Jaargang 21 - nummer 2 - Zomer 2015
Maersk over pensioenregeling Jaarverslag 2014 Self-made man Hans Muis Monique Vos in de spotlight
> > > >
IEDEREEN KAPITALIST Brigitte Slot
Iedereen kapitalist geeft een breed overzicht van de ontwikkeling van het beleggingsfonds in Nederland gedurende de twintigste eeuw. De eerste, op moderne leest geschoeide Nederlandse beleggingsfondsen ontstonden in 1929, toen als gevolg van de hausse op de beurs van New York in de Nederlandse pers artikelen verschenen over het succes van beleggingsfondsen
in Amerika en Engeland. Aan het einde van de jaren dertig kwam de ontwikkeling van het beleggingsfonds voor het eerst in de Nederlandse geschiedenis in een stroomversnelling terecht. De Rotterdamse vermogensbeheerder Robeco stond hierin centraal. Een tweede bloeiperiode volgde aan het einde van de jaren zestig. Deze was op kleine schaal een voorbode van de enorme groei van de markt voor beleggingsfondsen in de jaren tachtig en negentig en daarna. In ‘Iedereen kapitalist’ wordt onderzocht hoe het beleggingsfonds zich ontwikkelde van financieel luxeproduct tot verschijnsel dat niet meer uit de samenleving is weg te denken. Wie waren de deelnemers? Waarom lieten zij zich verleiden om via het beleggingsfonds in obligaties te gaan beleggen of – vaak voor het eerst – een gokje op de aandelenbeurs te wagen? Wat was hierin de rol van de aanbieders? Hoe werd er in de loop der jaren
tegen de economische en maatschappelijke betekenis van het beleggingsfonds aangekeken? En hoe veranderde het product zelf? Welke productverbeteringen onderging het beleggingsfonds? Hoe werd het beleggingsproces steeds meer gestroomlijnd? Op deze en andere vragen geeft Brigitte Slot antwoord in deze zeer overtuigende economisch-historische doctoraalstudie, gebaseerd op archieven, literatuur, krantenartikelen en interviews. Iedereen kapitalist van Brigitte Slot, Amsterdam University Press, 42x249x166 mm. 620 pagina’s. Prijs: € 24 ISBN: 90.52.60.151.8 Dit boek is niet te bestellen of te verkrijgen bij het Nedlloyd Pensioenfonds, maar uitsluitend bij de (online) boekhandel. Het e-boek is alleen via het internet te downloaden.
BELEGGEN IS NIET ENG
e-boek van Peter Siks en Manno van den Berg
Maersk over pensioenregeling Jaarverslag 2014 Self-made man Hans Muis Monique Vos in de spotlight
> > > >
Foto’s: Hans Withoos.
Jaargang 21 - nummer 2 - Zomer 2015
Van dekjongen tot directeur, zo zou je de carrière van Hans Muis kunnen samenvatten. Het inmiddels afgesloten, afwisselende werkende leven van Hans Muis én hoe hij met zijn pensionering omgaat, zijn de onderwerpen van ‘Mijn Pensioen en Ik’. Pag. 12
Dit e-boekje is bedoeld voor mensen die nog niet eerder hebben belegd en graag meer opbrengst willen dan hun spaarrekening oplevert. Zoals de titel al aangeeft, wil dit boekje het vooroordeel de wereld uithelpen dat beleggen riskant en eng is. De auteurs
2 • ZOMER 2015
zijn beiden onder meer vanuit hun werk (als respectievelijk beursjournalist en belegginstrainer) gefascineerd door alles wat met beleggingen te maken heeft. Dit boek biedt een aardige handleiding voor wie wil starten met investeren op de beurs. Aan de hand van bestaande theorieën, een zelf ontwikkelde beleggingsstrategie en diverse ondersteunende praktijkvoorbeelden maakt de lezer kennis met de beleggingswereld. Kan iedereen beleggen? Welke gevaren schuilen er? En wat betekent indexbeleggen? Deze en vele andere vragen worden beantwoord op een toegankelijke manier. Er bestaan vele onduidelijkheden en angsten omtrent het beleggen. Maar wat nagenoeg alle statistieken echter aangeven, is dat het op de lange termijn loont om je geld niet in een spaarpotje te
houden. Dit compacte boekje bespreekt de basisprincipes op een eenvoudige en heldere manier en geeft samenvattingen per hoofdstuk. Het draait allemaal om geduld, risicospreiding en kostenbeheersing. Beleggen is niet eng van Peter Siks en Manno van den Berg, e-boek met illustraties. Het boek is beveiligd tegen printen en kopiëren. Geschikt voor alle e-readers. Uitgeverij Atlas Contact, 47 pagina’s. Prijs: € 6,99 ISBN: 90.47.00.821.9 Dit boek is niet te bestellen of te verkrijgen bij het Nedlloyd Pensioenfonds, maar uitsluitend bij de (online) boekhandel. Het e-boek is alleen via het internet te downloaden.
inhoud inhoud
Uw pensioen en uw pensioenfonds Met financiële positie, dekkingsgraad en rendement
4
Dubbelinterview Maersk over nieuwe regeling
6
Jaarverslag 2014 Positieve resultaten bij dalende rente
8
Goed om te weten Wat is dat: Pensioenrichtleeftijd?
11
Mijn Pensioen en Ik Hans Muis: Never a dull moment
12
Nieuws uit de bedrijven Maersk: goed eerste kwartaal
14
Zorg en Welzijn Pensioenen en zorg in het nieuws
15
In de spotlight Pensioenspecialist Monique Vos
16
Personalia Internet De digitale overheid Portret Twee actieve deelnemers: Eva van Putten en Wouter van den Bosch
18 19 20
Op 11 juni waren vijf gepensioneerde deelnemers uitgenodigd naar Willemswerf. Bij een gezellige maaltijd ging het gesprek vooral over hun ervaringen met alle vormen van informatie. Dit leidde tot praktische suggesties voor verbeteringen in de communicatie. Van links naar rechts, zittend: Henk Holleman, Jeanne Vermaat, Jan Horstink, Bert Talens, Marina van der Hoop, Koen Knapper; en staand: Daniël Sikkens, Monique Vos, Frans Dooren.
Vooruitblik Welkom bij de tweede editie van de Nedlloyd Pensioenkrant van dit jaar. In deze uitgave vindt u een samenvatting van het jaarverslag over 2014 met de belangrijkste ontwikkelingen van ons fonds gedurende het afgelopen jaar, aangevuld met de kerncijfers en grafieken om een en ander inzichtelijker te maken. In navolging van de vorige Nedlloyd Pensioenkrant wordt in het hoofdartikel ingegaan op de nieuwe pensioenregeling met Maersk, maar dit keer door de werkgever en een vertegenwoordiger van de werknemers aan het woord te laten over deze nieuwe regeling. In de rubriek ‘Mijn Pensioen en ik’ komt Hans Muis aan het woord. Hij werkte sinds 1991 bij Maersk in diverse managementfuncties in binnen- en buitenland en is sinds 2011 gepensioneerd. Hij gunt de lezer een blik op hoe hij met zijn pensionering omgaat. Met plezier zetten wij een van onze oudgediende medewerkers van het pensioenfonds in de spotlight: Monique Vos en wij laten haar met u delen hoe zij reeds vele jaren toeziet op een deugdelijke pensioenadministratie. In de rubriek ‘Goed om te weten’ wordt ingegaan op een onderwerp dat nog weleens tot een misverstand kan leiden, namelijk: Wat is de pensioenrichtleeftijd? Wij hopen dat deze uitleg de zaak verheldert. De vaste rubrieken: bedrijfsnieuws, internet en personalia komen eveneens aan de orde. In de laatste editie is een nieuwe achterpagina geïntroduceerd door een actieve medewerker in beeld te brengen. Ook deze keer presenteren wij u niet één, maar twee actieve medewerkers. Uw opmerkingen en suggesties over de Nedlloyd Pensioenkrant zijn altijd welkom op
[email protected]. Wij horen graag van u. Hans Meurs Bestuurslid Nedlloyd Pensioenfonds.
3 • ZOMER 2015
E-mail nieuwsbrief Een aantal van de berichten in deze rubriek werd eerder – op 19 mei – in een digitale nieuwsbrief verspreid. Wilt u ook tijdig en efficiënt geïnformeerd worden, meldt u dan aan op www.nedlloydpensioenfonds.nl
Begrijpelijk Nederlands In deze rubriek worden vaak moeilijke woorden gebruikt. Niet iedereen begrijpt wat er staat. Toch vinden wij dat iedereen het nieuws over pensioenen en de pensioen wereld zou moeten kunnen begrijpen. Daarom staat er steeds aan het begin van een bericht een korte samenvatting. Die samenvatting is in begrijpelijk Nederlands. De samenvatting staat in schuine letters.
Financiële positie De economie gaat met kleine stapjes vooruit. Ook het Nedlloyd Pensioenfonds profiteert daarvan. De dekkingsgraad is alleen nog niet hoog genoeg om een toeslag op de pensioenen te kunnen geven.
Algemeen De Nederlandse economie groeit sneller dan eerder voorspeld. De groei trekt dit jaar aan naar twee procent en komt volgend jaar uit op 2,1 procent, voorspelde het Centraal Planbureau op 10 juni. Het CPB ging in maart nog uit van een groei van 1,7 procent dit jaar. Het CPB sluit zich daarmee aan bij ramingen van De Nederlandsche Bank, die eerder ook een groei van twee procent voor dit jaar voorspelde. Ook met de werkgelegenheid gaat het als gevolg van de aantrekkende economie beter. De werkloosheid daalt dit jaar naar 7 procent. Dat zijn wel nog altijd 625.000 mensen. Volgend jaar daalt de werkloosheid verder naar 6,7 procent van de beroepsbevolking. De inflatie begint weer iets te stijgen en komt volgend jaar uit op 1,2 procent. De groei van de wereldeconomie neemt verder toe. In het eurogebied is het herstel van de economie nog altijd traag, maar heeft onder invloed van lagere energieprijzen en de lagere eurokoers al wat aan kracht gewonnen. De Nederlandse uitvoer profiteert van de verbetering van de concurrentiepositie.
