ja arv er slag 2 0 1 0
Jaarverslag 2010
doelstelling Het bevorderen van de wetenschap en het slaan van bruggen tussen wetenschap en samenleving. De Maatschappij doet dit Doelstelling: door het uitschrijven van prijsvragen, het Het bevorderen van de wetenschap en het slaan bekronen van wetenschappelijke prestaties tussen wetenschap en samenleving. envan hetbruggen organiseren van lezingen en De Maatschappij doet dit door het uitschrijven wetenschappelijke conferenties. van prijsvragen, het bekronen van wetenschapgeschiedenis pelijke prestaties en het organiseren van lezingen DeenKoninklijke Hollandsche Maatschappij wetenschappelijke conferenties. der Wetenschappen, het oudste ‘Geleerde Genootschap’ in Nederland, werd als Geschiedenis Hollandsche Maatschappij derWetenschappen De Koninklijke Hollandsche Maatschappijop initiatief van een zevental vooraanstaande der Wetenschappen, het oudste ‘Geleerde . burgers van Haarlem opgericht in 1752 Genootschap’ in Nederland, werd als Hollandsche Maatschappijwas der de Wetenschappen opactiviteit initiatief Aanvankelijk belangrijkste een zevental hetvan uitschrijven envooraanstaande honoreren vanburgers prijs- van 1752. Aanvankelijk was Haarlem opgericht vragen inzake actueleinwetenschappelijke de belangrijkste het uitschrijven vraagstukken. De activiteit Maatschappij is sinds 1841en honoreren vanmonumentale prijsvragen inzake actuele wegevestigd in het Hodshon Haarlem, tegenover haar tenschappelijke vraagstukken. De Maatschappij Huis, Spaarne 17, te 1841Teylers gevestigd in het monumentale goede buur Museum. Het predikaatHuis is sinds Koninklijk werd verleend 17, teter Haarlem, gelegenheid tegenover van Hodshon, Spaarne 250goede -jarigbuur bestaan in 2002 . haar Teylers Museum. Het predikaat haar Koninklijk werd verleend ter gelegenheid van structuur haar 250-jarig bestaan in 2002. De Koninklijke Hollandsche Maatschappij derStructuur Wetenschappen kent vanouds een De Koninklijke Hollandsche Maatschappij tweeledige structuur: enerzijds een college der Wetenschappen vanouds een tweeledige van besturende, dekent kosten dragende enerzijdsgeïnteresseerden een college van besturende, enstructuur: in de wetenschap ultimo 336) engeïnde kostengenaamd, dragende en in de 2010: wetenschap (directeuren directeuren genaamd, thans ca 336) anderzijds een (groep van wetenschappelijke teresseerden 2010: 379 en anderzijds een groep ultimo van wetenschappelijke werkers (leden genoemd, thans cabijdrage 379 hooglewerkers (ledendiegenoemd, hoogleraren), geen geldelijke raren), die verantwoordelijk geen geldelijke bijdrage geven maar geven maar zijn voor zijnactiviteiten voor de wetenschappelijke deverantwoordelijk wetenschappelijke van de activiteiten van de tweedeling Maatschappij. Deze Maatschappij. Deze is tot optweedede ling is dag tot op de huidige dag gehandhaafd. huidige gehandhaafd.
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen
Jaarverslag 2010
ja arv er slag 2 0 1 0
Het Hodshon Huis, een prachtig monument In het Hodshon Huis aan het Haarlemse Spaarne houdt de Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen sinds 1841 domicilie. De stijlkamers van dit gebouw zijn juweeltjes van eind achttiende-eeuwse interieurarchitectuur. Zij vertegenwoordigen alle grote Europese interieurstijlen uit die tijd. De kamers zijn grotendeels prachtig gerestaureerd. Zij zijn beperkt te huur voor activiteiten.
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
INHOUD
voorwoord 9 Dr. A.H.G. Rinnooy Kan
nieuwe directeuren 28 nieuwe leden 30
prijzen 10 Akzo Nobel Science Award 11 Van der Knaap Prijs 12 Prijsvraag in samenwerking met de NRC 13 Dirk Jacob Veegens Prijs 15 Johannes Cornelis Ruigrok Prijs 16 Keetje Hodshon Prijs 17 Martinus van Marum Prijs 18 Nederlandse Gas Industrie Prijs 19 Hollandsche Maatschappij Prijzen voor Jong Talent: - Afstudeerprijzen 20 - Aanmoedigingsprijzen 22 - Radèn Ajeng Kartini Prijzen 23 Profielwerkstukprijzen 24
winterlezing 31
stipendium 25 Bate Pieter Langerhuizen Lambertuszoon Fonds algemene vergadering 26
ja arv er slag 2 0 1 0
de nationale denktank 32 Najaarssymposium jan brouwer fonds 34 Jan Brouwer Conferentie verslag visitatiecommissie 37 gebouw 38 De restauratie van de aula van het Hodshon huis Drs. N.F. Smit essay 44 ‘Crisis van de democratie in Nederland?’ Dr. J.J.A. Thomassen financieel overzicht 48 - Balans - Verkorte winst- en verliesrekening
Prijzen en stipendium De Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen levert onafhankelijke juryleden voor de beoordeling van wetenschappelijke prestaties. Het bestuur kent de volgende wetenschappelijke prijzen en stipendia toe:
prijzen Akzo Nobel Science Award Oeuvreprijs voor onderzoekers in de natuurwetenschappen en techniek. Van der Knaap Prijs Aanmoedigingsprijs voor onderzoekers (gepromoveerden) op het terrein van de economische en sociale geografie in brede zin. Dirk Jacob Veegens Prijs aanmoedigingsprijs voor onderzoekers (gepromoveerden) in de economische, politieke en sociale geschiedenis. Johannes Cornelis Ruigrok Prijs aanmoedigingsprijs voor onderzoekers (gepromoveerden) in de maatschappijwetenschappen. Keetje Hodshon Prijs aanmoedigingsprijs voor onderzoekers (gepromoveerden) in de geesteswetenschappen. Martinus van Marum Prijs Aanmoedigingsprijs voor onderzoekers (gepromoveerden) op het terrein van de natuurwetenschappen en techniek.
Nederlandse Gas Industrie Prijs Prijzen voor jonge studenten met de beste afstudeerscripties die verband houden met aan de gasindustrie gelieerde onderwerpen. Hollandsche Maatschappij Prijzen voor Jong Talent ter stimulering van de beste studenten (afstudeer- en eerste jaars-) in technische en exacte vakken. Radèn Ajeng Kartini Prijzen ter stimulering van de beste allochtone vrouwelijke eerstejaarsstudenten in technische en exacte vakken; worden tegelijk met de Jong Talent Prijzen uitgereikt. Profielwerkstukprijzen voor VWO- en Havo-scholieren uit de regio Kennemerland Prijsvraag in samenwerking met de NRC stipendium De jaarlijkse bate uit het Pieter Langerhuizen Lambertuszoon Fonds.
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
ja arv er slag 2 0 1 0
Lezingen, symposia, conferenties Binnen de Hollandsche Maatschappij vindt uitwisseling van gedachten onder meer plaats door lezingen en informele onderlinge contacten. Standaard worden er viermaal per jaar lezingen gehouden: de Winterlezing, de Haarlemse Voordracht in het voorjaar, de zogenaamde ‘kleine lezing’ in de herfst en een lezing bij de uitreiking van de Jong Talent Prijzen.
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
VOORWOORD
A.H.G. Rinnooy Kan Elke organisatie met maatschappelijke taken en ambities dient tenminste één maal per jaar verslag te doen van haar wel en wee. Zo ook de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen. Traditiegetrouw gebeurt dat in de Jaarvergadering, voorafgaand aan de Haarlemsche Voordracht, in onze mooie Aula aan het Spaarne. Maar 2010 was een bijzonder jaar. De Aula was schitterend gerestaureerd en voller dan ooit; voor het eerst sinds vele jaren werd de voordracht gehouden door onze Koninklijke Protector, de Prins van Oranje. Een reeks nieuwe initiatieven werd besproken dan wel aangekondigd. Er komen nieuwe statuten, nieuwe prijzen. En er zijn veel nieuwe gezichten, onder meer in het Bestuur en op het Secretariaat. Zo heeft Marlies Veldhuijzenvan Zanten vanwege haar benoeming tot Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport het bestuur per 14 oktober j.l. moeten verlaten. Per 30 november 2010 is Harald Tepper, voorzitter van De Nationale DenkTank, onze waardevolle partner, in het bestuur benoemd. Het secretariaat werd uitgebreid met Saskia van Manen die als secretaris ingewerkt werd om Boudi Dortland in 2011 op te volgen. De Koninklijke Maatschappij is zich aan het vernieuwen en verjongen. Daarbij hoort een nieuwe vorm van verslaggeving: een volwaardig jaarverslag in gedrukte vorm dat ook voor buitenstaanders een getrouw beeld ja arv er slag 2 0 1 0
biedt van waar de Maatschappij voor staat, als uitbreiding van de traditionele beknopte rapportage van hetgeen in de Jaarvergadering werd meegedeeld. Om het jaarverslag inhoudelijk te verrijken hebben wij ons lid Jacques Thomassen uitgenodigd een essay over een actueel onderwerp te schrijven. Hij heeft hieraan gaarne gevolg gegeven in het door u aan te treffen artikel getiteld: Crisis van de democratie in Nederland? Zo ligt dan een eerste proeve van dat nieuwe jaarverslag voor u. Naast berichtgeving over lezingen, symposia en prijsuitreikingen beschrijft het een aantal nieuwe activiteiten waarvan wij hopen dat het tradities zullen worden. De rode draad door deze ontwikkelingen is een aanhoudend besef dat de kloof tussen wetenschap en samenleving die de oprichters van de Maatschappij wensten te overbruggen nog onverminderd zichtbaar is, ten nadele van beide zijden. De noodzaak van overbrugging is in onze kennis gedreven wereld alleen maar toegenomen. In dit verslag hoopt de Maatschappij te demonstreren dat zij aan die overbrugging onverminderd serieus wenst bij te dragen, en uit te stralen dat dit een belangrijke, maar gelukkig ook uiterst aangename taak is, waaraan vele directeuren en leden met vreugde hebben bijgedragen. Voor uw commentaar op deze eerste proeve houden wij ons zeer aanbevolen.
