INHOUD
VOEDING
REDACTIONEEL
Zaadjes op de wind
2
Zomerdagen Duurzaam met smaak
20 33
MOESTUIN
De pluktuin: zaaien Gezocht: scholen (met tuinen) De Waterkuil: groepstuin
3 12 13
SIERTUIN EN LANDSCHAP
Hosta’s en slakken Faam en schaam in openbaar groen Bomen beschermen op bouwwerven
Vandana Shiva komt
40
CONSUMENTENNIEUWTJES
15 19 20
UITGELEZEN
Water in de tuin Terra Incognita Puur natuur zonder vuur
LANDBOUW
Consumentennieuwtjes Origin’o Duurzame chocomelk
44 46 48
EN VERDER
30 31 32
Lezers schrijven 24 Zoekertjes 42 Waarheen 56 Gezocht: ecosiertuinteams in West-Vlaanderen 59
MIDDENIN
Activiteitenkalender: kijk naar wat er leeft.
Seizoenen augustus 2006/ 1
REDACTIONEEL ALS ZAADJES OP DE WIND Een stukje schrijven voor deze pagina, het is telkens weer een uitdaging. De lezers verleiden om dit voorafje toch te lezen. Toch, want veel praktische informatie valt er niet uit te halen, hoogstens wat reflectie. Dus moet je een goed onderwerp vinden: het liefst wat actueel, en zeker met aansluiting bij het ecologische. En soms wil wat verontwaardiging of humor helpen bij bevlogen schrijven. En dan maar boenen en schaven aan zinnen en woorden, wieden in die tekst, de beste en vruchtbaarste combinatie kiezen, de mooiste klank en kleur erin smokkelen. En blij zijn, als het klaar is en – toch min of meer – goed zit. Zo klinkt het allemaal als eenrichtingsverkeer, alsof een eenzame redacteur dat op zijn eentje tot stand brengt. Natuurlijk klopt dat niet. Om te beginnen heb je lezers nodig, anders kan je evengoed niets schrijven. Bovendien: de afgelopen jaren is er zoveel inspiratie als vanzelf komen aanwaaien: Een bedenking, luidop uitgesproken, van een collega. Een mailtje of telefoontje van een Seizoenenlezer. Een nieuw boek, over voeding, over tuinen. Een onverhoeds praatje op de trein, of de uitspraak van een kind. De kranten met hun soms onwaarschijnlijke nieuws – en de persoon die je daar attent op maakt. Zoveel inspiratie die als zaad op de wind komt aanwaaien. Dingen die doen nadenken, waarmee je de brug kan slaan naar Seizoenen en naar wat Velt wil doen: dat streven naar een betere, ecologische samenleving, vanuit een groot respect voor de samenhang van alles op aarde. Dingen waar ik telkens dankbaar voor was. En dingen waarvan ik zeker ben: ook jij zal ze vaak ontmoeten, ook voor jou kunnen ze iets betekenen. Dat wens ik alvast alle lezers van Seizoenen toe. Relinde Baeten Dankbaar, blij en trots dat ik enkele jaren heb mogen meebouwen aan Velt en aan Seizoenen. Tot ziens.
2/ Seizoenen augustus 2006
DE PLUKTUIN: ZAAIEN LIEVEN DAVID
De nazomer is hét moment waarop vele tuiniers met succes groenbemesters zaaien. Zelf kies ik echter voor eetbare bedekkers in de pluktuin, zodat elk bedje groen én plukbaar de winter kan doorstaan. Overigens hoef ik niet zoveel te zaaien. Tegenover enkele eetbare gewasjes voer ik namelijk een matig gedoogbeleid. Hier en daar laat ik een plant zich uitzaaien in voorzomer of zomer. Als op een afgesproken teken – door de vochttoestand, de dalende temperatuur, of de kortere dagen? – kiemen eind augustus tientallen plantjes op allerhande plekken. Bij mijn wekelijkse wiedbeurt ben ik dan blij deze zelfzaaiers weer te mogen begroeten. Vooral de volgende drie geliefde zelfzaaiende blaadjes komen elk jaar weer vlot piepen:
Ik zaai in twee keer een aantal vrijgekomen plekken in de onderstaande bedjes in. Omstreeks 24 augustus zaai ik de ene helft van het bed breedwerpig in; drie weken later is de andere helft aan de beurt. Van de kruisbloemigen mosterd, rucola en Abessijnse kool (zie ook p. 5) kunnen we in de komende maanden door die gespreide zaai continu de snelste groei-
Winterkers: een tweejarig en vostbestendig zusje van tuin- en waterkers.
• Kervel: Ras onbekend, maar beresterk • Winterpostelein: Oorspronkelijk uit Cuba, zeggen de boeken. Kan de hele tuin wel inpalmen, maar laat zich ook heel makkelijk verwijderen. • Doorlevende tuinkers: Ook wel winterkers, landkers of barbarakruid genoemd. Helemaal niet doorlevend, maar wel een tweejarig, vorstbestendig, zorgeloos zusje van tuin- en waterkers. Seizoenen augustus 2006/ 3
ers oogsten. De traagst wassende rassen zullen pas tegen de winter een rozetje gevormd hebben, en tijdens vorstvrije periodes nog rustig wat bijgroeien.
Het slaras Verano blijft licht uitgedund staan.
Hanteer de emmerzaaitechniek (zie Seizoenen juni 2006) om een goede start te garanderen. Zaai bij voorkeur op een regenachtige dag.
Rond 24 augustus
Rond 15 september
Bed 1:
Mosterdmengsel
Rucola
Bed 4:
Rucola
Abessijnse Kool
Bed 5:
Spinazie Vroeg Reuzenblad
Veldslamengsel
Bed 11:
Sla Verano
Sla Brune d’Hiver; andijviemengsel
Bed 13:
Sla Marsala
Sla Arctic King
Bed 16
Abessijnse Kool
Mosterdmengsel
Alle resterende open plekken:
Veldslamengsel SLARASSEN
De slarassen Verano en Marsala laat ik, eventueel lichtjes uitgedund, ter plaatse tot de laatste kroppen uitgroeien. Brune d’Hiver en Arctic King zijn, zoals hun naam dat aangeeft, echte winterrassen, die ik in november naar de serre zal verplanten. Idem overigens met de andijvie. Of hiervan speciale rassen zijn voor de winterteelt, weet ik niet, maar mijn gewoon mengsel van krul- en breedbladige rassen doet het elk jaar prima: van februari tot eind april snijden en smullen we weer andijvie.
4/ Seizoenen augustus 2006
MOSTERD EN AL DAN NIET PIKANTE VERWANTEN
Mijn mosterdmengsel: Snelle groeiers: • Witte of gele mosterd (Brassica Nigra): de bekende producent van mosterdzaadjes; ook een heel populaire groenbemester; pittig blad; schiet snel in bloei; • Diverse rassen van Amsoi (Brassica Juncea): Osaka Purple, Florida Broadleaf, Southern Curled, Green Wave, Red Giant, … heel decoratief en eveneens voorzien van echte mosterdsmaak; • Raapsteeltjes (verschillende rassen), Mizuna, Mibuna (Brassica rapa): mild smakende blaadjes in een verscheidenheid aan vormen. Trage groeiers, met extra vorstresistentie: • Tatsoi (Brassica rapa): de naam is Chinees voor ‘oude kool’; wellicht kweken ze dit oerras al millennia. Laag, donker rozetje met bijna ronde donkergroene blaadjes. • Green-in-the-Snow en Cheerio (Brassica Juncea): groenbladig rozet met gekarteld, pikant blad. Een paar andere kruisbloemigen: • Rucola (Eruca Sativa): heel trendy tegenwoordig, maar ik kweek ‘m al 15 jaar. Notige, zuiderse smaak; bestaat intussen al in verschillende rassen. • Abessijnse Kool, ook wel Ethiopische Mosterd of Tex-Sel genoemd (Brassica Carinata): de groeiwijze en smaak liggen tussen kool en mosterd in. Alle genoemde kruisbloemigen zijn makkelijk het hele jaar rond te kweken en te plukken. Zowel losse blaadjes als volledig uitgegroeide planten kun je oogsten, en ook zijn de witte of gele bloemetjes natuurlijk eetbaar. Als je zelf zaad wint, levert dat op enkele winterse dagen heerlijke kiempjes.
Tatsoi wordt wellicht al millennia geteeld. Foto’s Lieven David. Seizoenen augustus 2006/ 5
OKTOBER
Half oktober, in een zaaibakje in de serre, zaai ik nog een twintigtal zaadjes van het slaras Elisabeth. Ook dit wintertype plant ik vier weken later uit in de steeds groener wordende serre. Oktober is ook nog de zaaimaand voor tuinboon Aquadulce. Op bed 13, tussen de jonge slaplantjes in, zaai ik een twintigtal zaden: 5 cm diep, 15 cm in de rij, en 60 cm tussen de twee rijen. Ze kiemen binnen de twee weken. Volgend voorjaar gaat deze koubestendige peulvrucht dan tot één meter hoog uitgroeien, uitbundig bloeien (let op de rozengeur), en eind mei lekkere labboontjes dragen. DE PLUKTUIN: PLANTEN
Glenora zorgt voor schaduw, mooi verkleurd blad en... voor druiven..
Mijn aardbeien plant ik al jaren in september, niet in augustus zoals het in alle boeken staat. Onze grond is namelijk vrij zanderig en droog. Augustusplantingen gaven in het verleden telkens extra gietwerk, maar daarom nog geen goed resultaat.
Op bedje 16 groeien nu mooie dochterplantjes rond de aardbeien die in de voorzomer droegen. Van elke moederplant heb ik in de loop van de zomer slechts één tot twee uitlopers behouden. Zo bleef het bed wat overzichtelijk, en krijg ik net genoeg plantgoed – met een beetje reserve. Waar de jonge plantjes de grond raken, heb ik in juli een soeplepel compost plus lavagruis aangebracht, om het inwortelen nog wat aan te moedigen. Op een regendagje in de eerste helft van september schep ik dan omzichtig de nieuwe aardbeiplantjes met een flinke kluit uit het moederbed. Op bedje 15 heb ik al putjes klaargemaakt, en daar komt de nieuwe aanplant in, op de klassieke afstanden: 30 cm in de rij, en 55 tussen de rijen. Over drie aardbeirassen ben ik al enkele jaren heel tevreden: Elsanta, Korona en Tago; maar ik probeer graag elk jaar een paar nieuwe rassen uit. Knoflook gaat best in oktober de grond in. Eerst kijk ik even in mijn notities na welke rassen het voorbije seizoen het best produceerden én bewaarden. Ik stop de mooiste teentjes van de interessantste rassen 3 cm diep, en op 15 cm in de rij. Bedden 4, 10 en 16 krijgen zo elk twee rijen, 25 cm uit elkaar. Dan is er ook nog oerprei (Allium ampeloprasum var. holmense), wellicht een voorloper van onze gewone prei. Deze oervariant is minder productief, maar door zijn eigenschap om te verklisteren bijzonder makkelijk te telen. Elke zomer vormt hij namelijk bijbolletjes, waardoor deze rare, oude groente wel iets heeft van sjalot. In de keuken gebruik ik
6/ Seizoenen augustus 2006
bij voorkeur de grootste bollen, die - met wat tijm gestoofd - heerlijk op de tong liggen. Een sensatie tussen look, prei en uit, zeg maar. De kleinere bolletjes plant ik in oktober uit zoals knoflook. Op hun beurt zullen deze dan uitgroeien tot kleine preitjes, die we dan kunnen oogsten tussen november en april. Ten slotte plant ik op het veld in Tielt nog plantuitjes van een Japanse ui; is dit hetzelfde type als de Zwijndrechtse pootui, die ik in diverse boeken terugvind? Het plantgoed is nog niet bio ik vind het in één van de vele tuincentra hier in de buurt, onder de rasnaam Radar. Een heel eenvoudige teelt eigenlijk: net zoals andere plantuitjes planten, wat houtas geven in oktober en in maart, en dan volop oogsten vanaf mei (als pijpuitje) of in juni. De rijpe uien kun je wel maar een paar maanden houden, maar daarna hebben we dan volop weer de klassieke bewaaruien. DE PLUKTUIN; OOGSTEN
Onze voorgevel – een zuidmuur – draagt over de hele breedte een pergolaatje (8 m op 1 m) met daarop een flinke buitendruif, van het ras Glenora. Die overhangende druivelaar zorgt ’s zomers voor lichte schaduw in huis. Na het vallen van het mooi verkleurende blad schijnt de lage zon, van november tot eind april, dan weer mooi binnen. Een mediterrane truc is dit, die ook in onze streken meer navolging verdient, vind ik. Verder is onze Glenora meeldauwresistent en pitloos: wat willen we nog meer? De donkerblauwe, berijpte druifjes en de trosjes waarin die hangen, kun-
nen qua formaat natuurlijk niet tippen aan de Hoeilaartse kasdruiven, maar dat hoeft ook niet. In ruil voor een uurtje winters snoeiwerk, en ‘s zomers even de langste scheuten kortwieken, schenkt onze tien jaar oude druivelaar de hele maand september tientallen trossen. Spuiten? De bladeren zijn zo leerachtig stug, dat beestjes of ziektes er geen vat op krijgen. Krenten? In de losse trossen van dit type is uitdunnen overbodig. Overigens laat ik zelfs de bemesting al enkele jaren achterwege: deze druif zit immers al meters diep te wortelen. Extra mest zou enkel meer groei en dus snoeiwerk geven: het aantal trossen blijft daarentegen constant. Verder zijn ook vogels natuurlijk verzot op onze druivenoogst, maar de nabijheid van de straat schrikt ze blijkbaar voldoende af. Seizoenen augustus 2006/ 7
KORTOM: ZORGELOOS GENIETEN!
Juliet F1, een kleine romatomaat.
Vorig jaar waagde ik me eens aan het drogen van enkele trossen, in een kistje met wat papier op de centrale verwarmingsketel (zo’n 30°C). Om de paar dagen draaide ik de druiventrosjes wat, en na drie weken was het resultaat: heerlijke rozijntjes! Pitloze meeldauwresistente druivenrassen zijn er in tinten van wit, over roze en rood, tot het donkerste blauw, en met diverse smaken en rijpingstijden. Glenora is wel een erg sterke groeier, maar er zijn evengoed rassen die vrij compact blijven. Ik vraag me alleen nog af waarom klassieke tuincentra nog zo hardnekkig meeldauwgevoelige rassen blijven aanbieden. Zou hun verkoop van pesticiden er anders onder gaan lijden? Noteer alvast op je kalender dat je tussen Kerst en Nieuwjaar bij mij stekmateriaal van Glenora kunt komen halen.
De tomatenoogst en -zorgen in de serre gaan inmiddels onverdroten voort. ik lucht nog wel zo vaak als dat kan, maar bij regenbuien en koude nachten hou ik de serre toch maar dicht. Het verschil tussen mijn zestig tomatenrassen wordt steeds duidelijker naarmate het seizoen vordert: • De afvallers: sommige heb ik, samen met wat van mijn grijzende haren, reeds in volle zomer uitgerukt; • Het peloton: daar komt wat sleet op - zo noem ik al die schimmelziektes. Uiteindelijk zullen ze helemaal stilvallen; • De kopgroep der volhouders: alsof er niets aan de hand is, groeien, bloeien en rijpen deze dapperen tot de eerste nachtvorst ze velt. Waarom kweek ik dan niet enkel rassen van dit laatste type? Tja, ik heb hiervan nog maar enkele rassen, namelijk Sungold F1 (een geel kerstomaatje), Black Cherry (wat denk je?) en Juliet F1 (een kleine romatomaat), plus een paar eigen kruisingen daartussen. Zolang ik al die andere smaken en vormen even graag teel, kweek ik natuurlijk met plezier ook al die rassen die het wat sneller opgeven. In de pluktuin (bedje 14) dragen nu twee soorten ananaskers volop hun verpakte vruchtjes. nu ja, dragen: physalis pubescens – een laag struikje – laat ze plompweg vallen als ze rijp zijn; grote broer Physalis Peruviana daarentegen groeit met wat steun vlot naar de twee meter, en houdt zijn rijpe lampionnetjes stevig vast. De kleine soort draagt op een beschut plekje al makkelijk vanaf juli, en heeft duidelijk minder warmte nodig.
