IOF-reglement AUHL Industrieel Onderzoeksfonds (IOF) Associatie Universiteit – Hogescholen Limburg (AUHL) Raad van Bestuur AUHL dd. 04.07.2014
Hoofdstuk I. Definitie en reikwijdte van het IOF-reglement AUHL Art. 1 Dit IOF-reglement is opgesteld conform het nieuwe ‘Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de ondersteuning van de Industriële Onderzoeksfondsen en de interfaceactiviteiten van de associaties in de Vlaamse Gemeenschap’ zoals goedgekeurd door de Vlaamse Regering op 23.05.2014, hierna genoemd het ‘IOF-besluit’. Art. 2 Dit IOF-reglement is van toepassing op de Associatie Universiteit – Hogescholen Limburg (AUHL), zijnde de Universiteit Hasselt (UHasselt) en de geassocieerde hogeschool PXL.
Hoofdstuk II. Definitie, doelstellingen en beheer Art. 3 Dit IOF-reglement heeft betrekking op het strategisch basisonderzoek en het toegepast wetenschappelijk onderzoek uitgevoerd binnen de AUHL, gefinancierd door IOF-middelen, en met een economische of gemengd economisch-maatschappelijke finaliteit. Dit onderzoek kan behoren tot alle wetenschappelijke disciplines. Art. 4 Ten minste 30% van de AUHL IOF-middelen wordt besteed aan onderzoeksmandaten van onbepaalde duur. Twee verschillende mandaattypes worden gedefinieerd: junior mandaten en senior mandaten. De invulling van het type mandaat – junior versus senior – is afhankelijk van de omvang, de doelstelling en het strategische belang ervan. Kandidaten moeten houder zijn van een doctoraat op proefschrift of moeten minstens 5 jaar ervaring hebben in de uitvoering of organisatie van toegepast wetenschappelijk onderzoek of strategisch basisonderzoek. Ten hoogste 10% van de IOF-middelen kan worden aangewend ter dekking van de kosten, daaronder begrepen werkingsuitgaven en loonlasten, verbonden aan het beheer van de via het IOF bekostigde mandaten en projecten en de werking van het IOF. Maximaal 10% van de IOF-middelen kan besteed worden aan octrooikosten. De overige IOF-middelen kunnen besteed worden aan: de werkingsuitgaven, uitrustingskosten en loonlasten voor onderzoeksprojecten, met een minimale looptijd van één jaar en een projectbedrag van ten minste 25.000 euro per jaar; projectkostenvergoedingen ter ondersteuning van IOF-mandaten. Art. 5 Het dagelijkse beheer van de via het IOF bekostigde mandaten en projecten en de werking van het IOF wordt wat betreft de AUHL uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de Tech Transfer Office (TTO) van de UHasselt. De middelen uit het IOF worden toegekend door de Raad van Bestuur van de AUHL, na gemotiveerd advies van de IOF-raad en door middel van een open oproep binnen de associatie.
1 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL
Art. 6 Op basis van de bepalingen in het IOF-besluit inzake samenstelling van de IOF-raad zal de IOF-raad van de AUHL conform samengesteld worden. De aanstelling als lid van de IOF-raad AUHL geldt voor vier jaar. Deze aanstellingen zijn hernieuwbaar. De samenstelling van de IOF-raad AUHL gebeurt als volgt, zie bijlage 1 voor een jaarlijks geactualiseerd overzicht van de effectieve IOFraadsleden: UHasselt PXL Industrie Totaal Waarvan vrouwelijk Waarvan UHasselt en tegelijk lid van de Onderzoeksraad UHasselt
7 2 4 13 5 3
Art. 7 Conform het ‘AUHL-reglement inzake valorisatie van onderzoeksresultaten’, zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur van de AUHL op 21.04.2008, komen de vermogensrechten op vindingen, zoals decretaal geregeld voor de hogescholen en voor de universiteit, steeds toe aan de betreffende partner-instelling(en). Indien de vinding het resultaat is van gemeenschappelijk onderzoek, en er daardoor een gedeeld eigendomsrecht ontstaat, zullen de partners in een bijzondere overeenkomst hun wederzijds aandeel in deze eigendom bepalen. Gezien het IOFreglement kadert onder dit ‘AUHL-reglement inzake valorisatie van onderzoeksresultaten’, wordt voor verdere bepalingen rond valorisatie en vermogenrechten hiernaar verwezen.
