IN HOLLAND STAAT MIJN HUIS SPECIFIEKE WOONVORMEN VOOR MIGRANTEN SENIOREN
BOOG (Brabantse Organisatie (Allochtone) Ouderen Groepen) Klokgebouw 196, 5617 AB Eindhoven tel 040 7878571
[email protected] www.boogbrabant.nl KvK nr 17227277 Rabobank 1487.38.192
Oktober 2011
-2–
IN HOLLAND STAAT MIJN HUIS SPECIFIEKE WOONWENSEN VOOR MIGRANTEN SENIOREN Inzichten, visie en beleving Deze folder is een uitgave van
BOOG (Brabantse Organisatie (Allochtone) Ouderen Groepen) Klokgebouw 196, 5617 AB Eindhoven tel 040 7878571
[email protected] www.boogbrabant.nl KvK nr. 17227277 Rabobank 1487.38.192
Waarom bijzondere woonvormen voor migranten ouderen zo belangrijk zijn. BOOG, de Brabantse Organisatie (allochtone) Ouderen Groepen zet zich in voor verbetering van de positie van allochtone ouderen in Brabant. BOOG wil de participatie van deze groeperingen bevorderen en versterken. Een van de onderwerpen die daarbij de laatste jaren actueel zijn geworden, is het groepswonen, het samenwonen van groepen ouderen die eenzelfde etnisch culturele achtergrond hebben. Dat kan in bijvoorbeeld een wooncomplex, seniorenwoningen maar ook in een verzorgings- of verpleeghuis. Aan dit onderwerp hebben wij al eerder aandacht besteed in een uitgave van ons blad De RegenBOOG en in een tweetal studiedagen. Daarbij werd duidelijk dat dit onderwerp zo leeft, zowel onder de ouderen als de instanties die ermee te maken hebben, dat besloten werd tot een aparte brochure. Gelukkiger, gezonder en minder eenzaam
Tekst en foto’s: Hilda van der Plaats Foto’s: Palet, adviseurs diversiteit Deze uitgave is mogelijk dankzij subsidie van de Provincie Noord-Brabant.
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van stichting BOOG.
Jaren geleden werd al bekend dat groepen Nederlandse oudere emigranten die in Australië of Canada woonden, sterke behoefte hadden aan een woonvorm waarin men zoveel mogelijk naar de Nederlandse roots terug kon gaan. Hoe goed men ook geïntegreerd was in het nieuwe land, hoezeer men ook het Engels als voertaal in huiselijke kring had ingevoerd (de kinderen spraken vaak geen Nederlands meer), men kon niet goed terecht in de bestaande bejaardentehuizen. Mensen vielen terug op de Nederlandse taal en vaak verstond men zelfs geen Engels meer. De verzorging moest Nederlands spreken en de entourage werd omgetoverd in Nederlandse huiskamersfeer van de jaren vijftig. - 3-
In het ‘DutchCare project” in Australië werd gevonden dat het Eden Alternatief, zoals het werd genoemd, ervoor zorgde dat het sterftecijfer van 70 naar 30 procent per jaar daalde. Uitgangspunt was dat de meeste ouderen niet zozeer onder gezondheidsproblemen gebukt gaan, maar eerder lijden onder drie ‘plagen’: eenzaamheid, verveling en hulpeloosheid *1
HET PON WAARSCHUWT Ook initiatieven in Brabant op het gebied van groepswonen voor ouderen bleken zeer levensvatbaar te zijn. BOOG heeft aan het onderwerp “Specifieke woonvormen voor allochtone ouderen” in 2010 twee studiedagen gewijd om zoveel mogelijk informatie te delen en tips en aanbevelingen te verzamelen van en voor groepen die ook bezig zijn met initiatie ven voor groepsw onen. Tijdens de studieda gen kwam o.a. de PON 7e monitor ´Strategi sche verkenn ing Kleurrijk Brabant’ ter sprake. *2 Op deze kaart zien we waar de grootste concentratie van allochtone bewoners is. Waar de regio’s niet gekleurd zijn is er sprake van krimp van de bevolking. De grootste groep is van diverse afkomst. Wat betekent dit voor huisvesting, ruimte, mobiliteit, gezondheid, onderwijs, arbeidsmarkt en participatie?
