Impactanalyse Onderzoeksrapport
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Gemeente Hendrik-Ido-Ambacht Postbus 34 3340 AA Hendrik-Ido-Ambacht
drs. J.C. van Houwelingen ing. A. Brand Msc. Bestandsnaam: Onderzoeksrapport impactanalyse / Kasperspad ’s-Hertogenbosch, december 2012
Het Wielsem 10 Postbus 90161 5200 MP ‘s-Hertogenbosch
T 073 - 640 97 77 F 073 - 640 97 99 E
[email protected] W www.aag.nl
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Inhoudsopgave 1. Inleiding ................................................................................................................................ 5 1.1. Yulius en Gemeente Hendrik-Ido-Ambacht ...........................................................................5 1.2. Probleemstelling ...............................................................................................................5 1.3. Doelstelling ......................................................................................................................5 1.4. Vraagstelling ....................................................................................................................5 1.4.1. Deelvragen............................................................................................................5 1.5. Afbakening ......................................................................................................................6 2. Onderzoeksopzet impact ....................................................................................................... 7 2.1. Impact ............................................................................................................................7 2.2. Aanpak ............................................................................................................................7 2.2.1. RISMAN Stappenplan ..............................................................................................7 2.2.2. Van Risico naar Impact ...........................................................................................8 2.3. Projectaanpak Yulius / gemeente Hendrik-Ido-Ambacht .........................................................8 3. Locaties ............................................................................................................................... 10 3.1. Inleiding ........................................................................................................................ 10 3.2. ‘Geïnterviewde’ locaties ................................................................................................... 10 4. Resultaat ............................................................................................................................. 11 4.1. Algemeen ...................................................................................................................... 11 4.2. Categorie ....................................................................................................................... 11 4.3. Gebeurtenissen en gevolg ................................................................................................ 11 4.4. Kans x gevolg = impact ................................................................................................... 11 4.5. Reflectie ........................................................................................................................ 12 4.6. Vragenlijst ..................................................................................................................... 13 5. Kasperspad.......................................................................................................................... 14 5.1. Inleiding ........................................................................................................................ 14 5.2. Gegevensverzameling ..................................................................................................... 14 5.3. Uitgevoerde onderzoeken ................................................................................................ 14 5.3.1. Buurtschouw Kasperspad en omgeving ................................................................... 14 5.3.2. Taskforce Overlast ............................................................................................... 14 5.4. Interviews ..................................................................................................................... 15 5.5. Omschrijving Kasperspad ................................................................................................ 15 5.6. Huis-aan-huis onderzoek omgeving Kasperspad ................................................................. 16 5.6.1. Inleiding ............................................................................................................. 16 5.6.2. Uitkomst enquête ................................................................................................. 16 5.7. Vragenlijst ..................................................................................................................... 18 6. Conclusie ............................................................................................................................. 19 6.1. Conclusie ....................................................................................................................... 19
december 2012 Pagina 3
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Bijlage 1: Vragenlijst ................................................................................................................ 21 Bijlage 2: Model Impact ............................................................................................................ 22 Bijlage 3: Beantwoording vragen totaal .................................................................................... 23 Bijlage 4: Vragenlijst Kasperspad ............................................................................................. 24
december 2012 Pagina 4
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
1. Inleiding 1.1. Yulius en Gemeente Hendrik-Ido-Ambacht Yulius is een gewaardeerde expertiseorganisatie in de regio Zuid-Holland Zuid die zich richt op het bieden van zorg in iedere levensfase van cliënten met complexe psychiatrische problematiek en leerlingen met psychiatrische problemen. De regionale zorginstelling Yulius heeft de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht in 2011 benaderd over de mogelijke realisatie van een nieuwe hoofdvestiging in de Drechtsteden. De aandacht van Yulius is gericht op de omgeving Zuidwende/Ambachtsezoom. De hoofdvestiging van Yulius behelst voor een belangrijk deel zorgvoorzieningen en voor het overige stafdiensten. In totaal gaat het om circa 300 arbeidsplaatsen. Een deel van het huidige hoofdkantoor van Yulius in Dordrecht en een aantal van de huidige woon/zorgvoorzieningen op verscheidene locaties in de Drechtsteden gaan naar verwachting deel uitmaken van de nieuwe vestiging in Hendrik-Ido-Ambacht. Het gaat om cliënten die, ambulant of intramuraal, in behandeling zijn in verband met psychiatrische problematiek. Ongerustheid van omwonenden over de plannen, zoals geuit tijdens de informatieavond van 17 april 2012, heeft de gemeente doen besluiten dat een impactonderzoek wordt uitgevoerd, voordat het College een principebesluit neemt over medewerking aan het plan van Yulius. Het impactonderzoek moet inzicht geven in de invloed van de vestiging van een dergelijke voorziening op de omgeving van Zuidwende-Zuid.