Hoofdstuk III. De IOF-instrumenten AUHL III.1 IOF-mandaatprojecten Art. 8 IOF-mandaten zijn mandaten van onbepaalde duur voor postdoctorale onderzoekers die een structurele ondersteuning bieden bij de valorisatie van onderzoeksresultaten van de onderzoeksinstituten en de onderzoeksgroepen van de faculteiten van de UHasselt, en aansluitend van de onderzoeksinstituten en de expertisecellen van de hogeschool PXL, zie bijlage 2. Art. 9 De invulling van het IOF-mandaatproject gebeurt in samenspraak met de leiding van het onderzoeksinstituut of de faculteit waartoe het mandaat behoort, de voorzitter van de IOF-raad en de TTO. De invulling van het mandaat wordt opgesteld aan de hand van een vast en variabel takenpakket, afgestemd op het strategieplan van het betreffende instituut of faculteit, zie bijlage 3. Art. 10 -
Voltijds IOF-mandaatproject: 3 voltijdse mandaten: voor de onderzoeksinstituten imo-imomec, Biomed en EDM; Loonkost voltijds: een vast bedrag van 90.000 euro per jaar; Werkingsmiddelen: een vast bedrag van 10.000 euro per jaar; Projectperiode: 2 x 3 jaar, met dien verstande dat de tweede periode enkel kan aanvatten na een positieve evaluatie van de eerste periode van 3 jaar, mogelijks hernieuwbaar na positieve evaluatie.
Art. 11 Halftijds IOF-mandaatproject: 5 halftijdse mandaten: voor de onderzoeksinstituten IMOB, CENSTAT, CMK, voor de faculteit BEW, en voor de faculteit architectuur (met inbegrip van de opleiding bouwkunde van de faculteit IIW); Loonkost halftijds: een vast bedrag van 45.000 euro per jaar; Werkingsmiddelen: een vast bedrag van 5.000 euro; Projectperiode: 3 jaar, mogelijks hernieuwbaar na positieve evaluatie. Art. 12 De vermelde aantallen van de types IOF-mandaatprojecten worden toegekend op basis van het gevalideerde IOF-budget AUHL dd. 04.06.2014 en worden in de toekomst structureel gecontinueerd onder voorbehoud dat het IOF-budget AUHL hiervoor toereikend blijft. Art. 13 Het aanvraagdossier voor een IOF-mandaatproject wordt ingediend door een promotor vanuit het betreffende onderzoeksinstituut of faculteit. Deze promotor treedt op als budgethouder 2 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL
en als woordvoerder. De promotor draagt de verantwoordelijkheid over de goede uitvoering en rapportering van het IOF-mandaatproject.
Art. 14 Het aanvraagdossier wordt ingediend bij de TTO. Het aanvraagdocument voor een IOFmandaatproject is beschikbaar via de TTO.
III.2 IOF-onderzoeksprojecten Art. 15 De in aanmerking komende projectkosten binnen een IOF-onderzoeksproject omvatten personeel en werking. Conform het IOF-besluit moeten de IOF-onderzoeksprojecten een minimale omvang hebben van 25.000 euro op jaarbasis. De AUHL definieert twee mogelijke types IOFonderzoeksprojecten: ‘proof of concept’- en ‘breeding’-project. Art. 16 ‘Proof of concept’-project (POC): Definitie: Een POC-project geeft een onderzoeker of onderzoeksgroep de mogelijkheid om het valorisatiepotentieel van een idee aan te tonen. De middelen kunnen gebruikt worden voor een marktverkenning, om een prototype te bouwen voor (industriële) pilootgebruikers, of voor bijkomend onderzoek om een octrooiaanvraag te versterken; Output: de resultaten van dit project zijn een onderbouwing en voorbereiding voor de valorisatiekeuze: licentieroute, ‘slow start’-spin-off, kapitaalsintensieve spin-off. Indien bij afloop blijkt dat geen van deze routes mogelijk is, moet een plan neergelegd worden waaruit blijkt welke verdere kennisopbouw nodig is om in een later stadium valorisatiepotentieel te realiseren; Financieringsvork: 25.000 euro – 90.000 euro; Het budget bevat loonkost en werkingsmiddelen; Projectperiode: max. 1 jaar; Oproep: doorlopend. Art. 17 ‘Breeding’-project: Definitie: Een breeding-project past in het concept van incubatiefinanciering. Het is bedoeld om een spin-offidee uit te werken tot een uitgewerkt business plan om een kapitaalsintensieve spin-off te starten; Output: Bij een breeding-project is het einddoel een volledig afgewerkt en onmiddellijk implementeerbaar plan voor een bedrijf; Financiering: Het uiteindelijk toegekend bedrag voor een breeding-project hangt af van de inhoud van