Implementatieplan R-net Provincie Zuid-Holland
18 december 2012
1
Inhoudsopgave 1. 2. 3.
Voorgeschiedenis .................................................................................................................................... 3 Wat is R-net? ........................................................................................................................................... 4 Kenmerken van R-net .............................................................................................................................. 5 3.1. Betrouwbaarheid ................................................................................................................................. 5 3.2. Frequentie ........................................................................................................................................... 5 3.3. Snelheid............................................................................................................................................... 5 3.4. Samenhang ......................................................................................................................................... 5 3.5. Herkenbaarheid................................................................................................................................... 5 3.6. Aantrekkelijkheid ................................................................................................................................. 6 3.7. Comfort................................................................................................................................................ 6 4. Kwaliteitseisen en Productformule R-net ................................................................................................. 7 4.1. Kwaliteitseisen..................................................................................................................................... 7 4.2. Productformule R-net .......................................................................................................................... 9 5. Fasering in de bestuursovereenkomst................................................................................................... 10 6. Implementatie R-net Provincie Zuid-Holland ......................................................................................... 11 6.1. Aanpassing infrastructuur.................................................................................................................. 11 6.2. Haltes en voorzieningen voor ketenmobiliteit .................................................................................... 12 6.3. Concessies........................................................................................................................................ 13 6.4. Planning implementatie R-net ........................................................................................................... 14 7. Financiën ............................................................................................................................................... 14 7.1. Aanpassing infrastructuur.................................................................................................................. 14 7.2. Haltes en voorzieningen voor ketenmobiliteit .................................................................................... 15 7.3. Reisinformatie.................................................................................................................................... 16 7.4. Rijdend materieel............................................................................................................................... 16 7.5. Exploitatie .......................................................................................................................................... 17 7.6. Innovatie ............................................................................................................................................ 17 7.7. Communicatie.................................................................................................................................... 17 Bijlage 1: Alphen aan den Rijn – Gouda (trein)................................................................................................ 18 Bijlage 2: Dordrecht – Geldermalsen / MerwedeLingelijn (trein)...................................................................... 19 Bijlage 3: Leiden Centraal – Katwijk – Noordwijk (bus) ................................................................................... 20 Bijlage 4: Noordwijk – Voorhout – Sassenheim – Schiphol (bus) .................................................................... 21 Bijlage 5: Alphen aan den Rijn – Leimuiden – Schiphol (bus) ......................................................................... 23 Bijlage 6: Leiden Centraal – Zoetermeer (bus) ................................................................................................ 24 Bijlage 7: Leiden Centraal – Leiderdorp (bus) ................................................................................................. 26 Bijlage 8: Gouda – Schoonhoven (bus) ........................................................................................................... 27 Bijlage 9: Rotterdam Zuidplein – Oude Tonge (bus)........................................................................................ 28 Brochure: 'R-net komt er aan' (zie separaat drukwerk).................................................................................... 29
2
1.
Voorgeschiedenis
De provincie werkte al enige jaren samen met de andere regionale partners in Zuid-Holland, NS en Prorail aan een netwerk van hoogwaardig regionaal openbaar vervoer, vergelijkbaar met het streefbeeld van R-net. Dit netwerk had als werknaam het Zuidvleugelnet. In 2010 is dit project, samen met Stedenbaan en het Programma Hoogfrequent Spoor (PHS), ondergebracht in het samenwerkingsverband StedenbaanPlus. Het in dit verband ontwikkelde en met regio’s afgestemde netwerk heeft als input gefungeerd voor het Zuidvleugel deel van het Randstadnet van het OV-bureau Randstad, dat nu met de merknaam R-net geïmplementeerd gaat worden. Eind 2010 heeft het OV-bureau Randstad een rapport uitgebracht getiteld “Randstadnet 2028 – belofte aan de reiziger”. In dit rapport stelt het bureau de ontwikkeling voor van een samenhangend HOV-netwerk voor de Randstad met een eigen productformule en kwaliteitskenmerken. In een besluit van 21 december 2010 geven GS aan kennisgenomen te hebben van deze visie en geven de ambtelijke organisatie opdracht samen met het OV-bureau deze visie verder uit te werken, o.a. op mate waarin het R-net een antwoord biedt op de huidige knelpunten en welke extra investeringen en exploitatiekosten met de invoering van het R-net in Zuid-Holland gemoeid zijn. Op 26 juni 2012 hebben GS besloten om de bestuursovereenkomst 'Hoogwaardig OV Randstad' te sluiten met de OV-bureaupartners (4 provincies, 4 stadsregio's en met Ministerie van I&M) over Hoogwaardig Openbaar Vervoer in de Randstad en hebben zij PS hierover geïnformeerd. Deze overeenkomst is in september/oktober 2012 door alle partners ondertekend. In deze overeenkomst spreken de 8 decentrale OV-authoriteiten de ambitie uit om uiterlijk in 2028 R-net op de OV-verbindingen, zoals vermeld in de Ambitie Randstadnet 2028' (bijlage 1 bij de overeenkomst), te realiseren. Binnen het concessiegebied, waar de Provincie Zuid-Holland verantwoordelijk voor is, betreft dat de volgende corridors: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Alphen aan den Rijn – Gouda (trein) Dordrecht – Gelderrmalsen / MerwedeLingelijn (trein) Leiden Centraal – Katwijk – Noordwijk (bus) Noordwijk – Voorhout – Sassenheim – Schiphol (bus) Alphen aan den Rijn – Leimuiden – Schiphol (bus) Leiden Centraal – Zoetermeer (bus) Leiden Centraal – Leiderdorp (bus) Gouda – Schoonhoven (bus) Rotterdam Zuidplein – Oude Tonge (bus)
Parallel aan de besluitvorming over R-net, is ten behoeve van de uitwerking van een alternatief voor de RijnGouwelijn sinds eind 2011 het programma HOV-NET Zuid-Holland Noord voorbereid. In dit programma zijn de verbindingen 1 en 3 t/m 7 opgenomen. In dit rapport worden alle 9 R-net corridors behandeld. In de bestuursovereenkomst 'Hoogwaardig OV Randstad' is vastgelegd dat uiterlijk eind 2012 alle OVbureaupartners een implementatieplan R-net opstellen conform de Implementatiestrategie R-net (bijlage 2 bij de bestuursovereenkomst) en dat dit plan elke twee jaar wordt geactualiseerd. Voor u ligt het eerste Implementatieplan R-net van de provincie Zuid-Holland.
3
2.
Wat is R-net?
Het verkeer in de binnensteden van de Randstad loopt steeds meer vast. Dat gaat ten koste van de bereikbaarheid en het leefklimaat. Vooral het autoverkeer zorgt voor problemen. De oplossing ligt in beter openbaar vervoer. R-net is een netwerk van OV-verbindingen dat uiterlijk in 2028 de hele Randstad zal beslaan (de ‘R’ staat voor Randstad). R-net garandeert een optimale bereikbaarheid van de belangrijkste werklocaties, woongebieden en voorzieningen. Door de ruimtelijke ontwikkeling te concentreren rondom knooppunten van hoogwaardig openbaar vervoer, zal de omvang van de reizigersstromen toenemen. Een keuze voor zo veel mogelijk ‘gestrekte tracés’ betekent dat een deel van de reizigers, ten opzichte van de huidige situatie, een grotere afstand tot de haltes moet overbruggen. Onderzoek wijst uit dat reizigers daartoe bereid zijn – op voorwaarde dat hun totale reis daardoor sneller wordt of de frequentie van het openbaar vervoer toeneemt. Het verwachte succes van R-net zit hem in een wisselwerking tussen goed openbaar vervoer, ruimtelijke ontwikkeling en economische groei. Hierdoor kan frequenter en beter openbaar vervoer worden aangeboden. Dit is een zichzelf versterkend proces. De provincie verliest de sociale functie van het openbaar vervoer niet uit het oog. Dat wordt geborgd door in de aanbesteding van nieuwe concessies in het programma van eisen de te ontsluiten kernen te benoemen. Daarnaast wordt beoogd met steeds beter renderende R-netverbindingen het financieel mogelijk te maken een goed ontsluitend onderliggend busnet in stand te houden. Verschillende vervoerbedrijven voeren binnen de Randstad de R-net formule in. Het netwerk is overzichtelijk en heeft een hoog kwaliteitsniveau; hoger dan het overige stads- en streekvervoer. R-net biedt rechtstreekse verbindingen bij grote vervoerstromen en soepele overstapmogelijkheden. Het biedt hoge frequenties waardoor de reiziger nooit lang hoeft te wachten. Daarnaast is R-net zeven dagen per week beschikbaar van de vroege ochtend tot de late avond. R-net bestaat uit trein, metro, (snel)tram en bus. Het Randstedelijk netwerk is bedoeld voor verplaatsingen tussen circa 2,5 en 35 kilometer. R-net rijdt al in Noord-Holland en tussen Amsterdam en Almere. De reizigers ervaren het systeem als herkenbaar en hoogwaardig. Het biedt goede reis- en overstapinformatie, heeft eenduidige tarieven, kent uitstekende aansluitingen op het lokaal openbaar vervoer en Intercity’s, en is voorzien van fietsenstallingen en P+R-terreinen. De optelsom van alle faciliteiten maakt dat reizigers het hoogwaardige openbaar vervoer beoordelen als een reëel alternatief voor de eigen auto. Onderzoek wijst uit dat reizigers vooral wachttijd als negatief ervaren. Het onderscheidend karakter van R-net is spoorboekloos rijden, in ieder geval in de spits op werkdagen in de maatgevende spitsrichting. De consequentie is dat een frequentie van minder dan vier keer per uur en minder dan zes keer per uur in de spits géén R-net is. Ingroei is tot 2028 mogelijk. Dat betekent dat een lijn die nog niet aan alle eisen voldoet, maar op termijn wel, een R-netlijn mag zijn. De kenmerken van R-net zijn: betrouwbaarheid, frequentie, snelheid, samenhang, herkenbaarheid, aantrekkelijkheid en comfort.
