Inspectierapport PSZ Op de Hoek (PSZ) Doormanlaan EA SON EN BREUGEL

Inspectierapport PSZ Op de Hoek (PSZ) Doormanlaan 1 5694EA SON EN BREUGEL

Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling rapport:

GGD Brabant-Zuidoost SON EN BREUGEL 16-05-2014 Onderzoek voor registratie Definitief 12-06-2014

Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 5 Peuterspeelzaalwerk in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen .... 5 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 6 Personeel en groepen ....................................................................................................... 7 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 8 Ruimte en inrichting ......................................................................................................... 9 Ouderrecht .................................................................................................................... 10 Inspectie-items .................................................................................................................. 11 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 13 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 13 Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal ............................................................................ 14

2 van 14 Inspectierapport peuterspeelzaal onderzoek voor registratie 16-05-2014

PSZ Op de Hoek te SON EN BREUGEL

Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 2.20 lid 1 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een aangekondigd onderzoek voor registratie. Beschouwing Stichting Peuterspeelzaal Op de Hoek is een initiatief van drie ouders dat is ontstaan als alternatief voor het Peuterwerk dat sinds 2013 binnen de gemeente Son en Breugel enkel nog binnen de dagopvang wordt aangeboden. Sinds augustus 2013 hebben verschillende gesprekken met de gemeente en andere partners plaatsgevonden. Op grond hiervan was besloten om op 12-05-2014 te starten met een peuterspeelzaalgroep als 'ouderinitiatief' in een lokaal van BS De Krommenhoek (dat ook wordt gebruikt voor buitenschoolse opvang door Spring Kinderopvang) en om begin 2015 de overstap te maken naar een professionele peuterspeelzaal. Echter bleek begin mei 2014 dat het wettelijk gezien niet mogelijk was om op deze manier te starten. Hierop heeft Stichting Peuterspeelzaal Op de hoek besloten op de exploitatie van de speelzaal op te schorten en om direct een aanvraag voor opname in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP) bij de gemeente Son en Breugel in te dienen. De aanvraag is op 15-5-2014 ontvangen. Op vrijdagochtend 16-5-2014 heeft een onderzoek voor registratie plaatsgevonden. Tijdens de inspectie heeft er een gesprek plaats gevonden met twee leden van het bestuur. Tevens is er een rondgang gemaakt door de speelzaal en de buitenruimte en zijn een aantal documenten bekeken. De houder maakt een gemotiveerde indruk. Ondanks dat de wijziging in plannen zeer recent heeft plaatsgevonden, zijn de bestuursleden goed op de hoogte van de gestelde eisen. Er zijn risicoinventarisaties veiligheid en gezondheid uitgevoerd, er is een pedagogisch beleid, een meldcode kindermishandeling en een klachtenreglement opgesteld en de benodigde verklaringen omtrent het gedrag zijn aangevraagd, maar nog niet allemaal ontvangen. De peuterspeelzaal is bereikbaar via een zij-ingang van BS De Krommenhoek. Het speellokaal is aantrekkelijk ingericht voor de peuters met verschillende hoeken en passend meubilair. Er is veel lichtinval, door de grote raampartijen die uitkijken op het natuurlijk ingerichte buitenspeelterrein. Er zijn afspraken gemaakt met de basisschool en de buitenschoolse opvang m.b.t. het buitenspelen en het gebruik van elkaars materialen. De houder geeft aan: "We starten graag zo snel mogelijk met de peuterspeelzaal!" Het plan is om te starten met 2 groepen van maximaal 14 kinderen (van 2,3- 4 jaar oud), die ieder een vaste combinatie van twee ochtenden (8.30 -11.15 uur) komen spelen. Er zal gewerkt worden met twee beroepskracht en een vrijwilliger. De beroepskrachten hebben aangegeven om in de opstartfase onbezoldigd te willen werken. Een volledig kwaliteitsoordeel is echter nog niet mogelijk omdat het centrum nog niet in exploitatie is gegaan. Een aantal kwaliteitseisen kan pas volledig beoordeeld worden bij het bezoek na aanvang van de exploitatie. Dit bezoek zal in overleg met de gemeente waarschijnlijk eind 2014 plaatsvinden. Tijdens het huidige inspectiebezoek is geconstateerd dat de peuterspeelzaal op een aantal onderdelen nog niet voldoet aan de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. De overtredingen zullen worden opgesomd onder 'Advies aan het college'. De houder heeft in het kader van Overleg en Overreding de mogelijkheid gekregen om de missende documenten alsnog aan te leveren vóór de datum waarop de hoor-wederhoor zal plaatsvinden. Het resultaat hiervan zal ook worden beschreven onder 'Advies aan het college'.