het breeding-project en anderzijds van het beschikbare gecumuleerde IOFbedrag op dat moment. De aanvraag voor financiële ondersteuning van een breeding-project zal, naast een gedetailleerd inhoudelijk luik, ook een gedetailleerd financieel luik bevatten. Als richtlijn wordt een maximum van 400.000 euro per breeding-project vooropgesteld; Het budget bevat loonkost en werkingsmiddelen; Projectperiode: max. 3 jaar; Oproep: doorlopend. Art. 18 Het aanvraagdossier voor een IOF-onderzoeksproject moet worden ingediend door een promotor verbonden aan een partnerinstelling van de AUHL. Deze promotor treedt op als budgethouder en als woordvoerder. De promotor draagt de verantwoordelijkheid over de goede uitvoering en rapportering van het IOF-onderzoeksproject. Art. 19 Het aanvraagdossier wordt ingediend bij de TTO. Het aanvraagdocument voor een IOFonderzoeksproject is beschikbaar via de TTO.
Hoofdstuk IV. Evaluatie van de IOF-instrumenten IV.1 IOF-mandaatprojecten
3 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL
Art. 20 Om te oordelen of IOF-mandaatprojecten aansluiten bij het beleid van de AUHL en het Vlaamse innovatiebeleid, is het aangewezen dat de beoordeling van de voorstellen en de driejaarlijkse rapportering, wordt uitgevoerd door personen die voeling hebben met de academische context. Daarom wordt volgende toekennings- en evaluatiestructuur inzake IOF-mandaatprojecten opgezet: -
-
-
De TTO verzorgt het secretariaat van de IOF-raad; De TTO staat in voor de intake van de IOF-mandaatprojectaanvragen; De IOF-raad: • Beoordeelt de IOF-mandaatprojectaanvragen, rekening houdend met het strategieplan van het betreffende instituut of faculteit, en het IOF-beleidsplan AUHL; • Oordeelt of de voorgestelde outputparameters geschikt zijn om de valorisatieinspanningen van het instituut of faculteit, en de IOF-mandataris te monitoren. De operationele activiteiten van de IOF-mandataris worden afgestemd met deze van de TTO business support die verantwoordelijk is voor het betreffende instituut of faculteit; De jaarlijkse evaluatie van de IOF-mandataris gebeurt door de voorzitter van de IOF-raad, na afstemming met het instituut of faculteit, en de TTO, op basis van de vooropgestelde parameters; De IOF-mandataris rapporteert driejaarlijks aan de IOF-raad.
Art. 21 De promotor dient een kandidaat IOF-mandataris voor te stellen aan de IOF-raad. Nadat de Raad van Bestuur van de AUHL het IOF-mandaatproject, waarin een (voltijds of halftijds) IOFmandaat voorzien is, heeft goedgekeurd, wordt de promotor in kennis gesteld en dient deze een geschikte IOF-mandataris te selecteren. Dit kan zowel een reeds in dienst zijnde onderzoeker met een contract van onbepaalde duur zijn, als een extern aan te werven profiel. De voorzitter van de IOF-raad alsook de TTO worden betrokken bij de integrale selectieprocedure van de interne en externe IOF-mandatarissen. Indien het om een nieuwe aanwerving gaat, zal na toekenning van het IOF-mandaatproject de gebruikelijke procedure voor werving gevolgd worden. Art. 22 De IOF-mandataris zal uiterlijk op het ogenblik waarop het IOF-mandaat aanvangt, houder zijn van een doctoraatsdiploma, of minstens 5 jaar ervaring hebben in de uitvoering of organisatie van toegepast wetenschappelijk onderzoek of strategisch basisonderzoek. Art. 23 De IOF-mandataris is onderworpen aan de van kracht zijnde reglementen en voorschriften van de betrokken instelling van de AUHL. Art. 24 De referentieperiode voor de evaluatie van het IOF-mandaatproject wordt onderbroken indien de IOF-mandataris gerechtigd is op uitkeringen in het kader van de wetgeving op de ziekteverzekering, arbeidsongevallen en beroepsziekten. Voor andere redenen van onderbreking van de referentieperiode, zoals studieverblijf in het buitenland of detachering, moet de toelating van de Raad van Bestuur van de AUHL gevraagd worden, die beslist na advies van de IOF-raad. Op verzoek van de IOF-mandataris kan de referentieperiode voor de evaluatie van het IOF-mandaatproject met een periode evenredig aan die van de onderbreking worden verlengd. Art. 25 De IOF-raad bepaalt de modaliteiten voor rapportering van de IOF-mandaatprojecten en