8/ Seizoenen augustus 2006
Bij tuinvriend Eddy zaait deze Physalis Pubescens zich zelfs al jaren massaal uit: hij kan van al die gele vruchtjes zelfs confituur maken. Physalis Peruviana verkiest dan weer een warmere groeiplaats, en zet pas oranje vruchtjes vanaf eind augustus. Het zijn overigens deze, ietwat grotere, ananaskersjes die je bij goed gesorteerde groenteboeren vindt, of op een taartje bij je bakker. De pubescensananaskersjes smaken vrij zoet, die van Physalis Peruviana vind ik dan weer wat pittiger. HET VOORRAADVELD
Op het Tieltse veld komen intussen onder het gaas de Nanteswortelen tot volle wasdom, en wekelijks neem ik een voorraadje mee naar huis. Onder het gaas staat het wortelloof extra weelderig: onkruid krijgt hier dus geen kans meer. ook de diverse daikons en winterrammenassen groeien hier stevig, en zullen dankzij het gaas geen last krijgen van de koolvliegmade. Woelmuizen weten ook wel een sappige wortel te appreciëren, maar die krijgen ze van mij niet. Verdunde knoflookgier, aan de rand van het wortelbed aangegoten, houdt ze efficiënt weg. Stinken dat die gier doet! Je begrijpt meteen waarom ik dit karweitje altijd op het einde van mijn tuinbezoek uitvoer. Onder de bladerweelde liggen vanaf half augustus tientallen pompoenen op het voorraadveld. De laatste jaren verschijnen knalrode of -oranje pompoenen dan ook al bij de groenteboer. Ook damesbladen reppen zich om tijdens de eerste schoolweek uit te pakken met glossy pompoenrecepten.Ik wacht me er
wel voor om mijn pompoenen zo vroeg te plukken: op kleur zijn ze immers wel, maar lang nog niet op smaak. Hun steel moet immers helemaal verkurkt zijn voor ze echt plukklaar zijn, en dat kan rustig duren tot oktober. Omstreeks half oktober trek ik met mijn snoeischaar naar het pompoenveld. Voorzichtig knip ik de steel door, op ongeveer 1 cm van de vrucht.
Pomme d’Or: voor wie eens een ander pompoenkleurtje wil.
De ervaring heeft mij geleerd dat langere stelen immers makkelijk afbreken tijdens transport en opslag, en steelloze pompoenen bewaren nu eenmaal niet lang. Ik groepeer de vruchten, ras per ras, bij mekaar op wat hooi, en laat de hele pompoenoogst nog een paar dagen rusten. Zo kunnen de steelwonden even opdrogen, en volgens sommige boeken verbetert de smaak hier ook mee. Uiteraard hou ik het weerbericht intussen goed in de gaten: nachtvorst is in oktober al mogelijk, en pompoenen zijn er gevoelig voor. Desnoods dek ik de vruchten even af met een laagje hooi. Seizoenen augustus 2006/ 9
De karrenvracht pompoenen komt uiteindelijk op rekken onder onze keldertrap terecht. Daar is het luchtig, en net warm genoeg om een lange bewaring te garanderen: ideaal is immers tussen de 8 en 18 graden. Op elk schap leg ik toch nog eerst een krant, die eventuele rotte pompoenen de kans ontzegt het hele rek te bevuilen. Dan leg ik - alweer per ras en met een naambordje, uiteraard - de vruchten nét niet tegen elkaar. Van dan af wordt het een kwestie van om de twee weken de hele oogst even te inspecteren, en pompoenen met rotte plekjes er meteen uit te halen. In de weken en maanden na de pluk rijpt het gros van de pompoenen nog na, zodat de ideale verbruiksperiode eigenlijk tussen november en januari ligt. Daarna zullen de nog resterende pompoenen stilaan minder zoet en minder sappig worden. Met pompoenen bedoel ik natuurlijk vooral de Hokkaidotypes, plus heel wat andere compacte, zoete rassen, waarmee je veel meer kunt bereiden dan alleen maar soep. Enkele recepten heb ik alvast gebundeld op deze site: www.freewebs.com/pompoenrecepten.
Pomme d’Or.
10/ Seizoenen augustus 2006
Deze pompoenen zijn voor ons een volwaardige wintergroente, wat je helemaal niet kunt zeggen van hun reusachtige verwanten elk jaar weer de krant halen. Die Atlantic Giants zijn allicht leuk, maar moeten we dan ook niet eens de Gouden Uil gaan uitreiken aan het dikste boek?
BEWAREN
Serre, pluktuin en veld leveren in september nog overvloedig zoete en hete pepers, aubergines, tomaat, tomatillo, ui en look, wortel en vele kruiden. Allemaal prima ingrediënten voor een flinke ketel vol spaghettisaus. Op een regenachtige middag vul ik met die kokend hete saus bokalen (één liter groot, met een wijde opening plus metalen schroefdeksel). Daarna dichtdraaien, en op hun kop zetten: zo hebben we nog eens een wintervoorraadje gepasteuriseerde saus aangelegd. Eind oktober oogst ik ook onze wortelgewassen. Daar tot diep in het voorjaar van genieten is natuurlijk de kunst, en ik heb zo in de loop der jaren efficiënte bewaarplaatsen en -technieken voor gevonden. Het Tieltse voorraadveld levert al een kruiwagen vol dikke winterwortelen. De plastic bakken waarin ik het hele voorjaar plantjes opkweek, zijn heel geschikt om die te bewaren. Drie lagen licht vochtig wit zand wissel ik af met twee lagen wortel en die bewaarbakken stapel ik, telkens met een paar houten latjes ertussen – voor de ventilatie – in ons bewaarkeldertje. Dat heb ik negen jaar geleden uitgegraven en gemetseld in ons tuinhuisje. De afmetingen (140 op 60 cm, en 100 cm diep) volstaan ruimschoots om onze wortelen te bewaren tot in mei. Een eenvoudig houten deksel weert de vorst meestal al afdoende; enkel wanneer het meer dan tien graden gaat vriezen, leg ik een paar zakken stro of houtsnippers op het deksel.
Oorspronkelijk stapelde ik ook onze aardappelen in dit keldertje, maar een vergelijkende bewaartest vijf jaar geleden leerde me dat ze op een plekje in onze garage veel minder neigen tot scheutvorming. Op de betonnen garagevloer, onder een rek met mijn voorraad timmerhout, schuif ik mijn kistjes vol aardappelen. De rasnaam op elke appelkist. Zo kunnen we makkelijk, naargelang van de culinaire behoeften, het juiste aardappelras nemen. Enkele planken houden deze schuilplaats donker genoeg, en toch kan de lucht nog circuleren. Pas bij erge kou scherm ik af met wat doeken. Met pastinaak, wortelpeterselie, rammenas, schorseneer en rode biet hanteer ik dan weer een heel oude bewaarmethode: op de schaduwrijkste strook in de serre stop ik ze gewoon in de grond. Met een laag stro erover komen zij en wij de komende maanden door. En dan zijn er nog de bewaarkolen, die ik ook heel klassiek bewaar. Aan de noordkant van de garage, naast het kippenhok, groepeer ik de diverse rassen. Hun wortel graaf ik lichtjes in; stro tussen en bovenop de kolen, plus een golfplaat bovenop het geheel. Laat de winter maar komen!
Seizoenen augustus 2006/ 11
GEZOCHT: SCHOLEN OOGST MEER OP JE SCHOOL
VELT BIEDT
Onder dit motto wil Velt volgend schooljaar drie proefprojecten begeleiden rond moestuinieren op school.
• Inhoudelijke ondersteuning via lesgevers, website en publicaties. procesbegeleiding: opstartvergadering, opmaken van een stappenplan.
We zoeken vooral scholen die interesse hebben om met ouders en kinderen rond ‘ecologische ideeën’ aan de slag te gaan. Niet alleen ‘hoe creëer ik een schitterende moestuin?’ maar vooral: hoe kunnen we via dit project mensen op school of in de buurt verenigen (leerlingen, leerkrachten, ouders, grootouders, i.s.m. Velt-leden en -lesgevers, compostmeesters.) Zo kunnen we in de school een nieuwe sociale dynamiek op gang brengen en een draagvlak ontwikkelen voor een meer duurzame aanpak met respect voor de natuurlijke leefomgeving en de samenhang van alles op aarde.
• Hulp bij het zoeken naar subsidiemogelijkheden. DEELNEMINGSVOORWAARDEN
• Je wil mee investeren in het op gang brengen van een sociale dynamiek rond ecologische thema’s. • Je hebt mogelijkheden om te (moes)tuinieren, een bestaande moestuin of ruimte om een moestuin aan te leggen of een plekje voor een minimoestuin/pottentuin al zijn het maar enkele opgebroken tegels op de speelplaats. • Je zoekt zelf naar een oplossing voor de kosten voor aanleg/onderhoud van de tuin (aankoop plantgoed, inrichting...) – voor het betalen van de Velt-lesgevers kan gezocht worden naar financieringsbronnen bv. via gemeente, intercommunale,...
CONTACT
Foto Geertje Coremans 12/ Seizoenen augustus 2006
Interesse? Graag bijkomende info? Neem contact op met Alice Maes,
[email protected] tel. 03 287 80 94 Zie ook www.velt.be
DE WATERKUIL, NIET ZOMAAR EEN TUIN De Waterkuil in Sint-Truiden is een complex waar ecologisch getuinierd wordt op openbaar terrein, eigendom van de stad Sint-Truiden. Tuiniers werken er samen en er is een demonstratietuintje van Velt. Een voorbeeldproject dat navolging verdient in heel Vlaanderen. Op 17 juni 2006 werd deze buurtmoestuin feestelijk in gebruik genomen.
meer in koude-glasbakken uit gerecycleerd kunststof (met steun van de firma EKOL), in de aanleg van waterputten voor het opvangen van regenwater, in een berging voor duurzaam hout.
Piet Anrijs (voorzitter van Velt vzw): “Als vereniging voor ecologisch leven en tuinieren dragen wij de kennis over milieuvriendelijk tuinieren uit, via onze lokale werking, vormingen en via onze boeken. Ook in dit project heeft Velt zijn expertise inzake biologisch tuinieren ten volle kunnen inzetten. We hopen dat dit navolging krijgt elders in Vlaanderen. Dit project kan zijn als de steen die verlegd wordt en de gang van een rivier wijzigt.” Filip Moers, schepen voor leefmilieu van de stad Sint-Truiden lichtte toe hoe dit project past in de samenwerkingsovereenkomst. Het stelt de stad mee in staat om inzake milieubeleid afvalpreventie en milieuverantwoord productgebruik concreet te maken. “Afvalarm tuinieren lukt hier, omdat het afval ter plaatse wordt gecomposteerd. Er is zelfs een demonstratieplaats waar eens per maand in levende lijve uitleg wordt gegeven. Milieuverantwoord productgebruik krijgt gestalte dankzij het weren van bestrijdingsmiddelen en dankzij de duurzame inrichting.” Voor de inrichting investeerde de stad onder Seizoenen augustus 2006/ 13
Luc Crommen, directeur van de Afvalmaatschappij Limburg betuigde zijn tevredenheid: “Dergelijke moestuincomplexen geven ons de kans om het thuiscomposteren op een andere manier heel dicht bij de mensen te brengen en tegelijk de mensen ecologisch tuinieren bij te brengen. Als dat dan gebeurt zoals hier, in een wijk of buurt, gegroepeerd in een complex, dan verhoog je de betrokkenheid en de participatie van burger en gemeente. Met dit complex plannen en planten we letterlijk een toekomst: een toekomst van afvalarm en milieuvriendelijk tuinieren. Thuiscomposteren en het gebruik van compost zijn daarin het bindmiddel.”
De intercommunale werkte in het project ook mee aan de opleiding van ecomoestuinschakels: mensen die opgeleid en bereid zijn vragen te beantwoorden over de ecologische moestuin. Zo krijgt het project en het ecologisch tuinieren verdere continuïteit. STUDIEDAG
Op 23 november wordt de ervaring uit aanleg en onderhoud van de tuincomplexen in Genk en Sint-Truiden verder gedeeld via een studiedag waar het verslag wordt voorgesteld aan milieuambtenaren, duurzaamheidsambtenaren en andere geïnteresseerden over heel Vlaanderen.
De waterkuil is een samenwerking tussen Velt vzw, Afvalmaatschappij Limburg afdeling Intercompost en de steden SintTruiden en Genk. Ze werd meegefinancierd door de Vlaamse overheid, in het kader van de samenwerkingsovereenkomst met lokale overheden.
Foto’s Luc Vanhoegaerden. 14/ Seizoenen augustus 2006
HOSTA’S EN SLAKKEN HOSTA’S EN SLAKKEN: WATER EN VUUR?
Het hoeft niet zo te zijn. Volgens Dirk Scheys, professionele hostakweker uit Pellenberg bij Leuven, zijn in zijn kwekerij bestrijdingsmiddelen tegen slakken helemaal niet nodig. Wel heeft hij enkele eenden rondlopen die de slakken wegvangen. Het is zijn ‘personeel’. Ze lopen tussen de potjes en de planten door en beschadigen de planten niet. Het hoeven geen Indische loopeenden te zijn (zie artikel Frans De Smedt, Sz jan. 2006), ook andere eendensoorten verorberen massaal veel slakken als je ze niet teveel bijvoedert. In het kweekgedeelte van de tunnel gebruikt hij wel af en toe Escar-go van Ecostyle omdat de plantjes daar nog te broos zijn om de eenden hun gang te laten gaan. Maar ook omdat in het verkoopseizoen eendenpoep op de paden niet door iedereen gewaardeerd wordt.
Ze houden hun blad tot het echt begint te vriezen. Ook de bladeren van tetraploïde hosta’s zijn volgens deze kweker heel sterk. Ze voelen bijna leerachtig aan. Het zijn variëteiten die door een foutje in de natuur een dubbel aantal chromosomen hebben en die geselecteerd werden omwille van hun gunstige eigenschappen. Hosta’s zijn vooral gekend omwille van hun mooie bladeren. Ze zijn er in alle maten en soorten: lichtgroen, gevlekt, donkergroen en blauwgroen. Ook het assortiment aan geurende variëteiten groeit sterk aan. De bloemen van deze soorten zijn groter en bloeien minimaal
Hosta June Tardiana.
SOORTENAANBOD
Dirk Scheys heeft meer dan 1000 varieteiten hosta’s. Volgens hem zijn de cultivars uit de tardianagroep een aanrader. Ze hebben een stevig blad en hebben daardoor minder last van slakkenvraat. Seizoenen augustus 2006/ 15
vier weken vanaf begin augustus. Hosta ‘Moonlight Sonata’ is bijvoorbeeld een geurende soort met blauwachtige bladeren die bovendien erg slakkenresistent is. NATUURLIJKE BIOTOOP
Bloemen Moonlight Sonata.
Hosta’s zijn niet inheems, maar komen uit gelijkaardige klimaten als het onze. Het zijn vorstbestendige, doorlevende planten. In de winter sterven ze bovengronds af.
behoefte hebben aan genoeg licht. In heel donkere, droge hoekjes van een tuin waar niks wil groeien zijn hosta’s dus geen goede keuze. Als de bodem voldoende vochtig is kan je ook met succes bepaalde hosta’s op meer zonnige plekken planten. Hiervoor kies je het best variëteiten met een stevig blad of met gevlekte bladeren. Felle middagzon moet alleszins vermeden worden. Een juiste keuze is belangrijk omdat planten die op de juiste plaats staan sterker zijn en beter opgewassen tegen belagers. GEZELSCHAP
Ze zijn afkomstig van vooral Japan en ook van China en Korea. Hun natuurlijke standplaats zijn alpiene weilanden, maar ook vulkanische rotsen en rotsachtige oevers van riviertjes. Er bestaan 70 verschillende soorten. Het typische hartvormige blad varieert van duimgroot tot de grootte van een tennisraket. WAAR PASSEN ZE IN DE TUIN?
Foto’s Dirk Scheys.
Hosta’s hebben nood aan een vochtige, voedselrijke bodem. Het zijn voornamelijk schaduwplanten die niettemin
16/ Seizoenen augustus 2006
De bladeren van hosta’s komen pas laat in het voorjaar op. Daarom zijn deze planten goed te combineren met vroege voorjaarsbloeiers die na hun bloei afsterven zoals bijvoorbeeld speenkruid, bosanemoon en andere vroegbloeiende bolgewassen, voorjaarshelmbloem of holwortel. Een klassieker is de combinatie van hosta’s met varens. Door het contrast tussen de verschillende bladstructuur van deze twee plantensoorten bekom je een sterk resultaat. Ook akeleiruit (Thalictrum aquileguifolium) en, weliswaar minder uitgesproken, het Zeeuws knoopje (Astrantia major) zijn in dat opzicht een geslaagde keuze. Heb je voor erg robuuste soorten gekozen dan kan Geitenbaard (Aruncus Dioicus) een goede compagnon zijn en bij kleinere soorten heb je met vrouwenmantel (Alchemilla mollis) altijd prijs. Bij deze laatste kan je de bladkleuren op elkaar afstemmen of juist doen contrasteren. En de groengele bloeiwijze van
vrouwenmantel harmonieert wonderwel met de lichtgele bladtint waarmee sommige gevlekte hostabladeren de schaduw kunnen oplichten. OP ZOEK NAAR EEN HOSTA?
