regels
Inhoud van de regels
1
blz. 3
Hoofdstuk I
Inleidende regels
Artikel 1 Artikel 2
Begrippen Wijze van meten
3 8
Hoofdstuk II
Bestemmingsregels
9
Artikel 3 Artikel 4 Artikel 5 Artikel 6 Artikel 7 Artikel 8 Artikel 9 Artikel 10 Artikel 11 Artikel 12 Artikel 13 Artikel 14 Artikel 15 Artikel 16 Artikel 17 Artikel 18 Artikel 19 Artikel 20 Artikel 21 Artikel 22 Artikel 23
Agrarisch Bedrijf Centrum Detailhandel Gemengd Groen Horeca Kantoor Maatschappelijk Ontspanning en Vermaak-Museum Recreatie-Dagrecreatie Sport Verkeer Verkeer-Railverkeer Water Wonen Wonen-Woonwagens Wonen-Uit te werken Waarden-Archeologische waarden -1 Waarden-Archeologische waarden -3 Infrastructuur-Waterstaat
9 10 12 14 15 16 17 18 19 21 22 23 24 25 26 27 32 33 35 38 41
Hoofdstuk III Algemene regels
43
Artikel 24 Artikel 25 Artikel 26 Artikel 27 Artikel 28 Artikel 29 Artikel 30 Artikel 31
43 44 46 47 48 49 50 51
Anti-dubbeltelregel Algemene regels met betrekking tot het bouwen Uitsluiting aanvullende werking bouwverordening Algemene gebruiksregels Algemene ontheffingsregels Algemene wijzigingsregels Algemene procedureregel Werking wettelijke regelingen
Hoofdstuk IV Overgangs- en slotregels
53
Artikel 32 Artikel 33 Artikel 34
53 54 55
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
Strafregel Overgangsregels Titel
709.007486.00
Inhoud van de regels
2
Staat van Bedrijfsactiviteiten Staat van Horeca-activiteiten
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Hoofdstuk I Artikel 1
3
Inleidende regels
Begrippen
1.1. het plan het bestemmingsplan Arnemuiden van de gemeente Middelburg. 1.2. de plankaart de plankaart van het bestemmingsplan Arnemuiden, bestaande uit vier kaartbladen. 1.3. aan- en uitbouw een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw. 1.4. aan-huis-gebonden beroep een dienstverlenend beroep, dat in een woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is. 1.5. agrarisch bedrijf een bedrijf, gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren. 1.6. ander bouwwerk elk bouwwerk, geen gebouw zijnde. 1.7. antennedrager antennemast of andere constructie bedoeld voor de bevestiging van een antenne. 1.8. antenne-installatie installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een techniekkast opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie. 1.9. archeologisch deskundige een door burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke deskundige of onafhankelijke commissie op het gebied van archeologie 1.10. archeologisch onderzoek onderzoek verricht door of namens een dienst of instelling die over een opgravingsvergunning beschikt. 1.11. archeologische waarde de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden. 1.12. bedrijf een onderneming gericht op het vervaardigen, bewerken, herstellen, installeren of inzamelen van goederen dan wel op het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij eventueel detailhandel uitsluitend plaatsvindt als niet zelfstandig onderdeel van de onderneming in de vorm van verkoop c.q. levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen, dan wel goederen die in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende handelingen. 1.13. bedrijfs- of dienstwoning een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die slechts is bestemd voor bewoning door (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar noodzakelijk is, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Inleidende regels
4
1.14. bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen en aantallen afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen en aantallen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet. 1.15. bestemmingsgrens een op de plankaart aangegeven lijn, die de grens vormt van een bestemmingsvlak. 1.16. bestemmingsvlak een op de plankaart aangegeven vlak met eenzelfde bestemming. 1.17. Bevi-inrichtingen bedrijven zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen. 1.18. brutovloeroppervlak de totale vloeroppervlakte van een kantoor, winkel of bedrijf met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten. 1.19. bouwen het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een standplaats, zoals bedoeld in artikel 1 van de Woningwet. 1.20. bouwgrens een op de plankaart aangegeven lijn, die de grens vormt van een bouwvlak. 1.21. bouwlaag een doorlopend gedeelte van een gebouw dat is begrensd door op (nagenoeg) gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen en dat zodanige afmetingen en vormen heeft dat dit gedeelte zonder ingrijpende voorzieningen voor woonfuncties geschikt of geschikt te maken is. 1.22. bouwperceel een aaneengesloten stuk grond, waarop krachtens het plan een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten. 1.23. bouwperceelgrens een grens van een bouwperceel. 1.24. bouwvlak een op de plankaart aangegeven vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid waarop gebouwen zijn toegelaten. 1.25. bouwwerk elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond. 1.26. bijgebouw een vrijstaand gebouw dat in functioneel opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw. 1.27. café een horecabedrijf, niet zijnde een discotheek of bar/ dancing, uitsluitend of overwegend gericht op het verstrekken van dranken voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van kleine etenswaren, al dan niet ter plaatse bereid. 1.28. consumentenvuurwerk vuurwerk dat is bestemd voor particulier gebruik.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Inleidende regels
5
1.29. cultuurhistorische waarde de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde in verband met ouderdom en gaafheid. 1.30. dakkapel een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich tussen de dakgoot en de nok van een dakvlak bevindt, waarbij deze constructie onder de noklijn is gelegen en de onderzijde van de constructie in het dakvlak is geplaatst. 1.31. dakopbouw een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich boven de dakgoot bevindt, waarbij deze constructie (deels) boven de oorspronkelijke nok uitkomt en de onderzijden van de constructie in één of beide dakvlak(ken) is (zijn) geplaatst. 1.32. detailhandel het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen en leveren van goederen, aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit. 1.33. detailhandel in volumineuzegoederen detailhandel in de volgende categorieën: a. detailhandel in brand- en explosiegevaarlijke goederen; b. detailhandel in volumineuze goederen, zoals auto’s, keukens, badkamers, boten, motoren, caravans, landbouwwerktuigen en grove bouwmaterialen en daarmee rechtstreeks samenhangende artikelen, zoals accessoires, onderhoudsmiddelen, onderdelen en materialen; c. tuincentra; d. grootschalige meubelbedrijven, al dan niet – in ondergeschikte mate – in combinatie met woninginrichting en stoffering; e. bouwmarkten. 1.34. dienstverlening het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren, en bankfilialen. 1.35. gebouw elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt. 1.36. geluidshinderlijke inrichtingen bedrijven, zoals bedoeld in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer, die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken. 1.37. hoofdgebouw een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken. 1.38. horecabedrijf een bedrijf, gericht op één of meer van de navolgende activiteiten: a. het verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken; b. het exploiteren van zaalaccommodatie; c. het verstrekken van nachtverblijf. 1.39. kantoor voorzieningen gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Inleidende regels
6
1.40. kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten het in een woning door de bewoner op bedrijfsmatige wijze uitoefenen van activiteiten, waarvoor geen melding- of vergunningplicht op grond van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer geldt en waarbij de woning in overwegende mate zijn woonfunctie behoudt met een ruimtelijke uitstraling die daarbij past. 1.41. maatschappelijke voorzieningen (overheids)voorzieningen inzake welzijn, volksgezondheid, cultuur, religie, sport, onderwijs en daarmee gelijk te stellen sectoren. 1.42. NEN door de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut uitgegeven norm, zoals deze luidde op het moment van vaststelling van hert plan. 1.43. nutsvoorzieningen voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie. 1.44. overkapping een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak. 1.45. peil 1. voor gebouwen, waarvan de hoofdtoegang onmiddellijk aan een weg grenst: de hoogte van die weg (ter plaatse van de hoofdtoegang); 2. in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld. 1.46. praktijkruimte een gebouw of een gedeelte daarvan, dat dient voor het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, architectonisch, kunstzinnig, juridisch, medisch, paramedisch, therapeutisch of daarmee naar aard gelijk te stellen gebied. 1.47. restaurant een horecabedrijf, uitsluitend of overwegend gericht op het verstrekken van maaltijden voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van dranken. 1.48. rijksmonument een object, bouwwerk of terrein dat op de plankaart van de aanduiding “rijksmonument” is voorzien. 1.49. Staat van Bedrijfsactiviteiten De Staat van Bedrijfsactiviteiten die van deze regels deel uitmaakt. 1.50. Staat van Horeca-activititeiten De Staat van Horeca- activiteiten die van deze regels deel uitmaakt. 1.51. verkoopvloeroppervlak de oppervlakte van voor het publiek toegankelijke winkelruimten. 1.52. volkstuinen gronden waarop voor particulier gebruik op recreatieve wijze voedings- en siergewassen worden geteeld. 1.53. voorgevel de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie dan wel gelet op uitstraling ervan als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Inleidende regels
7
1.54. voorgevelrooilijn de lijn die, in combinatie met de rechte lijnen die in het verlengde daarvan zijn te trekken, bij het bouwen aan de wegzijde (voorgevelrooilijn) of aan de van de weg afgekeerde zijde (achtergevellijn) niet mag worden overschreden. 1.55. woonschip elk vaartuig of drijvend voorwerp, dat uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt als woning of recreatieverblijf. 1.56. woonwagen een voor bewoning bestemd gebouw dat is geplaatst op een standplaats, zoals bedoeld in artikel 1 onder h van de Woningwet, en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst. 1.57. zone industrielawaai de zone industrielawaai als bedoel in artikel 40 en artikel 41, eerste en tweede lid van de Wet geluidhinder.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Inleidende regels
Artikel 2
8
Wijze van meten
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten: 2.1. afstanden afstanden tussen bouwwerken onderling alsmede afstanden van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn. 2.2. bouwhoogte van een antenne-installatie a. in geval van een vrijstaande (schotel)antenne-installatie: tussen het peil en het hoogste punt van de (schotel)antenne-installatie; b. in geval van een op of aan een bouwwerk gebouwde (schotel)antenne-installatie: tussen de voet van de (schotel)antenne-installatie en het hoogste punt van de (schotel)antenneinstallatie. 2.3. bouwhoogte van een bouwwerk, geen antenne-installatie zijnde vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antenne-installaties en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen, met dien verstande dat binnen de bestemming Verkeer - Railverkeer het peil gelijk is aan de bovenkant van de spoorstaaf. 2.4. breedte, lengte en diepte van een bouwwerk tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren. 2.5. brutovloeroppervlakte de brutovloeroppervlakte volgens NEN 5077. 2.6. goothoogte van een bouwwerk vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot/ de druiplijn, het boeibord of een ander, daarmee gelijk te stellen constructiedeel. 2.7. hoogte van een woonschip vanaf het waterpeil tot aan het hoogste punt van het woonschip, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antenne-installaties, masten en naar de aard daarmee gelijk te stellen onderdelen. 2.8. inhoud van een bouwwerk tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/ of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen. 2.9. oppervlakte van een bouwwerk tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/ of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk. 2.10. oppervlakte van een woonschip tussen de buitenzijde van de zijwanden, neerwaarts geprojecteerd op het niveau van het waterpeil. 2.11. verschillende goothoogte van een bouwwerk indien een gebouw met betrekking tot de constructiedelen als bedoeld onder 2.6. over verschillende hoogten beschikt, wordt als volgt gemeten: a. indien zich aan de voorgevelzijde een goot/druiplijn, boeibord of een ander, daarmee gelijk te stellen constructiedeel bevindt, wordt uitgegaan van de hoogte aan de voorgevelzijde; b. indien zich – in geval van een lessenaarsdak – aan de voorgevelzijde van het gebouw geen goot/ druiplijn, boeibord of een ander, daarmee gelijk te stellen constructiedeel bevindt, wordt uitgegaan van de laagste hoogte.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
9
Hoofdstuk II Bestemmingsregels Artikel 3
Agrarisch
3.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Agrarisch aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. grondgebonden agrarische bedrijfsvoering; b. ter plaatse van de aanduiding “stalling” een niet-agrarische loods ten behoeve van de stalling van caravans, campers, landbouwmachines, auto’s en vaartuigen. 3.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, met dien verstande dat bebouwing slechts is toegestaan indien dit, gelet op aard, omvang en inrichting van het bedrijf noodzakelijk is voor de continuïteit dan wel voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering; b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. de afstand tussen de zijdelingse perceelsgrens enerzijds en gebouwen en andere bouwwerken, met uitzondering van terreinafscheidingen, anderzijds niet minder dan 5.00 meter mag bedragen; f. ter plaatse van de gronden met de aanwijzing “zonder gebouwen en overkappingen” zijn geen gebouwen en overkappingen toegestaan; g. buiten het bouwvlak mogen uitsluitend terreinafscheidingen worden gebouwd; h. ter plaatse van een bouwvlak is ten hoogste één agrarisch bedrijf toegestaan; i. per agrarisch bedrijf is ten hoogste één dienstwoning met een grondoppervlak van ten hoogste 200 m² en een inhoud van ten hoogste 750 m³ toegestaan; j. de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen bedraagt ten hoogste 50 m²; k. de goothoogte van bijgebouwen bedraagt niet meer dan 3,00 meter, de bouwhoogte niet meer dan 6,00 meter; l. ter plaatse van de aanduiding “stalling” is ten hoogste één gebouw toegestaan, met een grondoppervlak van ten hoogste 600 m².
