Inbreng Marijke Shahsavari-Jansen Algemene Beschouwingen Begroting 2012 Voorzitter, Twee weken geleden onthulde wethouder van Poelgeest een tien meter hoge, rode schep van 15.000 euro in de Amsterdamse Houthavens. Volgens het college staat dit voorwerp symbool voor de zelfbouwambities van onze stad. Een groene schep zou beter zijn, maar het is hoopgevend om te zien: terwijl de gemeente haar bouwambities drastisch naar beneden heeft moeten bijstellen, staan de Amsterdammers in de rij om zelf, of samen met anderen, aan de slag te gaan om huizen te bouwen. Voorzitter, Een van de mooie dingen van kunst is, dat de interpretatie ervan niet vast staat of door één iemand kan worden bepaald. Iedereen die een kunstwerk bekijkt, moet zelf nadenken en zelf reflecteren over wat het betekent, symboliseert of uitdrukt. Voorzitter, voor mijn fractie staat die schep voor meer dan alleen zelfbouw. Hij staat voor de nieuwe wind, een nieuwe tijdgeest, en een nieuwe verhouding tussen overheid en burger. Een tijd waarin maar mensen weer meer verantwoordelijkheid nemen voor elkaar, en voor hun omgeving. Als trotse burgers van deze prachtige stad. Maar wat mijn fractie betreft symboliseert deze reusachtige rode schep daarmee nog een ambitie: dat onze eigen, gemeentelijke overheid ook drastisch op de schop moet. Want werken aan een zorgzame, duurzame, en verantwoordelijke samenleving, gaat hand in hand met een bescheiden, slanke overheid. Zijn we daar naartoe op weg? Voorzitter, de CDA fractie is enthousiast over sommige stappen: De Top600 aanpak. Betere luchtkwaliteit voor minder geld, meer Park & Ride voor minder geld. Project 1012. De zelfbouw die ik al noemde. Op die beleidsterreinen wordt fundamenteel gekeken hoe we ondanks de bezuinigingen betere resultaten kunnen bereiken. Maar
helaas moet ik constateren, dat we die principiële visie nog missen, juist waar het misschien wel het meest nodig is: bij financiën en de gemeentelijke organisatie. De afgelopen drie jaar heeft de CDA fractie, en met name mijn collega Lex van Drooge, steeds constructieve ideeën ingebracht voor beter bestuur: “Wethouder, zet de gemeente op de nullijn.” “Wethouder, de gemeente leeft op te grote voet.” “Wethouder, maak een geconsolideerde begroting met de stadsdelen, zodat we echt overzicht hebben en kunnen sturen.” “Wethouder, we moeten nu een echte kerntakendiscussie voeren, zodat we beter weten waar we kunnen bezuinigen.” Enzovoort, enzovoort. Maar drie jaar lang heeft de wethouder te weinig gedaan. Ik ben blij dat de wethouder alsnog een aantal oude CDA-voorstellen overneemt, en ik dank hem voor de ruiterlijkheid dat te erkennen. Maar het blijft: te laat, nog onvoldoende doordacht, en het college pakt ook niet echt door. Daarover een amendement en een motie. En voorzitter, wat het CDA betreft moet het college nu gewoon stoppen met zich te verzetten tegen de opheffing van de bestuurlijke laag van de stadsdelen—en zich in plaats daarvan grondig erop gaan voorbereiden; en dus deze kans met beide handen aangrijpen om te komen tot een efficiëntere gemeentelijke overheid. Wat mijn fractie betreft, worden in deze begroting verkeerde politieke keuzes gemaakt. Eén daarvan is, dat het college nog steeds weigert te sturen op formatie: op het aantal ambtenaren— één van de grootste kostenposten op de begroting. Amsterdam heeft nog steeds het hoogste aantal ambtenaren per inwoner van Nederland: 20 ambtenaren per duizend inwoners, tegenover 8 gemiddeld in Nederland—maar dit college bezuinigt van alle grote steden het minst. Terwijl in 2008, 2009 en vorig jaar nog steeds nieuwe ambtenaren zijn aangenomen. Waar Den Haag, Rotterdam, Utrecht, Nijmegen en Groningen allemaal concrete plannen hebben om hun organisaties slanker en efficiënter te maken, door binnen enkele jaren de totale formatie drastisch met tot wel 10% terug te brengen. Amsterdam komt niet verder dan een beperkte en late
vacaturestop met een kleine terugloop. En in de stadsdelen gebeurt nog minder. In Noord daalt de formatie tot 2014 maar met 18 medewerkers, op een totaal van 623. Nog geen 3 procent. Waarvan, let wel, zich er ruim honderd bezig houden met beleid en strategie. Geen wonder dat de stadsdelen zo radicaal bezuinigen op het onderhoud van de openbare ruimte. Sturen op budgetten moet. Ja, maar daar moet het niet bij blijven. Je moet ook bewust sturen op formatie, het aantal ambtenaren. En zorg er daarbij dan voor dat je bezuinigt op beleid en niet op uitvoering. Maak dus een overkoepelende evaluatie om te komen tot een echte, gemeentebrede taakstelling voor de formatie. Het college zegt bewust alleen te sturen op budgetten, en dat klinkt wel sympathiek, maar het kan er te makkelijk toe leiden dat bezuinigingen worden afgewenteld op investeringen, onderhoud, of op dienstverlening aan de burgers. En dat is precies wat het college aan het doen is. Dat gaat ten koste van de burgers, en van de stad. Het leidt tot verkeerde prioriteiten. Zo hebben we in Amsterdam nog steeds een veel te hoge afvalstoffenheffing: gemiddeld