Samenvatting De beleidsdekkingsgraad van het pensioen fonds is in april gestegen naar 113,6% (maart: 113,0%). De marktrente dekkingsgraad is gestegen naar 112,0% (maart: 110,7%). Het rendement over de maand april was -1,5% (benchmark -1,4%). Tot en met
april was het rendement 7,7% (benchmark 6,5%). Met name op de staatsobligaties (+6,3%) en aandelen (+14,5%) werd een positief rendement behaald tot en met april. Vanwege de sterk gedaalde marktrente sinds eind 2014 staan tegenover de positieve beleggingsresultaten echter ook hogere pensioenverplichtingen. De hogere pensioenverplichtingen als gevolg van de gedaalde marktrente hadden een negatief effect op de (marktrente) dekkingsgraad van vierenhalf procentpunt. (Op deze cijfers is nog geen accountantscontrole uitgevoerd).
Dekkingsgraad De dekkingsgraad is een indicator van de gezondheid van het pensioenfonds, omdat het de verhouding weergeeft van de bezittingen van het fonds ten opzichte van de pensioenverplichtingen. Met ingang van 2015 is de definitie van de DNB dekkingsgraad veranderd conform het nieuwe Financieel Toetsingskader (nFTK) dat op 1 januari 2015 van kracht werd. Voor de beoordeling van de gezondheid van het pensioenfonds is het goed om te weten dat volgens het nFTK vereist is dat het pensioenfonds een beleidsdekkingsgraad heeft die hoger is dan het vereist eigen vermogen van 116,1% om geen tekort te hebben.
Hoe wordt de dekkingsgraad berekend? Op 30 april was de beleidsdekkingsgraad volgens de berekeningsmethode van DNB 113,6%. De methode van DNB houdt in dat bij de berekening van de pensioenverplichtingen de zogeheten Ultimate Forward Rate (UFR) wordt gehanteerd. Tot en met 2014 werd daarnaast een driemaands middeling van de rente toegepast; deze is in 2015 onder het nFTK vervallen; daar is een twaalfmaandsmiddeling van de DNB dekkingsgraad (met UFR) voor in de plaats gekomen, welke de beleidsdekkingsgraad wordt genoemd. De UFR is een risicovrije rekenrente voor langjarige contracten, waarin wegens de lange looptijd onvoldoende handel bestaat. Deze rente is dan ook niet af te dekken, daarom kijkt het pensioenfonds voor zijn renteafdekkingsbeleid naar de ‘echte marktrente’. De dekkingsgraad berekend volgens deze echte marktrente, die niet gemiddeld wordt, was eind april 112,0%. Deze dekkingsgraad geeft de echte financiële positie van het pensioenfonds beter weer, vandaar dat we die ook vermelden.
Ontwikkeling van de dekkingsgraad De DNB beleidsdekkingsgraad was 111,3% eind 2014 en bedraagt ultimo april 113,6%. De marktrente dekkingsgraad steeg van 109,6% % eind 2014 naar 112,0% in april. (Op deze cijfers is nog geen accountantscontrole toegepast.) Foto: Nexusplexus/Sergey Nivens/Hans Withoos
4 • ZOMER 2015
Pensioenuitkeringen
Antoinette Stegmeijer
Hans de Groot
Verantwoordingsorgaan
Wat betekent dit voor u?
• Actieve deelnemer: de door u opgebouw de pensioenaanspraken kunnen nog niet worden geïndexeerd. • Gepensioneerde: de dekkingsgraad is nog onvoldoende hoog om uw pensioen te indexeren. • Slaper: de dekkingsgraad is nog onvol doende hoog om de door u opgebouwde pensioenaanspraken te indexeren.
Dekkingsgraad
DNB
Marktrente
januari 2015: februari 2015: maart 2015: april 2015:
111,8%** 112,5%** 113,0%** 113,6%**
111,6% 112,8% 110,7% 112,0%
(** = beleidsdekkingsgraad)
Per 1 januari 2015 zijn Antoinette Stegmeijer (namens de werknemers) en Hans de Groot (namens de werkgevers) benoemd als leden van het verantwoordingsorgaan van het Nedlloyd Pensioenfonds. Aan alle vereiste formaliteiten is voldaan. Het bestuur van Vereniging Deelnemers Nedlloyd Pensioenfonds (DNP) heeft de volgende personen voorgedragen voor (her)benoeming in het verantwoordingsorgaan per 1 juli 2015 namens de gepensioneerden: Ron van Meurs, Han van Manen, Hans Muis, Haye van Noord en Eric Roelen (herbenoeming). Het bestuur van het Nedlloyd Pensioenfonds heeft de benoemingen onder voorwaarden goed gekeurd. De kandidaatleden van het verantwoordingsorgaan hebben nog niet aan alle formaliteiten voldaan. De verwachting is dat dit voor 1 juli het geval zal zijn. Het verantwoordingsorgaan bestaat uit vijf vertegenwoordigers van de gepensioneerden, twee van de werknemers en twee namens de aangesloten werkgevers. In het verantwoordingsorgaan komen de verantwoordingsfunctie en adviesfunctie samen in één orgaan.
De resterende betaaldata voor 2015 van uw pensioenuitkering zijn: 24 juli 25 augustus 25 september 23 oktober 25 november 18 december Na overmaking staat het pensioen rond het middaguur op uw rekening. De betalingen naar het buitenland duren iets langer. Tot onze spijt stonden er in de vorige uitgave enkele data foutief.
AOW-leeftijd sneller omhoog De AOW-leeftijd gaat vanaf 2016 versneld omhoog naar 66 jaar in 2018 (was 2019) en 67 jaar in 2021 (was 2023). De AOW-leeftijd wordt vanaf 2016 in stappen van 3 maanden verhoogd en vanaf 2018 in stappen van 4 maanden. Vanaf 2022 wordt de AOW-leeftijd gekoppeld aan de levensverwachting. De Eerste Kamer heeft hier op 2 juni 2015 mee ingestemd. Bekijk wat uw AOW-leeftijd is op de site van de Sociale Verzekeringsbank: www.svb.nl
Startbrieven online De toelichtingen op de startbrieven voor de nieuwe deelnemers van NPF werkzaam bij Maersk en Svitzer zijn op de website van NPF (www.nedlloydpensioenfonds.nl) te vinden op de pagina ‘Actieve Deelnemers’ en de pagina ‘Downloads’ (te vinden onder het menu item ‘Service’).
Marktrente (10 jaars) januari 2015: februari 2015: maart 2015: april 2015:
0,68% 0,70% 0,56% 0,67%
Rendement 2015 Periode
Rendement Benchmark
januari 2015: februari 2015: maart 2015: april 2015:
5,03% 1,22% 2,80% -1,50%
4,48% 0,96% 2,45% -1,43%
5 • ZOMER 2015
Dubbel Interview
Zelf verantwoordelijkheid nemen voor pensioen Vanuit de werknemerskant was Rutger van Geenen betrokken bij de totstandkoming van de nieuwe pensioenregeling voor Maersk. Hij hamert op de eigen verantwoordelijkheid van werknemers om goed op hun pensioen te letten.
Nedlloyd Pensioenkrant (NPK): Op welke manier was je betrokken bij de nieuwe pensioenregeling? Rutger: Sinds 2012 ben ik lid van de ondernemingsraad van Maersk Line Netherlands B.V. en toen het onderwerp van een nieuwe pensioenregeling op de agenda kwam is er een pensioencommissie gevormd waar ik lid van werd. NPK: Waarom was er een nieuwe regeling nodig? Rutger: Het was een van de CAOafspraken die met de werkgever gemaakt waren aangezien de bestaande regeling met het Nedlloyd Pensioenfonds (NPF) afliep. NPK: Waarom de oude regeling niet opnieuw verlengd? Rutger: Hij was aangegaan in een tijd dat de rente nog hoog was en dat was destijds gunstig voor de deelnemers. Sinds de crisis vanaf 2008 is de rente echter alleen maar gezakt. De pensioenopbouw was niet meer zo goed als destijds beoogd. Er moest een nieuwe regeling komen, maar wel met optimale flexibiliteit. NPK: Wat was voor jullie van belang bij het opzetten van een nieuwe regeling? Rutger: Waar wij vooral naar gekeken hebben is in hoeverre het risico verschoven wordt van de werkgever naar de werknemer. Dat riep twee vragen op: hoe kunnen wij dat risico zo veel mogelijk beperken en hoe kunnen we de regeling zo flexibel mogelijk maken. Wij hebben daartoe zelf een aantal opties benoemd. Uiteindelijk gaat het erom dat het pensioen voor de werknemer de best mogelijke is qua lasten en later qua baten. Er is daarom naast NPF een aantal commerciële aanbieders onderzocht. NPK: De beste aanbieding kwam van NPF? Rutger: NPF bood een aantal voordelen ten opzichte van andere partijen die zwaar
wogen. Deze zijn vervolgens afgezet tegen de, voor de werkgever, soms goedkopere regelingen van de andere partijen. NPK: NPF kon een te indexeren pensioen aanbieden en commerciële aanbieders niet? Rutger: Dat was belangrijk, maar ook de keuze die de werknemers kregen om door te gaan in de vorige opzet of in te stappen in de nieuwe. NPK: Welke keuze is dat? Rutger: In de vorige opzet wordt de premie direct omgezet in inkoop van pensioen. Voor wie niet heel ver verwijderd is van zijn pensioen kan dat de gewenste optie zijn. In de nieuwe opzet wordt de premie bij vermogensbeheerder Robeco belegd en wordt er pensioen ingekocht op momenten die men zelf aangeeft, dus eventueel tussentijds, al voor de pensioendatum. Als bijvoorbeeld de rente weer stijgt, kan het voordelig zijn om premie direct om te zetten. NPK: De mogelijkheid om de premie te beleggen, sprak dat aan? Rutger: Zeker, alleen wilden wij de risico’s daarvan zo veel mogelijk beperken. In samenspraak met Robeco is toen een standaard beleggingsprofiel, ‘de life-cycle mix’, met een laag risico opgesteld waarmee belegd wordt in degelijke beleggingsfondsen. Ben je bereid meer risico te nemen om de kans op een hoger pensioen te vergroten, dan kun je het profiel aanpassen. NPK: Zijn de werknemers tevreden met de regeling die er nu ligt?