deelt deze bij de toekenning mee aan de promotor(en) en de IOF-mandataris. De rapportering wordt opgevolgd door de TTO. De verslagen worden altijd door de IOF-mandataris en de promotor(en) ondertekend. De verslagen worden gericht aan de TTO en vervolgens voorgelegd aan de IOF-raad. Art. 26 De IOF-raad beoordeelt bij elke tussentijdse en eindevaluatie, of de vooropgezette doelstellingen werden behaald. De IOF-mandataris verneemt uiterlijk drie maanden na indiening van de betreffende documenten een schriftelijke evaluatiebeslissing vanuit de IOF-raad. Art. 27 De TTO volgt de dagelijkse operationele activiteiten binnen het IOF-mandaatproject op. Hiertoe vindt er regelmatig overleg plaats tussen IOF-mandataris en de TTO business support die verantwoordelijk is voor het betreffende instituut of faculteit. Indien nodig kan de TTO de IOF-raad inseinen indien bijsturing van het IOF-mandaatproject nodig wordt geacht. Art. 28 Het eindverslag van het IOF-mandaatproject wordt ingediend bij de TTO ten laatste 3 maanden voor het verstrijken van het IOF-mandaatproject met het oog op mogelijke verlenging. 4 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL
Hierin moeten de valorisatieactiviteiten en de behaalde resultaten afgetoetst worden tegen de vooropgestelde doelstellingen. Indien de promotor het IOF-mandaatproject wenst te verlengen, dient dit eindverslag als nieuw aanvraagdossier te worden aangevuld met een inhoudelijke jaarplanning voor de volgende drie werkjaren. Art. 29 De IOF-raad evalueert het IOF-mandaatproject bijkomend in volgende gevallen: indien de IOF-mandataris, na een schriftelijke aanmaning bij het verlopen van de bepaalde termijn, de rapporteringverplichtingen niet nakomt; indien geen overeenstemming met de IOF-mandataris en de promotor bereikt wordt met betrekking tot de door de IOF-raad voorgestelde aanpassingen van het mandaatproject; indien de IOF-raad van oordeel is dat uit een verslag onvoldoende vooruitgang blijkt omtrent de in het mandaatproject vooropgestelde doelstellingen. De voorzitter van de IOF-raad nodigt, indien nodig, de IOF-mandataris en de promotor schriftelijk uit om ten vroegste één week en ten laatste één maand na die uitnodiging mondeling door de IOFraad te worden gehoord.
IV.2 IOF-onderzoeksprojecten Art. 30 Om de toekenning van de twee types IOF-onderzoeksprojecten, zijnde POC- en breedingproject, te onderbouwen, zal de IOF-raad advies inwinnen bij UHasselt Venture Management (UHVM). Hiertoe zal de Raad van Bestuur van UHVM voor elk dossier een team van domeinspecifieke experts samenstellen. Daarom wordt volgende toekennings- en evaluatiestructuur inzake IOF-onderzoeksprojecten opgezet: -
-
-
-
-
De TTO verzorgt de administratie van UHVM; De TTO staat in voor de intake van de POC- en breeding-projectvoorstellen; De UHVM-bestuurders stellen voor elk dossier een panel van externe experts samen; De experts maken een onafhankelijk advies: voor een POC-project kunnen zij eventueel contact opnemen met de TTO of met de indiener; voor een breeding-project horen zij alleszins de aanvragers en kunnen ze contact opnemen met de TTO; De experts maken een gemotiveerd advies inclusief een SWOT-analyse, formuleren eventueel voorstellen voor aanpassingen aan het project en kunnen mijlpalen bepalen om de financiering in schijven toe te kennen. Voor een POC-project maken de experten individuele adviezen. Voor een breeding-project maken zijn een gezamenlijk advies en duiden zij een woordvoerder (voorzitter) aan die het advies toelicht op de IOF-raad; Het advies van de experts wordt ter goedkeuring overgemaakt aan de IOF-raad. In het geval dat de IOF-raad bijkomende vragen heeft voor de experten, wordt het advies voor verdere aanvulling terug overgemaakt aan de experten; De experten beoordelen de mijlpalen die in de aanvraag opgenomen zijn en vullen waar nodig mijlpalen toe. Voor breeding-projecten geven ze ook aan hoe opeenvolgende schijven van financiering gekoppeld worden aan het behalen van mijlpalen; De IOF-raad formuleert, na aanvaarding van het finale expertenadvies, een voorstel ter goedkeuring van de projectfinanciering aan de Raad van Bestuur van de AUHL.