1.2. Probleemstelling De probleemstelling van het onderzoek is als volgt beschreven: Het is de Gemeente Hendrik-Ido-Ambacht onduidelijk wat de impact is van de realisatie van een klinische GGZ-voorziening.
1.3. Doelstelling De doelstelling van het onderzoek is als volgt beschreven: Inzicht geven in de invloed van de realisatie van een klinische GGZ-voorziening in de wijk.
1.4. Vraagstelling De centrale vraagstelling van het onderzoek is als volgt weergegeven: Wat is de impact van de realisatie van een klinische GGZ-voorziening in de wijk? 1.4.1.
Deelvragen Aan de Gemeente Hendrik-Ido-Ambacht, Yulius, omwonenden en verschillende belangengroepen is gevraagd welke vragen zij hebben betreffende de realisatie van een klinische voorziening in de wijk. Dit heeft geresulteerd in een vragenlijst met 46 vragen. De vragenlijst is als bijlage 1 in dit rapport opgenomen.
december 2012 Pagina 5
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
1.5. Afbakening De beoordeling van de vragenlijst heeft ertoe geleid dat een afbakening noodzakelijk is. Er zijn vier kaders vastgesteld, waarbinnen de vragen zijn ingedeeld: 1. Haalbaarheid De realisatie van het gebouw roept specifieke vragen op met betrekking tot onder andere verkeer, groenvoorziening, parkeren, geluid, etc. Deze aspecten zijn project- en locatiespecifiek en hebben te maken met de haalbaarheid en randvoorwaarden waarbinnen gebouwen binnen de Gemeente worden gerealiseerd. Deze vragen zijn door de Gemeente Hendrik-Ido-Ambacht beantwoord. 2. Organisatie Strategische overwegingen van Yulius voor de locatie, informatie over de te huisvesten doelgroep en bijbehorende behandeling vragen die organisatie specifiek zijn. Deze vragen zijn door Yulius zelf beantwoord. 3. Impact De realisatie van een GGZ voorziening in of nabij een woonwijk is niet nieuw. Er zijn verschillende GGZ organisaties en omwonenden die hiermee reeds in aanraking zijn gekomen. De vragen met betrekking tot de (algemene) impact van een vergelijkbare voorziening, zowel in het proces voor realisatie als in het proces na realisatie van de voorziening zijn door AAG uitgewerkt. 4. Kasperspad De bewoners van de locatie Kasperspad te Dordrecht worden gehuisvest in de gewenste voorziening te Zuidwende-Zuid in Hendrik-Ido-Ambacht. De vragen met betrekking tot deze voorziening worden door Yulius uitgewerkt. Aanvullend is aan AAG gevraagd een onderzoek te doen naar de locatie Kasperspad, waarin met name de ervaring met de omwonenden wordt meegenomen. De vragen over het Kasperspad worden hierom aangevuld met de feiten en ervaringen vanuit dit onderzoek. Dit onderzoek is in hoofdstuk 4 opgenomen. Alle 46 vragen zijn ingedeeld op basis van de hierboven genoemde kaders. In onderstaande tabel is terug te vinden welke vragen door wie is beantwoord. Haalbaarheid
Organisatie
Impact
Kasperspad
(Gemeente)
(Yulius)
(AAG)
(Yulius / AAG)
14 23 26 29 39
13 16 18 t/m 20 22 24 – 25 28 41 44 – 45 12 vragen
1 t/m 11 21
12 17 42 - 43 46
12 vragen
5 vragen
- 15 - 27 t/m 38 - 40
17 vragen
december 2012 Pagina 6
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
2. Onderzoeksopzet impact 2.1. Impact In het vorige hoofdstuk is uiteengezet welke vragen in het onderzoek door AAG worden beantwoord. In voorliggend hoofdstuk wordt de onderzoeksopzet voor het onderdeel ‘impact’ beschreven.