-4-
-5-
De provincie wil het doelgroepenbeleid afschaffen waar organisaties al jaren mee aan het werk zijn. PON waarschuwt dat, om het leefklimaat goed te houden, er wel iets gedaan moet worden. Het is belangrijk te kijken hoe mensen actief in de samenleving participeren. De groep die niet mee doet is de allermoeilijkste groep. Waarom is het zo moeilijk om oudere migranten te bewegen om zich te laten verzorgen in een verzorgingstehuis met eigen cultuur? Hieronder een artikel uit BN De Stem, regio Breda, februari 2011 Turks ouderencentrum verandert naam in Lale Breda - Lale Huzurevi. het zorgcentrum voor Turkse ouderen in de Boschstraat, heeft een nieuwe naam. Althans: deels. Het woordje 'huzurevi' is namelijk geschrapt. Dat heeft alles te maken met de gevoelswaarde van dat woord, vertelt een medewerkster. "Huzurevi is het Turkse woord voor ouderencentrum. In Turkije heeft het een negatieve lading". In de Turkse gemeenschap wordt het namelijk niet gewaardeerd als kinderen niet zelf voor hun ouders zorgen, maar hen in een zorgcentrum laten wonen. Dat is ook één van de redenen waarom het niet storm loopt in Lale. Op dit moment wonen er één Marokkaanse en zes Turkse ouderen. De andere bewoners zijn, net als het leeuwendeel van de bewoners van moederhuis Raffy, van Indische afkomst. Om de koudwatervrees bij de Turkse doelgroep weg te halen, was er gisteren een bijeenkomst in Lale. Daarbij was onder meer dr. Bülent Senay uitgenodigd. "Hij vertegenwoordigt 143 moskeeën." Zijn aanwezigheid diende om duidelijk te laten zien dat het in Nederland niet erg is om toe te geven dat een ouder soms beter af is in een speciaal zorgcentrum.
DE MENSEN Zorgplicht en schijngedrag Turkse en Marokkaanse ouderen beginnen ook aan zichzelf toe te geven dat het automatisme van “de kinderen zorgen wel voor ons” in Nederland niet kan worden vastgehouden. Ook de kinderen moeten, soms met veel schuldgevoelens, toegeven dat het onmogelijk is van een dochter of schoondochter te verlangen dat ze naast werk en gezin ook nog de zorg voor ouders of schoonouders op zich neemt. “Als mijn man dat vindt, dan moet hij het zelf maar doen” was een uitspraak van een traditioneel geklede schoondochter. Anderen hebben het er moeilijk mee: “Wonen in één huis geeft vaak problemen omdat het huis te klein is en de kinderen te druk zijn voor de ouderen. Maar bij ons wordt het van je verwacht dat je voor je ouders zorgt.” Je moet in de buurt wonen om je ouders naar de moskee of naar de dokter te brengen. Ze vinden dat zelf ook. Ze zeggen “We zijn elk jaar lange tijd in Turkije of Marokko, de overige tijd moeten jullie voor ons zorgen.” De ouderen vluchten in een schijnzekerheid van opgevangen worden door de kinderen, maar de volgende generatie heeft minder geduld. Zij hebben een eigen leven. Ze willen graag helpen, maar geen 24 uur per dag. Het resultaat is vaak isolement van de ouderen. Bij een bezoek aan huis merkten medewerksters van een woningbouwcorporatie dat een echtpaar de trap niet meer op kon komen en dus maar in de keuken en de kamer sliep. Een onhoudbare situatie, maar om er zelf uit te komen moest men hulp vragen en dat wilde of kon men niet. Toen de zorg voor onze ouders in onze groep van Marokkaanse vrouwen bespreekbaar werd, hebben we met elkaar zitten huilen van opluchting. (Een Marokkaanse welzijnswerkster)
-6-
-7-
Een ander voorbeeld werd gevormd door een echtpaar dat hun kleinzoon in huis had genomen om voor ze te zorgen. Maar de kleinzoon had het veel te druk met zijn studie en zijn eigen leven om iets aan de zorg van de grootouders te doen. Dat zij door het in huis hebben van een ‘hulp’ buiten allerlei voorzieningen vallen en zelfs geen huursubsidie konden aanvragen, was ze niet bekend. Genoeg taboe’s Bij veel migrantenculturen en kringen van ouderen rust een taboe op alles wat met seniorenwoningen of verpleeghuizen te maken heeft. Er hangt een sfeer omheen van afgedankt worden, weggestopt. De gedachte bestaat ook dat het in een bejaardentehuis moeilijk is om de kinderen op bezoek te krijgen. De kamers zijn zo klein. “Bij ons komen meestal veel meer mensen op bezoek dan bij Nederlandse ouderen. Vooral bij feesten als het Suikerfeest of het Offerfeest willen we allemaal bij elkaar zijn en het liefst bij de ouders. Je zou het met elkaar in een grote ruimte moeten kunnen vieren.” Situatie van veel allochtone senioren De mensen zijn vaak eenzaam, zegt Emin Üstuner, adviseur bij Palet. In het thuisland konden de mensen naar buiten, het weer was altijd goed. Ze konden in de tuin werken of met elkaar een wandeling maken.
