Jaarstukken 2012
Krimpen aan den IJssel 2 mei 2013
Inhoudsopgave
a b
Raadsvoorstel Ontwerp-besluit
Deel I
Jaarverslag 2012
Kerngegevens Kerngegevens 31 december 2012
3
Beleidsverantwoording 2012
5
Programma’s 1. Bestuur en dienstverlening 2. Veiligheid 3. Jeugd en onderwijs 4. Sport en cultuur 5. Maatschappelijke ondersteuning 6. Werk en inkomen 7. Beheer buitenruimte 8. Duurzaam wonen en werken
6 10 21 30 38 48 55 62
Paragrafen A. Lokale heffingen B. Weerstandsvermogen C. Onderhoud kapitaal goederen D. Financiering E. Bedrijfsvoering F. Verbonden partijen G. Grondenbeleid H. Nieuw beleid
70 75 79 85 89 95 102 108
Deel II
111
Jaarrekening 2012
Balans - Grondslagen voor waardering & resultaatbepaling - Toelichtingen op de balans Programmarekening - Verschillen analyse per programma - Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien - Budget overhevelingen - Incidentele lasten en baten
112 114 118 138 139 154 156 157
SISA
158
Deel III Controleverklaring
Controleverklaring
Deel I Jaarverslag
2
Kerngegevens 31 december 2012 Bestuurlijke structuur Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP) Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD) Partij van de Arbeid (PvdA) Leefbaar Krimpen Christen Unie (CU) Christen Democratisch Appèl (CDA) Groen Links Stem van Krimpen D66 Partij
Raadsleden 4 4 3 3 2 2 1 1 1
Burgerleden 1 1 1 1 1 1 1 1 1
31-12-2011
Wethouders 1 1 1
31-12-2012
SGP Raadslid Raadslid Raadslid Raadslid Burgerlid
Ir. H.J.A. Ruissen C.A. Oosterwijk C.A. Vogelaar P.C. Schultink L. Pols
Ir. H.J.A. Ruissen C.A. Oosterwijk C.A. Vogelaar P.C. Schultink L. Pols
Drs. A.H. Poelman A.T. Kamsteeg C.J. de Rooij
Drs. A.H. Poelman A.T. Kamsteeg C.J. de Rooij
J. Butter E.H.J. Hofs-van Wensveen C. van Geelen G. Broekman
J. Butter E.H.J. Hofs-van Wensveen C. van Geelen G. Broekman
G. Boudesteijn R.J.F. van der Ven W.J. van Leeuwen-Broere W.J. de Bruijn
G. Boudesteijn R.J.F. van der Ven W.J. van Leeuwen-Broere W.J. de Bruijn
T.B. Versnel I.S. van ’t Hoogerhuijs - Buitenhuis Ing. J.S. Ponsen M.C. Bac-Engels R.M.A. Barkey
T.B. Versnel I.S. van ’t Hoogerhuijs - Buitenhuis Ing. J.S. Ponsen M.C. Bac-Engels R.M.A. Barkey
P.J. Moerland Drs. A.J. de Leeuw C. Snel
P.J. Moerland Drs. A.J. de Leeuw C. Snel
A.M.H. Zweers A. van den Bor
A.M.H. Zweers A. van den Bor
H. Luijendijk K. Jaarsma
H. Luijendijk K. Jaarsma
A.J.C. Neeleman A. Mastenbroek Drs. M. van der Ham
A.J.C. Neeleman A. Mastenbroek Drs. M. van der Ham
CU Raadslid Raadslid Burgerlid
PVDA Raadslid Raadslid Raadslid Burgerlid
Leefbaar Krimpen Raadslid Raadslid Raadslid Burgerlid
VVD Raadslid Raadslid Raadslid Raadslid Burgerlid
CDA Raadslid Raadslid Burgerlid
Groen Links Raadslid Burgerlid
Fractie SvK Raadslid Burgerlid
Fractie D66 Raadslid Burgerlid
Raadsgriffier:
3
College van Burgemeester en Wethouders Burgemeester L.M. Huizer Wethouders A. Prins A. Hofstra J.H. Blankenberg Secretaris Mr. A. Boele
SGP VVD PVDA
Sociale structuur Aantal inwoners Jongeren (0 t/m 19 jaar) Ouderen (65 jaar en ouder) Bijstandsontvangers Uitkeringsontvangers
Rekening 2011 28.626 7.052 5.601 328 1.368
Begroting 2012 29.201 7.300 5.840 278 1.323
Rekening 2012 28.846 7.010 6.166 332 1.370
893 132 114 1,8 26 13.057
893 132 117 1,8 26 13.106
893 132 117 1,8 26 13.053
Fysieke structuur Oppervlakte gemeente (ha) Oppervlakte groen (ha) Lengte van de wegen (km) Lengte recreatieve fiets-, ruiter- en wandelpaden (km) Lengte waterwegen (km) Aantal woningen
Financiële structuur
Rekening 2011
Lasten Baten Saldo voor resultaatbestemming Mutaties reserves Saldo na resultaatbestemming
63.044 - 59.281 3.763 - 3.088 675
4
Begroting 2012 Rekening 2012 (na wijz.) 55.391 55.415 - 54.284 - 56.115 1.107 - 700 - 57 - 1.107 - 757
Beleidsverantwoording
Programma 1
Bestuur en dienstverlening Kaderstellende beleidsnota’s a. Nota Strategisch Communicatiebeleid (2011) b. Notitie integriteit c. Gedragscode/aandachtsregels inzake Integriteit en bestuur in de gemeente Krimpen aan den IJssel d. Het concept van dienstverlening 2 (2011)
Missie
Voor burgers en bedrijven wil de gemeente een gemakkelijk toegankelijke organisatie zijn, die staat voor hoge kwaliteit. De gemeente wil herkenbaar zijn als een betrouwbare partner. Service op maat en tijdig inspelen op nieuwe ontwikkelingen staan daarbij hoog in het vaandel bij de bestuurders en de medewerkers. Deze missie wordt naar binnen én buiten de organisatie uitgedragen onder het motto: gemeente Krimpen aan den IJssel: toegankelijk, helder en integer, altijd gericht op service en kwaliteit.
1.1
Bestuur
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
De participatie van burgers en ondernemers in de gemeentelijke besluitvormingsprocessen is vergroot. Burgers en ondernemers hebben geparticipeerd in de voorbereidingen op diverse besluitvormingsprocessen. Met name op het gebied van de beoogde decentralisaties van Rijkstaken en de daarmee samenhangende voorzieningendiscussie is de participatie vergroot.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
De nieuwe strategische communicatienota implementeren in de organisatie waardoor interactieve beleidsvorming een belangrijke plaats gaat innemen. Het strategische communicatiebeleid is vastgesteld. Een peiler vanuit dit beleid is een voortdurend fijnmazig gesprek met de samenleving. Dit is een permanent proces van interactieve beleidsvorming. Beleidsmedewerkers spelen hierin een belangrijke rol. Het nieuwe intranet dat in 2012 is geïmplementeerd voorziet in de mogelijkheid om interactieve beleidsvorming te ondersteunen.
2
Burgers en belangengroepen worden in zo vroeg mogelijk stadium betrokken bij het maken van nieuw beleid en andere projecten. Dit gebeurt op een directe, actieve manier. Op deze manier worden zoveel mogelijk burgers en ondernemers betrokken bij het gemeentelijk besluitvormingsproces. In 2012 is gestart met de voorbereidingen voor de maatschappelijke voorzieningendiscussie. Binnen dit proces worden inwoners en belanghebbenden vanaf de start van het proces betrokken. Uitgangspunt voor de discussie is om inwoners en belanghebbenden actief op te zoeken. We haken aan op de gespreken die online gevoerd worden.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
Krimpen aan den IJssel heeft haar deelnemerschap in de regionale samenwerkingsverbanden op loyale wijze gehandhaafd en mogelijk uitgebouwd. Naast de gebruikelijke deelname aan verschillende samenwerkingsverbanden (o.a. Stadsregio en Veiligheidsregio) is met name de deelname (ambtenaren en bestuurders) aan de totstandkoming van de Metropoolregio Rotterdam Den Haag (MRDH) aanzienlijk uitgebouwd.
6
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? B.
1
Intensiveren van contacten met regio- en buurgemeenten. Op 4 oktober 2012 is een convenant gesloten met Capelle aan den IJssel. Het convenant voorziet in een ambtelijke samenwerking op onderwerpen die de bedrijfsvoering van beide organisaties betreft, zulks met behoud van de eigen identiteit van beide gemeenten. In het convenant zijn doel en visie op deze samenwerking beschreven. De onderdelen Sociale Zaken en ICT zijn benoemd als vakgebieden ten aanzien waarvan de samenwerking in de bedrijfsvoering als eerste concreet zal worden gerealiseerd.
2
Deelnemen aan netwerkbijeenkomsten voor bestuurders en ambtenaren. In het kader van de ontwikkeling van de Metropoolregio MRDH participeren bestuurders en ambtenaren op verschillende niveaus in werk- en projectgroepen, bestuursfora en andere netwerkbijeenkomsten.
1.1.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal buurtbezoeken
E
4 (2008)
4
0
Aantal meldingen over niet integer handelen dat is binnengekomen bij de gemeente
E
0 (2008)
0
0
Aantal bezochte bijeenkomsten
P
80 (2009)
80
1.2
Toelichting
Dienstverlening
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Het leveren van producten en diensten aan de (Krimpense) gemeenschap gebeurt volgens de service- en kwaliteitsnormen* van de gemeentelijke organisatie. *De service- en kwaliteitsnormen komen voort uit de landelijke wetgeving en uit het kwaliteitshandvest, dat door de gemeente Krimpen aan den IJssel wordt opgesteld. Het kwaliteitshandvest is op hoofdlijnen gereed en gepubliceerd. Verdere aanscherping en communicatie van de normen vindt in 2013 plaats.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
Het kwaliteitshandvest wordt organisatiebreed geïmplementeerd in de organisatie. Eind 2012 is het handvest gerealiseerd. Medio 2013 wordt het uitgerold in de organisatie.
2
De resultaten van de organisatie (het behalen van normen) worden transparant gemaakt door periodiek te meten (Benchmarken, Klanttevredenheidsonderzoeken, monitoring). In 2012 heeft de gemeente deelgenomen aan de Benchmarking Publiekszaken. Hierbij zijn de prestaties van het Publiekscentrum vergeleken met de prestaties van andere afdelingen Publiekszaken. Stap voor stap wordt in 2013 verder gewerkt aan een kwaliteitsmonitor (structureel meten van de kwaliteit van de dienstverlening).
7
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
De Krimpense gemeenschap kan gebruikmaken van nieuwe en/of vernieuwde informatiekanalen* om producten en diensten van de gemeente af te nemen. *Informatiekanaal is onderdeel van het begrip multichanneling, wat inhoudt: communiceren met de klant via verschillende kanalen zoals telefoon, post, internet en de publieksbalie.
Social media heeft haar intrede gedaan. Monitoring en interactie met de burger vindt inmiddels plaats.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? B.
1
De receptie in de hal wordt doorontwikkeld tot een Informatiecentrum waar klanten voor hun eerstelijnsvragen terecht kunnen. Medewerkers hebben een training ondergaan om eerstelijnsvragen van de klant in een keer af te kunnen handelen. Ook kunnen in het Infocentrum reisdocumenten en rijbewijzen worden afgehaald. De BHV-procedure en het agressieprotocol zijn geactualiseerd.
2
De producten die via internet kunnen worden afgenomen, worden verder uitgebouwd. Het E-loket is aanzienlijk uitgebreid met de mogelijkheid om huwelijken te reserveren en digitaal kunnen er afspraken voor het collegespreekuur gemaakt worden.
3
Het Belcentrum van de gemeente wordt doorontwikkeld en gaat meer eerstelijnsvragen in een keer afhandelen. Er heeft een training van de KCC-medewerkers plaatsgevonden. Eerstelijnsvragen van toenemend aantal producten en diensten worden in een keer afgehandeld via het belcentrum, de website en het Infocentrum.
1.2.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal service- en kwaliteitsnormen, dat het Publiekscentrum toepast Aantal klachten a.g.v. tegenstrijdigheid met het handvest Rapportcijfer meting kwaliteit dienstverlening Aantal dienstverleningen op afspraak % bezoekers dat de website meer dan een keer per maand bezoekt % bezoekers dat de jeugdwebsite meer dan een keer per maand bezoekt
P
2 (2008)
12
12
E
0 (2008)
0
0
E
0 (2008) 0 (2008) 53 (2011)
8
7,6
20
21
40
53
P P
P
22 (2012) 0-meting
22
8
Toelichting
Wat mag het kosten? / Wat heeft het gekost? x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
5.607 349 5.956
6.332 437 6.769
6.003 454 6.456
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel) Totaal baten
- 553 - 28 - 582
- 457 - 236 - 693
- 433 - 235 - 668
SALDO voor bestemming
5.374
6.076
5.789
- 349
- 74
- 43
5.026
6.002
5.745
Totaal lasten Baten
Mutatie reserves SALDO na bestemming
9
Programma 2
Veiligheid
Missie
Kaderstellende beleidsnota’s Het is van het grootste belang dat burgers zich veilig a. Verkeersveiligheidsplan (1999) weten. Daarom is het waarborgen van veiligheid b. Integraal Veiligheidsbeleid 2006-2010 misschien wel de belangrijkste taak van een (2006) gemeentebestuur. Het integraal veiligheidsbeleid is c. Beleidsplan 2008-2012 VRR (2008) gericht op een structurele optimalisering van de d. Regionaal Crisisplan 2010-2013 VRR veiligheid en leefbaarheid van de woon- en (2009) werkgebieden in Krimpen aan den IJssel. Dit houdt in e. Korpsjaarplan, Districtsplan politie dat concrete aantastingen van de veiligheid (integraal) (2010) worden aangepakt, maar ook dat wordt geanticipeerd f. Meerjarenbeleidsplan politie 2010op mogelijk toekomstige aantastingen. Bovendien 2014 (2009) worden de aanpak en verdere beleidsvoering zodanig ingericht dat het effect van de (reeds getroffen) maatregelen zoveel mogelijk in stand blijft.
2.1
Overlast
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Minder vandalismeschade. Er zijn minder aangiften vernieling en zaaksbeschadiging gedaan. Sinds 2009 is er een dalende tendens zichtbaar.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben we gedaan? A.
Actief opsporen van vandalisme en het zo mogelijk verhalen van schade. Naast het onderzoeken van meldingen van vandalismeschade is vandalismeschade ook actief opgespoord. Waar mogelijk is de schade aan de gemeentelijke eigendommen verhaald.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
Minder overlast- en schade ten gevolge van graffiti. De inventarisatie van graffitischade laat een forse afname zien. In 2012 bedroeg het aantal graffitimeldingen 108, de totale graffitischade bedroeg € 5.553. (In 2011 bedroeg het aantal graffitimeldingen 141, de totale graffitischade bedroeg € 11.080,62)
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben we gedaan? B.
1
Actief opsporen van graffiti en het zo mogelijk verhalen van schade. We hebben graffiti actief opgespoord.
2
Inzetten van capaciteit en bekostigen Bureau Halt. We hebben bijgedragen aan de bekostiging van Bureau Halt.
3
Treffen van fysieke maatregelen in de openbare ruimte (hufterproof inrichting). We hebben fysieke maatregelen in de openbare ruimte getroffen.
10
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? C.
Minder overlast door hangjeugd. We hebben meer meldingen van overlast door hangjeugd ontvangen (was in 2011 uitzonderlijk weinig).
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben we gedaan? C.
1
Afspraken maken met politie en OM over aanpak. We hebben in driehoeksverband afspraken gemaakt met de politie en het OM over de aanpak van overlast.
2
Treffen van fysieke maatregelen in de openbare ruimte (hufterproof inrichting, plaatsing hekken, creëren zichtlijnen ten behoeve van meer sociale controle). Er zijn fysieke maatregelen getroffen in de openbare ruimte (hufterproof inrichting van straatmeubilair en openbare verlichting, het creëren van zichtlijnen ten behoeve van een betere sociale controle).
3
Ketenaanpak op groeps- en casusniveau (GOSA/groepsaanpak), inzet casemanager. We hebben ook in 2012 de GOSA en groepsaanpak gehanteerd en aan intensief casemanagement gedaan.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? D.
Minder uitgaansgerelateerde overlast. Er zijn geen cijfers voor dit jaar bekend. De indruk is dat het aantal meldingen niet significant is veranderd.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben we gedaan? D.
1
Afspraken maken met politie over aanpak. We hebben in driehoeksverband afspraken gemaakt met de politie en het OM over de aanpak van overlast.
2
Handhaving van exploitatievergunningen. We hebben de exploitatievergunningen gehandhaafd. Waar en voor zover er klachten waren over de exploitatie van horeca-inrichtingen hebben we maatwerkgesprekken gevoerd.
3
In evenementenbeleid opnemen van randvoorwaarden. In de nota evenementenbeleid hebben we randvoorwaarden opgenomen voor de organisatie van evenementen die overlast voor de woonomgeving moeten beperken.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? E.
Voorkomen van escalatie bij conflicten tussen buren. We hebben buurtbemiddeling ingezet ter voorkoming van escalatie bij conflicten tussen buren.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben we gedaan? E.
Inzet buurtbemiddeling. We hebben buurtbemiddeling ingezet. In 2012 zijn 33 (2011: 16) zaken behandeld, waarvan er 20 (2011: 11) zijn opgelost. Andere zaken waren niet bemiddelbaar of zijn warm overgedragen (8) aan andere partijen.
11
2.1.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Toelichting
% inwoners dat zich in het algemeen wel eens onveilig voelt % inwoners dat zich wel eens onveilig voelt in de eigen buurt Vernieling cq zaakbeschadiging
E
20 (2005)
20
15 (2011)
E
8 (2005)
8
9 (2011)
E
508 (2009)
450
242
Deze rapportage komt later in het jaar beschikbaar, waardoor de indicator nu nog niet invulbaar is. Deze rapportage komt later in het jaar beschikbaar, waardoor de indicator nu nog niet invulbaar is. Er is van minder vernielingen melding gemaakt bij de politie. De vernielingenproblematiek vertoont een vrij autonoom verloop. In het verleden is er geïnvesteerd in het hufterproof uitvoeren van straatmeubilair. Ook is er geïnvesteerd in gedragsbeïnvloeding bij jongeren.
Aantal meldingen overlast
E
19 (2005)
17 (2011)
% inwonders dat denkt dat overlast van groepen jongeren vaak voortkomt in hun buurt
E
9 (2005)
11,3 (2011)
2.2
Deze rapportage komt later in het jaar beschikbaar, waardoor de indicator nu nog niet invulbaar is. Deze rapportage komt later in het jaar beschikbaar, waardoor de indicator nu nog niet invulbaar is.
Criminaliteit
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Minder (huiselijk) geweld. In 2012 zijn er 33 misdrijven huiselijk geweld geregistreerd. In 2011 (31, waarvan 28 ambtshalve geregistreerd). Dat is een lichte stijging. Het cijfer met betrekking tot het totale geweld is (nog) niet beschikbaar (Veiligheidsrapportage Rotterdam-Rijnmond).
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? A.
1
In stand houden van Advies- en steunpunt huiselijk geweld (zie ook het programma Maatschappelijke ondersteuning). Er zijn in driehoeksverband afspraken gemaakt met politie en OM over de aanpak van huiselijk geweld.
2
Afspraken met politie en Openbaar Ministerie (OM) maken over prioriteitstelling van geweldsdelicten. Er zijn in driehoeksverband afspraken gemaakt met politie en OM over de aanpak van geweld. Geweld is daarbij als speerpunt benoemd.
3
Afspraken met politie en OM maken over ambtshalve opsporing en vervolging huiselijk geweld. Ook in 2012 werd bij huiselijk geweld ambtshalve vervolgd (zonder dat daar aangifte voor was gedaan).
4
Ketenaanpak op casusniveau (Lokaal Team Huiselijk Geweld). We hebben door middel van het lokaal team huiselijk geweld de ketenaanpak op casusniveau vormgegeven.
5
Als ultimum remedium het opleggen van een tijdelijk huisverbod aan plegers van huiselijk geweld. In 2012 zijn er 6 tijdelijke huisverboden opgelegd aan plegers van huiselijk geweld (2011:4).
12
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
Minder woninginbraken. In 2012 zijn er 51 aangiften woninginbraak opgenomen (2011:52).
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? B.
1
Afspraken met politie en OM maken over prioriteitstelling. Er zijn in driehoeksverband afspraken gemaakt met politie en OM over de aanpak van woninginbraken. Woningcriminaliteit wordt gezien als high impact delict en is als zodanig als speerpunt benoemd.
2
Gemeentebreed met ketenpartners realiseren van Politiekeurmerk Veilig Wonen. Zie de tabel voor de specifieke werkwijze bij bestaande bouw en nieuwbouw. Op het niveau van de woonomgeving kan de gemeente het keurmerk zelf realiseren (zie onderstaande tabel). We hebben zo veel mogelijk het PolitieKeurmerk Veilig Wonen (PKVW) toegepast op alle drie de niveaus (zie kader hieronder). Daarbij is gebruik gemaakt van expertise van van medewerkers van het Technisch Bureau in de Krimpenerwaard. Woningstichting Qua Wonen past het PKVW in haar woningbezit toe.
Bestaande bouw Nieuwbouw
Niveau woning Niveau complex Stimuleren en subsidiëren (bijv. prestatieafspraken met QuaWonen) Realiseringsovereenkomst
Niveau woonomgeving Herbestratingsplannen Afwerkingsplannen
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? C.
Minder motorvoertuiggerelateerde criminaliteit. Er is meer motorvoertuiggerelateerde criminaliteit geweest in 2012. Het aantal autodiefstallen is toegenomen.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? C.
Afspraken met politie en OM maken over prioriteitstelling. We hebben afspraken gemaakt over prioriteitstelling met de politie en het OM. Autocriminaliteit is niet als speerpunt benoemd.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? D.
Minder diefstal van fietsen en brom- en snorfietsen. Er zijn meer geregistreerde diefstallen van (brom-/snor)fietsen geregistreerd.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? D.
1
Afspraken met politie en OM maken over prioriteitstelling. We hebben afspraken gemaakt over prioriteitstelling met de politie en het OM.
2
In stand houden (onbewaakte) fietsenstallingen bij Crimpenhof en busstation. Plaatsen van FietsParKeur rekken bij afwerkings-, herbestrating- en herinrichtingsplannen. We hebben bij herbestratingsprojecten de openbare ruimte ingericht met oog voor veiligheid. Zo hebben we aandacht voor zichtlijnen en een goed verlichtingsplan.
13
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? E.
Minder georganiseerde criminaliteit. Er zijn geen specifieke cijfers bekend over georganiseerde criminaliteit in Krimpen aan den IJssel.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? E.
1
In stand houden van het Regionale Informatie- en Expertisecentrum (RIEC). We hebben bijgedragen aan het in stand houden van het RIEC.
2
Een adequaat gebruik van het regelgevend kader (exploitatievergunning, instrumentarium wet BIBOB, APV). We hebben het bestuursrechtelijk instrumentarium gebruikt om aantasting van de maatschappelijke integriteit te voorkomen.
2.2.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal aangiften geweld totaal
E
5 (2005)
95
92 (2011)
Aantal misdrijven huiselijk geweld
E
86 (2006)
40
33
Aantal aangiften diefstal brom-, snor- en fietsen
E
4 (2005)
65
98
Aantal aangiften woningcriminaliteit
E
5 (2005)
50
51
Aantal aangiften diefstal auto
E
4 (2005)
10
34
2.3
Toelichting
Verkeersveiligheid
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Minder verkeersslachtoffers (ziekenhuisgewonden en verkeersdoden). Deze gegevens zijn nog niet beschikbaar.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? A.
1
Wij pakken black spots aan. In 2012 zijn er geen black spots geweest.
2
Wij richten de infrastructuur en de woongebieden in conform de wegencategorisering en de richtlijnen van Duurzaam Veilig. Dit is uitgevoerd binnen de herstraat- en nieuwbouwprojecten.
3
Wij proberen het gedrag van verkeersdeelnemers zodanig te beïnvloeden (o.a. door verkeerseducatie en de inzet van het SnelheidsInformatieDisplay) dat de kans op ongevallen (met letsel) zo klein mogelijk is. Uitgevoerd. Ook zijn in 2012 de voorbereidingen voor de verkeersmaatjes getroffen.
4
Wij zetten – in overleg met politie en het OM – handhaving in als sluitstuk van ons beleid. Het algemene handhavingsbeleid in Krimpen aan den IJssel is gericht op
14
nalevingsondersteuning. Vanuit die filosofie past handhaving als sluitstuk van het beleid. 5
Wij evalueren in 2012 het in 1999 vastgestelde verkeers(veiligheids)beleid en gebruiken dit als input voor nieuw verkeers(veiligheids)beleid. In 2012 is gestart met het opstellen van een Verkeer- en Vervoervisie, deze wordt in 2013 afgerond.
2.3.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Totaal aantal ernstige ongevallen
E
5,7 (2001-03)
5
Rapportcijfer ervaren verkeersveiligheid in gemeente
E
6,6 (2010)
7
7
Rapportcijfer ervaren verkeersveiligheid in de buurt
E
6,6 (2010)
7
7
2.4
Realisatiewaarde 2012
Toelichting
Deze rapportage komt later in het jaar beschikbaar, waardoor de indicator nu nog niet invulbaar is.
Brandveiligheid
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? Minder slachtoffers en materiële schade door brand. A. Behoud en waar mogelijk verbeteren van de repressieve brandweerzorg. De repressieve sterkte van het korps van de Deerenbergkazerne is voldoende om, zowel tijdens kantooruren als in avonden en weekenden, de voertuigen te kunnen bemensen.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? A.
Realiseren aanrijtijden binnen de norm. In 68% van de incidenten is de aanrijtijd binnen de normtijd gerealiseerd.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? Minder slachtoffers en materiële schade door brand. B. Behoud en waar mogelijk verbeteren van de brandweerzorg op de terreinen pro-actie, preventie, preparatie en nazorg. Om de kwaliteit van de totale brandweerzorg te verbeteren is in 2012 een reorganisatie van de brandweer gestart. Het oude districten model waarin elk district zelf alle schakels van de veiligheidsketen moest realiseren is losgelaten. Gekozen is om meer te centraliseren. Naast efficiencywinst kan door deze centralisatie kennis vanuit de hele regio ingezet worden in alle, voormalige, districten.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? B.
1
Regelmatig realistisch oefenen. In 2012 heeft de brandweer aan de hand van oefenkaarten vaardigheden beoefend die per cyclus uitgemond zijn in een realistische oefening. Daarnaast zijn er oefeningen gehouden in het voormalig gebouw van het gezondheidscentrum en in het oude schoolgebouw van de Admiraal De Ruyterschool.
2
Stimuleren van bewustwording bij burgers en bedrijven door middel van Brandveilig
15
Leven. In dat kader wordt voorlichting gegeven aan specifieke groepen, zoals basisschoolleerlingen en ouderen en worden rookmelders uitgereikt. In 2012 heeft de gemeente in samenwerking met de brandweer ingezet op het verhogen van het bewustzijn en de zelfredzaamheid van onze inwoners door middel van de aanpak Brandveilig Leven.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? Minder slachtoffers en materiële schade door brand. C. Behoud en waar mogelijk verbeteren van brandveiligheid van gebouwen. In 2012 heeft de brandweer controles uitgevoerd op het gebied van brandveiligheid. Ook heeft de brandweer in 2012 deelgenomen in de integrale horecacontrole.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? C.
Zie het thema vergunningverlening en handhaving.
2.4.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal branden (excl. containerbranden)
E
62 (2008)
55
19
De definitieve gegevens worden met onderbouwing opgenomen in het Jaarverslag van de VVR over 2012.
% uitrukken binnen de landelijke aanrijtijd
P
79 (2008)
80
68
De definitieve gegevens worden met onderbouwing opgenomen in het Jaarverslag van de VVR over 2012.
Aantal kleine buiten branden
E
15 (2008)
20
49
Aantal loos alarm
E
76 (2008)
20
94
De definitieve gegevens worden met onderbouwing opgenomen in het Jaarverslag van de VVR over 2012. De definitieve gegevens worden met onderbouwing opgenomen in het Jaarverslag van de VVR over 2012.
2.5
Toelichting
Crisisbeheersing en rampenbestrijding
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
De Krimpense gemeenschap kan erop vertrouwen dat de gemeente is voorbereid op een crisis en dat zij in staat is de eventuele negatieve gevolgen van een crisis te beperken. In 2012 heeft de gemeente Krimpen aan den IJssel binnen de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR) een bijdrage geleverd aan een aantal multidisciplinaire activiteiten binnen de VRR. Onder andere aan de multidisciplinaire werkgroep oefenen en aan de multidisciplinaire Adviesraad Risico en Crisisbeheersing. Hiermee heeft ze een bijdrage geleverd aan de verdere ontwikkeling van multidisciplinaire crisisbeheersingsteams.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? A.
1
Communiceren naar de Krimpense samenleving over actuele thema’s met betrekking tot risico’s en risico’s voortvloeiend uit het opgestelde regionale risicoprofiel. Met diverse middelen zoals website, gemeentepagina, de Klinker en de risicokaart, hebben we in 2012 risico’s en handelingsperspectieven bij onze inwoners onder de aandacht gebracht.
2
Externe organisaties participeren bij oefeningen.
16
In 2012 heeft de gemeentelijke veiligheidsstaf een oefening gedraaid. Naast de liaison leider ROT heeft hierin geen externe partij geparticipeerd. Wel heeft de gemeente Krimpen aan den IJssel geparticipeerd in een oefening van het NCTV in samenwerking met de Politie Rotterdam-Rijnmond en de Koninklijke Marechaussee.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
Crisisbeheersing maakt structureel deel uit van de reguliere werkzaamheden van de diverse afdelingen binnen de gemeentelijke organisatie. De meeste medewerkers van de gemeente Krimpen aan den IJssel zijn opgenomen in de crisisorganisatie. In de aanstellingsbrief wordt aan nieuwe medewerkers meegedeeld dat zij een rol kunnen krijgen in de crisisorganisatie.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? B.
1
Houden van oefeningen en workshops voor bestuurders en medewerkers die een functie hebben binnen de crisisorganisatie. In 2012 is er een uitwijkoefening geweest voor de gemeentelijke veiligheidsstaf, het gemeentelijk managementteam en het team pers en publieksvoorlichting. Binnen de gestelde tijd konden de teams op de uitwijklocatie (Deerenberg Kazerne) verder met hun crisisbeheersingstaken.
2
Jaarlijkse actualisatie van de draaiboeken conform het Regionaal Crisisplan. Er zijn in 2012 geen wijzigingen doorgevoerd in de regionale draaiboeken.
3
Uitvoeren van het meerjarenopleidingsplan oranje kolom van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond (VRR) i.c.m. het lokale Opleiden-Trainen-Oefenen (OTO) beleidsplan. In 2012 is een start gemaakt met een fundamentele herbezinning op de bevolkingszorg processen. Vanwege de bezettingsgraad van de processen is er in 2012 daarom geen nieuwe opleidingsactiviteit geweest.
4
Het houden van een alarmerings- en opkomstoefening voor de bestuurders en de medewerkers van de crisisorganisatie. Binnen de VRR worden jaarlijks 3 onaangekondigde alarmerings- en opkomstoefeningen gehouden. Krimpen aan den IJssel stond niet in het Jaarplan.
17
2.5.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Toelichting
Aantal externe organisaties dat heeft deelgenomen aan oefeningen
P
2 (2008)
2
0
% bestuurders en medewerkers dat opgeleid, getraind en geoefend is conform het meerjarenopleidingsplan oranje kolom van de Veiligheidsregio RotterdamRijnmond (VRR) en het lokale Opleiden-TrainenOefenen (OTO) beleidsplan
P
12,7 (2008)
70
50
Wel heeft de gemeente Krimpen aan den IJssel deelgenomen aan een samenwerkingsoefening van het NCTV, de Politie Rotterdam-Rijnmond en de Koninklijke Marechaussee die op Krimpens grondgebied heeft plaatsgevonden. Een oefening met het team opvang en verzorgen en Registreren Mens en Dier in combinatie met het GHOR proces PSHOR is vanwege agendatechnische reden doorgeschoven naar 2013.
% medewerkers crisisorganisatie dat bij een ramp gealarmeerd wordt via regionale communicator (belcomputer)
P
11 (2009)
100
85,0
In verband met verloop personeel worden begin 2013 de gegevens in de communicator geactualiseerd.
% spoedritten ambulance (A1 en A2) die niet voldoen aan de vastgestelde aanrijtijden
P
35 (2005)
5%
A1: 17,7 A2: 10,5
Vanaf nu worden de cijfers van het RIVM gebruikt. De prestatiecijfers van RIVM zijn opgenomen als realisatie 2012, van de AZRR zijn deze voor A1: 16,4 en A2: 9,9.
2.6
Vergunningverlening en handhaving
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Vergunningverlening en handhaving op het gebied van bouwen, ruimtelijke ordening en milieu voldoet aan de eisen van het Ministerie van VROM en de nieuwe Voedsel- en Warenautoriteit (VWA). Vergunningverlening en handhaving op het gebied van de Wet bepalingen omgevingsrecht (Wabo), voldoet aan de eisen van het Ministerie en de Voedsel- en Warenautoriteit.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? A.
1
Vaststellen Integrale Handhavingsnota Omgevingsrecht. De Integrale Handhavingsnota is vastgesteld.
2
Beslissen op aanvragen om omgevingsvergunning conform de in de WABO gestelde kwaliteitseisen. De aanvragen omgevingsvergunningen zijn conform de in de WABO gestelde kwaliteitseisen behandeld.
3
Handhaving van regelgeving als sprake is van gevaarzetting en/of klachten van derden. Toelichting: Uitvoering van de wetgeving vindt primair plaats door DCMR Milieudienst Rijnmond, Technisch Bureau in de Krimpenerwaard (TBK) en Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond. Jaarlijks worden met deze gemeenschappelijke regelingen uitvoeringsafspraken gemaakt.
De Integrale Handhavingsnota Omgevingsrecht zal hierin als leidraad gelden.
18
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
Minder (overlast)klachten die betrekking hebben op evenementen en horeca-inrichtingen. We hebben nog geen specifieke cijfers beschikbaar m.b.t. overlastklachten die betrekking hebben op evenementen en horeca.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? B.
Vergunningverlening en handhaving conform de in de Algemene Plaatselijke Verordening en de bijzondere wetten gestelde (kwaliteits)eisen. De vergunningen zijn conform de wettelijke kwaliteitseisen verleend.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? C.
Minder (overlast)meldingen over het (illegaal) gebruik van de openbare ruimte. Er zijn over 2012 geen cijfers beschikbaar.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? C.
Jaarlijkse integrale horecacontrole. We hebben in 2012 met onze ketenpartners een integrale horecacontrole uitgevoerd.
2.6.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal milieuklachten
E
53 (2006)
50
111
Aantal geluidsklachten (lawaai binnen en buiten)
E
38 (2006)
45
52
% binnen de wettelijke termijn verleende omgevingsvergunningen op het gebied van bouwen en planologisch strijdig gebruik bestemmingsplan
P
99,6 (2007)
100
100
Rapportcijfer duidelijke regels en verordeningen
E
6,7 (2010)
7,0
6,9
Rapportcijfer ontbreken regels
E
5,6 (2010)
5,6
6,3
Rapportcijfer tegenstrijdige regels
E
6 (2010)
6,2
6,1
Rapportcijfer handhaving regels
E
6,2 (2010)
6,2
6
19
Toelichting
Wat mag het kosten? / Wat heeft het gekost? x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
3.193 128 3.321
2.912 90 3.002
2.871 35 2.906
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
- 1.156 - 1.156
- 383 - 383
- 402 - 402
2.164
2.618
2.504
125
- 272
- 180
2.289
2.347
2.324
Totaal lasten Baten
Totaal baten SALDO voor bestemming Mutatie reserves SALDO na bestemming
20
Programma 3
Jeugd en Onderwijs
Missie Jeugdigen groeien op tot verantwoordelijke burgers, doordat zij:
Voldoende kennis en vaardigheden ontwikkelen om later via arbeid in hun levensonderhoud te voorzien; Hun talenten ontplooien; Een gezonde leefstijl ontwikkelen; In een veilige omgeving leven; Daarbij door hun ouders in voldoende mate worden ondersteund. Het jeugdbeleid is gericht op alle kinderen en jongeren. We willen dat kinderen en jongeren alle kansen krijgen bij het opgroeien tot verantwoordelijke burgers. Om dit te realiseren stellen we het kind, de jongere, centraal. De missie van het jeugdbeleid luidt: Ruimte voor de Jeugd! De gemeente heeft een regisserende en faciliterende rol. Dit komt tot uitdrukking in de Agenda Jeugd en Onderwijs.
Met het jeugdbeleid willen we een bijdrage leveren aan de volgende maatschappelijke effecten:
Kinderen en jongeren krijgen de ruimte zich te ontwikkelen en elkaar te ontmoeten. Kinderen en jongeren zijn zelfstandig en doen actief mee en houden rekening met hun omgeving. Jongeren zijn in het bezit van een startkwalificatie. Kinderen en jongeren leven gezonder. Er is een sluitende jeugdketen.
3.1
Kaderstellende beleidsnota’s a. Positionering Leerplicht (2004) b. Uitvoeringsprogramma Centrum voor Jeugd en Gezin (2008-2011) c. Agenda Jeugd en Onderwijs (2009) d. Samen doen! Beleidsplan Maatschappelijke ondersteuning 2008 - 2010 e. Notitie prioriteitstelling onderwijshuisvesting 2010-2014 f. Beleidsvisie speelruimte (2010) g. Uitvoeringsprogramma Het jonge kind (2011) h. Beleidskader Brede school
Meedoen en ontmoeten
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Het aantal kinderen, jongeren en hun ouders en opvoeders dat weet waar zij informatie kunnen krijgen is toegenomen. Informatie over opvoeden en opgroeien is de verkrijgen via de balie Welzijn, zorg en opvoeden in het gezondheidscentrum en op www.cjgkrimpenaandenijssel.nl. Daarnaast hebben we voor de jongeren www.jonginkrimpen.nl.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
Het optimaliseren van de informatievoorziening voor jongeren via jongerensite, sociale media en dergelijke. Organisaties waar onder gemeente, stagemakelaar krimpen, cjg, jongerenwerk maken gebruik van jonginkrimpen.nl, en social media, zoals facebook en twitter.
21
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
De jeugd wordt betrokken bij beleidsontwikkeling en beleidsuitvoering. Het aanbod voor de jeugdigen sluit aan op hun vraag/behoefte. De maatschappelijke betrokkenheid van de jeugd is vergroot. Dit uit zich in een toename van het aantal deelnemers aan activiteiten en een toename van het aantal actieve jonge vrijwilligers. Het jongerenwerk heeft in 2012 een kanteling gemaakt naar meer modern buurtgericht jongerenwerk. Door deze omslag zijn meer jongeren bereikt in de leeftijd van 12 tot en met 17 jaar. Het bereik is vergroot door meer ambulant werk, sport, ontmoeting en recreatie. De combifunctionarissen zetten zich vooral in voor de jongere doelgroep. Maatschappelijke stage Krimpen is verder actief voor de oudere doelgroep maar zoekt zeker ook de verbinding met de jonge Krimpenaren. Zo kunnen jongeren via hun maatschappelijke stage helpen bij het organiseren van activiteiten.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? B.
Uitvoeren van het plan van aanpak jeugdparticipatie. Aangezien de kanteling van het jongerenwerk veel tijd heeft gevraagd, is de uitvoering van jeugdparticipatie nog onvoldoende van de grond gekomen. Wel is aandacht geweest voor de informatievoorziening (www.jongin.nl) en het organiseren van activiteiten voor (en door) kinderen en jongeren.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? C.
De voorzieningen, zoals buiten speelruimte en ontmoetingsplaatsen zijn meer afgestemd op de verschillende leeftijden en de behoefte van de kinderen en jongeren. Bijzondere aandacht gaat uit naar meiden. De speelvoorzieningen voldoen aan het Besluit veiligheid attractie- en speeltoestellen. Jaarlijks vind een inspectie plaats met betrekking tot veiligheid en onderhoud. De nieuwe speelplaatsen en aanpassingen aan bestaande speelplaatsen moeten voldoen aan het speelruimteplan. Gezien de economische omstandigheden is er geen groot budget voor aanpassingen aan speelruimte en dat heeft gevolgen voor de snelheid waarmee een betere afstemming wordt bereikt. De grootste knelpunten zijn aangepakt.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? C.
Uitvoeren van het speelruimteplan inclusief een eenmalige extra investering. Met de eenmalige investering zijn speelpleintjes aan de Veerdam en de Linde aangelegd, de grootste knelpunten zijn daarmee aangepakt. De uitvoering is opgepakt.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? D.
De locaties kinderopvang (kinderdagopvang, naschoolse opvang, gastouderopvang en peuterspeelzalen) voldoen aan de gestelde eisen van de Wet Kinderopvang en de Wet OKE. De locaties kinderopvang zijn in 2012 allemaal één of meerdere keren geïnspecteerd door de GGD om te controleren of zij aan de gestelde eisen uit de wet voldoen. Enkele locaties waren niet geheel in orde, waarna een handhavingstraject is uitgevoerd.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? D.
Uitvoeren van het Uitvoeringsprogramma Het Jonge Kind. Het uitvoeringsprogramma Het Jonge Kind is uitgevoerd, door o.a. het subsidiëren van het peuterspeelzaalwerk en VVE (Voor,- en Vroegschoolse Educatie), overleggen met de partners in de VVE-denktank.
22
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? E.
De sociale samenhang tussen school, ouders en buurt wordt versterkt en de relatie tussen binnenschools en buitenschools leren wordt versterkt. De Brede School is een belangrijk instrument bij het realiseren van deze doelstelling.Net als in voorgaande jaren is in 2012, in samenwerking met de scholen, een vraaggericht aanbod van activiteiten ontwikkeld. Met de schoolbesturen is gezamenlijk opgetrokken om te komen tot nieuwe afspraken omtrent de subsidiëring. Dit heeft geresulteerd in het aanpassen van de subsidiebeleidsregel ‘Brede School’ en deze is in december 2012 definitief vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. De uitvoering van de brede school wordt – op basis van de subsidiebeleidsregel – door stichting SYnerKri in 2013 ter hand genomen.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? E.
1
Inzetten van combinatiefunctionarissen. De combinatiefunctionarissen hebben hun bijdrage geleverd aan enerzijds het primair en anderzijds aan het voortgezet onderwijs. In 2012 is hard gewerkt om tot een oplossing te komen voor de werkgeversrol voor de combinatiefunctionarissen. Deze aanpassing is in december 2012 met de oprichting van stichting SYnerKri geslaagd.
2
Uitvoeren van het beleidskader Brede school. Voor 2012 zijn alle Krimpense scholen, zowel PO als VO, in de gelegenheid gesteld om subsidie aan te vragen voor activiteiten in het kader van de Brede School. Deze aanvragen hebben geleid tot een vraaggericht aanbod van activiteiten op het gebied van sport & cultuur.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? F.
Het aantal mogelijkheden voor jongeren en ouderen om elkaar te ontmoeten en met elkaar in dialoog te gaan is vergroot. Het jongerenwerk heeft diverse bijeenkomsten georganiseerd waarbij jongeren en bewoners met elkaar in gesprek zijn gegaan.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? F.
Uitvoeren, maar ook optimaliseren, van het jeugd- en jongerenwerk. Het sterker inbedden van het jeugd- en jongerenwerk in het jeugdbeleid en het optimaliseren van de effectiviteit en efficiency moet resulteren in een besparing op het jeugd- en jongerenwerk in 2014. Met het jongerenwerk is door middel van een intensief traject een forse inhoudelijke verbeterslag gemaakt. Het jongerenwerk bereikt meer jongeren en werkt meer samen met de partners.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? G.
Het aantal meldingen van overlast door jongeren daalt en het aantal jongeren dat met justitie in aanraking komt daalt. Het jongerenwerk legt contact met jongeren op straat en bewoners die overlast ervaren en/of betrokken zijn bij de jeugd en werkt van daaruit aan een dialoog tussen jongeren en bewoners.
23
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? G.
Het uitvoeren van het ambulant jongerenwerk. Door vernieuwde subsidieafspraken met het jongerenwerk heeft het jongerenwerk 130 (unieke) jongeren bereikt met het ambulant jongerenwerk. Het ambulant jongerenwerk richt zich primair op de jongeren van 12 tot en met 17 jaar.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? H.
Een sluitende jeugdketen. Dit wil zeggen: er is een sluitende aanpak van risico- en probleemjongeren woonachtig binnen de gemeente die shopgedrag door en het rondpompen van jongeren voorkomt en tegelijkertijd hinderlijk en overlastgevend gedrag van jongeren voorkomt en bestrijdt. De gosaregisseur draagt zorg voor een sluitende keten.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? H.
3.2
Gemeentelijke organisatie sluitende aanpak en aanpak jeugdoverlast. De gosaregisseur draagt zorg voor een sluitende keten. Daarnaast zorgt zij voor een gezamenlijke aanpak met jongerenwerk, politie en gemeente voor wat betreft het verminderen van overlast.
Spelen en leren
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Voor de onderwijshuisvesting wordt op de langere termijn gestreefd naar buurtgerichte multifunctionele accommodaties. Dit beleid gaat hand in hand met ruimtelijke ontwikkelingen. Enerzijds leidt dit in de periode 2010-2014 tot vernieuwing en anderzijds tot instandhouding van de onderwijsgebouwen. In het collegeprogramma 2010-2014 is de basis neergelegd voor het onderwijshuisvestingsbeleid. Het beleid is uitgewerkt in de notitie prioriteitstelling onderwijshuisvesting 2010-2014. Het beleid kent voor de genoemde periode 2 sporen, te weten vernieuwing van de oudere schoolgebouwen in het westelijk deel van de gemeente (de wijken Oud Krimpen, Kortland en Lansing-Zuid) en instandhouding van de gebouwen in het oostelijk deel van de gemeente (de wijken Boveneind en Langeland).
