www.standaard.biz
INNOVATIE
8
12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 2 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 2 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4 5 6 7 8 9 12 3 4
www.standaard.biz/economievandaag 2 2
m a a r t
2 0 0 6
-
G R AT I S
B I J L A G E
B I J
D E
S T A N D A A R D
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT I E
E S
-
S
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT
A Y
Innovatie is brandstof voor onze economie Let’s make things better, luidde de reclameslogan waar een bekende Nederlandse elektronicafabrikant enkele jaren geleden mee uitpakte. Het lijkt een holle frase, maar ze vatte goed samen waar het bedrijf voor wilde staan. Betere dingen maken en de dingen op een betere manier maken; met een duur woord: innovatie. WIM DE PRETER, illustratie Dirk Huyghe
B
IJ het woord ‘innovatie’ zijn we geneigd te denken aan grote wetenschappelijke doorbraken, zoals de uitvinding van de drukpers of de stoommachine. Dat waren inderdaad historische uitvindingen die hun plaats in de geschiedenisboeken verdienen, en die in de hele wereld echte welvaartsgolven hebben teweeggebracht. Vaak luidden ze ook op andere maatschappelijke domeinen een heuse trendbreuk in. Denk maar aan de invoering van de lopende band en van andere automatiseringsprocessen: die brachten niet alleen een stijging van de gemiddelde welvaart met zich mee, ze hebben ook bijgedragen tot de opkomst van de industriële maatschappij. Met fenomenen zoals verstedelijking, de klassenstrijd en de opkomst van het socialisme, de modernistische cultuurbeweging, en moderne kwalen zoals stress en depressie. Maar innovatie stopt niet bij die grote, beroemde uitvindingen. Innovatie, of innoveren, kun je heel eenvoudig omschrijven als het verbeteren van de dingen die we maken of doen. Als een auto-ingenieur een nieuwe koetswerkvorm heeft ontdekt die de luchtweerstand van een bepaald type wagen met een procent vermindert, dan heeft hij op zijn manier aan innovatie gedaan. Stel je even voor dat zijn ideetje goed is voor een brandstofbesparing van één centiliter ben-
2
DE STANDAARD 22 maart 2006
zine per honderd kilometer. Dat lijkt misschien niet veel, maar als er zo een miljoen wagens rondrijden die elk jaar gemiddeld 15.000 kilometer bollen, dan heeft onze ingenieur in zijn eentje wel 1,5 miljoen liter benzine per jaar bespaard. En het hoeft niet alleen over industriële verbeteringen te gaan. Als de supermarktketen Delhaize zijn klanten de mogelijkheid geeft om zelf hun producten in te scannen, is dat ook een vorm van innovatie. Zo wordt er aan de kassa’s energie vrijgemaakt die elders nuttiger kan worden ingezet. Het zijn die kleine verbeteringen die het, als je ze allemaal bij elkaar optelt, mogelijk maken dat onze welvaart jaar na jaar blijft toenemen: een fenomeen dat beter bekendstaat als economische groei. Want het geld dat we in het eerste voorbeeld op benzine besparen, is beschikbaar voor andere dingen. Via het raderwerk van de economie kan het terechtkomen bij weer een andere ondernemer met een innovatief idee, die op zijn beurt weer een aantal mensen aan werk kan helpen. Met andere woorden: dankzij innovatie kunnen we onze welvaart vergroten en meer mensen aan een job helpen. Het is belangrijk om dat in het achterhoofd te houden, want vaak gaan mensen er intuïtief van uit dat innovatie jobs vernietigt. Het voor
de hand liggende voorbeeld is dat van de robots die het werk van de arbeiders in een autofabriek overnemen. Het klopt misschien wel dat er door die robots een aantal menselijke jobs verloren gaan. Maar aan de andere kant zullen auto’s in die fabriek goedkoper en efficiënter geproduceerd worden. De fabrikant zal ze daardoor goedkoper op de markt kunnen brengen, waardoor hij er meer verkoopt en dus meer winst maakt. En die winst kan hij weer investeren in andere activiteiten en nieuwe jobs. Bovendien is er ook winst voor de economie als geheel: als mensen minder moeten betalen voor een nieuwe auto, neemt hun koopkracht toe. Innovatie gaat dan ook hand in hand met de creatie van welvaart. Toen de eerste automobiel ruim honderd jaar geleden werd uitgevonden, was het nog een excentriek, futuristisch tuig dat alleen bestemd leek voor verwende miljonairs die op zoek waren naar een tijdverdrijf. Dat vandaag bijna elke rijke westerling over een wagen beschikt — om nog te zwijgen over zijn verwarmde huis, zijn televisie, computer en gsm — is uiteindelijk te danken aan het — letterlijk — verrijkende effect van technische en technologische vernieuwing. Is innovatie dan alleen maar een zaak van ingenieurs, managers en harde centen?
