Online ondersteuning in het dagelijks functioneren van cliënten met chronisch psychiatrische problematiek of een verstandelijke beperking: een haalbaarheidsstudie in de dagelijkse praktijk.
In opdracht van Pameijer Rotterdam
J. de Wit, E. Dozeman, J. Ruwaard en H. Riper 2014
I
COLOFON Opdrachtgever Pameijer Rotterdam
Projectleiding Prof. dr. Heleen Riper Vrije Universiteit Amsterdam
[email protected]
Projectteam Jessica de Wit, MSc Vrije Universiteit Amsterdam
[email protected] dr. Els Dozeman Vrije Universiteit Amsterdam dr. Jeroen Ruwaard Vrije Universiteit Amsterdam
Vo r m g e v i n g Rolf van Dijk Vormgeving Arnhem © februari 2014, Vrije Universiteit Amsterdam
II
VO OR WO OR D Nieuwe technologieën voor een zelfstandiger bestaan Pameijer zet zich al sinds 1926 in om mensen met een verstandelijke beperking of met psychiatrische problematiek te ondersteunen. We ondersteunen mensen bij het versterken van hun eigen kracht en het omgaan met belemmeringen. Hierbij betrekken we hun naasten, vrijwilligers en de lokale omgeving. Dit draagt bij aan een samenleving waar iedereen ertoe doet. Dat is onze missie. Onze missie is altijd het vertrekpunt in ons handelen en doen. Alleen hoe we onze missie volbrengen evolueert met externe ontwikkelingen mee. Met name technologische ontwikkelingen kunnen ondersteunend zijn aan het vergroten van de zelfstandigheid en het reduceren van professionele afhankelijkheid. Bijna iedereen heeft tegenwoordig een smartphone die vol staat met applicaties die ons leven gemakkelijker maken. Zo kun je tegenwoordig bijvoorbeeld eenvoudig digitale boodschappenlijstjes maken en gratis navigeren. Ook in sociale contacten spelen digitale middelen zoals Facebook, WhatsApp en Twitter een grote rol. Juist deze middelen kunnen naar ons idee de afstand tussen mensen met en zonder een beperking verkleinen. Vandaar dat Pameijer diverse digitale innovaties inzet om de zelfstandigheid van cliënten en de regie op het eigen bestaan te vergroten. Ondersteuning wanneer je die nodig hebt en niet alleen wanneer het in de agenda van de begeleider uitkomt. Dat is een behoefte die we meerdere keren van cliënten te horen kregen. Als je er over nadenkt een heel begrijpelijke en zelfs logische vraag. Alleen in de praktijk lastig, want een begeleider heeft meestal niet zo’n flexibele agenda. Met mijnPameijerconnect zagen we een oplossing en mogelijkheid om flexibiliteit in het moment van ondersteuning te kunnen bieden. De eerste reacties van cliënten en begeleiders zijn positief. Het is fijn om te horen dat mijnPameijerconnect op het eerste gezicht aan verwachtingen voldoet. Het is echter nog belangrijker om te weten of en hoe het de kwaliteit aan ondersteuning beïnvloedt. En draagt het ook bij aan de zelfstandigheid van cliënten? Dan heb je aan onderbuikgevoelens niet genoeg. Dan moet je op basis van onderzoek bepalen of en hoe je mijnPameijerconnect verder kunt gaan inzetten. Dit onderzoek van de Vrije Universiteit Amsterdam geeft ons die benodigde handvatten.
Jan Alblas directeur Pameijer
IV
DANKWO ORD
D
it onderzoeksrapport is tot stand gekomen dankzij de inspanning en medewerking van vele betrokkenen.
Ten eerste bedanken wij de cliënten en begeleiders uit de verschillende regio’s van Pameijer die enthousiast mee hebben gewerkt aan dit onderzoek. Zonder hun bijdragen was dit onderzoek niet mogelijk geweest. Eveneens waarderen wij de inzet en betrokkenheid van de cliëntenraad van Pameijer bij de uitvoering van dit onderzoek. Deze waardering geldt ook voor Region, met name de heren Arjan van der Weijde en Jack van Gils, met wie wij voor de uitvoering van dit onderzoek nauw hebben samengewerkt. We danken eveneens Pameijer, de opdrachtgever van dit onderzoek, en in het bijzonder de heer Jan Alblas, directeur marketing, innovatie & verkoop, voor zijn visie op het belang van MPC en het uitvoeren van pilot-onderzoek bij de introductie van nieuwe begeleidingsvormen voor cliënten van Pameijer.
