3 Pedagogisch beleid 1g individuele gezondheidszorg
1 van 5
Individuele gezondheidszorg wet BIG: bijzondere handelingen individuele gezondheidszorg Binnen ons kinderdagverblijf hebben we het beleid dat kinderen die lichamelijk en/of geestelijk iets mankeren bij ons geplaatst kunnen worden. Wij vinden het een natuurlijke afspiegeling van de maatschappij als allerlei kinderen met elkaar in aanraking komen en van elkaar kunnen leren. Op deze manier leren de kinderen voor elkaar te zorgen en elkaar te respecteren in wat ze goed en minder goed kunnen. De plaatsing hangt van een aantal factoren af. We willen namelijk goed overwegen of we de opvang kunnen bieden die het kind nodig heeft en of het voldoet aan de individuele behoefte van het kind. We hebben binnen ons kinderdagverblijf te maken met een aantal grenzen: o o o o
De grenzen van de groep: kan de groep normaal functioneren of is de extra belasting te groot De grenzen van de pedagogisch medewerkers: kan en wil de pedagogisch medewerker het kind voldoende helpen of is de extra belasting te groot. De grenzen van het beroep: valt het binnen de grenzen van wet BIG. Pedagogisch medewerkers zijn immers niet als verpleegkundige opgeleid. De grenzen van de accommodatie: is de accommodatie geschikt voor het kind
Volgens de procedure: individuele gezondheidzorg wordt er door de algemeen directeur in overleg met ouders, pedagogisch medewerkers en artsen nagegaan of het kind bij ons geplaatst kan worden. Deze procedure hoef je niet uit je hoofd te kennen, als je maar weet waar je deze kunt vinden en dat het er is. In de procedure wordt verwezen naar een autorisatieformulier, een aanvullende plaatsingsovereenkomst, en een toestemmingsformulier voor kinderen met een handicap. Ook van deze hoef je alleen te weten dat ze bestaan. Onder deze wet vallen alle voorbehouden handelingen waarbij je door de huid heen gaat. Denk hierbij aan insulinepen, kinderen met allergische reacties waar ouders een pen voor meegeven om toe te dienen als de reactie voorkomt. In deze gevallen moeten er instructies worden gegeven door een bevoegd persoon hoe deze handelingen verricht moeten worden.
Aangepast door de instelling op datum: Mei 2013
3 Pedagogisch beleid 1g individuele gezondheidszorg
2 van 5
ZIEKTE Bij een ongeval (groter dan schaaf of pleister) wordt ALTIJD de ouder op de hoogte gebracht zodat je in overleg de te nemen stappen kunt bepalen en de ouders niet schrikken als ze op het dagverblijf komen en het zien. Ook bij ziekte wordt er ALTIJD gebeld met de ouder. De Drie Ballonnen streeft ernaar om op een verantwoorde manier met ziekte om te gaan. De wijze waarop dit gebeurd, is vastgelegd in ons ziekte protocol. We denken in eerste instantie aan het belang van het kind. We gaan ervan uit dat het kind het snelst opknapt in een omgeving die zich kan aanpassen aan het zieke kind. Een ziek kind heeft meer rust en aandacht nodig dan de pedagogisch medewerkers kunnen aanbieden. Bovendien heeft De Drie Ballonnen de verantwoordelijkheid voor de groepsgenootjes van het zieke kind. In geval van ziekte zal de leiding een afweging moeten maken of, of in welke mate opvang kan worden voortgezet. Wij laten ons in bovenstaande leiden door de GG & GD. De GG & GD is deskundig op het gebied van ( jeugd-)gezondheidszorg. Zij kan als geen ander goede richtlijnen geven voor handelwijzen met zieke kinderen. Voortbouwend op die deskundigheid is er in alle locaties een naslagwerk voor de medewerkers om bij veel voorkomende ziektebeelden juist te kunnen handelen. Dit naslagwerk wordt regelmatig geactualiseerd en zo nodig bijgesteld. Ook vragen die wij niet kunnen nalezen of uit ervaring kunnen beantwoorden, leggen we voor aan de GG & GD Besmettelijke ziekten Mensen geven besmettelijke ziekten aan elkaar door zonder het te weten. Er gaan dan ziekteverwekkers over van de ene op de andere mens. Dit kan via hoesten of niezen via de handen het voedsel of direct lichamelijk contact. Voorbeelden van besmettelijke ziekten zijn verkoudheid, waterpokken, roodvonk. Baby’s krijgen afweerstoffen van de moeder mee. Deze afweerstoffen staan paraat als een ziekteverwekker binnenkomt. Hierdoor hebben kinderen de eerste zes maanden van hun leven bescherming tegen bepaalde ziekten. Langzamerhand gaan kinderen zelf afweerstoffen opbouwen tegen ziekteverwekkers die zij tegenkomen. Dit proces duurt wel zeven jaar. Het is daarom begrijpelijk