Instituut voor Leraar en School
nummer
22 |
maart
2012
Agora
in dit nummer • de lerarenopleidingen in beeld • opleidingskunde in beeld
HAN
Pauline Jagtman (l) en Yvonne Visser
Voorwoord
De Agora die je nu in je handen hebt, is de allerlaatste Agora in
In een goede lerarenopleiding worden theorie en praktijk met elkaar
papieren vorm. Vanaf het volgende nummer verschijnt Agora in
afgewisseld en met elkaar in verband gebracht. Daarom werken alle
digitale vorm. Van deze Agora hebben we dan ook een bewaareditie
opleidingen intensief samen met scholen waar studenten oefenen in
gemaakt: een overzicht van de verschillende lerarenopleidingen die
de praktijk. De lerarenopleidingen hebben deze samenwerking met
aan dit tijdschrift bijdragen. Wil je de Agora vanaf het volgende
scholen hoog in het vaandel staan. Sterke samenwerkingsverbanden
nummer graag digitaal ontvangen? Onderaan deze pagina zie je hoe je
dragen niet alleen bij tot een hogere kwaliteit van de initiële
je kunt aanmelden.
lerarenopleidingen, maar ook tot scholing van zittende docenten en vernieuwingen in het onderwijs, al dan niet op gang gebracht door
Waar draait het eigenlijk allemaal om in een lerarenopleiding?
praktijkgericht onderzoek.
Uiteindelijk gaat het om de leerlingen en de bagage waarmee zij de school verlaten. De leerlingen van vandaag zullen in de toekomst
Veel scholen werken samen met verschillende lerarenopleidingen. Dat
bijdragen aan onze maatschappij en onze kenniseconomie. Het belang
betekent dat er verschillende studenten binnenkomen. Met
van goed onderwijs, en daarmee van goede leraren, kan daarom niet
verschillende achtergronden, van verschillende leeftijden, én met
onderschat worden. Lerarenopleidingen spelen een cruciale rol in het
verschillende onderwijsprogramma’s. Om die diversiteit aanschouwe-
voorbereiden van leraren op deze belangrijke maatschappelijke taak.
lijk te maken hebben we deze Agora als volgt ingericht. Op pagina 3 tot en met 5 geven we je een globaal beeld van de lerarenopleidingen en
De lerarenopleidingen die op verschillende instituten worden aangebo-
de soorten stages die gelden voor de verschillende opleidingen.
den, verschillen van elkaar op een aantal dimensies. Zo kan een
Daarna wordt van ieder opleidingsinstituut/iedere opleiding een
lerarenopleiding opleiden tot een eerstegraads bevoegdheid, een
profiel geschetst.
tweedegraads bevoegdheid of een ongegradeerde bevoegdheid. Er zijn lerarenopleidingen op hogescholen en op universiteiten. De duur van de
Tot slot nog dit: de Agora in digitale vorm zal worden verstuurd naar
opleidingen varieert van een half jaar tot vier jaar. Ook de inhoud is
alle betrokken scholen en (contact)personen. Wil je er zeker van zijn
verschillend: sommige opleidingen bieden een combinatie van
dat je de Agora ook via e-mail ontvangt?
vakinhoud, didactiek en pedagogiek, bij andere komen studenten binnen met een vakinhoudelijke vooropleiding en ligt de nadruk op didactische
Meld je dan aan door een bericht te sturen naar
[email protected]
scholing. Sommige opleidingsinstituten richten zich op een hele waaier aan schoolvakken, andere beperken zich tot één vak of een cluster van
vakken. Door dit alles verschillen ook de binnenkomende studenten wat
Tot de volgende Agora!
betreft achtergrond, leeftijd, opleidingsniveau en interesse. Vriendelijke groeten, Ondanks al deze verschillen hebben lerarenopleidingen één ding
Pauline Jagtman, directeur ILS-RU
gemeen: allemaal hebben ze een theorie- en een praktijkcomponent.
Yvonne Visser, directeur ILS-HAN
HAN
www.han.nl
De lerarenopleidingen in beeld
Wie zijn wij?
‘Wij’ zijn de lerarenopleidingen in Nijmegen en Arnhem. • ILS-RU: Instituut voor Leraar en School van de Radboud Universiteit Nijmegen - www.ru.nl/ils • ILS-HAN : Instituut voor Leraar en School van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (Nijmegen) - www.han.nl/leraarworden • ALO-HAN: Academie Lichamelijke Opvoeding (Nijmegen) - www.han.nl/alo • Pabo-HAN: Pedagogische Academie Basisonderwijs (Arnhem en Nijmegen) - www.han.nl/leraarworden • LGW-HAN: Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn (Nijmegen) - www.han.nl/lgw • ArtEZ, docentopleiding Beeldende Kunst en Vormgeving (DBKV): Hogeschool voor de Kunsten Arnhem - www.artez.nl/docentbkv
Deze opleidingen leiden leraren op voor het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs. Onze studenten lopen regelmatig stage op scholen. Deze stages worden georganiseerd door Bureau Extern. Bureau Extern werft stageplaatsen bij scholen en bedeelt deze stageplaatsen toe aan studenten. Studenten gaan dus niet zelf op zoek naar stageplaatsen. Informatie over Bureau Extern en alle stages vindt u op: www.bureau-extern.nl.
Welke vakken?
>>
Voor welke vakken worden er leraren opgeleid bij de opleidingen in Nijmegen en Arnhem? Oftewel: voor welke vakken zoekt Bureau Extern stageplaatsen? Op de pagina hiernaast ziet u een overzicht. De meeste vakken
2 3
>> worden zowel in voltijd als in deeltijd aangeboden, soms tevens in de vorm van een eenjarige kopopleiding. In het schema ziet u ook tot welke bevoegdheid de diverse studenten worden opgeleid: eerstegraad of tweedegraad. De stages worden in hetzelfde gebied gelopen. De opleidingen van de ALO en ArtEZ zijn ongegradeerd: studenten worden opgeleid voor alle niveaus van het vo en (v)mbo.
vak en onder begeleiding van een vakdocent. Er zijn globaal drie typen te onderscheiden: aan het begin van elke opleiding heeft een student een oriënterende stage, in het midden een of meer begeleide stages en aan het eind een zelfstandige eindstage. Naast hun hoofdstudie kunnen studenten een minor, een soort bijvak, kiezen met een taakbelasting van een half jaar. De minorstages zijn gericht op een specialisering.