I E
-
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT I E
passief verwarmde huizen, Toch niet. Het kan evenKleine verbeteringen, die slechts een fractie van goed gaan om vernieuwinals je ze allemaal bij de energie verbruiken van gen die een product origielkaar optelt, maken wat we gewoon zijn. Of aan neler maken, zonder dat het daarom meteen om het mogelijk dat onze telewerken, als een manier om het fileprobleem en de een technische verbetering welvaart blijft stress op het werk aan te hoeft te gaan. Innovatie toenemen: pakken. bestaat net zo goed in de datfenomeen heet Veel belangrijker is het wereld van mode, design, ‘economische groei’ om wetten en afspraken te en de culturele sector. Almaken die bedrijven dwinleen heeft men het daar gen om het milieu en de geover creativiteit. Maar ook zondheid van hun werknemers te respectein de kunstwereld zie je dat originele en inren. Op die manier kun je innovatie ook novatieve kunstenaars meer erkenning krijaanmoedigen. Een bekend voorbeeld is het gen, en dat er een grotere vraag is naar hun Kyoto-protocol, dat bedrijven financieel werk. Dus ook daar kijkt de economische straft als ze hun CO2-uitstoot niet verminlogica weer om de hoek. Sommigen zullen opwerpen dat die wedderen. Liever dan een boete te betalen, zulren naar welvaart en rijkdom niet zo’n goelen die bedrijven investeren in milieuvriende zaak is, omdat we er ons milieu en onze delijke verbrandingstechnologie. gezondheid mee verpesten. En gelijk hebHet voorbeeld geeft al aan dat er wel degeben ze. Welvaart is pas echt vooruitgang als lijk behoefte is aan een innovatiebeleid ze ook duurzaam is en latere generaties ten door de overheid. Niet alleen door regels op goede komt, en als ze niet ten koste gaat van te leggen, maar ook door er af te schaffen. onze geestelijke en lichamelijke gezondZo bestaan er nog altijd heel wat Belgische heid. Maar het zou verkeerd zijn om innogemeenten die een belasting heffen op drijfvatie dan maar aan te wijzen als de schuldikracht (zeg maar op machines) of op comge voor onze problemen. Integendeel zelfs: puters. Daarmee geven ze aan bedrijven eivoor heel wat van die problemen kan techgenlijk de boodschap dat innovatie — of nologische vernieuwing een oplossing betenoem het meer efficiëntie — niet wenselijk kenen. Denk maar aan hybride auto’s of is. Belastingen zijn niet per definitie slecht,
-
I N N O VAT I E
-
maar je kunt ze beter niet heffen op dingen die eigenlijk aangemoedigd moeten worden. Gelukkig is het dezelfde overheid niet ontgaan dat innovatie van levensbelang is voor de gezondheid van de economie. Zowel op Europees als op nationaal niveau zijn politici op zoek naar het recept om innovatie en ondernemerschap te stimuleren. Bestaat er zo’n magische formule? We moeten bescheiden blijven en aanvaarden dat innovatie grotendeels een spontaan proces is. De harde wetten van de economische concurrentie doen het grootste deel van het werk. Bedrijven die willen overleven, moeten hun concurrenten altijd een stap voor zijn, en dat kunnen ze onder meer doen door te innoveren. Het is dus belangrijk dat de overheid die concurrentie vrijwaart. Het is geen toeval dat de communistische landen van het vroegere Oostblok jarenlang zijn blijven steken op het welvaartsniveau van de jaren 1950 en 1960. Bedrijven hadden er in die landen geen enkel belang bij om risico’s te nemen door geld te investeren in nieuwe toepassingen. Wat de overheid wel kan en moet doen, is een klimaat in het leven roepen waarin creativiteit en innovatie kunnen gedijen. Bijvoorbeeld door te investeren in een onderwijssysteem dat creatieve geesten aflevert. Door mensen met een origineel idee te beschermen tegen namaak en plagiaat — wat onder meer vereist dat ze zonder al te veel papierwerk een octrooi kunnen nemen op hun uitvinding. En de overheid kan ervoor zorgen dat mensen met een goed idee ook aan geld geraken om het in een uitvinding om te zetten. Niet alleen door zelf fondsen ter beschikking te stellen, maar ook door fiscale stimuli te geven aan privé-investeerders die hun nek durven uitsteken. Het zijn basisregels die trouwens ook binnen de muren van een onderneming gelden. Een bedrijf dat aan de spits wil blijven, moet zijn creatievelingen ook voldoende middelen en bevoegdheden geven, en hen laten delen in de winst die ze door hun uitvindingen hebben bijgebracht. Maar toverformules bestaan ook hier niet. De drang om te innoveren is nu eenmaal niet bij iedereen aanwezig. En dat hoeft ook niet. Heel wat mensen zijn perfect gelukkig als ze de ruimte krijgen om hun job zo goed mogelijk te doen. Ook zij hebben af en toe wel een goed idee dat hun werk kan verlichten en hun wereld aangenamer kan maken. Geluk zit in een klein hoekje, zegt het spreekwoord. Misschien zit innovatie wel in hetzelfde hoekje.
