Kadernota 2013-2016
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ......................................................................................................................... 1 Aanbieding ................................................................................................................................ 3 Financieel perspectief .............................................................................................................. 7 Programma: 1. Burger en Bestuur ......................................................................................... 13 Programma: 2. Openbare orde en Veiligheid ........................................................................ 16 Programma: 3. Verkeer en Vervoer........................................................................................ 18 Programma: 4. Economische ontwikkelingen ...................................................................... 21 Programma: 5. Educatie ......................................................................................................... 22 Programma: 6. Sport, Recreatie en Landschap .................................................................... 24 Programma: 7. Maatschappelijke Ondersteuning................................................................. 26 Programma: 8. Inkomen en Werkgelegenheid ...................................................................... 29 Programma: 9. Milieu.............................................................................................................. 31 Programma: 10. Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving .................................................. 33 Programma: 11. Dekkingsmiddelen....................................................................................... 36 Bedrijfsvoering........................................................................................................................ 37 Bijlagen.................................................................................................................................... 41
2
3
Aanbieding Hierbij wordt de Kadernota 2013 – 2016 aangeboden. De peildatum voor deze kadernota is 1 april 2012. De Kadernota is bedoeld om de begrotingskaders aan te geven voor het volgende jaar. In principe wordt niet ingegaan op bestaande taken. Het cijfermatige deel beperkt zich per programma tot de voorgenomen nieuwe uitgaven, waarop een toelichting wordt gegeven. In de Kadernota wordt ingegaan op de beleidsontwikkelingen en de activiteiten die voor het komende jaar worden voorzien. Hier wordt ook de relatie gelegd met het collegeprogramma. In de Kadernota staat tevens een globaal overzicht van de verwachte ontwikkeling van de begrotingspositie over de jaren 2013 – 2016. Daarbij wordt uitgegaan dat alle bij de programma’s genoemde nieuwe uitgaven door de gemeenteraad worden geaccordeerd. Bij het bepalen van het verwacht financieel meerjarenperspectief is vertrokken met het laatst bekende perspectief, te weten het saldo inclusief bezuinigingen, die in de raadsvergadering van 10 november 2011 is vastgesteld. Vervolgens is uitermate kritisch gekeken naar de noodzaak van aangedragen wensen voor nieuw beleid. Deze kritische houding is een gebruikelijke, maar wordt nu extra versterkt door het economisch tij. Dit heeft geleid tot een Kadernota waarin alleen die uitgaven zijn opgenomen, die op dit moment onafwendbaar zijn. Het gaat dan met name om wettelijke verplichtingen en noodzakelijke vervangingen. Niet alleen het economisch tij noodzaakt tot voorzichtigheid. De val van het kabinet zorgt dat de onzekerheid rondom de gemeentefinanciën wordt versterkt. Het is namelijk onduidelijk welke zaken gedurende het demissionaire kabinet door de Tweede Kamer controversieel worden verklaard. Dit betreft voor de gemeenten voornamelijk de grote decentralisaties, zoals AWBZ, Jeugdzorg en Wet werken naar vermogen. Met de invoering is reeds een aanvang gemaakt. Bij alle decentralisaties is sprake van zogenaamde ‘open-einde’ regelingen, hetgeen voor de gemeente onzekerheden en risico’s mee zal nemen. Aan de over te nemen werkzaamheden zijn veel kosten verbonden die door het rijk aan de gemeente worden overgedragen. Op dit moment zijn er op dit punt nog veel onduidelijkheden. De wetsvoorstellen moeten nog behandeld worden, waardoor uitkomsten onzeker zijn. Naar verwachting zullen in 2013 de eerste onderdelen van de decentralisaties worden geëffectueerd. Ondanks deze onduidelijkheid zullen voldoende middelen beschikbaar gesteld moeten worden om de uitvoerende taken te kunnen oppakken. Uitgangspunt daarbij is de uitkering van rijk voor de desbetreffende taken. Tot welke financiële effecten dit voor de gemeentebegroting leidt is een vraagteken en dit vraagteken zal nu niet zoals gewoonlijk worden beantwoord via de Meicirculaire (berekening algemene uitkering). Daar bovenop zijn de rijksbezuinigingen wel afgerond, maar welke financiële effecten deze bezuinigingen voor de gemeenten hebben is ook onduidelijk. Kortom: financiële voorzichtigheid is de basis voor deze Kadernota.
Indeling De indeling van de Kadernota begint bij het Financieel perspectief 2013 - 2016. In dit hoofdstuk wordt een vooruitblik gegeven naar de financiële positie voor de jaren 2013 – 2016. Dit is een globale raming op basis van de algemene uitgangspunten die zijn vastgelegd in de “spelregels Kadernota 2013”. Duidelijk moet zijn dat nog geen nauwkeurige ramingen zijn opgesteld. Dit vindt pas plaats bij de opstelling van de Programmabegroting 2013 – 2016. Wel mag er van worden uitgegaan dat het weergegeven perspectief in grote lijnen terug te vinden zal zijn in de Programmabegroting. Vervolgens komen de programma’s aan bod. Per programma worden achtereenvolgens de doelstellingen, de nieuw te ondernemen activiteiten, het collegeprogramma en tenslotte de financiële kaders geformuleerd. De doelstellingen zijn overgenomen uit de begroting 2012 zodat er een relatie gelegd kan worden tussen de nieuwe activiteiten en de doelstellingen uit de Programmabegroting. De nieuwe activiteiten beschrijven nieuw op ons afkomende werkzaamheden. Hier hoeven niet altijd financiële consequenties uit voort te vloeien. In deze Kadernota zijn de nieuwe activiteiten beperkt gebleven tot de wettelijke verplichtingen, de vervangingsinvesteringen en taken met betrekking tot bedrijfsvoering. Tenslotte worden bij de financiële kaders de posten genoemd die wel financiële gevolgen hebben. In bijlage 1 staat een totaal overzicht van alle nieuwe activiteiten die zijn opgenomen bij deze Kadernota. In bijlage 2 wordt de woningbouwprognose van 2012 - 2022 weergegeven die gebruikt wordt voor de be-
4 rekeningen van de opbrengst onroerende zaakbelastingen (ozb), algemene uitkering en de opbrengsten van de bouwleges. In bijlage 3 staat een overzicht van de monitoring van Bunnik in Balans.
5
FINANCIEEL PERSPECTIEF 2013 – 2016
6
7
Financieel perspectief Uitgangspunten Bij de begroting zullen de volgende voorlopige uitgangspunten worden gehanteerd. Voorlopige uitgangspunten Woningprognose (1-1) Inwonerprognose (1-1) Prijsstijging Loonstijging (t.o.v. 2010) Rekenrente Belastingtarieven: OZB Hondenbelasting Toeristenbelasting Marktgelden, graf- en begraafrechten Leges (excl. bouwleges) Afvalstoffenheffing, reini1 gingsrechten 2 Rioolrecht
2013
2014
2015
2016
6.266 14.669 2,55% 1,0% 4,0%
6.368 14.873 0% 0% 4,0%
6.529 15.195 0% 0% 4,0%
6.584 15.305 0% 0% 4,0%
Zie prijsstijging idem idem
-
-
-
idem idem 100% kostendekking 100% kostendekking
100% kostendekking 100% kostenDekking
100% kostendekking 100% kostendekking
100% kostendekking 100% kostendekking
Totaaloverzicht Het financiële meerjarenperspectief voor de jaren 2013-2016:
1 2
Verrekend worden 100% van de netto lasten vermeerderd met de compensabele BTW Verrekend worden 100% van de kosten van de riolering c.a., de compensabele BTW, 50% van de kosten straatreiniging. Deze uitkomst wordt verminderd met de verfijningsuitkering riolering in de algemene uitkering uit het gemeentefonds. Basis is het dekkingsplan bij het Gemeentelijk Rioleringsplan.