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 4
10
Bedrijf
4.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Bedrijf aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. ter plaatse van de aanduiding “ten hoogste bedrijfscategorie 2”: bedrijven tot en met categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; b. ter plaatse van de aanduiding “ten hoogste bedrijfscategorie 3.1”: bedrijven tot en met categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; c. ter plaatse van de aanduiding “ten hoogste bedrijfscategorie 3.2”: bedrijven tot en met categorie 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; d. ter plaatse van de aanduiding “aannemersbedrijf”: tevens een aannemersbedrijf, voor zover voorkomend in categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; e. ter plaatse van de aanduiding “afvalverwerking”: een bedrijf voor het verwerken en inzamelen van schroot en oud ijzer voor zover voorkomend in categorie 3.1. van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; f. ter plaatse van de aanduiding “garagebedrijf”: tevens een garagebedrijf, voor zover voorkomend in categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; g. ter plaatse van de aanduiding “glasbewerking”: tevens een bedrijf in glasbewerking of laboratorium, voor zover voorkomend in categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; h. ter plaatse van de aanduiding “groothandel vis”: tevens een groothandel vis, voor zover voorkomend in categorie 4.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; i. ter plaatse van de aanduiding “reparatiebedrijf”: tevens een reparatiebedrijf, voor zover voorkomend in categorie 3.1. van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; j. ter plaatse van de aanduiding “scheepswerf”: tevens een scheepswerf, voor zover voorkomend in categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; k. ter plaatse van de aanduiding “timmerwerkplaats”: tevens een timmerwerkplaats, voor zover voorkomend in categorie 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; l. ter plaatse van de aanduiding “verwerking vis”: tevens een bedrijf voor verwerking van vis, voor zover voorkomend in categorie 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; m. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en laad- en losvoorzieningen. 4.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd; b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. het totale oppervlak van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan het op de plankaart aangegeven bebouwingspercentage van het bouwperceel; indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt een bebouwingspercentage van 100% van het bouwperceel; f. de afstand van gebouwen tot de perceelsgrens bedraagt ten minste 3.00 meter; g. de onderlinge afstand van niet-aaneengebouwde gebouwen bedraagt ten minste 3.00 meter; h. ter plaatse van de gronden met de aanwijzing “zonder gebouwen en overkappingen” zijn geen gebouwen en overkappingen toegestaan; i. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; j. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; k. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter; l. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3.00 meter.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
11
4.3. Specifieke gebruiksregels Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels: a. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieu-effectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen, zoals genoemd in kolom 2 van de desbetreffende bijlage; b. opslag van goederen met een totale stapelhoogte van meer dan 4.00 m is op onbebouwde gronden niet toegestaan; c. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan; d. geluidshinderlijke inrichtingen en Bevi- inrichtingen zijn niet toegestaan; e. per bedrijf is kantoorvloeroppervlak die meer bedraagt dan 50% van het brutovloeroppervlak niet toegestaan; kantoorvloeroppervlak van meer dan 400 m² per bedrijf is in geen geval toegestaan; f. zelfstandige kantoren zijn niet toegestaan; g. bedrijfswoningen zijn niet toegestaan. 4.4. Ontheffing van de gebruiksregels 4.4.1. Ontheffing Staat van Bedrijfsactiviteiten Het college van burgemeester en wethouders kan ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 4.1: a. om bedrijven toe te laten in één categorie hoger dan in lid 4.1, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 4.1 genoemd; b. om bedrijven toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de categorieën, zoals in lid 4.1 genoemd.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 5
12
Centrum
5.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Centrum aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. bedrijven tot ten hoogste categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten; b. bibliotheken, jeugd- en kinderopvang, onderwijs, openbare dienstverlening, verenigingsleven en voorzieningen inzake zorg en welzijn; c. detailhandel en dienstverlening uitsluitend op de begane grond; d. horecabedrijven, tot maximaal categorie 1b van de Staat van Horeca-activiteiten; e. kantoren; f. praktijkruimten; g. wonen; h. aan-huis-gebonden logies met ontbijt, voor zover het vloeroppervlak niet groter is dan 50 m²; i. ter plaatse van de aanduiding “supermarkt”: tevens een supermarkt; j. bij deze functies behorende voorzieningen, zoals (ontsluitings)wegen, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en water ten behoeve van wateraanvoer en –afvoer, waterberging en sierwater. 5.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd; b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. per bouwperceel mag het totale verkoopvloeroppervlak voor detailhandel niet zijnde een supermarkt en het totale vloeroppervlak voor kantoren, niet meer bedragen dan 250 m²; f. de afstand van gebouwen tot de perceelsgrens mag niet minder dan 1.00 meter bedragen, tenzij gebouwen in de perceelsgrens worden gebouwd; g. ter plaatse van de gronden met de aanwijzing “zonder gebouwen en overkappingen” zijn geen gebouwen en overkappingen toegestaan; h. per bouwperceel mag van de tot “erf” bestemde gronden ten hoogste 40% worden bebouwd met gebouwen en overkappingen met een maximum van 40 m²; i. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “erf” zijn niet meer dan 2 vrijstaande bijgebouwen toegestaan; j. de onderlinge afstand van niet-aaneengebouwde gebouwen bedraagt ten minste 1.00 meter; k. de voorgevel van een bijgebouw ligt ten minste 3.00 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw; l. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “erf” bedraagt de goothoogte van gebouwen en overkappingen ten hoogste 3.00 meter en de bouwhoogte 4.50 meter; m. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; n. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; o. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter; p. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3.00 meter. 5.3. Specifieke gebruiksregels Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt het volgende voorschrift: a. een ander gebruik dan wonen is op de tweede bouwlaag en hoger niet toegestaan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
13
5.4. Ontheffingsbevoegdheid Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 5.3. teneinde: a. dienstverlening tevens op de verdieping toe te laten, indien is aangetoond dat geen mogelijkheden voor uitbreiding van het verkoopvloeroppervlak op de begane grond aanwezig zijn; b. kantoren tevens op de verdieping toe te laten, indien is aangetoond dat geen mogelijkheden voor uitbreiding van het bedrijfsvloeroppervlak op de begane grond aanwezig zijn; c. voorzieningen inzake zorg en welzijn, openbare dienstverlening, verenigingsleven, jeugden kinderopvang, onderwijs en bibliotheken tevens op de verdieping toe te laten, indien is aangetoond dat geen mogelijkheden voor uitbreiding van de betreffende functie op de begane grond aanwezig zijn.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 6
14
Detailhandel
6.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Detailhandel aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. detailhandel; b. wonen; c. bij deze functies behorende voorzieningen, zoals (ontsluitings)wegen, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en water ten behoeve van wateraanvoer en –afvoer, waterberging en sierwater. 6.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd; b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. per bouwperceel mag het totale verkoopvloeroppervlak voor detailhandel niet zijnde een supermarkt niet meer bedragen dan 250 m²; f. de afstand van gebouwen tot de perceelsgrens mag niet minder dan 1.00 meter bedragen, tenzij gebouwen in de perceelsgrens worden gebouwd; g. ter plaatse van de gronden met de aanwijzing “zonder gebouwen en overkappingen” zijn geen gebouwen en overkappingen toegestaan; h. per bouwperceel mag ter plaatse van de aanduiding “erf” bestemde gronden ten hoogste 40% worden bebouwd met gebouwen en overkappingen met een maximum van 40 m²; i. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “erf” zijn niet meer dan 2 vrijstaande bijgebouwen toegestaan; j. de onderlinge afstand van niet-aaneengebouwde gebouwen bedraagt ten minste 1.00 meter; k. de voorgevel van een bijgebouw ligt ten minste 3.00 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw; l. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “erf” bedraagt de goothoogte van gebouwen en overkappingen ten hoogste 3.00 meter en de bouwhoogte ten hoogste 4.50 meter. m. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; n. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; o. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter; p. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3.00 meter. 6.3. Specifieke gebruiksregels Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt het volgende voorschrift: a. een ander gebruik dan wonen is op de tweede bouwlaag en hoger niet toegestaan. 6.4. Ontheffingsbevoegdheid Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 6.3, teneinde: a. detailhandel tevens op de verdieping toe te laten, indien is aangetoond dat geen mogelijkheden voor uitbreiding van het verkoopvloeroppervlak op de begane grond aanwezig zijn;
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 7
15
Gemengd
7.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Gemengd aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. bibliotheken, jeugd- en kinderopvang, onderwijs, openbare dienstverlening, verenigingsleven en zorg- en welzijnsinstelling; b. een bedrijf tot maximaal categorie 2 van de staat van de staat van bedrijfsactiviteiten; c. detailhandel; d. kantoor; e. wonen; f. bij deze functies behorende erven, tuinen, toegangs- en achterpaden en parkeervoorzieningen op eigen terrein. 7.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd; b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. per bouwperceel mag de maximale verkoopvloeroppervlakte voor detailhandel, niet zijnde een supermarkt en de totale vloeroppervlakte voor kantoren, niet meer bedragen dan 2 250 m ; f. de onderlinge afstand van niet-aaneengebouwde gebouwen bedraagt ten minste 1.00 meter; g. de voorgevel van een bijgebouw ligt ten minste 3.00 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw; h. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; i. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; j. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter; k. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3.00 meter. 7.3. Specifieke gebruiksregels Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels: a. een ander gebruik dan wonen is op de tweede bouwlaag en hoger niet toegestaan; b. een groothandel in consumentenvuurwerk met opslag meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 8
16
Groen
8.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Groen aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. beplantingen; b. bermen; c. bruggen; d. geluidswerende voorzieningen; e. nutsvoorzieningen; f. parkeervoorzieningen; g. speelvoorzieningen; h. voet- en fietspaden; i. watergangen en andere voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding. 8.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden worden uitsluitend gebouwd: 1. gebouwen voor nutsvoorzieningen; 2. bouwwerken, geen gebouwen zijnde; b. het totale oppervlak van een gebouw voor nutsvoorzieningen bedraagt ten hoogste 15 m²; c. de bouwhoogte van gebouwen voor nutsvoorzieningen bedraagt ten hoogste 3.00 m; d. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter; e. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3.00 meter. 8.3. Specifieke gebruiksregels Per bestemmingsvlak is toegestaan ten hoogste 10% te gebruiken voor parkeervoorzieningen. 8.4. Aanlegvergunning 8.4.1. Aanlegverbod zonder vergunning Ter plaatse van de aanduiding “monumentale lindeboom” is het zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het college van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren: a. het rooien van de monumentale lindeboom; b. het uitvoeren van grondbewerkingen, waartoe worden gerekend afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, ontginnen, ophogen en aanleggen van drainage; c. het uitvoeren van heiwerkzaamheden of het op een ander wijze indrijven van voorwerpen; d. het verlagen of verhogen van het grondwaterpeil. 8.4.2. Voorwaarden voor de aanlegvergunning Aanlegvergunning wordt uitsluitend verleend, indien de aanvrager kan aantonen dat de werkzaamheden geen onaanvaardbare gevolgen hebben voor de bescherming en instandhouding van de monumentale lindeboom.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 9
17
Horeca
9.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Horeca aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. horeca tot maximaal categorie 1b van de staat van horeca activiteiten; b. ter plaatse van de aanduiding “café”: tevens voor een café, voor zover voorkomend in categorie 2 van de Staat van Horeca-activiteiten; c. wonen; d. bij deze functies behorende erven, tuinen, toegangs- en achterpaden en parkeervoorzieningen op eigen terrein. 9.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd; b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. per bouwperceel mag van de gronden met de aanduiding “erf” ten hoogste 40% worden bebouwd met gebouwen en overkappingen met een maximum van 40 m²; f. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “erf” zijn niet meer dan 2 vrijstaande bijgebouwen toegestaan; g. de onderlinge afstand van niet-aaneengebouwde gebouwen bedraagt ten minste 1.00 meter; h. de voorgevel van een bijgebouw ligt ten minste 3.00 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw; i. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “erf” bedraagt de goothoogte van gebouwen en overkappingen ten hoogste 3.00 meter en de bouwhoogte ten hoogste 4.50 meter; j. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; k. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; l. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter; m. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3.00 meter. 9.3. Specifieke gebruiksregels Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt het volgende voorschrift: a. een ander gebruik dan wonen is op de tweede bouwlaag en hoger niet toegestaan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 10
18
Kantoor
10.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Kantoor aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. kantoor; b. maatschappelijke en zakelijke dienstverlening; c. wonen; d. bij deze functies behorende erven, tuinen, toegangs- en achterpaden en parkeervoorzieningen op eigen terrein. 10.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd; b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. per bouwperceel bedraagt het brutovloeroppervlak voor kantoren niet meer dan 250 m²; f. het bebouwingspercentage bedraagt per bouwperceel niet meer dan 50%; g. op de gronden met de aanduiding “zonder gebouwen en overkappingen” zijn geen gebouwen en overkappingen toegestaan; h. per bouwperceel mag van de gronden met de aanduiding “erf” ten hoogste 40% worden bebouwd met gebouwen en overkappingen met een maximum van 40 m²; i. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “erf” zijn niet meer dan 2 vrijstaande bijgebouwen toegestaan; j. de onderlinge afstand van niet-aaneengebouwde gebouwen bedraagt ten minste 1.00 meter; k. de voorgevel van een bijgebouw ligt ten minste 3.00 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw; l. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “erf” bedraagt de goothoogte van gebouwen en overkappingen ten hoogste 3.00 meter en de bouwhoogte ten hoogste 4.50 meter; m. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; n. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; o. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter; p. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3.00 meter; q. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “erf” bedraagt de goothoogte van gebouwen en overkappingen ten hoogste 3.00 meter. 10.3. Specifieke gebruiksregels Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt het volgende voorschrift: a. een ander gebruik dan wonen is op de tweede bouwlaag en hoger niet toegestaan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 11
19
Maatschappelijk
11.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Maatschappelijk aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. bibliotheken; b. jeugd- en kinderopvang; c. onderwijs; d. openbare dienstverlening; e. verenigingsleven; f. voorzieningen inzake zorg en welzijn; g. ter plaatse van de aanduiding “begraafplaats”: uitsluitend een begraafplaats; h. ter plaatse van de aanduiding “buurt- of clubhuis”: een buurt- of clubhuis met de daarbij behorende en daaraan ondergeschikte horeca, voor zover voorkomend in categorie 1b van de Staat van Horeca-activiteiten; i. ter plaatse van de aanduiding “molen”: uitsluitend een molen; j. ter plaatse van de aanduiding “museum”: tevens een museum; k. ter plaatse van de aanduiding “nutsvoorzieningen”: uitsluitend nutsvoorzieningen; l. ter plaatse van de aanduiding “religie”: uitsluitend voorzieningen inzake religie; m. ter plaatse van de aanduiding “scouting”: uitsluitend scounting-activiteiten; n. bij deze functies behorende voorzieningen, zoals (ontsluitings)wegen, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en water ten behoeve van wateraanvoer en –afvoer, waterberging en sierwater. 11.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd; b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. ter plaatse van de in lid 11.1. bedoelde gronden, dient, indien de toegestane bebouwing met een bebouwingspercentage is aangegeven, de afstand van gebouwen tot de perceelsgrens ten minste 5.00 m te bedragen; f. ter plaatse van gronden met de aanduiding “zonder gebouwen en overkappingen” zijn geen gebouwen en overkappingen toegestaan; g. per bouwperceel mag van de gronden met de aanduiding “erf” ten hoogste 40% worden bebouwd met gebouwen en overkappingen met een maximum van 40 m²; h. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “erf” bedraagt de goothoogte van gebouwen en overkappingen ten hoogste 3.00 meter en de bouwhoogte ten hoogste 4.50 meter; i. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; j. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; k. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter; l. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3.00 meter. 11.3. Specifieke gebruiksregels Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels: a. op de gronden zonder nadere aanduiding zijn buurt- of clubhuizen en daarmee vergelijkbare voorziening niet toegestaan; b. (dienst)woningen zijn niet toegestaan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
20
11.4. Wijzigingsbevoegdheden Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming van de in lid 11.3. bedoelde gronden te wijzigen ten behoeve van de vestiging van een buurt- of clubhuis, met inachtneming van de volgende regels: a. de aard en omvang van het buurt- of clubhuis dient te worden afgestemd op de in de omgeving woonachtige doelgroep; gelet daarop dient ook de noodzakelijk, doelmatigheid en wenselijkheid van de vestiging van een buurt- of clubhuis ter plaatse te worden aangetoond; b. planwijziging wordt niet toegepast indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken, waarbij met name aandacht moet worden besteed aan de openingstijden en de mogelijkheden voor ontsluiting; flankerend dient zo nodig ander instrumentarium te worden toegepast ter voorkoming van onevenredige overlast; c. uit archeologisch onderzoek dient te blijken dat geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de archeologische waarden van het gebied, gehoord de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland Archeologie; d. de afstand van gebouwen tot woonpercelen in de omgeving van de maatschappelijke voorziening, dient ten minste 30.00 meter te bedragen; e. bij het toepassen van deze wijzigingsbevoegdheid, wordt de in artikel 29 in lid 29.2 opgenomen procedure doorlopen.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 12
21
Ontspanning en Vermaak-Museum
12.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Ontspanning en Vermaak-Museum aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. een museum met de daarbij behorende en daaraan ondergeschikte horeca, voor zover voorkomend in categorie 1b van de Staat van Horeca-activiteiten; b. openbare dienstverlening; c. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen en parkeervoorzieningen. 12.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd; b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. ter plaatse van gronden met de aanduiding “zonder gebouwen en overkappingen” zijn geen gebouwen en overkappingen toegestaan; f. het totale oppervlak van gebouwen en overkappingen bedraagt niet meer dan het op de plankaart aangegeven bebouwingspercentage van het bouwperceel; indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt een bebouwingspercentage van 100% van het bouwperceel. g. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; h. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; i. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter; j. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3.00 meter.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 13
22
Recreatie-Dagrecreatie
13.1. Bestemmingsomschrijving De gronden op de kaart aangewezen voor Recreatie-Dagrecreatie zijn bestemd voor: a. ter plaatse van de aanduiding “kinderboerderij”: een kinderboerderij; b. ter plaatse van de aanduiding “speelvoorzienigen”: speelvoorzieningen; c. ter plaatse van de aanduiding “volkstuinen”: een volkstuinencomplex; d. bij deze functie behorende voorzieningen zoals ontsluitingswegen, parkeervoorzieningen, groen en water. 13.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd; b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. ter plaatse van de aanduiding “volkstuinen” zijn uitsluitend bergplaatsen, hobbykassen en beheersgebouwen, alsmede andere bouwwerken toegestaan, met dien verstande dat: 1. de gezamenlijke oppervlakte van bergplaatsen, hobbykassen en overkappingen bedraagt per volkstuin ten hoogste 15 m²; 2. de oppervlakte van een beheersgebouw bedraagt niet meer dan 150 m² per volkstuincomplex; g. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; h. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; i. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter; j. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3.00 meter. 13.3. Specifieke gebruiksregels Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels: a. (dienst)woningen zijn niet toegestaan; b. voorzieningen ten behoeve van overnachtingsmogelijkheden zijn niet toegestaan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 14
23
Sport
14.1. Bestemmingsomschrijving De gronden op de kaart aangewezen voor Sport zijn bestemd voor: a. ter plaatse van de aanduiding “sporthal”: een sporthal; b. ter plaatse van de aanduiding “sportvelden”: sportvelden; c. ter plaatse van de aanduiding “zwembad”: een zwembad; d. bij deze functie behorende voorzieningen zoals ontsluitingswegen, parkeervoorzieningen, groen en water. 14.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd; b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. de onderlinge afstand van niet-aaneengebouwde gebouwen bedraagt ten minste 1.00 meter; f. de voorgevel van een bijgebouw ligt ten minste 3.00 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw; g. de hoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde en andere bouwwerken bedraagt niet meer dan 9.00 meter; h. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; i. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; j. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter. 14.3. Specifieke gebruiksregels Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels: a. (dienst)woningen zijn niet toegestaan; b. in uitzondering van het gestelde onder a. is ter plaatse van de aanduiding “zwembad” ten hoogste één dienstwoning toegestaan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 15
24
Verkeer
15.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Verkeer aangewezen gronden zijn bestemd voor: b. beplanting; c. bermen; d. bruggen; e. fiets- en voetpaden; f. geluidwerende voorzieningen; g. nutsvoorzieningen h. parkeerplaatsen; i. watergangen en andere voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding; j. wegen uit ten hoogste twee maal één doorgaande rijstrook. 15.2.Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: k. op deze gronden worden uitsluitend gebouwd: 1. gebouwen voor nutsvoorzieningen; 2. bouwwerken, geen gebouwen zijnde; l. het totale oppervlak van een gebouw voor nutsvoorzieningen bedraagt ten hoogste 15 m²; m. de bouwhoogte van gebouwen voor nutsvoorzieningen bedraagt ten hoogste 3.00 m; n. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; o. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde en andere bouwwerken bedraagt niet meer dan 9.00 meter.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 16
25
Verkeer-Railverkeer
16.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Verkeer-Railverkeer aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. beplantingen; b. bermstroken; c. spoorwegen en emplacementen; d. taluds; e. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals (ontsluitings)wegen, geluidwerende voorzieningen, groen, water, nutsvoorzieningen en parkeervoorzieningen. 16.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd; b. het bouwen van gebouwen is niet toegestaan; c. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde en andere bouwwerken bedraagt niet meer dan 10.00 meter.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 17
26
Water
17.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. wateraanvoer en -afvoer; b. waterberging; c. verkeer te water; d. ter plaatse van de aanduiding “ligplaatsen voor woonschepen”: tevens voor ligplaatsen ten behoeve van woonschepen. 17.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen uitsluitend worden gebouwd: 1. bouwwerken, geen gebouwen zijnde; 2. aanlegsteigers 3. bruggen; 4. duikers; 5. keermuren voor de waterbeheersing; 6. oeverbeschoeiingen; b. op gronden zonder aanduiding is het bouwen van gebouwen is niet toegestaan; c. op gronden met de aanduiding “ligplaatsen voor woonschepen” bedraagt de hoogte van een woonschip ten hoogste 4.00 meter; d. op de gronden met de aanduiding ligplaats woonschepen bedraagt de oppervlakte van een woonschip ten hoogste 150 m²; e. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan ten behoeve van de verkeersregeling, verkeersaanduiding, wegaanduiding of verlichting bedraagt niet meer dan 3.00 meter. 17.3. Specifiek gebruiksvoorschrift Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken geldt het volgende voorschrift: a. op de gronden met de aanduiding “ligplaats woonschepen” mogen ten hoogste 13 woonschepen worden afgemeerd.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 18
27
Wonen
18.1. Bestemmingsomschrijving de op de plankaart voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor: 1. het wonen; 2. ter plaatse van de aanduiding “brug”: een brug; 3. ter plaatse van de aanduiding “garageboxen”: garageboxen; 4. ter plaatse van de aanduiding “woonzorgvoorzieningen”: woonzorgvoorzieningen; 5. bijbehorende erven, tuinen en ontsluitingspaden. 18.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd: 1. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “voortuin”: a. andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde; 2. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “brug”: a. een brug; b. andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde; 3. ter plaatse van het bouwvlak: a. hoofdgebouwen; b. bijgebouwen; c. andere bouwwerken; 4. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “erf” : a. bijgebouwen; b. andere bouwwerken; b. de hoofdgebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; 1. ter plaatse van gronden met de aanduiding “aaneen”: tenminste twee aaneengebouwde woningen; 2. ter plaatse van gronden met de aanduiding “gestapeld”: gestapelde woningen; 3. ter plaatse van gronden met de aanduiding “vrijstaand”: vrijstaande woningen; 4. ter plaatse van gronden met de aanduiding “vrijstaand of twee aaneen”: vrijstaande of twee aaneengebouwde woningen. c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. van het hoofdgebouw dient de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens ten minste te bedragen: 1. ter plaatse van gronden met de aanduiding “vrijstaand” 2.50 m; 2. ter plaatse van gronden met de aanduiding “vrijstaand of twee aaneen” tot één van de zijdelingse perceelsgrenzen 2.50 m; f. ter plaatse van gronden met de aanduiding “zonder gebouwen en overkappingen” zijn geen gebouwen en overkappingen toegestaan; g. ter plaatse van de gronden met de aanduiding ”erf”, voor zover gelegen: 1. voor de voorgevelrooilijn, mag de oppervlakte van bestaande gebouwen niet worden uitgebreid; 2. achter de voorgevelrooilijn, bedraagt de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen en overkappingen ten hoogste 40 m² en ten hoogste 40% van de oppervlakte van de met “erf” aangeduide gronden; 3. de goothoogte van bijgebouwen, aan en uitbouwen bedraagt ten hoogste 3.00 meter; 4. de bouwhoogte van bijgebouwen, aan- en uitbouwen bedraagt ten hoogste 4.50 meter; 5. de bouwhoogte van andere bouwwerken bedraagt ten hoogste 3.00 meter; h. ter plaatse van de gronden met de aanduiding “ligplaatsen voor woonschepen” bedraagt de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen en overkappingen per woonschipligplaats ten hoogste 20 m²;
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
i.
