Inleiding
Hof van Egmond Door de industriële revolutie ontstaat er in de 19e eeuw een grote toeloop van arbeiders naar de stad. Dit leidt tot uiterst onleefbare huisvestingsituaties. Na de vestingwet van 1874 wordt het mogelijk reguliere stadsuitbreidingen buiten de wallen te maken. Veel woningbouw ontstond na 1885. Een deel daarvan was speculatiebouw, een deel werd gebouwd door bouwverenigingen die hun woningen in huurkoop uitgaven. Het stratenbeloop werd doorgaans bepaald aan de hand van de oorspronkelijke sloten in het weiland. Speculatiebouw, waarbij zo veel mogelijk huizen werden neergezet op zo weinig mogelijk grond, leidde tot wrakke huizenbouw in hoge dichtheid aan smalle straten. Uit overwegingen van brandveiligheid begon de gemeente straten van tenminste 10 m breed te eisen. De zorg voor een verantwoorde huisvesting leidde tot de woningwet van 1901, in werking getreden in 1906. Deze wet regelde onder meer de bouwverordening waarin minimum-eisen werden gesteld aan de kwaliteit en inrichting van de woningen. De wet regelde ook het bestaan van woningbouwverenigingen. In 1902 trad ir. Dumont in dienst bij de gemeente Haarlem als directeur van het bureau Gemeente Werken. Al spoedig begon hij te werken aan een plan om alle uitbreidingen van Haarlem in een totaalplan te regelen. Daarbij wilde hij onder meer breken met het patroon van lange rechte straten. Na de Eerste Wereldoorlog kwam er een tijd waarin de woningbouwverenigingen alle mogelijkheden werden geboden voor nieuwbouw. Zowel de woningbouwverenigingen als de door hen aangetrokken architecten hadden de opvatting dat ook voor arbeiders goede en goed uitziende woningen moesten worden gebouwd. In Amsterdam leidde dit onder meer tot woningbouw waarin met nadruk veel aandacht werd gegeven aan het uiterlijk van de woonblokken. In de vormgeving werd uitdrukking gegeven aan de kracht en de idealen van de arbeidersbeweging. Soms werden de woningen ondergeschikt gemaakt aan de bijna gebeeldhouwde vormen van de blokken. We noemen deze stijl de Amsterdamse School. Bekende namen van deze groep zijn: Van der Meij, M. De Klerk en P. Kramer Een andere, meer functionalistische architectuuropvatting ging uit van de opbouw van de woningen en trachtte, rekening houdend met de bouwmethodiek, daarbij een aangepaste en aangename vormgeving te vinden. Berlage was de eerste voorman uit deze groep. Ook bekend zijn Gratama, Van Lochem, Greiner, Wils, Oud en Brinkman. Van architect Theo J. Roetering is niet meer bekend dan dat hij zijn bureau had in Amsterdam. In zijn ontwerp voor de Hof Van Egmond zijn de woningen weldoordacht, goed ingepast in de gegeven en uitgewerkte situatie en zijn goed afleesbaar van de gevelindeling. Zowel deze samenhang als ook de rechtlijnigheid van de gevelindeling wijzen op een ontwerpopvatting die meer neigt naar het functionalisme uit die tijd. Dat toen ook buiten de bekende complexen als Tuinwijk-zuid en Betondorp aangename woonbuurten zijn gebouwd, bewijst onder meer de Hof van Egmond. 21 april 1994, Bert Kampmeijer
Het Hart van het Hof
Woningbouwcomplex Hof van Egmond en omgeving Adressen: Hof van Egmond 1 - 51, 2 - 54; Merovingenstraat 3 - 49; Diederikstraat 2 - 24, 1 - 25; Pladellastraat 2 - 50; Arnulfstraat 1 - 23, 2 - 38. Architect: Th. J. Roetering. Bouwjaar: 1924-1926. In 1924-1926 zijn de 154 arbeiderswoningen, vier winkelhuizen en het kantoor van het complex Hof van Egmond e.o. gebouwd in opdracht van het gemeentebestuur van Haarlem ten dienste van de CoCperatieve Woningvereeniging voor gemeentepersoneel te Haarlem. Architect is Th. J. Roetering. De bouw van het complex maakte deel uit van een uitbreidingsplan uit 1916 dat was opgesteld door de toenmalige directeur van Openbare Werken, ir. L.C. Dumont. Het complex wijkt af van de oorspronkelijke stedenbouwkundige opzet van Dumont in die zin, dat de geprojecteerde middelste straat is verwijd tot een rechthoekig binnenplein, het centrum van het complex. Door een plein toe te passen werd