8
Ontwikkeling begrotingspositie 2013 - 2016 Omschrijving Structurele effecten Structureel saldo volgens begroting 2012 - 2015
2013
2014
2015
2016
Bedragen x € 1.000
579,9-
813,0-
1.015,8-
1.015,8-
134,5
542,0
496,0
496,0
Stelposten algemene uitkering/nieuwbouw
-220,0
-441,0
-339,0
-339,0
Begrotingstekort
-665,4
-712,0
-858,8
-858,8
Bunnik in Balans
668,2
776,9
947,3
947,3
2,8
64,9
88,5
88,5
-59,9
-59,9
-59,9
-59,9
Raming prijsontwikkeling (+ 2,55%)
-337,1
-337,1
-337,1
-337,1
Herzien saldo na verwerking loon- en prijsmutaties
-394,2
-332,1
-308,5
-308,5
Verhogingen belastingen en retributies met loon- en prijsontwikkelingen
191,0
191,0
191,0
191,0
Verhoging algemene uitkering met prijsontwikkeling
200,0
200,0
200,0
200,0
Herzien saldo na verwerking loon- en prijsmutatie in inkomsten
-3,2
58,9
82,5
82,5
Structurele effecten maatregelen volgens: • 2e bestuursrapportage 2011 • Mutaties 1-10-2011/1-3-2012
-5,0 0,0
-5,0 0,0
-5,0 0,0
-5,0 0,0
Herzien saldo na verwerking mutaties t/m februari 2012
-8,2
53,9
77,5
77,5
Eliminatie lasten nieuw beleid 2013 - 2015 uit begroting 2012
42,2
118,2
125,3
125,3
Herzien saldo exclusief nieuw beleid
34,0
172,1
202,8
202,8
Nota van actualisatie 2012
Saldo inclusief bezuinigingen Raming loonontwikkeling (raming 2012 + 1,0%)
Aangedragen nieuwe lasten kadernota:
-125,2
-225,9
-223,0
-212,1
- waarvan nieuwe activiteiten - waarvan heroverweging bestaand beleid
-183,2 58,0
-283,9 58,0
-281,0 58,0
-270,1 58,0
Herzien saldo na honorering nieuwe lasten 2012 - 2015
-91,2
-53,8
-20,2
-9,3
74,2
56,4
0,0
4,0
-17,0
2,7
-20,2
-5,3
Waarvan eenmalige uitgaven Saldo structurele lasten
9
Bestaand perspectief De basis voor deze Kadernota is het saldo van het jaar 2013 uit de begroting 2012 en het meerjarenperspectief 2013 – 2015, zoals die in de vergadering van 10 november 2011 door de gemeenteraad zijn vastgesteld. Voor het jaar 2013 wordt een nadelig saldo voorzien van het bestaand perspectief van € 579.900. Saldo inclusief bezuinigingen Na de vaststelling van de begroting zijn de effecten van de nota van actualisatie verwerkt. Verder moet rekening gehouden worden met de stelposten voor de algemene uitkering en de nieuwbouw. Tot slot is de bezuinigingstaakstelling weergegeven waarna het saldo ontstaat inclusief de bezuinigingstaakstelling. Dit is het vertrekpunt van de kadernota. Structurele effecten loon- en prijsontwikkelingen en structurele effecten bestuursrapportages en begrotingswijzigingen De structurele effecten voor loon- en prijsstijging en de verhoging van de belastingen en retributies en de algemene uitkering met loon- en prijsontwikkeling zijn verwerkt. Daarnaast is in het structurele saldo in de begroting nog geen rekening gehouden met het structurele effect van de tweede Bestuursrapportae ge (2 Berap) 2011. Dit structurele effect wordt jaarlijks verwerkt bij de e Kadernota. Voor de 2 Berap 2011 was dat € 5.000 voor de jaren 2012 - 2016. Er zijn geen begrotingswijzigingen geweest die structurele effecten hebben. Beschikbare ruimte voor nieuw beleid, intensiveringen bestaand beleid en vervangingsinvesteringen In de bestaande begroting en meerjarenperspectief is al ruimte gereserveerd voor nieuw beleid, intensiveringen bestaand beleid en vervangingsinvesteringen. Deze ramingen zijn in het meerjarenplan 2013 - 2016 opnieuw beoordeeld en geactualiseerd. Daarom worden de lasten van alle bij de begroting 2012 opgevoerde posten voor 2013 en volgende jaren eerst geëlimineerd. Financieel effect voorstellen Kadernota De totale structurele lasten van de voorstellen voor deze Kadernota (zie bijlage 1) bedragen voor 2013 in totaal per saldo € 51.010 (= € 125.208 -/- € 74.198). De extra structurele effecten voor de jaren 2014, 2015 en 2016 zijn respectievelijk € 169.446, € 223.044 en € 208.088. Het incidentele effect van de voorstellen voor 2013 t/m 2016 is € 74.198 in 2013, € 56.448 in 2014, € 0 in 2015 en € 4.000 in 2016. Saldo kadernota Het totaaloverzicht laat een structureel tekort zien van € 17.000 in 2013 aflopend naar een tekort van circa € 5.300 vanaf 2016.
10
11
PROGRAMMA’S
12
13
Programma: 1. Burger en Bestuur Doelstellingen Algemene doelstellingen 2013 t/m 2016 1. 2. 3. 4.
Verbeteren van de kwaliteit van de publieke dienstverlening Bestuurskrachtige (lokale) overheid Versterken van de gemeente Door actief te communiceren met interne en externe doel- en publieksgroepen de beeld- en meningvorming over de gemeente Bunnik positief beïnvloeden
Nieuwe activiteiten Omschrijving
Vindt plaats in de jaren:
Implementatie stelsel basisregistraties Samenwerking
2013-2016 2013 e.v.
Implementatie stelsel van basisregistraties Alle informatie die bij elkaar hoort op één plaats verzamelen. Dat is in essentie wat onder een basisregistratie wordt verstaan. Waar het uiteindelijk om gaat, is dat al deze afzonderlijke basisregistraties als één logisch, samenhangend geheel gaan samenwerken. En wel zo dat bij het beantwoorden van een vraag of het oplossen van een probleem direct alle relevante gegevens uit verschillende registraties bij elkaar komen. Belangrijke redenen om de basisregistraties op te zetten zijn naast snelheid en efficiëntie, uiteraard klantgerichter werken en administratieve lastenverlichting. Alle overheidsorganisaties zijn namelijk wettelijk verplicht gebruik te gaan maken van deze basisregistraties en terug te melden als men gerede twijfel heeft over informatie. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de basisregistraties van personen, adressen, gebouwen en WOZ. Daarnaast dient er gebruik te worden gemaakt van basisregistraties waar andere overheidsinstanties voor verantwoordelijk zijn, zoals de basisregistraties Kadaster, Topografie en het Handelsregister (Bedrijven & Instellingen). Voor de invoering moeten onder meer de volgende werkzaamheden worden uitgevoerd: het binnen de gemeente verzamelen en stroomlijnen van gegevens, het aanschaffen van voor de registraties benodigde applicaties, het aansluiten op de landelijke voorzieningen, het inrichten van de werkprocessen en het opleiden en organisatorisch inbedden van het verantwoordelijke personeel. Alleen gefaseerde invoering van de stroomlijning van de interne gegevenshuishouding en koppeling met basisregistraties houdt de verplichte invoering beheersbaar. In de komende jaren is er budget noodzakelijk voor de aanschaf of aanpassing van informatiesystemen en begeleiding van de invoering van bestaande en nieuwe basisregistraties. Komende jaren zullen vooral in het teken staan van de invoering van de Basisregistratie
14 Grootschalige Topografie (BGT), het Handelsregister (NHR) en de vernieuwing van de Gemeentelijke Basisregistratie Personen (BRP). Samenwerking Het kabinet heeft besloten tot afschaffing van de WGR+, welke de basis vormt voor de BRU. Dit besluit houdt in dat de zogenaamde Brede Doeluitkeringen (BDU) op het gebied van verkeer en vervoer, inclusief de daarbij behorende taken en bevoegdheden, worden overgeheveld naar de Provincie Utrecht. Er is een traject ingezet dat voorziet in de opheffing van BRU en het overhevelen van taken die zijn ondergebracht bij de BRU. Hier voert de BRU momenteel onderhandelingen over met de Provincie. Tegelijkertijd is vanuit het U10 verband een traject gestart dat zich oriënteert op de toekomstige samenwerking tussen de diverse Utrechtse gemeenten. Daarnaast nopen de decentralisaties die van rijkswege worden opgelegd ons ook tot een nadere oriëntatie op samenwerking in de regio. Beide ontwikkelingen kunnen vanaf 2013 gevolgen hebben voor de gemeente Bunnik. In dit stadium is het echter onmogelijk om een nauwkeurige inschatting te maken van de effecten daarvan. Invoering Papierloos werken Na succesvolle invoering van papierloos vergaderen bij andere gemeenten gaan we dit ook invoeren bij Bunnik. Papierloos vergaderen wordt mogelijk door het gebruik van iPads. Dit zijn tablet pc’s van Apple om documenten te ontvangen, lezen, bewaren en daarin aantekeningen te maken. De invoering van 'papierloos vergaderen' voor gemeenteraad, college en management levert ook een besparing in kopieerkosten op. De maatregel is bovendien goed voor het milieu. Er wordt uitgegaan van 33 iPads 3 (a € 545) voor de raadsleden (15), fractieondersteuning (3), griffie (3), college (3), management (6) en ambtelijke ondersteuning (1). De invoering papierloos werken is budgettair neutraal.