4
3.
Kenmerken van R-net
3.1.
Betrouwbaarheid
Betrouwbaar houdt in dat voertuigen ‘op tijd’ vertrekken. Ze mogen nooit te vroeg vertrekken. Voor een reiziger is het van belang dat hij op het geplande tijdstip aankomt en dat aansluitingen gehaald worden. Infrastructurele maatregelen zorgen er voor dat vertragingen onderweg tot een minimum beperkt blijven. Overigens wijst onderzoek uit dat reizigers betrouwbaarheid belangrijker vinden dan snelheid.
3.2.
Frequentie
Een reiziger ervaart wachttijd als twee maal zo lang als rijtijd. R-net maakt afstanden in de regio gevoelsmatig kleiner door de hoge frequentie waarmee wordt gereden. Het onderscheidend karakter van R-net is spoorboekloos rijden, in ieder geval in de spits op werkdagen in de maatgevende spitsrichting. Frequent betekent: voor de bussen minimaal 6 keer per uur in de spits en tijdens de overige uren minimaal 4 keer per uur; voor de regionale treinverbindingen Alphen aan den Rijn - Gouda en Dordrecht - Geldermalsen minimaal 4 keer per uur in de spits en tijdens de overige uren minimaal 2 keer per uur. De spits loopt van 06.00-09.00 uur en van 16.00-19.00 uur op werkdagen.
3.3.
Snelheid
Het openbaar vervoer kan alleen concurreren met de auto als het voldoende snelheid maakt. Wanneer het reistijdverschil een factor 1,5 overschrijdt, in het nadeel van het OV, dan kiest meer dan 75 procent voor de eigen auto. In het programma van eisen van R-net per 2028 is opgenomen dat de dienstregelingsnelheid (tussen halten, zonder stoptijden) maximaal 20 km/uur langzamer is dan de toegestane snelheid. Voor de binnensteden en woonwijken is deze eis niet altijd haalbaar, en is de eis om die reden als ‘wenselijk’ geclassificeerd. R-net maakt zoveel mogelijk gebruik van opgewaardeerde infrastructuur. Deze opwaardering is of wordt gerealiseerd met doorstromingsmaatregelen of vrijliggende busbanen. Daarnaast wordt er zo min mogelijk omgereden door te kiezen voor gestrekte ofwel korte routes. Een hogere snelheid en een kortere route betekent uiteraard minder reistijd. In bijgaande brochure in de pagina's per corridor is de reistijd in de ochtendspits nu en in de toekomst met elkaar vergeleken en is goed te zien welke verbetering R-net gaat opleveren. De huidige reistijd (Connexxion) en die per 9 december 2012 (Arriva) zijn gebaseerd op de dienstregeling. De toekomstige reistijd is vooralsnog indicatief en zal in de definitieve planuitwerking per corridor nader worden vastgesteld.
3.4.
Samenhang
De reiziger ervaart R-net als één samenhangend systeem. De onderdelen van het netwerk sluiten naadloos op elkaar aan. Met R-net wordt geïnvesteerd in de aanleg van ontbrekende schakels die het meeste effect hebben op de bereikbaarheid. Voertuigen bieden op elk moment actuele reisinformatie (ook akoestisch) voor zowel bus, tram als trein. Hierbij mag het niet uitmaken wie de opdrachtgever of vervoerder is van een aansluitende verbinding.
3.5.
Herkenbaarheid
De verbindingen, uitstraling en informatievoorziening zijn zodanig vormgegeven dat de reiziger het gehele R-net als één netwerk ervaart. De toepassing van de uniforme huisstijl is afhankelijk van de ingang van nieuwe concessies en de vervanging van haltevoorzieningen.
5
3.6.
Aantrekkelijkheid
R-net stelt hoge eisen aan materieel en haltevoorzieningen. Trefwoorden: mooi, schoon, milieuvriendelijk en modern. De voertuigen zijn geluidsarm en uitgerust met één of meer camera’s en moderne communicatie¬apparatuur om de sociale veiligheid te waarborgen. De haltes en stations zijn voldoende verlicht.
3.7.
Comfort
Materieel en halte- en stationsvoorzieningen zorgen voor moeiteloos en gerieflijk reizen. De OV-medewerkers zijn servicegericht. Voertuigen bieden voldoende capaciteit zodat alle reizigers in de spits mee kunnen, en alle reizigers buiten de spits een zitplaats hebben. Voertuigen hebben comfortabele stoelen met voldoende beenruimte. De verwarming en verkoeling zijn goed geregeld. Het zicht naar buiten wordt niet belemmerd door vuil of reclame. Het geluidsniveau, trillingen en schokken blijven tot een minimum beperkt. Tracés kennen geen drempels of scherpe bochten. Voertuigen zijn voorzien van een gelijkvloerse instap. Zij zijn toegankelijk voor alle reizigers, dus ook voor: • reizigers in een rolstoel; • reizigers die slecht ter been zijn; • reizigers met een visuele of auditieve beperking; • reizigers met veel bagage; • reizigers met kinderen. Haltes en stations zijn het visitekaartje voor de reiziger. Zij zijn ruim opgezet, zijn dragers van de R-net-huisstijl, bieden voldoende schuilmogelijkheid, geven dynamische reis- en overstapinformatie en bieden voorzieningen voor ketenmobiliteit, zoals goede aansluitingen op knooppunten, fietsparkeren en P+R locaties.
6
4.
Kwaliteitseisen en Productformule R-net
4.1.
Kwaliteitseisen
De kenmerken van R-net (betrouwbaarheid, frequentie, snelheid, samenhang, herkenbaarheid, aantrekkelijk en comfort) zijn in bijlage 2 bij de bestuursovereenkomst 'Hoogwaardig OV Randstad' uitgewerkt in kwaliteitseisen voor R-net. Onderstaande tabel uit betreffende bijlage geeft een overzicht van de kwaliteitseisen waaraan lijnen, die deel uitmaken van R-net, moeten voldoen. Eis
2012
2020
2028
Bediening Classificatie: essentieel
Bus en rail (decentraal): Werkdag: 6.00-24.00 m.u.v. spitslijnen Weekenden: aangepast aan reizigersvraag
Bus en rail: Werkdag: 6.00-24.00 Zaterdag: 7.00-24.00 Zondag: 8.00-24.00
Bus en rail: Werkdag: 6.00-24.00 Zaterdag: 7.00-24.00 Zondag: 8.00-24.00
Minimumfrequentie Classificatie: essentieel
Bus: Werkdag spits: 4/uur Werkdag buiten spits:
Bus: Werkdag spits 6/uur Werkdag buiten spits: 4/uur Zaterdag: 4/uur Zondag: 4/uur
Bus/rail: Ambitie: 6 x per uur
4/uur Zaterdag: 4/uur Zondag: 2/uur Rail: Werkdag spits: 4/uur Werkdag buiten spits: 4/uur Zaterdag: 4/uur Zondag: 4/uur Reissnelheid Classificatie: wenselijk
Betrouwbaarheid Classificatie: kritiek
Voorzieningen Classificatie: belangrijk
Minimum: 6 x per uur in spits en overige tijden 4 x per uur
Rail: Werkdag spits: 4/uur Werkdag buiten spits: 4/uur Zaterdag: 4/uur Zondag: 4/uur
Geen generieke eis: tot 2020 worden er nog allerlei doorstromingsmaatregelen gerealiseerd. Streefwaarden: Buiten bebouwde kom: Maximaal 20 km/u langzamer dan toegestane snelheid V/f factor max. 1,5
Bus/rail: Bebouwde kom: nog uitwerken Overig: maximaal 20 km/u langzamer dan toegestane snelheid
Bus/rail: Bebouwde kom: nog uitwerken Overig: maximaal 20 km langzamer dan toegestane snelheid
V/f factor max. 1,5
V/f factor max. 1,5
Geen rituitval Nooit te vroeg vertrekken Gegarandeerde overstap
Geen rituitval Nooit te vroeg vertrekken Stipt, geplande reistijd is gerealiseerde reistijd Altijd actuele informatie Gegarandeerde overstap (m.u.v. ritten na 24.00 uur)
Geen rituitval Nooit te vroeg vertrekken Stipt, geplande reistijd is gerealiseerde reistijd Altijd actuele informatie Gegarandeerde overstap (m.u.v. ritten na 24.00 uur)
Voorzieningen voor fiets, dynamische reisinformatie, overstapinformatie, abri’s volgens de functionele eisen uit de productformule R-net afhankelijk van ingang nieuwe contracten of groot onderhoud
Voorzieningen voor fiets, dynamische reisinformatie, overstapinformatie, abri’s volgens de functionele eisen uit de productformule R-net afhankelijk van ingang nieuwe contracten of groot onderhoud
Voorzieningen voor fiets, dynamische reisinformatie, overstapinformatie, abri’s volgens de functionele eisen uit de productformule R-net
7
Eis
2012
Herkenbaarheid: huisstijl Essentieel
huisstijl invoeren bij eerstvolgende concessie/groot onderhoud materieel/contracten.