Welke soorten stages zijn er? Allereerst kan onderscheid gemaakt worden tussen de hoofdvakstages en de keuzevakstages. De eerste categorie zijn stages die worden uitgevoerd in het eigen
“Door de student ben ik ook weer eens kritisch naar mijn eigen lessen gaan kijken.”
1 X
BI
X
X
X
DU
X
X
X
X
X
X
X
EC
X
X
EN
X
X
FA
X
Pabo
2 X
LGW
1
ALO
1
X
ArtEZ
ILS-RU master Oriëntatie (predoc)
2
AK
ILS-RU master
HAN master*
graad
ILS-RU bachelor Educatieve minor
ILS-HAN bachelor
Overzicht aangeboden opleidingen
1/2 1/2
2
pabo
“Het kost me veel tijd, maar hij neemt ook heel wat werk van me over; eigenlijk speel ik quitte.”
X
FI
X
GS
X
Gd/Lb KG
X
X
X
X
X
2. Begeleide stage Doel: studenten oefenen onder begeleiding van een docent met lesgeven en andere onderwijsactiviteiten zoals leerlingen begeleiden, deelnemen aan projecten, excursies, buitenlesactiviteiten, ontwikkelwerk en meewerken in team of sectie. Lengte: tussen de 10 en 36 dagen Begeleidingstijd: tussen de 20 en 60 uur
X
ML
X
M&O
X
NA
X
NE
X
X
KL SK
X
SP WI
X
Pedag.
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
BV
1. Oriënterende stage Doel: oriënteren op het beroep van docent (Wil ik wel leraar worden? Is het onderwijs iets voor mij? Ben ik iets voor het onderwijs?), kennismaken met de school, de leerlingen en het lerarenberoep. Lengte: tussen de 5 en 18 dagen Begeleidingstijd: tussen de 3 en 20 uur
“Als je goed nadenkt, kun je een stagiair voor veel meer taken inzetten.” X
3. Zelfstandige eindstage De stagiair staat zelfstanding voor de klas en functioneert als beginnend docent. De student kan als leraar in Z&W X opleiding (lio) aangesteld worden. vmbo X Lengte: een kwart baan in een heel jaar of een halve * Voor de HAN masters worden geen stageplaatsen gevraagd. baan in een half jaar Elke student heeft al een baan in het onderwijs. Begeleidingstijd: 60 uur LO
HAN
X
www.han.nl
“We hebben het vroeger immers ook moeten leren.” 4. Minorstage Voor de volgende minoren vraagt Bureau Extern stageplaatsen aan: Groepsleerkracht vmbo, NT2, Special Educational Needs, Onderwijskundig leiderschap, Docent worden in vo en mbo, Tweetalig onderwijs (ITP) en Internationale uitwisseling (buitenlandse studenten). Deze stages hebben elk een eigen invulling. Lengte: meestal (een deel van) een half jaar Begeleidingstijd: 20 tot 50 uur
Wilt u een of meer stagiairs begeleiden? Neemt u dan contact op met de stagecontactpersoon van uw school. Deze weet precies welke mogelijkheden er zijn, wanneer de stages gepland zijn en of en hoe uw school stagebegeleiding faciliteert.
“Met twee stagiairs erbij kan ik wél alle vragen beantwoorden in het open leercentrum.” Meer informatie
“Zo kun je je deskundigheid ook op een heel andere wijze inzetten.”
U kunt contact opnemen met Bureau Extern, T (024) 353 02 00 E
[email protected]. Veel informatie over stages vindt u op www.bureau-extern.nl
4 5
Eerstegraadslerarenopleidingen
van ILS-RU ILS-RU is een instituut binnen de Radboud Universiteit met drie hoofdactiviteiten: opleiding, onderzoek en docentontwikkeling. Wie een lerarenopleiding wil volgen aan de universiteit, kan bij ILS-RU terecht voor een eenjarige masteropleiding en voor een educatieve minor (keuzeonderdeel van 7 maanden in het derde studiejaar).
Educatieve master De masteropleiding van ILS-RU leidt op tot een eerstegraadsbevoegdheid. Daarmee kunnen afgestudeerden lesgeven in de bovenbouw van havo of vwo. Iedere student kiest een van de volgende achttien schoolvakken: Nederlands, Frans, Duits, Engels, Spaans, Grieks & Latijn, geschiedenis, aardrijkskunde, maatschappijleer, godsdienst & levensbeschouwing, filosofie, kunstgeschiedenis, algemene economie, management & organisatie, wiskunde, natuurkunde, biologie en scheikunde. Als ingangseis geldt dat de student beschikt over een universitair bachelor- en masterdiploma binnen het vakgebied. De educatieve master is een voltijdopleiding die een jaar in beslag neemt. Er is geen apart deeltijdprogramma, hoewel studenten de opleiding in overleg ook in twee jaar kunnen volgen.
Studenten over de master: “Door het oefenen van klassensituaties en situaties die kunnen voorkomen in één op één contact met leerlingen, heb je het gevoel dat je steviger in je schoenen staat.”
Studenten komen dus bij de opleiding binnen met veel vakkennis, maar zonder ervaring voor de klas. ILS-RU vindt het van groot belang dat studenten voldoende praktijkervaring opdoen en organiseert de opleiding daarom samen met scholen in het voortgezet onderwijs. De helft van de
opleiding vindt plaats op de stageschool, de andere helft wordt op het instituut ingevuld. De educatieve master biedt niet alleen theoretische verdieping en achtergronden, maar geeft studenten ook de ruimte om te oefenen en ervaringen uit te wisselen. Het curriculum bestaat uit drie lijnen:
HAN
www.han.nl
“Je staat regelmatig in een spagaat; je moet een opdracht maken maar eigenlijk is het voorbereiden van de les voor je stage die je morgen moet geven op dat moment belangrijker.” “Het is een erg intensief jaar, je bent veel meer dan 40 uur per week bezig met je studie. Maar het onderwijs is het allemaal waard.”