afwisseling in het straatbeeld gerealiseerd en tegelijk een stedenbouwkundig hart aan het complex gegeven. De lengterichting is volgens een noord-zuid as georiënteerd. Het plein bestaat uit rijwegen aan weerszijden van een rechthoekig plantsoen met een dubbele reeks bomen in de lengterichting. Het plein kenmerkt zich door beslotenheid en heeft een geheel eigen, rustiek karakter. De vier winkelhuizen waren op de hoeken aan weerszijden van de twee toegangen tot het plein ondergebracht. Overigens waren op het ingediende bouwplan uit 1920 —behorend bij de aanvraag tot het verkrijgen van de gronden in erfpacht— de toegangen tot dit plein 'overbouwd', vermoedelijk met poortwoningen; waarom door de architect later van deze opzet werd afgeweken is niet bekend. De voordeuren en ramen van de huizen zijn gemoderniseerd. Oorspronkelijk waren de ramen op de begane grond gedeeltelijk, en de ramen op de verdieping in hun geheel, voorzien van een horizontale roedeverdeling, hetgeen karakteristiek is voor Amsterdamse School architectuur. De winkelhuizen zijn voorzien van étalages —die bewaard zijn gebleven— en winkeldeuren in de afgeschuinde hoeken. De magazijnen hebben dubbele dichte deuren; deze zijn eveneens behouden gebleven. Uit:
ONDERZOEK EN ADVIES IN OPDRACHT VAN SECTOR GEMEENTEWERKEN, AFD. BMA/MONUMENTENZORG, TEN BEHOEVE VAN DE GEMEENTELIJKE MONUMENTENCOMMISSIE Drs. W. A. de Wagt, architectuurhistoricus Heemstede, maart 1993
Foto's: Het Hof, juni 2001. 1.Hof van Egmond, November 1959. Let op de jonge boompjes! 2. Hof van Egmond, 1947. Toen hadden de ramen nog spijlen. 3. Hof van Egmond 32, ± 1954.
Monumentaal Karakter De bouwstijl van het complex is kenmerkend voor de zogenaamde strakke variant van de Amsterdamse School, die in de twintiger jaren opgang deed, niet alleen in Amsterdam, maar in vele steden en gemeenten. Typerende decoratieve onderdelen voor deze plastische bouwtrant zijn —afgezien van de flexibel toegepaste combinatie rode-gele bakstenen— het siermetselwerk van in elkaar gevlochten of trapsgewijs gemetselde bakstenen, de vier hoge, brede schoorstenen die de hoeken van het plein markeren en de karakteristiek gemetselde, gemeenschappelijke poorten die toegang verschaffen tot de doorgangen naar de achtertuinen. De originele, decoratief behandelde houten deuren van deze poorten zijn bewaard gebleven. Ook de twee diamantvormige ramen in de woning aan de Diederikstraat recht tegenover de toegang tot het binnenplein zijn typisch voor de Amsterdamse School. De stedenbouwkundige opzet van het complex Hof van Egmond e.o., dus de groepering van huizenblokken rond een plein al dan niet aangekleed met begroeiing, komt in de twintiger jaren veelvuldig voor. De toepassing van zulke pleinen komt niet alleen overeen met contemporaine stedenbouwkundige concepten, maar beantwoordt ook aan maatschappelijke theorieën over de noodzaak van saamhorigheidsgevoel en sociale controle onder de bewoners. Vergeleken met de andere Haarlemse complexen die in deze trant gebouwd zijn, vormt de Hof van Egmond e.o. wegens de hoogwaardige, schilderachtige architectuur en consistente stedenbouwkundige opzet, en de weloverwogen samenhang tussen beide, stellig het beste, meest karakteristieke voorbeeld. Daar komt bij dat de mate van gaafheid van het exterieur relatief groot te noemen is. ADVIES
Gelet op: de consistente stedenbouwkundige opzet van de Hof van Egmond e.o. op basis van het uitbreidingsplan uit 1 9 16; - de hoogwaardige, schilderachtige architectuur, de gedetailleerde, fraaie uitwerking en het zorgvuldige materiaal- en kleurgebruik; - de harmonieuze samenhang tussen het stedenbouwkundig plan en de woningarchitectuur, waardoor in dit deel van de Slachthuisbuurt sprake is van een karakteristieke, besloten, uitermate aantrekkelijke sfeer; - de stilistische overeenkomst met de andere complexen in Amsterdamse School-stijl in de Slachthuisbuurt; - de voor de tijd van ontstaan typerende toepassing van huizenblokken gegroepeerd rond een plein; de geslaagde interpretatie van de zogenaamde 'strakke' variant van de Amsterdamse School, die typerend is voor de tijd van ontstaan; - de sociaal-historische betekenis als gaaf gebleven voorbeeld van arbeiderswoningbouw, die gerealiseerd is in opdracht van het gemeentebestuur van Haarlem ten dienste van de `Cooperatieve Woningvereeniging voor gemeentepersoneel te Haarlem', adviseer ik het complex Hof - van Egmond e.o. op te nemen in de gemeentelijke lijst van beschermde monumenten. Uit:
ONDERZOEK EN ADVIES IN OPDRACHT VAN SECTOR GEMEENTEWERKEN, AFD. BMA/MONUMENTENZORG, TEN BEHOEVE VAN DE GEMEENTELIJKE MONUMENTENCOMMISSIE Drs. W.A. de Wagt, architectuurhistoricus Heemstede, maart 1993
Foto's : Schuin Deurtje Merovingenstraat, juni 2001 1. Arnulfstraat, 1964 2. Hof van Egmond, 23-1-33 3. Schoorsteen Hof van Egmond
Jeugd Vroeger en Nu
Er waren vroeger veel kinderen in het Complex Hof van Egmond e.o. De voor die tijd grote woningen met drie en soms zelfs vier slaapkamers gaven daar ruimte voor. Op de oude foto's zien we ook hoeveel er op straat werd gespeeld. Het rustige plein was daar heel geschikt voor. Ook al was er veel dat niet mocht. Op het gras lopen bijvoorbeeld*. Of op school in je bank hangen. Kijk hoe recht de kinderen zitten, met de armen op de rug in deze eerste klas (groep 3, zeggen we nu) van School 32. En kijk hoe veel kinderen er in één klas zaten. Er is veel veranderd. Scholen hebben geen nummers meer maar vrolijke namen. En we proberen klassen niet groter te maken dan vijfentwintig kinderen. Voor de kleintjes staan er kleurige speeltoestelletjes op het plein. En de iets groteren kunnen zich uitleven in speeltuin Kindervreugd. Ook daar was het vroeger een stuk strenger. Maar strenge tijd of niet, een houten kistje met een touw eraan, daar kon je ook veel plezier mee beleven. Het voetbalveldje van vroeger is een digitaal trapveld geworden. En op het Hof van Egmond woonden tot voor kort voornamelijk ouderen. Maar de laatste jaren beginnen er weer wat kinderen bij te komen. En ook komt een nieuwe generatie kleinkinderen regelmatig op bezoek bij de grootouders die er nog wonen. En dan blijkt dat het voor de kleintjes op "Het Hof' nog steeds lekker spelen is.
Er stonden vroeger hekjes rond het grasveld. Zie ook de foto bij de maand juni.
*
Foto's: Speeltuin Kindervreugd, juni 2001 1. le klas school 32, Noormannenstraat, september 1929. Juf Vernout 2. Hof van Egmond, 1935
Verkeer en Veiligheid
Zoals overal heeft de komst van het autoverkeer ook in de Slachthuisbuurt veel veranderingen teweeg gebracht. Veranderingen in het straatbeeld. De rijen geparkeerde auto's nemen het zicht op de huizen weg. Op oude foto's kun je zien hoeveel ruimte er vroeger was op straat! Ruimte ook voor kinderen om te spelen. Waar kun je als jochie nu nog met een voetbal 'putten'? Waar kun je als kind nog op de rijweg spelen? Geen wonder dat kinderen tegenwoordig vaak voor de computer of tv hangen. Buiten moeten zij zich zien te vermaken op afgebakende speelplaatsjes. Terwijl vroeger de hele straat hun terrein was. Door de Slachthuisbuurt lopen een aantal lange rechte straten. Van ruime 'boulevards' zijn het levensgevaarlijke verkeersaders geworden. Op verzoek van de bewoners zijn er verkeersremmende maatregelen genomen. Grote hoeveelheden drempels moeten het verkeer nog enigszins in toom houden. Gelukkig zorgt de vorm van het Hof van Egmond zelf, met zijn plein in het midden, er voor dat het daar nog meevalt met het verkeergevaar. Maar niet alleen verkeer zorgt voor onveiligheid op straat. In de loop van de jaren waren de afsluitbare deuren naar de achterpaden één voor één weggehaald. Veel te lastig. Maar in de jaren '90 zijn er weer deuren aangebracht. Open achterpaden werden te onveilig. In 2000 is er in de overdekte poorten verlichting aangelegd. Dit belemmert wel het knuffelen van de jeugd, maar het bevordert de veiligheid aanzienlijk. De energiekosten van deze beveiliging worden door de bewonersvereniging gedragen.