2.2. Aanpak De aanpak van de centrale vraagstelling is op basis van de RISMAN-methode uitgewerkt. RISMAN is een werkwijze die al enkele jaren in ontwikkeling is en veelvuldig wordt toegepast. Van oorsprong is RISMAN ontwikkeld om op een gestructureerde manier projectrisico’s te analyseren en te beheersen. Op basis van samenwerking tussen de Gemeentewerken Rotterdam, ProRail, RWS Bouwdienst, RWS Directie Zuid-Holland, TU Delft en Twynstra Gudde is de RISMAN-methode ontwikkeld. 2.2.1.
RISMAN Stappenplan De RISMAN-Methode bestaat uit 4 stappen. Stap 1: Vaststellen doel • Wat wordt er bereikt met de risicoanalyse? • Is dit een kwantitatieve of kwalitatieve risicoanalyse? • Wat is de gewenste diepgang? • Wat is de doorlooptijd? • Welke informatie is benodigd? Stap 2: In kaart brengen impact • Vanuit welke invalshoeken wordt de risicoanalyse bekeken? • Op welke wijze kunnen de risico’s worden geïdentificeerd ? • Hoe wordt de verkregen informatie gestructureerd ? Stap 3: Vaststellen belangrijkste impact • Wat is de wijze van analyse van de risico’s: o Kwalitatief (rangschikking). o Semi-kwantitatief (kans x gevolg). o Kwantitatief (scenarioanalyse / Monte Carlo). Stap 4: In kaart brengen beheersmaatregelen • Identificeren. • Respons: o Vermijden o Overdragen o Reduceren o Accepteren • Vaststellen en implementeren beheersmaatregelen.
december 2012 Pagina 7
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
2.2.2.
Van Risico naar Impact De definitie van risico is conform E. Gehner (2011) vastgesteld als: “De kans op een voorspelbare gebeurtenis met een negatief effect”. In voorliggend onderzoek wordt niet alleen gekeken naar de negatieve effecten, maar ook naar de positieve effecten. Omdat de term ‘risico’ per definitie negatief is georiënteerd wordt de term ‘impactanalyse’ in voorliggend onderzoek gehanteerd. In onderstaande figuur is de link gelegd tussen risico en impact.
2.3. Projectaanpak Yulius / gemeente Hendrik-Ido-Ambacht Het voorliggend onderzoek gaat in op stap 1 t/m 3 van het stappenplan op basis van de RISMAN methodiek. Maar in plaats van de ‘risico’s’ wordt de ‘impact’ in kaart gebracht. Stap 4 (beheersmaatregelen) wordt niet in voorliggend onderzoek uitgewerkt. In onderstaande alinea wordt het te doorlopen stappenplan concreet uitgewerkt en toegelicht. Stap 1: • Startoverleg gemeente Hendrik-Ido-Ambacht. • De tijdsplanning is verwacht in twee maanden, maar is afhankelijk van de beschikbaarheid van respondenten. Resultaat: Stap 1 is verwoord in de inleiding van de voorliggende rapportage. Stap 2: • Houden van vijf interviews met GGZ organisaties (kwalitatief). • Uitvoeren van een bureauanalyse ter voorbereiding van de interviews. • Het is wenselijk om ook bewonersgroepen te interviewen; voor de beschikbaarheid en bereikbaarheid zijn we afhankelijk van de medewerking van GGZ organisaties. • De invalshoek betreft de impact op de omwonenden. • De selectie heeft plaatsgevonden op basis van het GGZ-netwerk en contactpersonen van AAG. • Yulius is uitgesloten van het onderzoek (subjectief). • Betrokken partijen hebben vragen kunnen aanleveren. • AAG heeft zelf een vragenlijst opgesteld. Deze vragen zijn de handleiding geweest van de interviews.