Neem eens een kijkje bij Hosta & Co. Je kan er kiezen tussen meer dan 1000 hosta- en 100 heuchera variëteiten. Hosta & Zo, Zavelstraat 27 3212 Pellenberg, tel. 016 48 01 11,
[email protected], www.hostas.be Open op woensdag van 9 tot 18 uur. Ook aanwezig op talrijke tuinbeurzen. Voor geïnteresseerde afdelingen: Dirk geeft ook lezingen over hosta’s en toepassingen. ( 125 + verplaatsing). GOED OM WETEN
In België komen ongeveer een dertigtal naaktslakken voor. Er zijn soorten die zich enkel voeden met dode plantendelen en met andere naaktslakken zoals de grote aardslak (Limax maximus). In de tuin zijn er drie inheemse soorten die schade kunnen aanrichten. Het zijn soorten die vreten aan zaailingen, jonge planten en plantenwortels. • De grote wegslak (Arius rufus) is oranjerood tot bruinrood en komt niet zo frequent voor. Het is een alleseter die vooral jonge scheuten van planten aantast en reeds aangevreten plantjes. Ze kan ‘grote’ afstanden afleggen. De eieren komen uit in het voorjaar. De jongen zijn bruingrijs en verblijven eerst een tijdje onder de grond.Volwassen grote wegslakken richten de meeste schade aan in de periode augustus-september. Op dat moment echter zijn al de plan-
ten in een niet zo jonge siertuin al stevig opgegroeid, soms zelfs al een beetje verdroogd en dus niet meer zo smakelijk voor deze slak.
Hosta Hydrangeas in border.
• De zwarte of donkere wegslak (Arion distinctus) is ongeveer even groot als de grote wegslak maar blauwzwart met twee grijsbruine zijstrepen en een oranje buik. Deze soort is verlekkerd op jonge zaailingen en wortelgewassen en ze is ook meer honkvast. De eieren komen uit in april - juni. Eenmaal volwassen richten ze de meeste schade aan in de winter bij zachte temperaturen. • De gevlekte akkerslak (Deroceras reticulatum) is eveneens een soort die zich nauwelijks verplaatst. Normaal voedt ze zich ’s nachts met bovengrondse plantendelen. In droge tijden zoekt ze beschutting onder de grond en eet van plantenwortels . De eieren komen uit rond april-mei. Seizoenen augustus 2006/ 17
Hosta’s met varens.
lusitanicus). Deze soort is in Duitsland voor het eerst gesignaleerd in 1958, in Denemarken in 1991. In Groot-Brittanië komt ze (nog) niet voor. Deze soort kan, in tegenstelling tot andere naaktslakken, tegen licht en droogte. Daardoor helpen ‘huismiddeltjes’ zoals het uitstrooien van zagemeel niet. Ook wordt ze vanwege haar bittere smaak en grote slijmproductie gemeden door de natuurlijke vijanden van naaktslakken waaronder vogels en egels. Daardoor slaagt deze soort erin om langzaam maar zeker de inheemse grote wegslak te verdringen en haar leefgebied, tuinen, in te palmen!
Omdat akkerslakken zich hoofdzakelijk in de bodem ophouden zijn ze vooral bij zware bodems, met grotere klonters waartussen ze zich kunnen verstoppen, een plaag. Bij droogte en hitte houden ze zich diep onder de bodem op, soms tot twee meter! Het zijn vooral de jonge akkerslakken die vreten aan de wortels van planten. AANDACHT
Naast deze drie inheemse soorten is er vanuit het Middellandse zeegebied een zuiderling onze contreien binnengedrongen, de Spaanse wegslak (Arion 18/ Seizoenen augustus 2006
Het verschil tussen deze twee grote wegslakken kan alleen maar gezien worden door een deskundige bij middel van een microscoop. Maar als je een grote populatie opmerkt van bruinrode, grote wegslakken dan kan je er bijna zeker van zijn dat het om de Spaanse wegslak gaat. Er zijn concentraties genoteerd van 50 stuks per m2. Ze zijn zeer mobiel (5 tot 9 meter per uur) en gaan ’s nachts op rooftocht maar je kan ze reeds makkelijk opmerken bij schemering. Bronnen: - BIM Brussel - Garten Praxis 5/2006 – 6/2006 - http://www.starch.dk/isi/energy/ snail.htm Sofie Hoste
FAAM EN SCHAAM IN OPENBAAR GROEN Een bloemenakker voor het stadhuis, en dat alvoor het derde jaar op rij! Op zijn minst niet alledaags of beter gezegd: niet gangbaar. Vòòr het massale gebruik van herbiciden in de naoorlogse jaren waren bloemrijke bermen en kleurrijke akkerlanden wel alledaags. De stad Mortsel vult met dit bloemenveld een strook aarde nonchalant in, pal naast een formele waterpartij. Het contrast werkt! Het plein voor het stadhuis zal heraangelegd worden, waardoor een definitieve beplanting van die strook niet aan de orde is. Het bloemenveld als tijdelijke groenvorm voldoet volkomen aan de noden.
De groendienst van Mortsel past een consequent beheer dan ook deskundig toe: de strook wordt elk seizoen, als de zomer er aankomt, opnieuw verstoord waardoor de akkerbloemen opnieuw kans krijgen om te bloeien en te groeien. Het gonst er dan van de kleurrijke en gonzende insecten: vlinders, bijen en hommels bij de vleet. Na de zomer worden de akkerbloemen gemaaid. Dan vergrast de berm. Voor kleur in het prille voorjaar zorgen vroegbloeiende bolgewassen. Een prachtig voorbeeld hoe er bij hedendaags groenbeheer kan ingespeeld worden op natuurlijke processen met een fraai resultaat. Geertje Coremans
Zicht op het bloemenveld vanuit het stadshuis. Foto Sofie Hoste Seizoenen augustus 2006/ 19
BOMEN BESCHERMEN OP (BOUW)WERVEN Veel mensen dromen van een mooi nieuw huis. Sommigen hebben een extra wens: een woonst in het groen, onder en tussen bomen. Dus zoeken ze een perceel met bomen. Uit respect voor het groen wordt de kaalkap zo klein mogelijk gehouden. Vol goede moed concentreren ze zich vervolgens op de bouwwerken. Na verloop van tijd is de droom werkelijkheid: een huis in het groen. Maar wat met de bomen?.
Stambeschadiging.
Op het moment dat de mensen hun woning betrekken en hun tuin aanleggen, merken zij soms dat hun bomen niet meer zo gezond zijn en bellen een boomverzorger. Meestal is de diagnose dezelfde: de problemen zijn ontstaan doordat de bomen teveel schade opliepen tijdens de bouwwerken. In sommige gevallen kunnen die problemen nog verholpen worden, maar dikwijls is de schade zo groot dat een behandeling zinloos is. Na enkele jaren kwijnen, sterven de bomen af en eindigt de droom.
20/ Seizoenen augustus 2006
De enige mogelijkheid om zo’n teleurstelling te vermijden is preventief te werk gaan: bescherm de bomen tijdens de (bouw)werken. WAT INVENTARISEREN?
Als je een perceel hebt met verschillende bomen, maak je het best eerst een inventaris van het bomenbestand. De zaken die je zeker moet vermelden zijn: de boomsoort, de exacte standplaats, de dikte gemeten op 1,30 m hoogte, de huidige hoogte en kroonprojectie, de te verwachten dikte, hoogte en kroonprojectie, de vermoedelijke leeftijd, de conditie, het resultaat van de visuele boomveiligheidscontrole. Aan de hand van uiterlijke kenmerken is het in de meeste gevallen mogelijk in te schatten of een boom veilig is of niet. Slechts af en toe is er meetapparatuur nodig. Als je naast de noodzakelijke vellingen ook nog wat dunningswerken wil, kies je het best voor het behoud van jongere, veilige bomen met een goede conditie. Heb je verschillende soorten, dan geef je voorrang aan diegene die nog de langste levensverwachting hebben. Vervolgens bespreek je met de architect de eigenschappen van de resterende bo(o)m(en). In functie daarvan kan hij het best de juiste plaats om te bouwen bepalen – tenminste àls er kan gekozen worden – en kan hij bij het ontwerp van de woning rekening houden met bepaalde eigenschappen zoals de hoeveelheid licht die de kroon doorlaat, hinderlijke vruchten, het al dan niet gemakkelijk
aangetast worden door bladluizen (met de plakkerige roetdauwschimmel als gevolg),… KEN DE GRONDWATERSTAND
Als de gemiddelde laagste grondwaterstand zich situeert op een diepte van max. 1,20 m dan mag je er zeker van zijn dat de wortels rechtstreeks contact hebben met het grondwater en de boom dus nooit heeft af te rekenen met watertekort. In zo’n situatie spreek je over een grondwaterprofiel. Als de gemiddelde grondwaterstand zich situeert op een diepte van meer dan 3 m dan is dit meestal altijd buiten het bereik van de boomwortels (de capillaire nalevering schiet op die diepte dan nl. ook
tekort). Men spreekt in dit geval van een hangwaterprofiel; de bomen zijn voor hun watervoorziening volledig afhankelijk van het regenwater. Als derde mogelijkheid heb je een situatie waarbij de bomen een bepaalde tijd van het jaar wel contact hebben met het grondwater en als het droger wordt niet meer. Hier heb je dan een contactprofiel. HOE BESCHERMEN ?
Op basis van al die gegevens kun je uiteindelijk de nodige beschermingsmaatregelen opstellen: • Het meest logische is dat je rond de boom een gebied afbakent ter grootte
Dikte van de wortelkluit. Foto’s Jos Schenk. Seizoenen augustus 2006/ 21
Spectaculaire ophoging.
van het wortelgestel (= kroonprojectie + pen. Voor een snelle opwarming maak je 2 m ). Je gebruikt hiervoor een hekwerk beter een groot ondiep vijvertje dan een dat stevig verankerd staat in de grond klein diep. en dat minstens 2 m hoog is. Kastanjehouten palen van 10 cm doorsnede Om het water te verdelen, kan je een en gegalvaniseerde schapendraad zijn dompelpomp gebruiken die naast hiervoor geschikte materialen. Voor zuigkracht ook drukkracht produceert. alle duidelijkheid kun je er nog bordjes Daarop kan je de nodige sproeiers aanaanhangen die sluiten. Kies de reden van “De enige mogelijkheid om een teleurstelling voor een type de afbakening te vermijden is preventief te werk gaan: sproeier dat aangeven. bescherm de bomen tijdens de werken” werkt met weinig water• Als er droogzuiging moet gebeuren, druk. Zo kun je er meer tegelijkertijd plan je die werken het best in de winter- laten functioneren. Het voordeel van periode, zeker bij een grondwaterprofiel. sproeiers is dat het water tijdens het Als toch in het groeiseizoen moet wor- sproeien verrijkt wordt met zuurstof den gepompt, moet je de vochtigheids- en dat ook de bulten in het terrein voltoestand in de bodem opvolgen en zo doende bevochtigd raken (in tegenstelnodig op peil houden door besproeiing. ling tot wanneer je gewoon water laat Je kunt hiervoor het opgepompte water lopen rechtstreeks uit de slang). gebruiken, op voorwaarde dat het eerst wordt opgewarmd in een eenvoudig • In veel gevallen moet het gebied onder aangelegd vijvertje of tank. de boom door plaatsgebrek ook gebruikt worden. Het minst schadelijk is het, die Om de grootte te bepalen mag je er van- plek te gebruiken als stockageruimte en uit gaan dat volwassen bomen gemid- daarvoor een verhoogd platform boudeld tussen 400 liter/dag (bv. eik ) en wen op een paalfundering, uiteraard 1200 liter/dag (bvb. populier) verdam- voorzichtig gegraven tussen de dikke wortels. Als je bij droogte moet water geven, denk er dan aan om ook onder het platform te spuiten. • Bij kans op zonnebrand moet je preventief de stam en de zware zijtakken beschermen, bv. door deze te omwikkelen met jute. Je kan hiervoor rollen gebruiken van 30 cm hoog en 100 m lang. Je werkt van onder naar boven en bij elke winding stijg je 10-15 cm. Doordat de aangebrachte jute langzaam wegrot, krijgt de boom intussen de tijd om zich aan te passen aan de nieuwe situatie.
22/ Seizoenen augustus 2006
• Als er vlak naast de stam moet gewerkt worden breng je errond best een hoge bescherming aan van vb. houten palen. Zorg voor een schokdempende laag tussen stam en palen en let erop dat de stam nog kan ademen, en opdrogen bij regenweer. • Zorg voor een voldoende hoge bouwkraan; die over de boomkruin draait. Op die manier hoeft er niet getopt te worden. Omwille van de veiligheid bij wind moet een kraan volledig kunnen ronddraaien; dus een lagere kraan voorzien met het idee van maar een halve draaicirkel te gebruiken kan niet. • Als er takken als hinderlijk worden beschouwd, kan je ze wel snoeien, maar probeer de grootte van de snoeiwonden te beperken tot een diameter van 10 cm en let erop dat je niet meer dan 25% van het totale bladvolume van de boom weghaalt. • Als er toch leidingen in de bodem onder de kroonprojectie aangelegd moeten worden, laat dan met een speciale machine onder het wortelgestel boren. Op die manier kan je vermijden dat door het graven van een sleuf, hoe smal ook, soms bijna een half wortelgestel wordt afgesneden van de rest van de boom. • Om elke dag opnieuw met proper gereedschap te kunnen werken, wordt dat dagelijks afgespoeld. De betonmixers e.d. worden meestal ook ter plekke uitgespoeld. Zorg dat dit spoelwater niet onder de boom terechtkomt, maar voorzie ergens een soort van bezinkput die je op het einde van de werken laat reinigen of opruimen.
NALEVING VAN DE MAATREGELEN
De gevolgen van wortelbeschadiging.
De meeste aannemers vinden die maatregelen vervelend; ze denken soms ook dat daardoor het hele project veel meer gaat kosten. Uit de praktijk is gebleken dat de extra kosten die het beschermen met zich meebrengt, vaak lager zijn dan de kostprijs voor het rooien en vervangen van een bestaand bomenbestand. Om alle discussies te vermijden is ten stelligste aan te raden om de vooropgestelde maatregelen op te nemen in het lastenboek en dat aan elke aannemer (metser, stukadoor, loodgieter, enz…) mee te geven. Op die manier kan de aannemer de eventuele meerkost mee incalculeren bij het maken van zijn offerte. Het op voorhand vastleggen van een boete voor een eventuele latere beschadiging is nog een extra stok achter de deur. Bespreek met elke aannemer en onderaannemer voor de aanvang van hun werk nog eens de hele zaak en zorg voor een heel regelmatige controle, vanaf het ontbossen tot en met de aanleg van de tuin. Boomverzorging vzw www.boomverzorging.be
[email protected]
Jos Schenk
Seizoenen augustus 2006/ 23
LEZERS SCHRIJVEN
Ik wist niet dat er bij Velt zoveel te beleven valt! Ik heb al veel bijgeleerd op gebied van tuinieren en kreeg er nieuwe vrienden bovenop… Daar ik al geruime tijd gewonnen was voor biogroenten en een natuurlijke leefwijze bezocht ik vorig jaar in juni een moestuin ter gelegenheid van de open tuinendag van de afdeling Velt Scheldevallei. Ik hield het niet voor mogelijk dat je in eigen tuin zulke mooie groenten en fruit kon telen. Daar ik zelf niet over veel grond beschik en helemaal geen ervaring had met tuinieren kon ik in het verleden alleen maar dromen van een eigen moestuin. De familie Mouton, eigenaars van de opengestelde moestuin, overtuigden mij om lid te worden van Velt en boden omdat ik in hun buurt woon hulp aan als ik wou proberen in eigen tuin. Ik geniet van mijn tijdskrediet, heb dus wat tijd vrij, en begon toch ernstig na te denken over dit aanbod. Ik was inderdaad bereid om een stukje van mijn grasplein af te staan. Dit voorjaar heb ik met de hulp van Roland Mouton (materiaalmeester van onze afdeling) een stukje grond van 24/ Seizoenen augustus 2006
3 bij 7,5 m. klaargelegd en hebben we samen een teeltplan opgemaakt. Ik kreeg een paar zakken goede compost als startgeschenk en het zaaien kon beginnen. Tot nu toe zaaide ik sla, peterselie, radijsjes, rode bieten, erwten, bonen… Omdat mijn grond vlug ingenomen was, heb ik enkele grote terraspotten aangekocht en daar enkele kruiden en tomatenplanten in geplant. Ik pluis het tuinboek voor beginners uit over de manier waarop alles moet gebeuren en raadpleeg bijtijds mijn coach indien ik twijfels heb …en het resultaat mag gezien worden! Ik heb al een paar kroppen sla aan mijn familie kunnen geven. Ondertussen maakte ik het algemeen ledenfeest mee, een biobabbel, de jaarlijkse reis en de fietstocht. Het is een gezellige groep met veel leeftijdsgenoten. Ja, ik ben fier op mijn mini-moestuin en kan alleen maar andere vrouwen (en mannen) aanmoedigen om de stap naar Velt te zetten en actief mee te doen. Claudine
ZOMERDAGEN GAZPACHO MET APPEL
Totale bereidingstijd: 30’ Deze rauwe (koude én ongekookte) soep is heerlijk op een warme zomerdag. Het hoofdingrediënt is tomaat. Verder zijn komkommer en paprika standaard maar je kan er echt je eigen toets aan geven. Ik maak de gazpacho soms met bleekselder en appel, al dan niet met balsamicoazijn, maar dat is dan weer een Italiaanse versie van een Spaans gerecht. Ingrediënten voor 4 personen: 3 dikke vleestomaten - een komkommer - een rode paprika - een sappige appel - enkele stengels bleekselder - een teentje look dat even in de oven mocht bruinen - olijfolie, witte wijnazijn en peper en zout naar smaak
ze in blokjes. Schil de appel en de komkommer, snij ook in blokjes en gooi alles in een keukenrobot. Schil van de bleekselder met een dunschiller de nerven weg (ze zouden erg vervelende draden vormen omdat ze rauw blijven). Plet het teentje look onder je mes en gooi het mee in de keukenrobot. Mix alles fijn, voeg de olie, azijn en de kruiden toe en serveer nadat je alles goed hebt gekoeld. Je kan de gazpacho garneren met een klein wolkje room, met verse kruiden erbovenop, en eten als voorgerecht met een sneetje toast.