Het onderzoeksteam van de Vrije Universiteit Amsterdam Jessica de Wit Els Dozeman Jeroen Ruwaard Heleen Riper
V
SAM E N VAT T I NG
Pameijer en de transitie naar de WMO In 2015 verhuist de extramurale zorg van de AWBZ naar de WMO. Deze transitie stelt forse uitdagingen voor zorgorganisaties als Pameijer. Zorg moet dichterbij, met meer nadruk op zelfredzaamheid en participatie van cliënten, maar ook kosten-efficiënter, want in de plannen slinken de budgetten flink. Om een zo groot mogelijke groep goed te blijven ondersteunen, wordt onderzocht hoe de zorg via innovatie efficiënter kan worden ingericht. De inzet van technologische hulpmiddelen en het gebruik van nieuwe media in de geestelijke gezondheidszorg (eMental-health) biedt daarin mogelijk perspectief.
mijnPameijerconnect (MPC) Initiatieven op het gebied van eMental-health richtten zich tot voor kort vooral op de preventieve en curatieve geestelijke gezondheidszorg voor veelvoorkomende psychische aandoeningen zoals depressie en angststoornissen. Van zeer recente datum is de toepassing van eMental-health voor de ondersteuning van cliënten in hun dagelijkse functioneren. Pameijer biedt sinds 2012 deze ondersteuning aan cliënten met chronische psychiatrische problematiek en/of cliënten met een verstandelijke beperking in de vorm van mijnPameijerconnect (MPC), een web-gebaseerd systeem voor zorg op afstand.
Een haalbaarheidsonderzoek in de dagelijkse Pameijer-praktijk In dit haalbaarheidsonderzoek zijn de eerste ervaringen van MPC-gebruikers in kaart gebracht. Cliënten (n = 11) en begeleiders (n = 10) zijn in semigestructureerde interviews gevraagd naar hun ervaringen met MPC. Mogelijke veranderingen in de kwaliteit van leven, eigen regie en het sociale netwerk van cliënten tijdens het werken met MPC zijn onderzocht via online vragenlijsten (pretestposttest design; n = 39). Daarnaast hebben cliënten en begeleiders de gebruiksvriendelijkheid van MPC gewaardeerd en is de omvang van het gebruik van MPC geëvalueerd. Dit haalbaarheidsonderzoek geeft een eerste indicatie over hoe MPC werkt in de praktijk, wat cliënten en begeleiders er van vinden en hoe de toekomstige opschaling van MPC in Pameijer verder vorm kan worden gegeven.
Eerste ervaringen met MPC Cliënten en begeleiders moesten in de eerste fase wennen aan MPC. Vooral voor cliënten en begeleiders met weinig computer- en internetervaring was de inzet van MPC spannend. Na enige ervaring met MPC ervoeren beiden echter de voordelen van online ondersteuning. Cliënten ervoeren, zo bleek uit de interviews, een toename in de zelfstandigheid - een belangrijk aspect van eigen regie. Cliënten ervoeren een verminderde afhankelijkheid van face-to-face afspraken met begeleiders op vaste tijdstippen omdat MPC hen de mogelijkheid biedt om contact met hen te zoeken op momenten waarop zij behoefte hebben aan ondersteuning. Cliënten ondervonden hierdoor een toename in de bereikbaarheid van begeleiders, wat hun gevoel van controle bevorderde. Daarnaast gaven cliënten aan met behulp van MPC makkelijker hun gevoelens te kunnen uiten en hun problemen te kunnen ordenen omdat zij met MPC deze kunnen opschrijven tussen vaste afspraken door. Begeleiders noemden als belangrijk voordeel dat zij met MPC cliënten
VI
tussen vaste afspraken door. Begeleiders noemden als belangrijk voordeel dat zij met MPC cliënten vanuit kantoor of huis kunnen begeleiden. Hierdoor zijn zij meer flexibel in het plannen van hun werkzaamheden en minder tijd kwijt aan het reizen naar cliënten toe. Zij kunnen via MPC eveneens makkelijker en vaker kortdurend contact onderhouden met cliënten, waardoor zij deze beter kunnen volgen in hun dagelijkse functioneren. Het ondersteunen op afstand kan volgens begeleiders de eigen regie van cliënten vergroten omdat deze zo aangemoedigd worden meer zelfstandig op zoek te gaan naar oplossingen voor dagelijkse problemen. Begeleiders benadrukten echter het belang van maatwerk in de mate waarin de ondersteuning via MPC aansluit bij de behoeften en mogelijkheden van de cliënt en het behoud van face-to-face contact, een behoefte die ook door de cliënten werd geuit. Voor bepaalde taken zoals ondersteuning in het huishouden en de administratie vonden zij lijfelijke aanwezigheid onontbeerlijk. Cliënten en begeleiders gaven dan ook de voorkeur aan een combinatie van MPC en face-to-face contact in de ondersteuning. Deze vorm wordt ‘blended’ begeleiden genoemd.
