Informatiestromen bij waterrampen Bestuurlijke- en communicatieaspecten van de informatievoorziening tussen de verschillende partijen betrokken bij waterveiligheid
Rense Bakker 7 januari 2012
iLab
FloodControl
Inhoudsopgave Samenvatting4
C. Communicatiemiddelen11
Verklarende woordenlijst
C.1
5
Inleiding6 A. Informatiebronnen7 A.1
Onderverdeling7
A.2
Partijen die informatie verzamelen
A.1.1 A.1.2 A.2.1 A.2.2 A.2.3 A.2.4 A.2.5
Landelijk en regionaal
Water kolom en algemene kolom
7 7
7
KNMI7
Rijkswaterstaat8 Waterschappen8
Veiligheidsregio’s8 Gemeenten8
B. Analyse en opslag van data
9
B.1
9
B.1.1 B.1.2 B.1.3 B.1.4
B.2
B.2.1 B.2.2
Analyse van data
Meteorologische voorspellingen
Flood Information and Warning System
9 9
Stormvloedwaarschuwingsdienst9 Regionale risicoprofielen
Data opslag KNMI
Andere opslag
10
10
C.1.1 C.1.2 C.1.3
Communicatie tussen partijen
Regionaal en landelijk overleg
11 11
Flood Information and Warning System 11 Situatierapporten (Sitraps)
11
C.2
Communicatie binnen partijen
11
D.1 D.2
Verwevenheid van partijen Verspreiding van informatie
12 13
D. Organisatiestructuur12 D.2.1 D.2.2 D.2.3
KNMI en WMCN/Berichtendienst RWS
13
Waterschappen14 Veiligheidsregio’s en gemeenten
14
E. Praktijk voorbeelden
15
E.1 E.2 E.3
15 15 16
Hoogwater 9 december 2011 Watersnood 1995 Stormvloed 9 november 2007
Conclusie17 Literatuurlijst18 Bijlagen20
10 10
3
Samenvatting Dit onderzoek geeft inzicht in de communicatie en informatiestromen bij hoogwater- en overstromingen. Onder andere de informatiebronnen, de analyse van de informatie en de communicatiemiddelen worden behandeld. Daarnaast zijn er een aantal praktijk voorbeelden te vinden in het laatste hoofdstuk.
In de bijlagen vindt u de belangrijkste resultaten van dit onderzoek terug, in de vorm van een tabel met de taken en verantwoordelijkheden van de verschillende partijen en een aantal diagrammen. Verder wordt in het onderzoek geconcludeerd dat, geheel naar verwachting, de meest relevante informatie tijdens waterrampen door de waterbeheerders zelf verzameld wordt. Ook organisatorisch hebben de waterbeheerders tijdens een waterramp meer invloed te hebben dan bijvoorbeeld de veiligheidsregio’s of de gemeenten. De lijnen van de waterbeheerders naar de hogere lagen in de beleidsstructuur zijn veel korter dan die voor de veiligheidsregio’s of gemeenten. Dit is opmerkelijk aangezien een waterramp toch in de eerste plaats een onveilige situatie veroorzaakt voor de burger en die zijn de verantwoordelijkheid van de veiligheidsregio’s en de gemeenten. Op regionaal niveau is deze organisatie goed geregeld binnen de regionale beleidsteams. Bij een grote ramp moeten zij voor belangrijke beslissingen echter wachten op hogere/landelijke bestuursorganen. Tijdens de watersnood in 1995 zorgde de inmenging van landelijke organen ook voor problemen. Tijdens de landelijke oefeningen (waterproef) van 2008 is hier echter expliciet aandacht aan besteed en de evaluatie van deze oefeningen was positief.
4
Verklarende woordenlijst Datacenter
Een plek waar een grote hoeveelheid data is opgeslagen
DG
Directeur-generaal
DCC
DCO
ECMWF EPS
FLIWAS GMS
GRIP
HIRLAM ICCB IVW
KNMI LCO
LMW
LOCC
MCCB
Minister BZ
Ministerie AZ
Ministerie IenM Ministerie VenJ NAP NCC
Netcentrisch systeem NVC
P2000
Partijen RBT
ROT
RWS
Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing Directie Communicatie
Europees Centrum voor Middellange Termijn Weersverwachtingen Ensemble Prediction System
Flood Information and Warning System Geïntegreerd Meldkamer Systeem
Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijdingsprocedure High Resolution Limited Area Model
Interdepartementale Commissie Crisisbeheersing Inspectie Verkeer en Waterstaat
Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut
Landelijke Coördinatiecommissie Overstromingsdreiging Landelijk Meetnet Water
Landelijk Operationeel Coördinatiecentrum Ministeriële Commissie Crisisbeheersing
Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Ministerie van Algemene Zaken
Ministerie van Infrastructuur en Milieu Ministerie van Veiligheid en Justitie Normaal Amsterdams Peil Nationaal Crisiscentrum
Een systeem dat gekoppeld kan worden met andere/bestaande systemen Nationaal Voorlichtingcentrum
(Paging) alarmeringsnetwerk op basis van een Flex-protocol
persoon of groep met een bepaald belang in relatie tot een andere persoon of groep Regionaal Beleidsteam
Regionaal Operationeel Team Rijkswaterstaat
Seismologisch meetnet Meetnet dat trillingen in de grond registreert SITRAP
Social game SVSD
Synoptisch meetnet T2000
Terabyte
Teraflops
Waterbeheerders Watersector WMCN
Situatierapport
Een game/spel waarbij de spelers aan een tafel zitten Stormvloedwaarschuwingsdienst
Meetnet voor de meting van grootheden als wind, druk, zicht, temperatuur, wolkenhoogte e.a. (TETRA) netwerk voor de spraak- en datacommunicatie Meet eenheid voor data Meet eenheid voor data
Overheidsorganen die water beheren (waterwegen, dijken, polders, e.a.)
Verzamelnaam voor alle waterbeheerders, bedrijven en organisaties die zich bezig houden met water Watermanagement Centrum Nederland
5
Inleiding Binnen het Innovation-lab Flood Control van de Hogeschool Rotterdam wordt door zeven studenten momenteel gewerkt aan een social game. Deze game moet professionals uit de watersector bewust maken van de onderlinge communicatieproblemen die kunnen ontstaan tijdens hoogwater- en overstromingscrises. Om een succesvolle game te maken is het van belang dat de game realistisch is. Het communicatie aspect, en de problemen die hierbij kunnen ontstaan, zijn daarbij van groot belang. Daarom is onderzoek nodig naar hoe de communicatie en informatiestromen tijdens een crisis lopen.
Alle aspecten van de communicatie en informatiestromen bij hoogwater- en overstromingsrampen worden in dit onderzoek behandeld; De informatiebronnen, de analyse van de informatie, de communicatiemiddelen en praktijk voorbeelden.
Belangrijke informatie vooraf
OPSCHALINGSNIVEAUS
In de bijlagen vind u een lijst met de verantwoordelijhkeden van alle partijen die betrokken zijn bij het bestrijden van hoogwater en overstromingscrises. Deze informatie geeft een belangrijke basis voor de rest van dit onderzoek.
Het is belangrijk om aan te geven dat er bij crisisbeheersing onderscheid wordt gemaakt in opschalingsniveaus. Deze opschalingsniveaus zijn min of meer verbonden met de GRIP niveaus van de veiligheidsregio’s. In opschalingsniveau één zijn nog niet alle partijen actief bezig met crisisbeheersing. De crisis wordt dan nog regionaal beheerst. Pas in hogere opschalingsniveaus komt de landelijke regie op gang. Dit onderzoek richt zich voornamelijk op de crisisbeheersing wanneer alle partijen actief betrokken zijn.
Afbakening van het onderzoek DEFINITIE VAN EEN WATERRAMP
Het is belangrijk om van te voren vast te stellen wat bedoeld wordt met een “hoogwater- of overstromingsramp”. De woorden “crisis” en “ramp” worden in dit onderzoek door elkaar heen gebruikt. Wanneer “ramp” wordt gebruikt wordt er vaak gedoeld op een watersnoodramp uit het verleden. Als het woord “crisis” gebruikt wordt dan wordt er gedoeld op een ramp met een grote impact, dus een ramp waarbij op grote schaal mensen geëvacueerd zijn of waarbij dijken of andere waterwerken zijn doorgebroken of beschadigd. Verder wordt onder een “hoogwaterof overstromingsramp” alle rampen verstaan die door de stormvloedwaarschuwingsdienst worden aangemerkt als “hoogwater”.
6
DE VEILIGHEIDSKETEN
Dit onderzoek behandeld uit de veiligheidsketen alleen de fase vlak voor een ramp (de preparatie fase), de ramp zelf (repressie fase) en de nasleep van de ramp (nazorg fase). De preventie en proactie fase worden buiten beschouwing gelaten.
