Wij willen weten . . . . Dit is een rubriek van ZAANSE WIJKEN Zaandam-Zuid in de ZAANKANTER waarin mensen, die in de publieke en openbare ruimte werkzaam zijn, bevraagd worden. Van hen willen we meer weten. Ir. Arjan Klein Nibbelink Wij Willen Weten Bron: Zaanse Wijken Zaandam-Zuid 14 februari 2007
In onze vorige editie mochten wij door de ogen van Ben Regter, voorzitter van de Bewonersraad Zaandams Volkshuisvesting (ZVH), mee kijken naar de relatie tussen de Woningcorporatie ZVH en haar bewoners. Deze maand waren wij te gast bij de “tegenpartij” in de persoon van de Heer Ir. Arjan Klein Nibbelink, hoofd van de afdeling Wonen van ZVH. De heer Klein Nibbelink waardeert de kritische houding van de Bewonersraad en beschouwt hen mede daardoor als een prima instrument in het streven van ZVH om de dienstverlening te optimaliseren. Het aan ZVH toegekende veel besproken KWH kwaliteitslabel ziet Klein Nibbelink als een bevestiging dat verbeteringen zijn gerealiseerd, maar zeker niet als een signaal om achterover te gaan leunen. Het product is goed, maar niet áf, en met een "dikke voldoende" is hij zeker niet tevreden. Gewoon een ijkpunt op "de spiraal naar boven" is zijn nuchtere taxatie. Klein Nibbelink roemt de goede samenwerking met alle leden van de Bewonersraad. Zonder de anderen tekort te doen noemde hij secretaris Joop Lodewijk, voor wie geen zee te hoog gaat, als het gaat om het adviseren van bewoners. Lodewijk is degene die helpt om een soms minder prettige maar wel realistische inschatting van de mogelijkheden te aanvaarden. Vaak nádat men bij ZVH is geweest, maar ook als een soort "ombudsman" richting ZVH. Bij de kwestie Deelkoop heeft de signaleringsfunctie van de Bewonersraad geleid tot door hen aangedragen veranderingen. In overleg met de bewonersraad zijn er aanpassingen aan het product Deelkoop gemaakt, die de bewoners helpen bij het maken van een goede keuze. Potentiële kopers kunnen tegenwoordig aanspraak maken op een technische keuring vooraf, en de taxatie van het object vindt nu plaats door een onafhankelijke makelaar. Verder is de toegestane verkooptermijn begrensd tot drie maanden, om leegstand en de daarmee gepaard gaande achteruitgang in buurten te voorkomen. Nu het gebleken is, dat nieuwe eigenaren behoefte hebben aan advies en begeleiding, faciliteert ZVH met raad en daad bij het oprichten van verenigingen van eigenaren. Helaas wordt er tot nu toe weinig animo geconstateerd voor dit soort krachtenbundeling. In die zin gedraagt men zich niet anders dan eigenaars overal: de zelfredzaamheid reikt meestal niet verder dan de eigen erfgrens, merkt Klein Nibbelink op. Wat betreft de omgang met de leefomgeving, inclusief het aangezicht van buurten, stelt Klein Nibbelink dat een experiment in het verschiet ligt. Het is de bedoeling een "zelfbeheer"-programma te lanceren dat werkt via de al bestaande gebiedsmanagers en bewoners-commissies. Het lijkt een beetje op het bekende buurtschouwprogramma van de gemeente met de wijkraden. ZVH wil een budget ter beschikking stellen voor opknapprojecten die commissies noodzakelijk achten, en stimuleren dat men binnen buurten elkaar aanspreekt op misbruik van de leefomgeving. Verondersteld wordt dat sociale controle effectiever is
dan het paternalistische optreden van de woningbouwvereniging. Bovendien vindt ZVH dat op het gebied van privacy dezelfde rechten gelden voor huurders als voor eigenaars. De belangen van huurders stonden vroeger echt niet boven aan de lijst van de huisbaas, en een grote bek kon je soms op de koop toe krijgen. De huizen zijn nu beter, het is in ieder geval de bedoeling je als klant te behandelen, maar dat het af en toe flink botst tussen de onoverkomelijke zakelijkheid van de organisatie en de onvermijdelijke emoties van het wonende individu is goed te begrijpen. Een moderne woningbouwvereniging heeft te maken met grootschaligheid en is meer dan vroeger actief op vele markten tegelijk. Hun taalgebruik is daarop ook aangepast. Zo bedienen zij zich daardoor van termen die een eenvoudige huurder niet altijd begrijpt zoals: positionering, prestatie-index, collectief normen-stelsel. Ook het gebruik van de term “klant” wordt niet altijd begrepen. Klein Nibbelink verzekerde ons, dat de medewerkers van ZVH de huurders echt als klanten zien en ze ook als zodanig behandelen. Ben Regter, voorzitter van het huurdersbelangenvereniging ZVH Bewonersraad Bron: Zaanse Wijken, Zaandam-Zuid 17 januari 2007
