over de grens in luxemburg bewaakt daniel koerhuis de stabiliteit van de euro henk sterk werkt op het turkse ministerie van milieu
Gouden handdruk E e rvo l ontslag
Aanstelling
Verwijtbaar gedrag Werkloos
Centrale Raad van Beroep
Ontslaggronden Outplacement
Rechtspositie
Opzegtermijn
Bezwaar
Proeftijd
Afvloeiingsregeling
Dienstjaren
Reorganisatie
oktober 2011 || Nummer 9 || jaargang 7 || www.pm.nl
en ontslag
WW-uitkering
Re-integratie
Afkoopsom
Wachtgeld
Bovenwettelijke uitkering
?
Ambtenarenstatus
Sociaal
voet
Werknaarwerk
Rechtsbescherming
Ontslagkosten
Arbeidsrechten
Ontslagvergoeding Correctiefactor UWV Disfunctioneren Op staande
plan Bestuursrechter Arbeidsconflict
Kantonrechtersformule
is het wel veilig?
bye bye den haag
nationale ombudsman
delfshaven werkt in de cloud
Gout-van sinderen: van defensie naar prorail
het debâcle van diginotar
inhoud een contract voor zeven jaar
sG ed kronenburg (buitenlandse zaken) over het nieuwe aanstellingsbeleid
pagina 8
“Beslissers bij de overheid bereiken?”
thema rechtspositie en ontslag
> gemeenten worstelen met krimp pagina 18-31
> afschaffen ambtenarenstatus: ja of nee? > ontslagen, wat nu? praktische tips > UWV Werkbedrijf helpt de nvwa
pleidooi voor publiek private samenwerking volgens carina canoy is pps een zegen in tijden van bezuinigingen
pagina 32
PM Select Werken voor de overheid 2011. Direct Iedereen Bereiken bij de overheid. ■
Uitgelicht
PM Select inventariseert hoe de externe zakelijke dienstverleners presteren bij de overheid. De eindresultaten worden gerankt en in december 2011 verspreid onder meer dan 70.000 overheidsprofessionals en overige
delfshaven werkt in de cloud
10
challenge: ontwikkel die creativiteit
36
Martijn van der steen: modderen
37
belanghebbenden bij de publieke sector.
nationale ombudsman: betrouwbare ict
11
■
Dit is uw kans om uw organisatie én dienstverlening te profileren! Dat kunt u doen door een advertentie,
twinning: kennisuitwisseling in europa
12
kort circuit
bedrijfsprofiel of een inhoudelijke bijdrage.
bericht uit brussel: stokpaardjes
14
bzk zoekt overlopers
38
■
Maak voor 16 november 2011 gebruik van deze mogelijkheid en neem contact op met salesmanager
ambtelijke top heeft blinde vlek voor eu
15
marcel meijs is de nieuwe vgs-voorzitter
39
in je recht: ongelijke monniken
17
daniel koerhuis waakt over miljarden
40
Asha Narain, (070) 378 95 11,
[email protected] of media-adviseur Boyke Rajbalsing, (070) 378 07 03,
[email protected]. Zij voorzien u graag van een communicatieadvies op maat.
Bye Bye Den Haag: inspiratie
Kijk voor meer informatie op www.beslissersbereikt.nl
Feiten
Kennis
Kunde
what’s happening?: geen geluksmachine
35
marion gout-van sinderen (PRORAIL)
41
over de vloer bij de statistici van het cbs
42
inhoud
editorial Overlopers gezocht
D
e arbeidsmarkt in de publieke sector staat onder druk. Vanwege forse bezuinigingen moeten overheidsorganisaties inkrimpen terwijl ze over een aantal jaren vanwege de vergrijzing weer personeel nodig hebben. Hoe blijf je een aantrekkelijke werkgever in tijden waar gedwongen ontslagen niet uit te sluiten zijn? Dat is de opgave waar departementen, provincies en gemeenten voor staan. Voor ons reden aandacht te besteden aan rechtspositie en ontslag: welke rechten en plichten hebben ambtenaren eigenlijk als ze hun baan dreigen te verliezen? Daarnaast in deze PM een groot aantal andere onderwerpen. Zo licht secretaris-generaal Ed Kronenburg van Buitenlandse Zaken het nieuwe aanstellingsbeleid van zijn departement toe. Diplomaten-in-spe krijgen na het doorlopen van ‘het klasje’ een tijdelijk contract van maar liefst zeven jaar. Een baan voor het leven is niet meer van deze tijd, aldus de SG. Verderop in het magazine houdt projectmanager Carina Canoy een pleidooi voor publiek private samenwerking: het zou ‘gouden kansen bieden bij bezuinigingen’. De kersverse voorzitter van de Vereniging van Gemeentesecretarissen Marcel Meijs (Enschede) stelt zich aan u voor. Ruimschoots aandacht in dit nummer voor ambtenaren die in Europese context werkzaam zijn. Henk Sterk van EL&I benaderde ons vanwege een ‘twinning-project’ waar hij in Turkije bij betrokken is. Wat dit precies is legt hij uit op pagina 12. Daniel Koerhuis van het ministerie van Financiën draagt in Luxemburg zijn steentje bij aan de financiële stabiliteit binnen de eurozone (pagina 40). Tot slot wijs ik u op het sympathieke initiatief van de directie Krachtig Bestuur (BZK) en de Vereniging voor Overheidsmanagers: de Over-loop. Topambtenaren stellen hun ervaring en expertise belangeloos beschikbaar aan andere overheidsorganisaties. Initiatiefnemer Bertine Steenbergen vertelt op pagina 38 over het hoe en waarom van de Over-loop.’Uiteindelijk is het iets wat je als manager gewoon zou moeten willen. Het is een investering in jezelf.’ Interesse? BZK en de VOM zijn nog op zoek naar ‘overlopers’.
Cindy Castricum Hoofdredacteur PM Public Mission
Colofon PM Public Mission is een uitgave van Sdu Uitgevers Redactieadres Abonnementen Postbus 20025 Jaarabonnement incl. e-alert en toegang tot 2500 EA Den Haag online 249,- (excl. btw en incl. verzendkosten). Tel. 070 – 378 96 39 Los nummer 9,49 (incl. btw en excl. verzend- en www.pm.nl |
[email protected] administratiekosten). Sdu Klantenservice, Postbus 20014, 2500 EA Den Hoofdredactie Cindy Castricum Haag, 070 - 378 98 80, www.pm.nl/abonneren Redactie Maurits van den Toorn, Rianne Waterval en René Zwaap Advertenties Asha Narain, 070 – 378 95 11, Medewerkers aan dit nummer Rutger van
[email protected] den Dikkenberg, Alex Brenninkmeijer, Marion Gout-van Sinderen, Jorrit de Jong, Eva Jonker, Mediaservice Raymond Lunes, Bert Mol (eindredactie), Yvonne Advertentiereserveringen:
[email protected] Kroese, Martijn van der Steen en Sjoerd Veenstra Advertentiemateriaal:
[email protected] Vormgeving KSMT visual design - www.ksmt.nl Sdu Uitgevers, Afdeling Mediaservice PM, Uitgever Esther van Doesburg Postbus 34, 2501 AG Den Haag Salesmanager Asha Narain Vanwege de aard van de uitgave gaat Sdu uit van een zakelijke Marketing Claartje Visser overeenkomst; deze overeenkomst valt onder het algemene Relatiebeheer Sanne Brasser verbintenissenrecht. Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen in welke vorm dan Drukkerij DeltaHage, Den Haag ook zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever kan Verschijning PM Public Mission komt 10 maal per op generlei wijze aansprakelijk worden gesteld voor eventueel geleden jaar uit in een oplage van 7.300 exemplaren schade door foutieve vermelding in het blad. © 2011 Sdu Uitgevers
4
Raad van Inspiratie André van der Zande, DG RIVM. Johan de Leeuw, SG SZW. Jan Willem Weck, TOP Consultants ABD. Mark Frequin, DG WWI. Johan Hakkenberg, directeur RDW. Erry Stoové, voorzitter RvB SVB. Herman Sietsma, adviseur bestuurlijke vraagstukken. Marianne Heeremans, burgemeester Heemstede. Winnie Sorgdrager, lid Raad van State. Kathalijne Buitenweg, voormalig Europarlementariër GroenLinks. Ferdinand Mertens, lid Onderzoeksraad voor de Veiligheid. Hans Engels, senator D66. Thomas Schuurmans, Reggs. Zsolt Szabó, vicepresident Capgemini. Ralph Pans, voorzitter directieraad VNG. Tom Rodrigues, TRConsult. Ipe van der Deen, voorzitter Platform Rijk Ondernemingsraden. Louis Meuleman, Vereniging voor Overheidsmanagement, Ron Luberti, secretaris De Vennootschap/DNB. Jan Willem Holtslag, WRR.
W W W. P M . N L
U beslist PM Public Mission verbindt de buitenwereld met ‘Den Haag’. U ontmoet via het PM-platform collega’s en betrokkenen bij de overheid, uitvoering, markt en wetenschap. In het maandelijkse vakblad, op PM.nl en in de nieuwsbrief vindt u verdieping en discussie over de kwaliteit van het openbaar
bestuur. PM Public Mission faciliteert het beleid van morgen waar ú over beslist. Kijk op de vernieuwde site www.PM.nl en meld u daar aan voor de gratis e-nieuwsbrief.
5
uitgelicht
uitgelicht
Lopende Zaken Wat speelt er momenteel in departementaal Den Haag? Zijn er b eslissingen genomen die voor d ecentrale overheden en uitvoeringsorganisaties van belang zijn? En wat zit er voor de korte termijn in de Haagse pijplijn? In dit maandelijks terugkerende overzicht zet PM de belangrijkste ontwikkelingen per departement op een rijtje. Tekst Maurits van den Toorn
ALGEMENE ZAKEN De Algemene Politieke Beschouwingen met ‘doe-normaal-man’ Rutte daverden enige tijd na. De premier was behalve met het blussen van dit binnenlandse strovuurtje vooral druk met de problemen rond Griekenland en het vertellen wat er wel en vooral wat er niet was besloten (een uitbreiding van het Europese steunfonds bijvoorbeeld, of meer bevoegdheden voor de ECB). Tussen de bedrijven door hield hij in Antwerpen de Popperlezing; bij die gelegenheid ging hij in op de democratische zegeningen van een minderheidskabinet. Op 11 oktober beginnen de begrotingsbehandelingen in de Tweede Kamer met Algemene Zaken.
BZK ‘Het kabinet blijft zich inspannen voor een goede inburgering van ook Turkse onderdanen in Nederland, onder andere door in te zetten op een algemene leeftijdsonafhankelijke leerplicht,’ zo luidt de wat merkwaardig geformuleerde beleidsreactie van de bewindslieden van BZK op de recente uitspraak van de Centrale Raad van Beroep dat Turkse onderdanen niet inburgeringsplichtig zijn in Nederland. Er waren meer rechterlijke uitspraken die het kabinet dwars zaten. De Hoge Raad bepaalde dat er geen wettelijke grondslag was om burgers te laten betalen voor de verplichte identiteitskaart. Minister Donner kwam al binnen twee weken met een wetsvoorstel dat die grondslag wél regelde, met terugwerkende kracht zelfs. Dergelijke constructies worden door juristen – en niet alleen door hen – niet fraai gevonden, maar in dit geval zijn kennelijk alle middelen geoorloofd om de staat een uitgave van 80 miljoen euro per jaar te besparen. Ook de Eerste Kamer vindt de gang van zaken niet fraai en gaat daarom niet in op het verzoek om het voorstel met spoed te behandelen. Anderzijds zal het nietverplichte paspoort voortaan tien jaar geldig
6
zijn in plaats van vijf, zo belooft de minister naar aanleiding van de Voortgangsrapportage regeldruk burgers, professionals en interbestuurlijk. Onder het motto ‘van regels naar ruimte’ gaat het kabinet stimuleren dat onder voorwaarden regels ‘even buiten spel worden gezet’ voor organisaties die kunnen aantonen dat ze op een andere manier hun taken beter en met minder kosten kunnen uitvoeren. Verder kon er met de affaire-Diginotar weer een hoofdstuk worden toegevoegd aan het langlopende feuilleton ‘ICT en overheid’. Het Kamerdebat erover stond voor begin oktober op de agenda. Verder op die agenda later deze maand: overleggen over erfpacht, gemeentelijke herindeling en de woonvisie van het kabinet.
BUITENLANDSE ZAKEN Minister Rosenthal was op de jaarlijkse algemene vergadering van de Verenigde Naties, waar hij zich inspande om VN- sancties tegen Syrië van de grond te krijgen, in navolging van de EU-sancties. Eind september overlegde de Kamer over de Hoorn van Afrika en medio oktober over piraterij, twee onderwerpen met een zekere verwantschap. Staatssecretaris Knapen gaf in Berlijn voor het European Council on Foreign Relations uitleg over de Nederlandse ideeën rond de stabiliteit van de euro.
DEFENSIE Eind september besloten de ministers Rosenthal en Hillen nog drie maanden langer mee te doen aan de Navo-missie in Libië. Ze vinden de veiligheidssituatie nog niet stabiel genoeg om de missie te beëindigen. Op 13 oktober is er in de Kamer een voortgangsoverleg over de – al dan niet militaire – missie in Kunduz.
Staatssecretaris Weekers heeft op 10 oktober een uitgebreid overleg in de Kamer over zijn Fiscale agenda. Hij lijkt het daarna even rustig te hebben, het eerste – eveneens uitgebreide – overleg over het Belastingplan 2012 volgt aan het einde van de maand.
INFRASTRUCTUUR EN MILIEU
EL&I Minister Verhagen zag het voornemen om van Nederland de gasrotonde van Europa te maken een stapje dichterbij komen met de opening van een nieuwe terminal voor vloeibaar gas op de Maasvlakte. Mooi passend daarbij zijn eind oktober twee Kameroverleggen over energie (een ‘verzameloverleg’) en over mijnbouw, waaronder de winning van schaliegas en gasopslag. Staatssecretaris Bleker heeft een lastige klus geklaard: hij heeft overeenstemming met de provincies weten te bereiken over het natuurbeleid. De Ecologische Hoofdstructuur (EHS) wordt later voltooid, in 2021 in plaats van in 2018, en kleiner van omvang. De provincies zijn vanaf 2014 financieel verantwoordelijk voor deze ‘herijkte’ EHS. Bleker is flink goedkoper uit en er wordt op deze manier toch voldaan aan de internationale verplichtingen op het gebied van het natuurbeleid, zo verwacht hij. Nog een lastige klus: samen met collega Atsma van Milieu en het bedrijfsleven heeft Bleker een visie op het in de toekomst te voeren mestbeleid uitgewerkt.
FINANCIËN Minister De Jager hield zich begin oktober bezig met de Algemene Financiële Beschouwingen. Met de voortwoekerende schuldenen eurocrisis zal de minister zich de komende weken en maanden waarschijnlijk meer in het buitenland bevinden dan in Nederland.
Minister Schultz van Haegen trekt vijf miljoen euro uit om het rijden op waterstof te stimuleren. Nederland kan samen met de buurlanden een ‘waterstof-Walhalla’ in Europa worden, omdat in de Botlek en in Antwerpen een van de grootste infrastructuren voor de productie van waterstof van Europa aanwezig is. Op 11 oktober is er een Kameroverleg, simpelweg aangeduid met ‘spoor’; op de agenda daarvan het – bij het ter perse gaan van deze PM nog niet gearriveerde – beleidsvoornemen tot gunning van de concessie voor het hoofdrailnet. Twee dagen later staat een andere ‘usual suspect’ op de agenda: de ov-chipkaart. In de marge van de begroting presenteerde staatssecretaris Atsma het Tweede Deltaprogramma. De zoetwatervoorraad in het IJsselmeer is voorlopig groot genoeg, zodat een peilverhoging (de meest omstreden maatregel die de commissie-Veerman had voorgesteld) in de nabije toekomst nog niet nodig is. Ook grootschalige kustuitbreiding is de komende vijftig jaar niet noodzakelijk, jaarlijkse zandsuppleties zijn voldoende. Eventuele vervelende en dure beslissingen kunnen dus een poosje vooruit worden geschoven. Met elf waterschappen vernieuwde Atsma de afspraken over de samenwerking bij het versterken van dijken en duinen.
OCW Minister Van Bijsterveldt heeft een Meldpunt Bedreigde Opleidingen en Beroepen geopend. Vaklieden als hoefsmeden, hoedenmakers en glasblazers blijven hard nodig, terwijl er voor deze beroepen steeds minder leerlingen komen. Om kleine specialistische vakopleidingen in de lucht te houden komt geen ondergrens voor het aantal studenten aan deze opleidingen. Staatssecretaris Zijlstra stuurde zijn nota Werken in het Onderwijs 2012 naar de Tweede Kamer. Daaruit blijkt dat het aantal vacatures in het onderwijs nu minder hoog is dan enkele jaren geleden (uiteraard als gevolg van de kabinetsmaatregelen). Het slechte nieuws is dat het lerarentekort door de vergrijzing en een toenemend leerlingaantal de komende jaren weer flink zal oplopen. Verder mag hij zich de komende weken in het parlement buigen over uiteenlopende onderwerpen als erfgoed en monumenten, archievenbeheer en de Wet op de vaste boekenprijs, die op een aantal punten zal worden gewijzigd.
SZW Minister Kamp gaat voort met het aanscherpen van regels op diverse beleidsterreinen. Zo kunnen aanvragen voor de kinderopvangtoeslag in de toekomst nog maar heel beperkt met terugwerkende kracht worden gedaan. Ouders kunnen straks alleen nog toeslag aanvragen over de kosten voor kinderopvang in de lopende maand en één maand daaraan voorafgaand. Dit moet helpen fraude te voorkomen. Verder kondigt hij aan uitbuiting van werknemers (denk aan ongezond en onveilig werken, betaling onder het minimumloon of zwart betalen) komend jaar ‘fors’ te laten aanpakken door de Inspectie SZW, die de inkomsten die door frauduleus handelen zijn verkregen zal afpakken. Staatssecretaris De Krom wordt op 12 oktober in de Kamer verwacht voor overleg over een aantal Wet werk en bijstand (WWB)-onderwerpen en op de 27e over een aantal onderwerpen op het terrein van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk
en inkomen (Suwi). Begin november houdt de Kamer de al eerder aangekondigde hoorzitting over het pensioenakkoord.
VEILIGHEID EN JUSTITIE De ICT-problemen bij de politie zijn niet nieuw. Minister Opstelten kondigde daarom een aanvalsprogramma aan om de bestaande verouderde systeem te vervangen (vanaf 2014). Ook moet het al vanaf volgend jaar voor politiemensen eenvoudiger worden om gegevens van aangiften en dergelijke in te voeren. Staatssecretaris Teeven komt met een regeling om slachtoffers van geweldsmisdrijven of zedendelicten een voorschot van de staat te geven als ze nog recht hebben op schadevergoeding van de dader. Er is sinds kort al een voorschotregeling, maar als de dader na acht maanden nog steeds geen schadevergoeding heeft betaald, dan keert de overheid het hele bedrag aan het slachtoffer uit en verhaalt dat later op de dader.
VWS Begin oktober kwam in de Tweede Kamer het door de Eerste Kamer afgeschoten elektronisch patiëntendossier weer aan de orde. Organisatie van het dossier op regionale basis zonder centrale gegevensopslag is veiliger en biedt kans op een doorstart, zo is de gedachte van een aantal zorgkoepels. Verder bevat de agenda van de vaste commissie voor VWS vooralsnog vrijwel alleen maar procedurevergaderingen.
