OPROEP 2015
VALORISATIECONSORTIUM Industrieel Onderzoeksfonds
Oproep en toelichting bij de aanvraag
INHOUD 1.
2.
3.
SITUERING .................................................................................................................................. 3 1.1.
Doel van het valorisatieconsortium .......................................................................................... 3
1.2.
Het Industrieel Onderzoeksfonds (IOF) ..................................................................................... 3
1.3.
IOF-raad ................................................................................................................................... 4
1.4.
IOF mandaten........................................................................................................................... 4
1.5.
Algemene principes .................................................................................................................. 7
1.6.
Samenstelling valorisatieconsortium ........................................................................................ 8
1.7.
Doel en taakinhoud van het IOF-mandaat ................................................................................. 9
1.8.
Profiel kandidaat .................................................................................................................... 10
1.9.
Aantal mandaten .................................................................................................................... 10
VOORWAARDEN ....................................................................................................................... 11 2.1.
Aanvraag tot oprichting van een IOF-valorisatieconsortium .................................................... 11
2.2.
Selectie van valorisatieconsortia en mandaten ....................................................................... 11
2.3.
Evaluatie ................................................................................................................................ 12
2.4.
Bench Fee............................................................................................................................... 12
TOELICHTING BIJ HET AANVRAAGFORMULIER ........................................................................... 13
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
2/17
1. SITUERING 1.1.
Doel van het valorisatieconsortium
Deze oproep heeft betrekking op de selectie van een aantal IOF-valorisatieconsortia, als eerste fase in de procedure tot aanstelling van IOF-mandaathouders (Business Developer). De oprichting van een IOF-valorisatieconsortium heeft tot doel verschillende onderzoeksgroepen samen te brengen teneinde voldoende kritische massa op te bouwen met een strategische meerwaarde voor de Associatie Universiteit Gent en een groot valorisatiepotentieel te genereren dat kan dienen als uitgangsbasis voor de IOF-mandaathouder, die zal instaan voor de actieve vermarkting ervan (en dit in nauwe samenwerking met de dienst UGent TechTransfer).
1.2.
Het Industrieel Onderzoeksfonds (IOF)
Het Industrieel Onderzoeksfonds is een intern financieringskanaal, dat in 2004 in het leven geroepen werd door de Vlaamse regering en dat bestemd is voor strategisch basisonderzoek. Dit fonds laat elke universiteit en haar associatie toe een eigen beleid te voeren dat gericht is op het opbouwen van een portefeuille aan potentieel toepassingsgerichte kennis met economische of gemengd economisch-maatschappelijke finaliteit. Het IOF situeert zich in het continuüm tussen het strategisch basisonderzoek en technologische innovatie en gaat samen met de opbouw van bijbehorende eigendomsrechten in de domeinen waarin de universiteit en haar associatie een kwalitatief hoogstaand potentieel heeft opgebouwd en/of een toonaangevende positie wenst in te nemen. Het IOF heeft dan ook als doel harmonieus aan te sluiten bij het valorisatiebeleid van de associatie universiteit en haar interfacewerking (UGent TechTransfer) en uiteindelijk te leiden tot een valorisatie en overdracht van de opgebouwde kennis ondermeer door samenwerking met het bedrijfsleven of door het oprichten van nieuwe bedrijven. De evolutie van de per universiteit en haar associatie toegekende middelen is gekoppeld aan de resultaten behaald in samenwerking met de industrie. In deze context wordt bij het definiëren van de diverse financieringskanalen binnen het IOF, zowel voor de selectie- en evaluatiecriteria voor ingediende projectvoorstellen als voor de na te streven doelstellingen van de diverse financieringskanalen rekening gehouden met de prestatieparameters die gehanteerd worden binnen de interuniversitaire verdeelsleutel (zie tabel 1). De overheidstoelage 2014 voor de AUGent, berekend op basis van de interuniversitaire verdeelsleutel aan de hand van de IOF-parameters, bedroeg 8.564.000euro, een procentueel aandeel van 31,37% in het globale Vlaamse budget (27.300.000 euro). De aan AUGent ter beschikking gestelde middelen worden verdeeld op basis van positieve adviezen van de IOF-raad. De IOF-raad bestaat uit leden van de Universiteit Gent, de Associatiepartners en het bedrijfsleven. De middelen worden verdeeld over IOF-mandaten en IOF-projecten. De besteding van de middelen is bij Besluit van de Vlaamse Regering ook aan regels onderworpen (IOF-Besluit). Minimaal 30% dient besteed aan IOFmandaten, maximaal 10% aan werking (dagelijks beheer IOF), maximaal 10% aan octrooikosten en de overige middelen aan projecten en projectkostvergoedingen (bench fees).