Activiteiten uit collegeprogramma ICT samenwerking/RID Utrecht Begin 2012 heeft positieve besluitvorming plaatsgevonden over de oprichting van de Regionale ICT Dienst (RID) Utrecht. Dit betreft de samenwerking op het gebied van ICT tussen de gemeenten Baarn, Bunnik, De Bilt, Soest, Utrechtse Heuvelrug en Wijk bij Duurstede en de Regionale Sociale Dienst Kromme Rijn Heuvelrug. De RID wordt formeel opgericht per 1 juli 2012 en zal uiterlijk 1 januari 2015 klaar zijn met de inrichting van de organisatie en de techniek. Onder het beheer van de RID valt de zogeheten ‘koude kant’ van het ICT-domein: de ICT-infrastructuur, de databases, de geautomatiseerde werkplekken en de kantoorautomatisering. Om RID tot stand te brengen zullen incidentele kosten moeten worden gemaakt (projectkosten, inhuur tijdelijk extra personeel, etc.). Daarvoor heeft de gemeenteraad de financiële middelen beschikbaar gesteld. Daarnaast dragen de deelnemende organisaties structureel bij aan de jaarlijkse begroting van de RID. Klantcontactcentrum Het collegeprogramma 2010-2014 beschrijft dat Bunnik bindend wil besturen door de klant centraal te stellen en vraaggericht te gaan werken. In het collegeprogramma wordt één van de middelen benoemd om dit te bereiken: het klantcontactcentrum (KCC). Hierbij is de centrale vraag: ‘Hoe richt je het KCC in om zo optimaal mogelijk en op realistische wijze tegemoet te komen aan de wensen en behoeften van de
15 klant over de dienstverlening? Doelmatigheid in dienstverlening moet hierbij het uitgangspunt zijn.’ Deze centrale vraag vindt mede zijn oorsprong in de landelijk zichtbare ontwikkeling dat alle gemeentes in Nederland toewerken naar het realiseren van een KCC per uiterlijk 2015. Hierbij is het zo dat vanuit het rijk duidelijke richtlijnen worden gegeven voor de inrichting van een Klantcontactcentrum (KCC), maar dat iedere gemeente binnen de gestelde kaders wel vrij is zijn eigen invulling te geven aan de organisatie ervan. Het Bunnikse KCC is als project al opgenomen in het Realisatieplan elektronische dienstverlening (eBunnik) dat is voortgekomen uit het EGEM-i traject. Begin 2012 is de visie op dienstverlening 2012-2022 door het college vastgesteld. Deze visie geeft een kader aan de dienstverleningsontwikkelingen (bijvoorbeeld ook de verschillende decentralisatiebewegingen, het zaaksysteem en de nieuwe website) die de gemeente de komende jaren te wachten staan. Met de ontwikkeling van een KCC wordt mede invulling gegeven aan deze visie. Gelet op de verwachte uitbreiding van de gemeentelijke dienstverleningsprocessen als gevolg van bijvoorbeeld de decentralisaties is er reden te meer om deze processen efficiënt in te richten en ‘aan de voorkant te doen wat aan de voorkant kan’ (en er daarbij voor te zorgen dat in zo veel mogelijk gevallen de klant aan de voorkant in één keer zijn antwoord krijgt). Gezien de bezuinigingen en economische teruggang is er daarnaast een extra belang om processen efficiënt in te richten en capaciteit en competenties goed te benutten. Dit krijgt bijvoorbeeld vorm door het doorontwikkelen van het digitale dienstverleningskanaal in de komende jaren. Doelstelling hierbij is het verder digitaliseren/automatiseren van klantprocessen en het uitbreiden van de mogelijkheden voor klanten om steeds meer zelf zaken zelf af te handelen via internet. Dit wordt bijvoorbeeld mogelijk gemaakt door het creëren van een persoonlijke internetpagina (PIP) voor onze klanten; een beveiligde digitale omgeving (gekoppeld aan DigiD) waarbinnen ze transacties kunnen doen met de gemeente en bijvoorbeeld statusinformatie kunnen inzien over hun lopende aanvragen. Ook zal er geïnvesteerd worden in de online beschikbaarheid van antwoorden op allerhande vragen van onze klanten. Een en ander moet ertoe leiden dat klantvragen sneller beantwoord worden en aanvraagprocessen efficiënter worden, en dat meer klantcontacten via het relatief goedkopere digitale kanaal (in plaats van balie of telefoon) zullen verlopen. De KCC-ontwikkeling op zichzelf zal in structurele zin een budgetneutrale ontwikkeling zijn.
Financiële kaders (x € 1.000) Nieuwe Activiteiten Implementatie basisregistraties Investering 2013 € 36.500 Investering 2014 € 41.000 Investering 2015 € 20.000 Investering 2016 € 17.000 Onderhoudskosten implementatie basisregistraties Klantcontactcentrum
2013
2014
2015
2016
9
8 10
8 10 5
8 9 5 4
lasten
8
8
8
8
lasten
44
41
lasten
16
Programma: 2. Openbare orde en Veiligheid Doelstellingen Algemene doelstellingen 2013 t/m 2016 1. 2.
Aandacht voor en verbeteren van de veiligheid en leefbaarheid Beperken en bestrijden van gevaar voor mensen en dieren bij ongevallen en crises
Nieuwe activiteiten Omschrijving
Vindt plaats in de jaren:
Veiligheidshuis
2013-2016
Drank- en Horecawet
2013-2016
Brandweerkazernes
2014-2016 Veiligheidshuis Iedere gemeente moet participeren in een veiligheidshuis. Het veiligheidhuis voert taken van en voor de gemeente uit, bijvoorbeeld de Wet tijdelijk huisverbod, de Leerplichtwet en afspraken uit het Samenwerkingsmodel Nazorg volwassen (ex-)gedetineerde burgers gemeenten – Justitie. In het veiligheidshuis werken gemeenten, politie, OM en zorgpartners samen aan integrale, duurzame oplossingen voor complexe veiligheidsproblemen. De samenwerking richt zich op het slagvaardiger en professioneler maken van de geïntegreerde, dadergerichte aanpak van veelplegers, huiselijk geweldplegers, risicojongeren en exgedetineerden. De regie en de financiering van de veiligheidshuizen veranderd. Het veiligheidshuis wordt voor het grootste deel gefinancierd vanuit het ministerie van Veiligheid en Justitie. Er is besloten de regie bij de gemeenten te leggen en de bijdrage te verlagen. Daarmee ontstaat een tekort op de begroting van het veiligheidshuis. In september 2012 wordt op regionaal niveau een besluit genomen over een rest bedrag dat voor rekening zal komen voor de deelnemende gemeenten. Op dat moment worden de financiële consequenties duidelijk. Overigens zullen deze naar verwachting zeer beperkt zijn. Drank- en Horecawet Al enkele jaren wordt landelijk gesproken om het toezicht op de Dranken Horecawet naar gemeenten over te hevelen. De besluitvorming hieromtrent is nagenoeg afgerond, zodat nu verwacht kan worden dat het in 2013 echt aan de gemeenten wordt overgedragen. Met de toezicht op de Drank- en Horecawet krijgt de gemeenten een extra hand-
17 havende taak toebedeeld. Om deze taak goed te kunnen uitvoeren is beleid toegesneden op onze gemeente, met daarin onderwerpen zoals drankmisbruik, drank en jongeren, paracommercie en sluitingstijden, van groot belang. Verder zullen gemeenteraden een verordening moeten vaststellen om de paracommerciële horecabedrijven te reguleren. De eenmalige kosten voor de implementatie zullen ongeveer € 10.000 bedragen. De kosten bestaan uit opleidings-, aanstellingscommunicatie- en beleidskosten. Voor de uitvoering van de wet is op basis van controles bij alle horeca en paracommerciële instellingen voorlopig 280 uur berekend. Met deze uren is in de huidige bezetting geen rekening gehouden. Dit betekent een extra structurele last van € 19.000. Brandweerkazernes In het kader van de regionalisering van de brandweer kunnen de brandweerkazernes worden overgedragen aan de Veiligheidsregio Utrecht (VRU). Het overdragen van de brandweerkazernes aan de VRU laat op zich wachten in verband met de te nemen bestuurlijke keuzes op het gebied van het repressiefdekkingsplan. Momenteel wordt binnen de VRU gesproken over het dekkingsplan. Naar verwachting zal in het najaar van 2012 definitieve besluitvorming hieromtrent afgerond zijn. Uit de voorlopige gegevens blijkt dat de twee kazernes in onze gemeente gehandhaafd zullen worden. Dit betekent dat de huidige kazernes moeten worden aangepast aan de arbo-eisen. Nadat de besluitvorming over het dekkingsplan is afgerond zal een plan van aanpak worden opgesteld om de kazernes aan te passen. Ten aanzien van de kazerne in Bunnik zal tevens worden bezien of de huidige locatie de meest wenselijke locatie is op langere termijn. Met het doortrekken van de Baan van Fectio en het ondertunnelen van het spoor ontstaat een snelle verbinding, waardoor een nieuwe locatie in deze omgeving gezocht wordt. Met de aanpassing van de kazerne in Werkhoven en het (eventueel) verplaatsen van de kazerne in Bunnik zijn grote investeringen gemoeid.
Activiteiten uit collegeprogramma
Voor programma 2 stonden in 2013 geen activiteiten in het collegeprogramma vermeld.
Financiële kaders (x € 1.000) Nieuwe Activiteiten
2013
Drank- en horecawet
lasten
Investering Brandweerkazerne (€ 400.000,-) in 2014
lasten
Investering Brandweerkazerne (€ 400.000,-) in 2015
lasten
2014 29
2015
2016
19
19
19
32
31
31
32
31
18
Programma: 3. Verkeer en Vervoer Doelstellingen Algemene doelstellingen 2013 t/m 2016 1. 2.
In stand houden en verbeteren van de bereikbaarheid en levensvatbaarheid van de gemeente Een verkeerveilige en verkeersluwe gemeente
Nieuwe activiteiten Omschrijving
Vindt plaats in de jaren:
Mutaties als gevolg van discrepanties in de BOR (Beheer Openbare Ruimte)
2013 en 2014
Mutaties als gevolg van discrepanties in de openbare ruimte De invoering van de wettelijk verplichte Basisregistratie Topografie (BGT) vereist dat de grafische bestanden van de beheerpakketten voor de Openbare Ruimte (BOR) worden aangepast aan de voorschriften van die BGT. Het gaat hier om het in beeld brengen van de exacte ligging van alle fysieke objecten zoals gebouwen, wegen, water, spoorlijnen en (landbouw)terreinen. Doordat deze grafische bestanden op dit moment niet actueel zijn, is hierdoor een eenmalige inhaalslag nodig om aan de wettelijke verplichting te kunnen voldoen. De kosten hiervan bedragen in 2013 € 15.000 en in 2014 € 4.000.