In deze editie van 'Wij Willen Weten' hebben wij het genoegen nader kennis te maken met Ben Regter, voorzitter van het huurdersbelangenvereniging ZVH Bewonersraad. Onder zijn leiderschap, gedurende de laatste zes jaar, heeft de vereniging zich ontwikkeld tot een serieuze gesprekspartner aan de onderhandelingstafel met woningbouwvereniging Zaandams VolksHuisvesting(ZVH). Bewoners van ZVH woningen kunnen zich geruststellen in de wetenschap dat de vrijwillige medewerkers van het kantoor in de Kepplerstraat zich inzetten als volleerde professionals om de belangen van "hun" bewoners te beschermen. Regter, zelf meer dan mondig huurder van een ZVH woning in Poelenburg, werd op een zeker moment uitgedaagd lid te worden van het Bestuur van de huurdersvereniging. Het toenmalige bestuur zag kans op deze manier twee vliegen in een klap slaan: een aanhoudende cliënt omzetten in een krachtige medestander. Na het eindigen van zijn carrière bij Bruynzeel zette Regter zijn daar opgedane vaardigheden in voor de verbetering van de positie van huurders. Hij zag snel de noodzaak in om de rechten en plichten in zake huur/verhuur op een heldere manier voor alle betrokken partijen toegankelijk te maken. Op 28 mei 2004 is de door Regter en medestanders ontworpen Samenwerkingsovereenkomst Belangenvereniging Bewoners ZVH door het ZVH bestuur getekend. In dit vijf bladzijden tellende document is het Besluit Beheer Sociale Huursector en de Wet op het Overleg Huurder / Verhuurder overzichtelijk uitgewerkt in voor iedereen leesbare taal. Helaas, constateert Regter, is het beoogde doel, het opheffen van misverstanden over en weer en het "kastje / muur" verschijnsel, tot de dag van vandaag niet bereikt. Ondanks de goede wil van ZVH medewerkers op aanspreekniveau, is er nog steeds, volgens Regter, sprake van ineffectiviteit waar het gaat om de behandeling van gegronde
klachten, inlopen van onderhoudachterstand en informatieverstrekking naar bewoners. Ergens tussen beleid en uitvoering lijkt er een onzichtbare maar al te merkbare barrière te bestaan. De deskundig onderbouwde adviezen van bewoners, aangeleverd langs de erkende inspraakorganen, worden moeilijk of helemaal niet opgepikt door beleidsmakers. De praktijken rondom het "deelkoopprogramma" van ZVH vormen op dit moment het grootste twistpunt. Het gaat om de verkoop van woningen die vaak zijn gesitueerd tussen huurwoningen in, vaak aan beginnende en onervaren eigenaars (soms ook ex-huurders). Het spreekt vanzelf, dat de belangen van de twee soorten bewoners in conflict met elkaar kunnen zijn. Bij het ontbreken van een belangen-vereniging voor eigenaars belanden nu veel klachten en vragen om advies op het bureau Kepplerstraat. Men trekt een wissel op de solidariteit van vroeger en wordt niet weggestuurd, maar de huurdersvereniging stuurt aan op het nemen van verantwoorde-lijkheid in zake deelverkoop door ZVH. Steeds weer is er een volgende ronde in de voortdurende strijd tussen ZVH-bewoners en bestuurders. Ben Regter en zijn bevlogen medestanders, die zich de laatste jaren om hem heen hebben verzameld, blijven onverminderd scherp de hun toevertrouwde belangen behartigen. In dit geval mag de titel "Vrijwilliger" op zijn minst met een grote "V" geschreven worden. Het Zaangemaal 40 jaar Bron: Zaanse Wijken Zaandam-Zuid 22 november 2006