Foto's: Diederikstraat , juni 2001. 1.Hof, omstreeks 1935. 2. Hof, omstreeks 1933. 3. Hof, omstreeks 1957.
Van Winkel tot Woonhuis
Vroeger was op iedere hoek een winkel. Melkboer Lieshout, groenteboer De Haan en kruidenier Hulsebos bijvoorbeeld. In de crisistijd waren de winkeliers bereid te poffen. En als je 's avond zonder lucifers zat of zonder koffie, kon je bij ze aanbellen.. Door de opkomst van grote supermarkten zijn ze één voor één verdwenen, die handige winkels voor de eerste levensbehoeften op de hoek van de straat. Ook de gespecialiseerde winkels en bedrijven die het wat langer volhielden zijn ondertussen weg. Kijk ze daar trots staan voor hun fietsenwinkel, de wielrenners die waarschijnlijk deel gaan nemen aan de Ronde van de Slachthuisbuurt. De winkelpanden op de hoeken werden omgebouwd tot woningen. En de huidige bewoners kunnen zeker trots zijn op wat zij van die hoekhuizen hebben gemaakt. Maar terwijl de bewoners een dagje ouder werden, moesten ze wel steeds verder weg om hun boodschappen te doen. Minstens naar de Hannie Schaftstraat. Ach, we wennen overal aan. Toch kun je soms wel eens met heimwee terugdenken aan de tijd dat je de dagelijkse boodschappen naast de deur kon doen bij mensen die jij kende en die jou kenden. Daar helpt geen Aldi tegen. Ook al heeft de komst van die supermarkt paradoxaal genoeg de winkels in de Hannie Schaftstraat meer klanten bezorgd. Sinds kort is er, mede dankzij de verruiming van de winkelwet die afwijkende openingstijden mogelijk maakt, in de Slachthuisstraat een "buurtshop". Een mooi initiatief Maar het is toch niet hetzelfde als die handige winkeltjes op de hoek.
Foto's: Voormalig winkelhuis, hoek westkant Hof van Egmond-Arnulfstraat, juni 2001. 1.Fietsenwinkel, hoek oostkant Hof van Egmond-Arnulfstraat, 1977-1987. 2. Slachthuisstraat, hoekwinkel melkboer Klaver, Merovingenstraat vanaf de kapper genomen,1925.
Geurende Gevels
Wie zo'n tien jaar geleden uit het complex vertrokken is om elders zijn of haar geluk te gaan zoeken, kijkt vreemd op bij een wandeling vandaag de dag langs de huizen van het complex. In enkele straten is het net alsof er een lint van planten en bloembakken is getrokken. Op het hof zijn bijna alle lantaarnpalen getooid met een bloemenkorf en op markante plekken treft men grote ronde bakken aan waar aan de planten te zien is in welk seizoen we leven. De herinrichting van het middenplein in 1996 heeft een grote aanzet gegeven tot deze verfraaiing. Voor de bewonersvereniging was dat het moment daar een schepje bovenop te doen door alle bewoners in de gelegenheid te stellen tegen een lage prijs een rode gevelbak aan te schaffen. De Gemeentelijke Groenvoorziening zorgde ervoor dat deze bakken, gevuld met tuinaarde, keurig netjes geplaatst werden op de plek waar de bewoners ze hebben wilden. Alles wat zij daarna nog zelf hoefden te doen, was het aanschaffen en rangschikken van de planten. De kroon op het werk was de nominatie voor de Haarlemse Tuindagen in 2000. Aangestoken door al het moois wat elk jaar weer de kop opsteekt, gaan steeds meer bewoners over tot verfraaiing van hun gevel. Letterlijk en figuurlijk: het domino-effect. De volgende anekdote illustreert dat het beslist de moeite van het bekijken waard is: een buurtbewoonster die haar hondje aan het uitlaten is, ontmoet twee dames die met een boekje in de hand naar het naambordje van de straat staan te kijken. Op de vraag of zij wellicht kan helpen met zoeken, antwoord een van de twee vrouwen: "Oh, nee hoor mevrouw, wij zoeken niet speciaals, enkele keren per jaar doen wij de 'Groene-Hof-van-Egmond-Route' en daar zijn wij nu mee bezig."