Een student over de training Persoonlijk leiderschap van de docent: “Ik vond het een super training. Het was erg leerzaam om deze training mee te mogen maken. Van tevoren was ik erg onzeker over hoe het zou zijn om voor een klas te gaan, en hoe ik mezelf een houding moest geven. Dit soort dingen hebben we geoefend in de training. Door het oefenen van verschillende aspecten van contact en presentatie word je je bewuster van hoe je op anderen overkomt. Ook geeft het je meer zelfvertrouwen; als je zelf denkt dat je heel zenuwachtig overkomt, blijkt dat vaak wel mee te vallen.” algemene didactiek, vakdidactiek en professioneel persoonlijk leiderschap. De laatste lijn is gericht op vaardigheden die studenten nodig hebben om professioneel te kunnen handelen, zoals reflecteren, organiseren en presenteren.
Educatieve minor Naast masteropleidingen biedt ILS-RU voor een aantal schoolvakken ook minoren aan (Nederlands, Frans, Duits, Engels, Spaans, Grieks & Latijn, geschiedenis, aardrijkskunde, godsdienst & levensbeschouwing, wiskunde, natuurkunde, biologie en scheikunde). Studenten kunnen een educatieve minor volgen binnen hun reguliere universitaire bacheloropleiding en verwerven daarmee een beperkte tweedegraadsbevoegdheid. De minor heeft een omvang van 30 studiepunten, wat gelijk staat aan een half studiejaar. In de praktijk doen studenten er vaak wat langer over omdat ze naast de minor nog vakken van hun reguliere opleiding volgen. Qua vorm en inhoud is de educatieve minor sterk vergelijkbaar met de eerste helft van de masteropleiding. Ook deze opleiding bestaat voor de helft uit stage.
Studenten over de minor: “In relatief korte tijd heb ik heel veel kunnen leren.” “Werken in de praktijk en het contact met leerlingen vond ik geweldig; daar doe je het uiteindelijk allemaal voor.”
Onderzoekende houding ILS-RU is het enige instituut in de regio dat een academische lerarenopleiding aanbiedt. Onderzoek speelt een belangrijke rol in de opleiding. De ambitie van ILS-RU is om leraren op te leiden met een permanent onderzoekende houding. Niet alleen krijgen studenten een solide theoretische basis mee, ze leren ook om hun eigen onderwijspraktijk kritisch te benaderen en ervan te abstraheren. Het sluitstuk van de masteropleiding is een praktijkonderzoek op de stageschool, waarin studenten laten zien dat ze betekenisvolle en in de praktijk bruikbare onderzoeksresultaten kunnen genereren.
Intensief en paradoxaal De opleidingen van ILS-RU stellen hoge verwachtingen aan de studenten. Hoewel studenten zonder onderwijservaring bij de opleiding binnenkomen, worden ze meteen aan het begin van hun opleidingstraject ondergedompeld in de veeleisende onderwijspraktijk. ILS-RU biedt startende studenten een training in persoonlijk leiderschap aan om ze hier in sneltempo voor klaar te stomen. Bovendien wordt van studenten verwacht dat ze in een jaar tijd hun vakkennis aanvullen met de nodige (vak)didactische vaardigheden en dat ze zich ontwikkelen tot onderzoekende professionals. ILS-RU is zich ervan bewust dat deze intensieve wisselwerking tussen theorie en praktijk spanning oplevert, maar vindt tegelijk dat het kunnen omgaan met paradoxen een essentiële vaardigheid is voor een goede leerkracht in het voortgezet onderwijs.
Meer informatie “Ik vind de minor heel erg leerzaam en leuk om te doen en ga met veel plezier naar stage en de colleges!”
I www.ru.nl/ils
6 7
Tweedegraadslerarenopleidingen
van ILS-HAN De lerarenopleidingen van ILS-HAN zijn hbo-opleidingen. Bij afstuderen behalen de studenten hun tweedegraadsbevoegdheid, waarmee ze mogen lesgeven in het vmbo, mbo en in de onderbouw van havo/vwo. ILS-HAN leidt leraren op voor de vakken Nederlands, Engels, Frans, Duits, geschiedenis, aardrijkskunde, economie, wiskunde, biologie, natuurkunde, scheikunde en pedagogiek.
Karakteristiek ILS-HAN kent de volgende opleidingsvarianten: Voltijdopleiding. Voor studenten die net havo, vwo of mbo (niveau 4) hebben afgerond. Studieduur: 4 jaar. Deeltijdopleiding. Voor mensen die zich willen laten omscholen tot leraar en voor onbevoegde docenten die hun tweedegraadsbevoegdheid willen of moeten halen. Ook docenten die al een bevoegdheid hebben in een vak, maar deze ook voor een ander vak willen halen, kunnen dat via de deeltijdopleiding doen. Studieduur: afhankelijk van vooropleiding en ervaring, nominaal maximaal 4 jaar. Kopopleiding. Recentelijk afgestudeerde hbo- en wo-bachelors kunnen in een eenjarig voltijdtraject bevoegd tweedegraadsleraar worden. Niet alle hbo- en wo-opleidingen bieden toegang tot de Kopopleiding. Studieduur: 1 jaar. De nadruk ligt op vakdidactiek. Masteropleiding. Docenten met een tweedegraadsbevoegdheid die een eerstegraadsbevoegdheid willen behalen, kunnen bij de HAN een masteropleiding volgen (Nederlands, Engels, Economie en Wiskunde). Studieduur: 3 jaar, duale opleiding.
leraarschap beheersen, en die tegelijkertijd zicht blijven houden op de veranderende samenleving en in staat zijn zichzelf te blijven ontwikkelen. Daarom is het onderwijs van ILS-HAN sterk op de beroepspraktijk gericht en krijgen studenten door de leerjaren heen zelf steeds meer verantwoordelijkheid voor hun onderwijs en de mogelijkheid het onderwijs te sturen. ILS-HAN heeft de volgende uitgangspunten geformuleerd voor de inrichting van het onderwijs: • Het onderwijs is gebaseerd op competentieontwikkeling van studenten; • Kennisontwikkeling is een wezenlijk onderdeel in competentieontwikkeling; • De beroepscontext staat vanaf het begin van de opleiding centraal in de opleiding; • Het werkplekleren is een essentieel onderdeel voor het ontwikkelen van leraarcompetenties; • Studenten leren effectiever als ze zich medeverantwoordelijk voelen voor het eigen leerproces; • De variëteit aan instroom van studenten vraagt om flexibilisering binnen programma’s.
Curriculum De vol- en deeltijdlerarenopleidingen van ILS-HAN zijn vierjarige opleidingen. Deze zijn ingericht in drie fases: propedeusefase (1e jaar), hoofdfase (2e en 3e jaar), eindfase (4e jaar). ILS-HAN wil bevlogen leraren opleiden die hun vak verstaan en de competenties van het
HAN
www.han.nl
Major-minor De lerarenopleidingen van ILS-HAN bestaan, zoals alle hbo-bacheloropleidingen, uit een major en een minor. De major is de hoofdmoot en beslaat 3,5 jaar. In de major ontwikkelen de studenten de competenties die ze nodig
hebben voor het beroep van leraar. Daarnaast volgen de studenten een minor van een half jaar, waarin ze hun kennis kunnen verbreden of verdiepen. De keuze van een minor is vrij, maar er moet wel een relatie zijn met de studie.
Soorten werkplekleren van ILS-HAN (deeltijd): 1 wpl1 : oriënterend 2 wpl2 : begeleid 3 wpl3 : zelfstandig
Kennisbasis
Soorten werkplekleren van ILS-HAN (kopopleiding): 1 wpl2 : begeleid (half jaar) 2 wpl3 : zelfstandig (half jaar)
Dit begrip verwijst naar het geheel van kennisvereisten waarover een startbekwame leraar moet beschikken. De kennisbasis bevat kennisvereisten op het terrein van het schoolvak (vakkennisbasis) en kennisvereisten met betrekking tot het pedagogisch-didactische terrein (generieke kennisbasis). Beide kennisbases zijn landelijk vastgelegd om het niveau van de opleiding te garanderen. Elke student moet aan het eind van de opleiding aantonen dat hij de vastgestelde kennis paraat heeft. Het hbo-niveau van de lerarenopleidingen is vastgelegd in de zogenaamde Dublin-descriptoren.
Onderzoek De primaire taak van een leraar is lesgeven aan en begeleiden van leerlingen. In de scholen wordt echter steeds meer belang gehecht aan de onderzoekende houding en onderzoeksvaardigheden van leraren. Vanaf het eerste studiejaar wordt dan ook stapsgewijs gewerkt aan het (verder) ontwikkelen van onderzoekscompetenties. Er worden onderzoeksactiviteiten geoefend en kleine onderzoeken gedaan. In de afstudeerfase voeren studenten een groot onderzoek uit in hun stageschool. Hiermee tonen ze aan voldoende onderzoekscompetenties te hebben ontwikkeld om als leraar de eigen onderwijspraktijk te kunnen onderzoeken en verbeteren.
Stages Bij ILS-HAN staat de beroepspraktijk altijd centraal; er is een sterke koppeling tussen theorie en praktijk. In het eerste jaar hebben studenten een oriëntatiestage. Ze observeren, assisteren en geven onderdelen van lessen. Zo ervaren ze hoe veelzijdig en afwisselend het beroep van leraar is. Naarmate de studie vordert, wordt het werkplekleren belangrijker. Studenten gaan lesgeven onder begeleiding van een docent van de stageschool. Ten slotte lopen de studenten in het laatste jaar een aantal maanden een zelfstandige eindstage. Zo ontwikkelen ze een eigen stijl van lesgeven.
Soorten werkplekleren van ILS-HAN (voltijd): 1 wpl1
: oriënterend eerstejaars 16 dagen (op opleidingsscholen intensiever programma) 2 wpl2a : begeleid tweedejaars 32 dagen (op opleidingsscholen intensiever programma) 3 wpl2b : begeleid derdejaars 32 dagen 4 wpl3 : zelfstandig vierdejaars ong. 80 dagen
Verwachtingen De school mag verwachten dat een student tijdig contact opneemt vóór de start van een stage en dat hij een leerwerkplan meebrengt. Tijdens de stage mag de school verwachten dat de student alle stagedagen aanwezig is en de beschikbare tijd (8 uur per stagedag) inzet voor lessen, andere onderwijsactiviteiten, voorbereidingen, nawerk en begeleidingsactiviteiten. Een eerstejaarsstudent komt om te oriënteren; hij kan niet zelfstandig lessen overnemen. De student kan zelfs in deze stage ontdekken dat het onderwijs niets voor hem is. Een tweedejaarsstudent is vooral gericht op begeleiden van leerlingen en klassikaal lesgeven of uitvoeren van onderwijsactiviteiten en het ontwerpen van enkele lessen. Een derdejaarsstudent zal series lessen geven en leerarrangementen met daarin diverse activerende werkvormen ontwerpen en uitvoeren. Een vierdejaarsstudent zal zelfstandig lesgeven; hij staat alleen voor de klas en voert dezelfde activiteiten uit als zittende docenten. De stagiair mag verwachten dat hij welkom is op de school, dat de spd bereid en competent is hem zorgvuldig te coachen, begeleidingsgesprekken te voeren (1 à 2 uur per week) en hem volgens de juiste procedure beoordeelt. De stagiair mag verwachten dat de spd een bevoegd en competent vakdocent is, en dat de spd hem de ruimte geeft om instituutsopdrachten en eigen lesopzetten uit te voeren.
Meer informatie Over de opleidingen: www.han.nl/leraarworden Over Werkplekleren ILS-HAN: www.bureau-extern.nl; (bijvoorbeeld wpl1: www.bureau-extern.nl/werkplekleren1orientatiestage2.html Activiteiten van ILS-HAN voor scholen/leraren ILS-HAN heeft niet alleen oog voor de professionele ontwikkeling van studenten, maar ook voor die van al zittende leraren, bijvoorbeeld in de vorm van vakdidactische netwerken en nascholingsaanbod. www.bureau-extern.nl/trainingsaanbodils-han.html www.bureau-extern.nl/vakdidactischenetwerken.html
8 9
Academie Lichamelijke Opvoeding (ALO) Karakteristiek De ALO is een lerarenopleiding die deel uitmaakt van het Instituut voor Sport en Bewegingsstudies van de HAN en onderwijslocaties heeft in Nijmegen en op Papendal. Het is een eerstegraads opleiding, waarmee een bevoegdheid wordt verkregen om les te geven in het gehele voortgezet onderwijs, het middelbaar beroepsonderwijs, het primair onderwijs en het speciaal onderwijs. Ook biedt het mogelijkheden om werkzaam te zijn in buitenschoolse instellingen (zoals sportservice bedrijven van gemeenten). Leraren Lichamelijke Opvoeding worden geacht groepen kinderen en jongeren in beweging te krijgen én houden. Ze leren leerlingen beter bewegen en wijzen ze de weg in het grote aanbod van sport- en bewegingsmogelijkheden. Naast lesgeven initiëren en organiseren ze ook samenwerkingsverbanden tussen scholen, sportaanbieders en lokale overheid, en zijn ze actief in sportstimuleringsprogramma’s en het ondersteunen van sportverenigingen. Studenten van de ALO-HAN raken goed ingespeeld op de actuele situatie in de (sport)samenleving en het vak, waarbij van een leraar wordt verwacht dat hij van vele markten thuis is. De focus van het onderwijsprogramma is dus breder dan alleen sport op school. Studenten leren bijvoorbeeld ook over gedragsbeïnvloeding en projectmanagement, en ontwikkelen communicatieve en sociale competenties. De ALO is een vierjarige hbo-bachelor en telt rond de 600 studenten. De instroom in het eerste jaar komt uit het havo, vwo en mbo. Studenten vanuit relevante CIOSopleidingen (mbo) kunnen in het tweede jaar instromen, mits het in dat geval verplichte prebachelorprogramma met positief resultaat wordt afgesloten. De ALO kan ook in deeltijd worden gevolgd, waarbij door vrijstellingen verkorting van de opleidingsduur mogelijk is.
Curriculum In de bacheloropleiding Leraar Lichamelijke Opvoeding komen de volgende beroepstaken aan de orde:
HAN
www.han.nl
• • • • • •
Leren, lesgeven en beweegprogramma’s Begeleiden en coachen van leerlingen Stimuleren en sportparticipatie Gedragsverandering en gezonde leefstijl Management en organisatie Ondernemen en innovatie
Stages Vanaf het eerste jaar van de opleiding staan de stages centraal. De werkzaamheden die de student in de stages en na de opleiding als docent uit zal moeten voeren, vormen de leidraad van de opleiding. Dit betekent dat de opleiding beroepsgericht is. Theorie wordt aan de praktijk gekoppeld. We laten de student zich constant afvragen: ‘Waarom moet ik dit weten?’ Stages vinden plaats in het primair onderwijs, voorgezet onderwijs en speciaal onderwijs. Iedere student krijgt met de verschillende varianten te maken, waaruit uiteindelijk een keuze kan worden gemaakt voor de eindstage. De eindstage in het vierde jaar is een lintstage van twee dagen, gekoppeld aan een afstudeeronderzoek of een -project van twee dagen per week. Naast de stagewerkzaamheden moet de student volgens het bachelormodel onderzoek doen. De stages zijn zo geprogrammeerd dat de school gedurende het gehele schooljaar over stagiairs kan beschikken. De ene helft van de studenten volgt een stage in het eerste semester, de andere helft in het tweede semester (zie figuur 1). De eindstage is in principe geen lio-stage; de eindverantwoordelijkheid voor de lessen ligt altijd bij een zittende docent. Alleen een student die de specialisatieminor LIO volgt, kan als lio worden aangesteld. De stages in de deeltijdopleiding zijn afhankelijk van de reeds opgedane ervaring van de student, wat meegenomen wordt in de preselectie.
ALO-stagiairs kunnen worden ingezet in alle leerjaren van het vo. Naast het geven van de lessen Sport en Bewegingsonderwijs dienen de studenten ook kennis te maken met de extra curriculaire taken behorende bij het beroep van docent, zoals bijwonen (vaksectie) vergaderingen, leerling-besprekingen, organiseren sportdagen en kampen. De ALO vraagt scholen de studenten zo breed mogelijk in te zetten.
Verwachtingen Wat verwacht de ALO van de school? • Begeleiden in het algemeen van de bekwaamheden van de student • Geven van voorbeelden • Geven van lesopdrachten en lesinhouden aan de student • Bevragen van de student op zijn/haar leerdoelen • Feedback geven op handelen en lesgeefvaardigheid van de student • Feedback geven op lesvoorbereidingen en evaluaties • Stimuleren, ondersteunen en adviseren van de student bij formuleren van verbeteracties en zijn/haar persoonlijke ontwikkeling als leraar Wat kan de school van ALO-stagiairs verwachten? Van de studenten wordt een proactieve, enthousiaste en
professionele houding verwacht. Álle studenten dienen open te staan voor feedback van de vakleerkracht en dienen een wil te hebben om te leren. Studenten moeten zich bewust zijn van en zich verantwoordelijk voelen voor hun eigen leerproces! De volgende gedragingen worden dan ook als vanzelfsprekend gezien: • Op tijd komen • Afmelden bij verhindering (ziekte) per telefoon bij de praktijkbegeleider • Zich houden aan afspraken • Verschijnen in ALO-kledij • Leergierig opstellen • Voorbeeldfunctie naar leerlingen • Zich houden aan gedragsregels en omgangsregels stageschool De studenten moeten tijdens elke stage een ontwikkeling doormaken en dit moet ook expliciet zichtbaar/duidelijk worden. De ontwikkeling vindt plaats als studenten bewust en actief bezig zijn met hun eigen leerproces en zelf steeds kritisch kijken naar hun eigen handelen.
Meer informatie Dico Rouw, E
[email protected], I www.han.nl/alo
1e semester (blok 1 + 2) Propedeuse
Hoofdfase 1
Hoofdfase 2 Ene helft
Hoofdfase 3 Andere helft
Maandag Dinsdag
afstuderen/minor po-stage
beweegteam/ speciaal onderwijs
Woensdag Donderdag
po-stage
Vrijdag
vo-stage
vo-lintstage (of mbo)
afstuderen/minor
vo-lintstage (of mbo)
afstuderen/minor
beweegteam/ speciaal onderwijs
afstuderen/minor
vo-stage
opleidingsdag
2e semester (blok 3 + 4) Propedeuse
Hoofdfase 1
Hoofdfase 2 Ene helft
Hoofdfase 3 Andere helft
Maandag
minor/afstuderen
Dinsdag
po-stage
Woensdag
vo-lintstage (of mbo)
beweegteam/ speciaal onderwijs
vo-lintstage (of mbo)
Donderdag
vo-stage
Vrijdag
vo-stage
po-stage
minor/afstuderen minor/afstuderen
beweegteam/ speciaal onderwijs
minor/afstuderen opleidingsdag
N.B. Het afstuderen in hoofdfase 3 bestaat uit 2 dagen eindstage lopen en 2 dagen zelfstandig werken aan de afstudeerscriptie
10 11
Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn (LGW) LGW is een lerarenopleiding die deel
voor professionals en leidt op tot twee
Centraal hierbij staat dat de studenten hun eigen actuele situatie kunnen analyseren met betrekking tot de kennis die per situatie of moment nodig is, dat ze op basis daarvan leervragen kunnen vaststellen en op een efficiënte en effectieve manier hun kennis kunnen actualiseren en toepassen in hun rol als leraar/opleider. Uitgangspunt vormen de SBL-competenties, waarbij voortgebouwd wordt op de vakkennis en ervaring die de studenten als professional al hebben.
degraads leraar in (gezondheids)zorg
Stages
uitmaakt van de Faculteit Gezond heid, Gedrag en Maatschappij van de HAN. Het is een bacheloropleiding
en welzijn voor het mbo, vmbo en tot opleider in de praktijk.
Karakteristiek De instroom van deze opleiding bestaat uit professionals met een diploma, minimaal mbo niveau 4, in de zorg- of welzijnssector en met minimaal twee jaar werkervaring als professional (meestal meer). De leeftijd van de studenten ligt boven de 23 jaar; de grootste groep is tussen de 35 en 45 jaar. Dit betekent dat de studenten al de nodige vakinhoudelijke kennis en deskundigheid hebben opgebouwd voor ze bij LGW binnenkomen. Het is een deeltijdopleiding; de studenten hebben naast de opleiding een baan van 16 tot 24 uur per week in de sectoren zorg of welzijn. Voor studenten met een hbo-vooropleiding duurt de studie twee jaar, voor studenten met mbo 4-vooropleiding drie jaar. De opleiding LGW telt in totaal zo’n 150 studenten.
Elke student loopt minimaal één stage in een beroepsopleidende leerroute: ROC (afdeling Zorg of Welzijn) of bij de dienst (praktijk)opleiding in een instelling (Zorg en/of Welzijn) èn één in het vmbo (in het beroepsgerichte vak Zorg&Welzijn in leerjaar 3 en 4). Doordat de student zelf bepaalt hoe zijn stageroute er uit gaat zien (afhankelijk van ervaring en differentiatiekeuze) hebben de stages geen vaste plek in de opleiding. Elke student heeft een baan; de stage wordt daarom in overleg ingepland. Uitgangspunt is 4 uur stage per week gedurende 20 weken. Studenten die kiezen voor de differentiatie vmbo lopen tijdens deze fase (meestal) een tweede vmbo-stage.
Verwachtingen Wat verwachten wij? Dat de stage wordt afgestemd op de stagedoelen die een student heeft. Vaak heeft de stage in het vmbo een oriënterend karakter. We verwachten dat de student de kans krijgt zich actief te oriënteren. De begeleiding hoeft niet zeer uitgebreid te zijn, 20 uur volstaat. Wat kunt u verwachten? Dat de student leerlingen begeleidt in de werkplekkenstructuur van uw school of in het open leercentrum.
Curriculum
Meer informatie
In het leerplan van LGW ligt het accent op de ontwikkeling van (vak)didactische en pedagogische competenties. Er is immers sprake van een steeds kortere doorlooptijd van kennis; nieuwe inzichten en oplossingen voor nieuwe problemen, in een snel veranderende beroepspraktijk.
Godelieve Huijbregts, E
[email protected] I www.han.nl/opleidingen/bachelor/lerarenopleiding-gezondheidszorg-welzijn
HAN
www.han.nl
ArtEZ Kunsteducatie neemt een belangrijke plek in bij ArtEZ hogeschool voor de kunsten. Als een van de weinige hogescholen in Nederland biedt ArtEZ docentenopleidingen in alle kunstdisciplines: beeldende kunst en vormgeving, muziek, dans en theater. Dit in combinatie met een master Kunsteducatie en het lectoraat Kunsteducatie.