Begrotingsbehandelingen oktober Week 41 Algemene Zaken en de begroting van de Koning (11 en 13 oktober) EL&I (onderdeel Economie en Innovatie) Week 43 Koninkrijksrelaties Week 44 Belastingplan 2012 (wetgevingsoverleg 31 oktober) Veiligheid en Justitie
7
uitgelicht
uitgelicht
Aanstellingsbeleid Buitenlandse Zaken op de schop
‘Een baan voor het leven is niet meer Van DEZE tijd’ Ook dit jaar werft het ministerie van Buitenlandse Z aken diplomatiek talent. De selectieprocedure voor de t wintig diplomaten in spé is in volle gang. Na voltooiing van ‘het klasje’ gaan zij met een zevenjarig contract aan de slag bij het departement. PM vraagt SG Ed Kronenburg naar het hoe en waarom van dit nieuwe aanstellingsbeleid. ‘Een contract voor het leven is niet meer van deze tijd.’
Tekst Rianne Waterval Foto Welmer Keesmaat
928
ersonen hebben zich p deze zomer aangemeld voor de opleiding voor startende beleidsmedewerkers van het ministerie van Buitenlandse Zaken, in de wandelgangen ‘het klasje’ genoemd. Een mooie score, vindt SG Ed Kronenburg. ‘Vorig jaar waren het er 663. Het doet me goed te zien dat onze inspanning om de drempel voor starters te
‘we hebben mensen nodig die van alle m arkten thuis zijn’ verlagen zijn vruchten afwerpt. Door transparanter te zijn en de deuren verder open te gooien, proberen we zoveel mogelijk jonge mensen te interesseren voor een internationale carrière.’ De opgelegde taakstelling – het ministerie bezuinigt de komende jaren 55 miljoen euro op diplomatieke posten en 19 miljoen euro op het thuisdepartement – betekent geens-
8
zins dat er geen ruimte meer is voor jong talent, verzekert Kronenburg. Aan het eind van deze bezuinigingsperiode zal het ministerie, ten opzichte van 2007, terug moeten zijn gegaan van circa 3.200 naar 2.500 ambtenaren, zo valt te lezen in de nota Modernisering Nederlandse Diplomatie. Dit neemt niet weg dat nieuwe aanwas nog steeds van harte welkom is, aldus de SG. ‘Maar,’ nuanceert hij, ‘wij streven naar een flexibele organisatie en daarbij hoort een flexibel personeelsbeleid. We spelen daarmee in op de behoefte van jongeren. Een baan voor het leven is niet meer van deze tijd.’ De SG doelt op het nieuwe aanstellingsbeleid waaronder de twintig geselecteerden na het doorlopen van het klasje aan de slag gaan bij het ministerie. Het tweejarig tijdelijk contract dat bij goed functioneren wordt omgezet in een vaste aanstelling, heeft plaats gemaakt voor een tijdelijk contract dat na zeven jaar van rechtswege afloopt. Kronenburg: ‘De beleidsmedewerkers krijgen in die zeven jaar de kans om op het departement, een post in het buitenland en eventueel op andere ministeries brede werkervaring op te doen. Daarna zal, mede op basis van de actuele personeelsbehoefte, worden gesproken met de medewerker over zijn verdere carrièreverloop en mogelijk vast dienstverband op het ministerie van BZ.’
Wat is de belangrijkste reden voor de wijziging van het aanstellingsbeleid? ‘We willen graag meer jonge mensen aannemen op het ministerie van Buitenlandse Zaken. We zijn, relatief gezien, een departement met een hoge gemiddelde leeftijd. Op deze manier zorgen we voor een goede personeelsopbouw, ook in tijden dat je gedwongen bent om te bezuinigen. Tegelijkertijd willen we meer flexibiliteit in de organisatie brengen, zodat we het personeelsbestand beter kunnen afstemmen op onze behoeften. Zeker voor ons ministerie, dat enorm afhankelijk is van de actualiteit, is het van be-
lang dat er een mix van skills aanwezig is die zich aanpast aan de behoeften van het departement. Daarom kiezen we voor het hanteren van een termijn van zeven jaar.’
Voorheen was enige ervaring gewenst, nu zetten jullie voornamelijk in op starters op de arbeidsmarkt. Waarom is het ministerie jonger gaan werven? ‘Uit onderzoek blijkt dat net afgestudeerde academici moeite hebben passend werk te vinden op de huidige arbeidsmarkt. Zeker als je een internationale ambitie hebt. BZ wil mensen in een vroeger stadium aantrekken en via on-the-job training de kans geven werkervaring op te doen. Daarnaast blijkt dat de opkomst van het tweeverdienersmodel het voor dertigers lastiger maakt te kiezen voor een internationale carrière. Er wordt, terecht, steeds vaker rekening gehouden met een partner die een eigen loopbaan heeft. Startende beleidsmedewerkers komen niet alleen met minder bagage binnen, maar ook met minder belasting. Ze zitten vaak nog in een andere levensfase en dit heeft wellicht ook gevolgen voor hun verdere carrièrekeuze. De toekomst moet uitwijzen of dit daadwerkelijk zo is. We houden deze organisatie verandering goed in de gaten en gaan regelmatig evalueren.’
Het is in deze tijden van crisis lastig om een hypotheek te krijgen. Bent u niet bang dat een tijdelijk contract van zeven jaar mensen afschrikt? ‘Binnen de rijksoverheid is het nog steeds mogelijk om een werkgeversverklaring te krijgen, ook bij tijdelijke contracten. Maar de situatie is zoals die is. Je krijgt tegenwoordig geen arbeidscontract meer voor het leven, die zekerheid is er al lang niet meer. De behoeften aan expertise veranderen, de politieke actualiteit verandert dagelijks, er kunnen nieuwe bezuinigingsmaatregelen optreden. De aanstelling voor zeven jaar is een heldere afspraak waarbij iedereen weet waar hij of zij aan toe is, in die zin verschilt het van een reorganisatieproces. De mensen die zich hier nu al zorgen over maken moeten zich afvragen of zij wel geschikt zijn voor een carrière bij Buitenlandse Zaken. Een internationale carrière valt per definitie, ook door de vele wisselende plaatsingen, moeilijk uit te stippelen. Overigens blijkt dat jonge mensen voldoende zelfvertrouwen hebben en heel goed in staat zijn zich te bewijzen. Ik zie graag dat onze mensen na enige tijd op dit ministerie een aantal jaar op andere departementen of in het buitenland gaan werken om zo hun kennis en netwerk te verbreden. Die wisselwerking zie ik als een goede ontwikkeling, zowel voor de medewerker als voor ons ministerie. In principe zit je zeven jaar in schaal elf, maar er is ruimte voor uitzonderingen. Mensen met specifieke vaardigheden en kennis hebben de kans door te stromen.’
U noemt flexibiliteit als een duidelijke meerwaarde van dit nieuwe beleid. Kunt u hier een voorbeeld van geven? ‘Wij zijn op zoek naar mensen met een profiel dat past bij
‘ Een internationale carrière valt per definitie moeilijk uit te stippelen,’ aldus SG Ed Kronenburg
onze beleidsprioriteiten. Ik heb niet vanzelfsprekend alle expertise in huis. In een krimpende organisatie waarin je hetzelfde werk moet doen met minder mankracht heb je mensen nodig die van alle markten thuis zijn en die snel kunnen schakelen. Aan de andere kant willen we als departement ook de mogelijkheid hebben kennis en expertise op dit terrein uit de markt te halen. Denk bijvoorbeeld aan ontwikkelingssamenwerking. Nu ligt er meer focus
‘Dit is het personeelsbeleid van de toekomst, niet alleen voor BZ maar ook voor het rijk’ op watermanagement. Onderwijs, een terrein waar we traditiegetrouw sterk in vertegenwoordigd waren, is minder prioritair. Het departement moet beschikken over de flexibiliteit om op deze wisseling van politieke prioriteiten in te kunnen spelen middels tijdelijke contracten. Dit is het personeelsbeleid van de toekomst. Niet alleen voor BZ, maar ook voor het Rijk.’
˚
9
uitgelicht
uitgelicht
column nationale ombudsman
Rijk kiest voor gesloten systeem
Delfshaven blij met cloud computing De Rotterdamse deelgemeente Delfshaven is een jaar geleden overgegaan op cloud computing. En daar is de organisatie zeer over te spreken. ‘De cloud dwingt je tot efficiënt organiseren van je werkprocessen.’
Tekst Maurits van den Toorn
A
anleiding voor de overgang naar cloud computing was de noodzaak om het bestaande ICT-systeem te vervangen, vertelt Erik Juch, manager Dienstverlening van Delfshaven. ‘We deden onze ICT zelf, maar de kwaliteit was niet goed genoeg en we liepen risico’s: de servers waren oud en we hadden maar één systeembeheerder. We vroegen en kregen “klassieke” offertes, én een aanbod voor cloud computing dat goed aansloot op onze manier van werken.
‘We betalen alleen voor wat we gebruiken aan GB’s’ We hebben voor dat aanbod gekozen en werken nu sinds een jaar in de cloud.’ De overgang is een succes, de tevredenheid van de gebruikers is toegenomen. Ze kunnen snel inloggen en
Onvolwassen Volgens minister Donner van BZK is de markt voorlopig nog te onvolwassen om cloud computing binnen het Rijk toe te passen, zo schreef hij in april aan de Kamer. ‘Het aantal leveranciers en clouddiensten is vrij groot, maar slechts een klein deel daarvan is bedrijfsmatig volwassen genoeg om daadwerkelijk ingezet te kunnen worden voor de Nederlandse overheid,’ vindt hij. Ook de beveiliging van de informatie in een open cloud is nog niet goed geregeld. Maarten Hillenaar, CIO Rijk, ging daar in september in het rijksblad BinnenbeRijk uitgebreider op in: ‘Bij cloud computing zoals het nu op de markt wordt aangeboden, weet je als overheid nooit waar informatie zich precies bevindt. (...) Bepaalde gegevens – zoals IND-gegevens, bevolkingsadministraties of patiëntengegevens – zullen we daarom onder geen beding via de publieke cloud opslaan. Het mag trouwens ook niet volgens de Europese regels.’ Het kabinet kiest daarom voor het opzetten van een gesloten ‘rijkscloud’ die generieke diensten levert binnen de rijksdienst en gebruikmaakt van een eigen beveiligd netwerk.
10
overal werken. Ook Juch is als beheerder tevreden. ‘Het systeem is heel stabiel en als er problemen zijn – die hebben we overigens nog maar weinig gehad – dan zijn ze snel opgelost. Nog een voordeel is dat we geen zorgen hebben over het upgraden van de software, dat doet de provider.’ Cloud computing is bovendien goedkoper dan een traditioneel systeem, met als extra voordeel de transparantie van de kosten. ‘We betalen alleen voor wat we gebruiken aan GB’s, en de meter loopt alleen voor de mensen die er zijn en toegang tot bepaalde applicaties hebben. Als iemand vertrekt, kan ik hem of haar direct uit het systeem halen en betaal ik er niet meer voor. Bovendien is het contract met de provider op een termijn van twee maanden op te zeggen, wat voor een ICT-contract buitengewoon snel is. Al met al ben ik als manager door de cloud ontzorgd.’
Koppelvlakken De hamvraag bij cloud computing is altijd: is het wel veilig? Alle gegevens bevinden zich immers buiten de deur. Juch is er stellig over: ‘Het veiligheidsniveau is een kwestie van afspraken maken. De CIO van de gemeente Rotterdam heeft onze afspraken met de provider bekeken en vindt het veilig genoeg. Daarbij geldt wel dat Delfshaven een deelgemeente is; de “zware” persoonsgegevens van de GBA zitten niet bij ons, maar bij de gemeente.’ ‘Wij zijn niet zo groot, de deelgemeente heeft ongeveer negentig medewerkers. Ik kan me voorstellen dat het bij grotere organisaties lastiger is; er zijn meer koppelvlakken en risico’s. Je kunt er daarom voor kiezen om bepaalde onderdelen zoals paspoorten erbuiten te laten. Toch denk ik dat het allemaal oplosbaar is en juist veiliger kan zijn. Als alle bestanden en gegevens in de cloud zitten, gaat namelijk niemand meer met een laptop of stickje met gegevens onderweg. Neem onze interventieteams die optreden “achter de voordeur”. Ze kunnen ter plekke inloggen, alle noodzakelijke gegevens opvragen, hun verslag maken en als ze een iPad hebben zelfs foto’s maken; als ze daarna vertrekken staat alles al op de servers in de cloud en niet meer op hun computer.’ ‘Cloud computing is volgens mij de toekomst vanwege de toename van alle mobiele devices en plaats- en tijdonafhankelijk werken. We merken ook dat de productiviteit van de medewerkers stijgt. Mensen loggen in het weekeinde in, maken een stukje af of bereiden de week voor. Inmiddels zijn er na ons nog drie deelgemeenten overgegaan, H oogvliet, Pernis en Hillegersberg/Schiebroek.’
˚
Betrouwbare ICT
H
et kabinet-Rutte ziet in een ruimere net-Rutte helemaal gelijk met het idee toepassing van ICT een mogelijkdat ICT tot betere en goedkopere uitvoeheid om te bezuinigen op de uitvoering kan leiden. Als ombudsman schat ik ring. Een streven dat wel wat vragen in dat de Nederlandse burger tevreden is oproept en bovendien gevoelig ligt. wanneer zijn beeldscherm het nieuwe, De uitvoering is maar al te vaak het stiefkind van bealtijd toegankelijke loket van de overleid omdat het wordt gezien als een lastige bijkomstigheid wordt. In 95 procent of meer van de heid daarvan. Ik zie zelf dat uitvoerders diep in hun gevallen kan de transactie tussen burger hart geraakt zijn door wat zij beschrijven als de onen overheid perfect digitaal verlopen. verholen minachting voor ‘de uitvoering’ vanuit ‘Den Er is echter een ‘maar’. Wat ik als Haag’. ombudsman ook zie is dat in ICT-systeIk geloof dat er een wereld is te winnen door slim men van alles mis kan gaan. Bijzondere gebruik van ICT. Maar hoe zit het met de betrouwomstandigheden passen niet in het ‘sysbaarheid? We zagen de afgelopen weken dat ICT niet teem’. Koppelingen kunnen niet klopin goede handen is bij de overheid. Veel systemen pen, gegevens kunnen fout of verouderd blijken slecht te werken. Voor burgers zijn digitale zijn. Gegevens van de ene burger kunnen contacten met de overheid niet zeker. Wordt e-mail op naam van de ander terecht komen. wel ontvangen? Is er recht op antwoord? Mag de Voor deze ‘maar’ bestaat een oplosoverheid e-mail weigeren? Onlangs hebben wij daarsing die burgers zeer waarderen: perover een rapport uitgebracht en ik ben benieuwd of soonlijk contact met iemand die snapt de overheid in haar vele onderdelen de burger meer waar hij mee zit. De vele call centra van zekerheid gaat bieden. de overheid kunnen die rol vervullen, Over zekerheid gesproken. Het debâcle met de maar het besef leeft onvoldoende hoe vervalste veiligheidscertificaten van Diginotar laat de essentieel dit persoonlijke contact voor kwetsbaarheid zien van ICT-systemen die vanuit de burgers kan zijn. overheid met onvoldoende deskundigheid gemonitord Mijn advies aan het kabinet-Rutte: worden. Tel daarbij op de grootschalige fraude met bied bij de introductie van ICT ruimte DigiD, die deze zomer door een enkele slimmerik in voor persoonlijk contact in bijzondere gang werd gezet. Alle deuren gingen wagenwijd open gevallen. Dat is niet alleen van groot bedoor de lage beveililang voor gingsgraad van DigiD. die burNadat de fraude bekend ger die Het ene stukje overheid moet werd haastte DigiD v a nw e g e niet zomaar met een zich op zijn website te bureaucratische probeschuldigende vinger naar de blemen Kafka in de vermelden dat DigiD andere overheid wijzen nog nooit gekraakt ogen denkt te zien, ook was. Een directe en de overheid kan veel wat naïeve uitnodiging van die contacten leaan het hackersgilde om dit alsnog te doen. Afgezien ren. Via deze contacten is verbetering van systemen daarvan was ik vooral verbaasd over de arrogantie die steeds mogelijk. uit dit verweer sprak. De overheid moet betrouwbare Alex Brenninkmeijer is Nationale ICT-systemen bieden en het ene stukje overheid moet ombudsman. maandelijks zal hij ingaan niet zomaar met een beschuldigende vinger naar de op zaken waar hij als ombudsman mee te andere overheid wijzen. maken heeft en het belang daarvan voor Ondanks deze veelsoortige zorgen over de het werk van ambtenaren. kwaliteit van de ICT in overheidsland heeft het kabi-
11
uitgelicht europa
uitgelicht europa
el&i-ambtenaar werkt op ministerie van milieu in ankara
Nederland sterk aanwezig in twinningprojecten De Haagse budgetten voor internationale samenwerking m ogen dan onder druk staan, de EU stimuleert nog altijd actief de kennisuitwisseling met buurlanden en kandidaat-lidstaten. Via twinningprojecten worden zo Nederlandse ambtenaren uitgezonden als ‘ontwikkelingswerker’.
Tekst Rianne Waterval
H
oe voelt het om als enige Nederlander aan het werk te zijn tussen 120.000 Turkse overheidsdienaren? Henk Sterk weet er alles van. Sinds 2007 zit de EL&I-ambtenaar, in opdracht van de Europese Unie, op het ministerie van Milieu in Ankara en adviseert hij de Turkse overheid over watermanagement. Als resident twinning advisor helpt hij het land te voldoen aan de strenge Europese eisen op het terrein van water en geeft hij advies over de onderhandelingen met de EU. Sterk: ‘Water stopt niet bij de grens, dus het is logisch dat er internationale samenwerking plaatsvindt op dit terrein.’ Sterk is projectleider van het twinningproject Capacity building on water quality monitoring in Turkey. Samen met Franse en Spaanse collega’s werkt hij aan een nationaal
‘Een derde van de voorstellen waarbij Nederland als hoofdpartner optreedt wordt toegekend’ programma voor de kwaliteit van oppervlaktewater. Het consortium van de drie landen diende een offerte in voor het project dat door de Europese Commissie op 2 miljoen euro werd begroot, en mocht er dit jaar met Nederland als aanvoerder mee aan de slag. Wekelijks krijgt Sterk delegaties van het RIVM, Nederlandse universiteiten en de waterschappen over de vloer om, in het kader van de opdracht, hun expertise met de Turkse collegae te delen. Ook experts uit andere EUlidstaten komen op bezoek. ‘Water is erg belangrijk voor Turkije. Er is niet alleen een tekort, maar het water dat ze hebben is vaak vervuild door bedrijven,’ aldus Sterk. De
12
keuze voor Nederland als hoofdaannemer van dit project verbaast hem niets: ‘Nederlanders staan bekend om hun expertise als het gaat om water.’ Na twintig jaar op de Haagse departementen Verkeer en Waterstaat, Vrom en LNV koos Sterk, samen met zijn gezin, voor het buitenlandse avontuur. ‘Nederland laat je achter je, maar daar staat ontzettend veel tegenover. Het is een verrijking van je leven. Niet alleen voor mij, ook voor mijn kinderen die naar een internationale school gaan en daar wereldwijs worden.’ Toch heeft Sterk niet alle schepen achter zich verbrand. Hoewel zijn salaris uit een Europees potje wordt betaald, is hij nog steeds in dienst van EL&I.