A. Informatiebronnen Wa a r ko m t d e i n f o r m a t i e t i j d e n s e e n hoogwater- of overstromingscrisis vandaan? Welke partijen en systemen zijn betrokken bij het verzamelen van deze informatie? In de eerste paragraaf wordt de onderverdeling tussen landelijk, regionaal en de water- en algemenekolom uitgelegd. Daarna wordt gekeken welke partijen betrokken zijn bij het verzamelen van informatie en welke systemen zij hiervoor gebruiken. In dit hoofdstuk wordt alleen gekeken naar partijen die direct zijn betrokken bij het verzamelen van informatie over een hoogwater-of overstromingscrisis.
A.1 Onderverdeling A.1.1 LANDELIJK EN REGIONAAL
Er is een duidelijk onderscheid tussen landelijk en regionaal als het gaat om het verzamelen van informatie. Op landelijk niveau wordt er veel informatie verzameld door het KNMI. Op regionaal niveau wordt er door waterschappen, gemeentes en veiligheidregio’s veel informatie verzameld over de feitelijke situatie op de grond.
Op regionaal niveau bestaat de waterkolom uit de regionale diensten van Rijkswaterstaat (onderdeel van het ministerie van Infrastructuur en Milieu) en de waterschappen. De algemene kolom omvat de gemeenten en veiligheidsregio’s.
A.2 Partijen die informatie verzamelen A.2.1 KNMI
Het KNMI is waarschijnlijk een van de meest bekende instituten die informatie verzamelen tijdens een crisis. Tijdens hoogwater en overstromingen verzamelt het KNMI in alle fases van de ramp informatie over het weer. Op basis van deze informatie maken zij een landelijk weerbeeld en een voorspelling van de waterstanden voor de kust. Het KNMI heeft de volgende systemen in beheer, die informatie verzamelen;1 • •
A.1.2 WATER KOLOM EN ALGEMENE KOLOM
De onderverdeling in de waterkolom en de algemene kolom geldt zowel op landelijk als regionaal niveau. Landelijk bestaat de water kolom voornamelijk uit het ministerie van Infrastructuur en Milieu en het KNMI. De algemene kolom bestaat op landelijk niveau uit het ministerie van Veiligheid en Justitie, het ministerie van Binnenlandse zaken en Koninkrijksrelaties en het ministerie van Algemene zaken.
• • • • •
Neerslagradars in De Bilt en Den Helder. Synoptisch meetnet voor de meting van grootheden als wind, druk, zicht, temperatuur en wolkenhoogte. Meetlocaties bevinden zich zowel op het land, het Nederlands Continentaal Plat en op schepen. Bliksemdetectiesysteem. Satelliet inwinsysteem, waarmee gegevens van diverse (polaire en geostationaire) satellieten wordt ontvangen. Seismologisch meetnet. Neerslagnetwerk, bestaande uit 325 vrijwilligers die elke dag de neerslag meten en doorsturen naar het KNMI. Radiosonde systeem, waarmee elke dag twee keer een ballon wordt opgelaten. Onderaan deze ballon hangen meetinstrumenten voor het bepalen van bijvoorbeeld druk, temperatuur, positie, vochtigheid en ozon.
1 http://www.knmi.nl/over_het_knmi/informatiefabriek. html
7
A.2.2 RIJKSWATERSTAAT
Het Landelijk Meetnet Water (LMW)1, dat onderdeel is van Rijkswaterstaat, heeft beschikking over ruim 450 meetlocaties die via datacommunicatieverbinding verbonden zijn met een centraal computersysteem. De meetlocaties geven elke 10 seconden een meetwaarde door aan het computersysteem. De meetlocaties doen metingen van de volgende zaken: • • • • • • • •
Waterhoogten (Digitale niveaumeter of Radarniveaumeter) Afvoer- en snelheidsmetingen (Akoestische meetapparatuur) Golven (Boeien) Meteorologische gegevens (In samenwerking met het KNMI) Astronomisch bepaalde waterhoogten Watertemperatuur Zoutgehalte Troebelheid
A.2.3 WATERSCHAPPEN
De systemen voor het vergaren van informatie verschillen sterk onder de waterschappen. Bij extreme weersomstandigheden maken alle waterschappen in ieder geval gebruik van dijkwachten om informatie over de dijken in hun gebied te verzamelen. Daarnaast hebben de waterschappen een meetnet waarin bij de meeste waterschappen de volgende meet instrumenten beschikbaar zijn; • • • • •
Afvoermeters Waterstandmeters Neerslagmeters Peilschalen Grondwatermeetpunten
Sommige van deze apperatuur is voorzien van mobiele datacommunicatie zodat de meet gegevens direct naar een data centrum verzonden kunnen worden.
1 http://www.rijkswaterstaat.nl/water/ scheepvaartberichten_waterdata/monitoring_ meetsystemen/lmw/index.aspx
8
In de toekomst zullen dijken worden uitgerust met sensoren zodat de waterschappen “live data” over de dijken kunnen verzamelen.2 A.2.4 VEILIGHEIDSREGIO’S
De veiligheidsregio’s kunnen in bepaalde gevallen ook metingen verrichten. Bijvoorbeeld tijdens de Moerdijk brand werden er door de veiligheidsregio metingen gedaan van de luchtkwaliteit. Bij hoogwater en overstromingen zal de veiligheidsregio het meten overlaten aan de waterschappen. Wel komen bij de meldkamers van de veiligheidsregio’s de meldingen binnen van burgers. Dit gaat tijdens hoogwater en overstromingen voornamelijk om meldingen van ondergelopen kelders en mensen in nood. Naast deze meldingen zal er tijdens het bestrijden van de ramp veel informatie verzameld worden door brandweer, politie en eventuele andere diensten. De informatie verzameling bij de veiligheidsregio geschied dus door het volgende; • •
Meldingen van burgers aan de meldkamer Situatieverslagen van politie en brandweer
In veel gevallen worden ook meldingen gedaan bij het loket van de betreffende gemeente. A.2.5 GEMEENTEN
Gemeenten verzamelen vaak informatie over het rioolsysteem. Tijdens hevige regenval kan dit belangrijk zijn om plaatselijke wateroverlast te voorspellen. Hevige regenval kan soms zorgen voor grote wateroverlast in Nederland zoals in september en oktober 1998. Meestal onstaat een waterramp pas bij hevige regenval als het overtallige water, bijvoorbeeld door hoogwater op zee, niet meer afgevoerd kan worden. Toch kan de informatie over het rioolsysteem van belang zijn bij waterrampen. Bijvoorbeeld als het gaat om vervuiling van het oppervlakte water door overstort uit een gemengd rioleringsstelsel.3
2 http://www.ijkdijk.nl/
3 http://www.riool.info/publiek/pages/showPage. do?itemid=2494
B. Analyse en opslag van data Er worden een aantal verschillende systemen gebruikt om de ingewonnen informatie te analyseren en op te slaan. De belangrijkste worden hier behandeld. In dit onderzoek wordt niet ingegaan op de exacte werking van de systemen. Voor het onderzoek is het alleen van belang om te weten welke systemen er zijn en waar ze voor gebruikt worden. Voor verdere informatie over de systemen kunt u de literatuurlijst raadplegen.
B.1 Analyse van data B.1.1 METEOROLOGISCHE VOORSPELLINGEN
Het KNMI is verantwoordelijk voor het maken van weersvoorspellingen voor, tijdens en na een waterramp. Daarnaast maakt het KNMI in de aanloop fase van een ramp ook voorspellingen van de waterstanden voor de kust. De weersvoorspellingen van het KNMI zijn gebaseerd op het “High Resolution Limited Area Model”1 en in Europees verband2 het “Ensemble Prediction System”.3 Het HIRLAM geeft de weersverwachting voor de korte termijn terwijl het EPS redelijk nauwkeurig het weer voor een langere periode kan voorspellen. “Het KNMI is mede-eigenaar en medegebruiker van een van de grootste computers ter wereld.”