sponsors van de prijzen 2010 Stichting Akzo Nobel Science Award Stichting Fonds voor de Geld- en Effectenhandel J.C. Ruigrok Stichting KVGN M&I/Partners Tata Steel Research, Development & Technology Abbott Healthcare Products B.V. Stichting Physica Thomas Stieltjes Institute for Mathematics Platform Bèta Techniek NGI Platform voor ICT-Professionals Mr. M. van Empel Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
PRIJZEN
ANSA De Akzo Nobel Science Award, ingesteld in 1995 door Akzo Nobel N.V. te Amsterdam, wil wetenschappelijk onderzoek stimuleren op gebieden van wetenschap, die een nauwe relatie hebben met de technologie van Akzo Nobel, zoals materiaalwetenschappen, chemie, procestechnologie en measurement sciences. De Award wordt verleend voor een vernieuwend, samenhangend, wetenschappelijk oeuvre van een onderzoeker en is bedoeld als eerbetoon aan zijn/ haar persoon. Waar tot 1998 een jaarlijkse toekenning plaatsvond, wordt thans in de oneven jaren de Akzo Nobel Science Award Sweden (ANSAS) toegekend (voor multidisciplinair onderzoek in Zweden) en in de even jaren de Akzo Nobel Science Award (ANSA) aan onderzoekers in Nederland. Per 2009 is ook de AkzoNobel Chemical Science Award China ingesteld, die tweejaarlijks wordt toegekend aan drie prominente onderzoekers. De jurering vindt plaats door een onafhankelijk panel, in Nederland onder de deskundige leiding van de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen, in Zweden door het Royal Institute for Engineering Sciences en in China door de Chinese Chemical Society. In Nederland bestaat de Award uit een oorkonde en een geldbedrag van € 50.000. De AkzoNobel Science Award 2010 werd toegekend aan Prof. dr. Bert Meijer, ja arv er slag 2 0 1 0
Voorzitter Alexander Rinnooy Kan (l.) met Award-winnaar Bert Meijer.
verbonden als hoogleraar aan de TU Eindhoven. Meijer kreeg de onderscheiding voor zijn talrijke prestaties op het gebied van materiaalkunde en polymeerchemie. Hiertoe behoren de introductie van gepatenteerde technologie die leidde tot de ontwikkeling van de eerste nano-container (ook dendritic box genaamd) en de synthese en ontwikkeling van supramoleculaire polymeren. “Bert Meijer is een uiterst gemotiveerde, creatieve en veelzijdige wetenschapper met een echt gevoel voor wetenschap op het hoogste niveau en voor het vinden van innovatieve toepassingen voor materialen die in zijn laboratorium zijn ontwikkeld”, aldus de jury in haar overweging. “Hij is een ondernemende en briljante geleerde die op inspirerende wijze leiding geeft aan innovatief, geavanceerd wetenschappelijk onderzoek met duidelijk praktische relevantie.” De prijs werd uitgereikt op 7 oktober 2010 in het Hodshon Huis.
akzo nobel science award: Oeuvreprijs voor onderzoekers in de natuurwetenschappen en techniek zoals materiaalwetenschappen, chemie, procestechnologie en/of measurement sciences. sponsor: Stichting Akzo Nobel Science Award € 50.000,-. Tweejaarlijks. jury: Dr. R.V.A. Oliemans Dr. Ir. B.M. Weckhuysen Dr. Ir. R. Akkerman prijswinnaar: Prof. dr. E.W. Meijer
VAN DER KNAAP PRIJS De Van der Knaap Prijs is in 2009 ingesteld door de Maatschappij uit de baten van het Fonds Van der Knaap, ontstaan uit een schenking van de heer Prof. dr. G.A. van der Knaap aan de Maatschappij. De Prijs is bedoeld als aanmoedigingsprijs voor onderzoekers die in het jaar van toekenning niet langer dan vier jaar geleden zijn gepromoveerd, ter bekroning van oorspronkelijk onderzoek op het terrein van de economische en sociale geografie in brede zin, alsmede op het terrein van de stedelijke en regionale economie. De prijs wordt vanaf 2010 iedere drie jaar toegekend door het bestuur van de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen, na verkregen advies van een door de Maatschappij daartoe te benoemen commissie. Frank Neffke heeft de eerste Van der Knaap Prijs gewonnen met zijn proefschrift: Productive Places, the influence of technological change and relatedness on agglomeration externalities.
Bert van der Knaap (m.) met Alexander Rinnooy Kan en Arend Soeteman bij de ondertekening van de overeenkomst.
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
Volgens de jury heeft de heer Neffke excellent en baanbrekend onderzoek verricht waarin de invloed van technologische dynamiek en gerelateerdheid van bedrijven op agglomeratievoordelen is onderzocht. Dr. Neffke heeft het onderzoek uitgevoerd aan de Universiteit Utrecht, afdeling Economische Geografie, onder leiding van Prof. dr. Ron Boschma en Prof. dr. Koen Frenken en is aldaar cum laude gepromoveerd op 10 juli 2009. Hij is thans verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Op 22 oktober is de prijs aan Frank Neffke uitgereikt tijdens een wetenschappelijke bijeenkomst in het Hodshon Huis te Haarlem, waarbij o.a. het woord werd gevoerd door Prof. dr. Martina FromholdEisebith, hoogleraar economische geografie in Aken.
van der knaap prijs: Economische en Sociale Geografie in brede zin, alsmede op het terrein van de stedelijke en regionale economie. Bekostigd uit het Van der Knaap Fonds, ondergebracht bij de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen € 10.000,-, en de eremedaille van de Maatschappij met opschrift ‘Optime Meritis’. Driejaarlijks. jury: Dr. R.A. Boschma Dr. A. Felling Dr. S. Musterd Dr. G.A. van der Knaap prijswinnaar: Dr. F. Neffke
ja arv er slag 2 0 1 0
PRIJSVRAAG IN SAMENWERKING MET DE NRC Van 1753 tot 1917 schreef de Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen met grote regelmaat een Prijsvraag uit over uiteenlopende onderwerpen die vaak een spiegel van de tijdsgeest waren. In totaal zijn meer dan 1200 prijsvragen uitgeschreven in bovengenoemde periode. De heer G. de Bruijn, oud-bibliothecarisarchivaris van de Maatschappij, heeft deze prijsvragen geïnventariseerd in een prachtig naslagwerk dat voor 20 euro te verkrijgen is via het secretariaat. Prijsvragen waren destijds de voornaamste bezigheid waarmee geleerde genootschappen hun doel, bevordering van de wetenschap, nastreefden. Het bestuur heeft besloten deze oude traditie in moderne vorm vanaf 2010 in ere te herstellen. Dit gebeurde in nauwe samenwerking met de NRC, waarin de aankondiging van de prijs in februari 2010 plaatsvond. De NRC zorgde
ook verder voor de nodige publiciteit. De jurering was in handen van de Hollandsche Maatschappij, samen met de NRC. De vraagstelling luidde: Is het geoorloofd ons voordeel te doen met de onkunde van anderen? Zo ja, in welke gevallen en welke mate?
Maarten Huygen (NRC) interviewt Hendrik Gommer.
Boven: muzikaal intermezzo: Laura Trompetter bespeelt de marimba. Onder: drie v4c-leerlingen van het Drachtster Lyceum.
Geheel in lijn met het verleden werd, tijdens een feestelijke prijsuitreiking in het Hodshon Huis op 14 oktober 2010, aan de winnaar van de Prijsvraag een gouden medaille uitgereikt. De opsteller van een bekroonde vraagstelling, secretaris Dr. G. van Dijk, ontving traditiegetrouw een zilveren medaille. Eveneens werd bij die gelegenheid een zilveren medaille en een eervolle vermelding uitgereikt.
juryrapport De gouden medaille werd gewonnen door Hendrik Gommer voor zijn essay Van religie naar biologie als grondslag van onze normen. Gommer trad in zijn essay in debat met Willem de Vos, die in 1765 Bijbelse gronden aanboorde ter beantwoording van de toen door de Maatschappij uitgeschreven prijsvraag. Gommer put inspiratie uit het dierenrijk. Zijn conclusie: “Voor de groep als geheel staat de groepsstabiliteit voorop. Afhankelijk van de organisatie van de groep en de impact van het misbruik, zal de groep het ‘voordeel doen van onkunde’ als geoorloofd dan wel ongeoorloofd beoordelen. En zo kan het zijn dat in de tijd van Willem de Vos overspel werd bestraft, terwijl het in de eenentwintigste eeuw niet meer in het wetboek voorkomt.” Deze laatste opmerking, aldus de jury, toont een onmisbare eigenschap van een goed essay: het moet niet het laatste oordeel vellen.
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
Een zilveren medaille was er voor klas vwo 4c van het Drachtster Lyceum, die onder begeleiding van leraar Nederlands M. Hemmes een antwoord op de aan de orde gestelde vraag formuleerde. Een eervolle vermelding ging naar Pier Bergsma voor zijn essay Over de voor- en nadelen van onkunde.
jury: Mevrouw Dr. I.D. de Beaufort Mr. J.H. Nieuwenhuis gouden medaille: Dr. mr. H. Gommer zilveren medaille: klas v4c van het Drachtster Lyceum eervolle vermelding: Drs. P. Bergsma
DIRK JACOB VEEGENS PRIJS De Dirk Jacob Veegens Prijs is ingesteld door de Stichting Fonds voor de Geld- en Effectenhandel en wordt verleend ter bekroning van oorspronkelijk onderzoek op het gebied van economische, politieke en/ of sociale geschiedenis. De prijs is bedoeld als aanmoedigingsprijs voor onderzoekers wier onderzoeksresultaten in het jaar van toekenning niet langer dan vijf jaar tevoren zijn gepubliceerd. De prijs wordt om het jaar toegekend door de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen na verkregen advies van een door de Maatschappij daartoe te benoemen commissie. Op grond van het advies van een beoordelingscommissie gevormd uit leden van de Hollandsche Maatschappij, heeft het Bestuur besloten de Dirk Jacob Veegens Prijs 2010 toe te kennen aan Dr. Luuk van ja arv er slag 2 0 1 0
Middelaar vanwege zijn dissertatie: De passage naar Europa: Geschiedenis van een begin, in 2009 aan de Universiteit van Amsterdam verdedigd en daar met een cum laude bekroond. De prijs zal hem in maart 2011 worden uitgereikt door Mr. P.A. Wackie Eysten, voorzitter van de Stichting Fonds voor de Geld- en Effectenhandel. De uitreiking vindt plaats in het Hodshon Huis te Haarlem. Citaat uit het verslag van de beoordelingscommisie: “Volgens de jury is dit een volstrekt origineel boek. Het beschrijft en analyseert het begin van de politieke eenwording van Europa in drie domeinen en drie sferen en laat de door actoren gebruikte taal, of liever de talen, deze domeinen en sferen vormgeven en vullen. Dit wordt gecombineerd met een uitermate zorgvuldig en evocatief taalgebruik. Het resultaat is een verrassend nieuw beeld van de Europese integratie, waarin, naar is gebleken, de actoren zich wel herkennen maar waarvan zij zich niet eerder gerealiseerd hebben dat het er zo uitzag.’’