Mooie score Of het nu gaat om het ondersteunen van de politieke hervormingsprocessen in Bosnië, het versterken van de positie van de Nationale ombudsman in Servië of het delen van kennis met Slovenië en Litouwen over de introductie van de euro. Allemaal zijn het voorbeelden van twinning projecten, oftewel een internationale kennisuitwisseling gefinancierd door de EU, waarbij de Nederlandse overheid betrokken is of was. ‘Wij zijn een actieve twinningpartner,’ vertelt Sheila Kwint. Zij is verantwoordelijk voor het dagelijks management van het Nationaal Contactpunt voor Twinningprojec-
Wat is twinning? Twinning is internationale kennisuitwisseling van overheid tot overheid gefinancierd door de Europese Unie. Een deskundige van een overheidsorganisatie uit een EU-land draait een of twee jaar mee met een zusterorganisatie in een nieuwe lidstaat, kandidaatlidstaat of buurland van de EU. Daarnaast worden op deelonderwerpen deskundigen uit EU-lidstaten voor korte missies ingevlogen. De projecten hebben onder meer betrekking op de bescherming van minderheden, maatregelen tegen milieuvervuiling, hulp bij een eerlijk concurrerende markteconomie, versterking van het maatschappelijk middenveld en regels voor het asielbeleid en eerlijke rechtspraak.
IPA en ENPI Er wordt onderscheid gemaakt tussen projecten die functioneren als Instrument for Pre-accession Assistance (IPA) en zich richten op kandidaatlidstaten en projecten die worden ingezet als European Neighbourhood Policy Instrument (ENPI), gefocust op buurlanden van de EU. Ook bestaat de mogelijkheid onder de noemer van het kleiner zusje van twinning – TAIEX genaamd – op individuele basis voor korte missies (lezingen, trainingen, seminars) naar deze landen af te reizen.
ten (NCP) dat in opdracht van het ministerie van Buitenlandse Zaken is ondergebracht bij NL EVD Internationaal van het Agentschap NL. ‘In vergelijking met andere EUlidstaten is Nederland goed vertegenwoordigd. Bovendien wordt ongeveer een derde van de voorstellen waarbij Nederland als hoofdpartner optreedt toegekend, dat is een mooie score.’ In 1998 heeft de Europese Commissie het twinning programma geïntroduceerd om landen te helpen bij de professionalisering van hun overheidsorganisaties. ‘Een belangrijke doelstelling van het programma is dat landen in staat worden gesteld het “acquis communautaire”, oftewel het gemeenschapsrecht, te implementeren,’ aldus Kwint. ‘Dit kunnen kandidaat-lidstaten zijn of buurlanden. Ook bij deze laatste groep hebben wij een belang, namelijk handelsbevordering maar ook stabiliteit en veiligheid aan de EU-grenzen. Twinningprojecten zijn er dus niet alleen om de uitbreiding van de Unie soepel te laten verlopen.’ De procedure om twinninghulp in te schakelen gaat als volgt. De EU en de ontvangende landen stellen in nauw overleg de prioriteiten vast voor het twinningprogramma. De Europese Commissie maakt via de nationale contactpunten bekend welke projecten de EU wil financieren en vervolgens kunnen overheden en instellingen uit EUlidstaten een offerte uitbrengen. Vaak gebeurt dit in een consortium: een samenwerking van maximaal drie EUlanden waarvan er één de hoofdaannemer is. De indieners geven een presentatie van hun voorstel en het aanvragende land kiest, in overleg met de EU-delegatie in dat land, een projectvoorstel uit. Experts van het winnende consortium gaan aan de slag met de opdracht, de commissie betaalt de moederorganisatie in het EU-land voor het uitlenen van zijn of haar medewerker.
Bezuinigingen Kwint, die dagelijks bemiddelt tussen geïnteresseerden en de twinningprojecten vanuit Agentschap NL coördineert, signaleert een duidelijke toename in de animo van Nederlandse organisaties om mee te dingen naar de uitvoering van projecten. ‘Er is bij de Nederlandse overheid minder budget beschikbaar voor internationale zaken. Door twinning krijgen medewerkers toch de mogelijkheid ervaring op te doen over de grenzen,’ stelt ze. Bovendien kunnen Nederlandse ministeries op deze wijze ook hun internationale doelstellingen bereiken door met behulp van Europees geld. ‘In Brussel zijn de budgetten voor twinning voor een aantal jaren vastgesteld, dus van de bezuinigingen merken we op dit terrein nog weinig.’ Twinning is met name populair bij de zogeheten mandated bodies. Dit zijn semi-overheden die als zodanig door
Acht projecten, 25 miljoen euro Van de 26 inschrijvingen voor twinningprojecten die Nederland in 2011 heeft ingediend, gemeten tot half september, zijn er acht gewonnen. Bij tien projecten trok Nederland aan het kortste eind. Twee voorstellen zijn ingediend, maar niet gepresenteerd en van zes projecten is nog geen uitslag bekend. Met de gewonnen projecten is een totaalbudget gemoeid van ruim 25 miljoen euro. Vooral de kandidaat-lidstaten Turkije en Kroatië en de buurlanden Moldavië, Armenië en Oekraïne zijn populair.
de Europese Commissie bestempeld zijn. Kwint: ‘Deze groep is heel divers. Denk bijvoorbeeld aan de Rijksacademie voor Financiën en Economie, ROI Internationaal, Dienst Landelijk Gebied, VNG International en de nVWA. Ook de IND twint veel, dit is voor hen een manier om Nederlandse beleidsdoelen te realiseren. Als een van de prioriteitslanden een project heeft ingediend, schrijven zij vrijwel zeker in.’ Een andere belangrijke reden voor het enthousiasme van deze organisaties is volgens Kwint de extra toeslag die zij opstrijken voor het uitlenen van personeel als mandated body. ‘Deze instellingen mogen verhoogde tarieven rekenen voor het uitzenden van experts, dit maakt twinning voor hen erg aantrekkelijk,’ zegt Kwint. ‘Voor de kerndepartementen is dit anders, de basistarieven voor het uitlenen van deskundigen liggen meestal onder de kostprijs. Zeker
‘We zijn geen consultants die even worden ingevlogen en een rapport schrijven’ in tijden van taakstellingen zullen zij minder happig zijn op het uitlenen van hun personeel.’ Toch zijn er zeker kansen voor rijksambtenaren die een kort- of een langdurig verblijf in het buitenland wel zien zitten, benadrukt Kwint. ‘Zorg dat je je leidinggevende laat weten dat je geïnteresseerd bent in dergelijke projecten, vaak valt er wel te praten over een mogelijke terugkeerregeling. En soms kan een twinningproject juist een gat opvullen in een krimpende organisatie waardoor je bepaalde mensen toch binnen boord kunt houden. Na afloop van een project kan de situatie er weer een stuk rooskleuriger uitzien.’ EL&I-ambtenaar Sterk keert in ieder geval voorlopig nog niet terug naar zijn Haagse thuisdepartement. ‘We zijn geen consultants die zomaar even worden ingevlogen, een rapport schrijven en dat achterlaten. We werken dagelijks met elkaar samen en zitten hier allemaal als ambtenaren om andere ambtenaren te helpen,’ aldus Sterk. ‘Het werken in Turkije bevalt me zo goed dat ik graag nog een tijd blijf.’
˚
13
uitgelicht europa
uitgelicht europa
Ambtelijke top heeft blinde vlek voor Europese regelgeving
Bericht uit Brussel
Nederlandse stokpaardjes
Nederland loopt achter de feiten aan
I
n deze economisch en financieel turbulente tijden is het interessant om in Brussel te werken bij de Europese Commissie. Ik bekijk nu met wat meer afstand de nieuwsberichten uit Nederland over politici die vinden dat Griekenland maar ‘failliet’ moet gaan. Een gek begrip overigens want hoe sluit je een land en waar gaan alle Grieken dan naar toe? Maar ik begrijp de onrust wel. Tegelijkertijd zie ik hier hoe de Commissie tracht, in woorden en daden, de financiële markten te kalmeren. Communicatie is belangrijk, want elk woord van de invloedrijke Europese leiders wordt op een goudschaaltje gewogen. Maar daden zijn net zo van belang. Mijn Eurocommissaris Johannes Hahn, die zich bezig houdt met het regionaal beleid, heeft een voorstel gedaan aan de lidstaten om een aantal landen in financiële moeilijkheden tijdelijk te steunen. Uitgangspunt van het voorstel is dat Griekenland, Hongarije, Portugal, Ierland, Litouwen en Roemenië bij Europese projecten minder eigen geld hoeven bij te leggen. De maatregel is tijdelijk en budgetneutraal, want de totale bijdrage aan deze lidstaten wordt niet verhoogd. Tegelijkertijd zijn de onderhandelingen gaande over het voorstel van de Commissie voor het Meerjarig Financieel Kader 2014-2020 en de herijking van de hoofdlijnen van de Europese Begroting. Ook is deze week het pakket van wetsvoorstellen geïntroduceerd dat een nieuwe periode van het cohesiebeleid vanaf 2014 betekent. Daaronder valt niet alleen het regionaal beleid maar ook het werkgelegenheidsbeleid, beter bekend door de projecten die middels het Europees Sociaal Fonds (ESF) worden gesteund. In Nederland blijft het onrustig. Het kabinet wil stevig bezui-
Wilt u ook berichten uit Brussel? Neem dan contact op:
[email protected].
nigen, minder afdracht naar Brussel en een Europese begroting die niet groter is dan nodig. De Commissie heeft een ‘ambitieus maar verantwoordelijk’ begrotingsvoorstel gedaan, en laat bijvoorbeeld het budget voor het nieuwe cohesiebeleid licht dalen tot 336 miljard euro. Ter vergelijking, in de huidige periode van het cohesiebeleid heeft Nederland vanuit Brussel uit het totaalbudget van 347 miljard euro ongeveer 1,9 miljard euro ontvangen. Wanneer het gaat om de Structuurfondsen zet ik mij in voor echte Nederlandse stokpaardjes: houd het simpel, breng focus aan en verlaag de administratieve lasten voor organisaties en bedrijven. Ben benieuwd hoe mijn EL&I-collega’s gaan reageren op alle voorstellen. En natuurlijk de provincies en de steden, altijd al sterk gericht op de fondsen en de mogelijkheden die ze bieden. Eva Jonker werkt als programme officer voor het DG Regionaal beleid van de Europese Commissie. Sinds maart 2011 is zij als END’er gedetacheerd namens het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie.
advertentie
“Uw expertise over Europa delen?”
Adverteer in het themanummer over Europa in de ambtelijke praktijk Bereik direct 12.000 beslissers en bestuurders bij de rijksoverheid, decentrale overheden en uitvoeringsorganisaties. ■ Wat zijn de kansen die de Europese Unie biedt en maakt de Nederlandse overheid hier optimaal gebruik van? ■ PM biedt u de mogelijkheid een gesponsorde bijlage te plaatsen in de editie van november, op PM.nl en in de wekelijkse e-nieuwsbrief.
Redactionele ondersteuning behoort tot de mogelijkheden. ■ Tot en met 21 oktober kunt u uw interesse kenbaar maken. Neem contact op met salesmanager Asha Narain, (070) 378 95 11,
[email protected] of media-adviseur Saskia van der Tol, (070) 378 07 32,
[email protected] voor een communicatieadvies op maat.
14 Kijk voor meer informatie op www.beslissersbereikt.nl
Feiten
Kennis
Kunde
De Nederlandse ambtelijke en politieke top bemoeit zich vaak te laat met de totstandkoming van Europese wet- en regelgeving. Aan de inzet van ‘onze’ ambtenaren ligt het niet, er wordt alleen veel te weinig naar ze geluisterd. Dat blijkt uit een onderzoek door voormalig ambtenaren van Rijkswaterstaat. Tekst Rutger van den Dikkenberg
H
et komt nogal eens voor dat de politieke en ambtelijke top, zowel op de ministeries als in de Tweede Kamer, pas op de hoogte gesteld wordt van Europese wetgeving als de contouren daarvan zichtbaar zijn. Dat zegt Rein van Dijk van de Vereniging van Oud-medewerkers Rijkswaterstaat (VOR). Vaak is het dan te laat om de ontwikkelingen nog bij te sturen. Vorige week dinsdag bood de VOR het rapport Nederland en de Europese regelgeving aan de Tweede Kamer aan. ‘De processen in Brussel zijn allemaal gericht op het tot stand komen van wetgeving, en er is nu geen tegenkracht. Als je dan concludeert dat je iets niet wilt, dan ben je te laat. Ambtenaren en politici realiseren zich dat onvoldoende,’ aldus Van Dijk. Nederlandse ambtenaren in Brussel hebben een behoorlijke mate van vrijheid om nieuwe voorstellen van de Europese Commissie te beoordelen en de onderhandelingen daarover te voeren, zegt Van Dijk. Aan de aanwezigheid ligt het niet. ‘In Brussel loopt een groot aantal wetgevingsprocessen tegelijkertijd. De ministeries sturen daarom specialisten die goed ingevoerd zijn, heel integer te werk gaan en vaak ook zelf hun instructies opstellen. De ambtelijke top in Den Haag kijkt daar wel even naar, maar vindt het al snel goed. Pas als de regelgeving gereed is en de Kamer geïnformeerd moet worden, vindt er overleg plaats op hoog niveau.’ Het risico van die blinde vlek is dat er regelgeving wordt ingevoerd die voor Nederland problematisch uit kan vallen, zoals enkele jaren geleden het geval was met de Europese wetgeving rond fijnstof. Daarbij werden richtlijnen geformuleerd zonder dat er specifiek naar de omstandigheden in de verschillende lidstaten werd gekeken, zegt Van Dijk. ‘In dichtbevolkte gebieden zoals het Westen van Nederland waren de concentraties vaak al boven de norm. Het gevolg was dat er geen nieuwe bouwactiviteiten meer mochten worden uitgevoerd.’ Volgens Europarlementariër Sophie in ’t Veld (D66) is het ‘een slechte zaak’ dat topambtenaren en politici lang
In het novembernummer presenteert PM in samenwerking met Europa Unit HECROI de resultaten van een online-enquête naar de ambtelijke kennis over Europa. Op 29 november organiseert Europa Unit HECROI een Europa Salon waar de resultaten van het onderzoek worden besproken.
niet altijd op de hoogte zijn van de Europese regelgeving en verdragen, zegt ze. In ’t Veld houdt zich in Brussel bezig met zaken als justitie en immigratie. ‘Het valt me op dat het kennisniveau bij ambtenaren niet altijd gelijkmatig hoog is. En ik vind dat de ministers die justitie en immigratie in hun portefeuille hebben, en niet alleen de Nederlandse, vaak heel slecht geïnformeerd zijn. Ze zijn niet op de hoogte van de feiten en van de Europese wetgeving. Zeker als het gaat om veiligheidsmaatregelen heeft de politieke top nogal de neiging om vooral daadkrachtig op te treden
‘De ambtelijke top kijkt er wel even naar maar vindt het al snel goed’ en daardoor fact free politics te bedrijven, maar dat leidt tot slecht beleid en een verlies aan geloofwaardigheid en vertrouwen.’ Het ministerie van Buitenlandse Zaken, dat de ambtelijke contacten tussen Brussel en Den Haag coördineert, stelt dat er voortdurend contact is tussen ambtenaren in de beide steden, maar treedt niet in de bevoegdheid van andere ministeries waar het gaat om de technische uitwerking van dossiers,’ aldus een woordvoerder. Hij spreekt tegen dat BZ alleen maar geïnteresseerd zou zijn in het halen van Europese deadlines.
˚
aanbevelingen van de VOR • Breng in eerste fase al de verschillende consequenties van wet- en regelgeving in kaart en overleg met Nederlandse belanghebbenden. • Geef inzet van Nederlandse ambtenaren in eerste onderhandeling een hoge prioriteit bij de ministeries. • Stuur zogenoemde Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen al naar de Tweede Kamer, ook als contouren nog niet bekend zijn. • Maak Nederlands belang leidraad bij inzet onderhandelingen in ambtelijke werkgroepen. • Draag Nederlandse standpunt al bij start van wetgevingsproces uit • Zoek op tijd medestanders in andere lidstaten.
15
uitgelicht
in je recht
Ongelijke monniken aag
Een politieman wordt ontslagen wegens rijden onder invloed. De werkgever handelt volgens het landelijk geldende integriteitsbeleid van de Nederlandse politie. Toch acht de rechtbank het ontslag niet geoorloofd wegens strijd met het evenredigheidsbeginsel.
D
e medewerker werkt sinds 1970 bij de politie en geeft vanaf 1999 leiding. Ook volgens zijn werkgever functioneert hij goed. Vanaf medio 2000 treft hem veel persoonlijk leed: een echtscheiding en hartproblemen, gevolgd door depressies. Als hij dan ook nog eens slachtoffer wordt van een geweldsmisdrijf en zwaar lichamelijk letsel oploopt, raakt hij voor bepaalde tijd arbeidsongeschikt. Tijdens zijn re-integratietraject ontstaat een arbeidsconflict en hij meldt zich begin 2006 ziek. Kort daarna wordt hij aangehouden bij een verkeers alcoholcontrole en geeft hij aan dat hij een collega is en ‘dat dit wel eens fout kon aflopen’. Meerdere keren vraagt hij of hij echt moet meewerken aan een ademonderzoek en ademanalyse omdat bij een positieve uitslag zijn baan op het spel staat. Uit de test blijkt inderdaad dat hij meer alcohol op heeft dan is toegestaan. Daarmee begaat de man een misdrijf. Na een disciplinair onderzoek krijgt hij hiervoor onvoorwaardelijk strafontslag opgelegd. Daarbij speelt ook mee dat hij ‘volstrekt verkeerd gedrag tentoonspreidde’ door een collega ertoe te bewegen zijn handelen door de vingers te zien. In een bezwaarschriftenprocedure tegen de werkgever houdt het ontslagbesluit stand. Het is in lijn met de landelijk vastgestelde nota Sanctionering integriteitsschendingen bij de politie in Nederland (2005), de leidraad voor de toepassing van sancties bij plichtsverzuim. Toch vernietigt de rechtbank in beroep het ontslagbesluit. Volgens de rechter is het in strijd met het evenredigheidsbeginsel. Hij stelt dat de nadelige gevolgen van een besluit niet onevenredig groot mogen zijn in verhouding tot de doelen van het besluit. De politieman heeft inderdaad ernstig zijn plicht
16
en H D k n tba Rech m datu
art 2 a m 0 1
010
ier
doss
6 010/6 2 TAR
verzuimd en volgens de verklaringen van een psycholoog, een klinisch psycholoog en de bedrijfsarts is hem dat ook aan te rekenen. De opgelegde straf is echter te zwaar omdat de werkgever het lange dienstverband van de medewerker onterecht als een strafverzwarende omstandigheid aanrekent. Zijn goede staat van dienst en de persoonlijke situatie pleiten juist voor strafvermindering. Bovendien vindt de rechter het onterecht dat de kans op recidive als strafverzwarende omstandigheid is meegewogen. Zijn eerdere rijden onder invloed is van lang geleden en staat niet meer in de politieregisters. In de bestuurspraktijk heerst een zekere angst voor precedentwerking en daarom wordt regelgeving regelmatig
In de bestuurspraktijk heerst een zekere angst voor precedentwerking zonder aanzien des persoons toegepast vanuit het oogpunt: gelijke monniken, gelijke kappen. Deze casus toont aan dat de omstandigheden van de persoon in kwestie verlangen om juist met aanzien van de persoon te handelen. Ook al geldt bepaalde regelgeving, de ogen kunnen niet worden gesloten voor de individuele omstandigheden. De ene monnik is immers de andere niet. Mr. S.P.G. (Sjoerd) Veenstra is secretaris/adviseur van diverse bezwaarcommissies voor de sector Politie bij het CAOP. Het CAOP is het kennis- en dienstencentrum op het gebied van arbeidszaken in de publieke sector (www.caop.nl).