24
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
Nadat in 2011 de nieuwbouw van pcbs het Kompas als onderdeel van het Facet en de uitbreiding van de Johannes Calvijnschool in gebruik zijn genomen, is in 2011 nog gestart met de bouw van de nieuwe Admiraal de Ruyterschool. Naar verwachting wordt dit nieuwe gebouw in 2012 in gebruikgenomen. In 2011 is gestart met de bouwvoorbereiding van het nieuwe Krimpenerwaard College. In 2012 wordt gestart met de uitvoering daarvan. Er wordt multifunctionaliteit bereikt door de verhuizing van het complex KOAG en de bouw van een sporthal in plaats van 3 gymnastieklokalen. Naar verwachting worden dit nieuwe schoolgebouw en de sporthal eind 2014 in gebruik genomen en de nieuwe velden in 2015. Voor OBS Kortland krijgt in 2012 de bouwvoorbereiding van de nieuwe hoofdlocatie van de school, samen met de vervangende nieuwbouw voor de Rudolf Steinerschool, verder gestalte als onderdeel van de ontwikkeling van de Prinsessenhof. De startnotitie daarvoor is medio 2011 getekend. Veel van de vernieuwingsprojecten zijn inmiddels gerealiseerd. Zo is in 2012 de nieuwe Admiraal de Ruyterschool aan de Kerkdreef in gebruik genomen en is voor het nieuwe Krimpenerwaard College het definitief en technisch ontwerp afgerond. Voor de vervangende nieuwbouw van obs Kortland aan de Jozef Israëlsstraat en de Rudolf Steinerschool aan de Memlingstraat is, als deelproject van de centrumvisie, in de afgelopen periode samengewerkt in de projectorganisatie multifunctionele accommodatie Prinsessenhof. In het najaar van 2012 hebben wij uw raad geïnformeerd, dat een aantal actuele ontwikkelingen noopt tot herbezinning van het voorgenomen beleid. Daarom is besloten de bouwvoorbereiding van de vervangende onderwijshuisvesting voor genoemde 2 scholen in het deelproject Prinsessenhof te beëindigen. Tevens is besloten te investeren in samenwerking in huisvesting voor de scholen die ressorteren onder de besturen PCPO en OPOCK. De huisvesting voor de Rudolf Steinerschool wordt gehandhaafd in het schoolgebouw aan de Memlingstraat. Op basis van de actuele leerlingenaantallen per 1-10-2012, de geactualiseerde woningvoorraad en het bijgestelde woningbouwprogramma is opdracht gegeven voor het vernieuwen van de prognoses. Op basis van de nieuwe prognoses wordt een aanpassing van het onderwijshuisvestingsbeleid voorbereid.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
Elk kind krijgt een goede start voor het aan het basisonderwijs begint. Kinderen waarbij een taalachterstand of een achterstand in de sociaal emotionele ontwikkeling wordt gesignaleerd, worden toegeleid naar voor-, vroegschoolse educatie (VVE).
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? B.
Uitvoeren van het uitvoeringsprogramma Het Jonge Kind. Het uitvoeringsprogramma Het Jonge Kind is uitgevoerd, door o.a. het subsidiëren van het peuterspeelzaalwerk en VVE.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? C.
Kinderen en jongeren krijgen de ruimte voldoende kennis en vaardigheden te ontwikkelen om later te voorzien in hun levensonderhoud. Alle leerlingen volgen het onderwijs dat past bij hun competenties en behalen minimaal een startkwalificatie. Er zijn in Krimpen aan den IJssel en omgeving voldoende onderwijsmogelijkheden, zodat zij minimaal een startkwalificatie kunnen halen.
25
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? C.
1
Zorgstructuur van het onderwijs en het Centrum voor Jeugd en Gezin verder optimaliseren. In samenspraak met de peuterspeelzalen, kinderopvang, basisscholen en scholen voor voortgezet onderwijs zijn afspraken gemaakt over de samenwerking tussen hen en het Centrum voor Jeugd en Gezin (Notitie Samen zijn we Sterk).
2
Subsidiëren en versterken van het schoolmaatschappelijk werk en de zorgadviesteams. Het schoolmaatschappelijk werk wordt vormgegeven vanuit het Centrum voor Jeugd en Gezin en is ingebed in de zorgstructuur van de scholen.
3
De leerplichtwet wordt gehandhaafd. Jongeren zonder startkwalificatie die geen opleiding volgen, worden actief opgespoord en aangemoedigd om alsnog een startkwalificatie te behalen. De aanpak luxe verzuim wordt gecontinueerd. De meldingen aan leerplicht zijn na een stijgende lijn in de afgelopen jaren in het schooljaar 2011-2012 gelijk gebleven ten opzichte van het jaar daarvoor. Het luxeverzuim is conform afspraken daarover met de scholen uitgevoerd het aantal meldingen is gehalveerd ten opzichte van het jaar daarvoor. De Regionale Meld- en Coördinatiefunctie (aanpak Voortijdig schoolverlaters) taken worden in subregionaal verband opgepakt door de Jonge Krijger. In het tweemaandelijks overleg nemen ook de leerplicht ambtenaren deel om een goede aansluiten tussen leerplicht en Regionale Melden Coördinatiefunctie te bevorderen.
4
Samen met het Krimpenerwaard college wordt de plusvoorziening voor leerlingen met problemen vormgegeven en ingepast in de zorgstructuur. Consequent is aandacht gevraagd voor de plusvoorziening als onderdeel van een groter geheel van voorzieningen voor overbelaste jongeren in de RMC regio Rijnmond. Ook het IJsselcollege heeft een gelijkvormige plusvoorziening opgezet zodat binnen de RMC subregio Rijnmond Zuid Oost een gedegen ondersteuning is voor overbelaste scholieren. Beide scholen vangen in hun plusvoorziening thuiszitters op indien het lesaanbod van de scholen past bij de tot nu genoten opleiding.
5
Uitvoering geven aan het leerlingenvervoer. In 2012 wordt een aantal maatregelen ingevoerd dat moet leiden tot een bezuiniging op de kosten. De maatregelen zijn ingevoerd en de bezuiniging is gerealiseerd. De efficiëntie van de ritten wordt constant bewaakt.
26
3.2.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal doelgroepkinderen van 2,5 - 4 jaar dat bereikt wordt met voorschoolse educatie Aantal meldingen absoluut verzuim 5 - 18 jarigen bij leerplicht Aantal meldingen relatief verzuim in het Primair Onderwijs Aantal meldingen relatief verzuim (tot 18 jaar) in het Voortgezet Onderwijs en MBO % nieuwe VSV
E
24 (2007)
57
49
E
25 (2010)
15
19
E
2 (2010)
5
5
E
77 (2011)
80
73
E
3,5 (2010)
2,7
2,3
Basisonderwijs in de buurt
E
8,2 (2010)
8,2
8,1
3.3
Toelichting
In 2012 zijn minder doelgroepkinderen geïndiceerd door het CJG.
Vanwege de geringe aantallen kan het cijfer fluctueren; enige voorzichtigheid met conclusies bij dit resultaat is geboden.
Gezond opgroeien en opvoeden
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Meer kinderen en jongeren oordelen positief over hun lichamelijke en psychische gezondheid. Deze informatie is onderdeel van de monitor van de GGD-Rijnmond (waarin de jeugdmonitor is opgegaan in verband met bezuinigingen). Deze monitor wordt eens per vier jaar uitgevoerd. In 2012 zouden nieuwe gegevens moeten komen, maar dat is iets opgeschoven in verband met de (verplichte) aansluiting op landelijk onderzoek van het CBS. Daarna worden dus in 2013 de cijfers weer geactualiseerd.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
De jeugdgezondheidszorg wordt uitgevoerd door het Centrum voor Jeugd en Gezin. CJG Rijnmond heeft in 2012 de jeugdgezondheidszorg uitgevoerd.
2
Het uitvoeren van de gezondheidsnota (zie programma 5). In 2012 is gestart met de uitvoering van deze nota. In dit kader zijn basisscholen in 2012 de volgende activiteiten uitgevoerd: Voedingsvoorlichting op basisscholen; Brede School activiteiten, o.a. gericht op sport & bewegen.
27
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
Jongeren, ouders, professionals en vrijwilligers, die met jeugd werken, kunnen bij het Centrum voor Jeugd en Gezin terecht voor opvoed- en opgroeiondersteuning. Signalen komen tijdig op de juiste plaats en worden tijdig opgepakt. Alle jeugdigen en gezinnen met risico’s en problemen zijn in beeld, waardoor ingespeeld kan worden op de risico’s. Het ondersteuningsaanbod sluit aan op de hulpvraag en wordt tijdig ingezet. De ondersteuning c.q. hulp wordt gecoördineerd ingezet vanuit het principe één gezin, één plan. De partners binnen het Centrum voor Jeugd en Gezin werken samen als waren zij werkzaam bij één organisatie. Het Centrum voor Jeugd en Gezin is sinds april 2012 gehuisvest in het gezondheidscentrum. Het CJG participeert in de balie Welzijn, zorg en opvoeden. De bereikbaarheid is daardoor vergroot. Naast de fysieke bereikbaarheid is het CJG ook via internet en telefoon te bereiken. De medewerkers van het CJG hebben scholing gehad om goed te kunnen inspelen op de vraag en het principe van één gezin, één plan verder vorm te geven.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? B.
1
Bij het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) kunnen ouders en professionals (bijvoorbeeld leraar) terecht voor vragen over opvoeden en opgroeien. Het CJG draagt zorg voor een effectief, tijdig en passend aanbod van opvoedingsondersteuning. Het CJG staat naast de ouder(s), naast de professional (bijvoorbeeld leerkracht), gebruikt het sociaal netwerk van het gezin/de jongere, versterkt de eigen kracht van opvoeders én helpt het gezin/de jongere. Voor ouders die dat nodig hebben biedt het CJG vrij toegankelijke ondersteuningsprogramma’s (bijvoorbeeld jeugdgezondheidszorg, pedagogische advisering, opvoedcursussen, gezinscoaching, groepstrainingen voor ouders, maar ook voor (mede-)opvoeders. Het CJG draagt in belangrijke mate bij aan het creëren van een positief opvoedingsklimaat. De naamsbekendheid van het CJG wordt de komende jaren vergroot. Het CJG is een netwerkorganisatie. De samenwerking met de partners wordt geïntensiveerd, zodat er samenhang komt in de zorgstructuur. Ouders en opvoeders kunnen terecht bij het CJG, dat sinds april 2012 gehuisvest is in het gezondheidscentrum. De medewerkers worden gestimuleerd om niet over mensen te praten maar met mensen, het sociaal netwerk en de eigen kracht te versterken. Aangezien het hier om een cultuuromslag gaat zullen we ook de komende jaren hier nog fors op moeten inzetten. Het hele jaar door biedt het CJG Krimpen aan den IJssel de kinderen, jongeren en hun ouder(s)/verzorger(s) diverse trainingen en thema bijeenkomsten aan. Het gaat hier om allerlei soorten thema-avonden waarvoor ouder(s)/ verzorger(s) uitgenodigd worden via scholen, peuterspeelzalen, kinderdagverblijven, social media en via persberichten in de krant. Voor kinderen en jongeren worden er ook allerlei trainingen aangeboden, die ook via de scholen, kinderdagverblijven en dergelijke onder de aandacht gebracht worden. Bijvoorbeeld de thema’s Kinderen en Voeding, Kinderen en Echtscheiding, Mijn kind en veilig internetgebruik en Faalangst bij kinderen hebben op de agenda gestaan.
2
Er is een toenemende behoefte aan opvoedingsondersteuning, zoals pedagogische hulpverlening. De inzet wordt gemonitord, opdat we de meest effectieve, tijdige en passende opvoedingsondersteuning kunnen (blijven) aanbieden. In 2012 hebben we de inzet van opvoedondersteuning en jeugdhulpverlening gesubsidieerd. Naast de inzet van gemeentelijke middelen hebben we ook ondersteuning kunnen inzetten vanuit provinciale middelen (Ras).
3
In samenwerking met het Centrum voor Jeugd en Gezin wordt bekeken hoe de sociaal pedagogische omgeving van gezinnen kan worden versterkt (de zgn. pedagogische civiele society).
28
Ouders zijn primair zelf verantwoordelijk voor de opvoeding en welzijn van hun kinderen. Indien ouders opvoedvragen hebben dan kunnen zij terecht bij het CJG. Het CJG stelt zich daarbij klantgericht en vraaggericht op. Het CJG richt zich op het versterken van de sociale netwerken en het versterken van de eigen kracht. 4
De gemeente voert de regie over het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG). De uitvoering ligt bij CJG-partners. Indien de hulpverlening stagneert, vindt opschaling plaats via de Gemeentelijk organisatie sluitende aanpak (GOSA). Onder regievoering van de gemeente is de stuurgroep CJG ingericht. De stuurgroep bevordert de samenwerking tussen de partners en maakt afspraken over de uitvoering, deze zijn vastgelegd in een werkplan. De uitvoeringsregie van het CJG ligt bij CJG Rijnmond.
5
In samenwerking met de partners worden voorbereidingen getroffen in verband met de decentralisatie van de jeugdzorg. Binnen de stadsregio is hier onder andere het programma Ieder Kind Wint, Zorg voor de toekomst vastgesteld. Volgens de voorlopige planning gaat de ambulante hulp in 2014 over en worden de overige onderdelen in 2016 gedecentraliseerd. In de stadsregio willen de gemeenten de decentralisatie zo spoedig mogelijk vormgeven. De startnotitie Decentralisatie Jeugdzorg Krimpen aan den IJssel is vastgesteld, alsmede het Programmaplan Decentralisatie Jeugdzorg, samenwerkende gemeenten in de regio Rotterdam 2012-2015. Eind 2012 hebben de wethouders in de regio kennis genomen van de rapportages van de werkgroep signalering, toeleiding en zorgcoördinatie, de werkgroep jeugdbescherming en jeugdreclassering en de werkgroep sturing en financiën.
3.3.3 Tabel effect-en prestatie-indicatoren Omschrijving
Het totaal aantal jongeren (0-23 jaar) dat bereikt wordt door het CJG en GOSA
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
E
104 (2011)
100
130
Toelichting
Wat mag het kosten? / Wat heeft het gekost? x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
5.049 5.049
5.719 5.719
5.569 15 5.584
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel) Totaal baten
- 364 - 364
- 363 - 363
- 377 - 377
SALDO voor bestemming
4.686
5.356
5.207
- 2.259
- 566
- 566
2.427
4.791
4.641
Totaal lasten Baten
Mutatie reserves SALDO na bestemming
29
Programma 4
Sport en Cultuur
Missie De gemeente Krimpen aan den IJssel draagt er zorg voor dat zoveel mogelijk inwoners sportief actief zijn en dat de maatschappelijke waarde van sport wordt vergroot door het versterken van de sportinfrastructuur, zowel die van verenigingsondersteuning als die van sportaccommodaties. De gemeente Krimpen aan den IJssel biedt een breed en gevarieerd, voor iedereen toegankelijk aanbod van culturele voorzieningen en activiteiten en draagt hierdoor positief bij aan de kwaliteit van leven van haar burgers. Inwoners van elke leeftijd kunnen hierdoor kunst zich hierin blijvend ontwikkelen.
4.1
Kaderstellende beleidsnota’s a. Organisatieontwerp Basisbibliotheek aan den IJssel (2005) b. Beleidsnota Sport & Bewegen (Een leven lang bewegen & sport) (20092013) c. Inventarisatie beeldbepalende objecten/gebieden (2010) d. Notitie Combinatiefuncties onderwijs, sport, cultuur (2011) en cultuur genieten, beleven en ervaren en
Sport
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
1
Vergroten van deelname aan sport en bewegen door basisschooljeugd. De inrichting en uitvoering van de Brede School / Combinatiefuncties zijn in 2012 aangepast. Dit heeft geleid tot een efficiëntere inzet van middelen ten gunste van de brede schoolactiviteiten waaronder sport.
2
Creëren van zelfparticipatie van oudere jeugd bij ontwikkeling van het sportaanbod. Door de herijking van het jongerenwerk is op dit thema geen extra inspanning geleverd.
3
Vergroten van de betrokkenheid van de leeftijdsgroep 55+. Dit is begin 2012 opgepakt door Sportraad Krimpen en de Zorggroep Krimpen.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? A.
1
Uitbreiden van het aantal combinatiefunctionarissen, naar in totaal 4,4 Fte (deze worden verdeeld over Sport, Cultuur en Onderwijs). De sportmakelaar blijft ook in 2012 vraag en aanbod bij elkaar brengen, zodat sportverenigingen op de vraag van Brede Scholen kunnen inspringen en vice versa. De combinatiefunctionaris Sport blijft een bijdrage leveren aan de fysieke sportlessen op school en ondersteuning aan de vereniging. Bij de uitbreiding van de formatie wordt de natte gymnastiek in het zwembad De Lansingh betrokken. De combinatiefuncties zijn, met uitzondering van de 0,5 Fte natte sport, per 1 januari 2013 ondergebracht bij stichting SYnerKri.
2
De jeugdparticipatie wordt in een breder kader dan alleen sport opgepakt. Via het (ambulant) jeugd- en jongerenwerk wordt op dit moment sportaanbod gerealiseerd. Dit zal versterkt worden door slim gebruik te maken van het netwerk van combinatiefuncties. De samenwerking tussen het jongerenwerk en de combinatiefuncties is nog niet tot stand gekomen. Dit komt enerzijds door de kanteling van het jongerenwerk in 2012 (zie programma 3) en anderzijds door de aanpassing van de werkgeversrol van de combinatiefuncties.
3
Zoals genoemd bij de begroting 2011 stopte in dat jaar het project Fitplus. Alle wijken van Krimpen hebben met voldoende resultaat deelgenomen aan Fitplus. De fitplusgroepen die zijn ontstaan, zijn blijvend onderdeel geworden van het sportverenigingaanbod. Het beleidsdoel activeren van de groep 55-65 jarige niet actieve inwoners krijgt zijn vervolg bij
30
de reguliere sportbeoefening. De stichting Sportraad Krimpen (verder: Sportraad) neemt het organiseren van een jaarlijkse fittest en een kennismakingsaanbod sporten voor senioren op in haar aanbod. Via de Sportraad worden verenigingen actief benaderd om de oudere leden te blijven verbinden met hun vereniging. De oudere leden hebben veelal specifieke kennis over administratie, bestuurlijke taken, maar zijn ook inzetbaar als potentiële trainers / coaches. Stichting Sportraad Krimpen heeft samen met de verenigingen en de Zorggroep Krimpen een informatieboekje opgesteld dat breed verspreid is (huisartsen, fysiotherapeuten, meldpunt, sportverenigingen).
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
1
Stroomlijnen en versterken van de ondersteuning van verenigingen. De combinatiefunctionarissen en Sportmakelaar hebben hier een grote bijdrage aangeleverd. In 2013 is de makelaarsfunctie verbreed met cultuur en overgenomen door nieuwe stichting SYnerKri.
2
Komen tot één aanspreekpunt voor verenigingen en andere maatschappelijke partners. Het aanspreekpunt in 2012 waren de combinatiefunctionarissen / Stichting Sportraad Krimpen.
3
Versterken van de samenwerking met het onderwijs. In 2012 is samen met onderwijs gewerkt naar een integrale oplossing voor combinatiefuncties en de brede school. Deze integrale aanpak heeft geleid aanpassing van de subsidiebeleidsregels ten aanzien van de ‘Brede School’ ‘Combinatiefuncties’. De schoolbesturen hebben enthousiast gereageerd op aanpassingen.
de tot en de
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? B.
1
De sportmakelaar blijft in 2012 beschikbaar voor de sportverenigingen. Deze ondersteuning is in 2011 succesvol gebleken en wordt daarom gecontinueerd in 2012. Daarnaast is de sportmakelaar er voor ondersteuning aan de Sportraad. Deze stichting wordt ook in 2012 financieel ondersteund door middel van een erkenningsubsidie. De sportmakelaar heeft ook in 2012 ondersteuning gegeven aan sportverenigingen. Stichting Sportraad Krimpen heeft in 2012 wederom een erkenningsubsidie verleend gekregen. Er zijn wel zorgen over de bestuurskracht van deze stichting. De stichting is in 2012 lang bestuurloos geweest. Dit compliceert de rol als gesprekspartner van de gemeente. Het is overigens aan de sportverenigingen zelf om de sportraad te voorzien van bestuursleden.
2
Eind 2012 moet het netwerk van de combinatiefuncties operationeel zijn. Dit netwerk moet de spin in het web (spilfuncties) zijn, het aanspreekpunt voor Sport, Cultuur en Onderwijs. Met de aanpassing van de subsidiebeleidsregel en de oprichting van stichting SYnerKri wordt het netwerk van combinatiefuncties gecomplementeerd.
3
De afgelopen periode is al veel ingezet op de samenwerking met het onderwijs. De komst van de combinatiefunctionaris Sportmakelaar en de combinatiefunctionaris Sport hebben hier positief aan bijgedragen. Deze functies handhaven we daarom in 2012. Het onderwijs is ook gebaat bij de realisatie van het netwerk van combinatiefuncties aan het einde van 2012. De mogelijke maatschappelijke partners worden steeds meer opgezocht voor een gevarieerd brede schoolaanbod. De samenwerking heeft geresulteerd in de aanpassing van de subsidiebeleidsregels ‘Brede School’ en ‘Combinatiefuncties’.
31
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? C.
1
Vergroten van de toegankelijkheid door spreiding en bundeling. In 2012 is de nadruk komen te liggen op de hockeyvelden bij MHC Krimpen, het 2e kunstgras hockeyveld is opgeleverd. Dit hockeyveld is in beheer van de vereniging zelf tot stand gekomen. Tweede grote aandachtspunt is het in de beleidsnota ‘Sport & Bewegen’ benoemde sportpunt aan de Driekamp. Er zijn veel voorbereidende werkzaamheden geweest op de ontwikkeling van een multifunctionele sporthal (gymnastiekonderwijs en sportgebruik) en schoolsportvelden.
2
Optimaliseren van het gebruik van accommodaties. Een van de onderdelen uit de beleidsnota ‘Sport & Bewegen’ is de optimalisatie van de accommodatie, met de komst van de nieuwe multifunctionele sporthal kan toegewerkt worden naar een nieuw verhuurrooster.
3
Vergroten van de kwaliteit door multifunctioneler gebruik. Met de besluitvorming omtrent de vervangende nieuwbouw van het Krimpenerwaard College zijn de eerste stappen gezet om te komen tot een sportaccommodatie die multifunctioneel gebruik gaat worden. Bovendien heeft de gemeenteraad in december besloten om ‘de sport’ aan de voorzieningendiscussie toe te voegen (ook relatie met C.2).
4
Bundeling van krachten van sportaanbieders. Het sportaanbod voor de Brede School activiteiten is in één subsidieaanvraag door de Sportmakelaar voor alle basisscholen aangevraagd. De sportverenigingen weten steeds meer en beter gebruik te maken van het netwerk van de combinatiefuncties. In de tweede helft van 2012 moest veel werk verzet worden in verband met de oprichting van een nieuwe stichting. Door de herijking van het Brede School beleid wordt nog meer ingezet op het faciliteren van sportaanbieders en scholen.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? C.
1
De afgelopen periode is, naast de komst van combinatiefunctionarissen, reeds flink geïnvesteerd in de sport. Voorbeelden zijn de realisatie van 2 kunstgras voetbalvelden bij voetbalvereniging DCV (2010 en 2011) en een gemeentelijke bijdrage aan het 2e kunstgras hockeyveld bij MHC Krimpen. Voor de buitensport zijn er door deze ontwikkelingen geen grote capaciteitsproblemen meer. De capaciteit bij de binnensport is daarentegen nog wel problematisch. De druk op geschikte binnensportaccommodaties is erg hoog en het aanbod is ontoereikend. Dit leidt tot ongewenste effecten zoals het uitwijken van Krimpense verenigingen naar omliggende gemeenten. Door de realisatie van een multifunctionele sporthal bij het Krimpenerwaard College doet zich de kans voor om een nieuw verhuurschema op te stellen. Hierbij moeteen meer integrale afweging en toewijzing plaatsvinden, waardoor de problematiek zal afnemen. De capaciteit van de buitensportaccommodaties is toereikend. Bij Mixed Hockey Club Krimpen is in 2012, met behulp van een eenmalige gemeentelijke subsidie, een tweede kunstgras hockeyveld gerealiseerd. Voor de binnensport is op korte termijn nog geen oplossing voor het capaciteitsgebrek. Pas bij de realisatie van de nieuwbouw van het Krimpenerwaard College wordt dit opgelost. Bij zwembad De Lansingh is de entreehal in 2012 verbouwd en zijn installaties vervangen.
2
In de begroting 2012 zijn de investeringen voor de realisatie van een multifunctionele sporthal, inclusief kantine en buitenberging, bij het Krimpenerwaard College opgenomen. Onderdeel hierbij is het verhuizen van korfbalvereniging KOAG naar de plaats waar het huidig schoolgebouw van het Krimpenerwaard College staat. De vrijgekomen locatie (de
32
huidige korfbalvelden) kan worden ingezet voor herontwikkeling door middel van woningbouw. Wij streven naar openstelling van het nieuwe schoolgebouw, inclusief multifunctionele sporthal, in het jaar 2014. Voordat de schoolsportvelden gerealiseerd kunnen worden, moet het oude schoolgebouw worden gesloopt. Dit betekent dat, als alles volgens de planning verloopt, het veldseizoen 2014-2015 voor de korfbalvereniging een overbruggingsseizoen is. Het bestemmingsplan Krimpenerwaard College is in 2012 in procedure gebracht. Dit plan voorziet naast de realisatie van een nieuw schoolgebouw (inclusief clubhuis en multifunctionele sporthal) in 3 sportvelden en het draaien (kwartslag) van het handbalveld. 3
Door gecombineerd gebruik te maken van de schoolsportvelden en de multifunctionele sporthal wordt een grote multifunctionaliteit bereikt. Dit leidt tot een relatief hoge bezettingsgraad.
Door gecombineerd gebruik te maken van de schoolsportvelden en de multifunctionele sporthal wordt een grote multifunctionaliteit bereikt. Dit leidt tot een relatief hoge bezettingsgraad. 4
De Sportmakelaar blijft zich in 2012 inzetten voor een sterkere bundeling van sportaanbieders. De Sportmakelaar heeft in 2012 zich ingezet voor deze bundeling.
4.1.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren E/P Omschrijving
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal gebruiksuren sportzalen, sporthal en gymlokalen
P
5.791 (2008)
5.800
7.176
Aantal recreatieve bezoekers zwembad
P
171.740 (2008)
168.000
154.300
Aantal overige bezoekers zwembad
P
85.814 (2008)
80.000
84.182
Aantal jeugdleden tot en met 18 jaar bij sportverenigingen
E
2.237 (incl. 41 met beperking) (2007)
2.265
1.994
% jongeren (v.o.) dat lid is van sportvereniging
E
73 (2007)
75
-
Aantal verschillende sporten dat in de vorm van kennismakingscursussen op de scholen wordt aangeboden
E
2 (2007)
9
14
Rapportcijfer sportvoorzieningen
P
7,4 (2010)
7,5
7,5
33
Toelichting Het aantal gebruiksuren neemt iets langzamer toe dan verwacht, mogelijk ten gunste van de recessie. Ten gevolge van een renovatie- en sluitingsperiode nam het aantal bezoekers iets minder af dan verwacht. Ten gevolge van een renovatie- en sluitingsperiode nam het aantal bezoekers iets af. Niet alle sportverenigingen hebben de subsidie voor jeugdleden aangevraagd. Tweejaarlijks onderzoek.
Marginale verbetering, mogelijk door realisatie 2 kunstgras voetbalvelden (2010 en 2011) en kunstgras hockeyveld (2012).
4.2
Cultuur
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Een breed en gevarieerd voor iedereen toegankelijk aanbod van culturele voorzieningen en activiteiten, dat afgestemd is op de bestaande en de nog te ontwikkelen vraag van de Krimpense burgers. Het betreft zowel actieve als receptieve kunst en cultuurbeleving en -participatie. In 2012 is het programma cultuur voortgezet. Onder meer door gemeentelijke subsidies is een gevarieerd cultureel aanbod gepresenteerd. In theater de Tuyter hebben jongerentheater Quint en improvisatietheatergezelschap Impromaniacs meerdere voorstellingen gegeven. De Bibliotheek aan den IJssel is in 2012 gestart met de Biblioscoop; boekverfilmingen in de theaterzaal. De werkgroep Kunstzaken heeft in de ontmoetingsruimte van de Tuyter wederom acht tentoonstellingen geprogrammeerd. Zowel lokale (Simone de Knecht, Cor Visser) als landelijke (Albert Groenheyde, Willem van Buijtenen) kunstenaars zijn verwelkomd. Net als in 2010 en 2011 jaren is samen met Capelle aan den IJssel in 2012 een provinciale bijdrage voor een cultuurnetwerker binnengehaald. De cultuurnetwerker zet met name in op cultuureducatie.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij gedaan? A.
1
De aanbevelingen uit de inventarisatie beeldbepalende objecten/gebieden uitwerken. De aanbevelingen uit de inventarisatie beeldbepalende objecten/gebieden zijn ter hand genomen.
2
Een archeologische verwachtingen– en beleidsadvieskaart opstellen en de uitkomsten ervan verwerken in nieuwe bestemmingsplannen. Er is een archeologische verwachtingen– en beleidsadvieskaart opgesteld en de uitkomsten ervan zijn verwerkt in nieuwe bestemmingsplannen.
3
Een cultuurhistorische inventarisatie- beleidsadvieskaart opstellen. Er is een cultuurhistorische inventarisatie- beleidsadvieskaart opgesteld (vaststelling in maart 2013) en de uitkomsten ervan zijn verwerkt in nieuwe bestemmingsplannen.
4
Het subsidiëren van de Basisbibliotheek, het Streekmuseum, Amateurverenigingen, Lokale Omroep Krimpen, Atelierroute, Historische Kring Krimpen en het verzetsmuseum. In 2012 zijn de culturele voorzieningen in Krimpen in stand gehouden. Diverse amateurverenigingen hebben door een subsidie hun activiteiten kunnen voortzetten. De Atelierroute is in 2012 overgegaan in Stuw-Art en heeft geen subsidie aangevraagd. De subsidie aan het verzetsmuseum is in 2012 voor de laatste maal uitgekeerd. Verschillende culturele initiatieven hebben plaats kunnen vinden dankzij een eenmalige bijdrage van de gemeente. Te denken valt aan Kunststroming door de Krimpener Kunstwaard, open monumentendag en opera Sjoerd. Ook de succesvolle theateractiviteiten van Impromaniacs en Quint zijn wederom gesubsidieerd. In 2012 is de verhuizing van het depot van het Streekmuseum naar een klaslokaal in twee scholen voorbereid. De daadwerkelijke verhuizing vindt in 2013 plaats. De Bibliotheek aan den IJssel en het Streekmuseum zijn net als alle andere budgetinstellingen ook in 2012 1,25% gekort op hun subsidie. In 2012 is besloten vanaf 2013 verdergaande bezuinigingen door te voeren op het bibliotheekwerk.
5
Het in stand houden van de Muziekschool. In 2012 heeft de Muziekschool haar activiteiten voortgezet. In 2012 gestart met het programma Muziek Op School. Dit project biedt kinderen van de basisschool de kans om een instrument te leren bespelen en samen muziek te maken. Ook opende de muziekschool in 2012 Studio43. Deze studio is een volledig toegeruste opnamestudio voor docenten en leerlingen. De studio is ook te huren door andere particulieren, zoals
34
bandjes, (kerk)koren, brassbands, scholen, etc. Er wordt ook een leergang studiolessen aangeboden. 6
Met ingang van het theaterseizoen 2011/2012 krijgt het theaterprogramma in De Tuyter een andere invulling. Het accent van de programmering ligt niet langer op het professioneel programma, maar op een amateurprogramma. Het theaterseizoen 2011/2012 is een overgangsperiode. In 2012 wordt een combinatiefunctionaris Cultuur aangesteld. Deze functie heeft twee elementen: Theaterprogrammering (amateur en afbouw professioneel deel); Verbinding tussen onderwijs en culturele instellingen/ verenigingen. Deze verbinding komt vooral tot stand via de Brede School. In 2012 is de besluitvorming rond de combinatiefunctionaris cultuur afgerond. Op 21 juni heeft een interactieve bijeenkomst plaatsgevonden. Tijdens deze goedbezochte avond is input verzameld bij culturele partijen over de functie van cultuurmakelaar. Deze bagage is meegegeven aan stichting SynerKri. Deze stichting is op 1 januari 2013 gestart, met onder meer cultuur in haar takenpakket. Naast Brede School en theaterprogrammering zal de stichting voor wat betreft cultuur ook een impuls geven aan cultuureducatie. In de theaterzaal van de Tuyter hebben in 2012 verschillende activiteiten plaatsgevonden. Jongerentheater Quint en improvisatietheatergezelschap Impromaniacs hebben verschillende voorstellingen gegeven, ook de Muziekschool en de bibliotheek hebben activiteiten ontplooid in het theater. Vanaf 2013 zal, door de komst van een combinatiefunctionaris cultuur, de amateurprogrammering in het theater toenemen.
35
4.2.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal uitleningen bibliotheek
E
220.000 (2007)
200.000
196.007
Aantal bibliotheekpassen
P
6.200 (2007)
5.500
4769
Aantal verhuurde uren De Tuyter
P
3.792 (2008)
3.250
3.102
Aantal exposities in De Tuyter
P
7 (2007)
8
8
Aantal bezoekers Streekmuseum
E
9.315 (2007)
11.500
9.836
Aantal groepsrondleidingen Streekmuseum
P
159 (2007)
150
134
Indicator is jaarlijks niet tijdig beschikbaar. Besloten kan worden om de realisatiewaarde van het jaar ervoor op te nemen.
Aantal tentoonstellingen Streekmuseum
P
7 (2007)
6
5
Indicator is jaarlijks niet tijdig beschikbaar. Besloten kan worden om de realisatiewaarde van het jaar ervoor op te nemen.
Aantal leerlingen jaarcursus
P
493 (2007)
500
469
Aantal deelnemers ensemble
P
80 (2007)
100
90
Aantal leerlingen korte cursus
P
268 (2007)
350
255
Onderwijs PO en VO muziekschool
P
1.936 (2007)
2.300
2.800
Bereik publiek/aantal bezoekers muziekschool
P
2.100 (2007)
3.500
3.500
Rapportcijfer verenigingen en clubs
E
7,5 (2010)
7,4
7,6
36
Toelichting
Het aantal verhuurde uren neemt af omdat het theaterprogramma gestopt is, de dansschool weg is en het NUT minder ingehuurd heeft i.v.m. annuleren van cursussen.
Wat mag het kosten? / Wat heeft het gekost? x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
6.269 6.269
6.032 25 6.057
5.836 24 5.861
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
- 1.973 - 1.973
- 2.011 - 25 - 2.036
- 1.980 - 25 - 2.005
4.296
4.021
3.856
-
-9
- 18
4.296
4.012
3.838
Totaal lasten Baten
Totaal baten SALDO voor bestemming Mutatie reserves SALDO na bestemming
37
Programma 5
Maatschappelijke Ondersteuning
Missie Inwoners van Krimpen aan den IJssel ondersteunen bij de vormgeving van hun eigen leven en het meedoen in de samenleving. Daarbij streeft de gemeente naar een (nieuw) evenwicht tussen de eigen verantwoordelijkheid van burgers om hun leven vorm te geven en de (wettelijke) verantwoordelijkheid van de gemeente om collectieve en/of individuele voorzieningen aan te bieden om hen daarbij te ondersteunen.
5.1
Kaderstellende beleidsnota’s a. Beleidsnota ‘Samen verder’ Wmo 2012-2015 in Krimpen aan den IJssel (2011) b. Nota lokaal gezondheidsbeleid Samenwerken voor Gezondheid 20122015 (2011) c. Beleidsnota Wijzigingen AWBZ 20102014 (2010) d. Besluit maatschappelijke ondersteuning 2012 e. Programma Woonservice 2011-12 (2011) f. Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning 2007 (bijgewerkt tot en met de derde wijziging per 1 mei 2012) g. Beleidsregels individuele verstrekkingen 2012
Maatschappelijke Ondersteuning
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
De inwoners van Krimpen aan den IJssel zijn zelfstandig en zelfredzaam en participeren in de samenleving. Toelichting: De doelstelling van de Wmo is dat iedereen moet kunnen meedoen in de samenleving. Dat geldt voor jonge en gezonde mensen, maar ook voor senioren en mensen met een beperking/ handicap. Hoe meer mensen betrokken zijn bij wat er speelt in de wijk of de buurt, hoe meer mensen elkaar kennen, hoe meer mensen bereid zullen zijn zich in te zetten voor anderen en hoe groter daarmee de zelfredzaamheid van burgers is. Die grote zelfredzaamheid leidt vervolgens tot meer meedoen in de samenleving. Soms lukt dat meedoen niet op eigen kracht en is ondersteuning in de vorm van collectieve of individuele voorzieningen nodig. Uitgangspunt is het bieden van lokaal maatwerk en samenhangend beleid.
In 2011 is een interactief proces vormgegeven, dat uiteindelijk geleid heeft tot vaststelling van de nieuwe beleidsnota Samen verder Wmo 2012-2015 in Krimpen aan den IJssel. In 2012 is uitvoering gegeven aan deze beleidsnota.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A1 Uitvoering geven aan het binnen de gemeente ontwikkelde beleid op het terrein van de maatschappelijke ondersteuning. Uitvoering van de acties uit Samen verder! Beleidsnota Wmo 20122015. Beslispunten uit de notitie Op weg naar een Wmo beleidsplan 2012-2015: 1
De gemeente ontwikkelt een geïntegreerd voorlichtingsbeleid, waarbij collectieve voorzieningen als eerste onder de aandacht komen en individuele waar nodig als aanvulling of noodzakelijke voorwaarde voor meedoen aan de samenleving. Inwoners kunnen in het publiekscentrum bij het gemeentelijk Wmo-loket terecht voor informatie, advies en aanvraag. Naast het Wmo-loket is er ook een balie in het
38
Gezondheidscentrum waar inwoners terecht kunnen voor vragen en advies op het gebied van welzijn, zorg en opvoeding. Het Meldpunt, Kwadraad en CJG beantwoorden de ondersteuningsvragen in samenwerking met Steunpunt Mantelzorg en vrijwilligers. De vraag staat centraal, dit vergt een integrale benadering waarin verbindingen worden gelegd met alle vormen van ondersteuning die kunnen bijdragen aan het advies/antwoord. Beide loketten werken volgens de kantelingsgedachte; van claim- naar aanbodgericht werken waarbij eigen kracht, voorliggende en collectieve voorzieningen centraal staan. 2
De gemeente heeft met de burger een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Het zwaartepunt ligt wel bij de burger zelf. Tijdens een (intake)gesprek worden burgers geïnformeerd over de veranderingen binnen de Wmo. Er wordt nadrukkelijk gekeken wat de burger zelf kan oplossen. Het is een verschuiving van een te claimen recht bij de gemeente naar een versterking van de eigen kracht van een inwoner en gebruikmakend van zijn eigen netwerk/sociaal kapitaal, voordat het compensatiebeginsel door de gemeente aan de orde is. Onderwerpen zoals een mogelijke verhuisplicht, dat een traplift slechts bij hoge uitzondering wordt vergoed, de eigen bijdrageregeling e.d., komen nadrukkelijk aan de orde. De door de raad ingezette wijziging ten aanzien van woonvoorzieningen vanaf 2011 plus de maximale uitbreiding op de heffing van de eigen bijdrage (waaronder scootmobielen) hebben geleid tot aanzienlijk lagere uitgaven. Dit heeft zich voortgezet in 2012. Anderzijds zijn de kosten voor huishoudelijke hulp in deze periode licht gestegen en maken zij naar verhouding een groter deel uit van het totale budget. Per saldo is de kostenstijging van de afgelopen jaren in 2012 redelijk gestabiliseerd. Verder is in 2012 de aanbesteding afgerond inzake de Wmo hulpmiddelen. De gemeenten Capelle aan den IJssel en Krimpen aan den IJssel hebben gezamenlijk de aanbestedingsprocedure afgewikkeld. De aanbesteding had tot doel om de levering van Wmo hulpmiddelen tegen een zo scherp mogelijk tarief te realiseren. Naast financiële criteria golden er ook kwalitatieve criteria. Welzorg Nederland B.V. is door beide gemeenten geselecteerd als economisch meest voordelige aanbieder. Het nieuwe contract gaat in op 1 april 2013 en heeft een looptijd van 2 jaar met tweemaal de mogelijkheid tot verlenging met 1 jaar. De partners van de balie welzijn, zorg en opvoeding in het gezondheidscentrum en hun vrijwilligers hebben de training De Kanteling gevolgd met als doel de zelfredzaamheid van inwoners meer te stimuleren en aan te spreken. Vervolgens wordt ondersteuning gezocht in het sociale netwerk en deelname aan collectieve voorzieningen. Tot slot wordt, als het echt nodig is, een beroep gedaan op professionele zorg (individuele voorziening).
3
Optimaliseren van het toegankelijk maken van informatie door gebruik te maken van verschillende communicatiekanalen, maar ook door samenwerking tussen de partners verder te versterken. Het Meldpunt heeft een sociale kaart ontwikkeld welke toegankelijk is voor de partners van de balie welzijn, zorg en opvoeding in het gezondheidscentrum. In 2012 is gestart met de ontwikkeling van een integrale website van deze balie.
4
Het Steunpunt mantelzorg moet aan de hand van de acht basisfuncties van de VNG zijn werkzaamheden optimaliseren. Het Steunpunt werkt volgens de acht basisfuncties en heeft hierdoor haar activiteiten kunnen optimaliseren. 1. Informatie: Vast aanbod: Infokraam bibliotheek, Telefonisch spreekuur, Individuele ondersteuning, Huisbezoeken, Mantelzorgkrant, Voorlichting door thuiszorg, Inzetten sociale media voor bereiken jonge mantelzorgers en Periodieke PR richting scholen en kerken. Projectmatig aanbod: Dag van de Mantelzorg, Specifieke themabijeenkomst voor gedifferentieerde doelgroepen, Alzheimer café, Netwerkbijeenkomst, Wervingsactie
39
nieuwe mantelzorgers en Een onderzoek naar de vindplaats van jonge mantelzorgers. 2. Advies en begeleiding: Vast aanbod: Telefonisch spreekuur, Individuele ondersteuning, Huisbezoeken, Mantelzorgkrant, Voorlichting, Ook door Seniorenadviseur, Open Inloop(plus), AWM, Thuiszorg, Door huisartsen, Inzetten sociale media voor bereiken jonge mantelzorgers en Periodieke PR richting scholen en kerken. 3. Emotionele steun: Vast aanbod: Individuele ondersteuning, Telefonisch spreekuur, Huisbezoeken en Thuiszorg. Projectmatig aanbod: Dag van de Mantelzorg, Themabijeenkomsten, Alzheimer café en Netwerkbijeenkomst. 4. Educatie: Vast aanbod: Mantelzorgkrant en Voorlichting. Projectmatig aanbod: Dag van de Mantelzorg, Themabijeenkomsten, Alzheimer café en Netwerkbijeenkomst. 5. Praktische hulp: Doorverwijzen naar informele zorg en aanbod professionele zorg, Folder aanbod vrijwilligersorganisaties, Inzet door vrijwilligersorganisaties VPK en Inzet door thuiszorg. 6. Respijtzorg: Via informele zorg zoals ZorgSaam en vrijwilligersorganisaties, Via professionele zorg, Respijtzorgfolder, Tijdelijke Opname, Open inloop(plus), Door handen in Huis (landelijke Stichting) en Inloop voor dementerenden ten behoeve van respijt mantelzorger. 7. Financiële tegemoetkoming: Vergoeding aan mantelzorgers van € 250,- (maximaal vrijgelaten tegemoetkoming). 8. Materiële hulp: Woningaanpassing, hulpmiddelen (praktisch en ICT) en aangepast vervoer. 5
Het Steunpunt mantelzorg moet alle mantelzorgers proberen te bereiken, waarbij specifieke aandacht uit gaat naar jonge en werkende mantelzorgers. De navolgende acties zijn uitgevoerd om de jonge en werkende mantelzorgers te bereiken. Jonge mantelzorger: - onderzoek naar de vindplaats van jonge mantelzorgers; - benaderen via sociale media; - themabijeenkomst (hiphop workshop met inhoudelijk deel voor jonge mantelzorg en informatietasje; - individuele ondersteuning. Werkende mantelzorg: - themabijeenkomst (mantelzorg en balans); - individuele ondersteuning. Daarnaast is door het Steunpunt een respijtfolder uitgegeven. De mantelzorgers konden dit jaar kiezen uit een tweetal bijeenkomsten op de Dag van de Mantelzorg.
6
Betere afstemming tussen voorzieningen voor senioren, voor mensen met lichamelijke of psychische beperkingen en voorzieningen uit de geestelijke gezondheidszorg, waarbij zelfstandigheid en zelfredzaamheid het gemeenschappelijke uitgangspunt is. Dus betere samenwerking tussen Wmo en AWBZ. De partners uit de backoffice van de balie hebben een workshop georganiseerd voor het onderkennen en signaleren van psychiatrische aandoeningen en Lichamelijk en Verstandelijk Gehandicapte problematiek, een doelgroep waarmee de gemeente meer gaat krijgen door de decentralisatie Begeleiding. De gemeente heeft een data-analyse laten uitvoeren en gepresenteerd met betrekking tot de decentralisatie en de daarmee samenhangende nieuwe doelgroepen. Tevens is een workshop georganiseerd voor alle partners van de balie omtrent de ontwikkeling binnen de Wmo/WBZ en de tien nieuwe doelgroepen. Tijdens diverse overleggen met werkgroep Ex AWBZ, waarin zorgaanbieders, het Meldpunt, Kwadraad, participeren zijn diverse ontwikkelingen rond AWBZ besproken.
