Wilhelmina Ziekenhuis Assen
Vertrouwd en dichtbij
Informatie voor patiënten
Intra-uteriene inseminatie (IUI)
zz
Intra-uteriene inseminatie (IUI) is het kunstmatig inbrengen van zaadcellen in de baarmoederholte. In deze folder leest u wat IUI precies inhoudt en wanneer u in aanmerking komt voor deze behandeling.
2
Normale bevruchting In een natuurlijke situatie komen zaadcellen na een zaadlozing terecht in de buurt van de baarmoedermond. Via het slijm van de baarmoedermond komen de zaadcellen daarna in de baarmoederholte en bewegen zich dan verder naar de eileiders. Na de eisprong komt er vanuit de eierstok een eicel in een van de eileiders. Daar vindt vervolgens de bevruchting plaats.
Wat is IUI? Bij IUI worden in het laboratorium de beste zaadcellen geselecteerd. Deze worden op de polikliniek Gynaecologie rechtstreeks in de baarmoederholte gebracht. De zaadcellen komen dan dichter bij de eileiders, zodat meer zaadcellen de kans hebben om de eicel te bevruchten. Een goede timing is bij IUI erg belangrijk. De kans op een zwangerschap is namelijk het grootst als IUI plaatsvindt rond het moment van de eisprong. IUI wordt vaak gecombineerd met het toedienen van hormonen.
Voorwaarden voor IUI U komt voor IUI in aanmerking: als er minder zaadcellen zijn dan normaal of als de zaadcellen minder beweeglijk zijn; als het slijm van de baarmoedermond van slechtere kwaliteit is; als een zwangerschap uitblijft zonder duidelijke oorzaak. (Indien uit oriënterend fertiliteitsonderzoek is gebleken dat er geen aanwijsbare oorzaak is voor het uitblijven van een zwangerschap, wordt altijd eerst afgewacht of u toch niet spontaan zwanger wordt. De kans dat u spontaan zwanger wordt, is, afhankelijk van uw leeftijd, namelijk groter dan de kans dat u door IUI zwanger wordt. Hoe lang deze periode van afwachten duurt, hangt dus ook af van uw leeftijd.)
3
Kans op een zwangerschap door IUI Bij het ouder worden neemt de kans op een spontane zwangerschap af. Ook voor het succes van IUI speelt uw leeftijd een belangrijke rol. Per IUIbehandeling is er gemiddeld 10% kans dat u zwanger wordt. Hoe groot de kans precies is, hangt af van uw leeftijd en de reden van de ingreep. Meestal vinden er 3 tot 6 behandelingen plaats. Na zes behandelingen is de kans dat u zwanger bent 25 tot 35 %. De meeste vrouwen zijn dus na zes behandelingen nog niet zwanger. Als IUI geen zwangerschap tot gevolg heeft, zal de gynaecoloog na de laatste behandeling met u en uw partner bespreken welke stappen u verder kunt zetten om tot een zwangerschap te komen.
Gebruik van hormonen IUI wordt vaak gecombineerd met hormonen als het nodig is om de groei van follikels (eiblaasjes) te stimuleren. Ook kunnen hormonen worden toegediend om het moment van de eisprong beter te kunnen sturen. De hormonen die worden gebruikt bij IUI, hebben vrijwel geen bijwerkingen. Bij een hormoonbehandeling worden onderhuidse injecties gebruikt. Het injecteren kunt u zelf leren.
4
Timing van de inseminatie Om de kans op een bevruchting met IUI zo groot mogelijk te maken, moet de inseminatie plaatsvinden in de vruchtbare periode, dichtbij het moment van de eisprong. Om dit moment te timen, zijn er verschillende methoden (eventueel in combinatie met elkaar) te gebruiken. Urinetest 24 tot 30 uur voor de eisprong maakt de hypofyse het hormoon LH aan. Dit hormoon komt ook terecht in de urine. De urinetest op LH kunt u zelf thuis doen, bij voorkeur tweemaal per dag. Als de test positief is, belt u naar de polikliniek Gynaecologie en wordt de inseminatie 20 tot 30 uur later verricht. Echo Met een inwendige echo is het mogelijk om de eierstokken in beeld te brengen en de groei (en eventueel het aantal) van de follikels te beoordelen. Zo kan het tijdstip van de eisprong worden geschat. LH-injectie Aan de hand van de uitkomsten van de inwendige echo kan het moment van de eisprong worden gestuurd door via een onderhuidse injectie een kunstmatige LH-piek toe te dienen. Dit moet 24 tot 32 uur voor de geplande inseminatie gebeuren. U kunt dit zelf doen.