2020 Bus: volledig huisstijl R-net Rail: voertuigen R -net Abri: gedeeltelijk R-net DRIS: gedeeltelijk R-net
2028 Alle uitingen van R-net voldoen aan de huisstijl
Voor wat betreft de minimumfrequentie is voor de regionale treinverbindingen een uitzonderingspositie afgesproken en geldt voor: Gouda - Alphen aan den Rijn een frequentie van minimaal 4 keer per uur in de spits en twee keer per uur tijdens de overige uren. De MerwedeLingelijn een frequentie van minimaal 4 keer per uur de gehele dag tot 19.30 uur en twee keer per uur tijdens de overige uren. Aan de vermelde classificatie in bovenstaande tabel wordt in de bestuursovereenkomst de volgende betekenis toegekend: a. b.
c.
d.
Kritiek: Aan deze eis moet voldaan worden, geen afwijking mogelijk. Voldoet een verbinding niet aan deze eis, dan is de verbinding geen R-net lijn. Essentieel: Aan deze eis moet voldaan worden. Afwijkingen doen in ernstige mate afbreuk aan de productformule en/of de belofte aan de reiziger, maar zijn mogelijk. Onder vooraf gedefinieerde, geüniformeerde voorwaarden, is de verbinding ook een R-net-lijn. Deze voorwaarden worden op voordracht van de Directieraad binnen OV-bureau Randstad bestuurlijk vastgesteld. Belangrijk: Aan deze eis moet voldaan worden. Afwijkingen tasten de belofte aan de reiziger en/of de productformule aan, maar zijn mogelijk. Met nader te bepalen maatregelen, die niet geüniformeerd hoeven te zijn, is een verbinding ook een R-net-lijn. Deze voorwaarden worden besproken en afgestemd in de Projectgroep R-net en op voordracht van de Directieraad binnen OV-bureau Randstad bestuurlijk vastgesteld. Wenselijk: Deze eis is een streefwaarde, afwijkingen zijn mogelijk. De verbinding is ook een R-net-lijn.
Daarnaast wordt in de bestuursovereenkomst onderscheid gemaakt in de volgende vier categorieën met betrekking tot het voldoen aan de R-net-eisen: 1. De lijn voldoet aan de eisen; 2. De lijn voldoet niet aan alle gestelde eisen, maar op termijn wel; 3. de lijn voldoet op een aantal kenmerken wel en op een ander aantal kenmerken niet aan de eisen en zal Daar ook niet aan kunnen voldoen; 4. De lijn voldoet niet aan de eisen en zal op termijn ook niet voldoen. Voor de 9 R-net lijnen binnen het concessiegebied, waar de Provincie Zuid-Holland verantwoordelijk voor is, wordt ervan uitgegaan dat deze niet onder de 4e categorie gaan vallen. Wel blijven enkele lijnen in de 3de categorie en dan betreft het niet voldoen aan de eisen voor: Frequentie: in de daluren, vooral avond en weekend, is dat vanwege een lager reizigersaanbod niet overal haalbaar. Bedieningstijd: de mogelijkheid wordt opgehouden in avond en weekend beperkt af te wijken. Haltevoorzieningen: binnen de bebouwde kom moet mogelijk worden afgeweken van de productformule vanwege binnenstedelijke inpassing en/of welstandseisen.
8
4.2.
Productformule R-net
Naast de kwaliteitseisen op het gebied van exploitatie en voorzieningen kent R-net ook een productformule met betrekking tot het ontwerp van in- en exterieur van voertuigen en beeldbepalende elementen van haltevoorzieningen (abri’s) en stations, evenals communicatiemiddelen (drukwerk, website, mobiele apparatuur).
9
5.
Fasering in de bestuursovereenkomst
Met de ondertekening van de bestuursovereenkomst heeft de provincie de ambitie uitgesproken om uiterlijk in 2028 het netwerk te realiseren en de R-net productformule toe te passen. In de implementatiestrategie R-net bij de bestuursovereenkomst is sprake van twee fasen in de implementatie, waarin lijnen geleidelijk op R-net niveau kunnen worden gebracht. De eerste fase loopt tot 2020 met een evaluatiemoment in 2019. De tweede fase loopt van 2020 tot 2028. In de eerste fase (2012-2020) worden zo veel mogelijk van de beoogde R-net lijnen geïntroduceerd of getransformeerd, maar hoeven deze nog niet volledig te voldoen aan alle kenmerken uit de productformule. Voertuigen (eventueel met uitzondering voor rail) worden in R-net kleuren uitgevoerd en haltevoorzieningen worden in één keer of stapsgewijs vervangen dan wel geplaatst. Er wordt zoveel mogelijk “werk met werk” gemaakt en gebruik gemaakt van natuurlijke vervangingsmomenten zoals een nieuwe concessieperiode of groot onderhoud (rail). Voor de frequentie kan gebruik gemaakt worden van een ‘ingroeimodel’, waarbij de frequenties vanaf een minimumvereiste kunnen toegroeien naar het eindbeeld. In 2019 vindt een evaluatie plaats. In de tweede fase (2020-2028) wordt gewerkt aan voltooiing van het beoogde netwerk en, met inachtneming van de evaluatie en inkadering in de provinciale gebiedsvisies en mobiliteitsvisie, verder vervolmaakt en door ontwikkeld naar het gewenste eindbeeld.
10
6.
Implementatie R-net Provincie Zuid-Holland
Onderdeel van dit implementatieplan is de brochure "R-net komt er aan" (een separaat drukwerk). Hierin staat zeer toegankelijk beschreven op welke wijze R-net stapsgewijs wordt ingevoerd en welke ambitie in frequenties en reistijden wordt nagestreefd. In dit implementatieplan is die keuze nader onderbouwd. De implementatiestrategie R-net, de stand van zaken en planning infrastructuur, concessievoorwaarden en fase van concessieverlening leiden tot een aantal keuzes ten aanzien van de stapsgewijze implementatie van R-net binnen het regiegebied van de provincie ZuidHolland. Uitgangspunt is dat Gedeputeerde Staten er voor kiezen om bij de invoering van R-net eerst het merendeel van de voorzieningen aan te brengen (zoals aangepaste infrastructuur, haltes en voorzieningen voor ketenmobiliteit) en daarna de R-net productformule te introduceren. Ook wordt, waar mogelijk, aangesloten bij een nieuwe concessieperiode.
6.1.
Aanpassing infrastructuur
De provincie werkt samen met de locale overheden aan het verbeteren van de snelheid van de buslijnen door aanpassingen aan de weginfrastructuur. Het gaat daarbij om vrijliggende busbanen en doorstromingsmaatregelen, zoals verkeerslichtbeïnvloeding en inhaalmogelijkheden bij kruisingen en verkeerslichten. Door deze maatregelen zullen de buslijnen kunnen voldoen aan de snelheids- en betrouwbaarheidseisen die in de productformule R-net zijn geformuleerd. In de bijlagen 1 t/m 9 is per corridor een factsheet bijgevoegd met een beschrijving van de infrastructurele maatregelen. Hieronder volgt een overzicht op hoofdlijnen. 1.