Activiteiten uit collegeprogramma Verkeersmaatregelen buitengebied Maatregelen doorgaand verkeer Eén van de uitgangspunten van het college is om het buitengebied verkeersluw te maken en te vrijwaren van doorgaand verkeer. Er is sprake van veel verkeer vanuit omringende plaatsen (Houten, Wijk bij duurstede) dat via onder andere de Achterdijk naar Uitrecht (Uithof) rijdt. Dat levert veel hinder en onveilige situaties op vooral voor de langzaam verkeersdeelnemers. Om de onveilige situaties aan te pakken zullen er maatregelen in het gebied moeten worden genomen. In het vooronderzoek naar de maatregelen zullen de bewoners van het gebied nadrukkelijk betrokken worden. Op dit moment zijn alle opties nog open, bijvoorbeeld het nemen van juridische maatregelen (verbodsbepalingen), al dan niet ondersteunt door fysieke maatregelen, tijdelijke of permanente afsluitingen. Voor het uitvoeren van maatregelen is reeds binnen de begroting een budget ter beschikking gesteld (voormalig Saltobudget). De financiële consequenties zijn uiteraard afhankelijk van de uiteindelijk te verkiezen maatregelen.
19
Verhogen verkeersveiligheid buitengebied Naast verkeersregulering is het ook van belang om de te hoge snelheden op de wegen in het buitengebied te reguleren. In het gebied is een 60 km zone ingesteld, maar zonder fysieke maatregelen. Er blijkt nog steeds dat er te hard gereden wordt. In 2013 zal, in samenspraak met de bewoners, bepaald worden welke fysieke snelheidsremmende maatregelen op welke plek kunnen worden. Binnen het voormalig Saltobudget zijn daarvoor middelen aanwezig. Nieuwe wegen en nieuwe verkeersmaatregelen In het collegeprogramma zijn veel activiteiten opgenomen die ook in 2013 hun vervolg zullen krijgen. Voor het Rijsbruggerwegtracé heeft de provincie een Inpassingsplan opgesteld. De beroepsprocedure zal in 2012 zijn vervolg krijgen. Tijdens deze procedure zal ook duidelijk worden wanneer de aanleg van deze weg feitelijk zal plaatsvinden. Een tweede project betreft de Oostelijke Ontsluiting van Houten. Dit project is begin 2012 gestart en wordt door de provincie getrokken. De gemeente is echter nauw betrokken omdat binnen dit project onder andere ook de omlegging van de N229 en het ruimtelijk aanvaardbaar maken van het bedrijventerrein A12 zijn opgenomen. Vanuit de gemeente wordt hierop ingespeeld met een eigen project “Gebiedsgerichte aanpak omgeving N229 en oostelijke ontsluiting Houten. De uitkomsten van het onderzoek voor de oostelijke ontsluiting worden in de loop van 2013 bekend. Ten aanzien van de N229 is het streven er op gericht op zo snel mogelijk duidelijkheid te krijgen in de financiële haalbaarheid van de omlegging van de N229. Wanneer deze duidelijkheid er zal zijn kan nu nog niet worden aangegeven. Spoortunnels Bunnik Het project bestaat uit de aanleg van 2 tunnels, één tunnel voor gemotoriseerd verkeer in de te verlengen Baan van Fectio en één tunnel voor langzaam verkeer tussen de Groeneweg en de Runnenburg onder het station. In 2012 wordt het project technisch verder uitgewerkt. Inmiddels is gestart met de bestemmingsplanprocedure. In 2013 zal het bestemmingsplan worden afgerond en zal het werk worden aanbesteed. In 2014 zal dan met de uitvoering kunnen worden gestart. In nauwe samenwerking met Prorail zal het verdere verloop van het project ter hand worden genomen. Alle werken die direct en rechtstreeks het gevolg zijn van dit plan komen voor rekening van Prorail. Er zullen mogelijk aanvullende activiteiten en/of werkzaamheden plaats moeten vinden in de directe omgeving van het station of in het dorp die het gevolg zijn van het project, maar waarvan de kosten niet afgewenteld kunnen worden op Prorail. In de loop van het traject zal duidelijk worden welke maatregelen nodig zijn en wanneer de maatregelen genomen moeten worden. Voor zover mogelijk en nuttig zal de uitvoering van deze werkzaamheden meegenomen worden bij de uitvoering van het project of direct daarop volgend. Met de kosten verbonden aan deze maatregelen is geen rekening gehouden in de begroting. Omdat de maatregelen nog niet bekend zijn kan ook nog geen raming van de kosten gemaakt worden.
20
Financiële kaders (x € 1.000) Nieuwe Activiteiten Mutaties als gevolg van discrepanties in de BOR (Beheer Openbare Ruimte)
2013 lasten
2014 15
2015 4
2016
21
Programma: 4. Economische ontwikkelingen Doelstellingen Algemene doelstellingen 2013 t/m 2016 1.
Creëren van een gunstig ondernemersklimaat en voldoende werkgelegenheid
Nieuwe activiteiten Omschrijving
Vindt plaats in de jaren:
Voor programma 4 zijn geen nieuwe activiteiten opgenomen.
Activiteiten uit collegeprogramma Herstructurering bedrijventerreinen In het Economisch Beleidsplan is eveneens opgenomen de herstructurering van de bedrijventerreinen. In het collegeprogramma is het opstellen van een plan van aanpak voor deze herstructureringsopgave opgenomen. De herstructurering heeft een directe relatie met het mogen ontwikkelen van een nieuw bedrijventerrein langs de A12. De provincie onderzoekt, door middel van een gebiedsgerichte aanpak, de ruimtelijke haalbaarheid. Dit in samenhang met meerdere in het gebied spelende ontwikkelingen, zoals de oostelijke ontsluiting van Houten en de omlegging van de N229. De gemeente is bij dit project nauw betrokken. Verwacht wordt dat er in 2013 duidelijkheid is over de ruimtelijke aanvaardbaarheid. Er van uitgaande dat de ruimtelijke aanvaardbaarheid kan worden aangetoond, zal bij de eerstvolgende herijking van de provinciale structuurvisie een positieve bestemming gegeven kunnen worden aan het bedrijventerrein. In dat geval zal in 2013 een vervolg worden gegeven aan de planvorming en zal deze verder worden geconcretiseerd en geimplementeerd in beleidsdocumenten. De start van de aanleg van dit bedrijventerrein wordt dan ook niet voor 2015 verwacht.
Financiële kaders (x € 1.000) Nieuwe Activiteiten
2013
2014
2015
2016
22
Programma: 5. Educatie Doelstellingen Algemene doelstellingen 2013 t/m 2016 1. 2. 3. 4.
Kwalitatief goede huisvesting basisonderwijs Handhaven van (openbaar) onderwijs. Ondersteunende maatregelen om kwalitatief goed onderwijs te bieden Aanbieden van (beroeps)onderwijs voor volwassenen
Nieuwe activiteiten Omschrijving
Vindt plaats in de jaren:
Passend onderwijs
2013 e.v. Passend onderwijs De rijksoverheid is voornemens om passend onderwijs in te voeren. Dat betekent dat de schoolbesturen verplicht worden om zoveel mogelijk leerlingen passend onderwijs te bieden binnen het reguliere onderwijs. Zo min mogelijk leerlingen zouden dan worden doorverwezen naar scholen voor speciaal onderwijs. Het vormgeven van passend onderwijs is een verantwoordelijkheid die volledig berust bij de schoolbesturen en niet bij de gemeente. De VNG voorziet echter dat schoolbesturen zich gaan specialiseren in vormen van passend onderwijs. Dit zou kunnen leiden tot meer vraag naar onderwijshuisvesting en meer vraag naar leerlingenvervoer. Huisvesting en leerlingenvervoer zijn onderdelen waar de gemeente wel verantwoordelijk is. Dit zijn wettelijke taken van de gemeente. Het is op dit moment niet duidelijk of het passend onderwijs ook daadwerkelijk gevolgen zal gaan hebben voor onderwijshuisvesting en leerlingenvervoer.
Heroverweging bestaand beleid Leerlingenvervoer De gemeente Bunnik heeft in samenwerking met de gemeenten De Bilt, Houten, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en Zeist het leerlingenvervoer opnieuw aanbesteed. De huidige contracten lopen af per 1 augustus 2012. De Europese openbare aanbesteding heeft geleid tot gunstigere tarieven ten opzichte van het huidige contract. Dit komt met name door een nieuwe perceelindeling en het daaraan gekoppelde tarief. De routes naar de "dichtbij-percelen" hebben een vaste prijs per rit en de routes naar de "ver-weg-percelen" hebben een tarief per beladen kilometer. De nieuwe overeenkomsten voor het leerlingenvervoer lopen tot en met 31 juli 2015, met als optie de mogelijkheid tot verlenging van tweemaal twee jaar tot uiterlijk 31 juli 2019.
23
Activiteiten uit collegeprogramma Multi Functionele Accommodatie (MFA) in Bunnik In het tweede kwartaal van 2012 vindt na definitieve besluitvorming over de aanbesteding start bouw plaats van de MFA Bunnik. Er is in overleg met de gebruikers van de MFA Bunnik en de omwonenden een inrichtingsplan voor de buitenruimte opgesteld. In het tweede kwartaal van 2012 wordt het inrichtingsplan definitief vastgesteld.
Financiële kaders (x € 1.000) Nieuwe Activiteiten
2013
2014
2015
2016
Passend onderwijs
lasten
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Leerlingenvervoer
lasten
-30
-30
-30
-30
24
Programma: 6. Sport, Recreatie en Landschap Doelstellingen Algemene doelstellingen 2013 t/m 2016 1. 2. 3.
