaal convenant. Bedrijfsopvangteam In 2013 hebben 2 medewerkers een beroep gedaan op het bedrijfsopvangteam BOT (2012: 3; 2011: 2). Beide keren bleek de opvang d.m.v. één of twee gesprekken met een lid van het BOT-team voldoende. Bedrijfsfitness Bij Mediant is een MKSA-regeling van toepassing met de mogelijkheid tot deelname aan bedrijfsfitness. Medewerkers konden tegen een gereduceerd tarief en met fiscaal voordeel sporten bij HealthCity. In 2013 maakten 16 personen hier gebruik van. Het contract met HealthCity is overigens per 1 december 2013 gestopt. Door wijziging van de voorwaarden verviel het voordeel voor de deelnemers. De deelname aan de bedrijfsfitness in de ruimte van de afdeling fysiotherapie op locatie Helmerzijde is in 2013 teruggelopen naar 12 (2012: 14). Influenza In het najaar zijn griepprikpoli’s opgezet voor medewerkers en cliënten van afdelingen waar extra kwetsbare cliënten verblijven als het gaat om complicaties van influenza. Zeker 37% van de medewerkers van de klinische Ouderenpsychiatrie en Medische dienst zich in 2013 laten vaccineren (in 2012 39%). Van Gestructureerd Wonen van SPB heeft 68% van de medewerkers de griepspuit gehaald (in 2012 was dat 50%). Van de overige medewerkers hebben 26 (waarvan 8 van het poolbureau) zich binnen Mediant laten vaccineren (27 in 2012). Gepensioneerde medewerkers en Mediantiek Mediant onderhoudt het contact met gepensioneerde medewerkers, door hen onder meer uit te nodigen voor de activiteiten als de kerstmarkt en nieuwjaarsbijeenkomst. Ook onderling houdt men contact. Onder de naam Mediantiek organiseert een groepje oud-medewerkers jaarlijks enkele sportieve en/of culturele activiteiten. Klachtencommissie voor medewerkers Mediant heeft een klachtencommissie voor medewerkers. Medewerkers die ontevreden zijn over een besluit of een bejegening kunnen hierover ‘in de lijn’ in gesprek gaan. Wanneer dat niet tot een bevredigend antwoord leidt, is het mogelijk een klacht in te dienen bij deze klachtencommissie. De commissie bestaat uit drie leden (en twee plaatsvervangende leden) waaronder een onafhankelijk voorzitter. In 2013 zijn er geen klachten ingediend. Bezwarencommissie Sociaal Plan Mediant heeft een bezwarencommissie die als opdracht heeft een uitspraak te doen over bezwaren van werknemers tegen besluiten in het kader van het doorlopend Sociaal Plan Organisatieontwikkeling. De bezwarencommissie bestaat uit drie leden (en twee plaatsvervangende leden), waaronder een onafhankelijk voorzitter. Er zijn in 2013 geen bezwaarprocedures geweest. IBC-commissie (bezwarencommissie voor FWG-zaken) Mediant heeft een bezwarencommissie die de werkgever adviseert inzake bezwaren van medewerkers tegen de beschrijving en FWG-indeling van hun functies. De IBC-commissie bestaat uit drie leden (en twee plaatsvervangende leden), waaronder een onafhankelijk voorzitter. In 2013 zijn er geen procedures geweest.
54
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Tevredenheid van medewerkers Eind 2010 en 2012 zijn onderzoeken gedaan naar de mate van tevredenheid onder medewerkers. In 2012 werd de algemene tevredenheid gewaardeerd met 7,1. In 2013 is geen aanvullend onderzoek gedaan. Klokkenluidersregeling Mediant beschikt over een zogenoemde ‘klokkenluidersregeling’, waar medewerkers op een ‘veilige’ manier eventuele misstanden of onregelmatigheden aan de orde kunnen stellen. De regeling is ontworpen conform de Zorgbrede Governancecode en mede gebaseerd op de “Verklaring inzake het omgaan met vermoedens van misstanden in ondernemingen” van de Stichting van de Arbeid (publicatienummer 6/03 d.d. 24 juni 2003). Sinds vaststelling van de regeling beschikt Mediant ook over een vertrouwenspersoon inzake deze regeling. De regeling en benoeming zijn bekend gemaakt door plaatsing op intranet en via de reguliere overlegvormen. Over het verslagjaar 2013 zijn geen meldingen geweest en zijn ook geen adviesaanvragen binnengekomen. Arbo Op verzoek van teammanagers zijn in 2013 61 werkplekonderzoeken uitgevoerd door de preventiemedewerker/arbocoördinator (in 2012: 44). Veelal gaan dergelijke onderzoeken gepaard met voorlichting en instructie van medewerkers over gezonde lichaamshoudingen en bewegingen en het goede gebruik van voorzieningen, zoals de bureaustoel. De bevindingen zijn vastgelegd in een rapportage en voorzien van adviezen naar de opdrachtgever gezonden. Zeven medewerkers hebben in 2013 het advies gekregen een beeldschermbril aan te schaffen (4 in 2012). Incidentmeldingen Sinds 2010 kunnen medewerkers incidenten eenvoudig melden, waarbij ingevoerde gegevens in een centrale databank worden opgenomen (van The Patiënt Safety Company). In 2013 is er 733 x melding gemaakt van een incident (2012: 821) Ongeveer 45% (N=330) van de incidenten had betrekking op agressie-incidenten met een cliënt. De overige meldingen betroffen met name: n 132 x vallen cliënt. n 123 x medicijnfout. n 37 x suïcide (poging) of -neiging. n 14 x automutilatie. n 9 x incident i.v.m. brandveiligheid. n 4 x mogelijk bloedcontact. Hepatitis B Eind 2013 waren 465 medewerkers (98%), in functies met een licht verhoogde kans op besmetting, door vaccinatie beschermd tegen hepatitis-B virus. Het aantal medewerkers in zo’n functie, dat nog niet als beschermd geregistreerd staat, is gedaald van 30 naar circa 20. Risico Inventarisatie en Evaluatie Voor de registratie van meldingen met betrekking tot arbeidsomstandigheden maakt Mediant gebruik van de webbased applicatie ZorgRI&E. Deze software levert informatie voor zowel medewerkers als leidinggevenden. Leidinggevenden krijgen periodiek automatisch een opdracht of reminder een risico-inventarisatie uit te voeren. Als uit de inventarisatie knelpunten naar voren komen, worden de managers geholpen om een plan van aanpak op te stellen. Het softwarepakket ZorgRI&E biedt vervolgens de mogelijkheid om ook de uitgevoerde plannen vast te leggen.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
55