In Nederland is er alleen de moskee en zelfs daar kun je eenzaam zijn. Geestelijk eenzaam, noemt hij het. Er wordt niet over emotioneel gevoelige zaken gepraat. Hij was net gisteren bij een groep Turkse ouderen, waar een bestuurslid was overleden. De man was jarenlang afhankelijk van de zorg van zijn vrouw en toen zij plotseling overleed liet ze een leegte achter die heel moeilijk te vullen was. In de moskee is het bijna onmogelijk om over emoties, over verlies van een dierbare te praten. De man had veel mensen om zich heen maar kon zijn emoties niet delen. Dat geldt voor de meeste mannen van Turkse afkomst, weet Emin. Dat zal voor Marokkaanse oudere mannen niet veel anders zijn, denkt hij. Ook voor oudere vrouwen ligt het heel moeilijk als ze weduwe zijn geworden. Er is terughoudendheid om anderen op te zoeken. Het is traditioneel bepaald dat je als alleenstaande vrouw niet zo maar op bezoek gaat bij een echtpaar. De sociale controle, met name op het gebied van de heersende normen en waarden, speelt een grote rol in een wijk waar men vaak jarenlang bij elkaar heeft gewoond en elkaar persoonlijk kent. Bij vormen van samenwonen ligt dat anders. Het is veel makkelijker om met elkaar in contact te komen door activiteiten die regelmatig worden gehouden in de gemeenschappelijke ruimte. Men praat daar met elkaar over uiteenlopende onderwerpen en er worden uitstapjes gemaakt. Ook wordt contact gezocht met andere groepen mensen in de omgeving en de buurt, waardoor de blik wordt verruimd. Het hebben van een hobby is niet gebruikelijk, maar samen iets ondernemen maakt het leven een stuk prettiger. Zo kan men met elkaar gymmen of zwemmen en zelfs de gemeenschappelijke wandeling naar een locatie waar dat gaat gebeuren brengt beweging en contact. Onmisbaar Bijzondere woonvormen voor allochtone ouderen in de buurt, waar ze meer dan de helft van hun leven hebben doorgebracht, zijn onmisbaar
-9-8-
vindt Emin. Het gaat om sociale controle in positieve zin. De man waarover hij vertelde die net overleden was, lag alleen thuis op de bank toen hij werd gevonden. Zijn kleindochter kwam hem ophalen voor het avondeten. Door een samenloop van factoren en omstandigheden kunnen kinderen niet altijd bij de senioren aanwezig zijn, hoewel ze graag in de buurt van hun ouders willen wonen. In een woonvorm letten de mensen op elkaar en hebben ze veel eerder door als er iets niet in orde is.
EIGEN INITIATIEVEN Naast de initiatieven van de woningbouwcorporaties ontstaan op diverse plaatsen vanuit de allochtone groepen initiatieven om tot eigen specifieke woonvormen te komen. Dat dit niet altijd makkelijk gaat blijkt uit de verhalen van onder meer Ikinci Bahar, een woonvorm voor Turkse ouderen in Tilburg en de ervaringen van Mi Bosie, een stichting voor Surinaamse ouderen in Eindhoven. In één van de studiedagen van BOOG werden de (on)mogelijkheden op een rij gezet. *3
- 10 –
Tips voor het opzetten van een project voor een eigen woonvorm De wensen waaraan voldaan moet worden: De speciale woonvorm moet in de buurt van een wijk liggen, waar contact met mensen mogelijk is. Ook moet zo’n voorziening dicht bij een winkelcentrum en goede openbaar vervoersmogelijkheden gevestigd zijn. Er moeten mogelijkheden zijn voor contact met leeftijdgenoten van andere culturen en achtergronden. De woningen zijn in principe beschikbaar voor senioren van 55 jaar en ouder, maar als er nog kinderen thuis wonen, mogen die ook meeverhuizen. De noodzaak voor zo’n voorziening moet goed worden onderzocht. De ervaring leert dat groepen mensen vaak zeggen dat ze zo’n speciale woonvoorziening nodig hebben, maar er uiteindelijk toch geen gebruik van maken. De deelname aan een woonproject hoeft niet af te hangen van het inkomen. Mensen met een laag inkomen krijgen huurtoeslag. Zorg dat bij besprekingen met de gemeente en andere instanties de afspraken schriftelijk bevestigd worden. Achteraf kan het besprokene nog al eens anders worden geïnterpreteerd. Als je begint met zo’n project bedenk dan, dat mensen die 55+ zijn bij de start, tegen de tijd dat het gerealiseerd is wel 65+ kunnen zijn. En zelfs als je met 10 jaar alles rond hebt dan is het snel gegaan. Denk bij het opzetten van zo’n speciaal woonproject ook aan de faciliteiten die nodig zijn voor o.a. een rollator, een rolstoel en andere faciliteiten die nodig kunnen zijn voor het zo lang mogelijk zelfstandig wonen. Zorg dat je altijd op professionals kunt terugvallen. We hebben in Nederland een prachtige sociale wetgeving maar een leek kan er vaak geen touw aan vastknopen.