Art. 31 De promotor(en) van het goedgekeurde IOF-onderzoeksproject wordt ingelicht over de formele start- en einddatum van het IOF-onderzoeksproject met vermelding van de toegekende personeels- en werkingskredieten. De opstart van het IOF-onderzoeksproject dient zo snel mogelijk te gebeuren na toekenning, bij voorkeur binnen de drie maanden, en ten laatste na zes maanden. Art. 32 Vooraleer gestart wordt met de uitvoering van een IOF-onderzoeksproject, ondertekenen alle interne en externe medewerkers van het project, een intentieverklaring om tijdens en na afloop van het IOF-project samen te werken om de opportuniteit voor de creatie van een spin-off te evalueren, en dit conform de richtlijnen van de AUHL omtrent de oprichting van een spin-off. In deze overeenkomst wordt tevens afgesproken dat de IOF-steun zal weerspiegeld worden in de licentieovereenkomst of het aandelenpakket van de kennisinstelling in de spin-off. In deze overeenkomst worden ook de nodige afspraken vastgelegd inzake vertrouwelijkheid en intellectuele eigendom. De TTO zal het opstellen van deze overeenkomst coördineren.
5 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL
Art. 33 De IOF-raad bepaalt de modaliteiten voor rapportering voor de verschillende types projecten en deelt deze bij de toekenning mee aan de promotor(en). De rapportering wordt opgevolgd door de TTO. De verslagen worden altijd ondertekend door de promotor(en) en worden gericht aan de TTO. Art. 34 De IOF-raad beoordeelt elke tussentijdse en eindevaluatie van het IOF-onderzoeksproject. Wat betreft de mijlpaal-gebonden financiering zal de voorzitter van de IOF-raad advies inwinnen bij de experts die voorgesteld zijn door UHVM om te beslissen of de voorgestelde mijlpalen gehaald zijn of indien er bijsturing nodig is. De promotor(en) verneemt uiterlijk drie maanden na indiening van de betreffende documenten een schriftelijke en gemotiveerde evaluatiebeslissing vanuit de IOFraad. Art. 35 De TTO volgt de dagelijkse operationele activiteiten binnen het IOF-onderzoeksproject op. Hiertoe vindt er regelmatig overleg plaats tussen de promotor en de aangewezen TTO business support. Indien nodig kan de TTO de IOF-raad inseinen indien bijsturing van het IOFonderzoeksproject nodig wordt geacht. Art. 36 Het eindverslag dient ten laatste 3 maanden na het verstrijken van het project te worden ingediend bij de TTO. Hierin moeten de projectactiviteiten en hun resultaten kort beschreven worden, samen met een financieel eindverslag.
Hoofdstuk V. Slotbepalingen Dit reglement gaat in vanaf 04.07.2014.
6 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL
Bijlage 1: Samenstelling IOF-raad AUHL dd. 04.06.2014
Geleding 1 1 1 1 1 1 1 2 2 3 3 3 3 -
Organisatie UHasselt UHasselt UHasselt UHasselt UHasselt UHasselt UHasselt PXL PXL ICL LRM Melexis J&J UHasselt UHasselt UHasselt
Functie raadslid raadslid raadslid raadslid raadslid raadslid raadslid-voorzitter raadslid raadslid raadslid raadslid raadslid raadslid waarnemer-rector waarnemer waarnemer-secretaris
Kandidaten Steven Van Passel Griet Verbeeck Piet Stinissen Karin Coninx Dirk Vanderzande Davy Janssens Paul Janssen Paul Martens Marleen Schepers Kathleen Smolders Barbara Leyman Appo van der Wiel Luc Bijnens Luc De Schepper Ann-Pascale Bijnens Elke Piessens
Gender m v m v m m m m v v v m m -
OZ-raad nee ja nee nee ja nee ja
7 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL
Bijlage 2: Overzichtstabel van de onderzoeksinstituten en onderzoeksgroepen van de UHasselt, en de onderzoeksinstituten en expertisecellen van de PXL
Onderzoeksinstituten en onderzoeksgroepen van de faculteiten van de UHasselt
Onderzoeksinstituten en expertisecellen PXL
Imo-imomec
Tech-research
(1)
Biomed
Healthcare-research
(1)
EDM
IT-research, ICTO
(1)
IMOB
Tourism-research
(2) (2)
Censtat CMK
Bio-research
(2)
Kizok en Faculteit BEW
Business-research
(2)
Faculteit Architectuur en ingenieurs bouwkunde
UD Woonlabo, MAD-Research, Techresearch
(2)
Niet van toepassing
Social Work-research, Media-research, Education-research, Music-research
(3)
Onderwijs+
PXL Centrum Ondernemen, ICTO, Education-Research
(4)
(1)
zullen beschikken over één voltijds IOF mandaatproject én een dedicated eerstelijnscontactpersoon binnen TTO
(2)
zullen beschikken over één deeltijds IOF mandaatproject én een dedicated eerstelijnscontactpersoon binnen TTO
(3)
PXL onderzoekers zullen beschikken over dedicated eerstelijnscontactpersoon binnen TTO
(4)
De betreffende PXL en UHasselt medewerkers stemmen af
8 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL
Bijlage 3: Vast en variabel takenpakket IOF-mandataris
Tabel 1: Vast takenpakket IOF-mandataris Activiteit van mandataris
1. Overzicht hebben over de beschikbare expertise in het onderzoeksdomein van de betrokken groepen binnen de AUHL 2. Inwerken in de valorisatiemogelijkheden van het onderzoek en initiëren valorisatiedossiers
3. Intern netwerk
Zicht op beschikbare expertise en opvolgen stateof-the-art: congressen, wetenschappelijke en zakelijke literatuur Technology scouting en opportunity detection opvolgen wetenschappelijke output instituut: opvolgen resultaten uit doctoraten, onderzoeksprojecten en presentaties Initiatief nemen tot aanmelding aan TTO (stap voor intake): opstart valorisatiepiste, octrooiaanmelding, detectie spin-off opportuniteit Aantal onderzoekers (mee) begeleid inzake valorisatiedossier Structureel overleg met de TTO business support Deelname aan initiatieven van het intern lerend IOFnetwerk
Parameter
Rol TTO/DOC Impact op IOFparameter
Impact op KPI TTObeleidsplan
Algemene best practices in valorisatie onderzoek
-
KPI1
Algemene best practices in valorisatie onderzoek
-
KPI1
Intake en bepaling valorisatiestrategie
-
KPI1
-
KPI1
Aantal: 10 Aantal: 10 Aantal: 10
Structureel overleg met mandaat
-
KPI1
Aantal: 4
Organisatie lerend IOF-netwerk
-
KPI1
2015
2016
2017
2018
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
% van instituut en absoluut aantal
Aantal: 10
Aantal: 4
nvt
nvt
% van instituut en absoluut aantal
nvt
nvt
% van instituut en absoluut aantal
Aantal: 4
nvt
nvt
% van instituut en absoluut aantal
Aantal: 4
9 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL
Structurele wisselwerking met de onderzoekscellen PXL rakend aan het onderzoeksdomein inzake specifieke dossiers 4. Extern netwerk Aantal externe partijen begeleid inzake valorisatiedossier Zicht op bestaande domeinspecifieke externe netwerken en werkgroepen (passief) Actieve deelname van mandaat aan selectie van bestaande domeinspecifieke externe netwerken en werkgroepen (actief) Uitbouw van extern domeinspecifiek netwerk (proactief)
Aantal: 6
Aantal: 6
Aantal: 6
Aantal: 6
% van instituut en absoluut aantal
% van instituut en absoluut aantal
% van instituut en absoluut aantal
nvt
nvt
nvt
Naast de domeinspecifieke interacties door de IOF-er, heeft de TTO structureel overleg met PXL inzake beleid
-
KPI2
% van instituut en absoluut aantal
-
KPI2
nvt
-
KPI2
-
KPI2
-
KPI2
Eerstelijnscontact met ICL
-
KPI2
Eerstelijnscontact met LRM
-
KPI2
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
nvt
Structureel overleg met mandaat
10 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL
Tabel 2: Variabel takenpakket IOF-mandataris
VARIABELE taken
Activiteit van mandataris
Parameter
Rol TTO/DOC Impact op Impact op IOFintern IOFparameter beleidsplan
2015
2016
2017
2018
Aantal spin-off en spin-in mogelijkheden die de IOFmandataris detecteert
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
Mogelijke leads doorspelen naar de TTO
P6
KPI5
Aantal POC-projecten (IOF of via andere financiering) die de IOF-mandataris mee opvolgt
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
TTO is betrokken bij alle POC dossiers
P6
KPI5
P6
KPI5
ZWAARTEPUNTEN 1.