7
Integraliteit tussen Wmo en Wet Participatiebudget (sociale zaken) op het terrein van
40
maatschappelijk participeren (trede hoger participatieladder). Een realistisch groeimodel (gefaseerd integraal werken) vanuit een smalle variant van uitvoering van beleidsexperimenten (minimaal 3 projecten). In de beleidsnota ‘Samen verder’ Wmo is als actie opgenomen: Integraliteit Wmo en Wet Participatiebudget. Het doel van deze actie is het plegen van een gerichte investering op diagnosestelling met als doel het verzorgen van maatwerk (toeleidings-) trajecten gericht op duurzame uitstroom (zie programma 6). 8
Verstrekken van voorzieningen, die mensen helpen bij participeren in de samenleving, in het onderwijs en op de arbeidsmarkt in hun onderlinge samenhang en afgestemd met hun eigen wensen en voorkeuren. Daarbij binnen de zorgplicht van de gemeente een terughoudend beleid voeren ten aanzien van een (grote) stapeling van voorzieningen. In de beleidsnota ‘Samen verder’ Wmo is als actie opgenomen: Vrijwilligerswerk door uitkeringsgerechtigden. (Zie programma 6).
9
Voortzetting van het bekostigen van het lokaal team huiselijk geweld en het voortzetten van aansluiting bij het Advies en Steunpunt Huiselijk Geweld in Rotterdam en opzetten van preventieve activiteiten. Het Lokaal Team Huiselijk Geweld is voortgezet. Er is een start gemaakt met een Regiovisie Geweld in Afhankelijkheidsrelaties (dit komt in plaats van de term Huiselijk Geweld). AROSA is gevraagd om voorlichting te geven over geweld in afhankelijkheidsrelaties, dit vindt echter pas in 2013 plaats.
10
Het bevorderen van verslavingsbeleid door uitbreiding van het beleid met nieuwe maatregelen gericht op nieuwe verslavingen zoals gokken, gamen en internetten (daten). Bij voorlichting over verslaving zijn de onderwerpen gamen, gokken en internetgebruik meegenomen.
A2 Uitvoeren van het programma Woonservice 2011-2012 met daarin opgenomen projecten gericht op het vergroten van zelfstandigheid en zelfredzaamheid van inwoners van onze gemeente. De speerpunten uit het programma voor 2012 zijn: 1
Transparante informatie voor burgers en intermediairen over soorten/typen woningen die levensloopgeschikt zijn (huur/koop, toegankelijkheid, prijs- en serviceniveau) en de locatie. Er is een geactualiseerde Wonen-Zorg-Welzijn-Verkenner opgeleverd (WOZ-gegevens, de nieuw gebouwde woningen, informatie over de toegankelijkheid woningen, voorzieningen, loopafstanden, bevolkingsontwikkeling). Deze WZW-Verkenner is te raadplegen via de gemeentelijke website.
2
Bieden van een beschermde woonplek voor bewoners die dat nodig hebben met daarbij aandacht voor hun zelfstandigheid, zelfredzaamheid en participatie. Prinsessenhof Op de locatie van de Prinsessenflats ambieert QuaWonen met partners in zorg een levendig woon- en ontmoetingscentrum te creëren. Het project ‘Prinsessenhof’ kan het 3e Woonservice zorg- en welzijnssteunpunt worden voor beschermd, verzorgd en vertrouwd wonen. Het Facet / De Nieuwe Vaart De Nieuwe Vaart is opgeleverd en bewoond. In één van de flats wonen bewoners die eerder in Tiendhove woonden met een Volledig (zorg/welzijn) Pakket Thuis. Hier is ook een ontmoetingsruimte, De Kajuit. De buurtcoach is nu (behalve in Bloemrijk) ook actief in De Nieuwe Vaart. Het Facet is inmiddels geheel opgeleverd, met verpleeghuis Tiendhove, school, ontmoetingsruimte (Dorpsplein), polikliniek Havenziekenhuis en dagvoorziening Pameijer.
41
Recent is ook een Hospice hier geopend. Er is een samenwerking afgesproken tussen de partners van Nieuwe Vaart en Facet teneinde de activiteiten in beide locaties verder te ontwikkelen en af te stemmen. Crimpenersteyn Crimpenersteyn heeft medio 2012 een beperkte renovatie ondergaan. Een verdergaande reconstructie van Crimpenersteyn en omliggende ouderenwoningen tot een Woonservice zorg- en welzijnssteunpunt is vertraagd. De Zellingen is met het Zorgkantoor in gesprek over de toegestane capaciteit beschermd wonen, mede in relatie tot Prinsessenhof. 3
Realiseren van verzorgd wonen (zelfstandig wonen met zorg- en welzijnsinfrastructuur) en toewerken naar voldoende capaciteit. Op elkaar afgestemde zorg, ontmoeting, welzijn en technologie, die zelfredzaamheid bevordert. Domotica De Wmo-Adviesraad en Seniorenplatform hebben een onderzoek uit laten voeren naar domotica in Krimpen aan den IJssel. In vervolg hierop wordt gestart met een demonstratieruimte (als pilot). Een werkgroep begeleidt deze pilot. Het Meldpunt is hierbij trekker. Project ‘Verzorgd en vertrouwd wonen’ Evaluatie van dit project heeft in oktober 2012 plaatsgevonden. In voorbereiding is een handleiding waarmee in de toekomst vergelijkbare projecten opgezet kunnen worden. Afronding medio 2013
4
Ontwikkelen van gebieden waarin vertrouwd wonen wordt vormgegeven. Dit is zelfstandig wonen met een informeel steunsysteem. Gemeenschapsvorming vindt daar plaats, de eigen kracht van bewoners wordt gemobiliseerd. In BloemRijk en De Nieuwe Vaart inzet van buurtcoach. In 2012 is de inzet van de buurtcoach gecontinueerd in Bloemrijk en De Nieuwe Vaart. In juni 2012 is de inzet geëvalueerd. De belangrijkste uitkomsten daarvan zijn: De bewoners ervaren een sociale steunstructuur in hun directe leef- en woonomgeving. De buurtcoach biedt ondersteuning aan de bewoners van BloemRijk en De Nieuwe Vaart. De buurtcoach is door het opgebouwde netwerk in staat te makelen en te schakelen en vragen of probleemsituaties kunnen direct worden doorgesluisd naar de betreffende instantie. Met de professionele organisaties en professionals zijn inmiddels stevige verbindingen gelegd waarnaar kan worden doorverwezen indien nodig. Ten aanzien van de inzet in BloemRijk kan worden geconcludeerd dat de buurtcoach in de afgelopen 2 jaar een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan de leefbaarheid en sociale samenhang in de wijk en de zelforganisatie en het zelfbeheer van de bewoners. Voor wat betreft de bewoners van de 1e fase kan de inzet van de buurtcoach worden teruggebracht. Voor de ontwikkeling van cohesie in de 2e fase en de integratie met de 1e fase is de inzet van de buurtcoach van wezenlijk belang. Ten aanzien van de Nieuwe Vaart blijkt de inzet van de buurtcoach een belangrijk voorwaarde te zijn om bewoners met elkaar te verbinden en activiteiten en ontmoetingen te organiseren en te structureren.
5
Veilige en obstakelvrije woonomgeving en daartoe uitvoeren van wijkschouw als participatie-instrument met bewoners. Op 22 november werd een wijkschouw nieuwe stijl uitgevoerd in de wijk tussen de Olympiade en de Vijfkamp. Met een groep van ca. 30 bewoners is langs 2 routes de wijk geschouwd. Nieuwe stijl houdt in dat nu ook de rol van de bewoners zelf nadrukkelijke aandacht krijgt. Participatie is hierbij het kernwoord. Wat kunnen bewoners zelf aan
42
problemen en/of knelpunten in hun wijk doen en hoe kan men een bijdrage leveren aan de leefbaarheid in de buurt. Natuurlijk blijft de gemeente een rol spelen als het gaat om problemen en/of knelpunten in de openbare buitenruimte, maar er is in de nieuwe setting meer aandacht voor de verantwoordelijkheid van bewoners zelf. 6
Uitvoeren van activiteiten voor de empowerment van de doelgroepen GGZ en gehandicapten met kwaliteit van leven en wederkerigheid in de buurt als resultaat. Streven naar een inclusieve maatschappij, waar bewoners met een handicap of beperking deel van uitmaken en aan bijdragen. In 2012 is het project Empowerment gestart. De training voor professionals is uitgevoerd.
7
Gemeente participeert in de voorfase van de herstructurering van het gebied Prinsessenflats, waarbij een sluitend netwerk van wonen, zorg en welzijn (en basisonderwijs) wordt ingevuld voor het centrum van Krimpen met geschikte woningen en voorzieningen. Corporatie QuaWonen bouwt het project (planning 2015). De ontwikkeling en planvorming zijn vertraagd vanwege een noodzakelijke herijking door de gemeente van de behoefte en gewenste capaciteit aan onderwijshuisvesting/ het onderwijshuisvestingsbeleid.
8
In gesprek gaan met inwoners over de keuzes die zij kunnen maken voor hun toekomstige woon- en zorgsituatie, zodat zij goed geïnformeerd zijn en voldoende weten om hun eigen keuze te realiseren. Het Seniorenplatform heeft voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd in samenwerking met onder andere makelaars.
A3
Uitvoeren van het activiteitenplan Burgerparticipatie 1
Het vragen van adviezen aan het Wmo-beraad over de hoofdlijnen van het Wmo-beleid en het inzetten van flexibele participatie-instrumenten zoals informatie- en themabijeenkomsten. Het Wmo-beraad heeft in 2012 3 maal een ongevraagd advies gegeven (wijkverpleegkundige, domotica en bekendheid Wmo-beraad bij collega’s). Daarnaast heeft het Wmo-beraad 2 bewonersavonden georganiseerd om de bekendheid van het Wmo-beraad te vergroten en te vernemen wat er onder inwoners leeft inzake de de Wmo-voorzieningen. Het Wmo-beraad heeft in samenwerking met het Seniorenplatform een onderzoek naar domotica in Krimpen aan den IJssel laten verrichten. Het onderzoek wordt ingesteld naar de aanwezigheid en wensen op het terrein van domotica. In februari 2012 is dit onderzoek van start gegaan. Bij dit onderzoek zijn ook de zorgaanbieders betrokken. Door leden van het Wmo-beraad is een presentatie verzorgd over een nieuwe visie op de wijkverpleging. Vervolgens heeft het Wmo-beraad besloten om het college te vragen hieraan binnen haar beleid aandacht aan te besteden. Het Wmo-beraad is betrokken geweest bij het opstellen van het bestek voor de aanbesteding van de hulpmiddelen. Dit bestek is opgesteld in samenwerking met de gemeente Capelle aan den IJssel.
2
Het vragen van adviezen aan het Seniorenplatform over met name de terreinen van wonen, zorg, welzijn, vervoer, dienstverlening, veiligheid, daar waar zij de belangen van senioren raken. Het afgelopen jaar heeft het seniorenplatform vooral aandacht besteed aan de vraag hoe de zelfredzaamheid van de senioren en hun betrokkenheid bij de leefbaarheid van de woonomgeving kan worden vergroot. Wat de zelfredzaamheid betreft heeft het Seniorenplatform in samenwerking met de WMO-adviesraad onderzoek laten doen door de Hogeschool Rotterdam naar de bekendheid met en mogelijkheden van domotica. De resultaten van het onderzoek
43
hebben aanknopingspunten opgeleverd om senioren meer vertrouwd te maken met de mogelijkheden van domotica. Dit zal waarschijnlijk in 2013 zijn verdere beslag krijgen. Gezamenlijk met het Wmo-beraad heeft het Seniorenplatform een ongevraagde advies uitgebracht omtrent domotica. Tevens is aandacht besteed aan de vraag of de vervoersfaciliteiten binnen de gemeente goed zijn afgestemd op de behoefte en mogelijkheden van senioren. Gesprekken hierover hebben nog een vervolg in 2013. Wat de burgerparticipatie betreft is vooral bevorderd dat gemeente en organisaties die de leefomgeving beïnvloeden, de burgers raadplegen en informeren. Maar ook dat de verschillende maatschappelijke groepen met elkaar worden verbonden. Ontmoetingscentra, herinrichtingsplannen en wijkschouwen bieden daarvoor kansen. De wijkschouw rond het gebied van de Olympiade in november 2012 is van deze nieuwe aanpak een zichtbaar resultaat geweest dat navolging verdient. Burgerparticipatie is ook essentieel voor beleidsontwikkeling. Daarvoor is het noodzakelijk dat ook de zogenaamde babyboomgeneratie wordt bereikt en gestimuleerd tot activiteit. In november 2012 werd voor dit doel in De Tuyter een bijeenkomst georganiseerd voor 65- en 66-jarigen waaraan het seniorenplatform zijn medewerking heeft verleend. Het thema van deze bijeenkomst was flirten met de toekomst. Geëxperimenteerd is ook met het benutten van sociale media voor het bereiken van de doelgroep, vooralsnog door kleine advertenties in de streekbladen en het houden van polls op de site. In 2012 heeft het Seniorenplatform zich bezig gehouden met het informeren en helpen van inwoners bij de aanleg van het glasvezelnetwerk.
5.1.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Toelichting
Aantal geregistreerde mantelzorgers bij het Steunpunt Mantelzorg
E
137 (2007)
400
452
Aantal deelnemers sociaalculturele en ontmoetingsactiviteiten voor senioren
E
870 (2007)
1.200
805
Aantal gebruikers van individuele voorzieningen: vervoer
E
871 (2007)
810
763
Veel cliënten met een budget maken geen gebruik van de budget.
Aantal gebruikers van individuele voorzieningen: rolstoel
E
344 (2007)
385
343
Verdere daling gebruikers door financiering via AWBZ voor personen die worden zijn opgenomen in een verpleegtehuis.
Aantal gebruikers van individuele voorzieningen: woningaanpassing
E
220 (2007)
240
237
Aantal gebruikers van individuele voorzieningen: hulp bij het huishouden
E
696 (2007)
770
804
% gebruikers dat genoemde voorzieningen een 7 of meer geeft
E
83 (2009)
85
Aantal themabijeenkomsten, panels en groepsgesprekken
P
7 (2008)
3
2
Rapportcijfer leefbaarheid buurt
E
7,5 (2010)
7,6
7,6
Stijging zet door vanwege de vergrijzing.
Waarderingscijfer niet beschikbaar, omdat geen kwantitatief onderzoek heeft plaatsgevonden.
44
5.2
Volksgezondheid
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Verbetering van de gezondheid van de inwoners van Krimpen aan den IJssel en bescherming bieden tegen ziektes en epidemieën. (De gemeente geeft uitvoering aan de Wet Publieke Gezondheid (Wet PG).) Voorwaarden scheppen voor een gezond woon- en leefmilieu binnen de gemeente. Uitvoeren van acties van de lokale nota gezondheidsbeleid voor de periode 20122015. De gemeente investeert in de Infectieziektebestrijding en toezicht in verband met uitbraken van besmettelijke ziekten en heeft daartoe ook in 2012 deelgenomen aan de gemeenschappelijke regeling Openbare Gezondheidszorg Rotterdam Rijmond. Daarnaast voert de gemeente, via de GGD, de basistaken voor de hele bevolking uit, die de Wet Publieke Gezondheid en de Wet Kinderopvang voorschrijven. De GGD voert onder andere de inspecties uit op de terreinen kinderopvang, epidemiologisch onderzoek (gezondheidsenquête), Soa-/Hiv preventie en –bestrijding, tuberculosebestrijding, technische hygiënezorg, medische milieukunde, gezondheidsinformatieverstrekking. Taken op het terrein van de jeugdgezondheidszorg zijn nu belegd bij het Centrum voor Jeugd en Gezin Rijnmond. Jongeren, ouders, professionals en vrijwilligers die met jeugd werken kunnen bij het Centrum voor Jeugd en Gezin terecht (zie programma 3). Het Centrum voor Jeugd en Gezin is voor alle inwoners van Krimpen te bereiken in het gezondheidscentrum, via de website en via de balie Welzijn, Zorg en Opvoeden (fysiek, balie, internet). Als achtervang is de opvoedlijn beschikbaar die verzorgd wordt door CJG Rijnmond. Jeugd bereiken met de vaccinaties zoals opgenomen in het Rijksvaccinatieprogramma van het RIVM. Het Rijksvaccinatieprogramma is uitgevoerd door CJG Rijnmond
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
Uitvoeren van de nota lokaal gezondheidsbeleid Samenwerken voor gezondheid 20122015. (Omdat de nieuwe nota lokaal gezondheidsbeleid nog niet is vastgesteld, kan er nog geen gedetailleerde informatie over de uit te voeren projecten worden gegeven.) Samenwerken met 1e lijn gezondheidszorg, welzijnswerk, sportverenigingen: Opdracht geven voor uitvoering van activiteiten gezondheidsbevordering. In 2012 is gestart met de uitvoering van de nota volksgezondheid. Hierin wordt samengewerkt met o.a. het CJG, de Zorggroep Krimpen, Sportraad, de stichting SynerKri. Activiteiten op het terrein terugdringen overgewicht. In samenwerking met het CJG worden projecten ontwikkeld gericht op het bevorderen van beweging van de jeugd. Daarnaast worden basisscholen in de gelegenheid gesteld om deel te nemen aan het project ‘Supershopper’, waarvoor de gemeente subsidie verleend. Door middel van dit project krijgen de leerlingen van groep 7 en 8 voorlichting over gezonde voeding. Activiteiten op het terrein terugdringen verslavingen. Er is voorlichting gegeven aan ouders van basisschoolleerlingen en apart aan ouders van leerlingen in het voortgezet onderwijs. Aan alle scholen is een programma aangeboden om verslaving tegen te gaan. In 2012 is daar door scholen geen gebruik van
45
gemaakt.(Enkele scholen boden zelf al activiteiten aan.) Er is intensiever ingezet om scholen wel deel te laten nemen. Bijna alle scholen nemen een programma af in 2013. De Hoop heeft in 2012 een programma voor kerken en christelijke scholen geboden. Hier is maximaal gebruik van gemaakt. Activiteiten op het terrein verminderen eenzaamheid en depressie. In samenwerking met de Zorggroep Krimpen en enkele zorgaanbieders is het project ‘Kwetsbare ouderen, samen redzaam’ ontwikkeld, waarvoor vanuit de gemeente subsidie verleend wordt. 2
Participeren in de gemeenschappelijke regeling Openbare Gezondheidszorg Rotterdam Rijnmond: In de gemeente wordt een gezondheidsenquête afgenomen in het najaar (1 x per 4 jaar). Vanaf september jl zijn de GGD´en, in opdracht van gemeenten, gestart met een grootschalig gezondheidsonderzoek onder personen van 19 jaar en ouder. Driekwart miljoen vragenlijsten zijn verzonden met vragen over ziekten en aandoeningen, roken, lichaamsbeweging en psychische problemen. Er vindt onderzoek plaats naar de gezondheidssituatie van de jeugd; Begin 2012 heeft de GGD het gemeenterapport Jeugd Rijnmond in Beeld 2011 4 tot 12 jarigen uitgebracht. De GGD adviseert op basis van de verzamelde gegevens om in te blijven zetten op de speerpunten overgewicht, depressie, roken en schadelijk alcoholgebruik en adviseert het accent op bewegen te blijven leggen. De gemeente Krimpen aan den IJssel heeft deze aanbeveling verwerkt in de nota volksgezondheid: Samenwerken voor Gezondheid 2012-2015 (2011). Verder monitort de CJG Rijnmond de gezondheidssituatie van de jeugd tijdens de reguliere contactmomenten van de jeugdgezondheidszorg. In 2012 is CJG Rijnmond gestart met de voorbereidingen voor het zogeheten KIEN-project. Dit project wordt uitgevoerd in het kader van de flexibilisering van de contactmomenten, waarbij een onderscheid gemaakt wordt in collectieve en individuele contactmomenten, die beter aansluiten bij deze tijd.
Inspelen op nieuwe ontwikkelingen en nieuwe wet- en regelgeving op het gebied van de volksgezondheid. Met de uitvoering van de lokale nota volksgezondheid is hieraan invulling gegeven.
46
5.2.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Rapportcijfer voorzieningen gezondheidszorg
E
7,6 (2010)
8,3
8,3
Maximum percentage aantal volwassenen dat zichzelf matig tot zeer eenzaam voelt
E
30 (2008)
30%
Percentage jeugd onder de 16 dat wekelijks alcohol drinkt
E
Maximum percentage jeugdigen (5-6-jarigen) met overgewicht (incl. obesitas)
E
18 (2008)
Toelichting
Begin 2012 is het nieuwe gezondheidscentrum opgeleverd. In dit nieuwe centrum zijn veel zorgaanbieders en hulpverleners gehuisvest. Het nieuwe centrum geeft een impuls aan zowel de kwaliteit als de beleving. Pas in de loop van 2013 bekend.
20%
Nieuw, nog geen nulmeting. Pas in de loop van 2013 bekend.
20%
Pas in de loop van 2013 bekend.
Wat mag het kosten? / Wat heeft het gekost? x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
6.299 44 6.343
6.178 107 6.285
6.041 61 6.102
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel) Totaal baten
- 627 - 627
- 751 - 751
- 791 - 791
SALDO voor bestemming
5.716
5.534
5.311
-
-
-
5.716
5.534
5.311
Totaal lasten Baten
Mutatie reserves SALDO na bestemming
47
Programma 6
Werk en Inkomen
Missie De gemeente heeft een zorgplicht voor de burgers. Iedereen kan in de situatie komen dat hij of zij niet meer in het eigen levensonderhoud kan voorzien en daarom afhankelijk wordt van een (tijdelijke) financiële ondersteuning. Door het bevorderen van actieve deelname aan de Krimpense samenleving wordt getracht deze personen te helpen om zo snel mogelijk (weer) op eigen benen te staan.
Kaderstellende beleidsnota’s a. Plan van aanpak Verandertraject Werk en Inkomen 2011-2012 b. Beleidsnota Wet participatiebudget 2009 c. Nota Stimulering Zelfredzaamheid en Ondersteuning Minima 2008
Elke inwoner moet in staat gesteld worden om naar vermogen te participeren in de samenleving. Voor veel mensen gaat dat vanzelf, maar soms lukt dat niet op eigen kracht. In dat geval kunnen inwoners rekenen op ondersteuning door middel van verschillende voorzieningen op gebied van (re)integratie en educatie. Hierbij zijn waarbij maatwerk en flexibiliteit de leidende principes.
6.1
Werk
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Werkzoekenden in Krimpen aan den IJssel stromen op een efficiënte (kortste route) en effectieve (duurzame) wijze uit de bijstand. 2013 heeft in het teken gestaan van de realisatie van Werkplein IJsselgemeenten. Samen met de gemeente Capelle en Zuidplas is een samenwerking gestart in Werkplein IJsselgemeenten. Vanuit dit Werkplein zullen de gemeentelijke re-integratieactiviteiten worden vormgegeven en zullen de relaties met werkgevers worden aangegaan.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
Uitvoering geven aan de geformuleerde doelstellingen op het gebied van werk. In 2012 zijn op basis van individuele trajecten klanten begeleid naar werk.
2
Als onderdeel van het Verandertraject wordt meer gewerkt met micro targets per medewerker (klantmanagers werk en inkomen) om de uitstroomdoelstellingen te realiseren. De individuele targets hebben onderdeel uitgemaakt van het implementatietraject van het Werkplein IJsselgemeenten.
3
In samenspraak met het Werkplein IJsselgemeenten worden gezamenlijke activiteiten, zoals het verzorgen van banenmarkten voor bijstandsgerechtigden georganiseerd. Het Werkplein is uiteindelijk per 1 januari 2013 formeel va start gegaan. Vanaf die datum zullen de gezamenlijke activiteiten worden vormgegeven.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
Jongeren krijgen een passend werk- leeraanbod en indien noodzakelijk een inkomensvoorziening. Specifiek voor jongeren is een project opgezet om hen toe te leiden naar werk en of scholing. Voor de problematische gevallen is individuele coaching ingezet om dit doel te bereiken.
48
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? B.
1
Acquisitie werk- leerplaatsen en stageplaatsen intensiveren. Hierbij hebben wij aandacht voor een goede afstemming tussen de vraag- en aanbodzijde van de (lokale) arbeidsmarkt. Het ontwikkelen van een portfolio van de opleidingsmogelijkheden en werkleerplekken binnen onze regio. Met diverse bedrijven en opleidingsinstellingen zijn op individuele basis trajecten overeengekomen.
2
Speciale aandacht voor jongeren die te kampen hebben met voortijdige schooluitval. Voor problematische jongeren is een apart project opgezet om hen weer terug naar school te krijgen.
3
Intensivering aanpak jongeren met meervoudige problematiek door specifieke trajectinzet en extra inzet begeleiding/coaching. Er is sprake van integrale aanpak met prestatieveld 5 (maatschappelijke participatie van kwetsbare groepen) Wmo beleidsplan 2012-2015. Zie punt 2.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? C.
Afname van de instroom van nieuwe klanten. Er is geen trend te ontdekken in de instroom. Dat komt door de grilligheid van de arbeidsmarkt en de huidige conjunctuur.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? C.
Het toepassen van een strengere Poortwachtersfunctie door een versteviging van de Work First methodiek op het Werkplein IJsselgemeenten. In samenspraak met de gemeenten Capelle aan den IJssel en (naar verwachting) Zuidplas worden ervaringen uitgewisseld en verbeteringen binnen de werkwijze(n) aangebracht. Hieraan is uitvoering gegeven via het Werkplein.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? D.
Toename van uitstroom van (zowel oude als nieuwe) klanten. De uitstroom viel in 2012 lager uit dan in 2011. Het afgelopen jaar stroomden 122 mensen uit de WWB tegen 134 mensen in 2011. In 2012 is het uitstroompercentage 28% van het gemiddeld aantal gebruikers van een uitkering. In 2011 bedroeg de uitstroom 29%.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? D.
1
Er wordt geëxperimenteerd met nieuwe vormen van Work First (doelgroep- en werkgeversbenadering). Meer aandacht wordt geschonken aan vormen van werken met behoud van uitkering in samenspraak met diverse partijen (bijvoorbeeld Werkplein, Meldpunt en Openbare Werken) via de op te richten Stichting Krimpen Werkt. Hieraan is uitvoering gegeven via het Werkplein en via de klantmanagers Werk. Binnen het Werkplein worden klanten geactiveerd en aan het werk gezet via Stichting Capelle Werkt. De stichting heeft ook de opdracht om lokale initiatieven vanuit Krimpen om te zetten naar een werkaanbod vanuit de Stichting Capelle werkt. Doel hierbij is dat deze projecten dan wel vanuit deze stichting worden georganiseerd maar onder een ‘Krimpense’ naam.
2
Daarnaast wordt meer geïnvesteerd in maatwerkoplossingen (binnen het totale klantenbestand) door te werken met individuele trajectplannen. Vanuit de pilot WIJ wordt een extra investering gepleegd op gerichte acquisitie en het vergroten van het
49
(werkgevers) netwerk. In samenwerking met het werkplein werkgeversdienstverlening vorm gegeven.
en
stichting
DAAD
wordt
de
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? E.
Efficiënte inzet van voorzieningen in kader van de Wet Educatie Beroepsonderwijs (WEB) en Wet Inburgering (WI). De inzet van de voorzieningen in het kader van de WEB en de WI zijn in 2012 bij één persoon belegd.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? E.
1
Bij het aanbod van een WEB of een WI voorziening wordt een duidelijkere link met de WWB gelegd. De klantmanagers inkomen zijn direct betrokken bij de inzet, voortgang en resultaat van de voorziening.
2
Bij het aanbod van een WI voorziening wordt geanticipeerd op de afbouw van de voorziening in 2013 zodat een maximaal aantal inburgeraars kan worden bediend. Aanbod is zo snel mogelijk ingezet. Alle oudkomers zijn bereikt.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? F.
Een snellere toeleiding van WSW-geïndiceerden. Deze toeleiding vindt plaats via Opstapbanen.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? F.
Het aanbieden van een voorfinancieringstraject (opstapbaan) aan mensen op de wachtlijst WSW met een WWB-uitkering. De systematiek van Opstapbanen, vooruitlopend op WSW-plaatsingen, bleef ongewijzigd gehandhaafd.
6.1.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal cliënten dat middels inzet re-integratie instrumentarium uit de bijstand stroomt
E
10 (2007)
25
20
Aantal afgesloten trajectplannen reactivering (sociale activering)
P
20 (2007)
20
27
50
Toelichting
6.2
Inkomen
Aantal cliënten met een uitkering levensonderhoud (WWB) op: 31 december 2009: 269 31 december 2010: 320 31 december 2011: 324 31 december 2012: 332 Financiering van rijkswege: In 2012 is van rijkswege een bedrag ad € 4.365.731 ontvangen ten behoeve van de bijstandsverlening. De uitgaven in 2012 bedroegen € 4.761.386,. De overschrijding is in de begroting verwerkt. Aangezien de overschrijding lager is dan 10% kan er geen beroep worden gedaan op een Individuele Aanvullende Uitkering (IAU). Voor het jaar 2011 heeft de gemeente een IAU ontvangen ad € 937.000.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Aan bijstandsgerechtigden wordt klantgericht en rechtmatig algemene bijstand verstrekt. Aan jongeren van 18 tot 27 jaar wordt indien noodzakelijk naast het werk- leeraanbod een inkomensvoorziening verstrekt. Het gemiddelde aantal huishoudens met een uitkering levensonderhoud bedroeg in: 2011: 338 (inclusief huishoudens met loonkostensubsidie) 2012: 337 (inclusief huishoudens met loonkostensubsidie) In 2012 hebben 442 (2011: 456) huishoudens gebruik gemaakt van een uitkering voor levensonderhoud.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
Uitvoering geven aan de geformuleerde inkomensondersteuning. De doelstellingen zijn gerealiseerd.
doelstellingen
op
het
gebied
van
2
Het toepassen van een strengere Poortwachtersfunctie door een versteviging van de Work First methodiek op het Werkplein IJsselgemeenten. Hieraan is uitvoering gegeven.
3
Intensiveren van fraudeaanpak binnen zittend bestand door extra inzet themacontroles (o.a. pilot controle op maat). In 2012 is een samenwerking aangegaan met gemeente Zuidplas op het terrein van Sociale Recherche. Gezamenlijk is een sociaal rechercheur aangesteld. Daarnaast is er tijdelijk via een specialistisch bureau ingezet om fraudesignalering bij de Poort. Dit model is verder ingebed in de organisatie van het aanvraagproces door een ambtelijke samenwerking met Capelle. De fraudepreventiemedewerkers screenen elke aanvraag op mogelijke fraudesignalen en pakken dit samen op met de inkomensconsulenten.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
Realiseren van besparingen op het I-deel door reductie van het klantenbestand. Realisatie van een reductie is niet gerealiseerd. De oorzaak is vooral gelegen in de huidige economische situatie.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? B.
1
Uitwerken van micro targets op niveau individuele medewerkers. Dit wordt vanuit het Werkplein opgepakt.
2
Faciliteren medewerkers op het gebied van vaardigheden en competenties in lijn met
51
wettelijke veranderingen (WWB 2012, WWNV, Wet gemeentelijke schuldhulpverlening etc.) en geformuleerde taakstellingen en ambities uit het Plan van Aanpak Verandertraject Werk en Inkomen. Periodiek wordt aandacht besteed aan actualiteitenbijeenkomsten om de medewerkers op de hoogte te houden van de actuele wijzigingen.
6.2.3
Tabel effect- en prestatie-indicatoren
Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal cliënten met een periodieke uitkering levensonderhoud
P
236 (2008)
300
429
Stijging aantal gebruikers door aanhoudende situatie conjunctuur.
% bijstandsdichtheid per 31 december (gemeente Krimpen aan den IJssel)
E
1,23 (2007)
0,01
1,49
Stijging aantal gebruikers door aanhoudende situatie conjunctuur.
Aantal fraude onderzoeken door controleur rechtmatigheid
P
24 (2011)
50
23
Aantal beëindigde uitkering o.g.v. onderzoek controleur rechtmatigheid
P
6 (2011)
15
9
6.3
Toelichting
Te weinig (inhuur)capaciteit in kunnen kopen.
Minima
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Het stimuleren van zelfredzaamheid en inkomensondersteuning op maat van minima. In 2012 werden 466 aanvragen bijzondere bijstand ingediend. In 2011 waren dit er 1117. Dit houdt een daling in van ongeveer 58%.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
Uitvoering geven aan de Nota Stimulering Zelfredzaamheid en Ondersteuning Minima. Speerpunten binnen deze Nota zijn volgende doelgroepen: ouderen, gezinnen met (jonge) kinderen en chronisch zieken en gehandicapten, alsmede inwoners die behoefte hebben aan schuldhulpverlening. De doelstellingen zijn gerealiseerd.
2
Het uitbreiden van de Schuldhulpverlening (Nieuw Beleid). Uitbreiding hangt mede samen met de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening die in 2012 operationeel zal worden. Met ingang van 1 juli 2012 is de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening in werking getreden. Naar aanleiding hiervan is op 5 juli 2012 door de raad het Beleidsplan Schuldhulpverlening 2012-2015 Krimpen aan den IJssel vastgesteld. Het doel is een effectievere gemeentelijke schuldhulpverlening. Het nieuwe beleid moet – onder verder ongewijzigde omstandigheden – uiteindelijk ertoe leiden dat minder mensen in een (problematische) schuldensituatie terechtkomen, de kwaliteit van de schuldregeling wordt verhoogd en recidive wordt teruggebracht.
52
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
Het verstrekken van uitkeringen bijzondere bijstand en overige voorzieningen voor de minima (o.a. voorzieningenfonds en langdurigheidstoeslag). De daling van het aantal aanvragen (van 1.117 naar 466) heeft een aantal oorzaken: Voor het klantenbestand dat op 1 januari 2012 een uitkering had en die recht hadden op een langdurigheidstoeslag, is de toeslag verstrekt zonder dat daar een aanvraag voor ingediend hoefde te worden. De toeslag voor chronisch zieken en gehandicapten is met ingang van 1 januari 2012 afgeschaft. De aanvragen voor een ouderentoeslag is met 87% gedaald. Het collectieve zorgverzekeringspakket dekte met ingang van 1 januari 2012 het eigen risico ZKV. Hierdoor is het aantal aanvragen voor vergoeding eigen risico met 65% gedaald. Verder is het aantal aanvragen bijzondere bijstand gedaald vanwege een uitbreiding van het collectieve zorgverzekeringspakket. Kosten waar voorheen bijzondere bijstand werd gevraagd wordt nu door het betreffende pakket gedekt.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? B.
1
Uitvoering geven aan de geformuleerde doelstellingen op het gebied van (aanvullende) inkomensondersteuning. Hieraan is uitvoering gegeven.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? C.
Het terugdringen van het ondergebruik van voorzieningen voor de doelgroep minima. De gemeente heeft zich via haar foldermateriaal, informatie op de website en de individuele gesprekken tussen cliënt en de klantmanager maximaal ingespannen om het ondergebruik zoveel mogelijk tegen te gaan. Daarnaast zijn de cliënten in november 2011 geïnformeerd over de wijzigingen in het ziektekostenpakket. Door deze wijzigingen zijn de feitelijke aanvragen bijzondere bijstand aanzienlijk teruggelopen.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? C.
1
Het geven van goede en actuele voorlichting over voorzieningen voor minima door een periodieke update van voorlichtingsmateriaal en informatieverstrekking door en met hulp van de Formulierenbrigade. Dit gebeurt o.a. middels het toezenden van de voorlichtingsfolder Hoe zit het met de regelingen voor mensen met een minimum inkomen? aan alle cliënten en betrokken instellingen (scholen, kerken e.d.). Is gerealiseerd.
2
Het beter benutten van bestaande samenwerkingsstructuren en reeds bestaande activiteiten binnen de keten van armoedebestrijding (o.a. Voedselbank, Stichting Fair Chance, Formulierenbrigade, Diaconieën en de Stichting De Zellingen). Is gerealiseerd.
53
6.3.3
Tabel effect- en prestatie-indicatoren
Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal gebruikers bijzondere bijstand
P
212 (2007)
275
204
Aantal cliënten die gebuik maken van het ziektekostenpakket
P
496 (2007)
400
401
Aantal verstrekkingen voorzieningenfonds
P
143 (2007)
350
290
Aantal gebruikers langdurigheidstoeslag voor personen jonger dan 65 jaar
P
131 (2007)
160
149
Aantal afgesloten trajecten schuldhulpverlening
P
10 (2007)
100
90
Toelichting
Verlaging inkomensgrens naar 110% en verruiming pakket ziektekostenverzekering.
Verlaging inkomensgrenzen.
Wat mag het kosten? / Wat heeft het gekost? x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
11.214 11.214
11.661 420 12.082
11.557 420 11.977
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
- 8.207 - 8.207
- 8.852 - 8.852
- 8.737 - 8.737
3.006
3.229
3.240
-
-
-
3.006
3.229
3.240
Totaal lasten Baten
Totaal baten SALDO voor bestemming Mutatie reserves SALDO na bestemming
54
Programma 7
Beheer Buitenruimte
Missie De kwaliteit van de buitenruimte bepaalt in belangrijke mate het woon- en leefklimaat. Ons beleid is er op gericht om de openbare ruimte, die als het ware van alle Krimpenaren gezamenlijk is, zodanig te onderhouden dat inwoners daar ten minste het rapportcijfer 7 voor geven, hoewel dit door bezuinigingen niet altijd mogelijk is (zie indicatoren).
Kaderstellende beleidsnota’s a. Kwaliteitsplan Beheer Openbare Ruimte (2007) b. Herstratings- en rioleringsplanning (2010-2019) c. Groenstructuurplan (2009) d. Groenbeleids- en beheerplan (2009) e. Stedelijk Waterplan 2005-2015 (2004) f. Lange termijnvisie rioolvervanging (2006) g. Gemeentelijk Rioleringsplan (20082013) h. Beleidsplan Openbare Verlichting (2009) i. Beleidsvisie Speelruimte (2010) j. Grondwaterzorgplan (2011)
Als gevolg van de slechte bodemgesteldheid wordt in de meeste wijken en buurten periodiek en integraal groot onderhoud gepleegd, waarbij bestrating, riolering, groen, openbare verlichting en speelplaatsen worden vernieuwd. Jaarlijks maken wij hiervoor een voortschrijdende tienjarige herstratingsen rioleringsplanning. In nauwe samenspraak met de wijk of buurt stellen wij vervolgens jaarlijks de concrete plannen op. In deze plannen houden wij zoveel mogelijk rekening met het Politiekeurmerk Veilig Wonen en de doelstellingen van de Duurzaamheidsvisie en het Programma Woonservice. Wel worden ook voor de herstraatplannen de middelen de komende jaren krapper. Toch streven wij ernaar om een voor de burgers acceptabel kwaliteitsniveau te handhaven.
7.1
Wegen
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Een goed functionerend wegenstelsel (inclusief reiniging en gladheidbestrijding) met het oog op bereikbaarheid (zie programma 8) en veiligheid (zie programma 2). Hieraan is regulier uitvoering gegeven.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
Uitvoeren van het herstraatprogramma 2012. Uitgevoerd (inclusief maatregelen uit duurzaam veilig). In 2012 zijn o.a. de volgende projecten uitgevoerd: Morgental e.o. en de Vijverlaan.
2
Opstellen van het meerjaren herstraatprogramma 2013-2022. Opgesteld, geen bijzonderheden.
3
Uitvoeren van het Kwaliteitsplan Beheer Openbare Ruimte. De werkzaamheden in het kader van dit plan zijn uitgevoerd.
55
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B. 1
2
Een veilige en energiezuinige openbare verlichting. Openbare verlichting die voldoet aan de eisen van de NPR 13201 en het Politiekeurmerk Veilig Wonen. Uitgevoerd bij herstraat- en nieuwbouwprojecten. Energiezuinige openbare verlichting die bijdraagt aan de landelijke reductie van de CO2uitstoot. Bij herstraat- en nieuwbouwprojecten is het verlichtingsplan overeenkomstig de bij 1 genoemde eisen uitgevoerd. In 2012 zijn er binnen het regulier onderhoud lichtmasten vervangen. Ook is verdere invulling gegeven aan de uitbreiding van het eigen net. De CO2 reductie heeft alle aandacht, bijvoorbeeld door de toepassing van LED-verlichting en het dimmen van verlichting.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? B.
1
Alle nieuwbouw- en herstratingsprojecten aanleggen volgens bovengenoemde eisen. Geen bijzonderheden, is uitgevoerd.
2
Bij vervanging van oude lampen en armaturen energiezuinige exemplaren er voor terug plaatsen. In 2012 is onder andere in de volgende straten LED verlichting toegepast: Industrieweg,Symfonia, Groenendaal (Rondom gezondheidscentrum).
3
Waar mogelijk de verlichting dimmen tussen 22.00 en 06.00 uur. Dit wordt gedaan op onder andere de Lekdijk, IJsseldijk, Industrieweg en een gedeelte van de Nieuwe Tiendweg.
7.1.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
% meldingen m.b.t. de buitenruimte dat binnen de normtijd afgehandeld wordt
P
70 (2007)
82
Rapportcijfer over totaalbeeld van de verharding
E
5,7 (2006)
6,5
6,7
% energiebesparing door zuiniger lampen en armaturen
E
0 (2007)
6,0
5,6
Rapportcijfer onderhoud wegen en fietspaden
E
6,7 (2010)
6,7
6,8
Rapportcijfer onderhoud wegen, paden en pleintjes in de buurt
E
6,5 (2010)
6,5
6,5
Rapportcijfer openbare verlichting in de buurt
E
7,3 (2010)
7,3
7,4
56
Realisatiewaarde 2012
Toelichting
7.2
Water
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Een goed functionerend rioolstelsel met het oog op de volksgezondheid en een goede kwaliteit van het oppervlaktewater (conform de nieuwe regelgeving uit 2007). Aangezien er de afgelopen jaren meer verhard oppervlak is afgekoppeld, vinden er minder overstorten van het riool plaats. Ook hier is een monitoringsprogramma opgesteld samen met het Hoogheemraadschap.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
Uitvoering van het rioleringsprogramma (integraal met het herstraatprogramma). Het afkoppelen is een doorgaande activiteit, ondanks het feit dat er aan de basisinspanning voor verbetering van het rioolstelsel wordt voldaan.
2
De rioolpompen zijn inmiddels volledig geautomatiseerd. In het kader van duurzaamheid krijgt het energieverbruik de komende periode de aandacht. Geen bijzonderheden.
3
Gezamenlijk met de gemeente Capelle aan den IJssel de rioolkolken laten reinigen en de verhardingen laten vegen. Dit is na aanbesteding helaas niet mogelijk gebleken en is in 2012 dus nog op de reguliere wijze uitgevoerd.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B. 1
2
Verbetering kwaliteit en belevingswaarde van het oppervlaktewater: Het op diepte houden van de watergangen; hierdoor wordt tevens de kwaliteit van het water verbeterd. De afgelopen jaren is een groot gedeelte van de gemeente gebaggerd. Het resterende gedeelte staat voor 2014 in de planning. Aantrekkelijke waterpartijen met natuurvriendelijke oevers. De afgelopen jaren zijn er op vele locaties in de gemeente natuurvriendelijke oevers aangelegd.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? B.
1
Uitvoeren van het Stedelijk Waterplan. De evaluatie en herijking van het Stedelijk Waterplan is uitgevoerd. De komende jaren worden met name baggerwerkzaamheden uitgevoerd en natuurvriendelijke oevers gerealiseerd.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? C
Structureel nadelige gevolgen van een (te) hoge of (te) lage grondwaterstand op een doelmatige wijze voorkomen of beperken. Maandelijks worden de 38 grondwatermeetpunten in de gemeente gemeten. Op de website van de gemeente is informatie over grondwater en dergelijke beschikbaar. Bij rioolvervangingen wordt een drainage aangebracht om mogelijke overlast van grondwater zoveel mogelijk te voorkomen.
57
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? C.
1
Aanleg drainage bij rioolvervanging. Dit is uitgevoerd, geen bijzonderheden.
2
Monitoring van de grondwaterstanden (38 peilbuizen) en advisering. Dit is uitgevoerd, geen bijzonderheden.
7.2.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
% van verhard (gemeentelijk) oppervlak dat van het riool afgekoppeld is
7.3
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
P
16 (2008)
22
22
Toelichting
Groen
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A. 1
2
Een buitenruimte die mede door het groen leefbaar is en een goede belevingswaarde heeft: Handhaving/verbetering kwaliteit en duurzaamheid van het groen (conform het Integraal Kwaliteitsplan Beheer Openbare Ruimte). Uitgevoerd (onder andere beeldkwaliteit). Groen met voldoende sierwaarde en variatie met het oog op de belevingswaarde van de buitenruimte. Overeenkomstig het kwaliteitsplan buitenruimte is een gedeelte van het openbaar groen op beeldkwaliteit onderhouden (niveau basis en hoog). Met name bij vervangingen in verband met herstraatprojecten of nieuwe werken, is nadrukkelijk rekening gehouden met de sierwaarde en variatie (belevingswaarde).
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
Uitvoeren van het groencontract (beeld- en frequentiebestek). De werkzaamheden binnen het groencontract zijn uitgevoerd.
2
Uitvoeren van de groenbeleidsplannen. Het groenonderhoud, maar ook vervangingen en nieuwe aanleg, zijn overeenkomstig de beleidsplannen uitgevoerd. Daarnaast is een leidraad flora- en faunawet opgesteld.
3
Uitvoeren van VTA-inspecties (Visual Tree Assessment) aan bomen. VTA-inspecties en nader onderzoek zijn uitgevoerd.