Advies aan College van B&W Niet opnemen in het landelijk register kinderopvang en peuterspeelzalen.

Overleg en overreding heeft plaatsgevonden m.b.t. de volgende voorwaarden: 1.De verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 2.6 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Op 21-05-2014 en 22-05-2014 zijn alsnog de verklaringen omtrent gedrag (VOG’s) van de drie bestuursleden ontvangen. Deze VOG’s zijn echter afgegeven voor “vrijwilliger peuterspeelzaal” en voldoen zodoende niet als VOG van de houder. De juiste VOG Rechtspersoon voor het bestuur van de Stichting is op 22-05-2014 alsnog aangevraagd. Deze is nog niet ontvangen, waardoor de overtreding nog niet is opgelost. 2.De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder de peuterspeelzaal exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 2.6 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Op 21-05-2014 is alsnog een juiste VOG afgegeven voor de beroepskracht, zij mag zodoende worden ingezet op de groep. De overtreding is hiermee opgelost. 3.De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 2.9a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Op 22-05-2014 is een aangepaste Meldcode kindermishandeling ontvangen, die voldoet aan de eisen. De overtreding is zodoende opgelost.

Daarnaast heeft PSZ Op de Hoek n.a.v. de aandachtspunten op het domein veiligheid en gezondheid op 22-05-2014 een volledig beleidsplan veiligheid en gezondheid en een hygiëneprotocol naar de GGD opgestuurd. Deze documenten zijn nog niet beoordeeld.



Observaties en bevindingen Peuterspeelzaalwerk in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Binnen dit domein toetst de toezichthouder of er peuterspeelzaalwerk wordt geboden in de zin van de Wet Kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Peuterspeelzaalwerk in de zin van de wet Er is sprake van peuterspeelzaalwerk in de zin van de wet: Gedurende het verblijf in de peuterspeelzaal wordt verzorging en opvoeding geboden en wordt een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van de kinderen. Het peuterspeelzaalwerk wordt aangeboden aan kinderen vanaf 2 jaar en 3 maanden tot het tijdstip waarop de kinderen kunnen deelnemen aan het basisonderwijs. Peuterspeelzaalwerk en naleving weten regelgeving Stichting peuterspeelzaal Op de Hoek is een nieuwe houder, de 3 bestuursleden zijn niet eerder houder geweest van een andere peuterspeelzaal of kinderopvangorganisatie. Gebruikte bronnen: - Kopie inschrijving Kamer van Koophandel. - Interview bestuursleden: Mw. N. Smit en mw. L. van Vroenhoven



Pedagogisch klimaat Bij dit onderzoek voor registratie wordt alleen gekeken of er een pedagogisch beleidsplan is opgesteld. Omdat de opvang nog niet is gestart kan nog niet getoetst worden of in de praktijk daadwerkelijk op de beschreven manier wordt gewerkt. Pedagogisch beleid Peuterspeelzaal Op de hoek heeft een pedagogisch werkplan opgesteld, waarin is beschreven hoe de omgang met de kinderen vorm gegeven gaat worden. Zo zijn bijvoorbeeld de invulling van een dagdeel en de groepsindeling beschreven. Aandachtspunt inhoud pedagogisch beleid: Hoewel het beleidsplan tijdens deze inspectie nog niet inhoudelijk getoetst is, is als aandachtspunt aan de houder aangegeven dat het beleidsplan inhoudelijk nog niet compleet is. De volgende onderdelen zijn nog niet beschreven: - hoe vorm gegeven wordt aan de overdracht van normen en waarden en aan de ontwikkeling van de sociale competentie van de kinderen; - voor welke (spel)activiteiten de kinderen hun groep of groepsruimte verlaten; - hoe de beroepskrachten worden ondersteund door andere niet structureel ingezette personen; - de achterwachtregeling; - hoe bijzonderheden in de ontwikkeling van kinderen of andere problemen gesignaleerd worden en hoe ouders worden doorverwezen naar passende instanties die hierbij verdere ondersteuning kunnen bieden. - hoe beroepskrachten in een peuterspeelzaal toegerust worden voor de taak van signaleren en doorverwijzen en op welke wijze zij daarbij ondersteund worden.

Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Mw. N. Smit en mw. L. van Vroenhoven  (bestuursleden))  Pedagogisch beleidsplan (2014)



Personeel en groepen Tijdens dit onderzoek voor registratie wordt getoetst of de medewerkers die vanaf de start van de exploitatie van het kindercentrum werkzaam zullen zijn een verklaring omtrent het gedrag (VOG) hebben overlegd. De beroepskrachten moeten tevens over een geldig diploma beschikken. Verklaring omtrent het gedrag De VOG van de 3 bestuursleden zijn bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie niet overlegd. Deze zijn wel aangevraagd en het bestuur geeft aan dat deze zo spoedig mogelijk zullen worden opgestuurd naar de GGD. De VOG van 2 beroepskrachten en één vrijwilliger, die werkzaam zullen zijn op de peuterspeelzaal zijn ingezien. De VOG van één van deze beroepskrachten is niet getoetst op de punten die noodzakelijk zijn om in de peuterspeelzaal te mogen werken (functieaspecten 84 en 86) en voldoet daarom niet. Deze beroepskracht mag niet worden ingezet.

Op basis hiervan is geconstateerd dat de exploitatie redelijkerwijs niet zal plaatsvinden in overeenstemming met de volgende voorwaarden: De verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 2.6 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder de peuterspeelzaal exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 2.6 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Passende beroepskwalificatie De twee beroepskrachten beschikken over een passende beroepskwalificatie overeenkomstig de CAO Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening. Beroepskracht/vrijwilliger-kindratio De houder geeft aan dat er maximaal 14 kinderen per groep zullen worden opgevangen door 1 beroepskracht en 1 vrijwilliger. In de opstartfase zullen de beroepskrachten vrijwillig afzien van het ontvangen van een salaris. Een beroepskracht in een peuterspeelzaal is echter per definitie 'bezoldigd'. Omdat de peuterspeelzaal nog niet in exploitatie is gegaan, kan deze voorwaarde nog niet worden beoordeeld. Opvang in groepen De peuterspeelzaal gaat werken met 2 vaste groepen, die ieder 2 vaste ochtenden in de week komen: 1. de maandag- en donderdagochtend groep 2. de dinsdag- en vrijdagochtend groep. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Mw. N. Smit en mw. L. van Vroenhoven  (bestuursleden))  Verklaringen omtrent het gedrag (2 beroepskrachten en 1 vrijwilliger)  Diploma's beroepskrachten (2 beroepskrachten) 7 van 14 Inspectierapport peuterspeelzaal onderzoek voor registratie 16-05-2014


Veiligheid en gezondheid Tijdens dit onderzoek voor registratie wordt getoetst of de houder een risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid heeft uitgevoerd en of er een meldcode kindermishandeling is vastgesteld. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft in mei 2014 een risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid uitgevoerd in de binnen- en buitenruimten die voor de opvang zullen worden gebruikt. Hiervoor is gebruik gemaakt van de modellen die ontwikkeld zijn door de Stichting Consument en Veiligheid en door het Landelijk Centrum voor Hygiëne en Veiligheid (LCHV). De houder geeft aan in de toekomst de digitale risico-monitor te willen gaan gebruiken. Er zijn enkele huisregels en protocollen opgesteld, waarin maatregelen staan beschreven die genomen worden om de risico's te minimaliseren (bijvoorbeeld het invullen van een toestemmingsformulier voor medicatieverstrekking). Daarnaast zijn er formulieren aanwezig voor de registratie van ongevallen. Aandachtspunt gebruik methode risico-inventarisatie: In de inventarisatielijsten zijn veel risico's uitgesloten, die wel fysiek aanwezig zijn en waar wel maatregelen voor genomen zijn om ze te minimaliseren. Bijvoorbeeld: Risico: Kind komt met vinger tussen de deur: Uitgesloten. De houder geeft aan dat er vingersafes zijn geplaatst. Omdat het hier gaat om een verkeerde interpretatie van de methode wordt dit hier alleen als aandachtspunt genoemd. Aandachtspunten veiligheid en gezondheid: - Er is geen aparte gelegenheid om handen te wassen bij de verschoontafel. Omdat de houder aangeeft dat de afspraak is gemaakt om tijdens het verschonen wegwerphandschoenen te dragen en daarna de handen met handalcohol te desinfecteren en de handen te wassen bij de toiletgroep, wordt dit hier alleen als aandachtspunt genoemd. - De maatregelen die zijn genomen om de risico's te minimaliseren zijn mondeling besproken, maar zijn grotendeels nog niet vastgelegd in het beleid veiligheid en gezondheid. Deze stap dient nog gezet te worden vóór opening van de peuterspeelzaal. Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling opgesteld, maar deze voldoet nog niet aan de nieuwe eisen die sinds juli 2013 gelden. Zo ontbreekt bijvoorbeeld de verwijzing naar de vertrouwenspersoon van de inspectie van het onderwijs. Op basis hiervan is geconstateerd dat de exploitatie redelijkerwijs niet zal plaatsvinden in overeenstemming met de volgende voorwaarde: De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 2.9a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Mw. N. Smit en mw. L. van Vroenhoven  (bestuursleden))  Risico-inventarisatie veiligheid (mei 2014)  Risico-inventarisatie gezondheid (mei 2014)  Ongevallenregistratie (formulier mei 2014)  Huisregels/groepsregels (www.pszopdehoek.nl)  Meldcode kindermishandeling (mei 2014)