DE STANDAARD 22 m aart 20 0 6
3
I N
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT
Overheid helpt bedrijven innoveren BELGIE EN EUROPA HEBBEN NOG LANGE WEG AF TE LEGGEN
D
RIE procent. Dat is het magische cijfer dat politici in hun hoofd hebben als het over innovatie gaat. De landen van de Europese Unie hebben namelijk afgesproken dat ze tegen 2010 drie procent van hun bruto binnenlands product — dat is de som van alle goederen en diensten die een land in één jaar produceert — aan onderzoek en ontwikkeling willen besteden. Op die manier hoopt Europa uit te groeien tot een toonaangevende kenniseconomie. Het cijfer is niet helemaal willekeurig gekozen. Zowel in Japan als in de Verenigde Staten, twee landen die bekendstaan om hun innovatiegerichte economieën, schommelt dit percentage inderdaad rond de drie procent. Maar Europa heeft nog een hele weg af te leggen. De 25 lidstaten van de Europese Unie kwamen in 2002 maar aan gemiddeld 1,94 procent. België en Vlaanderen zitten daar met ruim 2,1 procent een stukje boven, maar alleen Zweden en Finland voldoen ruimschoots aan de ,,drieprocentnorm’’. De Belgische bedrijfsleiders lopen in elk geval niet hoog op met ons land als een broeinest van innovatie. Dat leert een enquête die eind 2003 werd uitgevoerd door het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) en de consultant Arthur D. Little. Liefst 45 procent van de ondervraagden vond dat ons land achterop hinkte als vestigingsplaats voor innovatieve activiteiten. Een goede helft zei dat het economische klimaat in ons land een remmende werking uitoefent op innovatie. En amper één op de vijf ondervraagden verwachtte dat België erop vooruit zou gaan. Het zijn weliswaar cijfers die je met een korrel zout moet nemen, want in andere landen blijken bedrijfsleiders er vaak een even pessimistische visie op na te houden. De bedrijven klagen vooral over te hoge belastingen en te veel papierwerk en vergunningen. Kortom: de overheid moet ons wat meer ademruimte geven om creatief te zijn, zeggen ze. Bedrijven die innoveren, worden daarvoor nochtans op verschillende manieren
4
DE STANDAARD 22 maart 2006
gesteund door de overheid. Maar zoals dat wel vaker gaat in ons landje, moeten ze daarvoor op heel wat verschillende deuren gaan kloppen. We vroegen daarover wat meer uitleg aan adjunct-directeur An Van De Vel van Agoria Vlaanderen, de federatie van de technologische bedrijven. ● De belangrijkste maatregel op federaal niveau — het Belgische niveau, dus — is de gedeeltelijke vrijstelling van de bedrijfsvoorheffing voor onderzoeksprojecten in bedrijven. Het komt erop neer dat bedrijven die onderzoekers tewerkstellen, minder belastingen moeten betalen op het loon van die onderzoekers. De vrijstelling bedraagt vijftig procent als het gaat om projecten in samenwerking met universiteiten of kenniscentra. Sinds begin dit jaar is zo’n samenwerking niet meer vereist, maar in dat geval bedraagt de belastingvermindering slechts 25 procent. Het gaat om een belangrijke maatregel die ook goed is voor het imago van ons land bij buitenlandse investeerders en onderzoekers, zegt An Van De Vel. Toch zou Agoria graag zien dat de aftrek van vijfitg procent voor alle bedrijven zou gelden, en dat ze niet beperkt zou blijven tot onderzoekers met een ingenieursdiploma. ● Ook de Vlaamse regering staat klaar om innoverende bedrijven te helpen. Ze doet dat onder meer door rechtstreekse subsidies toe te kennen aan geselecteerde onderzoeksprojecten. De instelling die dat allemaal coördineert, is het IWT, het Instituut voor de aanmoediging van innovatie door Wetenschap & Technologie in Vlaanderen. Ze heeft aparte steunprogramma’s voor kleine en middelgrote ondernemingen (kmo’s) en voor grote bedrijven. Ook voor de Vlaamse regering heeft Agoria wat goede raad. ,,Bedrijven kunnen steun krijgen tot in de fase waarin ze een prototype ontwikkelen. Maar ook daarna moeten ze nog veel investeren om hun product op de markt te krijgen, bijvoorbeeld om klanten te werven of om te voldoen aan technische standaarden. Wij vinden dat
ook die activiteiten gesteund zouden moeten worden’’, zegt An Van De Vel. Ze wijst er ook op dat sommige middelgrote bedrijven, en Belgische filialen van buitenlandse ondernemingen, soms moeilijk worden bereikt met de huidige steunprogramma’s. Een nieuwe trend in het steunbeleid van de Vlaamse regering — maar ook in Wallonië — is het aanmoedigen van samenwerkingsverbanden rond innovatie. Dergelijke ,,competentiepolen’’, zoals ze ook wel eens worden genoemd, zijn verenigingen van verschillende bedrijven en ,,kenniscentra’’ (zoals universiteiten) die besloten hebben om rond een bepaald thema samen te werken. Een voorbeeld daarvan is Flamac, het Flanders Materials Centre, een centrum voor materialenonderzoek dat werd opgericht door drie grote bedrijven (Agfa, Umicore en Arcelor). ● Ook Europa heeft heel wat miljarden euro’s ter beschikking voor wetenschappelijk onderzoek. Dat geld wordt besteed via zogenaamde ,,kaderprogramma’s’’, waarin de
I E
-
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT I E
-
Uitvinden kost geld EUROPEES OCTROOI KAN HELPEN, MAAR STUIT OP NATIONALE TEGENSTAND
© vum
D
E en nieuwe trend is het aanmoedigen van ‘competentiepolen’: verenigingen van verschillende bedrijven en kenniscentra die rond een bepaald thema samenwerken.
wetenschappelijke prioriteiten voor een bepaalde periode worden vastgelegd. Die Europese subsidies vinden vooral hun weg naar consortia (samenwerkingsverbanden) van de heel grote Europese bedrijven. ● An Van De Vel pleit ook voor een innovatief aanbestedingsbeleid door de overheid. Stel bijvoorbeeld dat een grote overheidsadministratie een bestelling wil plaatsen van airconditioningsystemen, omdat de
© Belga
temperatuur in de kantoren ’s zomers te hoog oploopt. In plaats daarvan zou ze ook een oproep kunnen doen aan bedrijven om voor de dag te komen met een technologisch alternatief voor zo’n airco-systeem. Een zonwerende folie bijvoorbeeld, die de zonnestralen grotendeels buitenhoudt. Bedrijven worden door zo’n systeem aangemoedigd om op zoek te gaan naar innovatieve oplossingen, in de hoop dat ze een groot contract in de wacht zullen slepen. ● Er zijn nog wel meer manieren waarop de overheid in ons land innovatie probeert aan te moedigen. Een van de opvallendste voorstellen is dat van een fonds om Vlaamse toponderzoekers in het buitenland terug naar hier te halen. Fientje Moerman, de Vlaamse minister van Wetenschapsbeleid, wil daarvoor geld ter beschikking stellen in een zogenaamd ,,Toppersfonds’’.