een van de grootste computers ter wereld. Deze staat bij het Europees Centrum voor Middellange Termijn Weersverwachtingen (ECMWF) in Reading, Engeland.4 B.1.2 FLOOD INFORMATION AND WARNING SYSTEM
Sinds januari 2010 is FLIWAS het informatie- en waarschuwingssysteem dat gebruikt wordt bij (dreigend) hoog water. De waterschappen hebben in het FLIWAS programma een coördinerende rol. Daarnaast is FLIWAS als netcentrisch systeem aangesloten op bestaande systemen. Zo wordt de koppeling gelegd met de veiligheidsregio. FLIWAS leest (voorspelde) waterstanden in, en kan deze visualiseren (in tijddiagrammen, lengte- en dwarsprofielen). Bij het overschrijden van referentiewaarden wordt de gebruiker automatisch gealarmeerd en geïnformeerd welke maatregelen getroffen moeten worden.5 FLIWAS brengt informatie bij elkaar uit de volgende bronnen:6 • • • • • •
hoogwater-voorspellingssystemen geo-informatie hoogwaterdraaiboeken waterrisicokaarten calamiteitenplannen lokale kennis
B.1.3 STORMVLOEDWAARSCHUWINGSDIENST
Naast deze systemen heeft het KNMI een uitgebreide infrastructuur die gebruikt wordt om modellen door te rekenen. Naar eigen zeggen heeft het KNMI eigen rekenservers met een rekencapaciteit van 60 Teraflops. Bovendien is het KNMI mede-eigenaar en medegebruiker van
1 http://www.knmi.nl/cms/content/24419/ weersverwachting_voor_korte_termijn_hirlam
2 http://www.knmi.nl/cms/content/25236/europees_ weercentrum_ecmwf
3 http://www.vwkweb.nl/cms/index.php?option=com_ content&task=view&id=394
De Stormvloedwaarschuwingsdienst is onderdeel van het Watermanagementcentrum Nederland (en Rijkswaterstaat). In samenwerking met het KNMI maken zij, tijdens hoogwater en overstromingen, voorspellingen van de waterstanden voor de kust7. Deze informatie wordt onder andere gebruikt om te besluiten of regionale waterkeringen of 4 http://www.knmi.nl/over_het_knmi/informatiefabriek. html 5 http://www.nifv.nl/web/show/id=175888#fliwas
6 http://www.helpdeskwater.nl/onderwerpen/applicatiesmodellen/waterveiligheid/fliwas/fliwas 7 http://www.helpdeskwater.nl/onderwerpen/ waterveiligheid-0/item-31919/management/ overstromingslexicon/lexicon/item-31981
9
stormvloedkeringen gesloten moeten worden. Bij 2.30 meter boven NAP wordt in Den Oever bijvoorbeeld de coupure tussen het dorp en de haven gesloten, de haven komt dan onder water te staan maar het dorp blijft droog. Over de systemen die gebruikt worden bij de SVSD is geen informatie te vinden, maar de diagrammen die zij maken doen vermoeden dat gebruik gemaakt wordt van dezelfde systemen die bij het KNMI gebruikt worden voor de weersvoorspelling (HIRLAM en EPS). B.1.4 REGIONALE RISICOPROFIELEN
1
De opgestelde risicoprofielen worden tijdens een ramp gebruikt om in te schatten wat belangrijke gebieden zijn om te evacueren of om extra te verdedigen met bijvoorbeeld zandzakken of noodpompen. Op basis van de risicoprofielen en meldingen kan besloten worden tot noodmaatregelen. In feite worden de risicoprofielen tijdens een ramp dus ingezet om informatie te analyseren.
B.2 Data opslag B.2.1 KNMI
Naast infrastructuur voor het rekenen met data heeft het KNMI ook een uitgebreide infrastructuur voor het opslaan van grote hoeveelheden informatie. Zij hebben een “Storage Area Network” met daarin 210 Terabyte aan data en een archiefsysteem met een magneetbandrobot, met daarin 3700 Terabyte aan data.2 B.2.2 ANDERE OPSLAG
Rijkswaterstaat houdt ook grote hoeveelheden gegevens bij. Over de exacte infrastructuur is geen informatie. Sommige van de gegevens die worden opgeslagen door Rijkswaterstaat kunnen worden bekeken via de webapplicatie “Waterbase”3. Gemeenten en veiligheidsregio’s slaan ook gegevens op. De hoeveelheid informatie, de systemen die gebruikt worden voor opslag en het gebruik van deze informatie tijdens waterrampen, verschilt per gemeente en veiligheidsregio.
Tijdens rampen wordt ook gebruik gemaakt van datacenters van derden. Zoals bijvoorbeeld ProRail die grote hoeveelheden informatie over het spoorwegnetwerk in Nederland heeft opgeslagen in hun datacenter.
2 http://www.knmi.nl/over_het_knmi/informatiefabriek. html 1 http://www.regionaalrisicoprofiel.nl/
10
3 http://www.rijkswaterstaat.nl/water/ scheepvaartberichten_waterdata/historische_waterdata/ waterbase/index.aspx
C. Communicatiemiddelen Er worden verschillende communicatiemiddelen gebruikt door de partijen die betrokken zijn bij hoogwater en overstromingen. In de eerste paragraaf wordt de communicatie tussen de partijen en de rol van situatierapporten beschreven. In het tweede deel worden de communicatiemiddelen die gebruikt worden binnen de verschillende partijen kort behandeld.
C.1 Communicatie tussen partijen C.1.1 REGIONAAL EN LANDELIJK OVERLEG
Communicatie tussen partijen vind vaak mondeling plaats in vergaderingen van zogenaamde “crisisteams” of commissies. Vooral op regionaal niveau zitten er in vrijwel alle beleidsteams en operationele teams liaisons van de meeste betrokken partijen. Dit wordt bijvoorbeeld duidelijk uit het Convenant bestuurlijke en operationele coördinatie Dijkring 14. Op de tweede pagina van dit stuk is al te zien hoeveel partijen betrokken zijn. Bij de afspraken over interregionale afstemming is te lezen dat de betrokken partijen samenkomen in regionaal operationele teams (ROT’s) en regionale beleidsteams (RBT’s). Dit betekend dat veel informatie mondeling wordt doorgegeven in vergaderingen van deze ROT’s en RBT’s. Ook uit andere draaiboeken komt deze werkwijze naar voren. In de praktijk gaat dit (bijvoorbeeld) als volgt; Het waterschap verzameldt informatie over waterstanden en de staat van dijken. Deze informatie wordt geanalyseerd en samengevat, bijvoorbeeld op een kaart of in een brief. De liaison van het waterschap (iemand van de communicatie afdeling) gaat met deze informatie naar de vergadering van het RBT en legt daar deze informatie op tafel. Andere partijen doen hetzelfde
en zo wordt een totaalbeeld van de situatie gevormd (in de vorm van situatierapporten). Op basis van de informatie wordt dan beleid gemaakt. Dit beleid wordt eventueel terug gekoppeld naar de hogere bestuurslagen van de betrokken partijen en doorgegeven aan operationele teams. C.1.2 FLOOD INFORMATION AND WARNING SYSTEM
Zoals eerder beschreven is FLIWAS een netcentrisch systeem. Dit houdt in dat het gekoppeld kan worden aan andere bestaande systemen. Met FLIWAS hebben waterschappen sneller de beschikking over betrouwbare informatie die snel uitgewisseld kan worden met alle betrokken partijen bij een (dreigende) hoogwatercalamiteit.1 C.1.3 SITUATIERAPPORTEN (SITRAPS)
De situatierapporten zijn, naast de vergaderingen, de belangrijkste middelen voor afstemming en verspreiding van informatie tussen de partijen. Een situatierapport wordt opgesteld en aangevuld met informatie van alle partijen en bestaat uit een omschrijving van de meest actuele situatie, een actielijst en een besluitenlijst. Een voorbeeld van een situatierapport van de veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond kan gevonden worden in het concept Draaiboek Informatiemanagement.2
C.2 Communicatie binnen partijen
Ook binnen de partijen wordt informatie vaak mondeling doorgegeven tijdens vergaderingen. Het contact met de operationele teams op de grond wordt onderhouden via: • • •
Debriefing Telefoon of portofoon P2000, T2000 en GMS (Geïntegreerd Meldkamer Systeem3)
1 http://www.helpdeskwater.nl/onderwerpen/applicatiesmodellen/waterveiligheid/fliwas/fliwas 2 http://www.veiligheidsregio-rr.nl/eCache/NEW/10/224. doc – pagina 15 3 Beheren en beheersen van het Geïntegreerd Meldkamer Systeem bij de brandweer – Léon Houben – 1 November 2005
11
D. Organisatiestructuur Dit onderzoek is voor een belangrijk deel gebasseerd op het Landelijk draaiboek h oogwater- e n overst romin ge n . In dit draaiboek staan een groot aantal diagrammen die een redelijk duidelijk beeld geven over de organisatie tijdens hoogwateren overstromingen. De diagrammen zijn echter niet in alle gevallen compleet en zijn vooral gemaakt vanuit het oogpunt van de waterbeheerders. Bovendien zijn er sinds het draaiboek geschreven is een aantal kleine veranderingen geweest. Aan de hand van de bij mij beschikbare informatie heb ik een poging gedaan om een aantal diagrammen te maken vanuit een informatie en communicatie oogpunt. Deze diagrammen zijn terug te vinden in de bijlagen. In dit hoofdstuk wordt gekeken naar “the bigger picture” aan de hand van een aantal versimpelde diagrammen.
D.1 Verwevenheid van partijen Figuur D.1 geeft een overzicht van de verschillende partijen en hoe deze met elkaar zijn verweven. Het NCC is aangegeven met een stippellijn omdat het meer een fysieke locatie voorstelt dan een werkelijke partij die invloed uitoefent op de beleidsvorming. Het is echter wel belangrijk om het NCC weer te geven in het diagram omdat het NCC als geheel een belangrijke rol speelt in crisisbeheersing in Nederland. In feite is het NCC de plek waar alles bij elkaar komt. Praktisch gezien mist er nog een partij in het geheel. Het bedrijfsleven kan in veel gevallen betrokken zijn bij crisisbeheersing. Bijvoorbeeld in Rotterdam speelt het havenbedrijf een belangrijke rol, hoewel zij officieel natuurlijk geen invloed uitoefenen op de beleidsvorming.