Met de opkomst en uitbreiding van de fabrieken langs de Zaan èn de toenemende scheepvaart, namen in de loop der jaren de lozingen in de Zaan fors toe. Als gevolg hiervan ontstond veel vervuiling in de Zaan. In eerste instantie vond het zuiveren van het water plaats via spuien en het gebruik van watermolens. De vervuiling van de Zaan moest op mechanische wijze worden voorkomen. Dit gold natuurlijk niet alleen voor de Zaan. Ook het oppervlaktewater over de gehele Schermerboezem moest gezuiverd worden van alle stank. Commissie Rond 1958 werd een commissie opgericht die dit bestudeerde. Hieruit kwam voort dat er een gemaal nabij de Wilhelminasluis in Zaandam moest worden gebouwd. Deze bouw bracht echter veel ups en downs met zich mee. De plek die er geschikt voor was stond vol met oude gebouwen die eerst werden gesloopt, zoals het vroegere havenkantoortje. Zoals ook een ophaalbrug en de oude Wilhelminabrug eraan moesten geloven, in verband met de uitstromingsconstructie naar de Voorzaan.
Na de sloop werden nieuwe kades aangelegd. Helaas stuitte men hierbij op een slechte bodemgesteldheid, waarbij betonnen palen moesten worden aangebracht. De bouw van het Zaangemaal op een eilandje nam vier jaar in beslag. Er werden daarbij twee pompen ingebouwd, ieder 750 m³ water per minuut nemende. Dit is later opgevoerd. De drijfkracht van de motoren lag op 150 pk per stuk. De bouw van het bemalinggebouw werd uitgevoerd in een droogput. De aanleg van de instroomput vanaf de Beatrixbrug echter, vond voor een groot deel in het water plaats. De pompinstallaties zijn zo ingericht dat terug hevelen van water onmogelijk is. De kantoren boven het gemaal werden geluidsarm ingericht in verband met het lawaai van de motoren. Op 29 november 1966 werden de gemalen in bedrijf gesteld. Eind november bestond het Zaangemaal bij de Wilhelminasluizen 40 jaar. In ons vorig nummer schonken wij al aandacht aan dit feit. De bouw van het Zaangemaal zorgde voor een grote omwenteling voor het illegaal dumpen van afval uit de fabrieken. Zo moesten de fabrieken die langs de Zaan ooit loosden, rond 1965 een contract tekenen voor een nieuwe toekomst van het wegwerken van het afval. Dit gold onder meer voor de kosten van een nieuwe pijpleiding waarop ze werden aangelegd. Ook de vele slootjes die uitkwamen in de Zaan moesten worden gedempt. Eén van de belangrijkste aspecten voor de aanleg van het gemaal was het kwaliteitsbeheer. Want in de loop der jaren was de Zaan steeds meer gaan stinken, zwarter en zuurstofarmer geworden. Het Zaangemaal zorgt vooral voor het peilbeheer in de Schermer-boezem, net zoals de gemalen van Den Helder, Edam en Monniken-dam. Het verschil tussen de Achterzaan (0,50m N.A.P.) en de Voorzaan (0,40m N.A.P.) is over het algemeen niet veel. De beide pompinstallaties worden dankzij afgestelde computers op schema gehouden. Om water door te pompen naar de Voorzaan worden vacuümpompen in werking gebracht waarna de waaiers in de installatie op gang worden gebracht. Hierbij wordt dan water naar hoeveelheid doorgepompt, wat nodig is. Dit gebeurt vooral ’s nachts in verband met de elektrische kosten. Ze werken echter niet continu. Driemaal per week wordt de pompinstallatie gecontroleerd, waarbij soms de assen worden gesmeerd. Aantasting door het water en stoffen zorgde er voor dat drie jaar geleden het gemaal een flinke opknapbeurt kreeg. Bijslijpen, doorsmeren, vervangen en repareren van machines zorgde ervoor dat het gemaal er de komende 25 jaar weer tegen kan. De elektrische motoren waarop het draait staan op zogenaamde schokbrekers om trillingen te neutraliseren. Mocht de elektrische motor toch uitvallen, dan is er altijd nog een dieselelektrische motor als vervanger. Het Zaangemaal is gebouwd op het huidige sluizeneiland. In vroeger jaren heette dat Vingerling. De toen op dat eiland staande huizen etc. zijn toen gesloopt.