De communicatie was helder. Hoe de regeling in de praktijk werkt, moet natuurlijk nog blijken. Voor individuele deelnemers is het belangrijk dat zij zich in de materie van het pensioen verdiepen. Win informatie in, vraag advies, zou ik zeggen. Zorg dat je een weloverwogen besluit neemt. Ik vind dat iedereen bewustzijn zou moeten hebben voor wat pensioen doet. Je kunt tegenwoordig heel goed laten uitzoeken hoeveel pensioen je theoretisch uiteindelijk gaat krijgen. Je kunt bijvoorbeeld laten onderzoeken hoe je situatie is, ook via Robeco, en of je bijvoorbeeld een pensioengat hebt en hoe je dat kunt dichten. Het is de plicht van de werkgever om je te wijzen op de mogelijkheden, maar je moet zelf de verantwoordelijkheid nemen er iets mee te doen.
Rutger: We zijn uiteindelijk tevreden met wat er is uitgekomen. Ik denk dat we, gezien de omstandigheden en de veranderende horizon, een goede regeling hebben. Foto’s: Hans Withoos
6 • ZOMER 2015
“......”
Ga zelf achter de antwoorden aan die je nodig hebt Hans de Groot was als human resources manager Maersk Cluster Nederland en Zwitserland betrokken bij de totstandkoming van de nieuwe pensioenregeling voor Maersk. NPK: Waarom een nieuwe regeling? Hans: Wij wilden ons uiteraard houden aan de afspraken die in de CAO gemaakt waren en een nieuwe of herziening van de toenmalige pensioenregeling was daar een onderdeel van. Minstens zo belangrijk is dat wij als werkgever concurrerende arbeidsvoorwaarden willen bieden. Wij willen graag bekend staan als een werkgever waar men graag wil werken en bij het bieden van concurrerende secundaire arbeidsvoorwaarden hoort een goed pensioenplan met een beoogd goed pensioen. We konden vanuit onze rol vormgeven aan een prachtige regeling voor de werknemers waarbij de kosten op langere termijn ‘onder controle’ zouden zijn. Daarnaast heeft de door de Ondernemingsraad ingestelde projectgroep, volledig gericht op de nieuwe regeling, een doorslaggevende rol gespeeld. NPK: Waarom de oude regeling niet opnieuw verlengd? NPK: Op welke manier was je betrokken bij de totstandkoming van de nieuwe regeling? Hans: Ik was samen met managing director Simon Brown en een aantal consultants betrokken bij de opzet van de regeling, hoewel het traject al liep toen ik werd benoemd in deze functie. Simon Brown heeft tijdens mijn aanstelling in de functie van HR Manager heel specifiek gekeken naar wat ik meebracht aan kennis, expertise en achtergrond om dit project voor Maersk goed te doen landen. Hij had iemand binnen de organisatie nodig op wie hij, naast de diverse consultants en externe experts, kon bouwen en die hij kon vertrouwen om tot een succesvolle implementatie te komen. Ik kwam binnen op het moment dat er offertes op tafel lagen, die ik uitgebreid en kritisch heb bestudeerd, wat leidde tot het besluit dat het NPF een solide partij was om mee verder te praten.
Hans: De bestaande regeling was meer gericht op een stevig collectief, de vernieuwde regeling combineert het collectieve en biedt veel meer ruimte om individuele keuzes te maken. Wat ons aansprak als Maersk was de mogelijkheid om de pensioenpremies door het fonds individueel te laten beleggen bij Robeco. De voordelen van een collectieve regeling gecombineerd met een individuele regeling heeft ons over de streep gehaald. NPK: Wat was voor jullie van belang bij het opzetten van de nieuwe regeling? Hans: De voorspelbaarheid van de kosten voor de werkgever. Die liggen nu gewoon vast in de overeenkomst. NPF was niet de goedkoopste maar wel de meest ‘betrouwbare’ partner. Aangezien je al een langere relatie hebt en ook nog eens kantoor houdt in hetzelfde pand is er toch een vorm van gezamenlijkheid ontstaan. Er is uiteraard een duidelijke scheiding tussen werkgever en
het bestuur van het fonds, maar het is heel eenvoudig om vragen te stellen als je die hebt want het bestuur is goed benaderbaar en beschikt over de juiste competenties. NPK: De beste aanbieding kwam van NPF? Hans: Ja en wat wij ook heel erg positief vinden, is dat je als werknemer al voor je pensioengerechtigde leeftijd aanspraak kunt maken op je opgebouwde pensioenvermogen. Daardoor krijg je weliswaar een lagere uitkering, maar het speelt wel heel mooi in op de trend op de arbeidsmarkt dat alles steeds flexibeler wordt en dat medewerkers behoefte hebben om meer zelfstandige keuzes te kunnen maken. Ook een heel belangrijk punt vonden wij de relatief eenvoudig administratieve inpassing bij NPF. NPF kent de deelnemers al. Dat voorkomt administratieve rompslomp die we met een nieuwe uitvoerder wel zouden hebben gehad. NPK: NPF kon een te indexeren pensioen aanbieden en commerciële aanbieders niet? Hans: Wij wilden onze werknemers een plan aanbieden waarbij het pensioen in principe de inflatie bijhoudt en dat is bij een pensioenverzekeraar lastig te realiseren. NPK: Zijn jullie tevreden met de uitwerking van de regeling? Hans: Dat is nu nog moeilijk te zeggen, maar wij krijgen de indruk dat er dankzij de uitgebreide informatiesessies die in december vorig jaar zijn gehouden een hoge mate van acceptatie is onder het personeel. Het is nu even wachten op de eerste UPO, want het is te verwachten dat men dan pas concreet ziet hoe de nieuwe regeling positief uitwerkt op het in principe te realiseren pensioen. Ik ben het echter volledig met Rutger eens dat men zich veel actiever zou moeten interesseren voor het pensioen. Het is nu eenmaal zo dat men tegenwoordig geacht wordt om zelf achter de antwoorden aan te gaan op de vragen die men heeft en dat kan ook via internet. Ik zou iedereen dan ook willen aanraden om de website van NPF te bezoeken en daadwerkelijk te proberen te begrijpen wat daar staat want het gaat wel om je levensonderhoud tijdens je oude dag en dat is belangrijk genoeg. 7 • ZOMER 2015
JAARVERSLAG 2014 NEDLLOYD PENSIOENFONDS Het jaarverslag en de jaarrekening 2014 werden door het bestuur besproken in de bestuursvergadering van 19 mei jl. in aanwezigheid van de accountant en de actuaris van het fonds. In de vergadering van 2 juni 2015 zijn het jaarverslag en de jaarrekening 2014 vast gesteld.
Jaarverslag online Dit is een geredigeerde samenvatting. Het jaarverslag wordt vanuit kostenoverwegingen niet meer gedrukt. Het volledige jaarverslag is online als PDF te downloaden vanaf www. nedlloydpensioenfonds.nl, via het menu item ‘service’ en daarna ‘jaarverslag’. Wie geen internet heeft kan een geprint exemplaar aanvragen bij het secretariaat (zie colofon).
In het verslag van het bestuur wordt verantwoording afgelegd over het beleid en de (algemene en financiële) gang van zaken en voorts worden de ontwikkelingen op het gebied van wet- en regelgeving voor pensioenfondsen beschreven.
Geen indexatie
Hoewel de stijging van de prijsindex 1,6% was, heeft het bestuur, vanwege de financiële positie, ook voor dit jaar besloten per 1 januari 2014 geen toeslag (indexatie) toe te kennen. De toeslag blijft voorwaardelijk en is afhankelijk van de financiële positie van het fonds.
Actuarieel verslag
Door de externe actuaris is een actuarieel rapport opgesteld, hierin heeft de actuaris onderzocht of voldaan is aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet. Het oordeel van de actuaris over de financiële positie is gebaseerd op het (oude) Financieel Toetsings Kader (FTK) zoals dat gold tot en met 2014.
FTK-toets risico georiënteerd
Uitgangspunt van het oude FTK is dat de kans op een dekkingsgraad van minder dan 100% binnen een termijn van twaalf maanden niet groter mag zijn dan 2,5%. Daartoe wordt een vereist vermogen vastgesteld. Dat vereist vermogen is zo hoog dat op basis van realistische aannames en het risicoprofiel van het pensioenfonds verwacht mag worden dat de verplichtingen van het pensioenfonds, ook in een economisch ongunstig scenario, na verloop van een jaar nog volledig gedekt worden door de bezittingen. Voor deze toets worden zowel de bezittingen als de verplichtingen van het pensioenfonds zoveel mogelijk op marktwaarde in aanmerking genomen. Vanaf 2015 geldt het nieuwe FTK (nFTK). Stichting Nedlloyd Pensioenfonds werkt momenteel aan de invoering van de nieuwe vereisten. In het algemeen is een kenmerk van het nieuwe FTK dat naar verwachting minder snel kan worden geïndexeerd maar ook minder snel hoeft te worden gekort op aanspraken.