WIM DE PRETER
INGEN uitvinden, het kan een behoorlijk dure zaak zijn. Uitvinders, of bedrijven die veel investeren in onderzoek en ontwikkeling, nemen dan ook een risico: als er op het einde van de rit geen product uit de bus komt dat een commerciële kaskraker wordt, zijn alle inspanningen voor niets geweest. Een van de belangrijkste kostenposten voor uitvinders is het nemen van een octrooi op hun uitvinding. Zo’n octrooi verleent een soort eigendomsrecht over je uitvinding: wanneer je een octrooi hebt, ben jij de enige die aan je uitvinding geld mag verdienen. Als iemand anders je idee probeert te stelen, kun je die partij voor de rechtbank dagen en een schadevergoeding eisen. Een van de problemen in Europa is dat elk land een eigen wetgeving rond octrooien heeft. Als een Belg zijn uitvinding in heel Europa wil laten beschermen, moet hij dus in elk land een aparte octrooiaanvraag doen. En dat kost hopen geld: 30.000 tot 60.000 euro, zegt de Europese Commissie, tegenover ,,slechts’’ 10.000 euro in de Verenigde Staten. De Europese Commissie speelt daarom al langer met het idee om een soort Europees ,,eenheidsoctrooi’’ in te voeren. Maar dat loopt niet van een leien dakje. De lidstaten zijn het bijvoorbeeld niet eens over de vraag welke rechtbank bevoegd zou zijn als er conflicten rijzen over de geldigheid van een octrooi. Maar het belangrijkste struikelblok is de taal waarin zo’n Europees octrooi opgesteld moet worden. Heel wat lidstaten eisen dat zo’n document ook in hun eigen taal vertaald wordt, maar het resultaat daarvan zou een gigantische vertaalslag zijn, waardoor het nieuwe systeem nauwelijks goedkoper zou uitvallen. DE STANDAARD 22 m aart 2 0 0 6
5
I N
I N N O V AT I E
-
I N N O V AT I E
-
I N N O V AT I E
-
I N N O V AT
M E N S E N ALEXANDER GRAHAM BELL Schots uitvinder en de oprichter van de telefoonmaatschappij Bell Deze bestaat nog steeds onder de naam American Telephone and Telegraph Company (AT&T). Hoewel Bell (1847-1922) vaak wordt genoemd als uitvinder van de telefoon, is het waarschijnlijk Antonio Meucci die de eer daarvan toekomt. Daarnaast hebben ook anderen zoals Elisha Gray en Philipp Reis een bijdrage aan de totstandkoming van de telefoon geleverd. De toekenning van het patent voor de telefoon aan Bell is dan ook omstreden en ging gepaard met de nodige rechtszaken. De verdienste van Bell is dat hij van de telefoon een commercieel succes maakte. Hij slaagde erin op basis van het werk van zijn voorgangers een telefoontoestel te ontwikkelen dat niet alleen in een labsituatie werkte, maar dat in elke huiskamer gebruikt kon worden. Andere technische ontwikkelingen waar de naam van Bell aan verbonden is, zijn de metaaldetector en transport van spraak via licht. Naar Bell is de eenheid voor logaritmische vermogensverhoudingen de Bel genoemd. De bekendere afleiding daarvan is de decibel. Minder bekend is dat Bell een voorstander was van de eugenetica-beweging. Hij lobbyde voor gedwongen sterilisatie van mensen met genetische defecten.
© rr
THOMAS ALVA EDISON heeft de gloeilamp
SAMUEL FINLEY BREESE MORSE uitvin-
uitgevonden en is ook de uitvinder van de projector en de alkalische batterij Edison (1847-1931) werd geboren in Milan, Ohio (VS). Tegen 1868 was hij fulltime uitvinder. Hij vroeg een patent aan op een verbeterd instrument voor de handelsbeurs. Later opende hij een bedrijf in Newark, New Jersey, om brandalarmen, inbraakalarmen en elektronische apparaten voor het gebruik van de telegraaf te maken. In 1877 ontwierp hij met succes de platenspeler en in 1879 de gloeilamp. In 1882 werkte zijn eerste commerciële elektriciteitscentrale. In 1891 ontwierp hij de filmcamera (kintigraaf) en projector (kintoscoop).
der van de telegraaf en bekend van het morsealfabetl In 1835 had Morse (1791-1872) zijn eerste prototype van de telegraaf operationeel in de New York University en in 1837 vroeg hij een patent aan. Hij omschreef zijn toestel als een punt-streep-omvormer voor getallen die op hun beurt een code vormden voor woorden. In 1838 kon Morse tien woorden per minuut doorsturen. Ondertussen had hij de cijfernaar lettercodetabel uitgebreid, zodat hij direct letters kon coderen. Dit was het begin van de Morse-codetabel. In mei 1844 was de eerste intercity elektromagnetische telegraaf in de wereld klaar.