d.j. veegens prijs: aanmoedigingsprijs voor onderzoekers in de economische, politieke en/of sociale geschiedenis van Nederland, die niet langer dan 5 jaar geleden gepromoveerd zijn. € 12.500,-. Tweejaarlijks. sponsor: Stichting Fonds voor Geld- en Effectenhandel jury: Dr. W.T.M. Frijhoff Dr. P. de Rooij Dr. P. Kooij prijswinnaar: Dr. L.J. van Middelaar
JOHANNES CORNELIS RUIGROK PRIJS De Johannes Cornelis Ruigrok Prijs is ingesteld door de J.C. Ruigrok Stichting te Haarlem als aanmoedigingsprijs voor onderzoekers die in het jaar van toekenning niet langer dan vijf jaar zijn gepromoveerd, ter bekroning van oorspronkelijk onderzoek op het gebied van de maatschappijwetenschappen. Jaarlijks wordt de prijs toegekend voor onderzoek op één van de volgende gebieden: • Rechtswetenschappen • Economische wetenschapen • Maatschappijwetenschappen (in engere zin) • Menswetenschappen De J.C. Ruigrok Prijs 2010 voor maatschappijwetenschappen werd toegekend aan Dr. Nienke Moor voor haar onderzoek naar de wereldwijde religieuze diversiteit, neergelegd in haar dissertatie: Explaining worldwide religious diversity. Veel filosofen, theologen en anderen hebben zich met deze thematiek bezig gehouden maar de belangstelling van empirische maatschappijwetenschappers is vrij uniek te noemen, schrijft de jury. Onderwerpen rond ideeën over hemel en hel, over de oorsprong van opvattingen over godsbeelden zoals die van een persoonlijke god, een abstracte god, en de afwijzing van het bestaan van god, worden in dit proefschrift onderzocht vanuit een sociologisch standpunt. De jury spreekt van een uitdagende, originele en zeer knappe en maatschappelijk relevante studie. Het promotieonderzoek vond plaats aan de onderzoekschool ICS en de Faculteit Sociale Wetenschappen van de Radboud Universiteit in Nijmegen. Mevr. Moor is thans als postdoc
Boven: Frank Smit, bestuurslid van de Ruigrok Stichting reikt Prijs uit aan Nienke Moor. Onder: v.l.n.r. Bé Breij, Nienke Moor en Teunie van Herk.
werkzaam aan de Universiteit Utrecht. De Prijs is uitgereikt op 28 mei 2010 in het gebouw van de Hollandsche Maatschappij.
j.c. ruigrok prijs: aanmoedigingsprijs voor onderzoekers in de maatschappijwetenschappen die niet langer dan 5 jaar geleden gepromoveerd zijn. € 12.000,- en de eremedaille van de Maatschappij met het opschrift ‘Optime Meritis’. Jaarlijks. sponsor: J.C. Ruigrok Stichting jury: Mevrouw Prof. dr. J. van Doorne-Huiskens Dr. R.B. Andeweg Mevrouw Prof. dr. J. Gierveld prijswinnares: Mevr. Dr. J.A. Moor
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
KEETJE HODSHON PRIJS De Keetje Hodshon Prijs is ingesteld door de J.C. Ruigrok Stichting te Haarlem als aanmoedigingsprijs voor onderzoekers die in het jaar van toekenning niet langer dan vijf jaar zijn gepromoveerd, ter bekroning van oorspronkelijk onderzoek op het gebied van de geesteswetenschappen. De prijs wordt jaarlijks toegekend voor onderzoek op één van de volgende gebieden: • Taalwetenschappen • Literatuurwetenschappen • Historische wetenschappen • Wijsbegeerte en/of Godgeleerdheid De Keetje Hodshon Prijs is een voortzetting van de Prins Bernhard Fonds Prijs (1981-1993) en de C.C. Hodshon Prijs (1994). De Prijs is vernoemd naar mejuffrouw Cornelia Catharina (Keetje) Hodshon, die in 1794 het huidige gebouw van de Maatschappij liet bouwen en tot 1829 de eerste bewoonster ervan was. De Keetje Hodshon Prijs 2010 voor literatuurwetenschappen is toegekend aan Dr. Bé Breij ter bekroning van haar proefschrift getiteld The Eighteenth and Nineteenth Major Declamations ascribed to Pseudo-Quintilian: a Commentary en als blijk van waardering voor haar talrijke overige wetenschappelijke en bestuurlijke verdiensten. Het proefschrift werd op 29 mei 2007 aan de Radboud Universiteit te Nijmegen verdedigd en ontving het judicium cum laude. Als promotor is opgetreden Prof. dr. M.G.M. van der Poel.
zijn die eerder associaties oproept met een film van Fellini dan met een sereen, antiek bouwwerk. Dr. Breij geeft ons inzicht, niet alleen in een welhaast sadistisch universum, maar vooral ook in het oproepen ervan “volgens de regelen van de kunst”. Het gaat haar uiteindelijk om het inzichtelijk maken van de techniek van de evocatie en om het blootleggen van de daarachter liggende logische structuren. Daarmee is gezegd, dat zij niet stopt bij de op zich boeiende inhoud van de declamaties, maar de lezer meeneemt op het glibberige pad van de geschiedenis van de retorica.’ De jury prijst de uitzonderlijke kwaliteit van haar onderzoek, en constateert dat vooral dankzij de publicaties van mevr. Breij het onderzoeksveld inmiddels internationale aandacht trekt. De Prijs werd op 28 mei 2010 uitgereikt in het Hodshon Huis.
keetje hodshon prijs: aanmoedigingsprijs voor onderzoekers de geesteswetenschappen, die niet langer dan 5 jaar geleden gepromoveerd zijn. € 12.000,- en de eremedaille van de Maatschappij met opschrift ‘Optime Meritis’. Jaarlijks. sponsor: J.C. Ruigrok Stichting jury: Mevr. Dr. M.A. Schenkeveld-van der Dussen Dr. C.G. Meerhoff Dr. J.Th. Leerssen prijswinnares: Mevr. Dr. B. Breij
De jury schrijft: ‘Met haar heldere schrijfstijl leidt zij de lezer zonder omwegen - bijna pardoes - een vreemde wereld in, die van de antieke declamatio. Het blijkt een wereld te ja arv er slag 2 0 1 0
MARTINUS VAN MARUM PRIJS Martinus van Marum Prijs is ingesteld door de J.C. Ruigrok Stichting te Haarlem als aanmoedigingsprijs voor onderzoekers die in het jaar van toekenning niet langer dan vijf jaar zijn gepromoveerd, ter bekroning van oorspronkelijk onderzoek op het gebied van de natuurwetenschappen en techniek. Jaarlijks wordt de prijs afwisselend toegekend voor onderzoek op één van de volgende wetenschapsgebieden: • Exacte wetenschappen (wiskunde, informatica, natuurkunde, sterrenkunde) • Chemie en chemische technologie • Life sciences and technology • Milieuwetenschappen • Ingenieurswetenschappen (werktuigbouwkunde, lucht- en ruimtevaart, maritieme techniek, civiele techniek). De Prijs is vernoemd naar Martinus van Marum, die als tweede secretaris van 1794 tot 1837 een stempel heeft gedrukt op de werkzaamheden van de Maatschappij. Hij heeft in Haarlem en ver daarbuiten grote bekendheid gekregen, vooral op het gebied van de natuurwetenschappen. De Martinus van Marum Prijs 2010 voor biotechnologie werd toegekend aan Dr. Teunie van Herk ter bekroning van haar proefschrift Bacterial class A acid phosphatases as versatile tools in organic synthesis. Zij verdient de prijs met name vanwege het pionierskarakter van haar onderzoek, waarop zij in maart 2008 promoveerde bij Prof. dr. R. Wever aan de Universiteit van Amsterdam.
De jury schrijft: “Het onderzoek van mevrouw Van Herk is een wetenschappelijke ontdekkingsreis in het grensgebied van de biotechologie en de synthetische organische chemie. Het betreft het nieuwe veld van de chemische biologie, waarbij de traditionele gereedschappen van de syntheticus als katalysatoren en reagentia vervangen worden door enzymen en levende cellen. Dit opent enerzijds nieuwe mogelijkheden, anderzijds zijn er voor de pioniers ook talrijke barrières die geslecht moeten worden.” Ook verwacht de jury dat haar onderzoek een belangrijke spin-off kan geven richting de Nederlandse farmaceutische en chemische industrie, omdat de complexiteit van de reacties die voortkomen uit haar ontdekkingen en daarmee de mogelijke toepassingen nog steeds groeit. De Prijs is uitgereikt op 28 mei 2010 in het Hodshon Huis.
martinus van marum prijs: aanmoedigingsprijs voor promovendi in de natuurwetenschappen en techniek. € 12.000,- en de eremedaille van de Maatschappij met opschrift ‘Optime Meritis’. Jaarlijks. sponsor: J.C. Ruigrok Stichting jury: Dr. H. Timmerman Dr. H.J.M. de Groot Dr. E.W. Meijer prijswinnares: Mevr. Dr. T. van Herk
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
DE NEDERLANDSE GAS INDUSTRIE PRIJS Afstudeerscripties die verband houden met aan de gasindustrie gelieerde onderwerpen. De Nederlandse Gas Industrie Prijs wordt om het jaar toegekend. De uitreiking van deze twee jaarlijkse prijs vindt plaats onder auspiciën van de KVGN, de personenvereniging van directeuren en managers in de Nederlandse Gasindustrie.
transportkilometers. De jury beschouwt dit als een mooi voorbeeld van hoe de inzet van wetenschappelijke kennis kan leiden tot niet alleen een besparing van kosten, maar ook tot een verhoging van de duurzaamheid van het transportsysteem van gas.
Eerste prijs Dit jaar is de eerste prijs voor Anton Verbeek (UT) voor zijn onderzoek om van aardgas (methaan, CH4) synthesegas te maken door gebruik te maken van een gepulste compressiereactor. Hierdoor kunnen reacties efficiënter en schoner verlopen dan met bestaande methoden. Volgens de jury beschrijft Verbeeks scriptie belangwekkend experimenteel onderzoek aan de gepulste compressiereactor, dat hoopgevende resultaten voor een mogelijke inzet van deze technologie heeft opgeleverd.
Derde prijzen De jury heeft gemeend dat er twee scripties zijn die ten volle een derde prijs verdienen: Wijnand Jonkers (UU) voor zijn scriptie: Stimulating Dutch NGV consumers: Lessons from Switzerland, en Ron Heynens (TUE) voor zijn scriptie: Simulation of the combustion process in the MTT turbine. The rotational effects on laminar combustion. In zijn scriptie bepleit Jonkers om de rol van aardolie in de transportsector door de inzet van aardgas te laten overnemen en vergelijkt hij de situatie met die in Zwitserland. De scriptie is buitengewoon vlot en levendig geschreven en geeft een heldere uiteenzetting en analyse van de situatie, aldus de jury. Heynens komt met een schets voor een verbeterde geometrie van de verbrandingskamer van een microturbine. Voor de jury
Tweede prijzen Een tweede prijs is uitgereikt aan Evie Kerkhof (TUE) voor haar scriptie; Application of jatropha oil and biogas in a dual fuel engine for rural electrification. Een prachtig compleet stuk werk, van groot belang voor ontwikkelingslanden, met een grote maatschappelijke relevantie, aldus de jury. Een tweede prijs is ook toegekend aan Peter Hulshof (UT) voor zijn scriptie How VMI Can Be Successful in Gas Distribution. A Solution Methodology for the Inventory Routing Problem in Gas Distribution. Met gebruikmaking van het door Hulshof beschreven algoritme is het mogelijk om 20% te besparen op de
De prijswinnaars van een Nederlandse Gas Industrie Prijs met Mr. P. Kramer, voorzitter KVGN en Gerrit van Dijk, secretaris natruurwetenschappen van de Maatschappij.
ja arv er slag 2 0 1 0
een mooi voorbeeld van een wetenschappelijke bijdrage aan de ontwikkeling van een zeer innovatieve technologie. De prijzen zijn uitgereikt op 11 november 2010 in Arnhem tijdens het KVGN symposium “De Nieuwe Gaswet: brengt hij inderdaad vernieuwing?” door Mr. P. Kramer, voorzitter van de KVGN.
nederlandse gas industrie prijs: Afstudeerscripties die verband houden met aan de gasindustrie gelieerde onderwerpen. Eén 1e prijs € 6.000,Twee 2e prijzen van elk € 4.000,Drie 3e prijzen van elk € 4.000,Tweejaarlijks sponsor: Stichting WGC 2006 jury: Dr. K. Blok Dr. A.W. Kleyn Dr. S.B. Kroonenberg prijswinnaars: 1e Prijs: Ir. A.A. Verbeek 2ePrijzen: Ir. P.J.H. Hulshof Mevr. Ir. E. Kerkhof 3e Prijzen: Ir. R.J.M. Heynens W.J. Jonkers MSc
HOLLANDSCHE MAATSCHAPPIJ PRIJZEN VOOR JONG TALENT De Prijzen hebben als doel de bevordering van het wetenschappelijk onderwijs in de technische en exacte vakken en worden beschikbaar gesteld door verschillende sponsoren. Alleen volgens de reglementen aangegeven instellingen kunnen voordrachten doen. De toekenning van de prijzen berust bij de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen. Er worden twee soorten prijzen toegekend.