Alphen aan den Rijn – Gouda (trein) Dit project zal, direct na de besluitvorming over het HOV-NET Zuid-Holland Noord, opnieuw worden opgestart. De infrastructuur zal worden aangepast om een voldoende robuuste dienstregeling van vier keer per uur per 2016 mogelijk te maken en er zullen 2 nieuwe stations worden gebouwd. De lijn voldoet niet aan de frequentienormen van R-net, maar hiervoor is in de bestuursovereenkomst R-net een uitzondering gemaakt. Op basis van het verwachte reizigersaanbod wordt vooralsnog alleen in de spits 4 keer per uur gereden.
2.
Dordrecht – Geldermalsen / MerwedeLingelijn (trein) Dit is een project in uitvoering, de dienstregeling van vier keer per uur is al ingevoerd en er staan nog 2 nieuwe stations gepland. Deze lijn voldoet niet aan de frequentienormen van R-net, maar hiervoor is in de bestuursovereenkomst R-net een uitzondering gemaakt.
3.
Leiden Centraal – Katwijk – Noordwijk (bus) Dit project zal, direct na de besluitvorming over het HOV-NET Zuid-Holland Noord, worden opgestart. Er zal vanuit Leiden tot Katwijk een grotendeels vrijliggende busbaan langs de nieuwe RijnlandRoute worden gerealiseerd. Op het vervolgtraject naar Noordwijk komen doorstromingsmaatregelen.
4.
Noordwijk – Voorhout – Sassenheim – Schiphol (bus) De planstudie is afgerond. Het betreft een flink pakket aan doorstromingsmaatregelen en er wordt samengewerkt met de Stadsregio Amsterdam.
11
5.
Alphen aan den Rijn – Leimuiden – Schiphol (bus) Dit project is al in uitvoering en bestaat uit een breed maatregelenpakket, waaronder vrijliggende busbanen en aanpassing van kunstwerken.
6.
Leiden Centraal – Zoetermeer (bus) a. Ten aanzien van de passage door de Leidse binnenstad wordt beoogd de huidige routering door de Breestraat in de toekomst te verplaatsen naar een tracé via de Hooigracht Langegracht. Op korte termijn zal slechts beperkt worden geïnvesteerd in de passage door Leiden. b. Tussen Leiden Lammenschans en Zoetermeer zijn op korte termijn geen infrastructurele aanpassingen nodig. Dit trajectdeel heeft een knelpunt bij de Lammebrug op de Europaweg, maar die situatie zal verbeteren na de investeringen in het kader van de RijnlandRoute.
7.
Leiden Centraal – Leiderdorp (bus) Voor de korte termijn zijn er geen doorstromingsmaatregelen gepland, aangezien er geen middelen beschikbaar zijn. Er zal een verkenning worden uitgevoerd.
8.
Gouda – Schoonhoven (bus) Er loopt nog een onderzoek naar mogelijke infrastructurele maatregelen. In de huidige situatie voldoet de lijn precies aan de snelheidsnorm. Infrastructurele maatregelen zouden daar mogelijk nog verbetering kunnen brengen.
9.
Rotterdam Zuidplein – Oude Tonge (bus) Op dit traject, en met name op het aansluitende traject naar Middelharnis, zijn infrastructurele werken in voorbereiding. Dit maakt het op termijn mogelijk de R-net bus in een lagere frequentie te laten doorrijden naar Middelharnis.. Op het traject zelf zijn doorstromingsmaatregelen niet strikt noodzakelijk om aan de snelheidsnorm te voldoen.
6.2.
Haltes en voorzieningen voor ketenmobiliteit
De productformule R-net schrijft een specifiek ontwerp van haltevoorzieningen voor. Om voor de buslijnen te kunnen voldoen aan de R-net productformule zullen haltevoorzieningen moeten worden vervangen. Naast een abri vereist de formule ook een fietsenstalling bij de halte. De haltes langs provinciale wegen zijn in de afgelopen jaren vervangen door nieuwe haltes. Deze haltes voldoen kwalitatief wel aan de eisen van R-net, maar zijn niet conform het ontwerp zoals beschreven in de productformule R-net. Bij vervanging en het toegankelijk maken van haltes zal zoveel mogelijk aangesloten worden bij geplande (vervangings)werkzaamheden rond de haltes. Voor de start van de Rnet lijn zullen een aantal (belangrijke) haltes worden vervangen. De rest kan stapsgewijs worden vervangen, zo mogelijk in samenhang met ander werk of vervangingsmomenten (vandalisme, verplaatsing, etc.). Aandachtspunt hierbij is dat de meeste haltes nu in beheer zijn bij de gemeenten, zodat overleg zal worden opgestart m.b.t. vervanging, beheer en exploitatie (reclame uitingen). Per corridor zal nog worden uitgewerkt in welk tempo abri’s vervangen zullen worden. De stations van de R-net-spoorlijnen Alphen aan den Rijn – Gouda en MerwedeLingelijn vormen een extra aandachtspunt. In de productformule van R-net is geen uitgewerkt beeld opgenomen voor treinstations. Dit moet nog verder worden uitgewerkt. Bovendien stellen Prorail en het bureau Spoorbouwmeester, als het gaat
12
om de beeldbepalende kenmerken op de perrons en in de stationshal, nadere (strenge) kaders. Aan de buitenkant van het station zijn makkelijker aanpassingen te treffen.
6.3.
Concessies
De corridors/lijnen van het voorgestelde R-net vallen onder verschillende concessies. De concessies hebben verschillende looptijden en al dan niet ingebouwde opties voor het opnemen van een aparte productformule als R-net. In de concessie waarin niet rekening is gehouden met R-net is het logisch om het implementatiemoment te kiezen bij het ingaan van de nieuwe concessie, gesteld dat de infrastructuur op orde is. Zuid-Holland Noord (ZHN) Deze concessie is per 9 december 2012 ingegaan en loopt tot eind 2020 met een optie tot onderhandse verlenging van 2 jaar. De concessie is gegund aan Arriva. In deze concessie is via de opties in de aanbesteding voorzien, dat de vervoerder op een aantal HOV-lijnen met onderscheidend materieel moet gaan rijden tegen HOV-tarief. Arriva heeft daarmee een indicatie gegeven van de extra jaarlijkse exploitatiekosten en eenmalige materieelkosten, maar hierover moeten nog definitieve prijsafspraken worden gemaakt. In deze concessie zal per corridor R-net worden ingevoerd na gereed komen van de infrastructuur. Goeree-Overflakkee, Hoekse Waard (HWGO) Deze concessie is ingegaan op 1 januari 2008 voor een periode van zeven jaar met een optie voor verlenging van een jaar. Dit betekent dat de concessie loopt tot eind 2014, dan wel eind 2015. Een besluit over verlenging wordt begin 2013 genomen. De concessie is gegund aan Arriva. In de huidige concessie is niet voorzien in een aparte productformule voor de verbinding Rotterdam Zuidplein – Oude Tonge, zodat de implementatie van Rnet zal ingaan met ingang van de nieuwe concessieperiode vanaf eind 2014 of eind 2015. Drechtsteden, Alblasserwaard, Vijfherenlanden (DAV) Deze concessie is ingegaan op 1 januari 2007 en loopt tot met 2018. De concessie is gegund aan Arriva. In deze concessie is alleen de R-net lijn Dordrecht - Geldermalsen (MerwedeLingelijn) opgenomen. In de concessie is niet voorzien in het toepassen van de R-net productformule op de treinstellen, zodat de implementatie van R-net zal ingaan met ingang van de nieuwe concessieperiode vanaf 2019. Alphen aan den Rijn – Gouda De treindienst Alphen aan den Rijn – Gouda wordt op basis van een contract met vervoerder NS gereden. Dit contract loopt tot december 2015, zodat de implementatie van R-net zal ingaan met ingang van de nieuwe concessieperiode vanaf 2016.
13
6.4.
Planning implementatie R-net
Op basis van de informatie uit voorgaande paragrafen resulteert dat in onderstaande planning uitgesplitst in de diverse te doorlopen fasen.
Planning R-net implementatie Corridor 1
Alphen aan den Rijn – Gouda
2
Dordrecht – Geldermalsen (MerwedeLingelijn)
3
Nader Onderzoek
Voorbereiding
Realisatie Infra
R-net in exploitatie
t/m 2016
Ingangsdatum van frequentieverhoging nog te bepalen 1 Januari 2019 (nieuwe concessie MLL)
n.t.b
n.t.b
n.t.b
Leiden Centraal – Katwijk – Noordwijk
2013 / 2014
2014 / 2015
2017 / 2018 (RLR)
December 2018
4
Noordwijk – Voorhout – Sassenheim – Schiphol
2013 / 2014
2014 / 2015
2015 / 2016
December 2016
5
Alphen a/d Rijn – Leimuiden – Schiphol
2012
2012 / 2013
2014 / 2015
December 2015
6
Leiden Centraal – Zoetermeer
2013
2013
2013
2013
December 2013
7
Leiden Centraal – Leiderdorp
2013
n.t.b
n.t.b
n.t.b
n.t.b
8
Gouda – Schoonhoven
2014
n.t.b
n.t.b
n.t.b
n.t.b.