december 2012 Pagina 8
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Resultaat: Het resultaat van stap 2 is een definitieve impactlijst met gebeurtenissen en is verwoord in hoofdstuk 3 van voorliggende rapportage. Stap 3: • Op basis van de interviews is aan de impactlijst met gebeurtenissen een kans en een gevolgwaarde gekoppeld. Resultaat: Het resultaat van stap 3 is rangschikking van de impactlijst (gebeurtenissen) op basis van kansen x gevolgwaarde. Stap 4: • Het in kaart brengen van de beheersmaatregelen maakt geen deel uit van voorliggend onderzoek.
december 2012 Pagina 9
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
3. Locaties 3.1. Inleiding Op basis van de onderzoeksvraag heeft AAG een aantal GGZ instellingen gevraagd medewerking te verlenen aan het onderzoek. Uiteindelijk hebben vijf GGZ instellingen medewerking verleend. In onderstaande hoofdstukken is aangegeven welke GGZ instellingen dit betrof, met wie (functie) een interview is gehouden en welke voorziening als voorbeeld is besproken. Gedurende de gesprekken met de geselecteerde instellingen is niet altijd één voorbeeldvoorziening besproken. Er is geput uit meerdere voorbeelden, omdat bijvoorbeeld sommige situaties bij het voorbeeldtraject niet zijn voorgekomen, maar wel in andere situaties.
3.2. ‘Geïnterviewde’ locaties Novadic Kentron Functieprofiel 1: Manager vastgoed Gespreksdatum: 29 mei 2012
GGzE Functieprofiel 1: Manager vastgoed Functieprofiel 2: Centrummanager GGzE Gespreksdatum: 30 mei 2012
Vincent van Gogh Instituut Functieprofiel 1: Adviseur strategisch vastgoed Gespreksdatum: 8 juni 2012
Reinier van Arkelgroep Functieprofiel 1: Manager vastgoed Functieprofiel 2: Huisvestingscoördinator Functieprofiel 3: Teamleider
Locatie: Rompertsebaan te ’s-Hertogenbosch Omschrijving: ambulante (op afspraak) en klinische (tijdelijke opvang) zorgverlening voor mensen met verslavingsproblematiek. Daarnaast wordt dag- en nachtopvang geboden voor chronisch verslaafde dak- en thuislozen en vindt er methadonverstrekking plaats. Locatie: Tongelrestraat te Eindhoven Omschrijving: begeleidende (open) woonvorm voor zelfstandig wonen voor mensen met psychiatrische beperking.
Locatie: Servaashof te Venray Omschrijving: ambulante en klinische zorg aan cliënten die kampen met psychische en/of psychiatrische aandoeningen. Locatie: Zorgpark Voorburg te Vught Omschrijving: ambulante en klinische zorg aan cliënten die kampen met psychische en/of psychiatrische aandoeningen.
Gespreksdatum: 8 juni 2012 Pro Persona Ede Functieprofiel 1: Directeur regio Veluwe Vallei Gespreksdatum: 6 augustus 2012
december 2012 Pagina 10
Locatie: Willy Brandtlaan te Ede Omschrijving: behandeling van onder andere angst-, stemmings-, persoonlijkheidsstoornissen en psychose
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
4. Resultaat 4.1. Algemeen Op basis van de interviews heeft AAG de verzamelde informatie uitgewerkt en verwerkt. Alle informatie is gecategoriseerd. Vervolgens zijn binnen deze categorieën “gebeurtenissen” benoemd.
4.2. Categorie Vanuit de interviews en de gestelde vragen vanuit de belanghebbenden is een verdeling gemaakt naar categorieën. In onderstaande tabel is dit weergegeven. Categorie Informeren & Communiceren Overlast Samenwerking en betrokkenheid Veiligheid Gedragingen Wonen
Omschrijving Houding vooraf / achteraf, informeren tijdens proces Geluid, drugs, vuil, etc. Voordelen van (komst) instelling Gebruik openbaar gebied (cliënten en omwonenden) Omgang tussen cliënten en omwonenden Woongenot
4.3. Gebeurtenissen en gevolg In bijlage 3 is alle informatie vanuit de interviews gecategoriseerd en in een model opgenomen. Vanuit de interviews zijn 27 ‘gebeurtenissen’ benoemd en verdeeld over de zes categorieën. Dit zijn onderwerpen die tijdens de interviews zijn aangehaald en besproken.