j. k. l. m. n. o. p. q.
28
ter plaatse van gronden met de aanduiding “vrijstaand” en de aanduiding “erf” op hetzelfde bouwperceel, dient de afstand van bijgebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens ten minste 2.50 meter te bedragen, met dien verstande dat: 1. binnen de genoemde afstand bergingen, zijn toegestaan, waarvan de oppervlakte niet meer mag bedragen dan 6 m² en de bouwhoogte niet meer dan 2.70 meter; 2. deze oppervlakte wordt meegerekend bij de oppervlakte als bedoeld onder sub d; van een bijgebouw dient de voorgevel ten minste 3.00 m naar achteren te liggen ten opzichte van de voorgevel van het hoofdgebouw; in afwijking van het bepaalde onder j. dient de afstand tussen de voorgevel van een bijgebouw dat als garage wordt gebouwd en de perceelsgrens ten minste 5.00 meter te bedragen ten minste 5.00 meter te bedragen; op de gronden met de aanduiding “brug” is een brug toegestaan; ter plaatse van gronden met de aanduiding “erf” zijn niet meer dan 2 vrijstaande bijgebouwen toegestaan; van niet aaneengebouwde gebouwen dient de onderlinge afstand ten minste 1.00 meter te bedragen; de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter.
18.3. Nadere eisen 18.3.1. Bijgebouwen Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen omtrent de situering en de goothoogte van bijgebouwen, indien de afstand tot de perceelsgrens over een lengte van meer dan 2.50 m minder dan 1.00 m bedraagt, teneinde te waarborgen dat de op te richten bebouwing geen onnodig nadelige veranderingen teweeg brengt in de bezonningssituatie op de aangrenzende erven of tuinen en/ of in de licht- en luchttoetreding van de aangrenzende bebouwing, met inachtneming van de volgende regels: a. het stellen van nadere eisen mag er niet toe leiden dat daardoor de gebruikswaarde van de gronden onevenredig wordt geschaad; b. het stellen van nadere eisen mag er niet toe leiden dat de goot(-of boeibord)hoogte van (delen van) gebouwen minder dan 2.50 m zou moeten bedragen; c. het stellen van nadere eisen mag er niet toe leiden dat de maximale bouwmogelijkheden zoals opgenomen in lid 18.2 sub a.2 en 18.2 sub g worden verminderd. 18.3.2. Kapvormen en dakkapellen Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen omtrent de kapvorm en situering en vorm van dakkapellen ten einde een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld te behouden, met inachtneming van de volgende regels: a. het stellen van nadere eisen mag er niet toe leiden dat daardoor de gebruikswaarde van de gronden onevenredig wordt geschaad; b. bij (grotendeels) plat afgedekte woningen mag de nadere eis worden gesteld dat de bestaande kapvorm/afdekking wordt behouden; c. nadere eisen mogen worden gesteld om te voorkomen dat het samenhangend straat- en bebouwingsbeeld niet wordt aangetast; d. nadere eisen mogen worden gesteld om het behoud van de hoofdvormen van kapvormen, zoals een lessenaarsdak, zadeldak of asymmetrisch dak te waarborgen. 18.4. Ontheffing van de bouwregels 18.4.1. Woningtype en nieuwe woningen Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 18.2. sub a en lid 18.2. sub b, teneinde nieuwe woningen of een ander woningtype te kunnen toestaan, met inachtneming van de volgende regels: a. wat betreft een ander woningtype: 1. ter plaatse van gronden met een nadere aanduiding “vrijstaand” zijn alleen twee aaneengebouwde woningen toegestaan; 2. ter plaatse van gronden met een nadere aanduiding “vrijstaand of twee aaneengebouwd” zijn alleen aaneengebouwde woningen toegestaan;
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
b. c. d. e. f. g.
29
3. ter plaatse van de gronden met een nadere aanduiding “gestapeld” zijn zowel gestapelde als aaneengebouwde woningen toegestaan; verlening van ontheffing mag niet tot gevolg hebben dat het samenhangend straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheid onevenredig worden aangetast; ontheffing voor de bouw van woningen op gronden met de nadere aanwijzing voortuin mag alleen worden toegepast indien hiervan de noodzaak wordt aangetoond; verlening van ontheffing mag er niet toe leiden dat de afstand tussen de nieuwe woningen en de voorgevel van bestaande woningen minder dan 12.00 meter bedraagt; ontheffing wordt niet verleend indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken; bij verlening van deze ontheffingsbevoegdheid, wordt de in artikel 29 lid 29.1 opgenomen procedure doorlopen; deze ontheffingsbevoegdheid kan niet toegepast worden als ter plaatse een geluidsbelasting van 48 dB wordt overschreden.
18.4.2. Uitbreiding gebouwen en overkappingen in voortuin voor de voorgevel Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 18.2. sub a.1, ten einde ter plaatse van de gronden met de aanduiding voortuin, bijgebouwen of overkappingen te kunnen toestaan, met inachtneming van de volgende regels: a. de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 6 m² en de goot(-of boeibord)hoogte niet meer dan 3.00 meter; b. verlening van ontheffing mag niet tot gevolg hebben dat het samenhangend straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheid onevenredig worden aangetast; c. ontheffing wordt niet verleend indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken. 18.4.3. Uitbreiding gebouwen en overkappingen voor de voorgevelrooilijn of aan de zijkant van de woning Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 18.2. sub e, sub g.1 of sub i, ten einde ter plaatse van de gronden met de aanduiding voortuin, voor de voorgevelrooilijn of aan de zijkant van de woning, bijgebouwen of overkappingen te kunnen toestaan, met inachtneming van de volgende regels: 1. verlening van ontheffing mag er niet toe leiden dat de in lid 18.2 sub g.2 genoemde maximale oppervlakte wordt overschreden; 2. verlening van ontheffing mag niet tot gevolg hebben dat het samenhangend straat- en bebouwingsbeeld en verkeersveiligheid onevenredig worden aangetast; 3. verlening van ontheffing mag er niet toe leiden dat de afstand tot de voorgevel van bestaande woningen in een zijstraat minder dan 12.00 m bedraagt; 4. aangetoond dient te zijn dat de voorwaarde voor een andere situering op het perceel een te vergaande beperking is; 5. ontheffing wordt niet verleend indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken. 18.4.4. Afstand voorgevel van een bijgebouw tot de voorgevel van het hoofdgebouw Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 18.2 sub j en sub k ten einde een afwijkende afstandsmaat te kunnen toestaan, met in achtneming van de volgende regels: 1. verlening van de ontheffing mag er niet toe leiden dat de in lid 18.2 sub g.2 genoemde maximale oppervlakte wordt overschreden; 2. verlening van de ontheffing mag niet tot gevolg hebben dat het samenhangend straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheid onevenredig worden aangetast; 3. aangetoond dient te worden dat de voorwaarde voor een andere situering op het perceel een te verregaande beperking is; 4. ontheffing wordt niet verleend indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
30
18.4.5. Oppervlakte erfbebouwing Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 18 sub g.2, ten einde een grotere oppervlakte te kunnen toestaan, met inachtneming van de volgende regels: a. ontheffing tot 50% mag worden verleend om bijgebouwen en overkappingen te kunnen uitbreiden tot ten hoogste 40 m², met dien verstande dat ter plaatse van het erf een aaneengesloten onbebouwde en niet-overkapte oppervlakte dient te worden gehandhaafd van ten minste 25 m²; b. ontheffing mag worden verleend om bijgebouwen en overkappingen te kunnen uitbreiden tot ten hoogste 80 m², met dien verstande dat: 1. het bebouwingspercentage van 40% niet mag worden overschreden; 2. de oppervlakte van het perceel dient ten minste 1.000 m² te bedragen; c. ontheffing wordt niet verleend indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken. 18.4.5. Dakopbouwen Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van de in lid 18 sub c en d bedoelde goothoogte en/ of bouwhoogte, teneinde dakopbouwen te kunnen toestaan, met inachtneming van de volgende regels: a. de hoofdvorm van de dakopbouwen dient overeen te komen met de hoofdvorm van dakopbouwen in de woonbuurt; b. in geval in de woonbuurt nog geen dakopbouwen zijn geplaatst, is verlening van ontheffing alleen toegestaan indien het woningtype, de inrichting en/of de omvang hier aanleiding toe geven; c. situering van een dakopbouw mag niet leiden tot een extra bouwlaag; d. ontheffing wordt niet verleend indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken. 18.4.6. Bouwhoogte bijgebouwen Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 18.2. sub c en d inzake de bouwhoogte teneinde hogere bijgebouwen te kunnen toestaan, met inachtneming van de volgende regels: a. de bouwhoogte mag niet meer dan 6.00 meter bedragen; b. verlening van ontheffing mag geen relevante veranderingen teweeg brengen in de bezonningssituatie op de aangrenzende erven of tuinen en / of in de licht- en luchttoetreding van de aangrenzende bebouwing; c. ontheffing wordt niet verleend indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken. 18.5. Specifieke gebruiksregels Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels: a. Op de gronden met de bestemming Wonen is – in samenhang daarmee – ook het gebruik toegestaan van gedeelten van hoofdgebouwen, inclusief aan- en uitbouwen, voor aanhuis-gebonden beroepen, kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten en aan-huis-gebonden logies met ontbijt, voor zover: 1. de woonfunctie in overwegende mate behouden blijft; 2. het gebruik de woonfunctie ondersteunt, dat wil zeggen dat degene die de activiteiten in de woning of het bijgebouw uitvoert, tevens de gebruiker van de woning is; 3. het geen zodanig verkeersaantrekkende activiteiten betreffen dat deze kunnen leiden tot een nadelige beïnvloeding van de normale afwikkeling van het verkeer dan wel tot een onevenredige parkeerdruk op de openbare ruimte; 4. er geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd een beperkte verkoop die verband houdt met de beroeps- of bedrijfsmatige activiteiten; 5. ten hoogste 30% van het vloeroppervlak, met een maximum van 50 m², van de woning inclusief bijgebouwen ten behoeve van de beroeps- of bedrijfsmatige activiteiten of aanhuis-gebonden logies met ontbijt in gebruik zal zijn; 6. het bedrijvigheid betreft die niet onder de werking van de Wet milieubeheer valt. Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
31
18.6. Wijzigingsbevoegdheid 18.6.1. Gestapelde woningen Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de aanduidingen “vrijstaand”, “vrijstaand of tweeaaneen” of “aaneen” te wijzigen in de nadere aanduiding ”gestapeld” ten einde gestapelde woningbouw te kunnen toestaan, met inachtneming van de volgende regels: a. gestapelde woningbouw dient te voorzien in een aantoonbare behoefte, bijvoorbeeld indien bestaande woningen waarnaar weinig vraag is of in de toekomst zal zijn, worden vervangen door gestapelde woningen waarnaar een grotere vraag bestaat of in de toekomst zal bestaan; b. in beginsel mag toepassing van de wijzigingsbevoegdheid niet leiden tot te grote contrasten tussen de bestaande woonbebouwing en de gestapelde woningbouw, tenzij dit resulteert in het doorbreken van een te eenzijdige samenstelling van de bestaande woningvoorraad in de woonbuurt; c. planwijziging wordt niet toegepast indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken; d. bij verlening van deze wijzigingsbevoegdheid, wordt de in artikel 29 in lid 29.2 opgenomen procedure doorlopen.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 19
32
Wonen-Woonwagens
19.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Wonen-Woonwagens aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. standplaatsen voor woonwagens; b. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals erven, tuinen, nutsvoorzieningen en parkeervoorzieningen. 19.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd; b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak; c. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven bouwhoogte; d. de goothoogte van gebouwen bedraagt ten hoogste de op de plankaart aangegeven goothoogte; e. op de gronden zijn ten hoogste 4 standplaatsen met een grondoppervlakte van tenminste 175 m² per standplaats ten behoeve van woonwagens toegestaan; f. per standplaats is ten hoogste één woonwagen toegestaan; g. de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen en overkappingen mag per woonwagen ten hoogste 20 m² bedragen; h. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; i. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; j. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 20
33
Wonen-Uit te werken
20.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Wonen-Uit te werken bestemming aangewezen gronden zijn bestemd voor: a. het wonen met bijbehorende erven en tuinen; b. groen- en speelvoorzieningen; c. nutsvoorzieningen; d. verkeersvoorzieningen; e. water. 20.2. Uitwerkingsregels Het college van burgemeester en wethouders werkt de in lid 20.1 genoemde bestemmingen nader uit, met inachtneming van het volgende: 20.2.1. Wonen a. op de gronden zijn niet minder dan 10 en niet meer dan 20 woningen toegestaan; b. ter plaatse zijn uitsluitend vrijstaande, twee-aaneengebouwde of aaneengebouwde woningen toegestaan; c. de bouwhoogte van de woningen bedraagt ten hoogste 10.00 meter; d. de belangrijkste gevel van de woningen is naar de weg gekeerd; e. de afstand van de woningen en bijgebouwen tot wegen en water bedraagt ten minste 5.00 meter; f. achter de voorgevelrooilijn, mag de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen en overkappingen ten hoogste 40 m² bedragen en ten hoogste 40% van de oppervlakte van het erf behorende bij de woning; g. de afstand van woningen tot aan de grens van de bestemming Wonen - Uit te werken bedraagt ten minste 10.00 meter; h. de bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1.00 m; i. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2.00 meter; j. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter. 20.2.2. Water en groenvoorzieningen a. er dient te worden voorzien in een sloot van ten minste 5.00 meter breed aan de westzijdeen noordzijde van de gronden met de bestemming Wonen - Uit te werken; b. de hoogte van andere bouwwerken mag niet meer bedragen dan 4.00 meter; 20.2.3. Verkeersvoorzieningen a. op de gronden ten behoeve van verkeersvoorzieningen zijn toegestaan: 1. wegen uit ten hoogste twee maal één doorgaande rijstrook; 2. fiets- en voetpaden; 3. parkeerplaatsen; 4. bermen; 5. watergangen en andere voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding; 6. geluidwerende voorzieningen; 7. bijbehorende beplanting; b. op de gronden ten behoeve van verkeersvoorzieningen zijn toegestaan bouwwerken, geen gebouwen zijnde; c. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde en andere bouwwerken mag niet meer dan 9.00 meter bedragen; d. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 9.00 meter. 20.3. Voorlopig bouwverbod Op de in lid 20.1 bedoelde gronden mag uitsluitend worden gebouwd in overeenstemming met een in werking getreden uitwerkingsplan en met inachtneming van de in dat plan opgenomen regels.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
34
20.4. Ontheffing voorlopig bouwverbod Het college van burgemeester en wethouders kan ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 20.3, indien de op te richten bebouwing naar zijn bestemming en gebruik, alsmede naar zijn afmetingen en zijn plaats binnen het plangebied in overeenstemming zal zijn met, dan wel op verantwoorde wijze kan worden ingepast in een reeds vastgesteld uitwerkingsplan of een daarvoor gemaakt ontwerp, met in achtneming van het volgende: a. Alvorens ontheffing te verlenen vragen burgemeester en wethouders advies aan bij de waterbeheerder omtrent de gevolgen van de toename van verhard oppervlak.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 21
35
Waarden-Archeologische waarden -1
21.1. Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Waarden-Archeologische waarden -1 aangewezen gronden zijn – bij wijze van dubbelbestemming – bestemd voor bescherming en veiligstelling van archeologische waarden. 21.2. Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels:
a. b.