Ruimte en inrichting Tijdens het onderzoek voor registratie zijn de beschikbare binnen- en buitenruimten beoordeeld op hun oppervlakte en op hun geschiktheid voor peuterspeelzaalwerk. Binnenruimte Peuterspeelzaal Op de hoek is gehuisvest in een lokaal in BS De Krommenhoek, dat tevens als BSO-lokaal door Spring Kinderopvang in gebruik is (BSO De Springhoek). De tijden van het gebruik door de peuterspeelzaal vallen nooit gelijk met die van de BSO, waardoor het gezamenlijk gebruik van de ruimte mogelijk is. Het lokaal heeft een oppervlakte van 52 m², dit is voldoende voor de opvang van 14 kinderen. De ruimte is passend ingericht voor peuters. Er zijn afspraken gemaakt met BSO De Springhoek over het gebruik van elkaars meubilair en materialen. Ook zijn de kasten van Spring gesloten en zijn er afspraken gemaakt m.b.t. het opruimen van kleine materialen. De ruimte is ingericht met: - een knutselhoek met een lange tafel met stoelen en hoge kinderstoelen; - een poppenhoek, waarin een peutertafel met stoeltjes is geplaatst; - een lees-/rusthoek met een bank en een lage open kast met boekjes en puzzels; - een wand met een groot poppenhuis met kleine stoeltjes ervoor; - kasten met open boxen met o.a. constructiematerialen en verkleedkleren; - een open ruimte waar een kringetje van peuterstoeltjes kan worden opgesteld; - een keukenblokje en - een verschoontafel. Er kan gebruik worden gemaakt van het toiletblok op de gang, waarin 3 peutertoiletjes zijn geplaatst. Buitenspeelruimte Er kan gebruik worden gemaakt van de grote buitenruimte aan de zij- en achterkant van BS De Krommenhoek. Met de kleuterbouw van de school zijn afspraken gemaakt over de tijden waarop kan worden buiten gespeeld. “Om het overzicht op het grote terrein te kunnen houden, zullen de kinderen tijdens het buitenspelen gele hesjes dragen en ook zal er een streep worden getrokken om aan te geven tot waar de peuters mogen spelen”, aldus de houder. De buitenruimte is aan de zijkant betegeld. Aan de achterkant is de buitenruimte natuurlijk ingericht met een deel gras, een deel zand en er zijn stenen paadjes gelegd. De buitenruimte is ingericht met een grote zandbak, een wipkip, een grote houten klimtoren, verschillende tuimelrekjes en klimrekken, een tunnel van boompjes, een wigwam met paaltjes, waar de kinderen op kunnen zitten, goaltjes en een glijbaantje. De buitenruimte is volledig omheind met een hek, waarvoor een groenstrook is aangelegd. Gebruikte bronnen:  Observaties (vrijdagochtend 16-5-2014, 9-11 uur)