Dekkingsgraad
De dekkingsgraad bedroeg eind 2014 115,0% (2013: 107,3%). De dekkingsgraad is de vergelijking tussen de middelen en verplichtingen. De toename van de dekkingsgraad werd met name veroorzaakt
Tabel 1 Samenstelling deelnemers
2014
2013 %
Aantal actieve deelnemers
%
686
6,1
685
5,9
Aantal slapers
2.818
25,2
2.980
25,7
Aantal gepensioneerden
7.664
68,6
7.910
68,3
11.168
100,0
11.575
100,0
Totaal aantal deelnemers Tabel 2 Belegd vermogen
2014
(bedragen x 1 1.000,-)
2013 %
%
Vastgoed
128.929
9,7
150.960
13,0
Aandelen
266.391
20,0
256.359
22,1
Alternatieve beleggingen
105.552
7,9
92.957
8,0
62.518
4,7
9.340
0,8
771.129
57,8
649.527
56,0
1.334.519
100,0
1.159.144
100,0
Derivaten Vastrentend Totaal belegd vermogen Tabel 3 Rendement in % over
2014
2013
Behaald
Benchmark
Behaald
Benchmark
Vastgoed
5,8
4,2
-2,1
0,5
Aandelen
17,2
17,4
18,5
15,3
Alternatieve beleggingen
31,5
6,2
7,5
6,1
Vastrentend
-0,8
0,3
2,0
3,3
Totaal returnportefeuille
11,7
7,5
7,8
6,9
Risicomanagementportfeuille
35,3
35,3
-7,7
-7,7
Totaal
21,8
19,3
0,6
0,1 Foto’s: Rainer Junker
8 • ZOMER 2015
door positieve beleggingsresultaten bij een verdere daling van de marktrente. Volgens de actuaris heeft Nedlloyd Pensioenfonds eind 2014, volgens de regels van het oude FTK, toereikende voorzieningen en voldoende vermogen. Op basis van de regels van het nieuwe FTK dat inmiddels vanaf 2015 geldt is de vermogenspositie echter nog steeds onvoldoende. Er is nog sprake van een reservetekort.
Verklaring Visitatiecommissie
De visitatiecommissie heeft tot taak om zich een oordeel te vormen over de procedures, processen, interne controles, de wijze waarop het fonds wordt aangestuurd en de wijze waarop het bestuur omgaat met de risico’s op langere termijn. Voor de zevende maal heeft er in 2014 een visitatie plaatsgevonden. In het werkplan is destijds afgesproken dat de VC elk jaar in ieder geval één van de volgende taken verricht, te weten: • het beoordelen van de beleids- en bestuursprocedures en -processen; • het beoordelen van ‘checks en balances’ binnen het pensioenfonds; • het beoordelen van de wijze waarop het pensioenfonds wordt aangestuurd; • het beoordelen van de wijze waarop door het bestuur wordt omgegaan met de risico’s op langere termijn. Het laatste onderwerp wordt jaarlijks behandeld. Verder is er voor 2014 nadruk gelegd Tabel 4 2014
Directe beleggingsopbrengsten
Indirecte beleggingsopbrengsten
Totaal
(bedragen x 1 1.000,-) Vastgoed
20.130
-12.958
7.172
Aandelen
1.934
41.104
43.038
20.115
6.983
27.098
Alternatieve beleggingen Derivaten
-
64.518
64.518
12.986
93.192
106.178
-
144
144
Totaal beleggingsopbrengsten
55.165
192.983
-
Uitvoeringskosten beleggingen
-
-1.701
-1.701
Totaal 2014
55.165
191.282
246.447
Totaal 2013
44.493
-37.816
6.677
Vastrentend Liquide middelen
Tabel 5 Kosten
2014
2013 %*
Kosten pensioenbeheer (x 1 1.000,-) Kosten pensioenbeheer per deelnemer** Kosten vermogensbeheer (x 1 1.000,-) Transactiekosten (x 1 1.000,-) * Percentage van het gemiddeld belegd vermogen (x 1 1.000,-) **Deelnemer is volgens de aanbevelingen van de Pensioenfederatie gedefinieerd als actieve deelnemers en gepensioneerden.
%*
2.224
2.252
266
262
10.215
0,80
11.011
0,91
336
0,03
360
0,03
1.271.659
1.200.930
8.350
8.595
op de volgende thema‘s: • uitbesteding; • houdbaarheid van het bedrijfsmodel; • liquiditeit in perioden van stress; • cultuur van de organisatie en gedrag van bestuurders en directie.
Rijp fonds
Uit Tabel 1 blijkt dat slechts 6,1% van de verzekerden van het fonds actief deelnemer is, daarmede behoort het Nedlloyd Pensioenfonds tot een van de meest gerijpte fondsen van Nederland, d.w.z. dat er meer gepensioneerden dan actieven zijn. De Tabellen 2, 3 en 4 laten zien hoe de beleggingen zijn verdeeld en welke resultaten daarmee zijn behaald. Het rendement over 2014 is fors hoger dan in 2013. In 2014 behaalde de returnportefeuille een rendement van 11,7% (2013: 7,8%). Door de gedaalde rente rendeerde de Risicomanagementportefeuille 35,3%. Uit Tabel 3 valt op te merken dat het pensioenfonds in 2014 2,5% beter heeft gepresteerd dan de door het bestuur vastgestelde interne benchmark. Over de afgelopen vijf jaar werd gemiddeld een rendement per jaar behaald van 8,6% (interne benchmark 7,6%). In Tabel 4 is te zien dat voor het Nedlloyd Pensioenfonds in 2014 zowel de directe als indirecte beleggingsopbrengsten hoger waren dan in 2013. De fors hogere indirecte beleggingsopbrengsten kwamen met name door de gedaalde rente. In november 2011 publiceerde de Pensioenfederatie de ‘aanbevelingen uitvoeringskosten’, waarin de federatie de pensioenfondsen oproept tot rapportage van de integrale uitvoeringskosten (Tabel 5). Wanneer dat niet mogelijk is, verwacht de Pensioenfederatie dat het fonds uitlegt waarom niet. De aanbevelingen luiden: • rapporteer de kosten van pensioenbeheer in euro per deelnemer; • rapporteer de kosten van vermogensbeheer in % van het gemiddeld beleg vermogen; • rapporteer separaat (eventueel geschatte) transactiekosten in % van het gemiddeld belegd vermogen. De kosten van pensioenbeheer zijn in lijn met het vorige jaar. In de kosten van vermogensbeheer zijn niet alleen de gefactureerde kosten opgenomen maar ook de kosten die bij beleggingsfondsen ten laste van het belegd vermogen worden gebracht. Daar waar sprake is van fund of funds zijn, conform de richtlijn van de Pensioenfederatie, dubbele kostenpercentages gehanteerd. De Tabellen 6 en 7 laten zien welke posten het pensioenvermogen hebben beïnvloed en hoe het pensioenvermogen is samengesteld. Tabel 8 laat de actuarieel vastgestelde voorziening zien die nodig is om alle pensioen9 • ZOMER 2015
verplichtingen na te komen, terwijl de deling van het pensioenvermogen door deze voorziening daaronder de dekkingsgraad (Tabel 9) geeft. De lagere rente heeft een lagere dekkingsgraad tot gevolg. Doordat het renterisico echter gedeeltelijk is afgedekt wordt dat deels ongedaan gemaakt. Het positieve rendement deed de dekkingsgraad per saldo stijgen in 2014. Zou rekening gehouden worden met de indexatieambitie (prijsindex), dan stijgen de (reële) pensioenverplichtingen naar circa € 1,5 mrd en komt de reële dekkingsgraad uit op 93,5% (2013: 82,9%). Hieruit blijkt dat het pensioenfonds nog niet al middelen in kas heeft om de pensioenen tot in lengte van jaren te indexeren. Dit artikel is een korte, aangepaste samenvatting van het Jaarverslag 2014 van Stichting Nedlloyd Pensioenfonds en verschaft daarmee slechts een beperkt beeld van de financiële stand van zaken met betrekking tot het fonds. Voor een uitvoeriger en volledige kennisname daarvan verwijzen wij u naar dit Jaarverslag 2014. Het is o.m. te vinden op onze website, www.nedlloydpensioenfonds.nl. Het jaarverslag wordt uit kostenoverwegingen niet meer gedrukt en voor degenen die niet over een computer of internet beschikken is op aanvraag een print verkrijgbaar bij het secretariaat van het pensioenfonds (tel: 010-4007022 of postbus 1982 3000 BZ Rotterdam).
Verslag verantwoordingsorgaan
In het jaarverslag van het fonds is een rapportage opgenomen van de bevindingen van het verantwoordingsorgaan (voorheen: pensioenraad). Het verantwoordingsorgaan bestaat uit vertegenwoordigers van werkgevers, deelnemers en gepensioneerden. De conclusie van het verantwoordingsorgaan geven wij hier weer. Het verantwoordingsorgaan concludeert op basis van alle ter beschikking gestelde documenten en de toelichtingen gegeven door directie en bestuur, dat het bestuur ook dit verslagjaar, geconfronteerd met lage swaprentes (= driemaands gemiddelden) zijn beleggings- en risicobeheersbeleid, op bekwame wijze heeft uitgevoerd. Hierdoor kon het jaar zelfs zonder reservetekort op basis van de DNB-rente worden afgesloten. Het rendement kwam uit op 21,8% ten opzichte van de benchmark van 19,3%. Voorwaar een prima beleggingsresultaat. Het verantwoordingsorgaan hoopt, nu alle aanpassingen en wijzigingen in de pensioenwet per 1 januari 2015 van kracht zijn geworden, dat het bestuur voortvarend en kostenbewust aan de slag kan in 2015 om o.a. ook weer het zicht op een (gedeeltelijke) toeslag te krijgen.