Figuur D.1 Verwevenheid van de partijen betrokken bij waterveiligheid
12
D.2 Verspreiding van informatie D.2.1 KNMI EN WMCN/BERICHTENDIENST RWS
Het KNMI en de Berichtendienst van Rijkswaterstaat (onderdeel van het WMCN) informeren samen bijna alle partijen. Alleen de ministers en de gemeenten krijgen de informatie van het KNMI en de Berichtendienst via een andere partij. In het geval van de minister van Infrastructuur en Milieu is dit het DCC van het ministerie. De minister van Veiligheid en Justitie krijgt de informatie, binnen het MCCB, van de minister van IenM of via het LOCC. De gemeenten krijgen de informatie via de regionale diensten van RWS, de waterschappen of de provincies.
Figuur D.2 Directe informatiestromen vanuit het KNMI en de Berichtendienst RWS
13
D.2.2 WATERSCHAPPEN
De waterschappen informeren alleen direct het LCO (onderdeel van het ministerie IenM), de provincies, de veiligheidsregio’s en de gemeenten. Indirect worden ook de meeste partijen binnen het ministerie van Infrastructuur en Milieu bereikt. Via het LCO en het ICCB (en de Directeur-generaal van Rijkswaterstaat) komt de informatie uiteindelijk ook bij partijen binnen het Ministerie van Veiligheid en Justitie.
Figuur D.3 Directe en indirecte informatiestromen vanuit de waterschappen
D.2.3 VEILIGHEIDSREGIO’S EN GEMEENTEN
De informatie die wordt vergaard door de veiligheidsregio’s en de gemeenten blijft grotendeels in het regionale circuit hangen. Via de regionale diensten van Rijkswaterstaat en de Directeur-generaal van Rijkswaterstaat zal belangrijke informatie uiteindelijk zijn weg vinden naar de landelijke bestuurslagen.
14
E. Praktijk voorbeelden Er is veel informatie over hoogwater en overstromingen in het verleden. Deze informatie gaat voornamelijk over de berichtgeving naar de burger en media en rapporten van de stormvloedwaarschuwingsdienst. Verdere gedetailleerde informatie over de communicatie en uitwisseling van informatie tussen de verschillende partijen die betrokkken zijn bij hoogwater en overstromingen is niet te vinden.
E.1 Hoogwater 9 december 2011 “Rijkswaterstaat houdt de waterstanden langs de kust nauwlettend in de gaten, omdat hoge standen worden verwacht. Dit komt doordat er op het midden van de Noordzee een zware zuidwester- tot westerstorm wordt verwacht. De Stormvloed Waarschuwingsdienst van Rijkswaterstaat geeft in dit soort situaties 12 uur van te voren een (voor)waarschuwing of alarmering uit aan waterkeringbeheerders, zodat zij tijdig maatregelen kunnen nemen.”1 Dit bericht verscheen op 8 December op de website van Rijkswaterstaat. Verwacht werd dat op 9 december op verschillende plaatsen het waarschuwingspeil bereikt zou worden. Aanvankelijk berichtten alleen de berichtendienst van Rijkswaterstaat, de betrokken waterschappen en de stormvloedwaarschuwingsdienst over het verwachtte hoogwater.
Op 9 december ‘s nachts om 3:45 werden er inderdaad een aantal waarschuwingen en voorwaarschuwingen gegeven. Onder andere voor Hoek van Holland en Vlissingen. Tegen de middag werd op een aantal plekken het waarschuwingspeil overschreden. Dit leidde tot de sluiting van de Hollandse IJsselkering en wateroverlast in de buitendijksegebieden in Maasluis, Vlaardingen, Schiedam en Rotterdam.
1 http://www.rijkswaterstaat.nl/actueel/nieuws_en_ persberichten/2011/december2011/rijkswaterstaat_ houdt_storm_langs_kust_in_de_gaten.aspx
Het is opvallend dat er door de waterbeheerders relatief veel informatie verspreid wordt via de respectievelijke websites en ook via Twitter. Het KNMI is opvallend stil en ook sommige getroffen gemeenten berichtten niet over de ontstane problemen. Dit kan tot gevaarlijke situaties leiden omdat veel burgers via deze wegen (gemeenten en KNMI) zullen zoeken naar informatie. Het kan zijn dat de gemeenten in kwestie (Schiedam en Rotterdam) de wateroverlast te klein vonden om hierover te berichtten. Er zijn geen gevaarlijke situaties ontstaan hoewel op sommige plekken in Schiedam het water uit de Nieuwe waterweg op straat stond. Op het NOS journaal waren ook berichten over ondergelopen kelders in Rotterdam. Een compleet overzicht van de berichtgeving op 8 en 9 december 2011 is te vinden in de bijlagen.
E.2 Watersnood 1995
Hoewel de organisatie structuur anders was in 1995, er waren bijvoorbeeld nog geen veiligheidsregio’s, is het toch interessant om te kijken naar de watersnood van 1995. Op basis van deze ramp hebben namelijk een aantal bestuurlijke veranderingen plaatsgevonden. Een belangrijke constatering na de ramp van 1995 was dat een groot deel van de informatie komt van de waterschappen of andere waterauthoriteiten. Tijdens de ramp was deze informatie niet altijd direct beschikbaar omdat de waterschappen niet altijd onderdeel waren van de operationele teams. Ook de communicatie naar de burger verliep niet altijd soepel. In de verschillende fasen van de ramp kwam de informatie uit andere bronnen. Waar de burger in de aanloop van de ramp zijn informatie veelal uit regionale media verkreeg werd deze informatie later via de nationale media verspreid. Er is gebleken dat burgers de regionale media meer vertrouwen dan de nationale media.2
2 Watersnood 1995 Een terugblik voor de toekomst, Nibra, juni 1995, pagina 35
15
E.3 Stormvloed 9 november 2007 “De middelbare stormvloed van 9 november was, gezien in het licht van de opgetreden waterstanden, behoorlijk uitzonderlijk. In het hele kustgebied zijn waterstanden opgetreden die gemiddeld 230 tot 55 maal per 1000 jaar voorkomen.”1 In feite kan gesteld worden dat de stormvloed van 9 november 2007 een van de zwaarste stormvloeden is die Nederland gekend heeft. Zoals te lezen is in het verslag van de SVSD werden op een aantal punten golfhoogtes en -perioden gemeten die nog niet eerder waren voorgekomen. Ook werd er voor alle sectoren dijkbewaking ingesteld, iets dat niet meer was voorgekomen
1 SR88 Verslag van de stormvloed van 9 november 2007, Stormvloedwaarschuwingsdienst Rijkswaterstaat
16
sinds 1976. Opvallend is ook dat er nauwelijks hinder geweest is (behalve voor de scheepvaart). De stormvloed keringen hebben naar behoren gefunctioneerd.
Uit het verslag van de stormvloedwaarschuwingsdienst blijkt dat er vooral nauw is samengewerkt met het KNMI. Helaas is er in het verslag geen informatie beschikbaar over de communicatie met de andere partijen zoals de waterschappen. We kunnen echter stellen dat deze communicatie er geweest is aangezien de waterschappen dijkbewaking hebben ingesteld.
Uit de beschikbare informatie zien we dus dat de preparatie voor de stormvloed van 9 november 2007 goed (volgens het boekje) verlopen is. Bovendien kan geconstateerd worden dat de preparatie voldoende was om de stormvloed te beteugelen.
Conclusie De belangrijkste resultaten van dit onderzoek zijn terug te vinden in de bijlagen in de vorm van de tabel met taken en verantwoordelijkheden en de diagrammen. Daarnaast kunnen echter ook een aantal conclusies worden getrokken uit de voorgaande hoofdstukken.
Zoals wellicht te verwachten was komt de meest relevante informatie bij een waterramp van de waterbeheerders zelf. De regionale diensten en de berichtendienst van Rijkswaterstaat en de waterschappen vergaren tijdens een ramp een grote hoeveelheid gedetailleerde informatie over water, keringen, dijken en polders. Daarnaast speelt ook het KNMI een belangrijke rol als het gaat om het vergaren van meteorologische data. Een waterramp is echter groter dan alleen weer en water. Het is opvallend dat er weinig aandacht is voor bijkomende zaken (onveilige situaties voor burgers). De operationele teams zouden daadkrachtiger kunnen optreden als meer wordt gekeken naar informatie die door burgers zelf verstrekt wordt. Denk bijvoorbeeld aan sociale media. In de organisatie van crisisbeheersing zijn ook een aantal dingen die opvallen. Zo zijn de lijnen van de water kolom naar de algemene kolom korter dan andersom. Dit is geen probleem als alle informatie inderdaad bij de waterbeheerders vandaan komt. Wateroverlast zorgt echter in de eerste plaats voor een onveilige situatie voor de burger. Iets wat bij de waterschappen wel een rol speelt maar toch voornamelijk de verantwoordelijkheid is van de veiligheidsregio’s en de gemeenten. Deels wordt dit misschien opgelost door het overleg binnen de regionale beleidsteams. Deze teams moeten voor belangrijke beslissingen tijdens een grote ramp echter wachten op de besluitvorming in de ICCB en/of MCCB. Vanuit het waterschap is de lijn beduidend korter. In veel gevallen kan de dijkgraaf direct overleggen met de Directeur-generaal van Rijkswaterstaat waarmee de waterschappen in feite een directe lijn hebben met de ICCB en indirect ook met de MCCB. Hieruit blijkt ook weer dat wij in Nederland hoog inzetten op het bestrijden van het water en minder op de bestrijding van de gevolgen van een dijkdoorbraak. Voorkomen is beter dan genezen.