17
thema Rechtspositie en ontslag
thema Rechtspositie en ontslag
arbeidsmarkt onder druk
Publieke sector in spagaat Er komen geen vrolijke tijden aan in ambtenarenland. ‘Het zal er gaan stuiven,’ zoals onze Zuiderburen het zo treffend f ormuleren. Krimpende budgetten en een kleine – pardon: compacte – o verheid betekenen dat de komende jaren veel werknemers van Rijk, provincie en gemeente hun professionele heil elders zullen moeten zoeken.
We gingen te rade bij de VNG om te kijken hoe gemeenten omgaan met gedwongen ontslagen. Want dat ze daaraan niet ontkomen is vrijwel zeker. Duizenden banen staan vanwege de bezuinigingen op de tocht. De hoge kosten die ontslag met zich meebrengt, hebben tot gevolg dat het schrikbeeld van de artikel 12-status voor sommige gemeenten weer kan opdoemen.
STATUS
Tekst redactie illustratie yvonne kroese
18
B
ij alle overheidslagen is er sprake van een spagaat: enerzijds zijn ze genoodzaakt het aantal medewerkers te verminderen, anderzijds moet de deur niet op slot gaan voor nieuwe mensen, want die zijn over een paar jaar weer hard nodig. Dat betekent koorddansen voor de afdelingen P&O om te zorgen dat er een goede balans blijft tussen jonge honden en oude rotten. Want, zoals Paul du Bois van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) het formuleert: ‘Je hebt jongeren nodig én je moet ervoor zorgen dat die zich senang voelen in de organisatie.’ De grootscheepse reorganisaties die de publieke sector vanwege de bezuinigingen staan te wachten, zijn voor PM reden aandacht te besteden aan de arbeidsvoorwaarden van ambtenaren en de arbeidsverhoudingen bij de overheid. In september deden we onderzoek naar salaris en arbeidsvoorwaarden (zie ook www.pm.nl/arbeidsvoorwaarden). In deze editie deel II over rechtspositie en ontslag.
Een andere kwestie die de rechtspositie van ambtenaren raakt, is het al dan niet afschaffen van de ambtenarenstatus. Voor het eerst is in het regeerakkoord opgenomen dat het ambtenarenrecht gelijk getrokken moet worden met het arbeidsrecht zodat, bijvoorbeeld, de arbeidsmobiliteit toeneemt. Ook het imago van ambtenaren zou verbeteren als zij niet langer een aparte status genieten. De meningen hierover zijn overigens zeer verdeeld. De ambtenarenstatus is ‘niet meer van deze tijd’ (Eric van Zelm van Hay Group) en bovendien inefficiënt om in stand te houden (ABD-adviseur Roel Bekker). Ze vinden hoogleraar Frits van der Meer tegenover zich, die afschaffing hooguit een kwestie van ‘juridisch estheticisme’ vindt waar niemand veel mee opschiet. Het initiatiefwetsvoorstel van Tweede Kamerleden Fatma Koser Kaya (D66) en Eddy van Hijum (CDA), dat moet leiden tot een normalisering van de rechtspositie van ambtenaren wacht momenteel op behandeling door het p arlement. Tot slot hebben we onder het motto ‘Ontslagen, wat nu?’ wat praktische tips & tricks op een rij gezet voor degene die de pech heeft dat hij of zij inderdaad moet opstappen. Een loopbaancoach geeft vijf adviezen om er het beste van te maken. ‘Blijf op dinsdagavond vooral naar de sportschool gaan, als u gewend bent dat te doen.’
˚
19
thema Rechtspositie en ontslag
thema Rechtspositie en ontslag
Duizenden arbeidsplaatsen verdwijnen
Hoofdbrekens voor gemeenten Gemeenten ontkomen niet aan gedwongen ontslagen, zo verwachten betrokkenen. Dat drijft ze flink in het nauw, de kosten aan ontslagvergoedingen zijn fors. Bovendien verandert het takenpakket voor gemeenten en daarmee ook de competenties die ze nodig hebben. ‘Dat kun je niet met de huidige bezetting doen, niet iedereen is overal inzetbaar.’
Tekst Maurits van den Toorn illustratie Yvonne Kroese
B
ij de gemeenten zullen de komende jaren duizenden arbeidsplaatsen verdwijnen. Het afgelopen jaar is dat al een beetje begonnen, de uitstroom was groter dan de instroom, aldus de Personeelsmonitor gemeenten 2010. De komende jaren zal het harder gaan, Rotterdam gaat uit van 1.000 fte minder, maar zelfs het aantal van 2.500 wordt al genoemd. Den Haag: 1.500 fte minder. Utrecht: 660 fte minder. Nijmegen: 190 fte minder. Vlaardingen:
‘de ambtelijke regelingen bevatten een perverse prikkel’ ruim 100 fte minder. Het A+O fonds Gemeenten komt in de personeelsmonitor tot een schatting van een verlies van 11.000 arbeidsplaatsen bij alle gemeenten gezamenlijk als gevolg van de bezuinigingen.
20
In veel gevallen wordt erbij gezegd dat de vermindering kan plaatsvinden ‘via natuurlijk verloop’, maar zo langzamerhand gaat het om zulke grote aantallen dat het nog maar de vraag is of dat inderdaad zal lukken. Daarbij moet niet worden vergeten dat het elders op de arbeidsmarkt (ook) niet zo best gaat. De bereidheid – en de mogelijkheid – om uit vrije wil op te stappen neemt daardoor af. Het is een weinig opwekkend beeld. Het is bovendien de vraag wat al die ontslagen in financieel opzicht voor de gemeenten gaan betekenen. Gemeenten zijn voor het betalen van WW eigenrisicodrager. Dat betekent dat ze voor de kosten hiervan niet verzekerd zijn bij het UWV, maar de volle mep zelf moeten opbrengen. Zoiets is een goed idee zolang je betrekkelijk weinig te maken hebt met ontslag of arbeidsongeschiktheid (en gemeenteambtenaar is niet een extreem zwaar of riskant beroep), maar de zaak komt bij dergelijke aantallen ontslagen anders te liggen. En bovendien zijn gemeenten sowieso duur uit, omdat er nog een bovenwettelijke uitkering bovenop de WW komt, en eventueel ook nog een nawettelijke uitkering. Daar staat dan weer tegenover dat de kantonrechtersformule nadrukkelijk niet geldt bij het beëindigen van ambtelijke aanstellingen, zo bepaalde de Centrale Raad van Beroep als hoogste ambtenarenrechter vorig jaar. Er is dus geen concrete formule voor het berekenen van een ontslagvergoeding. Dat vormt ongetwijfeld mede een verklaring voor de gretigheid waarmee advocaten en ontslagspecialisten zich op internet presenteren met hun aanbiedingen aan ambtenaren. De woordcombinatie ‘ontslagvergoeding + ambtenaar’ levert ruim 26.000 hits op. Uit een onderzoek naar ontslagkosten van het Hugo Sinzheimer Instituut van de Universiteit van Amsterdam
blijkt dat een werkgever in het bedrijfsleven gemiddeld 17.000 euro kwijt is aan het ontslag van een werknemer, maar dat het ontslaan van een ambtenaar gemiddeld 33.000 euro kost. De 11.000 afvloeiers die het A+O-fonds verwacht zouden de gemeenten dus 360 miljoen euro kunnen gaan kosten – en dat in een tijd van krimpende budgetten. Bij zo’n bedrag doemt het schrikbeeld van de artikel 12-status voor veel gemeenten op. Toegegeven: dit uit de losse pols geschatte bedrag is (veel) te hoog, want er zal ondanks alles sprake blijven van natuurlijk verloop en op basis van de leeftijdsopbouw is te voorzien dat er tot 2013 zo’n 13.000 ambtenaren met pensioen zullen gaan. Bovendien stamt het onderzoek alweer uit 2007; sindsdien zijn de ontslagprocedures bij gemeenten herzien en – dat is althans de bedoeling – goedkoper
geworden. Jammer genoeg is er nooit een update van dat onderzoek uitgevoerd, maar desondanks lijkt een ‘gemeentelijk’ ontslag nog steeds relatief duur.
Pervers ‘De gemiddelde ontslagkosten die het instituut berekent zullen wel zo ongeveer kloppen. Of er inderdaad 11.000 mensen afvloeien zal de toekomst uitwijzen,’ reageert Paul du Bois, senior beleidsmedewerker van het College voor Arbeidszaken van de VNG. ‘Zowel in de private sector als bij de overheid zijn er ontslagvergoedingen, mensen willen en krijgen een vorm van genoegdoening op basis van dienstjaren, loyaliteit aan de zaak, enzovoort. Alleen krijg je bij de overheid niet één zak met geld, maar wordt dat geld in maandelijkse porties uitbetaald in de vorm van bo-
21
thema Rechtspositie en ontslag
thema Rechtspositie en ontslag
venwettelijke en nawettelijke uitkeringen. Naarmate mensen langer werkloos zijn, krijgen ze meer geld. De ambtelijke regelingen bevatten door die perverse prikkel een bonus op passiviteit. Tegen die achtergrond kan een ambtelijk ontslag inderdaad duurder uitpakken, mede doordat er jarenlange bezwaar- en beroepsprocedures mogelijk zijn. Maar anderzijds zijn zulke lange procedures uitzonderlijk, ik verwacht eigenlijk dat de kosten elkaar in de praktijk niet zoveel ontlopen.’ Toch registreerde de Centrale Raad van Beroep al in 2008 een toename van het aantal procedures, en die trend zal zich wel doorzetten naarmate het aantal ontslagen toeneemt. Du Bois: ‘Dat kan, zeker als het gaat om reorganisatieontslagen. Ambtenaren kunnen bezwaar en beroep aantekenen tegen beslissingen die hun belang raken. Ze moeten dat volgens de systemathiek van het ambtena-
beuren. Daar worden duidelijke keuzes gemaakt. Voor de mensen is dat niet plezierig, maar voor de organisatie is het goed. Gemeenten zitten in een lastige situatie, er komt aardig wat druk op de ketel doordat ze tegelijk moeten bezuinigen en meer taken erbij krijgen. Dat betekent dat ook zij keuzes moeten maken, anders heeft straks de helft van de gemeenten de artikel 12-status.’ De ontslagkosten zullen een lastig punt zijn, denkt ook Du Bois. ‘Er zijn erg vergrijsde gemeenten die de komende jaren het voordeel hebben dat ze weinig of geen mensen hoeven te ontslaan, maar daar staat tegenover dat andere gemeenten een ernstig probleem zullen hebben. En de vakbonden zullen zeker niet toestaan dat rechten op dit punt – re-integratie, de bovenwettelijke uitkering – worden aangetast.’
Vaardigheden
‘de overheid zal de moed moeten hebben om tot gedwongen ontslagen over te gaan’ renrecht zelfs doen om niet het risico te lopen dat, als een reorganisatie in een later stadium hun eigen positie raakt, ze hun recht op bezwaar en beroep hebben verspeeld.’
Vakbonden Lastig, maar gedwongen ontslagen zullen hoe dan ook onvermijdelijk zijn, verwacht Eric van Zelm, directeur Publieke Sector bij Hay Group. Gemeenten zullen de komende tijd harde beslissingen moeten nemen, stelt hij. ‘Er wordt al dertig jaar over gepraat, maar er is nog nooit sprake geweest van krimp van het overheidsapparaat. Aan dat pappen en nathouden moet een eind komen, en dat zal betekenen dat de overheid de moed zal moeten hebben om tot gedwongen ontslagen over te gaan.’ Desondanks is ‘gewoon’ doorgaan geen optie, waarschuwt hij. ‘Het betekent ook dat overheden taken zullen moeten afstoten, zoals dat nu bij Defensie lijkt te gaan ge-
Ook de overheveling van taken door het Rijk naar provincies en gemeenten zal consequenties hebben voor de personeelsformatie. Gemeenten krijgen meer beleidsmatige taken en dat betekent dat er andere competenties nodig zijn. Van Zelm: ‘Dat kun je waarschijnlijk niet met de huidige bezetting doen, niet iedereen is overal inzetbaar. Ik denk dat de komende ontslagrondes daarom dan ook sneller zullen moeten gaan dan het natuurlijk verloop.’ Du Bois is op dit punt wat optimistischer dan Van Zelm: ‘Zeker, het takenpakket verandert en er zijn andere competenties nodig. Het gaat niet alleen meer om vakinhoudelijke kennis, maar ook om de vaardigheid als een soort regisseur samen te werken met private partijen, bijvoorbeeld bij de uitvoering van de Wmo. Niet iedereen heeft dat in zich, maar mensen kunnen zich nieuwe vaardigheden eigen maken, daar heb je opleidingen voor. En bij het aannemen van nieuwe mensen kijk je natuurlijk ook naar dit aspect.’ Bij het aannemen van nieuwe mensen zou de ambtenarenstatus moeten worden aangepakt, vindt Van Zelm. Al is het, gezien het gespannen arbeidsklimaat, nu niet echt het moment voor de werkgever om hier een punt van te
maken. ‘Maar het is niet meer van deze tijd dat we nog steeds werken met eenzijdige aanstellingen die veel meer gericht zijn op de arbeidsprocessen dan op de prestaties. Daar moet verandering in komen, mede om de mobiliteit tussen verschillende sectoren van de arbeidsmarkt te vergroten.’ Wat betreft dat laatste heeft hij nóg een advies: ‘De overheid betaalt al vanaf schaal 12 minder dan het bedrijfsleven. Ook al moet je bezuinigen, ga niet teveel omlaag met je arbeidsvoorwaarden, want dan dreigt de overheid leeg te lopen wanneer er ooit weer krapte op de arbeidsmarkt ontstaat. Dat is in een tijd waarin je moet bezuinigen geen fijne boodschap, maar voor de langere termijn van groot belang.’ Die concurrentie speelt zelfs al op een lager niveau, merkt Du Bois op. ‘In de meeste gemeenten doen de problemen zich al voor bij functies in schaal 9 of 10, daar is er al sprake van forse concurrentie met bijvoorbeeld zorginstellingen. Gemeenten moeten inderdaad goed op hun concurrentiekracht letten.’
Spagaat Daarmee vestigt Du Bois de aandacht op de spagaat waar gemeenten in zitten: op korte termijn hebben ze te maken met bezuinigingen en personeelsreducties, maar op langere termijn is er juist weer behoefte aan nieuwe mensen. ‘Duidelijk is in ieder geval dat je de mensen die je straks nodig hebt nu moet zien te houden en ongewenst verloop moet voorkomen. Je moet dus je stinkende best doen om een
aantrekkelijke werkgever te zijn met ontwikkelmogelijk heden voor je mensen. Denk aan opleidingen, maar ook aan uitwisselingsprojecten, het rouleren van mensen binnen de organisatie. Mensen die gaan voor de inhoud van het werk, die “civil service-minded” zijn, kun je zo behouden. Mensen die voor het grote geld gaan houd je toch niet binnen, de polsstok van de overheid is op dat punt nu eenmaal niet zo lang.’ Du Bois eindigt met een advies voor het binnenhouden én werven van mensen: ‘Wat bij de hele discussie over ontslagen en vermindering van het aantal medewerkers niet vergeten moet worden, en wij wijzen onze leden daar ook
‘Net als bij Defensie zullen ook gemeenten taken moeten afstoten’ op: je moet actief blijven op de arbeidsmarkt. Gooi de tent niet dicht, je hebt jongeren nodig en je moet ook zorgen dat die zich senang voelen in de organisatie. Dat betekent dat je niet alleen maar veertigers en vijftigers in dienst moet hebben. En als je tijdelijk geen mensen in vaste dienst kunt nemen, dan heb je nog altijd ZZP-contracten, detachering of ziektevervanging. Je zorgt op die manier voor een flexibele schil om je organisatie heen, en voor de mensen in die schil kan dat uiteindelijk leiden tot een vast contract. Als iemand goed bevalt ga je toch niet naar een ander zoeken?’
˚
advertentie
Nieuw!!!
Eervol ontslag De komende jaren zal er vooral sprake zijn van ontslag wegens reorganisatie, wat in de arbeidsvoorwaardenregeling voor gemeenteambtenaren wordt omschreven als ‘de verandering van inrichting van het dienstonderdeel waar de ambtenaar werkt (of een ander onderdeel) die leidt tot opheffing van de betrekking’ en ‘verminderde behoefte aan arbeidskrachten die leidt tot overtolligheid van de ambtenaar’. Als het dan zover komt, dan staat sinds de wijziging van de ontslagprocedure in 2008 re-integratie centraal. Werkgever en werknemer spannen zich samen in om een nieuwe baan te vinden. De duur van de re-integratiefase is afhankelijk van de ont-
slaggrond en de duur van het dienstverband. Voor de duidelijkheid: het gaat bij reorganisatieontslag altijd om eervol ontslag. Een ambtenaar kan alleen oneervol worden ontslagen als er sprake is van plichtsverzuim. ‘Dat is een omschrijving waar veel onder kan vallen, de lat ligt voor ambtenaren hoger dan voor werknemers in het bedrijfsleven,’ zegt Paul du Bois, senior beleidsmedewerker van het College voor Arbeidszaken van de VNG. ‘Een politieagent die z’n vrouw slaat gedraagt zich “kreukbaar”, oftewel niet in overeenstemming met de aard van zijn functie, en kan daarom oneervol worden ontslagen.’
De keuze is aan jou. www.haagsebeek.nl
22 84041_Spaan.indd 1
9/29/2011 11:01:00 AM
thema Rechtspositie en ontslag
thema Rechtspositie en ontslag
Facts & figures
Ontslagvergoeding verstopt Een ambtenaar van de gemeente Velsen heeft vorig jaar een ontslagvergoeding gekregen van 267.150 euro. De gouden handdruk zat verstopt in de jaarstukken van de gemeente in de post ‘frictiekosten en opleidingen voor het management’, zo meldde het Haarlems Dagblad in mei dit jaar. Het bedrag bestaat uit doorbetaald salaris tot augustus 2012 en een ‘aanvullende vergoeding’ van 82.000 euro. De gemeente gaf pas openheid van zaken nadat de krant een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur had gedaan.
Naar een normale rechtspositie
werkgever en werknemer bij de overheid dienstbaar en daarmee ondergeschikt zijn aan het algemeen belang,’ aldus het advies. ‘Alleen de overheid mag geweld gebruiken, vrijheden van burgers beperken en hen verplichten belasting te betalen. Zij kan haar taak niet verzaken, zoals een bedrijf wel zijn bedrijfsactiviteiten kan staken.’
Gouden handdruk 75.000 euro en geen cent meer In het regeerakkoord heeft het kabinet vastgelegd de ontslagvergoeding voor topfunctionarissen in de publieke sector te maximeren op 75.000 euro. Minister Donner heeft deze bepaling opgenomen in het wetsvoorstel Normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT). Dit voorstel wacht op behandeling door de Tweede Kamer, wat naar alle waarschijnlijkheid dit najaar plaatsvindt.
Roel Bekker en Frits van der Meer in debat over het afschaffen van de ambtenarenstatus: zie pagina 26.
Terugkeergarantie Rijksambtenaren kunnen na één termijn in de Tweede Kamer of het Europees Parlement terugkeren naar het ministerie. Blijft iemand na deze termijn parlementslid, dan krijgt hij of zij eervol ontslag. Het beperken van de terugkeerregeling tot één termijn geldt pas sinds 2010. De deze zomer in opspraak geraakte Mariko Peters (GroenLinks) zou dus kunnen terugkeren naar Buitenlandse Zaken (waar ze tot 2006 werkte), hoewel dit haar tweede termijn in de Kamer is. Hetzelfde geldt voor Madeleine van Toorenburg (CDA), die een terugkeergarantie heeft naar de Dienst Justitiële Inrichtingen van het ministerie van Veiligheid en Justitie. Voordat ze in 2007 in de Kamer kwam, was de CDA-politica werkzaam als locatiemanager van jeugdinrichting De Leij te Vught.