© ap
6
DE S TA N D A A R D 2 2 m a a rt 2 0 0 6
© rr
ALBERT EINSTEIN theoretisch natuurkundige, met aanzienlijke talenten in de toegepaste wiskunde Einstein (1879-1955) werd vooral bekend vanwege de speciale relativiteitstheorie en de formulering van de algemene relativiteitstheorie. Die breidt de speciale relativiteitstheorie uit door ook de zwaartekracht toe te voegen. Andere onderwerpen waar hij zich mee bezighield waren de kwantummechanica, de statistische mechanica en de kosmologie. Albert Einstein werd in een joodse familie in Duitsland geboren. In 1933 vluchtte hij naar de Verenigde Staten, waar hij de Amerikaanse nationaliteit aannam. Einstein ontving in 1921 de Nobelprijs voor de natuurkunde.
© blg/afp
I E
-
I N N O V AT I E
-
I N N O V AT I E
JOHN BOYD DUNLOP ontwikkelde de opblaasbare rubber band Dunlops (1840-1921) eerste ontwerp bestond uit een rubberen binnenband die omhuld was met linnen stof, met een buitenkant die ook van rubber was. De binnenband kon worden opgepompt met een voetbalpomp. De band werd aan het wiel bevestigd met zijstukken van de linnen stof die met rubbercement aan het wiel werden geplakt. Hij vroeg in 1888 het patent aan. Een andere Schot, Robert William Thomson, had in 1845 hier ook al een patent op aangevraagd. Maar dat patent verliep onopgemerkt. Dunlop richtte zijn eigen bedrijf van banden op in 1891. Hij verkocht het patent en het bedrijf na vijf jaar.
ALAN TURING is het meest bekend om zijn (hypothetische) computer de Turing- machine De bijdragen van Turing (1912-1954) staan aan de basis van de computerwetenschap. Hij was een van de meest creatieve en originele mensen op het gebied van computers in een tijd dat ze er eigenlijk nog niet waren. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werkte hij bij de Engelse Inlichtingendienst aan het kraken van codes van de Duitsers. Hij werd in 1952 gearresteerd op verdenking van overtreding van de British homosexuality statutes. Hij overleed als gevolg van een cyanidevergiftiging terwijl hij aan het experimenteren was, maar zijn dood is omgeven met een waas van geheimzinnigheid.
© rr
I N N O V AT I E
W
-
© rr
© ap
MIKE LAZARIDIS en Douglas Fregin richtten in 1984 het Canadese bedrijf Research in Motion (RIM) op dat enkele jaren later de Blackberry lanceerde Het bedrijfje maakte in de eerste jaren vooral draadloze modems en betaalterminals. Halfweg de jaren negentig, met de opkomst van het internet en e-mail, begon Lazaridis na te denken over een manier om e-mail en draadloze communicatie te combineren. In 1998 resulteerde dat in de eerste Blackberry: de Blackberry 950. Het toestelletje trok meteen de aandacht van de zakenwereld. Gebruikers moesten niet meer inloggen als ze hun e-mail wilden lezen. Die wordt op de Blackberry automatisch doorgestuurd, net als een sms.
I N
ERELDSPELERS
NIKLAS ZENNSTROM EN JANUS FRIIS zijn de uit-
ISAAC NEWTON Brits natuurkundige, filosoof, wiskundige en alchemist Newton (1643-1727) vroeg zich af waarom de Maan niet op de Aarde valt. Al voor zijn 25ste had hij zijn drie fundamentele ontdekkingen gedaan: de universele gravitatie, differentiaal- en integraalrekening en dispersie. Hij bouwde ook de eerste spiegeltelescoop en van 1684 tot 1686 schreef hij de Philosophiae Naturalis Principia Mathematica.Hierin beschrijft hij de zwaartekrachtwet en de wetten van Newton, waarmee hij de grondlegger werd van de klassieke mechanica.
-
vinders van Skype-internettelefoon Wat e-mail met de postdiensten deed, dat doet Skype volgens zijn uitvinders met de ‘oude’ telefonie: het is sneller, goedkoper en beter. Met Skype kun je via internet gratis bellen. De kwaliteit is bovendien onovertroffen. Zelfs de software om Skype te installeren is gratis. De uitvinders, de Zweed Niklas Zennström (foto boven) (1966) en zijn tien jaar jongere kompaan, de Deen Janus Friis ontmoetten elkaar destijds bij hun gemeenschappelijke werkgever, telecomoperator Tele2. De twee konden het goed met elkaar vinden, en besloten voor eigen rekening aan de slag te gaan. Samen richtten ze verschillende succesvolle informaticabedrijfjes op die ze tegen veel geld weer van de hand deden. Steeds ligt hun zelf ontwikkelde Peer-2-Peer-software daarvoor aan de basis. Letterlijk betekent P2P ‘van de ene computer naar de andere’. Door de technologie kunnen mensen over de computer met elkaar bestanden uitwisselen. Hun bekendste uitvinding tot nog toe was het downloadprogramma Kazaa, dat massaal gebruikt wordt om muziek, films en spelletjes (illegaal) te kopiëren, tot grote woede van de muziek- en filmmaatschappijen. De technologie om de stem via het internet over te dragen, VOIP of Voice Over Internet Protocol, bestond al voor Zennström en Friis ermee begonnen te werken, maar werkte niet goed genoeg. Hun eigen P2P-programma bleek het ontbrekende ingrediënt voor een uiterst succesvol recept. Zo werd Skype eind 2005 overgekocht door eBay voor 2,1 miljard euro. De waarde van Skype ligt vooral in het aantal mensen die de software zullen gebruiken: Skype heeft sinds zijn ontstaan in 2003 al 54 miljoen geregistreerde gebruikers. Met Skype halen ze zich ook de toorn van de telefoonmaatschappijen op de hals. Gratis telefoneren via internet doorbrak hun monopolies. De vrije concurrentie aanwakkeren is net wat Zennström en Friis beogen. Het is gewoon zaak de frisse technologie zo snel mogelijk te integreren. (jvp)
© rr
DE S TA N D A A R D 2 2 m a a rt 2 0 0 6
7
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT
TIJDLIJN CREATIVITEIT
1903.