dat kinderen die net naar een kindercentrum gaan vaak ziek zijn. Dit komt doordat kinderen dicht bij elkaar zijn en nog bezig met het opbouwen van bescherming. Preventief handelen Om besmetting zo veel mogelijk te voorkomen zijn we in de kinderdagverblijven alert op een goede algemene hygiëne. We leren kinderen de gewoonte aan hun handen te wassen na toiletbezoek en de hand voor de mond te houden en niet in de richting van personen te niezen/hoesten. Na niezen en hoesten handen wassen. Verder hebben we een hygiëne plan waarin alle maatregelen staan die wij nemen om besmetting te voorkomen. Bijv: loopoor, vraag de ouder dit thuis af te dekken als het kind het laat zitten. o Overige maatregelen om overdracht van ziektekiemen op andere te voorkomen: o gebruik eigen handdoek o geef het kind eigen speelgoed o reinig speelgoed voordat andere kinderen dit krijgen o was de handen van de kinderen na krabben aan wondjes en/of blaasjes o gebruik eigen bestek en beker
Aangepast door de instelling op datum: Mei 2013
3 Pedagogisch beleid 1g individuele gezondheidszorg
o o o o o o o o o
3 van 5
voorkom dat het kind met koortslip anderen zoent gebruik voor ieder kind schoon zakdoek gebruik voor ieder kind schoon spuugdoekje, washandje ruim de doekjes meteen op dep het pus/vocht regelmatig met bijvoorbeeld een wattenstaafje dek de wond af dek een loopoor af met een steriel gaasje materialen en oppervlakte die verontreinigd zijn met pus of vocht goed schoonmaken was de handen na aanraking met pus of vocht
Naast deze maatregelen willen we wel opmerken dat een kind juist door het in aanraking komen met bacteriën weerstand opbouwt. We werken dus wel preventief, doch niet panisch. Ziekte in de groep Als kinderen koorts hebben, worden altijd de ouders/ verzorgers gebeld om ze op de hoogte te brengen. Je geeft dan zelf aan of het kind wel of niet gehaald moet worden. Wanneer niet: wanneer het kind verder niet echt ziek is, als de pedagogisch medewerker die aandacht kan geven die het kind nodig heeft, bijvoorbeeld als het wat hangerig is, als het kind niet aan een stuk door huilt, bijv. bij verhoging door tanden/ kiezen/ verkoudheid. Je moet je realiseren dat het voor ouders niet altijd makkelijk is om van hun werk weg te gaan. Denk dus in eerste instantie in het belang van het kind, daarna in het belang van de ouder. Wanneer wel: Wanneer het kind ontroostbaar is, als het kind gaat overgeven en echt ziek is, als je het kind niet de aandacht kan geven die het nodig heeft en wanneer het kind ongelukkig is. Bij twijfel vraag je raad bij de leidinggevende. Het kind kan ook door iemand anders opgehaald worden, als de ouder dat aangeeft. Als kinderen ziek worden gebracht, geef dan duidelijk aan dat je het wel wilt proberen, maar dat ze ook zo weer gebeld kunnen worden als het niet gaat. Geef nooit een diagnose, maar geef aan dat je denkt dat het misschien waterpokken is en dat ze even langs de arts moeten gaan. Bij de constatering van kinderziekten kun je gebruik maken van het groene GGD boek. Ga niet zomaar brieven op de deur hangen als je denkt dat er iets heerst. Dit moet altijd via de leidinggevende. Er heerst niet meteen iets als 1 kind het heeft. Dit brengt alleen onrust bij ouders. In bijgevoegde procedure vindt je het beleid omtrent melden van infectieziekte bij GGD. Medisch handelen Het kan natuurlijk voorkomen dat het kind medicijnen nodig heeft. We vragen deze medicijnen zoveel mogelijk thuis te geven. Mocht het kind overdag medicijnen nodig hebben dan helpen wij daar graag bij, maar wij zijn niet verantwoordelijk als de medicijnen verkeerd toegediend blijken te zijn. Daarom vragen wij ouders/verzorgers een medicijnformulier in te vullen waarop toestemming wordt gegeven om bepaalde medicijnen te geven. Wel vragen wij om vitamines e.d. thuis te geven. Wij vinden dat deze verantwoording bij de ouders/verzorgers ligt en anders krijgen wij te veel medicijnen om te geven. Er moet een formulier worden ingevuld voor alle medicijnen. (zie medicijnformulier) Wanneer we het over medicijnen hebben, bedoelen we alle middelen die met of zonder doktersrecept worden toegediend met veronderstelde therapeutische werking voor een bepaald ziektebeeld. Pijnstillers, zoals paracetamol, hebben geen therapeutische
Aangepast door de instelling op datum: Mei 2013
3 Pedagogisch beleid 1g individuele gezondheidszorg
4 van 5