5
Selecteren van zaadcellen Een zaadlozing bestaat voor het grootste gedeelte uit vloeistof van de prostaat met daarin de zaadcellen. Voor de inseminatie zijn alleen maar zaadcellen nodig. Deze worden daarom in het laboratorium gescheiden van de vloeistof. Hierbij worden de meest beweeglijke zaadcellen geselecteerd. IUI heeft alleen een redelijke kans van slagen als er na het selecteren van de zaadcellen in ieder geval 1 miljoen beweeglijke zaadcellen overblijven.
Voor de beste zaadkwaliteit is het verstandig om minstens twee dagen voor de inseminatie geen zaadlozing te hebben. Het opwekken van een zaadlozing door masturbatie kan thuis of in het ziekenhuis gebeuren.
De inseminatie De inseminatie vindt plaats op de polikliniek Gynaecologie. De gynaecoloog brengt een speculum (spreider) in de baarmoedermond om de baarmoedermond goed te kunnen zien. Daarna wordt via de baarmoedermond een dun slangetje in de baarmoederholte geschoven. Via het slangetje worden de geselecteerde zaadcellen ingebracht Tijdens de inseminatie kunt u een licht krampend gevoel in uw onderbuik krijgen. Na afloop blijft u nog een kwartier liggen.
Na de inseminatie Na een IUI is het een kwestie van afwachten: Bent u over tijd en is de zwangerschapstest positief, dan kunt u een afspraak maken voor een echo 3 weken daarna. Als er geen bevruchting heeft plaatsgevonden, krijgt u 12 tot 14 dagen na de inseminatie een menstruatie.
6
Bijwerkingen en complicaties Zonder hormoongebruik Bij elke IUI bestaat er een zeer kleine kans op een infectie. Als u koorts krijgt (38 graden of hoger), buikpijn of andere afscheiding dan normaal, neem dan contact op met uw gynaecoloog! Met hormoongebruik U kunt vocht vasthouden, last krijgen van misselijkheid en te maken krijgen met stemmingsveranderingen.
Hormonen die de groei van follikels stimuleren, maken de kans groter op een meerlingzwangerschap. De kans op een meerling is enigszins af te leiden uit het aantal follikels dat bij een inwendige echo is te zien. Bij 2 of 3 follikels is de kans op een tweeling 2 tot 4%. Bij 3 follikels is er een uiterst kleine kans op een drieling. Als er meer dan 3 follikels zijn, zal de gynaecoloog u afraden om in die cyclus zwanger te worden. Als er tijdens een hormoonbehandeling meerdere follikels ontstaan en de hormoonbehandeling wordt voortgezet, dan kan dit leiden tot ernstige overstimulatie van de eierstokken (het ovarieel hyperstimulatiesyndroom). Deze complicatie is zeldzaam, maar de gevolgen kunnen ernstig zijn. U kunt buikpijn krijgen of een opgeblazen gevoel, misselijk worden of overgeven. Soms is opname in het ziekenhuis nodig.
Hebt u een opmerking of een klacht? De medewerkers en specialisten van het Wilhelmina Ziekenhuis Assen doen hun best u de juiste (medische) zorg te geven. Mocht er toch iets gebeuren waarover u niet tevreden bent, dan verzoeken wij u om dat door te geven. Dat kan aan degene die direct verantwoordelijk is of aan de ombudsfunctionaris van het ziekenhuis. Deze is bereikbaar via:
e-mailadres:
[email protected] telefoonnummer: (0592) 32 56 24/32 55 55 (maandag t/m donderdag) postadres: WZA t.a.v. ombudsfunctionaris, postbus 30.001, 9400 RA Assen
Wilhelmina Ziekenhuis Assen
Europaweg-Zuid 1 Postbus 30.001 9400 RA Assen Telefoon (0592) 32 55 55 www.wza.nl
© 2014 WZA
gynae13 – december 2014
Meer informatie over de klachtenprocedure vindt u op www.wza.nl/patienten/een-klacht