Foto's: Hof nrs. 22 - 26, juni 2001. 1. Eind jaren '50, begin jaren '60: kale gevels. 2. Nog meer kale gevels. 3. Houten step. Let ook op het hekje rond het grasveld.
Verschuivend Straatbeeld
Wie nu leest over het monumentaal karakter krijgt de indruk dat het Hof van Egmond e.o. altijd een bijzonder complex is geweest. Een monument immers. Maar het besef van de waarde van een monument ontstaat pas als men merkt dat er niet veel meer van hetzelfde te vinden is, als men door het verstrijken van de tijd inziet hoe uitzonderlijk iets is geworden. Voor de oorspronkelijke bewoners van het complex waren het natuurlijk gewoon woningen. Arbeiderswoningen, ook al waren het, conform de principes van de Amsterdamse School, 'mooie' arbeiderswoningen. Op oude foto's kun je zien dat de Slachthuisbuurt toch een wat kaal en grauw karakter had. Ook het plein ligt er wat droevig bij. De grote opknapbeurt, de inspanningen van de bewonersvereniging, de nieuwe inrichting van het plein door wijkkunstenaar Tije Domburg en het besef van de tegenwoordige bewoners hoe bijzonder hun complex is, bepalen het huidige beeld van het Hof van Egmond en omgeving: een van de mooiste wijkjes van Haarlem-Oost.
Foto's: Hof van Egmond nr. 7, juni 2001. 1.Hekwerk, 1964. 2. 1950. 3. Omstreeks 1933. De hoek bij nr. 15. Toch waren er ook vroeger al enkele mensen die hun gevel verfraaiden met groen (zie ook de foto bij de maand april).
Stijlvolle Straatverlichting
Een lantarenpaal gaat gemiddeld zo'n 25 jaar mee in Haarlem. Verschillende modellen lantarenpalen hebben in het complex de revue gepasseerd. Daarvan getuigen de oude foto's. Toen in 1995/96 de hele buurt in aanmerking kwam voor een flinke opknapbeurt, zouden er ook nieuwe lantarenpalen komen. Er is toen gezocht naar een soort paal die zoveel mogelijk bij het karakter van het Hof van Egmond paste. Dat was volgens de bewoners het 'diamantje'. Een hele mooie paal, die goed aansloot op de bouwstijl. Maar. ..... .00k een dure paal. Het bedrag dat nodig was om de oude palen te vervangen door 'diamantjes' oversteeg de begroting. Toch wilde de buurt graag deze palen. En zo kwam het dat de gemeenteraad van Haarlem er aan te pas moest komen om te beslissen of de begroting verhoogd kon worden ter wille van passende palen op het Hof van Egmond. De gemeenteraad zei ja. En daarom wordt het Hof nu gesierd door stijlvolle straatverlichting die zoveel mogelijk de lantarenpalen van het eerste uur benadert.
Foto's: Oude boom en nieuwe stijlvolle lantarenpaal, voor Hof van Egmond nr. 23, juni 2001. 1.Hof, 1957. 2. Hof, 1957.