- 11 -
Verwijs mensen direct naar professionals en als het niet anders kan, ga met ze mee. Houd rekening met de pluspunten maar ook met de minpunten van de cultuur. Ik ben blij dat ik naar deze bijeenkomst kon komen en tegen mijn ouders kon zeggen dat ik mijn mobieltje moest uitzetten. Kan ik even niet elk moment opgeroepen worden. (Turkse deelneemster aan een onderzoek in Eindhoven)
WONINGCORPORATIES In mei 2011 werd in de Universiteit van Tilburg het symposium van Brabant Bekent Kleur ‘Van tegenstelling naar verbinding’ gehouden. In een van de workshops, “Allochtonen aan het woord ” werd duidelijk uitgelegd waarom de aanpak van contact zoeken met allochtone senioren hemelsbreed verschilt met de Nederlandse aanpak. Daarnaast werden de fases geschetst hoe men tot een woonvorm komt. *5 Fases voor het komen tot een specifieke woonvorm voor allochtone ouderen: Planning Toekomst – gaan we terug of blijven we hier en hoe? Contact met mensen die daadwerkelijk voor zo’n woonvorm hebben gekozen en daarmee actief bezig zijn Mensen die ervaring hebben met speciale woonvormen
Ikinci Bahar is in Tilburg in 1999 begonnen, in samenwerking met de woningcorporatie Tiwos en kon in april 2010 de deuren van het wooncomplex voor Turkse senioren openen. Terecht werd ook hier opgemerkt, dat het een zaak van lange adem is.
Als voorbeeld werd het wijkontwikkelingsplan Geeren Zuid in Breda genoemd, waar als onderdeel van een sociaal programma (Geschikt Wonen voor Iedereen (GWI), de aandacht kwam te liggen op de grote groep allochtone ouderen in de wijk (onder meer Marokkanen, Turken, Antillianen, Arubanen en Surinamers). De woningcorporatie vroeg zich af of er bekend was hoe zij willen wonen als ze ouder worden. Waren deze ouderen bekend en hoe kon men met hen in gesprek komen. Daarbij werd ook aangetekend dat mensen uit deze groepen vaak eerder oud zijn dan Nederlandse ouderen. Hoe dit komt zou ook een studie waard zijn, maar zwaar werk, arbeidsongeschiktheid en isolement zullen hieraan niet vreemd zijn. In de werkgroep werd een mooie analyse gemaakt van de typisch Nederlandse manier van werken: Een schriftelijke enquête uitzetten Een mondelinge enquête houden Mensen per brief uitnodigen voor een informatie c.q. discussieavond
- 12 -
- 13 -
Doe dit allemaal NIET was het dringende advies aan de toehoorders. Het werkt niet! De andere manier van werken die werd gepresenteerd, levert wel resultaten op: Bereid zijn om MAATWERK te leveren De grootste uitdaging om met elkaar in een goed gesprek te komen is de TAAL. Bereid zijn om met de mensen te spreken in de eigen taal. Het moet tenslotte tot een ECHT GESPREK komen. Neem veel TIJD voor de dialoog met elkaar. Ga NIET TE DIRECT op je doel af. Geef RUIMTE aan het samen praten over ouder worden, over ouder worden in Nederland, over gebreken krijgen, over wel of geen zorg door eigen kinderen etc.