4.4. Kans x gevolg = impact AAG heeft op basis van de interviews een impactscore bepaald. Deze score is tot stand gekomen door een drietal scores toe te kennen aan de ‘gebeurtenissen’: 1. Kans: wat is de kans dat een gebeurtenis optreedt, in percentages? 2. Gevolg: wat is de gevolgwaarde wanneer de gebeurtenis daadwerkelijk optreedt, op een 5puntsschaal? 3. Positief / negatief: heeft de gebeurtenis een positief of negatief effect, score +1 of -1? De vermenigvuldiging van de drie scores resulteert in een score per gebeurtenis. Wanneer dit voor alle gebeurtenissen wordt doorgevoerd, ontstaat een ranglijst. De gebeurtenissen met de hoogste score hebben de grootste kans van optreden gecombineerd met het grootste gevolg, maar met een positief effect. De gebeurtenissen met de laagste score (negatieve) score hebben de grootste kans van optreden met het grootste gevolg, maar met een negatief effect. In onderstaande tabel zijn de belangrijkste impact gebeurtenissen aangegeven: Grootste positieve impact Door komst van instelling wordt andere probleem in de wijk opgelost als compenserende maatregel Toelichting: In de afstemming tussen instelling, gemeente en de buurt wordt regelmatig het principe ‘voor wat, hoort wat’ gehanteerd. Dit betekent dat een buurt de komst van een instelling accepteert , medewerking wil verlenen aan de totstandkoming, mits wordt voldaan aan bepaalde voorwaarden. Naast vaak een beheersdocument, wordt ook wel de mogelijkheid aangegrepen om ‘hun eigen buurt’ te verbeteren door compenserende maatregelen. Dit kan bijvoorbeeld de aanleg van sportveldjes zijn, de realisatie van een speeltuin, meer verlichting ten behoeve van sociale controle, etc.
december 2012 Pagina 11
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Omwonende wordt geïnformeerd en ontvangt informatie over de doelgroep Toelichting: De beeldvorming in de volksmond is niet altijd juiste. Er gaan vaak gekleurde verhalen rond, waardoor de onzekerheid en weerstand niet minder wordt. Door in gesprek te gaan met bewoners en andere belanghebbende is het goed mogelijk deze beeldvorming te kantelen. Er ontstaat een concreter beeld van de werkelijke doelgroep. Dit neemt langzaam de onzekerheid weg. Dit betekent niet dat het initiatief ineens gedragen wordt; er ontstaat vaak wel meer draagvlak. Alle geïnterviewde instellingen geven aan dat open en transparant met de bewoners wordt gecommuniceerd over de doelgroep die komt. Omwonende wordt betrokken bij ontwerp van voorziening Wanneer er voldoende draagvlak is, wordt gestart met het verder uitwerken en ontwerpen van de beoogde voorziening. Door bewoners op verschillende manieren te betrekken bij de planvorming, zoals met informatiebijeenkomsten, koffiegesprekken, gezamenlijk ontwerpen, meedenken met oplossingsrichtingen wordt een gezamenlijk doel nagestreefd: als we dan in de toekomst werkelijk met elkaar te maken krijgen, hoe kunnen we dat dan op een zo goed mogelijk manier doen. Het meedenken met het ontwerp en oplossingen en ideeën aan te dragen, zorgt voor een beter draagvlak en komt de samenwerking (al in de planontwikkelingsfase) ten goede. De zorgorganisaties die in het kader van het impactonderzoek zijn geïnterviewd dragen uit dat zij het belangrijk vonden en vinden om alle opmerkingen en ideeën vanuit de kring van omwonenden serieus te nemen.