Veranderingen in kwaliteit van leven, eigen regie en sociale cohesie De resultaten van het pretest – posttest onderzoek (online vragenlijsten) laten zien dat de kwaliteit van leven, de eigen regie en het sociale netwerk van cliënten door de inzet van MPC stabiel blijven. Concreet betekent dit dat cliënten geen verslechtering ervaren in de kwaliteit van ondersteuning door begeleiders wanneer deze deels online via MPC geboden wordt. Cliënten gaven in hun antwoorden op de online vragenlijsten aan een kleine afname te ervaren in de mate waarin zij empowered werden binnen de professionele samenwerkingsrelatie met de begeleider. Hoewel het hier om een kleine verandering ging die niet naar voren kwam in de interviews, is het van belang om bij toekomstige opschaling de mate waarin de empowerment van cliënten wordt versterkt binnen de samenwerkingsrelatie goed te blijven monitoren.
Gebruiksvriendelijkheid Cliënten en begeleiders gaven in interviews aan tevreden te zijn over de gebruikersvriendelijkheid van MPC. Beiden gaven aan goed in staat te zijn om de vaardigheden aan te leren die nodig zijn voor het gebruik van MPC. Wel is het van belang dat Pameijer gestructureerde persoonlijke ondersteuning aan cliënten biedt voor het aanleren van deze vaardigheden, vooral aan cliënten met weinig computerervaring. Aandacht vanuit Pameijer ten aanzien van de ervaren privacy en veiligheid van MPC verdient eveneens aanbeveling, omdat een aantal cliënten hier, ondanks alle maatregelen, nog vraagtekens bij zette. Cliënten en begeleiders beoordeelden de gebruikersvriendelijkheid van MPC in de online vragenlijsten met rapportcijfers van, respectievelijk, een 6 en een ruime 5 (op een schaal van 0-10). Deze relatief lage cijfers zijn mogelijk terug te voeren op de technische opstartproblemen die de gebruikers ervoeren in het werken met MPC. Eveneens geven deze cijfers aan dat er ruimte is voor verbetering van de gebruiksvriendelijkheid van MPC.
Omvang van het gebruik van MPC Het gebruik van MPC, uitgedrukt als het percentage begeleidingstijd dat via MPC wordt gegeven, lag in maart 2013 naar schatting op 2,5% van de totale begeleidingstijd. Dit percentage is lager dan het door Pameijer op basis van een MPC-businesscase vastgestelde streefpercentage van 20% in medio 2014. Het aantal keren dat cliënten en begeleiders inlogden in MPC en het aantal minuten dat zij per sessie online actief waren vertoonden echter van januari 2012 tot en met mei 2013 een duidelijk stijgende lijn. Tevens steeg het aantal cliënten dat gebruik maakt van MPC sterk, van 162 cliënten bij de start van het onderzoek in december 2012 naar 285 cliënten in november 2013.
VII
Conclusies Pameijer biedt haar cliënten met mijnPameijerconnect een innovatieve en efficiënte vorm van ondersteuning. De kwaliteit van ondersteuning blijft behouden wanneer deze deels face-to-face en deels via MPC geboden wordt. Opschaling van de inzet van het systeem binnen Pameijer wordt aanbevolen. Het voorliggende rapport geeft concrete aanbevelingen voor deze opschaling, gericht op (1) het informeren, monitoren en implementeren van MPC, (2) de registratie, databeheer en datasynthese van MPC en (3) de betrokkenheid van cliënten en begeleiders bij de ontwikkeling en implementatie van MPC. Voor het succesvol implementeren van MPC is de ontwikkeling van ‘blended’ begeleidingsprotocollen waarin begeleiders handvatten geboden worden voor activiteiten die zij goed of juist beter niet online kunnen ondersteunen van belang. Daarnaast lijkt het versterken van het ontsluiten van data over het gebruik van MPC en de reguliere begeleiding een belangrijke voorwaarde voor een adequate monitoring van het behalen van de 20% online begeleidingsdoelstelling. Verdere actieve betrokkenheid van cliënten en begeleiders bij de doorontwikkeling en opschaling van MPC wordt aanbevolen om de gebruiksvriendelijkheid en acceptatie van het systeem te verhogen.
VIII