Wij willen zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. In eigen woning en in eigen buurt. Wij hebben binding met onze wijk.
En ook Wij willen graag wonen met gelijkgestemden. Als zorg nodig is dan moet er rekening gehouden worden met onze eigen cultuur. Een steeds kleiner wordende groep rekent op zorgverlening door eigen kinderen. De bestaande voorzieningen worden “te wit” gevonden. Wij willen erkenning voor de eigen taal en culturele aspecten, sociale relaties, eten, gewoonten en gebruiken, personeel en bediening. Een opmerking van een ervaringsdeskundige hierbij was dat het heel moeilijk is om het taboe, dat nog altijd rust op het bespreken van dit soort zaken, te doorbreken. Wat wilde men bereiken met dit project: • Een eindrapport met de belangrijkste bevindingen en conclusies inzake woonwensen en -behoeften. • Een zestal actieve ‘ambassadeurs’ als verbindende schakel voor nu en de toekomst. • Gemotiveerde en actieve groepen allochtone ouderen en hun kinderen die bereid zijn verder te praten en mee te denken over de invulling van de woonwensen en -behoeften. Er hebben 80 tot 90 allochtone ouderen meegedaan. Het proces in een notendop
Welk bewustzijn kan dit opleveren bij de migranten senioren: Wij zullen ouder worden in Nederland. Wij hebben weinig kennis over bestaande voorzieningen. Wij moeten ons meer voorbereiden op het ouder worden in Nederland. - 14 -
• Werving ambassadeurs • Instructiebijeenkomsten voor ambassadeurs om goede huiskamergesprekken te kunnen voeren. Het gaat erom niet óver maar mét de mensen te spreken. • Werving deelnemers door ambassadeurs - 15 -
• Huiskamergesprekken deelnemers • Instructiebijeenkomst ambassadeurs voor terugkoppeling deelnemers • Terugkoppeling deelnemers • Maak samen een keuze voor vervolgactiviteiten. In Brabant staan steeds meer woningbouwcorporaties open voor deze ontwikkelingen. Het is geen luxe meer, het is noodzaak. Zo’n speciale woonvorm voorkomt ook vereenzaming. *5
worden bij nieuwe ontwikkelingen. Soms kost het tijd om de woonwensen in beeld te krijgen. Bijvoorbeeld bij de groeiende groep Marokkaanse senioren. Zij kunnen zich niets voorstellen bij het begrip seniorenwoning. Dan is het lastig om je specifieke wensen te formuleren. Door middel van informatiebijeenkomsten, excursies en groepsgesprekken, wordt ook hier duidelijk gemaakt wat een seniorenwoning is en op welke manier je samen zou kunnen wonen: gespikkeld, dat wil zeggen niet direct naast elkaar maar wel dicht bij elkaar, aaneengesloten woningen of groepswonen. Woonbedrijf heeft door deze aanpak het vertrouwen bij deze doelgroep weten te winnen en gaat in het najaar 2011 met initiatiefgroepen aan de slag om samen concrete plannen uit te werken. Excursie naar seniorenwoningen Omdat het begrip seniorenwoning niet zo bekend is bij de oudere Marokkaanse bewoners, heeft Woonbedrijf onlangs een aantal excursies georganiseerd. Met de bus zijn enkele seniorencomplexen bezocht in de omgeving. In de complexen konden de bewoners een lege woning bezoeken en de voorzieningen die specifiek zijn voor senioren, bekijken. Ook werd een bezoek gebracht aan het wooncomplex voor Turkse senioren in Tilburg. Beide excursies hebben ertoe geleid dat het begrip seniorenwoning en de mogelijkheid om met een aantal senioren bij elkaar te wonen duidelijk werd. Uit de reacties is geconcludeerd dat de alleenstaande vrouwen andere wensen hebben als de echtparen. De alleenstaande vrouwen vonden bijvoorbeeld een half open keuken best prettig, omdat je dan niet zo afgezonderd bent als je bezoek hebt. * 4
Een ander voorbeeld van een woningbouwcorporatie die zeer gericht bezig is met het realiseren van woonvormen voor allochtone ouderen is Woonbedrijf in Eindhoven. Zij werken klantgestuurd. Dat betekent dat de medewerkers eerst in gesprek gaan met de klant en kijken of de specifieke woonwensen van bepaalde groepen meegenomen kunnen - 16 -
- 17 –
ERVARINGSDESKUNDIGEN Emin Üstuner heeft jarenlange ervaring vanuit zijn werk als adviseur bij Palet op het gebied van het opzetten van specifieke woonvormen voor allochtone ouderen met woningbouwcorporaties. Hij is overtuigd van de noodzaak van zulke mogelijkheden. Tips voor woningcorporaties Het lijkt een extra inspanning, maar in de praktijk blijkt dat er veel minder problemen zijn als groepen allochtone ouderen bij elkaar kunnen wonen. Daar is geen nieuwbouw voor nodig. Als de mensen zich maar thuis voelen. Een aantal bestaande flats kan geschikt gemaakt worden. Enkele flats kunnen worden omgebouwd tot ontmoetingsruimte. Mocht de behoefte voor specifiek wonen er niet meer zijn, dan kunnen de woningen weer als flat worden ingedeeld en verhuurd.