Tabel 6 Mutaties in pensioenvermogen
2014
2013
1.182.161
1.244.106
246.447
6.677
5.940
6.074
-69.322
-70.768
1.038
142
705
-1.562
-2.224
-2.935
1.192
427
1.365.937
1.182.161
2014
2013
1.334.519
1.159.144
1.001
747
24.605
17.180
8.723
8.684
-2.911
-3.594
1.365.937
1.182.161
(bedragen x 1 1.000) Pensioenvermogen 1 januari Beleggingsopbrengsten Pensioenpremie Pensioenuitkeringen Reserveoverdrachten Herverzekering Kosten Overige baten en lasten Pensioenvermogen per 31 december Tabel 7 Pensioenvermogen (bedragen x 1 1.000) Beleggingen (zie tabel 2) Vorderingen en overlopende activa Liquide middelen Herverzekering pensioenverplichting Kortlopende schulden en overlopende passiva Totaal Pensioenvermogen Tabel 8 Pensioenverplichtingen
2014
2013
(bedragen x 1 1.000,-) Actieve deelnemers
84.194
7,1%
64.477
5,8%
Slapers
253.297
21,3%
215.537
19,6%
Gepensioneerden
815.259
68,7%
787.520
71,4%
34.793
2,9%
34.690
3,1%
1.187.543
100,0%
1.102.224
100,0%
Voorziening uitvoeringskosten Pensioenverplichtingen Tabel 9 Dekkingsgraad
2014
2013
1.366
1.182
1.188
1.102
Nominale dekkingsgraad DNB
115,0%
107,3%
Nominale Dekkingsgraad op marktrente
109,1%
106,9%
86,6%
81,9%
(bedragen x 1 1 mln) Totaal pensioenvermogen gedeeld door de Nominale technische voorzieningen
Reële Dekkingsgraad op marktrente
Tenslotte moet het verantwoordingsorgaan echter wel constateren dat het verlenen van een toeslag onder het nieuwe financieel toetsingskader, dat op 1 januari 2015 is ingegaan, een complexere zaak is geworden vanwege de bestendigheidseis. De kans op een toeslag is naar de huidige inzichten kleiner geworden. 10 • ZOMER 2015
Als het over pensioenen gaat hoor je vaak ‘pensioenleeftijd’ en ‘pensioenrichtleeftijd’. Wat is het verschil? De pensioenleeftijd is een beetje een achterhaald begrip. Het stamt uit de tijd dat je op je 65ste met werken stopte en zowel pensioen als AOW ging ontvangen. Je 65e was daarmee je pensioenleeftijd en de premies die je gedurende je werkende leven betaalde (of die de werkgever betaalde) waren daar op gebaseerd.
Goed om te weten: Wat is dat: pensioenrichtleeftijd? We zijn echter veel langer gaan leven en dat zal naar verwachting in de toekomst alleen maar toenemen. Daarmee dreigen het pensioenstelstel en de AOW onbetaalbaar te worden. De overheid is inmiddels de AOW-leeftijd staps gewijs aan het verhogen naar 67 jaar. De pensioenuitvoerders willen ook graag dat werknemers later met pensioen gaan. Ze kunnen dan langer premie betalen en zodoende een hoger pensioen halen, maar over een gemiddeld iets kortere periode. Dat betekent niet dat je pas met je 67ste mag stoppen met werken. De huidige regelingen gaan uit van flexibiliteit en keuze. Je kunt dus, eenvoudig gezegd, eerder stoppen en minder pensioen ontvangen of langer doorwerken en meer pensioen ontvangen. De pensioenrichtleeftijd is dan wel 67 jaar en daar is ook de pensioenpremie op gebaseerd, maar dat hoeft dus niet de leeftijd te zijn waarop je met pensioen gaat. Voor de AOW geldt niet dat er keuzes en flexibiliteit zijn. De AOW-leeftijd wordt door de overheid vastgesteld. ‘Goed om te weten’ is een rubriek waarin geprobeerd wordt een misverstand rond het pensioen uit de wereld te helpen.
11 • ZOMER 2015
Mijn Pensioen en Ik
Never a dull moment
Hans Muis (64) is met recht een self made man te noemen. Nederig begonnen heeft hij zich, met het geloof als basis, door de decennia heen opgewerkt van aankomend dekjongen tot general manager van een rederij. Dat de gedachte aan het pensioen al die tijd niet erg leefde, is misschien niet zo verbazingwekkend. Nu het echter zo ver is, heeft hij zich erop ingesteld en is hij, karakteristiek voor hem, actief belangenbehartiger geworden. Ik kan terugkijken op een heel gevarieerd, intensief en boeiend werkend leven, waar in 2011 een einde aan kwam toen ik in overleg met Maersk besloot er een punt achter te zetten. Dat was mede ingegeven door het feit dat ik al vanaf mijn veertiende gewerkt had en ik er inmiddels aan toe was om meer voor mijzelf te gaan doen. Dat ik al op zo’n jonge leeftijd ging werken, had te maken met mijn achtergrond. Ik ben geboren en getogen in de Rotterdamse wijk Charlois en ik kom uit een gezin met vijf
kinderen. Breed hadden wij het niet. Ik deed het goed op de lagere school en mocht als eerste van het gezin een voortgezette opleiding volgen. Ik was getest voor de HBS, maar dat was te hoog gegrepen: daar gingen alleen kinderen van notarissen en artsen naar toe, was de denkwijze. Ik mocht naar de Mulo, de tegenwoordige MAVO, maar toen ik in de derde klas voor mijn eerste proefwerk Duits een onvoldoende haalde, dacht ik dat de Mulo te moeilijk was. Ik ging van school. Ik heb toen aangemonsterd bij de HAL voor een opleiding
als dekjongen, maar van het salaris van 175 gulden per maand bleek er 135 gulden ingehouden te worden voor de opleiding. Wat overbleef was de moeite niet, dus dat ging niet door. Na eerst ergens anders gewerkt te hebben, werd ik assistent waterklerk bij het Nederlands Transport Bureau, vervolgens cargadoor, waarna ik overging naar Interzee. In 1970 vervulde ik mijn dienstplicht bij het Korps Commandotroepen en trouwden Gerda en ik, nu bijna 45 jaar geleden. Foto’s: Hans Withoos
12 • ZOMER 2015
sparen toch niets oplevert, lossen wij zo veel mogelijk op de hypotheek af.
Tijdens mijn diensttijd had ik ook de gelegenheid om het MAVO diploma te halen en een jaar later HAVO, allebei via de LOI. Gerda en ik zijn allebei belijdend Christen en ooit was het ons voornemen om in de zending te gaan. Om ons daar op voor te bereiden, hebben wij een jaar op een bijbelschool in Engeland gezeten. Terug in Nederland kon ik echter weer terecht bij Interzee en dat heb ik gedaan. Daarna heb ik nog een tijdje in de verzekeringen gezeten, wat mij niet beviel, maar waardoor wij wel in onze eerste Brabantse woonplaats, Zevenbergen, terechtkwamen. Vervolgens zag ik in 1978 een advertentie van het Ministerie van Justitie. Het ging om opleidingsplaatsen voor gerechtssecretaris. Aanvankelijk kwam ik terecht bij de rechtbank in Rotterdam en later bij die in Breda, waar ik gerechtssecretaris voor de strafzaken werd, wat ik het leukste vond om te doen. In die tijd zijn we ook verhuisd naar onze huidige woonplaats Etten-Leur. Vervolgens werd ik hoofd van de administratie en dat betekende dat ik manager was van al het niet-juridische personeel bij de gerechten in het arrondissement Breda. Er was een opleiding aan verbonden waarmee ik mijn vaardigheden als manager verder ontwikkelde. Uit dat werk volgde een aantal landelijke projecten. Nadat die waren afgerond ben ik verder gegaan als zelfstandig consultant op het gebied van verbetering van bedrijfsprocessen. In 1991 kwam ik via die weg weer terecht in de scheepvaart, ditmaal bij de Maersk groep. Dat ging via de oud-Nedlloyder Hans de Vink die intussen directeur van Maersk Nederland was geworden en die ik kende van de kerk. Maersk had destijds een expediteursbedrijf, Mercantile, dat flink aan het groeien was. Hans vroeg ‘joh, wil jij niet eens naar de organisatie kijken of er mensen bij moeten of dat er gereorganiseerd moet worden’. Dat heb ik gedaan en ik ben toen gevraagd om mijn bevindingen als general manager door te voeren.
In die periode heb ik ook de MBA opleiding afgerond die ik was begonnen in mijn tijd bij Justitie. Vervolgens weer naar projecten, eerst lokaal en later wat breder op Europees en globaal niveau. In 2000 werd ik gevraagd om als Maersk vertegenwoordiger samen met Jan van Dooren van Safmarine, leiding te geven aan de wereldwijde integratie van Safmarine Container Lines in de Maersk organisatie. De werklocatie verschoof daarvoor naar Antwerpen. In die periode heb ik ongelooflijk veel gereisd. In 2001 verhuisden wij naar Kopenhagen om van daaruit wereldwijd te werken aan de verbetering van bedrijfsprocessen en customer service. Ook de ontwikkeling van outsourcing naar Service Centers in India, China en de Filipijnen was een belangrijk aandachtspunt.
Ja, nu heeft pensioen wel heel duidelijk mijn aandacht en dat vertaalt zich ook in mijn bestuurslidmaatschap van Vereniging Deelnemers Nedlloyd Pensioenfonds (DNP), waarvan ik sinds vorig jaar secretaris ben. Om voldoende kennis van het pensioenwezen en het besturen van een pensioenfonds op te doen, heb ik vorig jaar de leergang SPO A voor pensioenfondsbestuursleden met het diploma afgesloten. Nu ik me meer voor het pensioen interesseer, zie ik dat het Nedlloyd Pensioenfonds het niet zo gek doet en een gezond fonds is. Wat ik ook zie is dat de medewerkers er hard aan werken om dat ook zo te houden. Buiten DNP ben ik – never a dull moment lid van de Bondsraad van de ANWB en ben ik als voorzitter van de afdeling Etten-Leur ook betrokken bij ANBO, de landelijke belangbehartiger voor ouderen en langs die weg ben ik ook lid van de Seniorenraad Etten-Leur. Tenslotte ben ik ook nog penningmeester bij Wycliffe Bijbelvertalers en dat voert direct terug op het geloof dat wij al die jaren trouw zijn gebleven en dat de basis is geweest van alles wat wij hebben gedaan.