Versterken van de sportsector en vergroten van de sportdeelname (sport) Behouden en versterken van de kwaliteit en beleefbaarheid van het landschap (Vitaal platteland/landschap) Stimuleren van recreatie en toerisme passend bij het karakter van het Kromme Rijngebied (recreatie en toerisme)
Nieuwe activiteiten Omschrijving
Vindt plaats in de jaren:
Sport
Sport Er is een onderzoek uitgevoerd naar het taakveld sport. Onderdeel van het onderzoek het in beeld brengen van de kosten verbonden aan het taakveld. Uit de eerste resultaten komt naar voren dat er diverse werkzaamheden moeten worden uitgevoerd waarvoor extra middelen beschikbaar gesteld moeten worden. Het gaat hierbij zowel om structurele kosten (beheer en onderhoud door het Sporthuis, ambtelijke capaciteit) als om incidentele kosten (vervangingsinvesteringen). De uitkomsten van het onderzoek en de overzichten van werkzaamheden en noodzakelijke investeringen zijn voor het college aanleiding geweest om voor de lange termijn in een fundamentele herbezinning na te gaan hoe met het taakveld sport moet worden omgegaan, met name ook om het geheel structureel financieel beheersbaar te houden. In deze discussie zullen de inwoners en verenigingen in onze gemeente nadrukkelijk betrokken worden. Er zal gezocht worden naar ombuigingen en kostenreducties om de extra kosten voor de komende jaren te kunnen opvangen. De discussie moet voor 2014 zijn afgerond. Het college heeft besloten vast te houden aan de bezuinigingstaakstelling op het taakveld sport, zijnde € 30.000 in 2014. Deze kan worden gehaald door het tarief voor het gebruik van de sportaccommodaties te verhogen. Voor 2013 zullen extra middelen beschikbaar gesteld moeten worden. Het gaat hierbij concreet om de overname van het beheer en onderhoud van Sportpark Tolhuislaan en het tweede veld in Werkhoven door het Sporthuis en qua investeringen over de verlichting op het sportpark van SV Odijk en de beregeningsinstallatie bij tennisvereniging De Nienhof. Tenslotte wordt eenmalig middelen gevraagd voor extra capaciteit op het taakveld sport.
25
Activiteiten uit collegeprogramma Sportpark Odijk-West In het collegeprogramma is als activiteit een onderzoek naar een centrale sportvoorziening opgenomen. Daarbij is aangegeven dat hier in 2013 voorstellen over verwacht kunnen worden. In de toelichting is aangegeven dat onderzocht zal worden of een extra centraal gelegen sportpark in Odijk-West haalbaar is. Het college wil nagaan of er een noodzaak is voor zo’n voorziening en of deze financieel haalbaar wordt geacht. Echter, in april 2012 heeft de gemeenteraad besloten voor de realisatie van Odijk-West te kiezen voor organische groei. Gelet op dit besluit en de discussie daaromtrent is het nu niet mogelijk om het geplande onderzoek uit te voeren. Dit actiepunt wordt dan ook uit de actielijst afgevoerd. Participeren in entrees en poorten In het collegeprogramma 2010-2014 is aangegeven dat de gemeente wil participeren in entrees en poorten. De provincie Utrecht heeft in haar beleid recreatie en toerisme provincie Utrecht deze entrees en poorten benoemd als ‘poort’ en ‘toeristisch overstappunt’ (entree). Poorten en toeristische overstappunten zijn locaties vanaf waar de recreant of toerist verder het gebied in kan trekken via bijvoorbeeld wandel- of fietspaden. Een poort is een levendige plek met een aantrekkingskracht op zich en heeft veel voorzieningen. Naast ruime parkeergelegenheid, informatievoorziening en routes beschikt een poort ook over minimaal een horecagelegenheid en een bezienswaardigheid of andere voorziening. Poorten in of nabij de gemeente Bunnik zijn: Amelisweerd/Rhijnauwen, Bos Nieuw Wulven en Fort bij Vechten. Een toeristisch overstappunt is gericht op routegebonden recreatie. De plek beschikt over een basisniveau aan voorzieningen: parkeergelegenheid, informatievoorziening en routes. Bereikbaarheid is belangrijk, ze zijn vaak te vinden nabij provinciale wegen. Soms zijn er ook voorzieningen als horeca maar een groene entree is primair bedoeld om mensen het gebied in te geleiden. Vanuit dit gegeven is het niet wenselijk zelf actief poorten of toeristische overstappunten te gaan ontwikkelen. Wel zal positief gekeken worden naar ontwikkelingen van derden die de realisatie van de poorten en overstappunten mogelijk maken. Participatie in zo’n ontwikkeling is mogelijk.
Financiële kaders (x € 1.000) Activiteiten Collegeprogramma
2013
2014
2015
2016
26
Programma: 7. Maatschappelijke Ondersteuning Doelstellingen Algemene doelstellingen 2013 t/m 2016 1. Een gezonde, sociale en leefbare gemeente waarin het goed toeven is, ook voor kwetsbare groepen (maatschappelijke ondersteuning) 2. Bevorderen van ontplooiingsmogelijkheden en mogelijkheden voor maatschappelijke participatie van kinderen, jeugd en jongeren (jeugd en gezin) 3. In stand houden van cultureel erfgoed binnen de gemeente (cultuur) 4. Het verbeteren van de volksgezondheid in Bunnik en het verkleinen van gezondheidsverschillen binnen de bevolking. 5. Het creëren van een prettige, veilige, gezonde en leerzame leefomgeving voor jongeren om in op te groeien. In deze omgeving kunnen jongeren zichzelf ontwikkelen en op zelfstandige en volwaardige wijze deelnemen aan de samenleving.
Nieuwe activiteiten Omschrijving
Vindt plaats in de jaren:
Jeugdzorg, invoeringskosten
2013
Extramurale begeleiding AWBZ
2013/2014
Evaluatie centrum voor jeugd en gezin
2013
Jeugdzorg, invoeringskosten Één van de decentralisaties is de Jeugdzorg. Gemeenten worden bestuurlijk en financieel verantwoordelijk voor de uitvoering van alle jeugdzorg die nu onder het rijk, de provincies, de gemeenten, de AWBZ en de ZvW (zorgverzekeringswet) valt. Het kabinet wil in december 2012 een wetsvoorstel hierover indienen bij de Tweede Kamer. In de bestuurlijke afspraken 2011-2015 was een gefaseerde overheveling van de jeugdzorg opgenomen voor de periode 20142016. Echter, nu wordt gedacht om de overheveling in één keer te laten plaatsvinden, in 2015. Wel komt, in het kader van de transitie AWBZ, in 2013 de begeleiding vanuit de AWBZ aan jeugdigen naar gemeenten. Alle gelden die in de jeugdzorg omgaan zullen worden overgeheveld naar gemeenten, verminderd met een efficiencykorting. De eerste bezuiniging vanuit het rijk staat ingeboekt voor 2015. Het rijk gaat ervan uit dat ook de bedragen die provincies vanuit hun algemene middelen inzetten voor de jeugdzorg, worden overgeheveld naar gemeenten.
27 Gemeenten ontvangen in 2012 en 2013 een bedrag voor invoeringskosten. De voorbereiding op de komst van deze nieuwe taken wordt samen met buurgemeenten opgepakt. Aan deze voorbereidingen zullen kosten verbonden zijn, die de gemeenten gezamenlijk moeten dragen. Deze gemeentelijke bijdrage wordt bekostigd uit de gelden die in het kader van de invoering van deze taken vanuit het rijk naar de gemeenten worden overgeheveld. Decentralisatie Extramurale begeleiding (AWBZ) Momenteel wordt gewerkt aan de voorbereiding om de decentralisatie van de extramurale begeleiding (AWBZ) naar de gemeente over te hevelen. Hiertoe is een plan van aanpak opgesteld en zijn de invoeringsgelden voor 2012 beschikbaar gesteld voor de eerste fase. In 2013 zullen de nieuwe aanvragen door de gemeente worden behandeld en in 2014 zullen ook de bestaande situaties aan de gemeente worden overgedragen. Hiervoor worden budgetten aan de gemeente beschikbaar gesteld. De budgetten hebben betrekking op verschillende onderdelen: budget voor begeleiding, uitvoeringskosten en invoeringskosten. De uitgaven voor de onderdelen in 2010 zijn de basis voor het over te hevelen bedrag. Het gaat daarbij om de uitgaven op het gebied van dagbesteding, begeleiding en bijbehorend vervoer, inclusief de begeleiding voor jeugd en exclusief begeleiding voor verblijfsgeïndiceerden. Bij het over te hevelen bedrag wordt een decentralisatiekorting toegepast van 5%. Evaluatie centrum voor jeugd en gezin De gemeenteraad heeft op 23 juni 2012 de nota 'Centrum voor jeugd en gezin gemeente Bunnik vastgesteld. Hierin is aanbevolen om, in het tweede jaar nadat het Centrum voor Jeugd en Gezin geopend is, een evaluatieonderzoek uit te voeren. Het CJG is geopend op 24 november 2011. Dit betekent dat in 2013 een evaluatie kan worden uitgevoerd. Er is in het programma Utrechtse Jeugd Centraal een instrument voor zelfevaluatie ontwikkeld, die gemeenten kosteloos kunnen gebruiken. Regiotaxi Vanaf 1 januari 2012 zijn de tarieven per zone gestegen met € 0,70 voor het regiotaxivervoer (collectieve vervoersvoorziening) voor cliënten met een regiotaxipas. Inwoners uit Bunnik met een Wmo vervoersindicatie maken gebruik van de regiotaxi tegen een gereduceerd tarief. Zij betalen per zone een eigen bijdrage van € 0,60. De gemeente vult dit bedrag aan tot de zoneprijzen en vanuit de Brede Doel Uitkering (BDU) betaalt de BRU de overige kosten. Voor Bunnik betekent dit een structurele verhoging van de last met € 18.000. In 2013 wordt de Regiotaxi opnieuw aanbesteed. Daarnaast is door het Algemeen Bestuur van het BRU besloten om de verdeling van de kosten van de Regiotaxi tussen de BRU en de deelnemende gemeenten aan te passen. Vanaf 1 januari 2013 draagt de BRU nog maar een vast bedrag bij aan de regiotaxi. Hierdoor komt de ‘open-einde’ regeling volledig bij de deelnemende gemeenten te liggen. Het vaste bedrag van de BRU wordt in enkele jaren afgebouwd tot één vast bedrag. Tevens is er een nieuwe verdeling van de bijdragen van de individuele gemeenten afgesproken. Deze nieuwe verdeling lijkt voor de gemeente Bunnik gunstig uit te pakken. De uitkomst van de aanbesteding en de nieuwe verdeling van de kosten heeft consequenties voor de bijdrage van de gemeente Bunnik voor de regiotaxi. Op dit moment valt nog niet in te schatten hoe hoog de bijdrage zal gaan worden.