Grootste negatieve impact Omwonende krijgt te horen dat GGZ instelling in de wijk komt Op voorhand zijn bewoners uitgesproken kritisch en negatief aan de komst van de klinieken. De omwonenden worden geconfronteerd met een onzekere gebeurtenis en dat levert vaak onzekerheid en weerstand op. De zorgorganisatie staan bij de planvorming als het ware op voorhand 1-0-achterstand. Het liefste willen bewoners hun dagelijkse leven doorzetten, zonder over dit soort vraagstukken te willen nadenken. Omwonende wordt niet betrokken bij ontwerp van voorziening Indien de communicatie en samenwerking tussen bewoners en instelling / betrokken gemeente eenzijdig is, dan ontstaat bij de bewoners het gevoel niet serieus genomen te worden. Zeker wanneer al te snel al een uitwerking van het plan wordt getoond (ook al is deze in werkelijkheid nog verre van definitief), ontstaat het gevoel dat er geen invloed meer is, dat alles al besloten is. Bewoners voelen zich niet gehoord en in de steek gelaten door de gemeente. Dit veroorzaakt onvrede en bezwaren. Er is geen / onvoldoende groenvoorziening meer in de wijk Indien door de komst van een voorziening groenvoorziening moet wijken, dan ontstaat vrijwel direct een negatief gevoel. De instelling is op dat moment in de ogen van de bewoners de directe boosdoener. Ook wanneer er in de rest van de wijk voldoende groenvoorziening aanwezig is.
4.5. Reflectie In het onderzoek is als uitgangspunt de kennis en ervaring van GGZ instellingen genomen. De eerste beantwoording van de 46 vragen zijn dan ook op basis hiervan opgesteld. Het is wenselijk om deze beantwoording van reflectie te voorzien, zodat de betrouwbaarheid hiervan kan worden weergegeven. AAG heeft geprobeerd om contact te zoeken met bewonersgroepen die betrokken zijn en zijn geweest bij de realisatie van vergelijkbare voorzieningen. Dit is deels gelukt.
december 2012 Pagina 12
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Bij verschillende GGZ organisaties is geen actief wijkcomité of bewonersgroep waar contact mee is. Daarnaast heeft meegespeeld dat mensen geen tijd hebben / vrij willen maken om mee te werken aan het onderzoek. Overige redenen zijn niet kenbaar gemaakt. Om toch een reflectie te hebben, heeft AAG aan de GGZ organisaties toestemming gevraagd om zelf de wijk in te gaan en op basis van een kort huis-aan-huis-gesprek (mondelinge enquête) de mening van de wijk in kaart te brengen. Vier van de vijf organisaties hebben aangegeven geen medewerking te willen verlenen aan een onderzoek in de wijk voor dit doeleinde. Allen gaven aan dat veel tijd en energie is gestoken in een goede verstandhouding met de buurt. Allen gaven aan dat niet kon worden ingeschat wat het effect is van dergelijk onderzoek in de wijk. Een aantal instellingen gaven aan wel open te staan voor een dergelijk onderzoek, maar dan op eigen regie, tijd en momentum. AAG heeft de mening van deze instellingen gerespecteerd. In één wijk heeft AAG wel de enquêtes kunnen houden (d.d. 9 oktober 2012). Bij één van de instellingen die geen toestemming heeft gegeven voor de enquête in de wijk, heeft wel toestemming gegeven voor een interview met één van de bewoners in wijk (d.d. 15 oktober 2012). Op basis hiervan zijn de benoemde resultaten onder hoofdstuk 4.4 niet weerlegd.
4.6. Vragenlijst De vragen 1 t/m 11 en 21 heeft AAG op basis van de resultaten van de impactanalyse beantwoord. De beantwoording van deze 12 vragen zijn in bijlage 3 opgenomen.
december 2012 Pagina 13
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
5. Kasperspad 5.1. Inleiding In hoofdstuk 1.5 is aangegeven dat een aanvullend onderzoek wordt uitgevoerd met betrekking tot de feiten en ervaringen van de voorziening aan het Kasperspad te Dordrecht. Naast het verzamelen van gegevens wordt met name aandacht besteed aan de ervaringen van omwonenden met betrekking tot de voorziening van Yulius.