4.5.2 Wetenschappelijk onderzoek Mediant wil borgen dat de kwaliteit van het geleverde werk voldoet aan erkende standaarden en zich ontwikkelt naar de nieuwste inzichten. Het beleid op dit punt is geformuleerd in de nota ‘Samen werken, samen onderzoeken. Mediant en wetenschappelijk onderzoek’. Primair richt Mediant zich op wetenschappelijk onderzoek naar de kwaliteit en effectiviteit van de zorg die aan cliënten wordt geleverd. Daarvoor heeft Mediant aansluiting gezocht bij het Rob Giel Onderzoekcentrum (RGOc), gevormd door boven de IJssel GGZinstellingen en het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG). Om het wetenschappelijk onderzoek binnen Mediant te bevorderen, is de Commissie Wetenschappelijk Onderzoek (CWO) ingesteld. Het CWO werkt nauw samen met de Commissie Opleiding en Nascholing, omdat Mediant meent dat geestelijke gezondheidszorg, de wetenschappelijke evaluatie daarvan en voortdurende opleiding en nascholing met elkaar in synergie gebracht moeten worden. In 2013 is verder gewerkt aan de opbouw van diverse databases, die behalve informatie leveren over de voortgang behandeling en managementinformatie ook beschikbaar zijn voor wetenschappelijk onderzoek: n Routine Outcome Measurement (ROM). n Zorgmonitor. n De somatische screening. n Psychodiagnostische screening. n Incidentenregistratie. n Argus-registratie. n CTO en CQI. Mediant nam ook in 2013 deel aan het GROUP-onderzoek (Genetic Risk and Outcome of Psychosis) dat zich richt op factoren die iemand kwetsbaar maken voor het krijgen van een psychose, maar ook op factoren die beschermend kunnen werken. In het onderzoek is aandacht voor genetische, biologische, psychologische en sociale factoren. Mediant is partner binnen de Academische Werkplaats Jeugd Twente, dat tot doel heeft om op basis van wetenschappelijk onderbouwing de ketensamenwerking in de jeugdzorg te verbeteren en effectieve interventies in te zetten bij kinderen in risico-situaties. De commissie gaf in 2013 verder goedkeuring aan onder meer: n Uitbreiding van het (in 2012 gestarte) behandelevaluatieonderzoek naar Schemagerichte Cognitieve Therapie bij (jong)volwassenen met persoonlijkheidsproblematiek in een klinische setting. n Een onderzoeksaanvraag gericht op computergestuurde aandachttraining bij patiënten met traumatisch hersenletsel. In 2013 werd een longitudinaal onderzoek naar het effect van specifiek beleid bij agressie, ter voorkoming van separatie door zo nodig inzetten van medicamenteuze dwangbehandeling, afgerond. De conclusie van het onderzoek, gebaseerd op gegevens over 1843 cliënten in de periode 2007-2011, was dat het inzetten van dwangmedicatie, zowel qua subsidiariteit, proportionaliteit als doelmatigheid bij agressie van psychiatrische patiënten de voorkeur verdient boven separatie. Over het onderzoek en de resultaat is een artikel voorbereid dat ter publicatie is aangeboden aan het Nederlands Tijdschrift voor Psychiatrie.
4.5.3 Onderwijs Om ‘Gewoon Goede Zorg’ te kunnen leveren, schenkt Mediant voortdurend aandacht aan de deskundigheid en ontwikkeling van de medewerkers. In de nota ‘Samen werken, samen leren: Mediant en opleiding’ is vastgelegd welke ambities Mediant heeft ten aanzien van opleidingen.
56
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Mediant biedt opleidingsplaatsen voor: n GZ-psychologen, klinisch psycholoog en psychotherapeuten. n Psychiaters (visitatie en erkenning in 2013). n Verpleegkundig Specialist. n Verpleegkundigen, alle niveaus. n Ervaringsdeskundigen. Daarnaast biedt Mediant voor een groot aantal opleidingen stageplaatsen aan voor onder andere: n Specialist ouderengeneeskunde. n Huisarts. n ICT etc. Ter bevordering van opleiding en nascholing is een Commissie Opleiding en Nascholing ingesteld, die bestaat uit de opleiders van de diverse opleidingen en het hoofd Personeel, Organisatie en Opleiding. In 2013 beleefde afdeling Beekzijde haar eerste lustrum als ‘leerafdeling’ voor de Opleiding Verpleegkunde van het ROC-Twente. In die vijf jaar hebben 79 studenten stage gelopen op deze afdeling. 22 van hen (=28%) heeft overigens inmiddels een contract bij Mediant (als verpleegkundige, poolkracht of als leerling –middels een arbeidsleercontract-). Vrijwel alle medewerkers van het circuit Herstel zijn in 2013 geschoold in de toepassing van de methodiek Systematisch Rehabilitatiegericht Handelen (SRH). Refereerbijeenkomsten Om de kwaliteit van het werk te vergroten organiseert Mediant regelmatig refereerbijeenkomsten, waar (interne) medewerkers hun kennis en ervaring presenteren. Professionals binnen Mediant informeren hun collega’s over vakinhoudelijke ontwikkelingen. De bijeenkomsten worden gehouden in het Helmertheater, op locatie Helmerzijde. In 2013 zijn negen refereerbijeenkomsten gehouden over onder meer ‘Werken met Meldcode huiselijke geweld en kindermishandeling’, ‘Somatisch onverklaarde / onverklaarbare lichamelijke klachten’, ‘KOPP, onze zorg’, ‘Hypnose; niet zo gek als u denkt’ en ‘Multidisciplinair behandelen’. Gemiddeld bezochten per keer circa 80 personen deze refereerbijeenkomsten, variërend van 60 tot 110. Bij meerdere refereerbijeenkomsten konden accreditatiepunten worden verdiend. De refereerbijeenkomsten werden regelmatig (188 keer), ook door collega’s van andere instellingen, waaronder eerstelijns zorg en vrijgevestigde praktijken, bezocht. Interne opleidingen en trainingen In 2013 heeft Mediant 28 interne cursussen en trainingen aangeboden aan de medewerkers. In totaal werden 808 trainingen en cursussen gevolgd, waaronder: n Richtlijnen voor diagnostiek en behandeling van suïcidaal gedrag en Suïcidepreventie. n Psychopathologie. n Basiscursus Verslavingszorg. n Motiverende gespreksvoering. n Reanimatie. n BOPZ kennen en toepassen. n Vrijheidsbeperkende interventies en weerbaarheid. n Systematisch Rehabilitatiegericht Handelen.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
57
Leertraject Ervaringsdeskundigheid In samenwerking met Saxion, Dimence, RIBW en Tactus is de opleiding Leertraject Ervaringsdeskundigheid Oost Nederland (LEON) opgezet om ervaringsdeskundigen op te leiden tot ervaringswerker in de GGZ. Een ervaringswerker van Mediant is als docent aan deze opleiding verbonden. Taalles voor Duitse behandelaren Bij Mediant werken meerdere behandelaren van Duitse afkomst. Bij aanstelling worden afspraken gemaakt over de beheersing van de Nederlandse taal. Als aanvulling op deze basislijn heeft Mediant afspraken gemaakt met de Volkshochschule in Vreden rond het aanbieden van Nederlandse les aan psychiater, psychotherapeuten of andere behandelaren. Deze cursus wordt door Mediant gefaciliteerd. In 2013 werd in dit kader één cursus gegeven bestaande uit 10 bijeenkomsten, waar vier psychiaters en één psychotherapeut aan deelnamen.