Op verzoek van Safmarine ben ik in 2006 naar Antwerpen verhuisd om ook daar verbeteringen op dat gebied tot stand te brengen. In totaal heb ik elf jaar als expat op de teller staan. Sinds mijn vroege pensionering in 2011 wonen mijn vrouw en ik weer in Etten-Leur. In de drukke agenda proberen we voldoende tijd te houden voor onze drie kinderen en drie kleinkinderen, een rondje golf op zijn tijd en niet te vergeten: het vaste bezoek aan vak RR in het Feyenoord stadion. De pensionering betekent wel een finan ciële aderlating ten opzichte van je salaris, temeer omdat de regeling veranderd is van een eindloonregeling naar een middelloonregeling. Voor mijn pensionering interesseerde ik mij nauwelijks voor het pensioen en als je jong bent denk je er al helemaal niet aan. Je vraagt je dan af of je je pensioen wel zult halen, maar voor je het weet is het zo ver. Nou, wij hebben ons er inmiddels op ingesteld en sinds onze terugkeer naar Nederland zijn wij heel bewust bezig geweest met wat er vooral maandelijks uitgaat. Zo hebben wij nu een goedkopere auto met veel lagere maandlasten en omdat
In ‘Mijn Pensioen en Ik’ vertellen deelnemers over alles wat hen bezighoudt met betrekking tot het pensioen en het pensioenfonds. Hier kunnen gepensioneeerden hun verhaal kwijt over hoe het is om gepensioneerd te zijn, maar ook actieve deelnemers kunnen laten zien hoe zij zich op het pensioen voorbereiden. Dat mag alleen zijn, maar ook met een eventuele partner, ouders of kinderen. Voor dit open podium komen wij graag met deelnemers in aanraking die hun verhaal willen doen. Meld u aan via
[email protected] of schriftelijk of telefonisch via het secretariaat (zie colofon).
13 • ZOMER 2015
Nieuws uit de bedrijven
Maersk Line bestelt elf supergrote containerschepen Op 2 juni heeft Maersk Line een contract getekend met Daewoo Shipbuilding & Marine Engineering (DSME) voor de bouw van elf tweede generatie Triple-E containerschepen met nog eens een optie op zes additionele schepen. De schepen zullen een capaciteit hebben van 19.630 TEU en worden ongeveer 400 meter lang en 58,6 meter breed. Het contract heeft een waarde van US $ 1,8 miljard. Het werd te Kopenhagen getekend door Sung-Leep Jung, President en CEO van DSME en Søren Skou, CEO van Maersk Line. De order is de tweede in
het investeringsprogramma van Maersk Line. Gedurende de komende vijf jaar is Maersk van plan vijftien miljard dollar te investeren in nieuwbouw, opwaardering, containers en andere materieel. Op die wijze zal Maersk Line de benodigde capaciteit hebben om mee te groeien met de wereldwijde vraag en tegelijkertijd minder efficiënt materieel kunnen vervangen. De nieuwe schepen, die minder efficiënte schepen vervangen, zullen de grootste zijn in de vloot van Maersk Line en zijn bedoeld voor de Azië-Europa dienst.
Nieuwe APM Terminals geopend De volledig geautomatiseerde containerterminal van APM Terminals op de Tweede Maasvlakte werd eind april geopend door koning Willem-Alexander. Bij het afhandelen van schepen zijn de kadekranen op afstand te besturen. Bovendien wordt de elektriciteit voor de terminal opgewekt met behulp van windenergie.
De terminal is gemaakt voor de steeds groter wordende containerschepen. Op termijn moeten er vierenhalf miljoen standaardcontainers per jaar afgehandeld kunnen worden. De terminal heeft een directe aansluiting op het spoor van de Betuweroute.
Goed eerste kwartaal Maersk Group
Maersk Tigris
De Maersk Group heeft een behoorlijke winstgroei gerealiseerd in het eerste kwartaal van 2015, maar die was voor een belangrijk deel te danken aan een boekwinst uit de verkoop van een groot pakket aandelen in Danske Bank en daar werd 223 miljoen dollar op verdiend. Uit de cijfers die half mei werden gepresenteerd, bleek dat de lage olieprijs een wissel trok op de energie-activiteiten en dat het containervervoer profiteerde van een sterkere dollar. De nettowinst steeg met 30 procent van 1,2 miljard dollar tot 1,57 miljard dollar (1,4 miljard euro). De omzet daalde, onder meer door de flink lagere olieprijs, met 1,2 miljard dollar tot 10,5 miljard dollar.
Begin mei namen de Iraanse autoriteiten de Maersk Tigris in beslag toen het de Straat van Hormuz (de zee-engte tussen Iran en het Arabisch schiereiland) binnenvoer. De reden die werd aangevoerd was dat Maersk een levering die veertien jaar geleden niet zou zijn betaald. Na een ‘constructieve dialoog’ werd het schip een week later vrijgelaten. In een verklaring zei Maersk Line dat het bedrijf de dialoog wil vervolgen met het doel de kwestie op te lossen. De Deense minister van Buitenlandse Zaken zei dat het voor Denemarken als zeevarende natie natuurlijk een prioriteit is dat de internationale verplichtingen worden nagekomen en schepen veilig in de Perzische Golf kunnen varen.
Bij Maersk Oil werd een winst geboekt van 208 miljoen dollar, tegen 346 miljoen dollar een jaar eerder. Een flink hogere productie woog niet op tegen de effecten van de lagere olieprijs. De containertak, Maersk Line, was goed voor een winst van 714 miljoen dollar in vergelijking met 454 miljoen euro vorig jaar. De verbetering was te danken aan zowel de hogere waarde van de dollar als aan lagere bunkerprijzen. Verbeterde resultaten stonden tegenover een verlies bij Svitzer van 29 miljoen dollar en bij Damco van negen miljoen dollar. Maersk denkt dat de onderliggende winst over het hele jaar uitkomt op vier miljard dollar. In de eerste drie maanden werd daarvan al 1,3 miljard dollar behaald.
Foto’s: Maersk
14 • ZOMER 2015
Artikel in het kader van Zorg en Welzijn aangereikt door Vereniging DNP
Pensioenen en zorg in het nieuws Met de aanhef “Ouderen zijn de nieuwe melkkoe van het kabinet” schrijft Martin van Rooijen, voorzitter van de KNVG (zie kader), in het Financieele Dagblad van 22 mei een kritisch stuk over, in zijn ogen, de greep van het kabinet in de portemonnee van de ouderen. Hij betoogt dat er bij een groot aantal belastingmaatregelen van het kabinet sprake is van het verder loslaten van het gelijkheidsprincipe tussen werkenden en gepensioneerden. Van Rooijen is van mening dat er sprake is van een “ouderentaks” die het kabinet rechtvaardigt met als argument dat daarmee de belasting op werk verlaagd kan worden. Naast deze maatregel is ook de vermogensrendementsheffing, die met name de ouderen treft, in de ogen van het kabinet noodzakelijk om de economie aan te zwengelen. Het Centraal Planbureau heeft daar grote twijfels over. Van Rooijen vindt dat er bij het kabinet sprake is van ideeënarmoede. Het kabinet heeft nog steeds geen grip op de overheidsuitgaven en zoekt naarstig naar nieuwe financieringsbronnen. Van Rooijen pleit dan ook voor nieuw beleid dat betaald moet worden uit de herschikking van prioriteiten, maar beter nog pleit hij voor het tegengaan van verspilling. Hij constateert verder dat inmiddels de koopkracht van de modale gepensioneerde in de laatste zeven jaar met 17% is gedaald. Deze trend zal zich de komende jaren voortzetten. Naast de belastingmaatregelen zullen de strengere regels voor de berekening van de verplichtingen van pensioenfondsen, indexatie van pensioenuitkeringen de komende tien jaar onmogelijk maken, concludeert van Rooijen in zijn artikel. Hij vindt dan ook dat deze groeiende tweedeling tussen werkenden en gepensioneerden in redelijkheid niet te verantwoorden valt en terecht kan worden gezien als fiscale discriminatie. WIJZE VAN ZORGVERLENING MOET INGRIJPEND VERANDEREN… Ook de NVOG laat van zich horen met een
artikel in het Brabants Dagblad geschreven door de voorzitter Joop Blom van de commissie Zorg en Welzijn waaruit wij hier citeren: “De burgers van Nederland zullen veel meer aan preventie moeten gaan doen en zullen de regie voor de eigen zorg in eigen hand moeten nemen. De rol van de behandelaars moet er een worden van begeleider in de oplossingen voor de zorgvraag van de patiënt. Het huidige ziekenhuismodel is een ouderwets zorgmodel en de huidige ziekenhuisfusies zijn geen oplossing. Het model van algemene ziekenhuizen zal moeten worden gewijzigd in regio klinieken waarin gezamenlijk met huisartsenpraktijken zorg verleend wordt. Daarnaast gespecialiseerde ziekenhuizen voor specifieke aandoeningen zoals, hart, buik, longen etc. Patiënten en bezoekers zullen verder moeten reizen voor zowel zorg in de wijk als in een ziekenhuis. De voorzieningen voor gehandicapten en veel zorg vragende ouderen in inrichtingen en verpleeghuizen moeten beschikbaar blijven, maar de zorg zal meer dan nu het geval is, zolang mogelijk en zo nodig verpleegkundig ondersteund, in eigen huis plaats vinden. Nieuwe digitale hulpmiddelen zullen in de zorg noodzakelijk zijn om de verwachte toekomstige personeelsschaarste op te vangen.” Joop Blom vindt dat een groter deel van de individuele zorgkosten moet worden betaald door de betrokkenen zelf en dat die kosten niet solidair via premies en belastingen over alle Nederlanders moeten worden verdeeld. Ook vindt hij dat er voor lagere inkomens
compensatieregelingen moeten blijven. Er zal een brede maatschappelijke discussie over de toekomst in de zorg moeten komen.
HOE BEHARTIGT DNP UW BELANGEN? De vereniging DNP is aangesloten bij de KNVG (Koepel Nederlandse Verenigingen van Gepensioneerden). De KNVG, een belangenorganisatie, opereert in nauwe samenwerking met de NVOG (Nederlandse Vereniging van Organisaties van Gepensioneerden) en de ouderenbonden zoals ANBO, KBO en PCOB. De activiteiten bestaan onder andere uit een lobby bij de overheid, de politiek en uit publicaties in de media. Recent hebben zowel de KNVG als de NVOG in de media van zich laten horen. DNP is een zelfstandige vereniging die opkomt voor belangen van de deelnemers van het Nedlloyd Pensioenfonds en pleit voor solidariteit onder de generaties. DNP is geen onderdeel van het Nedlloyd Pensioenfonds en de in het artikel verwoorde meningen en uitlatingen vallen dan ook niet onder de verantwoordelijkheid van de redactie van de Nedlloyd Pensioenkrant. Niettemin biedt deze publicatie DNP graag een podium om zich te presenteren Meer informatie over DNP kunt u vinden op de website www.vereniging-dnp.nl. Foto: DenAS
15 • ZOMER 2015
In de spotlight Achter de schermen wordt hard gewerkt en misschien bent u wel benieuwd wie de gezichten zijn achter het Nedlloyd Pensioenfonds.