Foto Sofie Hoste.
Omdat nogal wat mensen rauwe tomaten en zeker rauwe paprika een hele dag blijven proeven, kan je hen een heel stuk helpen met de vertering door de tomaten heel kort (10 tellen) in kokend water te dompelen, dan te pellen en de paprika eerst te roosteren in de oven tot hij zwart ziet en dan ook te pellen (zie ook de tip op p. 50) Ik gebruik trouwens steeds rode parika’s. Groene vind ik rauw echt niet lekker. Gele en oranje zijn bij gebrek aan rode een aanvaardbare tussenoplossing. Pel dus de tomaten en de paprika en snij Seizoenen augustus 2006/ 25
MINESTRONE
Totale bereidingstijd: 1 uur Wie kent er nog een echte minestronesoep? Niet uit een pakje. De echte verse variant met de laatste zomergroenten en de eerste wintergroenten. Ik heb veel sympathie voor deze soep omdat het (in oorsprong) een eerlijke boerensoep van het platteland is. Geen grand chique van rijke mensen maar een gewone maaltijd, gemaakt van wat er te vinden is in de tuin. Ingrediënten voor 4 personen: enkele dikke vleestomaten - de laatste erwtjes of peulerwtjes die je kan vinden hetzelfde met wat boontjes (als je erg veel te dik geworden boontjes hebt, dan kan je ze pellen, enkel de boon gebruiken en het wat taaie groen weggooien) - de eerste bladen van savooi en/of boerenkool - een dikke prei en enkele uien - een kleine courgette - boter - peper en zout Het leuke aan een minestrone zijn de verschillende vormen die in de soep zitten. Probeer dus voor elke groenten een andere versnijding uit, dat geeft het mooiste resultaat. Snij de prei in ringen en snipper de ui. Laat beide lichtjes bruinen in wat boter of olie. Rasp de courgette erg grof of snij hem in heel erg fijne frietjes. Laat even mee stoven. Snij enkele bladeren van savooikool of boerenkool en lange fijne reepjes. Voeg erwtjes of peulerwtjes toe. Dop de boontjes en snij ze schuin in drie of vier stukken. Voeg water toe tot alles ruim onder staat en laat even kort koken. Pureer de tomaat en zeef. Voeg alles behalve de pitjes en de velletjes toe. Kruid met peper en zout, voeg eventueel nog wat bouillon toe. 26/ Seizoenen augustus 2006
Let er bij deze soep op dat je de groenten niet te lang laat stoven of koken. Alle groenten zouden beetgaar moeten zijn. GEBAKKEN COURGETTE MET UI EN PAPRIKA
Totale bereidingstijd: 15’ Dit is een erg eenvoudig gebakken gerechtje waarin je courgette een keer op een aparte manier kan eten. Ingrediënten voor 4 personen: enkele courgettes, het liefst verschillende soorten, dat geeft het beste smaak- en kleureffect aan dit gerecht - 2 grote uien - 2 rode paprika’s - een handvol verse groene kruiden - eventueel een handvol cashewnoten - boter of olie om te bakken - peper en zout Pel de uien en snij ze fijn. Was en kuis de paprika’s en snij ze ook in fijne blokjes. Bak in olie of boter de ui en de paprika op een zacht vuurtje gaar. Haal beide uit de pan. Was de courgette en verwijder de zaadlijsten. Snij de courgette in niet te grote blokjes en bak ze in de olie op een hoog vuur zodat ze langs buiten wat bruin zijn zonder dat ze papperig uit elkaar vallen. Voeg eventueel nog wat olie toe. Stop liever wanneer het binnenste van de courgette nog een beet heeft dan wel wanneer alles uit elkaar begint te vallen. Neem de pan van het vuur en meng de ui en paprika onder de gebakken courgette. Meng er wat verse groene kruiden onder. Rooster eventueel de cashewnoten even in een pan of in de oven en meng ze onder de groenten. Serveer als bijgerecht.
TOMATENTAPENADE MET MASCARPONE
Totale bereidingstijd: 7u, incl. 6u droogtijd. Dit recept lijkt veel werk voor een simpel smeerseltje. Dat eerst is waar, dat tweede niet meer wanneer je dit geproefd hebt. Een juweeltje op je tong waarbij je de Italiaanse zon tot diep in je binnenste voelt stromen. Gedroogde tomaten kan je enkele weken in olie in de koelkast bewaren, de tapenade zelf – door de mascarpone – slechts 1 week tot 10 dagen. Ingrediënten voor 4 personen: 2 kilo tomaten - 250 g mascarpone - een handvol basilicum - enkele takjes verse tijm - extra vierge olijfolie Ontvel de tomaten als volgt: snij de kroontjes uit de tomaat en maak achteraan met een mes een kruis in het vel. Zet een pan op met water en dompel, wanneer het water kookt, de tomaten er gedurende 10 tellen in onder. Haal ze er onmiddellijk uit en leg ze in koud water. Je kan de tomaten nu perfect ontvellen. Lukt het toch niet goed, herhaal dan de onderdompeling gedurende 8 tellen. Snij de tomaten open en haal al de zaadlijsten en pitjes eruit (gebruik deze eventueel voor een tomatensoep of -saus, of vries ze in voor later gebruik). Schik het vruchtvlees op een ovenrooster en besprenkel met olie en tijmblaadjes. Zet de oven op 80°C en laat de tomaten gedurende een zestal uren drogen. Wil je heel erg droge tomaten, doe er nog enkele uren bij. Doe de halfgedroogde tomaten in een maatbeker, voeg wat olijfolie en de basilicum toe en mix alles tot je een rode
pasta bekomt. Voeg de mascarpone toe en meng alles. Kruid eventueel nog met peper en zout. Je kan deze tapenade gebruiken als smeersel op bruscetta of je kan er uitgeholde kerstomaatjes mee vullen als aperitiefhapje. Wil je er een volledige maaltijd van maken, dan kan je bijvoorbeeld pasta koken, broccoli stomen, spekjes bakken en het geheel mengen met deze tapenade. Je kan hem dan warm of lauw eten. WITTE BONEN IN TOMATENSAUS
Totale bereidingstijd: 30’ Een vriend van me eet graag witte bonen in tomatensaus. Het liefst uit blik, met Frankfurter worstjes erbij. Vreselijk. Uit pure naastenliefde heb ik onlangs met verse witte bonen en tomaten gemaakt. Ingrediënten voor 4 personen: 500 g witte bonen - 1 kilo tomaten - peper en zout Ontvel de tomaten door het kroontje eruit te snijden, een kruis in de achterkant te snijden en ze gedurende tien tellen in heet water te dompelen. Je kan daarna de velletjes er heel gemakkelijk af halen. Snij de tomaten in kleine stukjes. De pitjes mogen erbij blijven maar je kan ze er net zo goed uit laten, als je dat zou willen. Haal de bonen uit hun peul. Ik gebruik meestal de bonen die te lang aan de plant hebben gehangen. Je kan ze vers gebruiken of laten drogen zodat je er in de winter ook nog hebt. Zet de bonen op het vuur en breng ze in een klein beetje water aan de kook. Zet het vuur zachter en voeg regelmatig Seizoenen augustus 2006/ 27
wat stukjes tomaten toe. Zorg ervoor dat alle bonen onder staan. Normaal gezien zijn de bonen na ongeveer een half uur gaar. Controleer dit even door te proeven(gedroogde bonen eerst laten weken in lauw water gedurende ten minste 4 uur zodat ze kunnen zwellen). Kruiden kan met peper en zout maar je kan ook nog een eigen variant maken door wat basilicum toe te voegen of door bijvoorbeeld een takje verse tijm en een takje verse rozemarijn te laten meekoken. BAGUETTE MET GROENTEN EN GEGRILDE FETAKAAS
Totale bereidingstijd: 45’ Dit recept maak ik wanneer ik verschillende groenten heb in de tuin, maar allemaal kleine beetjes die niet voldoende zijn om er één schotel van te maken. Soms heb ik nog een handvol sluimerwten maar niet meer dan dat, en één courgette en twee roosjes broccoli van een zijscheut van de plant. Ik neem dan nog een paar groenten extra om de variëteit te vergroten en eindig met een vergiet vol met vijf of zes verschillende groenten.
28/ Seizoenen augustus 2006
Ingrediënten voor 4 personen: verschillende soorten zomergroeten (sluimerwt, wortel, sjalot, courgette, …) - 400 g feta - vier broodjes of 8 dikke boterhammen - verse tijm, oregano en basilicum - boter / olie - peper en zout Was de groenten en snij ze in tamelijk fijne blokjes. Bak ze in een grote pan. Doe eerst de groente erin die het langst moet garen en zo tot je er op het laatste de groente in doet die het minst tijd nodig heeft. Zorg dat je het geheel niet te lang laat staan, dit gerecht is het lekkerst met nog knapperige groenten. Van bij het begin voeg ik al geritste tijm toe en een takje oregano (dat takje gaat er op het einde terug uit). Op het einde komen er ook nog gesnipperde blaadjes basilicum bij, en kruid ik met peper en zout. Terwijl de groenten stoven snij je een stokbrood of baguette overlangs net niet helemaal door of snij je dikke boterhammen van een groot brood. Doe hierop de gestoofde groenten en kruimel de feta erover. Zet onder de grill tot de kaas gesmolten is en een mooie bruin randje heeft gekregen. Ga zitten op je terras en drink er een glas lekkere witte wijn bij.
BROODBELEG VAN PASTINAAK, SPRUITJES EN ZURE ROOM
Totale bereidingstijd: 30’ Spruitjestapenade is een recept dat je nog niet veel hebt gelezen, denk ik. In principe kan je een tapenade maken van alle groenten. Je neemt het best een groente met een krachtige, karakteristieke smaak, naast een smeuïg bestanddeel zoals verse kaas of mayonaise. Ingrediënten voor 4 personen: twee pastinaakwortels - een klein handvol spruiten (niet teveel) - drie eetlepels mayonaise - een potje zure room - peper en zout Schil de pastinaak en snij deze in blokjes. Fruit deze op een zacht vuurtje langdurig in boter of olie. Na ongeveer 20 minuten zullen de blokjes zacht worden. Kook de spuitjes in licht gezouten water tot ze lekker zacht zijn en laat ze goed uitlekken (dep eventueel droog met een handdoek of keukenpapier). Plet of mix de beide groenten en voeg de mayonaise en zure room toe. Breng op smaak met peper en zout. Soms doe ik hierbij nog wat geroosterde pompoenpitten of wat gebakken sojascheuten om de textuur wat steviger te maken. GEROOSTERDE SUIKERMAÏS MET PAPRIKABOTER EN KLEEFRIJST
Totale bereidingstijd: 1 uur Dit recept bestaat uit heel eenvoudige bereidingswijzen en is door de smaakcombinatie o zo lekker. Ingrediënten voor 4 personen: 4 stuks suikermaïs - 250 g boter - een rode paprika - 200 g kleefrijst - peper en zout
Kook de suikermaïs in een grote pot water gaar. Dit duurt meestal meer dan een half uur maar je hoeft er verder niets aan te doen. Zet nog een tweede pot op het vuur met een bodem water erin en een stoommandje. Wanneer dit water kookt, doe je de kleefrijst in een handdoek en leg je deze op het stoommandje. (Kleefrijst is een speciale rijstsoort uit Thailand die je kan kopen in de Aziatische winkel. Deze rijst moet je een nacht vooraf in water laten weken). Was de paprika en snij deze in grote plakken. Warm in een grote pan wat boter en leg de paprika met de velkant naar beneden. Laat de paprika bakken tot het vel donkerbruin ziet, maar zorg ervoor dat de boter niet verbrandt. Haal de paprika uit de pan, mix in de keukenrobot of met de mixer in een maatbeker en voeg de boter toe (ook die uit de pan). Meng de boter en de paprikapuree en kruid eventueel met peper en zout. Laat terug opstijven in de koelkast. Wanneer de suikermaïs gaar is, haal je hem uit het water en leg je hem snel op een klein barbecuevuurtje of onder de grill in de oven. Dien de maïs warm op zodat de paprikaboter erop smelt en zet de kleefrijst erbij. Deze kan je eten met mes en vork maar even goed met je handen (je kan er bolletjes en allerlei andere vormen van maken). De overschot van de boter kan je nog enkele weken in de koelkast bewaren of je kan ze – zoals alle boter – in kleine pakjes in de diepvriezer stoppen. Geert Groffen Seizoenen augustus 2006/ 29
UITGELEZEN WATER IN DE TUIN
Uitgeverij Roodbont ISBN 90-75280-64-5, 120 p. 11,50 De reeks gidsjes in de reeks Milieuvriendelijk tuinieren van de uitgeverij Roodbont wordt schier eindeloos. Dit is het tiende gidsje! Deze publicaties richten zich tot liefhebbers in een duidelijk verstaanbare taal. Ze zijn praktisch gericht en je krijgt bruikbare informatie. Zo ook Water in de tuin. Het is zeker een gidsje dat er mocht, moest komen zelfs. Verschillende mogelijkheden worden aangereikt om het water dat je afkoppelt van de regenpijp op een creatieve manier toe te passen in het totaalontwerp van de tuin. Ook de informatie voor het berekenen van de totale hoeveelheid water die via een afgekoppelde regenwaterpijp de tuin kan instromen, is zeer relevant. Waarschuwingen worden niet uit de weg gegaan: als het echt niet kan, niet doen! Bovendien wordt het zuinig omgaan met regenwater niet 30/ Seizoenen augustus 2006
vergeten. Te weinig mensen zijn er zich van bewust hoe kostbaar water is en hoe ze zelf hun waterverbruik op een eenvoudige manier kunnen beperken. Dit hoofdstukje staat helemaal achteraan in het gidsje maar had best helemaal vooraan gemogen! Spijtig genoeg is er in dit gidsje, zoals gewoonlijk, weer teveel op
een hoopje gegooid waardoor de informatie beperkt blijft. Het stukje over poelen is eigenlijk overbodig. De meeste mensen hoeven niet overtuigd te worden van een waterpartij in de tuin, integendeel. Bovendien hadden ze hiervoor makkelijk kunnen doorverwijzen naar andere gidsjes in de reeks waarin dit onderwerp beter en uitgebreider aan bod komt. Zo was er ruimte geweest om de overige onderwerpen meer uit te diepen. Want daarvan moet de burger nog wel overtuigd worden. En wat helemaal tegen het hoofd stoot in deze context is de tip om je waterpartij in droge tijden bij te vullen met… leidingwater! De illustraties missen overtuigingskracht. De foto’s zijn niet echt mooi en vrij summier in aantal. De andere illustraties zijn voornamelijk tekeningen. Soms eenvoudig maar wel duidelijk en goed als het om een ‘werktekening’ gaat zoals de tekening van de drie ondergrondse regentonnen (p. 68) of de grindkoffer (p.74).
Bij de tekeningen en plattegronden van de ontwerpen zitten goede ideeën maar ze zijn voor een liefhebber/leek misschien niet zo relevant. Veel mensen kunnen plattegronden niet zo goed ‘lezen’. Zich er een voorstelling van maken is dan vaak het probleem. Echte realisaties spreken meer tot de verbeelding. Maar ja… die zijn er vermoedelijk nog veel te weinig. Waardoor Roodbont bewijst dat de publicatie van dit gidsje broodnodig is. Dit boekje is zijn prijs zeker waard. Geertje Coremans
TERRA INCOGNITA. GLOBALISERING, ECOLOGIE EN RECHTVAARDIGE DUURZAAMHEID
schiedenis van deze planeet: we begeven ons dus op terra incognita (onbekend land). De auteurs verbinden inzichten over de huidige ecologische crisis aan mondiale rechtvaardigheid. Ze lanceren wetenschappelijk gefundeerde stellingen over milieu, ecologie, duurzaamheid en bieden mogelijke oplossingen. Wil je kennis over de nieuwste wetenschappelijke inzichten i.v.m. ecologie in huis halen zonder je te abonneren op tijdschriften als ‘science’ en ‘nature’, dan is dit een basiswerk. Ook zeer verteerbaar en daardoor een absolute aanrader voor niet-wetenschappers. Bart Coenen
Peter Tom Jones & Roger Jacobs Academia Press, 2006. 646 p. 28. ISBN 9038209010 Ondanks alle goedbedoelde initiatieven om duurzame ontwikkeling na te streven, gaat het bergaf met de gezondheid van onze Aarde, het ecosysteem waarvan we allemaal afhankelijk zijn. Wat economische groei wordt genoemd, betekent nu al in veel rijke landen achteruitgang van de welvaart. Het Noorden heeft de wereld meegezogen in een onduurzaam ontwikkelingsmodel. Het milieubeslag van de rijken is onmogelijk te veralgemenen naar alle mensen op aarde. Zowel de snelheid, de grootte als de ruimtelijke schaal van de door de mens veroorzaakte wijzigingen aan het ecosysteem earde zijn zonder weerga in de geSeizoenen augustus 2006/ 31
quick mayo en choco-choco, maar bij de ingrediënten is geen spatje zuivel, laat staan vlees te ontdekken. En ondanks de titels zal je evenmin recepten vinden met chocola of cacao, suiker en zelfs geen granen voor de müsli of de taarten. De gebruikte alternatieven zijn carobepoeder, gedroogde vruchten zoals dadels, vijgen en rozijnen, en veel noten, pitten en exotisch fruit. Niet direct goedkoop, en al zeker niet in bioversie, voor zover al beschikbaar.