Afstudeerprijzen Deze worden gegeven ter bekroning van uitzonderlijke studieresultaten van master studenten aan een Nederlandse instelling voor wetenschappelijk onderwijs. Bij de studies Informatica en Informatiekunde dingen ook master studenten aan een Belgische instelling voor wetenschappelijk onderwijs mee, en ook studenten die afstuderen aan Nederlandse- en Belgische hbo-instellingen en hogescholen. Jaarlijks worden de drie hieronder genoemde afstudeerprijzen toegekend, elk bestaande uit een oorkonde en een bedrag van € 5000,-. Voor de disciplines Informatica en Informatiekunde stelt de Hollandsche Maatschappij een tweede en derde prijs beschikbaar van elk € 1000,-.
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
M&I/PARTNERS INFORMATIE SCRIPTIEPRIJS VOOR INFORMATICA EN INFORMATIEKUNDE De afstudeerscriptie van Peter van Stralen (Universiteit van Amsterdam) Scenario based design space exploration werd door de jury als beste beoordeeld. De scriptie gaat over de vraag hoe logische processen het beste (in termen van performance en kosten) kunnen afgebeeld worden op het hardware niveau, bijvoorbeeld in smart telephones, waarin naast telefoneren, internettoegang en het gebruik van webservices mogelijk is. De jury prijst de inventiviteit van de prijswinnaar.
sponsor: M&I/Partners € 5.000,-. Jaarlijks jury: Prof. dr. J.A. Vandenbulcke (KUL) Dr. K.M. van Hee Dr. H.J. van den Herik prijswinnaars: 1e Prijs: P. van Stralen MSc (UvA) 2e Prijs: Ir. F. Uijtdewilligen (UT) Ing. S. van den Bliek (Hogeschool Gent)
Prijswinnaars van de M&I/Partners Prijzen met 2e van links Bert Melief, namens de sponsor.
ja arv er slag 2 0 1 0
René Duursma (Tata Steel) met Maarten de Jong.
TATA STEEL PRIJS VOOR WERKTUIGBOUWKUNDE EN MATERIAALKUNDE Maarten de Jong (Technische Universiteit Delft) kreeg de prijs voor zijn baanbrekende afstudeeronderzoek naar aluminiumlegeringen. In de vliegtuigindustrie is men voortdurend op zoek naar materialen om lichtere vliegtuigen te kunnen maken, die minder brandstof verbruiken. Met sterkere aluminiumlegeringen is er minder materiaal nodig en neemt het gewicht van vliegtuigen af. Met zijn onderzoek zet Maarten de Jong (samen met zijn dagelijkse begeleiders Marcel Sluiter en Pedro Rivera) een eerste, belangrijke stap naar de ontwikkeling van een lichtere aluminiumlegering in de 7000 serie. Volgens de jury boekte Maarten resultaten die ervaren onderzoekers in meerdere jaren onderzoek niet hebben behaald.
sponsor: Tata Steel € 5.000,-. Jaarlijks jury: Dr. ir. R. Akkerman Dr. ir. S. van der Zwaag prijswinnaar: Ir. M. de Jong (TUD)
ABBOTT PRIJS VOOR LIFE SCIENCE De Abbott Prijs voor Life Science ging naar Evelien Berends (Universiteit Utrecht). Het onderzoek van Evelien gaat over het resistent worden van bacteria tegen de afweersystemen in het menselijk lichaam. Een bijzonder actueel onderwerp, dat op innovatieve wijze is behandeld. Aan het eind van de scriptie wordt een methode geschetst die de resistentie zou kunnen opheffen om zodoende alsnog tegen een infectieziekte beschermd te zijn.
sponsor: Abbott Healthcare Products B.V. € 5.000,-. Jaarlijks jury: Dr. H.J.M. de Groot Dr. H.Timmerman prijswinnares: Mevr. E.T.M. Berends MSc (UMC Utrecht)
Evelien Berends.
Fred Bakker, secretaris Thomas Stieltjes Institute for Mathematics tijdens de uitreiking Jong Talent Prijzen.
Aanmoedigingsprijzen Deze worden gegeven voor de beste studieresultaten in het eerste studiejaar (voorheen de “propedeuse”) aan een Nederlandse instelling voor wetenschappelijk onderwijs. De prijzen, elk bestaande uit een oorkonde en een bedrag van € 500,- worden ter beschikking gesteld in de volgende studierichtingen: • Wiskunde en technische wiskunde, door het Thomas Stieltjes Institute for Mathematics, • Natuurkunde en technische natuurkunde, door de Stichting Physica, • Informatica en technische informatica, door NGI, Platform voor ICTprofessionals, • Life Science and Technology, Biomedische Technologie, Chemische Technologie, Werktuigbouwkunde, Civiele Techniek, Maritieme Techniek en Lucht- en Ruimtevaart, door het Platform Bèta Techniek. De Aanmoedigingsprijzen worden uitsluitend op voordracht van de betrokken faculteiten en examencommissies toegekend. Men kan niet zelf om toekenning verzoeken. Voor de Afstudeerprijzen geldt een andere regeling: men kan hier ook zelf om toekenning verzoeken, maar een schriftelijke aanbeveling van de bij de studie en examinering betrokken docenten is vereist.
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
Boven: Natuurkundeprijswinnaars met Hendrick Rudolph, penningmeester Stichting Physica. Onder: Informaticaprijswinnaars met Klaas Brongers (rechts) vz NGI-platform voor ICT-professionals.
JONG TALENT AANMOEDIGINGSPRIJZEN
RADÈN AJENG KARTINI PRIJS
Voor de beste studieresultaten in het eerste studiejaar (voorheen de “propedeuse”) aan een Nederlandse instelling voor wetenschappelijk onderwijs. sponsors: Thomas Stieltjes Institute for Mathematics (wiskunde en technische wiskunde) Stichting Physica (natuurkunde en technische natuurkunde) NGI, platform voor ICT-professionals (informatica en technische informatica) Platform Bèta Techniek (Life Science and Technology, Biomedische Technologie, Chemische Technologie, Werktuigbouwkunde, Civiele Techniek, Maritieme Techniek en Lucht- en Ruimtevaart) € 500,- per prijswinnaar. Jaarlijks jury: Dr. F. A. Berends Dr. P.W. Hemker toegekend: 40 aanmoedigingsprijzen
Ter stimulering van de beste allochtone vrouwelijke eerstejaarsstudenten in de technische en exacte vakken; worden tegelijk met de Jong Talent Prijzen uitgereikt. sponsor: Mr. M. van Empel jury: Dr. F. A. Berends Dr. P.W. Hemker prijswinnares: Mevr. D.Y. Choy (TUD)
Dip Yu Choy ontvangt de Kartini Prijs uit handen van de voorzitter.
ja arv er slag 2 0 1 0
Alle jonge prijswinnaars.
PROFIELWERKSTUK PRIJZEN Voor eindexamenleerlingen VWO en Havo uit de regio Kennemerland. De jaarlijkse prijsuitreiking voor het beste profielwerkstuk voor scholen uit de regio Kennemerland werd dit jaar, vanwege de restauratie van de Aula van het Hodshon Huis, gehouden in Teylers Museum. De prijs van vijfhonderd euro voor het beste Havo-werkstuk werd gewonnen door Robert Lapidaire en Quirijn Oorthuys (Coornhert Lyceum) met hun werkstuk ‘Sportponsoring en de kredietcrisis’. De prijs voor het beste VWO-werkstuk ging naar Yona Lesger en Sanne Nusselder (Schoter Scholengemeenschap). Robert Lapidaire en Quirijn Oorthuys onderzochten welke gevolgen de kredietcrisis heeft voor de sportsponsoring en interviewden hiervoor sporters (onder andere Erik Dekker van de Rabo Wielerploeg) en sponsoren.
Boven: Dr. Anne Schulp, paleontoloog, gastspreker tijdens Profielwerkstukprijsuitreiking. Onder: De prijswinnaars, van links naar rechts: Quirijn Oorthuys, Robert Lapidaire (Coornhert Lyceum) en Sanne Nusselder, Yona Lesger (Schoter Scholengemeenschap).
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
Hun conclusie is dat er vaak contracten zijn gesloten voor meerdere jaren en dat vooral sporters die nieuwe sponsoren zoeken lijden onder de crisis. De belangrijkste reden voor bedrijven om sport te blijven sponsoren is het vergroten van de naamsbekendheid. De jury vindt het een helder werkstuk met leuke interviews over een actueel onderwerp. Yona Lesger en Sanne Nusselder verdiepten zich in de Engelse literatuurlijst voor het tweetalig onderwijs. Zij hebben zelf ervaren dat docenten verschillende eisen stellen aan deze lijst. De winnaars stellen dat er een standaard moet komen voor deze literatuurlijst. Ze hebben hiervoor in hun werkstuk twintig criteria opgesteld. Het European Platform zou alle Engelse docenten bij elkaar moeten roepen om op basis van deze criteria tot één boekenlijst voor het tweetalig onderwijs te komen, vinden Yona en Sanne. Ze hebben ook al een aanbeveling geschreven aan de leden van het platform. De jury vindt het een prachtig verslag van een origineel onderzoek op een zeer lastig terrein.
jury: Mevr. J.C. Visser ’t Hooft Ir. G.J. Smit Dr. P. de Rooij sponsor: Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen € 500,- per Profielwerkstuk Prijs Jaarlijks prijswinnaars vwo: Yona Lesger en Sanne Nusselder (Schoter Scholengemeenschap). prijswinnaars havo: Robert Lapidaire en Quirijn Oorthuys (Coornhert Lyceum) ja arv er slag 2 0 1 0
STIPENDIUM BATE UIT HET PIETER LANGERHUIZEN LAMBERTUSZOON FONDS De jaarlijkse bate uit het in 1919 door Pieter Langerhuizen Lambertuszoon nagelaten legaat is bestemd voor de bevordering van de natuurwetenschappen. Uitkering hiervan geschiedt in een zevenjarige cyclus van vakgebieden. Het rooster daarvoor luidt als volgt: 2010 Geschiedenis van de Natuurwetenschappen, incl. die van de Wiskunde, Geneeskunde en Techniek 2011 Botanie incl. Fytopathologie en Landbouwwetenschappen 2012 Chemie 2013 Geologie incl. Geofysica en Mineralogie 2014 Zoölogie, incl. Veterinaire Wetenschappen 2015 Astronomie, incl. Meteorologie en Geodesie 2016 Fysica
vakgebied 2010 : Geschiedenis van de Natuurwetenschappen, incl. die van de Wiskunde, Geneeskunde en Techniek € 15.000,-. Jaarlijks jury: Dr. R.P.W. Visser Dr. W.W. Mijnhardt prijswinnaar: Drs. J.A. Linthorst bate bestemd voor: financiële steun voor het afronden van proefschrift ‘The History and Scientific Development of Green Chemistry’door Dr. J.A. Linthorst.