28 Binnen BRU-verband is in 2012 een onderzoek gestart naar de kosten die gemeenten moeten maken in het kader van vervoer op diverse taakvelden. Dit onderzoek is met name gericht op het beheersen van de kosten door middel van intergemeentelijke samenwerking. Over de uitkomsten van het onderzoek zal de gemeenteraad worden geïnformeerd.
Activiteiten uit collegeprogramma Bundeling welzijnsorganisaties Dit punt, genoemd in het collegeprogramma voor 2013, heeft nadrukkelijk de aandacht. Eind 2011 heeft het onderwerp in het kader van de versterking van de civil society een plek gekregen in het WmoBeleidsplan 2012-2015. Actie op dit punt is in 2012 ingezet in de vorm van een haalbaarheidsonderzoek. Mede afhankelijk van de uitkomsten daarvan zullen vervolgacties worden ingezet die naar verwachting zullen doorlopen in 2013. Het betreft een proces wat van onder af moet worden vormgegeven. De gemeente zal dit proces waar het kan ondersteunen.
Financiële kaders (x € 1.000) Nieuwe Activiteiten
2013
2014
Jeugdzorg, invoeringskosten
lasten
p.m.
Jeugdzorg, invoeringskosten (rijksmiddelen)
baten
p.m.
Decentralisatie Extramurale begeleiding (AWBZ )
lasten
p.m.
Decentralisatie Extramurale begeleiding (AWBZ) (rijksmiddelen)
baten
p.m.
Regiotaxi
lasten
18
2015
18
2016
18
18
29
Programma: 8. Inkomen en Werkgelegenheid Doelstellingen Algemene doelstellingen 2013 t/m 2016 1. 2. 3.
Iedere inwoner beschikt tenminste over een inkomen op het voor hem haar geldende bijstandsniveau (armoedeproblematiek) Bijstandsgerechtigden die kunnen werken stromen zo snel mogelijk uit naar werk (meer mensen aan het werk) Iedere inwoner is financieel gezien in staat voldoende maatschappelijk te participeren in werk of verenigingsleven
Nieuwe activiteiten Omschrijving
Vindt plaats in de jaren:
Invoeren Wet werken naar vermogen
2013 e.v.
Invoeren Wet werken naar vermogen Op 1 januari 2013 wordt de Wet werken naar vermogen van kracht. Deze wet heeft aanzienlijke gevolgen op het gebied van inkomensondersteuning, sociale werkvoorziening en re-integratie. De Wet werk en bijstand, de Wajong en de Wet sociale werkvoorziening worden samengevoegd in deze regeling. De doelgroep wordt verruimd en de gemeenten krijgen er nieuwe taken bij. Tegelijkertijd wordt er stevig bezuinigd op met name de re-integratiemiddelen. Besluitvorming voor dit onderdeel is op landelijk niveau nog niet afgerond. De samengevoegde Gemeenschappelijke Regeling Werk en inkomen KRH (voorheen: GR RSD en GR SWZ) voert de nieuwe wet voor Bunnik uit. Speciaal punt van aandacht betreft de samenloop/overlap met de decentralisaties van extramurale begeleiding vanuit de Awbz en de Jeugdzorg. Ten aanzien van de kosten zijn op dit moment nog geen bedragen te noemen. Op landelijk niveau zijn de gesprekken ook hieromtrent nog gaande.
Activiteiten uit collegeprogramma Voor programma 8 stonden in 2013 geen activiteiten in het collegeprogramma vermeld.
30
Financiële kaders (x € 1.000) Nieuwe Activiteiten
2013
2014
2015
2016
Invoeren Wet werken naar vermogen
lasten
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
Invoeren Wet werken naar vermogen (rijksmiddelen)
baten
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
31
Programma: 9. Milieu Doelstellingen Algemene doelstellingen 2013 t/m 2016 1.
2. 3.
Bevorderen en zoveel mogelijk herstellen van het ecologisch evenwicht in de natuur en de natuurlijke omgeving als gevolg van de (menselijke) samenleving en woonomgeving (luchtkwaliteit) Inzamelen en transporteren van afvalwater en hemelwater in het kader van de volksgezondheid en de kwaliteit van de woonomgeving (waterkwaliteit) Verwijderen van afval uit de bewoonde omgeving in het kader van het bevorderen van de volksgezondheid en de kwaliteit van de woonomgeving
Nieuwe activiteiten Omschrijving
Vindt plaats in de jaren:
Verhoging tarieven milieubijstandscontract Afvalstoffenbeleidsplan
2013 e.v. 2013
Verhoging tarieven milieubijstandscontract De wettelijke taken kunnen met moeite ingepast worden in het milieubudget. Er zijn de afgelopen jaren taken bijgekomen op het gebied van vergunningen, handhaving, bodem en nu ook asbest. De invoering van de Wabo en de aanpassing van de handhavingsstrategie doen ook een aanslag op het milieubudget. Bijkomende zorg is de tariefstijging van de milieudienst. In verband met diverse ontwikkelingen waaronder de fusie van de milieudiensten is op dit moment nog niet duidelijk of en welke mate er sprake van een tariefstijging zal zijn. Afvalstoffenbeleidsplan Het afvalstoffenbeleidsplan “Grondstof voor morgen” kent een geldigheidsperiode van 2004 tot en met 2012. De evaluatie in 2012 is in de Kadernota van 2012 geschrapt als activiteit. Toch is er de afgelopen periode veel gebeurd op het gebied van de afvalinzameling. In 2013 zullen wij het beleidsplan evalueren en tevens zal bezien worden of het beleidsplan enkele jaren verlengd kan worden.
Activiteiten uit collegeprogramma
Voor programma 9 stonden in 2013 geen activiteiten in het collegeprogramma vermeld
32
Financiële kaders (x € 1.000) Nieuwe Activiteiten
2013
2014
2015
2016
33
Programma: 10. Ruimtelijke Ordening en Woonomgeving Doelstellingen Algemene doelstellingen 2013 t/m 2016 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Duurzame ruimtelijke ordening met een integrale afweging tussen ruimtelijk relevante belangen (ruimtelijke ordening) Verminderen regeldruk op het gebied van ruimtelijke ordening en woonomgeving (verminderen regeldruk) Nastreven evenwichtig woningaanbod en voorzien in de woningbehoefte van eigen burgers (bouwen en wonen) Het bijdragen aan een prettig en veilig woon-, werk- en leefklimaat respectievelijk de openbare ruimte door middel van instandhouding en inbreng van natuur en ecologische elementen (woonomgeving) Bescherming waardevol bestaand groen en waarborgen aanplant groen bij nieuwe ontwikkelingen en zorgen voor gezond en veilig bomenbestand. Vergroten van de leefbaarheid voor kinderen en jongeren en stimuleren buitenspelen kinderen.
Nieuwe activiteiten Omschrijving
Vindt plaats in de jaren:
BAG koppelvlakken
2013 e.v.
Beheersaudit BAG
2013 en 2016
BGT transitiekosten LSV-BGT (huidige GBKN)
2013 en 2014
Huisvestingsverordening
2013
Implementatie omgevingswet
2013
Implementatie Integraal Handhavingsbeleid en Uitvoeringsprogramma
2013 e.v.
Basisregistratie adressen en gebouwen (BAG) koppelvlakken Bij Koninklijk Besluit is vastgesteld dat het gebruik van de BAG vanaf 1 juli 2011 verplicht is. Overheden die adres- of gebouwinformatie gebruiken bij de uitvoering van publiekrechtelijke taken, zijn vanaf dit moment verplicht die gegevens aan de BAG te ontlenen. Om dit geautomatiseerd te realiseren is er software ontwikkeld om dit verplichte gebruik van gegevens geautomatiseerd te laten verlopen. Het gaat hier om aanschaf van koppelvlakken met betrekking tot de WOZ en de WABO.