Monique Vos, pensioenspecialist
Monique Vos is wat zij zelf noemt een oudgediende bij Nedlloyd Pensioenfonds. Haar carrière begon echter al veel eerder bij Nedlloyd. Nadat de pensioenadministratie begin 2014 werd uitbesteed aan Aon Hewitt is Monique de spil in de contacten tussen de aangesloten werkgevers, de pensioenadministratie en vermogensbeheerder Robeco. Voor jonge mensen die nog geen zin hebben om zich in het pensioen te verdiepen heeft zij een belangrijke boodschap.
J
e kan gerust zeggen dat ik een van de laatste der Mohikanen ben wat betreft mensen die ooit bij het Nedlloyd concern zijn begonnen en nog steeds bij Nedlloyd, een van de rechtsopvolgers of het Nedlloyd Pensioenfonds werken. Wanneer dat allemaal begon? In augustus 1981 toen ik als administratief medewerkster werd aangenomen bij Nedlloyd Rederijdiensten, waar ik de buitenlandse rekening couranten ging doen. Een aantal jaren later ben ik overgegaan naar de afdeling Regio Control. Later veranderde de naam van de divisie in Nedlloyd Lijnen. Tijdens een reorganisatie in 1991 kwam mijn baan op de tocht te staan en solliciteerde ik op een interne vacature bij het Nedlloyd Pensioenfonds. Ik werd aangenomen als assistent actuariële zaken. Actuarieel werk houdt in het
berekenen van pensioenen, waardeoverdrachten, vervroegd pensioen en uitgesteld pensioen. Op de actuariële afdeling werd daarnaast ook de uitbetaling van de pensioenen gedaan. Destijds, toen ik op de afdeling actuariële zaken begon, zaten wij daar met acht mensen. Computers werden al wel gebruikt, maar wij hadden nog altijd te maken met veel papierwerk: lange printeruitdraaien, dossiers en archieven. Vele jaren later werd dit gedigitaliseerd. Destijds was Piet Mol de directeur en met hem had ik, en heb ik nog steeds, een goede verstandhouding, wij hebben nog af en toe contact. Nadat ik vijf jaar lang assistent was geweest, werd ik bevorderd tot actuarieel medewerkster. Zo rond 19941995 ging een aantal mensen met pensioen en dat betekende dat wij nog maar met ons vijven waren. Het werk werd verdeeld over de overgebleven mensen.
Sinds de pensioenadministratie vanaf begin vorig jaar is uitbesteed aan Aon Hewitt bestaat de uitvoeringsorganisatie (dat zijn de mensen die bij het pensioenfonds werken en niet bijvoorbeeld het bestuur en de verschillende organen) nog maar uit acht mensen. Het is dan ook een stuk rustiger geworden op kantoor. Dat was in het begin een aanpassing, want ik was gewend met meerdere mensen een kantoorruimte te delen en tegenwoordig zit ik alleen. Nu ben ik wel blij met die rustige omgeving want dat helpt bij mijn concentratie en met de vaak complexe zaken die moeten worden opgelost heb ik die wel nodig. Ik heb gelukkig nog steeds contact met mijn ex-collega’s die nu bij Aon Hewitt werken, telefonisch, maar ook persoonlijk want heel soms ga ik even langs bij Aon Hewitt, dat hier vlakbij zit. Foto’s: Hans Withoos
16 • ZOMER 2015
Onlangs natuurlijk de wijziging van de pensioenrichtleeftijd van vijfenzestig jaar naar zevenenzestig jaar en een pensioenopbouw over maximaal een pensioensalaris van honderdduizend euro. De onlangs geïntroduceerde nieuwe regeling voor Maersk en Svitzer biedt allerlei keuzemogelijkheden. Zo kun je bijvoorbeeld kiezen op welk moment je met pensioen wilt gaan en kun je ook een eigen beleggingsportefeuille samenstellen. Algemeen gezegd betekent meer keuzemogelijkheden ook meer complexiteit. Dat geldt ook voor de deelnemers. Voor HR/PZ afdelingen geldt ook dat zij goed op de hoogte moeten zijn van de nieuwe regelingen, zodat zij de medewerkers van de juiste informatie kunnen voorzien.
Dat contact is belangrijk want ik vorm de schakel tussen de werkgevers en de pensioenadministratie en dat is vooral nu actueel in verband met de nieuwe pensioenovereenkomst met Maersk en Svitzer. Vanwege de kapitaalopbouw van de deelnemers (werkzaam bij Maersk en Svitzer) bij Robeco moeten de werkgevers sneller dan voorheen mutaties doorgeven. Voor alle partijen betekent de nieuwe pensioenovereenkomst dat er nieuwe procedures moeten worden opgezet zodat ook de juiste controles op tijd kunnen worden uitgevoerd. Dit geldt met name voor de spaarpremies die opgegeven worden. Dat is belangrijk omdat wij binnen een paar dagen de premies moeten doorstorten naar Robeco. Dat vraagt ook nogal wat van Maersk en Svitzer en het levert soms wat vragen op die uitgezocht moeten worden.
kwam, was ik blij dat ik gevraagd werd om te blijven, hoewel er ook onzekerheid was over de invulling van mijn nieuwe functie en hoeveel werk het met zich mee zou brengen. Als pensioenspecialist heb ik het ondanks de hoge werkdruk uitstekend naar mijn zin. De pensioenwereld is altijd in beweging en dat maakt het boeiend. Eerst hadden wij een eindloonregeling en dat was heel mooi, maar die regelingen zijn in de loop der jaren bijna overal afgeschaft. Later kreeg je als nieuwigheid de mogelijkheid om met waardeoverdracht bij het veranderen van baan je pensioen naar je nieuwe pensioenuitvoerder mee te nemen. Vanaf dat moment is het steeds spannender geworden in de pensioenwereld.
Sinds begin vorig jaar zit ik, samen met een aantal bestuursleden, de directeur en de actuaris (Towers Watson) in de pensioencommissie. De laatste tijd zijn wij bijvoorbeeld bezig geweest met de nieuwe pensioenreglementen, om te zorgen dat alle zaken juist en duidelijk worden weergegeven voor de deelnemers. Het resultaat is dat er een Pensioenreglement 2015 is gekomen. Dit is vooral van belang voor de actieve deelnemers, voor de slapers en gepensioneerden verandert er niets. Ik kan er dan ook niet genoeg op hameren dat ook jongere, actieve deelnemers zich vooral eens moeten verdiepen in de pensioenmaterie. Dat kan prima met behulp van de Nedlloyd Pensioenkrant of via de website van het Nedlloyd Pensioenfonds.”
Ook voor ons is dit nieuw, maar ik kan hierbij goed sparren met Frans (Frans Dooren, de directeur – red.) die mij bij het opzetten van de nieuwe regeling bijna overal bij heeft betrokken. De nieuwe pensioenregeling is de meest recente grote verandering in een hele reeks die door de jaren heen heeft plaats gevonden. De eerdere overheveling van de pensioenadministratie was daarin een opvallende en ingrijpende gebeurtenis. Toen dat eraan
Jaarverslag 2014 Stichting Kunstbezit Stichting Kunstbezit Koninklijke Nedlloyd heeft het jaarverslag over 2014 op de website geplaatst. In het verslag legt het bestuur van de stichting verantwoording af over het afgelopen jaar. Stichting Kunstbezit Koninklijke Nedlloyd is eigenaar van de omvangrijke Nedlloyd-kunstcollectie. De ruim 1.500 objecten uit dit culturele erfgoed van Nedlloyd zijn in langjarige bruikleen gegeven aan Maritiem Museum
Rotterdam en Het Scheepvaartmuseum te Amsterdam. Beide musea kunnen door deelnemers van het Nedlloyd Pensioenfonds gratis worden bezocht. Het jaarverslag is als PDF in te zien of te downloaden via: www.kunstbezitnedlloyd. org/jaarverslag2014.pdf of via de homepage www.kunstbezitnedlloyd.org en dan de pagina ‘service’ waar een link staat.