9
Rotterdam Zuidplein - Oude Tonge
2012
2013 / 2014
2014 / 2015
December 2015 (nieuwe concessie HWGO)
7.
Financiën
7.1.
Aanpassing infrastructuur
n.t.b
Ontwerp
De kosten voor het aanpassen van de weginfrastructuur hangen primair samen met het streven naar het realiseren van een aantal snelle HOV-lijnen. De volgende twee R-net corridors zullen in de eerste fase (tot 2020) worden gerealiseerd vanuit het resterende RijnGouwelijn budget: a. Alphen aan den Rijn – Gouda (trein) b. Leiden Centraal – Katwijk – Noordwijk (bus) Daarnaast zijn de volgende vijf R-net corridors al in uitvoering, dan wel in vergevorderde staat van voorbereiding, zodat deze ook in de eerste fase (tot 2020) kunnen worden gerealiseerd. Hiervoor is separate financiering beschikbaar in het MPI: c. Noordwijk – Voorhout – Sassenheim – Schiphol (bus) d. Alphen aan den Rijn – Leimuiden – Schiphol (bus) e. Leiden Lammenschans – Zoetermeer (bus)
14
f. g.
Rotterdam Zuidplein – Oude Tonge (bus) Dordrecht – Geldermalsen / MerwedeLingelijn (trein)
De overige drie R-net corridors zullen nader worden verkend, maar schuiven mogelijk door naar de tweede fase (2020-2028) van de bestuursovereenkomst 'Hoogwaardig OV Randstad'. Ook is voor deze corridors nog geen financiële dekking beschikbaar gesteld: h. Leiden Centraal – Leiderdorp (bus) i. Leiden Centraal – Leiden Lammenschans (bus) j. Gouda – Schoonhoven (bus) Hieruit volgt dat er naar verwachting in de eerste fase geen extra middelen nodig zijn voor aanpassingen in de infrastructuur. Wel zal op de corridor Leiden Centraal – Leiden Lammenschans op korte termijn beperkt worden geïnvesteerd in no-regret maatregelen op de passage door Leiden. Bij het besluit over de HOV-NET Zuid Holland Noord zal aan PS worden voorgesteld een bedrag van € beschikbaar te stellen uit de programmareserve van Programma 2.
7.2.
Haltes en voorzieningen voor ketenmobiliteit
Zoals in paragraaf 6.2 aangegeven zijn de haltes langs provinciale wegen in de afgelopen jaren vervangen door nieuwe haltes. Met die stap is al een hoog kwaliteitsniveau gerealiseerd. Voor het realiseren van R-net haltes en voorzieningen zal echter op sommige haltes nog een extra kwaliteitsverbetering en/of capaciteitsuitbreiding noodzakelijk zijn. In de 1ste helft 2013 zal dat per corridor in kaart worden gebracht. Zoals al aangegeven zal bij de vervanging en het toegankelijk maken van haltes zal zoveel mogelijk worden aangesloten bij geplande (vervangings)werkzaamheden rond de haltes. Het R-net-haltemeubilair zal op basis van de afspraken met de huidige abrileverancier (en bij afname van minimaal 50 abri’s) rond de € 20.000 per stuk liggen. Dit is niet significant hoger dan het huidige provinciale abri-meubilair. Voor de kosten van plaatsing dan wel vervanging en toegankelijk maken is moeilijk een bedrag te noemen. Deze hangen sterk af van de plaatselijke omstandigheden. De kosten hiervan liggen tussen de €10.000 en € 20.000 per halte. Voor ketenmobiliteit moet in eerste instantie rekening worden gehouden met extra overdekte fietsenstallingen . In 2013 zal worden bij R-net haltes. De kosten daarvan worden gemiddeld geraamd op € onderzocht welke andere vormen van ketenmobiliteit (bijvoorbeeld oplaadpunten, P&R-voorzieningen) nog noodzakelijk zijn. Het grootste deel van bovenstaande kosten voor abri’s en ketenmobiliteit kan worden gedekt vanuit het budget voor het reguliere vervangingsprogramma. De extra kwaliteitsverbetering en/of capaciteitsuitbreiding kan in het MPI worden gedekt vanuit het budget 'Kwaliteitsverbetering OV-infrastructuur', waaraan vanuit de vrije ruimte in het MPI een bedrag van € Daarnaast is door PS in oktober
2012 vastgesteld dat vanaf 2013 projecten kunnen worden opgevoerd als structurele overprogrammering van het MPI. Als mogelijk onderdeel van de overprogrammering zijn R-net haltes buiten de directe scope van het HOV-net Zuid-Holland Noord genoemd, met geschatte kosten van ca. € 10 miljoen. De aanpassingen van de treinstations zijn nog onbekend. Hiervoor is nog geen standaardontwerp, noch is bekend welke beeldbepalende elementen van het station vervangen mogen worden. Hierover zal nog overleg plaatsvinden met de ontwerpers van de R-net-formule, spoorbeheerder Prorail en het bureau Spoorbouwmeester, dat verantwoordelijk is voor het spoorbeeld op het hoofdspoor. Een eerste grove schatting van de kosten komt op € per perron en dat betreft dan vooral investeringen in de ketenmobiliteit. Voor de treincorridor Alphen aan den Rijn – Gouda is dit meegenomen in de kostenraming van het projectbudget
15
HOV-NET Zuid-Holland Noord en is daarmee gedekt. Voor de MerwedeLingelijn zal de noodzaak nader worden onderzocht alvorens met een dekkingsvoorstel te komen.
7.3.
Reisinformatie
De provincie Zuid-Holland heeft op de bushaltes panelen met dynamische vertrekinformatie geplaatst. Deze panelen voldoen qua informatievoorziening en kwaliteit van de informatie aan de R-net productformule, maar niet aan het R-net ontwerp. Voor dit implementatieplan gaan we ervan uit dat de provinciale panelen vooralsnog blijven staan en pas aan het einde van de (technische) levensduur worden vervangen en daarnaast zullen deze bij eventuele nieuwe haltes worden geplaatst. Dit levert daarmee nauwelijks meerkosten op en kan worden gedekt vanuit het budget 'Kwaliteitsverbetering OV-infrastructuur'. Hetzelfde geldt voor reisinformatiepanelen in bestaande bussen.
7.4.
Rijdend materieel
Het rijdend materieel dat op R-net lijnen rijdt moet uitgevoerd zijn conform de productformule R-net. De productformule is uitgewerkt voor bus, tram en metro, maar niet voor treinen. In de concessie Zuid-Holland Noord zijn afspraken gemaakt over het introduceren van een aparte HOV-formule volgens R-net. Aangezien R-net later wordt geïntroduceerd, dan de startdatum van deze concessie (december 2012) is er voor gekozen om materieel te bestellen met R-net interieur en Arriva exterieur, waardoor bij introductie van R-net alleen het exterieur behoeft te worden aangepast. De provincie Zuid-Holland neemt deze transitiekosten op zich. Volgens prijsopgave van Arriva bedragen de kosten per bus circa € 12.000 (inclusief tijdelijke inzet van vervangende bussen), waarmee de totale transitiekosten circa € 800.000 zullen bedragen. Deze kosten zullen worden gedekt vanuit de BDU-gelden. Voor de verbinding Rotterdam-Zuidplein - Oude Tonge betreft het een lopende concessie die door loopt tot eind 2014 of 2015. In deze concessie is niet voorzien in een aparte productformule voor R-net. Het is daarom beter om dit op te nemen in het programma van eisen voor de aanbesteding van de volgende concessie. De meerkosten voor R-net uitstraling worden daarmee pas bij de aanbesteding duidelijk. In de concessie van MerwedeLingelijn (Dordrecht - Geldermalsen) is niet voorzien in het toepassen van de Rnet productformule op de treinstellen. Op de MerwedeLingelijn is het materieel relatief nieuw (2008) en is de technische levensduur van treinmaterieel veel langer dan van bussen (30 jaar of langer). Vervanging van treinen is daarom niet aan de orde, waarmee het naar verwachting financieel voordeliger is het materieel naar de nieuwe concessie over te zetten. In de huidige concessie is geen bepaling opgenomen met betrekking tot de overname van materieel, zodat dit bij de uitvraag voor de volgende concessie als voorwaarde zal worden opgenomen. De implementatie van R-net kan dan ingaan vanaf de nieuwe concessieperiode startend in 2019, waarbij de aanpassing beperkt blijkt tot bestickering van het exterieur van de treinen en delen van het interieur. Voor bekleding, stangen en handgrepen is dat (te) kostbaar. De kosten komen voor rekening van de provincie en worden geschat op enkele duizenden euro’s per treinstel en zullen worden gedekt vanuit de BDU-gelden. Alphen aan den Rijn – Gouda De treindienst Alphen aan den Rijn – Gouda wordt op basis van een contract door de NS gereden. Dit contract loopt tot december 2015, zodat de implementatie van R-net zal ingaan met ingang van de nieuwe concessieperiode vanaf 2016. De meerkosten voor R-net uitstraling worden daarmee pas bij de aanbesteding
16
duidelijk.