Ruim een miljoen resultaten De zoekterm ‘ambtenaren+ontslag’ levert in Google hits op
1.410.000
Beroep en bezwaar
24
587
101
Eenzijdige aanstelling Ambtenaren krijgen geen arbeidsovereenkomst, zoals bij ‘gewone werknemers’ het geval is, maar zij hebben een eenzijdige aanstelling. Ze kunnen dus ook eenzijdig door de werkgever worden ontslagen, toestemming van het UWV of een kantonrechter is daarvoor niet vereist. Uiteraard moeten werkgevers zich wel beroepen op een ontslaggrond (zie pagina 29).
2500 2000 1500 1000 500
2006
2007
1,461
WW
201
1.901
Eigen risico
Alle sectoren binnnen de overheid en het onderwijs zijn van rechtswege eigenrisicodrager als het gaat om WW, zij betalen dus geen WW-premie. Dit betekent dat het UWV het recht, de hoogte en duur van de WW-uitkering bepaalt en deze uitbetaalt. Vervolgens verhaalt het UWV deze uitkering op de voormalige overheids- of onderwijswerkgever.
874
2.004
De Centrale Raad van Beroep – de hoogste ambtenarenrechter – heeft in 2010 uitgesproken dat de kantonrechtersformule niet geldt voor ambtenaren (TAR 2010, 8). Dat betekent niet dat ambtenaren geen aanspraak kunnen maken op een ontslagvergoeding, maar een standaardformule, zoals in het arbeidsrecht gebruikelijk is, ontbreekt.
WW
Kantonrechtersformule
In 2010 zijn bij het Expertisecentrum Arbeidsjuridisch (ECAJ), dat managers en P&O-adviseurs bij het Rijk ondersteunt op arbeidsjuridisch gebied, bezwaarschriften tegen personele beslissingen ingediend. Het aantal zaken waarvoor een beroepsprocedure is ingesteld bedroeg . Bij de Belastingdienst, die niet bij het ECAJ is aangesloten, zijn in 2010 bezwaarschriften ingediend en beroepszaken ingesteld. Veel bezwaren hebben te maken met zaken rondom taakstelling en reorganisaties.
1.357
G e e n p r o ef t i jd
Een proeftijd zoals in het reguliere arbeidsrecht komt binnen het ambtenarenrecht niet voor. Een ambtenaar kan wel worden aangesteld, bij wijze van proef, voor de duur van een bepaalde periode (meestal zes tot twaalf maanden).
2.146
Tweede Kamerleden Fatma Koser Kaya (D66) en Eddy van Hijum (CDA) hebben november vorig jaar een initiatiefwetsvoorstel ingediend om de rechtspositie van ambtenaren gelijk te trekken met die van werknemers met een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht. Momenteel wacht deze Wet normalisering rechtspositie ambtenaren op behandeling door het parlement. Dit voorjaar publiceerde de Raad van State een zeer kritisch advies. De Raad stelt vragen bij het begrip normalisering. ‘Dit begrip gaat eraan voorbij dat
0
2008
2009
2010
Bezwaarschriften tegen personele beslissingen van rijksambtenaren ingediend bij het Expertisecentrum Arbeidsjuridisch inclusief Belastingdienst (bron: Sociaal Jaarverslag Rijk 2009 en 2010)
25
thema Rechtspositie en ontslag
thema Rechtspositie en ontslag
ambtenarenstatus Het kabinet is voornemens het ambtenarenrecht gelijk te trekken met het arbeidsrecht, zodat onder meer de arbeidsmobiliteit toeneemt en het imago van ambtenaren verbetert. Daarmee verdwijnt de aparte status
VOOR
Afschaffen? die ambtenaren genieten. Roel Bekker juicht dit besluit toe, maar Frits van der Meer vindt het een onverstandige exercitie. Twee visies. Tekst Cindy Castricum Beeld Welmer Keesmaat
tegen
‘Eén systeem is veel efficiënter’
‘Het kost meer dan het oplevert’
Roel Bekker is hoogleraar bijzondere arbeidsverhoudingen bij de overheid (Albeda Leerstoel van de Universiteit Leiden en het CAOP). Hij is voormalig SG en op dit moment nog bijzonder adviseur van de Algemene Bestuursdienst.
‘H
et is anno 2011 naar mijn mening niet meer zinvol en gewenst dat ambtenaren een aparte rechtspositie hebben. Daarmee wordt een verkeerd signaal afgegeven. Ambtenaren worden kwetsbaar door die betere rechtspositie: ze moeten dan ook niet zeuren dat de samenleving over hen klaagt. Wil je als ambtenaar als gewone werknemer worden beschouwd, dan moeten de arbeidsverhoudingen worden aangepast. Het is meteen een mooie gelegenheid om de Ambtenarenwet te moderniseren, want die stamt al uit 1929 en is hoognodig aan herziening toe. Mijn belangrijkste argument om het ambtenarenrecht gelijk te trekken met het arbeidsrecht is dat het inefficiënt is om twee systemen in stand te houden. Je hebt alles dubbel nodig: dubbele rechtspraak, dubbele advocaten, dubbele hoogleraren. Integreer het particulier werknemerschap en het ambtenaarschap. Neem the best of both worlds, daar wordt iedereen beter van. Zo komt er ook een einde aan allerlei onlogische zaken. Het valt toch niet uit te leggen dat een verpleegster die in het academisch ziekenhuis van Leiden werkt ambtenaar is en haar collega in het VU medisch centrum een particuliere werknemer? Zij hebben ook helemaal niet met politieke willekeur te maken, een van de redenen waarom ambtenaren een aparte status zouden moeten genieten. De
26
bescherming tegen deze politieke willekeur is overigens niet meer van deze tijd. In landen als Denemarken, Zweden en Zwitserland is de rechtspositie van ambtenaren al genormaliseerd. Dit zijn echt geen bananenrepublieken. Ik kan me best voorstellen dat er voor bepaalde groepen uitzonderingen worden gemaakt. Maar ga eerst over naar één systeem voor iedereen en bekijk vervolgens voor welke functies specifieke afspraken worden gemaakt. Misschien moet de Topmanagementgroep daar wel bij horen. De topambtenaren bij het Rijk hebben immers een wat
‘In een aanstelling staat niet eens wat er van een ambtenaar wordt verwacht’ aparte positie met een benoemingstermijn van maximaal zeven jaar en het feit dat ze al hun nevenfuncties moeten openbaren. Hetzelfde zou je kunnen zeggen over gemeentesecretarissen. Hier kunnen we een discussie over voeren. Ik heb in mijn ambtelijke loopbaan nooit een contract getekend. Natuurlijk heb ik onderhandeld over mijn arbeidsvoorwaarden, maar er hebben nooit afspraken op papier gestaan. Je maakt wel werkafspraken met je werkgever, maar die zijn boterzacht. Geef
Frits van der Meer is hoogleraar comparative public sector and civil service reform, een initiatief van de Universiteit Leiden en het CAOP. Daarnaast is hij universitair hoofddocent vergelijkende bestuurskunde en publieke sector hervormingen en directeur van het Centre for Public Sector Reform te Leiden.
mij maar een duidelijk contract. Een overeenkomst is een veel mooiere vorm van een arbeidsverhouding dan een eenzijdige aanstelling zoals ambtenaren die kennen. Het civiele recht heeft mijn voorkeur, dat is eenvoudiger en sneller en de rechten en plichten zijn veel meer in evenwicht. In een aanstelling staat niet eens wat er van een ambtenaar wordt verwacht. Dat is toch vreemd. Dat men zich nu voor het eerst in het regeerakkoord heeft uitgesproken voor het afschaffen van de ambtenarenstatus is winst. Maar dit betekent niet dat het ook echt gaat gebeuren. VVD en CDA hebben, ook samen met D66, nog geen meerderheid. In de bijlage van het regeerakkoord wordt overigens gesteld dat het gelijktrekken van het arbeidsrechtelijke regime van ambtenaren met de marktsector nodig is om op korte termijn besparingen op leveren. Dat is een hele domme alinea en een foute insteek. Op korte termijn levert dit natuurlijk geen enkele besparing op, het kost alleen maar geld. Maar op termijn zal één systeem efficiënter en effectiever zijn, daar moeten we ons aan vasthouden.’
˚
‘I
k zie er niets in om de ambtenarenstatus af te schaffen. De opbrengst van de hele operatie is veel te gering als je het vergelijkt met de inspanning die geleverd moet worden. Wat lossen we er uiteindelijk mee op? Juridisch estheticisme – wat is het mooi om één stelsel te hebben – kan geen doel zijn. De inhoud moet voorop staan. Er zullen altijd uitzonderingen zijn voor bijvoorbeeld militairen en rechters, die daarmee een systeem binnen het systeem vormen. Dat het imago van ambtenaren verbetert als je de aparte status afschaft, is niet juist. Uit bestuurskundig onderzoek blijkt dat hier helemaal geen sprake van is. Bijna nergens ter wereld bestaat er een positief imago van ambtenaren. Zelfs niet in landen waar ze geen publiekrechtelijke ambtenarenstatus hebben, zoals de Verenigde Staten of Italië. Ambtenaren zijn, ook daar, mensen die belasting innen of besluiten nemen waar burgers niet op zitten te wachten. Dat imago poets je niet op door hun formele status aan te passen. Een ander argument dat er vaak
met de haren wordt bijgesleept, is het mobieler worden van de arbeidsmarkt, dus dat mensen makkelijker van baan zullen wisselen als er geen ambtenarenstatus zou bestaan. Er is geen reden om aan te nemen dat het verschil in status een barrière voor mobiliteit vormt. Dat blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat niet alleen de mobiliteit tussen overheid en bedrijfsleven laag is, maar ook tussen bestuurslagen onderling. En wat denk je van een bedrijf als Shell? Ook daar blijven mensen lang hangen. Hoe groter de organisatie, des te hoger de interne mobiliteit. Dat heeft dus niets met een aparte status te maken.
‘Ook in landen zonder aparte status hebben ambtenaren geen positief imago’ D66 wil – en dat is haar goed recht – het arbeidsrecht flexibiliseren en begint met de ambtenaren. Dat heeft vooral een symbolische waarde, zoals je wel vaker bij politici ziet. Het opvallende is: als je het wetsvoorstel van Koser Kaya en Van Hijum (CDA) goed leest, dan zijn ze eigenlijk helemaal niet van plan de ambtenarenstatus volledig af te schaffen. Het gaat over de publiekrechtelijke aanstelling, ontslag en rechtsbescherming. Er staan nog steeds artikelen in over integriteit en politieke neutraliteit. Dat is ook
niet zo gek, want het eigene van de overheid is heel belangrijk. Het gaat er niet om dat je een kloof creëert. Dat je het eigene van de overheid erkent, betekent niet dat je je verheven voelt boven de markt. Natuurlijk is de overheid ook een arbeidsmarktorganisatie en worden er diensten geleverd, maar toch is het anders. Ambtenaren zitten veel meer in een glazen huis, ze hebben met de politiek te maken én de kernonderdelen beschikken over eenzijdige bevoegdheden. Het is goed dat daar binnen het arbeidsrecht rekening mee gehouden wordt. De normalisering is eigenlijk wat achterhaald en ouderwets. Het past meer in het managementdenken van de jaren tachtig. In de ons omringende landen wordt veel meer op de inhoudelijke aspecten van de positie van de ambtenaar gewezen. Zie onder meer de introductie van de Britse ambtenarenwet in 2010. Het zou jammer zijn wanneer het Nederlands openbaar bestuur zich bezighoudt met gedateerde strijdpunten in plaats van zich te richten op een sterker inhoudelijk ambtelijk apparaat met de daarbij behorende formele status. Tot slot een praktisch bezwaar tegen het normaliseren van de arbeidsverhoudingen. De transitiekosten worden onderschat en de winsten overschat. Gezien de beoogde invoeringsdatum van 2015 betekent dit dat het huidige kabinet wel met de kosten te maken krijgt en niet met de veronderstelde baten. Dat lijkt me in deze tijden van crisis niet wenselijk en financieel riskant.’
˚
27
thema Rechtspositie en ontslag
thema Rechtspositie en ontslag
Vijf adviezen van een loopbaancoach
Het laatste zetje Veel mensen schamen zich voor het gedwongen verlies van hun baan. Onterecht, zegt loopbaancoach Caroline Harder. ‘Er heerst nog altijd een taboe, maar het kan iedereen overkomen.’ Ontslag is een vast onderdeel geworden in vrijwel iedere carrière, stelt zij. Vijf adviezen om het beste te halen uit uw ontslag.
Tekst Cindy Castricum en Rianne Waterval
1
Teken niets overhaast
‘Zorg dat u juridisch advies inschakelt, voordat u ingaat op het voorstel van ontslag zoals voorgesteld door de werkgever. Het is belangrijk dat u met een gevoel van “dit klopt en doet mij recht” de ontslagovereenkomst kan ondertekenen. U krijgt verschillende keuzes voorgelegd: neem niet te snel een besluit. Hoewel een mooie afkoopsom in tijden van economische crisis aanlokkelijk is, heeft u op de lange termijn vaak meer aan een begeleidingstraject Van Werk Naar Werk. Hierin maakt u een duurzame keuze voor een volgende loopbaanstap. ’
2
Denk goed na over uw afscheid
‘Hoe wilt u zelf deze periode in uw loopbaan afsluiten? Doe dat bewust en probeer een vorm te vinden die bij u past. Of het nu gaat om een etentje, een borrel, een klein cadeautje voor dierbare collega’s of juist geen uitgebreid vaarwel. Dit zorgt ervoor dat u beter met het ontslag kunt omgaan. Een baan vormt een vast onderdeel van uw leven. Na jaren in dienst te zijn geweest van een organisatie is het niet meer dan logisch dat u dit op een persoonlijke manier afrondt.’
28
‘Uw loopbaan is een weg die u bewandelt. Als u al jarenlang bij dezelfde organisatie zit waar tot voor kort uw bedje gespreid was, wordt u niet gedwongen over uw motivatie na te denken. Wat wil ik en wat kan ik? Waar word ik vrolijk van? Een ontslag is het moment om hier goed over na te denken en in kaart te brengen wat uw vaardigheden zijn. Probeer deze los te koppelen van de organisatie waarin u werkzaam was en denk na over hoe u deze kennis en ervaring kunt inzetten in een nieuwe werkomgeving. Ga proactief te werk en laat mensen weten dat u op zoek bent naar een nieuwe baan. Boor (nieuwe) netwerken aan, zorg dat u zichzelf goed kunt presenteren en neem initiatief. Wacht niet tot een vacature uw kant op komt.’
Caroline Harder schreef met Ciska Pittie, adviseurs bij Talent&Result, het boek Maak er werk van. Ontslag als stap in je loopbaan. Samen organiseren zij rondetafelgesprekken over het omgaan met ontslag en trainen zij managers om op een goede manier slechtnieuwsgesprekken te voeren. Kijk voor meer informatie op www.ontslag-maakerwerkvan.nl.
˚
Praktische tips voor de werknemer
Ontslagen, wat nu?
L
eidinggevenden brengen de boodschap soms weinig tactisch. Er zijn zelfs managers die hun medewerkers per mail laten weten niet langer van hun diensten gebruik te willen maken. ‘Tja, dat gebeurt,’ stelt Caroline Harder. ‘Als je als manager in een reorganisatie zit en een groot aantal mensen moet ontslaan, komt het wel eens voor dat je je emoties afsluit. Een manager realiseert zich niet altijd wat voor een effect het ontslag heeft op een medewerker.’ Om de leidinggevenden hierin een beter inzicht te geven, maar vooral ook om degenen die onlangs hun baan hebben verloren nieuw perspectief te bieden, schreef de loopbaancoach samen met haar collega Ciska Pittie een boek over het fenomeen ontslag. ‘Soms is het verlies van je baan net het laatste zetje dat nodig is om na te denken over wat je echt wilt.’ Harder geeft vijf adviezen om het beste uit uw ontslag te halen.
5
Zie het ontslag als kans
Uw leidinggevende nodigt u uit voor een gesprek. Als u zijn kantoor binnenloopt, blijkt dat het hoofd P&O ook aanwezig is. U voelt nattigheid en jawel, u krijgt te horen dat u wordt ontslagen. Wat moet u doen? Een aantal praktische tips op een rij.
3
Praat over uw gevoelens
‘Neem de tijd om uw primaire gevoelens te verwerken en stap er niet te makkelijk overheen. Iedereen reageert anders op een ontslag. Vaak heerst er nog een taboe, mensen schamen zich voor het feit dat ze hun baan hebben verloren, zelfs al heeft dit een economische reden en is dit niet op basis van persoonlijk functioneren. Benoem uw woede, frustratie of verdriet en praat hierover met mensen bij wie u zich veilig voelt. Als u hier niet mee aan de slag gaat en deze emoties onderhuids laat doorsudderen, kunnen ze op een ander tijdstip de kop opsteken. Bijvoorbeeld tijdens een nieuw sollicitatiegesprek waarin u zich negatief uitlaat over uw vorige werkgever.’
4
beroep gaan. Tijdens een zitting voor de bestuursrechter mag u, maar ook uw werkgever, mondeling toelichting geven. Uiterlijk zes weken na de zitting ontvangt u de uitspraak van de rechter. Bent u het hiermee niet eens, dan kunt u nog in hoger beroep gaan.
Ga niet akkoord met het ontslagbesluit
Blijf beschikbaar
Leg een dossier aan
Denk goed na voordat u een akkoord tekent. Een voorstel kan heel gunstig lijken, maar de kans is groot dat u uzelf te kort doet. Als u te snel akkoord gaat, zou u uw rechten op een WW- en/of bovenwettelijke WW-uitkering kunnen verspelen.
Zorg dat u beschikbaar blijft om uw werk te doen, zodat u achteraf niets verweten kan worden. Verwijtbaar gedrag kan gevaar opleveren voor uw WW-uitkering. Ga ook niet akkoord met een schorsing of het voorstel om u op non-actief te stellen.
Verzamel zoveel mogelijk informatie over alles wat met uw ontslag te maken heeft. Verslagen van functioneringsgesprekken en relevante mailtjes kunnen u helpen bij uw bezwaar.
Vraag een schriftelijke bevestiging
Teken schriftelijk bezwaar aan
Laat de werkgever het besluit op papier zetten, daarmee heeft u iets concreets in handen. Over de inhoud van het ontslagbesluit kunnen dan geen misverstanden ontstaan. Bovendien biedt dit houvast voor de ontslagjurist.
Als u geen bezwaar maakt, dan wordt het besluit onaantastbaar. Om uw zaak voor een ambtenarenrechter te krijgen, moet u altijd binnen een termijn van zes weken bezwaar aantekenen. Wordt uw bezwaar ongegrond verklaard, dan moet u binnen zes weken in
Een advocaat die u aangeboden krijgt door uw werkgever kan te maken hebben met tegenstrijdige belangen. Ga daarom zelf op zoek naar een in het ambtenarenrecht gespecialiseerde advocaat.