1816. © rr
1957. © rr
1804. © rr
1885. © rr
1969. © rr
-3000
1816
1903
De eerste wielen verschenen rond 3000 jaar voor Christus. Ze bestonden niet uit één stuk maar uit houten taartpunten die samen een cirkel vormden. Omdat het hout snel afsleet, was er een band van leer nodig die om de omtrek van het wiel paste.
Baron Karl von Drais bedacht een loopfiets. Deze eerste fiets bestond uit een houten frame, houten wielen met een ijzeren velg, een zeer primitief zadel, een primitief stuur, en een soort rem op het achterwiel. Pas in 1861 ontstond een toestel dat op onze fiets leek en in 1868 werd de eerste fiets met een kettingaandrijving gebouwd.
In december maakten de broers Wilbur en Orville Wright met hun ,,Flyer’’ voor de eerste keer in de geschiedenis een gemotoriseerde vlucht. Dat was het begin van de moderne luchtvaart. Na dertig meter kwam de Flyer alweer terug op de grond.
-3000. © rr
1804 In 1765 werd in Engeland de stoommachine uitgevonden om te gebruiken in fabrieken. In 1804 zette een Engelse uitvinder voor het eerst wielen onder de stoommachine. Dat was eigenlijk de eerste trein.
1957 1885 De eerste auto werd gebouwd door Karl Benz. Deze auto was eigenlijk een kar zonder paard maar met een verbrandingsmotor als krachtbron. Na 1885 gingen ook anderen auto’s met een verbrandingsmotor bouwen.
Op 4 oktober 1957 lanceerden de Russen de Spoetnik 1, de eerste satelliet die in een baan om de aarde werd gebracht. Op 3 november 1957 stuurden de Russen het eerste levende wezen, de hond Laika, de ruimte in.
1969 De Amerikanen landden met de Apollo 11 als eersten op de Maan. Aan boord waren Neil Armstrong, Edwin Aldrin en Michael Collins. Armstrong was de eerste man die op 20 juli voet op de Maan zette.
8
DE STANDAARD 22 maart 2006
I E
-
I N N O V AT I E
-
I N N O V AT I E
-
I N N O V AT I E
-
l
exicon
❚ ❚ ❚ Blackberry De BlackBerry is van oorsprong geen mobiele telefoon of draagbare computer, maar een beeper. In plaats van zelf eerst de inspanning te moeten doen om te kijken of er nieuwe e-mail is binnengekomen, krijgt de gebruiker zijn mail toegestuurd, zoals een sms op zijn mobilofoon. Het alfanumeriek klavier, met één letter per toets, maakt het veel gemakkelijker om mails te schrijven.
❚ ❚ ❚ Computer De huidige computer is een elektronische rekenmachine die intern niet rekent met de Arabische cijfers van nul tot en met negen maar die het binaire telstelsel gebruikt: uit = 0 en aan = 1. Diezelfde cijfers worden bij alles wat een computer doet gebruikt. Tegenwoordig is een essentieel kenmerk van een computer dat hij gebruik maakt van een intern opgeslagen programma.
1979. © rr
❚ ❚ ❚ Gps 1991. © ap
2006. © ap
1975
2006
JVC bracht het VHS of video home system op de markt
De eerste diensten van de mobiele technologie High-Speed Downlink Packet Access of HSDPA kwamen op de markt. HSDPA is een pakketgeschakelde communicatiedienst met een transmissiesnelheid tot tien keer de UMTS snelheid van 384 kilobit per seconde. Daarmee kan de beller vlot mobiel en breedbandig op internet surfen.
1979 - Philips en Sony vonden de cd uit - De draagbare telefoon werd uitgevonden in Zweden
1991 Het World Wide Web (www) is een uitvinding van Tim Berners Lee, werkzaam bij de CERN in Genève. Www is een multimedia informatiesysteem waarbij verschillende soorten documenten (teksten, beelden, geluid of software) worden aangeboden via webpagina’s.
1996 - Eerste internettelefonie. - Browseroorlog tussen Internet Explorer en Netscape Navigator.
Het navigatiesysteem bestaat sinds de jaren tachtig. Gps — voluit Global Positioning System — is gebaseerd op een systeem van Amerikaanse satellieten. Gps-satellieten roteren twee keer per dag om de aarde heen en sturen signalen naar onze aardbol. Het gps-toestel doet niets anders dan die signalen opvangen. Via driehoeksmeetkunde wordt dan de precieze positie van de ontvanger bepaald. Het navigatiesysteem werd eerst ontwikkeld voor militaire doeleinden, maar later vrijgemaakt voor burgerlijk gebruik.
❚ ❚ ❚ Gsm In 1982 werd een werkgroep opgezet die een pan-Europese standaard voor digitale cellulaire mobiele telefonie moest opstellen. Die groep heeft in 1990 de gsm-standaard of de Europese technische norm voor digitale mobilofonie gedefinieerd. Gsm is toen het letterwoord geworden voor Global System for Mobile Communication. Aanvankelijk werkte het gsm-netwerk slechts op één enkele frequentieband (900 MHz) die in heel Europa speciaal voor deze toepassing werd vrijgehouden. Later werd hier de 1800 MHz frequentieband aan toegevoegd.