PUUR NATUUR, ZONDER VUUR
Door Elke Van Gaeveren Uitgegeven door De Eenhoorn, 64p. ISBN 90-5838-337-7, €11,95 Ze echoën nog na, de discussies in de pioniersjaren van de natuurvoeding. Toen had je van die echt bevlogen vegetariërs die het woord ‘vleesvervangers’ uitspuwden alsof het een beschimmeld stukje seitan was. Vlees hoefde helemaal niet vervangen te worden, punt uit. Bij dit kookboekje merk je dat er ook bij de vegetariërs een nieuwe wind waait, waarvan overigens een initiatief als EVA (Ethisch Vegetarisch Alternatief ) het beste bewijs is. De titels van de recepten swingen als de beesten (sorry), met smeuige verleiders als zonnepaté, chili cheese, 32/ Seizoenen augustus 2006
We hebben hier dus te maken met een wel heel bizarre vorm van veganisme: een rauwkostdieet waarvan de ingrediënten nooit op een temperatuur zijn gebracht hoger dan 40°C opdat er niet het geringste levend enzympje zou worden gedood. Hoe wordt er dan wel ‘gekookt’ in de rauwkostkeuken? Door blenden (mixen) van een reeks ingredienten tot een pasta of saus, of door sappige groenten en fruit door de centrifuge te halen en als cocktail te drinken. Wanneer voor een gerecht zoals ratatouille de smakenmengeling beter tot zijn recht moet komen, wordt de schotel nog enkele uren in een droogoventje geschoven. Bij zo’n ander gerecht, het rauwkost-vega-alternatief voor het Engels ontbijt, zal je daardoor minstens 2 uur vroeger uit bed moeten… Met dit soort recepten elke dag aan de slag gaan, lijkt ons niet evident. Je merkt ook aan de schrijfster dat je beter (figuurlijk) aangestoken bent door een soort heilig vuur: De auteur eindigt haar boekje zelfs met een gedichtje ‘om over na te denken’. Ik vermoed dat er een nieuwe soort bevlogen vegetariërs is opgestaan. Nog twee uur wachten en het ontbijt is klaar! Luk Naets
DUURZAAM MET SMAAK Elke maand zetten we op de Velt website een seizoensgroente in de kijker. In juni was dat de asperge. Telkens is er ook een receptenwedstrijd waarbij amateurkoks ons hun favoriete recepten met die groente bezorgen. MEI: WARMOES
Door de lange winter was warmoes of snijbiet nog niet zo vlot verkrijgbaar in mei, maar toch kregen we tien leuke recepten toegestuurd. Na evaluatie door de jury kwamen de warmoeskoeken van Bettina Masure uit Linden als eerste uit de bus. Bettina is dus al geselecteerd voor de finale in november tijdens de Week van de Smaak.
grote koeken te maken. Leg wat van de vulling op een plakje, andere plakje deeg erop, toeduwen en met eigeel bestrijken. 20’ bakken in voorverwarmde oven op 180°C. Warm is goed, koud nog lekkerder. Dit gerecht roept bij een aantal mensen herinneringen op aan vakanties in Corsica of Turkije. Nog pittiger lijkt een versie met schapen- in plaats van geitenkaas, en daarbij nog eens 50 g pecorino…
Duurzaam met smaak is een onderdeel van een project, gefinancierd door het Departement Landbouw en Visserij - Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling van de Vlaamse Overheid.
WARMOESKOEKEN 1 pakje van 10 plakjes bladerdeeg - het groen van 5 stengels snijbiet - 200 g verse geitenkaas - 40 g boter - 2 sjalotten 2 eieren + eigeel voor het kleuren - 1 teentje look - beetje bieslook - peper en zout Haal het groen van de snijbietstengels en hak het wat fijn. Pel de sjalot en stoof zachtjes in een pan met wat boter. Voeg dan het groen van de snijbietbladeren toe. Pel de look en pers deze. Meng met de geitenkaas, voeg de sjalotten en de snijbiet hieraan toe. Doe alles in een pot op laag vuur gedurende enkele minuten en laat het water verdampen. Haal de pan van het vuur en voeg nu de eieren toe. Kruid met peper, zout en bieslook. Laat even afkoelen. Neem het bladerdeeg om van de 10 plakjes 5 Seizoenen augustus 2006/ 33
De volgende twee gerechten die bij de jury eveneens in de smaak vielen, zullen een aantal consumenten ongetwijfeld weer verzoenen met de toch wel heel veelzijdige warmoes: GROENTEMOUSSAKA MET WARMOES Ingezonden door Annemie Rubens 1 kleine rode peper - kuzu (wilde pijlwortel) of ander bindmiddel - 20 cl groentebouillon - 35 cl granenmelk - 125 ml sojaroom - 175 g geraspte gerookte tempé - zout, nootmuskaat - 1 kg aardappelen - 750 g warmoes - 500 g tomaten - 250 g bosuien - 2 teentjes knoflook - 1 bosje verse marjolein - olijfolie Halveer de rode peper, verwijder de zaadjes, snijd heel fijn. Roerbak in een wok met wat olie. Giet er langzaam de bouillon bij en vervolgens de granenmelk. Bind met wat opgeloste kuzu (of ander bindmiddel) tot de saus glanzend en romig is. Laat met het deksel op de pan nog 5 min op
laag vuur sudderen. Neem de pan van de kookplaat, roer de sojaroom en de fijn geraspte gerookte tempé door de saus. Breng krachtig op smaak met zout en nootmuskaat. Schil de aardappelen, spoel, droog af en schaaf ze in dunne plakjes. Spoel de warmoes, zwier droog en snijd in smalle reepjes. Ontvel de tomaten en snijd ze in dobbelsteentjes. Spoel de bosuien, maak schoon en snijd in ringetjes. Hak knoflook en marjolein fijn. Bestrijk een ovenvaste vorm met halfhoge rand met een olijfolie. Leg er afwisselend een laag aardappelplakjes, groenten en saus in. Kruid de aardappelen en de groenten telkens met een beetje zout en bestrooi met knoflook en marjolein. Giet op het laatst de overblijvende saus over de moussaka en strijk glad. Schuif de vorm op het rooster in de onderste richel van de koude oven en verwarm op 200°C. Bak de moussaka ongeveer 1 uur tot de aardappelen zacht zijn. WARMOES MET KLEUR Ingezonden door Myriam Middelkamp 1 kg warmoesstengels - 5 teentjes knoflook - 4 eetl. olijfolie - handvol gemengde noten - peper en zout naar smaak In dit recept kan ja alle soorten warmoes gebruiken. Het oogt mooi wanneer je een mengeling hebt van groene, rode en gele warmoes. Wanneer beschikbaar, of ter vervanging van snijbiet kunnen paardebloem, sla, spinazie, zuring, weegbree of brandnetel eveneens de pot in. Het recept kan worden geklasseerd onder
34/ Seizoenen augustus 2006
snelle hap met culinaire klasse, en is een kennismaking met een charmante ‘vergeten groente’. Was de groenten grondig en verwijder verlepte bladeren. Pel de knoflook en pers hem fijn. Verhit de olijfolie in een grote pan op een matig vuurtje en stoof heel even de fijngesneden knoflook. Onmiddellijk hierna de volledige warmoesstengels toevoegen. De warmoes vraagt heel wat plaats in de pan, maar zal na enkele minuutjes héél snel gaan slinken. Nu kan je het deksel op de pan zetten en het geheel nog zo’n 10’ laten stoven tot de groente gaar is. Ondertussen hak je de noten fijn in een blender. Deze notenmengeling ga je zachtjes roosteren. Hiervoor gooi je de mengeling simpelweg in een pan zonder olie toe te voegen, en wacht je tot de notenbrokjes lichtjes bruin beginnen te kleuren en een heerlijk aroma verspreiden. Haal de noten dan snel van het vuur en meng ze onder de groenten. Werk af met peper en zout. Een lekker en pittig alternatief verkrijg je wanneer je de noten vervangt door 4 à 6 ansjovisfilets op olie. Deze stoof je mee in de pan, samen met de warmoes. Extra zout is dan niet nodig. Serveren met volkoren pasta en bestrooid met geraspte parmesaan. Extra kleur verkrijg je door het gerecht te versieren met bloemblaadjes van goudsbloem, bieslook of bernagie.
Foto’s Nathalie Dulex. Seizoenen augustus 2006/ 35
JUNI: ASPERGES
ASPERGES ONDER EEN RODE ZON
Misschien was mei een betere maand geweest om asperges in de kijker te plaatsen. Aan het begin van het korte aspergeseizoen kunnen de aspergeliefhebbers er niet genoeg van genieten en hebben ze allicht meer zin in een of ander culinair experiment.
Bereidingstijd: 25’
Toch heeft de jury tussen de 7 ingezonden recepten enkele pareltjes gevonden die elkaar waard zijn. Uiteindelijk gaat Myriam Middelkamp uit Bertem met haar ‘Asperges onder een rode zon’ met de palm lopen. Zij mag zich al klaar houden voor de finale in november. Louis Van Criekinge uit Lint is uitgeloot en wint een Velt-publicatie naar keuze.
36/ Seizoenen augustus 2006
Nodig voor 4 personen 40 dunne aspergetoppen - een handvol basilicum - 8 tot 12 zongedroogde tomaten - 8 eetlepels olijfolie - 6 eetlepels witte wijnazijn - vers gemalen zwarte peper en zeezout - een handvol basilicum - een handjevol dille - 1 teentje knoflook Bereiding Asperges kunnen soms wat krom en dun uit de grond komen. Heb je zo’n exemplaren in je tuin of ergens gekregen, gekocht? Een heerlijke bereiding met de toppen van deze asperges wacht op jou. En... van het andere deel maak je een zachte roomsoep. Zorg dat je asperges nog vers zijn wat in dat geval hoef je ze niet te schillen. Na de aspergetoppen heel even gekookt te hebben worden ze gegrild. Dit kan zowel op de barbecue, in een grillpan als in de oven. Ik grill ze heel graag in de oven. Ik zorg ervoor dat ik altijd enkele stengels extra heb om te testen of ze lekker beetgaar zijn. Eens à point, schik ik als voorgerecht een tiental toppen per persoon op een bordje.
Als sausje meng ik 8 eetlepels olijfolie met 6 eetlepels ciderazijn en 8 tot12, in reepjes gesneden, zongedroogde tomaten. Onder deze ‘vinaigrette’ meng ik een handvol basilicum dat in een blender of een vijzel, samen met het teentje knoflook, werd fijngehakt. Het geheel wordt nu afgewerkt met grof gemalen zwarte peper en zeezout volgens smaak. Dit mengsel wordt verdeeld over de asperges (4 borden). Ten slotte bestrooi ik de bereiding met fijngehakte of - geknipte dille. Opmerkingen Deze ‘lauwe’ eenvoudige bereiding is verrassend als voorgerecht. De pure smaken zullen je verbazen. Samen met andere groenten kan je de bereiding opdienen in een gemengde vegetarische schotel. Het voorgerecht kan vergezeld worden van knoflookbroodjes. Commentaar van jurylid Jo De Bruyne: “Heerlijke eenvoudige smaken die allemaal te herkennen zijn in het gerecht en toch perfect samengaan. Ik maak ze vaak op identiek dezelfde wijze klaar, inclusief grillen! Je hoeft hiervoor niet enkel de punten te gebruiken, maar je kan evengoed de volledige asperge gebruiken. Als je de asperges zachtjes stoomt, hoef je zoveel water niet te verspillen en verbruik je aanzienlijk minder energie!”
Volgende twee recepten zijn de eervolle runners-up voor de maand juni: GROENE ASPERGES MET SCAMPI & CITROENOLIE Ingezonden door Louis Van Criekinge uit Lint Nodig voor 4 personen 8 scampi van ongeveer 80 g - 2 citroenen 1 knoflookteentje - 2 eetlepels koolzaadolie - 1 mespuntje chilipoeder - 500 g groene asperges - 20 g boter - 1 theelepel suiker - zout en peper. Bereiding De scampi pellen maar de staartjes laten zitten. Aan de rugzijde opensnijden en het darmkanaaltje verwijderen. De citroen fijn schillen (zonder wit), en de schil in kleine stukjes snijden, knoflook persen en beide met de olie vermengen. De asperges van het midden uit naar onder met een dunschiller schillen, en eventueel het harte einde verwijderen. De gekuiste asperges in licht gezouten water met suiker beetvast koken, en tussen een keukendoek afdrogen. Citroenknoflookolie verwarmen, scampi daarin kort aanbraden en met chilipoeder bestuiven. Boter verwarmen, asperges rondom aanbraden en met zout en peper op smaak brengen.
Foto aspergerij Nic X.
Seizoenen augustus 2006/ 37
Tip De asperges op de borden verdelen, per bord 2 scampi plaatsen met wat citroenolie bedruipen. Met een toefje radijskers of andere kiemen en een schijfje citroen versierd is het een goed tussengerecht. Commentaar van Jo De Bruyne: “Spoel groene asperges na het stomen of blancheren zeker af onder koud stromend water om het kookproces te stoppen en de groene kleur te bewaren. Wat wordt er trouwens bedoeld met radijsjeskersen? Ik heb er nog nooit van gehoord.” Opmerking van de redactie Scampi zijn uiteraard hét aquacultuurproduct onder de vissoorten, met heel wat ecologische nadelen: teloorgang van mangrovegebieden, waterverontreiniging en gebruik van antibiotica. Gelukkig zijn er nu ecologisch gekweekte scampi op de markt, te verkrijgen via de betere natuurvoedingszaken.
Scampi. Foto Francesca Francesca. 38/ Seizoenen augustus 2006
PASTA MET GROENE ASPERGES EN CITROENROOM
Ingezonden door Lisette Bossert uit Den Bosch (NL) Nodig voor 4 personen: 280 gram penne - 500 gram groene asperges - 125 ml crème fraîche (zure room) - 1 teen knoflook, geperst - 200 gram geraspte pecorinokaas 1 st. citroen, geraspte schil en sap - versgemalen peper en zout Bereiding Was de asperges. Breek de houtige onderkant af. Door met de hand te breken in plaats van te snijden verwijder je het hele houtige deel van de asperge. Snijd de asperges in stukken van zo’n 5 cm. Blancheer ze enkele minuten in kokend water. Spoel ze af met koud water en zet ze apart. Maak nu de saus. Warm de crème fraîche met de knoflook en citroenrasp langzaam op. Breng op smaak met zout. Laat de saus op de waakvlam van het fornuis staan. Kook de penne beetgaar en giet hem af. Voeg de saus toe met de asperges en pecorino. Roer goed, voeg naar smaak citroensap toe. Voeg flink wat versgemalen peper toe en serveer. Tip Erg lekker met versgebakken notenbrood en een salade van bladsla en verse
kortgekookte doperwten met verse geitenkaas. Aangemaakt met een deel van onderstaande dressing: 1,5 dl olijfolie - 1,5 dl maïsolie - 1 dl appelazijn - 0,4 dl appeldiksap - 2 st gedroogde tomaat - 1/2 bosje peterselie - 1 teen knoflook - versgemalen peper en zout Commentaar van Jo De Bruyne: “Omdat ik zo’n grote pastafan ben. Ook hier dezelfde opmerking over stomen in plaats van koken/blancheren. In het recept wordt crème fraîche gebruikt. (Vlamingen dreigen dan te denken dat het slagroom is, maar dat klopt niet, red.) Dit is zure slagroom, minstens 35% vet. Je zou ook zure room kunnen gebruiken. Die bevat minstens 20, max. 35% vet. De smaak is ongeveer gelijk. Door de vermenging met de pasta dikt de room verder in, zodat je ook room met een lagervetgehalte kan gebruiken: meteen goed voor de calorieën. Verder zou ik bij dit gerecht dat fris van smaak is niets serveren omdat de smakencombinaties anders te ingewikkeld worden. Zeker de verse geitenkaas kan niet concurreren met de sterke en zoute smaak van de pecorino, dus die gaat eigenlijk verloren. Geef eventueel een salade vooraf als voorgerecht en om voldoende groenten naar binnen te werken.”