c.
op deze gronden mogen ten behoeve van de in lid 29.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 2 m; ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien: 1. burgemeester en wethouders beschikken over een verklaring van de archeologische deskundige waaruit blijkt dat het opstellen van een rapport met daarin een beschrijving van de archeologische waarden van de betrokken locatie niet nodig is; 2. niet is voldaan aan het bepaalde onder 1: a. de aanvrager van de bouwvergunning een rapport heeft overlegd waarin de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld; b. de betrokken archeologische waarden, gelet op het onder a genoemde rapport, door de bouwactiviteiten niet worden geschaad of mogelijke schade kan worden voorkomen door aan de bouwvergunning regels te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem, het doen van opgravingen dan wel het begeleiden van de bouwactiviteiten door de archeologische deskundige; het bepaalde in dit lid onder b is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken: 1. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering; 2. een bouwwerk met een oppervlakte van ten hoogste 30 m²; 3. een bouwwerk dat niet dieper wordt gebouwd dan 40 cm beneden het peil; 4. een bouwwerk dat zonder graafwerkzaamheden dieper dan 40 cm beneden het peil kan worden geplaatst; 5. een bouwwerk dat zonder heiwerkzaamheden kan worden geplaatst; 6. begeleiding van de bouwactiviteiten door de archeologische deskundige.
21.3 21.3.1
Aanlegvergunning Aanlegverbod zonder vergunning
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waarden-Archeologische waarden -1’ zonder of in afwijking van een aanlegvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren: a. het uitvoeren van grondbewerkingen op een grotere diepte dan 40 cm beneden het peil, waartoe worden gerekend het afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren en ontginnen; b. het ophogen van gronden met een hoogte van ten minste 2 m; c. het verlagen of verhogen van het waterpeil; d. het planten of rooien van bomen waarbij de stobben worden verwijderd; e. het aanbrengen van ondergrondse kabels en leidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
21.3.2
36
Uitzondering op het aanlegverbod
Het verbod van lid 21.3.1 is niet van toepassing, indien: a. de werken en werkzaamheden noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een bouwplan waarbij lid 21.2 in acht is genomen; b. de werken of werkzaamheden op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan reeds in uitvoering zijn; c. de werken en werkzaamheden ten dienste van archeologisch onderzoek worden uitgevoerd; d. de werken en werkzaamheden betrekking hebben op het uitvoeren van grondbewerkingen met een oppervlakte van ten hoogste 30 m²; e. de werken en werkzaamheden betrekking hebben op het uitvoeren van grondbewerkingen met een diepte van ten hoogste 40 cm onder het peil; f. burgemeester en wethouders beschikken over een verklaring van de archeologische deskundige dat ten behoeve van de werken en werkzaamheden geen aanlegvergunning als bedoeld in lid 21.3.1. nodig is. 21.3.3
Voorwaarden voor een aanlegvergunning
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 21.3.1. bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien: a. de aanvrager van de aanlegvergunning een rapport heeft overlegd waarin wordt aangetoond dat de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld; b. de betrokken archeologische waarden, gelet op dit rapport, door de activiteiten niet worden geschaad of mogelijke schade wordt voorkomen door aan de aanlegvergunning regels te verbinden, gericht op: 1. het behoud van archeologische resten in de bodem; 2. het doen van opgravingen; 3. begeleiding van de activiteiten door de archeologisch deskundige. 21.4 Sloopvergunning 21.4.1 Sloopverbod zonder vergunning Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waarden-Archeologische waarden -1' zonder of in afwijking van een sloopvergunning van burgemeester en wethouders bouwwerken te slopen. 21.4.2 Uitzonderingen sloopvergunning Het verbod als bedoeld in lid 21.4.1. is niet van toepassing indien: a. de sloopwerkzaamheden noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een bouwplan waarbij het bepaalde in lid 21.2 in acht is genomen; b. de sloopwerkzaamheden reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan; c. de diepte waar bodemverstoringen door de sloopwerkzaamheden plaatsvinden ten hoogste 40 cm beneden het peil bedraagt; d. de oppervlakte waar bodemverstoringen door de sloopwerkzaamheden plaatsvinden ten hoogste 30 m² bedraagt; e. Burgemeester en wethouders beschikken over een verklaring van de archeologische deskundige dat ten behoeve van de werken en werkzaamheden geen sloopvergunning als bedoeld in lid 21.4.1. nodig is. 21.4.3 Voorwaarden voor een sloopvergunning Een sloopvergunning, zoals in lid 21.4.1 bedoeld, kan slechts worden verleend indien: a. de aanvrager van de sloopvergunning een rapport heeft overlegd waarin wordt aangetoond dat de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld; b. de betrokken archeologische waarden, gelet op dit rapport, door de activiteiten niet worden geschaad of mogelijke schade wordt voorkomen door aan de sloopvergunning regels te verbinden, gericht op: c. het behoud van archeologische resten in de bodem; d. begeleiding van de activiteiten door de archeologisch deskundige. 21.5 Wijzigingsbevoegdheid 21.5.1 Geheel of gedeeltelijk verwijderen archeologische bestemming Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
37
a. Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsvlak met de in lid 21.1 genoemde bestemming verwijderen, met inachtneming van de volgende regels: b. uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn; c. op grond van archeologisch onderzoek wordt het niet meer noodzakelijk geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarden voorziet; d. alvorens omtrent de vaststelling van een wijziging te beslissen, winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de archeologisch deskundige. 21.5.2 Wijzigingen vorm bestemmingsvlak Burgemeester en wethouders kunnen de vorm van het bestemmingsvlak met de in lid 21.1 genoemde bestemming veranderen, met inachtneming van de volgende regels: a. wijziging is op grond van archeologisch onderzoek noodzakelijk of gewenst met het oog op de bescherming of de veiligstelling van de ter plaatse aanwezige archeologische waarden; b. er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken; c. alvorens omtrent de vaststelling van een wijziging te beslissen, winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de archeologisch deskundige.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 22
38
Waarden-Archeologische waarden -3
22.1 Bestemmingsomschrijving De voor 'Waarden – Archeologische waarden-3' aangewezen gronden zijn – bij wijze van dubbelbestemming – mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden. 22.2 Bouwregels Voor het bouwen gelden de volgende regels: a. op deze gronden mogen ten behoeve van de in lid 22.1 genoemde bestemming uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd met een bouwhoogte van ten hoogste 2 m; b. ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemming(en) mag - met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw)regels - uitsluitend worden gebouwd, indien: 1. burgemeester en wethouders beschikken over een verklaring van de archeologische deskundige waaruit blijkt dat het opstellen van een rapport met daarin een beschrijving van de archeologische waarden van de betrokken locatie niet nodig is; 2. niet is voldaan aan het bepaalde onder 1: a. de aanvrager van de bouwvergunning een rapport heeft overlegd waarin de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld; b. de betrokken archeologische waarden, gelet op het onder a genoemde rapport, door de bouwactiviteiten niet worden geschaad of mogelijke schade kan worden voorkomen door aan de bouwvergunning regels te verbinden, gericht op het behoud van de archeologische resten in de bodem, het doen van opgravingen dan wel het begeleiden van de bouwactiviteiten door de archeologische deskundige; c. het bepaalde in dit lid onder b is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken: 1. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en waarbij gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering; 2. een bouwwerk met een oppervlakte van ten hoogste 500 m²; 3. een bouwwerk dat niet dieper wordt gebouwd dan 40 cm beneden het peil; 4. een bouwwerk dat zonder graafwerkzaamheden dieper dan 40 cm beneden het peil kan worden geplaatst; 5. een bouwwerk dat zonder heiwerkzaamheden kan worden geplaatst. 22.3 Aanlegvergunning 22.3.1 Aanlegverbod zonder vergunning Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waarden-Archeologische waarden-3' zonder of in afwijking van een aanlegvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren: a. het uitvoeren van grondbewerkingen op een grotere diepte dan 40 cm beneden het peil, waartoe worden gerekend het afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren en ontginnen; b. het ophogen van gronden met een hoogte van ten minste 2 m; c. het verlagen of verhogen van het waterpeil; d. het planten of rooien van bomen waarbij de stobben worden verwijderd; e. het aanbrengen van ondergrondse kabels en leidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur. 22.3.2 Uitzondering op het aanlegverbod Het verbod van lid 22.3.1 is niet van toepassing, indien: a. de werken en werkzaamheden noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een bouwplan waarbij lid 22.2 in acht is genomen; b. de werken of werkzaamheden op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan reeds in uitvoering zijn;
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
c. d. e. f.
39
de werken en werkzaamheden ten dienste van archeologisch onderzoek worden uitgevoerd; de werken en werkzaamheden betrekking hebben op het uitvoeren van grondbewerkingen met een oppervlakte van ten hoogste 500 m²; de werken en werkzaamheden betrekking hebben op het uitvoeren van grondbewerkingen met een diepte van ten hoogste 40 cm onder het peil; burgemeester en wethouders beschikken over een verklaring van de archeologische deskundige dat ten behoeve van de werken en werkzaamheden geen aanlegvergunning als bedoeld in lid 22.3.1. nodig is.
22.3.3 Voorwaarden voor een aanlegvergunning De werken en werkzaamheden, zoals in lid 22.3.1. bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien: a. de aanvrager van de aanlegvergunning een rapport heeft overlegd waarin wordt aangetoond dat de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld; b. de betrokken archeologische waarden, gelet op dit rapport, door de activiteiten niet worden geschaad of mogelijke schade wordt voorkomen door aan de aanlegvergunning regels te verbinden, gericht op: 1. het behoud van archeologische resten in de bodem; 2. het doen van opgravingen; 3. begeleiding van de activiteiten door de archeologisch deskundige. 22.4 Sloopvergunning 22.4.1 Sloopverbod zonder vergunning Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waarden-Archeologische waarden-3' zonder of in afwijking van een sloopvergunning van burgemeester en wethouders bouwwerken te slopen. 22.4.2 Uitzonderingen sloopvergunning Het verbod als bedoeld in lid 22.4.1. is niet van toepassing indien: a. de sloopwerkzaamheden noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een bouwplan waarbij het bepaalde in lid 22.2 in acht is genomen; b. de sloopwerkzaamheden reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan; c. de diepte waar bodemverstoringen door de sloopwerkzaamheden plaatsvinden ten hoogste 40 cm beneden het peil bedraagt; d. de oppervlakte waar bodemverstoringen door de sloopwerkzaamheden plaatsvinden ten hoogste 500 m² bedraagt; e. Burgemeester en wethouders beschikken over een verklaring van de archeologische deskundige dat ten behoeve van de werken en werkzaamheden geen sloopvergunning als bedoeld in lid 22.4.1. nodig is. 22.4.3 Voorwaarden voor een sloopvergunning Een sloopvergunning, zoals in lid 22.4.1 bedoeld, kan slechts worden verleend indien: a. de aanvrager van de sloopvergunning een rapport heeft overlegd waarin wordt aangetoond dat de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van burgemeester en wethouders in voldoende mate is vastgesteld; b. de betrokken archeologische waarden, gelet op dit rapport, door de activiteiten niet worden geschaad of mogelijke schade wordt voorkomen door aan de sloopvergunning regels te verbinden, gericht op: 1. het behoud van archeologische resten in de bodem; 2. begeleiding van de activiteiten door de archeologisch deskundige. 22.5 Wijzigingsbevoegdheid 22.5.1 Geheel of gedeeltelijk verwijderen archeologische bestemming Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsvlak met de in lid 22.1 genoemde bestemming verwijderen, met inachtneming van de volgende regels: a. uit archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn;
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
b. c.
40
op grond van archeologisch onderzoek wordt het niet meer noodzakelijk geacht dat het bestemmingsplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarden voorziet; alvorens omtrent de vaststelling van een wijziging te beslissen, winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de archeologisch deskundige.