Spin-off
Aantal spin-off mogelijkheden waarvoor de RvB van de UHasselt een principiële goedkeuring heeft gegeven Aantal opgerichte spin-offs
2.
Valorisatiegerichte onderzoeksprojecten (SBO, H2020, IOF)
Aantal aanvragen voor valorisatiegerichte onderzoeksprojecten waarmee de mandataris betrokken is
% van % van instituut instituut en en aantal aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
TTO is betrokken bij alle spin-off dossiers: business plan, financiering, waardering, contract
P6
KPI5
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
DOC/TTO: centrale kennis van oproepen; Op vraag ondersteuning bij opmaak dossier (DOC) en valorisatieluik (TTO); TTO: Opmaak overeenkomsten en onderhandeling met externe partij
P4
KPI4
TTO is betrokken bij alle spin-off dossiers: business plan, financiering, waardering, contract
11 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL
3.
Intellectuele eigendom
Aantal contractovereenkomsten voor gesubsidieerde onderzoeksprojecten waarmee de mandataris betrokken is Aantal actieve octrooigebonden en nietoctrooigebonden IE-dossiers (cumulatief) Jaarlijks aantal meldingen van vindingen i.s.m. IOFmandataris Jaarlijks aantal nieuw opgestarte licentiedossiers i.s.m. IOF-mandataris
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
DOC/TTO: centrale kennis van oproepen; TTO: Opmaak overeenkomsten en onderhandeling met externe partij
P4
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
TTO legal is coördinator van alle IE-dossiers
P5
KPI6
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
TTO legal is coördinator van alle IE dossier
P5
KPI6
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
TTO legal is coördinator van alle licentiedossiers: bepalen traject licentie, zoeken naar licentienemers en contractonderhandeling
P5
KPI6
Communicatieacties om expertise en samenwerkingsmogelijkheden met instituut/groep extern bekend te maken
Eigen omschrij ving
Eigen omschrijvi ng
Eigen omschrij ving
Eigen omschrijvi ng
In overleg met TTO/DCM/DOC
-
KPI2
-
KPI2
Aantal
Aantal
Aantal
Aantal
EXTRA AANDACHTSGEBIEDEN
4.
Communicatie
Totaal aantal externe contacten (uniek)
12 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL
5.
Contracten met bedrijven
Aantal afgesloten overeenkomsten met externe partijen waarmee de mandataris betrokken is (contact leggen, onderhandelen bij NDA, MTA, consultancy, lab analyse, O&O)
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
% van instituut en aantal
Opmaak overeenkomsten en onderhandeling met externe partij
LEGENDE BIJ TABEL 1 EN TABEL 2 IOF parameters P1: doctoraatsdiploma’s P2: publicaties en citaties P3: industriële contractinkomsten P4: deelname aan Europese kaderprogramma’s P5: octrooien P6: spin-offs
Aantal doctoraatsdiploma's Aantal publicaties en citaties Omvang industriële contractinkomsten Omvang deelname aan Europese kaderprogramma's Aantal ingediende en goedgekeurde octrooien Aantal opgerichte spinoff's
KPIs IOF en interface beleidsplan KPI 1 KPI 2 KPI 3 KPI 4 KPI 5 KPI 6
Aantal bereikte onderzoekers Aantal bereikte bedrijven en externe actoren Aantal beleidsacties (intern/extern) Aantal overeenkomsten met externe actoren Aantal actieve spin-off dossiers (IOF, in oprichting, opgericht) Aantal actieve octrooigebonden en niet octrooigebonden IE dossiers
P3
KPI4
13 Industrieel Onderzoeksfonds AUHL – IOF-reglement AUHL