ALGEMENE VERGADERING
Van de 258e jaarvergadering op 15 mei 2010 werd het verslag, zoals gebruikelijk, in gedrukte vorm toegezonden aan directeuren en leden. Als gevolg daarvan wordt hieronder zeer beknopt weergegeven over welke onderwerpen in de vergadering verslag gedaan werd. Voorzitter deed onder meer verslag van de Winterlezing, activiteiten in samenwerking met De Nationale DenkTank, het resultaat onderzoek prijzenbeleid visitatiecommissie, het voornemen tot statutenwijziging, de Jan Brouwer Conferentie en de Prijsvraag in samenwerking met de NRC. De beide wetenschappelijk secretarissen kondigden nieuwe prijzen aan zoals - vanaf 2011 de aanmoedigingsprijzen voor eerstejaars studenten Informatica door het Nederlands Genootschap voor Informatica (NGI) en tevens vanaf 2011 de aanmoedigingsprijzen Chemische Technologie, Werktuigbouwkunde, Civiele Techniek en Maritieme Techniek, waarbinnen is gekozen voor een BSc-richting die verdere verdieping in de aardgas waardeketen (exploratie, transport (pijp of schip), opslag en toepassing) mogelijk maakt door de Koninklijke Vereniging van Gasfabrikanten in Nederland (KVGN). Voorts de Biografie Prijs in samenwerking met Museum Boerhaave (vanaf 2012).
De vergadering stemde in met het voorstel voor toekenning van de bate uit het Pieter Langerhuizen Lambertuszoon Fonds aan Drs. J.A. Linthorst ten bate van onderzoek dat betrekking heeft op de geschiedenis en de status van de zgn. ‘green chemistry’. Na de pauze hield Z.K.H. de Prins van Oranje, Protector, de 70e Haarlemse Voordracht. De titel van zijn toespraak was: Water als basis voor menselijke ontwikkeling. Na de Voordracht hield ons lid Dr. R. Rabbinge, university professor van de WUR, een co-referaat. Hierna beantwoordden beide sprekers vele vragen uit de zaal. De Voordracht en het co-referaat werden als deel LXX in de reeks Haarlemse Voordrachten uitgegeven.
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
BEELDEN VAN DE ALGEMENE VERGADERING
Prof. dr. R. Rabbinge, co-referent.
De Haarlemse Voordracht werd gehouden door Z.K.H. de Prins van Oranje.
ja arv er slag 2 0 1 0
NIEUWE DIRECTEUREN benoemd in de directeurenvergadering van 9 december 2009 Mevrouw N.Y. Albayrak-Temur voorzitter raad van bestuur Centraal Orgaan opvang Asielzoekers Mevrouw Drs. L. Belilos director human resources Shell Nederland B.V. Mr. W.O. baron Bentinck van Schoonheeten oud ambassadeur in Madrid en Londen Mr. J.A. van den Berg advocaat Pot Jonker Seunke Advocaten N.V. Mr. Drs. J.H. Bos directeur Jong Management VNO-NCW, voorzitter Move Next B.V. Dr. E.E.W. Bruins directeur Technologiestichting STW Dr. K.H. Chang algemeen directeur KNAW Ir. J.D. Doets oud-voorzitter directie ING REAL ESTATE Drs. D. Egeler partner Human Logic Mevrouw Dr. A. Esmeijer directeur Prins Bernard Cultuurfonds Mr. E. Friese CEO ING Insurance Benelux
Dr. M.L.E. van Gendt voorzitter Vereniging Fondsen in Nederland (FIN) Drs. D.J. Haank CEO Springer Science + Business Media B.V. Mr. A.P.Q.M. Hellegers directeur corporate development Vodafone Nederland Dr. A.B.M. Hoff directievoorzitter Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) Mevrouw Dr. C.M. Hooymans lid raad van bestuur TNO Mevrouw Ir. S.M.M. Hulsman directeur (D.G.A.) The Cookie Company Mevrouw Mr. I.P.A. Kersten senior juriste MN Services N.V. Drs. S. van Keulen voorzitter Holland Financial Centre Dr. C.G. Kruse research manager Solvay Pharmaceuticals Drs. P.F. ter Kulve CEO Unilever Benelux Mr. J.J.J. van Lanschot, directeur VSBfonds, voormalig fusieadvocaat en managing partner Stibbe Jonkvrouwe Mr. P. van Lennep officier van justitie Haarlem
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
Mevrouw Mr. P.F.M. van der Meer Mohr voorzitter college van bestuur Erasmus Universiteit Rotterdam
benoemd in de directeurenvergadering van 13 april 2010
Drs. R.W.M. Nijs directeur Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen Rabobank
Mevrouw Dr. E.E.S. Gordenker directeur Mauritshuis
Mevrouw Ir. E.M. van der Pol Rijksbouwmeester Ir. G.J.M. Schotman Chief Technology Officer Royal Dutch Shell plc Mr. L.M. Sondag voorzitter raad van bestuur Van Gansewinkel Groep B.V. Mevrouw Drs. M. Sijmons lid hoofddirectie ANWB Mevrouw H.W.M.M. van VelzenBastiaansen directeur/eigenaar Nature’s Choice B.V. Mevrouw Drs. L. Verstegen directeur Verstegen & Stigter Culturele Projecten Mr. Drs. P.H.J.M. Visée RA Chief Enterprise Support Officer Unilever
Mr. D.W. de Groot van Embden directeur Independer.nl N.V. Mevrouw Mr. R.-A. Koornstra hoofd van de centrale personeelsdienst FOM Mr. H.T. van der Meer voorzitter van het bestuur Rechtbank Haarlem Drs. P.S. Overmars voorzitter Stichting Nyenrode Drs. W.M.J. Pijbes directeur van het Rijksmuseum Dr. M. van Rooijen CEO en rector magnificus Nyenrode Business Universiteit B.V. Drs. J.S.M. Savenije algemeen directeur Koninklijke Bibliotheek Dr. Ir. P.E. Wierenga executive vice president Philips Research
Drs. C.F.H.H. Vogelzang lid raad van bestuur ABN AMRO Bank N.V. Mr. D.C. baron van Wassenaer global head clients & corporate finance ING Bank N.V. ja arv er slag 2 0 1 0
NIEUWE LEDEN benoemd in de algemene vergadering van 15 mei 2010 Prof. dr. J.H. Abbring hoogleraar econometrie, Universiteit van Tilburg Prof. dr. J.C.M. Baeten hoogleraar informatica, Technische Universiteit Eindhoven Prof. dr. A. Doelman hoogleraar toegepaste wiskunde, Universiteit Leiden, directeur Lorentz Center Prof. dr. W.R. Gerritsen hoogleraar medische oncologie, Vrije Universiteit Mevr. Prof. dr. Halleh Gorashi bijzonder hoogleraar management van diversiteit en integratie (Maxima-leerstoel), Vrije Universiteit Prof. dr. M. Kalmijn hoogleraar sociologie, Universiteit van Tilburg
Prof. dr. T.A.F. Kuipers hoogleraar wetenschapsfilosofie, Rijksuniversiteit Groningen Prof. dr. J.J.B. van Lanschot hoogleraar interne geneeskunde, Erasmus Universiteit Rotterdam Mevr. Prof. dr. C.M. van Praag hoogleraar onderneming en organisatie, Universiteit van Amsterdam Prof. dr. W.J. Quax hoogleraar farmaceutische biologie, Rijksuniversiteit Groningen Prof. dr. ir. M.C.M. van de Sanden hoogleraar experimentele plasmafysica, Technische Universiteit Eindhoven Prof. dr. E.F. Smets hoogleraar systematische botanie, Universiteit Leiden, directeur Nationaal Herbarium Prof. mr. W.J. Veraart hoogleraar encyclopedie der rechtswetenschappen en rechtsfilosofie, Vrije Universiteit
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
WINTERLEZING
Vanwege de restauratie van de aula werd de Winterlezing op 6 maart 2010 in Teylers Museum gehouden. De toen net demissionaire minister Ronald Plasterk hield de lezing met als titel: ‘Wetenschap en politiek, van wat is en wat zou moeten zijn’. De lezing werd in gedrukte vorm toegezonden aan leden en directeuren.
ja arv er slag 2 0 1 0
DE NATIONALE DENKTANK
Sinds mei 2007 zijn de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen en De Nationale DenkTank een bijzonder samenwerkingsverband aangegaan. De oud-leden van De Nationale DenkTank worden uitgenodigd voor bijeenkomsten van de Hollandsche Maatschappij en omgekeerd worden directeuren en leden van de Maatschappij betrokken bij activiteiten van de oud-Nationale DenkTankleden, zoals een jaarlijks terugkerend symposium. Door middel van een briefwisseling tussen leden van beide gremia over een tijdloos thema vindt een dialoog plaats tussen generaties, welke in een boekje gepubliceerd wordt. Beide hier genoemde activiteiten worden financieel ondersteund door het Jan Brouwer Fonds.
NAJAARSSYMPOSIUM VAN DE KONINKLIJKE HOLLANDSCHE MAATSCHAPPIJ DER WETENSCHAPPEN EN DE NATIONALE DENKTANK 2 oktober 2010 thema: Rationeel of intuïtief? Vertrouwen in een veranderende samenleving. ochtendsessie: expertforum van de Nationale DenkTank dagvoorzitter: Rob Trip middagsessie: Presentatie van key-insights en mogelijke oplossingsrichting DenkTank 2010 keynote speaker: Prof. dr. J. André Knottnerus, voorzitter van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) Zijn stelling luidde: ‘Een leefbare samenleving bestaat bij gratie van betrokken burgers’. paneldiscussie: Dr. Pieter J.D. Drenth, Mr. Jaques H. Schraven Drs. Kees J. Storm.
Uitgave boekje ‘Is alles liefde’?
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
De lezingen en de discussie stonden vooral in het teken van een rationele benadering: realistische verwachtingen en een betere informatievoorziening kunnen het vertrouwen tussen burger en instantie herstellen. Tijdens het symposium kreeg het publiek echter ook een ander perspectief gepresenteerd: hoe werkt vertrouwen zonder ratio - intuïtief? Tussen de lezingen en het discussiepanel door, was er tijd voor enig zelfonderzoek en tot slot kreeg de zaal een psychologische toegift. Telkens werden twee gezichten getoond: het publiek moest direct kiezen welke persoon het meest competent was. De duo’s bleken concurrerende gouverneurs in Amerikaanse verkiezingen. De uitkomst van de test was opmerkelijk: in vrijwel alle gevallen had ruim 80 procent van de zaal de winnende gouverneur als meest competent beschouwd. Vertrouwen blijkt deels een zeer intuïtieve aangelegenheid. ja arv er slag 2 0 1 0
Oesters voor de winnaars van het ‘Prisoners dilemma’.