Men zou zelfs kunnen stellen dat het probleem van de lange lijnen tussen de algemene kolom en de water kolom juist ontstaat door landelijke inmenging. Aangezien op regionaal niveau alle lijnen kort zijn via het regionaal beleidsteam. Of is het zo dat in de praktijk niet of nauwelijks landelijke inmenging plaats vindt en de meeste beslissingen aan de regionale beleidsteams worden overgelaten? In 1995 bleek dat dit niet het geval was. In 2008 tijdens de landelijke oefeningen (waterproef) is er expliciet aandacht besteed aan de landelijke en regionale coördinatie tijdens een ramp. De evaluatie van deze oefeningen was positief.
17
Literatuurlijst Landelijk draaiboek hoogwater en overstromingen Uitgave: Rijkswaterstaat en Unie van Waterschappen, september 2010
Handboek crisiscommunicatie DCC Infrastructuur Uitgave: DCC-Infrastructuur, Ministerie van Infrastructuur en Milieu, december 2010 Nationaal handboek crisisbesluitvorming Uitgave: Ministerie van Veiligheid en Justitie, november 2009
Evaluatie Crisisoefening Waterproef (samenvatting) Uitgave: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties; Ministerie van Verkeer en Waterstaat, maart 2009 Convenant bestuurlijke en operationele coördinatie Dijkring 14 Watersnood 1995 Een terugblik voor de toekomst Uitgave: Nibra publicatiereeks nr. 1, juni 1995
Stormvloed 9 november 2007, SR88 Uitgave: Ministerie van Verkeer en Waterstaat; Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat; Waterdienst; Stormvloedwaarschuwingsdienst/SVSD, november 2007
Nationaal Responsplan Hoogwater en Overstromingen; Deel 1: Beleidsdraaiboek Uitgave: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties; Directoraat-generaal Veiligheid; Directie Crisisbeheersing, januari 2007 Léon Houben, Beheren en beheersen van het Geïntegreerd Meldkamer Systeem bij de brandweer, november 2005 Internetbronnen: http://www.knmi.nl/over_het_knmi/informatiefabriek.html Het KNMI als informatiefabriek
http://www.rijkswaterstaat.nl/water/scheepvaartberichten_waterdata/monitoring_meetsystemen/lmw/ index.aspx Landelijk Meetnet Water http://www.ijkdijk.nl/ IJkdijk
http://www.riool.info/publiek/pages/showPage.do?itemid=2494 Gemengd riool
http://www.knmi.nl/cms/content/24419/weersverwachting_voor_korte_termijn_hirlam HIRLAM
http://www.knmi.nl/cms/content/25236/europees_weercentrum_ecmwf ECMWF
18
http://www.vwkweb.nl/cms/index.php?option=com_content&task=view&id=394 Ensemble Prediction System
http://www.nifv.nl/web/show/id=175888#fliwas FLIWAS
http://www.helpdeskwater.nl/onderwerpen/applicaties-modellen/waterveiligheid/fliwas/fliwas FLIWAS
http://www.helpdeskwater.nl/onderwerpen/waterveiligheid-0/item-31919/management/ overstromingslexicon/lexicon/item-31981 Hoogwatervoorspelling
http://www.regionaalrisicoprofiel.nl/ Regionaal Risicoprofiel
http://www.rijkswaterstaat.nl/water/scheepvaartberichten_waterdata/historische_waterdata/ waterbase/index.aspx Waterbase
http://www.veiligheidsregio-rr.nl/eCache/NEW/10/224.doc Concept Draaiboek Informatiemanagement
http://www.rijkswaterstaat.nl/actueel/nieuws_en_persberichten/2011/december2011/rijkswaterstaat_ houdt_storm_langs_kust_in_de_gaten.aspx Rijkswaterstaat houdt storm langs kust in de gaten
19
Bijlagen Taken en verantwoordelijkheden tabel Algemene kolom Partij Ministeriële Commissie Crisisbeheersing (MCCB)
Taken en verantwoordelijkheden • Beslissingen nemen over voortzetten commissiestructuur of voortzetten Interdepartementale Commissie Crisisbeheersing • Indien nodig, goedkeuren van besluiten Interdepartementale Commissie Crisisbeheersing
Opmerkingen Bezetting:
• Minister president
• Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties • Minister van Justitie
• Ministers van de meest betrokken ministeries
• Andere bewindspersonen op aanvraag van minister president of voorzitter
• Voorzitter Interdepartementale Commissie Crisisbeheersing (Directeurgeneraal Veiligheid)
• Ambtelijk vertegenwoordiger van meest betrokken vakdepartement • Directeur/woordvoerder van meest betrokken vakministerie of; Interdepartementale Commissie Crisisbeheersing (ICCB)
• Informatie uitwisselen en inventariseren van informatie lacunes; • Beeld- en oordeelsvorming van de situatie;
• Nemen van adequate maatregelen in het kader van de voorbereiding, respons en nazorg;
• Adviseren aan de minister-president, de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de minister van Justitie met betrekking tot het bijeenkomen van een Ministeriële Commissie Crisisbeheersing; • Adviseren aan de ministeriële commissie en/of aan andere overheden over te nemen maatregelen in het kader van de voorbereiding, respons en nazorg; adviseren over (internationaal) politieke consequenties van genomen of te nemen maatregelen; • Bepalen van strategische kaders
20
• Adviseur crisiscommunicatie van het NVC Bezetting:
• Directeur-generaal Veiligheid, BZK (vaste voorzitter); • Directeur-generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving, ministerie van Justitie;
• Raadadviseur, ministerie van Algemene Zaken;
• Vertegenwoordigers op DG/IG/SG-niveau van de meest betrokken ministeries (mandatarissen namens hun minister) en maximaal 1 adviseur; • Adviseur crisiscommunicatie NVC;
• Directeur Voorlichting/woordvoerder meest betrokken ministerie; • Secretaris (medewerker NCC)
Partij Landelijk Operationeel Coördinatiecentrum (LOCC)
Taken en verantwoordelijkheden
Opmerkingen
• Zorgdragen voor het landelijke operationele beeld. Dit doet het LOCC in de vorm van situatierapporten die zijn samengesteld op basis van gegevens van regionale operationele teams, het Nationaal Informatieknooppunt (NIK i.e. onderdeel van IPOL en andere informatie afkomstig van bijv. kenniscentra;
• Zorgdragen voor de coördinatie van de inzet op operationeel niveau van brandweer, politie, GHOR en Defensie, zowel nationaal als internationaal; • Fungeren als het centrale punt voor bijstandsof steunverleningsverzoeken. Het LOCC draagt daarmee de verantwoordelijkheid voor de coördinatie van de inzet van mensen, middelen en eenheden van brandweer, politie, GHOR, Defensie en het ministerie van VenJ. Het LOCC is namens de minister van VenJ het bestuurlijk aanspreekpunt;
Nationaal Crisiscentrum (NCC)
Nationaal Voorlichtingscentrum (NVC) Provincies
Veiligheidsregio’s
• Adviseren over de mono- en multidisciplinaire inzet van mensen, middelen en eenheden van brandweer, politie, GHOR en Defensie.
• Faciliteren, adviseren, coördineren en uitvoeren van de overheidscommunicatie bij gebeurtenissen die in potentie kunnen uitgroeien tot een crisis en tijdens daadwerkelijke crises. • Daarnaast faciliteerd het NCC de vergaderingen van de MCCB en ICCB. • Verzorgt de landelijke voorlichting (pers voorlichting) bij crises met een landelijke uitstraling en/of crises waarbij meerdere departementen betrokken zijn.
Het NVC is onderdeel van het NCC
• Toezicht houden op het optreden van de waterschappen
• Opstellen risicoprofiel: inventarisatie van de kans op branden, rampen en crises; • Adviseren over het voorkomen van branden, rampen en crises, bijvoorbeeld aan bedrijven; • Organiseren van de rampenbestrijding en de crisisbeheersing; • Aanschaf en onderhoud gemeenschappelijk materieel: brandweerwagens, ambulances; • Functioneren brandweer;
• Functioneren GHOR (Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio); • Functioneren meldkamer;
• Opstellen regionaal crisisplan;
• Inrichten en in stand houden van de informatievoorziening binnen de diensten van de veiligheidsregio en andere relevante diensten en organisaties.
21
Partij Gemeenten
Taken en verantwoordelijkheden
Opmerkingen
• Voorlichting aan de bevolking over een gevaarlijke situatie; • Opvang van slachtoffers en familie;
• Opruimen, registratie en afhandelen schade; • Omgevingszorg (milieu)
Bronnen: • Nationaal Handboek Crisisbesluitvorming • http://www.hetlocc.nl/onderwerpen/het-locc/taken • http://www.nationaalcrisiscentrum.nl/document/risico-en-crisiscommunicatie • Landelijk draaiboek hoogwater en overstromingen • http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/veiligheid-regionaal/veiligheidsregio Water kolom Partij Landelijke Coördinatiecommissie Overstromingsdreiging (LCO)
Taken en verantwoordelijkheden • Maakt een landelijk waterbeeld met dreigingsbeeld.