DE S TA N D A A R D 2 2 m a a rt 2 0 0 6
9
I N
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT I E
-
I N N O VAT
STAT I ST I E K E N Uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling in % van bbp, 2001
Investering van risicokapitaal in hightech-sectoren, 2003
5 % van bbp 4,27
4 3,41
3,07
3
2,74
2,51
2,43
2,23
2,17
2
1,93
1,89
1,86
1,83 1,15
1,11
1
0,95
0
den land Japan Staten itsland nderen ankrijk België EU-15 erland inkrijk EU-25 Ierland Italië Spanje Zwe Fin Fr Du Vlaa Ned er. Kon Ver. V Bron: Vlaams Indicatorenboek 2005
Uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling in % van bbp, 1993-2003 4,75 % van bbp Vlaanderen Japan Ver. Staten EU-25
4,25 3,75
% van bbp 0,002 0,010 0,015 0,027 0,032 0,033 0,042 0,045 0,049 0,052 0,060 0,082 0,083 0,091 0,096 0,106 0,124 0,127 0,131 0,143 0,163
Tsjechië Slovakije Griekenland Hongarije Polen Duitsland België Oostenrijk Italië Zwitserland Ierland Portugal EU Frankrijk Nederland Denemarken Noorwegen Spanje Finland Zweden Ver. Koninkrijk 0,00
3,25
0,04
0,08
0,12
0,16
0,20
Bron: Vlaams Indicatorenboek 2005
2,75
Aandeel van hightech-producten in de totale uitvoer, 2003
2,25 1,75 1,25 0,75 1993
1994
1995
1996
1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
Bron: Vlaams Indicatorenboek 2005
Personeel voor onderzoek en ontwikkeling in % van de beroepsbevolking, 2001 2,5 % van beroepsbevoking 2,0
2,03 1,62
1,5
1,33
1,32
1,26
1,23
1,22
1,10
1,0
1,01 0,73
0,70
0,63 0,44
0,5 0,0
and weden nderen Japan België ankrijk itsland erland Z Vlaa Fr Du Ned
Finl
5 d je EU-1 Ierlan Span
l ë Itali ortuga P
% 17,8 7,4 12,3 13,4 14,7 5,9 20,4 29,9 7,1 29,3 21,7 18,8 15,3 2,7 7,4 3,4 20,6 21,0 22,3 22,7 26,9
EU-25 België Tsjechië Denemarken Duitsland Spanje Frankrijk Ierland Italië Luxemburg Hongarije Nederland Oostenrijk Polen Portugal Slovenië Finland Oekraïne China Japan Ver. Staten 0
Bron: Vlaams Indicatorenboek 2005
10
DE STANDAARD 22 maart 2006
6
12
18
24
30
Bron: Science and technology, 8/2005
I E
-
I N N O V AT I E
-
I N N O V AT I E
-
I N N O V AT I E
-
l
EXICON
Aantal octrooiaanvragen per regio, 1986-2002
❚ ❚ ❚ Hotspot
20.000
Een hotspot is een plek waar draadloze internettoegang wordt aangeboden. De apparatuur waarmee dat gebeurt, het Wireless Access Point, wordt dan hotspotapparatuur genoemd. Hotspotapparatuur wijkt af van normale toegangspunten.
EU Ver. Staten Japan 15.000
10.000
❚ ❚ ❚ Internettelefonie 5.000
0 1986
1988
1990
1992
1994
1996
1998
2000
2002 Bron: OECD 2005
Aantal octrooiaanvragen bij Europees octrooienbureau (1), 1986-2002
Bij internettelefonie wordt de spraak over het computernetwerk gestuurd via het internetprotocol (IP). De software versnijdt wat de gebruiker inspreekt in digitale pakketjes en stuurt die over het internet. Aan de kant van de ontvanger wordt de binnenkomende informatie weer omgezet in geluid.
❚ ❚ ❚ Iridium
25.000 20.000
Een wereldwijd, commercieel systeem voor mobiele communicatie via satellieten. Doel van het Iridium-netwerk is om mobiele communicatie mogelijk te maken op elk punt van de aarde, in de eerste plaats daar waar er geen toegang is tot het gsm-netwerk. Er zijn 66 satellieten in het netwerk, en 13 reservesatellieten.
Duitsland Frankrijk Ver. Koninkrijk Italië Nederland
15.000 10.000
❚ ❚ ❚ Turing
5.000 0 1986
1988
1990
1992
1994
1996
1998
2000
2002 Bron: OECD 2005
Aantal octrooiaanvragen bij Europees octrooienbureau (2), 1986-2002 3.000 2.500 2.000
België Zweden Zwitserland Canada Korea
machine
De rekenmachine bestaat uit een eindige verzameling ingebouwde regels en deze blijven vast gedurende heel het rekenproces. Verder hebben we een band van onbeperkte lengte waar informatie opgeslagen kan worden. Over het algemeen is die band in cellen verdeeld, die elk maar één symbool mogen bevatten. De band bevat de informatie die de machine moet verwerken, hij kan tussentijdse resultaten bijhouden en bevat uiteindelijk ook het resultaat van de algoritme.
❚ ❚ ❚ UMTS 1.500 1.000 500 0 1986
1988
1990
1992
1994
1996
1998
2000
2002 Bron: OECD 2005
UMTS of Universal Mobile Telecommunications System wordt gezien als de opvolger voor Gsm. UMTS wordt ook de derde generatie (3G) mobiele communicatie genoemd en is niets meer dan een stelsel van afspraken tussen aanbieders van verschillende mobiele netwerken. UMTS biedt een grotere verbindingssnelheid van 384 kilobits per seconde.