JAN BROUWER FONDS
Ir. L.E.J. Brouwer (1910 - 1983) Jan Brouwer kwam uit een geslacht van geleerden - zijn vader was geoloog met internationale bekendheid, zijn oom, naar wie hij was genoemd, een wereldberoemde wiskundige. Hijzelf had een uitermate goed verstand en een fenomenaal geheugen. Op 21-jarige leeftijd studeerde hij in Delft af als mijnbouwkundig ingenieur. Na zijn studie trad Brouwer in dienst bij de Bataafse Petroleum Maatschappij, waar hij als geoloog, organisator en manager o.m. werkzaam was in het Verre Oosten. Hij beëindigde zijn actieve loopbaan als president-directeur van de Koninklijke Nederlandsche Petroleum Maatschappij in 1971. Daarna bleef hij nog tien jaren als commissaris aan de ‘Koninklijke’ verbonden.
Teneinde de doelstelling te realiseren is uit de leden een Wetenschappelijke Raad gevormd die het bestuur adviseert. Dit heeft onder meer geleid tot de sinds 2005 jaarlijks terugkerende Jan Brouwer Conferentie over een multidisciplinair maatschappijgericht onderwerp.
JAN BROUWER CONFERENTIE 28 januari 2010 Regio’s in demografisch perspectief. Krimp of groei? Zo luidde het thema van de zesde Jan Brouwer Conferentie, die opnieuw was gewijd aan specifieke uitdagingen van demografische verandering. Gekozen is daarbij voor het verschijnsel van krimpende
In het begin van de 80er jaren heeft Ir. Brouwer een deel van zijn vermogen bestemd voor een fonds ten behoeve van interdisciplinair wetenschappelijk onderzoek in Nederland. Dit fonds is begin 2003 door de familie Brouwer aan de zorg van de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen toevertrouwd, waarbij de statutaire doelstelling als volgt is geformuleerd: het stimuleren van multidisciplinair, maatschappij georiënteerd onderzoek dat inzicht geeft in concrete maatschappelijke problemen en in potentie moet bijdragen aan de oplossing daarvan.
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
bevolking, zoals zich dat in het bijzonder voordoet in verschillende regio’s van ons land. Wat voor repercussies heeft met name differentiële krimp voor de solidariteit tussen generaties? Wat zijn de consequenties op bestuurlijk, ruimtelijk, financieel en sociaal terrein? Wat gebeurt er met het voorzieningenniveau? De veel gehoorde stelling dat ons land ‘vol’ is maakt het, zeker voor bewoners van de Randstad, ongebruikelijk het vraagstuk van ontvolking onder ogen te moeten zien. Krimp kan zich voordoen óók in een situatie waarbij de totale bevolking nog steeds toeneemt. De regio Haarlem heeft bijvoorbeeld haar bevolkingspiek bereikt in 1971 en is sindsdien geconfronteerd met een afname van ca 10%. Het verschijnsel is allerminst nieuw; krimp is op vele andere plekken in Europa eerder gesignaleerd, in het bijzonder heel dichtbij in Wallonië. Hoe kunnen we de ervaringen, opgedaan in andere landen benutten? Welke interventies zijn effectief gebleken en welke niet?
ja arv er slag 2 0 1 0
De verschillende inleiders hebben ieder op eigen wijze het vraagstuk toegelicht en in beleidsmatig perspectief geplaatst op lokale, Nederlandse en Europese schaal. Met hun kennis en grote betrokkenheid bij het onderwerp hebben zij ons duidelijk gemaakt dat niets doen géén optie is. Het probleem verdwijnt niet uit zichzelf. We moeten krimp als uitdaging oppakken en daarbij ongewone maatregelen durven nemen.
dagvoorzitter: Dr. Paul Schnabel, directeur SCP inleidingen werden gehouden door: • Mr. E.E. (Eberhard) van der Laan, minister van Wonen,Wijken en Integratie: ‘Solidariteit tussen groeiregio’s en krimpregio’s’ • Professor Dr. R. (Rainer) Münz, Head of Research & Development of Erste Bank (Vienna) en Senior Fellow at the Hamburg Institute of International Economics. Tussen 2008 en 2010 lid van de EU Reflection Group Horizon 2020-2030 (zgn. ‘Group of the Wise’): ‘From a growing to an ageing and shrinking Europe The effects of longevity and fewer children’ • Mevr. M.A.H. (Miriam) Clermonts-Aretz, portefeuillehouder demografie van Parkstad Limburg: ‘Vitaal Parkstad’ • Prof. dr. L.J.G. (Leo) van Wissen, hoogleraar Economische Demografie, Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen, Rijksuniversiteit Groningen ‘Pieken en dalen - Gedachten over regionale differentiatie in bevolkingsontwikkeling’ • Mevr. Jorieke Casteleijn MSc, Lid Jonge Maatschappij: ‘Reflectie’
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
VERSLAG VISITATIECOMMISSIE
PALET IN RELIËF De Maatschappij heeft een commissie bestaande uit Dr. Frits van Oostrom (voorzitter), Mevr. dr. Pearl Dykstra, Dr. ir. Wim van Saarloos en Ir. Rein Willems gevraagd haar prijzenpalet aan een kritisch onderzoek te onderwerpen. In april 2010 bracht deze commissie haar rapport uit: Palet in reliëf, De prijzen van de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen.
ja arv er slag 2 0 1 0
De commissie constateerde dat de Maatschappij op het gebied van de bèta-vakken een zeer breed prijzenaanbod kent, van profielwerkstukken in het VWO tot aan oeuvreprijzen voor prominente wetenschappers. Op het alfa- en gammagebied is het aanbod wat beperkter, maar ook daar zijn er de aanmoedigingsprijzen (voor uitstekende proefschriften) en oeuvreprijzen. De commissie stelde vast, mede op basis van een onderzoek onder prijswinnaars, dat weliswaar ook andere grote wetenschappelijke instellingen (KNAW, NWO) wetenschappelijke prijzen zijn gaan instellen, maar dat de KHMW-prijzen als stimulans voor jonge onderzoekers en als eerbetoon aan gevorderde geleerden nog steeds heel belangrijk zijn. Prijzen, toegekend door een eerbiedwaardig genootschap als de KHMW op voordracht van deskundige en onafhankelijke jury’s hebben een niet te onderschatten effect. De commissie deed ook een aantal aanbevelingen. Zo stelt zij de instelling voor van een grote overkoepelende KHMW-prijs ter bekroning van initiatieven die op voorbeeldige en inspirerende wijze getuigen van de wisselwerking tussen wetenschap en maatschappij. Tevens geeft zij een uitbreiding van de aanmoedigingsprijzen voor de alfa- en gammawetenschappen in overweging. Daarnaast adviseert zij tot een actiever en op maat gesneden beleid met betrekking tot de publiciteit.
De aula in 1904.
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
DE RESTAUR ATIE VAN DE AULA VAN HET HODSHON HUIS Drs. N.F. Smit Architectuurhistoricus Vereniging Hendrick de Keyser
In het verslagjaar is de restauratie van het casco van het Hodshon Huis en het naastgelegen aulagebouw, in opdracht van en begeleid door Vereniging Hendrick de Keyser, voltooid. De gevels van zowel het Hodshon Huis als het aulagebouw en vooral het interieur van de grote ‘gehoorzaal’ hebben een ingrijpende gedaantewisseling ondergaan. Onder latere verflagen en achter zachtboard kwamen belangrijke sporen tevoorschijn van de oorspronkelijke interieurafwerking. De gehoorzaal kon daardoor teruggebracht worden in de historische toestand. Hiermee heeft de Maatschappij weer een prachtige locatie voor vergaderingen, lezingen, feestelijke bijeenkomsten en het jaarlijkse directeurendiner. Het 150-jarig bestaan van de Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen in 1902 vormde de aanleiding voor de bouw van een gehoorzaal naast het Hodshon Huis aan het Spaarne. Het Hodshon Huis, gebouwd in 1795 als woonhuis voor Keetje Hodshon en sinds 1841 in gebruik bij de Hollandsche Maatschappij, was ondanks zijn enorme afmetingen te klein voor grotere bijeenkomsten. De directeuren verzochten daarom het bestuur met plannen voor een aanbouw te komen. Hiervoor was de naastgelegen tuin van Keetje Hodshon de aangewezen plaats. We zijn goed op de hoogte van de bouw, die in de tweede helft van 1903 en de eerste helft van 1904 werd uitgevoerd. Zo is het bestek bewaard gebleven, evenals diverse schetsen, ja arv er slag 2 0 1 0
correspondentie en de blauwdrukken van het uitgevoerde ontwerp. Het aulagebouw werd ontworpen door het in die tijd gerenommeerde Amsterdamse architectenbureau van Jacob Frederik Klinkhamer (1854-1928) en Bert Johan Ouëndag (1861-1932). Deze keuze lag zeer voor de hand: Klinkhamer was de schoonzoon van Dr. Johannes Bosscha, secretaris van de Hollandsche Maatschappij. Via Bosscha lijkt het bureau verschillende opdrachten te hebben gekregen. Klinkhamer is vooral bekend als ontwerper van utiliteitsgebouwen, fabrieken en pakhuizen in het zich snel industrialiserende Nederland aan het eind van de 19de eeuw. Hierbij werd meestal gebouwd in neorenaissancestijl. Niet zozeer de architectonische vorm, maar vooral het inwendig functioneren was van belang in deze ontwerpen. Bekende werken van het bureau zijn de enorme graansilo Korthals Altes in Amsterdam, de meel- en broodfabriek ‘Holland’ en gebouwen voor Artis, de kruitfabriek in Muiden, de Heineken Brouwerij en de Amsterdamsche Bank. Het bureau ontwierp ook veel villa’s en kantoren, zowel in Nederland als Nederlands-Indië. Bert Johan Ouëndag, de compagnon van Klinkhamer, was opgeleid bij prof. Gugel, de eerste hoogleraar bouwkunde aan de Polytechnische School in Delft, en daarna tekenaar voor Isaac Gosschalk. Hij was chef-de-bureau en vanaf 1899 compagnon in het bureau. Klinkhamer
trok zich in deze tijd geleidelijk uit de bouwpraktijk terug om als hoogleraar in Delft te gaan doceren. Ouëndag zette het bureau vervolgens zelfstandig verder. In de jaren 1900-1904 zijn de projecten meestal ontworpen door Ouëndag maar worden de tekeningen nog door beide gesigneerd. Ook bij het aulagebouw had Ouëndag de leiding. De architecten kregen de opdracht een ontwerp te maken voor een gebouw met gehoorzaal, archiefruimte, magazijn en een woning voor de beheerder. Uit de bewaard gebleven stukken blijkt dat men verschillende varianten onderzocht voor de oriëntatie van het gebouw. Ook werd bekeken of het gebouw los of verbonden moest worden met het bestaande huis. Op aandringen van Ouëndag werd gekozen voor een gebouw evenwijdig aan het Spaarne, met eigen ingangen, vestibule en trappenhuis,