Radicale Reiniging
Rond 1990 kwam er discussie over de toekomst van het complex. De woningen waren te klein, volgens de huidige normen. Bovendien waren ze aan het verpauperen. De eigenaar (de toenmalige Woningstichting Patrimonium) wilde de balans opmaken: moesten de woningen worden gesloopt of konden ze worden opgeknapt? Maar zodra het gerucht de ronde deed dat er aan sloop werd gedacht, kwamen de bewoners massaal in actie. Toen gesprekken van de inmiddels gevormde bewonerscommissie met de directie van Woningstichting Patrimonium de dreigende sloop niet leken af te kunnen wenden. werd onder leiding van Piet Joosten op 21 maart 1994 de Bewonersvereniging Hof van Egmond en omgeving opgericht. Er werd aansluiting gezocht bij de Nederlandse Woonbond en de politiek en de media werden benaderd. Gezamenlijk protesteerde men tegen de jaarlijkse huurverhoging en tegen het verwaarloosde onderhoud. De acties hadden succes. Ook Patrimonium zag in dat het Hof van Egmond en omgeving het behouden waard was en in overleg met de bewonersvereniging werd een plan van aanpak voor casco-onderhoud opgesteld. Zo werd 1995 het jaar van de verandering. De bestuursleden van de vereniging verzetten bergen werk achter de schermen, aan onderhandelingstafels, aan de telefoon, in voortdurend overleg met alle betrokkenen. Toen in 1996 de werkzaamheden aan de huizen werden afgerond, zette de vereniging verder door: nu was de woonomgeving aan de beurt. Er kwam nieuwe bestrating, het pleintje werd opnieuw ingericht (met ruimte voor de kinderen) en toen als afsluiting passende lantarenpalen werden verkregen was de buurt echt af. In 1997 keerde de rust terug in de buurt. Op 26 mei werd het opgeknapte complex Hof van Egmond e.o. door wethouder Jan Haverkort en Patrimonium-directeur Jan Schuil feestelijk heropend. In 2001, kort voor het 75 jarig bestaan van het Hof van Egmond, vond het allerlaatste stukje verfraaiing plaats: de gevels werden gereinigd, zodat de mooie kleuren van de verschillende stenen weer in al hun glorie zichtbaar werden. Om de toekomst van het complex zeker te stellen is het voorgedragen als monument.
Foto's: Arnulfstraat, juni 2001. Rechts de schoongemaakte gevels, links de nog niet gereinigde. 1.Hof, 1950. 2. Pladellastraat, 1930.
Buurtbepalend Monument
Loeiende koeien, veewagens met blatende lammetjes, en af en toe een losgebroken koe die de hele buurt in beweging bracht in haar poging om te ontsnappen aan het mes van de slager.... Tot 1993 maakte dit deel uit van het straatbeeld van de Slachthuisbuurt. Heel vroeger werden de koeien aangevoerd vanaf het Spaarne. In lange rijen liepen ze over de Slachthuisstraat naar de slachter. Het slachthuis was bepalend voor de buurt. Veel bewoners werkten er. Iedereen kende het. Maar in 1993 werd het slachthuis voorgoed gesloten. Eigenlijk was het besluit daartoe al in 1971 genomen. In 1972 werd het slachthuis echter als bedrijf overgenomen door de grossiers en het personeel. In 1974 keurde de gemeenteraad voortzetting goed, mits er geen varkensslacht meer zou plaatsvinden. Het bleef echter rommelen rond het slachthuis. Vanaf 1976 waren de gebruikers en de keuringdienst verantwoordelijk. Later werd de Haarlemse Slachtlijn opgericht. Na verbouwingen in 1978 en 1986 werd het slachthuis nog in stand gehouden tot 1993. Toen was het definitief afgelopen. Nu is het Slachthuis een bedrijventerrein en hebben de oudere panden de status van monument. En koeien rennen er niet meer door de straten van de Slachthuisbuurt.
Foto's: Slachthuis, juni 2001. 1.Ingang Slachthuisterrein, mei 1944. Let op de hoge hekken rond het plantsoen. 2. Slachthuisterrein, 1907.
Huren, Huurders en Huisbazen
Ook in het huren is veel veranderd. In de "Regelen voor huur en wijze van bewoning" uit 1931 zien we o.a. staan: "Art. 2. De huur is telkens voor een week verschuldigd en moet des Zaterdagsmiddags tusschen 3.30 en 5 uur worden voldaan ten kantore van de stichting. Bij het niet voldoen van de weekhuur op den daarvoor vastgestelden betaaltijd wordt voor elk verschuldigd weekhuurbedrag een boete geheven van f 0.20 tot een maximum van 4 weekhuurbedragen, waarna uitzetting uit de woning zal plaats hebben. De eventueele kosten daaraan verbonden zijn voor rekening van den huurder. Het is verboden door kinderen beneden 10 jaar de huur te laten betalen. Art 7. Het houden van duiven, konijnen en andere dieren is zonder goedkeuring van het bestuur verboden. Op het balcon mogen geen kleedjes worden gereinigd. Bij het aanschaffen van radio mogen de daken niet betreden worden en aan de schoorsteenen en daklijsten mogen geen draden bevestigd, worden Aan de voortuinen mogen geen veranderingen aangebracht worden. Op de daken mogen geen voorwerpen geplaatst worden. Het drogen van goed buiten de ramen van den voor- en achtergevel is verboden, hetzelfde geldt voor dekens en beddengoed."