Zoek hulp
˚
Ga door met wat u al deed
‘Mensen ervaren ontslag vaak als een zwart gat. Als u niet meer dagelijks naar uw werk gaat, valt een bepaald gedeelte van de structuur van de dag weg. Blijf op dinsdagavond vooral naar de sportschool gaan, als u gewend bent dat te doen. En als u iedere dag om half acht opstond, is het verstandig dat ritme aan te houden. Of zorg voor een nieuw ritme met een duidelijke structuur. Ben bewust bezig met uw lichamelijke en geestelijke gezondheid en voorkom dat u in een sociaal isolement terecht komt. Pak niet al te vaak dat extra wijntje ’s avonds omdat je de volgende ochtend toch niet aan het werk moet. Vaak laten mensen zich na een ontslag gaan, maar dit maakt de stap om te solliciteren alleen maar groter.’
Redenen voor ontslag
>
Reorganisatie
In deze tijden van bezuinigingen en het samenvoegen van, bijvoorbeeld, departementen wordt er nogal wat gereorganiseerd in overheidsland. Werknemers kunnen echter niet zomaar op straat worden gezet. De werkgever moet
eerst kijken of iemand binnen de overheidsinstelling herplaatst kan worden. Als de functie vervalt en er meer mensen dan functies overblijven, dan is er sprake van overtolligheid. Per leeftijdsgroep wordt er gekeken naar het aantal dienstjaren. Degene met de kortste werkduur vliegt er als eerste uit. De
herplaatsingsperiode duurt achttien maanden. Binnen die termijn moet er een passende functie gevonden worden. Niet alleen de werkgever moet hiervoor zijn best doen, de werknemer ook. Blijkt uiteindelijk dat er geen oplossingen zijn, dan wordt de ontslagprocedure gestart.
29
thema Rechtspositie en ontslag
> >
Disfunctioneren
Bij ontslag wegens niet goed functioneren moet een werkgever aan bepaalde voorwaarden voldoen. Hij moet documenten kunnen laten zien waaruit blijkt dat de werknemer ongeschikt is voor de functie. Daarnaast moet de ambtenaar de kans hebben gehad zich te verbeteren. Hiervoor moet een redelijke periode worden uitgetrokken en er moet begeleiding plaatsvinden.
Arbeidsongeschikt
In geval van ziekte of gebreken mag iemand worden ontslagen (binnen het ambtenarenrecht bestaat geen opzegverbod wegens ziekte!), maar alleen in het geval van twee jaar aaneengesloten ziekte (bij gemeenten is deze termijn drie jaar), als herstel volgens de be-
drijfsarts niet binnen zes maanden daarna te verwachten is en er binnen de organisatie geen passende functie voorhanden is. Om ontslag wegens arbeidsongeschiktheid te voorkomen moet er een re-integratietraject opgestart worden. Werkgever en werknemer moeten hieraan meewerken.
>
Plichtsverzuim
De zwaarste sanctie op het zich schuldig maken aan ernstig plichtsverzuim is ontslag, en wordt ook wel disciplinair ontslag of strafontslag genoemd. Dit mag niet zomaar, er moet wel aan een aantal voorwaarden worden voldaan: het gedrag dat verweten wordt, moet ook daadwerkelijk aan de werknemer te wijten zijn en de werkgever moet dit kunnen aantonen. Bovendien moet de werkgever
aannemelijk maken dat strafontslag een gepaste straf is. Krijgt een ambtenaar hiermee te maken, dan heeft hij geen recht op een WW-uitkering. Is het de ambtenaar te verwijten dan vervalt ook nog eens de bovenwettelijke uitkering.
>
andere gronden
Als het ontslag niet onder een van bovenstaande redenen valt, dan kan de werkgever ‘ontslag wegens andere gronden’ gebruiken om een werknemer te ontslaan. Hiervan wordt vaak gebruik gemaakt bij arbeidsconflicten. Als een werkgever deze reden opgeeft, kunnen ambtenaren onderhandelen over een financiële regeling, die afhankelijk is van leeftijd, duur van het dienstverband en het aandeel in de verstoorde relatie.
˚
Waar hebben ambtenaren recht op? WW-uitkering In het verleden kregen ambtenaren bij een niet-verwijtbaar ontslag wachtgeld. Tien jaar geleden is de wachtgeldregeling binnen de overheid afgeschaft en vallen ambtenaren, net als andere werknemers, onder de Werkloosheidswet. Ambtenaren hebben recht op een WW-uitkering als zij werkloos zijn én beschikbaar voor de arbeidsmarkt, het ontslag niet verwijtbaar is en zij minimaal een half jaar hebben gewerkt. Voor een korte uitkering van drie maanden geldt de wekeneis (in de 36 weken voorafgaand aan de eerste werkloosheidsdag moet er minimaal 26 weken in loondienst gewerkt zijn). Als er in vier van de vijf kalenderjaren voor de werkloosheid tenminste 52 dagen in loondienst is gewerkt, dan voldoet de jareneis en heeft de werknemer recht op een langer durende uitkering. De maximale duur is dan één maand per jaar arbeidsverleden met een maximum van 3 jaar en 2 maanden. De eerste twee maanden bedraagt de uitkering 75 procent van het laatstverdiende loon. Daarna wordt het verlaagd naar 70 procent. Er bestaat echter een bovengrens aan het salaris waarover het percentage wordt berekend, deze wordt bepaald door het maximum dagloon (het bedrag waarover maximaal WW-premie is betaald). Op dit moment is dat 190,32 euro bruto per dag. Dit bedrag wordt vastgesteld door het ministerie van SZW.
Bovenwettelijke WW-uitkering Naast de WW-uitkering kunnen ambtenaren recht hebben op een bovenwettelijke uitkering, wat een soort compensatie is voor
30
het verdwijnen van de wachtgeldregeling. Deze uitkering bestaat meestal uit een aanvullende en een aansluitende uitkering. De eerste is een aanvulling tijdens de WW-uitkering. De hoogte ervan verschilt per overheidssector en is afhankelijk van leeftijd en diensttijd. Na afloop van deze aanvullende uitkering kunnen ambtenaren nog in aanmerking komen voor een aansluitende uitkering. Er moet dan wel sprake zijn van recht op een WW-uitkering én een bepaalde ontslagreden. Sinds 2007 gaat het UWV niet meer over de uitvoering van de bovenwettelijke uitkering, maar is deze bij andere instanties ondergebracht (zoals Loyalis, Deloitte en KPMG). Op 1 januari 2012 verandert er het een en ander in het besluit bovenwettelijke uitkering. De uitkeringsduur wordt in de meest gevallen verkort.
Afkoopsom Ambtenaren kunnen hun uitkering ook afkopen. Zij krijgen het bedrag, de afkoopsom, in één keer uitgekeerd, waarmee het recht op uitbetaling per vier weken vervalt.
Ontslagvergoeding Een ontslagvergoeding of gouden handdruk komt bij de overheid minder vaak voor dan in het bedrijfsleven. De hoogte van een uitkering is vaak hoger dan die van een reguliere werknemer en de termijn waarover de bedragen worden uitgekeerd is meestal ook langer. Als het ontslag vooral te wijten is aan de werkgever dan lukt het vaak wel er een financiële vergoeding uit te slepen. Als er sprake is van ontslag ‘wegens andere gronden’ wordt er vaak onderhandeld over een ontslagvergoeding.
˚
thema Rechtspositie en ontslag
Coaches gaan ambtenaren begeleiden naar nieuwe baan
UWV Werkbedrijf schiet nVWA te hulp De nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit (nVWA) en het UWV Werkbedrijf hebben een convenant ondertekend om personeel dat vanwege de fusie bij de nVWA vertrekken moet, snel aan een nieuwe baan te helpen. Dat deden ze op het congres Werkforce, vorige week op de Prinses Margriet Kazerne in het Gelderse Wezep. Tekst Rutger van den Dikkenberg
O
fficieel heeft het UWV geen taak bij de re-integratie van ambtenaren. Artikel 72a van de Werkloosheidswet (WW) bepaalt dat overheidswerkgevers zelf ‘de inschakeling in de arbeid’ moeten bevorderen van hun voormalige werknemers. ‘Het overheidsbedrijf krijgt daar ook geld voor vanuit de rijksbegroting,’ legt landelijk bedrijfsadviseur en accountmanager Overheid en Onderwijs Jan Alberts van het UWV Werkbedrijf uit. Ambtenaren hebben door die bepaling geen recht op ondersteuning door een werkcoach van het UWV als ze werkloos raken. Personeel in het bedrijfsleven heeft dat wel.
Tot tien jaar geleden hadden voormalig ambtenaren geen recht op WW, omdat ze in een wachtgeldregeling terechtkwamen. Bij de overstap van die regeling naar de reguliere WW bleven enkele uitzonderingen voor de overheid echter overeind. Daarmee werd voorkomen dat de overheidsinstellingen ineens voor een miljoen werknemers WWpremies moesten betalen. Zo krijgen werkloze ambtenaren wel een WW-uitkering van het UWV, maar de uitkeringsinstantie declareert die kosten bij de voormalig overheidswerkgever. Bij de nVWA worden het komende jaar
zo’n 150 fte geschrapt vanwege de fusie tussen de Algemene Inspectiedienst (AID), de Plantenziektenkundige Dienst (PD) en de ‘oude’ VWA. De toezichthouder betaalt het UWV Werkbedrijf nu, zodat de toekomstige ex-werknemers wel ondersteuning kunnen krijgen van een werkcoach. Deze werkcoach begeleidt de voormalige ambtenaren door ze informatie te geven over nieuwe banen en door ze zogenoemde ‘evc-trajecten’ aan te bieden, zegt Alberts. Door deze erkenning van verworven competenties (evc’s) wordt de kennis die werknemers hebben opgedaan tijdens hun werk ook op papier vastgelegd. De ambtenaren die bij de nVWA moeten vertrekken, zijn veelal gespecialiseerde werknemers. Het is niet de eerste keer dat een overheidsorganisatie op deze manier gebruikmaakt van het netwerk van het UWV, zegt Alberts. De IND en het ministerie van Defensie gingen de nVWA voor.
˚
advertentie
Beter werken in het openbaar bestuur: oplossingen voor een kleine, krachtige overheid. Arbeidsmarktconferentie voor SG’s, directie- en bestuursleden van ZBO’s, agentschappen, uitvoeringsorganisaties en regionale samenwerkingsverbanden in het openbaar bestuur.
Donderdag 10 november 2011 van 12.00 tot 18.00 uur in het World Forum Den Haag. In tijden van ingrijpende veranderingen staan bestuurders voor complexe uitdagingen. Enerzijds leiden de bezuinigingen tot boventalligheid van personeel, anderzijds ontstaan er op termijn ook personeelstekorten. Hoe gaat u om met deze uitdagingen? Houdt u bij uw besluitvorming rekening met de rollen, kennis en vaardigheden waarover de overheid in de toekomst moet beschikken? Wat kunt u doen om ervoor te zorgen dat het openbaar bestuur zich als werkgever - en daarmee ook als dienstverlener - verbetert, versterkt en vernieuwt? Om antwoord te geven op deze vragen organiseert het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelatie (BZK) samen met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Unie van Waterschappen (UvW) de bestuurdersconferentie Beter Werken in het openbaar bestuur.
Tijdens de conferentie krijgt u voldoende gelegenheid om te netwerken en het gesprek aan te gaan met collega’s vanuit het rijk en bestuurders uit het openbaar bestuur. U wordt daarbij gevoed door inspirerende inzichten uit wetenschap en praktijk. Een gelegenheid om concrete oplossingen te horen en de hoofdlijnen neer te zetten van een gezamenlijk actieplan Beter Werken in het openbaar bestuur. Voor meer informatie en aanmelden zie: www.beterwerkeninhetopenbaarbestuur.nl
interview
interview
Pleidooi voor publiek private samenwerking
‘PPS biedt gouden kansen bij bezuinigen’ Het kabinet-Rutte wil meer publiek private samenwerking. Niet zo vreemd, want het kan een zegen zijn voor partijen die m oeten bezuinigen. Zo schrijft Carina Canoy in haar boek, een soort handleiding PPS voor opdrachtgevers. Canoy geeft inzicht in wat nodig is voor het aangaan en onderhouden van een succesvolle en langdurige relatie.
Tekst Maurits van den Toorn Foto welmer keesmaat
P
ubliek private samenwerking (PPS), oftewel het samenwerken van een overheid en een marktpartij bij het realiseren en exploiteren van infrastructuur of een vastgoedproject, heeft vaak niet zo’n beste naam. De voordelen van PPS – lagere kosten en hogere kwaliteit – wegen niet op tegen de hoge rentelast van privaat gefinancierde initiatieven, en het is ook nog eens een hoop gedoe, aldus de gangbare opvatting.
‘Leid mensen op en borg de opgebouwde kennis in de eigen organisatie’ Vooroordelen, vindt Carina Canoy, die als project manager aan verschillende PPS-projecten heeft gewerkt. Er zijn bij eerdere PPS-projecten zeker dingen verkeerd gegaan, maar dat wil niet zeggen dat het principe van PPS niet zou deugen. Met meer kennis en meer ervaring zijn er
Publiek Private Samenwerking Stap voor stap naar het samenwerkingsmodel van de toekomst Carina Canoy, Sdu Uitgevers, 49,50 ISBN 978 90 12 57390 0 Bestellen: http://bit.ly/PPS-stapvoorstap
32
wel degelijk voordelen te behalen. Ze schreef er een boek over met een stappenplan om tot een evenwichtig PPSresultaat te komen. Kort door de bocht: het boek is een soort PPS voor dummies bij potentiële opdrachtgevers. ‘Opdrachtgevers die weten dat ze voordeel kunnen behalen met PPS en dat ook willen, maar eerst willen weten wat het allemaal precies inhoudt. Voor hen die een beetje opzien tegen de verandering en graag een beeld willen krijgen bij wat het allemaal met zich meebrengt. Ik kan u geruststellen: het valt best mee, zolang je maar je gezonde verstand meeneemt, de wil hebt er iets van te maken en gelooft in de toegevoegde waarde van de markt,’ schrijft Canoy in het begin van haar boek.
Budgetneutraal PPS is, ondanks de kritiek, inmiddels bij infrastructuurprojecten gebruikelijk geworden. Bovendien krijgt het ook nog eens een zetje in de op Prinsjesdag gepresenteerde begroting van Infrastructuur en Milieu, waarin wordt aangekondigd dat er nog meer PPS-projecten zullen komen. Het kabinet bevestigt daarmee wat Canoy in haar boek al schrijft: ‘PPS biedt gouden kansen voor partijen die moeten bezuinigen!’ Een dergelijke samenwerking tussen publieke en private partijen is bovendien veel breder toepasbaar dan meestal wordt aangenomen. Een voorbeeld is de enkele jaren geleden uitgevoerde renovatie van het ministerie van Financiën in Den Haag. Ook dat is een PPS-project dat na de fasen DBF – design, build, finance – nu in de laatste en langdurigste fasen zit van MO – maintain en operate. De gang van zaken bij Financiën, waar Canoy ook bij betrokken is geweest, illustreert haar opvatting dat PPS juist veel potentie heeft bij bestaande gebouwen, misschien nog wel meer dan bij nieuwbouw. ‘Ik ben ook tendermanager geweest voor het verduurzamen van negen zwembaden in Rotterdam. Die gebouwen zijn in een paar weken tijd opgeknapt en energiezuiniger gemaakt, wat door toepassing van PPS voor de gemeente budgetneutraal kon. In dit geval ging het om zwembaden, maar je kunt dit
33
interview
Aanzienlijke besparingen Door PPS is het mogelijk een gebouw met de bijbehorende services tegen tien tot vijftien procent minder kosten te realiseren dan bij traditionele uitvoering. PPS dwingt de eigenaar van een pand, maar ook de ontwerper, om vanaf het begin de exploitatie mee te nemen in het ontwerp. Door na te denken over de bedrijfsprocessen en het gebruik van het gebouw – wat is een handige route voor de catering, welke materialen zijn makkelijk schoon te maken en goedkoop in onderhoud? – is optimalisatie van de onderhouds- en exploitatiekosten mogelijk. De besparingen die met een dergelijke beheersing van de life cycle costs kunnen worden behaald zijn aanzienlijk (voorbeelden afkomstig van BNG, 2011). Project
Contractwaarde Besparing
Renovatie ministerie van Financiën € 175 mln Montaigne Lyceum Den Haag € 27 mln IB-Groep /Belastingdienst Groningen € 100 mln Nieuw belastingkantoor Doetinchem € 26 mln Kromhoutkazerne Utrecht € 450 mln
15% 18% 6% 5% 15%
odel ook toepassen bij scholen, bibliotheken, ziekenhuim zen, enzovoort.’ Dergelijke projecten met een omvang van maximaal tien miljoen euro zijn bovendien ook voor kleinere gemeenten haalbaar. ‘En wat ook kan is dat gemeenten met elkaar gaan samenwerken om bijvoorbeeld het opknappen van een aantal schoolgebouwen te bundelen.’
Invliegen Gemeenten hebben vaak de know how niet voor PPS. ‘Logisch,’ vindt Canoy, ‘dat geldt voor alles wat nieuw is. Je moet er als organisatie ook wel wat voor doen: leid mensen
‘Je moet bestand zijn tegen de druk van marktpartijen’ op en borg de opgebouwde kennis in de eigen organisatie. Als je voor een PPS-project experts invliegt en daarna weer laat gaan, dan bouw je geen kennis op en kun je de volgende keer weer opnieuw beginnen. En zorg voor opleiding en een goede formele kennisoverdracht. Dat kost tijd en geld, maar alleen als je die investering doet, kun je uiteindelijk profiteren van de voordelen van PPS.’ Ook aan de andere kant van de tafel, bij marktpartijen
Projectmanager/jurist Carina Canoy is in 1994 begonnen als adviseur Europese aanbestedingen, toen een geheel nieuwe tak van sport. Vanaf 1998 werkte ze elf jaar lang op Schiphol afwisselend als programma-, proces- en projectmanager en als adviseur bij vele projecten. Vervolgens heeft ze bij de Rijksgebouwendienst het contractmanagement PPS (DBFMO) opgezet, dat is toegepast voor de grootscheepse renovatie van het pand van het ministerie van Financiën. Ook is ze actief geweest aan de ‘andere kant’ van de tafel als tendermanager van een Energy Service Company (ESCo) voor Rotterdamse Groene Gebouwen, (eerste) cluster zwembaden, een DBFM-project.
34
in het vastgoed, is nog maar weinig kennis over PPS aanwezig. ‘Het is een kip-eikwestie, er zijn nog niet zoveel PPS-projecten, daardoor is er niet zoveel kennis, en daardoor wordt PPS nog niet vaak toegepast. De markt pakt het nu gelukkig op, er is onlangs een alliantie tussen pensioenfonds PGGM en BAM gesloten over een fonds voor de financiering van PPS-projecten. Dat kan leiden tot meer volume en meer ervaring.’