Er is nu nog veel ervaring beschikbaar op het gebied van de begeleiding van zulke processen en het proces kan worden verkort door de ervaring die is opgebouwd. Als er een initiatief wordt gestart en er is een mogelijke locatie, betrek dan in een zo vroeg mogelijk stadium bestaande bewonersorganisaties uit de buurt erbij. Ga in gesprek en leg uit dat het geen bedreiging is om een groepswoonproject in de buurt te hebben. Het kan zelfs een verrijking van de buurt zijn. Als de ouderen verspreid wonen of worden weggestopt in een hoekje van een wijk dan slaat de vereenzaming toe. Men wordt geïsoleerd. Het gaat erom met elkaar samen te leven. Weerstanden komen meestal voort uit angst en een confrontatie in de vorm van een dialoog helpt mensen aan het idee te wennen. Het is meestal een gewenningsproces voor beide kanten. In de loop van de tijd gaan de oude bewoners er zelfs heel positief tegenover staan door de opgedane ervaringen in de praktijk, is de ervaring.
Emin denkt niet dat het creëren van specifieke woonvormen een kwestie is van enkele jaren. Ook een deel van de tweede generatie zal deze bijzondere woonvormen nog nodig hebben. In de loop van de tijd zie je dat ze elkaar steeds meer opzoeken. Het hoeft dan misschien niet een wooncomplex te zijn, maar wel woningen die dicht bij elkaar liggen. Er is nog geen zicht op wat de derde generatie nodig zal hebben, maar dat duurt nog wel even.. Het is niet voldoende om alleen met zelforganisaties in zee te gaan. De mensen waarom het gaat, moeten ook direct benaderd worden. De zelforganisaties/bewonersorganisaties moeten wel op de hoogte gehouden worden van de ontwikkelingen m.b.t. het project voor de senioren in de wijk of de stad. Als een woningcorporatie er over denkt om een woonvorm op te zetten, moet men niet te lang wachten. Ten eerste worden de mensen snel ouder en ten tweede zal met het verdwijnen van Palet heel veel kennis en kunde op dit gebied verloren gaan.
In Tilburg heeft men ook de buurtbewoners in een vroeg stadium uitgenodigd om kennis te nemen van de plannen rond het Turkse wooncomplex. Turkse ouderen worden ook betrokken bij activiteiten in de wijk. De andere bewoners mogen, in overleg, ook gebruik maken van de gemeenschappelijke ruimte in het Turkse complex. Alle ouder wordende mensen vormen op den duur een kwetsbare groep en ze kunnen steun aan elkaar hebben.
- 18 -
- 19 -
Een laatste advies aan de woningcorporaties: Men hoeft geen specifiek woonbeleid op te stellen voor dit soort groepen, maar wel bereid te zijn om uitzonderingen op de regels te maken als dat nodig is. En als allerlaatste: praat niet over de doelgroep, maar met de mensen. Investeer niet alleen in stenen maar ook in mensen (in uw huurders.) Het loont!
15 JAAR ERVARING Het wooncomplex voor Surinaamse Ouderen in Tilburg (S.O.T.) bestaat al 15 jaar. Het ontstond ook na gedegen onderzoek en een intensief contact met de mensen die belangstelling hadden voor deze specifieke manier van wonen. Dat de woningcorporaties moeten afwijken van de bestaande regels blijkt al uit het feit dat het bestuur van de stichting S.O.T., tevens de commissie van huurders vormt, hoewel niet alle leden van het bestuur in het complex wonen. Deze constructie is destijds op verzoek van de woningcorporatie ontstaan en werkt tot op heden goed om de belangen van de bewoners te waarborgen. Eens per jaar worden de bewoners bij elkaar geroepen voor een officiële vergadering waarin onder meer de algemene klachten worden geïnventariseerd.