4.6 Samenleving en belanghebbenden Vrijwilligersbeleid In januari 2013 is de Nota Vrijwilligersbeleid Mediant opnieuw vastgesteld, waarin wordt bevestigd dat Mediant vrijwilligers ziet als een belangrijke schakel tussen Mediant, de cliënten en de maatschappij. Binnen Mediant zijn vrijwilligers actief op allerlei onderdelen, zoals binnen de dagactiviteitencentra, in de moestuin, de ouderensoos, in het Helmertheater en de vriendendienst Hoor’ns. De cliëntenbibliotheek wordt vrijwel geheel verzorgd door de Unie van Vrijwilligers (UVV). Aan het eind van het verslagjaar waren er 189 geregistreerde vrijwilligers actief binnen Mediant, een toename ten opzichte van 2012 (174). Tijdens NL-doet van het Oranje Fonds hebben 15 cliënten, onder leiding van een fysiotherapeut van Mediant, een nordicwalking tocht gemaakt. De vrijwilligers werden daarbij ondersteund door vrijwilligers van het team Zorg en Welzijn van de gemeente Enschede. Zes vrijwilligers hebben deelgenomen aan cursus ‘werken vanuit open aandacht’, welke door de Volksuniversiteit Enschede werd gegeven. De cursus betrof een kennismaking met de ‘presentietheorie’. Tijdens het vrijwilligersfeest in april konden twee jubilarissen (beiden 12 ½ jaar) worden gehuldigd. Vrijwilligers van Mediant namen in het verslagjaar deel aan de verschillende platforms voor informele zorg in Borne, Oldenzaal, Enschede en Hengelo. Maatschappelijke stage Het (in 2010 gestarte) project om scholieren een Maatschappelijke stage aan te bieden heeft in 2013 geresulteerd in twee stages: één van het Agrarisch OpleidingsCentrum en één van een sportopleiding. Maatschappelijk ondernemen In 2013 werd voor de vierde keer deelgenomen aan de Slingerbeurs in Hengelo, waar organisaties met gesloten beurzen diensten en wederdiensten uitwisselen. Het leidde voor Mediant tot tien matches, waar onder het ontwikkelen van een computersysteem in een winkel van Terres des Hommes. Hiervoor ontving Mediant (samen met partner Terres des Hommes) de Slingermaandprijs. Tijdens de beurs ontving Mediant het certificaat ‘Maatschappelijk Betrokken Ondernemer’. Een vergelijkbare Beursvloer in Enschede leverde ook tien matches op, waarbij cliënten van Mediant en het bedrijfsleven elkaar vonden.
58
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Anti-stigma Mediant ondersteunde de WMO-klankbordgroep van de gemeente Enschede bij de organisatie van een antistigma avond rondom ggz-problematiek. Ervaringswerkers van Mediant hadden tijdens deze avond zitting in een panel. Mediant heeft met Politie Twente en ambulancedienst een convenant gesloten rond samenwerking in de crisisdienst, onder meer ten aanzien van het vervoer van cliënten psychiatrische problematiek. In dat convenant is geregeld dat incidenten achteraf in een operationele werkgroep worden besproken. In 2012 was er geen aanleiding om de werkgroep bij elkaar te roepen. In 2013 is dat overleg overgegaan op bilateraal overleg tussen de betreffende (ggz-)contactpersoon bij de politie en de leidinggevenden van circuit Acute Zorg binnen Mediant. In het kader van de Wet Publieke Gezondheid is per 1-1-2013 de coördinatie (leiding) van het kernteam PsychoSociale Hulp bij Ongevallen en Rampen (PSHOR) overgedragen aan de GGD Twente. Eerder lag de coördinerende rol bij Mediant. Mediant blijft overigens wel betrokken bij het bieden van de psychosociale opvang. Periodiek vinden in dat kader door GGD-geïnitieerde oefeningen plaats, waar Mediant op uitnodiging aan deelneemt. In 2013 zijn er geen oefeningen geweest. Wel vond er een bijeenkomst (’Incidentendag’) plaats waarin met betrokken partijen drie gebeurtenissen met grote impact werden geanalyseerd, gevolgd door oefenen met de BOB-methode (Beeldvorming, Oordeelsvorming en Besluitvorming). Regionaal overleg psychisch kwetsbaren Op uitnodiging van de 14 Twentse gemeenten nam Mediant in november 2013 deel aan een regionaal overleg om de regionale samenwerking rond ‘psychisch kwetsbaren’ te inventariseren, knelpunten te signalen en oplossingsrichtingen aan te geven. De oriëntatie richtte zich op de spoedeisende zorg, de ketensamenwerking binnen de OGGZ en de continuïteit van zorg op het grensvlak van forensische zorg en GGZ. Bemoeizorg/OGGZ Ten behoeve van de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) werkt Mediant samen met (en ín) alle gemeenten in het werkgebied. Zie: bijlage 3. Contacten met wijkagent De vaste wijkagent houdt wekelijks spreekuur op locatie Helmerzijde (liggend in de wijk Helmerhoek). Het spreekuur is bedoeld voor zowel cliënten van Helmerzijde als voor familieleden en verpleging. Wat zeg ik nu? Regelmatig worden medewerkers benaderd met verzoeken om informatie over cliënten. Teneinde medewerkers een handreiking te geven om, binnen de kaders van de privacywetgeving en beroepsethische plicht tot geheimhouding correct met deze verzoeken om te gaan, is in 2013 een notitie ‘Wat zeg ik nu?” vastgesteld. Het document geeft hulpverleners een kader om bij conflict van plichten tot een zorgvuldige keuze te komen. Duurzaamheid Mediant besteedt binnen de reguliere werkprocessen aandacht aan het duurzaamheidsvraagstuk. Bij aanbestedingen wordt nadrukkelijk gelet op het duurzaamheidsaspect. Denk daarbij aan beoordeling van een productieproces van goederen en energie- en waterverbruik van apparatuur. Voorbeeld: alle wasserijwerkzaamheden worden uitgevoerd door CleaneLeaseFortex, een firma gecertificeerd op het gebied van Certex.ISO 9001:2000.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
59
Mediant is in 2013 overgestapt op ‘groene stroom’. Bij de nieuwbouw voor de Acute Psychiatrie (2014) wordt onderzocht of zonnepanelen ingezet kunnen worden voor de energievoorziening voor bijvoorbeeld de vloerkoeling/verwarming. Energieverbruik Vanuit de afdeling Vastgoed en Onderhoud is veel aandacht voor energieverbruik binnen de gebouwen (toepassing energiezuinige verlichting). Door middel van Nieuwsbrieven attendeert Mediant de medewerkers op het belang van zuinig omgaan met energie. Afvalscheiding Mediant zamelt afval gescheiden in, naar stromen papier (vertrouwelijke stukken of gewoon papier), glas, plastic, klein chemisch afval, ijzer, restafval, voedingsresten en vetafscheider van de centrale keuken. Met de leverancier zijn afspraken voor het afvoeren van grof vuil en puin. MKSA Mediant biedt medewerkers die voor woon-werk-verkeer gebruik maken van de fiets op basis van de MKSAregeling de mogelijkheid om onder gunstige voorwaarden een nieuwe fiets aan te schaffen. In 2013 heeft Mediant deelgenomen aan E-fietsinitiatief van de stichting Twente Mobiel.
4.7 Financieel beleid Hieronder geven we de belangrijkste financiële kengetallen weer. Norm
2013
2012
2011
Totaal opbrengsten (x 1 mln.)