Met het IOF beoogt de Associatie Universiteit Gent volgende doelstellingen: • • •
het bevorderen van de samenwerking tussen AUGent-onderzoeksgroepen en bedrijven; het bevorderen van toepassingsgerichte technologieontwikkeling; creatie van een strategisch commerciële octrooiportefeuille;
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
3/17
• •
implementatie van technologieën in een marktomgeving; bevorderen van multidisciplinaire samenwerkingsverbanden;
Tabel 1:
prestatieparameters voor de berekening van de IOF verdeelsleutel (sinds 2011)
Parameter
Gewicht
P1: Doctoraten P2 : A1-publicaties en citaties P3: Industriële contracten P4: EU-kaderprogramma P5: Octrooien P6: Spin-offs
1.3.
0,15 0,15 0,30 0,10 0,15 0,15
IOF-raad
De IOF-raad adviseert het associatie universiteitsbestuur rechtstreeks nopens alle beslissingen inzake toewijzing en beheer die met de besteding van het IOF verband houden en die de opvolging van de door het IOF gefinancierde mandaten en projecten betreffen. De samenstelling van de IOF-raad is gekenmerkt door een diversiteit aan expertises met leden afgevaardigd vanuit de universiteit, hogescholen en het bedrijfsleven.
1.4.
IOF mandaten (Business Developers)
Het voorliggend programma heeft de aanwerving van IOF-mandaathouders als finaliteit ter versterking van valorisatieconsortia met een kritische massa of ruim potentieel aan toegepast onderzoek met een strategisch karakter. De mandaten betreffen contractuele aanstellingen van onbepaalde tijd. Een IOF-mandaat is specifiek bestemd om valorisatieconsortia te ondersteunen in de uitbouw en valorisatie van industrieel relevant onderzoek. Concreet beoogt de Universiteit Gent de aanwerving van medewerkers met een ondernemende ingesteldheid en een minimale industriële ervaring. Hun activiteiten moeten leiden tot valorisatie van onderzoeksactiviteiten, hetgeen een verhoging inhoudt van voornoemde IOF prestatieparameters, in het bijzonder P3 tot P6 (tabel 1). Op voorstel van de IOF-raad dd. 15 december 2014 verloopt de invulling van de IOF-mandaten in drie fasen. In een eerste fase zal gevraagd worden om een intentieverklaring in te dienen met een samenvatting van het consortiumvoorstel. Op basis hiervan zal een preselectie plaatsvinden. In deze fase zullen volgende selectiecriteria gehanteerd worden: -
Relevante trackrecord valorisatiepotentieel
op
vlak
-
Strategisch belang van het toepassingsdomein/expertisedomein/platform voor de AUGent, vandaag of op middellange termijn (4-5 jaar)
-
Complementariteit ten opzichte van bestaande consortia (zie pagina 5 en figuur)
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
van
valorisatie-activiteiten
en
aantoonbaar
en
significant
4/17
-
Inzicht in de markten gerelateerd aan het domein en een duidelijke visie op de toekomstige valorisatieactiviteiten
In een tweede fase worden de valorisatieconsortia geselecteerd. De oproep wordt opengesteld voor zowel valorisatieconsortia met een kritische massa aan toepassingsgericht onderzoek met een strategisch karakter met potentieel op toekomstige valorisatiepotentieel als valorisatieconsortia met reeds aantoonbare valorisatieactiviteiten die verder versterkt en uitgebouwd kunnen worden.... In deze fase zullen volgende (diepgaandere) selectiecriteria gehanteerd worden: -
Het strategische karakter van het toepassingsdomein/expertisedomein/technologie/platform
-
De bijdrage ervan tot de uitbouw van een ruim innovatief kennisplatform met brede toepassing- en verdere ontwikkelingsmogelijkheden
-
Het belang en de omvang van het verwachte economische valorisatiepotentieel
-
De voorgestelde valorisatiedoelstellingen en –strategie voor het uitwerken van het valorisatieplan inclusief positionering ten opzichte van bestaande consortia
-
De aanwezige competentie, trackrecord, multidisciplinariteit en potentieel in de schoot van de aanvragers om het voorgestelde valorisatieplan uit te voeren
-
De aanwezige competentie/trackrecord op vlak van valorisatieactiviteiten (bv. m.b.t. octrooien, industriële contracten, oprichting van spin-offs, transfer van innovatieve onderzoeksresultaten (technologievermarkting)
In een derde fase wordt dan voor elk geselecteerd valorisatieconsortium via een gerichte publieke vacature een kandidaat gezocht voor de invulling van het IOF-mandaat. De invulling van het mandaat is afhankelijk van de omvang, de doelstellingen en het strategisch belang van het valorisatieconsortium. De selectie van het consortium (eerste en tweede fase) gebeurt door de IOF-raad. Bij de werving en selectie van de kandidaat (met inbegrip van het opstellen van het vacaturebericht) door de IOF-raad (derde fase) wordt tevens het valorisatieconsortium betrokken. Op vandaag zijn 19 IOF-valorisatieconsortia actief (zie figuur hieronder). Aangezien reeds een brede waaier aan applicatie- en expertisedomeinen wordt afgedekt door deze IOF-consortia (die allen minstens 3 jaar werkzaam zijn), zal bij de beoordeling van de nieuwe aanvragen tot consortia ook rekening gehouden worden met de mate waarin de nieuwe voorstellen complementair zijn aan of raakvlakken hebben met bestaande consortia. Het strekt tot aanbeveling dat de nieuwe consortia zich enerzijds voldoende onderscheiden van bestaande in termen van een duidelijke aflijning van het werkgebied en anderzijds potentieel bieden tot samenwerking op basis van complementaire applicatietoepassingen of vereiste expertise.