7.5.
Exploitatie
Het verwachte succes van R-net wordt vooral gegenereerd door een wisselwerking tussen goed openbaar vervoer, ruimtelijke ontwikkeling en economische groei. De bestuursovereenkomst biedt de mogelijkheid van een ‘ingroeimodel’, waarbij de frequenties vanaf een minimumvereiste – op basis van reizigersgroei – kunnen doorgroeien naar het eindbeeld. Bij de implementatie van R-net zal dit 'ingroeimodel' instrument wel overwogen worden ingezet. In de 1ste helft van 2013 zal in opdracht van de provincie door een externe deskundige worden onderzocht op welke wijze er een optimaal bedieningsmodel kan worden ontwikkeld (met ingroeimogelijkheden en prikkels voor de vervoerder). Dit model zal vervolgens worden toegepast bij de onderhandeling met Arriva over het lichten van de opties in de concessie Zuid-Holland Noord m.b.t. het rijden met R-net kwaliteit. Het is de ambitie de extra provinciale bijdrage hiervan zo laag mogelijk te houden. Uitgangspunt daarbij is dat er een goede balans wordt gevonden tussen de extra exploitatiekosten van een frequentieverhoging en de lagere exploitatiekosten door de kortere rijtijd. De aanpassingen in de infrastructuur zijn nodig om in het eindbeeld de kortere rijtijd te kunnen realiseren. Uiteindelijk moet een hoge frequentie en een hoge betrouwbaarheid resulteren in goed renderende de R-net verbindingen, waarmee het financieel mogelijk blijft een goed ontsluitend onderliggend busnet in stand te houden. Eventuele extra exploitatiekosten zullen vanuit de BDU-gelden worden gedekt.
7.6.
Innovatie
Bij de uitwerking van het R-net lijnen zal zo veel mogelijk gebruik worden gemaakt van innovaties op het gebied van materieelontwikkeling en toegankelijkheid van het openbaar vervoer. Er zijn bijvoorbeeld systemen op de markt waarbij camerageleiding ervoor zorgt dat een bus tot enkele centimeters van de perronrand stopt. Dit kan eveneens met een techniek die gebruik maakt van detectie-elementen in het wegdek. Als de perronhoogte en de vloerhoogte van de bus zich op gelijke hoogte bevinden, ontstaat een comfortabele instap. Te denken valt ook aan elektrische bussen met een pantograaf op het dak, die bij de halte stroom afnemen, of bussen die met behulp van inductie hun accu's bijladen. In 2013 zal voor de corridor Leiden Centraal - Katwijk - Noordwijk een pilot worden voorbereid. In het uitgewerkte voorstel voor deze pilot zal een dekkingsvoorstel worden toegevoegd.
7.7.
Communicatie
Introductie van R-net zal gepaard gaan met een introductiecampagne naar het publiek. Dit is gericht op het Rnet in het algemeen, maar ook bij de start van elke lijn afzonderlijk. Netwerkkaarten en lijnfolders zullen specifiek voor R-net lijnen in de daarvoor ontwikkelde communicatiestijl worden ontworpen, geproduceerd en verspreid. Introductiecampagne Netwerkkaarten Lijnfolders Website Apps Een aantal (ontwikkel)kosten zullen gemeenschappelijk met de R-net partners worden gedragen en vanuit de BDU-gelden worden gedekt.
17
Bijlage 1: Alphen aan den Rijn – Gouda (trein) Factsheet infrastructurele maatregelen Doel
Ontwerp en Realisatie van infrastructuur t.b.v. frequentieverhoging Alphen aan den Rijn - Gouda en de aanleg van een tweetal nieuwe stations: Waddinxveen Zuid en Boskoop Snijdelwijk.
Fase
Definitiefase (PvE/SO)
Stand van Zaken
Naast de ontwikkeling van diverse HOV buscorridors, worden ook een tweetal treincorridors in het HOV programma meegenomen. In het kader van de oude scope RijnGouwelijn was al een upgrade van de verbindingen Alphen aan den Rijn – Gouda en Leiden – Alphen aan den Rijn voorzien. Voor Alphen – Gouda wordt een nieuwe concessie met light train materieel uitgevraagd, waarbij een tweetal nieuwe stations zijn opgenomen met de optie om bij voldoende vervoerswaarde in de brede spits 4x per uur per richting te rijden. Voor deze scope wordt nieuw proces opgestart.
Accenten
• • • •
Infrastructuur
Om de nieuwe stations en frequentie mogelijk te maken dient er een extra passagepunt tussen Waddinxveen Zuid en Gouda gerealiseerd te worden; Er worden 2 nieuwe halten gerealiseerd, waarbij de definitieve planning van in gebruikname nog nader moet worden vastgesteld. Voor de halten wordt uitgegaan van een exploitatie door lighttrain materieel; Op de lijn Alphen – Gouda wordt R-net “branding” toegepast.
De infrastructuur wordt aangepast om een voldoende robuuste dienstregeling tussen Alphen aan den Rijn en Gouda van vier keer per uur per richting mogelijk te maken. Dit betekent een uitbreiding met een passagepunt (dubbelspoor traject), volgens de eerste studies tussen Waddinxveen Zuid en Gouda. Benodigde infrastructurele maatregelen zijn: • Aanleg station Waddinxveen Zuid; • Aanleg station Boskoop Snijdelwijk; • Gedeeltelijke spoorverdubbeling op het traject Waddinxveen Zuid – Gouda (volgens laatste capaciteitsstudie; • Realisering van verschillende (beperkte) aanpassingen van overwegen om de overwegveiligheid te verhogen. • Aanpassen bestaande stations aan lighttrain (120 m. lengte) en R-net uitstraling. Voor de realisatie is een projectbudget van € 110 mln. beschikbaar.
Overige (infra) maatregelen
•
Voor de verschillende stations op de lijn Alphen – Gouda worden de voorzieningen voor ketenmobiliteit verbeterd.
Acties korte termijn
• •
Opstellen Plan van Aanpak Bepalen definitieve scope spooruitbreiding aan de hand van capaciteitsstudie. Opstellen planning. Bepalen mogelijkheden R-net branding op stations
• •
18
Bijlage 2: Dordrecht – Geldermalsen / MerwedeLingelijn (trein) Factsheet infrastructurele maatregelen Doel
Na realisering van de reeds geplande maatregelen de stations een R-net uitstraling te geven.
Fase
Definitiefase (PvE/SO)
Stand van Zaken
De MerwedeLinge lijn is een project in uitvoering, waarin de laatste projectonderdelen worden gerealiseerd. Deze lijn is ook een beoogde R-net lijn. Om hier een invulling aan te geven, dienen de stations ook meer een Rnet uitstraling te krijgen.
Accenten
• • •
In eerste instantie richt de implementatie van R-net zich op deze lijn op de stations; In een latere fase krijgt ook het materieel een R-net uitstraling. Voor de halten wordt uitgegaan van een exploitatie door het bestaande lighttrain materieel;
Infrastructuur
Dit is een project in uitvoering, de dienstregeling van vier keer per uur is al ingevoerd. Er staan nog 2 nieuwe stations gepland.
Overige (infra) maatregelen
•
Voor de verschillende stations op de lijn wordt voor zover gewenst de voorzieningen voor ketenmobiliteit verbeterd.
Acties korte termijn
• •
Opstellen Plan van Aanpak Bepalen mogelijkheden R-net branding op stations
19
Bijlage 3: Leiden Centraal – Katwijk – Noordwijk (bus) Factsheet infrastructurele maatregelen Doel
Ontwerp en Realisatie van infrastructuur t.b.v. Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV) tussen Katwijk/Noordwijk en Leiden.
Fase
Definitiefase (PVE en SO)
Stand van Zaken
Parallel aan de ontwikkeling van de RijnlandRoute wordt een ontwerp gemaakt voor deze HOV corridor, met grotendeels vrijliggende busbanen langs de N206. Realisatie is voorzien in 2018. • De stedelijke inpassing bij Bio Sience Park is onderwerp van nadere uitwerking door de gemeente Leiden. • Met het project de RijnlandRoute vindt afstemming plaats over passage bij de knoop-Leiden-West. • Raakvlak met de kruising N206 langs de woningbouw locatie Nieuw Valkenburg en aantakking N206 bij de Zeeweg in Katwijk.