DE S TA N D A A R D 2 2 m a a rt 2 0 0 6
11
I N
l
FAQ
iteratuur ❚ Jörg Meidenbauer, HET GROTE BOEK
NEDERLANDS ❚ David Baker, UITVINDINGEN UIT DE RUIMTE, Amsterdam, Unipers, 2000
VAN UITVINDINGEN EN ONTDEKKINGEN, Lisse, Zuid Boekproducties, 2004
❚ Bart Clarysse, INNOVATIE ONTMASKERD.
❚ Ikujiro Nonaka, Hirotaka Takeu-
❚ Koenraad Debackere, Reinhilde
❚ Greta Vervliet, SPEURGIDS WETENSCHAP, TECHNOLOGIE EN INNOVATIE, Brussel, Administratie Wetenschap en Innovatie, 2005
❚ Jeff Gaspersz, CONCURREREN MET CREA-
❚ Henry William Chesbrough, OPEN
DEBATTEN OVER INNOVATIE EN ONDERNEMERSCHAP IN VLAANDEREN, Leuven, Acco, 2005
Veugelers, HET VLAAMS INDICATORENBOEK 2005, Brussel, Steunpunt O&O Statistieken, 2005 TIVITEIT. DE KERN VAN INNOVATIEMANAGEMENT, Amsterdam, Pearson Education Benelux, 2002
❚ Bart Huyghe, HET INNOVATIEZAKBOEKJE: 100 VRAGEN OVER INNOVEREN, Brussel, Administratie Wetenschap en Innovatie, 2002
❚ Paul Matthyssens, Koen Vanden-
bempt, Liselore Berghman, WAARDECREATIE EN INNOVATIE IN DE INDUSTRIE. NIEUWE DENKKADERS VERSUS OUDE GEWOONTEN, Leuven, Acco, 2004
s
chi, DE KENNISCREERENDE ONDERNEMING, Schiedam, Scriptum, 2003
ENGELS
INNOVATION: THE NEW IMPERATIVE FOR CREATING AND PROFITING FROM TECHNOLOGY, Boston, Harvard Business School Press, 2003
❚ George Constable, Bob Somervil-
le, A CENTURY OF INNOVATION: THE ENGINEERING THAT TRANSFORMED OUR LIVES, Washington, Joseph Henry Press, 2003
❚ Richard Florida, THE FlGHT OF THE CREATIVE CLASS: THE NEW GLOBAL COMPETITION FOR TALENT, New York, HarperCollins Publishers, 2005
ites
www.iwt.be Vlaamse overheidssteun awi.vlaanderen.be Vlaamse regering www.belspo.be Belgische regering www.research.be Belgisch portaal www.agoria.be technologische industrie cordis.europa.eu.int Europees portaal www.icri.be recht & ICT be.espacenet.com Belgische octrooien
www.european-patent-office.org Europese octrooien www.mineco.fgov.be/intellectual_property/ patents/home_en.htm www.law.kuleuven.ac.be/cir/index.html www.wipo.org sites in verband met intellectuele eigendom en eigendomsrecht www.science.gov Amerikaanse overheid www.alphagalileo.org Europese onderzoeksdatabank www.cirs-tm.org wetenschapsportaal www.greenfacts.org milieu en gezondheid
COLOFON
/ Redactie: Wim De Preter, Nancy Nackaerts, Jonas Van Puymbroeck / Eindredactie: Rein Verhoeven / Fotoredactie: An Nelissen, Wouter Van Vooren / Infografiek: Bart De Neve / Vormgeving: Grafische redactie
12
DE STANDAARD 22 maart 2006
VEEL GESTELDE VRAGEN
1beschermd . Waarom kunnen worden?
uitvindingen
Uitvinders hebben vaak jaren tijd en veel geld geïnvesteerd in hun uitvinding. Het is dan ook logisch dat alleen zij daarvan de vruchten kunnen plukken. Wie zijn uitvinding laat beschermen, krijgt gedurende een aantal jaar het exclusieve recht om die uitvinding te commercialiseren, of te verkopen aan andere partijen.
2. Ik heb een lumineus idee. Kan ik het wettelijk laten beschermen? Een idee op zich kun je niet wettelijk laten beschermen, maar de concretisering ervan wel. Dat kan bijvoorbeeld gaan om een concrete uitvinding, een merknaam en/of -logo, of een artistieke creatie. Er bestaan verschillende vormen van bescherming van ,,intellectuele eigendom’’. Auteursrechten zijn bedoeld voor ,,geestelijke’’ creaties, zoals een boek, een kunstwerk, een foto, een muziekstuk,... Octrooien kunnen alleen aangevraagd worden voor uitvindingen die industrieel toegepast kunnen worden.
3men?. Kun je elke vondst laten bescherNeen. Een wetenschappelijke theorie of een wiskundig bewijs worden niet als uitvindingen beschouwd, evenmin als dieren- of plantenvariëteiten. De vraag of je een octrooi kunt nemen op computersoftware was de laatste jaren erg actueel. In de VS kan dit wel, in Europa niet. De Europese Commissie probeerde dit ook in Europa mogelijk te maken, maar het Europees Parlement stemde dat voorstel vorig jaar weg. Overigens worden computerprogramma’s wel auteursrechtelijk beschermd. Je mag ze dus niet zomaar kopiëren zonder toestemming van de auteur.