STUUR ONS JE RECEPT EN WIN!
Voor de receptenwedstrijd kijken we uit naar recepten met tomaten (augustus) en venkel (september). Elke maand verloten we een publicatie van Velt naar keuze tussen àlle inzendingen. Maandelijks publiceren we de drie beste recepten op de website. De allerbeste per maand komt in aanmerking voor één van de drie prijzen: van een lekker etentje uit voor twee tot een biologisch feestpakket om een feestje te bouwen met je vrienden. Meer info vind je op onze website: www.velt.be/duurzaammetsmaak of stuur je recept naar Receptenwedstrijd, Velt, Uitbreidingsstraat 392 C, 2600 Berchem.
Foto Daniël West. Seizoenen augustus 2006/ 39
VANDANA SHIVA KOMT! Vandana Shiva ijvert voor landbouwwetenschappelijk onderzoek ten dienste van de boeren. Ze trekt ten strijde tegen de mondiale trend om zaden en andere levensvormen te patenteren en beschermt biodiversiteit, boerenrechten en promoot biolandbouw. Zo wordt een link gelegd tussen zaad en keuken, tussen biodiversiteit en gastronomie, zo vieren we de kwaliteit en culturele diversiteit van onze voeding.
Vandana Shiva (°Verdant vallei, Dehradun, 1952) studeerde natuurkunde aan de universiteit van Western Ontario en schreef een doctoraatsthesis over “hidden variables and non-locality in quantum theory”. Later schakelde ze over naar interdisciplinair onderzoek in wetenschap, technologie en milieupolitiek. Dit onderzoek verrichte ze aan het Indian institute of management in Bangalore. In 1982 stichtte ze een onafhankelijk instituut, The research foundation for science, technology and ecology in Dehra Dun. Toegespitst op kwaliteitsvol en onafhankelijk onderzoek om de belangrijkste ecologische en sociale thema’s van onze tijd. Men werkt er nauw samen met lokale gemeenschappen en sociale bewegingen. In 1991 stichtte ze Navdanya, een nationale beweging om de diversiteit en integriteit van levende materie, in het bijzonder inheemse zaden, te beschermen. In haar boeken, The violence of the green revolution en Monocultures of the mind, gaat ze in tegen het dominante paradigma van niet-duurzame groene revolutie landbouw. Dr Shiva’s bijdragen aan gender issues zijn nationaal en internationaal erkend. Haar boek, Staying Alive veranderde het westerse beeld van derdewereldvrouwen ngrijpend. http://nl.wikipedia.org/wiki/Vandana_Shiva 40/ Seizoenen augustus 2006
Vandana Shiva spreekt op vrijdagavond 3 november in Leuven over biodiversiteit, agrobiodiversiteit en zaadautonomie. Zodra de locatie bekend is, vind je meer info op www.velt.be. Deze avond is een organisatie van Velt, Wervel, Vredeseilanden, Intach, Greenpeace en enkele Vlaamse bioboeren. TELERSSELECTIES
Zaden en plantgoed zijn het essentieelste productiemiddel in de land- en tuinbouw. Tot vóór enkele tientallen jaren gebeurde de zaadproductie door de boer op het eigen bedrijf. Telers selecteerden rassen die het goed doen. De omstandigheden verschillen van streek tot streek, van bedrijf tot bedrijf. Dus verschillen ook de geselecteerde rassen. Zo ontstonden landrassen en telersselecties. Heel wat van deze lokale landrassen of telersselecties gingen verloren: • Bedrijven specialiseerden zich waardoor er nog maar weinig tijd overbleef voor de selectie en productie van eigen zaaizaad. Veel boeren hebben geen opvolger meer die de productiemethoden van de vorige generatie voortzetten. Zo verdwijnen vaak de telersselecties en de deskundigheid om ze in stand te houden. Dit is momenteel het geval voor een aantal groenteproducerende bedrijven en voor vollegronds witloofbedrijven. • Professionele veredelaars zoeken naar
nieuwe rassen met andere eigenschappen. De rassen passen in het huidige marktsysteem, maar er is maar weinig aandacht voor rassen met bijzondere eigenschappen. Die nieuwe rassen vervangen vaak de oude rassen die door niemand in stand gehouden worden. • Er is steeds meer vraag naar traceerbaarheid en regelgeving. De teler moet vaak de herkomst van zijn zaad- en plantgoed bewijzen aan de hand van gecertificeerde documenten, wat niet altijd kan met eigen selecties. • Internationale regelgeving is gemaakt op maat van grote zaadbedrijven. Zij hebben er alle belang bij om te zorgen dat boeren zaad aankopen, in plaats van zelf kweken. Zo rinkelt de kassa. Het belang van telersselecties: • Telersselecties bevatten vaak unieke genen die een noodzakelijke bron zijn voor nieuwe variabiliteit. Ze zijn dus belangrijk voor de plantenveredeling. Plantenveredelaars weten dat en ze maken allemaal een genenbank aan van de gewassen waarmee ze werken.
wordt vaak vergeten. De diversiteit in dierenrassen en plantenrassen voor de landbouw is ook belangrijk. AGROBIODIVERSITEIT
Agrobiodiversiteit is levend erfgoed. Het draagt in zich de vindingrijkheid en de creativiteit van vele generaties. Belgian endives, Brussels sprouts, la luzerne flamande, diverse regionale klaverselecties,… waren en zijn tot ver buiten onze grenzen bekend. Deze selecties behoren tot ons nationaal erfgoed, evenzeer als ons patrimonium aan gebouwen, landschappen. Link: www.vshiva.net
Info: Greet Tijskens
[email protected]
Vandana Shiva spreekt op vrijdagavond 3 november in Leuven. Een aanrader! Foto © Remi Boisseau / IF Fes-meknes.
In het beste geval zitten telersselecties dan ook veilig opgeborgen in de bank, zodat ze niet verloren gaan. In die bank kunnen ze echter niet meer evolueren. Het is nodig om gewassen te bewaren op het land, al telend, niet in een genenbank. De unieke eigenschappen moeten tot uiting kunnen komen. • Telersselecties maken deel uit van de botanische biodiversiteit. Er bestaat goede wil in de maatschappij om de spontane biodiversiteit te beschermen en bewaren, maar de agro-biodiversiteit Seizoenen augustus 2006/ 41
• Gezocht: serre, geen tunnelserre, min. 10-15 m2. Zuid-WestVlaanderen, Filip Lanszweert, 0475 97 22 03. • Te koop: zuivere bijenhoning uit eigen bijenstand in potten van 500 gr. René Van Haute, 0494 77 39 90. Zwijndrecht (bij Antwerpen). Kweeperen vanaf eind augustus. • Te koop: jonge Ronquières kalkoenen. Sterk ras, goede graseters. Daems-Mattheussen, 016 69 67 34. • Te koop: jonge kippen, ras: Brakel in verschillende kleuren. Karel Mans, 03 666 76 82. • Te koop: lammeren van witte melkgeiten. patrick Deroo, 057 33 94 49. • Te koop: Skudde schapen - 1 boklam en 1 ooilam van 2006 en 1 ooilam van 2005. taai, sober en klein landschapsras. Lammert geheel zelfstandig. 75/st. Zoutleeuw, Martine Bauwens en Peter Van Gestelen, 011 70 71 51. • Te koop: elektr. laspost merk Decca - Jonge hanen Brahma (geb. mei 2006). De Clerck Johny, 0478 28 09 56. • Gezocht: overnemer voor klein import- en distributiebedrijf van biologische droogwaren. Mooie, gekende kwaliteitsmerken met veel potentieel, trouw klanten42/ Seizoenen augustus 2006
van vorig jaar). Prijs otk. Marcel Deprins, Molenheide 55, 1981 Hofstade, 015 60 05 01.
ZOEKERTJES bestand van natuurvoedingswinkels, biosupermarkten en resto’s. Enkel overname van clientèle en voorraad (geen personeel, geen roerend of onroerend goederen, geen aandelen, ...). Onmiddellijk vrij. Begeleiding en nazorg verzekerd. 0498 11 23 58 (indien niet ernstig zich onthouden aub). • Te koop: kruiwagen met doornbestendige band (ideaal voor doornhaag). De kruiwagen is een jaartje ouder, 2 jaar geleden groen geschilderd, bovenaan beetje verroest, bandje in perfecte staat): 8.2. Halfopen nestkastjes in houtbeton voor halfholenbroeders zoals winterkoninkje, roodborst, kwikstaart en vliegenvanger: 8/stuk. 0486 65 77 35 (Gent-Eeklo) - bellen voor 19u. • Gezocht: mensen die in een ecologisch huis wonen (steen, houtskelet, passief, leem,...) en mij hun ervaringen willen bezorgen (positief en negatief ). Ook ervaring met architecten. Ik woon in O-Vl. Brigitte De Maerteleire, 09 374 24 23 of
[email protected] ov.be. • Te koop: 100 pakjes hooi (50 st
• Te koop: manuele fruitmolen (appels-peren) en kitzinger fruitpers (40 l.) in hout. Goede st. 350. gratis: 2 mandflessen (54 l.), 2 plastic containers voor wijn (60 l.), wijnfilter Vinamat en draagrek flessen. Philip Monsieux, 02 269 22 01. • Te koop: Grimbergen: Gezellig rijhuis, 4a.30, instapklaar. Tot bewoonbare opp 160 m2. Zuidgerichte zonnige tuin, met mooi uitzicht, biomoestuin sinds19 jr. Vraagprijs : 250.000. Cecile, 02 286 17 04 of 0485 85 21 22. • Gezocht: belangstellenden voor mailgroep met thema mulchen in de moestuin à la Ruth Stout. Om info en kennis uit te wisselen. Verder zoek ik een bio-tuin ‘vriend’ in de buurt van Longuyon Frankrijk (bij Belgische grens) ook om info uit te wisselen.
[email protected]. • Gezocht: wij zijn op zoek naar een stukje grond (50-60m2) in Gent (west) om als ecologisch moestuintje te bewerken en wat kippetjes op te houden. 0494 28 00 65,
[email protected]. • Te ruil: buitenverblijf. Wie heeft er ergens een buitenverblijf en wil met ons ruilen? Vierves sur-viroin (Couvin), één van de mooiste dorpjes van Wallonië
(www.pbvw.be). Prachtige wandelingen in unieke fauna en flora, voor bloemen- en vogel- liefhebbers. 03 440 89 72, 0479 70 62 14,
[email protected]. • Te koop: zelf te plukken appels en peren (onbespoten) uit hoogstamboomgaard. Regio Pajottenland. Jan van Ransbeeck, 054 33 13 30. • Gezocht: frambozenplanten (die rijp zijn half juli) en aardbeiplanten doordragers. Eddy Nauwelaerts, Rotselaar, 016 58 04 77 • Te koop: wijnmakersmateriaal, o.a. fruitpers en flessen. Robert Barel, Lennik, 02 532 48 66 • Te koop: 20-tal lorken balken + 6tal oude eiken balken afkomstig van klooster. Vraagprijs voor de gehele partij = 2000. Het transport is zelf te voorzien. Af te halen te Tielt-Winge. Voor meer informatie: Anita Kelchtermans, 0479 77 50 44
LAST GEHAD VAN EEN MOLLENPLAAG?
Heb je dit jaar last gehad van een massale mollenplaag? Is je gazon, je siertuin of je moestuin overhoop gehaald door de aanwezigheid van mollen? Dan kom je misschien in aanmerking om samen met ons een nieuw milieuontziend afweermiddel – “de Mollebollen” – uit te proberen. Volgens de leverancier zijn het bijzondere bloembollen met een specifieke geurstof die mollen doet vluchten. Velt wil letterlijk de proef op de som nemen en selecteert 6 Velt-leden uit om volgens een vooraf overeen te komen methodiek dit najaar de Mollenbollen aan te planten. De indicatieve testbevindingen van de deelnemers worden in de loop van 2007 verwerkt in de rubriek ‘Uit de praktijk’. Wens je je kandidaat te stellen om aan deze producttest deel te nemen, stuur dan een mailtje met je mollenverhaal aan:
[email protected] Foto Wendy Pastorius.
Zoekertjes zijn voorbehouden aan leden. Contactadvertenties, publiciteit voor vakantieverblijven, immobiliënberichten zonder ecologische meerwaarde en commerciële activiteiten worden niet aanvaard. Schrijf naar Velt of e-mail
[email protected]. Seizoenen augustus 2006/ 43
CONSUMENTENNIEUWTJES VOEDINGSMIDDELEN GETEST
Tijdens de laatste maanden zijn in ÖkoTest (OT) weer heel wat voedingsproducten getest, met een flink aandeel biologische. Voor de ecologische consument zijn de resultaten van zulke tests een pak boeiender dan deze over het zoveelste cosmeticum waarvan de gangbare versies bol staan van de ongewenste bewaarmiddelen, emulgatoren en synthetische geurtjes. Daarom: back to basics, als het ware.