22.5.2 Wijzigingen vorm bestemmingsvlak Burgemeester en wethouders kunnen de vorm van het bestemmingsvlak met de in lid 22.1 genoemde bestemming veranderen, met inachtneming van de volgende regels: a. wijziging is op grond van archeologisch onderzoek noodzakelijk of gewenst met het oog op de bescherming of de veiligstelling van de ter plaatse aanwezige archeologische waarden; b. er wordt geen onevenredige afbreuk gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken; c. alvorens omtrent de vaststelling van een wijziging te beslissen, winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de archeologisch deskundige.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Artikel 23
41
Infrastructuur-Waterstaat
23.1.Bestemmingsomschrijving De op de plankaart voor Infrastructuur-Waterstaat aangewezen gronden zijn – bij wijze van dubbelbestemming – bestemd voor waterstaatkundige voorzieningen. 23.2.Bouwregels a. Op de gronden mogen ten behoeve van de bestemming, zoals in lid 23.1 bedoeld, uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd. b. Ten behoeve van de andere voor deze gronden geldende bestemmingen mag – met inachtneming van de voor de betrokken bestemming geldende (bouw)regels – uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering. 23.3.Ontheffing bouwregels Het college van burgemeester en wethouders kan ontheffing verlenen van het bepaalde in lid 23.2. sub b. Ontheffing wordt verleend, indien de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en het waterstaatsbelang door de bouwactiviteiten niet onevenredig wordt geschaad.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Bestemmingsregels
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
42
709.007486.00
Hoofdstuk III Algemene regels Artikel 24
43
Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Algemene regels
Artikel 25
44
Algemene regels met betrekking tot het bouwen
25.1.Bestaande maten a. De bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen die meer bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten hoogste toelaatbaar worden aangehouden; b. De bestaande afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen die minder bedragen dan in hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen als ten minste toelaatbaar worden aangehouden; c. In geval van herbouw is het bepaalde onder a. en b uitsluitend van toepassing, indien de herbouw op dezelfde plaats plaatsvindt. 25.2.Molenbiotoop a. In afwijking van hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de aanduiding “molenbiotoop” de volgende regels: 1. binnen een afstand van 100 meter tot het middelpunt van de molen wordt geen bebouwing opgericht hoger dan de onderste punt van de verticaal staande wiek; 2. binnen een afstand van 100 tot 400 meter tot het middelpunt van de molen wordt geen bebouwing opgericht met een hoogte die meer bedraagt dan 1/30 van de afstand van het bouwwerk tot het middelpunt van de molen, gerekend vanaf de onderste punt van de verticaal staande wiek. b. het college van burgemeester en wethouders kan ontheffing verlenen van het bepaalde onder a, indien: 1. de vrije windvang of het zicht op de molen al zijn beperkt vanwege aanwezige bebouwing en de windvang en het zicht op de molen niet verder worden beperkt vanwege de nieuw op te richten bebouwing, of ; 2. toepassing van het onder a. bedoelde afstands- en/of hoogtematen de belangen in verband met de nieuw op te richten bebouwing onevenredig zouden schaden. c. Indien op grond van hoofdstuk 2 een lagere maximale bouwhoogte geldt dan de maximaal toelaatbare bouwhoogte ingevolge lid 25.2 sub a, prevaleert de maximaal toelaatbare bouwhoogte van hoofdstuk 2; d. Het is verboden op of in de gronden met de aanduiding “molenbiotoop” zonder of in afwijking van een aanlegvergunning van burgemeester en wethouders hoogopgroeiende beplantingen en bomen aan te brengen; e. Het verbod van lid 25.2 sub d is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan; f. De werken en werkzaamheden, zoals in lid 25.2 sub d bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien het molenbelang daardoor niet onevenredig wordt geschaad. 25.3.Overschrijding bouwgrenzen De bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen in afwijking van de plankaart en hoofdstuk 2 uitsluitend worden overschreden door: a. tot gebouwen behorende stoepen, stoeptreden, trappen(huizen), galerijen, hellingbanen, funderingen, balkons, entreeportalen, veranda”s en afdaken, alsmede andere ondergeschikte onderdelen van gebouwen, mits de overschrijding niet meer dan 1.50 meter bedraagt; b. tot gebouwen behorende erkers en serres, mits de overschrijding niet meer dan 1.00 meter bedraagt en de oppervlakte niet meer dan 6 m²; c. de bouw van andere bouwwerken ten dienste van nutsvoorzieningen, mits deze voorzieningen van geringe horizontale en verticale afmetingen zijn en de bouwhoogte in ieder geval niet meer dan 10.00 meter; in afwijking van het in vorige zin bepaalde mag de bouwhoogte van voorzieningen voor telecommunicatie ten behoeve van privé-gebruik maximaal 15.00 meter bedragen en voor gemeenschappelijk gebruik maximaal 30.00 meter; d. voor de bouw van kleine niet voor bewoning bestemde gebouwtjes ten dienste van nutsvoorzieningen; de inhoud van deze gebouwtjes mag ten hoogste 50 m³ en de bouwhoogte ten hoogste 3.00 meter bedragen. 25.4.Percentages Een op de plankaart of in deze regels aangegeven percentage geeft aan hoeveel van het bouwvlak van het desbetreffende bouwperceel ten hoogste mag worden bebouwd met gebou-
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Algemene regels
45
wen en overkappingen. Bij het ontbreken van een percentage mag het bouwvlak volledig worden bebouwd, tenzij in hoofdstuk 2 anders is bepaald. 25.4.Beschermingszone waterschap Ten gevolge van de Keur van het Waterschap Zeeuwse Eilanden zal in geval van aanvragen bouwvergunning als bedoeld in de Woningwet ter plaatse van een gebied van 10 meter om de gronden met de bestemming “Infrastrucuur-Waterstaat” de gemeente signaleren aan de initiatiefnemer en het Waterschap Zeeuwse Eilanden dat overleg met het Waterschap Zeeuwse Eilanden noodzakelijk is, in verband met een beschermingszone waterkering ter plaatse.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Algemene regels
Artikel 26
46
Uitsluiting aanvullende werking bouwverordening
De regels van stedenbouwkundige aard en de bereikbaarheideisen van paragraaf 2.5 van de bouwverordening zijn uitsluitend van toepassing, voor zover het betreft: a. bereikbaarheid van bouwwerken voor wegverkeer, brandblusvoorzieningen; b. brandweeringang; c. bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten; d. de ruimte tussen bouwwerken; e. parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden bij of in gebouwen.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Algemene regels
Artikel 27 a. b.
c.
d.
47
Algemene gebruiksregels
Het is verboden gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel strijdig met de aan de grond gegeven bestemming, de bestemmingsomschrijving en de overige regels. Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan: 1. onbebouwde gronden te gebruiken of te laten gebruiken: a. als opslagplaats voor bagger en grondspecie; b. als opslagplaats voor vaten, kisten, al dan niet voor gebruik geschikte werktuigen en machines of onderdelen daarvan, oude en nieuwe (bouw)materialen, afval, puin, grind of brandstoffen; c. als uitstallings-, opslag-, stand- of ligplaats voor kampeer- en verblijfsmiddelen; 2. bouwwerken en onbebouwde gronden te gebruiken of te laten gebruiken als seksinrichting. Onder strijdig gebruik wordt niet verstaan: 1. vormen van gebruik als bedoeld onder b, die verenigbaar zijn met het doel waarvoor de grond ingevolge de bestemming, de doeleindenomschrijving en/ of de overige regels mag worden gebruikt; 2. het opslaan van bouwmaterialen, puin en specie in verband met normaal onderhoud, dan wel ter verwezenlijking van de bestemming; 3. het uitoefenen van detailhandel voor zover dit een normaal en ondergeschikt bestanddeel uitmaakt van de totale bedrijfsuitoefening, zoals ingevolge de regels toegestaan; 4. de stalling van ten hoogste één toercaravan en/ of boot op de bij een woning behorende grond. Het college van burgemeester en wethouders verleent ontheffing van het in sub a bepaalde, indien strikte toepassing van het verbod leidt tot beperkingen in het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen worden gerechtvaardigd.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Algemene regels
Artikel 28 a.
b.
48
Algemene ontheffingsregels
Het college van burgemeester en wethouders kan - tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds ontheffing kan worden verleend - ontheffing verlenen van de regels in het plan voor: 1. afwijkingen van maten (waaronder percentages) met ten hoogste 10%; 2. overschrijding van bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; de overschrijdingen mogen echter niet meer dan 3.00 meter bedragen en het bouwvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot. Ontheffing wordt niet verleend, indien daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Algemene regels
Artikel 29
49
Algemene wijzigingsregels
29.1.Overschrijding bestemmingsgrenzen Het college van burgemeester en wethouders kan de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter niet meer dan 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot. 29.2.Archeologische waarden 29.2.1. Wijziginsbevoegdheid ten behoeve van verwijdering bestemmingsvlak Het college van burgemeester en wethouders kan het bestemmingsplan wijzigen door voor een of meer bestemmingsvlakken de bestemming Waarden-Archeologische waarden geheel of gedeeltelijk van de plankaart te verwijderen, indien: a. uit nader archeologisch onderzoek is gebleken dat ter plaatse geen archeologische waarden aanwezig zijn; b. het op grond van nader archeologisch onderzoek niet meer noodzakelijk wordt geacht dat het bestemmingplan ter plaatse in bescherming en veiligstelling van archeologische waarden voorziet. 29.3.Wijzigingsbevoegdheid ten behoeve van “grens wijzigingsbevoegdheid” Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemmingen te wijzigen voor zover gelegen binnen het gebied op de kaart aangegeven met “grens wijzigingsbevoegdheid” in een bestemming voor woningen en/of openbare voorzieningen.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Algemene regels
Artikel 30
50
Algemene procedureregel
30.1.Procedure bij toepassing ontheffingsbevoegdheid Indien in de regels naar deze regel is verwezen, volgen burgemeester en wethouders bij toepassing van een ontheffingsbevoegdheid de volgende procedure. a. een ontwerpbesluit ligt gedurende twee weken ter gemeentesecretarie ter inzage; b. burgemeester en wethouders maken de terinzagelegging tevoren bekend in een of meer dag-, nieuws- of huis-aan-huisbladen, die in de gemeente worden verspreid, en voorts op de gebruikelijke wijze; c. de bekendmaking houdt mededeling in van de bevoegdheid voor belanghebbenden tot het schriftelijk indienen van bedenkingen bij burgemeester en wethouders tegen het ontwerpbesluit gedurende de in sub a genoemde termijn; d. burgemeester en wethouders beslissen binnen vier weken na afloop van de termijn van terinzagelegging omtrent het verlenen van ontheffing; e. indien tegen een ontwerpbesluit bedenkingen zijn ingebracht, wordt het besluit met redenen omkleed; f. burgemeester en wethouders delen aan hen, die bedenkingen hebben ingediend, de beslissing daaromtrent mede. 30.2.Procedure bij toepassing wijzigingsbevoegdheid Indien in de regels naar deze regel is verwezen, is op de voorbereiding van een besluit tot wijziging van een bestemmingsplan op grond van artikel 11 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening, de in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht geregelde procedure van toepassing.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Algemene regels
Artikel 31
51
Werking wettelijke regelingen
De wettelijke regelingen, waarnaar in de regels van dit plan wordt verwezen, gelden zoals deze luidden op het moment van vaststelling van het plan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Algemene regels
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
52
709.007486.00
53
Hoofdstuk IV Overgangs- en slotregels Artikel 32
Strafregel
Overtreding van het bepaalde in: a. artikel 21, lid 21.3.1 en artikel 21.4.1; b. artikel 22, lid 22.3.1 en artikel 22.4.1 c. artikel 25, lid 25.2 sub d; d. artikel 27, lid a; is een strafbaar feit, zoals bedoeld in artikel 1a van de Wet op de economische delicten.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Overgangs- en slotregels
Artikel 33
54
Overgangsregels
32.1. Overgangsrecht bouwwerken Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt: a. een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot, 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; 2. na het tenietgaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de bouwvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is tenietgegaan; b. eenmalig kan ontheffing worden verleend van het bepaalde in dit lid onder a voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk zoals bedoeld in dit lid onder a, met maximaal 10%; c. dit lid onder a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsregeling van dat plan. 32.2. Overgangsrecht gebruik Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt: a. het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet; b. het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in dit lid onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind; c. indien het gebruik, bedoeld in dit lid onder a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten; d. dit lid onder a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsregeling van dat plan.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Overgangs- en slotregels