17 • ZOMER 2015
Personalia 20-3-15 Dhr. G.H. Schagen Chef Afd. LCP Nedlloyd Rederijdiensten 88 jaar
10-4-15 Dhr. J. van Reenen Zeilmaker SMN 86 jaar
3-5-15 Dhr. R.J. Piso Gezagvoerder Nedlloyd Lijnen 81 jaar
1-3-15 Dhr. F. Prass 18-07-1915 Gezagvoerder Mw. A.M. Piscaer-ten Berge Nedlloyd Rederijdiensten 100 jaar 87 jaar
21-3-15 Dhr. F.E. Hijmans Medewerker KRL/RSK 80 jaar
5-5-15 Dhr. A. van Egmond Controleur SMN 90 jaar
18-07-1915 1-3-15 Mw. G. van den Berg-Riske Dhr. H.J. van Peer 100 jaar Kraanmachinist Mammoet Nederland 07-08-1915 71 jaar Mw. A. van der GugtenGesink 1-3-15 100 jaar Dhr. S.P. Schilder Cargadoor 29-08-1912 Vrachtmail Amsterdam Mw. T. Wijngaard-Soesman 75 jaar 103 jaar 3-3-15 Dhr. H. Jansen 3e Werktuigkundige OVERLEDEN KNSM 87 jaar Helaas moeten wij het overlijden van de volgende 4-3-15 personen melden: Dhr. A.J. Wensen Matroos KRL 8-12-14 Dhr. H. van Drunen 81 jaar Kapitein KNSM-N.R.M. 76 jaar 8-3-15 Mevr. C.E. van Eijk Afd. Secretaresse 5-2-15 Dhr. M.I. Bos Nedlloyd Rederijdiensten 3e Werktuigkundige 83 jaar VNS 75 jaar 12-3-15 Dhr. C. van Eck 9-2-15 2e Werktuigkundige Dhr. A.J van Stuijvenberg VNS Werktuigkundige 84 jaar VNS 76 jaar 13-3-15 Dhr. N.J.J.M Hubert van 9-2-15 Blyenburgh Dhr. H.H. Geerts Medewerker vrachtzaken Oprichter en Directeur SMN VGL-Selektvracht 93 jaar 73 jaar 17-3-15 14-2-15 Dhr. S.P.M. Blaauwhof Dhr. J.G. van Etten Lijn Chef Chef Hofmeester SMN Ruys & Co 87 jaar 84 jaar
21-3-15 Dhr. J.L.L. Lochtenberg Boorder Smederij SMN 88 jaar
11-4-15 Dhr. H. van Vianen Medewerker Schepen Provianderen Nedlloyd Rederijdiensten 91 jaar
100 PLUSSERS 16-07-1912 Mw. H.M. Kroese-Bethe 103 jaar
16-2-15 Dhr. N. van der Plas Medewerker Concern Administratie Koninklijke Nedlloyd Groep 75 jaar 21-2-15 Dhr. J.H. Storm Voorman Nedlloyd Road Cargo 79 jaar
22-2-15 Dhr. G.M. Pieterse Hoofdwerktuigkundige Nedlloyd Rederijdiensten 87 jaar
18-3-155 Dhr. W.J.M. de Natris Gezagvoerder Nedlloyd Rederijdiensten 82 jaar 19-3-15 Dhr. B.C.T. de Weerd 2e Werktuigkundige VNS 81 jaar
18 • ZOMER 2015
23-3-15 Dhr. W.L.M. van Troost 2e Stuurman KPM 86 jaar 25-3-15 Dhr. J. Huizing 2e Werktuigkundige VNS 87 jaar 27-3-15 Dhr. C.J.P. Vink 4e Werktuigkundige KRL 84 jaar
12-4-15 Dhr. J. Schoen Hoofdwerktuigkundige VNS 91 jaar 16-4-15 Dhr. G.J. van der Veer Toezichthouder Administratie Nederlandsche Scheepvaart Unie 86 jaar 19-4-15 Dhr. H. Niehaus Chef W. Indische Lijnen / Voorzitter COR KNSM 93 jaar 23-4-15 Dhr. A.A.C.M. Wouters 2e Werktuigkundige KJCPL 71 jaar
30-3-15 Dhr. R.W. Admiraal Staf Employee Koninklijke Nedlloyd Groep 85 jaar 28-4-15 Dhr. N. Bicker 31-3-15 Matroos Dhr. T.I. Parmentier Nedlloyd Rederijdiensten Medewerker Technische 76 jaar Dienst SMN 28-4-15 90 jaar Dhr. H.C. Trap Hoofdwerktuigkundige 1-4-15 Nedlloyd Rederijdiensten Dhr. J. Westerink 91 jaar 3e Werktuigkundige VNS 29-4-15 79 jaar Dhr. J. Evelaar Medewerker 4-4-15 Nederlandse Tank en Dhr. J.A. Eichhorn Paketvaart Maatschappij 2e Stuurman (KJCPL) KRL 81 jaar 87 jaar 1-5-15 9-4-15 Dhr. G.J.W.J.C. Veldhoen Dhr. M.J. van Beek 2e Werktuigkundige Schilder Nedlloyd Rederijdiensten Mammoet Stoof 71 jaar 82 jaar 3-5-15 10-4-15 Dhr. W.H. Louts Mevr. E. Bouwmeester3e Werktuigkundige van Stek KRL Serveerster 78 jaar Nedlloyd Lines 80 jaar
8-5-15 Dhr. N.J. de Mol Employé KPM 90 jaar 10-5-15 Dhr. J.C. van Hoek (Hoofd)Kassier/ Boekhouder RSK 90 jaar 12-5-15 Dhr. E.Keur Magazijn Medewerker KNSM 91 jaar 16-5-15 Dhr. G.J. Kentin 3e Stuurman KRL 82 jaar 19-5-15 Dhr. H.C. Smeenk Hoofdwerktuigkundige Nedlloyd Rederijdiensten 83 jaar 21-5-15 Mevr. C. van der KooiKnobbe Telefoniste KJCPL 79 jaar 21-5-15 Dhr. B.A. van der Heiden MD Walploeger Motorploeg KNSM 90 jaar 24-5-15 Dhr. A.W. Paulus Timmerman SMN 90 jaar
Internet
De digitale overheid
Veel mensen hebben de weg al gevonden naar de digitale overheid en regelen zaken als de belastingaangifte, het aanvragen van een parkeervergunning of een uitkering via www.mijnoverheid.nl (hierna MijnOverheid genoemd). Geen wonder want Nederland digitaliseert in hoog tempo en loopt hier zelfs mee voorop in Europa en de wereld. Ook de overheid biedt haar diensten steeds vaker digitaal aan. Het digitale loket (waar men met het DigiD op inlogt) bespaart burgers op die manier een gang naar bijvoorbeeld het gemeentehuis of een telefoontje naar verschillende rijksdiensten. Tegelijkertijd is op MijnOverheid in het onderdeel Persoonlijke Gegevens precies te zien welke persoonlijke gegevens de overheid heeft geregistreerd, zoals bijvoorbeeld in de Basisregistratie Personen (BRP), de duur van recht op een uitkering, taxatieverslagen van de WOZ-waarde van de woning en, tenslotte, de voertuigen die u op uw naam heeft staan. Deze gegevens zijn te controleren. Klopt er iets niet, dan is te zien waar men terecht kan om het aan te passen. Ook kan men via MijnOverheid post van de overheid ontvangen in de digitale berichtenbox. Het is de persoonlijke brievenbus waarin post van de Belastingdienst, RDW, SVB, UWV en straks ook de gemeente digitaal te ontvangen is. Denk dan aan berichten over toeslagen, kinderbijslag, betaalspecificaties van de WW, of het verlopen van het rijbewijs of APK. Als er nieuwe berichten zijn, ontvangt men automatisch een e-mail. Steeds meer overheidsinstanties sluiten zich aan bij de Berichtenbox, waardoor steeds meer post digitaal ontvangen kan worden. Van de bekende blauwe enveloppen van de Belastingdienst zullen er de komende jaren steeds minder verzonden worden. Al ruim een miljoen Nederlanders gebruiken de diensten van MijnOverheid en de overheid zou graag willen dat dit aantal nog veel groter wordt. Uit eigenbelang, want een digitale overheid bespaart kosten en kan, door het koppelen van bestanden, efficiënter en servicegerichter werken.
Maar ook om de bureaucratie te verminderen en de omgang van de burger met de ambtelijke apparaten van de diverse overheden (rijks-, provincie- en gemeente) eenvoudiger en gemakkelijker te maken. Het is goed nieuws want het leven is vaak al veeleisend genoeg en het contact met de ambtenarij is in de ervaring van velen een tijdrovende en soms frustrerende bezigheid. Toch zijn er kanttekeningen te plaatsen. Als een groot deel van de burgers ‘digitaal mondig’ is en een ander groot deel niet, dan vergroot dit de digitale kloof. Dat die bestaat is onvermijdelijk. Er zijn nu eenmaal generaties opgegroeid zonder computer, smartphone en internet en hoewel ook ouderen zich in redelijk grote getalen digitaal ‘bekeren’, ontstaat er een tweedeling in deze overgangsfase naar een volledig digitale wereld en dat is niet wenselijk. Met de voortschrijdende digitalisering wordt de ‘gewone’, analoge wereld bovendien steeds verder teruggedrongen. Wie nu iets te regelen heeft op het gemeentehuis, moet vaak van te voren een afspraak maken, want het aantal ambtenaren neemt zienderogen af. Banken, postkantoren en zelfs winkels verdwijnen in toenemende mate uit het straatbeeld. De samenleving wordt daardoor steeds verder geanonimiseerd, dat wil zeggen: straks hoef je bij wijze van spreken de deur niet meer uit en zie je buiten de familie- en vriendenkring misschien niemand meer. Slecht nieuws voor bijvoorbeeld alleenstaande ouderen
(de alleenstaande jongeren zoeken via het internet contact met soortgenoten). Zo ver is het echter nog niet. De digitale en de ‘ouderwetse’ analoge wereld zullen nog wel enige tijd naast elkaar blijven bestaan. Dit is ook belangrijk voor een ander gevaar: het internet is kwetsbaar. Voor criminelen, terroristen, elkaar bestrijdende landen en bedrijven is het internet het terrein geworden waarop zij actief zijn. De alarmerende consequenties daarvan zijn dagelijks in de krant te lezen en ook hier staan wij nog maar aan het begin van een ontwikkeling. Het volkomen lamleggen van het internet is nu uitsluitend een theoretische mogelijkheid, maar zal misschien ooit werkelijk gebeuren. Dat zou nu al rampzalig zij, maar in een wereld die helemaal digitaal is, zijn de gevolgen niet te overzien. Laat dit doemscenario, dat misschien nooit zal plaatsvinden, echter niemand tegenhouden om nu in ieder geval zo veel mogelijk te profiteren van de schijnbaar oneindige mogelijkheden die het internet biedt. MijnOverheid is er daar één van en wie er eenmaal het gemak van heeft ondervonden zal nooit meer terug willen naar de oude situatie. Ervaar het zelf en registreer u met uw DigiD op www.mijnoverheid.nl Na registratie kunt u direct gebruikmaken van de Berichtenbox, Persoonlijke gegevens en Lopende zaken. Heeft u geen DigiD? Vraag dan eerst een DigiD aan via digid.nl/aanvragen. Foto: Rainer Ebert
19 • ZOMER 2015
Portret
Ditmaal twee medewerkers van Maersk Line Netherlands: Eva van Putten (Key Client Coordinator Reefer) en Wouter van den Bosch, Sales Executive . Eva is sinds 1 december 2010 deelnemer van het Nedlloyd Pensioenfonds en Wouter sinds 1 januari 2010. Foto: Maersk