• Informeert indien nodig DCC-VenW, Rijkswaterstaat en waterschappen over het waterbeeld. • In subfase T (geen overstroming – terugkeer) informeert het LCO over de uitvoering van de herstelmaatregelen indien nodig.
• In subfase C, de acute fase, informeert de LCO over de uitvoering van waterbeheersmaatregelen.
Directie Communicatie Infrastructuur en Milieu (DCO IenM)
22
• In subfase D, bij stabilisatie, informeert de LCO over de uitvoering van waterstaatkundige maatregelen en onderzoeken of en wanneer terugkeer mogelijk is. • Ontwikkelen corporate communicatie en interne en externe communicatie op het gebied van de beleidsprioriteiten van Infrastructuur en Milieu
• Adviseren over corporate communicatie en interne en externe communicatie op het gebied van de beleidsprioriteiten van Infrastructuur en Milieu • Toezien op corporate communicatie en interne en externe communicatie op het gebied van de beleidsprioriteiten van Infrastructuur en Milieu
Opmerkingen De LCO maakt het landelijk waterbeeld. Dit beeld bevat een dreigingsanalyse, een weerbeeld, een waterbeeld en een indicatie van mogelijke aanvullende waterhuishoudkundige maatregelen om schade en slachtoffers te beperken. Het LCO is onderdeel van het WMCN. De Directie Communicatie (DCO) maakt tijdens een crisis deel uit van de basisbezetting van het DCC. Voor interdepartementale crises ligt de coördinatie in handen van het NCC. Regionale voorlichters blijven bij een crisis, afhankelijk van de aard en omvang, werkzaam in hun eigen omgeving. Afstemming en coördinatie met DCO blijven daarbij essentieel. Afhankelijk van de duur van een crisis kan er ook landelijk een beroep gedaan worden op de regionale voorlichter.
Partij Departementaal Coördinatiecentrum Crisisbeheersing Infrastructuur en Milieu (DCC IenM)
Taken en verantwoordelijkheden
Opmerkingen
• Procesbewaking tijdens crises, bewaking en advisering van de integrale besluitvorming. • Informatiecoördinatie tijdens incidenten en crises binnen IenM en naar externe partijen. • Alarmering en ondersteuning van het Regionaal Beheersteam Noordzee (RBN). • Coördinatie binnen IenM van: • Luchtruimsluitingen.
• (Inter)nationale hulpverlening of noodhulp IenM bij rampen. • (Inter)nationale inzet pompen bij overstromingen. • Uitzending van experts op het gebied van watermanagement, waterkeren en beheren.
• Alerteringssysteem Terrorismebestrijding (ATb) IenM. • NAVO-verplaatsingen over weg, water of rail.
• Interdepartementale crisisbeheersingsoefeningen. Directeur-generaal Rijkswaterstaat (DG RWS) Directeur-generaal Water, Inspectie Verkeer en Waterstaat (DG Water, IVW) Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI)
Berichtendienst Rijkswaterstaat (Berichtendienst RWS)
• Internationale crisisbeheersingsoefeningen.
• Coördinatie en deelname impactteam weeralarm. • Landelijk verantwoordelijk voor crisisbeheersing binnen VenW.
• Stemt waar nodig maatregelen en informatie af met dijkgraven, in eerste instantie via de HID.
De directeur-generaal Rijkswaterstaat maakt onderdeel uit van de ICCB. De directeur-generaal Water maakt onderdeel uit van de ICCB.
• Weersverwachting opstellen
• Inschatting maken van de te verwachten waterstanden voor de kust. • Berichtendienst Rijkswaterstaat informeren over weersverwachting en verwachte waterstanden. • Berichtendienst Rijkswaterstaat adviseren bij verwachtingen waterstanden. • LCO ondersteunen
• Waterstandverwachting voor de kust opstellen in samenwerking met KNMI.
• Informeren of alarmeren van waterschappen, regionale diensten, veiligheidsregio’s, DCC IenM en LCO over verwachte waterstanden. • LCO en DCO IenM ondersteunen
23
Partij Regionale diensten Rijkswaterstaat (Regionale diensten RWS)
Taken en verantwoordelijkheden • Voert maatregelen uit en stemt af met andere waterbeheerders.
• Ondersteunt en informeert de veiligheidsregio bij de crisisbeheersing, afhankelijk van regionale situatie en afspraken.
• Informeert LCO over maatregelen met bovenregionale effecten en andere relevante informatie voor het landelijk waterbeeld. • Ondersteunt de LCO bij haar taken. • Informeert DCC IenM.
• De HID stemt af met de dijkgraven indien nodig. Waterschappen
• Legt scheepvaart stil, in overleg met het scheepvaartverkeerscentrum, indien nodig.
• Voert maatregelen uit en stemt af met andere waterbeheerders indien nodig.
• Ondersteunt, informeert en adviseert de veiligheidsregio bij de crisisbeheersing, onder andere met betrekking tot de interpretatie van het landelijk waterbeeld. • Informeert LCO over de standzekerheid van de keringen, maatregelen met bovenregionale effecten en andere relevante informatie voor het landelijk waterbeeld. • Ondersteunt de LCO bij haar taken.
• De dijkgraaf stemt af met de HID van de regionale dienst Rijkswaterstaat en via de HID met de DGRijkswaterstaat indien nodig.
• In subfase C, de acute fase, besluit het Waterschap over bemaling in bedreigde of overstroomde gebieden en over de inzet van extra personeel en materieel voor het beperken van de overstroming en voor herstelwerkzaamheden. • In subfase D, bij stabilisatie voert het Waterschap herstelwerkzaamheden uit en zorgt voor het leegpompen van overstroomd gebied. • Informeert de provincie.
Bronnen: • Landelijk draaiboek hoogwater en overstromingen • Handboek crisiscommunicatie DCC IenM
24
Opmerkingen
Verzamelde berichtgeving hoogwater van 8 en 9 december 2011 BERICHTGEVING RIJKSWATERSTAAT OP TWITTER OM 17:30 OP 9 DECEMBER 2011
NIEUWSBERICHT OP WEBSITE RIJKSWATERSTAAT OP 9 DECEMBER 2011 OM 14:30
Rijkswaterstaat sluit in verband met het hoge water vrijdag 9 december van 13.00 tot ongeveer 20.00 uur de Hollandsche IJsselkering bij de Algerabrug tussen Capelle en Krimpen aan den IJssel. De Hollandsche IJsselkering is het eerste Deltawerk na de watersnoodramp van 1953. Veel huidige bewoners in dit gebied hebben de watersnoodramp niet meegemaakt. Waarschijnlijk weten ze dat ze in een van de laagstgelegen gebieden van Nederland wonen, maar zijn zich veelal niet bewust dat zij bij hoog water beschermd worden door een beweegbare stormvloedkering. Daarom is eerder het idee opgevat om bij sluiting van de kering de kleur van de aangelichte heftorens te veranderen van blauw naar rood. Hiermee wordt de omgeving erop geattendeerd dat er sprake is van hoog water en de kering ter bescherming gesloten is. Door de (led)verlichting krijgen deze markante torens ook als het donker is een nadrukkelijkere positie in hun omgeving. Zodra het vanavond donker wordt, zal dit zichtbaar worden. NIEUWSBERICHT OP WEBSITE RIJKSWATERSTAAT OP 9 DECEMBER 2011 OM 3:45
De Stormvloedwaarschuwingsdienst (SVSD) van Rijkswaterstaat is actief. Voor de sectoren Delfzijl, Vlissingen en Hoek van Holland zijn waarschuwingen uitgegeven. Voor de sectoren Den Helder en Harlingen zijn voorwaarschuwingen uitgegeven. De Stormvloedwaarschuwingsdienst (SVSD) houdt de waterstandsverwachtingen langs de Nederlandse kust sinds 18.30 uur vanavond extra scherp in de gaten. Dit doet de SVSD mede naar aanleiding van de voorspelling van het KNMI, dat spreekt van een zuidwesterstorm langs de kust. Waarschuwingen • Voor de sector Delfzijl geldt een waarschuwing met een verwachte waterstand bij Delfzijl van NAP +310 cm om 10:30 uur vanochtend. • Voor de sector Vlissingen wordt een waterstand verwacht van NAP +330 cm om 13.00 uur vanmiddag. • Voor de sector Hoek van Holland wordt een hoogwaterstand verwacht van NAP +240 cm om 14.00 uur vanmiddag. • Voorwaarschuwingen • Voor de sector Den Helder geldt een voorwaarschuwing met een verwachte waterstand bij Den Helder van NAP +170 cm om 06:30 uur vanochtend. • Voor de sector Harlingen geldt een voorwaarschuwing met een verwachte waterstand van NAP +240 cm om 08:50 uur vanochtend.