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
5/17
Wanneer voorstellen vanuit bestaande consortia geformuleerd worden, dient rekening gehouden met volgende voorwaarde: In het geval een groot consortium gesplitst wordt, op voorwaarde dat er een uitbreiding is van het aantal consortiumleden, dient van meet af aan duidelijk aangegeven welke de inhoudelijke aflijning is van de expertisedomeinen (op onderzoeksvlak) van beide mandaathouders. Er dient over gewaakt dat de nieuw aan te stellen mandaathouder eenzelfde carrièreperspectief heeft met mogelijkheden tot doorgroei binnen het consortium naar een senior mandaathouder met een afzonderlijk werkgebied en eigen persoonlijke doelstellingen. In dit geval zal het consortium moeten aangeven hoe de ontwikkeling en positionering van de nieuwe mandaathouder gezien wordt. Een inhoudelijke opsplitsing (op basis van het onderzoeksdomein) zal zich moeten realiseren. Het consortium dient bij de aanvang ook een tijdspad aan te geven waarop deze zich zal realiseren. Een hiërarchische aansturing door de senior mandaathouder is hierbij uitgesloten.
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
6/17
Via de IOF-mandaten wordt een volwaardig loopbaanperspectief geboden binnen een stimulerend statuut. In overeenstemming met het IOF-Besluit ter zake zal de Universiteit Gent een regelmatige evaluatie van de prestaties van de IOF-mandaathouders organiseren. De IOF-raad is verantwoordelijk voor de tweejaarlijkse evaluatie van de IOF-mandaathouders en voor de goedkeuring van hun tweejaarlijks werkplan. Voor alle bepalingen betreffende het IOF-statuut, loonschalen en evaluatieprocedure wordt verwezen naar het desbetreffende UGent-reglement op de portaalsite onder volgende URL (inloggen met UGent-account): https://www.ugent.be/intranet/nl/reglementen/werken/personeel/postdoc/iof-postdoc.pdf/view (reglement van de Universiteit Gent met betrekking tot de IOF-mandaten, Raad van Bestuur van de Universiteit Gent dd. 1 11/12/2009).
1.5.
Algemene principes
De valorisatieconsortia dienen te voldoen aan de volgende criteria: a. de consortia dienen een aantoonbare relevante track-record te kunnen voorleggen op het vlak van valorisatieactiviteiten (industriële projecten, patenten, spin-offs,…) en/of er moet een significant valorisatiepotentieel zijn; b. de consortia moeten kunnen aantonen dat het onderzoeksdomein waarin ze actief zijn strategisch belangrijk is voor de AUGent of dat op middellange termijn (4-5 jaar) kan zijn; c. de valorisatieconsortia moeten een inzicht hebben in de markten gerelateerd aan hun domein en moeten een duidelijke visie hebben op toekomstige valorisatieactiviteiten.
Volgende principes worden vooropgesteld voor de invulling van de IOF-mandaten: a. mandaten zijn persoonsgebonden; b. de invulling van de mandaten moet gericht zijn op de valorisatie van kennis vanuit de universiteit en haar Partnerinstellingen naar de industrie; c. kandidaten moeten op een zelfstandige manier kunnen functioneren teneinde ondernemerschap te stimuleren en eigen prestatiedoelstellingen te kunnen realiseren; d. kandidaten moeten zelf instaan voor het werven van onderzoeksmiddelen, bij voorkeur via toepassingsgerichte onderzoeksfondsen of private bedrijfsfinanciering; e. kandidaten dienen het valorisatiepotentieel van hun eigen valorisatieconsortium actief uit te bouwen (project drafting (valorisatieluik), partnering, licensing, spin-off development) en dit in samenspraak en overleg met de dienst UGent TechTransfer; f. de invulling van de mandaten moet een toename in het aantal industriële, IWT- en Europese projecten, de gerichte uitbouw van een strategische octrooiportefeuille en/of de oprichting van spin-offs nastreven; g. de invulling van de IOF-mandaten dient excellentie na te streven met strenge selectievoorwaarden en een consequente kwaliteitszorg; 1
Een aangepast loopbaanmodel voor de IOF-mandaathouders is in uitwerking, alsook een aangepast Reglement met betrekking tot de IOF-mandaten. Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
7/17
h. mandaten dienen zo ruim mogelijk te worden opengesteld (“brain gain”) om de interne dynamiek verder te bevorderen; i. De mandaathouders werken nauw samen met de dienst UGent TechTransfer teneinde te bereiken dat hun activiteiten maximaal samenvallen met de belangen van de Associatie Universiteit Gent. De dienst UGent TechTransfer biedt de mandaathouders professionele ondersteuning op het vlak van technologietransfer gerelateerde diensten (bescherming van intellectuele eigendom, opstellen en onderhandelen van contracten, licensing, spin-off development,…);
1.6.