Foto Alfonso Diaz
Appelen Leveranciers van vitamine C, belangrijke secundaire plantenstoffen, en nuttige ballaststoffen zoals pectine en cellulose: daardoor verdienen appels dagelijks op het menu te staan in een evenwichtig
44/ Seizoenen augustus 2006
voedingspatroon. Binnenkort komt de oogst van deze vruchten weer op gang. Om zo lang mogelijk van de geoogste appelen te kunnen genieten, worden ze bewaard in koelcellen met ‘gecontroleerde atmosfeer’: een combinatie van een lager zuurstofgehalte, meer koolstofdioxide en een temperatuur van 4 à 5 graden. Wanneer de binnenlandse oogst ontoereikend is of in de lente op raakt, wordt het aanbod aangevuld met import uit Zuid-Europa, Zuid-Amerika en Nieuw-Zeeland. OT heeft 25 stalen Jonagold en Braeburn-appels naar het labo gestuurd. Ze zijn getest op de aanwezigheid van residu’s van 450 pesticiden. De resultaten zijn beter dan drie jaar geleden. Negentien stalen krijgen een zeer goede beoordeling omdat ze geen of slechts minieme sporen van enkele pesticiden bevatten. Hierbij zitten (zoals verwacht) de 6 biologische appelen. Dat is vooral een goede zaak omdat de schil en het buitenste vruchtvlees van een appel 2,5 tot 6 keer meer vitamine C bevat dan het binnenste van de vrucht. Biologische appels kunnen dus met gerust gemoed ongeschild worden gegeten. Slechts 1 appel - een Braeburn uit Frankrijk - valt volledig door de mand: er zitten residu’s op van liefst 9 verschillende pesticiden,
waarvan 2 met sterk verhoogde waarden en 1 zelfs de wettelijke norm overschreed. Om appels er frisser en meer kleurrijk te laten uitzien, zelfs maanden na de oogst, beschikken gangbare fruithandelaars over het product SmartFresh op basis van de vluchtige organische verbinding MCP (methylcyclopropyleen). Deze stof is sinds kort als bestrijdingsmiddel toegestaan, terwijl ze voordien al als bewaarmiddel mocht worden ingezet. Het product laat geen aanwijsbare sporen na, maar wordt volgens fruitexperten nog niet massaal gebruikt omdat er ook nadelen aan vastzitten: het aroma van het fruit wordt er evenzeer door onderdrukt. Tomaten Een groeiend aandeel van de gangbare tomaten groeit niet meer in aarde op, maar in voedingssubstraat gemengd met steenwol, kokosvezel of vulkanisch gesteente. Daarbij worden water en voedingsstoffen toegediend naargelang de behoefte van de plant. Deze moderne teeltwijze slaagt er evenwel niet in het gebruik van pesticiden uit te schakelen. Drie vierde van de 25 door OT onderzochte soorten tomaten bevatten residu’s, en meestal meer dan een. Twee soorten overschrijden zelfs de ruimere wettelijke marges voor geïmporteerde producten. Vier van de vijf biologische tomaten doen het uitstekend, maar op een staal Italiaanse biotomaten
Foto Frank van den Berg. die zijn gekocht bij discounter Wal-Mart zijn niet minder dan 5 pesticiden aangetroffen, waarvan er 2 duiden op een rechtstreekse behandeling. Indien dit geen vergissing is, kunnen we spreken van misleiding van de consument, vindt ÖT. Een mogelijke verklaring kan zijn dat de meeste discounters weinig vertrouwd zijn met de kwaliteitszorg rond bioproducten. Sla Omdat diverse slasoorten in toenemende mate als fris, knapperig voor- of bijgerecht worden gesmaakt, heeft OT dit voorjaar 33 stalen ijsbergsla, rucola, kropsla en lollo rossa laten onderzoeken op behandelingen met pesticiden en het gehalte aan nitraat, dat in het lichaam wordt omgezet in het giftige nitriet. Negen slastalen zijn biologisch geteeld. De ijsbergsla komt overwegend uit Spanje, de overige uit Italië, Frankrijk en … België. Negentien sla’s waaronder 7 biologische scoren goed tot zeer goed voor alle criteria, terwijl er acht belast zijn met verhoogde
gehaltes aan pesticidenresidu’s. Vooral de drie Belgische gangbare kropsla’s (Flandria, Van Dijk Foods en Reo) doen het bedroevend slecht met respectievelijk residu’s van 3, 12 en 6 pesticiden én overschrijdingen van de wettelijke normen. Daarnaast zijn ze ook nog eens nitraatbommen. Ten slotte zijn de twee overige biologische sla’s niet onbesproken: een Duitse Demeter kropsla heeft ook een vrij hoog nitraatgehalte, en een Italiaanse bio-rucola is blijkbaar opgekweekt in grond die tegen alle bioregels in met methylbromide is ontsmet. Luk Naets NIEUWE WEBSITE VELT NEDERLAND
Een bezoekje waard. Hij is fris, verhelderend, duidelijk, uitdagend en een lust voor het oog. Laat alle nieuws en indrukken op je inwerken en mail ideeën, suggesties of kritische opmerkingen naar:
[email protected]. De site is ontworpen door José Vorstermans. Adres? www.veltnederland.nl Annelies Wijts-Verbocht Seizoenen augustus 2006/ 45
ORIGIN’O: EEN NIEUW WINKELCONCEPT In Gent, Drongen en Leuven waait sinds enkele maanden een frisse wind door het biolandschap. Drie bestaande natuurvoedingswinkels werden er omgedoopt tot Origin’O-winkels. Binnenkort kunnen ook de Bruggelingen gaan shoppen bij Origin’O. Is deze nieuwe winkelketen wel zo origineel als de naam laat uitschijnen? Wij vulden in het gezelschap van coördinator Yves Van Puymbroeck een winkelmandje in Origin’O Gent. “De beleving in de winkel staat bij ons centraal”, steekt Yves Van Puymbroeck van wal. “We spelen bewust met licht, kleuren, vormen en beelden. Die elementen zijn bepalend voor de sfeer. Als die goed is, blijven de klanten langer hangen en kopen ze meer. Dat is voor elke winkelier een welkom geschenk. We leggen bewust de nadruk op ‘lekker’ en ‘vers’ en proberen met onze eigen-
tijdse look & feel meer jonge mensen aan te trekken, zodat we een ruimer publiek bereiken dan de traditionele natuurvoedingswinkels. Het is dus geen toeval dat onze eerste winkels de deuren openden in twee studentensteden.” Wie kwam met dit concept op de proppen? Yves Van Puymbroeck: “Micheline De Dapper zocht als zaakvoerster van Vrouw Holle in Leuven een formule die toekomstperspectieven bood voor haar eigen winkel en de buurtnatuurvoedingswinkels in het algemeen. Ze vertrok vanuit de vaststelling dat de natuurvoedingssector het moeilijk heeft en dat er weinig jonge mensen bereid zijn om in het helse werkschema van een zelfstandige winkelier te stappen, met werkdagen van zeven uur ’s morgens tot acht uur ’s avonds, ook op zaterdag. Ze wou een initiatief starten waardoor het een stuk gemakkelijker wordt om een winkel te runnen en vond een bondgenoot in Frederik Dossche van De Hobbit (producent van bio-vleesvervangers). Ze hebben samen een vennootschap opgericht die eigenaar is van de winkels. Heel veel gebeurt centraal: de winkelinrichting, de bestellingen, de marketing, de informatica, de boekhouding, het beheer van de klantengegevens en het personeelsbeleid. Zo kunnen de mensen in de winkel bezig zijn met de essentie: hun klanten en producten.” Wat is jouw rol bij Origin’O? “Ik deed organisatorische ervaring op bij E5-mode (textiel, 71 winkels) en Fun Belgium (speelgoed, 25 winkels). Micheline De Dapper en Frederik Dossche
46/ Seizoenen augustus 2006
vroegen me om de opstart van Origin’O te begeleiden als adviseur voor het kassagebeuren en de inrichting van de winkels. Daarna volgde de vraag of ik het concept mee wou helpen uitbouwen. Ik voelde al langer een grote affiniteit met gezonde voeding en vond de uitdaging heel boeiend. Sinds november 2005 ben ik voltijds aan de slag bij Origin’O.” Wat is er zo origineel aan Origin’O? “We hechten veel belang aan informatieverstrekking en trekken dat consequent door in onze winkels. De routing is zorgvuldig uitgekiend. Bij het binnenkomen vinden de klanten eerst de ontbijtproducten, daarna worden ze naar de verstoog geloodst waar ze brood, kaas en vegetarische bereidingen kunnen kopen. Links van die toog staan de droogwaren, ecologische onderhoudsen verzorgingsproducten en dranken. Boven elk rek prijken bordjes waarop vermeld staat wat er precies te vinden is We zouden het liefst van al alleen per en bij elk product hoort een schapetiket mail werken, maar uit veel studies blijkt met extra informatie, bijvoorbeeld of het dat elektronische nieuwsbrieven nog biologisch is of niet. Zowat 97% van de sneller ongelezen in de prullenbak vervoedingswaren dwijnen dan padie we verkopen “De sfeer in de winkel bepaalt pieren. Daarom zijn biologisch. hoe lang klanten er vertoeven” laten we onze De overige 3% Yves Van Puymbroeck van Origin’O klanten kiezen.” zijn producten waarvan er geen biologische versie be- Hoe zie je Origin’O evolueren? staat.” “We willen bestaande natuurvoedingswinkels geen concurrentie aandoen Via welke kanalen communiceren jullie maar lonken vooral naar witte vlekken. met de klanten? In Brussel en Wallonië zijn die er zeker. “Dat gebeurt in de eerste plaats in de Als mensen naar ons stappen om de toewinkels, aan de verstoog of de kassa. komst van hun winkel te verzekeren, dan Onze mensen zijn duidelijk herkenbaar bekijken we samen of ons concept een en staan altijd paraat om advies te geven gepast antwoord is op hun vraag.” of vragen te beantwoorden. Daarnaast verspreiden we onder onze klantenkaart- Origin’O Gent houders een maandelijkse nieuwsbrief. Kortrijksesteenweg 148, 9000 Gent
Tekst en foto’s Frederika Hostens.
www.origin-o.be
Seizoenen augustus 2006/ 47
DUURZAME CHOCOMELK SLAAT BRUG TUSSEN NOORD EN ZUID Net voor de Bioweek stelden Vredeseilanden, Oxfam Wereldwinkel (OWW) en Biomelk Vlaanderen een nieuw product voor aan de pers. Wij proefden van deze chocomelk die er ogenschijnlijk gewoon uit ziet, maar die een heel verhaal met zich meedraagt. Een 100 % biologisch product met als hoofdingrediënten halfvolle melk van een coöperatie uit Vlaanderen en ongeraffineerde rietsuiker en cacaopoeder, fairtradeproducten uit het Zuiden. Deze duurzame chocomelk is een uniek product in Vlaanderen. Hoe kwam dit project tot stand? Mieke Lateir, projectcoördinator duurzame producten bij Vredeseilanden: “De Belgische bioboeren willen al langer betrokken worden bij de wereldwinkelproducten. De biologische pioniers hadden immers veel aandacht voor fairtrade: eerlijke prijzen en inkomens. Met het groeien van de biosector, is deze norm wat op de achtergrond geraakt. Nu zien we opnieuw een tendens waarbij de biosector fairtrade als norm opnieuw belangrijk vindt. Dat zie je bijvoorbeeld ook in het lastenboek van Ifoam (de internationale koepel voor biolandbouw) waar sociale normen zijn opgenomen als richtlijnen. Anderzijds erkennen organisaties zoals OWW dat milieunormen inherent zijn aan duurzame ontwikkeling. Dat wordt concreet in de biologische productie. Maar nu zonder meer de bioboeren uit het Noorden een fairtradelabel geven, 48/ Seizoenen augustus 2006
ligt moeilijker. Ze werken met subsidies en hebben al heel wat sociale voordelen. In het Zuiden moet nog hard moet gewerkt worden aan arbeidsrechten. Een grote kloof dus en aan beide kanten het besef dat samenwerken de eigen werking versterkt.” Dankzij het landbouwprogramma Vlaanderen kan Vredeseilanden in 2006 3 fairtradeproducten ontwikkelen met duurzame producten uit het noorden. Chocomelk is het eerste. Een melkcoöperatie uit het noorden (Biomelk Vlaanderen), een melkerij (Olympia) die meteen bereid was om af te vullen in retourflessen, en OWW dat al een tijdje met het idee speelde om een verwerkt melkproduct in het assortiment op te nemen, werken mee aan dit project. De ingrediënten voor de chocomelk worden geleverd door boeren uit Paraguay, de Dominicaanse Republiek en België. PARAGUAYAANSE RIETSUIKER
De biologische rietsuiker komt uit Paraguay. Boeren uit drie coöperaties Manduvira, Arroyense en Montillo, leverden tot 2005 hun gangbare suikerriet aan een fabriek. Dat vlotte niet zo best. Nu telen ze biologische suiker en verwerken die zelf. Daardoor kunnen de boeren de suiker ook zelf verkopen. Voor het andere deel krijgen ze via fairtrade een goede prijs. Dit garandeert hen een menswaardig inkomen.
DOMINICAANSE CACAO
De cacao komt uit de Dominicaanse Republiek. In 1998 vernielde de orkaan George 80% van alle cacaobomen. Conacado, een koepel van 130 coöperaties met ongeveer 9000 leden trok toen de kaart van biologische cacao. De boeren werken samen om de oogst te vervoeren. Ze staan sterker bij prijsonderhandelingen en kunnen de kwaliteit van hun product verbeteren. MELK UIT VLAANDEREN
De coöperatie Biomelk Vlaanderen levert de melk voor dit fairtradeproduct. Tot 1999 was er in Vlaanderen geen gestructureerde afzet voor biomelk. De weinige bedrijven die toch biologische
melk produceerden, organiseerden hun afzet zelf. Ze kozen dan vaak meteen voor het zelf verwerken van hun melk. Een zeer arbeidsintensieve activiteit die bovendien de nodige vakkennis vereist. Deze manier van werken bood slechts een oplossing voor een beperkt aantal bedrijven. Vanaf 1999 organiseerde Biomelk nv uit Vielsalm voor het eerst een ophaling van biologische rauwe melk. Deze nieuwe afzet stimuleerde een 20-tal bedrijven om om te schakelen. Door bedrijfseconomische moeilijkheden bij Biomelk nv werd de samenwerking eind 2001 opgeschort. In februari 2002 werd BioMelk Vlaanderen cvba opgericht met 23 Vlaamse
Deelnemende coöperanten van Biomelk Vlaanderen. Seizoenen augustus 2006/ 49
biologische melkveehouders. Anno 2006 telt de coöperatie 21 Vlaamse en 15 Waalse melkboeren. Samen produceren ze zo’n 11 miljoen liter biomelk per jaar. Zijn er gangbare boeren die willen omschakelen en aanslutien? Paul Verbeke, coördinator afzetproject biomelk (Belbior): “Er zijn momenteel weinig omschakelende boeren. Wellicht zijn de afzetproblemen tussen 2002 en 2005 hiervan de oorzaak. De problemen zijn nu voorbij zodat we mogen verwachten dat er opnieuw meer boeren de stap naar bio zullen durven zetten.”
Foto Adrian Becerra.
Waar kan ik producten met de melk van Biomelk Vlaanderen kopen? Paul Verbeke: “Melk, yoghurt en kaas zijn de drie belangrijkste producten waar je deze melk kan in aantreffen. Klant van het eerste uur is Mik. Dit familiebedrijf uit Kruishoutem maakt met de melk yoghurt en platte kaas onder het merk ‘Pur Natur’. De Damse
Kaasmakerij verwerkt de melk tot enkele heel lekkere kazen: Damse Brie, Damse Kruidenbrie, Damse Mokke, Briodor natuur, Briodor met peper en knoflook, Briodor met daslook, Briodor light. Ze worden verdeeld door Biofresh en Maartens’ Kaas en die leveren aan heel wat natuurvoedingswinkels. Verder wordt melk geleverd aan melkerij Olympia in Herfelingen. Die maakt er chocomelk van, zowel voor Mik-Pur Natur, Biotime als voor Oxfam.” Wat betekent de oxfam-chocomelk voor Biomelk Vlaanderen? Paul Verbeke: “Qua afzet in volume betekent die chocomelk niet zoveel, zeker niet op korte termijn en wellicht ook niet op lange termijn. Maar de diversificatie in afzet is wel heel belangrijk om schommelingen in vraag en aanbod beter te kunnen beheersen. Afstemming tussen vraag en aanbod is ook des te gemakkelijker te verwezenlijken met lang houdbare producten (de chocomelk kan je 5 maanden bewaren). Verder ga ik er van uit dat Oxfam ‘eerlijke’ prijsafspraken maakt. Ook dat is belangrijk. Naar mijn gevoel is deze chocomelk vooral belangrijk omwille van zijn symbolische verbondenheid tussen producenten in Noord en Zuid. Ik ben vrij zeker dat ook een aantal biologische melkveehouders hier zo over denken en hier gevoelig voor zijn, al zal dat natuurlijk voor iedereen anders zijn.” Nadia Tahon
50/ Seizoenen augustus 2006
DE VLIEGENDE START VAN BIO MET KLASSE Hoe teel je appels zonder pesticiden? Proef je een verschil tussen bio-yoghurt en andere yoghurt? Hoe maak je guacamole en biolimonade? In ‘bio met klasse’ leren jongeren tussen 12 en 18 jaar interessante feiten en de basisprincipes van biolandbouw en voeding. Speelse activiteiten, zoals proeverijen en een schakelspel over landbouw en natuur, worden aangevuld met onderzoek en gespreksmethodieken rond de bioboerderij, dierenwelzijn, bioyoghurt… Het lesmateriaal en de ondersteunende website zijn leuk opgesteld voor leerkrachten én leerlingen. Alle Vlaamse ASO-scholen ontvangen in september één gratis lespakket. Andere scholen kunnen een pakket aanvragen bij Velt of downloaden op www.biometklasse.be.
PROEFKONIJNEN
Ondertussen is een groep leerlingen ijverig op zoek naar insecten in de bioboomgaard van de familie Frisque in Neerijse. Die moeten ze proberen vangen en determineren aan de hand van de lesfiche uit het lessenpakket. De buit bestaat uit bladluizen, duizendpoten, fruitmotten... Om fruitmotten te vangen, gebruiken ze een val. “Hoe zo’n val werkt, moeten ze straks tonen aan minister-president Leterme” fluistert Luc Van de Weerde, “maar dat weten ze nog niet.” Als hij merkt dat zijn proefkonijnen enthousiast zijn én bovendien slagen in hun opdracht, haalt hij opgelucht adem.
6 juni 2006. Velt presenteert Bio met klasse aan het grote publiek. Leerlingen van de middenschool van het KA Boomgaard in Turnhout duiken de bioboomgaard van de familie Frisque in Neerijse in op zoek naar fruitmotten en ze trakteren Yves Leterme op koolrabisoep. “Vandaag is het voor mij extra spannend”, zegt Luc Van de Weerd, leraar Nederlands én bioliefhebber. De leerlingen van de tweede Latijnse zijn vandaag zijn proefkonijnen. Luc werkte mee aan het biolessenpakket ‘Bio met klasse’. Hij is lid van de werkgroep. “Na vandaag weet ik of ik geslaagd ben”, lacht hij. Seizoenen augustus 2006/ 51
RESULTATEN GROTE LEDENENQUÊTE 2005-2006 JE WORDT OUDER, PAPA!