25
NIEUWSBERICHT OP WEBSITE RIJKSWATERSTAAT OP 8 DECEMBER 2011
Rijkswaterstaat houdt de waterstanden langs de kust nauwlettend in de gaten, omdat hoge standen worden verwacht. Dit komt doordat er op het midden van de Noordzee een zware zuidwester- tot westerstorm wordt verwacht. De Stormvloed Waarschuwingsdienst van Rijkswaterstaat geeft in dit soort situaties 12 uur van te voren een (voor)waarschuwing of alarmering uit aan waterkeringbeheerders, zodat zij tijdig maatregelen kunnen nemen. Waarschuwingen De kust is ingedeeld in zes verschillende sectoren. Per sector kan er een (voor)waarschuwing of alarmering uitgaan. Omdat tijdstippen van hoogwater en de ontwikkeling van de storm niet langs de hele kust hetzelfde is, kan dit dus variëren. Mogelijk zullen er in de loop van donderdagavond 8 december voor vrijdagochtend 9 december al voorwaarschuwingen worden gegeven voor de hoge waterstanden in de noordelijke sectoren. Op dit moment is de verwachting dat er voor de vijf kustsectoren Schelde, West Holland, Den Helder, Harlingen en Delfzijl waarschuwingen gegeven zullen worden voor het hoge water op vrijdagmiddag en -avond. Deze standen komen eens in de twee jaar voor. Rijkswaterstaat staat voor betrouwbare en bruikbare landelijke berichtgeving over waterkwantiteit en waterkwaliteit. BERICHTGEVING KNMI
9 december ’s ochtends. KNMI is niet actief op twitter sinds 11 september. En heeft geen nieuwsberichten sinds 2 december 2011. Wel is op de voorpagina een kopje over stormvloed waar wordt uitgelegd wat stormvloed is. Dit is geschreven op 9 december maar geeft geen info over de actuale situatie. WATERSCHAP HOLLANDSE DELTA BERICHTGEVING OP TWITTER
BERICHTGEVING OP WEBSITE WATERSCHAP HOLLANDSE DELTA
Hollandse Delta alert tijdens storm Update vrijdag 9 december: de storm zorgt momenteel voor hogere waterstanden in het gebied. Dit zorgt voorlopig niet voor problemen. De waterstand blijft ruim onder het niveau waarop de dijkbewaking opgeroepen zou worden. Wel heeft Hollandse Delta uit voorzorg tijdelijk het buitendijks fietspad op de Portlandse Zeedijk bij Rhoon afgesloten en de duiker en het gemaal bij Heinenoord respectievelijk gesloten en tijdelijk stilgezet. Woensdag 7 december: De komende dagen krijgt Nederland te maken met een flinke westerstorm. Hierdoor komt er snel water vanuit de Noordzee het gebied van Hollandse Delta binnen en zullen de waterstanden behoorlijk stijgen. Het waterschap houdt de waterstanden de komende dagen goed in de gaten om, wanneer nodig, tijdig maatregelen te treffen. Zoals bijvoorbeeld het oproepen van de dijkwachten.
26
HOOGHEEMRAADSCHAP SCHIELAND EN DE KRIMPENERWAARD BERICHTGEVING OP TWITTER
BERICHTGEVING OP WEBSITE HOOGHEEMRAADSCHAP SCHIELAND EN DE KRIMPENERWAARD
Hoog water leidt niet tot problemen, wel tot extra alertheid 9 december 2011 Schieland en de Krimpenerwaard verwacht geen problemen vanwege het hoge water, maar is alert. Rond 14.00 uur vanmiddag verwachten wij hoge waterstanden van circa 2,40 meter boven NAP, daarom sluit om 13.00 uur de Stormvloedkering bij Krimpen aan den IJssel. De Stormvloedkering sluit bij een waterstand hoger dan 2,00 meter boven NAP. Vooralsnog gaat de Maeslantkering bij Hoek van Holland niet dicht. De werkzaamheden bij de dijkversterkingen BAS en Nederlek gaan gewoon door. Indien de situatie daartoe aanleiding geeft kunnen we direct maatregelen nemen HOOGHEEMRAADSCHAP DELFLAND BERICHTGEVING OP TWITTER
NIEUWSBERICHT HOOGHEEMRAADSCHAP DELFLAND OP 9 DECEMBER 2011
Rond 14 uur vanmiddag wordt een waterstand van 2,40 meter boven NAP verwacht in Hoek van Holland. Delfland is extra alert maar verwacht geen problemen. De stormvloedwaarschuwingsdienst van Rijkswaterstaat houdt de waterstanden en verwachtingen aan de kust bij op http://www.meetadviesdienst.nl/nl/water-en-weer/verwachtingen-water/svsd-mededelingen. htm. Kijk voor de waterstand in Delfland bij het grafiekje voor Hoek van Holland. De belangrijkste waterkeringen in Delfland zijn de duinen en de Delflandse dijk langs de Nieuwe Waterweg. Door het verbreden van het strand aan de Delflandse kust en de aanleg van een dijk onder de boulevard in Scheveningen is Delfland bij hevige storm beschermd tegen overstromingen. Stevige dijken maken leven onder zeeniveau veilig. Delfland zet zich in voor droge voeten in een leefbaar gebied. Dat betekent regelmatig beheer en onderhoud uitvoeren. Bovendien controleert Delfland de duinen, dijken en kaden, tijdens een storm vaker.
27
NIEUWSBERICHT HOOGHEEMRAADSCHAP DELFLAND OP 8 DECEMBER 2011
De waterstand bij Hoek van Holland is gisteravond opgelopen tot 2 meter boven NAP. Er werd een hogere waterstand verwacht. Er zijn geen problemen voorgekomen in Delflands gebied. Hoewel het nu luw is wordt er voor vanavond weer harde wind verwacht. De waterstand zakt op dit moment en zal vanavond weer iets stijgen. Morgen overdag stijgt het waterpeil bij Hoek van Holland opnieuw en komt na verwachting voorbij de 2 meter. Omdat de dijken en duinen van Delfland goed bestand zijn tegen deze waterstanden verwacht Delfland ook op vrijdag geen problemen. De stormvloedwaarschuwingsdienst van Rijkswaterstaat houdt de waterstanden en verwachtingen aan de kust bij op http://www.meetadviesdienst.nl/nl/water-en-weer/verwachtingen-water/svsd-mededelingen. htm. Kijk voor de waterstand in Delfland bij het grafiekje voor Hoek van Holland. De belangrijkste waterkeringen in Delfland zijn de duinen en de Delflandse dijk langs de Nieuwe Waterweg. Door het verbreden van het strand aan de Delflandse kust en de aanleg van een dijk onder de boulevard in Scheveningen is Delfland bij hevige storm beschermd tegen overstromingen. Stevige dijken maken leven onder zeeniveau veilig. Delfland zet zich in voor droge voeten in een leefbaar gebied. Dat betekent regelmatig beheer en onderhoud uitvoeren. Bovendien controleert Delfland de duinen, dijken en kaden, tijdens een storm vaker. NIEUWSBERICHT HOOGHEEMRAADSCHAP DELFLAND OP 7 DECEMBER 2011
Door de storm wordt er rond 1 uur vannacht bij Hoek van Holland een waterstand verwacht van 2.15 boven NAP. Delfland verwacht geen problemen, omdat de dijken goed bestand zijn tegen een dergelijke waterstand. De belangrijkste waterkeringen in Delfland zijn de duinen en de Delflandse dijk langs de Nieuwe Waterweg. Door het verbreden van het strand aan de Delflandse kust en de aanleg van een dijk onder de boulevard in Scheveningen is Delfland bij hevige storm beschermd tegen overstromingen. Stevige dijken maken leven onder zeeniveau veilig. Delfland zet zich in voor droge voeten in een leefbaar gebied. Dat betekent regelmatig beheer en onderhoud uitvoeren. Bovendien controleert Delfland de duinen, dijken en kaden, tijdens een storm vaker.