34
Beheersaudit BAG Alle gemeenten in Nederland moeten de uitvoering van de BAG eens per drie jaar laten toetsen. De wet spreekt van een audit door een geaccrediteerde en door de minister aangewezen instelling. De eerste beheersaudit voor de gemeente Bunnik zal plaatsvinden in maart 2013. Vanuit het rijk wordt een vergoeding voor de beheersaudit ontvangen. BGT transitiekosten Landelijk SamenwerkingsVerband Basisregistratie Grootschalige Topografie (LSV-BGT) Het SVB-BGT zal de huidige stichtingen Grootschalige Basis Kaart Nederland (GBKN), die zichzelf gaan opheffen, opvolgen. Tijdens de transitiefase zal het SVB-BGT de regie voeren over het converteren van de huidige bestaande grootschalige kaarten (GBKN) naar de nieuwe BGT. De gemeente Bunnik zal als afnemende gemeente van de GBKN hiermee extra kosten maken. Huisvestingsverordening In BRU (Bestuur Regio Utrecht) verband is een regionale huisvestingsverordening vastgesteld. In deze verordening liggen de regels vast over onder andere inschrijving, voorrang bij woningtoewijzing, bezettingsnormen en urgentiebeleid. Met de opheffing van het BRU ontstaat de vraag of en zo ja op welke wijze de gemeente invulling wil geven aan de woonruimteverdeling. Er zijn meerdere scenario's denkbaar, varierend van geen beleid, een eigen verordening of een regionale- of provinciaal verordening/nota. Afhankelijk van de te maken keuze zijn met de opstelling van een nieuwe huisvestingsverordening kosten gemoeid. Implementatie omgevingswet Vanuit het rijk wordt gewerkt aan de Omgevingswet. In deze wet worden een groot aantal bestaande wetten samengebracht. De Omgevingswet heeft grote impact op gemeenten, niet alleen door de omvang en de snelheid van de invoering, maar ook door andere wijzigingen die de afgelopen jaren op gemeenten zijn afgekomen. Het betreft onder andere de herziening van de Wro, de invoering van de Wabo, de Crisis- en Herstelwet en de vorming van de Regionale uitvoeringsdiensten (RUD’s). De invoering van de wet is voorzien in 2014. De voorbereidingen zijn nu al in volle gang. In 2013 zal de wet moeten worden geïmplementeerd. Implementatie Integraal Handhavingsbeleid en Uitvoeringsprogramma Op 24 januari 2012 heeft het college het Integraal Handhavingsbeleid en Uitvoeringsprogramma vastgesteld. De ambities vanuit het beleid voor de toezichtstaken komen niet overeen met de daadwerkelijk beschikbare capaciteit. De ambities zijn te hoog in relatie tot de beschikbare middelen. De wetgever schrijft voor dat capaciteit van de uitvoeringsorganisatie in overeenstemming moet zijn met de uitvoering van het beleid. Het college heeft daarop besloten in principe in te stemmen met uitbreiding van de formatie en deze uitbreiding mee te nemen in de Kadernota voor 2013. De capaciteitsberekeningen zijn gebaseerd op landelijke ervaringscijfers voor toezichtstaken. Uit de eerste ervaringen blijkt dat deze cijfers ook voor Bunnik gelden. Het is niet mogelijk gebleken om binnen de bestaande formatie het vastgestelde beleid te kunnen uitvoeren. Door formatie-uitbreiding wordt het mogelijk gemaakt om de in het beleid genoemde doelstellingen zoals veiligheid, leefbaarheid en gezondheid te kunnen verwezenlijken.
35 De gevraagde capaciteitsuitbreiding van toezichturen wordt besteed aan activiteiten rondom verleende vergunningen, zoals nieuwbouw, verbouw, monumenten, aanlegactiviteiten en sloop. Financiële dekking kan gevonden worden door de gebruiker voor de dienst te laten betalen. Het is namelijk mogelijk dat de kosten van toezicht worden betaald uit de leges. De leges voor de vergunningverlening stijgen derhalve licht.
Activiteiten uit collegeprogramma Voor programma 10 stonden in 2013 geen activiteiten in het collegeprogramma vermeld.
Financiële kaders (x € 1.000) Nieuwe Activiteiten
2013
2014
BAG koppelvlakken
lasten
8
Beheersaudit BAG
lasten baten
9 5
BGT transitiekosten LSV-BGT (huidige GBKN)
lasten
11
Huisvestingsverordening
lasten
p.m.
Implementatie omgevingswet
lasten
p.m.
Formatie toezicht verleende omgevingsvergunningen
lasten baten
19 -19
2015 5
2016 5
5 9 5
11
19 -19
19 -19
19 -19
36
Programma: 11. Dekkingsmiddelen Doelstellingen Algemene doelstellingen 2013 t/m 2016 1. 2. 3.
In stand houden van een financieel gezond Bunnik Belastingtarieven meer in overeenstemming brengen met landelijk gemiddelde (belastingen) Uitvoeren Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) op betrouwbare en transparante wijze (uitvoering Wet WOZ)
Nieuwe activiteiten Omschrijving
Vindt plaats in de jaren:
Voor programma 11 zijn geen nieuwe activiteiten opgenomen.
Heroverweging bestaand beleid Opbrengst hondenbelasting Er is in 2011 een controle hondenbelasting verricht. Naar aanleiding van deze controle kan de opbrengst hondenbelasting structureel verhoogd worden met € 13.000. Uitvoering Wet Waardering Onroerende Zaken (WOZ) Voor de hertaxatie, permanente marktanalyse, tussentijdse taxaties en afhandelen bezwaar en beroep wordt vanaf 2012 een ander bureau ingehuurd. Dit betekent een structurele besparing op de kosten voor de uitvoering Wet WOZ van € 15.000.
Activiteiten uit collegeprogramma
Voor programma 11 stonden in 2013 geen activiteiten in het collegeprogramma vermeld.
Financiële kaders (x € 1.000) Nieuwe Activiteiten
2013
2014
2015
2016
Opbrengst hondenbelasting
baten
-13
-13
-13
-13
Uitvoering Wet WOZ
lasten
-15
-15
-15
-15
NB: Bij de baten: -/- = positief
37
Bedrijfsvoering Doelstellingen Algemene doelstellingen 2013 t/m 2016 1.
2. 3.
Een klantgerichte en open organisatie, resultaatgericht met een breed inzetbare en flexibele personeelsbezetting, werkzaam op eigentijdse arbeidsvoorwaarden (strategische organisatievisie) Ondersteunen van de gemeentelijke organisatie en een kwalitatief beheer en toegankelijkheid van gemeentelijke informatie en archiefbescheiden (Door)ontwikkelen en in stand houden van een bedrijfsvoering die ‘in control’ is (ondersteuning)
Nieuwe activiteiten Omschrijving
Vindt plaats in de jaren:
Vervangen automatiseringsapparatuur
2013-2016
Personeelsinformatiesysteem
2013-2016
Migratie Oracle database
2015
Eigen risicodragerschap WGA
2013
Herijking strategische organisatievisie
2013
Vervanging Citroën Berlingo
2015
Vervanging porter transporter
2015
Vervanging mobiele kraan
2013
Vervanging zoutstrooier vrachtwagen
2014
Vervanging zoutstrooier kleine vrachtwagen
2014
Vervanging sneeuwschuif Mitsubishi
2014
Vervanging sneeuwschuif vrachtwagen
2014
Rior rioolspuit
2013
38
Vervanging containers werf
2016
Vervanging aanhangwagen WR-FG-92
2015
Vervanging graflift Honor Inno 2000
2015
Vervangingen < 5.000
2013 – 2016 Vervanging automatiseringsapparatuur In verband met het verlopen van de economische en de technologische levensduur is vervanging van hardware voorzien. Dit betekent niet dat automatisch wordt vervangen, vooral zaken als storingsgevoeligheid, onderhoudskosten, capaciteit en nieuwe ontwikkelingen worden afgewogen bij de vervanging. Uitstellen van vervangen is risicovol omdat de organisatie afhankelijk is van de beschikbaarheid van harden software om daarmee continuïteit van dienstverlening te waarborgen. Personeelsinformatiesysteem Het huidige personeelsinformatiesysteem is sterk verouderd. Bovendien stopt de ondersteuning van het huidige salarissysteem dat aan het personeelsinformatiesysteem gekoppeld is. Dit vraagt om een geintegreerde oplossing, om te voorkomen dat er met twee los naast elkaar bestaande systemen gewerkt moet gaan worden. Aanschaf nieuw en modern systeem dat is afgestemd op het huidige personeelsbeleid en de eisen van de gebruikers is noodzakelijk en levert voor medewerkers en management een groter gebruiksgemak op. Genoemd bedrag is inclusief aanschaf, implementatie, migratie uit huidige systeem en opleiding. Migratie Oracle databases Iedere 3 jaar dient de Oracle databasesoftware opgewaardeerd te worden naar een hogere versie. Hierbij moet dan door de leveranciers ook een migratie van databases van de gemeentelijke kernapplicaties worden uitgevoerd. Voor 2015 is een migratie naar Oracle Database 12 voorzien. Eigen risicodragerschap WGA Het is mogelijk om eigen risicodrager voor de WGA (Wet Gedeeltelijke Arbeidsgeschiktheid) te worden. Dit betekent dat de werkgever niet langer verplicht verzekerd is bij het UWV, maar zich verzekert bij een andere verzekeraar. Consequentie hiervan is dat de verzekeringspremie de eerste 2 a 3 jaar hoger is (dan bij verzekering bij het UWV) en daarna structureel en substantieel afneemt, waardoor het op de langere termijn goedkoper is om eigen risicodrager voor de WGA te worden. Voor initiële verhoging van de verzekeringspremie dient budget gereserveerd te worden. Herijking strategische organisatievisie De herijking van de strategische organisatievisie wordt in 2012 opgepakt. Daarbij wordt rekening gehouden met de volgtijdelijkheid tussen visieontwikkeling enerzijds en het Bestuurskrachtonderzoek en de actualisering van de Toekomstvisie anderzijds. De implementatie van de organisatievisie na herijking heeft een doorloop in 2013.
39
Overige vervangingsinvesteringen - Vervanging Citroën Berlingo - Vervanging porter transporter - Vervanging mobiele kraan - Vervanging zoutstrooier vrachtwagen - Vervanging zoutstrooier kleine vrachtwagen - Vervanging sneeuwschuif Mitsubishi - Vervanging sneeuwschuif vrachtwagen - Rior rioolspuit - Vervanging containers werf - Vervanging aanhangwagen WR-FG-92 - Vervanging graflift Honor Inno 2000 Vervangingen < 5.000 Divers klein materiaal buitendienst < 5.000. Deze worden conform de nota van financieel beleid niet afgeschreven.