Samenstelling valorisatieconsortium
Het valorisatieconsortium dient te zijn samengesteld uit minimum 2 promotoren van verschillende onderzoeksgroepen. Met onderzoeksgroep wordt bedoeld de groep of groepen binnen de Associatie Universiteit die samenwerken aan een gemeenschappelijk onderzoeksthema, ongeacht of de groep of groepen samenvallen met de structuren binnen de betreffende faculteit of faculteiten. Het strekt tot aanbeveling om valorisatieconsortia samen te stellen die voldoende kritische massa heeft (aantal onderzoekers) en die actief zijn in een domein waarvan kan aangetoond worden dat het strategisch belangrijk is voor de Universiteit Gent. Verder dienen zij breed te zijn in thematiek, doch met een duidelijke focus op een of meerdere technologiedomeinen met een aantoonbaar valorisatiepotentieel op korte en middellange tot lange termijn. De promotor-coördinator van het valorisatieconsortium is een personeelslid verbonden aan de Universiteit Gent, die behoort tot het Zelfstandig Academisch Personeel of is onderzoeksdirecteur met contract van onbepaalde duur bij het FWO Vlaanderen. De promotor-coördinator treedt op als contactpersoon voor het valorisatieconsortium en is verantwoordelijk voor de goede werking ervan. De IOF-mandaathouders zullen (administratief en fysisch) worden toegevoegd aan de vakgroep van de promotor-coördinator. Naast de promotor-coördinator kunnen ook nog andere personeelsleden behorend tot de voormelde categorie optreden als promotor. Promotoren worden geacht actief te zijn in de kern van het technologiedomein. Co-promotoren betreffen leden van het consortium met een eerder ondersteunende of toepassingsgerichte bijdrage. Zij moeten een reële meerwaarde hebben voor het IOF-valorisatieconsortium en moeten behoren tot één van de volgende categorieën: a)
de gastprofessoren van de Universiteit Gent;
b)
wetenschappelijke medewerkers met een doctoraat die werkzaam zijn binnen de Universiteit Gent via een aanstelling aan de Universiteit Gent (met inbegrip van FWO postdoctorale onderzoekers, IOFmandaathouders en IWT innovatiemandaten), het Universitair Ziekenhuis, VIB, IMEC, iMinds en/of Vlerick Leuven Gent Management School;
c)
personeelsleden die verbonden zijn aan één van de hogescholen uit de Associatie Universiteit Gent en die het verrichten van wetenschappelijk onderzoek tot hun opdracht hebben;
d)
personeelsleden met een doctoraat die werkzaam zijn binnen de Associatie Universiteit Gent via een combinatie van deeltijdse aanstellingen of benoemingen aan één of meerdere partners van de Associatie Universiteit Gent (met inbegrip van FWO postdoctorale onderzoekers en IWT innovatiemandaten), het Universitair Ziekenhuis, VIB, IMEC, iMinds en/of Vlerick Leuven Gent Management School;
e)
externe postdocs die voltijds of deeltijds werkzaam zijn in een bedrijf.
Elk valorisatieconsortium dient tevens een stuurgroep op te richten.
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
8/17
De stuurgroep staat in voor de begeleiding en opvolging van de dagelijkse werking/functionering van de mandaathouder en fungeert als klankbord. Daarnaast werkt de stuurgroep samen met de mandaathouder een strategisch plan uit voor het consortium en speelt samen met de mandaathouder een cruciale rol in het prioriteren van het vaak grote aantal valorisatieprojecten binnen het consortium. De promotor en de stuurgroep zullen er onder meer op toezien dat er een evenwichtige ondersteuning is van de IOF-mandaathouder naar de verschillende leden van het consortium, maar met behoud van de mogelijkheid om bepaalde activiteiten te prioriteren. De IOFraad evalueert de goede werking en de output van de consortia en van de IOF-mandaathouder.
1.7.
Doel en taakinhoud van het IOF-mandaat
De succesvolle kandidaat bouwt een structuur uit rond meerdere complementaire AUGent onderzoeksgroepen (valorisatieconsortium) gericht op actieve marktintroductie en verdere ontwikkeling van aanwezige innovatieve onderzoeksresultaten. Het is zijn/haar taak om het consortium te profileren binnen de industriële sector, om technologieën op te sporen binnen het consortium en actief te vermarkten, om grootschalige ontwikkelingsprojecten op te zetten in samenwerking met de industrie, en om onderzoekers binnen het consortium te coachen, te ondersteunen en te begeleiden op het vlak van exploitatie. De taken van de IOF-mandaathouder moeten gericht zijn op de ontwikkeling en doorstroming van nieuwe technologieën naar de industrie waarbij het doel is de IOF-prestatieparameters van de Universiteit Gent te verhogen. De primaire taken voor de mandaathouder bestaan uit, maar zijn niet gelimiteerd tot: •
stimuleren en vooral ondersteunen van deelname aan industriële onderzoeksprogramma’s (bv. via IWT, EU, …);
•
verhogen van de onderzoeksinteractie met de industrie;
•
stimuleren en vooral begeleiden van technologieontwikkeling en valorisatie (IP, proof-of-concept, vermarkting, …);
•
identificeren, consolideren en opvolgen van strategische partnerships met bedrijven welke een toegevoegde waarde hebben voor het consortium;
•
identificeren en vermarkten van valoriseerbare onderzoeksresultaten binnen het consortium door het afsluiten van R&D contracten, licentieovereenkomsten of het oprichten van spin-offs;
•
het uitwerken van interne technologieplatformen;
samenwerkingsverbanden
gericht
op
de
ontwikkeling
van
Voor de meer grootschalige valorisatieconsortia worden volgende bijkomende taken voorzien: •
interne organisatie van het consortium (uitwerken en implementatie van een korte tot middellange strategie, oog hebben voor uitbreidingen of nieuwe opportuniteiten, uitspelen van sterktes, oplossen van zwaktes, …);
•
profileren van het consortium op nationaal en internationaal vlak bij bedrijven en overheden (technology offers, web presence, business events), o.m. met het oog op het ontwikkelen van partnerships.
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
9/17
1.8. •
Profiel Kandidaat
Bezit een doctoraatsdiploma of minstens vijf jaar relevante industriële werkervaring in minstens twee van de volgende domeinen: o o o o
R&D- en project management valorisatie van onderzoek in het algemeen business development in een business-to-business omgeving vermarkting van intellectuele eigendomsrechten (octrooien, software, enz.,…)
•
Een bijkomende bedrijfsgerichte opleiding (o.a. MBA) is een pluspunt;
•
Heeft een ondernemende ingesteldheid met een sterke persoonlijkheid;
•
Beschikt over uitgesproken communicatieve vaardigheden en is een sterk onderhandelaar;
•
Werkt resultaatsgericht en heeft bij voorkeur enkele jaren ervaring met technologietransferprocessen en projectmanagement;
•
Bezit een gedegen wetenschappelijke kennis en/of expertise in de relevante technologiedomeinen met een brede kijk op de valorisatie-opportuniteiten.
1.9.
Aantal mandaten
Voor de oproep 2014 worden een aantal mandaten ter beschikking gesteld en dit in functie van het volume aan kwaliteitsvolle dossiers en afhankelijk van de beschikbare financiële middelen. Bij ontbreken van voldoende geschikte kandidaturen worden de mandaten overgeheveld naar een volgende oproep.
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
10/17
2. VOORWAARDEN 2.1.
Aanvraag tot oprichting van een IOF-valorisatieconsortium
a.
Een valorisatieconsortium dient te voldoen aan de voorwaarden zoals beschreven onder deel 1;
b.
De samenstelling van het valorisatieconsortium is dynamisch in de tijd;
c.
Elk van de leden van het IOF-valorisatieconsortium draagt wezenlijk bij tot het consortium onder de vorm van valoriseerbare onderzoeksmassa of de directe ondersteuning ervan;
d.
De aanvraag dient te gebeuren onder de vorm van een valorisatieplan, minstens bevattend historiek/track record van het consortium, doelstellingen, SWOT, road map, organisatiestructuur (zie toelichting bij het aanvraagformulier);
e.
De aanvragen voor een IOF-valorisatieconsortium worden in het Nederlands of het Engels ingediend. Indien een aanvraag in het Engels wordt ingediend, dient een Nederlandstalige samenvatting bij de aanvraag te worden gevoegd;
f.
De aanvragen voor een IOF-valorisatieconsortium moeten worden ingediend op de voorziene invulformulieren. Deze formulieren kunnen worden aangevraagd via de IOF-coördinator via
[email protected] .
2.2.