Prijsopdrijvers Een van de grootste PPS-projecten in Nederland loopt momenteel in Groningen. Drie consortia dingen daar naar de aanleg, het onderhoud en de exploitatie van het toekomstige tramnet. Het gaat in dit geval om een contract voor een periode van 25,5 jaar. Het project bevindt zich nu nog aan het begin van het hele PPS-traject in de zogenaamde dialoogfase. In die fase is er een aantal specifieke do’s en do’nt’s, merkt Canoy op. ‘De opdrachtgever (in dit geval de gemeente Groningen – red.) moet samen met de markt ontdekken waar de prijsopdrijvers zitten en deze reduceren. Het is het beste als de opdrachtgever zichzelf in de hand houdt en niet met steeds nieuwe wensen en ideeën komt. Maar omdat de wereld nu eenmaal verandert is het verstandig om op voorhand al te vragen en vast te leggen wat bepaalde wijzigingen gaan kosten. Je moet daarbij als opdrachtgever eigenlijk “voordenken in plaats van nadenken”.’ Verder is het heel belangrijk om een goede documentatie bij te houden waarin precies staat wat er is afgesproken. Ook van belang: een strak procesmanagement voeren om niet in oeverloze en tijdrovende discussies te verzanden. ‘En je moet natuurlijk bestand zijn tegen de druk die marktpartijen op de ketel proberen te zetten.’ Ook voor marktpartijen zijn er in de dialoogfase specifieke dingen waar ze op moeten letten. Canoy geeft ze een dringend advies: ‘Zorg voor diversiteit in je team en luister goed naar wat de klant echt wil. En voor beide kanten geldt: wees open naar elkaar en kom elkaar tegemoet, het is geven en nemen. Vooral mannen vatten dat wel eens op als een nederlaag, maar dat is niet zo.’ Tot dusverre zijn louter voordelen van PPS geschetst, maar zijn er ook nadelen? Natuurlijk, geeft Canoy toe. ‘Het is veel werk en het kost veel tijd. Je gaat het dan ook niet voor te kleine projecten doen. En je gaat voor lange tijd een relatie aan met een opdrachtnemer, je moet als opdrachtgever goed weten of je dat wel wilt. En als er in je eigen organisatie alleen maar wordt gemopperd op PPS moet je er misschien ook maar niet aan beginnen.’ Specifieker: ICT is een voorbeeld van een sector waarvoor PPS minder geschikt is. ‘In de ICT zijn de ontwikkelingen zo snel en onvoorspelbaar dat het lastig is om voor langere termijn contracten af te sluiten. Uiteraard ben ik wel voor samenwerking met marktpartijen, maar niet op basis van langdurige contracten. Bij vastgoedprojecten moet je ook goed nadenken of je bij de exploitatie van het gebouw de ICT wil uitbesteden.’
˚
LINK www.ppsnetwerk.nl
inspiratie
WHAT’S HAPPENING?
Geen geluksmachine
H
et stond er echt: ‘Wij willen de Nederlandse idenstabiele regeringsvorm kan zijn in Netiteit teruggeven aan de burger.’ In een terloopse derland. uitspraak tijdens een interview met de Volkskrant Welke rol de overheid moet spelen vatte Geert Wilders samen waar zijn partij voor staat. Hier– de kwestie van de aard en mate van achter gaat een wonderlijke redenering schuil. Ten eerste: er staatsinterventie – is eigenlijk de meest is zoiets als een duidelijke Nederlandse identiteit. Ten tweeingewikkelde en de minst beantwoorde de: die identiteit is een waardevol bezit, dat de burgers kenvraag. Volgens het kabinet-Rutte is de nelijk is afgenomen. Ten derde: de overheid is bij machte om overheid ‘geen geluksmachine’. Maar deze identiteit te heroveren en terug te bezorgen bij de rechtdaarmee weten we niet wat we wél matige eigenaren. Dit doen weinigen Wilders na: een proces mogen verwachten. Wilders belooft van cultureel identiteitsverlies voorstellen als een tasjesroof daarentegen een overheid die burgers door straattuig op scooters. een verloren identiteit terugbezorgt, Wilders krijgt veel te weinig waardering voor waar hij maar heeft zich tot dusver nooit nader echt goed in is: zijn vermogen tot versimpelen. Zijn onbetoegelicht over het ‘hoe’ van een dergeholpen en onbesuisde uitspraken leggen namelijk veel bloot lijke operatie. De meeste oppositieparvan de culturele en politieke verwarring die zo kenmerkend tijen hadden ooit duidelijke opvattingen is voor het Nederland van nu. En daarbij gaat het niet over de over de rol van de staat. Maar D66 verangst voor islamisering, de hekel aan straatterrorisme of het loor zijn profiel na Van Mierlo, de SP na verlangen naar behoud van autonomie in Europa. Het gaat Marijnissen, de ChristenUnie na regeom zijn merkwaardige ideeën over de relatie tussen samenleringsdeelname en GroenLinks kón het ving en staat. De uitspraak ‘Wij willen de Nederlandse idenniet verliezen omdat de achterban de titeit teruggeven aan de burger’ schetst de verwarring over voorhoede nooit een kans heeft gegeven wie we zijn, wat we willen en welke rol de overheid daarbij om koers te kiezen. De PvdA is het droekan of moet spelen. vigste verhaal van allemaal. Die partij Wie we zijn - de kwestie van de Nederlandse identiteit – verloor zijn profiel na Wouter Bos – een is het minst interessant maar het meest explosief. Dat onderpoliticus die volgens sommigen übervond prinses Máxima, toen ze eens opmerkte dat ze gezocht haupt geen profiel bezat. had naar de Nederlandse identiteit maar hem niet had gevonNederland heeft behoefte aan verden. Verontwaardiging en harde kritiek waren haar deel. De halen die uitstijgen boven beleidsdisconclusie is eenvoudig: als je Nederlanders vraagt naar hun cussies, maar die concreter zijn dan identiteit dan komt er weinig concreets en samenhangends holle frasen als ‘wij geloven in de kracht van het individu’, uit. Maar confronteer je hen ‘het belang van de gemeenmet precies dat feit dan kun je schap’ of ‘de solidariteit van rekenen op verongelijktheid. de samenleving’. Verhalen die Nederland heeft behoefte aan Wellicht dat daarin dan een een verbinding leggen tussen verhalen die uitstijgen boven kern van de Nederlandse idenwie we zijn, wat we allemaal beleidsdiscussies, maar die titeit ligt: een combinatie van willen en hoe we daar vorm en concreter zijn dan holle frasen gebrek aan zelfkennis en een inhoud aan geven. Want in het overschot aan zelfbewustzijn. huidige politiek-filosofische Wat we willen – de kwestie vacuum blijven de belangrijkvan politieke aspiraties – lijkt moeilijk in een gepolariseerd ste vragen onbeantwoord, de vreemdste uitspraken onopgepolitiek klimaat. Toch is de vraag feitelijk eenvoudig als we merkt en de gevaarlijkste ideeën onbestreden. ons vergelijken met bijvoorbeeld Amerika. Er is in NederJorrit de Jong is als docent en onderzoeker land nog steeds grote consensus over de kernwaarden van verbonden aan Harvard University’s kennedy onze democratische rechtsstaat. De wenselijkheid van de school of government. hij richt zich op innovatie in verzorgingsstaat staat niet ter discussie bij rechtse partijen, en van de publieke sector. in deze serie bespreekt hij terwijl de noodzaak van bezuinigingen ook door links niet voorbeelden en ideeën uit binnen- en buitenland die ontkend wordt. We verschillen van mening binnen relatief relevant zijn voor het openbaar bestuur. kleine marges. Vandaar dat ook een minderheidskabinet een
35
inspiratie
CHALLENGE
inspiratie
Ontwikkel die creativiteit
W
Fleur Pullen en Raymond Lunes zijn initiatiefnemers van Ynnovate. Pullen is senior adviseur strategie en externe ontwikkelingen bij de RDW en voorzitter van de alumnivereniging van managementtrainees van Het Expertise Centrum. Lunes is beleidsmedewerker bij het ministerie van SZW en bestuurslid bij Piazza JongRijk, de koepel van jongverenigingen bij de rijksoverheid.
at onderscheidt een innovatieve werknemer van zijn minder innovatieve collega’s? Uit het boek The Innovator’s DNA van Jeff Dyer en Hal Gregersen blijkt dat het te vinden is in de aanwezigheid van creatieve intelligentie. Ware innovatoren hanteren vijf ontdekkingsvaardigheden voor het creëren van nieuwe ideeën: bevragen, observeren, experimenteren, netwerken en associëren. Deze vaardigheden zijn in hoge mate terug te vinden bij innovatoren zoals Steve Jobs (Apple) en Jeff Bezos (Amazon). Ze hebben de drive om de status quo te veranderen en nemen regelmatig risico’s om die verandering ook daadwerkelijk te realiseren. Het onderzoek toont aan dat innovatief denken en handelen voor slechts een derde deel genetisch is bepaald. De rest van het ‘DNA’ kan worden ontwikkeld door veel te oefenen met het toepassen van de ontdekkingsvaardigheden; u kunt het dus leren. Durf kritische vragen te stellen over de manier waarop de overheid georganiseerd is. Observeer hoe burgers en bedrijven reageren op uw dienstverlening om mogelijkheden voor vernieuwing te ontdekken. Experimenteer met nieuwe manieren van werken en onconventionele oplossingen. Ga netwerken en toets ideeën bij mensen met verschillende achtergronden. Tot slot, associeer: verbind op zichzelf staande inzichten, vraagstukken en ideeën met elkaar. ‘Overheid en innovatie is een contradictio in terminis,’ zei Jaap Uijlenbroek tijdens het Reuring!Café in maart dit jaar. Misschien op dit moment nog wel. Willen we de uitdagingen van de toekomst aankunnen, dan moeten we echter in staat zijn om innovatieve oplossingen te bedenken en in de praktijk te brengen, juist in tijden van bezuiniging. Het kan altijd beter, slimmer en efficiënter en het begint bij de ambtenaren die dagelijks tegen deze uitdagingen bij de overheid aanlopen. Het vraagt om een kritische blik op de status quo en het lef om risico’s te nemen. Het ontwikkelen en verbeteren van creatieve intelligentie is hierbij van groot belang. In het najaar van 2011 start Ynnovate daarom met de Ynnovate Training. Onder begeleiding van Helen Kuyper, creative facilitator, duiken we gedurende drie dagen in de wereld van het innovatief denken en handelen. Tijdens de training wordt u intensief begeleid in het aanleren en toepassen van diverse creatieve technieken. Door deze technieken bent u in staat bij uitdagingen of moeilijke opdrachten anders te denken en te handelen en standaard patronen te doorbreken.
Innovatief denken en handelen is slechts ten dele genetisch bepaald Deelnemers aan de training worden na afloop lid van het Ynnovate netwerk en kunnen zich met recht Ynnovator noemen. Als Ynnovator verbinden zij zich aan de realisatie van meer innovatie bij de overheid vanuit hun eigen organisatie of werkveld. Dit doen ze onder meer door zich een deel van hun (werk)tijd vrij te maken voor activiteiten van Ynnovate, maar ook door het aanzetten tot meer innovatie binnen hun eigen organisatie en/of organisatieonderdeel. Deze maand staat de Ynnovate Challenge in het teken van ‘leren innoveren’. De centrale vraag is hoe de overheid getrainde Ynnovators het beste kan inzetten. Als je innoveren kunt leren door het te doen, dan is het van belang om te weten hoe Ynnovators het beste hun creatieve vaardigheden kunnen toepassen. Door welke activiteiten kunnen zij (zelfstandig of als netwerk) een echte verandering teweeg brengen bij de overheid? We zijn benieuwd naar uw ideeën! De winnaar van de challenge kan gratis deelnemen aan de eerste Ynnovate Training en zal zijn of haar winnende idee kunnen uitvoeren samen met de andere Ynnovators. Meer weten? Kijk op www.ynnovate.it/lereninnoveren In deze rubriek gaan Fleur Pullen en Raymond Lunes om en om in op een challenge, die zij in samenwerking met diverse opdrachtgevers organiseren. Ynnovate challenges zijn innovatieve prijsvragen vormgegeven vanuit een actuele overheidsuitdaging. In oktober organiseert Ynnovate samen met Helen Kuyper de challenge rondom het leren innoveren.
36
column
Modderen
H
et klinkt wat sneu, maar ik houd erg van de de toelating tot regimes, de duur erAlgemene Politieke Beschouwingen. Het gaat van, of de condities. De principes van over grote vragen en gebundelde hoofdlijveel sociale arrangementen worden nen. Tegelijkertijd maakt de aanleiding van het debat, de niet wezenlijk veranderd, maar de toebegroting, dat partijen hun visie niet alleen fraai onder woorlatingscriteria, hoogte van uitkeringen, den moeten brengen, maar ook in getallen moeten staven. opbouw van rechten en andere ‘details’ Het CPB zorgt bovendien voor discutabele maar eenduidige zijn de afgelopen jaren sterk in beweinschattingen van resultaten. Iedereen praat over dezelfde ging. En daarmee zijn per saldo omcijfers. En dan ontstaat een boeiend gesprek, dat ik sterk met vangrijke hervormingen – ook van het ‘modder’ a ssocieer (en dan doel ik niet op de vorm). structurele soort – doorgevoerd. Ik volg de APB inmiddels sinds 2000. Vaak voltrekt het De tweede moddervorm, drift, debat zich in een sfeer van naderend onheil en grote onzeis van een andere orde. Externe omkerheid. In 2001 vond het debat letterlijk in de schaduw van standigheden veranderen ingrijpend 9-11 plaats. Hoe de toekomst eruit zag wist niemand. Enkele en het beleid krijgt daardoor andere jaren later was het de vergrijzing die samen met een econouitkomsten dan bedoeld. Maar dat mische teruggang als een donkere wolk boven de toekomst kan voor de beleidsmaker heel handig hing. En weer even later was het de financiële crisis, en de zijn. Zo fungeert de bijstand niet alleen daarop volgende crisis in de reële economie, die zorgde voor meer als ‘bestaansverzekering’, maar is ‘grote onzekerheid’ boven de financiële maar vooral ook pohet tegenwoordig ook een pressiemidlitieke markt. Ook dit jaar stormde het weer. En steeds als del om ongewenst gedrag te bestraffen de stormbal wordt gehesen gaat het debat over hervormen. en liefst te voorkomen. Marga Klompé Daar komt de modder in beeld. had het niet zo bedoeld, maar het is inWat ís hervormen eigenlijk? Meestal bedoelen we met middels wel zo. hervormen één klap waarna het heel anders gaat. Een nieuw De derde moddervorm, converstelsel, andere uitgangspunten en nieuwe instituties die er sion, is de meest ingrijpende vorm van vorm aan moeten gaan geven: hervorming als ‘big bang’. In incrementalisme. Hetzelfde wordt dan de praktijk zien we echter dat het vaak gaat om ‘incremenanders ingevuld, door de interpretatalisme’, door de bestuurskundige klassieker Lindblom getiemarges van het beleid te benutten. brandmerkt als ‘muddling through’. Of in goed Nederlands, Beleid is per definitie rafelig en daarin doormodderen. Doormodderen is niet populair. Het is een is het goed modderen. Opvang wordt veredelde vorm van stilzitten uitzet. Beschermd werk wordt en ‘kicking the can down the activering. Werk-loos wordt road’. De kosten doorschuiven ‘op weg naar werk’. Beleid is Fundamenteel hervormen wordt naar toekomstige generaties, niet wat het is, maar wat je ergeassocieerd met daadkracht, zoals politici plegen te zeggen. mee doet. Lichte interventies, voortmodderen met onvermogen Fundamenteel hervormen maar met grote en zichtbare wordt geassocieerd met daadgevolgen. kracht, voortmodderen met Hoe je het ook noemt, onvermogen. Of met slinksheid. We zien oppositieleden dat hervormen is per definitie omstreden. Zelfs als het nodig is met verve beweren: zij ontmaskeren voortmodderen als een kan het behoorlijk pijn doen. Maar de associaties die we erbij slinkse manier van fundamenteel hervormen, door te wijzen hebben kloppen niet. De grote klap mag daadkrachtig lijken, op de grote gevolgen ervan. En dat is precies wat het interesde strategie van de kleine zetjes is effectiever. Slim incremensant maakt. Nieuw onderzoek laat zien dat voortmodderen talisme gaat sneller, werkt beter, en zorgt voor meer effect. meer is dan sjiek stilzitten. Incrementalisme blijkt de sleutel Ambtenaar 2.0 moet zich niet storten op radicaal anders, tot ingrijpende verandering en verslaat groots opgetuigde maar op slimmer hetzelfde. Met modder moet je niet gooien, stelselherzieningen en fundamentele veranderingen moeitemaar modderen. loos. Drie vormen van modderen blijken productief. Martijn van der Steen is bestuurskundige en In de eerste moddervorm, layering, worden nieuwe laagCO-decaan van de NSOB. jes aan het beleid toegevoegd. Aanvullende regels veranderen
37
kort circuit
kort circuit
Initiatief van BZK en VOM op stoom
Marcel Meijs, gemeentesecretaris Enschede en kersverse voorzitter VGS
‘Ze zijn zielsgelukkig met mij’
Topambtenaren ‘lopen over’ Het programma Krachtig Bestuur van het ministerie van BZK is vlak voor de zomer samen met de Vereniging voor Overheidsmanagement (VOM) gestart met de Over-loop. Dit initiatief, waarbij managers belangeloos een opdracht doen voor een andere bestuurslaag, komt de kwaliteit van het openbaar bestuur ten goede. Maar het levert ook voordelen op voor de manager zelf. Tekst Cindy Castricum
B
ertine Steenbergen, directeur Krachtig Bestuur, legt uit wat de meerwaarde is van de Over-loop. ‘Overheidsmanagers benutten elkaars kennis en ervaring veel te weinig. Het is als leidinggevende lastig een paar maanden ergens gedetacheerd te worden, maar we kunnen wel eenvoudig een bijdrage leveren door bij een andere bestuurslaag klussen te doen.’ Inmiddels zijn zo’n veertig top ambtenaren bereid gevonden zo nu en dan een opdracht te doen. Dat varieert van een dagvoorzitterschap van een conferentie en het leiden van een workshop tot het schrijven van speeches of het plaatsnemen in de jury van de verkiezing tot Jonge Ambtenaar van het Jaar. Zelf gaat Steenbergen ook een aantal ‘over-lopers’ inschakelen als ze vanaf 1 november bij BZK de nieuwe directie Burgerschap en Informatiebeleid gaat opzetten. ‘Bij de rijksoverheid hebben we een enorm overzicht van wat er overal speelt, maar we hebben minder inzicht hoe het
er in de uitvoering aan toe gaat. Daar weten gemeenten veel meer van. Daarom nodig ik op mijn eerste dag in mijn nieuwe functie een aantal personen uit die mij kunnen adviseren.’ Wie dat zijn, weet Steenbergen nog niet. ‘Ik heb een heel lijstje, maar moet nog kijken wie beschikbaar zijn.’ Het mes snijdt bij de Over-loop aan twee kanten, vervolgt ze. ‘Niet alleen wordt de kwaliteit van het openbaar bestuur hiermee bevorderd, ook voor managers zelf is het een verrijking eens bij een andere bestuurslaag een kijkje te nemen. Uiteindelijk is het iets wat je als manager gewoon zou moeten willen. Het is een investering in jezelf.’ En dan is er nóg een voordeel: ‘Door managers over de schutting bij een andere bestuurslaag te laten kijken, bevorder je het klimaat voor medewerkers om dat ook eens te doen. Je hoort nog te vaak dat ambtenaren wel een tijdje bij een andere overheidsorganisatie zouden willen werken, maar daarin door hun leidinggevende belemmerd worden. Het is belangrijk dat voor iedereen duidelijk wordt dat we in dezelfde keten werken en dat we niet zonder elkaar kunnen.’
˚
Ook meedoen aan de Over-loop? www.over-loop.nl
Over-loper Ruud Viergever van waterschap De Dommel Ruud Viergever, secretaris-directeur van waterschap De Dommel, is vorige week via de Over-loop aan een klus begonnen. Hij vervult het voorzitterschap van de begeleidingscommissie die de gemeentelijke herindeling van Súdwest Fryslân gaat evalueren, een opdracht van de gemeente, de provincie Friesland en BZK. Waarom bent u voor deze opdracht gevraagd? ‘Ik heb lange tijd op gemeentelijk niveau gewerkt. Omdat ik gemeentesecretaris ben geweest en alweer ruim vijftien jaar secretaris-directeur ben, eerst bij waterschap De Maaskant en nu bij De Dommel, heb ik ruimschoots ervaring hoe je dit soort trajecten zou kunnen begeleiden.’