Accenten
Infrastructuur
De inzet is om met zo min mogelijk beperkingen op deze corridor HOV bussen te laten rijden. Dat wil zeggen: vrijliggende busbanen en prio VRI’s. Benodigde maatregelen: • aanleg busbaan door Bio Science Park tot en met het Transferium A44; • aanleg busbaan vanaf de 1ste aansluiting N206 naar Nieuw Valkenburg langs de nieuwbouwlocatie Duinvallei tot de Zeeweg; • aanleg fiets- en voetgangerstunnel onder de Zeeweg om de doorstroming op de Zeeweg te bevorderen; • doorstromingsbevorderende maatregelen op traject naar het Vuurbaakplein in Katwijk en naar het Picképlein in Noordwijk; • reconstructie eindpunt Vuurbaakplein in Katwijk; • doorstromingsbevorderende maatregen op traject Herenweg – Gooweg; • upgraden van bestaande en nieuwe bushaltes naar R-net kwaliteit: dertien haltes. Voor de realisatie is een projectbudget van € 65 mln. beschikbaar.
Overige (infra) maatregelen
• •
Acties korte termijn
• • •
Er zal vooral worden geïnvesteerd in het op R-Net niveau brengen van haltevoorzieningen (bestaand en nieuw). Onderzoek naar haalbaarheid doelgroep OV-vervoer in Leiden (ontwikkeling kennislijn). Oplevering ontwerp voor inpassing HOV door Bio Sience Park door gemeente Leiden. Ontwerp/Reservering RGL omzetten naar een ontwerp voor een HOVbus verbinding. Nadere uitwerking HOV doorstromingsmaatregelen in de gemeente Katwijk (o.a. programma van eisen voor verlegging N206) en de gemeente Noordwijk.
20
Bijlage 4: Noordwijk – Voorhout – Sassenheim – Schiphol (bus) Factsheet infrastructurele maatregelen Doel
Op basis van de planstudie voor de (H) OV-corridor Duin- en Bollenstreek – Schiphol komen tot een nadere planuitwerking (ontwerp) en realisatie van hoogwaardig openbaar vervoer op R-net niveau.
Fase
Definitiefase: Voorlopig Ontwerp, Definitief Ontwerp en Realisatie.
Stand van Zaken
Uitgangspunt voor de scope is de door het Breed Bestuurlijk Overleg (BBO) vastgestelde voorkeursvariant + maatregelpakket (d.d. 12 juli 2012) De aanpak voor deze fase bestaat uit een aantal in samenhang uit te werken onderdelen: • Opstellen van een PvE, uitgaande van de ambitie R-Net kwaliteit. • Opstellen startcontract over taakverdeling en uitvoering werkpakketten door gemeenten en provincie. • Opstellen ontwerpen en SSK kostenramingen door gemeenten en provincie. • Subsidiering door provincie van de planvorming en uitvoering van de afgesproken werkpakketten door gemeenten.
Accenten
•
Leidend voor deze fase is dat betrokken gemeenten – en de provincie – zelf de planvorming en realisatie van de HOV-werkpakketten vormgeven. De provincie voert regie op het proces en de tijdige oplevering van de maatregelpakketten door betrokken partijen.
•
Voor de uitwerking van de bestuurlijke voorkeursvariant zal o.a nader overleg nodig zijn met de gemeente Teylingen over het OVmedegebruik van de randweg en met de gemeente Lisse over het HOV-trace in de Sportlaan.
Infrastructuur
Benodigde maatregelen: • doorstroming verbeteren op traject Parallelboulevard aansluiting N206; • verbeteren doorstroming traject Voorhout - Sassenheim door aanpassing rotondes op Oosthoutlaan; • verbeteren doorstroming traject Rijksstraatweg - NS-station Sassenheim; • aanpassen van rotondes, wisselbusstroken + VRI’s, optimalisaties van diverse bochten in de gemeente Teylingen en de gemeente Lisse • deels busbaan voorzieningen langs de N208; • upgraden van bestaande en nieuwe bushaltes naar R-net-kwaliteit: Noordwijk zes haltes, Voorhout vier en Sassenheim twee haltes, en Lisse vier halte.
waarvan € Voor dit pakket aan maatregelen is € ,8 mln. beschikbaar, mln. voor het Zuid-Hollandse deel van de corridor en € ,8 mln. voor het Noord-Hollandse deel. De voorbereiding van de realisatie van het Zuid-Hollandse is voorzien in 2014/2015. Voor 2020 zal ook de voorbereiding voor het Noord-Hollandse deel starten, afhankelijk van het tempo van de woningbouw op de locatie Lisserhaven. Overige (infra) maatregelen
•
Het betreft o.a. het opwaarderen van haltevoorzieningen en het implementeren van voorzieningen voor ketenmobiliteit, o.a. op het knooppunt station Sassenheim.
21
Acties korte termijn
• • • •
Vaststelling voorkeursvariant door betrokken partijen. Opstellen Plan van aanpak, PvE en startcontract. Opstellen ontwerpen (VO’s) door gemeenten en provincie. Uitvoeringsbesluiten over de realisatie van de werkpakketten van de gemeenten en provincie.
22
Bijlage 5: Alphen aan den Rijn – Leimuiden – Schiphol (bus) Factsheet infrastructurele maatregelen Doel
Deze HOV corridor op R-net niveau uitvoeren met vrijliggende busbanen en haltevoorzieningen.
Fase
Definitiefase: Definitief Ontwerp en Realisatie.
Stand van Zaken
• •
Accenten
• •
Infrastructuur
De corridor wordt trajectgewijs aangepakt waarbij de verschillende deelprojecten op elkaar worden afgestemd en er tevens afstemming plaatsvindt met DBI over het groot onderhoud; De realisatiefase is reeds gestart met opstellen van Definitief ontwerp. Deze HOV corridor raakt ook de passage Leimuiden waarvoor in het kader van de corridor aanpak N207 een apart project is gestart. De doorstroming binnen de bebouwde kom van Alphen aan de Rijn hangt mede samen met de ontwikkeling van de Oostelijke Rondweg.
Het maatregelpakket bestaat uit de volgende onderdelen: • diverse optimalisaties (VRI’s met prio) binnen bebouwde kom Alphen aan den Rijn. • extra busbanen op trajectdeel Alphen aan den Rijn Kruisweg (verbreding naar 2 x 3 rijstroken); • vrijliggende busbanen op trajectdeel Kruisweg, Leidsche vaart naar de Drechtbrug bij Leimuiden; • een tweede Drechtbrug en een verbreding/aanpassing van het kunstwerk over de Leidsche vaart bij Rijnstaterwoude; • upgraden van bestaande bushaltes naar R-net kwaliteit Het investeringsvolume van dit maatregelpakket bedraagt in totaal circa € 2,5 mln. De realisatie is voorzien in 2015.
Overige (infra) maatregelen
•
Het betreft aanvullende maatregelen op het vlak van R-net haltekwaliteit, ketenmobiliteit en materieel inzet.
Acties korte termijn
• • •
Opstellen Definitief ontwerp voor de verschillende deelprojecten. Uitwerking R-net haltevoorzieningen (nieuw en bestaand); Uitwerken pilot voor ketenmobiliteit (gericht op bereiken knooppunt Schiphol).
23
Bijlage 6: Leiden Centraal – Zoetermeer (bus) Factsheet infrastructurele maatregelen Deeltraject Leiden Centraal – Leiden Lammenschans Doel
Uitvoeren van een Quick scan door gemeente Leiden naar HOV lijnvoering over ander tracé dan de Breestraat.
Fase
Definitiefase: verkenning voorkeurstracé HOV
Stand van Zaken
•
•
Beoogd wordt het huidige hoge aantal bussen door de Breestraat in Leiden te verminderen (12 i.p.v. 30 bussen/uur/richting). Ten aanzien van het toekomstbeeld voor de HOV-buscorridor Leiden CentraalLeiden Lammenschans hebben Gedeputeerde Staten en de gemeente Leiden, na overleg met de Universiteit Leiden en de gemeenten Leiderdorp en Oegstgeest, gekozen voor het tracé via de Hooigracht en Langegracht. Om de aanleg en het gebruik van de HOV-corridor Leiden CentraalLeiden Lammenschans via de Hooigracht en Langegracht mogelijk te maken is het noodzakelijk om maatregelen te nemen om de binnenstad van Leiden en met name de Hooigracht autoluw te maken, bijvoorbeeld door de aanleg van de Ringweg Oost (verbinding ten behoeve van autoverkeer tussen het Lammenschansplein en de Willem de Zwijgerlaan). Er wordt naar gestreefd om deze HOV-buscorridor tegen het einde van de openbaarvervoerconcessie Zuid-Holland Noord 20122020/2022 te hebben gerealiseerd. Uitgangspunt voor de aanleg van deze HOV-buscorridor is dat de HOV-verbindingen Katwijk-Zoetermeer en Noordwijk-Leiden Lammenschans, die van de HOV-buscorridor gebruik zullen maken, een optimale doorstroming krijgen in balans met de ruimtelijke kwaliteit in de binnenstad van Leiden. .