Met de billen bloot . . . . Bron: Zaanse Wijken Zaandam-Zuid, 22 november 2006
Onlangs hebben de gesamelijke redacties van Zaansewijken vergadert over het voortbestaan van onze wekelijkse krant, iedere Woensdag te lezen in de Zaankanter. Tijdens het gesprek werd het duidelijk dat een van de grootste bedreigingen het gebrek aan redactieleden is: bevlogen vrijwilligers die iets te vermelden hebben over de wijk waarin zei wonen en het belangrijk vinden dat een dergelijke spreekbuis blijft voortbestaan. Taalfouten Nu zal de oplettende lezer zich al lang hebben afgevraagt hoe deze stuk door de eindredactie heen kwam: er zit hier en daar een taalfoutje in…. Maar dat laten wij deze keer zo. Deze schrijver heeft besloten met de billen bloot te gaan. Na bijna 40 jaar in Nederland is u schrijver niet in staat foutlos Nederlands te schrijven. De eerste 20 jaar bracht men door in het eigen geboorteland en is tijdens deze formatieve jaren geschoold in het "niet-Nederlands". Eenmaal hier gevestigt, was gewoon verstaanbaar zijn het belangrijkste en dat lukte snel en goed genoeg. Schrijven was bijzaak en er was altijd iemand in de buurt om te checken voor fouten. De eerste jaren was nakijken vragen niet iets om je voor te schamen. Word-Perfect bestond nog niet, laat staan een spelling-check. Je kreeg eerder een schouderklopje dan een snauw voor je prestatie in het "moeilijke" Nederlands, hoe gebrekkig dan ook. Maar met het voortschrijden van de tijd was men minder onder de indruk. Na zoveel jaren moet het toch wel beter kunnen. Maar slechte gewoontes laten zich niet makkelijk de kop indrukken. Nu is het zo dat uw schrijver inmiddels de ergste fouten zelf al in de gaten heeft, en i.i.g. bij de tweede lezing in staat is de boel op te schonen. Oefening baart kunst, zegt men. Maar de angst om stomme fouten te maken blijft. Volledige zelfvertrouwen is voor deze schrijver niet weggelegd, en zo zal het altijd wel blijven. Desalniettemin (wat een prachtwoord!), schrijven is heerlijk. Voor wie gehoord wil worden, deel wil nemen, aansluiting zoekt, verbetering nastreeft, is niets fijner dan iets van jou hand in drukschrift te zien. Schep inhoud en met de vorm zal je geholpen worden. niet geboren Nederlands sprekers - meld je aan!! In onze wijkredacties zijn "niet geboren Nederlands sprekers" sterk ondervertegenwoordigd en dat is meer dan jammer. Bij ons leeft de overtuiging dat deze buurtbewoners evenveel behoefte hebben aan een spreekbuis als de reeds actieve leden. Als je denkt een inhoudelijke bijdrage te kunnen leveren aan Zaanse Wijken, meld je aan. Je zal door de redacties worden verwelkomd en bijgestaan in het goed op schrift krijgen van je bijdrage. Schrijvers schrijven, redacties redigeren, maar tegenwoordig valt er nog meer te klussen voor wij ter perse kunnen gaan: de computeropmaak met behulp van het programma "Indesign". Het gaat niet overal even soepel en veel redacties zitten te schreeuwen om een handige vormgever. De koffie en de thee staan klaar!