5.2. Gegevensverzameling De volgende methoden van gegevensverzameling worden gebruikt om de vragen met betrekking tot het Kasperspad te kunnen beantwoorden. 1. Bureauonderzoek: verzamelen van gegevens omtrent de voorziening. Met name de website van de gemeente Dordrecht, het internet en de websites van de betrokken voorzieningen worden geraadpleegd. 2. Interviews: er worden interviews gehouden met de betrokken voorzieningen (Leger des heils en Yulius) en de gemeente Dordrecht (taskforce overlast gemeente Dordrecht). 3. Enquête: op basis van de verkregen informatie wordt een mondelinge enquête gehouden bij 10 willekeurige omwonenden in de omliggende straten (steekproefsgewijs).
5.3. Uitgevoerde onderzoeken Sinds de gemeenteraadsverkiezingen in 2010 zijn verschillende onderzoeken uitgevoerd en acties ondernomen om de overlast in Dordrecht terug te dringen. Voor de locatie Kasperspad zijn onder andere een buurtschouw1 en een meting naar overlast2 uitgevoerd. 5.3.1.
Buurtschouw Kasperspad en omgeving Bewoners hebben op 6 september 2011 samen met een groep professionals van gemeente, toezicht, politie en (zorg)instellingen de openbare ruimte ‘geschouwd’. Er werd een wandeling gemaakt door het gebied tussen de Dubbeldamseweg Noord/Blekersdijk, Kromhout, Sint Jorisweg en de Singel. Tijdens de wandeling konden bewoners problemen in hun wijk benoemen en onveilige plekken aanwijzen. Ook voor zaken als kapotte straatverlichting en zwerfvuil was ruimte. In het bijzonder was er aandacht voor de plekken waar overlast ervaren wordt. Op 18 september 2012 heeft een tweede avondwandeling plaatsgevonden in het gebied rondom het Kasperspad. Een vijftal bewoners heeft samen met een groep professionals de plekken bezocht die als onoverzichtelijk worden ervaren en/of waar sprake is van overlast.
5.3.2.
Taskforce Overlast De ‘Taskforce overlast in de openbare ruimte’ is sinds 2010 door de gemeente Dordrecht in het leven geroepen om overlast onder omwonenden in het Centrum en de Colijnstraat terug te dringen. In het voorjaar van 2011 is een eerste meting gehouden. Inmiddels is in 2012 een tweede meting gehouden.
1 2
http://cms.dordrecht.nl/dordt/aanpak-overlast/avondwandeling/kasperspad?waxtrapp=ooywbdBsHaKlPtBJSRA http://www.dordrecht.nl/pls/idad/mozEgemDocument?F_DOCNR=2579638
december 2012 Pagina 14
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Er zijn 1. 2. 3. 4.
in totaal 4 onderzoeksgebieden, waarvan 3 in het centrum van Dordrecht: Weeshuisplein (centrum). Kasperspad (centrum). Beverwijcksplein (centrum). Colijnstraat (Crabbehof-Noord).
Aan de hand van een viertal thema’s wordt de overlast gemeten: leefbaarheid in de buurt, gevoel van onveiligheid, overlast/ verloedering, en specifieke buurtproblemen. Ook wordt gekeken naar de samenwerking tussen buurt en betrokken partijen.
5.4. Interviews Er zijn een drietal interviews gehouden. De interviews zijn gehouden om meer inzicht te krijgen in de overlast rondom het Kasperspad. Er is gesproken met: -
Yulius, Fred ter Meer d.d. 10 september 2012. Gemeente Dordrecht, Els van Leeuwen d.d. 15 oktober 2012. Leger des Heils: Joanne Blaak d.d. 18 oktober 2012.
Er is gesproken over de ontstaansgeschiedenis, (politieke) veranderingen, overlast en meldingen en ervaring met de buurt.