Accenten
•
Onderzoek naar haalbaarheid doelgroep OV-vervoer in Leiden (ontwikkeling kennislijn).
Infrastructuur
•
Op korte termijn zal slechts beperkt worden geïnvesteerd in de
passage Leiden. Hiervoor is een budget van € no-regret maatregelen.
Overige (infra) maatregelen
•
Er zal met name worden gewerkt aan het op R-net niveau brengen van bestaande haltevoorzieningen.
Acties korte termijn
•
Besluitvorming door gemeente Leiden en de provincie over de HOVtracering over de korte termijn maatregelen uiterlijk 1 juli 2013; Onderzoek naar haalbaarheid doelgroepen OV-vervoer in Leiden (ontwikkeling kennislijn) (2013). Upgraden van bestaande bushaltes naar R-net kwaliteit.
• •
24
Deeltraject Leiden Lammenschans - Zoetermeer Doel
Deze HOV corridor uitbouwen op R-net niveau. Aanpassen van bestaande haltes en aanleggen van een aantal nieuwe haltes naar R-net niveau.
Fase
Realisatie: implementatie R-net haltes.
Stand van Zaken
Deze HOV corridor voldoet qua reissnelheid en frequentie al aan de R-net normen.
Accenten
•
•
Infrastructuur
• • •
Op deze HOV corridor rijdt ook materieel dat vanuit de concessiehouder Haaglanden wordt ingezet. Afstemming tussen de provincie en Haaglanden over lopende en toekomstige ontwikkelingen op deze corridor is noodzakelijk. Het Lammenschansplein in combinatie met de Lammebrug en zijn openingsregime zorgt op deze corridor voor onregelmatigheid in de dienstregeling. De aanrijroutes lopen grotendeels via vrije busbanen. Maatregelen om dit knelpunt te verhelpen zijn vrij kostbaar, omdat dit betekent dat de Lammebrug vervangen moet worden door een bredere brug. Echter in het kader van de RijnlandRoute wordt er een nieuwe oeververbinding aangelegd iets zuidelijker dan de huidige. Dit geeft een behoorlijke ontlasting van de Lammebrug, waardoor een verbreding van de Lammebrug niet meer nodig is. Wellicht zijn op de Europaweg in de richting van de A4 busbanen nodig (richting Leiden liggen die er al). Het beeld nu is dat voor de korte termijn op deze corridor geen grootschalige infrastructurele aanpassingen nodig zijn; Het betreft een aantal kleinere infrastructurele optimalisaties gekoppeld aan grootonderhoud en geplande vervangingsinvesteringen. Benodigde maatregelen: - verbeteren doorstroming traject Europaweg in de zuidelijke rijrichting.
Overige (infra) maatregelen
•
Er wordt met name geïnvesteerd in het op R-net niveau brengen van haltevoorzieningen (bestaand en twee nieuwe haltes: Zoeterwoude P&R A4 en Stompwijk.
Acties korte termijn
•
Nader onderzoek naar verbeteren doorstroming Europaweg in de zuidelijke rijrichting (A4). Aanleg twee nieuwe halte (R-net): Zoeterwoude P&R en Stompwijk. Upgraden van bestaande bushaltes naar R-net kwaliteit.
• •
25
Bijlage 7: Leiden Centraal – Leiderdorp (bus) Factsheet infrastructurele maatregelen Doel
Nadere uitwerking en afweging van een HOV-voorkeurstracé met voldoende vervoerskundige meerwaarde.
Fase
Definitiefase: Verkenning (Variantenstudie) naar een HOV-voorkeurstracé en doorstromingsbevorderende maatregelen.
Stand van Zaken
•
De regio Holland Rijnland bereidt als initiatiefnemer van de OV-visie Holland Rijnland in nauwe samenwerking met de provincie een verkenning voor.
Accenten
•
Dit deel van het HOV-netwerk is onderdeel van de Meerlijn-Noord uit de OV-visie Holland Rijnland.
Infrastructuur
Voor de korte termijn zijn er geen doorstromingsbevorderende maatregelen gepland. Er zijn namelijk nog geen middelen in het MPI gereserveerd. Eerder zijn de volgende benodigde maatregelen geïnventariseerd: • verbeteren doorstroming traject kruising Willem de Zwijgerlaan/IJsselmeerlaan/Sumatrastraat-Zijlbrug-Engelendaalkruising Engelendaal/Rietschans door o.a. aanleg fietsbrug en busbaan op bestaand fietspad; • verbeteren doorstroming traject Engelendaal door aanpak kruispunten: rechtsafbeweging gebruiken voor bus en aanpassing van de VRI’s; • verbeteren doorstroming Persant Snoepweg; • upgraden van bestaande bushaltes naar R-net-kwaliteit: tien haltes.
Overige (infra) maatregelen
•
Upgraden van bestaande bushaltes naar R-net-kwaliteit: tien haltes upgraden van bestaande bushaltes naar R-net kwaliteit.
Acties korte termijn
•
(Laten) uitvoeren van een verkenning naar doorstromingsmaatregelen en HOV-businfrastructuur in de gemeente Leiderdorp (2013).
26
Bijlage 8: Gouda – Schoonhoven (bus) Factsheet infrastructurele maatregelen Doel Fase
Nader onderzoek naar mogelijkheden om de doorstroming op deze route te optimaliseren. Definitiefase: Verkenning\trajectstudie
Stand van Zaken
•
De frequentie voldoet op werkdagen al aan de R-net-eisen. Daar buiten zijn nog verbeteringen mogelijk.
Accenten
•
In de trajectstudie zal met name worden ingezoomd op de trajectdelen van de N207 door de kleine kernen, de passage Bergambacht - Gouda (busbanen) en de passage in Gouda.
Infrastructuur
•
Het beeld nu is dat voor de korte termijn de investeringen beperkt kunnen blijven. Kleinere infrastructurele optimalisaties worden gekoppeld aan grootonderhoud en geplande vervangingsinvesteringen.
• Overige (infra) maatregelen
•
Bestaande bushaltes zullen naar R-net kwaliteit worden opgewaardeerd.
Acties korte termijn
•
Voorbereiden en uitvoeren van een trajectstudie (2013).
27
Bijlage 9: Rotterdam Zuidplein – Oude Tonge (bus) Factsheet infrastructurele maatregelen Fase
Definitief Ontwerp en Realisatie.
Doel
Deze HOV corridor verder uitbouwen op R-net niveau.
Stand van Zaken
• •
De realisatiefase is reeds gestart met opstellen van Definitief ontwerp voor de diverse deelmaatregelen. Deze HOV corridor voldoet qua reissnelheid en frequentie al aan de RNet normen.
Accenten
•
Infrastructuur
Het maatregelpakket bestaat uit de volgende onderdelen: • Aanpassing opstelplaats busstation Dirksland. • Diverse optimalisaties in de gemeente Middelharnis, o.a. aanpassing rotonde N215 en parkeerverbod in de Hobbemastraat. • Aanpassing parallelweg N498; • Invoegstrook bij de N59 Schaapsweg; • Optimaliseren van VRI’s binnen de gemeente Rotterdam(prio);
Deze HOV corridor wordt in samenwerking met de projectgemeenten, RWS (A29) en de stadregio Rotterdam vormgegeven.
Hetinvesteringsvolume ditmaatregelpakket bedraagt in totaal circa van !" #$ € % mln. uit € mln. (€ budget beheer en onderhoud van DBI). Dit budget is niet uitsluitend bestemd voor het traject Rotterdam Zuidplein - Oude Tonge, maar voor een langer traject (Rotterdam - Goeree). De realisatie en oplevering van de diverse maatregelen is voorzien in 2015. Overige (infra) maatregelen
• •
Aanleg van een nieuw busstation bij de Schaapsweg. Upgraden van bestaande halte naar R-net haltekwaliteit
Acties korte termijn
• • •
Opstellen Definitief ontwerp voor de verschillende deelprojecten. Upgraden bestaande haltes naar R-net kwaliteit. Uitwerken pilot voor ketenmobiliteit (bij nieuw station Schaapsweg).
28
Brochure: 'R-net komt er aan' (zie separaat drukwerk)
29