De huur werd in die tijd wekelijks contant betaald in het kantoortje aan de Diederikstraat 13 op zaterdag tussen 15.30 en 17.00 uur. Daar stonden de mensen dan in de rij. Was je te laat dan moest je twee dubbeltjes extra betalen. Het bestuur van de Woningstichting hield twee maal per maand spreekuur in het zelfde kantoortje. Nog in de jaren '70 kon men zich bij de verhuurder melden als kandidaathuurder. Daarvoor was inschrijfgeld verschuldigd. Men ontving dan een kaart die men eenmaal per kwartaal moest laten aftekenen op het kantoortje. Deed men dat niet dan werd men overgeslagen als er een huis vrijkwam. Wie een woning afwees, werd onder aan de wachtlijst gezet. Ook de huurprijzen zijn veranderd: 1931 f 5,55 per week 1955 f 7,50 per week 1975 f 115,00 per maand 2000 f 555,00 per maand Het vroegere kantoortje is nu in gebruik als studentenhuisvesting.
Foto's: Diederikstraat 13, het vroegere huurkantoortje. Juni 2001. 1.Huurovereenkomst met zegel uit 1931. 2. "Regelen voor huur en wijze van bewoning" (1931). 3. Inschrijving als kandidaat-huurder, jaren '70.
Winter in de Wijk
In de beleving van mensen sneeuwde en vroor het 'vroeger' veel vaker dan tegenwoordig. Toch komt het ook nu bijna elk jaar wel voor dat de straten getooid zijn met een wit tapijt. Misschien bleef de sneeuw vroeger wat langer liggen en leek het witter omdat er nog niet zoveel verkeer was en er niet zo werd gestrooid om het zo snel mogelijk te laten verdwijnen. Het moet immers tegenwoordig vooral zo weinig mogelijk overlast bezorgen? Toch genieten veel mensen van de eerste voetsporen in de sneeuw en is het voor kinderen nog steeds feest als zij een sneeuwballengevecht kunnen houden. En gelukkig blijft er altijd nog wel wat sneeuw over om een sneeuwpop te maken. In huis was het vroeger in ieder geval echt kouder. Wie herinnert zich niet de koude nachten met ijsbloemen op de ramen; blote voeten op het koude zeil; een kruik mee naar bed, tegen je zus of broer aankruipen om het zo aangenaam mogelijk te maken? Dat is wel verleden tijd. Bijna iedereen heeft nu centrale verwarming. Geen kolenkachels meer die 's morgens vroeg moesten worden aangemaakt. Geen gesjouw met de kolenkit. Geen aslades meer die op straat geleegd werden tegen het uitglijden. Nostalgie in een notendop.
Foto's: Hof van Egmond, winter 2000. 1.Januari 1959. 2. Pladellastraat.
Colofon Deze kalender is een uitgave van de Bewoners vereniging Hof van Egmond en omgeving en is tot stand gekomen met behulp van de Impulsgroep Slachthuisbuurt, Pré Wonen en Opbouwwerk Stichting Radius. De grote kleurenfoto's werden gemaakt door Kuno Grommers, behalve de foto van december, die is beschikbaar gesteld door de familie Borst. De kleine foto's zijn beschikbaar gesteld door tal van bewoners en vroegere bewoners. Jammer genoeg was er geen ruimte om alle foto's te plaatsen. We zijn iedereen heel dankbaar voor het afstaan van de foto's. Daarnaast willen we graag alle mensen bedanken die op andere wijze hebben meegeholpen om deze kalender te verwezenlijken. Speciale dank gaat uit naar Kuno Grommers voor zijn enthousiaste medewerking en naar Tineke de Reus, Cees Balk, Jan Huismans en Nico van Apeldoorn, die vele uren in het samenstellen van de kalender hebben gestoken. Druk: