Inspectierapport. Cowboys en Indiana (KDV) Overtoom JB AMSTERDAM Registratienummer:

Inspectierapport Cowboys en Indiana (KDV) Overtoom 274 1054 JB AMSTERDAM Registratienummer: 139066809

Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Gemeente Amsterdam Datum inspectie: 14-04-2015 Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek Status: definitief Datum vaststellen inspectierapport: 05-06-2015

Cowboys en Indiana - Jaarlijks onderzoek 14-04-2015

1/14

Inhoudsopgave Het onderzoek Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Accommodatie en inrichting Ouderrecht Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht


2/14

Het onderzoek Onderzoeksopzet Op 14 april 2015 is op grond van artikel 1.62, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen een onaangekondigd jaarlijks onderzoek uitgevoerd. In dit onderzoek is naar aanleiding van het risicoprofiel een beperkt aantal kwaliteitseisen onderzocht, namelijk de kwaliteitseisen op het gebied van het pedagogisch klimaat, de eisen aan het personeel, aan de beroepskrachtkind-ratio, de uitvoering van het veiligheids- en gezondheidsbeleid, de accommodatie en het ouderrecht. De kwaliteitseisen die zijn onderzocht staan achter in het rapport vermeld.

Beschouwing De rechtsvorm van het kinderdagverblijf Cowboys en Indiana is een besloten vennootschap. Het kinderdagverblijf is gevestigd in een voormalig winkelpand aan de Overtoom, waarin drie horizontale groepen worden opgevangen. Dit zijn een babygroep, een dreumesgroep en een peutergroep. De eigenaar heeft hiervoor bij verschillende organisaties als leidinggevende in kinderdagverblijven gewerkt. Zij is dagelijks op het kindercentrum aanwezig en bij calamiteiten en ziekte van de beroepskrachten werkt ze als beroepskracht op de groep. Het kinderdagverblijf is in mei 2013 gestart met één verticale groep. Met ingang van mei 2014 worden er op alle drie de groepen kinderen opgevangen. Het team dat werkzaam is op Cowbys en Indiana bestaat zowel uit ervaren beroepskrachten als uit beroepskrachten die nog maar kort werkzaam zijn in de kinderopvang. Er heerst een ontspannen sfeer waar kinderen vrijuit kunnen spelen en waar op een open manier met de kinderen wordt gecommuniceerd.

Advies aan college van B&W Er zijn geen overtredingen geconstateerd. De toezichthouder adviseert om dit rapport ter kennisname in ontvangst te nemen.


3/14

Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Het kinderdagverblijf bestaat uit drie groepen. De babygroep 'Tipi', de dreumesgroep 'Saloon' en de peutergroep 'Wilde Westen'. Pedagogisch beleidsplan Er is een algemeen pedagogisch beleidsplan 'Pedagogisch Beleid Kinderdagverblijf Cowboys en Indiana' versie 2015 en voor iedere groep is een speelwerkplan opgesteld. In het pedagogisch beleid zijn onder andere opgenomen: de kenmerkende visie van het kinderdagverblijf, de wijze waarop de emotionele veiligheid van de kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden die worden geboden aan de kinderen om hun persooonlijke en sociale compenteties te ontwikkelen en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan de kinderen plaatvindt. Bovendien is het vierogenprincipe in duidelijk observeerbare termen in het beleidsplan beschreven. Pedagogische praktijk De houder en de beroepskrachten dragen zorg voor de uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. Tijdens het inspectiebezoek is er geobserveerd tijdens het eten aan tafel, een activiteit aan tafel en vrij spelen op de groep. Op basis van deze observaties constateert de toezichthouder dat er zorg wordt gedragen voor het waarborgen van de emotionele veiligheid van de kinderen en de persoonlijk competenties. Emotionele veiligheid Er heerst een ontspannen sfeer op alle groepen. Als de toezichthouder om negen uur bij de peutergroep binnenkomt zitten de kinderen rustig aan tafel te kleien. De kinderen vertellen aan de beroepskracht wat ze aan het kleien zijn; de beroepskracht reageert op ieder kind op een vriendelijke en positieve manier. Wanneer de tweede beroepskracht op de groep komt groet ze alle kinderen en wenst iedereen een goedemorgen. De kinderen roepen enthousiast goedemorgen terug en noemen haar naam. Eén van de kinderen kijkt haar verwachtingsvol aan. De beroepskracht tilt het kind op en begroet het uitgebreid. Als er kinderen door de ouders gebracht worden, wordt het kind begroet door de beroepskracht en uitgenodigd om aan tafel te komen kleien. Vervolgens neemt de beroepskracht voldoende tijd om informatie uit te wisselen met de ouder. Er wordt op een respectvolle wijze aandacht besteed aan de behoeftes van het kind, wat blijkt uit de volgende voorbeelden: als een kind samen met de ouder op de groep komt, vertelt de ouder dat het kind zich niet zo lekker voelt. Het kind geeft aan heel graag bij de ouder te willen blijven. De ouder en het kind krijgen de ruimte van de beroepskracht om rustig en op eigen wijze (nog even twee tellen bij mama op schoot en dan gedag zwaaien) afscheid te nemen. Vervolgens neemt de beroepkracht het kind over van de ouder en samen, kind en beroepskracht, zwaaien ze de ouder bij het raam uit. Het kind neemt zonder problemen afscheid van de ouder. Als ze afscheid hebben genomen vraagt de beroepskracht of ze wil kleien en waar ze aan tafel wil zitten. Het kind wijst een plekje aan, gaat tevreden zitten en begint met een vrolijk gezicht te kleien. Er wordt op een vriendelijke en rustige manier met de kinderen gesproken. Tijdens het verschonen van de baby's vertelt de beroepskracht wat ze aan het doen is en maakt grapjes met de baby. De beroepskracht en de baby hebben veel oogcontact. De baby ligt ontspannen op de verschoontafel en heeft er zichtbaar plezier in om contact te hebben met de beroepskracht. Persoonlijke competentie De groepsruimtes zijn zo ingericht dat de kinderen zelfstandig het speelgoed kunnen pakken waarmee ze willen spelen. Tijdens de observatie op de babygroep spelen er vijf baby's op de grond en kunnen ze zelfstandig het speelgoed pakken waarmee ze willen spelen. Dat geldt ook de baby's die nog niet kunnen lopen. Er is voldoende speelgoed aanwezig, waardoor de kinderen de mogelijkheid hebben hun eigen spel te spelen en de sfeer ontspannen blijft. Er is voldoende aandacht voor het opdoen van eigen (leer)ervaringen en initiatieven van de kinderen; een voorbeeld hiervan is: op de peutergroep zitten alle kinderen aan tafel te kleien. Eén van de kinderen zegt tegen de beroepskracht dat ze niet meer wil kleien maar wel wil meehelpen bij het klaarmaken van het fruit. De beroepskracht reageert enthousiast en geeft aan het heel leuk te vinden. Het kind loopt met haar mee naar de keuken. Ze krijgt een bordje met een sinaasappel om te pellen en in stukjes te verdelen. Nadat het kind dit heeft gedaan laat ze dit vol trots aan de beroepskracht zien. De beroepskracht complimenteert en bedankt het kind voor de goede hulp. Gebruikte bronnen: - 'Pedagogisch beleidsplan Kinderdagverblijf Cowboys en Indiana' versie 2015 - Observatie: bij de peutergroep de activiteit aan tafel, bij de babygroep tijdens het vrij spelen en verschonen.


4/14

Personeel en groepen Het kindercentrum bestaat uit drie groepen: een babygroep, een dreumesgroep en een peutergroep. De eigenaar is dagelijks aanwezig. Er zijn momenteel zeven vaste beroepskrachten en één vaste invalkracht werkzaam bij het kinderdagverblijf. Verklaring omtrent het gedrag De toezichthouder heeft op basis van een steekproef beoordeeld dat de personen die werkzaam zijn bij het kindercentrum beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag die voor aanvang van de werkzaamheden is overgelegd en op dat moment niet ouder is dan twee maanden. Deze steekproef is gehouden onder het personeel dat sinds het laatste reguliere inspectiebezoek in dienst is getreden. Passende beroepskwalificatie De toezichthouder heeft op basis van een steekproef beoordeeld dat alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao Kinderopvang is opgenomen. Deze steekproef is gehouden onder het personeel dat sinds het laatste reguliere inspectiebezoek in dienst is getreden. Opvang in groepen Er zijn drie stamgroepen: op de babygroep Tipi worden maximaal negen kinderen in de leeftijd van 0 tot 18 maanden opgevangen, op de groep dreumesgroep Saloon worden maximaal elf kinderen in de leeftijd van circa 18 maanen tot 2,5 jaar opgevangen en op de peutergroep het Wilde Westen worden maximaal dertien kinderen opgevangen in de leeftijd van 2,5 tot 4 jaar. Op de woensdag zijn er twee stamgroepen omdat er structureel minder kinderen zijn geplaatst. Dreumesgroep de Saloon en peutergroep het Wilde Westen worden dan tot één vaste stamgroep samengevoegd. Ieder kind is in één van de vaste stamgroepen geplaatst en alle kinderen worden dagelijks in de eigen stamgroep opgevangen. Kinderen worden niet opgevangen in een tweede stamgroep indien er extra opvangdagen worden aangeboden. Beroepskracht-kind-ratio Tijdens het inspectiebezoek worden er in babygroep Tipi zes kinderen opgevangen door twee beroepskrachten, in dreumesgroep de Saloon elf kinderen door twee beroepskrachten en in peutergroep het Wilde Westen tien kinderen door twee beroepskrachten. Op de dag van het inspectiebezoek worden er voldoende beroepskrachten ingezet voor het aantal kinderen dat wordt opgevangen. Op basis van een steekproef uit de presentielijsten van 2 maart tot en met 17 april 2015 en de bijbehorende werkroosters van het personeel blijkt dat er ook in deze periode voldoende beroepskrachten zijn ingezet voor het aantal op te vangen kinderen. De beroepskrachten hebben dagelijks de volgende werktijden: 8.00 tot 17.00 uur, 8.30-17.30 uur, 9.00-18.00 uur en 9.30-18.30 uur. Zij pauzeren ieder 60 minuten tussen 13.00 en 15.00 uur. Op de presentielijsten worden de tijden van binnenkomst en weggaan per kind genoteerd. Er wordt voldaan aan de inzet van beroepskrachten bij afwijking van de beroepskracht-kind-ratio. Op maandag tot en met donderdag wordt het kinderdagverblijf door minimaal twee beroepskrachten geopend en gesloten. Op de vrijdag kan het voorkomen dat één beroepskracht het kinderdagverblijf opent. Als achterwacht fungeert dan de brandwacht in de kazerne aan de Rozengracht. De beroepskrachten zijn op de hoogte van de achterwachtregeling. Gebruik van de voorgeschreven voertaal Gedurende de hele opvang wordt door alle beroepskrachten Nederlands gesproken. Gebruikte bronnen: - Steekproef afschriften verklaringen omtrent het gedrag - Steekproef afschriften beroepskwalificaties - Overzicht inzet beroepskrachten over de periode van 2 maart tot en met 17 april 2015 - Presentielijsten over de periode van 2 maart tot en met 17 april 2015 - 'Pedagogisch beleidsplan Kinderdagverblijf Cowboys en Indiana' versie 2015 - Gesprek met de eigenaar - Gesprek met de beroepskrachten - Inspectieonderzoek


5/14

Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid In januari 2015 is de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid uitgevoerd; hierbij is gebruikgemaakt van de risicomonitor. De eigenaar verklaart dat de uitgevoerde risico-inventarisatie nog wel moet worden afgesloten. De risico-inventarisatie zal eerst met de beroepskrachten tijdens het teamoverleg worden besproken. Bij het afsluiten van de risicomonitor veiligheid en gezondheid zal de input van de beroepskrachten die tijdens de teamvergadering naar voren komen, worden toegevoegd. De geïnventariseerde veiligheids- en gezondheidsrisico's en de daaruit voortkomende genomen maatregelen staan beschreven in de 'Toetsing rapportage veiligheid management' en 'Toetsing rapportage gezondheid management'. Deze maatregelen komen overeen met de maatregelen die zijn beschreven in de diverse werkinstructies en protocollen, zoals de 'Werkinstructies veiligheid', 'Werkinstructies gezondheid' en het 'Protocol veilig slapen'. Tijdens het werkoverleg dat één keer in de zes weken plaatsvindt en de teamvergadering die ook één keer in de zes weken gehouden wordt is het veiligheids- en gezondheidsbeleid besproken. De eigenaar stelt een jaarplanning op waarin diverse protocollen, werkinstructies en huisregels zijn opgenomen. Tijdens het teamoverleg en werkoverleg wordt aan specifieke onderwerpen uit de jaarplanning aandacht besteed. Een aantal werkinstructies en protocollen hangt in de groepsruimtes en slaapkamers. Zo hangt het 'Protocol veilig slapen' in de slaapkamers en de werkinstructie 'Hygiëne handen wassen' in de keukens van de groepen. Bovendien is op iedere groep een map aanwezig waarin alle protocollen, werkafspraken, het speelwerkplan en de notulen van elk overleg zijn opgenomen. Uitvoering van het veiligheidsbeleid Alle beroepskrachten hebben een BHV-training gevolgd en een EHBO-diploma behaald. Alle beroepskrachten worden verplicht om de herhalingscursussen te volgen. De peuters moeten via een trap naar de slaapkamer. Er zijn duidelijke afspraken hoe er gebruikgemaakt dient te worden van de trap. De kinderen dienen achter elkaar te blijven lopen en zich vast te houden aan de trapleuning. Er is een 'thee/koffie'-protocol waarin beschreven staat waar en wanneer er koffie en thee gedronken kan worden. Op de baby- en de dreumesgroep wordt geen thee of koffie gedronken en op de peutergroep worden hete dranken op het aanrecht gezet om af te koelen of op een hoge plek (boven de 1.25 m) neergezet. Bovendien mag er geen thee of koffie gedronken worden als kinderen op schoot zitten. Tijdens het inspectiebezoek wordt er volgens de afspraken gewerkt. Uitvoering van het gezondheidsbeleid Er zijn afspraken gemaakt met betrekking tot het geven van moedermelk. De moedermelk dient te worden aangeleverd in 'potjes' waarop de naam van de baby en de datum vermeld moet staan. Het wordt op de dag dat de melk wordt aangeleverd aan de baby gegeven. Alleen de dagelijkse hoeveelheid wordt door de ouders meegegeven. Op dit moment maken alle kinderen gebruik van een eigen bedje. De bedjes worden drie keer per week verschoond, op de maandag, woensdag en vrijdag. Indien een bedje door twee kinderen wordt gebruikt, wordt het bed verschoond wanneer het bed gebruikt wordt door het andere kind. Er hangt een schema in de slaapkamer, waarop staat in welk bed het kind slaapt. Meldcode kindermishandeling Er wordt bij het kinderdagverblijf gebruikgemaakt van de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling (versie juli 2013). Deze meldcode voldoet aan de beschreven eisen. De houder verklaart dat de meldcode minimaal één keer per jaar wordt besproken tijdens een teamoverleg. Bovendien is op iedere groep een map aanwezig met daarin de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling. Vierogenprincipe De eigenaar organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskrachten de werkzaamheden uitsluitend verrichten terwijl zij gezien of gehoord kunnen worden door een andere volwassene. Het beleid omtrent het vierogenprincipe is opgenomen in het pedagogisch beleidsplan. Het kinderdagverblijf is een transparant gebouw met veel ramen, waardoor de beroepskrachten vanuit hun eigen groep zicht hebben op de andere groep. De deuren van de groepen staan vaak open. De heigenaar verklaart dat de beroepskrachten makkelijk bij elkaar op de groep naarbinnen lopen en er is veel aandacht voor de sociale controle en het elkaar durven aanspreken. De groepen worden aan het begin en aan het einde van de dag samengevoegd, zodat beroepskrachten niet alleen op de groep staan; in iedere slaapkamer is een babyfoon aanwezig. De eigenaar verklaart dat er na de zomer in iedere groepsruimte en in alle slaapkamers camera's geplaatst worden. Op iedere groep zal er ook een monitor komen waarop de camerabeelden te zien zijn. Een protocol betreffende het cameratoezicht zal nog worden opgesteld. Gebruikte bronnen: - Risico-inventarisatie veiligheid, uitgevoerd in de maand januari 2015 - Risico-inventarisatie gezondheid, uitgevoerd in de maand januari 2015 - Plan van aanpak: diverse protocollen en werkinstructies Cowboys en Indiana - Jaarlijks onderzoek 14-04-2015

6/14

- 'Pedagogisch Beleid Kinderdagverblijf Cowboys en Indiana' versie 2015 - Gesprek met de eigenaar - Gesprek met de beroepskrachten - Inspectieonderzoek


7/14

Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte Het kindercentrum beschikt over drie groepsruimtes. De binnenspeelruimtes zijn passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de kinderen. Er is voldoende ontwikkelingsmateriaal aanwezig voor de betreffende leeftijdgroepen. Er zijn in de groep speelhoeken gecreëerd; zo zijn er in de peutergroep een puzzelhoek, een auto-bouwhoek en een keukenhoek. De babygroep beschikt over een box en een kleed waarop de baby's kunnen spelen. Sinds kort staat er een grote Tipi-tent in de groep waar de kinderen in kunnen spelen. Bovendien staat er een hangwieg voor de allerkleinste baby's. In de dreumesgroep wordt ook gewerkt met speelhoeken. In alle groepen bevindt het speelgoed zich in open kasten, waaruit het speelgoed door de kinderen zelfstandig kan worden gepakt. In de buitenruimte staat een blokkenhut, die als atelier wordt gebruikt. Hierin kunnen de oudste peuters onder begeleiding knutselen. Buitenspeelruimte De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen. Er zijn voldoende fietsjes en overig rij- en speelmateriaal aanwezig. Er is een grote zandbak die kan worden afgedekt met een zeil, waarin de kinderen met scheppen, harken, emmers en zandvormpjes kunnen spelen. Bovendien is er een moestuin aangelegd, waar de kinderen samen met de beroepskrachten kunnen tuinieren. Sinds kort staat er ook een kas waarin kruiden en groenten gekweekt kunnen worden. Gebruikte bronnen: - Inspectieonderzoek - Gesprek met de eigenaar