- 20 -
Daarnaast worden voor de bewoners en andere Surinaamse senioren uit Tilburg activiteiten ontplooit, zoals voorlichting op allerlei terreinen en uitstapjes. Aan de activiteiten doet een groot deel van de bewoners trouw mee. Zo wordt er eens per jaar enthousiast meegedaan aan de T-Parade in Tilburg waarbij de mooiste gewaden uit de kast worden gehaald. Heel speciaal voor dit complex is dat er mensen uit alle Surinaamse groepen wonen en ook enkele Antilliaanse medebewoners voelen zich er thuis. Er is zelfs een Nederlandse bewoner die vanaf de start in het wooncomplex heeft gewoond en zich heeft ontpopt als beschermer van diverse alleenstaande dames. Ik wil niet uit het wooncomplex weg. Ik wil hier wel 100 worden. (bewoonster wooncomplex Surinaamse ouderen Tilburg)
In de tuintjes worden vaak typisch Surinaamse groenten gekweekt, zoals madame Jeanette, een hete rode peper. Maar ook op de balkons groeit en bloeit het één en ander. In samenwerking met Thebe, die voor de zorg staat en de welzijnsinstelling De Twern vindt respectievelijk dagverzorging en een dagopvang voor alleenstaande dames plaats. Ook komt eenmaal per twee weken een ouderenadviseur van De Twern spreekuur houden voor de bewoners. Er is een goede relatie tussen het bestuur en de woonconsulente van de woningcorporatie en ook de huismeester draagt bij aan het algemene gevoel van zich thuisvoelen. Er is veel onderling contact en sociale controle, meestal op een plezierige manier. Het is erg jammer dat, wanneer de bewoners echt verzorging en dagelijkse verpleging nodig hebben, ze moeten verhuizen naar een
- 21 -
verpleeghuis. Er is verder weinig verloop. De mensen die er wonen hebben bewust gekozen voor deze manier van wonen. Enkele bewoners kiezen voor weinig contact. Alleen bij bijzondere gelegenheden zoals het overlijden van een bewoner, doet iedereen mee om voor bloemen of een krans te zorgen. Er mag geconcludeerd worden dat deze vorm van specifiek wonen in Tilburg ook na 15 jaar nog in een behoefte voorziet. De vraag neemt eerder toe dan dat er een verminderde belangstelling te zien is.
SPECIALE VERZORGINGS EN VERPLEEGTEHUIZEN VOOR ALLOCHTONE OUDEREN Nieuw Beekvliet Het oudste gespecialiseerde verzorgings- en verpleegtehuis in Brabant is Nieuw Beekvliet in St Michielsgestel. Dit huis ontstond toen na de onafhankelijkheid van Suriname in 1975 veel Javaanse Surinamers naar Nederland kwamen. Het toenmalige ministerie van CRM beloofde de Javaanse Surinamers een eigen bejaardenoord. Dat werd uiteindelijk Nieuw Beekvliet. Er kwam ook een moskee omdat de meeste mensen van Javaans Surinaamse afkomst Moslim zijn. Eind jaren negentig werd de doelgroep van het huis uitgebreid naar meerdere culturen en in de loop van de jaren veranderde ook het bejaardencentrum tot een zorgcentrum waar alle zorg gegeven kan worden. Er wonen nu Molukkers, Antillianen, Javanen, Hindoes etc. met uiteenlopende religies. Surinaamse Christenen, Katholiek en Protestant, Hindoes en Moslims. De zorg wordt gegeven naar Nederlandse maatstaven en naar Nederlandse wetgeving, maar wel met speciale aandacht voor de verschillende culturen, normen en waarden. Zo is er twee maal daags een warme maaltijd, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke wensen van cultuur en religie. Naast religieuze vieringen voor alle religies zijn er ook interreligieuze vieringen. De aankleding van het huis is zo dat de bewoners er hun eigen sfeer in terugvinden. Het personeel spreekt diverse talen en voor zover ze dat niet doen wordt hen een taalcursus gegeven met basale woorden zodat ze zich verstaanbaar kunnen maken. De bewoners delen een groot relativerend vermogen en er is, ondanks alle verschillen, een grote saamhorigheid.