Selectie van valorisatieconsortia en mandatarissen
De invulling van de IOF-mandaten gebeurt in drie fasen, waarbij in een eerste fase een preselectie wordt uitgevoerd op basis van een intentie tot indiening met samenvatting van het consortiumvoorstel en in een tweede fase wordt het valorisatieconsortium geselecteerd. In een derde fase wordt voor elk geselecteerd valorisatieconsortium via een gerichte publieke vacature een kandidaat gezocht voor de invulling van het IOFmandaat. De selectie van het consortium gebeurt door de IOF-raad op basis van een aantal vooraf bepaalde criteria met betrekking tot het voorgestelde valorisatieplan, de track-record op het vlak van valorisatie-activiteiten en het valorisatiepotentieel. Bij de werving en selectie van de kandidaat mandaathouder wordt tevens het valorisatieconsortium betrokken. IOF-mandaten worden toegekend door de Raad van Bestuur van AUGent op advies van de IOF-raad. De voorzitter van de IOF-raad bekrachtigt de beslissingen van de Raad van Bestuur AUGent m.b.t. aanstellingen van IOFmandaathouders binnen UGent. De IOF-raad bepaalt in de meerjarenbegroting het aantal IOF-mandaten die kunnen worden toegekend. De IOFraad kan hierbij meerdere mandaattypes definiëren. De IOF-raad beslist over de functieomschrijving en taakinhoud van ieder mandaattype. De kandidaten dienen tegemoet te komen aan de specifieke doelstellingen van het IOF en de AUGent zoals bepaald in de oproepdocumenten. De IOF-raad bepaalt op welke wijze de oproepen worden bekendgemaakt. Ze worden minstens op de portaalsite van de universiteit geplaatst. Elk IOF-mandaat is strikt persoonsgebonden en is specifiek bestemd om onderzoekers en ondersteunende onderzoeksgroepen toe te laten een belangrijke bijdrage te leveren tot de valorisatie van wetenschappelijke onderzoeksresultaten naar de industrie toe.
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
11/17
2.3.
Evaluatie
Via de IOF-mandaten wordt een volwaardig loopbaanperspectief geboden binnen een stimulerend statuut. In overeenstemming met het IOF-Besluit ter zake zal de Universiteit Gent een regelmatige evaluatie van de prestaties van de IOF-mandaathouders organiseren. De IOF-raad is verantwoordelijk voor de tweejaarlijkse evaluatie van de IOF-mandaathouders en voor de goedkeuring van hun tweejaarlijks werkplan. Voor alle bepalingen betreffende het IOF-statuut, loonschalen en evaluatieprocedure wordt verwezen naar het desbetreffende UGent-reglement op de portaalsite onder volgende URL (inloggen met UGent-account): https://www.ugent.be/intranet/nl/reglementen/werken/personeel/postdoc/iof-postdoc.pdf/view (reglement van de Universiteit Gent met betrekking tot de IOF-mandaten, Raad van Bestuur van de Universiteit Gent dd. 2 11/12/2009).
Gelijktijdig maar onafhankelijk van de evaluatie van de mandaathouder zal ook het valorisatieconsortium geëvalueerd worden, wat kan leiden tot de aanbeveling om de samenstelling van het consortium te heroriënteren.
2.4.
Bench Fee
Aan elke IOF-mandaathouder zal een jaarlijkse bench fee worden toegekend. Deze bench fee wordt beschouwd als primair werkingskrediet en bedraagt minimum 15.000 euro en maximum 22.500 euro, afhankelijk van het niveau van de IOF-mandaathouder.
2
Een aangepast loopbaanmodel voor de IOF-mandaathouders is in uitwerking, alsook een aangepast Reglement met betrekking tot de IOF-mandaten. Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
12/17
3. TOELICHTING BIJ HET AANVRAAGFORMULIER EN SPECIFIEKE RICHTLIJNEN VOOR HET INVULLEN ERVAN In te vullen met lettertype Arial 11. Indien de lay-out, lengte of het lettertype gewijzigd worden is de aanvraag onontvankelijk. IOF-consortiumaanvragen dienen te voldoen aan de ontvankelijkheidscriteria voor indiening, zowel op vormelijk als op inhoudelijk niveau, waarbij dient beantwoordt aan de vooropgestelde richtlijnen, zoals voorgeschreven in dit oproepdocument.
3.1. 3.1.1
Administratieve gegevens
Titel/onderwerp van het valorisatieconsortium
Bondige titel van het valorisatieconsortium.
3.1.2
Promotor-coördinator (slechts één toegelaten)
De voorstellen moeten worden ondersteund door een promotor die verbonden is aan de Universiteit Gent en die behoort tot het Zelfstandig Academisch Personeel of onderzoeksdirecteur met contract van onbepaalde duur bij het FWO Vlaanderen is. Deze promotor treedt op als contactpersoon voor het valorisatieconsortium. De IOF mandaathouder zal toegevoegd worden aan de vakgroep van de promotor-coördinator. Indien de promotor in hetzelfde of volgende jaar van indiening van het voorstel tot valorisatieconsortium op emeritaat gaat, wordt vereist dat naast de promotor ook de naam van een andere promotor die bij het emeritaat van de eerste, als nieuwe contactpersoon voor het valorisatieconsortium zal optreden, vermeld wordt. De promotor-coördinator dient in het daartoe voorziene vak de aanvraag te dateren en handtekenen.