Het is weeral van 1999 en 1989 geleden dat we de laatste keren hebben gepeild naar het profiel van onze leden, wat ze zo boeiend vinden bij Velt, en welk hun mogelijke wensen zijn voor de toekomstige werking. Van de 400 lukraak gekozen aangeschreven leden, hebben 60% hun enquêteformulier ingevuld teruggestuurd: een even hoge respons als bij de vorige enquêtes. Hiervoor onze welgemeende dank! De formulieren zijn dit voorjaar verwerkt door Willem Deboeck, een enthousiaste student marketing. Uit zijn eindrapport nemen we met plezier ook een aantal relevante opmerkingen en aanbevelingen over. Bij het profiel van de leden valt op dat de gemiddelde leeftijd versneld opschuift. Hij bedraagt nu 54,5 jaar, ruim vijf jaar meer dan in 1999 en bijna tien jaar t.o.v. 1989. Dat bijna 40% van de leden gepensioneerd is of met brugpensioen, is dan ook niet verwonderlijk. Drie kwart van de leden zijn nog altijd mannen, maar bij het kwart vrouwen is 58% wel jonger dan 50! Wat de scholingsgraad betreft zitten de Veltleden ver boven het Vlaamse gemiddelde, met 53% die een diploma hoger onderwijs bezitten. Dat verklaart tevens dat de helft van de leden een netto maandinkomen heeft van meer dan € 2500. Vier leden op tien zijn ook nog eens lid van Natuurpunt en/of een culturele vereniging, de Gezinsbond of een vakbond. 52/ Seizoenen augustus 2006
Onze leden luisteren overwegend naar radio 1 en 2, en Klara, en ze kijken vooral naar één of Canvas. Bij de 2/3 van de leden die dagelijks een krant lezen, is De Standaard het populairst, gevolgd door De Morgen en Het Nieuwsblad. Bij de weekbladen scoren Knack (37,8%) en Humo (34,3%) naar verwacht zeer hoog, maar ze eindigen toch achter Kerk en Leven (43,3%). Van de Vlaamse politieke partijen blijft Groen! het meest populair, maar slinkt haar ruime voorsprong ten voordele van de oprukkende CD&V en SP.a. Alle overige partijen gaan erop achteruit, en de twee extreemste -PvdA en Vlaams Belang- krijgen van slechts 7% van de Velt-leden goede punten. TROUWE LEDEN
Velt-lid ben je voor het leven, of toch zeer lang: 51% is langer dan 10 jaar lid, 1 op 4 al meer dan 20 jaar! De meest aangehaalde redenen om lid te worden (en te blijven) zijn de sympathie voor het ecologisch gedachtegoed en Seizoenen, daarna volgen de aankoop van zaden en meststoffen, om op de hoogte te blijven van recente ecologische ontwikkelingen, en de afdelingsactiviteiten. De opvallendste gelijkenis tussen reden van lidmaatschap en leeftijd is dat hoe ouder men is, men meer aangeeft dat men ‘erbij wil horen’ of de plaatselijke afdeling wenst te steunen. Door de aangroei van het aantal gepensioneerde leden is ook de deelname aan de plaat-
selijke activiteiten weer toegenomen: zij hebben hiervoor meer tijd. Vooral praktische lessen en tuinbezoeken blijven de smaakmakers. Onderwerpen als de siertuin of water in de tuin spreken vooral de jongere leden aan. De mannen blijven in de meerderheid. Bij de jongere leden zijn het vooral vrouwen, die in voeding geïnteresseerd zijn. TUINIERS EN BEWUSTE CONSUMENTEN
Dat 99% van onze leden een tuin heeft, ligt voor de hand. Bij vier op tien is die eerder klein (minder dan 600 m2), nog eens 40% zit ruimer tussen 600 en 1500m2. Het hebben van een siertuin is bijna even belangrijk geworden als de moestuin (beide rond de 80%). Ongeveer de helft van de leden bezit daarnaast nog een serre en/of een kruidentuin, kleinvee en een fruittuin. Waar in 1999 20% van de leden aangaf zelden of nooit bioproducten te kopen, is dat nu nog maar 9%. Ook producten uit eerlijke handel stijgen met stip naar 67%. UW SEIZOENEN EN ONZE BOEKEN
Ons tijdschrift wordt door 92% van de leden bijna altijd gelezen én goed bevonden, zowel naar inhoud als vorm. Al onze publicaties, de moestuin‘bijbel’ op kop, krijgen een zeer goede beoordeling. Qua populariteit staat het boek over de teelt van kleinfruit op 2, gevolgd door ecologische voeding en de siertuin. VELT IN DE TOEKOMST
De ruime meerderheid (82%) vindt dat de werking van Velt overeenkomt met die van een goede ecologische
beweging. Allicht hierom willen meer dan de helft van de leden dat Velt best wat meer standpunten mag innemen en zelfs moet optreden als drukkingsgroep. Hierdoor zou Velt ook automatisch meer in de publiciteit komen.
Foto Elena Buetler.
PAS VERNIEUWD: DE WEBSITE
Ten tijde van de enquête stond de nieuwe website van Velt nog in de steigers. De helft van de leden heeft de website al eens bezocht. Dat aandeel zal allicht pijlsnel stijgen na het lezen van de beoordeling door stagiair Willem: “De website ziet er werkelijk prima uit… Indien Velt haar site in de kijker kan zetten moet deze een krachtig promotieinstrument worden.” Winnaars enquête: Anita Jans (verwenweekend), Victor Malfiet, Peter Hilven, Herwig Callewaert en Gaston De Pauw (boeken). Zij krijgen hun prijs in de bus. Luk Naets
Seizoenen augustus 2006/ 53
Een andere groep leerlingen stoomt een biobuffet klaar. Op het menu: koolrabisoep met broccoli en waterkers, spiesjes van biogroenten en dipsausjes op basis van bioproducten. “Het vlot bijzonder goed”, zegt Mimi Boogmans. Zij werkt in het secretariaat op school, maar vandaag staat ze mee aan het ‘fornuis’. “Ik leer hier vandaag ook veel bij”, geeft ze grif toe, “en onze biokoks kunnen raad vragen aan een echte biokok. Veel kan er dus niet mislopen, maar dat straks BV’s aanschuiven voor ons biobuffet maakt het wel extra spannend.”
Luc Van de Weerd, leraar Nederlands èn bioliefhebber.
(*) Verbrede land- en tuinbouw betreft verbrede activiteiten die altijd in combinatie met landbouwactiviteiten worden uitgevoerd. Deze ‘verbreding’ kan verschillende thema’s omvatten: agrarisch natuur- en landschapsbeheer, recreatie, zorg, afzet,...
MONDINA VZW ZET EEN SCHEVE TAFEL RECHT!
Mondina vzw is een krachtig educatief project dat zijn wortels heeft op de biologische boerderij ‘t Livinushof in Oost-Vlaanderen. Mondina vzw leert het verhaal van een biologisch product op een actieve manier kennen. Een - voor de gelegenheid speciaal ontworpen - tafel vormt de basis van het verhaal waar alle pijlers van de biologische landbouw in verweven zitten. Vanuit kennis en informatie kan een grondhouding van respect voor landbouw, natuur, milieu en mens wereldwijd ontstaan. Katrien Brinckman: “Hoofddoel van Mondina vzw is kinderen en jongeren naar een actieve biologische boerderij te brengen om hen informatie te geven over de vele facetten van de landbouw. Inzien dat landbouw een milieukwestie is, Noord en Zuid linkt, dat de aarde leverancier is van onze voeding: dat alles willen we tastbaar maken voor jongeren. Door hen opnieuw tussen de gewassen te brengen, hen met gewassen te laten werken, zorg te dragen voor dieren en deelgenoot te laten zijn van het voedselproces laten we hen aan den lijve de waarde van de verbrede landbouw (*) ondervinden. Voeding is dan ook een efficiënt middel om aan vorming te doen. Omdat voeding dagelijks is, universeel en cultureel…” “Jongeren laten inzien dat de consument mee verantwoordelijk is voor de manier waarop de boer aan landbouw doet, is een belangrijk inzicht op weg naar duurzame landbouw . Indien we bij jongeren de samenhang kunnen laten ervaren dan is de innerlijke oproep naar respect voor het eigen lichaam (link met gezonde voeding), het aardelichaam (link met milieu) en de anderen (link met Noord-Zuid) een evidentie. En dan kan er heel veel.” www.mondina.be
54/ Seizoenen augustus 2006
Dan breekt Het Moment aan. MinisterPresident Yves Leterme arriveert en heet iedereen welkom. Katrien Brinckman van Mondina vzw (zie kader) brengt een informatieve sketch.
mers open voor de waarde en betekenis van het andere. Dit nodigt uit tot respect, verwondering en engagement.” Gie Deboute, project verbondenheid.
TESS, STEFANIE, YVES EN GIE OVER BIO MET KLASSE
BIO OOK MET JOUW KLAS?
“Wij vonden de bioproducten heel lekker: de verschillende broden, het appelsap, de honing, de aardbeien. Wij vonden het een vermoeiende maar toffe dag. Onze begeleiders waren tevreden en heel fier op ons. We zullen er nog lang over vertellen. We staan de volgende dag op de website van Klasse (www.klasse.be) met foto’s en al.” Tess Heirwegh, 2A1, Middenschool Turnhout. “De uren over de bioweek waren fijn! De brunch was lekker. Misschien koop ik later ook wel bioproducten niet alleen omdat het lekker is, maar ook gezonder.” Stephanie Collyns, 3 Kantoor, Immaculata Maria Instituut Roosdaal. “Via het onderwijs worden jongeren gevormd tot kritische consumenten, die weten dat gezond en kwalitatief voedsel een faire prijs verdient.” Yves Leterme, Vlaams Minister-President. “Omdat het respectvol omgaan met de natuur in dit lessenpakket voorop staat en we ons bewust zijn van de grenzen van de natuur als draagvlak, ligt de keuze voor ‘een ervaringsgerichte waardeopvoeding’ voor de hand. Op basis van een rijk en gevarieerd omgaan met de natuur (denken, voelen, observeren…) willen we de band van de leerlingen met de natuur helder maken, versterken en intensifiëren. Het onderliggende uitgangspunt is dat diegene of datgene waarmee we ons verbonden voelen minder gauw kwaad zullen doen. We stellen ons im-
Leerkrachten die hun leerlingen willen laten proeven van bio met klasse kunnen het pakket gratis downloaden op biometklasse.be. Klik op ‘Download de map’. Wie het gratis wil bestellen klikt door naar ‘Bestel de map’, en vult het bestelformulier in. Leerlingen kunnen op de blogs ervaringen uitwisselen. Contact Karen Remans Velt vzw Uitbreidingstraat 392c, 2600 Berchem. 03 287 80 60
[email protected] vlnr.: Katrien Brinckman, Mondina vzw, Vlaams MinisterPresident Yves Leterme, Karen Remans, Velt-projectmedewerkster. Foto’s Sofie Hoste.
Seizoenen augustus 2006/ 55
WAARHEEN PIME VZW ZOEKT GIDSEN
Foto Erdogan Ergun.
Voor de begeleiding van haar educatieve programma’s zoekt het PIME extra gidsen die zich kunnen vrijmaken op schooldagen. Educatieve pakketten en spelen, workshops, de tentoonstelling en excursies,… m.b.t. natuur en milieuthema’s maken deel uit van het aanbod. Als kandidaat heb je bij voorkeur een beetje wetenschappelijke bagage maar vooral een grote dosis enthousiasme om met jongeren aan de slag te gaan. Het PIME voorziet vormingen voor de gidsen, zowel voor de inhoud van de programma’s als voor de didactische methodes. Kandidaat-gidsen kunnen
zich inwerken in de programma’s door mee te lopen met ervaren gidsen, onze lespakketten door te nemen en de gidsenvormingen bij te wonen. Gidsen op het PIME is vrijwilligerswerk. Een vergoeding per prestatie is voorzien. De werking en enkele educatieve programma’s worden voorgesteld op maandag 4 september én vrijdag 8 september 2006, telkens van 9-12u in het PIME, Mechelsesteenweg 365, 2500 Lier. Inschrijven voor 28 augustus bij Valerie Van Dessel - 015 30 61 23
[email protected] www.pime.be AARDEWERK
Opleiding Ecologische Filosofie en Politiek: ‘Stapstenen naar een andere toekomst’. oktober 2006 - juni 2007, Vormingplus Gent De opleiding is een intensief programma van 8 zaterdagen en een weekend per jaar, dat uit uiteenzettingen, groepsgesprekken en discussie bestaat. De opleiding start op 14 oktober 2006 en wordt afgesloten met een weekend van 1 tot 3 juni 2007. contact: 016 23 60 16
[email protected] www.aardewerk.be 56/ Seizoenen augustus 2006
2X PROEVEN + 2X PRATEN = 4X GEZELLIG! TWEE BASISCURSUSSEN ECOLOGISCHE VOEDING
Gezond en milieuvriendelijk eten • Locatie 1: Bioschuurke, Warandestraat 26, 1755 Oetingen (Gooik), www.bioschuurke.be • Locatie 2: CC Strombeek, Gemeenteplein, 1853 Grimbergen Data voor beide cursussen: maandag 27 november en maandag 4, 11 en 18 december 2006 van 18u30 tot 22u. Succes verzekerd bij je familie of vrienden als je één van de 700 recepten bereidt uit het handboek ecologische voeding van Velt.
TWEE BIO-BABBELS
Een avondje proeven en praten • Locatie 1: CC Strombeek, Gemeenteplein, 1853 Grimbergen 16 november 2006 van 19u30 tot 22u. • Locatie 2: Bioschuurke, Warandestraat 26, 1755 Oetingen (Gooik), 20 november 2006 van 19u30 tot 22u. www.bioschuurke.be Deze kookcursussen en biobabbels zijn een initiatief van Arch’educ in samenwerking met Velt vzw, CC Strombeek en Bioschuurke. Info: www.archeduc.be
YGGDRASIL
• Aanleg van een kruidenspiraal Natuurlijke patronen passen in permacultuur, omdat je ze zo vaak vindt in de natuur. Een slakkenhuis - het meest efficiënte ruimtegebruik - in de natuur, staat model voor een kruidenspiraal in onze tuin of op het terras. Bouwafval als grondstof, bijeengehouden door kasseien, natuurstenen of bakstenen bieden een ideaal biotoop voor warmteminnende kruiden. In de voormiddag is er eerst een korte uitleg en daarna bouwen we de spiraal op. Na de middag overlopen we welke kruiden op een kruidenspiraal passen en we planten ze aan. Zondag 17 september van 10 tot 16 u. 25 euro. Inschrijven is noodzakelijk.
[email protected] of 016 44 82 45
• Workshop creatief verwerken van snoeihout Een workshop met een stukje theorie en vooral praktijk over de techniek van het werken met levende bouwsels en het verwerken van snoeihout op diverse manieren. Levende bouwsels, vlechtwerk en takkenril worden gemaakt en krijgen een onderhoudsbeurt. Vrijdag 11 november van 10 tot 17 u. Inschrijven is noodzakelijk.
[email protected] of 016 44 82 45
Seizoenen augustus 2006/ 57
HOUT EN GROEN WONEN 2006 Gezond en milieuvriendelijk bouwen en wonen, wat houdt dat allemaal juist in? Zich hierover informeren was vroeger een tijdrovende bezigheid. De kandidaatbouwer moest heel wat winkels, leveranciers en beurzen bezoeken om alle info te verzamelen en goed te vergelijken. Om aan deze nood tegemoet te komen, ontstond in 2004 de beurs ‘Hout en Groen Wonen’. Deze aparte beurs wil alles rond gezond en milieuvriendelijk bouwen en wonen samenbrengen onder één dak. Zowel informatie als concrete aannemers, fabrikanten en leveranciers.
Foto Andy Heyward.
In het weekend van 3 tot 5 november 2006 vindt de beurs voor de derde keer plaats in Antwerpen. Dit jaar toont
de beurs heel wat nieuwe zaken voor nieuwbouw, renovaties en binnenhuisen tuininrichting. Je vindt er o.a. standen met informatie en demonstratiemateriaal over houtskeletbouw, ecologische bouwmaterialen, duurzame isolatie en ventilatie, houtpelletkachels, zonneenergie, zonneboilers, warmtepompen, speksteenkachels, energiebesparing, superisolerende beglazingen, regenwaterrecuperatie en waterbesparingssystemen. Huiselijker types vinden informatie over natuurverven, kalkbepleistering, gezond slapen, natuurkeukens- en meubelen en wat je in je eigen keuken kan doen om energie en geld te besparen. Tuinliefhebbers halen hun hart op aan de standen over groendaken, ecologische zwemvijvers, ecologisch tuinieren en kastanjehouten afrasting. Architecten gespecialiseerd in ecologisch en energiezuinig bouwen geven tips. vrijdag 3 november: 12 - 18u zaterdag 4 en zondag 5 november: 10 - 18u. Beurshal De Waagnatie, Paleis 1, Rijnkaai 150, 2000 Antwerpen. Inkom: 6 euro, tot 12 jaar gratis.
www.houtengroenwonen.be 58/ Seizoenen augustus 2006
GEZOCHT: ECOSIERTUINTEAMS IN WEST-VLAANDEREN Wil je samen met een aantal mensen, je eigen tuin tot een ecologisch juweeltje laten evolueren? Is uitwisselen van ideeën en ervaring, onder een deskundige ecotuinteambegeleider, voor jou een uitdaging? Wil je met je vrienden, vereniging, gemeentebestuur of organisatie samenwerken rond jullie eigen tuin? Dan is een ecotuinteam iets voor jou!
De provincie West-Vlaanderen lanceert dit initiatief en biedt: • een gratis en deskundige begeleiding door een lesgever bij het opstarten van je ecologische siertuin. • een interessant leerproces samen met andere deelnemers uit je buurt • de mogelijkheid om informatie en plantgoed uit te wisselen met andere deelnemers DEELNEMINGSVOORWAARDEN
• je beschikt over een stukje tuin (ook stadstuin) en je bent bereid om daar een ecologische siertuin van te maken. • je werkt mee aan een 5-tal samenkomsten met de andere deelnemers aan het project. • je neemt de eventuele kosten voor aanleg van de tuin (aankoop plantgoed,...) voor je eigen rekening.
INTERESSE
Vraag na of er bij de leden van je eigen Velt-afdeling interesse is om een groepje samen te stellen (contactgegevens van de afdeling: zie middenkatern seizoenen) Of neem contact op met provincie West-Vlaanderen Bart Van Eygen Provincie West-Vlaanderen Koning Leopold III-laan 41 B-8200 Brugge T 050 40 32 23 F 050 40 33 76
[email protected] www.west-vlaanderen/ecologischetuinen
Foto Stefanie L. Seizoenen augustus 2006/ 59