maar ook met een doorgang naar het naastgelegen Hodshon Huis. Voor de bouw moest een groot deel van de tuin van Keetje Hodshon en een koetshuis en stal worden opgeofferd. Het prachtige empire tuinhek, waarschijnlijk uit 1822, werd zorgvuldig gedemonteerd en herplaatst aan de zijde van de Spaarnwouderstraat. Ouëndag ontwierp een groot zaalgebouw in een eigentijdse terughoudende neorenaissance stijl, waarin ook wel rationalistische invloeden zijn te vinden. De gevels zijn opgetrokken in baksteen met natuurstenen banden. Op de eerste verdieping heeft het aulagebouw hoge vensters met glas-in-lood bovenlichten. Het kreeg een met leien belegde kap. Onder de gehoorzaal werden de vestibules, de archiefruimte en de stookplaats met kolenopslag gesitueerd. In twee lagere vleugels kwamen rechts de garderobes en het hoofdtrappenhuis en links de beheerderswoning, een magazijn en een
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
tweede trappenhuis. De verdiepingshoogten van het aulagebouw werden afgestemd op het Hodshon Huis: een verbindingsgalerij (met tuinserre op de begane grond) koppelde de gehoorzaal direct met het tussenportaal op de eerste etage van het Hodshon Huis. Een historische kastdeur in dit portaal ging dienen als ‘verborgen’ toegang naar het aulagebouw. Een opmerkelijk element was de decoratieve, historiserende kap van de gehoorzaal. De kap met zes sierspanten doet denken aan zogenaamde ‘hammerbeam’-kappen uit de Engelse gotiek. In deze kappen zijn de middelste delen van de trekbalken weggelaten, waardoor het geheel eruitziet als een opeenstapeling van driehoeken. De aanzetten van de spanten staan op natuurstenen consoles. De kap van de gehoorzaal kreeg dunne ribben en houten beschot waarop, net als tegen
ja arv er slag 2 0 1 0
de wanden, sjabloonschilderingen met gestileerde florale motieven waren aangebracht. De interesse voor historische kapconstructies was groot in deze tijd. Zo werd in 1904 de middeleeuwse kap van de Ridderzaal gereconstrueerd. Klinkhamer en Ouëndag zullen ook zeker op de hoogte geweest zijn van de hammerbeam-constructie die Berlage (geheel in staal!) toepaste in de koopmansbeurs in Amsterdam. Net als Berlage voorzagen zij hun kap van trekstangen die als decoratieve elementen met de spantbenen zijn verbonden. Een zeer vergelijkbare kapconstructie werd door Ouëndag korte tijd later toegepast in de Van Houtenkerk in Weesp (1904-1906). Nadat het Hodshon Huis in 2008 aan Vereniging Hendrick de Keyser was overgedragen, is vrijwel meteen gestart met een omvangrijke restauratie. Dit betrof in eerste instantie het casco van zowel het hoofdhuis
als het aulagebouw. Bij het hoofdgebouw zijn meters historisch voeg- en metselwerk voorzichtig hersteld, is de kap en de grote attiek gerestaureerd en is al het houtwerk geschilderd. Bij het aulagebouw moest het gehele leien dak worden vervangen, inclusief alle loodaansluitingen en goten. Het vernieuwen van het schilderwerk was aanleiding om de oorspronkelijke kleurstelling van het houtwerk op te zoeken. Dat bleek een combinatie van frisgroen op de kozijnen en een lichte Bentheimer zandsteenkleur op de ramen. Tot ieders verrassing waren de toegangsdeuren oorspronkelijk donkergrijs geschilderd. Al snel werd duidelijk waarom. Alle deuren liggen in een basement dat net als bij het hoofdhuis bestaat uit grijze blokken hardsteen. Bij het aulagebouw betreft het neorenaissance ‘rusticawerk’ (zeer ruw gehakte steenblokken). Bij de bouw waren deze donkergrijs van kleur. Na verloop van jaren verweert het oppervlak van de steen naar steeds lichter grijs tot zilverachtig. Door de hardsteen te behandelen met blanke lijnolie heeft deze weer de oorspronkelijke kleur teruggekregen. Deze vormt nu weer een prachtig geheel met de donkergrijze deuren. In de loop van 2010 is het interieur van het aulagebouw in opdracht van Hendrick de Keyser gerestaureerd. De gehoorzaal van de Hollandsche Maatschappij had in de loop der jaren veel van haar authenticiteit verloren, met name door overschildering van wanden, het afdekken van delen van het plafond met zachtboard, verwijdering van de oorspronkelijke boekenkasten en gordijnen en wijziging in de verlichting. Toch was er nog wel het een en ander bekend over de oorspronkelijke afwerking. Zo was er een foto van de zaal uit 1904. En in 2001 waren al enkele fragmenten
van de onder latere stuclagen verdwenen oorspronkelijke sjabloonschilderingen gedeeltelijk blootgelegd. Met spanning werden nu ook de zachtboard platen tegen het pafond verwijderd. Toch wel zeer verrassend was dat grote delen van het met florale patronen beschilderde historische plafond tevoorschijn kwamen. De schilderingen, in een rode transparante verf op een okergele getamponeerde ondergrond, waren nog in tact maar wel in de loop der tijd vervuild. Voorzichtig moesten ze met de hand worden schoongemaakt, een monnikenwerk, waarbij niet met agressieve oplosmiddelen gewerkt kon worden. Beschadigde delen werden geretoucheerd en ontbrekende delen, met name op de geprofileerde ribben van het plafond, met hulp van sjablonen en met de hand gepenseeld, aangevuld. De sierspanten van de kap kregen de oorspronkelijke glanzend rode afwerking terug, opgebouwd in drie lagen, met grijze accenten die de lijnen van de balken accentueren. De okergele achtergrondkleur van het plafond bleek ook gebruikt te zijn voor de wandschilderingen van de aula, die gevonden waren onder witte verf- en stuclagen. De wandschilderingen staan ook schetsmatig aangegeven op de ontwerptekeningen van Ouëndag en zijn te zien op twee historische foto’s van de zaal. De gestileerde florale motieven van Ouëndag vormen een eigentijdse ‘Jugendstil’ variatie op de palmetten die Abraham van der Hart ruim honderd jaar eerder in stuc toepaste voor de wanden van de Blauwe Zaal van het Hodshon Huis. Op dezelfde wijze accentueerden ze in de gehoorzaal de architectonische vormen van de ruimte, aangebracht als een fries langs deuren en ramen, de bovenkant van de boekenkasten
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
en in boog langs de nis in de oostwand. De wanddecoraties vormden een verbindend element in het totaalbeeld van de zaal. Een probleem was echter dat de boekenkasten langs de wanden niet meer aanwezig waren, waardoor de logica van de schilderingen na reconstructie niet meer duidelijk zou zijn. Door de boekenkasten te reconstrueren aan de hand van de bouwtekeningen en gevonden bouwsporen, kon het totaalbeeld van de ruimte worden teruggebracht. Hierbij moest rekening worden gehouden met het jaarlijkse directeurendiner van de Hollandsche Maatschappij, waarbij de boekenkasten niet veel van de ruimte mochten afnemen. Verrassend was dat bleek dat onderdelen van de lambrisering, die was aangebracht toen de kasten verwijderd werden, bestonden uit de zijschotten van diezelfde kasten! Een deel daarvan kon worden hergebruikt. In de gereconstrueerde kasten zijn nu de storende verwarmingselementen van de zaal weggewerkt. Op basis van blootgelegde kijkvakjes zijn ook de muurschilderingen weer aangebracht. Dit gebeurde opnieuw met een sjabloontechniek, in een gele kalkachtige verf waarbij ontbrekende verbindingsstukjes werden ingepenseeld. Deuren, kozijnen, boekenkasten en lambriseringen werden net als de spanten van het plafond geschilderd in een gloedvolle rode verf, opgebouwd uit een grondlaag, een kleurlaag en een transparant rode getamponeerde afwerking. Architect Ouëndag bemoeide zich met alle details van de uitvoering en ontwierp ook het meubilair van de gehoorzaal. Zo werden honderd stoelen naar zijn ontwerp, bekleed met leerdoek, een katheder en een aantal zware eikenhouten tafels geleverd door de Meubelfabriek Haag. Ook met de verlichting hield hij zich bezig. De zaal ja arv er slag 2 0 1 0
Bestuur en secretaris Bosscha (staande) tijdens de Algemene Vergadering 20 mei 1905.
kreeg twaalf ranke wandarmaturen en twee indrukwekkende lichtkronen. Deze werden uitgevoerd door de Amsterdamse lampenen metaalwarenfabriek Becht en Dyserinck en uitgerust voor electriciteit. Daar waar wij tegenwoordig alle moeite doen om de gloeilamp aan het zicht te onttrekken, vond men in deze tijd dat het vernuft van de moderne electrische verlichting best gezien mocht worden. Het rode en gele koper van de kronen sloot evenals de ornamentiek aan bij de kleurstelling en decoraties van de zaal. De prachtige kronen en wandarmaturen zijn helaas in de 20ste eeuw verwijderd. Bij het ter perse gaan van dit verslag wordt nog onderzocht of tot reconstructie kan worden overgegaan. Tijdelijk zijn twee koperen kronen opgehangen. Als sluitstuk op de restauratie en kleurreconstructie is de akoestiek van de gehoorzaal aanmerkelijk verbeterd door het terugbrengen van grote overgordijnen voor ramen en boekenkasten. Een stof is geweven in Engeland, waarin aangesloten is bij de motieven van de wandschilderingen en de kleuren van de glas-inlood vensters. Honderdzes jaar nadat de zaal feestelijk geopend was ter gelegenheid van de Algemene Vergadering van de Hollandsche Maatschappij, dineerden afgelopen najaar directeuren en leden weer in een gehoorzaal in volle luister.