38
Wat vindt u van de Over-loop? ‘Dit initiatief heeft absoluut een meerwaarde. Zeker naar de toekomst toe. De behoefte in de verschillende bestuurslagen is anders, dus de arbeidsmarkt gaat zich ook op een andere manier ontwikkelen. Door allerlei taakstellingen en reorganisaties moeten er nu veel rijksambtenaren vertrekken. Waarom zouden die niet een baan kunnen vinden bij een provincie, gemeente of waterschap? Die overstap is nog niet erg gebruikelijk en met de Over-loop proberen we wat barrières te slechten. Daarnaast is het interessant om als manager ervaring bij een andere bestuurslaag op te doen. Welke expertise zit waar en hoe kun je daar op basis van vrijwilligheid buiten de markt om gebruik van maken? Dit leidt ook nog eens tot een goedkopere overheid!’
Vorige week, tijdens het jaarcongres in Hengelo, is Marcel Meijs benoemd tot voorzitter van de Vereniging van Gemeentesecretarissen. Hij volgt zijn Rotterdamse collega Arjan van Gils op. PM belt daags tevoren met Meijs als hij in de trein zit, onderweg vanuit Enschede naar een afspraak in Tilburg. ‘We kunnen tegenwoordig met gezag in het Haagse opereren.’ Tekst Cindy Castricum Foto Gemeente Enschede
Waarom wilt u voorzitter worden van de VGS? ‘Ik ben heel erg verknocht aan het openbaar bestuur en zie dat de functie van gemeentesecretaris momenteel meer vraagt dan een goede algemeen directeur zijn. Je moet er natuurlijk zijn voor je eigen organisatie, maar de gemeentesecretaris kijkt ook over de grenzen heen naar woningcorporaties, zorginstellingen en het bedrijfsleven. Het gaat erom de verbinding te zoeken tussen al deze partijen om een antwoord te vinden op de maatschappelijke vraagstukken waar we voor staan. Daarvoor wil ik niet alleen in Enschede mijn stinkende best doen, maar ook binnen de vereniging.’
Wat is het eerste punt dat u binnen de VGS gaat agenderen? ‘De gemeentesecretaris en het bestuur van de stad hebben een stevige relatie. De gemeentesecretaris zorgt ervoor dat de besluiten
van het college efficiënt en effectief worden uitgevoerd. Door de bezuinigingen staat er druk op die relatie. Om de gemeentelijke organisatie sterk te maken is stevig leiderschap nodig. Alleen dan kunnen de ambtenaren die in de gemeente werken ervoor zorgen dat de burger, die nu veel onzekerheid heeft op het gebied van wonen, baan en pensioen, goed bediend wordt. De VGS wil voor dit soort thema’s een netwerk en klankbord bieden aan gemeentesecretarissen.’
Speelt de VGS een rol in de relatie tussen de gemeenten en het Rijk? ‘We gaan in Den Haag heel krachtig laten horen wat wij vinden van de drie decentralisaties die op de gemeenten afkomen. Om ongelukken te voorkomen is het belangrijk dat we ons bemoeien met de manier waarop de uitvoering plaats gaat vinden. Datzelfde geldt overigens voor de schaalvergroting van de Veiligheidsregio’s. De gemeentesecretaris-
Het dagelijks bestuur van de Vereniging van Gemeentesecretarissen bestaat uit: Marcel Meijs (Enschede), voorzitter Loes Bakker (Gouda), vicevoorzitter Frans Mencke (Hoorn), secretaris Ruud Kleijnen (Veghel), penningmeester Miriam Oosterwijk-Keulers (Rhenen) Jos van der Knaap (Wijchen), plaatsvervangend secretaris Jan Fraanje (Boxtel)
De vijf prioriteiten van Meijs 1. 2. 3. 4. 5.
Een bloeiend netwerk voor leiderschapsvraagstukken Zichtbaar zijn in Den Haag Nieuwe verantwoordelijkheid binnen de Veiligheidsregio Aantrekkelijk werkgeverschap Gesprek voeren over de kwaliteit van de gemeentelijke organisatie
sen zullen een verantwoordelijkheid moeten nemen in de nieuwe vormen van samenwerking die dit met zich meebrengt.’
U volgt Arjan van Gils op, die als VGSvoorzitter altijd van zich heeft doen spreken. Is het niet lastig om iemand met zo’n sterk profiel op te volgen? ‘Ik zie het als een voordeel. Arjan van Gils heeft ontzettend veel gedaan om onze standpunten in Den Haag over het voetlicht te brengen. Dat legt de vereniging geen windeieren. We kunnen tegenwoordig met gezag in het Haagse opereren. Daar ben ik hem heel dankbaar voor. Bovendien ben ik het gewend hem op te volgen, dat heb ik in Enschede als gemeentesecretaris ook gedaan. In deze stad is men zielsgelukkig met mij, dat gaat bij de VGS vast ook gebeuren.’
˚
39
kort circuit
kort circuit
Daniel Koerhuis werkt aan de Europese financiële stabiliteit
Bye Bye Den Haag
midden in de crisis Daniel Koerhuis verruilde in juni 2010 het ministerie van Financiën voor een plek bij het DG Economische en Financiële Zaken van de Europese Commissie. Met Luxemburg als t huisbasis reist hij als gedetacheerd nationaal expert door Europa om de financiering van de noodfondsen in goede banen te leiden. Een interessant dossier waar de beslissingen in rap tempo door de actualiteit worden ingehaald. ‘Ik ben met mijn neus in de boter gevallen.’ Tekst Rianne Waterval
W
onen in het veiligste en rijkste land van Europa en tegelijkertijd bezig zijn met de malaise en schulden problematiek van de armste landen van de EU. Een tegenstelling die Daniel Koerhuis dagelijks ondervindt. ‘Wonen in Luxemburg is heerlijk. Uitzicht op de bossen en heuvels, geen files en tien minuten reistijd naar mijn werk, een prima plaats om te leven.’ Toch is de END’er, oftewel nationaal gedetacheerd expert, veel op reis. Een dag in de week is hij in Brussel, regelmatig legt hij werkbezoeken af aan EUlidstaten die zich op dit moment in financiële problemen bevinden en hij geeft veel presentaties aan financiers in bijvoorbeeld Londen, Parijs en Frankfurt. ‘Als je de puinhopen in Griekenland en Portugal ziet, besef je toch weer dat we het in Nederland goed voor elkaar hebben.’ Ook in zijn functie op het ministerie van Financiën had Koerhuis al veel van doen met het toezicht op de financiële
‘De Nederlanders en de Finnen zijn veel pessimistischer dan de rest’ markten. Hij droeg bij aan de structurering van de noodpakketten voor ABN Amro en ING en was vervolgens nauw betrokken bij de oprichting van de EFSF, de European Financial Stability Facility. Een tijdelijke faciliteit die is gebaseerd op een special purpose vehicle, een instelling die zelf geld kan lenen op de financiële markten en dat vervolgens uitleent aan landen die in de problemen zijn. Nu houdt hij zich, vanuit de commissie, bezig met het opzetten van de Europese noodfondsen en het structureren van de leningen van deze fondsen aan de noodlijdende landen. ‘Ik ben eigenlijk meegereisd met het project waar ik mij ook al op het ministerie mee bezighield. Mijn toenmalig directeur, Maarten Verwey, gaf aan dat ik als gedetacheerd expert veel bruikbaarder bij de commissie zou zijn dan bij het ministerie en daar was ik het roerend mee eens,’ zegt Koerhuis. ‘Ik ben met mijn neus in de boter gevallen. Dat ik nu mag bijdragen aan het opzetten van het EFSF, toch “ons
40
No-nonsense manager Marion Gout-van Sinderen was sinds 2006 commandant van het Commando DienstenCentra (CDC) van het ministerie van Defensie. Daarvoor werkte ze als plaatsvervangend secretarisgeneraal voor Defensie. Dit voorjaar maakte ze de overstap naar ProRail, ze is daar president-directeur.
kindje”, zie ik als een mooie kans om ervaring op te doen.’
Je bent nu ruim een jaar aan het werk bij de commissie. Wat is je het meest opgevallen? ‘Europa is klein, je komt toch steeds weer dezelfde mensen tegen. In die zin is er niet zo veel veranderd. Wat ik ook merk tijdens mijn reizen is dat Nederlanders en Finnen veel pessimistischer zijn dan de rest van de Europeanen. Zelfs de Duitsers zijn optimistischer.’
Is dat terecht? ‘Ik besef dat Nederland binnen Europa een klein landje is. Maar binnen de EU behoren we samen met Duitsland, Frankrijk, Finland, Oostenrijk en Luxemburg tot de landen met de meeste financiële middelen. Nederland mag best eens wat vaker van zich laten horen en de luis in de pels zijn. Het is niet gek om maatregelen van landen te eisen om een begroting op orde te krijgen. Nederland zit nu aan tafel en kan meebeslissen. Dat is ook een van de redenen dat je als Nederland moet willen meedoen met de euro. Een situatie zoals vroeger, waarbij de gulden gekoppeld was aan de Duitse mark en Nederland niet kon meebeslissen over de koers van de mark, moeten we niet meer willen. Neem bijvoorbeeld de Zwitsers nu, die zitten niet aan tafel maar moeten wel hun munt koppelen en onvoorwaardelijk euro’s kopen.’
Het ene noodfonds is nog niet tot uitvoering gebracht of er wordt al weer gesproken over een nieuw reddingsplan. Hoe lang kan dit nog doorgaan? ‘Europa financiert al projecten sinds de jaren vijftig en landen sinds de crisis in de jaren tachtig. In 2008 is dit programma nieuw leven ingeblazen. Sinds die tijd is er 50 miljard euro vrijgekomen voor niet-euro landen en onlangs 60 miljard voor eurolanden. Daarbovenop is onlangs dus de 440 miljard grote EFSF opgericht. Waar dit heengaat is niet precies te zeggen. Ik heb in ieder geval de mogelijkheid om mijn contract met twee of vier jaar te verlengen. Voorlopig ben ik hier nog niet weg.’
˚
‘H
et hoofdkantoor van ProRail mag zich dan in Utrecht bevinden, Den Haag speelt nog steeds een voorname rol in mijn leven. Niet alleen stap ik er dagelijks op de trein naar mijn werk, ook zakelijk zijn de banden nog steeds aanwezig. Dat begint natuurlijk al met de enige aandeelhouder van ProRail, de minister van Infrastructuur en Milieu. Een finaal afscheid heb ik dus niet van Den Haag hoeven nemen. Wel merk ik dat door mijn werk bij ProRail mijn horizon flink wordt verbreed. Mijn directe opdrachtgever is de raad van commissarissen. Zonder uitzondering hebben mijn commissarissen veel ervaring bij klantgerichte organisaties uit het bedrijfsleven. Voor mij persoonlijk maar zeker ook voor ProRail is dat echt een toegevoegde waarde. Een interessant aspect van mijn nieuwe functie is dat ik een dagelijkse klant ben van mijn eigen product. Dat begint al als ik ’s ochtends vroeg Den Haag Centraal binnenloop. Het stationsgebied wordt de komende jaren ingrijpend vernieuwd. ProRail speelt als
met mijn neus op het spoor zit, letterlijk. Terug naar mijn treinreis Den Haag-Utrecht. Op mijn schoot een krantje, in mijn hand een croissantje. Eenmaal in de intercity ben ik klant van de vervoerder, maar indirect ook van ProRail. Wij zijn verantwoordelijk voor het spoor waar de trein overheen rijdt en ook voor de seinen, wissels en overwegen. Onderweg zorgt de Verkeersleiding van ProRail ervoor dat mijn trein op het juiste spoor rijdt en op het goede perron aankomt. Als een treinreiziger niets van ProRail merkt doen we het in principe goed. Als ik in Utrecht de trein verlaat, stap ik in de volgende bouwput. ProRail bouwt hier een nieuw
‘Ik ben dagelijks klant van mijn eigen product’ gedelegeerd opdrachtgever namens de gemeente Den Haag en NS hierin een hoofdrol. Als treinreiziger ervaar ik aan den lijve de hinder die deze bouwwerkzaamheden soms kunnen veroorzaken. Ik kijk nu door een kritische bril naar bijvoorbeeld de logica van de aangepaste looproutes of de informatievoorziening. Als ik zie dat zaken anders of beter kunnen, neem ik contact op met de verantwoordelijken binnen ProRail. Defensie en ProRail hebben overeenkomsten: beide organisaties staan bijna dagelijks in de publieke belangstelling. Voor mij persoonlijk is er nu wel een verschil. Bij Defensie werkte ik achter de schermen, nu ben ik meer zichtbaar. Ik vind het geen probleem om op de voorgrond te staan, daar was ik mij van bewust toen ik ‘ja’ zei tegen deze baan. Maar in de schijnwerpers staan is geen drijfveer voor mij. Een andere overeenkomst is dat het bij zowel Defensie als ProRail draait om de dagelijkse operatie. Daar heb ik bewust voor gekozen. Ik krijg er goede energie van. Een bedrijf als ProRail vraagt net als Defensie om hands on managers. Bij ProRail betekent het dat ik veel
Utrecht Centraal. De nieuwe OV-terminal is nodig omdat er in 2030 circa honderd miljoen reizigers worden verwacht; het oude station is destijds gebouwd voor 35 miljoen reizigers per jaar. En zo zijn er in Nederland tal van grote en kleine bouwprojecten, in totaal zo’n 2.000, waar ProRail werkt aan de toekomst van het spoor. Voor mij persoonlijk was deze omvang wel een verrassing. Met een jaarlijks budget van 1,4 miljard euro behoort ProRail tot een van de grootste publieke opdrachtgevers voor de bouwsector. Als ik aan het einde van de dag vanuit Utrecht of elders in Nederland weer in de trein terug naar huis rijd, gebruik ik die tijd om mails te beantwoorden. En houd ik bij wat ik die dag gedaan heb voor mijn wekelijkse blog. Alles op mijn Blackberry. Voor ik het weet ben ik weer terug in Den Haag.
˚
Marion Gout-van sinderen President-directeur prorail
41
kort circuit
kort circuit
Volgende keer in pm public mission
Over de vloer
Thema europa, wat doe je ermee?
Honger naar statistiek
Vanwege de crisis prijkt Europa weer bovenaan de politieke agenda. Welke rol speelt de EU eigenlijk in de ambtelijke praktijk? En zijn overheidsorganisaties wel voldoende toegerust op alle wet- en regelgeving die uit Brussel komt? Met een enquête van PM en de Europa Unit HECROI peilden we de mening van onze lezers. In november presenteren we de resultaten.
Donderdag 6 oktober heeft directeur-generaal Gosse van der Veen van het Centraal Bureau voor de Statistiek de publicatie Nederland door de crisis aan Tweede Kamervoorzitter Gerdi Verbeet overhandigd. Welke ambtenaren van het CBS werkten aan deze uitgave, een publieksversie van twee lijvige CBS- rapporten – De Nederlandse Samenleving en De Nederlandse Economie – mee? PM bracht een bezoek aan het kantoor in Den Haag waar meer dan 1.000 medewerkers zich de hele dag onderdompelen in feiten en cijfers.
reportage Overheidsmanager van het jaar
Hoe ziet een werkdag van Hetty Linden, directeur van de Utrechtse GG&GD, eruit? We lopen een dagje mee met de Overheidsmanager van het Jaar en vragen wat de titel haar heeft opgeleverd.
over de vloer het nieuwe werken
Van 8 tot en met 14 november vindt de week van Het Nieuwe Werken plaats. Bij de Werkmaatschappij in Den Haag hebben ze vijftig flexplekken gecreëerd. Wie werken daar zoal?
Wie Ambtenaren centraal bureau voor de statistiek
PM Public mission 10 verschijnt op vrijdag 4 november 2011
Waarom publicatie
Elke donderdag de e-nieuwsbrief van PM ontvangen met daarin het laatste nieuws over de publieke sector, functiewisselingen en de Haagse agenda? Meld u aan op PM.nl.
nederland door de crisis Wanneer oktober 2011 Tekst cindy castricum
Meld u aan voor onze groep op LinkedIn
Beeld Welmer Keesmaat
Volg ons op Twitter: @PMPublicMission
www.pm.nl Projectleider/hoofdredacteur Pit Dehing (r) vormt samen met eindredacteuren André Mares en Ronald van der Bie (niet op de foto) de redactie van de publicatie. Het is best een klus om van de twee omvangrijke studies, De Nederlandse Samenleving en De Nederlandse Economie een publieksvriendelijke versie te maken, vindt Dehing. ‘We moeten keuzes maken, soms tot ongenoegen van de auteurs van de oorspronkelijke rapporten.’
Ruben van Gaalen is projectleider De Nederlandse Samenleving, een jaarlijkse CBS-studie waarvan nu een publieksvriendelijke versie is gemaakt. ‘Het is leuk om ingewikkelde gegevens op een begrijpelijke manier op te schrijven,’ vindt hij. Volgens Van Gaalen is er steeds meer behoefte aan cijfers over de samenleving. ‘Er is sprake van zoiets als statistiekhonger.’
advertentie
Publiek Private Samenwerking Stap voor Stap naar het samenwerkingsmodel van de toekomst! Stap voor Stap Veel organisaties hebben koudwatervrees als het gaat om PPS (Publiek Private Samenwerking) en geïntegreerde contracten als DBFMO. Starten met PPS is geen sprong in het diepe. Dankzij dit boek maakt u stap voor stap kennis met de werkwijze: van initiatief, via exploitatie naar contractmanagement. Do’s en don’ts worden afgewisseld met persoonlijke ervaringen. U krijgt zicht op wat het model in de praktijk inhoudt, zodat u vol vertrouwen aan de slag kunt met PPS.
Rita Bhageloe, Frank Notten en Hans Langenberg (niet op de foto) zijn redacteuren van De Nederlandse Economie, de studie die vlak voor Prinsjesdag aan minister De Jager van Financiën is aangeboden.
Met uitgebreide uitleg én praktijkgerichte tips wordt u in 10 stappen geleid naar het samenwerkingsmodel van de toekomst!
It takes two to Tango!
Lieneke Hoeksma is hoofd van het vertaalbureau, dat in totaal uit drie personen bestaat. Het vertalen van Nederland door de crisis naar het Engels nam zo’n twee weken in beslag. ‘Dit is wel een van de leukere projecten,’ zegt Hoeksma. ‘Het is ook goed geschreven, dat kun je niet van al onze publicaties zeggen.’
PPS Stap voor Stap Prijs € 49,50 ISBN 978 90 12 57390 0
Uitgever Masja van Rooij (l) en projectbegeleider Marion van der Veer zijn ‘van manuscript tot boekvorm’ bij de publicatie betrokken. Van der Veer: ‘Zeg maar vanaf het begeleiden van de auteurs tot en met het moment dat de gedrukte versie er ligt.’
Prijswijzigingen voorbehouden. Prijzen zijn inclusief btw en exclusief verzendkosten. Onze uitgaven zijn ook verkrijgbaar via de boekhandel.
Bestellen
Wilt u bestellen? Kijk op www.sdu.nl/catalogus/9789012573900. Voor slechts € 49,50 heeft u het boek in huis. Wilt u nog meer weten over onze uitgaven? Kijk dan op www.sdu.nl. Hier treft u ook onze overige uitgaven op uw vakgebied aan. Of u belt met Sdu Klantenservice op telefoonnummer (070) 378 98 80.
43