60,7
58,3
58,7
Totaal lasten (x 1 mln.)
59,8
57,7
56,2
0,9
0,6
2,5
>0%
1,5%
1,1%
4,2%
Vermogensratio (eigen vermogen / omzet)
>15%
22,4%
21,7%
20,5%
Solvabiliteit (eigen vermogen / balanstotaal)
>20%
31,4%
28,9%
27,7%
Liquiditeit (vlottende activa / korte schulden)
>0,85
1,38
1,19
1,25
>1,4
2,9
2,7
5,5
Netto resultaat (x 1 mln.) Ratio’s: Resultaat (opbrengsten / kosten)
Kasstroom (DSCR)
De ratio’s zijn gebaseerd op de financiële stresstest die Mediant heeft ontwikkeld (zie paragraaf 4.7.7).
4.7.1 Hoofdlijn In het voorgaande verslag is geconcludeerd dat Mediant financieel een gezonde instelling is. Deze positie is in 2013 geconsolideerd. De sector brede invoering van de dbc-bekostiging in 2013 heeft Mediant niet voor problemen gesteld. Mediant is in 2012 al volledig overgestapt op de dbc-bekostiging. De NZa maakte dit al mogelijk voor instellingen die deze stap in overleg met hun zorgverzekeraar wilden en konden maken. Mediant was dan ook in 2013 geheel voorbereid op deze overstap en hoefde geen gebruik te maken van het door de NZa ontwikkelde vangnet (transitieregeling en omrekenfactor).
60
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
In 2013 is de sector overgestapt op een systematiek waarbij met de representerende zorgverzekeraars productieafspraken worden gemaakt over de in 2013 te openen dbc’s. Deze zogenoemde schadelastsystematiek impliceert dat de productieafspraak betrekking heeft op twee boekjaren. Immers een deel van de activiteiten van de in 2013 geopende dbc’s zullen in 2014 gerealiseerd worden. Voor Mediant betreft dit ongeveer 40% van de afspraak. Op basis van een prognosemodel is te voorzien dat de realisatie hoger zal uitvallen dan de afspraak. Dit betekent dat een deel van de in 2013 gerealiseerde omzet in 2015 verrekend zal worden. In de jaarrekening is hier rekening mee gehouden (post voorziening onderhanden werk).
4.7.2 Complexiteit dbc-systematiek GGZ Nederland constateert dat de bekostiging van de ggz en het dbc-systeem zo ingewikkeld is geworden dat het praktisch onuitvoerbaar is. Voor de accountants, verenigd in de NBA, is dat reden geweest een alert uit te brengen. In deze alert stellen de accountants dat ze vanwege de vele systeemonzekerheden geen goedkeurende verklaring bij de jaarrekeningen van de ggz-instellingen willen verstrekken. Dit in navolging van de algemene ziekenhuizen, waarvoor de NBA ook een alert hebben uitgebracht. “De bekostiging van de ggz en de dbc-systematiek is dermate ingewikkeld geworden dat het praktisch onuitvoerbaar dreigt te worden”, aldus GGZ-Nederland in een reactie op de alert. Dit betreft vooral het loslaten van het representatiemodel waarbij de optelsom van contractafspraken met zorgverzekeraars leidt tot een praktisch onwerkbare en niet uitvoerbare situatie. Dit raakt echter niet de jaarrekening 2013, waar nog uitgegaan kan worden van de afspraken met de representerende zorgverzekeraars. De accountants signaleren dat onzekerheden ontstaan in de materiële controles (door NZa en zorgverzekeraars) die met terugwerkende kracht worden uitgevoerd en waarbij inzichten en spelregels van nu met terugwerkende kracht worden toegepast op facturen uit het verleden. Instellingen kunnen niet met terugwerkende kracht voldoen aan achteraf vastgestelde nadere registratie en declaratiebepalingen. Overigens geldt dat tot en met 2012 nog sprake was van een budgetsystematiek waarbij de dbc-facturatie dient ter incasso van het budget. Eventuele mutaties als gevolg van de controles worden nog in 2015 (bij de nacalculatie van de dbc’s 2013) verrekend. In de NBA-alert worden zeven thema’s benoemd waarin de landelijke problematiek uiteengezet wordt. Mediant heeft een impactanalyse opgesteld van alle in de NBA-alert genoemde onzekerheden, waarbij geconstateerd kan worden dat de onzekerheden voor de jaarrekening 2013 van Mediant beduidend lager zijn dan de in de alert beschreven algemene landelijke problematiek. Dat neemt niet weg dat Mediant de pleidooien voor vereenvoudiging van de bekostiging van de ggz-zorg onderschrijft.
4.7.3. Ontwikkeling opbrengsten Mediant levert zorg in het kader van de AWBZ en Zorgverzekeringswet. De werkzaamheden op het gebied van de zorgverzekeringswet betreffen medisch specialistische zorg, zorg aan asielzoekers en ondersteuning huisartsen (poh-ggz). Daarnaast is Mediant ook actief op het gebied van de WMO (preventie en bemoeizorg). De zorg in het kader van Justitie is sterk afgenomen en gedaald van € 300.000 in 2008 naar 54.000 in 2013. Het contract met Justitie is afgebouwd. De zorg in kader AWBZ en Zvw schommelt al jaren rond de 95-96% van de totale opbrengsten.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
61
Vanaf 2009 zijn de opbrengsten met 9,5% gegroeid. De NZa index geeft over diezelfde periode een groei van 10,5%. Gecorrigeerd voor lonen en prijzen zijn de opbrengsten van Mediant licht achteruit gegaan.
Opbrengsten Mediant 2009-2013 62,0 60,0
Miljoenen
58,0 56,0 54,0
overig
52,0 50,0
zvw/awbz 2009
2010
2011
2012
2013
Daar staat een veel grotere groei in productiviteit tegenover. Bij nagenoeg gelijkblijvend budget (gecorrigeerd voor index) levert Mediant nu meer zorg dan in 2009. Zie hiervoor het voorgaande jaarverslag.
4.7.4 Vermogen en resultaat Het behalen van een resultaat is voor een maatschappelijke non-profit instelling als Mediant geen doel op zichzelf. Wel is het een middel om het vermogensniveau op peil te brengen en te behouden. Het bestuur heeft op basis van een risicoanalyse het gewenste minimum eigen vermogen vastgesteld op 20% van de omzet. De rendements- of rentabiliteitseis is daarvan afgeleid: een resultaat is alleen nodig om het eigen vermogen op peil te brengen of te houden. Het eigen vermogen is van voldoende niveau en bedraagt 22% (2012: 21%). Ten opzichte van de benchmark, waarin Mediant wordt vergeleken met de andere geïntegreerde ggzinstellingen, scoort Mediant bovengemiddeld (sectorgemiddelde is 17,4%) en behoort bij de vijf best presterenden. In bijgaande grafiek wordt het eigen vermogen per instelling weergegeven als % van balanstotaal (solvabiliteit) en als % t.o.v. opbrengst (vermogensratio). Het blauwe vierkantje is Mediant en de rondjes representeren de instellingen. Het kruisje geeft het sectorgemiddelde aan.
Eigenvermogen 2012 25% 20%
+ = Landelijk gemiddelde
Vermogensratio
15%
= Mediant 10%
= Geïntegreerde ggz instellingen
5% 5%
10%
15%
20%
Solvabiliteit
62
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
25%
30%
De versterking van het eigen vermogen is geheel tot stand gekomen door resultaattoevoegingen en niet door herwaarderingen.
4.7.5 Liquiditeit De liquiditeit wordt uitgedrukt in de current ratio. Deze dient in beginsel boven de 1 te liggen waarbij Mediant 0,85 als minimum hanteert. Einde 2013 bedroeg deze ratio 1,4. Dit biedt voldoende zekerheid aan de crediteuren. De introductie van dbc-systematiek creëerde in 2008 een grote liquiditeitsproblematiek in de ggz-sector. Deze problematiek is substantieel afgenomen door een via een bestuursakkoord geregelde bereidheid van zorgverzekeraars om een groot deel van het onderhanden werk te financieren. Gemiddeld is 83% van het onderhanden werk door voorfinanciering afgedekt. De beschikbare liquide middelen zijn verder positief beïnvloed door het nog openstaande financieringsoverschot 2012 van € 3,1 mln. In 2013 is daar € 0,2 mln. bijgekomen. De liquiditeit wordt mede beïnvloed door het dbc-proces. Na afsluiten van een dbc dient nog een administratief traject van valideren, autoriseren en factureren doorlopen te worden. Ten opzichte van 2012 is het bedrag aan afgesloten maar nog te factureren dbc’s gedaald van € 5,2 naar € 3,6 mln. Er is nog ruimte voor verdere verbetering.
4.7.6 Investeringsprogramma In het verslagjaar is € 1,2 miljoen geïnvesteerd (2012: € 3,8 mln.). De investeringen vloeien voort uit het in 2013 vastgestelde meerjarenhuisvestingsplan. Dit plan voorziet in de periode 2013-2023 in een investeringsprogramma van € 26,5 mln. (inclusief ICT en inventarissen). Deze investeringen zullen deels worden (voor)gefinancierd uit eigen middelen en deels door het aantrekken van nieuwe langlopende leningen. Op de locatie Helmerzijde zal een ingrijpende verbouw en nieuwbouw gerealiseerd worden, waaronder nieuwbouw van een kliniek t.b.v. de acute psychiatrie. Vooruitlopend daarop zijn er in twee fases nieuwe vleugels aan de kliniek voor Ouderenpsychiatrie aangebouwd. Deze zijn in 2011 en 2012 opgeleverd. In 2014 wordt gestart met de nieuwbouw van een kliniek voor acute psychiatrie. Voor de financiering van deze nieuwbouw is een overeenkomst afgesloten met de Rabobank. De daadwerkelijke aanbesteding is gestart in april 2014.
4.7.7 Stresstest financiële gezondheid Mediant gebruikt een financiële stresstest waarbij ze haar financiële gezondheid toetst aan vijf kengetallen. De normen die hierbij worden gehanteerd zijn gebaseerd op de eisen die onze financiers stellen en op de prestaties van de ggz-sector (geïntegreerde ggz-instellingen). Hieronder worden de scores van afgelopen drie jaar weergegeven (bij de actuele normstelling).
norm
2013
2012
2011
Resultaat
>0 / >1,5%
ü
ü
ü
Vermogen
>20%
ü
ü
ü
Solvabiliteit
>20%
ü
ü
ü
Liquiditeit
>0,85
ü
ü
ü
Kasstroom
>1,4
ü
ü
ü
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
63
Toelichting bij de gehanteerde normen: Resultaat: geen resultaat (0%) bij toereikend eigen vermogen en groter dan 1,5% zolang eigen vermogen en solvabiliteit niet toereikend zijn. Motivatie hierbij is het behalen van resultaat geen doel op zichzelf is (Mediant heeft geen winstoogmerk), maar een instrument om het eigen vermogen op peil te brengen en te houden. Vermogen en solvabiliteit: minimaal 20% op basis van risicoanalyse waarbij aansluiting wordt gehouden bij de 20% beste presterende ggz-instellingen (geïntegreerde instellingen). De huisbankier hanteert voor de solvabiliteit een minimumeis van 20% en vindt een buffer daarboven op voor de opvang van exploitatierisico’s wenselijk. Het waarborgfonds gaat uit van 15% vermogen (vermogen t.o.v. opbrengst). Liquiditeit: minimaal > 0,85 op basis van sector gemiddelde. Gangbaar en wenselijk is een ratio >1,0. Mediant voldoet sinds 2010 ook aan deze wenselijke norm. Kasstroom: hiervoor hanteert Mediant de DSCR die minimaal 1,4 moet bedragen (eis huisbankier). Geconcludeerd kan worden dat evenals vorig jaar alle indicatoren voldoen aan de gestelde minimumnormen.
64
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
De Raad van Bestuur van Stichting Mediant GGZ heeft het Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording 2013 vastgesteld op 23 mei 2014 w.g. w.g. ______________________________ _________________________________ P. Turpijn H. van den Berg voorzitter Raad van Bestuur Raad van Bestuur / geneesheer-directeur
De Raad van Toezicht van Stichting Mediant GGZ heeft het Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording 2013 goedgekeurd in de vergadering van 28 mei 2014.
w.g. w.g. _______________________________ _________________________________ Q.A.J. Swagerman J.C. de Boer Voorzitter Raad van Toezicht Vicevoorzitter Raad van Toezicht
w.g. w.g. ______________________________ _________________________________ A. de Groot M.J. Janssen Lid Raad van Toezicht Lid Raad van Toezicht
w.g. w.g. _______________________________ _________________________________ S.S. Weistra R.A. Werger Lid Raad van Toezicht Lid Raad van Toezicht
w.g. ______________________________ D. Wiersma Lid Raad van Toezicht
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
65
BIJLAGEN
66
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Bijlage 1: Overzicht nevenfuncties RvB en RvT-leden 2013 Raad van Bestuur De heer H. van den Berg: n Lid van de landelijke klachtencommissie Patiënten Vertrouwenspersoon (PVP). n Bestuurslid Stichting Psychologie Opleidingen Oost-Nederland. n Bestuurslid Stichting Leerstoel Geschiedenis van de Psychiatrie. De heer P. Turpijn: n Lid van Raad van Commissarissen INTEND, centra voor Werken en Psyche Zwolle. n Lid van Adviesraad Saxion Hogeschool. n Bestuurslid Sciencia Kennistransfer GGz. Raad van Toezicht Overzicht nevenfuncties Raad van Toezicht De heer D. Wiersma: n Lid van de stichting Mens en Maatschappij. n Lid van de Nationale Remissie Werkgroep van Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie. De heer M.J. Janssen: Hoofdfunctie n Voorzitter raad van bestuur Zonnehuisgroep Vlaardingen. n Qq Lid bestuur Zonnehuisgroep. n Qq Bestuurslid Vrienden van het Zonnehuis. n Qq Lid bestuur Actiz, werkgeversvereniging VVT, Kraamzorg en Jeugdgezondheidszorg. n Qq Bestuurslid ZorgZijnWerkt, werkgeversvereniging voor arbeidsmarktzaken in Haaglanden en Waterweg Noord. n Qq bestuurslid RegioPlus+. Nevenfuncties: n Lid raad van toezicht Stichting Geboortezorg Nederland en Kraamzorg Rotterdam. n Lid raad van Advies Mediq NV, te Utrecht. n Lid raad van Advies TBV, sociale werkvoorziening te Vlaardingen. De heer R.A. Werger Hoofdfunctie • Directeur/eigenaar MCF Ondernemingsadviseurs B.V. te Almelo. Nevenfuncties n Voorzitter Raad van Toezicht Stichting Activa te Enschede. n Lid Raad van Toezicht Attendiz te Hengelo (tot 1 juni 2013). n Bestuursvoorzitter Stichting SOBORG te Goor (tot 1 juli 2013). n Lid Raad van Advies van de Academie Bestuur & Recht Saxion Hogeschool Enschede. n Penningmeester Stichting Koinange.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
67
De heer Q.A.J. Swagerman n Penningmeester van de Hoofdsplitsing The Red Apple. n Penningmeester van de Vereniging van Eigenaren The Red Apple Woontoren. n Penningmeester van de Vereniging van Eigenaren The Red Apple Parkeerhuis. n Vicevoorzitter van het bestuur van de ‘Belangenvereniging Herikeres’. De heer J.C. de Boer n Lid van de Raad van Toezicht van de Stichting Stimulansz te Utrecht, een instelling die zich bezig houdt met de ondersteuning van lokale overheden op het terrein van welzijn en sociale zekerheid. n Bestuurslid van het Stichting Urgente Noden Nederland. n Voorzitter van de bezwarencommissie van de gemeente Enschede, kamer Sociale Zekerheid (vanaf september 2012). n Lid van de examencommissie voor de Bachelor en de Master opleiding APO aan de Hogeschool Saxion.
De heer A. de Groot Hoofdfunctie n Directielid DSW Zorgverzekeraar vanaf 14.10.2013. Nevenfuncties n Bestuurslid Stichting Centrale Huisartsen Post (CHP) – tot 14.10.2013. n Lid van de Raad van Toezicht Stichting Pathan – tot 14.10.2013. n Vanaf 14.10.2013 zijn alle nevenfuncties komen te vervallen. Mevrouw S.S. Weistra Hoofdfunctie n Gemeentesecretaris/algemeen directeur gemeente Steenwijkerland. Nevenfuncties n Lid van de Raad van Commissarissen en lid van de auditcommissie van SKSG te Groningen (tot eind 2013).
68
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Bijlage 2: Overzicht van samenwerkingsrelaties, overeenkomsten en convenanten Verwijzers/ketenpartners/zorgaanbieders 1. Samenwerkingsconvenant Ouderenmishandeling en Ontspoorde Zorg Twente met Carintreggeland, Thuiszorg, Politie Regio Twente, Stichting Welzijn Ouderen etc. Het doel is samenwerken naar drie subregionale consultatieteams. 2. Op 7 juni 2012 ondertekende Mediant een intentieovereenkomst met Jarabee en Ambiq om te komen tot een intersectoraal en aansluitend aanbod op het gebied van jeugdzorg, jeugd-LVB en jeugd-GGZ. 3. Samenwerkingsovereenkomst onder regie van de GGD, waarin geregeld wordt welke partij wat doet in geval van grootschalig seksueel misbruik. 4. Balanz, het Mediant Centrum voor Eetstoornissen is in 2013 een samenwerking aangegaan met de Ziekenhuisgroep Twente (ZGT), kliniek voor Obesitas. 5. Mediant neemt deel aan IZO Twente (InterZorg Ouderen), een netwerk rond ouderenzorg in Twente, waar leden elkaar op bestuurlijk niveau ontmoeten, informatie uitwisselen en waar mogelijk collectief innovatieve projecten oppakken. 6. Het Centrum voor Bipolaire Stoornissen is in 2013 lid geworden van het Kenniscentrum voor Bipolaire Stoornissen en daarmee erkend als een specialistisch centrum voor de behandeling van bipolaire stoornissen. 7. Meerdere samenwerkingsovereenkomsten t.b.v. het netwerk van ketenzorg Care voor de doelgroepen autisme, dementie, verstandelijk gehandicapten, Niet-Aangeboren Hersenstoornissen, Angststoornissen bij Jeugdigen, en palliatieve zorg. Deze overeenkomsten zijn aangegaan volgens de modelregeling van Menzis Zorg en Inkomen. 8. Samenwerkingsovereenkomst met Carintreggeland (Algemeen Maatschappelijk Werk) voor een betere ketenzorg in de regio centraal Twente. 9. Samenwerkingsovereenkomst met Bruggerbosch (mengbeeldenafdeling) rond verlenen van de verzorging, behandeling en begeleiding aan ouderen met een indicatie voor psychogeriatrische verpleeghuiszorg en psychiatrische zorg. Hiertoe is de afdeling ‘Mengbeelden’ gevormd. 10. Regelingen en afspraken tussen Mediant crisis- en voordeurteam en PAAZ-en, o.a. rond crisisopnames. 11. Overijsselse GGZ-partners en Karakter (kinder- en jeugdpsychiatrie Overijssel) over procedures rond acute BOPZ-plaatsen van cliënten jonger dan 18 jaar. 12. Kinderartsen Medisch Spectrum Twente en Ziekenhuisgroep Twente: een GZ-psycholoog neemt deel aan de wekelijkse kinderbesprekingen, adviseert en zorgt voor korte verwijslijn naar GGz Jeugd. 13. Vanuit het samenwerkingsproject VGZ (Verstandelijk Gehandicapten Zorg)/GGZ Regio Twente (MEE Twente, Stichting Aveleijn, Stichting Dagcentra Twente, Stichting Trajectum en Mediant) is poliklinisch team geformeerd ten behoeve van cliënten met een verstandelijke beperking in combinatie met psychosociale en psychiatrische problematiek en/of een ernstige gedragsstoornis in de regio Twente. Deze VG-GGZpolikliniek is sinds 2012 gelieerd aan het Centrum voor Ontwikkelingsstoornissen. 14. Samenwerkingsovereenkomst Korsakov-zorgcircuit Overijssel tussen RIBW Twente, Dimence, Tactus Verslavingszorg, Zorgaccent, Zorgspectrum Het Zand en Mediant met als doel het verrichten van observatie/diagnostiek, behandelen en doorplaatsen van cliënten met (vermoeden van) syndroom van Korsakov. 15. Samenwerkingsovereenkomst Zorgketen Niet-Aangeboren Hersenletsel, regio Twente, juli 2010 aangegaan, gecontinueerd in 2011 en 2012. Loopt tot 2013 (juli). 16. Convenant Netwerk Palliatieve Zorg Enschede, Haaksbergen en Noord Oost Twente met als doel te komen tot een gegarandeerd aanbod van palliatieve zorg van hoog niveau. De deelnemers zijn de diverse zorgaanbieders uit de regio.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
69
17. Convenant Autisme Overijssel / intersectorale samenwerking in hulpverlening aan mensen met een autisme spectrum stoornis (ASS) in de provincie Overijssel met Dimence, Jarabee, Commujon, Trias jeugdhulp, Stichting Ambiq en de Reeve, Bureau Jeugdzorg Overijssel, MEE Twente en MEE IJsseloevers. 18. Mediant werkt sinds het voorjaar van 2012 samen met de Stichting Informele zorg Twente rond het: ‘Buddyproject mantelzorgers dementie’. Hiervoor is een samenwerkingsovereenkomst getekend. De organisaties werken samen om mantelzorgers van dementerende ouderen te ondersteunen. 19. In januari 2013 is het project Multidisciplinair Centrum Kindermishandeling Twente van start gegaan, met Mediant als projectleider. Het centrum is opgezet op verzoek van de 14 Twentse gemeenten en is een samenwerking met Ambiq, Bureau Jeugdzorg Overijssel, Jarabee, Politie Twente, Raad voor de Kinderbescherming, Jeugd Gezondheidszorg, Medisch Spectrum Twente en de Ziekenhuisgroep Twente. Dit project loopt tot eind 2014. 20. Het Centrum voor Psychotrauma maakt onderdeel uit van het Netwerk Psychotrauma Nederland. Partners binnen dit Netwerk zijn onder meer de Stichting Centrum’45, Militair Geestelijke gezondheidszorg, Sinaï Centrum en Stichting De Basis. Overige organisaties en instellingen Overheden (gemeenten, provincie, justitie) 21. Overeenkomst inzake Activiteiten Centrum Bij de Toren Hengelo (Mediant, Tactus, Humanitas Onder Dak Twente): deze partners bieden onder eigen verantwoordelijkheid activiteiten aan voor deze inloopvoorziening. Voor Mediant is dat bemoeizorg. 22. Overeenkomst Inkoop forensische zorg met Ministerie van Justitie. (Gestopt in 2013 i.v.m. te geringe realisatie). 23. Samenwerkingsovereenkomst Project “Van Opvang naar Wonen” met gemeente Enschede, Menzis, Politie Twente, RIBW Groep Overijssel, Stichting De Woonplaats, Humanitas Onder Dak Twente, Legers des Heils, Tactus, Domijn, Ons Huis en Manna, om in de periode 2009-2013 gezamenlijk 10 kleinschalige woonvoorzieningen te realiseren voor circa 250 mensen die nu nog dak- of thuisloos zijn. 24. Convenant voor de Coördinatie van Zorg en Veiligheid Enschede, gericht op integrale, intensieve en slagvaardige aanpak van meervoudige en complexe sociale problematiek en daarmee samenhangende bedreiging van de veiligheid en van de openbare orde. 25. Twents convenant ter verbetering van de regionale reguliere crisisopvang in de Geestelijke Gezondheidszorg (afspraken tussen politie regio Twente, de GGZ-instellingen en Ambulance Oost (en GGD Regio Twente). 26. Samenwerkingsovereenkomst ‘de Hengelose vangnetten’ om te komen tot samenwerking t.a.v. het jeugdbeleid binnen de gemeente. De gemeente stuurt aan op een sluitende aanpak van zowel praktische als beleidsmatige knelpunten. 27. Convenant PSHOR Regio Twente (Psychosociale Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen): Regio Twente, Mediant, Dimence, Slachtofferhulp, Maatschappelijk Werk Noord West Twente, SMD (Stichting Maatschappelijke Dienstverlening) Enschede-Haaksbergen, Carintreggeland en DHV (Districts Huisartsen Vereniging) Twente zetten zich, daar waar mogelijk, gezamenlijk in voor verbetering van de zorg aan de getroffenen in grootschalige (PSHOR) situaties. 28. Convenant Gegevensuitwisseling Persoonsgerichte Aanpak Meerderjarige Veelplegers (Regiokorps Politie Zuid Twente, OM Arrondissement Almelo, Penitentiaire Inrichting Overijssel, locatie Almelo, Reclassering Nederland, Reclassering Tactus Verslavingszorg, Leger des Heils Jeugdzorg en Reclassering, Gemeente Enschede en Mediant). 29. Convenant Forensisch Psychiatrisch Netwerk Overijssel om in regio Overijssel te komen tot een samenwerkingsverband tussen de Forensisch Psychiatrische Dienst, de forensische en reguliere GGZinstellingen, verslavingsklinieken, Justitiële jeugdinrichtingen, jeugdzorg, penitentiaire instellingen, reclassering, maatschappelijke opvang, het Openbaar Ministerie en politie.
70
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
30. Convenant Netwerken – Wijkgericht werken – GGZ met Regiopolitie Twente, district Zuid Twente met als doel om vroegtijdig en optimaal af te stemmen op het gebied van GGZ, om de veiligheid, leefbaarheid en verdraagzaamheid in de wijken te handhaven en waar mogelijk te bevorderen. 31. Convenant Integrale Aanpak Huiselijk Geweld Twente: hierin worden afspraken vastgelegd over structurele ketensamenwerking in de integrale aanpak van Huiselijk Geweld in Twente tussen gemeenten en instellingen. 32. Convenant Zorg- en Bijstandsverlening Mediant en gemeente Hengelo teneinde de dienstverlening en de bijstandsverlening aan mensen met een bijstandsuitkering die bij Mediant in zorg zijn, te verbeteren. 33. Convenant Bijstandsverlening en Zorg met Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling Gemeente Enschede. 34. Convenant Ketenunit Zorg en Veiligheid Haaksbergen voor samenwerking en afspraken over de coördinatie van Multi-problematiek. 35. Intentieverklaring Woonzorgzone Berflo Es. Zeventien Hengelose organisaties voor wonen, zorg en welzijn hebben de Intentieverklaring ondertekend. Met deze verklaring spreken zij de intentie uit om samen te werken aan een afgestemd woon-, zorg- en dienstenaanbod voor oudere mensen en mensen met en handicap of beperking. 36. Convenant Twentse samenwerking preventie TOP/PTT (Twents Overleg Preventie / Preventie Partners Twente) met GGD Regio Twente, Dimence, Tactus, Jarabee en Bureau Jeugdzorg Overijssel. 37. Op 14 juni 2012 hebben MEE Twente, Livio, SMD Enschede-Haaksbergen, Bureau Jeugdzorg Overijssel, RIBW-Overijssel en de gemeente Enschede als kernpartners een overeenkomst ondertekend voor de samenwerking in wijkteams volgens de aanpak frontlijnsturing. Mediant en Tactus hebben als expertise partners getekend. 38. Deelname Regionaal Overleg Coördinatoren Vrijwilligerswerk: hierin participeren 13 coördinatoren vrijwilligers van zorginstellingen in Twente Zakelijke relaties/overeenkomsten 39. Karakter (intramurale instelling voor kinder- jeugdpsychiatrie in Overijssel en Gelderland): diverse samenwerkingsovereenkomsten in het kader van de gezamenlijke huisvesting vanaf maart 2007 aan de Roessinghsbleekweg te Enschede. 40. Overeenkomst met Vereniging ’t Helmgras m.b.t. de inkoop van dagbestedingscapaciteit en detachering personeel. 41. Oprichting Stichting Praktijkondersteuning Huisartsen Twente door Mediant en B.V. THOON (Twentse Huisartsen Onderneming Oost Nederland) per 9 december 2009, sindsdien doorontwikkeld en gecontinueerd. 42. Certificatie overeenkomst met KEMA Quality BV, thans Dekra Certification BV. 43. Datacontract DB(B)C Forensische zorg. Brancheorganisaties (zorgkantoor/verzekeraars) 44. Overeenkomst Zorgkantoor-Zorgaanbieder AWBZ Care 2012. 45. WMG-overeenkomst t.b.v. de curatieve GGZ-zorg met Menzis en UVIT. 46. Overeenkomsten inzake financiering onderhandenwerk met Menzis en met Achmea. 47. Aansluitovereenkomst t.b.v. de ZRA bij de WMG-overeenkomst 2009. zorgverzekeraar – instelling voor klinische GGZ en/of ambulante GGZ met Menzis. 48. Machtiging voor levering van AWBZ/WMO Zorg conform regeling ZRA en machtiging en contractering Zorg Asielzoekers. Opdrachtgever Menzis COA Administratie B.V. 49. Overeenkomst financiële bijdragen GGZ Zorg voor bepaalde groepen vreemdelingen zonder verblijfsvergunning (met CVZ).
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
71
Koepelorganisaties 50. Overeenkomst met GGZ Nederland over project Terugdringing Dwang en Drang in de GGZ. Gestart in 2009. Doorlopend. Opleidingsinstellingen 51. Overeenkomst met diverse opleidingsinstituten zoals o.m. het SPON (Opleidingsinstituut voor postdoctorale opleidingen) betreffende de postdoctorale opleiding tot gezondheidspsycholoog. 52. Overeenkomst met Bruggerbosch m.b.t. postdoctorale opleiding tot gezondheidspsycholoog. 53. Overeenkomst met RINO-groep Utrecht voor de praktijkopleiding van psychotherapeuten. 54. Erkenning in het kader van de huisartsopleiding door KNMG. 55. Erkenning (door Onderwijsconsortium Psychiatrie Noord-Nederland) als instelling voor de opleiding tot psychiater, sinds eind 2013. 56. Erkenning als stage-inrichting voor de specialisatie Ouderengeneeskunde. 57. Projectovereenkomst / samenwerking tussen Mediant en Saxion kenniscentrum Business Development (onderzoek naar gastvrijheid in het proces dat mensen met psychische problemen bij Mediant doorlopen). 58. Overeenkomst met ROC’s Aventus, Twente, Deltion, Landstede, Graafschap en Kenniscentrum Calibris inzake het toeleiden en opleiden tot verpleegkundigen niveau-4, zowel BOL als BBL. 59. Samenwerking met Stichting Saxion op het gebied van zorgverlening, onderwijs en onderzoek binnen de GGZ. Dit leidt tot concrete samenwerking t.a.v.: * de Opleiding Gespecialiseerd GGZ-verpleegkundige, * de opleiding tot Verpleegkundig Specialist, * de Leergang Ervaringsdeskundigen Oost-Nederland, * diverse studenten van Saxion die binnen Mediant een stage volgden of een afstudeeropdracht uitvoerden. Organisaties voor (wetenschappelijk) onderzoek 60. Aansluiting bij Rob Giel Onderzoekscentrum, Universitair Medisch Centrum Groningen. 61. Samenwerking met diverse GGZ-instellingen in de regio’s Groningen, Amsterdam, Maastricht en Utrecht in kader van het GROUP-onderzoek. 62. Mediant is partner binnen de Academische Werkplaats Jeugd Twente, waar in 2010 een intentieverklaring voor is getekend en geldt voor de periode 2011-2015. Overig 63. Overeenkomst met Stichting PVP Nederland over de aanstelling van een Patiënten – vertrouwenspersoon. 64. Overeenkomst met Centrum Apotheek Enschede betreffende de levering van medicijnen voor cliënten op de klinische afdeling van locatie Helmerzijde. 65. Diverse samenwerkingsovereenkomsten met RIBW Twente met als doel de zorg en begeleiding voor cliënten te organiseren (o.a. woonbegeleiding). 66. Overeenkomst met Livio Thuiszorg over beschikbaarheid Psychiatrisch Intensieve Thuiszorg (PIT) in regio Twente. 67. Lidmaatschap vereniging EPD-GGZ.
72
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Bijlage 3: Bemoeizorg 2013 Sinds midden jaren negentig biedt Mediant bemoeizorg aan ‘zorgwekkende zorgmijders’. Aanvankelijk met financiering vanuit de AWBZ, later door centrumgemeente Enschede. Eind 2011 ontstond discussie over de vraag in hoeverre Enschede, gezien in het licht van WMO-ontwikkelingen gezien moest worden als enig aanspreekpunt voor de financiering van de bemoeizorg. De heroriëntatie mondde uit in een Convenant Samenwerken aan Opvang en Zorg, waarin de 14 gemeenten de kaders hebben vastgelegd. Sinds 2012 werkt Mediant op het gebied van de bemoeizorg functioneel samen met het bemoeizorgteam van Tactus Verslavingszorg. Het aantal cliënten dat bereikt werd lag in 2013 op het niveau van 2012. In totaal werd in 2013 aan 268 cliënten bemoeizorg geboden (2012: 263). Overzicht bemoeizorg 2013 Jongeren
Volwassenen
Ouderen
totaal
Enschede
13
92
32
137
Hengelo
3
44
15
62
Haaksbergen
0
9
2
11
Oldenzaal
1
8
7
16
Borne
0
6
3
9
Dinkelland
0
0
1
1
Losser
1
6
1
8
Hof van Twente Onbekend/overig Intraval-totaal
1 2 21
7 10 182
3 1 65
11 13 268
Oost-Twente
14
107
36
157
Midden-Twente onbekend/overig
5 2
65 10
28 1
98 13
*1)
*1) *2)
Subregio
Trend hele werkgebied 2013 2012
21
182
65
268
*4)
31
192
40
263
*3)
2011
113
281
43
437
2010
153
282
27
462
Toelichting: *1) Van 13 bemoeizorgcliënten was de woonplaats niet bekend, of woonde de cliënt formeel buiten de regio. Het kenmerk van ‘zorgmijders’, voor zover afkomstig uit omliggende plaatsen/gemeenten, is dat deze zich concentreren in de stedelijke centra. *2) Mediant levert, als onderdeel van de subsidievoorwaarden van de gemeente Enschede, jaarlijks gegevens aan voor de het Intraval-onderzoek (daklozenmonitor), dat deels gericht is op het excluderen van dubbeltellingen. *3) Het totaal aantal cliënten dat bereikt werd laat sinds 2012 een daling zien ten opzichte voor voorgaande jaren. De oorzaak is dat per 2012 het budget voor het bieden van bemoeizorg drastisch werd beperkt, waardoor er minder inzet gepleegd kan worden op de casefinding. *4) Opmerkelijk is de lichte verschuiving naar het aantal ouderen (60 jaar en ouder) dat bij de bemoeizorg in beeld komt. Dit sluit aan bij het maatschappelijke beeld van de vergrijzing. De gemiddelde leeftijd van deze groep bedroeg circa 71 jaar. De oudste cliënt was 92 jaar.
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
73
74
JAARDOCUMENT 2013 – Mediant ‘Sterk in Verbinding’
Postbus 775 Postbus 775 7500 AT Enschede 7500AT Enschede www.mediant.nl www.mediant.nl