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
ESSAY
Crisis van de democratie in Nederland? 1 Dr. J.J.A. Thomassen Afgaande op het publieke debat en een onophoudelijke stroom van publicaties bevindt de democratie in Nederland zich in een diepe crisis. Deze zou vooral tot uiting komen in een dalend vertrouwen in de politiek en de democratische instellingen. Zo stelt de Raad voor het openbaar bestuur (Rob) in zijn vorig jaar verschenen advies Vertrouwen op democratie bijvoorbeeld dat er ‘- bezien over een langere periode inderdaad sprake is van tanend vertrouwen in parlement, regering en vooral partijen en politici.’ Maar al deze beschouwingen over een tanend politiek vertrouwen kunnen de toets van empirisch onderzoek niet doorstaan. Tijdreeksen als die van het Nationaal Kiezersonderzoek stellen ons in staat de ontwikkelingen op lange termijn in beeld te brengen. Als men naar de trend kijkt vanaf het begin van de jaren zeventig is er geen sprake van een erosie van vertrouwen in politici en politieke partijen. Bovendien zijn burgers over het algemeen verrassend tevreden met het functioneren van de democratie in Nederland en deze tevredenheid is - afgezien van tijdelijke dips - in de loop van de jaren alleen maar toegenomen. Bovendien zijn zowel het politiek vertrouwen als de tevredenheid met het functioneren van de democratie in Nederland uitzonderlijk hoog in vergelijking met vrijwel alle andere landen in Europa. Als een tweede indicatie van afnemend vertrouwen wordt de toenemende volaja arv er slag 2 0 1 0
tiliteit van het electoraat vaak genoemd. Om de Rob nog een keer aan het woord te laten: ‘dat het in de eerste plaats het volatiele stemgedrag is dat politici, wetenschappers en commentatoren alert heeft gemaakt op de vraag in hoeverre in ons land sprake is van een vertrouwenscrisis tussen enerzijds politiek en bestuur en anderzijds de bevolking’. Bovendien wordt de volatiliteit van het electoraat vaak uitgelegd als een teken van wispelturigheid. Zo vergeleek Schuyt enkele jaren geleden de kiezers met stuifzand dat bij het geringste zuchtje wind alle kanten opwaait. Maar al deze interpretaties zijn een typisch voorbeeld van het is niet goed of het deugt niet. Ten tijde van de verzuiling werd juist de kritiekloze trouw aan de leiders van de eigen zuil gehekeld als een teken van een gebrekkig functionerende democratie. Kiezers bleken eigenlijk helemaal niet te kiezen, maar stemden right or wrong steeds op dezelfde partij. Vanuit democratisch oogpunt werd het dan ook als een grote doorbraak gezien toen de kiezers de ketenen van hun maatschappelijke predispositie afwierpen.‘Kiezers zijn eindelijk gaan kiezen’ was de euforische toon in de literatuur van de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw. En kiezers zijn inderdaad gaan kiezen. Vanuit democratisch perspectief is dit alleen maar winst. Een grote volatiliteit is wellicht
een teken van onvrede met althans sommige politieke partijen en politici. Maar het tot uitdrukking brengen van deze onvrede is nu eenmaal een functie van verkiezingen en niet noodzakelijk een teken van onvrede met het functioneren van het politieke stelsel. En een teken van wispelturigheid is het al evenmin. Kiezers wisselen inderdaad voortdurend van partij maar die wisselingen beperken zich over het algemeen tot een wisseling tussen partijen die dicht bij elkaar liggen op het politieke spectrum. Als men kijkt naar de verhouding tussen links en rechts blijkt deze gedurende de afgelopen vijftig jaar verrassend stabiel gebleven, met over het algemeen een kleine meerderheid voor rechts. Maar de massale toeloop naar politieke partijen die zich afzetten tegen het politieke establishment, eerst de lpf en later de pvv, is dat dan geen teken van een erosie van politiek vertrouwen en een op hol geslagen electoraat? Maar zeer ten dele. Het plotselinge succes van de lpf en later van de pvv had wel degelijk een rationele basis. Issues als immigratie en de multiculturele samenleving waren voor een groot deel van het electoraat al langer van groot belang, maar werden door de elites van de traditionele politieke partijen genegeerd of zelfs bewust van de politieke agenda geweerd. De lpf en later de pvv vulden een gat in de markt door zich juist op deze issues te profileren. Vervolgens
deden veel kiezers precies datgene wat ze volgens het democratisch handboek zouden moeten doen door te stemmen op de partij die hun opvattingen het best vertegenwoordigt. Dat neemt niet weg dat de opkomst van politieke partijen als de lpf en de pvv wel degelijk een probleem bloot legt. Het Nederlandse partijstelsel is steeds meer gaan lijken op wat Ed van Thijn al in de jaren zestig als een waaierdemocratie typeerde. Het kenmerk van een waaierdemocratie is dat er tegenover de regeringscoalitie geen oppositie klaar staat om de macht over te nemen, maar dat deze versnipperd is over links en rechts. Daardoor krijgt onvrede met het regeringsbeleid niet de kans zich in positieve zin te richten op een herkenbaar alternatief. Het electoraat is als het ware niet in staat om een constructieve motie van wantrouwen in te dienen. Het gevolg is dat onvrede met het beleid bijna per definitie omslaat in onvrede met het politieke systeem als zodanig in de vorm van een stem op politieke partijen die zich afzetten tegen het politieke establishment. In een gezonde democratie wisselen regering en oppositie regelmatig van positie en zijn het de kiezers die beslissen of de regering aan de macht kan blijven, dan wel plaats moet maken voor de oppositie. Maar dat is een mechanisme waarin in de Nederlandse democratie niet is voorzien. Dit klemt temeer omdat kiezers er steeds
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
meer blijk van geven met hun stem niet alleen een volksvertegenwoordiger te willen kiezen, maar vooral ook een oordeel uit te willen spreken over de zittende regering. Maar door de versnippering van het partijstelsel raakt een logische vertaling van de verkiezingsuitslag in de kabinetsformatie steeds verder van huis. Ons politieke stelsel is vanouds toegesneden op een zo getrouw mogelijke afspiegeling van maatschappelijke minderheden in de volksvertegenwoordiging. Dat was buitengewoon functioneel ten tijde van de verzuiling, maar dreigt nu in zijn tegendeel te verkeren. Het is een sta in de weg geworden om invulling te geven aan een andere belangrijke functie van de representatieve democratie: de mogelijkheid voor de kiezers om de zittende regering effectief ter verantwoording te roepen. Ons politieke stelsel is dan ook aan groot onderhoud toe, laat daarover geen misverstand bestaan, maar het probleem ligt niet bij een gebrekkige democratische orientatie of wispelturigheid van de kiezers, en zelfs niet bij een dalend politiek vertrouwen, maar bij een politiek stelsel dat niet langer in de pas loopt met de maatschappelijke ontwikkelingen. Om daar iets aan te veranderen is vooral politieke visie en politieke moed nodig.
ja arv er slag 2 0 1 0
Prof.dr. Jacques Thomassen nam in september 2010 afscheid als hoogleraar politicologie aan de Universiteit Twente waar hij in 1977 was benoemd. Hij studeerde sociologie aan de toenmalige Katholieke Hogeschool Tilburg en was gasthoogleraar aan ondermeer de universiteiten van Harvard en Michigan en het Europees Universitair Instituut te Florence. Hij is betrokken geweest bij een groot aantal internationaal vergelijkende onderzoeksprojecten naar kiesgedrag en het functioneren van de representatieve democratie. Hij is Algemeen Secretaris van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. Enkele publicaties: The European Voter, Oxford University Press, 1995; The Legitimacy of the European Union after Enlargement, Oxford University Press, 2009; (met Rudy Andeweg) Van Afspiegelen naar Verantwoorden, Leiden University Press, 2011.
1. Deze beschouwing is gebaseerd op de rede die Prof. Thomassen in 2010 heeft uitgesproken bij zijn afscheid als hoogleraar politicologie aan de Universiteit Twente: De permanente crisis van de democratie. Zie www.utwente.nl/mb/polmt/staff/ thomassen/. Een gedrukte versie is verkrijgbaar bij de auteur.
FINANCIEEL OVERZICHT BAL ANS PER 31 DECEMBER 2010 (na resultaatverdeling) 31‑12‑2010 31‑12‑2009 act iva Vaste activa Vaste activa en overige duurzame activa 1 3.200 Vlottende activa Vorderingen 121.785 119.900 Beleggingen 6.542.608 5.741.757 Liquide middelen 323.526 856.014
Totaal activazijde 6.987.920
6.720.871
pass iva Eigen vermogen Kapitaal 453.780 453.780 Algemene reserve Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen 3.023.315 2.988.888 Pieter Langerhuizen Lambertuszoon Fonds 2.277.585 2.255.035 Dr. W.J.E. Voet Fonds 499.426 488.203 Prof. Dr. G.A. van der Knaap Fonds 120.000 120.000 Exploitatiereserve 595.083 329.664 6.969.189 6.635.570 Kortlopende schulden 18.731 85.301 Totaal passivazijde 6.987.920 6.720.871
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
REKENING VAN BATEN EN LASTEN OVER 2010
2010
2009
inkomsten Directe inkomsten uit beleggingen Contributies en entreegelden directeuren Ontvangen schenkingen Overige ontvangsten
274.635 36.140 37.977 24.382
317.860 31.060 8.342 22.218
373.134
379.480
uitgaven Loonkosten 121.714 124.327 Kantoorkosten 100.236 102.765 Prijzen en activiteiten 48.557 27.092 Algemene kosten 56.869 47.902 327.376 302.086 Exploitatieresultaat 45.758 77.394
Bij de jaarrekening van de Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen is een goedkeurende accountantsverklaring door BDO Audit & Assurance B.V. afgegeven.
ja arv er slag 2 0 1 0
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
protector Z.K.H. de Prins van Oranje
ereleden Mr. M. Enschedé Mr. G.W. baron van der Feltz Ir. M.C. van Veen bestuur Dr. A.H.G. Rinnooy Kan, voorzitter Mevrouw Mr. M.E. Bierman-Beukema toe Water, onder-voorzitter Mr. R.E. Rogaar, penningmeester Mr. C.G.A. van Wijk Mevrouw Drs. M.L.L.E. Veldhuijzen van Zanten-Hyllner (tot 14 oktober 2010) Dr. Ir. H. Tepper (vanaf 30 november 2010)
secretariaat Mr. A. Soeteman, secretaris geestesen maatschappijwetenschappen Dr. G. van Dijk, secretaris natuurwetenschappen Mevrouw Ir. B.M.Th. Dortland-Bier, secretaris Mevrouw Drs. S. van Manen, secretaris H.L. Groffen, financiële administratie bestuur jan brouwer fonds Mevrouw Mr. M.E. Bierman-Beukema toe Water, voorzitter Mr. A. Soeteman, secretaris Mr. R.E. Rogaar, penningmeester huismeester R. Pol vrijwilligers Mevrouw Ir. B.M.V. Brakel-Uiterwaal, administratieve begeleiding samenwerking met De Nationale DenkTank Mevrouw C.M.M. Theel-Handgraaf, organisatie en administratieve begeleiding Profielwerkstuk Prijzen Mevrouw J.V.E.M. Schölvinck-Swane, rondleidingen in het gebouw De heer H.J. Pol, Mevrouw R.M. OffenbergWiersema, Mevrouw H.J.M. van der Eijkhoffvan der Veldt, Mevrouw C.E. Porck-Stoute en Mevrouw L.C. Sweerts-van der Eijkhoff catering en andere hand- en spandiensten
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen
adres Postbus 9698 2003 lr Haarlem tel: (023) 5321773 fax: (023) 5362713 email:
[email protected] website: www.hollmij.nl Bankrek.nr. 56 . 11 . 15 . 966
sponsors
bezoekadres Spaarne 17 2011 cd Haarlem
colofon Fotografie: Arjan Bronkhorst p. 41, 44, 52 Henk Snaterse p. 1, 2, 6/7 Hilde de Wolf p. 4, 8 Vormgeving: Coen Mulder, Haarlem Druk: HooibergHaasbeek, Meppel Font: Spectrum, getekend door letterontwerper en typograaf Jan van Krimpen (1892 - 1958). Van Krimpen werkte in de jaren 1925 - 1958 voor lettergieterij Johan Enschedé te Haarlem.
ja arv er slag 2 0 1 0
koninklijke hollandsche maatschappij der wetenschappen