Artikel 34
55
Titel
Dit plan wordt aangehaald onder de naam Arnemuiden.
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Overgangs- en slotregels
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
56
709.007486.00
bijlagen bij de regels
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
1
behorende bij de regels van het bestemmingsplan Arnemuiden van de gemeente Middelburg
Lijst van afkortingen in de Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein" < > = cat. e.d. kl. n.e.g. o.c. p.c. p.o. b.o. v.c.
niet van toepassing of niet relevant kleiner dan groter gelijk aan categorie en dergelijke klasse niet elders genoemd opslagcapaciteit productiecapaciteit productieoppervlak bedrijfsoppervlak verwerkingscapaciteit
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
u d w j B C D L Z R V
uur dag week jaar bodemverontreiniging continu divers luchtverontreiniging zonering op basis van Wet geluidhinder risico (Besluit externe veiligheid inrichtingen mogelijk van toepassing) Vuurwerkbesluit van toepassing
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
2
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
15 151 151 151 151 151 151 151
50 30
10 10
50 30
10 10 10
50 30 30
C
10 10 0
10 10 10 10
30 30 30 30
30 30
10 10
30 30 30
C C C C
100 50
0 0
100 50
C C
50 10
0 1 2
VISSERIJ- EN VISTEELTBEDRIJVEN Zeevisserijbedrijven Binnenvisserijbedrijven Vis- en schaaldierkwekerijen - oester-, mossel- en schelpenteeltbedrijven - visteeltbedrijven
100 50
30 0
50 50
C C
0 0
0 1 2 3 4 5 6
VERVAARDIGING VAN VOEDINGSMIDDELEN EN DRANKEN Slachterijen en overige vleesverwerking: - slachterijen en pluimveeslachterijen - vetsmelterijen - bewerkingsinrichting van darmen en vleesafval - vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. > 1.000 m² - vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. <= 1.000 m² - vleeswaren- en vleesconservenfabrieken: p.o. <= 200 m²
100 700 300 100 50 30
0 0 0 0 0 0
100 100 100 100 50 50
C C C C C
50 30 50 50 30 10
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
R
R R R
VERKEER
30 100 30 30
30 100 30 30
CATEGORIE
GROOTSTE AFSTAND
-
10 10 10 10
GELUID
05 0501.1 0501.2 0502 0502 0502
LANDBOUW EN DIENSTVERLENING TEN BEHOEVE VAN DE LANDBOUW Tuinbouw: - champignonkwekerijen (algemeen) - champignonkwekerijen met mestfermentatie - bloembollendroog- en prepareerbedrijven - witlofkwekerijen (algemeen) Dienstverlening ten behoeve van de landbouw: - algemeen (onder andere loonbedrijven): b.o. > 500 m² - algemeen (onder andere loonbedrijven): b.o.<= 500 m² - algemeen met opslag bestrijdingsmiddelen > 10 ton: zie SBI-code 51.55 - plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o. > 500 m² - plantsoenendiensten en hoveniersbedrijven: b.o. <= 500 m² KI-stations
STOF
0 4 5 6 7 0 1 2 3 4 5
GEUR
01 0112 0112 0112 0112 0112 014 014 014 014 014 014 0142
GEVAAR
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
2 3.2 2 2
1 1 1 1
3.1 2
2 G 1 G
50 30 30
3.1 2 2
2 G 1 G 1 G
100 50
3.2 3.1
2 G 1 G
100 50
3.2 3.1
1 G 1 G
3.2 5.2 4.2 3.2 3.1 3.1
2 2 2 2 1 1
100 700 300 100 50 50
D
D
G G G G
G G G G G G
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
3
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
GROOTSTE AFSTAND
50
0
50
10
50
3.1
1 G
50
0
50
10
50
3.1
2 G
700 200 300 300 100 50
100 0 0 10 10 10
200 100 50 50 50 30
C C C C
30 30 0 30 30 10
700 200 300 300 100 50
5.2 4.1 4.2 4.2 3.2 3.1
2 2 1 2 1 1
300 50
30 10
200 50
C
50 50
300 50
4.2 3.1
2 G 1 G
50 50 100 300 300
10 10 10 10 10
100 100 100 200 100
C C C C C
10 10 10 30 10
100 100 100 300 300
3.2 3.2 3.2 4.2 4.2
1 2 2 2 2
200 300
30 50
100 300
C C
Z
30 50
R R
200 300
4.1 4.2
3 G 3 G
200 300
10 10
100 300
C C
Z
100 200
R R
200 300
4.1 4.2
3 G 3 G
100 200
10 10
200 300
C C
Z
30 50
R R
200 300
4.1 4.2
3 G 3 G
200 200 50
100 30 0
500 500 100
C C C
50 50 50
R R R
500 500 100
5.1 5.1 3.2
3 G 3 G 2 G
Z Z
R R
D
VERKEER
GEVAAR
8 0 1 2 3 4 5 6 0 1 2 0 1 2 3 4 5 0 1 2 0 1 2 0 1 2 0 1 2 3
loonslachterijen vervaardiging van snacks en vervaardiging van kant-en-klaar-maaltijden met p.o. < 2.000 m² Visverwerkingsbedrijven: - drogen - conserveren - roken - verwerken anderszins: p.o. > 1.000 m² - conserveren of verwerken anderszins: p.o. <= 1.000 m² - conserveren of verwerken anderszins: p.o. <= 300 m² Aardappelproductenfabrieken: - vervaardiging van aardappelproducten - vervaardiging van snacks met p.o. < 2.000 m² Groente- en fruitconservenfabrieken: - jam - groente algemeen - met koolsoorten - met drogerijen - met uienconservering (zoutinleggerij) Vervaardiging van ruwe plantaardige en dierlijke oliën en vetten: - p.c. < 250.000 ton/jaar - p.c. >= 250.000 ton/jaar Raffinage van plantaardige en dierlijke oliën en vetten: - p.c. < 250.000 ton/jaar - p.c. >= 250.000 ton/jaar Margarinefabrieken: - p.c. < 250.000 ton/jaar - p.c. >= 250.000 ton/jaar Zuivelproductenfabrieken: - gedroogde producten, p.c. >= 1,5 ton/uur - geconcentreerde producten, verdampingscapaciteit >= 20 ton/uur - melkproductenfabrieken v.c. < 55.000 ton/jaar
GELUID
151 152 152 152 152 152 152 152 1531 1531 1531 1532, 1533 1532, 1533 1532, 1533 1532, 1533 1532, 1533 1532, 1533 1541 1541 1541 1542 1542 1542 1543 1543 1543 1551 1551 1551 1551
-
STOF
7
GEUR
151
CATEGORIE
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
G G G G G G
G G G G G
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
4
AFSTANDEN IN METERS
0 1 2 0 1 2 0 1
1584
2
1584
3
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
VERKEER
CATEGORIE
GROOTSTE AFSTAND
GEVAAR
GELUID
0 1 2 0 1 2 3 4 5 6
- melkproductenfabrieken v.c. >= 55.000 ton/jaar - overige zuivelproductenfabrieken Consumptie-ijsfabrieken: p.o. > 200 m² - consumptie-ijsfabrieken: p.o. <= 200 m² Meelfabrieken: - p.c. >= 500 ton/uur - p.c. < 500 ton/uur Grutterswarenfabrieken Zetmeelfabrieken: - p.c. < 10 ton/uur - p.c. >= 10 ton/uur Veevoerfabrieken: - destructiebedrijven - beender-, veren-, vis-, en vleesmeelfabriek - drogerijen (gras, pulp, groenvoeder, veevoeder) capaciteit < 10 ton/uur water - drogerijen (gras, pulp, groenvoeder, veevoeder) capaciteit >= 10 ton/uur water - mengvoeder, p.c. < 100 ton/uur - mengvoeder, p.c. >= 100 ton/uur Vervaardiging van voer voor huisdieren Broodfabrieken, brood- en banketbakkerijen: - v.c. < 2.500 kg meel/week - v.c. >= 2.500 kg meel/week Banket, biscuit- en koekfabrieken Suikerfabrieken: - v.c. < 2.500 ton/jaar - v.c. >= 2.500 ton/jaar Verwerking cacaobonen en vervaardiging chocolade- en suikerwerk: - cacao- en chocoladefabrieken: p.o. > 2.000 m² - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. < 2.000 m² - cacao- en chocoladefabrieken vervaardigen van chocoladewerken met p.o. <= 200 m²
STOF
4 5 1 2 0 1 2
GEUR
1551 1551 1552 1552 1561 1561 1561 1561 1562 1562 1562 1571 1571 1571 1571 1571 1571 1571 1572 1581 1581 1581 1582 1583 1583 1583 1584 1584
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
100 50 50 10
0 50 0 0
300 300 100 30
C C C
Z
50 50 50 0
R R R
300 300 100 30
4.2 4.2 3.2 2
3 3 2 1
200 100 50
100 50 100
300 200 200
C C C
Z
100 50 50
R R
300 200 200
4.2 4.1 4.1
2 G 2 G 2 G
200 300
50 100
200 300
C C
30 50
R R
4.1 4.2
1 G 2 G
700 700 300 700 200 300 200
30 100 100 200 50 100 100
200 100 200 300 200 300 200
C C C C C C C
5.2 5.2 4.2 5.2 4.1 4.2 4.1
3 3 2 3 3 3 2
30 100 100
10 30 10
30 100 100
C C C
30 100 100
2 3.2 3.2
1 G 2 G 2 G
500 1000
100 200
300 700
C C
500
50
100 30
Z
Z Z
50 30 30 50 30 50 30
R
R
10 30 30
D
200 300 700 700 300 700 200 300 200
D D
G G G G
G G G G G G G
100 200
R R
500 1000
5.1 5.3
2 G 3 G
100
50
R
500
5.1
2 G
30
50
30
100
3.2
2 G
10
30
10
30
2
1 G
Z
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
5
AFSTANDEN IN METERS
GEVAAR
30 30 10 30
50 50 30 10
30 30 10 10
0 1 2
500 100 200 200 200
30 10 30 30 50
200 30 50 50 50
0 1 2
100 300 200 300
10 50 50 30
50 50 50 200
C
10 50 30 30
0 1 2
200 300
30 50
200 300
C C
30 50
Vervaardiging van wijn, cider en dergelijke Bierbrouwerijen Mouterijen Mineraalwater- en frisdrankfabrieken
10 300 300 10
0 30 50 0
30 100 100 100
C C C
0 50 30 50
16 160
-
VERWERKING VAN TABAK Tabakverwerkende industrie
200
30
50
C
17 171 172 172 172
0 1 2
10
50
100
10 10
10 30
100 300
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
VERVAARDIGING VAN TEXTIEL Bewerken en spinnen van textielvezels Weven van textiel: - aantal weefgetouwen < 50 - aantal weefgetouwen >= 50
C
4.2 3.2 2 3.1
2 2 1 2
G G G G
5.1 3.2 4.1 4.1 4.1
2 2 2 2 2
G G G G G
100 300 200 300
3.2 4.2 4.1 4.2
2 2 2 2
G G G G
200 300
4.1 4.2
1 G 2 G
30 300 300 100
2 4.2 4.2 3.2
1 2 2 3
30
200
4.1
2 G
30
100
3.2
2 G
0 50
100 300
3.2 4.2
2 G 3 G
10 10 10 30 50
Z
R R
R
R
R R
R R
300 100 30 50
VERKEER
GELUID
300 100 30 50
- suikerwerkfabrieken met suiker branden - suikerwerkfabrieken zonder suiker branden: p.o. > 200 m² - suikerwerkfabrieken zonder suiker branden: p.o. <= 200 m² Deegwarenfabrieken Koffiebranderijen en theepakkerijen: - koffiebranderijen - theepakkerijen Vervaardiging van azijn, specerijen en kruiden Vervaardiging van overige voedingsmiddelen Bakkerijgrondstoffenfabrieken Soep- en soeparomafabrieken: - zonder poederdrogen - met poederdrogen Bakmeel- en puddingpoederfabrieken Destilleerderijen en likeurstokerijen Vervaardiging van ethylalcohol door gisting: - p.c. < 5.000 ton/jaar - p.c. >= 5.000 ton/jaar
CATEGORIE
STOF
4 5 6
GROOTSTE AFSTAND
GEUR
1584 1584 1584 1585 1586 1586 1586 1587 1589 1589.1 1589.2 1589.2 1589.2 1589.2 1591 1592 1592 1592 1593 t/m 1595 1596 1597 1598
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
500 100 200 200 200
D
D
G G G G
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
6
AFSTANDEN IN METERS
-
20 2010.1 2010.2 2010.2 2010.2 202 203, 204, 205 203, 204, 205 205
0 1 2
VERVAARDIGING VAN LEER EN LEDERWAREN (EXCLUSIEF KLEDING) Lederfabrieken Lederwarenfabrieken (exclusief kleding en schoeisel) Schoenenfabrieken HOUTINDUSTRIE EN VERVAARDIGING ARTIKELEN VAN HOUT, RIET, KURK EN DERGELIJKE Houtzagerijen Houtconserveringsbedrijven: - met creosootolie - met zoutoplossingen Fineer- en plaatmaterialenfabrieken
0
Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout
1
Timmerwerkfabrieken, vervaardiging overige artikelen van hout, p.o. < 200 m² Kurkwaren-, riet- en vlechtwerkfabrieken
-
VERVAARDIGING VAN PAPIER, KARTON EN PAPIER- EN KARTONWAREN Vervaardiging van pulp Papier- en kartonfabrieken: - p.c. < 3 ton/uur - p.c. 3 - 15 ton/uur
0 1 2
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
CATEGORIE
50 10 100 0
0 0 30 10
50 50 200 50
10 10 10 10
50 50 200 50
3.1 3.1 4.1 3.1
2 1 2 1
30 10 50
0 10 10
50 30 10
0 10 10
50 30 50
3.1 2 3.1
1 G 2 G 1 G
300 50 50
30 10 10
100 30 50
10 10 10
300 50 50
4.2 3.1 3.1
2 G 2 G 2 G
0
50
100
50
100
3.2
2 G
200 10 100
30 30 30
50 50 100
10 10 10
200 50 100
4.1 3.1 3.2
2 G 2 G 3 G
0
30
100
0
100
3.2
2 G
0 10
30 10
50 30
0 0
50 30
3.1 2
1 G 1 G
200
100
200
C
50 100
30 50
50 200
C C
Z
R
D
VERKEER
GROOTSTE AFSTAND
19 191 192 193
VERVAARDIGING VAN KLEDING; BEREIDEN EN VERVEN VAN BONT Vervaardiging kleding van leer Vervaardiging van kleding en -toebehoren (exclusief van leer) Bereiden en verven van bont; vervaardiging van artikelen van bont
GEVAAR
-
GELUID
18 181 182 183
STOF
Textielveredelingsbedrijven Vervaardiging van textielwaren Tapijt-, kokos- en vloermattenfabrieken Vervaardiging van gebreide en gehaakte stoffen en artikelen
GEUR
173 174, 175 1751 176, 177
21 2111 2112 2112 2112
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
G G G G
50
R
200
4.1
3 G
30 50
R R
50 200
3.1 4.1
1 G 2 G 709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
7
AFSTANDEN IN METERS
-
24 2411 2411 2411 2411 2412
A B
-
A B C
0 1 2 3
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
UITGEVERIJEN, DRUKKERIJEN EN REPRODUCTIE VAN OPGENOMEN MEDIA Drukkerijen van dagbladen Drukkerijen (vlak- en rotatie-diepdrukkerijen) Kleine drukkerijen en kopieerinrichtingen Grafische afwerking Binderijen Grafische reproductie en zetten Overige grafische activiteiten Reproductiebedrijven opgenomen media AARDOLIE-/STEENKOOLVERWERKENDE INDUSTRIE; BEWERKING SPLIJT/KWEEKSTOFFEN Cokesfabrieken Aardolieraffinaderijen Smeeroliën- en vettenfabrieken Recyclingbedrijven voor afgewerkte olie Aardolieproductenfabrieken n.e.g. Splijt- en kweekstoffenbewerkingsbedrijven VERVAARDIGING VAN CHEMISCHE PRODUCTEN Vervaardiging van industriële gassen: - luchtscheidingsinstallatie v.c. >= 10 ton/dag lucht - overige gassenfabrieken, niet explosief - overige gassenfabrieken, explosief Kleur- en verfstoffenfabrieken
100 30
300 100
C C
30 50
30 30
100 200
C C
30 30 10 0 30 30 30 0
0 0 0 0 0 0 0 0
100 100 30 10 30 10 30 10
C
1000 1500 50 300 300 10
700 100 0 0 0 10
1000 1500 100 100 200 100
C C
10 100 100 200
0 0 0 0
700 500 500 200
C C C C
Z
Z
100 30
R R
300 100
4.2 3.2
3 G 2 G
30 30
R R
100 200
3.2 4.1
2 G 2 G
100 100 30 10 30 30 30 10
3.2 3.2 2 1 2 2 2 1
3 3 1 1 2 2 2 1
G G P G G G G G
D D
5.3 6 3.2 4.2 4.2 6
2 3 2 2 2 1
G G G G G G
D
5.2 5.1 5.1 4.1
3 3 3 3
G G G G
10 10 0 0 0 10 10 0
Z Z
Z
VERKEER
200 30
CATEGORIE
GROOTSTE AFSTAND
GEVAAR
GELUID
22 2221 2222 2222.6 2223 2223 2224 2225 223
0 1 2
- p.c. >= 15 ton/uur Papier- en kartonwarenfabrieken Golfkartonfabrieken: - p.c. < 3 ton/uur - p.c. >= 3 ton/uur
STOF
3
GEUR
2112 212 2121.2 2121.2 2121.2
23 231 2320.1 2320.2 2320.2 2320.2 233
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
100 1500 30 50 50 1500
R R R R R
1000 1500 100 300 300 1500
100 100 300 200
R R R R
700 500 500 200
D
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
8
AFSTANDEN IN METERS