Caroline Binnenmars (46 jaar) Karakteristiek Interdisciplinariteit speelt een grote rol in de verschillende opleidingen. De bachelorstudenten werken onder andere samen in de zogenaamde Interfaculteit van ArtEZ, een uniek samenwerkingsverband tussen alle docentenopleidingen van ArtEZ. Zo raken ze direct vertrouwd met de interdisciplinaire structuur van het vak culturele en kunstzinnige vorming (CKV), zoals dat op de middelbare scholen wordt gedoceerd. ArtEZ biedt zowel in Arnhem als in Zwolle een docentopleiding Beeldende Kunst en Vormgeving (DBKV), die een ongegradeerde bevoegdheid geeft. Dit betekent dat de docent voor de volle breedte van het voortgezet onderwijs wordt opgeleid en een bevoegdheid ontvangt om in zowel onderbouw als bovenbouw van het voortgezet onderwijs les te geven.
Curriculum Het ontwikkelen van een artistieke visie en een degelijke didactische opleiding zijn gelijkwaardige componenten binnen de studie. In de eerste drie jaar zijn er veel contacturen. Ongeveer de helft van de tijd wordt besteed aan beeldende vakken, zowel op het gebied van autonome kunst als vormgeving. De overige tijd wordt besteed aan theorievakken: kunst- en cultuurgeschiedenis, beeldbeschouwing, esthetica en filosofie. Doel is om niet alleen creatieve vaardigheden te ontwikkelen, maar ook een eigen visie. Daarnaast komt de praktijk van het lesgeven ruimschoots aan bod.
Na vele jaren werkzaam te zijn geweest als P&O-adviseur in het bedrijfsleven, waar ik vele grote projecten heb aangestuurd, was het tijd om iets anders te gaan doen. De keuze om het P&- werk te gaan combineren met kunstvakken en het onderwijs leek mij een spannende uitdaging. Vandaar dat ik gekozen heb voor de opleiding Docent Beeldende Kunst en Vormgeving. Niet alleen de stages, maar ook de lessen die we volgen tijdens de opleiding (zowel de praktijk als de theorielessen) zijn een prachtige uitbreiding op mijn huidige kennispakket en bieden naar verwachting veel mogelijkheden voor toekomstige werkzaamheden. Door mijn opgedane kennis en ervaring bij ArtEZ en door de verschillende stage-ervaringen bij het Veluws College in Apeldoorn heb ik inmiddels stappen kunnen zetten richting een andere baan waarin ik mijn kennis van projectmanagement kan combineren met het Kunstbedrijf. Inmiddels ben ik werkzaam bij het Kunstbedrijf Arnhem als projectleider (New Arts College).
Studenten ontwikkelen zich binnen de discipline van hun keuze zowel vakinhoudelijk als op het gebied van kunsttheorie, pedagogiek en didactiek. Binnen die structuur is er veel ruimte om individuele keuzes te maken binnen een van de domeinen Beeldende Praktijk, Theorie der Kunsten of Beroepsvoorbereiding. Daarnaast zijn samenwerken en cultureel ondernemerschap in het hele programma van belang.
>> 12 13
>>
Gineke van Beek (24) De bacheloropleiding DBKV in Arnhem biedt een voltijd, deeltijd en een verkort studieprogramma. In Zwolle is een voltijd programma en een verkort studietraject. Een dergelijk verkort traject biedt mogelijkheden voor omscholing van bijvoorbeeld vaktherapeuten, CMV-ers, kunsthistorici en cultuurwetenschappers die de overstap naar het onderwijs overwegen. Afgestudeerden van ArtEZ DBKV kunnen breed aan de slag. Variërend van lesgeven binnen het gehele onderwijsveld (po, vo, mbo, hbo) tot een baan bij een educatieve dienst van een museum of een kunstencentrum. Daarnaast zien we dat een groot deel van onze alumni een gecombineerde beroepspraktijk hebben en ook als zelfstandig kunstenaar of vormgever werken. Mogelijkheden te over dus.
HAN
www.han.nl
Al tijdens mijn middelbare schooltijd wist ik dat ik graag mensen iets wilde leren. Een docentenopleiding lag voor de hand, maar welke? Na een periode waarin ik veel musea bezocht en veel ging tekenen viel het kwartje en heb ik voor de docentenopleiding beeldend gekozen. De studie bleek voor mij een interessante mix van beeldend werken en theorie, van didactiek en praktijk. Gaandeweg ontdekte ik steeds beter wat mijn persoonlijke drijfveer is: om kinderen de stimuleren creatief te blijven en volwassenen te prikkelen het opnieuw te worden. Daarvoor biedt deze studie mij ideale traject.
Meer informatie Allard Koers E
[email protected] I www.artez.nl/docentenopleidingen
Opleidingskunde; de vaak onbekende loot aan de ILS-HAN boom Naast de lerarenopleidingen is Opleidingskunde deel van ILS-HAN. Opleidingskunde is de enige bacheloropleiding voor Human Resource Development (HRD) in Nederland. Bij Opleidingskunde gaat het niet om leerlingen in een klas, maar om volwassen medewerkers in een arbeidsorganisatie. Opleidingskunde maakt letterlijk en figuurlijk ‘werk’ van de ontwikkeling van mensen.
Beroep Opleidingskunde is een vierjarige (deeltijd en voltijd) bacheloropleiding en leert de student 3 samenhangende beroepsrollen (zie afbeelding).
trainer/ coach
Adviseur HRD
Ontwerper/ ontwikkelaar
Samen vormen de rollen het opleidingskundig vakgebied, ook wel Human Resource Development (HRD) genoemd. Vanuit de rol van adviseur adviseert de opleidingskundige het management of de opdrachtgever door bijvoorbeeld het presenteren/schrijven van een opleidingsadvies, het verzorgen van het inkoopproces van opleidingen of het vertalen van leerbeleid in een opleidingstraject. Vanuit de trainer/coach rol begeleidt de student individuele of groepen medewerkers tijdens het leerproces. Je kan hierbij denken aan het verzorgen van een training, het modereren van een bijeenkomst, het begeleiden op de werkplek of intervisiebijeenkomsten. In de rol van ontwerper/ontwikkelaar leert de student de didactiek
uitdenken voor leertrajecten. Studenten ontwerpen trainingen, e-learning (ook voor I-pad en mobiele telefoons), competentiegerichte leertrajecten en valide en betrouwbare toetsen. Vanuit de ontwerpen ontwikkelen de studenten passende en praktische leermiddelen, bijvoorbeeld handleidingen en werkvormen.