werking: zij hebben invloed op de symptomen, niet op de ziekteveroorzaker. Een pijnstiller is geen geneesmiddel, maar zal door ons gelijk worden benaderd als “medicijnen”. Wij zijn geen voorstander van het toedienen van pijnstillers om de koorts te verlagen bij jonge kinderen. Koorts is een natuurlijke afweerreactie van het lichaam tegen een ziekteverwekkers. Het toedienen van dergelijke middelen wordt afgeraden (GG & GD) en is niet geheel risicoloos. Wij geven dus geen paracetamol alleen als het volgens ouders op doktervoorschrift moet. Als ouders te veel naar je gevoel paracetamol willen toedienen, overleg je met de leidinggevende. o o o o
o o o
o
Vul medicijnformulier in: vink erop af als het medicijn gegeven is Stop het formulier na afloop in de daarvoor bestemde map Medicijnformulieren moeten altijd worden bewaard en niet worden weggegooid Als medicijnen langdurig gegeven moeten worden dan: wordt dit aangetekend op bijzonderhedenlijst, bij incidentele handelingen op voedingslijst de einddatum wordt niet ingevuld op het medicijnformulier(want er is geen einddatum). Zet achter einddatum NVT= niet van toepassing Zorg dat het kind het medicijn thuis al eens gehad heeft, niet voor de eerste keer bij ons geven in verband met reacties. Handel volgens ongevallenprocedure als er iets gebeurd alleen medicijnen met originele verpakking en de bijsluiter voor eventuele bijwerkingen. Dit is nodig als een kind verkeerd op het medicijn reageert dat je voor een dokter de verpakking hebt. Dit geldt ook voor bijv. neusspray. let op houdbaarheidsdatum
Zalf o was eerst je handen alvorens opbrengen o bij voorkeur aanbrengen met handschoenen o bij voorkeur tubes Wondverzorging o Was handen voor en na wondverzorging o verwijder gemorst bloed met handschoenen aan, neem bloed op met een papieren tissue (maak ondergrond schoon met water en zeep, spoel het oppervlakte schoon en droog na en desinfecteer daarna met ruime hoeveelheid alcohol) o was met bloed bevuilde kleding op 60C o maak schoon met handschoenen aan Wat te doen bij bloed-bloed contact o van beide personen wonden uitwassen met water, zeep o ouders informeren en naar de huisarts Insecten o als kinderen gewandeld hebben in park, moeten ze worden nagekeken op teken o bij ontdekking teek, huisarts waarschuwen en door hem laten verwijderen, niet zelf doen o per vestiging is er een betenuitzuiger voor wespen en bijensteken uit te zuigen. o Zet de uitzuiger op de gebeten plek en zuig uit, met alcohol afdoen o Kinderen eten niet buiten (behalve met picknick), alleen het tussendoortje is toegestaan.
Aangepast door de instelling op datum: Mei 2013
3 Pedagogisch beleid 1g individuele gezondheidszorg
o o
5 van 5
Als kinderen buiten drinken, moeten ze met rietjes drinken Was de kinderen goed na eten en drinken voordat ze naar buiten gaan i.v.m. plakkerige monden
Thermometer De (oor) thermometer moet voor en na gebruik met alcohol worden afgenomen. Bewaren van geneesmiddelen De medicijnen worden in de groep bewaard, buiten het bereik van de kinderen (=hoog wegzetten). Zorg dat de naam van het kind duidelijk op het flesje staat. Als de medicijnen in de koelkast worden bewaard, wordt dat gedaan in een afsluitbare medicijndoos ( dit moet er ook op staan), dit om de bereikbaarheid voor kinderen te bemoeilijken. Als er niks in de doos zit, moet de deksel eronder. Zo kun je in een oogopslag zien of je medicijnen hebt. Zorg er goed voor dat je geen oude medicijnen hebt. Als de medicatie wordt gestaakt, wordt dit aangetekend op het formulier en het geneesmiddel wordt met de ouder meegegeven ook de restjes. Je hebt dus 1 doos in de koelkast en 1 doos in je kast. EHBO dozen Je bent verantwoordelijk voor je eigen ehbo doos. Zorg ervoor dat deze altijd netjes en opgeruimd is. Eens per maand wordt je doos zonodig aangevuld door de verantwoordelijke hiervoor. In de doos zitten pleisters, pincet, arniflor, schaar. Ziekte van pedagogisch medewerker Als je ziek bent, draag dan altijd zorg voor een goede handhygiëne Als je buiktyfus, paratyfus, bloederige diarree of open tbc hebt dan mag je niet komen werken. Als je een mogelijk besmettelijke ziekte hebt zoals diarree of huiduitslag overleg dan met je leidinggevende of het verstandig is dat je komt werken. Zij kan in overleg treden met arboarts. Pedagogisch medewerkers die ziek van vakantie terugkomen, moeten weer beter zijn voordat zij aan het werk gaan.
Aangepast door de instelling op datum: Mei 2013