0 1 2 0 1 2
0 1 2 A
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
VERKEER
CATEGORIE
GROOTSTE AFSTAND
GEVAAR
GELUID
0 1 2
Anorganische chemische grondstoffenfabrieken: - niet vallend onder "post-Seveso-richtlijn" - vallend onder "post-Seveso-richtlijn" Organische chemische grondstoffenfabrieken: - niet vallend onder "post-Seveso-richtlijn" - vallend onder "post-Seveso-richtlijn" Methanolfabrieken: - p.c. < 100.000 ton/jaar - p.c. >= 100.000 ton/jaar Vetzuren en alkanolenfabrieken (niet synthetische): - p.c. < 50.000 ton/jaar - p.c. >= 50.000 ton/jaar Kunstmeststoffenfabrieken Kunstharsenfabrieken en dergelijke Landbouwchemicaliënfabrieken: - fabricage - formulering en afvullen Verf, lak en vernisfabrieken Farmaceutische grondstoffenfabrieken: - p.c. < 1.000 ton/jaar - p.c. >= 1.000 ton/jaar Farmaceutische productenfabrieken: - formulering en afvullen geneesmiddelen - verbandmiddelenfabrieken Zeep-, was- en reinigingsmiddelenfabrieken Parfumerie- en cosmeticafabrieken Lijm- en plakmiddelenfabrieken: - zonder dierlijke grondstoffen - met dierlijke grondstoffen Fotochemische productenfabrieken Chemische kantoorbenodigdhedenfabrieken
STOF
0 1 2 A0 A1 A2 B0 B1 B2 0 1 2
GEUR
2413 2413 2413 2414.1 2414.1 2414.1 2414.1 2414.1 2414.1 2414.2 2414.2 2414.2 2415 2416 242 242 242 243 2441 2441 2441 2442 2442 2442 2451 2452 2462 2462 2462 2464 2466
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
100 300
30 50
300 500
C C
300 700
R R
300 700
D D
4.2 5.2
2 G 3 G
300 1000
10 30
200 500
C C
300 700
R R
300 1000
D D
4.2 5.3
2 G 2 G
100 200
0 0
200 300
C C
100 200
R R
200 300
4.1 4.2
2 G 3 G
300 500 500 700
0 0 300 30
200 300 500 300
C C C C
100 200 500 500
R R R R
300 500 500 700
4.2 5.1 5.1 5.2
2 3 3 3
300 100 300
50 10 30
100 30 200
C C C
1000 500 300
R R R
1000 500 300
5.3 5.1 4.2
3 G 2 G 3 G
200 300
10 10
200 300
C C
300 500
R R
300 500
4.2 5.1
1 G 2 G
50 10 300 300
10 10 100 30
50 30 200 50
R
C C
50 10 100 50
R R
50 30 300 300
3.1 2 4.2 4.2
2 2 3 2
G G G G
100 500 50 50
10 30 10 10
100 100 100 50
R R
100 500 100 50
3.2 5.1 3.2 3.1
3 3 3 3
G G G G
Z
Z
50 50 50 50
D D
G G G G
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
9
AFSTANDEN IN METERS
25 2511 2512 2512 2512 2513 252 252 252 252
-
VERVAARDIGING VAN PRODUCTEN VAN RUBBER EN KUNSTSTOF Rubberbandenfabrieken Loopvlakvernieuwingsbedrijven: - vloeroppervlak < 100 m² - vloeroppervlak >= 100 m² Rubber-artikelenfabrieken Kunststofverwerkende bedrijven: - zonder fenolharsen - met fenolharsen - productie van verpakkingsmateriaal en assemblage van kunststofbouwmaterialen
0 1 2 0 1 2 3
0 1 2 3 4
0 1 2 A B 0 1 2
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
VERVAARDIGING VAN GLAS, AARDEWERK, CEMENT-, KALK- EN GIPSPRODUCTEN Glasfabrieken: - glas en glasproducten, p.c. < 5.000 ton/jaar - glas en glasproducten, p.c. >= 5.000 ton/jaar - glaswol en glasvezels, p.c.< 5.000 ton/jaar - glaswol en glasvezels, p.c. >= 5.000 ton/jaar Glas-in-loodzetterij Glasbewerkingsbedrijven Aardewerkfabrieken: - vermogen elektrische ovens totaal < 40 kW - vermogen elektrische ovens totaal >= 40 kW Baksteen en baksteenelementenfabrieken Dakpannenfabrieken Cementfabrieken: - p.c. < 100.000 ton/jaar - p.c. >= 100.000 ton/jaar
30 30
100 300
C C
200 200
R R
200 300
300
50
300
C
100
R
50 200 100
10 50 10
30 100 50
30 50 50
R R
200 300 50
50 50 30
100 100 50
100 200 30
30 30 300 500 10 10
30 100 100 200 30 30
100 300 100 300 30 50
10 30 30 50
10 50 200 200
30 100 200 200
10 30
300 500
500 1000
Z
C
Z
C C
Z
30 50 30 50 10 10
R R
R R
4.1 4.2
2 G 3 G
300
4.2
2 G
50 200 100
3.1 4.1 3.2
1 G 2 G 1 G
200 300 50
4.1 4.2 3.1
2 G 2 G 2 G
100 300 300 500 30 50
3.2 4.2 4.2 5.1 2 3.1
1 2 1 2 1 1
G G G G G G
2 3.2 4.1 4.1
1 2 2 2
G G G G
5.1 5.3
2 G 3 G
10 30 30 100
R
30 100 200 200
30 50
R R
500 1000
D
VERKEER
200 300
C
CATEGORIE
GROOTSTE AFSTAND
GEVAAR
GELUID
Overige chemische productenfabrieken n.e.g. Kunstmatige synthetische garen- en vezelfabrieken
STOF
B
GEUR
2466 247
26 261 261 261 261 261 2612 2615 262, 263 262, 263 262, 263 264 264 2651 2651 2651
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
D
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
10
AFSTANDEN IN METERS
A0 A1 A2 B0 B1
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
VERKEER
CATEGORIE
GROOTSTE AFSTAND
GEVAAR
GELUID
0 1 2 0 1 2 0 1 2 3 4
Kalkfabrieken: - p.c. < 100.000 ton/jaar - p.c. >= 100.000 ton/jaar Gipsfabrieken: - p.c. < 100.000 ton/jaar - p.c. >= 100.000 ton/jaar Betonwarenfabrieken: - zonder persen, triltafels en bekistingtrille - met persen, triltafels of bekistingtrillers, p.c. < 100 ton/dag - met persen, triltafels of bekistingtrillers, p.c. >= 100 ton/dag Kalkzandsteenfabrieken: - p.c. < 100.000 ton/jaar - p.c. >= 100.000 ton/jaar Mineraalgebonden bouwplatenfabrieken Betonmortelcentrales: - p.c. < 100 ton/uur - p.c. >= 100 ton/uur Vervaardiging van producten van beton, (vezel)cement en gips: - p.c. < 100 ton/dag - p.c. >= 100 ton/dag Natuursteenbewerkingsbedrijven: - zonder breken, zeven en drogen: p.o. > 2.000 m² - zonder breken, zeven en drogen: p.o. <= 2.000 m² - met breken, zeven of drogen, v.c. < 100.000 ton/jaar - met breken, zeven of drogen, v.c. >= 100.000 ton/jaar Slijp- en polijstmiddelenfabrieken Bitumineuze materialenfabrieken: - p.c. < 100 ton/uur - p.c. >= 100 ton/uur Isolatiematerialenfabrieken (exclusief glaswol): - steenwol, p.c. >= 5.000 ton/jaar
STOF
0 1 2 0 1 2 0 1 2 3 0 1 2
GEUR
2652 2652 2652 2653 2653 2653 2661.1 2661.1 2661.1 2661.1 2661.2 2661.2 2661.2 2662 2663, 2664 2663, 2664 2663, 2664 2665, 2666 2665, 2666 2665, 2666 267 267 267 267 267 2681 2682 2682 2682 2682 2682
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
30 50
200 500
200 300
Z
30 50
R R
200 500
4.1 5.1
2 G 3 G
30 50
200 500
200 300
Z
30 50
R R
200 500
4.1 5.1
2 G 3 G
10 10 30
100 100 200
200 300 700
Z
30 30 30
200 300 700
4.1 4.2 5.2
2 G 2 G 3 G
10 30 50
50 200 50
100 300 100
30 30 30
100 300 100
3.2 4.2 3.2
2 G 3 G 2 G
10 30
50 200
100 300
Z
100 50
R R
100 300
3.2 4.2
3 G 3 G
10 30
50 200
100 300
Z
50 200
R R
100 300
3.2 4.2
2 G 3 G
10 10 10 30 10
30 30 100 200 30
100 50 300 700 50
3.2 3.1 4.2 5.2 3.1
1 1 1 2 1
300 500
100 200
100 200
100
200
300
Z
0 0 10 10 10
100 50 300 700 50
Z
30 50
300 500
4.2 5.1
3 G 3 G
Z
30
300
4.2
2 G
Z
C
D
D
G G G G G
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
11
AFSTANDEN IN METERS
VERVAARDIGING VAN METALEN Ruwijzer- en staalfabrieken: - p.c. < 1.000 ton/jaar - p.c. >= 1.000 ton/jaar IJzeren- en stalenbuizenfabrieken: - p.o. < 2.000 m² - p.o. >= 2.000 m² Draadtrekkerijen, koudbandwalserijen en profielzetterijen: - p.o. < 2.000 m² - p.o. >= 2.000 m² Non-ferro-metaalfabrieken: - p.c. < 1.000 ton/jaar - p.c. >= 1.000 ton/jaar Non-ferro-metaalwalserijen, -trekkerijen en dergelijke: - p.o. < 2.000 m² - p.o. >= 2.000 m² IJzer- en staalgieterijen/ -smelterijen: - p.c. < 4.000 ton/jaar - p.c. >= 4.000 ton/jaar Non-ferro-metaalgieterijen/ -smelterijen: - p.c. < 4.000 ton/jaar - p.c. >= 4.000 ton/jaar
0 1
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
VERVAARDIGING VAN PRODUCTEN VAN METAAL (EXCLUSIEF MACHINES/ TRANSPORTMIDDELEN) Constructiewerkplaatsen: - gesloten gebouw
CATEGORIE
200 100 200 300
Z
200 300
R R
700 1500
5.2 6
2 G 3 G
500 1000
Z
30 50
R
500 1000
5.1 5.3
2 G 3 G
30 50
300 700
Z
30 50
R
300 700
4.2 5.2
2 G 3 G
100 200
100 300
300 700
Z
30 50
R R
300 700
4.2 5.2
1 G 2 G
50 200
50 100
500 1000
Z
50 100
R R
500 1000
5.1 5.3
2 G 3 G
100 200
50 100
300 500
C C
Z
30 50
R R
300 500
4.2 5.1
1 G 2 G
100 200
50 100
300 500
C C
Z
30 50
R R
300 500
4.2 5.1
1 G 2 G
30
30
100
100
3.2
2 G
200 50 100 200
100 50 50 100
100 100 200 300
700 1500
500 1000
700 1500
30 50
30 100
30 50
C
C
30
D
VERKEER
GROOTSTE AFSTAND
0 1 2 0 1 2 0 1 2 A0 A1 A2 B0 B1 B2 0 1 2 0 1 2
GEVAAR
27 271 271 271 272 272 272 273 273 273 274 274 274 274 274 274 2751, 2752 2751, 2752 2751, 2752 2753, 2754 2753, 2754 2753, 2754
Z
50 50 30 50
GELUID
- overige isolatiematerialen Minerale productenfabrieken n.e.g. Asfaltcentrales: p.c.< 100 ton/uur - asfaltcentrales: p.c. >= 100 ton/uur
STOF
B2 C D0 D1
GEUR
2682 2682 2682 2682
28 281 281
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
4.1 3.2 4.1 4.2
2 2 3 3
G G G G
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
12
AFSTANDEN IN METERS
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
30 50 30 10 50 30
50 100 30 30 30 30
300 500 200 200 100 50
50 30 30 100 50 100 100 30 50 50 100 30 10 10
50 200 50 30 50 50 50 50 10 10 50 30 30 30
100 200 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 50
30 50 30 30
50 100 30 30
200 500 100 50
Z
Z
10 30 30
50 200 300
3.1 4.1 4.2
1 G 2 G 3 G
300 500 200 200 100 50
4.2 5.1 4.1 4.1 3.2 3.1
2 3 2 1 2 1
G G G G G G
3.2 4.1 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.2 3.1
2 2 1 2 2 2 2 2 2 2 1 2 1 1
G G G G G G G G G G G G G G
4.1 5.1 3.2 3.1
2 3 2 1
G G G G
30 50 30 30 30 10 50 30 50 50 30 50 50 30 30 30 50 50 30 10
Z
30 30 30 10
R R
R R
R
100 200 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 100 50 200 500 100 50
D D
D D D D
D D
VERKEER
50 200 300
CATEGORIE
30 50 200
GROOTSTE AFSTAND
30 30 50
GEVAAR
GELUID
A B B1 0 1 10 11 12 2 3 4 5 6 7 8 9 1 2 A0 A1 A2 B B
- gesloten gebouw, p.o. < 200 m² - in open lucht, p.o. < 2.000 m² - in open lucht, p.o. >= 2.000 m² Tank- en reservoirbouwbedrijven: - p.o. < 2.000 m² - p.o. >= 2.000 m² Vervaardiging van verwarmingsketels, radiatoren en stoomketels Stamp-, pers-, dieptrek- en forceerbedrijven Smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen en dergelijke Smederijen, lasinrichtingen, bankwerkerijen en dergelijke, p.o. < 200 m² Metaaloppervlaktebehandelingsbedrijven: - algemeen - stralen - metaalharden - lakspuiten en moffelen - scoperen (opspuiten van zink) - thermisch verzinken - thermisch vertinnen - mechanische oppervlaktebehandeling (slijpen, polijsten) - anodiseren, eloxeren - chemische oppervlaktebehandeling - emailleren - galvaniseren (vernikkelen, verchromen, verzinken, verkoperen en dergelijke) Overige metaalbewerkende industrie Overige metaalbewerkende industrie, inpandig, p.o. < 200 m² Grofsmederijen, anker- en kettingfabrieken: - p.o. < 2.000 m² - p.o. >= 2.000 m² Overige metaalwarenfabrieken n.e.g. Overige metaalwarenfabrieken n.e.g.; inpandig, p.o. < 200 m²
STOF
1a 2 3 0 1 2
GEUR
281 281 281 2821 2821 2821 2822, 2830 284 284 284 2851 2851 2851 2851 2851 2851 2851 2851 2851 2851 2851 2851 2851 2852 2852 287 287 287 287 287
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
13
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
30
10
30
30 10 10 30 30 10 300
30 30 200 100 30 30 1000
50 50 100 50 300 10 200
200 200 200 100 300 30 1500
30 50
0 10
50 50
30 30
50 50
30
0
30
0
30
100 200
10 30
200 300
0 1 2 3 4
VERVAARDIGING VAN MACHINES EN APPARATEN Machine- en apparatenfabrieken: - p.o. < 2.000 m² - p.o. >= 2.000 m² - met proefdraaien verbrandingsmotoren >= 1 MW - reparatie van machines en apparaten
30 50 50 30
30 30 30 30
30 30
A
VERVAARDIGING VAN KANTOORMACHINES EN COMPUTERS Kantoormachines- en computerfabrieken
30
10
31 311 312 313 314 315 316 3162
-
200 200 100 100 200 30 1500
32 321 t/m 323 3210
-
VERVAARDIGING VAN AUDIO-, VIDEO-, TELECOMMUNICATIEAPPARATEN EN -BENODIGDHEDEN Vervaardiging van audio-, video- en telecommunicatieapparatuur en dergelijke Fabrieken voor gedrukte bedrading
33 33
A
VERVAARDIGING VAN MEDISCHE EN OPTISCHE APPARATEN EN INSTRUMENTEN Fabrieken voor medische en optische apparaten en instrumenten en dergelijke
34 341 341 341
0 1 2
VERVAARDIGING VAN AUTO'S, AANHANGWAGENS EN OPLEGGERS Autofabrieken en assemblagebedrijven - p.o. < 10.000 m² - p.o. >= 10.000 m²
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
VERVAARDIGING VAN OVERIGE ELEKTRISCHE MACHINES, APPARATEN EN BENODIGDHEDEN Elektromotoren- en generatorenfabrieken Schakel- en installatiemateriaalfabrieken Elektrische draad- en kabelfabrieken Accumulatoren- en batterijenfabrieken Lampenfabrieken Elektrotechnische industrie n.e.g. Koolelektrodenfabrieken
Z
C
Z
C Z
30 50
R R R
R R
200 300
D D D
3.2 4.1 4.2 3.1
2
D
D
D
VERKEER
GROOTSTE AFSTAND 100 200 300 50
29 29 29 29 29 29
CATEGORIE
GEVAAR 30 30 30 30
STOF
100 200 300 50
GEUR
GELUID
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
2 3 3 1
G G G G
1 G
4.1 4.1 4.1 3.2 4.2 2 6
1 1 2 2 2 1 2
G G G G G G G
3.1 3.1
2 G 1 G
2
1 G
4.1 4.2
3 G 3 G 709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
14
AFSTANDEN IN METERS
1 2
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
VERVAARDIGING VAN MEUBELS EN OVERIGE GOEDEREN N.E.G. Meubelfabrieken Meubelstoffeerderijen b.o. < 200 m² Fabricage van munten, sieraden en dergelijke Muziekinstrumentenfabrieken Sportartikelenfabrieken Speelgoedartikelenfabrieken Sociale werkvoorziening Vervaardiging van overige goederen n.e.g.
200 200 100
30 30 30
30 100 50 100 30 100
30 50 100 100 50 200
50 100 200 500 50 700
10 50 30 50 30 100
50 50
30 30
100 300
50 100 30 30
30 30 10 30
200 1000 100 100
50 0 30 30 30 30 0 30
50 10 10 10 10 10 30 10
100 10 10 30 50 50 30 50
C
Z
Z
Z
30 30 30 100 30 30
30 0 10 10 30 30 0 30
R
VERKEER
10 10 10
CATEGORIE
100 30 30
GROOTSTE AFSTAND
GEVAAR
0 1 2 0 1 2
VERVAARDIGING VAN TRANSPORTMIDDELEN (EXCLUSIEF AUTO'S, AANHANGWAGENS) Scheepsbouw- en reparatiebedrijven: - houten schepen - kunststof schepen - metalen schepen < 25 m - metalen schepen >= 25 m en/of proefdraaien motoren >= 1 MW - onderhoud/reparatie metalen schepen < 25 m, incidenteel bouwen Scheepssloperijen Wagonbouw- en spoorwegwerkplaatsen: - algemeen - met proefdraaien van verbrandingsmotoren >= 1 MW Vliegtuigbouw en -reparatiebedrijven: - zonder proefdraaien motoren - met proefdraaien motoren Rijwiel- en motorrijwielfabrieken Transportmiddelenindustrie n.e.g.