Corrie Noom wethouder Zaanstreek Bron: Zaanse Wijken, 28 oktober 2006
Vandaag is Corrie Noom, wethouder voor o.a. het actuele onderwerp WMO in Zaanstreek. Waarom in de politiek? Zo’n 25 jaar geleden was ik actief in de milieubeweging als vrijwilliger. En vooral daar merk je dat er naast idealisme ook gewoon de politiek nodig is om zaken voor elkaar te krijgen. Het politieke bestuur is een democratische vorm, door verkiezingen tot stand gekomen. Ik houd van het Openbaar Bestuur en wil graag door mijn inzet bijdragen aan een streek waarin het prettig wonen, werken en recreëren is. Waarom de PvdA? De PvdA heeft altijd hoog in het vaandel gehad de participatie van de mensen; iedereen kan op gelijkwaardige basis mee doen. En omdat er in de maatschappij nog steeds een tweedeling is tussen hoge en lage inkomens en omdat dat verschil nog steeds doorwerkt in de maatschappij waardoor niet iedereen gelijke kansen krijgt, wil de PvdA een volkspartij, een partij voor iedereen, zijn. En daar sta ik volledig achter. Waarom Wethouder? Ik heb 4 jaar het raadswerk gedaan. Ik heb nu het genoegen aan het begin van het proces te zitten, ik zit nu meer bij de regie. Kunt u iets meer over u zelf zeggen? Ik ben in Assendelft geboren en heb tot mijn achttiende gewoond op de boerderij van mijn ouders. Ik heb Nederlands gestudeerd en daarin ook les gegeven. Hoe zou u uw taak van wethouder omschrijven? Wat betreft mijn portefeuille sta ik midden in het maatschappelijk krachtenveld. Ik vind het zeer uitdagend om met die topics als de WMO (Wet Maatschappelijke Ondersteuning), Jeugd en Groot Stedenbeleid om te gaan. Ik heb al gemeld dat bij mij en mijn partij de participatie hoog in het vaandel staan. Maar daar komt nog een ander aspect bij. Inspraak en meedoen ont slaat de gemeente niet van haar eigen verantwoordelijkheid. Zij moet zelf eerst goed haar visie aangeven, ‘waar moet het naar toe’. Dat hebben we als gemeente gedaan met de uitgave van het document Visie en Programma van Woonservicewijken. Binnenkort worden personen en instellingen uitgenodigd op basis van dat rapport mee richting te geven aan ons beleid. Kortom, ik moet nu als wethouder goed luisteren wat het commentaar is op onze visie. Ik zal dan keuzes moeten maken omdat er maar beperkt middelen voor handen zijn. Vervolgens zal men mij in het College en in de Raad daarover verantwoording afleggen. Als participatie zo belangrijk voor uw beleid is waarom wordt dan
bij de aanbesteding van de WMO-huishoudelijkzorg aangestuurd om op grote kavels in te schrijven. Buurtgerichte aanpak, dus de participatie, wordt op deze manier tegengewerkt. Ik kan op dit moment niets over de aanbesteding van de WMO-Huishoudelijkezorg melden. Dit zou afbreuk doen aan het aanbestedingsproces. Kent u Zaandam-Zuid? Ik heb weleens overwogen er te gaan wonen, maar het is er niet van gekomen. Een rijke buurt met z’n sociale verbanden en z’n geschiedenis. Vandaag Ronald Ootjers, onder meer wijkwethouder Zaandam Zuid/ Oost. Bron: Zaanse Wijken, 27 september 2006
Wat stelt dat eigenlijk voor 'wijkwethouder'? Dat houdt in dat je als wethouder van het college van B&W een wijk krijgt toebedeeld waar je wat intensiever contact mee maakt. Dat doen we al jaren zo en dat werkt in de praktijk prima. Omdat het toebedeelde gebied te overzien is kun je je ook wat gemakkelijker mengen onder de mensen en horen wat hen nou precies bezig houdt. Wat maakt dat u in de politiek bezig wilt zijn? Ik ben er langzamerhand in geschoven en voor functies gevraagd. Ik kom eigenlijk uit het onderwijs. Dat is misschien wel een goed voorbeeld hoe dat dan bij mij werkt. Ik ben naast het lesgeven op het Pascal College altijd als vrijwilliger actief geweest. De meeste tijd in schoolbesturen. Daar merk je dat je belangen van bijvoorbeeld leerlingen moet behartigen. Toen ik daar mee begon speelde nog heel erg de tegenstelling bijzonder (lees christelijk) onderwijs en openbaar onderwijs. Precies daar voel je ook wat de macht is van de politiek. Nu zijn die tegenstellingen er niet meer. Maar het systeem wel: politiek is de macht van het zo eerlijk mogelijk verdelen van beperkte middelen. Wat is dan de positie van de gewone man? Daar begint onze visie op wijkgerichte aanpak. De mensen moeten zeggenschap hebben over hun eigen leven, zeg eigen omgeving. In buurten en wijken zijn al reeds bestaande netwerken waarbinnen mensen leven, elkaar helpen en plezier maken. En de wijk Zaandam-Zuid waarover ik wijkwethouder ben is daar een goed voorbeeld van in termen van solidaire geschiedenis. Dat is natuurlijk een heel andere dan de wijk Zaandam-Oost. Dat heeft een andere en kortere geschiedenis en andere bewoners. Kijk daar moet je op letten en naar luisteren.
Naast die aandacht moet het College ook faciliterend zijn aan die processen en eigenheden. Het klinkt theoretisch, maar wat vindt u daar zo boeiend en leuk aan? Ik ben een mensen - mens. Ik hou van enthousiaste mensen die laten merken iets voor anderen te willen betekenen. Ik geniet als ik tijdens mijn kennismakingsronde door de wijk mensen mij adviezen hoor geven; vaak hele bruikbare tips. En als ik dan zie hoe ons ambtenarenkorps zich inzet om zo met onze burgers bezig te zijn dan krijg ik vertrouwen in de toekomst. Dan weet ik weer waarom het verenigingsleven zo goed floreert in Zaandam. Wat zou u speciaal voor dit interview nog kwijt willen? Ik vind het een geweldig goed medium die 'Zaanse Wijken'. Zo'n krant die voor en door wijkbewoners wordt geschreven. Ook die website die er nu bij hoort is prima. Hopelijk vinden we nog financiële ruimte om deze site op de een of andere manier in stand te houden. Waar ik nog zelf aan denk is een soort Teletekst daaraan te koppelen. Er wordt thans onderzocht hoe dat zou kunnen. Apart wil ik nog vermelden dat dat soort initiatieven door vrijwilligers wordt gedragen. Daar heb je het weer: ik wordt geraakt door het enthousiasme. Zonder die inbreng zou ons leven er arm en zuinig uit zien. Deze keer is Jeroen Olthof in het vizier. Bron: Zaanse Wijken, 7 juni 2006
Wat is je binding met Zaandam-Zuid?
Ik ben geboren en getogen in Zaandam-Zuid. Zeven en dertig jaar geleden geboren op het Hanenpad en via de D. Doniastraat aan het Burgemeester ter Laanplantsoen beland. Ik woon nog in Zaandam- Zuid omdat ik me hier thuis voel. Een fijne buurt om in te wonen, kindvriendelijk, alle voorzieningen in de buurt en veel mensen die opgegroeid zijn in Zaandam-Zuid komen er ook weer terug. Waarom ben je in de politiek gegaan? Ik zit voor de PvdA in de Gemeenteraad. Ik ben drie en half jaar voorzitter van het Wijkbeheer geweest en via het Wijkbeheer met de politiek in aanraking gekomen. Tijdens het voorzitterschap door anderen wel eens op de politiek gewezen, maar zelf nooit bewust mee bezig geweest. Tot anderhalf jaar geleden toen ik me toch aangetrokken begon te voelen tot de lokale politiek en ik via de Gemeenteraad dingen voor elkaar kon krijgen die via het Wijkbeheer niet lukken.
Wat zijn je ambities binnen de gemeente raad? Ik heb een paar doelstellingen. In de eerste plaats wil ik er voor zorgen dat de PvdA weer herkenbaar wordt voor haar kiezers en dat het contact tussen politiek en bewoners beter wordt. Ik zit in de Commissies voor Sport en Cultuur en WMO en Wijken. Wat betreft Sport hoop ik dat we van Zaanstad een echte sportstad kunnen maken, waarbij sport een belangrijke pijler wordt in de wijken. Daarnaast wil ik het wijkgericht werken van de Gemeente verder ontwikkelen. Als voorzitter van het Wijkbeheer heb ik plezierig met de Gemeente samengewerkt, maar ik weet ook welke zaken nog verder verbeterd moeten worden, waar mensen zich nu nog aan ergeren. In de gemeenteraad ben je met algemeen belang bezig. Maar wat kun je voor Zaandam-Zuid nog betekenen? Ik zit in de Gemeenteraad van Zaanstad, maar ik ben bewoner en zeer betrokken bij Zaandam-Zuid. Ik hoop dan ook dat ik er speciaal voor Zaandam-Zuid kan zijn als dat nodig is. Namens de PvdA heb ik Zaandam-Zuid en de Rosmolenwijk als aandachtswijken gekregen. Deze keer is Judith Vossen in het vizier, sinds vier jaar afdelingshoofd Beeldende Kunsten bij Fluxus aan de Klaas Katerstraat. Hoe ben je in deze functie terechtgekomen? Na mijn opleiding beeldende kunst aan de Rietveld Academie heb ik een aantal jaren zelfstandig gewerkt en tentoongesteld, met name in Amsterdam, waar ik nog woon. Via het Kunstenaars Initiatief heb ik diverse opdrachten uitgevoerd zoals het maken van theatrale kamers in ziekenhuizen en video-installaties in asielcentra, waarbij het thema (on)toegankelijkheid werd onderzocht. Het streven was onbegrip te overbruggen door verbanden met de omgeving zichtbaar te maken. Het solitaire werk en het beperkte bereik heeft mij ertoe gebracht een creatieve werkgemeenschap te zoeken. Als klusser bij de facilitaire dienst van Milieu Defensie kon ik mij inzetten op veel niveaus, waarbij ook een stuk management. Nu ik moeder ben van drie kinderen hebben managementfuncties mijn voorkeur. Je blijft creatief bezig maar binnen een strak omlijnd kader. Het uitbroeden van eigen kunst wordt hervat als er weer ruimte is "in het nest". Wat houdt jouw werk in bij Fluxus?
Elk seizoen maken ongeveer 750 Zaandammers gebruik van ons uitgebreide aanbod cursussen. Bepalen van het jaarlijkse aanbod, samenstellen van de afzonderlijke programma's, begeleiden van de docenten, zowel inhoudelijk als organisatorisch/ didactisch, zijn mijn hoofdtaken. Daarbij komt de administratie van mijn afdeling: financiën, onderhoud en personeel. Gelukkig maak ik deel uit van een enthousiast team, dat ook nog gesteund wordt door een zeer toegewijde groep vrijwilligers: de Expo-groep die zorg draagt voor o.a. verlichting, lijsten en vitrines voor exposities. Ons uitgebreide netwerk zorgt er voor dat wij nooit een tekort hebben aan goede docenten. Zodoende zijn wij in staat kwaliteit te leveren voor onze cursisten. Wat zijn jouw ambities voor Fluxus in Zaandam-Zuid? Het aanbieden van meer cursussen voor kinderen. Afgelopen seizoen hadden wij een zeer gevarieerd kinderprogramma, dat wij volgend seizoen nog uit willen breiden. In het verschiet liggen: striptekenen, computeranimatie, toegepaste kunst, zoals T-shirts bestempelen, beeldhouwen met hanteerbare materialen zoals piepschuim, was en speksteen. Verder willen wij het opknapproject voortzetten. Als onderdeel van onze kwaliteitscampagne zijn wij twee jaar geleden begonnen met het interieur. Vloerbekleding, kasten, meubelen en de keuken zijn allemaal vernieuwd of, waar mogelijk, opgeknapt. Goede verlichting en heel veel witte verf hebben het "ingedutte" oude schoolgebouw omgeturnd tot een licht en helder, goed uitgeruste lokaliteit, die, met al zijn mooie oude details intact, inspireert tot creativiteit. Buitenterrein Dit voorjaar is ons grote groene buitenterrein onder handen genomen, en het periodieke onderhoud voortaan geregeld. Naast onze jaarlijkse Open dag, waar het publiek wordt uitgenodigd te komen kijken en zelf te experimenteren, denken wij aan het organiseren van nog meer manifestaties, vooral buiten op ons riante terrein. Op dit moment wordt gewerkt aan een project die het hele exterieur de uitstraling zal geven die een dergelijke faciliteit toekomt: de bomen worden kunstobjecten en het pand wordt uitverlicht. Deze ietwat "doodse" maar heel zichtbare hoek van de wijk wordt een baken die zeker op zal vallen. Heel Zaandam zal weten dat hier een kunstcentrum zit! Welke buurt kent zoveel gevelstenen? Bron: Zaanse Wijken Zaandam-Zuid, 3 juni 2009
De huizen van ZVH in de P.L.Takstraat zijn prachtig opgeknapt. Ze zijn weer in volle glorie aanwezig. En opnieuw raak je bekoord door de pracht van de bouwstijl in die buurt. Prachtige portieken, het mooie houtwerk in de dakpartijen weer goed groen geschilderd, een lust voor het oog. Extra bijzonder zijn de 30 gevelstenen in de Klaas Katerstraat, Jan Windhouwerstraat en een deel van het Aritus Sybrandus Talmaplein van Rochdale. Door de tand des tijds waren de meeste stenen niet goed meer herkenbaar, maar de heer Abels van de Westzanerdijk weet daar wel raad mee. Reeds als vijftienjarig jochie kwam de heer Abels te werken in een schildersatelier (aan de Lindengracht in de Jordaan Amsterdam) voor restauratie- en decoratiewerkzaamheden. “Tweeëndertig jaar ben ik daar gebleven, totdat de zaak failliet ging. Ik heb toen voor mezelf een doorstart gemaakt en mijn bedrijf bestaat nu zo’n negen jaar.” “Zeer afwisselend werk en niet te klagen over opdrachten. Zoals dit werk in opdracht van de woningbouwvereniging. Voordat ik aan zo’n opdracht begin verdiep ik mij in de historie. Soms zijn er nog tekeningen van. Ik maak natuurlijk gebruik van de nieuwste technieken. Zoals bij deze gevelstenen moet ik hier en daar opvullingen aanbrengen om de oude vorm weer terug te krijgen.” Het is zeer de moeite waard eens door die straten te lopen en de oude glorie van de stenen weer terug te zien. “Vaak komt een hele geschiedenis weer terug als ik een restauratie verricht”, gaat de heer Abels verder. “Maar in dit geval stootte ik op een ontbrekend detail: wie is eigenlijk de ontwerper en steenhouwer geweest van deze stenen? Dat zou ik graag willen weten en het Gemeentelijk Archief denk ik ook.” Graag informatie sturen aan de redactie van deze pagina.
Aritius Sybrandus Talma, dominee en politicus voor de ARP (Anti Revolutionaire Partij) was een zeer sociaal bewogen mens.
Hij streed in 1901 met Pieter Jelles Troelstra om de stem van de arbeider in het crusiale kiesdistrict Tietjerkstradeel in 1901 en won de strijd. Later werd hij kamerlid en minister en hij kreeg het voor elkaar dat er een 'ouderdomsrente' wekelijks kon worden opgehaald aan het postkantoor door arbeiders van 70 jaar en ouder. Dit kan gezien worden als de voorloper van de AOW. In 1913 verloor de ARP de verkiezingen en Talma werd weer dominee, nu in Bennebroek, waar hij 3 jaar later overleed. Hij is 52 jaar oud geworden. En, zoals zijn opvolger, minister van arbeid Aalberse zei: "Hij heeft zich dood gewerkt."
Willem Drees, ten tijde van de Eerste en Tweede Kamer debatten aanwezig als typograaf, verklaarde later dat hij groot respect had voor Talma. "Een man van grote sociale bewogenheid die zijn voorstellen krachtig en bekwaam verdedigde." Door Talma was Willem Drees gedreven om later, in 1957, de oudedagsvoorziening weer aan te pakken en dat heeft geleid tot de huidige AOW. Documentaire en boek Documentaire "Zelfs de mus vindt een huis, oh Heer" 14 juni 2009. De biografische studie "De mens, een kostbaar goed. Aritius Sybrandus Talma (1864-1816). Dominee, vakbondsman en christelijk-sociaal politicus" van Lammert de Hoop en Arno Bornebroek verschijnt in het najaar van 2009 in opdracht van de A.S.Talma Stichting in Leeuwarden. Bron: Trouw De Verdieping, 13 juni 2009