bijna dertig procent hoger dan het gemiddelde in de andere drie grote steden. De gemeente Den Haag lukt het zelfs om, op instigatie van de raad, de afvalstoffenheffing volgend jaar nog verder te verlagen. De afvalstoffenheffing moet en kan dus omlaag. Wij komen met een amendement. En daarnaast is het wat de CDA fractie betreft nu het moment dat de raad zich duidelijk uitspreekt tegen iedere vorm van lastenverzwaring. [Motie] Voorzitter, niet genoeg bezuinigen op de eigen organisatie, heeft dus consequenties. In plaats van de eigen organisatie significant te verkleinen, wil het college de komende jaren wel fors bezuinigen op het schoon, netjes, graffitivrij en verzorgd houden van de openbare ruimte. De gemeente laat het onderhoud van bruggen, wegen, verlichting en fietspaden verloederen door het onderhoudsniveau te verlagen tot een karig “sober”. En de stadsdelen doen daar zelf weer flinke scheppen bovenop—door zelf voor 21 miljoen te bezuinigen op de openbare ruimte: stadsdeel Centrum gaat bijvoorbeeld afvalbakken minder vaak
legen, stadsdeel Noord gaat speelplekken verwijderen, en stadsdeel Oost gaat veel minder straatvegen. Voorzitter, dat zijn verkeerde prioriteiten. Amsterdammers willen gewoon een schone en veilige stad. Amsterdammers houden van hun stad en willen daarom een stad die er verzorgd uitziet. Dus niet een afvaltroep zoals die in Noord is ontstaan. Amsterdammers willen een stad, waar ze ook kunnen wonen met kleine kinderen. Amsterdammers willen niet dat er criminele coffeeshops worden verplaatst naar woonwijken. Amsterdammers willen een college dat daar voor zorgt. En ja voorzitter, Amsterdammers willen een graffitivrije stad. En ik voel dat er allerlei raadsleden alweer staan te popelen om te interrumperen om hier te etaleren hoe kunstzinnig ze zijn omdat graffiti toch echt wel kunst en spontaan en creatief is. Maar Amsterdammers weten precies wat ik bedoel met graffiti, wat daar onder valt, waarom het lelijk is, en waarom we het niet moeten willen. Wij zullen dus hier met moties komen. Een schone stad vraagt daarbij niet alleen om beter schoonmaken, maar ook om betere preventie, en dus: een probleemgerichte handhaving, zodat Amsterdammers het verschil merken. Tegen mensen die kauwgom of rommel op straat gooien, hondenpoep niet opruimen, huisvuil op straat dumpen, je barbecueresten in het Vondelpark achterlaten, etc., etc. Op dit moment is de pakkans laag en worden overtreders te weinig aangesproken. Dat werkt een verkeerde cultuur in de hand. Wat het CDA betreft, moet de gemeente daar veel beter, effectiever en zichtbaarder op gaan handhaven, in goede samenwerking met de politie. Drie keer moedwillig verkeerd je afval op straat zetten? Dan een drie keer zo hoge boete. Een duidelijk NEE tegen de hufterigheid. Voorzitter, Dan nu een ander punt, waar we het al veel over hebben gehad de laatste jaren: de Wallen. Mede naar aanleiding van de publicatie van het onlangs verschenen boek “slaven in de polder”, hebben de wethouders Asscher en van de Burg allebei nog eens bevestigt hoe groot de misstanden, dwang en ellende
op de Wallen is. 50 tot 80 procent van de vrouwen in de legale prostitutie werkt daar tegen hun wil, is slachtoffer van mensenhandel of anderszins van emotionele, financiële of fysieke dwang. Zelfs bij een extreem lage schatting van 20 procent, is het zo dat iedere dag, op een steenworp afstand van deze Stopera, honderden vrouwen commercieel worden verkracht. Zo sprak wethouder Erik van der Burg. Voorzitter, Dergelijke constateringen kunnen natuurlijk niet zonder gevolgen blijven. Onze stad heeft een belangrijke verantwoordelijkheid, juist vanwege de omvangrijke prostitutiesector in onze stad en de internationale reputatie van de Wallen. Het CDA is blij dat het college heeft aangegeven alle citymarketing door te gaan lichten op een te rooskleurige beeld van de Wallen. Het CDA is ook blij dat wethouders Van der Burg en Asscher hebben aangegeven prostitutie niet normaal te vinden. Maar dan moeten we nu dus B-zeggen. Dat betekent, dat de gemeente de komende jaren alles op alles moet zetten om mensenhandel te bestrijden en misstanden aan te pakken. Maar zich ook moet richten op diegene die aan de basis staat en ook de misstanden in stand houdt: namelijk de klant. Gezien de huidige misstanden, moet de gemeente een grootschalige bewustwordingscampagne opstarten om zogenaamde “klanten” te informeren en hun met de neus op de feiten te drukken. Te denken valt aan flyers uitdelen op straat, aangepaste teksten op de gemeentelijke websites, een gerichte informatiecampagne op reisbureaus en reisgidsen als Lonely Planet. Het college is bezig met het opstellen van een nieuwe notitie hierover. Maar we bespreken nu de begroting, en we moeten als raad nu zeker stellen,dat er daadwerkelijk voldoende geld beschikbaar is hiervoor. Daarom zullen we ook op dat vlak amendementen indienen. Voorzitter, tot zover en hierbij dien ik een aantal moties en amendementen in. In de commissie zullen er daar nog een enkele bijkomen.