Ligging van getallen tussen duizendvouden Plaatsen van getallen op de getallenlijn Telrij t/m 100 000 Telrij t/m 100 000 Getallen splitsen en samenstellen
Optellen en aftrekken, hoofdrekenen
Aftrekken: eenheden van een tienvoud en tienvouden van een honderdvoud Aanvullen tot een tienvoud en een honderdvoud Optellen en aftrekken met tienvouden Optellen met eenheden over een tienvoud Aftrekken met eenheden over een tienvoud Optellen: rijgen in twee of drie sprongen Aftrekken: rijgen in twee of drie sprongen Optellen: rijgen (sommen als 126 + 37) Aftrekken: rijgen (sommen als 284 − 36) Optellen: rijgen (sommen als 126 + 30 en 126 + 7) Aftrekken: rijgen (sommen als 284 − 30 en 284 − 6) Aftrekken door aanvullen Optellen en aftrekken: rekenen met de kleine som Optellen: rijgen (sommen als 450 + 70, 430 + 300) Aftrekken: rijgen (sommen als 240 − 60, 780 − 400) Optellen: rijgen (sommen als 430 + 190) Aftrekken: rijgen (sommen als 430 − 190) Optellen: rijgen (sommen als 285 + 40) Aftrekken: rijgen (sommen als 403 − 60) Aftrekken: rijgen (sommen als 423 − 60) Optellen en aftrekken: splitsen (sommen als 345 + 220 en 345 − 220) Optellen: splitsen (sommen als 340 + 220 en 345 + 220 en 340 + 225) Aftrekken: splitsen (sommen als 280 − 150 en 287 − 150)
Vermenigvuldigen, hoofdrekenen
Tafels: oefenen Tafels: oefenen Tafels: oefenen Vermenigvuldigen: rekenen met de kleine som (sommen als 8 × 70) Vermenigvuldigen: splitsen (sommen als 8 × 13) Vermenigvuldigen: splitsen (sommen als 8 × 13) Vermenigvuldigen: splitsen (sommen als 7 × 36) Vermenigvuldigen: splitsen (sommen als 7 × 36)
1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
2
2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10 2.11 2.12 2.13 2.14 2.15 2.16 2.17 2.18 2.19 2.20 2.21 2.22 2.23
3
3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8
Rekenrijk Kaartenbak 8 © Noordhoff Uitgevers bv
Getalbegrip
1
Kolomsgewijs en cijferend vermenigvuldigen Kolomsgewijs vermenigvuldigen Kolomsgewijs vermenigvuldigen Kolomsgewijs vermenigvuldigen Kolomsgewijs vermenigvuldigen Cijferend vermenigvuldigen Cijferend vermenigvuldigen Cijferend vermenigvuldigen Cijferend vermenigvuldigen
7 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8
Kolomsgewijs delen
Kolomsgewijs aftrekken Kolomsgewijs aftrekken Cijferend aftrekken zonder en met inwisselen Cijferend aftrekken met inwisselen Cijferend aftrekken met inwisselen bij cijfergroepje
6.1 6.2 6.3 6.4 6.5
Kolomsgewijs delen Kolomsgewijs delen Kolomsgewijs delen
Kolomsgewijs en cijferend aftrekken
6
8.1 8.2 8.3
Kolomsgewijs optellen Cijferend optellen zonder en met inwisselen Cijferend optellen zonder en met inwisselen
5.1 5.2 5.3
8
Kolomsgewijs en cijferend optellen
Deelsommen met en zonder rest Deelsommen: rekenen met de kleine som (sommen als 140 : 7) Deelsommen: rekenen met de kleine som (sommen als 140 : 7) Deelsommen: splitsen (sommen als 72 : 6) Deelsommen: splitsen (sommen als 364 : 7)
Deelsommen Deelsommen Deelsommen met en zonder rest Deelsommen met en zonder rest
Delen, hoofdrekenen
5
4.6 4.7 4.8 4.9
4.1 4.2 4.3 4.4 4.5
4
Inhoud kaartenbak groep 8
Vergelijken van benoemde breuken Vergelijken en ordenen van onbenoemde breuken (Gelijkwaardige) breuken plaatsen op de getallenlijn Deel van een geheel bepalen Het geheel berekenen Lange optelsom en keersom Gelijknamig maken, helen eruit halen en optellen en aftrekken met gelijknamige breuken Optellen en aftrekken met eenvoudige (on)gelijknamige breuken Optellen en aftrekken met (on)gelijknamige breuken Vermenigvuldigen met breuken
Kommagetallen
Ligging van kommagetallen op de getallenlijn Positiewaarde van kommagetallen Optellen en aftrekken met benoemde kommagetallen Optellen en aftrekken met (on)benoemde kommagetallen Hoofdrekenend vermenigvuldigen met (on)benoemde kommagetallen Afronden
Procenten
Procentenstrook Procenten in groei- en afnamesituaties
Verhoudingen
Rekenen met de verhoudingstabel Rekenen met de verhoudingstabel
Samenhang
Vergelijken en op volgorde zetten van eenvoudige breuken en kommagetallen Relatie tussen procenten en breuken Relatie tussen procenten, breuken en verhoudingen Relatie tussen procenten, breuken en verhoudingen Kiezen tussen rekenen via 1% of met breuken Breuken, kommagetallen, procenten en verhoudingen
9.1 9.2 9.3 9.4 9.5 9.6 9.7
9.8 9.9 9.10
10
10.1 10.2 10.3 10.4 10.5 10.6
11
11.1 11.2
12
12.1 12.2
13
13.1 13.2 13.3 13.4 13.5 13.6
Rekenrijk Kaartenbak 8 © Noordhoff Uitgevers bv
Breuken
9
Tijd Klokkijken: kwartieren, 5 en 10 minuten voor en over het hele en halve uur Klokkijken: minuten voor en over het hele en halve uur Klokkijken: minuten voor en over het hele en halve uur Klokkijken: Hoe lang moet je wachten? Klokkijken: analoog en digitaal (kwart voor en kwart over) Klokkijken: analoog en digitaal (5 en 10 minuten voor en over hele en halve uren) Klokkijken: analoog en digitaal (alle tijden) Kalender: op welke dag? Kalender: hoe lang houdbaar?