- 22 -
- 23 -
Veel bewoners hebben hun traumatische ervaringen nooit aan hun kinderen verteld en ook het personeel wordt sporadisch in vertrouwen genomen. Maar met elkaar kunnen ze praten en herinneringen delen. Raffy Huize Raffy in Breda is een woonzorgcentrum speciaal voor Molukse en Indische ouderen, dat al langere tijd bestaat en nog steeds een wachtlijst kent. Als je binnenkomt voel je de sfeer al en de inrichting is ook geheel gericht op de cultuur en woonsfeer van Molukse en Indische ouderen. Şefkat Een van de belangrijkste initiatieven van de laatste tijd is Şefkat, een verzorgingshuis voor mensen van Turkse en Marokkaanse afkomst. Dit huis in Boxtel heeft kortgeleden zijn deuren geopend. Er kunnen 18 mensen worden opgenomen die intensieve verzorging nodig hebben en de eerste cliënten zijn binnen. Omdat men verpleeghuiszorg biedt, is de aandacht voor het huis, ook uit de doelgroepen, groot. Maar ook hier is de ervaring dat het moeilijk blijft voor kinderen om de ouders in dit huis te laten opnemen. Tot nu toe heeft de leiding met mensen te maken die meestal al een zorgtraject achter de rug hebben. Şefkat is dan vaak een veel betere oplossing voor het probleem waar men al een noodoplossing voor had bedacht. Maar voor mensen die nieuw in deze situatie komen is en blijft het moeilijk. Toch is men blij met het initiatief en waardeert men de inzet om zo goed mogelijk rekening met de culturele en geestelijke achtergrond van mensen te houden. Personeel en leiding wachten af en doen hun best. *6)
Bronnen *1 *2 *3 *4 *5
*6
- 24 -
Item van de Wereldomroep in 2006 PON Instituut voor advies, onderzoek en ontwikkeling in Noord-Brabant Grotendeels uit de ervaringen van de heer Percy Tjon-A-Hie uit Eindhoven Informatie van Woonbedrijf Eindhoven: Hedwig Schrijen en Ineke Kitsz BBK – Brabant Bekent Kleur is een samenwerking van Palet, adviseurs diversiteit, Center for Knowledge Transfer van de Universiteit van Tilburg en K2, Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken. Gegevens van project Geeren Zuid in Breda van WonenBreburg en AlleeWonen Gegevens van Deniz Ozkanli van Şefcat
- 25 -
Stichting BOOG heeft in 2010 een brochure uitgebracht over Marokkaanse ouderen.
Stichting Boog is een Brabantse Organisatie gericht op de positie van [Allochtone] Ouderen Groepen.
Marokkaanse ouderen komen over het algemeen slecht in beeld. Er ís wel een beeld van Marokkanen, maar dit beeld is veelal bepaald door slechte publiciteit over het gedrag van de jeugd. De ouderen uit deze gemeenschap zijn weinig zichtbaar. Noch in het straatbeeld of in de publiciteit noch bij instellingen. Dit terwijl de aantallen ouderen, en de problemen die zij ervaren, toenemen. Voor BOOG aanleiding om niet alleen deze groepering nader te willen beschrijven, maar ook aandachtspunten en handvaten op een rijtje te zetten die kunnen helpen bij het leggen van contacten met mensen uit deze groepering.
Verbetering van de positie van deze ouderen in Brabant en versterking van hun participatie in het kader van Actief Burgerschap, zijn belangrijke doelstellingen van BOOG. Het gaat hierbij om:
Deze brochure is te bestellen bij stichting BOOG, contactgegevens treft u aan op de achterkant van deze brochure.
-
- 26 -
Het optimaal betrekken van allochtone ouderen en hun ondersteuners bij hun eigen organisatie (vorming) en bij het ontwikkelen van beleid en uitvoeringsplannen (netwerkvorming); Het vergroten van kennis en vaardigheden van allochtone ouderen en hun vertegenwoordigers en ondersteuners als het gaat om belangenbehartiging en participatie; Het versnellen van processen die leiden tot zelforganisatievorming en participatie op basis van de vraag van allochtone ouderen, hun vertegenwoordigers en dienstverleners in de sector ‘ouderen’; Het vervullen van een brugfunctie tussen ouderen en de Brabantse (lokale) hulp-, zorg- en dienstverleners; Het activeren en ondersteunen van mensen, groepen, organisaties en instellingen in Brabant wat betreft innoverende ontwikkelingen gericht op wensen, behoeften en mogelijkheden van allochtone ouderen.
- 27 -