GELUID
0 1 2 3 4 5
STOF
36 361 361 362 363 364 365 3661.1 3661.2
Carrosseriefabrieken Aanhangwagen- en opleggerfabrieken Auto-onderdelenfabrieken
GEUR
3420.1 3420.2 343
35 351 351 351 351 351 351 3511 352 352 352 353 353 353 354 355
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
200 200 100
4.1 4.1 3.2
2 G 2 G 2 G
R
50 100 200 500 50 700
3.1 3.2 4.1 5.1 3.1 5.2
2 2 2 2 2 2
R
100 300
3.2 4.2
2 G 2 G
200 1000 100 100
4.1 5.3 3.2 3.2
2 2 2 2
G G G G
3.2 1 2 2 3.1 3.1 2 3.1
2 1 1 2 2 2 1 2
G P G G G G P G
R
R
R R
100 10 30 30 50 50 30 50
D
D
D
G G G G G G
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
15
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
40 40 40 40 40 40 40 40 40 40 40 40 40 40 40
B1 B2 C0 C1 C2 C3 C4 C5 D0 D1 D2 D3 D4 D5 E0
30 30 300 200
100 200 50 200
300 700 100 300
C
100 100 100 30
700 100 100 30
700 500 500 500
C C C C
100 50
50 50
100 100
0 0 0 0 0
0 0 0 0 0
30 50 100 300 500
C C C C C
0 0 0 0 0
0 0 0 0 0
300 500 10 30 50
C C C C C
30
500
5.1
2 G
10 10 50 50
300 700 300 300
4.2 5.2 4.2 4.2
2 3 2 3
G G G G
5.2 5.1 5.1 5.1
2 2 1 1
G G G G
VERKEER
500
CATEGORIE
100
GROOTSTE AFSTAND
A0 A1 A2 A3 A5 B0
30
GEVAAR
40 40 40 40 40 40 40
GELUID
VOORBEREIDING TOT RECYCLING Metaal- en autoschredders A0 Puinbrekerijen en -malerijen: A1 - v.c. < 100.000 ton/jaar A2 - v.c. >= 100.000 ton/jaar B Rubberregeneratiebedrijven C Afvalscheidingsinstallaties
STOF
37 371 372 372 372 372 372
GEUR
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
-
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
PRODUCTIE EN DISTRIBUTIE VAN STROOM, AARDGAS, STOOM EN WARM WATER Elektriciteitsproductiebedrijven (elektrisch vermogen >= 50 MWe) - kolengestookt (inclusief meestook biomassa), thermisch vermogen > 75 MWth - oliegestookt, thermisch vermogen > 75 MWth - gasgestookt (inclusief bijstook biomassa), thermisch vermogen > 75 MWth - warmtekrachtinstallaties (gas), thermisch vermogen > 75 MWth Bio-energieinstallaties elektrisch vermogen < 50 MWe: - covergisting, verbranding en vergassing van mest, slib, gft en reststromen voedingsindustrie - vergisting, verbranding en vergassing van overige biomassa Elektriciteitsdistributiebedrijven, met transformatorvermogen: - < 10 MVA - 10 - 100 MVA - 100 - 200 MVA - 200 - 1000 MVA - >= 1.000 MVA Gasdistributiebedrijven: - gascompressorstations vermogen < 100 MW - gascompressorstations vermogen >= 100 MW - gas: reduceer-, compressor-, meet- en regelinstallaties, categorie A - gasdrukregel- en meetruimten (kasten en gebouwen), categorie B en C - gasontvang- en -verdeelstations, categorie D Warmtevoorzieningsinstallaties, gasgestookt:
Z
Z Z Z Z
Z Z
R
200 100 100 100
R R
700 500 500 500
30 30
R R
100 100
3.2 3.2
2 G 2 G
30 50 100 300 500
2 3.1 3.2 4.2 5.1
1 1 1 1 1
P P P P P
300 500 10 30 50
4.2 5.1 1 2 3.1
1 1 1 1 1
P P P P P
10 30 50 50 50 100 200 10 10 50
R
R
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
16
AFSTANDEN IN METERS
0 1 2 1 2 3
BOUWNIJVERHEID Bouwbedrijven/aannemers algemeen - bouwbedrijven/aannemers algemeen: b.o. > 2.000 m² - bouwbedrijven/aannemers algemeen: b.o. > 1000 m²: b.o. <= 2.000 m² - bouwbedrijven/aannemers algemeen: b.o. <= 1.000 m² Bouwinstallatie algemeen Installatie sanitair/centrale verwarmingsapparatuur indien met spuiterij Elektrotechnische installatie
-
HANDEL/REPARATIE VAN AUTO'S, MOTORFIETSEN; BENZINESERVICESTATIONS
A B C
Groothandel in auto's en motorfietsen, reparatie- en servicebedrijven Groothandel in vrachtauto's (inclusief import) Autoplaatwerkerijen Autobeklederijen Autospuitinrichtingen Autowasserijen Groothandel in auto- en motorfietsonderdelen en -accessoires
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
10 0
100 30
C C
50 10
100 30
50 10
0 0
50 50
C C
1000 30
0 0 0
0 0 0
30 100 300
C C C
10 10 10
10 10 0 10 50 10
30 30 10 10 30 10
100 50 30 30 50 30
10 10 10 0 50 10 0
0 10 30 0 30 0 0
30 100 100 10 30 30 30
VERKEER
30 10
CATEGORIE
GROOTSTE AFSTAND
45 45 45 45 45 453 453 453
WINNING EN DISTRIBUTIE VAN WATER Waterwinning-/bereidingbedrijven: - met chloorgas - bereiding met chloorbleekloog en dergelijke en/of straling Waterdistributiebedrijven met pompvermogen: - < 1 MW - 1 - 15 MW - >= 15 MW
GEVAAR
A0 A1 A2 B0 B1 B2 B3
GELUID
41 41 41 41 41 41 41 41
stadsverwarming blokverwarming
STOF
E1 E2 -
GEUR
40 40
50 501, 502, 504 502 5020.4 5020.4 5020.4 5020.5 503, 504
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
3.2 2
1 P 1 P
5.3 3.1
1 G 1 G
30 100 300
2 3.2 4.2
1 P 1 P 1 P
10 10 10 30 30 10
100 50 30 30 50 30
3.2 3.1 2 2 3.1 2
2 2 1 1 1 1
G G G G G G
10 10 10 10 30 0 10
30 100 100 10 50 30 30
2 3.2 3.2 1 3.1 2 2
2 2 1 1 1 3 1
P G G G G P P
R
R
1000 50
D
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
17
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
0 1 2 5 0 1 2 0 1 2 3 4 5 6 7 3
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
Groothandel in akkerbouwproducten en veevoeders met een verwerkingscapaciteit van 500 ton/uur of meer Groothandel in bloemen en planten Groothandel in levende dieren Groothandel in huiden, vellen en leder Groothandel in ruwe tabak, groenten, fruit en consumptie-aardappelen Groothandel in vlees, vleeswaren, zuivelproducten, eieren, spijsoliën Groothandel in dranken Groothandel in tabaksproducten Groothandel in suiker, chocolade en suikerwerk Groothandel in koffie, thee, cacao en specerijen Groothandel in overige voedings- en genotmiddelen Groothandel in overige consumentenartikelen Groothandel in vuurwerk en munitie: - consumentenvuurwerk, verpakt, opslag < 10 ton - consumentenvuurwerk, verpakt, opslag 10 tot 50 ton - munitie Groothandel in vaste brandstoffen: - klein, lokaal verzorgingsgebied - kolenterminal, opslag oppervlak >= 2.000 m² Groothandel in vloeibare brandstoffen: - ondergronds, K1/K2/K3-klasse - bovengronds, K1/K2-kl.: o.c. < 10 m³ - bovengronds, K1/K2-kl.: o.c. 10 - 1.000 m³ - bovengronds, K3-klasse: o.c. < 10 m³ - bovengronds, K3-klasse: o.c. 10 - 1.000 m³ - o.c. > 1.000 m³, < 100.000 m³ - o.c. >= 100.000 m³ - tot vloeistof verdichte gassen
VERKEER
GROOTSTE AFSTAND
GEVAAR
1
GELUID
5121 5122 5123 5124 5125, 5131 5132, 5133 5134 5135 5136 5137 5138, 5139 514 5148.7 5148.7 5148.7 5148.7 5151.1 5151.1 5151.1 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2
GROOTHANDEL EN OPSLAG Groothandel in akkerbouwproducten en veevoeders
50
30
R
50
3.1
2 G
50 0 0 0 50 50 0 0 0 0 10 10
R
300 30 100 50 50 50 30 30 30 30 30 30
4.2 2 3.2 3.1 3.1 3.1 2 2 2 2 2 2
2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2
30 50 30
2 3.1 2
2 G 2 G 2 G
50 500
3.1 5.1
2 P 3 G
10 50 100 30 50 200 500 300
1 3.1 3.2 2 3.1 4.1 5.1 4.2
1 1 1 1 1 2 2 2
STOF
0
GEUR
51 5121
CATEGORIE
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
30
30
100 10 50 50 30 10 0 10 10 30 10 10
100 10 10 0 10 0 0 0 10 10 10 10
300 30 100 30 30 30 30 30 30 30 30 30
10 10 0
0 0 0
30 30 30
10 50
50 500
50 500
10 10 30 10 30 50 100 50
0 0 0 0 0 0 0 0
10 10 30 10 30 50 50 50
Z C
10 50 30
Z
R R
V V
30 100 10 50 100 10 50 200 500 300
R R
R R R
D D D
G G G G G G G G G G G G
G G G G G G G G
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
18
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
5154 5154 5154 5155 5155 5155.2 5155.2 5155.2
0 1 2 0 1 0 0 1
Groothandel in ijzer- en metaalwaren en verwarmingsapparatuur: - algemeen: b.o. > 2.000 m² - algemeen: b.o. <= 2.000 m² Groothandel in chemische producten - algemeen Groothandel in kunstmeststoffen Bestrijdingsmiddelen in emballage of gasflessen - kleine hoeveelheden < 10 ton
0 1 2
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
0 0 10 30 10 30
30 50 100 300 50 200
0 10 30 10 100
0 0 0 0 0
0 10 30 10 30
10 30 500 50 50
30 50 0
300 500 10
300 700 100
0 0
10 10
0 0
VERKEER
0 0 0 0 0 0
CATEGORIE
0 10 10 30 10 30
GROOTSTE AFSTAND
GEVAAR
0 1 2 4 5 6
Groothandel in gasvormige brandstoffen (butaan, propaan, LPG (in tanks)): - bovengronds, < 2 m³ - bovengronds, 2 - 8 m³ - bovengronds, 8 - 80 m³ - bovengronds, 80 - 250 m³ - ondergronds, < 80 m³ - ondergronds, 80 - 250 m³ Gasvormige brandstoffen in gasflessen - kleine hoeveelheden < 10 ton - beperkte hoeveelheden (< 150 ton) en hoog beschermingsniveau - grote hoeveelheden (>150 ton) en/of laag beschermingsniveau Niet-reactieve gassen (inclusief zuurstof), gekoeld Groothandel minerale olieproducten (exclusief brandstoffen) Groothandel in metaalertsen: - opslag oppervlak < 2.000 m² - opslag oppervlak >= 2.000 m² Groothandel in metalen en -halffabricaten Groothandel in hout en bouwmaterialen: - algemeen: b.o. > 2.000 m² - algemeen: b.o. <= 2.000 m² Zand en grind: - algemeen: b.o. > 200 m² - algemeen: b.o. <= 200 m²
GELUID
0 1 2 3 4 5 6 0 7 8 9 10
STOF
5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.2 5151.3 5152.1 5152.1 5152.1 5152.2 /.3 5153 5153 5153 5153.4 5153.4 5153.4
GEUR
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
30 50 100 300 50 200
2 3.1 3.2 4.2 3.1 4.1
1 1 1 2 1G 2
G G G G G G
10 30 500 50 100
1 2 5.1 3.1 3.2
1 1 2 1 2
G G G G G
10 10 10
300 700 100
4.2 5.2 3.2
3 G 3 G 2 G
50 30
10 10
50 30
3.1 2
2 G 1 G
30 10
100 30
0 0
100 30
3.2 2
2 G 1 G
0 0
0 0
50 30
10 0
50 30
3.1 2
2 G 1 G
50 30
10 30
30 30
100 30
3.2 2
2 G 1 G
0
0
0
10
1
1 G
Z
R R R R R
R R
R R
100 30 10
D
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
19
AFSTANDEN IN METERS
-
60 6022 6023 6024
-
0
6024
1
63 631 6312 6321 6321
-
64 641
2 3 -
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
REPARATIE TEN BEHOEVE VAN PARTICULIEREN Reparatie ten behoeve van particulieren (exclusief auto's en motorfietsen) VERVOER OVER LAND Taxibedrijven Touringcarbedrijven Goederenwegvervoerbedrijven (zonder schoonmaken tanks): b.o. > 1.000 m² - goederenwegvervoerbedrijven (zonder schoonmaken tanks): b.o. <= 1.000 m² DIENSTVERLENING TEN BEHOEVE VAN HET VERVOER Loswal Veem- en pakhuisbedrijven, koelhuizen Stalling van vrachtwagens (met koelinstallaties) Caravanstalling POST EN TELECOMMUNICATIE Post- en koeriersdiensten
0 0 30 100 50 100 50
30 500 10 30 10 10 10
0 0 0 0
10 10 10 0
100 50 30 30
10 0 0 0
0
0
10
0 10 0
0 0 0
30 100 100
0
0
10 30 10 10
0
R R
2 5.1 2 3.2 3.1 3.2 3.1
1 1 2 2 2 2 2
G G G G G G G
100 50 30 30
3.2 3.1 2 2
2 2 1 2
G G G G
10
10
1
1 P
C C C
0 0 30
30 100 100
2 3.2 3.2
2 P 2 G 3 G
50
C
30
50
3.1
2 G
30 10 0 0
50 50 100 30
C C C
30 50 30 10
3.1 3.1 3.2 2
2 2 2 2
0
30
C
0
R
30 500 30 100 50 100 50
VERKEER
0 0 10 30 10 30 10
CATEGORIE
0 0 10 10 10 10 10
GROOTSTE AFSTAND
GEVAAR
52 527
GELUID
0 1 0 1 0 1 2 3
- beperkte hoeveelheden (< 150 ton) en hoog beschermingsniveau - grote hoeveelheden (>150 ton) en/of laag beschermingsniveau Groothandel in overige intermediaire goederen Autosloperijen: b.o. > 1.000 m² - autosloperijen: b.o. <= 1.000 m² Overige groothandel in afval en schroot: b.o. > 1.000 m² - overige groothandel in afval en schroot: b.o. <= 1.000 m² Groothandel in machines en apparaten: - machines voor de bouwnijverheid - overige - overig met oppervlak <= 2.000 m² Overige groothandel (bedrijfsmeubels, emballage, vakbenodigdheden en dergelijke)
STOF
2 3
GEUR
5155.2 5155.2 5156 5157 5157 5157.2/3 5157.2/3 5162 5162 5162 5162 517
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
50 50 100 30
30
D
D
2
G G G P
2 P
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
20
AFSTANDEN IN METERS
-
74 74701 7481.3 7484.3 7484.4
-
90 9001 9001 9001 9001 9001 9002.1 9002.1 9002.1 9002.2 9002.2
A0 A1 A2 A3 B A B C A0 A1
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
0 0
10 30
1 2
1 P 1 P
30
2
1 P
0 0
0 0
10 30
SPEUR- EN ONTWIKKELINGSWERK Natuurwetenschappelijk speur- en ontwikkelingswerk
30
10
30
OVERIGE ZAKELIJKE DIENSTVERLENING Reinigingsbedrijven voor gebouwen Foto- en filmontwikkelcentrales Veilingen voor landbouw- en visserijproducten Veilingen voor huisraad, kunst en dergelijke
50 10 50 0
10 0 30 0
30 30 200 10
200 300 500 30 50 30 200
10 10 10 0 30 30 200
100 200 300 10 50 50 300
C C C C
500
10
100
C
MILIEUDIENSTVERLENING RWZI's en gierverwerkingsinrichting, met afdekking voorbezinktanks: - < 100.000 i.e. - 100.000 - 300.000 i.e. - >= 300.000 i.e. Rioolgemalen Vuilophaal-, straatreinigingsbedrijven en dergelijke Gemeentewerven (afval-inzameldepots) Vuiloverslagstations Afvalverwerkingsbedrijven: - mestverwerking/korrelfabrieken
VERKEER
30 50 50
0 0 0 0
COMPUTERSERVICE- EN INFORMATIETECHNOLOGIE Onderhoud en reparatie computers en kantoormachines Switchhouses/dataverkeercentrales
CATEGORIE
10 10 10 10
10 10 10 10
VERHUUR VAN TRANSPORTMIDDELEN, MACHINES, ANDERE ROERENDE GOEDEREN Personenautoverhuurbedrijven Verhuurbedrijven voor transportmiddelen (exclusief personenauto's) Verhuurbedrijven voor machines en werktuigen Verhuurbedrijven voor kantoormachines en computers
GROOTSTE AFSTAND
GEVAAR
73 731
GELUID
A B
30 50 50 30
STOF
-
GEUR
71 711 712 713 7133 72 72 725 72
INDICES
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
C
30
30 10 50 0
C C
Z Z
10 10 10 0 10 30 30 10
R
R
R
50 30 200 10
D D
D
2 3.1 3.1 2
2 2 2 2
P G G G
3.1 2 4.1 1
1 2 3 2
P G G P
200 300 500 30 50 50 300
4.1 4.2 5.1 2 3.1 3.1 4.2
2 2 3 1 2 2 3
G G G P G G G
500
5.1
3 G 709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
21
AFSTANDEN IN METERS
INDICES
A
OVERIGE DIENSTVERLENING Wasserijen en linnenverhuur Tapijtreinigingsbedrijven Chemische wasserijen en ververijen Wasverzendinrichtingen
300 700 100 200 200
100 300 100 200 50
50 100 100 100 100
30 30 30 0
0 0 0 0
50 50 30 30
C
C
Z
10 1500 10 30 50 30 10
100 1500 50 100 300 30 300
10 30 10 30 100
C
30 30 30 0
R R
R
R
VERKEER
30 200 30 10 300 30 300
CATEGORIE
50 10 10 0 200 10 200
GROOTSTE AFSTAND
A B
100 0 50 100 300 10 300
GEVAAR
93 9301.1 9301.1 9301.2 9301.3
- kabelbranderijen - verwerking radioactief afval - pathogeen afvalverbranding (voor ziekenhuizen) - oplosmiddelterugwinning - afvalverbrandingsinrichtingen, thermisch vermogen > 75 MW - verwerking fotochemisch en galvano-afval Vuilstortplaatsen Composteerbedrijven: - niet-belucht v.c. < 5.000 ton/jaar - niet-belucht v.c. 5.000 tot 20.000 ton/jaar - belucht v.c. < 20.000 ton/jaar - belucht v.c. > 20.000 ton/jaar - gft in gesloten gebouw
GELUID
A2 A3 A4 A5 A6 A7 B C0 C1 C2 C3 C4 C5
STOF
9002.2 9002.2 9002.2 9002.2 9002.2 9002.2 9002.2 9002.2 9002.2 9002.2 9002.2 9002.2 9002.2
GEUR
OMSCHRIJVING nummer
SBI-CODE
3.2 6 3.1 3.2 4.2 2 4.2
1 1 1 1 3 1 3
G G G G G G G
300 700 100 200 200
4.2 5.2 3.2 4.1 4.1
2 2 2 3 3
G G G G G
50 50 30 30
3.1 3.1 2 2
2 2 2 1
G G G G
D D
SBI 93/SvB b ex.o okt. 2007
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00
Staat van Bedrijfsactiviteiten "bedrijventerrein"
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
22
709.007486.00
Staat van Horeca-activiteiten behorende bij de regels van het bestemmingsplan Arnemuiden van de gemeente Middelburg
709.007486.00 SvH 1997
Staat van Horeca-activiteiten
Categorie I "lichte horeca" Bedrijven die in beginsel alleen overdag en 's avonds behoeven te zijn geopend (vooral verstrekking van etenswaren en maaltijden) en daardoor slechts beperkte hinder voor omwonenden veroorzaken. Binnen deze categorie worden de volgende subcategorieën onderscheiden: 1a.
Aan de detailhandelsfunctie verwante horeca automatiek; broodjeszaak; cafetaria; croissanterie; koffiebar; lunchroom; ijssalon; snackbar; tearoom; traiteur.
1b.
Overige lichte horeca bistro; restaurant (zonder bezorg- en/of afhaalservice); hotel.
1c.
Bedrijven met een relatief grote verkeersaantrekkende werking bedrijven genoemd onder 1a en 1b met een bedrijfsoppervlak van meer dan 250 m²; restaurant met bezorg- en/of afhaalservice (o.a. pizza, chinees, McDrives).
Categorie 2 "middelzware horeca" Bedrijven die normaal gesproken ook delen van de nacht geopend zijn en die daardoor aanzienlijke hinder voor omwonenden kunnen veroorzaken: bar; bierhuis; biljartcentrum; café; proeflokaal; shoarma/grillroom; zalenverhuur (zonder regulier gebruik ten behoeve van feesten en muziek-/dansevenementen). Categorie 3 "zware horeca" Bedrijven die voor een goed functioneren ook 's nachts geopend zijn en die tevens een groot aantal bezoekers aantrekken en daardoor grote hinder voor de omgeving met zich mee kunnen brengen: dancing; discotheek; nachtclub; partycentrum (regulier gebruik ten behoeve van feesten en muziek-/dansevenementen).
Adviesbureau RBOI Rotterdam / Middelburg
709.007486.00 SvH 1997