3.1.3
Overige promotoren (minstens één)
Promotoren behorend tot dezelfde categorie als de promotor-coördinator, wiens groepen samen een valorisatieconsortium vormen. De samenstelling van het valorisatieconsortium moet een aantoonbare meerwaarde hebben voor het realiseren van het valorisatieplan. Er dient minstens 1 promotor, behorend tot een andere onderzoeksgroep dan de promotor-coördinator, te worden vermeld. 3.1.4
Copromotoren
Deelname van copromotoren aan een valorisatieconsortium kan, maar moet een aantoonbare meerwaarde hebben voor het realiseren van het valorisatieplan. Zie 1.6 voor de richtlijnen met betrekking tot copromotoren.
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
13/17
U dient hun statuut (inclusief de aard en duur van hun aanstelling) te specificeren op de invulformulieren. Het copromotorschap is niet verzoenbaar met een aanstelling ten laste van het project. De copromotor dient in het daartoe voorziene vak de aanvraag te dateren en te handtekenen.
3.1.5
Eventuele contactpersoon
Persoon te contacteren bij eventuele onbeschikbaarheid van de promotor-coördinator tijdens de selectiefase. 3.1.6
Stuurgroep
U dient hier een overzicht te geven van de samenstelling en werking van de stuurgroep.
3.2.
3.2.1
Valorisatieconsortium
Executive Summary (1 pagina)
Geef een krachtige, bondige samenvatting van het voorgestelde consortium (max. 1 pagina). 3.2.2
Onderzoeksdomein en/of technologie (toepassings- of expertisedomein)
Geef hier een bondige omschrijving van het onderzoeksdomein waarbinnen uw valorisatieplan zich situeert of van de technologie(ën)/expertisedomeinen die het onderwerp van het valorisatieconsortium uitmaken (maximum 1 pagina). 3.2.3
Strategische waarde
Toon duidelijk aan dat het domein waarin het valorisatieconsortium actief is de Associatie Universiteit Gent zal toelaten om zich op middellange en lange termijn strategisch te positioneren in dit domein. 3.2.4
SWOT-Analyse
Geef hier een overzicht van de sterktes, zwaktes, opportuniteiten en bedreigingen m.b.t. uw valorisatieplan. Volgende aandachtspunten dienen daarbij aan bod te komen, doch zijn niet limitatief: − In welk stadium bevindt zich de technologie/het onderzoeks- of expertisedomein? − Zijn er voldoende maatregelen genomen voor de juridische bescherming van de technologie (octrooien, auteursrechten, knowhow-overeenkomsten)? − Hoe doeltreffend zijn de octrooien? − Wat is de ‘freedom to operate’? − Zijn er ondernemingen/onderzoeksgroepen met een verder gevorderde technologie en zo ja, worden er inspanningen geleverd om minstens op hetzelfde niveau te geraken en zo mogelijk de concurrentie steeds een stap voor te blijven? − Bestaan er bijkomende mogelijkheden ter bescherming van de technologieën (door bijvoorbeeld productiesnelheid of geheimhouding van de productspecificiteit)? − Worden er nieuwe technologieën ontwikkeld die toepasbaar zullen zijn binnen korte termijn (bijvoorbeeld binnen de volgende drie jaar)? Zijn er factoren die hun ontwikkeling of toepassing in de weg staan?
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
14/17
− Welke zijn de voornaamste onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten en de hieraan verbonden risico’s? − Zijn er reglementeringen van toepassing op de producten en technologieën? Zijn hiervoor bijkomende onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten vereist (bijvoorbeeld op het gebied van het productieproces, de verpakking, opslag, transport,…).
3.3. 3.3.1
Economisch valorisatiepotentieel
Valorisatiedoelstellingen
Formuleer in dit onderdeel de algemene brede doelstellingen op korte en middellange termijn. De doelstellingen moeten ambitieus zijn maar ook realistisch. Ze moeten concreet worden geformuleerd zodat hun realisatie meetbaar wordt. Dit kan onder meer het volgende inhouden: − verhoogde contractuele samenwerking met de industrie via contractonderzoek of via bilaterale onderzoeksprojecten (bijv. IWT) en/of Europese projecten − uitbouwen strategische octrooiportefeuille − oprichting spin-off − valoriseren bestaande technologie (via bijv. uitlicentiëring) − afzet verzekeren door strategische partnering −… 3.3.2
Road map
Geef hier een overzicht van de mijlpalen en deliverables binnen uw valorisatieplan. Dit dient gedetailleerd/concreet te gebeuren voor de korte termijn (3-4 jaar) en beknopt voor de middellange termijn.
3.3.3 Marktrelevantie Geef aan waar u denkt dat op korte en middellange termijn een markt is voor mogelijke producten of diensten die uit uw valorisatieplan voortvloeien, beschrijf de potentiële markt(en) voor de beoogde innovaties, wie de belangrijkste potentiële afnemers zijn, wie de concurrenten zijn, wat hun positie is t.o.v. u, …Beschrijf eventueel welke factoren deze markt(en) zouden kunnen beïnvloeden (e.g. bepaalde regelgeving, consumer trends, …). Geef aan welke aanbieders er reeds zijn voor gelijkaardig(e) producten/technologieën/diensten.