8/14

Ouderrecht Informatie De eigenaar informeert de ouders door middel van het 'Pedagogisch Beleid Cowboys & Indiana' en de website www.cowboysenindiana.nl. De eigenaar verstuurt minimaal vier nieuwsbrieven per jaar aan de ouders. Deze informatiebronnen zijn toegankelijk voor alle ouders. Bovendien vindt er een intakegesprek plaats met de ouders. Voorafgaand aan de opvang wordt het intakeformulier ingevuld, dat aan het eind van de wenperiode nogmaals met de ouders wordt doorgenomen en indien nodig aangepast. Bovendien is er veel e-mailcontact met de ouders en wordt er veel aandacht besteed aan de overdracht. Twee keer per jaar worden de ouders uitgenodigd voor een ouderavond. Op deze avonden worden aan de hand van filmpjes die vooraf op de groepen gemaakt zijn, stellingen opgesteld die met de ouders worden besproken. Oudercommissie De houder heeft een oudercommissie ingesteld, waarin op dit moment twee leden zitting hebben en één ouder zich heeft aangemeld om aan de oudercommissie deel te nemen. De houder heeft in het afgelopen jaar de prijswijziging en het vierogenprincipe ter advies aan de oudercommissie voorgelegd. Gebruikte bronnen: - Website: www.cowboysenindiana.nl. - 'Pedagogisch Beleid Kinderdagverblijf Cowboys en Indiana' versie 2015 - Overzicht leden van de oudercommissie - Notulen oudercommissie, d.d. 14 maart, 21 november 2014 en 16 januari 2015 - Gesprek met de eigenaar - Inspectieonderzoek


9/14

Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleidsplan De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven. Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.

Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag Een verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot registratie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013 dan is deze niet ouder dan twee jaar. Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger werkzaam bij de onderneming is niet ouder dan twee jaar. Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. Bij de inzet van beroepskrachten in opleiding wordt rekening gehouden met de opleidingsfase waarin zij zich op dat moment bevinden. Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. De houder informeert de ouders en de kinderen in welke stamgroep het kind verblijft en welke beroepskrachten op welke dag bij welke groep horen. A. De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. Of B. De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. Ieder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind. Ieder kind maakt van maximaal twee stamgroepruimtes gebruik gedurende een week. Beroepskracht-kind-ratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. Cowboys en Indiana - Jaarlijks onderzoek 14-04-2015

10/14

De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. Bij een openingstijd van 10 uur of langer kunnen ten hoogste drie uur per dag, niet aaneengesloten, minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is. De drie uur afwijkende inzet betreft uitsluitend de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze. De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kind-ratio. Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kind-ratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig. Gebruik van de voorgeschreven voertaal A. De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. Of B. Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.

Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op. In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene.

Accommodatie en inrichting Binnenspeelruimte De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Buitenspeelruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar. De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen.

Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders over het te voeren beleid. Oudercommissie De houder heeft een oudercommissie ingesteld. De houder stelt de oudercommissie in staat haar advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit met Cowboys en Indiana - Jaarlijks onderzoek 14-04-2015

11/14

betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 1.60 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.


12/14

Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Vestigingsnummer Website Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse opvang

: : : : :

Cowboys en Indiana 000026129027

Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcde en plaats KvK nummer Website

: : : : :

Van Dijk@Spilker B.V. Overtoom 274 1054 JB AMSTERDAM 56590547

: : : : :

GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang Postbus 2200 1000 CE AMSTERDAM 020 555 55 75 Mw. I. Dol

33 Nee

Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Postadres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam Postadres Postcode en plaats

: Gemeente Amsterdam : Amstel 1 : 1011 PN AMSTERDAM

Planning Datum inspectiebezoek Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststellen inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport


: : : : :

14-04-2015 19-05-2015 03-06-2015 05-06-2015 10-06-2015

: 10-06-2015 :

13/14

Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid een zienswijze in te dienen.


14/14

Inspectierapport. Cowboys en Indiana (KDV) Overtoom JB AMSTERDAM Registratienummer:

Recommend Documents