28
BERICHTGEVING SVSD Pagina: SV01
Stormvloedwaarschuwingsdienst
Uitgifte: Vr 09-Dec-11 14:55 MET
Overzichtspagina verwachtingen
=============================================================================== Sector
|Waars|Alarm| Astronomisch
| SVSD-verwachting |W/A|Bijgestelde
(evt.station)| peil| peil| hoogwater
| hoogwater
|
|verwachting
| 330 | 370 | 10-12 01:37 +211 | 10-12 01:35 +250 |
| --:-- +---
West-Holland | 220 | 280 | 10-12 02:25 +120 | 10-12 02:25 +170 |
| --:-- +---
------------------------------------------------------------------------------Schelde
(Vlissingen) |
|
|
|
|
(H.v.Holland |
|
|
|
|
Dordrecht
| *** | 250 | 09-12 15:44 +099 | 09-12 17:00 +180 |
Harlingen
| 270 | 330 | 09-12 20:55 +108 | 09-12 20:30 +260 |
Den Helder Delfzijl
| |
| --:-- +---
| 190 | 260 | 09-12 18:50 +071 | 09-12 16:30 +200 | W | --:-- +--
| --:-- +---
| 300 | 380 | 09-12 23:14 +149 | 09-12 22:00 +300 | W | --:-- +--
------------------------------------------------------------------------------Stormvloedkeringen
|
Open
Oosterscheldekering
|
*
Hollandse IJssel kering
|
| Gesloten | Sector
------------------------------------------------------------------------------Maeslant- en Hartelkering|
*
| | |
| Schelde
*
| West-Holland | West-Holland
------------------------------------------------------------------------------tijden in MET, hoogten in cm t.o.v. NAP, W = Waarschuwing, A = Alarmering zitting aangevangen op 03-12 om 07:00.
voor meer informatie zie pagina SV02: Toelichting SVSD. BERICHTGEVING OP NOS.NL (TRADITIONELE MEDIA)
Wateroverlast in Rijnmond-gebied Toegevoegd: vrijdag 9 dec 2011, 17:00 In het Rijnmond-gebied is op meerdere plaatsen overlast ontstaan door het hoge water. In Maassluis, Vlaardingen en Schiedam zijn straten ondergelopen. Rond 15.00 uur werd de hoogste waterstand bereikt. Sindsdien zakt het water. Bij Capelle en Krimpen aan den IJssel is de Hollandse IJsselkering bij de Algerabrug dicht. Na de watersnoodramp in 1953 was dat het eerste Deltawerk. De hoge waterstand wordt veroorzaakt door een combinatie van de westerstorm en vloed. Rijkswaterstaat heeft in vijf van de zes kustsectoren hoogwater voorspeld. Dat komt ongeveer eens in de twee jaar voor. Kustregio’s voorbereid op hoogwater Toegevoegd: vrijdag 9 dec 2011, 09:56 In verband met de hoge waterstanden zijn beheerders van waterkeringen en dijken extra waakzaam. Door een combinatie van westerstorm en vloed dreigt op veel plaatsen hoogwater. In Groningen is de waterkering bij Termunterzijl vanmorgen uit voorzorg gesloten. Rijkswaterstaat verwacht daar een waterstand van 3.10 meter. Maeslantkering
29
Bij Hoek van Holland is de Maeslantkering in de Nieuwe Waterweg gereedgemaakt voor sluiting. Zowel de Maeslant- als de Oosterscheldekering moeten dicht als de waterstand 3 meter of meer boven NAP komt. Rijkswaterstaat heeft voor vandaag hoogwater voorspeld in vijf van de zes kustsectoren. Het komt ongeveer eens in de twee jaar voor, dat de waterstand minimaal drie meter boven NAP komt. De wind zal in de loop van de dag afnemen. Hoogwater verwacht door zware storm Toegevoegd: donderdag 8 dec 2011, 21:23 Update: donderdag 8 dec 2011, 22:16 Rijkswaterstaat houdt de waterstanden langs de kust nauwlettend in de gaten. Door zware storm op de Noordzee wordt er op verschillende plaatsen hoogwater verwacht. Vooral de kustsectoren Schelde, West Holland, Den Helder, Harlingen en Delfzijl kunnen met hoogwater te maken krijgen. Mogelijk wordt een officiële waarschuwing uitgegeven aan waterkeringbeheerders, zodat die zich kunnen voorbereiden. In het Lauwersmeer, op de grens van Friesland en Groningen, stond het water vandaag 90 centimeter hoger dan normaal. Er is ongeveer 20 miljoen kubieke meter water naar de Waddenzee gespuid, waardoor het water zo’n 30 centimeter is gezakt. De komende dagen gaat het opnieuw veel regenen. Het waterschap denkt dat het dan weer moet spuien om het water op de gewenste hoogte te krijgen. Schotland In Schotland is het openbare leven stilgelegd door de zware storm. Scholen bleven dicht en de Schotten kregen het advies om binnen te blijven. Tal van bruggen en wegen zijn voor het verkeer afgesloten. Door de storm zijn elektriciteitsmasten geknakt waardoor 30.000 mensen zonder stroom zitten. Er zijn in Schotland windstoten gemeten van 260 kilometer per uur. Ook Noord-Engeland had problemen door de storm. De veerboot uit Rotterdam met 300 passagiers aan boord kon niet in Hull afmeren. Rivieren traden buiten hun oevers. BERICHTGEVING OP WEBSITE GEMEENTE VLAARDINGEN OP 9 DECEMBER 2011
Door de harde westenwind staat vrijdag 9 december het water in de Koningin Wilhelminahaven in Vlaardingen een meter hoger dan normaal. Dit betekent dat in het buitendijkse gebied (Buitenhaven, Maasboulevard en Koningin Wilhelminahaven) het water over de kade stroomt. De kade is daarom afgesloten en omwonenden en omliggende bedrijven zijn geinformeerd en hebben zonodig maatregelen genomen. Verwacht wordt dat het water in de loop van de middag zakt. Hoog water in het buitendijkse gebied komt in Vlaardingen een paar keer per jaar voor.
30
BERICHTGEVING OP WEBSITE GEMEENTE MAASSLUIS OP 9 DECEMBER 2011
Weersomstandigheden zorgen voor intreden hoogwaterregeling In verband met de (verwachte) weersomstandigheden is sinds 9 december fase 2 van de hoogwaterregeling Maassluis in werking. Er wordt om 14.45 uur een waterstand van 2.40+ NAP verwacht. (Bron:Stormvloedwaarschuwingsdienst) Verwachte gevolgen Vanaf NAP +1,90 m begint de loswal aan de Burgemeester de Jonghkade onder te stromen en er komt water op het wegdek van de Govert van Wijnkade te staan ter hoogte van nr. 37 tot en met 42. Wat doet de gemeente? De gemeente plaatst afzettingen om te voorkomen dat mensen hun voertuig op de loswal aan de Burgemeester de Jonghkade en op de Govert van Wijnkade parkeren. De gemeente informeert de contactpersoon van de bewoners van ’t Hoofd en bedrijven aan de burgemeester de Jonghkade en de Govert van Wijnkade. De politie waarschuwt zo nodig eigenaren van voertuigen die er al geparkeerd staan. Wat kunt u zelf doen? Parkeer uw voertuig niet op de loswal bij de Burgemeester de Jonghkade en niet op de Govert van Wijnkade langs de waterkant.
31
Tabellen
Informatiestromen:
DCC-IenM
DCO-IenM
DG Water IVW DG-RWS
Gemeenten ICCB
KNMI LCO
LOCC
v v
Minister VenJ NCC/NVC
Provincies
Reg. diensten RWS
Veiligheidsregio’s Waterschappen
Berichtendienst RWS
32
v
v
v
v
v
Berichtendienst RWS
v
v v
v
v v
Waterschappen
Veiligheidsregio’s
Reg. diensten RWS
Provincies
NCC/NVC
Minister VenJ
Minister IenM
MCCB
LOCC
LCO
KNMI
ICCB
Gemeenten
v
v
MCCB
Minister IenM
v
DG-RWS
DCO-IenM
DCC-IenM
Zender:
DG Water IVW
Ontvanger:
v
v
v
v
v
v
v v v
v
v
v
v v
v
v
v
Adviseren:
DCC-IenM
DG Water IVW DG-RWS
Gemeenten KNMI LCO
LOCC
MCCB
v
Berichtendienst RWS
Waterschappen
Veiligheidsregio’s
Reg. diensten RWS
Provincies
NCC/NVC
Minister VenJ
Minister IenM
MCCB
LOCC
LCO
KNMI
ICCB
Gemeenten
v
DCO-IenM
ICCB
DG-RWS
DCO-IenM
DCC-IenM
Zender:
DG Water IVW
Ontvanger:
v
v
v
Minister IenM Minister VenJ NCC/NVC
Provincies
Reg. diensten RWS
Veiligheidsregio’s Waterschappen
Berichtendienst RWS
v v
33
Ondersteunen:
DCC-IenM
v
DCO-IenM
DG Water IVW DG-RWS
Gemeenten ICCB
KNMI LCO
LOCC
MCCB
v
v
Minister IenM Minister VenJ NCC/NVC
Provincies
Reg. diensten RWS
v
Veiligheidsregio’s Waterschappen
Berichtendienst RWS
34
v
v v
v
Berichtendienst RWS
Waterschappen
Veiligheidsregio’s
Reg. diensten RWS
Provincies
NCC/NVC
Minister VenJ
Minister IenM
MCCB
LOCC
LCO
KNMI
ICCB
Gemeenten
DG-RWS
DCO-IenM
DCC-IenM
Zender:
DG Water IVW
Ontvanger:
DCC-IenM
DCO-IenM
DG Water IVW DG-RWS
Gemeenten ICCB
v
KNMI LCO
v
Minister IenM
v
Minister VenJ
v
NCC/NVC
Veiligheidsregio’s Waterschappen
Berichtendienst RWS
v v
Berichtendienst RWS
Waterschappen
Veiligheidsregio’s
Reg. diensten RWS
v v
MCCB
Reg. diensten RWS
Provincies v
LOCC
Provincies
NCC/NVC
Minister VenJ
Minister IenM
MCCB
LOCC
LCO
KNMI
ICCB
Gemeenten
DG-RWS
DCC-IenM
DCO-IenM
DG Water IVW
Afstemmen:
v
v
v
v
v
v
v
v
v v
v
35
Diagrammen
36
37
38
39