Activiteiten uit collegeprogramma Voor Bedrijfsvoering stonden in 2013 geen activiteiten in het collegeprogramma vermeld.
40
Financiële kaders (x € 1.000) Nieuwe Activiteiten
2013
2014
2015
2016
Vervangen automatiseringsapparatuur 2013 -2016
lasten
4
59
60
59
Personeelsinformatiesysteem (€ 40.000)
lasten
10
9
9
9
Migratie Oracle database (€ 12.000)
lasten
4
4
Eigen risicodragerschap
lasten
18
18
Vervanging Citroën Berlingo Investering 2015 € 20.000
lasten
3
3
Vervanging porter transporter Investering 2015 € 18.000
lasten
4
4
Vervanging mobiele kraan Investering 2014 € 65.000 Vervanging zoutstrooier vrachtwagen Investering 2014 € 42.000 Vervanging zoutstrooier kleine vrachtwagen Investering 2014 € 34.000 Vervanging sneeuwschuif Mitsubishi Investering 2014 € 19.000 Vervanging sneeuwschuif vrachtwagen Investering 2014 € 9.000 Rior rioolspuit Investering 2014 € 22.000
18
18
lasten
9
9
9
lasten
7
7
7
lasten
6
5
5
lasten
3
3
3
lasten
1
1
1
lasten
4
4
4
Dekking rioolspuit uit rioolrecht
baten
-4
-4
-4
Vervanging containers werf Investering 2016
lasten
11
baten
-11
Dekking containers uit reinigingsrecht Vervanging aanhangwagen WRFG-92 Investering 2015 € 12.000 Vervanging graflift Honor Inno 2000 Investering 2015 € 6.500 Vervangingen < € 5.000
lasten
2
2
lasten
1
1
20
5
lasten
5
15
41
Bijlagen
Bijlage 1: Meerjarenplan 2013-2016 (totaal) Progr. Omschrijving
Investering 2013
1 1 1 1 1 1 2 2 3 3 5 5 6 7 7 7 7 7 8 8 10 10 10 10 10 10 10 11 11
Wettelijke verplichtingen Implementatie basisregistraties 2013 Implementatie basisregistraties 2014 Implementatie basisregistraties 2015 Implementatie basisregistraties 2016 Implementatie basisregistraties Klantcontactcentrum Drank- en Horecawet Brandweerkazerne 1 Brandweerkazerne 2 Mutaties als gevolg van discrepanties in de BOR Leerlingenvervoer Passend onderwijs Sport Jeugdzorg, invoeringskosten Jeugdzorg, invoeringskosten (rijksmiddelen) Decentralisatie Extramurale begeleiding (AWBZ) Decentralisatie Extramurale begel (AWBZ) (rijksmiddelen) Regiotaxi Invoeren Wet werken naar vermogen Invoeren Wet werken naar vermogen (rijksmiddelen) BAG koppelvlakken Beheersaudit BAG BGT transitiekosten LSV-BGT (huidige GBKN) Huisvestingsverordening implementatie omgevingswet Impl.Integraal Handhavingsbeleid en Uitvoeringsprogramma Verhoging omgevingsvergunningen Opbrengst hondenbelasting Uitvoeringskosten Wet WOZ Subtotaal
2014
2015
2016
36.500 41.000 20.000 17.000
400.000
441.000
420.000
5 5 5 5
Jaarlasten 2013
17.000
2014
2015
2016
8.760
8.468 9.840
8.176 9.512 4.800
8.000 44.198 29.000
8.000 41.448 19.000 32.000
8.000
7.884 9.184 4.640 4.080 8.000
15.000 30.000pm pm pm pm pm pm 18.000 pm pm 8.000 4.000 11.000 pm pm 19.044 19.04413.00015.000-
4.000 30.000pm pm
19.000 31.360 32.000 30.000pm pm
19.000 30.720 31.360 30.000pm pm
18.000 pm pm 5.000 11.000
18.000 pm pm 5.000 -
18.000 pm pm 5.000 4.000 -
19.044 19.04413.00015.000-
19.044 19.04413.00015.000-
19.044 19.04413.00015.000-
98.756
77.848
83.868
25 25
400.000
36.500
Afschrijf periode
87.958
43 bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr bedr
Vervangingsinvesteringen Vervangen automatiseringsapparatuur 2013 Vervangen automatiseringsapparatuur 2014 Vervangen automatiseringsapparatuur 2015 Vervangen automatiseringsapparatuur 2016 Personeelsinformatiesysteem Migratie Oracle database Vervanging Citroën Berlingo Vervanging porter transporter Vervanging mobiele kraan Vervanging zoutstrooier vrachtwagen Vervanging zoutstrooier kleine vrachtwagen Vervanging sneeuwschuif Mitsubishi Vervanging sneeuwschuif vrachtwagen Rior rioolspuit Dekking Rior rioolspuit uit rioolrecht Vervanging containers werf Vervanging containers werf Vervanging aanhangwagen WR-FG-92 Vervanging graflift Honor Inno 2000 Subtotaal
17.500 228.700 11.500 6.300 40.000 12.000 20.000 18.000 65.000 42.000 34.000 19.000 9.000 22.000 105.000 12.000 6.500 57.500
419.700
80.000
5 5 5 5 5 3 8 6 10 8 8 10 10 7
Totaal (A)
4.060 54.888
9.600
9.280
-
9.100 6.930 5.610 2.660 1.260 4.023 4.023-
10 10
-
-
-
94.000
860.700
500.000
128.300
8.960 4.480 3.300 3.720 8.840 6.720 5.440 2.584 1.224 3.897 3.897-
1.680 910
111.300
-
3.920 53.058 2.760
15
Bedrijfsvoering 1 Invoering papierloos werken bedr Eigen risicodragerschap WGA bedr Vervangingen < 5.000 Subtotaal
4.200
-
3.780 51.228 2.668 1.512 8.640 4.320 3.200 3.600 8.580 6.510 5.270 2.508 1.188 3.771 3.77111.200 11.2001.632 884
13.800
93.788
107.596
105.520
pm 18.000 5.450
pm 18.000 15.350
pm 18.000 19.600
pm 18.000 4.700
23.450
33.350
37.600
22.700
125.208
225.894
223.044
212.088
44 Progr. Incidentele uitgaven 1 3 7 7 7 7 10 10 10 10
Investering 2013
2014
2015
2016
Klantcontactcentrum Mutaties als gevolg van discrepanties in de BOR Jeugdzorg, invoeringskosten Jeugdzorg, invoeringskosten (rijksmiddelen) Extramurale begeleiding AWBZ, invoeringskosten Extramurale begel AWBZ, invoeringskst (rijksmiddelen) Beheersaudit BAG BGT transitiekosten LSV-BGT (huidige GBKN) Huisvestingsverordening implementatie omgevingswet Totaal incidentele uitgaven (B) Totaal structurele uitgaven (=A-B)
0 94.000
0 860.700
0 500.000
0 128.300
Afschrijf Jaarlasten periode 2013 44.198 15.000 pm pm pm pm 4.000 11.000 pm pm 74.198 51.010
2014 41.448 4.000
11.000
56.448 169.446
2015
2016 -
-
0 223.044
-
4000 -
4.000 208.088
45
Bijlage 2: woningbouwprognose 2012-2022 MPW 2011 - 2022 (1 februari 2012) Bunnik Locatie
Project
Verdere informatie
bouwplan
Geplande oplevering 2011
2012
Totaal
2013
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
2022
op te leveren
Bunnik
Churchillhal/J.F.Kennedylaan
gemeente aan ontwikkelaar
Bunnik
Hof van Bunnik/Stationsweg 9
Mitros/Latei projectontwikkeling
Bunnik
Scholeneiland
gemeente/ontwikkelaar/corporatie
Bunnik
Anne Frankschool
gem. aan ontwik. & corporatie
Bunnik
Molenweg 32-34
Koemans bv
Bunnik
Van Dam terrein Stationsweg
Pont Meyer BV
Odijk
Scholeneiland
gemeente aan ontwikkelaar
Odijk
Kodakterrein fase 1
Bouwfonds/Portaal
Odijk
Kodakterrein fase 2
Bouwfonds
Odijk
Rijneiland fase 4
Zondag
Odijk
Rijneiland fase 5
gemeente
Odijk
Rijneiland fase 6
ontwikkelaar
Odijk
Zeisterweg 44 dorpshuis
Midvast Planontw.
Odijk
Wilgenkamp/Hoge Akker
Odijk
14
14
22
22 40
40 25
25
27
27 60 58
60
120
4
62
44
44 16
16
44
44 4
12
12
12
6
15
Midvast Planontw.
4
4
Singel/Zeisterweg
particulier
3
Odijk
Zeisterweg 103-105
ontwikkelaar
Odijk
Odijk-West
gemeente/ontwikkelaar/corporatie
Werkhoven
Delteyk
ontwikkelaar/corporatie
Werkhoven
Werkhof
gemeente/ontwikkelaar
Werkhoven
Werkhoven-West
gemeente/ontwikkelaar/corporatie
Werkhoven
Kasteel Beverweert
ontwikkelaar
Werkhoven
Weerdenburg
Weerdenburg ontwikkeling BV/corp
Werkhoven
Landje van Kemp
BAM/woningcorporatie
Totaal per jaar
4
4 9
3 5
5 60
15
65
125
125
125
125
125
750
23
23
14
29 0 0
15
15
30 48
106
102
161
30 55
60 120
125
125
125
125
125
125
1.342
46
47
Bijlage 3: Monitoring Bunnik in Balans 2012-2015