4
Toepassen DOB-methode (Duurzaam Onkruid Beheer) bij onkruidbestrijding op verharding (m.u.v. rubber tegels bij speelvoorzieningen). De onkruidbestrijding op de genoemde verhardingen is volgens de DOB-methode uitgevoerd, op beeldkwaliteit overeenkomstig het kwaliteitsplan buitenruimte. Er is een onderzoek uitgevoerd naar de verschillende methoden van onkruidbestrijding, waarbij geadviseerd is om gedurende de looptijd van het huidige contract (t/m 2014) in ieder geval de DOB-methode te hanteren waarbij er wel een proef wordt gestart met een chemievrij middel.
58
7.3.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Rapportcijfer totaalbeeld openbaar groen
E
6,8 (2006)
6,8
6,6
Lager door noodzakelijke bezuinigingen op het onderhoud.
Rapportcijfer onderhoud openbaar groen
E
6,6 (2010)
6,5
6,4
Lager door noodzakelijke bezuinigingen op het onderhoud.
7.4
Toelichting
Speelplaatsen
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Voldoende en veilige speelplaatsen in de openbare ruimte. Uitgevoerd.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
De in 2010 vastgestelde Beleidsvisie Speelruimte uitwerken in concrete plannen. Het speelruimtebeleid is vertaald in een concept uitvoeringsplan dat aan de praktijk getoetst wordt. Bij de plannen voor de (her)inrichting wordt rekening gehouden met de beleidsvisie. In overleg met bewoners zijn weer verschillende speelvoorzieningen aangebracht.
2
Twee keer per jaar worden de speelvoorzieningen gekeurd (in het kader van veiligheid) door een extern bureau. Daarnaast worden de reguliere vervangingen en onderhoud uitgevoerd. In 2012 zijn er ongeveer 17 speeltoestellen vervangen. De speeltoestellen zijn in 2012 twee keer gekeurd door een extern bureau.
7.4.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
% goedgekeurde speeltoestellen
P
83 (2007)
98
98
Rapportcijfer speelplekken in de buurt
P
6,7 (2010)
6,7
6,8
7.5
Toelichting
Afval
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Stimulering afvalpreventie en hergebruik van huishoudelijk afval (=60% bronscheiding volgens LAP2). De kunststofinzameling is ook in 2012 voortgezet. Daarnaast zijn er diverse sorteeranalyses uitgevoerd. In 2012 is de proef met de Basis Bak gestart bij 1300 huishoudens in de wijk Langeland. Het doel van deze proef is meer grondstoffen uit het restafval te krijgen en deze na het inzamelen verder te scheiden. De proef loopt nog t/m mei 2013, waarna deze wordt geëvalueerd mede op basis van een bewonersenquête. Deze gegevens vormen ook de input voor het afvalscheidingsplan, deze wordt dan afgerond. In 2012 is ook een plan gemaakt om de milieustraat aan te passen zodat er meer afval scheiding plaats kan vinden en er een betere doorstroming ontstaat.
59
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
De NV MAK gaat door met het scheiden van afval, waarbij de normen van Agentschap NL leidend zijn. Wel gaan we in overleg met de NV MAK bepalen welke streefgetallen wij willen hanteren, want doordat wij het groente- en (gedeeltelijk) tuinafval bij het restafval deponeren ontstaat er een vertekend beeld van de afvalscheiding. Om die reden wordt er ook geen indicator voor het scheidingspercentage meer opgegeven. Uitgevoerd.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
Reduceren van de CO2 uitstoot. Ook in 2012 is gewerkt met een model waarmee berekend kan worden wat de bijdrage is van afvalscheiding op de reductie van CO2-uitstoot. De proef met de Basis Bak en de aanpassing van de milieustraat hebben een positieve uitwerking op de CO2-reductie.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? B.
De NV MAK gaat de CO2 uitstoot monitoren aan de hand van de scheidingsresultaten en het gebruik van brandstof voor hun voertuigen. Dit is uitgevoerd. In 2013 wordt er overgegaan van 9 naar 8 routes per week. Ook zal het afval gestort gaan worden op ‘de Zaag’ in plaats van locatie ‘Rozenburg’.
7.5.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal kilogrammen oud papier per inwoner
P
60 (2007)
70
50,3
Aantal kilogrammen huishoudelijk (rest-)afval per inwoner
P
343 (2007)
320
320
Rapportcijfer schoonhouden buurt
E
6,7 (2010)
6,7
6,6
Rapportcijfer afvalinzameling
E
7,6 (2010)
7,7
7,7
60
Toelichting
Wat mag het kosten? / Wat mag het kosten? x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
L asten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
13.682 50 13.732
13.558 90 13.648
13.308 79 13.387
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
- 7.438 - 7.438
- 7.423 - 41 - 7.464
- 7.491 - 41 - 7.532
6.294
6.184
5.855
- 446
- 509
- 399
5.847
5.675
5.456
T otaal lasten Baten
T otaal baten SALDO voor bestemming Mutatie reserves SALDO na bestemming
61
Programma 8
Duurzaam wonen en werken
Missie De gemeente Krimpen aan den IJssel is door haar unieke ligging een plezierige gemeente om te wonen, te werken en te recreëren. De gemeente biedt haar inwoners verschillende aantrekkelijke woonmilieus en voldoende mogelijkheden om in de gemeente te werken. De bereikbaarheid van het grootstedelijk gebied en de Krimpenerwaard wordt gegarandeerd. Bij de verdere ontwikkeling van de gemeente is het thema duurzaamheid richtinggevend.
8.1
Kaderstellende beleidsnota’s a. Structuurvisie Ruimte voor ontwikkeling (2004) b. Duurzaamheidsvisie (2008) c. Uitvoeringscontract Hollandsche IJssel 1999-2010 (verlengd tot en met 31-122012) d. Fietsstructuurplan (2009) e. Woonvisie (2009) f. Centrumvisie (2006) g. Voortgangsrapportage herontwikkeling Stormpolder 03 (april 2011) h. Detailhandelsvisie (2011)
Duurzaamheid
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Milieuproblemen worden zoveel mogelijk voorkomen en/of in het hier en nu opgelost in plaats van ze door te schuiven naar elders of naar later. In de Duurzaamheidsvisie staan concrete doelstellingen vermeld voor: De thema’s energie, groen en water, verkeer en vervoer, luchtkwaliteit, geluid, bodem, afval, externe veiligheid en duurzaam bouwen; De doelgroepen bedrijven en gemeentelijke organisatie; Communicatie. Bij de beslissingen die we nemen houden we rekening met de gevolgen voor het milieu, de natuur en de sociale veiligheid. Duurzaamheid is het uitgangspunt in alle beleidsvelden. Dit is concreet terug te zien in de programma’s 2, 7 en 8.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
Uitvoering geven aan meerjarenprogramma Duurzaamheidsvisie (jaarlijkse monitor) en de activiteiten die voortvloeien uit de Regionale Klimaatagenda. In 2012 zijn in ieder geval de onderstaande acties ondernomen: Starten met de Basis Bak proef. Verduurzamen gemeentelijke gebouwen zoals het zwembad. Verduurzamen openbare verlichting. Krimpen aan den IJssel was trekker van dit project dat eind 2012 is afgerond. Aanleg natuurvriendelijke oevers in plaats van houten beschoeiingen. Stimuleren energiebesparing bedrijven via Wet Milieubeheer (specifiek aandacht voor supermarkten en bouwmarkten).
2
Actualiseren bestemmingsplannen. Met het opstellen van de detailhandelvisie, het geluidruimteverdeelplan en beleid voor archeologie en erfgoed is er input verzameld voor de nieuw op te stellen bestemmingsplannen. Er is gestart met het opstellen van nieuwe bestemmingsplannen voor de Stormpolder, Kortland, Langeland en Lansighzuid. Deze zullen uiterlijk 1 juli 2013 worden vastgesteld.
62
3
Saneren en herinrichten van zellingen langs de Hollandsche IJssel, in het bijzonder de Werf van Duijvendijk. Het project heeft met tegenslag te kampen gehad. Inmiddels is in maart 2013 het ontwerp bestemmingsplan vastgesteld en de ontwerp omgevingsvergunning voor de verplaatsing en restauratie van de eerste van de twee rijksmonumentale loodsen.
4
Evaluatie van de Duurzaamheidsvisie uitvoeren en op basis van de uitkomsten een nieuw actieplan opstellen. In 2012 is de Duurzaamheidsvisie en het Uitvoeringsprogramma geëvalueerd. De resultaten zijn in 2013 bekend gemaakt. De evaluatie zal eventueel aanleiding zijn voor bijstelling van de visie.
8.1.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
% woningvoorraad met EPC van maximaal 0,6
8.2
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
E
0 (2006)
2
1,5
Toelichting
Mobiliteit en bereikbaarheid
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Een betere interne en externe bereikbaarheid van Krimpen aan den IJssel, onder andere door het terugdringen van vermijdbaar autogebruik, dat wil zeggen: Een hogere gemiddelde snelheid van het reguliere autoverkeer (exclusief gebruikers busbanen) op de Algeracorridor tijdens de ochtend- en avondspits; Het gebruik van de fiets voor ritten tot 7,5 km en van 7,5 tot 15 km neemt toe als alternatief voor het autogebruik; Het aantal reizigers in het openbaar vervoer neemt toe ten koste van het autogebruik. In algemene zin is sprake van een (lichte) verbetering van de interne en externe bereikbaarheid.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
Onze bijdrage leveren aan het Programma Beter Benutten. In samenspraak met de Stadsregio en de betrokken regiogemeenten gaan we korte termijn maatregelen opstellen en uitvoeren om de bereikbaarheid van onze gemeente te verbeteren. Te denken valt aan nieuwe veerverbindingen tussen Krimpen en Capelle (voet-/fietsveer) tussen de Krimpenerwaard en Ridderkerk/IJsselmonde (autoveer c.q. voet-/fietsveer). De gemeente heeft ingestemd met het Afsprakenpakket Beter Benutten en als cofinanciering ten behoeve van het Programma Beter Benutten een bedrag beschikbaar gesteld ad € 1 miljoen ten laste van de bestemmingsreserve Hoofdinfrastructuur Er zijn haalbaarheidsonderzoeken opgestart naar nieuwe veerverbindingen tussen Krimpen en Capelle (voet-/fietsveer) en tussen de Krimpenerwaard en Ridderkerk/IJsselmonde (autoveer c.q. voet-/fietsveer). Daarnaast heeft de gemeente ambtelijke inzet geleverd aan het onderdeel optimalisatie Algeracorridor en waar nodig ook aan de 1000 van de Algera
63
8.2.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Doorstroomsnelheid Algeracorridor in km/u
E
15-30 (2005)
30
39
Rapportcijfer bereikbaarheid buurt met auto
E
7,5 (2006)
7,8
7,9
Rapportcijfer OV in wijk
E
7,1 (2006)
7,7
7,8
Rapportcijfer OV gemeente
E
7 (2006)
7,5
7,7
Aantal fietsers op de hoofdroutes
E
11.599 (2008)
12.500
11.569
Rapportcijfer parkeren buurt
E
6,9 (2010)
7
6,8
Toelichting
8.3 Wonen Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
1
Krimpen aan den IJssel heeft haar positie behouden in de regio als een ontspannen, groenstedelijke gemeente met prima basisvoorzieningen op het gebied van werken, winkelen, onderwijs, zorg, cultuur en sport. In Krimpen woon je vooral in het groen en aan het water. Een voldoende woningaanbod met toekomstwaarde dat aansluit bij de vraag en bovenmatige vergrijzing en ontgroening zoveel mogelijk voorkomt. Zie de tabel.
2
Integrale en gecoördineerde aanpak van bestaande wijken en voorraad. De buurten Bloemrijk, Rondweg- Middenwetering en Tiendhove zijn opgeleverd.
3
Transformatie van verouderde bedrijfslocaties aan de Hollandsche IJssel en zo mogelijk ook aan de rivieren in een woonmilieu wonen aan de rivieren. Aan de transformatie van de Werf van Duijvendijk wordt gewerkt.
4
Een sluitend netwerk van wonen, zorg en welzijn. Zie programma 5.
5
Keuzevrijheid op de woningmarkt. Is in voldoende mate aanwezig.
6
Nieuwe woningbouwprojecten voldoen aan de eisen van duurzaamheid en het Politiekeurmerk Veilig Wonen Zie hiervoor thema 8.1 duurzaamheid en programma 2 Veiligheid.
64
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
Uitvoering geven aan de met Woningstichting QuaWonen gemaakte Prestatieafspraken Wonen. Wij hebben uitvoering gegeven aan de met Woningstichting QuaWonen gemaakte Prestatieafspraken Wonen.
2
Uitvoering geven aan het met de stadsregio Rotterdam gesloten convenant Woningmarktafspraken 2010-2015. Wij hebben uitvoering gegeven aan het met de stadsregio Rotterdam gesloten convenant Woningmarktafspraken 2010-2015.
Woonmilieu
In het centrum
Projecten (in aanbouw en voorbereiding)
Oplevering vanaf
Aantal
Lijsterstraat (Waterlijster) Prinsessenflats A. Schweitzerlaan/Boerhaavelaan
2012 94 2016 175 Randvoorwaarden in 2016/2017
Lansingh-Zuid, fase 8a (Infocentrum) Lansingh-Zuid, fase 8b (Symfonia 2e deel) Rondweg-Middenwetering Tiendhove RK-kerk Molukse kerk
2012 PM
47 PM
2011/2012 2012 2015 In de ijskast
146 149 14
In historisch Krimpen
Geen plannen
In de dijkzones
Ronal-locatie Van Duijvendijk Heeck 2e deel Veerdam Hof van IJssel
2014 2015 2013 In de ijskast Geschrapt
10 54 4 23 25
Aan de rivieren
Stormpolder
PM
PM
8.3.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal opgeleverde woningen per jaar
P
184 gem. p/j (2007)
128
336
Procentuele slaagkans op de woningmarkt
E
11,4 (2005)
0,0
3,6
Procentuele slaagkans voor starters op de woningmarkt
E
10,4 (2005)
0,0
1,5
Voorraad bereikbare huurwoningen
P
4.036 (2005)
4.000
4.443
Aantal ingeschreven woningzoekenden
E
4.672 (2006)
4.500
4.003
Aantal actieve woningzoekenden op de huurmarkt (reacties op woningen) Rapportcijfer leefbaarheid buurt
E
909 (2005)
5.000
2.527
E
7,5 (2010)
7,5
7,6
65
Toelichting
Minder woningen aangeboden i.v.m. sloop en renovatie van veel woningen.
8.4
Economie
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Vergroting van het aantal arbeidsplaatsen in de gemeente om zodoende de (lokale) economie te bevorderen en het forensisme te verminderen. Vanwege de huidige marktomstandigheden is er een lichte daling in het aantal arbeidsplaatsen. Deze omstandigheden verschillen nogal per sector. Er zijn ondernemers die hebben aangegeven het moeilijk te hebben, maar er zijn er ook die juist langs kwamen om uitbreidingsplannen te bespreken
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
1
Interactief vastleggen van de gemeentelijke beleidsvisie op bedrijvigheid, o.a. als voorloper ten behoeve van de op te stellen bestemmingsplannen. In 2012 is gestart met het opstellen van een Business Case voor het EMK-terrein om aan te tonen welke bestemmingen van het EMK-terrein financieel haalbaar zijn. De resultaten hiervan worden in de eerste helft van 2013 verwacht. Daarmee moet helder worden of het EMK-terrein in de toekomst geschikt gemaakt kan worden voor de vestiging van bedrijven. Uiteraard hangt dit samen met de uitkomsten van de milieutechnische onderzoeken.
2
Stimuleren van het lokale ondernemersklimaat, o.a. door het onderhouden en stimuleren van lokale en regionale netwerken. De lokale en regionale netwerken zijn onderhouden. Op regionaal niveau zijn de ondernemersverenigingen gaan samenwerken (Zeppelin).
3
Herstructurering Stormpolder binnen de in stadsregionaal verband gemaakte afspraken (RHOB). De aangestelde projectleider heeft een plan van aanpak gemaakt op basis waarvan provincie en stadsregio subsidies hebben toegekend. Het bestemmingsplan wordt geactualiseerd. Planvorming rondom het EMK-terrein vordert gestaag.
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? B.
Versterking van de winkelmogelijkheden voor lokale (en regionale) consumenten, met bijzondere aandacht voor: Behoud c.q. uitbouw van de (regionale) positie van het hoofdwinkelcentrum Crimpenhof; De positie van De Korf als wijkwinkelcentrum. Met het vaststellen van de Detailhandelsvisie hebben wij een koers bepaald voor de toekomst van detailhandel in onze gemeente. Dit is hard nodig in een tijd waarin groei niet langer meer vanzelfsprekend is, omzetten in winkels terug lopen en er sprake is van overaanbod van winkelmeters. Op basis van deze visie stelt het college dat: De hoofdwinkelstructuur, bestaande uit de Crimpenhof, De Korf en De Olm behouden en versterkt moet worden; Bestaande detailhandelsbestemmingen buiten de hoofdstructuur in principe in stand gehouden worden maar de mogelijkheid krijgen (tijdelijk) te verkleuren naar andere economische functies; Buiten de hoofdstructuur geen nieuwe ontwikkelingen (meer) toegestaan worden; Er geen bedrijventerrein aangewezen wordt als locatie voor (grootschalige) PDV/GDV. Allemaal keuzes die noodzakelijk zijn voor de toekomstbestendigheid van de detailhandel in Krimpen.
66
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? B.
1
Gemeentelijk detailhandelsvisie vertalen in de nieuw op te stellen bestemmingsplannen. Vóór 1 juli kunnen de nieuwe bestemmingsplannen worden vastgesteld.
2
Verlenen van medewerking aan renovatie- en/of uitbreidingsplannen van winkeliers en winkelcentra als die passen in de detailhandelsstructuur van de gemeente. Met de Crimpenhof wordt gesproken over een mogelijke uitbreiding aan de zijde van Albert Heijn. Met de eigenaar van De Korf wordt gesproken over renovatie en uitbreiding. De buitenruimte bij winkelcentrum De Olm voldoet na een grote herinrichting weer aan de eisen van deze tijd.
3
Instandhouding van de mogelijkheden voor de ambulante handel. De markt is in standgehouden.
8.4.3 Tabel effect- en prestatie-indicatoren Omschrijving
E/P
Nulmeting (jaar)
Streefwaarde 2012
Realisatiewaarde 2012
Aantal arbeidsplaatsen
E
8.250 (2007)
9.200
8.570
Rapportcijfer tevredenheid winkels in de buurt
E
8 (2006)
8,3
8,5
Er is weinig leegstand, dit vergroot de aantrekkelijkheid.
Rapportcijfer tevredenheid winkels in de gemeente
E
7,8 (2006)
8
8,1
Onze score ligt net boven de streefwaarde en ruim boven het gemiddelde. Krimpen heeft ten opzichte van andere winkelgebieden redelijk veel zelfstandige winkels in plaats van allemaal ketens. Dat vergroot de aantrekkelijkheid.
8.5
Toelichting
Recreatie
Wat willen wij bereiken? / Wat hebben wij bereikt? A.
Verbetering – binnen de gemeentegrenzen en in de Krimpenerwaard – van de mogelijkheden om te recreëren. De mogelijkheden zijn in stand gehouden.
Wat gaan wij er voor doen? / Wat hebben wij ervoor gedaan? A.
Actief participeren in het proces van het Natuur- en Recreatieschap Krimpenerwaard om te komen tot een concrete uitwerking van de in 2007 vastgestelde Visie Recreatie in de vorm van een schapsplan. Het schapsplan moet nog worden ontwikkeld, participatie in dat proces heeft derhalve nog niet plaatsgevonden.
67
Wat mag het kosten? / Wat heeft het gekost? x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
1.722 2.493 4.215
995 683 1.678
1.521 1.584 3.105
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel) Totaal baten
- 814 - 150 - 964
- 314 - 913 - 1.227
- 1.515 - 1.436 - 2.951
SALDO voor bestemming
3.251
451
154
- 237
235
997
3.014
686
1.151
Totaal lasten Baten
Mutatie reserves SALDO na bestemming
68
Paragrafen
§A
Lokale heffingen
Inleiding In deze paragraaf informeren wij u over de uitkomsten van het beleid, de gehanteerde tarieven en de aanwending van de verschillende gemeentelijke belastingen en heffingen gedurende het jaar 2012. In onze gemeente zijn de volgende belastingen en heffingen opgelegd: a. de onroerende zaakbelastingen (ozb); b. de hondenbelasting; c. de afvalstoffenheffing; d. de rioolheffing; e. de haven- en marktgelden; f. de lijkbezorgingsrechten; g. de leges, waaronder de leges voor de omgevingsvergunning. Bij de lokale lasten wordt een onderscheid gemaakt tussen zuivere belastingen, heffingen en retributies: De zuivere belastingen behoren tot de algemene dekkingsmiddelen. Dat wil zeggen dat de opbrengst vrij aanwendbaar is voor de dekking van algemene gemeentelijke kosten. Deze opbrengst is aanvullend op de uitkering uit het gemeentefonds. In Krimpen aan den IJssel onderscheiden we OZB en hondenbelasting (a+b). De heffingen welke dienen ter dekking van de kosten ten behoeve van de uitvoering van publiekrechtelijke dienstverlening. Dat houdt in dat de burger ook moet betalen als hij de dienst niet wenst. Voorbeelden van heffingen zijn afvalstoffenheffing en rioolheffing (c en d). De retributies zijn vergoedingen voor individuele dienstverlening van typische overheidsdiensten van publiekrechtelijke aard. Voorbeelden hiervan zijn de leges voor paspoort en rijbewijs (e t/m g). Als uitgangspunten voor het beleid en de uitvoering ervan in 2012 hebben gediend de Belastingnota 2009 en de afspraken die in het coalitieakkoord 2010-2014 zijn gemaakt. Dit is geconcretiseerd en geformaliseerd in de Kadernota 2012.
Ontwikkelingen en feiten in het algemeen Het beleidsmatig kader voor de gemeentelijke belastingen en heffingen is verwoord in de Belastingnota 2009, die op 17 december 2009 door de gemeenteraad is vastgesteld. Daarmee ligt het beleid als grondslag voor de uitvoering ervan voor vier jaar vast. Overige noodzakelijke en tussentijdse wijzigingen van het beleid zijn veelal via de jaarlijkse belastingvoorstellen aan de orde gesteld. Sinds 2007 wordt jaarlijks de waardering in het kader van de wet WOZ uitgevoerd. Het sluitstuk vormt de WOZ-waarde aan elke belanghebbende die wordt bekend gemaakt in de vorm van een beschikking. Op 13 februari 2012 heeft elke belanghebbende van een object de nieuwe waarde (met als waardepeil 1 januari 2011) ontvangen en zijn de aanslagen voor de onroerende zaakbelastingen 2012 opgelegd. Het aanslagbiljet ging vergezeld van de Belastinggids 2012. Er werden in 2012 globaal 240 bezwaarschriften (dat is 1,7% van totaal 14.113 beschikte objecten) ontvangen. Het landelijk bezwaarpercentage bedroeg in 2012 2,9% In het kader van de bezwaarprocedure werden ongeveer 30 hoorzittingen gehouden. Alle bezwaarschriften zijn eind 2012 afgedaan. Daarmee is voldaan aan de fiscale beslistermijnen, zoals die in 2008 van kracht zijn geworden. Tegen de uitspraak op het bezwaar is in drie gevallen door belanghebbende beroep ingesteld bij de rechtbank. De zittingen in de rechtbank Rotterdam worden medio 2013 verwacht. Het toezichthoudende orgaan betreffende de wet WOZ, de Waarderingskamer, heeft in 2012 onze gemeente beoordeeld voor wat betreft de processen van de administratie, de marktanalyse en de waardebepaling. Deze monitor vindt tweemaal per jaar plaats door middel van vragenlijsten. Daarnaast
70
is in september 2012 ook een inspectie ter plaatse gehouden. Wederom werd hierbij de kwalificatie van de procesgang binnen onze gemeente als ‘goed’ gewaardeerd. Op 29 oktober 2012 heeft de staatsecretaris van Financiën het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ). Het wetsvoorstel voorziet in een wijziging op drie punten, te weten: 1. openbaarmaking van de WOZ-waarden van woningen; 2. wettelijke regeling landelijke voorziening WOZ; 3. afschaffing Fierensmarges. Ad 1. Dit voorstel voorziet erin om de WOZ waarden van woningen openbaar te maken. Dit zal dan gebeuren via een apart digitaal loket. Via een website kan door middel van een adres een bijbehorende WOZ waarde worden opgevraagd. Gemeenten hoeven dan geen individuele verzoeken van burgers om WOZ waarden te behandelen. De WOZ waarde van niet-woningen zal niet openbaar worden gemaakt. Dit heeft o.a. te maken met concurrentiegevoelige informatie. Ad. 2. De introductie van de landelijke voorziening WOZ betekent dat de bij gemeente ondergebrachte basisregistratie WOZ op landelijk niveau bijeen wordt gebracht en daar voor afnemers zoals de belastingdienst en het hoogheemraadschap wordt ontsloten. Dit betekent een enorme vereenvoudiging voor de afnemers die dan niet meer van alle gemeenten apart een bestand hoeven te ontvangen. Ad. 3. Het buiten werking stellen van de zogenaamde Fierensmarge in de Wet WOZ is het gevolg van het arrest van de Hoge Raad van 22 oktober 2010. Met het schrappen van artikel 26 a Wet WOZ, wordt de wet WOZ weer in overeenstemming gebracht met de geldende jurisprudentie. De macronorm ozb was in 2012 gesteld op 3,75% stijging van de ozb opbrengst. In Krimpen was dit percentage 1,5%. Dit is lager dan de macronorm. Landelijk gezien is de ozb in 2012 met 4% gestegen. Dit betekent dat hiermee de macronorm is overschreden. Deze overschrijding kreeg geen directe consequenties. Wel wordt de overschrijding verrekend met de macronorm ozb voor 2013. Verwacht werd dat in 2012 de prijs voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot verkrijging van een rijbewijs, een landelijke, uniforme maximumprijs zou gaan gelden. Dit is niet gebeurd. Het is op dit moment nog steeds niet bekend wanneer het maximumtarief voor een rijbewijs wordt ingevoerd.
Werkelijke inkomsten In de rekening 2012 zijn de volgende opbrengsten verantwoord: x € 1.000 Rekening Begroting 2011 2012 a.
b. c. d. e. f. g.
onroerende zaakbelastingen: > ozb gebruikers > ozb eigenaren hondenbelasting afvalstoffenheffing rioolheffing haven- en marktgelden lijkbezorgingsrechten leges, waaronder bouwleges
825 4.461 145 3.402 2.676 113 393 685
880 4.660 148 3.468 2.883 126 322 783
Rekening 2012 880 4.671 148 3.454 2.850 110 384 790
Bij de afvalstoffenheffing en de rioolheffing is het bedrag dat wordt kwijtgescholden aan belastingplichtigen, conform het BBV, niet meer in mindering gebracht op de opbrengst, maar afzonderlijk verantwoord. De geraamde inkomsten zijn tot stand gekomen op basis van de begrotingsuitgangspunten voor 2012 (inflatiepercentage van 1,5% ten opzichte van 2011). Hierop zijn twee uitzonderingen, te weten de
71
rioolheffing en de afvalstoffenheffing. Vanwege de kostenontwikkeling is de rioolheffing in 2012 met 4% extra gestegen naast de trend en is het tarief van de afvalstoffenheffing gelijk gebleven.
Beleid en uitvoering ten aanzien van de lokale heffingen In het Coalitieakkoord 2010-2014 is aangegeven dat de gemeente over de gehele linie streeft naar beheersing van de lastendruk. Dit kwam tot uitdrukking in een niet meer dan trendmatige verhoging van de tarieven. Hiervan waren uitgezonderd de heffingen die de kosten moeten dekken, zoals de afvalstoffenheffing (in 2012 gelijk aan 2011) en de rioolheffing (in 2012 naast de trend van 1,5% een extra verhoging van 4%). De heffing en de inning van de afvalstoffenheffing en de rioolheffing (gebruikersdeel) gebeurde ook in 2012 door drinkwaterbedrijf Oasen N.V. te Gouda. Dit proces verliep tot tevredenheid. Ook in 2012 heeft de gemeente interne controle uitgevoerd om te waarborgen dat deze dienstverlening correct en volledig plaatsvindt. Het middel van bestandsuitwisseling was hierbij een belangrijk instrument. De jaarlijkse controleactie voor de hondenbelasting is in oktober 2012 gehouden. Het betrof hier een beperkte controle van ruim 500 adressen, verspreid over de gemeente. Bij deze controle zijn ongeveer 25 ongeregistreerde honden aangetroffen. Evenals vorige jaren nam bij het aankondigen van de controle, het aantal aangiften toe. Kortom, controle blijft nodig. In het vierde kwartaal van 2012 is het herwaarderingsproces in het kader van de wet WOZ afgerond, met als doel om op 11 februari 2013 alle belastingplichtigen in kennis te stellen van de WOZ waarde 2013. Ook in 2012 werd de werkmethodiek gecontinueerd om de aanslagoplegging van de overige belastingen en heffingen met regelmaat te doen. Nagenoeg alle aanslagen, waarvan het belastbare feit in 2012 lag zijn in dat jaar opgelegd. Verder is in 2012 opnieuw de communicatie verzorgd ten behoeve van belastingplichtigen over aanslagoplegging en verschuldigdheid, over de mogelijkheden van de automatische incasso en over kwijtschelding. Die informatie werd onder andere in de Belastinggids 2012 opgenomen en ook steeds vaker wordt de website van de gemeente gebruikt. Voor een correcte aanslagoplegging zijn o.a. kwalitatief goede basisgegevens nodig. We gebruiken hiervoor diverse informatiebronnen. De BAG (basisregistratie adressen en gebouwen) is daarbij leidend. Vanaf 1 juli 2011 is het gebruik van BAG gegevens ook voor de WOZ uitvoering verplicht. Overigens blijft een extra inspanning nodig om de geregistreerde adresgegevens van eigenaren en gebruikers van winkels, bedrijven, instellingen, verenigingen etc. actueel en betrouwbaar te houden. Het juridische kader voor de gemeentelijke belastingen en de overige heffingen vormen de verordeningen. Deze zijn in 2012 weer door een derde beoordeeld en getoetst voor wat betreft de inhoudelijke bepalingen, de onderlinge samenhang en de vigerende wet- en regelgeving. De daaruit voortvloeiende wijzigingen en aanpassingen zijn verwerkt in alle verordeningen 2013.
Tariefoverzicht van de diverse heffingen De lokale heffingen in een belastingjaar worden opgezet via diverse tariefstructuren. Op basis van de tarieven zijn de belastingaanslagen tot stand gekomen. In de belastingvoorstellen voor 2012 zijn deze tarieven terug te vinden.
De lokale lastendruk Op basis van de hierboven genoemde tarieven is voor 2012 de lokale lastendruk te berekenen. De stijging van deze lokale lastendruk is vast te stellen door die berekening eveneens te maken voor 2011. De lasten op basis van de lokale heffingen zijn als volgt:
72
Model 1
Onderdeel
2011
Een huurwoning met een rioolheffing, het gebruikersdeel WOZ-waarde van € 110.000, afvalstoffenheffing éénpersoonshuish. bewoond door 1 persoon, die hondenbelasting ook houder is van een hond; Totale lastendruk per jaar het waterverbruik is 90 m3. In model 1 is de lastendruk in 2012 toegenomen met € 4,06 ofwel 1,02%.
2012
51,96 267,63 78,52
54,84 267,63 79,70
398,11
402,17
Model 2
Onderdeel
2011
2012
Een koopwoning met een WOZ-waarde van € 220.000, bewoond door 2 personen, tevens is een hond aanwezig; het waterverbruik is 180 m3.
ozb, het eigenarendeel rioolheffing, het eigenarendeel rioolheffing, het gebruikersdeel afvalstoffenheffing meerpersoonshuish. hondenbelasting
251,68 124,64 103,92 291,96 78,52
262,68 131,50 109,68 291.96 79,70
Totale lastendruk per jaar
850,72
875,52
In model 2 is de lastendruk in 2012 toegenomen met € 24,80 ofwel 2,91%.
Woonlasten (vergelijking met andere gemeenten en landelijk gemiddelde) Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO) geeft sinds 1997 met de ‘Atlas van de lokale lasten’ inzicht in de woonlasten per gemeente en de posities die de gemeenten ten opzichte van elkaar innemen in Nederland. Hierbij geldt dat nummer 1 de goedkoopste gemeente is. In de atlas 2012 neemt Krimpen aan den IJssel van de 437 (deel)gemeenten de 391e plaats in op basis van de woonlasten. In 2011 nam Krimpen aan den IJssel nog een 400e plaats in van de 454 (deel)gemeenten. Overigens liggen de woonlasten van 80% van alle gemeenten heel dicht bij elkaar. Wat betreft de omringende gemeenten uit de Krimpenerwaard zijn de woonlasten als volgt (peiljaar 2012): Krimpen aan den IJssel t.o.v. de gemeente in de Krimpenderwaard netto woonlast Rangnummer (duur-->goedkoop) COELO Vlist 837 410 Bergambacht 829 405 Ouderkerk 814 392 814 391 Krimpen aan den IJssel Nederlek 807 385 Schoonhoven 779 357 gemiddelde 813 Krimpenerwaardgemeenten:
Kwijtschelding Het gemeentelijke kwijtscheldingsbeleid is in 2012 van toepassing geweest op de onroerende zaakbelasting, de afvalstoffenheffing, de rioolheffing en de hondenbelasting (alleen de eerste hond). De uitvoering van de kwijtschelding, die betrekking heeft op een doelgroep bestaande uit globaal 300 personen/gezinnen, is gebonden aan de wetgeving van het rijk. Daartoe worden twee maal per jaar normbedragen van het rijk ontvangen, die worden gebruikt bij de beoordeling van de kwijtscheldingsverzoeken.
73
De volgende bedragen zijn kwijtgescholden: x € 1.000 Rekening 2011 Afvalstoffenheffing Rioolheffing Hondenbelasting (eerste hond)
Begroting 2012 63 16 1
68 19 1
Rekening 2012 67 19
Invordering Het gemeentelijke invorderingsbeleid volgt nauwkeurig en actueel de wetgeving. De basis voor bevoegdheden en de rechten en plichten met betrekking tot invorderen van gemeentelijke heffingen ligt besloten in diverse wetten met name in de Gemeentewet, de Algemene wet rijksbelastingen (Awr) en de Invorderingswet. De Awr en alle overige van toepassing zijnde wetgeving zijn op een logische, stringente en overzichtelijke manier toegepast en vertaald in het gemeentelijke invorderingsbeleid. Om meer duidelijkheid zowel intern als extern te hebben over het beleid en de uitvoering, is de landelijke Leidraad Invordering Gemeentelijke Belastingen van toepassing verklaard, aangevuld met enige Krimpense beleidsregels. Deze beleidsregels zijn in 2012 geactualiseerd door vaststelling van de leidraad invordering gemeentelijke belastingen 2012.
74
§ B Weerstandsvermogen Inleiding Krimpen aan den IJssel heeft het weerstandsvermogen gedefinieerd als het vermogen om nietstructurele tegenvallers op te vangen teneinde haar taken te kunnen voortzetten. Het gaat daarbij om vrij aanwendbare middelen, die gebruikt kunnen worden om deze tegenvallers op te vangen (weerstandscapaciteit). Tegenvallers met een structureel karakter moeten jaarlijks binnen de ruimte van de exploitatie kunnen worden opgevangen. Risico’s zijn onvermijdelijk, maar kunnen wel worden beheerst en moeten in het uiterste geval kunnen worden opgevangen via de weerstandscapaciteit. De verhouding tussen de risico’s en de weerstandscapaciteit is het vermogen om de risico’s op te vangen: het weerstandsvermogen. De volledigheid en omvang van de in kaart gebrachte risico’s en de kwaliteit van de risicobeheersing bepalen in hoge mate welke weerstandscapaciteit nodig is. Daarmee is de berekening van het weerstandsvermogen niet alleen belangrijk om te bepalen in hoeverre de gemeente in staat is tegenvallers op te vangen, maar ook om de juiste omvang van de weerstandscapaciteit te bepalen en daarop te sturen.
Beleid Door de complexe samenleving, de veelzijdig gemeentelijke activiteiten, veranderingen in wet- en regelgeving en niet te vergeten de economische crisis lopen de gemeenten steeds meer risico’s. Deze omstandigheden verklaren de toegenomen aandacht voor risicobeheersing. In de raadsvergadering van 13 december 2012 is de ‘nota risicomanagement en weerstandsvermogen’ vastgesteld, waarna in 2012 nog een voorzichtige start is gemaakt met de integrale opzet van risicomanagement. De nota geeft aan hoe de gemeente Krimpen aan den IJssel denkt over risicomanagement en het weerstandsvermogen. Deze paragraaf is daar de uitwerking van.
Risico’s Gelet op de vaststelling van de nota in december en het nog ontbreken van een integraal risicomanagement is voor de rekening 2012 nog gebruik gemaakt van de bestaande methode om risico’s op te nemen en te beoordelen. De gemeentelijke planning- en controldocumenten bevatten al geruime tijd een overzicht van de risico’s als vast onderdeel. In het hierna opgenomen overzicht worden de risico’s weergegeven. Daarnaast zijn er ook reguliere bedrijfsvoeringrisico’s, die op dit moment geen deel uitmaken van de risico’s in de paragraaf weerstandsvermogen. In deze jaarrekening worden de geïnventariseerde risico’s opgenomen per ultimo 2012. Daarbij wordt ingegaan op de ontwikkeling van het risico in 2012 en de situatie aan het einde van het boekjaar. Het betreft dus zowel risico’s die bij het opstellen van de begroting 2012 werden onderkend, als ook risico’s die zich in de loop van 2012 hebben geopenbaard. Risico’s 2012 (peilmoment maart 2013) Omvang x € 1.000 1. De ontwikkeling van het gemeentefonds pm Met ingang van 2012 beweegt de omvang van het gemeentefonds weer evenredig mee Structureel met de ontwikkeling van de rijksuitgaven. De invloed van de besluiten van het nieuwe kabinet is (nog steeds) onvoorspelbaar en vormt een groot risico. De onzekerheid omtrent de uitkeringen is er voor 2012 naar verwachting niet (meer), hoewel de definitieve hoogte van de rijksuitgaven nog ontbreekt. Voor de jaren 2013 en volgende neemt de onzekerheid nog wel toe. De mogelijke effecten van andere ontwikkelingen, zoals de voorgenomen herijking en aanpassing van de woondefinities aan BAG, zijn tevens moeilijk te kwantificeren. Meer duidelijkheid over de effecten van de diverse ontwikkelingen wordt niet eerder verwacht dan in de meicirculaire 2013. 2. Grondverwervingen € 2.300
75
Bij de rekening 2011 zijn via het eerste MeerjarenPerspectief Grondexploitaties (MPG) voorzieningen getroffen en boekwaarden afgeboekt. In het MPG 2013 is de risicoanalyse geactualiseerd tot een totaal gewogen risico van € 2,3
Incidenteel
3. Onderhoudstoestand constructie C.G. Roosweg Over de onderhoudstoestand van de constructie onder de C.G. Roosweg tussen het kruispunt en de aanbrug van de Algerabrug is een rapportage verschenen. De rapportage geeft aanleiding tot verder onderzoek en overleg met de provincie en de stadsregio. Voor de komende periode heeft dit een hoge prioriteit.
€ 10.000 Incidenteel
4. Wet Werk en Bijstand In de begroting 2012 was een risico opgenomen voor het gedeelte dat voor rekening van de gemeente zou blijven dat boven de 10% eigen risico uit zou komen. Vanwege de crisis zou het namelijk zo kunnen zijn, dat veel gemeenten een beroep zouden doen op deze extra uitkering en dat daarop het Rijk aanvullende voorwaarden zou gaan opnemen en/of het percentage van 10% eigen risico zou verhogen. In 2012 doet dit risico zich uiteindelijk niet voor, omdat de totaal voor rekening van de gemeente blijvende kosten niet boven de 10% uitkomt en er dus ook geen aanvullende bijdrage aangevraagd kan worden. En aangezien de aanvullende bijdrage over 2011 daadwerkelijk ontvangen is kan hier volstaan worden met de opmerking dat geen risico aanwezig is.
€0 Incidenteel
5. Werkplein IJsselgemeenten In april 2011 is besloten deel te nemen aan het Werkplein IJsselgemeenten. De financiële gevolgen waren begin 2012 nog niet geheel duidelijk, maar intussen zijn de afspraken vastgelegd en vertaald in de meerjarenbegroting 2013. Er is geen sprake meer van een risico.
€0 Structureel
6. Promen
pm
De toekomstige (financiële) ontwikkelingen bij Promen zijn onzeker. Promen is bezig met een herstructurering. Dit moet leiden tot substantieel lagere bijdragen van gemeenten vanaf 2013. In de rekening 2012 is de verschuldigde bijdrage opgenomen, zodat over dat jaar geen risico meer aanwezig is. 7. Decentralisaties
Structureel
pm
Ondanks de vorming van het nieuwe kabinet is thans nog steeds niet duidelijk welke (financiële) gevolgen de ophanden zijnde decentralisaties op het gebied van extramurale begeleiding vanuit de AWBZ naar de Wmo, de jeugdzorg en de voorgenomen invoering van de wet Werken naar Vermogen heeft voor de gemeente. Feit is, dat in de rekening 2012 geen sprake is van een risico op dit terrein. Het is echter de vraag of dat voor de jaren 2013 en volgende ook zo is. Net als in de begroting 2013 wordt het risico wel benoemd, maar er kan geen bedrag ‘aangehangen’ worden. Wel zal een zich voordoend risico structureel van aard zijn.
Structureel
Weerstandscapaciteit De weerstandscapaciteit betreft de middelen waarover de gemeente kan beschikken, om niet begrote kosten te dekken. In hoofdzaak bestaat de weerstandscapaciteit uit drie onderdelen: a. reserves (eigen vermogen) b. onbenutte belastingcapaciteit c. post onvoorziene lasten
76
Reserves Van de reserves worden de Algemene Reserve, de Algemene Reserve Bouwgrondexploitatie en de Bestemmingsreserves tot de weerstandscapaciteit gerekend, voor zover die reserves vrij besteedbaar zijn. Dat wil zeggen dat de benodigde reservemiddelen voor reeds genomen besluiten in principe niet meetellen voor de weerstandscapaciteit. Voor de algemene reserve van de algemene dienst geldt ingaande 2009 een bodem van € 2 miljoen en een plafond van € 5 miljoen. De stand van de algemene reserve is per 31 december 2012 gelijk aan het plafond, nadat conform de afspraken in de nota reserves en voorzieningen is afgeroomd ten gunste van de vrije reserve. Het doel van de algemene reserve is het verrekenen van exploitatiesaldi (zowel voordelige als nadelige). Daarnaast worden de kosten van bodemsanering, die niet aan andere kostendragers zijn toe te rekenen, gedekt uit de algemene reserve. De belangrijkste functie is echter de bufferfunctie voor het opvangen van risico’s. De algemene reserve bouwgrondexploitatie is in het voorjaar van 2012 aangesproken als dekking voor de negatieve uitkomsten van het meerjarenperspectief grondexploitaties (MPG). De omvang van deze reserve is daardoor flink geslonken. Voor de risico’s op de grondexploitaties is dit het eerste aangewezen dekkingsmiddel. In het tweede MPG dat gelijktijdig met de begroting 2013 is vastgesteld, zijn de risico’s van de projecten integraal en systematisch geïnventariseerd, vooruitlopende op de organisatiebrede aanpak van risicomanagement.
Onbenutte belastingcapaciteit De onbenutte belastingcapaciteit heeft betrekking op de vier belangrijkste eigen inkomsten van de gemeente, te weten de OZB, de afvalstoffenheffing, de rioolheffing en de leges voor zover deze niet reeds ‘maximaal’ of kostendekkend zijn. De Onroerend Zaakbelasting is in Krimpen niet gemaximeerd en biedt dus in principe ruimte. Een belangrijk standpunt van uw raad en ons college is echter dat lastenstijging voor de burger zoveel mogelijk wordt beperkt. Het rekenen met onbenutte belastingmogelijkheden past niet in dat beeld. Daarom is de onbenutte belastingcapaciteit vanwege de OZB op € 0 gesteld. In Krimpen aan den IJssel zijn de afvalstoffenheffing en de rioolrechten kostendekkend. Derhalve vindt voor deze heffingen maximale benutting plaats. De onderdekking op de totale leges die de gemeente in rekening brengt is niet eenvoudig in beeld te brengen. Het legespakket is zeer divers en er is nauwelijks op de opbrengsten te sturen. Ook voor dit onderdeel wordt daarom geen onbenutte belastingcapaciteit opgenomen.
Post onvoorziene lasten In de begroting wordt voor onvoorziene lasten jaarlijks een bedrag opgenomen ter grootte van € 10 per inwoner (met ingang van 2013 is dit bedrag verlaagd naar € 7,50 per inwoner). De raad beslist over iedere aanwending van deze post. Het gebruik van de post is in principe incidenteel. Wanneer het structurele lasten betreft moeten deze in de volgende begroting in de reguliere budgetten worden opgenomen. De raming voor onvoorziene lasten in de begroting 2012 bedroeg € 292.010. Het positieve saldo van de primitieve begroting 2012 ad € 45.827 is aan de post onvoorzien toegevoegd, waardoor het jaar begonnen is met een bedrag van € 337.837. Na wijzigingen in de loop van het jaar 2012 was de eindstand van onvoorzien na de najaarsnota € 137.208. Via de najaarsnota is dit bedrag onderdeel geworden van het verwachte saldo en derhalve nu opgenomen in het rekeningresultaat.
Overig Naast de genoemde onderdelen kan bij weerstandscapaciteit ook nog worden gedacht aan stille reserves. Dit zijn reserves waarvan de omvang en of het bestaan niet uit de balans blijkt, omdat ze tegen nul zijn gewaardeerd. Als ze vervolgens direct verkoopbaar zijn is sprake van een stille reserve. In de praktijk blijkt echter, dat er voor gemeenten slechts beperkte mogelijkheden zijn voor verkoop. We beperken ons daarom tot die onderdelen die in de rekening daadwerkelijk met een bedrag zijn opgenomen.
77
Berekening weerstandscapaciteit Dit leidt tot het volgende overzicht van de weerstandscapaciteit van Krimpen aan den IJssel: Weerstandscapaciteit
1-1-2012
31-12-2012
x € 1.000
Reserves Algemene Reserve – Algemene Dienst Algemene Reserve – Bouwgrondexploitatie Vrije Reserve (voorheen nieuw beleid) (vrij aanwendbaar) Subtotaal Onbenutte belastingcapaciteit OZB Rioolrechten Afvalstoffenheffing Leges en andere heffingen Subtotaal Onvoorzien en saldo Onvoorzien Saldo begroting/rekening Subtotaal Totale weerstandscapaciteit
4.754 339 602 5.695
5.000 1.641 484 7.125
pm pm -
pm pm -
292 45 337
757 757
6.032
7.882
De positieve ontwikkeling van de weerstandscapaciteit kan voor een belangrijk gedeelte worden toegeschreven aan het bij de Kadernota 2013 opheffen van de reserves riolering en tijdelijke tekorten structurele lasten ten gunste van de algemene reserve. Daarnaast heeft ook het rekeningsaldo een positief effect op de weerstandscapaciteit.
Weerstandsvermogen De relatie tussen de risico’s en de weerstandscapaciteit is het weerstandsvermogen. Vanuit het risicoprofiel kan worden berekend wat de benodigde weerstandscapaciteit is. Door deze af te zetten tegen de beschikbare weerstandscapaciteit wordt een verhoudingsgetal (ratio) verkregen. In de eerder genoemde nota risicomanagement en weerstandsvermogen is vastgelegd dat Krimpen streeft naar een ratio van minimaal 1,0. Deze kan echter nu (nog) niet worden toegepast omdat een integraal risicoprofiel inclusief beheersmaatregelen en kans-gevolg berekeningen nog ontbreekt. In deze paragraaf is slechts sprake van één gekwantificeerd risico, waarbij de kans op 25% wordt ingeschat. De daarvoor benodigde weerstandscapaciteit is € 10 miljoen x 25% = € 2,5 miljoen. Daarbij moet het gewogen risico van de grondexploitaties (€ 2,3 miljoen) worden opgeteld. De totale benodigde weerstandscapaciteit komt daarmee op € 4,8 miljoen. De beschikbare weerstandscapaciteit is zoals hierboven berekend € 7,9 miljoen. Hieruit concluderen wij dat voor dit moment het weerstandsvermogen ruimschoots toereikend is, met de nu bekende en gekwantificeerde risico’s.
78
§ C Onderhoud kapitaalgoederen Inleiding De gemeente Krimpen aan den IJssel beheert de openbare ruimte en gebouwen waarbinnen wordt gewoond, gewerkt en gerecreëerd. Hierdoor beschikt de gemeente over kapitaalgoederen zoals gebouwen, wegen, bruggen, hekwerken, riolering, openbare verlichting, speelvoorzieningen, water en groen. Al deze kapitaalgoederen dienen goed onderhouden te worden. Hierbij spelen naast de wettelijke eisen en verplichtingen aspecten als gebruik, levensduur en het leveren van bijdragen aan de programmadoelstellingen voor milieu, onderwijs, openbare ruimte en verkeer een rol. Dit vergt beleidsvisies op het beheer van de kapitaalgoederen, planmatig en integraal beheer en onderhoud, een actuele meerjaren onderhoudsplanning en een adequate vertaling van de financiële consequenties hiervan in toereikende budgetten c.q. voorzieningen. Deze paragraaf geeft aan op welke wijze in 2012 is zorg gedragen voor het waarborgen van de kwaliteit van de kapitaalgoederen op korte en lange(re) termijn. Dit heeft plaatsgevonden op basis van de hieraan ten grondslag liggende en vastgestelde volgende nota’s: Onderdeel
Nota
Jaar
Riolering Wegen
- verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP) - Herstrating – en rioleringsplanning - Kwaliteitsplan Beheer Openbare Ruimte (KBOR) - Groenbeheersplan/-structuurplan
2013-2017 2012-2021 2007 2009 tevens onderdeel KBOR 2004-2015 februari 2008 (advies) april 2012 (evaluatie) december 2010
Groen Water Gebouwen en accommodaties
- Stedelijk Waterplan - Advisering en evaluatie onderhoud kapitaalgoederen maatschappelijk nut en economisch nut - Kadernota gemeentelijk vastgoed
Thans wordt verder ingegaan op de kapitaalgoederen in de openbare ruimte en het kapitaalgoed gebouwen.
De kapitaalgoederen in de openbare ruimte De kapitaalgoederen in de openbare ruimte bestaan uit wegen, riolering, watergangen , civiele kunstwerken (bruggen), groenvoorziening, speelvoorzieningen, hekwerken en openbare verlichting. In de loop van 2012 is het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP) vastgesteld en is opnieuw de planning voor herstraten en riolering geactualiseerd.
Riolering De werkzaamheden op dit terrein zijn in 2012 gebaseerd op het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) voor de periode 2008-2013, welke in de raadsvergadering van 25 september 2008 is vastgesteld. Inmiddels is in de raadsvergadering van 8 november jl. het nieuwe vGRP vastgesteld, dat loopt tot en met 2017. De kaders van het (v)GRP zijn leidend voor de investeringen op het gebied van de riolering. Goed planmatig en doelmatig beheer van de riolering is essentieel voor: Een goede inzameling en goed transport van het afvalwater. Het verminderen van vuiluitworp naar het oppervlaktewater, bodem- en grondwater (verbeteringen waterkwaliteit). Een goede inzameling en afvoer van het hemelwater. De uitvoering van het (v)GRP hangt overigens nauw samen met het beheer van wegen, groen, openbare verlichting en bruggen, omdat waar mogelijk combinaties van uit te voeren werken worden gezocht teneinde de kosten en de overlast te beperken.
79
De investeringen in het rioolstelsel zijn globaal in tweeën te verdelen. Enerzijds vindt cyclische vervanging plaats en anderzijds wordt verbetering van het stelsel nagestreefd. De afgelopen jaren is met name ingezet op verbetering van het stelsel door het aanleggen van V.I.S.-riolering, bergbezinkvoorzieningen en het afkoppelen van verharde oppervlakten, waartoe de gemeente via de door het toenmalig Zuiveringschap opgelegde basisinspanning is verplicht. Het in 2003 ingezette beleid met betrekking tot de extra verhoging van het rioolrecht met 4% boven de trend is in het nieuwe (v)GRP losgelaten. De in de voorziening beschikbare middelen zijn zodanig toereikend, dat op basis van nieuwe berekeningen besloten is deze extra verhoging met ingang van 2015 te stoppen. Overigens moet blijken in hoeverre een onderzoek naar de onderhoudsstaat van de rioleringen in het centrumgebied dit voornemen doorkruist. Daarnaast wordt op dit moment een drainagestelsel aangelegd bij rioolvervangingen. Op dit moment is daarvoor vanaf 2013 rekening gehouden met een stijging van de kosten met 5%. Areaalgegevens riolering: Huisaansluitingen Kolken Vrijverval riolering ( % gemengd stelsel, % hemelwaterafvoer en % vuil water) Putten Drukriolering Bergbezinkvoorzieningen (400 m3) Bergbezinkleidingen (900 m3) Gemalen Pompunits Signaleringskasten
2012 12.902 stuks 15.000 stuks 171 km 5.431 stuks 10,7 km 1 stuks 2 stuks 103 stuks 103 stuks 92 stuks
Wegen De kaders waarbinnen het wegbeheer wordt uitgevoerd zijn de CROW-richtlijnen en het integraal Kwaliteitsplan Openbare Ruimte. Dit beleidsplan geeft de kaders en normen aan die als input voor het beheer van wegen dienen. De onderhoudsfrequenties worden bepaald door de huidige kwaliteit van de verhardingen, onderliggende funderingskwaliteit en plaatselijke omstandigheden (o.a. hoge grondwaterstanden) en het gewenste onderhoudsniveau. De investeringen in de wegen worden gedekt uit de daartoe gevormde voorziening herstraten. Deze voorziening wordt gevoed door stortingen ten laste van het programma Beheer buitenruimte. Teneinde de voorziening voldoende toereikend te houden wordt de storting jaarlijks met 5% verhoogd. Vanwege de inspanningen om de begrotingen 2010-2013 en 2011-2014 sluitend te maken, is besloten om voor die jaren de storting met respectievelijk € 200.000 en € 150.000 te verlagen. Daar bovenop is bij de bezuinigingstaakstelling voor de begroting 2012-2015 nog eens bepaald, dat 5% van de kosten voor herstraten extra ten laste komt van de voorziening riolering. Het totale percentage komt daarmee op 20% en levert vanaf 2012 structureel zo’n € 150.000 voordeel op. Door kritisch te kijken naar het moment waarop investeringen nodig zijn komt de toereikendheid van de voorziening in die periode niet in gevaar. Areaalgegevens wegen: Asfaltverharding Elementenverharding (klinkerbestrating, trottoirs) Beton Overige verharding
2012 279.676 m2 1.161.366 m2 5.862 m2 6.954 m2
Openbare verlichting Het onderhoud en de vervanging van de openbare verlichting zijn opgenomen in het hiervoor genoemde kwaliteitsplan. Hierbij is specifiek aandacht geschonken aan de wijze waarop het beheer plaats moet vinden.
80
Naast de jaarlijkse budgetten voor onderhoud en vervanging ten laste van programma 7 Beheer buitenruimte, wordt de uitvoering van verlichtingsplannen bij herstratingen gedekt uit de voorziening herstraten. Areaalgegevens openbare verlichting: Lichtmasten Armaturen
2012 6.625 stuks 6.750 stuks
Groen In de integrale beheerplannen voor de openbare ruimte is ook het groen opgenomen. Er worden tot op heden geen specifieke middelen vrijgemaakt om in het onderhoud van het openbaar groen te voorzien. Jaarlijks vindt onderhoud van het groen op contractbasis plaats ten laste van programma 7 Beheer buitenruimte en onderdelen van andere programma’s zoals in het geval van de begraafplaatsen. Omvormingen van plantsoenen komen eveneens ten laste van programma 7. Daarnaast vinden investeringen in het openbaar groen plaats bij reconstructies. Dekking wordt daarbij vooralsnog gevonden ten laste van de voorziening herstraten. Areaalgegevens groen: Bomen Heesterbeplanting Vaste planten Gras/gazon
2012 10.459 stuks 385.444 m2 2.914 m2 777.874 m2
Watergangen De watergangen zijn verdeeld in primaire en secundaire watergangen. De primaire watergangen zijn de hoofdwatergangen, die worden beheerd en onderhouden door het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard (HHSK). De secundaire watergangen zijn de zogenaamde sloten en deze worden beheerd door de gemeente of soms particulieren. In opdracht van het HHSK worden overigens de hoofdwatergangen door de gemeente onderhouden. Het onderhoud van het openbare water binnen de gemeente vindt plaats aan de hand van het jaarlijkse baggerprogramma. Daarnaast wordt gewerkt aan de uitvoering van het Stedelijk Waterplan, waarin het beleid en kaders ten aanzien van de watergangen zijn vastgelegd. Het baggerprogramma en de investeringen Stedelijk Waterplan zijn opgenomen in het overzicht Onderhoud Kapitaalgoederen. De storting in de voorziening Onderhoud Kapitaalgoederen, onderdeel baggerwerkzaamheden en onderdeel Stedelijk Waterplan komen beiden ten laste van programma 7, Beheer buitenruimte. Areaalgegevens watergangen: Hoofd watergangen Overige watergangen
2012 200.000 m2 ( 20 ha ) 489.000 m2 ( 49 ha )
81
Speelvoorzieningen Op basis van het beheersysteem worden alle speeltoestellen binnen de gemeente door middel van periodieke keuringen geïnspecteerd. De resultaten worden in logboeken verwerkt en bijgehouden. De jaarlijks verplichte keuring van de toestellen wordt uitgevoerd door een onafhankelijke partij. Preventief onderhoud en kleine reparaties worden door de eigen (buiten)dienst uitgevoerd. Areaalgegevens speelvoorzieningen: Speeltoestellen Speellocaties
2012 500 stuks 119 stuks
Civiele kunstwerken (bruggen) De gemeente Krimpen heeft een aanzienlijk aantal bruggen, waarvoor onderhoud nodig is. Dat kan gaan om dagelijks (schoonmaak)onderhoud, maar uiteraard ook groot onderhoud in de zin van vervanging van de brug. De kosten voor vervanging van bruggen maken onderdeel uit van de voorziening Onderhoud Kapitaalgoederen. Op basis van een meerjarenonderhoudsplan vindt vervanging plaats. Areaalgegevens civiele kunstwerken (bruggen): Betonnen bruggen Houten bruggen Stalen bruggen Beweegbare bruggen Betonnen duikers Tunnels Vissteigers
2012 51 stuks 92 stuks 8 stuks 1 stuks 103 stuks 1 stuks 4 stuks
Financiële kaders openbare ruimte Bij de begroting zijn de planning voor het beheer van de buitenruimte en de financiële gevolgen daarvan opgenomen. In 2012 zijn de volgende werken uitgevoerd: x € 1.000
Totaal 2012
Voorbereidingskosten herstraten en riolering Van Ostadelaan / Van Eijcklaan Lavendel Aken- en Kruidenbuurt Vijverlaan (tussen Populierenlaan / Brinkweg van Ostadelaan Middenwetering (tussen Groenendaal / Nieuwe Vliet Bogerd / Rondweg / Wilgenhof Zwanenkade Dijkgraafstraat Linde, Olm Herprofilering Industrieweg Herstraten Spiritoso Riolering Nieuwe Vaart Riolering Lekdijk 228-250 Herstraten Morgental e.o.. Herstraten Nieuwe Tiendweg (Moderato-Olympiade)
117 39 6 8 821 83 44 98 14 85 282 - 106 414 25 -8 973 9
Herstraten Nieuwe Tiendweg ( Olympiade-G’daal) Herstraten Verbindingsweg en ged. Treviso Rondweg / Burg. Aalberslaan Herstraten Dr. Blomsingel
67 12 58
82
t.l.v. voorziening Herstraten 117 35 6 8 666 83 44 97 12 - 261 - 185 - 106 78
393 9 67 12 58
t.l.v. voorziening riolering 4
155
2 2 347 467 336 25 -8 580
Albert Schweitzerlaan Herstraten Parallelweg en relinen riolering
144 33
Optimaliseren rioolpompgemalen IJsseldijk Riolering Tuinstraat/Lekdijk relinen Rioolrenovatie Populierenlaan Totaal
22 8 108 3.356
72 13
72 20
1.217
22 8 108 2.139
Het kapitaalgoed gebouwen De gemeente Krimpen aan den IJssel bezit een groot aantal gebouwen, dat deels bedrijfsmatig en deels functioneel beheerd wordt. Hierbij valt te denken aan o.a. raadhuis en gebouw Stormsweg, sporthallen, gymlokalen, peuterspeelzalen, kerktoren, etc. deze gebouwen worden beheerd en onderhouden aan de hand van een meerjarenonderhoudsplan (MOP). Het bedrag dat per jaar gemiddeld nodig is voor de uitvoering van dit MOP (groot onderhoud) wordt jaarlijks gestort in de ‘voorziening onderhoud kapitaalgoederen’. De gemeente is economische eigenaar (claimrecht) van alle schoolgebouwen voor primair en voortgezet onderwijs. Sinds 1 januari 2005 is de verantwoordelijkheid van het groot onderhoud in het voortgezet onderwijs overgedragen aan de schoolbesturen zelf. Voor een deel van de uitvoering van het groot onderhoud van het primair onderwijs is de gemeente (nog) verantwoordelijk. Het beheerskader wordt gevormd door de onderwijswetgeving, waaronder de Verordening voorziening huisvesting onderwijs. Deze verordening is voor de schoolgebouwen het kader voor het opstellen van jaarlijkse onderhoudsplannen en de meerjaren onderhoudsplanning. Bij de opzet van het (groot) onderhoud van de gemeentelijke gebouwen wordt uitgegaan van sober en doelmatig onderhoud, waarbij het uitgangspunt is,.dat de gebouwen technisch in orde zijn en voldoen aan de eisen van veiligheid. In december 2010 heeft de gemeenteraad overeenkomstig de ‘kadernota gemeentelijk vastgoed’ besloten een team Vastgoed binnen de afdeling InV op te richten. Het team Vastgoed wordt vanuit de rol als eigenaar centraal en integraal verantwoordelijk voor alle gemeentelijke gebouwen en accommodaties, de zogenaamde gemeentelijke vastgoedportefeuille. De vorming van het nieuwe team is in 2012 afgerond. Te verwachten is dat de nieuwe werkwijze en bedrijfsvoering van het team Vastgoed, zoals verwoord in de kadernota vastgoed en het aanvullend opgestelde beheerplan gemeentelijke gebouwen, gevolgen heeft voor de huidige werkwijze en werkprocessen rondom de voorziening kapitaalgoederen. Zo is gevraagd om financiële herkenbaarheid van het team Vastgoed binnen de begrotingen en dus ook binnen de voorziening kapitaalgoederen, om de gewenste transparantie in geldstromen te realiseren. De aanpassing in het kader van de voorziening kapitaalgoederen wordt uitgevoerd in overeenstemming met het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) en zal zijn beslag krijgen in 2013. In februari 2008 is de manier van (financiële) verwerking van deze investeringen gewijzigd. Er is afgesproken, dat in 2012 een (geïndexeerd) bedrag van € 836.522 beschikbaar is van waaruit alle investeringen OK gefinancierd kunnen worden. Op basis van noodzakelijk geacht onderhoud zijn verschillende budgetten (ten laste van het totaalbedrag) specifiek beschikbaar gesteld. In de loop van 2012 is voor in totaal € 610.241 afgezonderd van het totaalbedrag. Een bedrag van € 226.281 blijft daarmee onbenut en als saldo in de voorziening onderhoud kapitaalgoederen zitten. De werkelijke lasten uit de voorziening OK bedragen in 2012 overigens € 964.104. Dat dit bedrag afwijkt van het hiervoor genoemde afgezonderde bedrag wordt veroorzaakt door het nog niet geheel ten uitvoer brengen van alle voorgenomen onderhoud in 2012, alsmede onderhoud dat nog niet afgerond was in 2011. Begin 2012 is de vernieuwde werkwijze geëvalueerd en daarbij is geconstateerd, dat vooralsnog geen nieuwe berekening van de stortingen gedaan wordt. Er zijn enige administratieve handelingen
83
vereenvoudigd, maar de werkwijze op zich voldoet. De (financiële) gevolgen van het oprichten van het team Vastgoed worden even afgewacht alvorens structurele aanpassingen van de stortingen worden voorgesteld. Areaalgegevens gebouwen in onderhoudsplanning: Niet-onderwijs gebouwen Onderwijs gebouwen
2012 51 stuks 12 stuks
Verloop diverse voorzieningen openbare ruimte en gebouwen Op basis van de hierboven genoemde investeringen is het verloop van de voorzieningen Onderhoud Kapitaalgoederen, herstraten en rioleringen als volgt: x € 1.000
Onderhoud Kapitaal goederen maatschappelijk nut *
Herstraten
Rioleringen
Stand 1 januari 2012
2.767
10.584
4.856
Storting tlv exploitatie Investeringen 2012
520 964
1.297 1.217
1.831 2.139
Stand 1 januari 2013
2.322
10.664
4.549
* in 2012 heeft eenmalig een lagere storting plaatsgevonden als gevolg van het overhevelen van het budget dat nog resteerde voor calamiteitenonderhoud van het raadhuis naar de reserve huisvesting ambtelijk apparaat. Het gaat om een bedrag van € 194.000.
84
§ D Financiering Inleiding Het begrip treasury kan worden gedefinieerd als het besturen en beheersen, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s. Meer concreet gaat het om financiering van het beleid tegen zo gunstig mogelijke voorwaarden, het te allen tijde zorgen voor voldoende liquide middelen, waarbij een tijdelijk overschot tegen een zo hoog mogelijk rendement wordt belegd, en het daarbij afdekken van met name rente- en kredietrisico’s. Treasury onderscheidt zich van de reguliere control door de focus op feitelijke kasstromen in plaats van te redeneren in termen van baten en lasten.
Doelstellingen van het treasurybeleid De doelstellingen van het treasurybeleid (artikel 1 treasurystatuut) zijn: Het aantrekken van voldoende financiële middelen en het uitzetten van overtollige gelden om de programma’s binnen de door de raad vastgestelde kaders van de begroting te kunnen uitvoeren; Het beschermen van de gemeente tegen financiële risico’s, zoals: renterisico, kredietrisico, koersrisico en intern liquiditeitsrisico; Het minimaliseren van de in- en externe verwerkingskosten bij het beheren van de geldstromen en de financiële posities; Het optimaliseren van het rendement van de beschikbare liquiditeiten, binnen de gegeven kaders, zoals vastgesteld in de Wet Fido, Ruddo en dit statuut. Met andere woorden: in de paragraaf dienen de huidige treasurysituatie en de relevante ontwikkelingen te worden beschreven en hoe daarmee wordt omgegaan. De inhoud dient van dien aard te zijn dat verantwoording kan worden afgelegd. In de jaarrekening dient te worden beschreven in hoeverre deze beleidsdoelstellingen zijn behaald. Geconcludeerd kan worden dat het geheel, zoals hierna gesteld, een verantwoord verloop heeft, en dat de praktijk aansluit op het treasurystatuut, welke in de raadsvergadering van 27 april 2010 definitief werd vastgesteld.
Algemene ontwikkelingen De gemeente is verplicht een treasuryparagraaf op te nemen in het kader van de Wet Fido. Er moet uit blijken dat de uitvoering van de treasuryfunctie uitsluitend de publieke taak dient, dat het beheer verstandig is en dat aan de kasgeldlimiet en renterisiconorm wordt voldaan. De gemeente Krimpen aan den IJssel heeft geen beleggingen die niet in het verlengde van de publieke taak liggen. Momenteel heeft de gemeente aandelen van Eneco, Oasen N.V., Milieuservices AVR Krimpen aan den IJssel NV (MAK) en de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG). Risicobeheersing is een belangrijk onderdeel van de Wet Fido. Voor onze gemeente gaat het daarbij om met name het renterisico en het kredietrisico. De behoefte hieraan is toegenomen door de toename van voorgenomen grote investeringen. Om hierin beter te kunnen voorzien wordt momenteel gewerkt aan een verbeterde versie van een liquiditeitenbegroting, gebaseerd op een investeringsprogramma. Daarnaast kan een informatierisico worden benoemd, te weten het risico dat relevante informatie niet tijdig of volledig beschikbaar is voor de treasuryfunctie. De komende tijd zal met name dit risico de aandacht krijgen.
Renterisico De rentegevoeligheid - renterisico - kan worden gedefinieerd als de mate waarin het saldo van de rentelasten en rentebaten verandert door wijziging in het rentepercentage op leningen en uitzettingen met een rentetypische looptijd van een jaar of langer. Bij de inwerkingtreding van de Wet Fido (1 januari 2001) is het begrip renterisiconorm ingevoerd. Uitgangspunt hierbij is om zoveel mogelijk spreiding in de looptijden van leningen aan te brengen. Met
85
ingang van 1 januari 2009 is een nieuwe Wet Fido in werking getreden, waarin de renterisiconorm is gewijzigd. Berekening renterisico De wettelijk vastgestelde nieuwe rente risiconorm houdt in dat de jaarlijks verplichte aflossingen en de renteherzieningen niet meer mogen bedragen dan 20% van het begrotingstotaal.
Renterisico per 2012
2012
x € 1.000
1 2 3 4 5a 5b
Renteherziening op vaste schuld o/g Te betalen aflossingen Renterisico op vaste schuld (1+ 2) Renterisiconorm Ruimte onder rente risiconorm (4>3) Overschrijding rente risiconorm (3>4)
1.990 1.990 11.359 9.369
Berekening rente risiconorm 4a Begrotingstotaal (lasten) jaar 2012 4b Percentage regeling 4 Rente risiconorm berekend op basis van cijfers 2011 t.b.v. totale periode ( 4a x 4b/100)
56.796 20% 11.359
Ook een risico loopt de gemeente bij het zelf verstrekken van gelden. Afhankelijk van het type instelling kan een zeker risico worden bepaald. In de navolgende tabel zijn de verstrekte gelden gegroepeerd naar de onderscheiden risicogroepen.
Kredietrisico op verstrekte gelden Risicogroep x € 1.000
Woningcorporaties met garantie WSW
Met/zonder (hyp.) zekerheid Met (50%)
Restant Schuld per 1/1/2013
%
229
1%
Hypotheekverstrekkingen aan ambtenaren Met Overige toegestane instellingen volgens treasurystatuut Zonder
20.283
85%
3.453
14%
Totaal
23.965
100%
Financieringspositie De uitvoering van de financiering van de gemeentelijke activiteiten is de verantwoordelijkheid van de afdeling Financiën en Control. Hierbij wordt de gemeente als één geheel beschouwd. Dit houdt in dat bij het bepalen van de financieringsbehoefte alle baten en lasten betrokken worden. De achterliggende gedachte daarbij is dat tijdelijke overschotten van de ene activiteit een andere activiteit kunnen financieren. Deze wijze van financieren wordt ook wel aangeduid als totaalfinanciering. Hierdoor worden de rentekosten beperkt. Projectfinanciering wordt dan ook in principe niet toegepast. Om aan deze doelstelling goed te kunnen voldoen is er een liquiditeitenbegroting opgesteld, die gebaseerd is op het investeringsprogramma. Momenteel wordt gewerkt aan de koppeling met de BNG waardoor er steeds snel inzicht in de actuele financiële situatie zal zijn.
Leningenportefeuille De onderstaande tabel geeft inzicht in de samenstelling, de grootte en de rentegevoeligheid van de opgenomen leningen. In 2012 is een nieuwe geldlening aangetrokken van € 15.000.000. Deze lening wordt in 3 termijnen opgenomen, waarvan de eerste termijn op 2 juli 2012, de tweede termijn op 2
86
januari 2013 en de derde termijn op 1 juli 2013 is. De mutaties als gevolg van nieuwe leningen, aflossingen en rente zijn: Mutaties in leningenportefeuille
Bedrag
Gemiddelde rente
x € 1.000
Stand per 1 januari 2012 Nieuwe leningen Reguliere aflossingen Vervroegde aflos singen Stand per 31 december 2012
15.940
4,17%
5.000 1.990 -
3,04%
18.950
3,91%
Relatiebeheer De gemeente onderhoudt met twee banken een relatie. De Bank voor Nederlandse Gemeenten (BNG) is de huisbankier. Met de BNG is per 1 januari 2011 een nieuwe financieringsovereenkomst voor geïntegreerde dienstverlening afgesloten. Daarnaast heeft de gemeente een bankgirorekening bij de ING. Voor het verstrekken van een voorschot op een sociale uitkering wordt gebruik gemaakt van een bankoverschrijving via de huisbank. Als dit niet mogelijk is, vindt contante uitbetaling plaats.
Uitzetting In tegenstelling tot de afgelopen jaren was er geen sprake van een overschot aan (kas)gelden. Door de gefaseerde opname van de nieuwe geldlening waren er geen overschotten en moesten er in de tussenliggende periode kasgeldleningen worden aangetrokken. Op 1 januari 2012 was er nog een spaarrekening die op 2 januari 2012 werd opgenomen. Het verloop in 2012 was als volgt: Mutaties in kasgeldvoorziening (uitgezet)
Bedrag
Gemiddelde Gemiddelde rente looptijd
x € 1.000
Stand per 1 januari 2012
1.000
Nieuwe leningen Reguliere aflossingen
1.000
Stand per 31 december 2012
2,2%
1 dag
-
Aantrekken Om te voorzien in voldoende liquiditeiten werden kortlopende kasgeldleningen aangetrokken. In verband met de lage rentestanden was het voordeliger een kasgeldlening aan te trekken dan een langlopende geldlening aan te trekken en dan de overschotten uit te zetten. In 2012 heeft dat als volgt plaatsgevonden: Mutaties in kasgeldvoorziening (opgenomen) Stand per 1 januari 2012 Nieuwe leningen Reguliere aflossingen Stand per 31 december 2012
Bedrag x € 1.000
Gemiddelde Gemiddelde rente looptijd
3.500
0,65%
56.500 54.000
0,22% 0,27%
6.000
0,07%
87
1 mnd. 1 mnd.
Kasgeldlimiet Voor het bepalen van de liquiditeitspositie – dit is de mate waarin op korte termijn aan de opeisbare verplichtingen kan worden voldaan – is de zogenaamde kasgeldlimiet belangrijk. Hieronder wordt verstaan het bedrag dat maximaal als kasgeld mag worden opgenomen. Dit bedrag wordt berekend door middel van een door het Ministerie van Financiën vastgesteld percentage vermenigvuldigd met het totaal van de jaarbegroting van de gemeente bij aanvang van het jaar. De betreffende informatie wordt opgenomen in deze paragraaf Financiering. Voor de interne bedrijfsvoering zij de kwartaalcijfers van belang voor het signaleren van overschrijdingen. Hierna volgt de berekening van de kasgeldlimiet van 2012: Kasgeldlimiet x € 1.000
Eerste kwartaal
Omvang begrotingstotaal (lasten) per 1 januari 2012 1
2
3
4
Toegestane kasgeldlimiet - in procenten van de grondslag - in bedrag Omvang vlottende korte schuld (+/+) Opgenomen gelden < 1 jaar Schuld in rekening courant Gestorte gelden door derden < 1 jaar Overige geldleningen niet zijnde vaste schuld Vlottende middelen (-/-) Contante gelden Tegoeden in rekening courant Overige uitstaande gelden <1 jaar Toets kasgeldlimiet Totaal netto vlottende schuld 2-3 Toegestane kasgeldlimiet 1 Ruimte (+) / overschrijding (-) 1-4
88
Tweede kwartaal
Derde kwartaal
Vierde kwartaal
56 .796
56.796
56.796
56.7 96
8,5% 4 .828
8,5% 4.828
8,5% 4.828
8,5% 4.8 28
74 12 6 .500
12 7.333
12 4.000
12 4.3 33
14 333
16 388 -
14 1.454 -
13 4 98 -
6 .239 4 .828
6.942 4.828
2.544 4.828
3.8 34 4.8 28
- 1 .412
- 2.114
2.283
9 94
§E
Bedrijfsvoering
Inleiding Bedrijfsvoering is de sturing en beheersing van de primaire en de ondersteunende processen om het voorgenomen beleid en de daarmee samenhangende doelstellingen van de gemeente te kunnen realiseren. Een goede bedrijfsvoering is een voorwaarde voor het uitoefenen van het gemeentelijk beleid, de dienstverlening aan burgers en de uitvoering van projecten. De kwaliteit van de uitvoering van de programma’s is in grote mate afhankelijk van de kwaliteit van de bedrijfsvoering. In deze paragraaf informeren wij u over de belangrijkste bedrijfsvoeringsprocessen binnen onze gemeente. U treft informatie aan over personeel en organisatie, informatisering en automatisering, financiën en control, facilitaire zaken, communicatie en algemene bestuurlijke en juridische ondersteuning. Wij informeren u over de stand van zaken en de onderwerpen waar de komende jaren het accent op ligt.
Personeel en organisatie Organogram De gemeentelijke organisatie ziet er als volgt uit:
Gemeentesecretaris
Bestuurs- en Managementondersteuning
Informatievoorziening en Vastgoed
Financiën en Control
Ruimte
Publiekscentrum
Samenleving
Formatie Ook 2012 stond in het teken van bezuinigingen, waarin de formatie van de ambtelijke organisatie een belangrijke rol heeft gespeeld. Dat heeft er toe geleid dat er op het salarisbudget aanmerkelijke reducties zijn doorgevoerd. Zo is er bovenop de taakstelling van € 900.000 in 2011 nog eens € 50.000 bijgekomen in 2012. Dit is niet ongemerkt aan de organisatie voorbij gegaan. Vacatures werden niet automatisch vervuld en er is ingezet herschikking van taken over de gehele breedte van de organisatie, alsmede een voortschrijdende digitalisering van werkprocessen. Zo bleek het mogelijk daadwerkelijk tot inkrimping van de formatie te komen.
89
Strategisch personeelsbeleid In 2012 is nader invulling gegeven aan een strategisch personeelsbeleid. Onderdelen die het afgelopen jaar (verder) zijn opgepakt zijn: het MD-programma, rechtspositie, (werkkosten)regeling(en), het nieuwe werken (HNW), beoordelen, functioneren en ontwikkelen (BFO), competentiemanagement, introductiebeleid, beloningsbeleid, ziekteverzuimbeleid en arbeidsomstandigheden. MD-programma Management Development (MD) is het proces van de ontwikkeling en verbetering van de competenties van managers en potentiële managers. Het afgelopen jaar MD-programma uit 5 modules, waarvoor alle (potentieel) leidinggevenden zich konden inschrijven. De rode draad was “sturen”. Het ging daarbij om sturen op verschillende niveaus en vooral om gedrag, houding en vaardigheden. Er is zoveel mogelijk aangesloten bij casuïstiek uit de organisatie. Rechtspositie Het Sociaal Statuut liep af en daarom moesten er afspraken gemaakt worden met de vakbonden over een nieuw Sociaal Statuut. Eind 2012 is er overeenstemming bereikt over het nieuwe Sociaal Beleidskader (SBK), dat een looptijd heeft tot 2018. Dit SBK is aangepast aan de huidige tijd en is in lijn met de nieuwe CAO. (Werkkosten)regeling(en) Er zijn enkele regelingen geactualiseerd en nieuwe regelingen uitgewerkt (bijvoorbeeld de arbeidsvoorwaarden voor de griffie). Een hele belangrijke en grote regeling was de zogenaamde werkkostenregeling (WKR), die op 1 januari 2013 geïmplementeerd wordt. De WKR is een nieuw fiscaal regime voor vergoedingen en verstrekkingen aan werknemers. Het Nieuwe Werken (HNW) De gemeente Krimpen aan den IJssel heeft een visie ontwikkeld op HNW. Er is tevens een pilot gestart om te ervaren wat HNW voor onze organisatie zou kunnen betekenen, welke elementen we overnemen en welke verder ontwikkeld moeten worden. Beoordelen en functioneren en ontwikkelen (BFO) De gesprekkencyclus is vernieuwd. De oude gesprekkencyclus was in 2006 vastgesteld en bevatte een functionering- en beoordelingsgesprek. Die gesprekkencyclus sloot als instrument onvoldoende aan bij de afspraken omtrent integraal management en taakvolwassen medewerkers. Het resultaatgericht werken (HNW) en het maken van goede werkafspraken worden de komende jaren steeds belangrijker. De nieuwe gesprekkencyclus is een instrument dat hier bij uitstek voor gebruikt kan worden. Om meer aan te sluiten bij deze ontwikkeling is tijdens de update van het competentiemanagement als pilot het planningsgesprek ingevoerd. Dit gesprek maakt nu ook onderdeel uit van de nieuwe cyclus. Ook is er specifiek aandacht besteed aan de zogenaamde POP’s (Persoonlijke Ontwikkel Plannen). Competentiemanagement In 2012 heeft de implementatie plaatsgevonden van het competentiehandboek en de competentieprofielen. Er zijn twee nieuwe kerncompetenties: resultaatgerichtheid en samenwerken, die in de plaats zijn gekomen van flexibiliteit en kwaliteitsbesef. De competenties maken nu een belangrijk(er) deel uit van de gesprekken. Introductiebeleid Er is meer stroomlijning gebracht in het proces rondom indienst- en uitdiensttreding. Het streven is om het volgend jaar gedifferentieerd beleid te maken voor de introductie van nieuwe leidinggevenden.
90
Beloningsbeleid De organisatie verandert en vraagt een aangepast beloningsbeleid. De nadruk ligt op bewust belonen, gericht op het binden en boeien van medewerkers, het meer gestructureerd belonen van de flexibele inzet van medewerkers en het waardering geven aan arbeidsprestaties. Het nieuwe beloningsbeleid is in lijn met deze uitgangspunten. Ziekteverzuimbeleid Terugdringen van het ziekteverzuim behoeft blijvende aandacht. Preventie van ziekteverzuim is een dusdanig belangrijk item, dat dit ieder jaar op de agenda staat. Dit jaar is de samenwerking met de arbo-dienst/arbo-arts geïntensiveerd. Arbeidsomstandigheden 2012 werd gekenmerkt door een verdere ontwikkeling van Arbo onderwerpen. Ook voor eerder opgestarte onderwerpen als agressiebeheersing en actiepunten uit de risico-inventarisatie en – evaluatie (RI&E) blijft aandacht. Arbo is opgezet in het kader van integraal management en hier is in het kader van de wettelijke plicht tot opleiding, instructie en onderricht meer aandacht aan besteed.
Informatisering en automatisering Informatisering Landelijke ontwikkelingen Op landelijk niveau wordt hard gewerkt aan het realiseren van de elektronische overheid. Tot 2015 wordt gewerkt om de gemeente hét loket van de overheid te maken. Hiertoe is eind 2008 het Nationaal Uitvoeringsprogramma elektronische dienstverlening (NUP) in het leven geroepen. In 2012 is het NUP opgevolgd door het i-NUP. i-NUP staat voor ‘implementatie NUP’. De kern van het i-NUP bestaat uit twintig bindende afspraken over verplicht gebruik van vierentwintig eoverheidsbouwstenen in werkprocessen. In vergelijking met het oude NUP zijn de afspraken strenger en concreter geworden. Ook bevat het i-NUP zes nieuwe bouwstenen. De bouwstenen van het i-NUP zijn gegroepeerd naar dienstverlening aan burgers, dienstverlening aan bedrijven en instellingen en de basis op orde (basisregistraties). De bindende afspraken worden ook wel de resultaatverplichtingen genoemd. In 2012 is gestart met de koppeling van BAG en WOZ en is een programma opgesteld voor het verder ontwikkelen van het Antwoord© concept. Tevens is gestart met het realiseren van de basisregistratie grootschalige topografie (BGT); dit is een meerjarenproject. Gemeentelijke inspanningen Alle landelijke en lokale uitdagingen zijn opgenomen in het informatiebeleidsplan Digitaal Evenwicht – Balans tussen functionaliteit en kosten. Met het informatiebeleidsplan wordt ingezet op het realiseren van de volgende thema’s: transparante dienstverlening, kostenbeheersing, realiseren van wettelijke verplichtingen en het op orde brengen van de informatiehuishouding. Het gevolg hiervan is dat onze informatiehuishouding volledig digitaal wordt, kwalitatief hoogwaardig, kosteneffectief en duurzaam. Daar waar mogelijk wordt een en ander gerealiseerd door samen te werken met andere gemeenten.
In 2012 is de derde fase van het document managementsysteem (DMS) opgeleverd met het digitaliseren van het postproces en het bestuurlijk proces. Samen met Informatiemanagement is het vernieuwde bestuurlijke proces vormgegeven. Informatiemanagement draagt zorg voor de vertaling van een functionele vraag uit de organisatie naar een in de informatiearchitectuur passende oplossing. Met de afronding van deze fase van de invoering van het DMS is het zaakgericht werken volledig ingevoerd. De manier waarop Krimpen zaakgericht werkt wekt ook veel bewondering van andere gemeenten en daar mogen we met recht trots op zijn. Automatisering De hiervoor genoemde ontwikkelingen onderstrepen het belang van goed functionerende geautomatiseerde hulpmiddelen als ondersteuning bij het uitvoeren van de werkzaamheden. Er worden steeds hogere eisen gesteld aan de actualiteit, de betrouwbaarheid, de beschikbaarheid en de verwerkingscapaciteit van ondersteunende hulpmiddelen. Ergo, eisen die worden gesteld aan de infrastructuur en applicaties en de beveiliging ervan. Hiertoe worden jaarlijks applicaties aangeschaft en
91
geactualiseerd, vervangen of uitgebreid en worden onderdelen van de infrastructuur vernieuwd. Om het digitale werken goed te ondersteunen is in 2011 begonnen met het stapsgewijs actualiseren van de infrastructuur. Dit traject is in 2012 afgerond en daarbij zijn alle fysieke pc’s vervangen door virtuele pc’s, is de beveiliging op orde gebracht met een nieuwe firewall en wordt er in de centrale hal internet aangeboden aan het publiek middels een hotspot. De nieuwe infrastructuur ondersteunt het nieuwe werken volledig en is er een waar we trots op mogen wezen. In 2013 zal met name veel capaciteit worden ingezet op het realiseren van de samenwerking met Capelle aan den IJssel.
Financiën en Control Concerncontrol Control wordt bij de overheid vaak in een adem genoemd met integraal management en sturen op output en effecten. Controllers leveren informatie en faciliteren de managers. Daardoor kunnen leidinggevenden hun verantwoordelijken en hun resultaatgericht handelen beter operationaliseren en er zorg voor dragen dat de bedrijfsvoering van hun afdeling in control is. Control staat dan voor het erop toezien dat alle activiteiten worden uitgevoerd conform het afgesproken plan en de afgesproken opdracht. Vanuit deze invalshoek is controlling een directe verantwoordelijkheid van het management. De controller is de persoon die deze verantwoordelijkheid gedelegeerd heeft gekregen. In het kader van de organisatieomslag is bij de nieuwe opzet van de afdeling Financiën en Control aandacht geschonken aan het begrip concerncontrol en de inbedding hiervan in de organisatie. Het hoofd van de afdeling Financiën en Control is tevens de concerncontroller. Deze inrichting van controlfunctie betekent in de praktijk dat concerncontrol in Krimpen is geïntegreerd in de werkzaamheden en verantwoordelijkheden van de afdeling Financiën en Control. Auditcommissie Eind 2012 heeft uw raad besloten tot het instellen van een auditcommissie. Deze raadscommissie is voortaan het platform waar financiële stukken in eerst instantie worden behandeld. De commissie brengt advies uit aan de raad. De belangrijkste taken van de commissie zijn: De Raad in staat stellen de controlerende taak beter uit te voeren. Selecteren en aansturen accountant (benoeming blijft bevoegdheid van de raad) Aanspreekpunt en overlegorgaan voor accountant Raad adviseren over reikwijdte van de accountantscontrole en –rapportage Beoordelen/vaststellen controleprotocol, normenkader/toetsingskader etc. Raad adviseren over de jaarrekening en het accountantsrapport Raad adviseren over onderzoeksrapporten van de rekenkamercommissie Toezicht op het risicomanagement Afstemmen onderzoeken rekenkamercommissie, college (213a) en overige Adviseren over onderwerpen als waarderingsgrondslagen, verwerkingsmethoden etc. Binnen de opzet van de auditcommissie is naast deze formele taken ook ruimte voor onderwerpen die voorheen in de studiegroep planning en control aan de orde kwamen. Dit kan zowel financiële beleidsdocumenten betreffen als voorstellen ter verbetering van de planning en controlcyclus. Doorontwikkeling planning en controlcyclus In overleg en samenwerking met de studiegroep planning en control is de afgelopen jaren vormgegeven aan de verdere ontwikkeling en verbetering van de planning en controlcyclus met de daarbij behorende documenten. In 2012 heeft uw raad voor de eerste maal algemene beschouwingen gehouden bij de behandeling van de kadernota. Dit krijgt in 2013 een vervolg. Overige ontwikkelingen In 2012 heeft u tot tweemaal toe een Meerjarenperspectief Grondexploitaties (MPG) vastgesteld. Daarmee is een nieuw instrument in gebruik genomen waarmee de beheersing van de financiële consequenties van geplande ruimtelijke ontwikkelingen in belangrijke mate is verbeterd. Het tweede MPG bevatte ook een risicoinventarisatie van de grondexploitaties. Daarmee lopen wij op dit onderdeel vooruit op het nog te ontwikkelen integrale risicomanagement, waartoe u een aanzet heeft gegeven met
92
het vaststellen van de nota risicomanagement en weerstandsvermogen. In 2012 heeft ons college in het kader van zelfonderzoek (artikel 213a) een onderzoek laten doen naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van investeringen.
Facilitaire zaken Huisvesting Voor het raadhuis is, zoals in de kadernota 2011 en 2012, afgesproken het onderhoudsbeleid voort te zetten op handhaving van een verantwoord gebruik tegen de meest minimale kosten. De lasten zijn en worden gedekt uit de reserve van het raadhuis en het restant van het calamiteitenonderhoud. Om een goed inzicht te hebben in de onderhoudsinvestering ten behoeve van het onderhoudsbeleid heeft de gemeentesecretaris een bestuursopdracht gekregen om onderzoek te doen naar de bestaande huisvesting. De inhoud van de bestuursopdracht omvatte: - een onderzoek naar de bestaande huisvesting van het bestuurlijke en ambtelijke apparaat (zowel bouwkundig, huisvestingstechnisch en financieel) - een onderzoek naar wat het betekent om de bestaande situatie voor langere termijn te continueren (eveneens bouwkundig, huisvestingstechnisch en financieel) - een (vergelijkend) rekenkundig onderzoek naar nieuwbouw. Het gerealiseerde onderzoek geeft een helder beeld van de kwetsbare situatie van de bestaande huisvesting. De conclusie voor de langere termijn is dat een nieuw raadhuis de meest gerede oplossing biedt. Het college heeft naar aanleiding van de onderzoeken geen voorstel gedaan voor nieuwbouw. Inmiddels zijn er wel nieuwe ontwikkelingen gaande, betreffende de huisvesting, waarover in het voorjaar van 2013 duidelijkheid zal ontstaan. Zaken, die van invloed zijn op de huisvesting zoals, de pilot Het Nieuwe Werken en de samenwerking met de gemeente Capelle aan den IJssel op het gebied van ICT en Samenleving, worden hierin ook meegenomen. Communicatie In 2012 is er een nieuw strategisch communicatiebeleid vastgesteld. In dit beleid staan niet meer alleen de communicatiemiddelen centraal, maar veel meer de inhoud. Op deze manier kan communicatie nog meer geïntegreerd ingezet worden. Dit draagt bij aan de wens van het college om beter zichtbaar te zijn in de samenleving. Ook kan op deze manier op een strategisch, proactieve manier met communicatie worden omgegaan. De vuistregel voor de communicatie is: Actief openbaar, vraaggestuurd en actueel. Om de duidelijkheid naar buiten toe te vergroten is er een nieuwe huisstijl ontwikkeld en geïmplementeerd. Deze nieuwe stijl sluit aan bij de vormgeving van de website en brengt eenheid in de diversiteit aan beeldmerken die de gemeente hanteerde. In 2012 is er een bedrijfsondersteunend intranet in gebruik genomen. Binnen dit intranet is ook het communicatiebeleid als uitgangspunt genomen. De online omgeving staat centraal in een netwerksamenleving. Hierbij is slim luisteren een basisstrategie. Het nieuwe intranet biedt de mogelijkheid om de buitenwereld naar ‘binnen’ te halen. Hierdoor kunnen de beleidsadviseurs ‘slim luisteren’. Weten wat er speelt binnen de samenleving, om uiteindelijk te komen tot passend beleid. De kernboodschap: “De gemeente zorgt samen met u voor een sterk Krimpen aan den IJssel door duidelijke keuzes te maken.” staat hierin centraal.
93
Algemene bestuurlijke en juridische ondersteuning In de nieuwe organisatie zijn de algemene bestuurlijke en juridische zaken (ABJZ) ondergebracht bij het onderdeel ABJZ van de afdeling Bestuurs- en Managementondersteuning (BMO). De inrichting van deze functie is gebaseerd op twee beginselen: Voor de uitvoering van het primaire proces is de benodigde (specialistische) BJZ-kennis ondergebracht bij de vakafdelingen. De afdelingen zijn daarop kwalitatief en formatief ingericht; Naast deze decentraal ingerichte specialistische vakkennis, is er een centraal ingericht generalistisch onderdeel ABJZ, ondergebracht bij BMO. De centraal ingerichte ABJZ kent een bestuurlijke en juridische component. De bestuurlijke component betreft algemene onderwerpen, zoals de ontwikkeling van gemeenschappelijke regelingen, bestuurlijke consequenties van de invoering van algemene weten regelgeving (o.a. Awb) en ondersteuning van bestuurlijke processen (o.a. intensivering samenwerking, bestuurskrachtmeting, stadsregionale ontwikkelingen enz.). De juridische component betreft algemene onderwerpen, zoals de invoering van algemene wet- en regelgeving (o.a. Awb), regierol afhandeling bezwaarschriften, waar nodig de ontwikkeling van een centrale kaderstelling ter bevordering van de algemene juridische kwaliteit binnen de organisatie en een algemeen klankbord op generalistisch juridisch beleidsterreinen. Over deze nieuwe inrichting en uitvoering van ABJZ kan ook in 2012 tevreden worden teruggekeken. Om die reden zullen beide componenten (bestuurlijk en juridisch) ook in de toekomst op dezelfde manier vorm worden gegeven.
94
§F
Verbonden partijen
Inleiding Het Besluit begroting en verantwoording (artikel 15) geeft aan dat in deze paragraaf de partijen moeten worden opgenomen waarmee de gemeente een bestuurlijke relatie heeft én waarin zij een financieel belang heeft. Het betreft zowel privaatrechtelijke als publiekrechtelijke rechtspersonen. De partijen waaraan alleen een financieel risico kleeft worden opgenomen in de paragraaf weerstandsvermogen en partijen waarmee een bestuurlijk belang gediend is, maar waaraan geen juridisch afdwingbare financiële verplichtingen kleven, maken onderdeel uit van een programma. De gemeente participeert in een groot aantal samenwerkingsverbanden. Het uitgangspunt voor het aangaan van een samenwerking is altijd de vraag of uitvoering van taken door een derde partij beter is voor de gemeente. In zijn algemeenheid geldt, dat voor een gemeenschappelijke regeling wordt gekozen indien de gemeente dit beleid niet alleen dan wel niet doeltreffend kan uitvoeren. In een aantal gevallen geldt dat uit oogpunt van efficiency en kostenbeheersing uitvoering door een gemeenschappelijke regeling de voorkeur heeft. De gemeente blijft altijd eindverantwoordelijk voor het realiseren van de beleidsdoelen. Deze paragraaf geeft de raad inzicht in de taken die verbonden partijen voor de gemeente uitvoeren, de relatie met de doelstellingen uit de programma’s en de omvang van de financiële bijdragen en de risico’s.
Ontwikkeling van de bijdragen Bij de vaststelling van de begroting 2012 zijn er regionale afspraken gemaakt over nadere taakstellingen voor de gemeenschappelijke regelingen, omdat met de taakstelling uit 2011 alleen de financiële opgaven waar het lokaal bestuur voor staat niet op te lossen zijn. De opgelegde taakstelling voor het jaar 2012 bedroeg 3%. In veel gevallen is daar opnieuw op een constructieve wijze mee omgegaan. Het algemeen bestuur van enkele gemeenschappelijke regelingen heeft echter besloten dat deze taalstelling onverantwoord of niet haalbaar is. De in 2012 geraamde en uitbetaalde bijdragen zijn dan ook gebaseerd op de door de besturen vastgestelde begrotingen van de gemeenschappelijke regelingen.
95
Gemeenschappelijke regelingen x € 1.000
Programma
Stadsregi o Rotterdam Streekarchief Midd en-Holland) Veilighe idsregio Rotterdam-Rij nmond Technisch Bureau Krimpenerwaard DCMR (milieu) HALT Rotterdam-Rijnmond OGZ-RR (Openbare Gezondheidszorg Rotterdam-Rijnmond ondergebracht bij GGD Rotterdam) CJG Rijnmond Werkvoorzieningschap PROMEN Volwassenen-educatie Rijnmond (OLIVER) Natuur- en Recreatieschap Krimpenerwaard en Koepelschap Buitenstedelijk Groen
werkelijk 2011
geraamd 2012
werkelijk 2012
1 1
138 91
138 88
134 88
2
1.193
1.218
1.218
2+ 7 2+ 8 3
393 338 21
389 338 9
391 338 4
5
185
152
151
3+ 5 6
646 108
591 129
591 129
6
171
174
174
8
195
207
203
3.479
3.433
3.421
TOTAAL
Bij deze gemeenschappelijke regelingen is de gemeente vertegenwoordigd in het bestuur. Aan de gemeenschappelijke regelingen zijn financiële risico’s verbonden, zij het dat in het algemeen het risicoprofiel laag is en zich veelal uit in een redelijke voorspelbare stijging van de jaarlijkse exploitatielasten. Hierna wordt per regeling ingegaan op actuele ontwikkelingen en specifieke kenmerken. Stadsregio Rotterdam Juridische vorm Wettelijk kader Doelstellingen, taken
Relatie met programmabegroting Krimpen (programma, doelen) Financiële bijdrage Financiële risico’s
Bestuurlijke vertegenwoordiging Krimpen Belangrijke ontwikkelingen/opmerkingen
Gemeenschappelijke regeling Wgr-plus De Stadsregio Rotterdam is een regionaal bestuur dat werkt aan een goed bereikbare regio met een sterke concurrentiepositie en een aantrekkelijk leef-, woon- en vestigingsklimaat. De stadsregio versterkt daartoe de economische, ruimtelijke en sociale samenhang van de regio. De Stadsregio heeft primair een relatie met programma 8 Duurzaam wonen en werken. Op dit moment vervult de Stadsregio ook nog een rol op het gebied van jeugdzorg. € 134.136 Opheffing van de Stadsregio betekent dat de deelnemers verantwoordelijk zijn voor de financiële afwikkeling, onder meer waar het personeel betreft. De Stadsregio heeft echter een solide weerstandscapaciteit opgebouwd waardoor het risico als gering kan worden beschouwd. De wethouders Prins en Blankenberg hebben zitting in de regioraad (het AB). Alle collegeleden zijn betrokken bij de portefeuille-overleggen. Afhankelijk van de visie van het nieuwe Kabinet zal een voorliggend wetsvoorstel tot afschaffing van de Wgr-plus leiden tot het opheffen van de Stadsregio Rotterdam. Er worden inmiddels voorbereidingen getroffen voor de vorming van een
96
Metropoolregio Rotterdam - Den Haag. Dit betreft een nieuw samenwerkingsverband van 24 gemeenten vanuit de Stadsregio Rotterdam en het Stadsgewest Haaglanden. In welke vorm en wanneer is nog niet bekend.
Streekarchief Midden-Holland Juridische vorm Wettelijk kader Doelstellingen, taken
Relatie met programmabegroting Krimpen (programma, doelen) Financiële bijdrage Financiële risico’s Bestuurlijke vertegenwoordiging Krimpen Belangrijke ontwikkelingen/opmerkingen
Gemeenschappelijke regeling Wet Gemeenschappelijke Regelingen Het op een verantwoorde wijze beheren, ontsluiten en ter beschikking stellen van permanent te bewaren gemeentelijke archiefbescheiden. Programma 1 Bestuur en dienstverlening
€ 87.577 Gering Wethouder Hofstra is vertegenwoordiger in het Dagelijks Bestuur van het Streekarchief Gezamenlijke aanpak informatisering en formattering archiefbescheiden.
Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond Juridische vorm Wettelijk kader Doelstellingen, taken
Relatie met programmabegroting Krimpen (programma, doelen)
Financiële bijdrage Financiële risico’s Bestuurlijke vertegenwoordiging Krimpen Belangrijke ontwikkelingen/opmerkingen
Gemeenschappelijke regeling Wet Gemeenschappelijke Regelingen Het doelmatig organiseren en coördineren van werkzaamheden: Ter voorkoming, beperking en bestrijding van brand; Ten behoeve van het vervoer van zieken en ongevalslachtoffers; Ten behoeve van de geneeskundige hulpverlening bij ongevallen en rampen; Noodzakelijk voor een doeltreffende rampenbestrijding en crisisbeheersing. De VRR is opgenomen in het programma 2 Veiligheid, thema’s Brandveiligheid, Crisisbeheersing en rampenbestrijding, Vergunningverlening en handhaving (gebruiksvergunning). De werkzaamheden van de GHOR en het ambulance vervoer zijn opgenomen in programma 5 Volksgezondheid. € 1.218.191 Gering, omdat de VRR het weerstandsvermogen goed op orde heeft/brengt. De burgemeester vertegenwoordigt Krimpen aan den IJssel De VRR is bezig met het implementeren van “VRR in breder perspectief” een belangrijk punt hierbij is dat de organisatie aan het veranderen is van een district model naar een situatie zonder districten, met een sterkere centrale organisatie. Dit is dan ook één van de redenen waarom de taakstelling voor 2012 niet aan de VRR is opgelegd. Naast het feit, dat afgesproken, was dat de eerste opgelegde taakstelling door de VRR gefaseerd uitgevoerd mocht worden.
97
Technisch Bureau in de Krimpenerwaard (TBK) Juridische vorm Wettelijk kader Doelstellingen, taken
Relatie met programmabegroting Krimpen (programma, doelen) Financiële bijdrage
Financiële risico’s Bestuurlijke vertegenwoordiging Krimpen Belangrijke ontwikkelingen/opmerkingen
Gemeenschappelijke regeling Wet Gemeenschappelijke Regelingen Bouw- en woningtoezicht ingevolge de Woningwet Toezicht op naleving Bouwverordening Zorg voor technische werken op het gebied van: o Weg- en waterbouw o Rioleringen Landmeetkundige werkzaamheden Werkzaamheden t.b.v. exploitatieberekeningen Grexen Het TBK is betrokken bij het programma 2 Veiligheid (thema 2.6 Vergunningverlening en handhaving), het programma 7 Beheer Buitenruimte (thema’s 7.1 Wegen en 7.2 Water) en het programma 8 Duurzaam wonen en werken (RO-projecten). € 391.036 (bijdrage per inwoner voor bouw- en woningtoezicht). Overige diensten worden per project afgerekend d.m.v. een uurtarief. Gering Wethouder Prins Met de andere gemeenten binnen de Stadsregio vindt oriënterend overleg plaats over de wijze waarop het bouw- en woningtoezicht lokaal is georganiseerd. Dit n.a.v. de landelijke discussie over Regionale UitvoeringsDiensten (RUD). Met het TBK zijn over het handhavingsbeleid afspraken gemaakt.
DCMR Juridische vorm Wettelijk kader Doelstellingen, taken Relatie met programmabegroting Krimpen (programma, doelen) Financiële bijdrage Financiële risico’s Bestuurlijke vertegenwoordiging Krimpen Belangrijke ontwikkelingen/opmerkingen
Gemeenschappelijke regeling Wet Gemeenschappelijke Regelingen Uitvoering Wet milieubeheer (vergunningverlening en handhaving) De DCMR is betrokken bij het programma 2 Veiligheid (thema 2.6 Vergunningverlening en handhaving), en het programma 8 Duurzaam wonen en werken. € 338.056 Gering Wethouder Hofstra De expertise van de DCMR is in 2012 ook ingezet voor de milieuaspecten van de op te stellen nieuwe bestemmingsplannen.
Halt Rotterdam-Rijnmond Juridische vorm Wettelijk kader Doelstellingen, taken Relatie met programmabegroting Krimpen (programma, doelen)
Gemeenschappelijke regeling Wet gemeenschappelijke regelingen Het verder verbeteren van de kwaliteit van samenwerking tussen de Halt-bureaus in de regio Rotterdam-Rijnmond. De werkzaamheden van Halt vallen onder het programma 3 Jeugd en Onderwijs, meer specifiek onder thema Meedoen en Ontmoeten.
98
Financiële bijdrage Financiële risico’s Bestuurlijke vertegenwoordiging Krimpen Belangrijke ontwikkelingen/opmerkingen
€ 4.308 Gering De burgemeester is lid van het AB Halt Halt Rotterdam-Rijnmond zal in de toekomst participeren in een landelijke stichting Halt en doet in dat kader momenteel onderzoek naar de omvang van de in te brengen middelen, de bestaande rechtsverhoudingen etc. .
GGD Rotterdam – Rijnmond Juridische vorm Wettelijk kader Doelstellingen, taken
Relatie met programmabegroting Krimpen (programma, doelen) Financiële bijdrage Financiële risico’s Bestuurlijke vertegenwoordiging Krimpen Belangrijke ontwikkelingen/opmerkingen
Gemeenschappelijke regeling Wet gemeenschappelijke regelingen Met het productenpakket van de GGD Rotterdam - Rijnmond geeft de gemeente invulling aan de wettelijke taken op grond van de wet Publieke Gezondheid. Het productenpakket van de GGD omvat o.a. epidemiologisch onderzoek, Infectieziektenbestrijding, Milieu & Hygiëne en Persoonsgerichte zorg. Programma 5 Maatschappelijke ondersteuning, thema Volksgezondheid. Doel: Verbetering van de gezondheid van de inwoners van Krimpen en bescherming bieden tegen ziektes en epidemieën. € 151.273 (exclusief inspecties kinderopvang) Laag Wethouder Hofstra In verband met de wijziging van de Wet publieke gezondheid per 1-1-2012 is de naam voortaan ‘GGD Rotterdam-Rijnmond’.
CJG Rijnmond Juridische vorm Wettelijk kader Doelstellingen, taken
Relatie met programmabegroting Krimpen (programma, doelen) Financiële bijdrage Financiële risico’s Bestuurlijke vertegenwoordiging Krimpen Belangrijke ontwikkelingen/opmerkingen
Stichting met Raad voor het Publiek Belang Wet Publieke Gezondheid Het verzorgen van jeugdgezondheidszorg, uitvoerder van het Rijksvaccinatieprogramma en het leveren van opvoedingsondersteuning. Programma’s 3 Jeugd en Onderwijs, thema Gezond opgroeien en opvoeden, en 5 Maatschappelijke Ondersteuning, thema Volksgezondheid. € 590.936 (jeugdgezondheidszorg uniform/maatwerk; digitaal dossier). Ondanks het feit dat er sprake is van een vrij nieuwe organisatie is het risico gering. Wethouder Hofstra CJG Rijnmond is vanaf 1 januari 2010, door alle in de Gemeenschappelijke regeling Openbare Gezondheidszorg Rotterdam-Rijnmond (OGZRR) participerende gemeenten, aangesteld als uitvoerder van taken in het kader van de jeugdgezondheidszorg (JGZ). De uitvoering gebeurt o.b.v. met de betrokken gemeenten af te sluiten subsidieovereenkomsten. Naast taken op het gebied van Jeugdgezondheidszorg voert CJG
99
Rijnmond in het kader van maatwerk meer taken uit, nl regievoering en ondersteuning Krimpens CJG en zij dragen zorg voor bezetting van de balie Welzijn, Zorg en Opvoeden. CJG Rijnmond is een stichting, waarbij de publieke borging plaats vindt via de raad voor het publiek belang.
Promen Juridische vorm Wettelijk kader Doelstellingen, taken Relatie met programmabegroting Krimpen (programma, doelen) Financiële bijdrage Financiële risico’s Bestuurlijke vertegenwoordiging Krimpen Belangrijke ontwikkelingen/opmerkingen
Gemeenschappelijke regeling Wet gemeenschappelijke regelingen Uitvoeren van WSW taken voor 14 gemeenten Programma 6 Werk en inkomen Werkvoorzieningsschap Promen € 128.543 (vast bedrag per geplaatste inwoner) Moeilijk in te schatten Wethouder Blankenberg heeft zitting in het AB van Promen. De financiële positie van Promen staat onder druk; vooral door de economische crisis. Tot en met 2012 is de bijdrage per persoon, die de gemeente aan Promen betaalt, gestegen. In de meerjarenbegroting gaat Promen ervan uit dat de reguliere bijdrage weer lager zal worden als gevolg van de ingezette herstructurering. Hiervoor is overigens in 2012 eenmalig wel een bedrag van € 420.218 door de gemeente in de voorziening herstructurering gestort. De financiële gevolgen door de invoering van de Wet Werken naar Vermogen zijn nog niet duidelijk.
Volwasseneneducatie Rijnmond (OLIVER) Juridische vorm Wettelijk kader Doelstellingen, taken
Relatie met programmabegroting Krimpen (programma, doelen) Financiële bijdrage Financiële risico’s Bestuurlijke vertegenwoordiging Krimpen Belangrijke ontwikkelingen/opmerkingen
Gemeenschappelijke regeling Stadsregio Wet Gemeenschappelijke Regelingen Volwassen inwoners met een minimaal opleidingsniveau in staat te stellen om deel te nemen aan educatieve activiteiten, met het doel meer slaagkansen te krijgen op de arbeidsmarkt. Programma 6 Werk en inkomen.
€ 173.950 Gering Wethouder Hofstra heeft zitting gehad in het AB De regeling is met ingang van 1 januari 2013 beëindigd, waarbij de bekostiging vanaf dat moment helemaal bij het rijk zijn komen te liggen.
100
Koepelschap Buitenstedelijk Groen Juridische vorm Wettelijk kader Doelstellingen, taken
Relatie met programmabegroting Krimpen (programma, doelen) Financiële bijdrage Financiële risico’s Bestuurlijke vertegenwoordiging Krimpen Belangrijke ontwikkelingen/opmerkingen
Gemeenschappelijke regeling Wet Gemeenschappelijke Regelingen Bijdragen aan opheffing tekort aan buitenstedelijk groen in de Rotterdamse regio, realiseren van een evenwichtige verdeling van kosten van inrichting, beheer, bestuurlijke aansturing van de realisatie van het beleid en bevorderen evenwichtige ontwikkeling en instandhouding van buitenstedelijk groen. Programma 8 Duurzaam wonen en werken
€ 203.245 (in samenhang met Natuur- en Recreatieschap) Gering Wethouder Blankenberg: lid dagelijks bestuur Geen
Natuur- en recreatieschap Krimpenerwaard Juridische vorm Wettelijk kader Doelstellingen, taken Relatie met programmabegroting Krimpen (programma, doelen) Financiële bijdrage Financiële risico’s Bestuurlijke vertegenwoordiging Krimpen Belangrijke ontwikkelingen/opmerkingen
Gemeenschappelijke regeling Wet Gemeenschappelijke Regelingen Aanleg en instandhouding natuur- en recreatiegebieden in de Krimpenerwaard Programma 8 Duurzaam wonen en werken
€ 203.245 (in samenhang met Koepelschap) Gering Wethouder Blankenberg, voorzitter Komende jaren veel aandacht voor (achterstallig) groot onderhoud en vervanging.
Vennootschappen De deelname in het aandelenkapitaal van een aantal vennootschappen vloeit in hoofdzaak voort uit de van oudsher maatschappelijke belangen die door deze vennootschappen worden c.q. werden nagestreefd. De gemeente Krimpen aan den IJssel heeft deelnemingen in een viertal ondernemingen te weten: x € 1.000
Eneco OASEN Bank Nederlandse Gemeenten NV Milieuservices AVR Krimpen
Deelneming (in euro) 681 13 74 144
Werkelijk 2011 479 75 -
Dividend Begroting Werkelijk 2012 2012 693 693 38 38 -
Het financiële risico strekt zich uit tot de waarde van de deelneming. In de balans is de aankoopprijs van de aandelen als waarde opgenomen. Het risico strekt zich feitelijk uit tot de economische waarde van het aandelenpakket indien deze lager ligt dan de aankoopprijs. Tevens is in de tabel opgenomen het uitgekeerde dividend. Mogelijke fluctuaties in de hoogte van de dividenduitkering vormen eveneens een risico.
101
§ G Grondbeleid Inleiding Net als geld is ‘grond’ een schaars middel. Verschillende functies, zoals infrastructuur, woningen, bedrijven, maatschappelijke voorzieningen en recreëren ‘concurreren’ als het ware om de beperkte ruimte binnen onze gemeentegrenzen. Daarom is het belangrijk om door het vaststellen van ruimtelijk beleid het duurzame gebruik van die ruimte vast te leggen en te bevorderen. In onze gemeente zijn de doelstellingen van het ruimtelijk beleid op hoofdlijnen vastgelegd in de Structuurvisie ‘Ruimte voor ontwikkeling’ (september 2004). In de Structuurvisie zijn de kaders geformuleerd die – letterlijk – ruimte moeten bieden aan ontwikkelingen en (vastgoed)projecten op het gebied van mobiliteit, wonen, werken, recreëren en maatschappelijke voorzieningen. Deze kaders zijn nader uitgewerkt in beleidsnota’s als het Groenstructuurplan, het Stedelijk Waterplan, de Wegencategorisering, het Fietsstructuurplan, de Sportnota, de Woonvisie, de Detailhandelsvisie, Archeologische waarden et cetera. Jaarlijks worden in de begroting de ontwikkelingen en concrete projecten genoemd in de programma’s Jeugd en Onderwijs (3), Sport en Cultuur (4), Maatschappelijke Ondersteuning (5) en Duurzaam Wonen en Werken (8). In de jaarstukken leggen wij daar verantwoording over af. Met het formuleren van alleen ruimtelijk beleid zijn wij er echter nog niet. Wij zullen ook een strategie moeten ontwikkelen om dit beleid ten uitvoer te brengen. Daarvoor is allereerst van belang dat de publiekrechtelijke taken en bevoegdheden die het gemeentebestuur op dit terrein heeft, in 2008 in de nieuwe Wet op de ruimtelijke ordening (Wro) zijn herbevestigd en vastgelegd. Het centrale publiekrechtelijke instrument waarmee de gemeente het grondgebruik kan regelen, blijft het bestemmingsplan. In een bestemmingsplan wordt het ruimtelijk beleid van de gemeente én van andere overheden vertaald naar een formeel juridisch kader. Op dit moment is het gehele gemeentelijk grondgebied ‘afgedekt’ met bestemmingsplannen. Bij een nieuwe locatie- of gebiedsontwikkeling wordt een nieuw (‘postzegel’) bestemmingsplan opgesteld. Nadat de gemeenteraad een bestemmingsplan heeft vastgesteld, vormt het de juridische basis voor de toetsing van vergunningaanvragen voor het realiseren van bouwwerken of het gebruik van grond. Sinds oktober 2010 vindt vergunningverlening door of namens ons college plaats op basis van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Als gevolg van de inwerkingtreding van de nieuwe Wro moeten de (verouderde) bestemmingsplannen Langeland, Kortland, Lansingh-Zuid en Stormpolder vóór 1 juli 2013 worden geactualiseerd en gedigitaliseerd. Hier is 2012 (hard) aan gewerkt. De planning zal gehaald worden. Een ander belangrijk instrument om de doelstellingen van dit ruimtelijke beleid te realiseren is het gemeentelijk grondbeleid. Hieronder verstaan wij alle maatregelen en besluiten van het gemeentebestuur die betrekking hebben op de verwerving, het (tijdelijk) beheer, het bouwrijp maken en de uitgifte van grond. Hierbij gaat het dus in de eerste plaats om besluiten die worden geregeerd door het privaatrecht. Wanneer het niet lukt om tot ‘minnelijke verwerving’ over te gaan, heeft het gemeentebestuur echter ook de mogelijkheid om met een voorkeursrecht of onteigening publiekrechtelijk te opereren. Verder is in de nieuwe Wro een afzonderlijke afdeling (de zgn. Grondexploitatiewet) opgenomen, waarin de positie van de gemeente wordt versterkt in het geval een particulier niet mee wenst te werken aan het gemeentelijk ruimtelijk beleid. Op zich is dit geen directe aanleiding om het gemeentelijk grondbeleid (verder) te formaliseren. Ook in 2012 hebben wij in de lijn van de tot nu toe gehanteerde werkwijze doorgewerkt. Dat betekent dat wij in algemene zin onderscheid hebben gemaakt tussen een actieve en een faciliterende gemeentelijke rol. In beginsel opereren wij faciliterend, dat wil zeggen dat wij de beleidsdoelstellingen op het gebied van duurzaamheid, mobiliteit, wonen, economie, recreëren en maatschappelijke voorzieningen proberen te
102
realiseren door het formuleren van heldere kaders (bijvoorbeeld in een bestemmingsplan of in stedenbouwkundige randvoorwaarden) en door overleg met marktpartijen. Bij deze vorm van grondbeleid loopt de gemeente zelf zo min mogelijk financiële risico’s. Nadeel is echter dat de gemeente beperkt is in haar sturingsmogelijkheden. Bovendien kan ook niet worden geprofiteerd van de waardevermeerdering die bijv. een functieverandering van bedrijvigheid naar wonen met zich meebrengt. In sommige gevallen kiezen wij daarom voor een actief grondbeleid. De gemeente is actief wanneer zij zelf gronden in bezit heeft (zoals bijvoorbeeld in Lansingh-Zuid en de IJsseldijkzone) of gronden verwerft (zoals bijvoorbeeld in de Stormpolder en de werf Van Duijvendijk). Duidelijk mag zijn dat de gemeente dan wel zélf het financiële risico loopt. Toch kan het actief verwerven van grond van belang zijn om ongewenste ontwikkelingen te voorkomen of gewenste ontwikkelingen te bespoedigen. In het duale stelsel is het college bevoegd tot grondaankoop. Wel vragen wij voor iedere aankoop afzonderlijk het benodigde krediet aan de gemeenteraad. Wij informeren de raadscommissie daarbij actief over de argumenten voor de aankoop en de eventuele risico’s die de gemeente loopt. In 2012 zijn geen aankopen gedaan.
Meerjaren Perspectief grondexploitaties Sinds vorig jaar worden de grondexploitaties op een nieuwe wijze geactualiseerd en integraal aan uw raad gepresenteerd. Hierdoor is een veel scherper zicht ontstaan op de grondposities, risico’s en financiële vooruitzichten. Door ieder jaar in het voorjaar een geactualiseerd MPG aan uw raad aan te bieden, geven wij u inzicht in de financiële positie van de grondexploitaties. Tevens geeft dit document u de mogelijkheid om te sturen in de projectenportefeuille. Naar aanleiding van het eerste MPG zijn voorzieningen gevormd en boekwaarden afgeboekt. Het tweede MPG toont aan dat daardoor een beter beeld en een stabiele situatie is ontstaan. Omdat het MPG 2013 gelijktijdig met deze jaarrekening aan uw raad wordt aangeboden treft u hier geen nadere toelichting op de projecten aan. In het MPG wordt kort per project aangegeven wat de belangrijkste ontwikkelingen zijn en is tevens opgenomen welke verschillen ten opzichte van het vorige MPG zijn ontstaan. Algemeen beeld De lopende projecten verkeren vrijwel allemaal in een afrondende fase. Er is daarom goed zicht op de te verwachten financiële eindresultaten. Er doen zich op dat gebied geen verrassingen voor en ook de risico’s zijn beperkt. Enige uitzondering is de afronding van het project Symfonia in Lansingh-Zuid (zie ook onder Projecten). De woningbouwmarkt is in 2012 verder verslechterd. Als gevolg daarvan komen nauwelijks nieuwe projecten tot stand. Uitstel en mindere vooruitzichten hebben in hoofdzaak twee gevolgen voor de grondexploitaties. Ten eerste nemen door de langere looptijd van projecten de rentelasten toe wanneer sprake is van een negatieve boekwaarde. Vorig jaar zijn veel boekwaarden afgeboekt waardoor slechts een beperkt aantal projecten de gevolgen hiervan ondervind. In de tweede plaats moet rekening worden gehouden met dalende grondprijzen. De projectresultaten staan hierdoor onder grote druk. Dit uit zich in een verslechtering van het totaalresultaat van het MPG. De werkwijze van het MPG en de onderliggende grexen begint steeds meer vruchten af te werpen. Door de uniforme presentatie, transparante indeling en regelmatige actualisaties beschikken we over een betrouwbaar, actueel en helder beeld van de grondexploitaties. Projecten Met de introductie van het MPG als instrument voor de sturing en bewaking van grondexploitaties is de indeling en werkwijze ten aanzien van de projecten gewijzigd. Hieronder presenteren wij de financiële ontwikkeling van de projecten, waarbij we onderscheid maken tussen bouwgronden in exploitatie (rode en gele projecten in het MPG) en niet in exploitatie genomen gronden (groene projecten in het MPG). Van die laatste categorie worden alleen projecten opgenomen die een boekwaarde hebben. In de tabellen betekent een positief bedrag dat sprake is van een tekort.
103
Bouwgronden in exploitatie Complex/onderdee l
Boek-w aarde
(bedragen x € 1.000) In exploitatie Lansingh-Zuid Centrum - Wate rlijster Gezondheidscentrum Kerkdreef - school en IJssel dijk 296/298 RK-kerk appa rtementen Heeck Krimpenerwaard co llege Totaal
Investeringen
Opbrengsten
Boe k-waarde Voorz. Verlies latend complex 31-12-2012
Winstuitname
1-1-2 012
Balanswaarde 31-12-2012
- 2.020 43 476
534 225 371
167 447 -
1.116 -
- 537 - 179 847
- 84 - 996
- 537 - 263 - 149
2.214
264
275
-
2.203
- 1.780
423
-
5
-
-
5
-28
- 23
-
5
80
-
- 75
0
- 75
64
101
-
-
165
- 1.745
- 1.580
777
1.505
969
1.116
2.429
- 4.633
- 2.204
Volgens het MPG 2013 vertoont de eindwaarde van de bouwgronden in exploitatie een tekort van ruim € 3,8 miljoen. Omdat voor alle verliesgevende projecten een voorziening op eindwaarde is getroffen is per saldo sprake van een overschot ad € 3,0 miljoen. Niet in exploitatie genomen gronden Complex/onderdee l (bedragen x € 1.000)
Boekwaarde
Investeringen
Boek -waarde Voorz. Verlies
Desinvesteringen
1-1-2 012 Niet in exploita tie Krimpenerbosweg Oo st de Wilgen Kerkdreef - woningbouw Stormpolde r Waalpark Totaal
3 1-12-2012 15
-
463
19
807
93
813 1.721 3.819
88 793 993
15
Balanswaarde 31-12-2012
-
-
-
482
-
482
-
900
-
900
483 498
901 2.031 4.314
-
901 2.031 4.314
Voor de ontwikkelingen binnen de diverse projecten verwijzen wij u graag naar het MPG. Ten aanzien van enkele projecten doen wij u voorstellen met financiële gevolgen, die wij hier nader toelichten. Lansingh-Zuid fase 7 Het project aan de Belcantodreef is afgerond en kan nu ook financieel worden afgewikkeld. Dit leidt tot het storten van het financiële eindresultaat ad € 115.857 in de algemene reserve bouwgrondexploitatie. Lansingh-Zuid fase 8b Van het project Symfonia is het eerste deel gereed. Vanwege de ontwikkelingen op de woningmarkt is herziening van het oorspronkelijke plan voor woningbouw langs de Ouverturelaan noodzakelijk gebleken. De fasering van het project loopt daardoor vertraging op. Gezien het positieve saldo van dit project per 31 december 2012 is een winstneming ad € 1.000.000 verantwoord en logisch. Dit bedrag wordt toegevoegd aan de algemene reserve bouwgrondexploitatie. Gezondheidscentrum Het gezondheidscentrum is in april 2012 in gebruik genomen. Er resteren nog enkele opleveringspunten in de openbare ruimte, waardoor het project nog niet kan worden afgesloten. Als gevolg hiervan loopt het project een jaar langer door en dient over het saldo ook rente te worden berekend. Dit resulteert in een toevoeging aan de verliesvoorziening voor dit project ad € 62.642. Dit bedrag komt ten laste van het rekeningresultaat 2012. Waalpark De boekwaarde van de niet in exploitatie genomen grond van het project Waalpark is het afgelopen jaar verder opgelopen in verband met de aanleg van de kunstgrasvelden. In combinatie met de inschatting
104
van de markt en het op deze plek geprojecteerde programma kan de boekwaarde niet langer in zijn geheel geactiveerd blijven. In 2012 is daarom een bedrag ad € 477.750 afgeboekt ten laste van het rekeningresultaat. Budgetten 2012 In het najaar van 2012 zijn via het tweede MPG budgetten vastgesteld die nodig werden geacht ten behoeve van voorbereiding, planvorming en onderzoek van de diverse ontwikkelingen. Via het MPG is aangegeven hoe de systematiek van groene, gele en rode projecten werkt. De gele en rode projecten worden via het MPG of tussentijdse vaststelling van grondexploitaties geautoriseerd. Voor groene projecten is jaarlijks een budget beschikbaar. In het MPG is hiervoor een bedrag voorgesteld van € 350.000. De kosten bestaan voor een groot deel uit ambtelijke uren, adviezen van derden en onderzoekskosten. Hierbij moet bijvoorbeeld worden gedacht aan stedenbouwkundige adviezen, verkeerskundige adviezen, bodemonderzoeken, juridische adviezen enzovoort. In 2012 is gebleken dat het beschikbare bedrag niet voldoende was. Er is in totaal bijna € 550.000 uitgegeven. Naast de genoemde onderzoekskosten en adviezen worden de grootste kostenposten gevormd door uitgaven die vooruitlopend op herontwikkeling worden gedaan, zoals sloop (gezondheidscentrum en adm. De Ruyterschool) en uitgaven ten behoeve van de herontwikkeling van de Werf aan de IJssel. Naast de kosten die voor specifieke projecten worden gemaakt, is ook ieder jaar sprake van kosten die geen direct verband hebben met een individueel project. Voor dergelijke kosten was in 2012 € 200.000 beschikbaar. De totale uitgaven bedragen € 156.000.
Risico’s In Krimpen aan den IJssel zijn wij gewend een behoudend waarderingsbeleid te voeren ten aanzien van de grondexploitaties. Dit betekent dat we voorzichtig omgaan met het inschatten van mogelijke inkomsten en aan de lastenkant zoveel mogelijk kosten meenemen. Deze werkwijze beperkt de omvang van de risico’s die wij op de grondexploitaties lopen. Ondanks dit voorzichtigheidsprincipe gaan grondexploitaties altijd vergezeld van risico’s. In het MPG zijn per project de risico’s systematisch geïnventariseerd. Voorbeelden van risico’s kunnen prijsontwikkeling, bodemgesteldheid, planvertragingen en afzetrisico’s zijn. Per benoemd risico is de omvang en de kans bepaald. Risico’s waarvan de kans groter is dan 50% worden integraal vertaald in de grondexploitatie. Daarmee wordt optimaal invulling gegeven aan het voorzichtigheidsprincipe. Ten opzichte van de eerste risicoinventarisatie van september 2012 zijn er geen substantiële nieuwe risico’s. De risico’s die niet worden vertaald in de grondexploitaties zijn gewogen waarna een netto af te dekken risico van bijna € 2,3 miljoen resulteert. In de paragraaf Weerstandsvermogen is dit risico opgenomen.
Algemene reserve bouwgrondexploitatie Bij de jaarrekening 2011 zijn de reserves van de bouwgrondexploitatie ingezet om de benodigde afboekingen en het treffen van voorzieningen te dekken. Er resteren in 2012 nog slechts twee reserves die een directe relatie hebben met de grondexploitaties: de algemene reserve grondexploitatie en de reserve hoofdinfrastructuur. Reserve Algemene reserve BE Reserve Hoofdinfrastructuur TOTAAL reserves BE
Mutaties Saldo Saldo 2012 1-1-2012 31-12-2012 339 1.302 1.641 1.000 1.000 1.339 1.302 2.641
De algemene reserve bouwgrondexploitatie wordt ingezet voor de resultaten van de grondexploitaties en om algemene kosten te dekken. Doel hiervan is om alle benodigde en gerealiseerde middelen binnen de grondexploitaties te verrekenen en de algemene dienst daarmee niet te belasten of te bevoordelen. In 2012 hebben diverse mutaties plaatsgevonden. De meest omvangrijke waren bijstellingen van de voorzieningen in het najaar via het tweede MPG en de eerder genoemde winstneming uit Lansingh-Zuid fase 8b.
105
De ontwikkeling van de reserve in de komende jaren wordt in het MPG nader toegelicht. De reserve hoofdinfrastructuur kende in 2012 geen mutaties, het saldo bedraagt evenals aan het begin van het jaar € 1 miljoen. In uw raadsvergadering van 7 februari 2013 heeft u ingestemd met besteding van € 1 miljoen uit de reserve Hoofdinstructuur voor het programma Beter Benutten. Deze reserve is daarmee leeg. Voor de komende jaren zijn weinig of geen toevoegingen te verwachten.
Economische crisis De economische crisis is onverminderd van invloed op de grondexploitaties. De woningmarkt en de bouwsector laten nog slechts weinig tekenen van herstel zien. In ieder geval is nog geen sprake van een aantrekkende markt. Voor de gemeenten draait het niet alleen om woningbouw, maar ook om het mogelijk maken van maatschappelijke voorzieningen, infrastructuur, economie en openbare ruimte. Door de problemen in de bouwsector valt een belangrijke bron van inkomsten weg, die nodig is om allerlei voorzieningen te kunnen realiseren. Gemeenten zijn bereid ver te gaan om projecten toch mogelijk te maken, bijvoorbeeld door wijziging van het programma, aanpassing van grondprijzen, erfpachtconstructies, uitgestelde betalingen, afnamegaranties enzovoort om de bouw vooral door te laten gaan. In Krimpen blijven de financiële effecten van de bouwcrisis voor de begroting zeer beperkt. Dit komt doordat de financiële huishouding van de algemene dienst in Krimpen gescheiden is van de bouwgrondexploitatie. Winst en verlies op de bouwgrondexploitatie hebben geen directe financiële consequenties voor de programma’s. Er vinden dus geen bijdragen uit de bouwgrondexploitatie aan de programmabegroting plaats en er is ook geen rekening gehouden met de inzet van nog te realiseren grote winsten voor toekomstige projecten. Wel wordt over de geactiveerde saldi van de grondexploitaties rente berekend, die mee wordt genomen in het renteresultaat. Wanneer de crisis in de bouw langer aanhoudt en dit leidt tot voortdurende druk op grondprijzen is het niet uitgesloten dat de programmabegroting belast moet worden met een bijdrage aan de algemene reserve bouwgrondexploitatie.
Tenslotte Evenals in vorige planning en controldocumenten constateren wij in deze rekening dat het onderwerp grondexploitaties veel gemeenten bezig blijft houden en dat dit vaak tot financiële problemen leidt. Diverse gemeente staan (opnieuw) voor grote afboekingen en anderen krijgen om reden van te hoge grondwaarden geen goedkeurende accountantsverklaring. Volgens deskundigen zijn bij veel gemeenten grondposities nog steeds te hoog gewaardeerd. Door ook nu weer verliezen te nemen en risico’s te verwerken en te managen verwachten wij geen onoverkomelijke financiële problemen in de toekomst. Met de beschikbare middelen moet voorzichtig en verstandig worden omgegaan, waarbij voortdurend wordt gezocht naar de balans tussen gewenste ontwikkelingen enerzijds en financiële mogelijkheden en risico’s anderzijds. In veel gevallen geldt dat de kosten voor de baat gaan en dat leidt tot extra risico’s. Het vernieuwde en verbeterde integrale inzicht in de projecten vormt de basis voor afgewogen beslissingen en verantwoorde investeringen. Wie zien voldoende redenen om op korte termijn de projectenportefeuille opnieuw tegen het licht te houden en te prioriteren op basis van kansen en risico’s.
106
107
§ H. Nieuw beleid en Intensiveringen De begroting 2012 bevatte 19 onderwerpen die als nieuwe beleid en intensiveringen werden gepresenteerd en tevens een overzicht van nog niet in uitvoering genomen nieuw beleid uit voorgaande begrotingen. In de loop van 2012 is een groot deel van dit nieuw beleid geïmplementeerd. Via de voor- en najaarsnota is daarover gerapporteerd. Hieronder is per onderwerp kort weergegeven welke ontwikkelingen hebben plaatsgevonden en hoe het staat met de uitvoering van het beleid. OVERZICHT NIEUW BELEID & INTENSIVERINGEN 2012 - 2015 Omschrijving NB & I
Bedrag
Afdeling
Bedragen * € 1.000 Nr.
Stand van zaken
Bestuur en dienstverlening 1-1
Ontwikkelingen ICT uitbreiding digitale dienstverlening
I&V
1-1
Ontwikkelingen ICT modernisering GBA
I&V
1-1
Ontwikkelingen ICT vervanging financieel pakket
I&V
1-2
Maatregelen ARBO en gebruiksbesluit
I&V
1-3
Ontwikkelen dienstverleningconcept
PC
Dit budget is beschikbaar gesteld voor 2013 e.v., dus van uitvoering in 2012 was nog 40 geen sprake. 50 Dit moet in 2014 zijn afgerond, nu nog niet in uitvoering. 125 Gepland voor 2015, dus nog niet uitgevoerd. In 2012 is er voor ca. 20 duizend aan voorbereidingskosten gemaakt. Voor de uitvoering 175 in 2013 is het restant overgeheveld. 15 Deze bedragen zijn in 2012 ingezet voor het dienstverleningconcept.
Veiligheid 2-1
Actualisatie verkeers(veiligheids)beleid
Ruimte
2-2
Digitaliseren bouwvergunningen
Ruimte
Het budget is in 2012 voor de uitvoering beschikbaar gesteld op programma 7. Het is niet haalbar gebleken dit beleid in 2012 af te ronden, uiteindelijk is hierdoor een groot 38 gedeelte van het bedrag niet uitgegeven. Afronding vind plaats in 2013. Door ziekte en andere vertragingen is minder uitgevoerd in 2012. 55 duizend euro is 90 overgeheveld naar 2013.
Jeugd en onderwijs
11.950 Het bestemmingsplan Krimpenerwaard College is in 2012 in procedure gebracht. Dit plan voorziet naast de realisatie van een nieuw schoolgebouw (inclusief clubhuis en 801 multifunctionele sporthal) in 3 sportvelden en het draaien (kwartslag) van het - 244 handbalveld.
3-1
Vervangende nieuwbouw Krimpenerwaard College
SL
3-1
Afschrijving boekwaarde bestaand gebouw Krimpenerwaard College
SL
3-1
Wegvallende kapitaallasten en huurvergoeding huidige Krimpenerwaard College
SL
3-2
Infrastructuur & buitenruimte Krimpenerwaard College
SL
2.200
De inrichting van de openbare ruimte is via het MPG opgenomen in een grondexploitatie
3-3 3-3
Vervangende nieuwbouw Kortland en R. Steiner
SL
3.442
Besloten is af te zien van vervangende nieuwbouw van de betreffende basisscholen.
Afschrijving boekwaarden bestaande gebouwen Kortland en R. Steiner
SL
257
Sport en cultuur
4-1
Vervangende huisvesting Concordia en Big Band Crimpen
SL
Met Concordia/Big Band Crimpen zijn gesprekken gevoerd over mogelijke oplossingen 175 voor alternatieve huisvesting.
4-2
Vervangende nieuwbouw Krimpenerwaard College: Aanleg sportvelden.
SL
425
108
Zie 3-1
4-3
Multifunctioneel maken sporthal en geïntegreerde kantine
SL
1.900
Zie 3-1
4-3
Multifunctioneel maken sporthal exploitatie
SL
31
Zie 3-1
4-4
Evenementenbeleid
SL
15 Ingezet in 2012.
SL
52 Ingezet in 2012.
Ruimte
52 Ingezet in 2012.
Werk en inkomen
6-1
Schuldhulpverlening
Beheer buitenruimte
7-1
Uitvoering Speelruimtebeleid en Speelruimteplan
Duurzaam wonen en werken
8-1
Evaluatie Duurzaamheidsvisie
Ruimte
38 De evaluatie is gestart in 2012 en wordt in 2013 afgerond.
8-2
Haalbaarheidsonderzoek autoveer
Ruimte
8-3
Haalbaarheidsonderzoek voet-fietsveer Capelle - Krimpen
Ruimte
8-4
Haalbaarheidsonderzoek voet/fietsveer Stormp.-Bolnes
Ruimte
8-5
Extra impuls economisch beleid
Ruimte
30 Dit nieuw beleid wordt niet meer aangewend. Bij de kadernota is besloten dat de 13 bereikbaarheidsmakelaar niet meer ingezet wordt, daarnaast worden diverse haalbaarheidsonderzoeken meegenomen in het project 'Beter Benutten'. 13 Is afgeraamd via de najaarsnota. Dit bedrag is niet besteedt, omdat er voldoende regulier 10 budget beschikbaar was voor economische zaken in 2012.
109
1 1-1 3
OUD Nieuw Beleid & Intensiveringen
Afdeling
NR
Bedrag
PC
6
5
Bestuur en dienstverlening Notitie Dienstverleningsconcept
3-1
Jeugdbeleid
SL
3-2
Huisvesting OPO MFA
SL
5
Dit is ingezet voor het dienstverleningconcept.
Jeugd en onderwijs Jeugdbeleid werd ingezet via de reguliere budgetten. NB budget werd niet aangesproken en is afgeraamd via de najaarsnota. Besloten is af te zien van nieuwbouw, zie ook NB 3-3 2012 (geen nieuwbouw basisscholen)
Maatschappelijke ondersteuning
5-1
Woonservice
SL
13
5-2
WMO-beleid
SL
19
Is niet ingezet in 2012. Afronding project in 2013. Overheveling naar 2013 heeft plaatsgevonden. Ingezet in 2012 vanuit de beleidsnota “Samen verder”
5-3
Vangnet AWBZ
SL
45
Ingezet in 2012 vanuit de beleidsnota “Samen verder”
SL
23
Is geschrapt, er komt ook geen rijksbijdrage. Aframing heeft via najaarsnota plaatsgevonden.
6 6-1 8
Werk en inkomen Schuldhulpverlening
Duurzaamwonen en werken
8-1
Bereikbaarheidsmakelaar
Ruimte
50
8-2
Milieubeleid en subsidies
Ruimte
50
110
Dit nieuw beleid wordt niet meer aangewend. Bij de kadernota is besloten dat de bereikbaarheidsmakelaar niet meer ingezet wordt, daarnaast worden diverse haalbaarheidsonderzoeken meegenomen in het project 'Beter Benutten'. Het totale budget t.b.v. duurzaamheid is bij de kadernota 2013 verlaagd. Het milieubeleid is daarbij komen te vervallen.
Deel II Jaarrekening Balans
Balans Hierna wordt via de balans en de programma rekening, beiden met toelichting, de financiële verantwoording afgelegd over het in het jaar 2012 gerealiseerde beleid.
ACTIVA (bedragen x € 1.000)
Ultimo 2011
Ultimo 2012
Vaste activa Materiële vaste activa investeringen met een econo misch nut investeringen in de openbare ruimte maatschappelijk nut
33.276
3 5.106
33.274
35.104
2
2
me t uitsluitend een
Financiële vaste activa kapitaa lverstrekkingen aan: deelnemingen Leninge n aan: woningbouwcorporatie s deelnemingen Overige langlo pende leningen u/g Totaal vaste activa
26.620
2 4.877
912
912
239 333 25.136
229 276 23.460 59.896
Vlottende activa Voorraden niet in exploitatie genomen bou wgronden onderhan den we rk, waa ro nder gronden in exploitatie
5 9.983
- 945 1.075 - 2.020
Uitzettingen me t een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar
2.110 4.314 - 2.204
6.887
vorderingen o p openbare licha men verstrekte kasgeldleningen overige vorderingen
4.879 2.008
Liquide midde len kassaldi bank- en girosaldi
39 1.008
6.597 4.682 1.915
1.047
Overlopende activa Totaal vlottende activa TOTAAL GENERAAL
1.400 8.389 68.285
112
1.243 26 1.217 1.755 1 1.705 7 1.688
PASSIVA (bedragen x € 1.000)
Ultimo 2011
Vaste passiva Eigen vermogen: Algemene reserves Bestemmingsreserves Egalisatiereserves Resultaat na bestemming
Ultimo 2012
17.306 6.062 7.174 4.745 - 675
Voorzieningen: Onderhoudsegalisatievoorzieninge n Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s Door derden beklemde midde len met een specifieke aanwendingsri chting
18.007 7.793 5.545 3.912 757
22.216
Vaste schulden met een rentetypische looptijd va n 1 jaar of langer: Onderhandse leningen van: binnenl andse banken en overige financiële instellingen Waarborgsommen Totaal vaste pass iva Vlottende pass iva Netto vlottende sc hulden met een rentetypis che looptijd korter dan 1 jaar Kasgeldleningen Bank- en girosaldi Overige schul den Overlopende passiva Totaal vlottende pas siva TOTAAL GENERAAL
Gewaarborgde geldl eningen Garantstellingen
113
21.615
18.208 2.542
17.536 2.692
1.466
1.387
15.952 15.940 12
18.961 18.950 11
55.474
58.583
10.402
10.846
3.500 592 6.310
6.000 4.846 2.409 12.811 68.285
2.259 13.105 71.688
206.542 5.667
266.225 5.657
Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling Inleiding De jaarstukken 2012 zijn opgemaakt met inachtneming van de voorschriften die het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) daarvoor geeft. Daarbij komt dat de jaarrekening 2012 is opgezet analoog aan de begroting 2012. In deel I van de jaarrekening wordt de beleidsverantwoording gepresenteerd, waarin voor de beleidsthema’s uit de acht programma’s van de begroting, de 3 W-vragen worden beantwoord: “Wat hebben we bereikt?”, “Wat hebben we ervoor gedaan?” en “Wat heeft het gekost?”. De beleidsverantwoording over 2012 laat zien dat veel is gedaan om de beoogde doelen te verwezenlijken. De resultaten en de toelichting daarop geven een helder beeld van de verrichte inspanningen en dienen ter verbetering van beleid en uitvoering in de toekomst. In deel II van de jaarstukken wordt de financiële verantwoording over 2012 afgelegd. Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening Voor de resultaatbepaling wordt het stelsel van baten en lasten gehanteerd. Dit houdt in, dat de baten en lasten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Dit uitgangspunt is voor 2012 zoveel mogelijk toegepast. De verrekeningen achteraf met het gemeentefonds betreffende dit doel zijn door ons in de rekening van baten en lasten van het betreffende jaar verwerkt volgens de laatste circulaires (de december- en maartcirculaire ). Op dit punt wordt afgeweken van het BBV, die voorschrijft de algemene uitkering op basis van de laatste accresmededeling op te nemen. Gekozen is om van het BBV af te wijken, omdat de informatie, die na de laatste accresmededeling (de septembercirculaire) beschikbaar is gekomen en nu in de jaarrekening is verwerkt, een meer realistisch beeld geeft van de inkomsten uit het gemeentefonds. De materiële vaste activa (gronden, terreinen, gebouwen etc) zijn gewaardeerd tegen historische aanschafwaarde, verminderd met de jaarlijkse afschrijvingen. De afschrijvingen geschieden over het algemeen lineair met inachtneming van de verwachte gebruiksduur en over het algemeen op basis van begrote investeringsbedragen. Voor nieuwe investeringen wordt de regel gehanteerd, dat wordt afgeschreven in het jaar volgend op het jaar van aanschaf of van gereedkomen van het werk. Voor een aantal activa geldt, dat zij op basis van annuïteiten worden afgeschreven. Voor activa met een geringe waarde (lager dan € 25.000) geldt overigens, dat deze in het jaar van aanschaf direct (in een keer) worden afgeschreven. De financiële vaste activa (leningen) zijn voor de nominale waarde op de balans opgenomen. De aandelen daarentegen zijn tegen de verkrijgingspijs op de balans opgenomen. De overige activa en passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarden. De vaste activa sluiten aan met de in het overzicht van activa vermelde bedragen. De erfpachtgronden zijn gewaardeerd tegen de gekapitaliseerde opbrengstwaarde. Voor nieuw uit te geven erfpachtgronden zal echter de BBV worden gevolgd, zodat die zullen worden gewaardeerd tegen de waarde bij eerste uitgifte of registratie waarde, indien sprake is van eeuwigdurend. De niet in exploitatie genomen gronden zijn gewaardeerd tegen de historische kostprijs, vermeerderd met de bijgeschreven exploitatiekosten en verminderd met de opbrengst wegens verkopen. De in exploitatie genomen gronden zijn opgenomen tegen de vervaardigingprijs, inclusief bijgeschreven exploitatiekosten en verminderd met de opbrengst wegens gerealiseerde verkopen. De in de jaarrekening opgenomen primitieve begrotingscijfers 2012 zijn inclusief de amendementen die samen met de begrotingscijfers 2012 zijn vastgesteld tijdens de raadsvergadering van 10 november 2011.
114
Vaste Activa Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- cq vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen, die naar verwachting duurzaam zijn. De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in 5 jaar afgeschreven (art 10 lid 1 van de Verordening financiële functie). Afsluitkosten van opgenomen geldleningen worden direct ten laste van de exploitatie gebracht (art 10, lid 2 van de Verordening financiële functie). Materiële vaste activa met economisch nut Deze vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht; in die gevallen wordt op het saldo afgeschreven. Slijtende investeringen worden vanaf het moment van ingebruikneming lineair afgeschreven in de verwachte levensduur, waarbij geen rekening wordt gehouden met een eventuele restwaarde. Op grondbezit met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven. Activa met een verkrijgingsprijs van minder dan € 25.000 worden direct (in een keer) afgeschreven, uitgezonderd gronden. De gehanteerde afschrijvingstermijnen bedragen, overeenkomstig de bijlage bij het derde lid art 9, van de Verordening financiële functie, in jaren: Omschrijving Termijn Rioleringen 50 jaar Nieuwbouw woonruimten, schoolgebouwen, kantoren 40 jaar en bedrijfsgebouwen renovatie, restauratie en aankoop woonruimten, 25 jaar schoolgebouwen, kantoren en bedrijfsgebouwen groot onderhoud woonruimten en bedrijfsgebouwen 15 jaar technische installaties 15 jaar gronden en terreinen n.v.t. zware transportmiddelen en andere tractie 5 jaar automatiseringsvoorzieningen 5 jaar overige materiële vaste activa 10 jaar Door de raad is met de vaststelling van de begroting 2005 bepaald dat de afschrijvingstermijn van rioleringen met ingang van 1 januari 2007 op basis van verbeterde inzichten 50 jaar zal zijn. Voor de reeds eerder gepleegde investeringen zijn de afschrijvingstermijnen gehandhaafd op 40 jaar. Materiële vaste activa met maatschappelijk nut Infrastructurele werken in de openbare ruimte, zoals wegen, pleinen, bruggen, viaducten en parken worden geactiveerd en afgeschreven aan de hand van de gebruiksduurverwachting. De ondergrond van deze werken wordt daarbij als integraal onderdeel van het werk beschouwd (en dus ook afgeschreven), voor zover het activum niet via een grondexploitatie wordt gerealiseerd. Voor zover in voorkomende gevallen een snellere budgettaire dekking mogelijk is, wordt op dergelijke activa overigens (resultaatafhankelijk) extra afgeschreven. De boekwaarden moeten dus nadrukkelijk als nog te dekken investeringsrestanten worden gezien. Financiële vaste activa Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en leningen u/g zijn opgenomen tegen nominale waarde. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.
115
Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingprijs van de aandelen zal afwaardering plaatsvinden. Tot dusver is een dergelijke afwaardering gelukkig niet noodzakelijk gebleken. De actuele waarde ligt ruim boven de verkrijgingprijs. De gemeente is niet in het bezit van obligaties. Bijdragen aan activa van derden worden conform het individuele besluit van de raad geactiveerd. Dergelijke geactiveerde bijdragen zijn gewaardeerd op het bedrag van de verstrekte bijdragen, verminderd met afschrijvingen. De verleende bijdrage(n) worden afgeschreven in de door de raad eveneens individueel vastgestelde periode.
Vlottende activa Voorraden De niet in exploitatie genomen gronden zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingprijs, dan wel lagere marktwaarde, vermeerderd met de bijgeschreven exploitatiekosten en verminderd met de opbrengst wegens verkopen. Voor verlieslatende projecten zijn verliesvoorzieningen getroffen op basis van de berekende eindwaarde van de projecten. De (als onderhanden werk) in exploitatie genomen gronden zijn opgenomen tegen de vervaardigingprijs, inclusief bijgeschreven exploitatiekosten en verminderd met de opbrengst wegens gerealiseerde verkopen. Van het totaal aan onderhanden werk van de Bouwgrondexploitatie zijn de erfpachtgronden gewaardeerd tegen de gekapitaliseerde opbrengstwaarde. Winsten uit de grondexploitatie worden slechts genomen indien en voor zover die met voldoende mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Vorderingen en overlopende activa De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening wordt in eerste instantie dynamisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen en de ouderdom van de vordering. Daarbij wordt de volgende staffel gehanteerd: ouderdom vordering > 3 maanden en < 6 maanden > 6 maanden en < 9 maanden > 9 maanden en < 12 maanden > 12 maanden
percentage oninbaar 25% 50% 75% 100%
Daarnaast worden de vorderingen wel beoordeeld op hun inbaarheid (statisch). Zo wordt over het algemeen voor vorderingen op overheidsinstanties (RIJK, Provincie en Stadsregio Rotterdam) geen voorziening voor oninbare bedragen opgenomen. Afrekeningen met deze instanties kunnen wel eens lang duren. Liquide middelen en overlopende posten Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.
116
Vaste passiva Voorzieningen Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De onderhoudsegalisatievoorzieningen stoelen op een meerjarenraming van het uit te voeren (groot) onderhoud aan de gemeentelijke kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de kwaliteitseisen die ter zake geformuleerd zijn. In de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen, die is opgenomen in het jaarverslag, is het beleid ter zake nader uiteengezet. Vaste schulden Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van 1 jaar of langer.
Vlottende passiva De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Borg- en garantiestellingen Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de telling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. Overigens is in de toelichting op de balans nadere informatie opgenomen.
117
Toelichting op de balans Activa Vaste activa Materiële vaste activa De materiële vaste activa bestaan uit de volgende onderdelen: Boekwaarde ultimo x € 1. 000
2011 33.274 2
2012 35.104 2
33.276
35.106
De investeringen met een economisch nut kunnen als volgt worden onderverdeeld: Boekwaarde ultimo x € 1.000 2011 Gronden en terreinen 3.526 20.783 Bedrijfsgebouwen (incl. scholen) Overige materiële vaste activa 2.379 Machines, apparaten en installaties 2.328 Grond-, weg-, en waterbouwkundige werken 4.258 TOTAAL 33.274
2012 4.620 21.609 2.472 2.988 3.415 35.104
Investeringe n met een economisch nut Investeringe n in de openbare ruimte met uitslui tend een maatschappelijk nut
T OTAAL
De boekwaarde van de in erfpacht uitgegeven gronden is ultimo 2012 € 171.057. Het onderstaande overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de investeringen met een economisch nut weer: (bedragen x € 1.000) Gronden en terreinen
Boekw aarde
I nveste-
Desinves-
Afschr ij-
1-jan
ringen
teringen
vingen
Bijdragen
Afw aar -
van derden
deringen
Boekwaarde 31-dec
3.526
1.154
60
-
-
-
4.620
Bedrijfsg ebouwen (incl. scholen) Overige materië le vaste activa Machines, apparaten en install aties. Grond-, weg- en waterbouwkundige werken
20.783
2.653
-
1.827
-
-
21.609
2.379
232
-
139
-
-
2.472
2.328
1.220
-
560
-
-
2.988
4.258
243
663
423
-
-
3.415
TOTAAL
33.274
5.502
723
2.949
-
-
35.104
Onder bijdragen van derden zijn de bijdragen van derden opgenomen, die direct gerelateerd zijn aan de investering. Onder de afwaarderingen staan de afwaarderingen vermeld wegens duurzame waardeverminderingen.
118
De belangrijkste investeringen staan in onderstaand overzicht vermeld. Per investering staat het ter beschikking gestelde krediet aangegeven, het in 2012 daadwerkelijke bestede bedrag en het totaalbedrag, dat tot en met 2012 ten laste van het krediet is gebracht. (bedragen x € 1.000)
Beschikbaar gesteld krediet
Nieuwbouw en uitbreidi ng Adm. De Ruyterschool
Werk elijk besteed in 2012 1.256 975 607 808 590 100
3.0 56 1.4 53 8 10 8 90 5 93 1.4 97
Nieuwbouw Krimpenerwaardcollege Verbouw gebouw zwembad "de Lansingh" Vervanging in stallaties zwembad "de Lansingh" Grondverwerving rotonde N210 Nieuwbouw riooleindge maal Lansing
cumulatief ten laste van krediet 3.172 1.453 701 808 590 150
De boekwaarde van de investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend een maatschappelijk nut, bestaan enkel uit grond-, weg- en waterbouwkundige werken en kunnen als volgt worden onderverdeeld: Boekwaarde ultimo x € 1.000 2011 2012 2 2 Aanleg/onderhoud openbare verlichting TOTAAL 2 2 De boekwaarde van de investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend een maatschappelijk nut had het volgende verloop: (bedragen x € 1.000)
Boekwaarde
Investe-
1-jan
ringen
Aanleg / onderhoud OV
TOTAAL
2 2
Desinvesteringen
-
Afschr ijvingen
-
Bijdragen
Afwaar -
van derden
deringen
-
-
Boekwaarde 31-dec
-
2 2
Financiële vaste activa Het verloop van de financiële vaste activa gedurende het jaar 2012 wordt in onderstaand overzicht weergegeven: (bedragen x € 1.000)
Boekw aar de
Investe-
Desinves-
Afschrijving/
Afw aar-
Boekw aarde
1-jan
ringen
teringen
aflossing
deringen
31-dec
912
-
-
-
239 333 25.136 26.620
-
Kapitaalverstrekkingen aan: Deelnemingen
-
912
-
229 276 23.460 24.877
Leningen aan: Woningbouwcorporaties Deelnemingen Overige langlopende leningen u/g
TOTAAL
119
1.585 1.585
10 57 91 1 58
-
Vlottende activa Voorraden De in de balans opgenomen voorraden worden uitgesplitst naar de volgende categorieën: Grond- en hulpstoffen x € 1.000, gespecificeerd naar 2011 Niet in exploitatie genomen bouwgronden 1.075 Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie -2.020 TOTAAL -945
2012 4.314 -2.204 2.110
Financieel overzicht bouwgrondexploitatie 2012 Complex/onderdee l
Investeringen
Boek-w aarde
(bedragen x € 1.000) In exploitatie Lansingh-Zuid Centrum - Wate rlijster Gezondheidscentrum Kerkdreef - school en IJssel dijk 296/298 RK-kerk appa rtementen Heeck Krimpenerwaard co llege Totaal
Complex/onderdee l (bedragen x € 1.000)
Opbrengsten
Winstuitname
1-1-2 012
de Wilgen Kerkdreef - woningbouw Stormpolde r Waalpark Totaal
Balanswaarde 31-12-2012
- 2.020 43 476
534 225 371
167 447 -
1.116 -
- 537 - 179 847
- 84 - 996
- 537 - 263 - 149
2.214
264
275
-
2.203
- 1.780
423
-
5
-
-
5
-28
- 23
-
5
80
-
- 75
0
- 75
64
101
-
-
165
- 1.745
- 1.580
777
1.505
969
1.116
2.429
- 4.633
- 2.204
Boekwaarde
Investeringen
Desinvesteringen
Boek -waarde Voorz. Verlies
1-1-2 012 Niet in exploita tie Krimpenerbosweg Oo st
Boe k-waarde Voorz. Verlies latend complex 31-12-2012
Balanswaarde 31-12-2012
3 1-12-2012 15
-
463
19
807
93
813 1.721 3.819
88 793 993
15
-
-
-
482
-
482
-
900
-
900
483 498
901 2.031 4.314
-
901 2.031 4.314
Verloop voorzieningen verlies latende complexen (x € 1.000)
Voorz. tekort Centrum - Waterlijster Voorz. tekort Gezondh eidscentrum Voorz. tekort Kerkdreef (school en won) Voorz. Tekort RK-kerk appartementen Krimpenerwaard co llege
TOTAAL
saldo 1-1 -2012
87 943 1.633 29 2849 5.541
120
toevoeging
63 147
210
aanwending
Vrijval
Saldo 31-122012
3 10 1 1104 1.118
-
84 996 1.780 28 1.745 4.633
Uitzettingen korter dan 1 jaar Soort vordering (x € 1.000)
Saldo
Voor ziening
31-12-2012
vorderingen o p openbare licha men verstrekte kasgeldleningen overige vorderingen
Gecorrigeerd saldo 31-12-2012
oninbaarheid
4.682 2.295 6.977
380 380
Gecor rigeerd saldo 31-12-2011
4.682 1.915 6.597
4.879 2.008 6.887
TOTAAL De verstrekte kasgeldleningen worden overeenkomstig het treasurystatuut uitgezet.
De post vorderingen op openbare lichamen kan als volgt worden gespecificeerd: Vorderingen op openbare lichamen (x € 1.000) Debiteuren 2012 Te vorderen BTW (gewone + compensatiefonds) TOTAAL
2012 131 4.551 4.682
De post overige vorderingen kan als volgt worden gespecificeerd: Overige vorderingen (x € 1.000) Nog te ontvangen posten GSD Debiteuren (privaat) 2010 Debiteuren (privaat) 2011 Debiteuren (privaat) 2012 Belasting debiteuren 2010 Belasting debiteuren 2011 Belasting debiteuren 2012 Overige posten TOTAAL
2012 1.373 8 14 717 6 123 54 2.295
Het verloop van de voorziening dubieuze debiteuren is als volgt: (x € 1.000)
saldo 1-1 -2012
voorz. dubieuze debiteuren TOTAAL
380 380
toevoeging
aanwending
142 142
Vrijval
142 142
Saldo 31-122012
-
380 380
Liquide middelen Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten: x € 1.000
2011
Kas saldi Banksaldi Girosaldi TOTAAL
39 1.000 8 1.047
2012 26 1.203 14 1.243
Overlopende activa x € 1.000
2011 9 1.391 1.400
Vooruitbetaalde bedragen Nog te ontvangen bedragen Nog te ontvangen subsidies TOTAAL
121
2012 31 1.724 1.755
Passiva Eigen vermogen Het in de balans opgenomen eigen vermogen bestaat uit de volgende posten: (x € 1.000) 2011 Algemene reserves 6.062 4.754 algemene reserve reserve nieuw beleid 969 alg. reserve bouwgrondexploitatie 339 7.174 Bestemmingsreserves Egalisatiereserves 4.745 -675 Nog te bestemmen resultaat TOTAAL 17.306
2012 7.793 5.000 1.152 1.641 5.545 3.912 757 18.007
Het verloop in 2012 wordt in onderstaand overzicht per reserve weergegeven. (x € 1.000)
saldo
resultaat
1-1-2012
bestem ming
algemene reserve
4.754
- 675
resultaat 2011
- 675
675
reserve nieuw beleid
toevoeging
1.599
678
969
637
210 784
algemene reserve BE
339
2.086
258
37
reserve B.C.F.
909
reserve tijdelijke kos ten pers oneel
452
reserve nieuwbouw raadhuis reserve onderwijshuisvestingsvoorzieningen
969
reserve Hoofdinfrastructuur reserve bouwleges reserve riolering reserve egalisatie reiniging TOTAAL RESERVES
Vermindering tgv afschrijving
Saldo 31-12-2012 5.000 -
reserve vorming en opleiding
reserve afschrijvingen reserve tijdelijke tekorten structurele lasten
onttrekking
244
1.152 1.641 295 909
102 194
350 57
1.106
2.197
524
1.673
270
58
212
1.119
1.119
-
1.000
1.000
773
131
642
305 3.667
305 397
3.270
17.306
-
122
4.553
3.726
883
17.250
Toelichting mutaties van reserves Hieronder volgt een toelichting per reserve op de mutaties van de reserves. Volgens de BBV dienen alle mutaties van de reserves te verlopen over de functie 980. Alle boekingen voor het dienstjaar 2012 zijn gemaakt op basis van dit principe. Indien er voor een mutatie geen raming is opgenomen, dan wordt verwezen naar het raadsbesluit. Bij de mutaties is dit raadsbesluit tussen haakjes opgenomen. Om inzicht te bieden wordt per reserve het verloop getoond. Tevens wordt voor afwijkingen van meer dan € 50.000 ten opzichte van de begroting een toelichting gegeven. Algemene reserve Begroting(sw ij-
(x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Besluitvorming 2012: Onttrekking tekort jaarrekening 2011(kadernota rb 2-7-12) Diverse grondverko pen (primitieve begroting+njn rb 13-12-12) Opheffen res. tijdelijke tekorten structurele l asten (kadernota) Overheveling reserve ri olering (kadernota rb 2-7-12) Overheveling budgetten naar 2013 (najaarsnota rb 13-12-12 ) Overheveling budgetten 2012 (njn.nota rb 8-12-11+13-12-12) Overhevelen bedrag >5.000.000 naar vrije reserve (kadern ota) Subtotaal 2013 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 4.754 - 675 24 1.119 305 151 - 41 - 637 246 5.000
zi ging) 2012
Verschil
- 675 21 1.119 305 151 - 64 - 637 220
3 23 26
Vrije reserve Begroting(sw ij-
(x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari besluitvorming 2012 : Bijdrage Algemene reserve (kadern ota rb 2-7-12) Duurzaamheidsvisie (kadernota rb 2 -7-12+njn rb 13-12-12) Evaluatie Bloemenbuurt (najaarsnota 2011 rb 8-12-11) Analyse doorstroming (najaarsnota rb 13-12-12) Actualisatie bestemmin gsplannen (primitief+njn rb 13-12-12) Onderzoek cen trale inkoop (najaarsnota 2011 rb 8-12-11) Gebruiksvergunningen gemeentelijke gebouwen (rb 13-12-12) Actualisatie verkeers(veilighei d)beleid (rb 8-12-11+13-12-12) Digitaliseren bouwvergunningen (primitief+njn rb 13-12-12) Uitvoeren speelruimtebeleid en speelruimteplan (kadernota) Verder ontwikkelen dienstverleningsconcept (njn rb 1 3-12-12) Subtotaal 2013 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 969
zi ging) 2012
Verschil
637 - 24 -6 - 11 - 244 - 59 - 20 - 30 - 20 - 25 - 15
637 - 33 -6 - 11 - 135 - 59 - 20 - 44 - 57 - 25 - 15
9 - 109 14 37 -
183
232
- 49
1.152
Bij de najaarsnota werd er vanuit gegaan, dat er meer werkzaamheden in 2013 zouden plaatsvinden. Achteraf hebben de werkzaamheden eerder plaatsgevonden.
123
Algemene reserve bouwgrondexploitatie Begroting(swij-
(x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Besluitvorming 2012: Storting vanwege vrijval+mutaties voorz. (MPG sept 2012) Afsluiten Lansingh-Zuid 7 Winstuitname Lansingh-Zui d 8b Corr subsid ie mooi Nederland 2011 (jaarrekening 2011) Afboeken BE oud en erfpachtsgronden Kosten bouwgrond exploitatie algemeen (MPG sept 2012 ) Groene projecten (MPG 201 2) Subtotaal 2013 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 339 970 116 1.000 - 42 - 31 - 162 - 549 1.302 1.641
Verschil
zi ging) 2012
970 - 200 - 350 420
116 1.000 - 42 - 31 38 - 199 882
Reserve vorming en opleiding Begroting(sw ij-
(x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Storting slotuitkering IZA (voorjaa rsnota rb 14-6-2012) Storting l iquidatieuitkeri ng Bestuursacademie (rb 13-12-12) Uitnamen Subtotaal 2013 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 258 27 10 37 295
Verschil
zi ging) 2012
27 10 37
-
Reserve B.C.F. (x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Storting Uitnamen Subtotaal 2013 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 909 909
Begroting(swijziging) 2012
Verschil -
-
Reserve tijdelijke kosten personeel (x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Besluitvorming 2012: Storting Frictiekosten tijdelijk boventallig persone el (vjn rb 14-6-2012) Subtotaal 2013 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 452 - 102 - 102 350
Begroting(sw ijzi ging) 2012
- 163 - 163
Verschil
61 61
De frictiekosten voor tijdelijk boventallig personeel zijn lager dan geraamd, onder andere door hogere doorberekening van deze kosten aan derden.
124
Reserve nieuwbouw raadhuis (x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Storting vanui t calamiteitenonderhoud raadhuis (rb 14-6-2012) Onderzoek nieuwbouw (njn 2011 rb 8-12-11) Subtotaal 2013 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 969 194 - 57 137 1.106
Begroting(swijziging) 2012
Verschil
194 - 40 154
- 17 - 17
Reserve onderwijshuisvestingsvoorzieningen (x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Storting Uitnamen Ad miraal de Ruyterschool (nijn 2011 rb 8-12-1 1) Subtotaal 2013 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 2.197 - 524 - 524 1.673
Begroting(swijziging) 2012
Verschil
- 524 - 524
-
Reserve afschrijvingen (x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Uitnamen afschrijving 2012 inzake: Clubgebouw Driekamp (primitieve begroting) Exporuimte raadhui s (primitieve begrotin g) 2 noodlokalen OBS Kortland (primi tieve begroting) Subtotaal 2013 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 270 -8 -8 - 42 - 58 212
Begroting(swijziging) 2012
Verschil
-8 -8 - 42 - 58
-
Reserve tijdelijke tekorten structurele lasten (x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Besluitvorming 2012: Storting Opheffen van deze reserve ten gunste van AR (kadernota) Subtotaal 2013 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 1.119 - 1.119 - 1.119 -
Begroting(sw ijzi ging) 2012
Verschil
- 1.119 - 1.119
-
Reserve Hoofdinfrastructuur (x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Storting U itnamen Subtotaal 2013 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 1.000 1.000
125
Begroting(swijziging) 2012
Verschil -
-
Reserve bouwleges (x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Storting Aanwending saldo bouwleges (rb 8-12-11) Subtotaal 2013 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 773 - 131 - 131 642
Begroting(swijziging) 2012
Verschil
- 171 - 171
40 40
Reserve riolering Begroting(sw ij-
(x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Besluitvorming tot en met 2012: Storting voorde lig saldo rioleri ng in reserve (njn rb 13 -1 2-12) Overboeken sa ldo ten gunste van AR (ka dernota rb 2-7-12) Subtotaal 2012 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 305 0 -305 -305 0
zi ging) 2012
44 -305 -261
Verschil
-44 -44
Reserve egalisatie reiniging Begroting(swij-
(x € 1.000) 2012 - Saldo per 1 januari Onttrekking t.b.v. expl oitatie reiniging (primitieve begroting) Subtotaal 2012 - Saldo per 1 januari
Werke lijk 3.667 -397 -397 3.270
zi ging) 2012
-549 -549
Verschil 152 152
De onttrekking voor de exploitatie reiniging was lager dan verwacht. Doordat er hogere opbrengsten en lagere kosten waren. Zie voor een toelichting hiervoor programma 7 van de verschillenanalyse Aard en reden volgens de rapportage reserves en voorzieningen 2012 Algemene reserves Algemene reserve Verplichte reserve ten behoeve van het opvangen van risico’s, waarvoor geen of onvoldoende middelen in een bestemmingsreserve of voorziening zijn vastgezet. Reserve nieuw beleid Financiële ruimte reserveren voor incidentele dekking van nieuw beleid. Algemene reserve bouwgrondexploi- Deze reserve is bedoeld om de risico’s in de grondexploitaties tatie te kunnen opvangen, voor zover hiervoor geen voorzieningen zijn gevormd. Bestemmingsreserves Reserve vorming en opleiding Waarborgen van voldoende middelen voor het in het kader van de doorlopende organisatievernieuwing noodzakelijke opleiding en vorming van management en medewerkers Reserve BTW-compensatiefonds Bij de invoering van het BCF is deze reserve gevormd, om de nadelen op de exploitatie hiervan te kunnen opvangen. Reeds enige jaren is het resultaat zodanig dat geen onttrekking van deze reserve heeft plaatsgevonden. In 2009 heeft de belastingdienst een controle op het BCF over 2003 en 2004 uitgevoerd, waarbij de gemeente een naheffingsaanslag heeft ontvangen. Er is ook een naheffingsaanslag voor de teruggevraagde BTW op het onderdeel begraafplaatsen ontvangen. Tegen deze naheffingsaanslagen is bezwaar gemaakt. Bij de
126
najaarsnota is besloten om de kosten van Deloitte voor het bezwaar en beroep begraafplaatsen ten laste van deze reserve te brengen. Wanneer de uitspraken van deze zaken bekend en afgewikkeld zijn, zal deze reserve worden opgeheven. Reserve tijdelijke kosten personeel Deze reserve is gevormd om de frictiekosten als gevolg van organisatiewijzigingen of vertrek van personeel op te kunnen vangen. Reserve onderwijshuisvestingsvoor- Deze reserve is bestemd om de afschrijving ineens van de zieningen boekwaarden van de bestaande bouw, bij vervanging van onderwijshuisvestingsvoorzieningen te dekken en om gedeeltelijke afschrijvingen van de nieuwbouw te dekken voor de ingroei naar de uiteindelijke lasten in de begroting. Reserve nieuwbouw raadhuis Het vormen van een financiële buffer met het doel de kapitaallasten voor de nieuwbouw van het raadhuis geheel of gedeeltelijk op te vangen. Reserve afschrijvingen Bij de toewijzing van verschillende kredieten is besloten de afschrijving ten laste van de reserve nieuw beleid of de reserve bijzondere doeleinden te brengen. De hiervoor gereserveerde bedragen zijn, via de hiervoor genoemde reserves, ondergebracht in de reserve afschrijvingen. Reserve tijdelijke tekorten structurele Deze reserve is in het leven geroepen om de tijdelijke tekorlasten ten, waarmee de gemeente wellicht te maken krijgt, te dekken. De nadruk ligt op tijdelijk en structureel. Dit betekent dat de reserve wordt aangewend ten behoeve van het materieel evenwicht. Reserve Hoofdinfrastructuur Het waarborgen dat er voldoende middelen beschikbaar zijn om in het onderhoud en de aanleg van nieuwe hoofdinfrastructuur te kunnen voorzien.
Reserve bouwleges Reserve riolering Reserve reiniging
Voor het afvlakken van schommelingen in inkomsten uit omgevingsvergunningen is deze egalisatiereserve ingesteld. Deze reserve is gevormd om rekeningverschillen in de rioleringsexploitatie op te vangen. Deze reserve heeft als doel de fluctuaties in het resultaat van de reinigingsexploitatie op te vangen teneinde te grote tariefschommelingen in de afvalstoffenheffing te voorkomen.
127
Voorzieningen Het verloop van de voorzieningen wordt in onderstaand overzicht weergegeven. (x € 1.000)
saldo 1-1 -2012
toevoeging
Onderhoudsegalisa tievoorzieningen Voorz. Riolering en 4.857 1.831 Voorz. Onderhoud kapitaalgoederen 2.767 520 Voorz. Herstraten 10.584 1.297 Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico’s Voorz. Spaarovereenkomsten ambtenare n 96 Voorz. FLO Brandweer 36 Voorz. Pensioe nverplichtingen wethouders 2.410 345 Door derden beklem de middelen met een specifieke aanwendingsrichting Voorz. Spaarsal di Hypotheek Totaal Plan 1.466 172
TOTAAL VOORZIENINGEN
22.216
4.165
aanwending
Vrijval
Saldo 31-122012
2.139 964 1.217
4.549 2.323 10.664
28 17 150
68 19 2.605
251 4.766
-
1.387 21.615
Toelichting mutaties voorzieningen Voorziening rioleringen Aan de voorziening is voor het onderhoud (jaarlijkse storting) een bedrag toegevoegd van € 1.831.462 ten laste van de exploitatierekening. Volgens het rioleringsplan is aan diverse rioleringswerken een bedrag van € 2.139.202 uitgegeven. Het betrof onder andere het project riolering Linde/Olm € 467.110, riolering Spiritoso € 336.424, riolering Dijkgraafstraat € 346.730, riolering Morgental € 579.650. Voorziening onderhoud kapitaalgoederen Aan de voorziening is toegevoegd een bedrag van € 519.906 ten laste van de exploitatierekening en is bedoeld voor het onderhoud (jaarlijkse storting). De storting is 100%. Volgens het onderhoudsplan is een bedrag van € 964.104 uitgegeven aan diverse kapitaalwerken. Het betrof onder andere het bouwkundig onderhoud van het gebouw raadhuis € 129.523, van de diverse kinderdagverblijven € 130.367 en van het gebouw van zwembad “de Lansingh” € 286.081. Voorziening herstraten Aan de voorziening is toegevoegd een bedrag van € 1.297.222 ten laste van de exploitatierekening en is bedoeld voor het onderhoud (jaarlijkse storting). Volgens het herstratingsplan is een bedrag van € 1.216.782 uitgegeven aan diverse herstratingswerken. De herstatingswerken waar de meeste uitgaven plaatsvonden zijn: herstraten Morgental € 392.936 en herstraten Vijverlaan € 665.738. Voorziening Spaarovereenkomst ambtenaren De in het verleden opgebouwde voorziening wordt afgebouwd bij het vertrek van de deelnemers. Er vinden geen nieuwe stortingen meer plaats. In 2012 is € 28.034 uitgekeerd. Voorziening FLO Brandweer Bij de overgang van de gemeentelijke brandweer naar de Veiligheidsregio Rotterdam was bepaald, dat de FLO verplichtingen met betrekking tot de enige beroepskracht van de brandweer voor rekening van de gemeente zouden blijven. Voor 2012 is een bedrag van € 16.781 uitgekeerd.
128
Voorziening Pensioenverplichtingen Wethouders Om in te spelen op verwachtingen en ontwikkelingen in de toekomst, op het terrein van de pensioenen van politieke ambtsdragers (wethouders), is deze voorziening gevormd. Het is de verwachting, dat de pensioenen moeten worden ondergebracht bij een pensioenfonds (ABP). Voor 2012 is € 344.743 in deze voorziening gestort. Voor uitbetaalde pensioenen is een bedrag van € 150.390 aan de voorziening onttrokken. Voorziening Spaarsaldi Hypotheek Totaal Plan Voor ambtenaren die een spaarhypotheek hebben afgesloten, worden de gespaarde saldi aan de gemeente uitgekeerd. Deze saldi worden totdat de polissen worden beëindigd in de voorziening bewaard. In 2012 werden een bedrag van € 73.244 voor rente en een bedrag van € 98.400 voor gespaarde saldi in deze voorziening gestort. Er werd een bedrag van € 250.796 opgenomen.
129
In onderstaand overzicht is van elke voorziening de aard en reden voor het hebben daarvan, aangegeven. Hierbij is de indeling van de BBV gevolgd. Voorziening Voorziening rioleringen
Voorziening onderhoud kapitaalgoederen
Voorziening herstraten
Voorziening spaarovereenkomsten ambtenaren
Voorziening FLO Brandweer
Voorziening pensioenverplichtingen wethouders
Voorziening spaarsaldi Hypotheek Totaal Plan
Aard en reden Het vormen van een voorziening ter egalisering van in tijd onregelmatig gespreide kosten voor het waarborgen van de gebruiksmogelijkheid van het gemeentelijke rioleringsstelsel door middel van groot onderhoud en vervanging, zodat fluctuaties voor de exploitatie worden opgevangen. Het vormen van een voorziening ter egalisering van in tijd onregelmatig gespreide kosten voor het waarborgen van de gebruiksmogelijkheid van de kapitaalgoederen, anders dan rioleringen en herstraten, door middel van groot onderhoud en vervanging, zodat fluctuaties voor de exploitatie worden opgevangen. Het vormen van een voorziening ter egalisering van in tijd onregelmatig gespreide kosten voor het waarborgen van de gebruiksmogelijkheid van de openbare wegen door middel van herstraten, zodat fluctuaties voor de exploitatie worden opgevangen. Het vormen van een voorziening als een schatting van voorzienbare lasten in verband met risico’s en verplichtingen voortvloeiend uit de spaarovereenkomsten met ambtenaren. Deze in het verleden opgebouwde voorziening wordt afgebouwd bij het vertrek van de deelnemers. Er vinden geen nieuwe stortingen meer plaats Het vormen van een voorziening ter dekking van de FLO verplichtingen vanaf 2011, met betrekking tot de enige beroepskracht van de brandweer. Het vormen van een voorziening voor het beheer van pensioenen van politieke ambtsdragers (wethouders), waarbij wordt ingespeeld op de verwachting, dat de pensioenen worden overgedragen naar een pensioenfonds. Het vormen van een voorziening voor van derden verkregen gelden, als spaardeel dat jaarlijks voor de personeelshypotheken door de hypotheeknemers wordt betaald, waarvan de bestemming gebonden is voor de aflossing van de hypotheek na afloop van de leningstermijn
130
Vaste schulden met een looptijd langer dan 1 jaar De onderverdeling van de in de balans opgenomen langlopende schulden is als volgt: x € 1.000 2011 Onderhandse leningen binnenlandse banken en overige financiële ins tellingen 15.940 12 Waarborgsommen TOTAAL 15.952
2012 18.950 11 18.961
In onderstaand overzicht wordt het verloop weergegeven van de vaste schulden over het jaar 2012. Onderhandse leningen x € 1.000
saldo per 1-1-2012
Lening BNG Lening BNG Lening BNG Lening BNG Lening BNG Lening ASN Lening BNG waarborgsommen derden waarborgsommen ruimte TOTAAL
Vermeerderingen
1.167 3.000 2.160 2.280 3.000 4.333 8 4 15.952
5.000 5.000
Aflossingen
167 250 120 120 1.000 333 1 1.991
saldo 31 -12-2012
1.000 2.750 2.040 2.160 2.000 4.000 5.000 8 3 18.961
De totale rentelast voor het jaar 2012 met betrekking tot de vaste schulden bedraagt € 687.984,06. Vlottende passiva Onder de vlottende passiva zijn opgenomen: x € 1.000
Schulden < 1 jaar Overlopende passiva TOTAAL
2011 10.402 2.409 12.811
2012 10.846 2.259 13.105
2011 3.500 592 6.310 10.402
2012 6.000 4.846 10.846
2011
2012
Kortlopende schulden x € 1.000
Kas geldleningen Bank- en girosaldi Overige schulden TOTAAL
De specificatie van de post overlopende passiva is als volgt: x € 1.000
Vooruit ontvangen bedragen overheidslichamen Vooruit ontvangen bedragen Nog te betalen kosten TOTAAL
732 117 1.560 2.409
131
381 157 1.721 2.259
Het verloop van de vooruit ontvangen bedragen van overheidslichamen wordt in onderstaand overzicht weergegeven. x € 1.000
saldo 1-1-2012
Stadsregi o inzake Rondweg/Middenwetering I Stadsregi o inzake Rondweg/Middenwetering II Middelen participatiebudget re-integratie Budget edu catie Middelen WI Middelen inburg ering 2009 Subsidie Mooi Nederland Provincie bijdrage bodemsanering
278 137 228 76 13
TOTAAL
732
toevoeging
vrijval/afrekening
410 174 124 42 117 867
278 19 612 174 116 13 6 1.218
Saldo 31-12-2012
118 26 84 36 117 381
Toelichting op het verloop van middelen overlopende passiva Stadsregio inzake Rondweg/Middenwetering I (bedragen x € 1.000) 2012 Saldo 1-1-2012 278 Vrijval: plankosten 2012 -278 Saldo 31-12-2012 Het betreft een in 2005 ontvangen bedrag ad € 710.292 van de Stadsregio voor de herontwikkeling van de omgeving Rondweg/ Middenwetering. Hieraan is een bedrag van € 106.267 van de TSW subsidie toegevoegd. De gemaakte plankosten zijn ten laste van de subsidie gebracht. Stadsregio inzake Rondweg/Middenwetering II (bedragen x € 1.000) 2012 Saldo 1-1-2012 137 Vrijval: Betaalde subsidie 2 woningen - 19 Saldo 31-12-2012 118 Op basis van de Tijdelijke Stimuleringsregeling Woningbouwprojecten 2009 werd subsidie ontvangen voor het herstructureringsproject Rondweg-Middenwetering (de Nieuwe Vaart). Door de inzet van de subsidie werd het bouwplan vlotgetrokken en de verkoop en verhuur van de koop en duurdere huurwoningen in het plan gestimuleerd te worden. Er werd een subsidiebedrag per woning ad € 9.106,31 vastgesteld en aan de kopers uitbetaald. In 2012 werd deze subsidie aan 2 kopers vergoed. Middelen participatiebudget (bedragen x € 1.000) 2012 Toevoeging ontvangen middelen educatie 2012 174 Vrijval in verband met besteding educatie 2012 - 174 Saldo middelen educatie 31-12-2012 Participatiebudget WI 2011 76 Participatiebudget WI 2012 124 Vrijval inburgering 2012 - 116 84 Saldo middelen participatiebudget WI 2012 228 Saldo middelen re-integratie 1-1-2012 Participatiebudget re-integratie 2012 411 Vrijval in verband met kosten re-integratie 2012 - 613 26 Saldo middelen participatiebudget re-intgeratie 2012 Het betreft van derden verkregen gelden waarvan de bestemming gebonden is voor de uitvoering van werkzaamheden vallende onder het participatiebudget, zoals re-integratie, educatie en inburgering.
132
Saldo middelen WIN/WI oud (bedragen x € 1.000) 2012 Reservering middelen inburgering 2009 1-1-2012 (vrijval 2010) 13 Vrijval middelen inburgering 2009 - 13 Reservering middelen inburgering 2009 31-12-2012 Het betreft van derden verkregen gelden waarvan de bestemming gebonden is voor het inburgeren van nieuwkomers. Subsidie Mooi Nederland (bedragen x € 1.000) 2012 Saldo 1-1-2012 Toevoeging ontvangen middelen 42 Vrijval in verband met 50% kosten 2012 -6 Saldo 31-12-2012 36 In 2010 is een subsidie Mooi Nederland ontvangen van het Ministerie van VROM voor 50% van de kosten van planvorming voor de inrichting van het openbaar gebied bij buitendijkse gebiedsontwikkelingen. In het bijzonder Werf aan de IJssel. In eerste instantie was deze subsidie in de Algemene reserve BE geboekt. Dit jaar is dit gecorrigeerd, zodat dit bedrag bij de SiSa verantwoord kan worden. Investeringsbudget bodemsanering (bedragen x € 1.000) 2012 Saldo 1-1-2012 Toevoeging ontvangen middelen 117 Saldo 31-12-2012 117 Het betreft van derden ontvangen gelden, die bestemd zijn voor het bevorderen van een gezonde en duurzame leefomgeving. Hierbij dient de bodem van een drietal spoedeisende locaties gesaneerd te worden.