Ouderrecht Binnen dit domein vallen de informatie aan de ouders, het instellen en functioneren van de oudercommissie en het klachtrecht. Tijdens het onderzoek voor registratie wordt nog geen van deze onderdelen beoordeeld. Binnen 6 maanden na melding moet een oudercommissie worden ingesteld. De houder heeft hiervoor de tijd tot 15-11-2014. Klachten De houder heeft een klachtenregeling opgesteld, waarin zij verwijst naar de Stichting Klachtencommissie Kinderopvang (SKK). De aansluiting bij deze stichting moet nog worden geregeld. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Mw. N. Smit en mw. L. van Vroenhoven  (bestuursleden))  Website (www.pszopdehoek.nl)  Klachtenregeling (2014)



Inspectie-items Peuterspeelzaalwerk in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Peuterspeelzaalwerk in de zin van de wet Gedurende het verblijf in de peuterspeelzaal wordt verzorging en opvoeding geboden en wordt een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van kinderen. (art 2.1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze toezichthouder)

Het verblijf in de peuterspeelzaal is uitsluitend bestemd voor kinderen in de leeftijd van twee jaar tot het tijdstip waarop die kinderen kunnen deelnemen aan het basisonderwijs. (art 2.1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Beleidsregels werkwijze toezichthouder)

Peuterspeelzaalwerk en naleving weten regelgeving Er loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder. (art 2.5 Wet kinderopvang; art 3 lid 3 Beleidsregels werkwijze toezichthouder)

Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor die peuterspeelzaal kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 20 lid 2 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)

Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 2.6 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder de peuterspeelzaal exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar. (art 2.6 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij een onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij de peuterspeelzaal overgelegd. (art 2.6 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij een onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 2.6 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie overeenkomstig de cao Welzijn en Maatschappelijke Dienstverlening. (art 2.6 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 18 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)



Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)

De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)

De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)

De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 11 lid 1 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)

De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 2.6 lid 2 en 2.9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 15 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 2.9a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 17a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Ruimte en inrichting Binnenruimte Er is ten minste 3,5 m² bruto oppervlakte in de groepsruimte beschikbaar per kind. De binnenruimte is ingericht in overeenstemming met het aantal op te vangen kinderen. De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen en het pedagogisch beleid. Buitenspeelruimte Er is ten minste 3 m² bruto buitenspeelruimte beschikbaar per aanwezig kind. De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk en veilig bereikbaar. De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum. De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen en het pedagogisch beleid.



Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Vestigingsnummer KvK Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie

: : : :

PSZ Op de Hoek 000060674679 14 Nee

Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer

: : : :

PSZ Op de Hoek Doormanlaan 1 5694EA SON EN BREUGEL 60674679

Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door

: : : : :

GGD Brabant-Zuidoost Postbus 8684 5605KR EINDHOVEN 088 0031 377 W. Canters

Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats

: SON EN BREUGEL : Postbus 8 : 5690AA SON

Gegevens toezicht

Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport

: : : : :

16-05-2014 16-05-2014 12-06-2014 12-06-2014 13-06-2014

: 13-06-2014 : 04-07-2014



Bijlage: Zienswijze houder peuterspeelzaal Op 12-6-2014 is de volgende zienswijze per email ontvangen:

Zienswijze peuterspeelzaal Op de Hoek;

 Peuterspeelzaal ‘Op de hoek’ heeft het concept inspectierapport gezien  De door de GGD aangevoerde verbeterpunten zijn direct afgewerkt, al voordat het inspectierapport naar Gemeente Son en Breugel wordt verzonden.

 Strikt genomen dienen wij nu enkel nog te wachten op de formele ontvangst van een VOG-

RP, welke reeds in aanvraag is. In verband met de naderende zomervakantie hanteren wij het uitgangspunt dat uiterlijk 4 weken voor ingang van de zomervakantie (14-7-2014) gestart moet kunnen worden, omdat wij anders alweer direct moeten stoppen in verband met de 6 –weekse zomervakantie.  Het alternatief bij niet tijdig ontvangen van de VOG-RP is dat we de goedkeuring van de GGD en de gemeente ontvangen, maar pas officieel openen na de zomervakantie zodat de kinderen die ons gaan bezoeken niet teveel in de war geraken. Wij danken de GGD voor haar kundig en wettelijk oordeel en hopen dat de gemeente dit advies wil en kan opvolgen zodat we de ouders nog voor de zomervakantie kunnen laten weten dat we geregistreerd open zullen gaan na de zomervakantie.



Inspectierapport PSZ Op de Hoek (PSZ) Doormanlaan EA SON EN BREUGEL

Recommend Documents