3.4.
3.4.1.
Kwalificaties van het valorisatieconsortium
Context en strategie van de (co)promotor(en) in relatie tot het ingediende voorstel
In dit gedeelte moet het voorgestelde valorisatieplan gesitueerd worden in het kader van de verschillende onderzoeksonderwerpen die relevant zijn voor het project en die momenteel door het valorisatieconsortium worden bestudeerd of in de toekomst zullen bestudeerd worden. Een aanduiding kan gebeuren van eventuele andere onderzoeksonderwerpen van de (co)promotor(en). Wanneer het een volledig nieuw onderwerp betreft voor de (co)promotor(en) dan moet dit kort worden toegelicht en gemotiveerd. Geef tevens een schematisch overzicht van de samenstelling van het valorisatieconsortium met een beschrijving van de taakverdeling tussen de onderzoeksgroepen in relatie tot de aanwezige competentie (organogram).
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
15/17
3.4.2. Meest relevante publicaties van het valorisatieconsortium in verband met het voorgestelde valorisatieplan (maximaal tien) Hier dienen de meest relevante publicaties (maximaal 10) van de (co)promotor(en) in verband met het voorgestelde valorisatieplan vermeld te worden.
3.5.
3.5.1.
Bijkomende informatie
Octrooien en octrooiaanvragen van het valorisatieconsortium
Gepubliceerde en niet-gepubliceerde octrooien en octrooiaanvragen van het valorisatieconsortium relevant voor het realiseren van het valorisatieplan en waartoe de AUGent exploitatierechten bezit, geordend per octrooifamilie met vermelding van het aanvraagnummer, aanvragers, aanvraagdatum en titel evenals aanduiding van de ‘freedom to operate’. 3.5.2. Lopende en recent afgesloten onderzoeksprojecten en mandaten evenals nieuwe toekenningen relevant voor het realiseren van het valorisatieplan De intern/extern gefinancierde onderzoeksprojecten van de onderzoeksgroep(en) in de voorbije drie jaar worden opgenomen met vermelding van de aard (Bedrijf, FWO-project, BOF, FWO-aspirant, maar tevens desgevallend VIB, IMEC en iMinds financiering enz.), de looptijd en het toegekende bedrag. Bij samenwerking met andere instellingen enkel het gedeelte van de financiering voor UGent opgeven. Indien het om mandaten gaat, dient de duur van het mandaat te worden opgegeven evenals de naam van de mandaathouder. Projecten zonder financiering niet vermelden. Nieuwe toekenningen voor onderzoeksprojecten worden op analoge manier aangegeven. 3.5.3.
Reeds gerealiseerde spin-offs van het valorisatieconsortium
Gelieve hieronder de naam, oprichtingsdatum en betreffende onderzoeksgroep voor de gerealiseerde spin-offs op te geven, samen met een beknopte omschrijving van de activiteiten van de spin-off (2 regels). Onder spin-offs wordt verstaan bedrijven, ondernemingen met rechtspersoonlijkheid overeenkomstig de wetten op de handelsvennootschappen, waarvan de bedrijfsactiviteit gericht is op de valorisatie van wetenschappelijke kennis, resultaten van wetenschappelijk of projectmatig wetenschappelijk onderzoek, technologie of administratieve of logistieke innovaties ontwikkeld aan de universiteit. Het moet m.a.w. gaan over een nieuwe onderneming wiens oprichting afhankelijk is van het gebruik van kennis en intellectuele eigendom gecreëerd of ontwikkeld aan de universiteit. Louter financiële participaties komen niet in aanmerking.
3.5.4.
Valorisatieovereenkomsten van het valorisatieconsortium
Lijst van alle overeenkomsten met derde partijen gericht op de exploitatie (licentie, transfer, optie) van onderzoeksresultaten van het valorisatieconsortium in de periode 2008-2014. Vermeld volgende nietvertrouwelijke gegevens: in exploitatie gegeven technologie, startdatum overeenkomst (en ev. einddatum) en exclusiviteitstatus (exclusief / niet-exclusief). Om confidentialiteitsredenen de namen van bedrijven niet vermelden maar vervangen door een omschrijving (internationaal bedrijf, farmaceutisch bedrijf,…).
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
16/17
4. INDIENING De uiterste INDIENDATUM voor de intentie tot indiening inclusief samenvatting is vastgesteld op vrijdag 27 februari 2015 om 17 uur.
De uiterste INDIENDATUM voor de volledige consortiumaanvraag (na positieve preselectie van de intentie) is vastgesteld op: 15 mei 2015 om 17.00 uur
De aanvragen dienen elektronisch te worden bezorgd aan
[email protected]
Voor bijkomende informatie kan u zich wenden tot de dienst UGent TechTransfer, Dr. Ingrid Merchiers,
[email protected] (09/264.99.51). Desgevallend kan ook een afspraak worden gemaakt.
Oproep en toelichting IOF-Valorisatieconsortium 2015
17/17