Geld Gepast betalen Wisselen Aanvullen Geld terug krijgen
Meten / meetkunde Lengtematen herleiden Gewichtsmaten herleiden Inhoudsmaten herleiden Inhoudsmaten herleiden Oppervlaktematen herleiden Oppervlakte berekenen Oppervlakte bepalen van onregelmatige figuren door gebruik te maken van roosters Oppervlakte bepalen van figuren met behulp van verdelen en omvormen Omtrek berekenen Meetkunde: bouwplaten van kubussen Plattegronden van bouwsels Aanzichten van bouwsels Afstand - tijdgrafieken Afstand - tijdgrafieken
15 15.1 15.2 15.3 15.4 15.5 15.6 15.7 15.8 15.9
16 16.1 16.2 16.3 16.4
17 17.1 17.2 17.3 17.4 17.5 17.6 17.7 17.8 17.9 17.10 17.11 17.12 17.13 17.14
Gemiddelde berekenen
Gemiddelde berekenen Gemiddelde berekenen
Gemiddelde
14.1 14.2 14.3
14
Inhoud kaartenbak groep 8
1
Breuken
9.4
Deel van een geheel bepalen
Hoe lang zijn de gekleurde stukken? –1 5
a
15
van 400 cm =
400 cm
cm 4 – 5
b
45
van 400 cm =
400 cm
cm 3 – 5
c
35 2
16 36 46 13 23
van 160 punten is van 160 punten is van 160 punten is van 160 punten is van 160 punten is
van 660 punten is van 660 punten is van 660 punten is van 660 punten is van 660 punten is
Reken uit
45 110 34 14
15 190 12 160
van 60 = van 60 = van 60 = van 60 =
van 60 = van 60 = van 60 = van 60 =
160 13 34 14
110 23 16 36
van 180 = van 180 = van 180 = van 180 =
Hoeveel liter zit er in de bak? a
b
Een bak is voor
14
gevuld.
c
Een bak is voor
23
gevuld.
Er kan 20 liter in.
Er kan 36 liter in.
Er zit
Er zit
liter in.
Een bak is voor ⅔ gevuld.
d
liter in.
Een bak is voor
170
Er kan 60 liter in.
Er kan 90 liter in.
Er zit
Er zit
liter in.
liter in.
gevuld.
van 180 = van 180 = van 180 = van 180 =
Rekenrijk Kaartenbak 8 © Noordhoff Uitgevers bv
4
400 cm
cm
Reken uit
12 14 34 18 38 3
van 400 cm =
Reken
rijk
1
Procenten
11.2
Procenten in groei- en afnamesituaties
Reken uit 1 — 10
–1 4
–1 2
10%
25%
50%
1 100%
Vul de tabel in. Een tv kost € 400.
de helft van 10% naam van de winkel
2
percentage korting
korting in euro’s
nieuwe prijs
Weltevree
10%
€
€
Witgoed bv
5%
€
€
Internetstunter
15%
€
€
Janssen en co
20%
€
€
De discounter
25%
€
€
Bereken de nieuwe hoeveelheid 600 g a Er komt Het is dan
g bij.
100%
g.
450 g b Er komt Het is dan
g bij.
100%
g.
200 g Er komt Het is dan
g bij. g.
100%
Rekenrijk Kaartenbak 8 © Noordhoff Uitgevers bv
c
Reken
rijk
(kwart voor en kwart over)
1
15.5
Tijd
Klokkijken: analoog en digitaal
Welke klokken wijzen dezelfde tijd aan? Trek lijnen.
2
Welke klokken wijzen dezelfde tijd aan? Trek lijnen.
Rekenrijk Kaartenbak 8 © Noordhoff Uitgevers bv
Reken
rijk
1
Vul in
Meten/meetkunde
17.1
Lengtematen herleiden
Kies uit: centimeter – decimeter – hectometer – kilometer millimeter
meter
10 meter
100 meter
1 000 meter
decameter Welke maat gebruik je bij:
2
a
De lengte van je rekenboek:
c
De hoogte van een huis:
b
De lengte van het schoolplein:
d
De snelheid van een auto:
Hoeveel stukken? stukken van 1 000 meter (kilometer)
stukken van 100 meter (hectometer)
stukken van 10 meter (decameter)
stukken van 1 meter
74 m 280 m 5 450 m 7 840 m
3
Herleid de lengtematen Schrijf in cm.
Schrijf in mm.
1,8 km
3
m
6
cm
km
3 14 m
5 35
cm
4,2 km
1,7 m
2,4 cm
Schrijf in km.
Schrijf in m.
Schrijf in cm.
8 000 m
60 cm
70 mm
2 900 m
43 cm
45 mm
45
Rekenrijk Kaartenbak 8 © Noordhoff Uitgevers bv
Schrijf in m.
Reken
rijk