133
Waarborgen en garanties Het in de balans opgenomen bedrag voor verstrekte waarborgen aan natuurlijke- en rechtspersonen kan als volgt naar de aard van de geldlening gespecificeerd worden: Woningbouw (50% contragarantie rijk) Bedrag lening (x Naam van geldnemer € 1.000) 25.000 20.000 20.000 1.747 195 9.076 2.269 7.000 6.000 5.000 5.000 4.000 7.000 7.000 7.000 7.000 5.000 815 4.725 4.538 5.000 7.000 4.000 5.000 6.000 5.000 5.000 10.000 7.500 10.000 10.000 10.000 15.000 7.000 7.000 1.432 1.109 405 80 69 1.000 1.000 266.960
St. Ouderenhuisvest ing Rdam St. Ouderenhuisvest ing Rdam St. Ouderenhuisvest ing Rdam Stichting Woningpartners Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen St. Ouderenhuisvest ing FNV Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Stichting Qua Wonen Subtotaal
Sa ldo 1-1-2012 25.000 20.000 20.000 625 175 8.252 1.134 7.000 6.000 5.000 5.000 4.000 7.000 7.000 7.000 7.000 815 4.725 4.538 5.000 7.000 4.000 5.000 6.000 5.000 5.000 7.500 7.000 143 111 171 34 29 611 837 193.700
134
Toename 5.000 10.000 10.000 10.000 10.000 15.000 7.000 67.000
Aflossing 97 175 99 113 6.000 123 95 34 7 5 121 99 6.968
Saldo 31-12-2012 25.000 20.000 20.000 528 8.153 1.021 7.000 6.000 5.000 5.000 4.000 7.000 7.000 7.000 7.000 5.000 815 4.725 4.538 5.000 7.000 4.000 5.000 5.000 5.000 10.000 7.500 10.000 10.000 10.000 15.000 7.000 7.000 20 16 137 27 24 490 738 253.732
100% risico gemeente: Bedrag Naam van de lening x geldnemer € 1.000
Doel van de geldlening
Saldo
Toename
Aflossing
1-1-2012
1.187 St. Huize Tiendhove 1.689 St. Huize Tiendhove
renovatie renovatie
1.180 St. Zorgcentrum KadIJ
bouw verz.flat Crimpenersteijn
1.376 St. Zorgcentrum KadIJ 45 St. Gezondheidscentrum 4.000 St. Gezondheidscentrum
aanvullende lening rekening-courant nieuwbouw gezondheidscentrum
6.000 St. Gezondheidscentrum 1.000 St. Gezondheidcentrum 60 Dhr. Wisse
nieuwbouw gezondheidscentrum nieuwbouw gezondheidscentrum Stim.Volkshuisv. Ned. Gem.
16.477 TOTAAL
Saldo 31-12-2012
771 862 529
-
40 80 58
731 782 471
645
-
70
575
45 4.000
-
100
45 3.900
5.990
-
61
5.929
-
60
-
60
12.842
60
409
12.493
Garanties eigen woningen Bedrag lening x € 1.000
Naam van de geldneme r Diverse personen
Doel van de geldlening Aankoop eige n woning
TOTAAL
Saldo 1-1-2012 5.66 7
Aflossing
5.66 7
10
Saldo 31-12-2012 5.657
10
5.657
Langlopende financiële verplichtingen De gemeente is voor een aantal toekomstige jaren verbonden aan verschillende, niet uit de balans blijkende, financiële verplichtingen. Hieronder volgt een opsomming van de belangrijkste van deze verplichtingen: Huurovereenkomsten naam verhuurder
datum contract ingangsdatum
looptijd
huur 2012 € 1.000
7-1-2002 16-9-2002 10 jaar O.G.B.F. Crimpenhof Jaarlijks stilzwijgend verlengen. Opzegtermijn 1 jaar per september van elk jaar.
x 212
Operational lease-contracten naam leasemij
datum contract
ingangsdatum
Roteb Lease 11-3-2005 27-1-2005 Roteb Lease 6-7-2004 17-2-2005 Roteb Lease 8-8-2006 27-6-2006 Roteb Lease 23-7-2007 2-4-2007 Roteb Lease 22-12-2006 3-10-2006 Roteb Lease 11-3-2009 8-12-2008 Roteb Lease 10-2-2009 25-11-2008 Roteb Lease 25-6-2010 23-3-2010 Roteb Lease 3-8-2010 23-4-2010 Roteb Lease 10-8-2010 23-6-2010 Roteb Lease 10-8-2010 5-7-2010 Roteb Lease 18-4-2011 17-1-2011 Niet uit de balans blijkende verplichting
looptijd
96 mnd 72 mnd 96mnd 72 mnd 60 mnd 72 mnd 72 mnd 72 mnd 72 mnd 48 mnd 60 mnd 96 mnd
merk en type
Hofmans 416 Toyota Dyna Man LE Toyota Dyna Citroen Berlingo Ford Transit CC 300S Ford Transit CC 300S Toyota Dyna 100 CC Toyota Dyna 100 CC Miles ZX40ST Ford TRA CON. MB Sprinter CC 310CDI
leaseprijs (e xcl. BTW)
829,00 p/m 644,06 p/m 4.436,37 p/m 747,24 p/m 331,10 p/m 1.185,23 p/m 744,29 p/m 749,71 p/m 880,34 p/m 1.077,40 p/m 455,45 p/m 1.288,01 p/m
In 2012 zal een bedrag van € 365.000 aan vakantiegeld voor juni tot en met december 2012 worden uitbetaald. Voor het jaar 2012 is de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt) niet van toepassing, daarom is hierover geen toelichting gegeven.
135
In januari 2012 is een overeenkomst tot geldlening met de BNG afgesloten met BNG-leningnummer 40.107262. Het betreft een bedrag van € 15.000.000. Dit bedrag wordt opgenomen in 3 termijnen van € 5.000.000. De eerste termijn is op 2 juli 2012, de tweede op 2 januari 2013 en de derde termijn op 1 juli 2013. De looptijd van de lening is 41 jaar en de eerste aflossing zal op 1 juli 2014 plaatsvinden. Met ingang van 2006 dient middels een bijlage bij de jaarrekening verantwoording te worden afgelegd over de besteding van specifieke uitkeringen aan de verstrekkers van deze uitkeringen. In deze bijlage zijn hiertoe een aantal kengetallen c.q. bedragen opgenomen. Het model treft u hierna aan. Voor de leesbaarheid zijn de regelingen die niet van toepassing zijn, geschrapt.
136
Programma rekening & verschillen analyse
Begroting 2012
Programmarekening 2012 x € 1.000 1. Bestuur en dienstverlening 2. Veiligheid 3. Jeugd en Onderw ijs 4. Sport en Cultuur 5. Maatschappelijke Ondersteuning 6. Werk en Inkomen 7. Beheer Buitenruimte 8. Duurzaam w onen en w erken Totaal program m a's Algem ene dekkingsm iddelen Lokale heffingen: OZB Gebruikers OZB Eigenaren Hondenbelasting Algemene uitkeringen Dividend Storting in voorz. dubieuze debiteuren Lasten algemene dekkingsmiddelen Algem ene dekkingsm iddelen Onvoorziene lasten en baten Saldo voor resultaatbestem m ing Resultaatbestem m ing per program m a 1. Bestuur en dienstverlening 2. Veiligheid 3. Jeugd en Onderw ijs 4. Sport en Cultuur 5. Maatschappelijke Ondersteuning 6. Werk en Inkomen 7. Beheer Buitenruimte 8. Duurzaam w onen en w erken Algemene dekkingsmiddelen Resultaatbestem m ing Saldo na resultaatbestem m ing
lasten 5.956 3.321 5.049 6.269 6.343 11.214 13.732 4.215 56.098
17 17 338 56.453
Begroting 2012 na w ijzigingen
baten - 582 - 1.156 - 364 - 1.973 - 627 - 8.207 - 7.438 - 964 - 21.311
saldo 5.374 2.164 4.686 4.296 5.716 3.006 6.294 3.251 34.787
- 893 - 4.615 - 150 - 25.437 - 882
- 893 - 4.615 - 150 - 25.437 - 882
lasten 6.769 3.002 5.719 6.057 6.285 12.082 13.648 1.678 55.239
- 880 - 4.660 - 148 - 25.939 - 887
- 880 - 4.660 - 148 - 25.939 - 887
lasten 6.456 2.906 5.584 5.861 6.102 11.977 13.387 3.105 55.378
baten - 668 - 402 - 377 - 2.005 - 791 - 8.737 - 7.532 - 2.951 - 23.464
saldo 5.789 2.504 5.207 3.856 5.311 3.240 5.855 154 31.914
- 880 - 4.671 - 148 - 26.065 - 887 31 7 38
- 32.652
- 54.284
15 - 32.500 137 1.107
55.415
- 56.115
231 65 970 1.575 2.842
- 305 - 272 - 566 -9 - 574 - 735 - 1.488 - 3.949
- 74 - 272 - 566 -9 - 509 235 88 - 1.107
231 24 2.086 2.212 4.553
- 275 - 180 - 566 - 18 - 423 - 1.088 - 2.061 - 4.610
- 43 - 180 - 566 - 18 - 399 997 151 - 57
58.233
- 58.233
-
59.968
- 60.725
- 757
- 53.288
15 15 137 55.391
14 229 100 343
- 349 125 - 2.259 - 460 - 466 - 100 - 3.509
- 349 125 - 2.259 - 446 - 237 - 3.165
56.796
- 56.796
-
138
saldo 6.076 2.618 5.356 4.021 5.534 3.229 6.184 451 33.469
- 880 - 4.671 - 148 - 26.065 - 887 31 7 - 32.614 - 700
17 - 31.960 338 3.165
- 31.977
Rekening 2012
baten - 693 - 383 - 363 - 2.036 - 751 - 8.852 - 7.464 - 1.227 - 21.769
- 32.515
Programma 1
Bestuur en dienstverlening
x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
5.607 349 5.956
6.332 437 6.769
6.003 454 6.456
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel) Totaal baten
- 553 - 28 - 582
- 457 - 236 - 693
- 433 - 235 - 668
SALDO voor bestemming
5.374
6.076
5.789
- 349
- 74
- 43
5.026
6.002
5.745
Totaal lasten Baten
Mutatie reserves SALDO na bestemming Thema Bestuur Dienstverlening Middelen Bedrijfsvoering Interne dienstverlening
Begroting 2012 3.661 1.696 18 -
Begroting na wijziging Rekening 2012 3.081 2.969 1.826 1.814 1.169 1.006 -
Verschillenanalyse Per saldo bedraagt het voordelig verschil op dit programma ca.€ 287.000 voor bestemming. Dit totale verschil is de optelsom van diverse voor- en nadelen. Alle verschillen van baten en lasten hoger dan € 20.000 op productniveau zijn hieronder toegelicht.
Product
Toelichting op verschil
Afwijking x € 1.000
Voordeel / Nadeel
LASTEN College van burgemeester en wethouders
De salariskosten van het college zijn in werkelijkheid lager dan geraamd. Tevens zijn de kosten van de bedrijfsvoering lager dan begroot.
32
V
Budgetcyclus college
De producten uit de P&C cyclus zijn opgesteld met minder ambtelijke inzet, mede door de vacatures bij de afdeling F&C In 2012 zijn minder reisdocumenten uitgegeven, dan werd verwacht. Dit leidt tot lagere kosten. Waardoor ook de inkomsten lager zijn. Het voordelig verschil is een combinatie van een lager aantal ambtelijke uren en lagere externe kosten voor de WOZ en de BAG. Ongeveer de helft van dit voordeel wordt veroorzaakt door de rente, voornamelijk als gevolg van hogere renteopbrengsten vanuit de bouwgrondexploitatie en van de hypotheken ambtenaren. De andere helft van het voordeel is het gevolg van de
33
V
39
V
48
V
125
V
Loket
Uitvoering wet WOZ Saldo kostenplaatsen
139
lagere kosten van de bedrijfsvoering (inclusief kosten huisvesting).
140
Programma 2
Veiligheid
x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
3.193 128 3.321
2.912 90 3.002
2.871 35 2.906
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
- 1.156 - 1.156
- 383 - 383
- 402 - 402
2.164
2.618
2.504
125
- 272
- 180
2.289
2.347
2.324
Totaal lasten Baten
Totaal baten SALDO voor bestemming Mutatie reserves SALDO na bestemming
Thema Overlast Criminaliteit Verkeersveiligheid Brandveiligheid Crissisbeheersing en rampenbestrijding Vergunningverlening en handhaving
Begroting 2012 387 1.189 116 472
Begroting na wijziging Rekening 2012 340 338 1.189 1.187 120 111 970 868
Verschillenanalyse Per saldo bedraagt het voordelig verschil op dit programma ca.€ 114.000 voor bestemming. Dit totale verschil is de optelsom van diverse voor- en nadelen. Alle verschillen van baten en lasten hoger dan € 20.000 op productniveau zijn hieronder toegelicht. Product
Toelichting op verschil
Afwijking x € 1.000
Voordeel / Nadeel
Voor het project digitalisering bouwvergunningen is via de najaarsnota 2012 een bedrag van 55.000 euro overgeheveld naar 2013. Bij de cijfermatige verwerking van de effecten van de najaarsnota is deze wijziging (aframing in 2012) abusievelijk niet meegenomen. Dit zorgt nu voor een overschot op dit product.
64
V
Een voordeel op de bouwleges is ontstaan doordat er in het laatste kwartaal aanvragen zijn gedaan waarmee geen rekening was gehouden bij het opstellen van de najaarsnota. Wel is er sprake van de egalisatiereserve bouwleges, waardoor het voordeel dat hier nu is ontstaan ook een lagere uitname uit de reserve betekent.
30
V
LASTEN Handhaving bouwregelgeving
BATEN Leges bouwvergunningen
141
Programma 3
Jeugd en Onderwijs
x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
5.049 5.049
5.719 5.719
5.569 15 5.584
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel) Totaal baten
- 364 - 364
- 363 - 363
- 377 - 377
SALDO voor bestemming
4.686
5.356
5.207
- 2.259
- 566
- 566
2.427
4.791
4.641
Totaal lasten Baten
Mutatie reserves SALDO na bestemming
Thema Meedoen en ontmoeten Spelen en leren Gezond opgroeien en opvoeden
Begroting 2012 Begroting na Rekening 2012 wijziging 725 685 644 2.538 3.152 3.136 1.423 1.518 1.427
Verschillenanalyse Per saldo bedraagt het voordelig verschil op dit programma ca.€ 150.000 voor bestemming. Dit totale verschil is de optelsom van diverse voor- en nadelen. Alle verschillen van baten en lasten hoger dan € 20.000 op productniveau zijn hieronder toegelicht.
Product
Toelichting op verschil
Afwijking x € 1.000
Voordeel / Nadeel
23
N
23
V
49
V
31
V
LASTEN Huisvestingsvoorzieningen OPO
Leerlingenvervoer
Jeugdgezondheidszorg uniform Jeugdgezondheidszorg Maatwerk
Voor de ontwikkeling van de Prinsessenhof is een projectorganisatie ingericht. Voor de advieskosten is door de deelnemende partijen een verdeelsleutel vastgesteld. Voor de scholen konden deze worden gedekt uit de te verstrekken normvergoeding voor de vervangende nieuwbouw. Nu de gemeente Krimpen aan den IJssel heeft besloten af te zien van vervangende nieuwbouw van de betreffende basisscholen, is zij belast met het aandeel in de gemaakte advieskosten. Over deze ontwikkeling is de raad geïnformeerd via een RIB. Per september is een aantal ritten leerlingenvervoer weer samengevoegd en is de besparing als gevolg van de invoering van de 6 kilometer grens wat hoger dan verwacht. De raming van de totale subsidiekosten aan de GGD was in 2012 te hoog. Dit zorgt voor een voordelig verschil in de jaarrekening 2012. Door het inzetten van provinciale middelen (Ras) voor de jeugdhulpverlening zijn in 2012 minder gemeentelijke middelen ingezet. Tevens werd de subsidie voor opvoedondersteuning over 2011 lager vastgesteld, dan
142
verlening in 2011. Het voordelig verschil komt tgv 2012.
143
Programma 4
Sport en Cultuur
x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
6.269 6.269
6.032 25 6.057
5.836 24 5.861
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
- 1.973 - 1.973
- 2.011 - 25 - 2.036
- 1.980 - 25 - 2.005
4.296
4.021
3.856
-
-9
- 18
4.296
4.012
3.838
Totaal lasten Baten
Totaal baten SALDO voor bestemming Mutatie reserves SALDO na bestemming
Thema
Begroting 2012 Begroting na Rekening 2012 wijziging 2.184 1.930 1.971 2.112 2.091 1.885
Sport Cultuur
Verschillenanalyse Per saldo bedraagt het voordelig verschil op dit programma ca.€ 165.000 voor bestemming. Dit totale verschil is de optelsom van diverse voor- en nadelen. Alle verschillen van baten en lasten hoger dan € 20.000 op productniveau zijn hieronder toegelicht. Product
Toelichting op verschil
Afwijking x € 1.000
Voordeel / Nadeel
25
V
126
V
35
V
21
N
LASTEN Overdekt zwembad
Muziekschool
Ontmoetingscentrum de Tuyter
Dit voordelig verschil is het saldo van diverse voor- en nadelen in de totale exploitatie van het zwembad van ca. 2,1 mln Euro. Mede door de verbouwing is de exploitatie voordeliger. De totale exploitatiekosten van de muziekschool vallen lager uit. De belangrijkste oorzaken zijn lagere personeelslasten (minder lesuren) en lagere aanschafkosten muziekinstrumenten. Tevens werden minder interne kosten doorberekend, omdat de totale kosten van de bedrijfsvoering binnen de gemeentelijke organisatie lager zijn in 2012. De exploitatie van de Tuyter is voordeliger: naast lagere personeelslasten, zijn minder interne kosten doorberekend, omdat de totale kosten van de bedrijfsvoering binnen de gemeentelijke organisatie lager zijn in 2012.
BATEN Overdekt zwembad
De inkomsten van het zwembad zijn via de najaarsnota naar boven bijgesteld. Deze bijstelling blijkt nu te
144
optimistisch: de totale inkomsten zijn hoger dan in de primitieve begroting, maar lager dan de verwachting bij de najaarsnota.
145
Programma 5
Maatschappelijke Ondersteuning
x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
6.299 44 6.343
6.178 107 6.285
6.041 61 6.102
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel) Totaal baten
- 627 - 627
- 751 - 751
- 791 - 791
SALDO voor bestemming
5.716
5.534
5.311
-
-
-
5.716
5.534
5.311
Totaal lasten Baten
Mutatie reserves SALDO na bestemming
Thema Maatschappelijke ondersteuning Volksgezondheid
Begroting 2012 Begroting na Rekening 2012 wijziging 5.474 5.319 5.100 242 215 210
Verschillenanalyse Per saldo bedraagt het voordelig verschil op dit programma ca.€ 223.000 voor bestemming. Dit totale verschil is de optelsom van diverse voor- en nadelen. Alle verschillen van baten en lasten hoger dan € 20.000 op productniveau zijn hieronder toegelicht. Product
Toelichting op verschil
Verschil x € 1.000
Voordeel / Nadeel
In 2012 zijn veel gezinnen geplaatst. Doordat alleen de volwassenen een inburgeringstraject behoeven te volgen zijn er minder trajecten ingekocht. Het beleid is om in plaats van aanpassingen vaker een verhuizing te adviseren. Daardoor worden aanvragen minder vaak toegekend en met name minder duurdere woningaanpassingen uitgevoerd. Het aantal gebruikers met een rolstoel is verder teruggelopen; voor een deel door financiering via de AWBZ voor personen die zijn opgenomen in een verpleegtehuis.
55
V
55
V
41
V
De rijksbijdrage voor inburgering is in 2012 hoger omdat ook het restant saldo uit voorgaande jaren tgv 2012 wordt afgewikkeld.
37
V
LASTEN Inburgering begeleiding nieuwkomers Woonvoorzieningen
en
Rolstoelvoorzieningen
BATEN Inburgering begeleiding nieuwkomers
en
Overigens dient nog opgemerkt te worden, dat door het kiezen van de systematiek waarbij de eigen bijdragen door het CAK vastgesteld worden, de wetgever in feite bepaald heeft, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van die eigen bijdragen geen gemeentelijke
146
verantwoordelijkheid is. Dat betekent, dat wij geen zekerheid kunnen verkrijgen over omvang en hoogte van de eigen bijdragen als gevolg van het niet kunnen vaststellen van de juistheid op persoonsniveau.
147
Programma 6
Werk en Inkomen
x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
11.214 11.214
11.661 420 12.082
11.557 420 11.977
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
- 8.207 - 8.207
- 8.852 - 8.852
- 8.737 - 8.737
3.006
3.229
3.240
-
-
-
3.006
3.229
3.240
Totaal lasten Baten
Totaal baten SALDO voor bestemming Mutatie reserves SALDO na bestemming Thema
Begroting 2012 Begroting na Rekening 2012 wijziging 534 914 917 1.257 1.238 1.270 1.216 1.077 1.052
Werk Inkomen Minima
Verschillenanalyse Per saldo bedraagt het nadelig verschil op dit programma ca.€ 10.000 voor bestemming. Dit totale verschil is de optelsom van diverse voor- en nadelen. Alle verschillen van baten en lasten hoger dan € 20.000 op productniveau zijn hieronder toegelicht. Afwijking x € 1.000
Voordeel / Nadeel
De lasten en baten van de re-integratie worden jaarlijks aan elkaar gelijk gesteld. Het restant wordt doorgeschoven naar het volgende jaar. Hierdoor is het verschil aan de lasten en baten kant aan elkaar gelijk. Per saldo vertoont het product re-integratie geen verschil. Op deze post wordt de bijdrage aan Promen verantwoord. Het verschil betreft de doorbetaling van een bonus begeleid werken mbt 2010. Het bedrag was niet bekend op het moment van het opstellen van de najaarsnota 2012. Aan de batenkant staat een bijna gelijk verschil.
102
V
34
N
De totale baten voor re-integratie (als onderdeel van het totale budget participatie) bestaan in 2012 uit de rijksbijdrage 2012 opgehoogd met niet-bestede middelen uit vorige jaren. Bij de jaarafsluiting wordt het niet in 2012 bestede budget doorgeschoven naar 2013. Omdat in de begroting hiermee geen rekening is gehouden, zorgt het voor een voordelig verschil aan de batenkant. Aan de
104
N
LASTEN Re-integratie
Overige werkgelegenheid
BATEN Re-integratie
148
Overige werkgelegenheid
Uitkeringen levensonderhoud
Verhaal, fraude en terugvordering Schuldhulpverlening/ budgettering
lastenkant staat ongeveer hetzelfde (voordelige) verschil. Per saldo vertoon dit product geen afwijking. Op deze post wordt rijksbijdrage verantwoord, die door de gemeente doorbetaald wordt aan Promen. De inkomsten in 2012 zijn incidenteel hoger wegens afwikkeling van een balanspost (rijksbijdrage) over oude jaren. Aan de lastenkant staat een bijna gelijk verschil. Er was rekening gehouden met een aanvraag van Incidentele Aanvullende Uitkering (IAU). Echter doordat het resultaat van de baten (rijksbijdrage) en lasten (uitkeringen) van de uitkeringen levensonderhoud lager bleek dan 10% van de gebundelde uitkering over 2012 kan er geen beroep worden gedaan op een aanvullende (IAU) uitkering Het voordelig verschil wordt veroorzaakt door de toename van het terug te vorderen bedrag. Deze toename was niet voorzien tijdens najaarsnota 2012. Deze rijksbijdrage zou ingezet worden voor de schuldhulpverlenging (Nieuw Beleid). Inmiddels is bekend dat de rijksbijdrage niet uitgekeerd zal worden. Het nieuwe beleid hiervoor wordt ook niet ingezet.
149
41
V
80
N
53
V
23
N
Programma 7
Beheer Buitenruimte
x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
13.682 50 13.732
13.558 90 13.648
13.308 79 13.387
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
- 7.438 - 7.438
- 7.423 - 41 - 7.464
- 7.491 - 41 - 7.532
6.294
6.184
5.855
- 446
- 509
- 399
5.847
5.675
5.456
Totaal lasten Baten
Totaal baten SALDO voor bestemming Mutatie reserves SALDO na bestemming Thema Wegen Water Groen Speelplaatsen Afval Overige openbare ruimte
Begroting 2012 Begroting na Rekening 2012 wijziging 4.219 3.914 3.792 51 45 51 1.966 1.997 1.890 231 227 270 - 329 - 119 - 234 115 130 117
Verschillenanalyse Per saldo bedraagt het voordelig verschil op dit programma ca.€ 329.000 voor bestemming. Dit totale verschil is de optelsom van diverse voor- en nadelen. Alle verschillen van baten en lasten hoger dan € 20.000 op productniveau zijn hieronder toegelicht. Product
Toelichting op verschil
Verschil x € 1.000
Voordeel / Nadeel
46
V
23
V
24
V
26
V
26
V
LASTEN Gladheidsbestrijding Bruggen, duikers en tunnels Straatverlichting
Verkeersborden en wegbelijning
Groen
De kosten die worden gemaakt voor de sneeuw- en gladheidsbestrijding zijn weersafhankelijk en daardoor op voorhand lastig te bepalen. Minder onderhoud aan bruggen uitgevoerd dit jaar ivm capaciteit De kosten voor de elektra van de straatverlichting zijn een stuk lager dan begroot. Dit komt doordat wordt gewerkt met LED verlichting en waar mogelijk wordt tussen bepaalde tijden de openbare verlichting gedimd. Aanvankelijk was de planning om de verkeer- en vervoervisie in concept in 2012 af te ronden, dit is niet haalbaar gebleken. Vandaar dat een gedeelte van het budget niet is gebruikt. Dit jaar zijn er minder kosten gemaakt voor bomenbeheer dan begroot aangezien er nauwelijks stormschade was en de kapronde/inboet deels in 2013 is uitgevoerd.
150
Afval
De afvalexploitatie is voordeliger vooral door de verlaging van het budget van de MAK als gevolg van de indexcorrectie. De hoogte van de correctie werd pas eind 2012 bepaald, waardoor het niet meer in de begroting 2012 kon worden aangepast. Dit leidt tot een verschil in de kosten van de afvalexploitatie. Tevens wordt een lager bedrag onttrokken aan de egalisatie reserve reiniging.
86
V
Bijdrage van het hoogheemraadschap was niet in de begroting opgenomen. Het betreft een jaarlijkse bijdrage voor het onderhoud van de hoofdwatergangen in de gemeente. Volgens de eindafrekening van OASEN was het verbruik in 2012 lager. Het verminderde verbruik is veroorzaakt door leegstand, latere oplevering nieuwbouw en misschien zelfs wel de mindere zomer. Meer inkomsten lijkbezorgingsrechten en vergunningen voor grafmonumenten doordat er meer begrafenissen zijn geweest in 2012 dan geraamd. Ook zijn er meer graven verlengd. Voor kunststof was er sprake van een hogere opbrengst dan geraamd. Daarnaast waren er extra inkomsten door een vergoeding uit 2010 en 2011. Deze voordelen komen tgv de afvalexploitatie en worden verrekend met de reserve egalisatie reiniging.
22
V
34
N
62
V
43
V
BATEN Onderhoud vijvers en watergangen
Rioolheffing
Begraafrechten
Afval
151
Programma 8
Duurzaam wonen en werken
x € 1.000
Begroting 2012 Begroting na wijziging
Rekening 2012
Lasten Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel)
1.722 2.493 4.215
995 683 1.678
1.521 1.584 3.105
Bestaand beleid (Structureel) Bestaand beleid (Incidenteel) Totaal baten
- 814 - 150 - 964
- 314 - 913 - 1.227
- 1.515 - 1.436 - 2.951
SALDO voor bestemming
3.251
451
154
- 237
235
997
3.014
686
1.151
Totaal lasten Baten
Mutatie reserves SALDO na bes temming
Thema
Begroting 2012 Begroting na Rekening 2012 wijziging 169 107 87 333 231 237 2.450 - 178 - 455 69 65 63 230 227 223
Duurzaamheid Mobiliteit Wonen Economie Recreatie
Verschillenanalyse Per saldo bedraagt het nadelig verschil op dit programma ca.€ 297.000 voor bestemming. Dit totale verschil is de optelsom van diverse voor- en nadelen. Alle verschillen van baten en lasten hoger dan € 20.000 op productniveau zijn hieronder toegelicht. Product
Toelichting op verschil
Verschil x € 1.000
Voordeel / Nadeel
95
N
27
V
1.386
N
LASTEN Bestemmings-, wijzigings- en uitwerkingsplannen Beheer eigen woningbezit
Bouwgrondexploitatie algemeen
Voor het actualiseren van de bestemmingsplannen zijn in 2012 meer kosten gemaakt dan werd verwacht, de deadline voor deze actualisatie is 1 juli 2013, maar in de afrondende fase worden verhoudingsgewijs minder kosten verwacht. Kosten die zouden worden gemaakt voordat het nieuwe contract voor Industrieweg 13 inging zijn niet gemaakt en kosten van een ander pand zijn in de grex verantwoord zonder de raming in de exploitatie naar beneden bij te stellen. Hogere lasten voor de bouwgrondexploitatie worden veroorzaakt door een hogere afboeking van de "groene" projecten (€ 287.000), het project gezondheidscentrum is toch niet in 2012 afgerond waardoor de financiële afwikkeling hiervan pas in 2013 wordt verwacht (€ 943.000), ophoging voorziening voor dit project door het langer doorlopen van dit project (€ 63.000) en de
152
"gele" projecten welke is lager dan geprognotiseerd, doordat de uitvoering van veel projecten vertraging oploopt.
BATEN Bouwgrondexploitatie algemeen
Zie verklaring bij de lasten
524
153
V
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Dit onderdeel van de rekening bevat (anders dan bij de begroting) twee overzichten: de algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Op de acht programma’s van de gemeente zijn de lasten en baten verwerkt die toe te rekenen zijn aan de inhoud van die programma’s. Het saldo van de lasten en baten van de programma’s is uiteraard negatief. De algemene dekkingsmiddelen zorgen ervoor dat de negatieve saldi van de programma’s worden opgevangen. De algemene dekkingsmiddelen bestaand uit de algemene uitkering, de O.Z.B., deelnemingen (dividenden) etc. Tot de algemene dekkingsmiddelen behoren niet de rioolrechten en de afvalstoffenheffing, die immers een vastgesteld bestedingsdoel hebben. Het volgende overzicht geeft aan welke algemene dekkingsmiddelen in de rekening 2012 zijn verantwoord: x € 1.000
Begroting 2012
Onroerende Zaakbelasting Hondenbelasting Algemene Uitkering Winstuitkering Eneco Dividend Storting in voorz. dubieuze debiteuren Mutatie reserves Lasten algemene dekkingsmiddelen TOTAAL algemene dekkingsmiddelen
5.508 150 25.437 157 725 - 17 31.960
Begroting na wijziging 5.541 148 25.939 157 730 - 88 - 15 32.413
Rekening 2012 5.551 148 26.065 157 730 - 31 - 151 -7 32.463
De raming van de algemene uitkering voor 2012 is gebaseerd op de informatie uit de septembercirculaire 2012 van het gemeentefonds. Na het verschijnen van de decembercirculaire was geen begrotingswijziging meer mogelijk in 2012. Volgens de berekening op basis van de decembercirculaire ontvangt Krimpen ca. € 40.000 extra. Tevens zijn eind februari 2013 extra bedragen ontvagen over 2011 en 2012, omdat diverse rekeneenheden (aantallen en gewichten) van het gemeentefonds aangepast zijn. Daarom wijken de werkelijke inkomsten uit de algemene uitkering af van de raming met totaal ca. € 127.000.
154
Voor onvoorziene lasten heeft de gemeente bij de begroting een bedrag van € 10 per inwoner opgenomen. Deze onvoorziene lasten waren niet verdeeld over de programma’s, maar zijn gedurende het begrotingsjaar breed ingezet. Aan het eind van het jaar resteerde nog een bedrag van ruim € 137.208 op deze post. Hierna volgt een overzicht van het verloop van de post onvoorzien 2012: x € 1.000
Omschrijving
Verloop
Primiti eve begroting incl begrotingssaldo 1/1 1e be grotingswijziging - Najaarsnota 2 011 2e be grotingswijziging - Verhoging budget aanleg Vrachtwagenpa 3e be grotingswijziging - Effect decembercirculai re, invoering jeug 4e be grotingswijziging - Voorbereiding en metropoo lregio 5e be grotingswijziging - Voorjaarsnota 2012 6e be grotingswijziging - Opnameapparatuur raadszaal, effect juni 7e be grotingswijziging - Kosten exploitati e we rkplein 8e be grotingswijziging - Effect septembercirculaire 9e be grotingswijziging - Najaarsnota 2 012 Stand o nvoorzien eind 2012
155
338 114 16 - 59 - 10 - 94 - 84 - 55 502 - 530 137
Overgehevelde bedragen 2011 naar 2012 Eind 2011 zijn bij de najaarsnota bedragen overgeheveld naar 2012, omdat verwacht werd dat deze budgetten in 2012 alsnog zouden worden besteedt aan de geplande activiteiten. Hieronder is kort weergegeven hoe de uitvoering hiervan in 2012 is verlopen.
Omschrijving
Overheveling Uitvoering X € 1.000
Professionalisering inkoop
59
Uitgevoerd, project afgerond
Ontwikkeling personeelsinstrumentarium
25
Digitaliseren bouwvergunningen
15
Cameraopstelling Stormpolder
14
Bij kaderstelling verlaagd en zou deels worden ingezet voor HNW € 5.000 besteedt, restant vervallen bij jaarafsluiting Project nog in uitvoering. I.v.m. ziekte en uitloop van het project is eind 2012 besloten een deel van de gelden van 2012 voor het digitaliseren naar 2013 over te hevelen. Budget niet ingezet, afgeraamd in 2012
Jeugdparticipatie
25
Jongin wordt na inzet op JJW daaruit bekostigd
Ontwikkeling (amateur)theaterprogramma
11
Budget in 2012 ingezet.
Monumentenzorg
15
Degeneratie kabelsleuven uit 2011
50
Overgeheveld naar 2013 zoals besloten bij kaderstelling. Budget ingezet in 2012.
Degeneratie kabelsleuven uit 2011
-50
Budget ingezet in 2012.
Parkmanagement
19
Budget ingezet in 2012.
Bereikbaarheid Algeracorridor
50
Duurzaamheidsvisie
113
Afgeraamd in Kadernota 2013; de geplande onderzoeken hoefden we niet zelf te bekostigen. Budget verlaagd en voor een groot deel besloten bij kadernota tot overheveling naar 2013 en 2014. 95.000 naar 2013 22.500 naar 2014
Subsidie slokaanvraag
17
Analyse doorstroming
20
Nog niet besteed; bij NJN 2012 heeft overheveling van € 16.000 plaatsgevonden naar 2013. Uitgevoerd tegen lagere kosten.
Grote woontest
20
Uitgevoerd tegen lagere kosten.
Totaal
403
156
Analyse incidentele baten en lasten In onderstaande overzichten zijn de incidentele lasten en baten per programma weergegeven. De eventuele verschillen zijn reeds verklaard in de toelichting op de programmarekening. Incidentele posten incl. mutaties reserves
x € 1.000
1 2 3 4 5 6 7 8
Programma
Bestuur en dienstverlening Veilighe id Jeugd e n onderwijs Sport en cultuur Maatschappeli jke ondersteuning Werk en inkomen Beheer buitenruimte Duurzaam wonen en werken Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Totaal
1 Bestuur en dienstverlening
Incidentele ba ten Incidentele lasten Be groting Begroting Begroting na wijz. Rekening Begroting na wijz. Rekening 2012 2012 2012 2012 2012 2012 - 377 - 128
- 345 - 57
- 343 - 20
- 25
- 25
349 128
50 2.643
25 107 420 90 545
454 35 15 24 61 420 79 1.582
3.213
1.728
2.669
44 - 50 - 2.643 - 3.197
- 104 - 1.513 - 92 - 2.135
- 89 - 2.594 - 92 - 3.162
451 90
Toelichting op de incidentele baten en lasten Lasten voor het Arbo- en gebruiksbesluit, digitalisering bouwvergunningen, aanschaf geluidsinstallatie raadszaal, dienstverleningsconcept, centrale inkoop, metropoolregio, voorzieningendiscussie, invoering HNW, tijdelijke kosten personeel. Baten door IZA-uitkering, teruggave van loonheffing uit voorgaande jaren, bijdragen uit voorzieningen en reserves.
2 Veiligheid
Lasten voor het digitaliseren van de bouwvergunningen, deze lasten worden gedekt door een bijdrage uit de vrije reserve.
3 Jeugd en Onderwijs 4 Sport en Cultuur
Vergoeding plankosten. Er is van Kabel TV Krimpen een donatie ontvangen, deze is ingezet voor het project 'Muziek op school'.
5 Maatschappelijke ondersteuning 6 Werk en Inkomen
Transitiekosten voor AWBZ - Wmo. Bedrag opgenomen als overlopende passiva ten behoeve van herstructurering van Promen.
7 Beheer Buitenruimte
Bijdrage en kosten voor het herstel van verhardingen in verband met het glasvezelnetwerk. Kosten voor het speelruimtebeleid, herindeling begraafplaats, verkeersbeleid, deze kosten worden deels gedekt door een bijdrage uit de reserve. Vanuit Kabel TV Krimpen is een donatie ontvangen voor de kinderboerderij.
8 Duurzaam wonen en werken
Lasten die zijn gemaakt ten behoeve van duurzaamheid, het actualiseren van bestemmingsplannen en onderzoeken met betrekking tot de woningmarkt.
Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien
Ontvangst vanuit het gemeentefonds voor de dekking van transitiekosten AWBZ-WMO.
157
Ontvanger
Juridische grondslag
Nummer D9
Specifieke uitkering
Departement OCW
SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2012 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa
Onderwijsachterstandenb Besteding (jaar T) aan voorzieningen voor eleid 2011-2014 (OAB) voorschoolse educatie die voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen (conform artikel 166, eerste lid WPO) Gemeenten
Besteding (jaar T) aan overige activiteiten (naast VVE) voor leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal (conform artikel 165 WPO)
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 01
I&M
E10
Tijdelijke subsidieregeling Innovatieprogramma Mooi Nederland
€ 128.144 Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie
I N D I C A T O R E N Besteding (jaar T) aan Opgebouwde reserve ultimo afspraken over voor- en (jaar T-1) vroegschoolse educatie met bevoegde gezagsorganen van Deze indicator is bedoeld voor scholen, houders van kindcentra de tussentijdse afstemming van en peuterspeelzalen (conform de juistheid en volledigheid van artikel 167 WPO) de verantwoordingsinformatie.
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 02
€0 Besteding (jaar T)
Aard controle R Indicatornummer: D9 / 03
€0 Eindverantwoording Ja/Nee
Aard controle nvt Indicatornummer: D9 / 04
€0 Cumulatieve bestedingen tot en met (jaar T)
Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie.
Tijdelijke subsidieregeling innovatieprogramma Mooi Nederland Provincies en gemeenten Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E10 / 01
SZW
G1C-1
1 IPM1011024 Het totaal aantal geïndiceerde inwoners per gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als Wet sociale bedoeld in artikel 2, eerste lid, of werkvoorziening (Wsw) artikel 7 van de wet te Gemeenten verantwoorden aanvaarden op 31 december hier alleen het gemeentelijk (jaar T); deel indien er in (jaar T) exclusief deel openbaar lichaam enkele of alle inwoners werkzaam zijn bij een Openbaar lichaam o.g.v. de Aard controle R Wgr. Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Gemeentedeel 2012
Aard controle R Indicatornummer: E10 / 02
€ 42.100 Ja Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in (jaar T), uitgedrukt in arbeidsjaren;
exclusief deel openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G1C-1 / 02
Indicatornummer: G1C-1 / 01
8,00
1,33
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E10 / 03
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E10 / 04
€ 42.100
SZW
G1C-2
Hieronder per regel één gemeente(code) uit (jaar T-1) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen
Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Alle gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G1B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G1C-1)
Het totaal aantal geïndiceerde inwoners per gemeente dat een dienstbetrekking heeft of op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een dienstbetrekking als bedoeld in artikel 2, eerste lid, of artikel 7 van de wet te aanvaarden op 31 december (T1);
Het totaal aantal inwoners dat is uitgestroomd uit het werknemersbestand in (jaar T1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
inclusief deel openbaar lichaam
inclusief deel openbaar lichaam
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G1C-2 / 01
Aard controle R Indicatornummer: G1C-2 / 02
Aard controle R Indicatornummer: G1C-2 / 03
Het totaal aantal gerealiseerde arbeidsplaatsen voor geïndiceerde inwoners in (T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
Het totaal aantal gerealiseerde begeleid werkenplekken voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
inclusief deel openbaar lichaam inclusief deel openbaar lichaam
Aard controle R Indicatornummer: G1C-2 / 04
Aard controle R Indicatornummer: G1C-2 / 05
1 0542 (Krimpen Aan Den IJssel) SZW
G2
I Gebundelde uitkering op Besteding (jaar T) algemene grond van artikel 69 WWB bijstand I.1 WWB: algemene bijstand
158,50 Baten (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk)
Gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T) indien zij de uitvoering in (jaar T) helemaal niet hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2 / 01
I. 2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) Gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T) indien zij de uitvoering in (jaar T) helemaal niet hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr.
€ 4.681.755 Besteding (jaar T) IOAW
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2 / 02
€ 85.616 Baten (jaar T) IOAW (exclusief Rijk)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2 / 03
€ 165.279
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2 / 04
€ 12
11,25
124,92
10,47
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) Gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T) indien zij de uitvoering in (jaar T) helemaal niet hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr.
Besteding (jaar T) IOAZ
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2 / 05
€0 Besteding (jaar T) Bbz 2004 I.4 Besluit levensonderhoud beginnende bijstandverlening zelfstandigen zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004)
Baten (jaar T) IOAZ (exclusief Rijk)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2 / 06
€0 Baten (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
Gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T) indien zij de uitvoering in (jaar T) helemaal niet hebben uitbesteed aan een Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Openbaar lichaam o.g.v. Indicatornummer: G2 / 07 Indicatornummer: G2 / 08 Wgr. € 9.343 € 3.744 I. 5 Wet werk en inkomen Baten (jaar T) WWIK (exclusief Rijk) kunstenaars (WWIK) Gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T) indien zij de uitvoering in (jaar T) helemaal niet hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr. SZW
G3
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2 / 09
€0 Besluit bijstandverlening Besteding (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen 2004 zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen)
Besteding (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob)
Baten (jaar T) levensonderhoud Baten (jaar T) gevestigde zelfstandigen kapitaalverstrekking (exclusief (exclusief Bob) (exclusief Rijk) Bob) (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T) aan Besteding (jaar T) Bob onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob)
Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 Gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T) indien
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 01
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 02
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 03
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 04
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 05
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 06
(j ) zij de uitvoering in (jaar T) helemaal niet hebben uitbesteed aan een Openbaar lichaam o.g.v. Wgr.
€ 10.390 Baten (jaar T) Bob (exclusief Rijk)
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 07
SZW
G5
Wet participatiebudget (WPB)
€0 Besteding (jaar T) participatiebudget
€ 62.000 Besteding (jaar T) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004
€ 8.503
€ 12.253
€ 13.132
Waarvan baten (jaar T) van educatie bij roc’s
Besteding (jaar T) Regelluw
Aard controle R Indicatornummer: G3 / 08
€0 Waarvan besteding (jaar T) van Baten (jaar T) (niet-Rijk) educatie bij roc's participatiebudget
Dit onderdeel is van toepassing voor gemeenten die in (jaar T-1) duurzame plaatsingen van inactieven naar werk hebben gerealiseerd en verantwoord aan het Rijk.
Wet participatiebudget (WPB) Gemeenten verantwoorden hier het totaal (jaar T) indien zij de uitvoering in (jaar T) helemaal niet hebben Aard controle R uitbesteed aan een Indicatornummer: G5 / 01 Openbaar lichaam o.g.v. € 915.088 Wgr. Het aantal door de gemeente in (jaar T) ingekochte trajecten basisvaardigheden
VWS
H10_2010
Brede doeluitkering Centra voor Jeugd en Gezin (BDU CJG)_Hernieuwde uitvraag 2008 tot en met 2011 Tijdelijke regeling CJG Gemeenten
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 02
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 03
€ 173.950 € 13.146 Het aantal door volwassen inwoners van de gemeente in (jaar T) behaalde NT2certificaten, dat niet meetelt bij de output-verdeelmaatstaven uit de verdeelsleutel van Onze Minister voor Immigratie, Integratie en Asiel.
Aard controle D1 Indicatornummer: G5 / 06
Aard controle D1 Indicatornummer: G5 / 07
24 Besteding 2008 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
17 Besteding 2009 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
Besteding 2010 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
Aard controle R Indicatornummer: H10_2010 / 01
Aard controle R Indicatornummer: H10_2010 / 02
Aard controle R Indicatornummer: H10_2010 / 03
€ 306.599
€ 370.493
€ 426.669
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 04
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 05
€0
€0
Besteding 2011 aan jeugdgezondheidszorg, maatschappelijke ondersteuning jeugd, afstemming jeugd en gezin en het realiseren van centra voor jeugd en gezin.
Is er ten minste één centrum voor jeugd en gezin in uw gemeente gerealiseerd in de periode 2008 tot en met 2011? Ja/Nee
Aard controle R Aard controle D1 Indicatornummer: H10_2010 / 04 Indicatornummer: H10_2010 / 05
€ 913.951
Ja
€0