Curriculum Opleidingskunde heeft een voltijd- en deeltijdopleiding. De opleiding telt momenteel 400 studenten, waarvan 160
‘Mega’-afstudeerklus “Gewoon fantastisch!” Rob is vol lof over Opleidingskunde. “De kracht zit ‘m in de praktische benadering. Bij het vak Ontwerpen en Ontwikkelen leerde ik technieken die ik een-op-een kon toepassen in mijn werk.” Rob omschrijft zijn afstudeeropdracht als een ‘mega’-klus. “De omvang van de opdracht was zo groot, er hadden wel 10 studenten op kunnen afstuderen”. Rob stak al zijn tijd en energie in het ontwikkelen van een pakket van 24 trainingen voor leidinggevenden in het middenkader (denk hierbij bijvoorbeeld aan teamleiders). Ook gaf hij de 24 trainingen zelf binnen zijn werkveld. Tot op de dag van vandaag heeft hij copyright over het pakket en verkoopt hij de opleiding aan bedrijven in heel Nederland.
>> 14 15
>>
Je bent hier geen nummer Marissa is eerstejaars Opleidingskunde. Waarom koos zij voor deze opleiding? En wat vindt ze ervan? “Opleidingskunde bevalt me heel goed. De variatie, de intensieve begeleiding, de gezelligheid. Het is een superopleiding!” Vorig jaar studeerde Marissa Personeel en arbeid. “Maar dat vond ik te zakelijk. Te veel economie, recht en wiskunde. Dat zag ik niet zitten. Ik miste de sociale kant. Toen kwam ik via de site bij Opleidingskunde terecht. Een van de eerste zinnen die ik las ging over de combinatie tussen het zakelijke en het sociale. Dat was precies wat ik zocht, maar nergens kon vinden!”
voltijd- en 240 deeltijdstudenten. Studenten met een verwant hbo- of wo-diploma en/of relevante werkervaring kunnen in aanmerking komen voor vrijstellingen binnen de deeltijdopleiding. Hiermee kan de studieduur worden verkort. De opleiding start in september, maar bij voldoende aanmeldingen start de deeltijd ook in februari voor studenten die op basis van vrijstellingen kunnen verkorten. Iedereen met een havo-, vwo- of mbo niveau 4-diploma wordt toegelaten tot de opleiding. De opleiding kent drie fasen: de propedeuse-, de hoofd- en de afstudeerfase (respectievelijk studiejaar 1, 2-3 en 4). In al deze fasen werken studenten aan de beroepsrollen, de beroepstaken en de daarbij passende competenties. Dit neemt per fase toe in complexiteit. De kennis- en vaardigheidsleerlijnen zijn: management&organisatie, psychologie, communicatie mondeling en schriftelijk, toegepaste onderzoeksvaardigheden en ICT vaardigheden. Bij opleidingskunde staat de kwaliteit van leren en de professionele ontwikkeling van de student centraal. Het effect hiervan is dat studenten de bachelor Opleidingskunde uitstekend waarderen met 91% studenttevredenheid (bron: NSE 2011). De Hbo-keuzegids voltijd en deeltijd van 2011 geeft een eindcijfer 8.
Agora is het informatiebulletin van de leraren opleidingen van de HAN, RU en ArtEZ. Het is bedoeld om de betrokkenheid tussen (opleidings)scholen enerzijds en ILS-HAN, ILS-RU, Pabo-HAN, ALO-HAN, LGW-HAN en ArtEZ anderzijds, te vergroten. Het blad verschijnt twee keer per jaar.
Adresgegevens Secretariaat Bureau Extern Loes Lamkamp, Ilona Timmer, Susanne Mahler, Andrea Bonarius en Marijn van Kouwen T (024) 353 02 00 E
[email protected] I www.bureau-extern.nl Relatiebeheer bureau Extern Hans Scheltinga, relatiebeheerder regio Zuid E
[email protected]
Stages Leren in de praktijk is, net als bij lerarenopleidingen, een belangrijk onderdeel (25%) van de opleiding. Studenten werken gedurende de gehele opleiding aan realistische opdrachten uit het bedrijfsleven (o.a. Phillips, Essent, Cap Gemini, Heinz) en non-profit organisaties (UMC Nijmegen, Politie, Defensie, zorginstellingen) en ze lopen vanaf jaar 1 stage. De laatste stage, in de afstudeerfase, vindt plaats bij een stagebedrijf, waar studenten zelfstandig toegepast onderzoek uitvoeren of een opleidingskundige opdracht uitvoeren.
Meer informatie Onderwijsbureau van Opleidingskunde T (024) 353 02 88 E
[email protected] I www.han.nl/opleidingskunde
Agenda
Rudi Liebrand; hoofd Bureau Extern en relatie beheerder regio Noord/West T (024) 353 03 18 E
[email protected] (Eind)redactie agora Rian van den Hout E
[email protected] Sanne van Kempen E
[email protected] Rudi Liebrand E
[email protected] Pauline Jagtman E
[email protected] Yvonne Visser E
[email protected] Vormgeving en DTP
2 april V oorlichtingsdag Educatieve Master ILS-RU. Meer informatie op www.ru.nl/ils 13 april: Uiterste inleverdatum aanbod stageplaatsen 2012-2013 bij Bureau Extern 18 april: Open Avond, speciaal voor geïnteresseerden in een deeltijdopleiding (HAN). Locatie: Kapittelweg 14 mei Wiskundedialoog; nascholingsdag voor eerstegraads docenten wiskunde en natuurkunde. Meer informatie op www.ru.nl/pucofscience. 28 juni NBZ; Nationale Bijspijkerdag Zinsontleding. Meer informatie op www.ru.nl/ils/nascholing.
HAN
www.han.nl
Bureau Ketel grafisch ontwerp Drukwerk Drukkerij Efficiënt Nijmegen