5.5. Omschrijving Kasperspad In onderstaande figuur is de locatie Kasperspad weergegeven.
Er zijn nabij het Kasperspad twee voorzieningen gesitueerd: Leger des Heils (Kromhout): - 24 plaatsen beschermd wonen - 24 plaatsen tijdelijke opvang - 28 plaatsen slaaphuis - 11 plaatsen groepswoning (sept 2011 – sept 2012) december 2012 Pagina 15
Yulius -
(Kasperspad): 36 plaatsen langdurige zorg Dagbesteding Polikliniek (kromhout)
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
In de periode rond 2008 was er veel onvrede en overlast in de omgeving van het Kasperspad. Er leefden veel mensen op straat door gebrek aan huisvesting. Na de verkiezingen in 2008, waarbij de lokale partij van Dordrecht groot is geworden, is het overlast een speerpunt van de politiek geworden. Dit heeft geresulteerd in de beloofde deconcentratie van voorzieningen in Dordrecht om de overlast te beperken. Er zijn onder andere afspraken gemaakt omtrent de voorzieningen rondom het Kasperspad. Yulius gaat actief op zoek naar een andere locatie (inzet uiterlijk 2015). Het Leger des Heils is haar capaciteit aan het afbouwen en is inmiddels bijna gehalveerd (76 personen). In 2011 heeft het leger des Heils tijdelijk 11 cliënten extra gehuisvest op de locatie Kromhout. Dit was tegen het beleid van capaciteitsreductie in, maar noodzakelijk in verband met de te realiseren RIBW locatie (domuslocatie) op de Amnesty Internationalweg te Dordrecht voor 24 cliënten. Het Leger des Heils is in gesprek gegaan met de buurt en er zijn beheerafspraken gemaakt. Inmiddels zijn deze cliënten verhuist van het Kromhout naar de domuslocatie. Er zijn verschillende beheer- en of bewonersoverleggen geweest. Deze zijn niet altijd even succesvol geweest. Inmiddels is – mede door de komst van de 11 cliënten – de beheersgroep in klein comité hersteld.
5.6. Huis-aan-huis onderzoek omgeving Kasperspad 5.6.1.
Inleiding Op basis van de gegevensanalyse en de interviews is een enquête opgesteld. De enquête bestond uit een 8-tal vragen en een aantal deelvragen voor verdere duiding van vragen. De vragen hebben betrekking op overlast en dan specifiek in hoeverre overlast door Yulius wordt veroorzaakt. Er zijn in totaal 21 mensen die de mondelinge enquête hebben ingevuld. Op basis hiervan zijn uitspraken gedaan. In bijlage 4 is de vragenlijst opgenomen.
5.6.2.
Uitkomst enquête In het eerste deel van de vragen is specifiek gevraagd naar overlast vanuit één van de instellingen. Van de 21 ondervraagde personen ervaren acht van de 21 personen weinig tot geen last van de twee locaties. 13 personen gaven aan wel last te hebben van één van beide locaties. Vier van Yulius en negen van het Leger des Heils. De volgende punten van overlast kwamen veelvuldig terug in de enquête: • Uitwerpselen. • Urine. • Braaksel. • Luidruchtige personen. • Angst voor de omwonende kinderen.
december 2012 Pagina 16
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
De vier personen die last ervaren van Yulius geven aan dat geluidsoverlast en rondhangende dronken personen het meeste last veroorzaken. Negen van de totaal geënquêteerde personen hebben ooit een melding gedaan bij één van de twee zorginstellingen. Eén melding is gedaan aan Yulius en de overige acht meldingen zijn gedaan aan het Leger des Heils. Van de vier personen die aangegeven hebben last te ervaren van Yulius hebben er twee ooit een melding gedaan. Deze melding waren beide aan het Leger des Heils. In het tweede deel van de vragen is gevraagd welke invloed de instellingen hebben. Op de vraag of een dergelijke instelling weer in een woonwijk zou moeten worden gerealiseerd, wordt niet eenduidig geantwoord. De ‘nee-stemmers’ geven aan dat deze voorzieningen aan de rand van een stad of dorp gerealiseerd zou moeten worden. Van de ‘ja-stemmers’ geeft bijna iedereen aan dat dit kan, mits goede afspraken en beheersmaatregelen worden gemaakt. In het derde deel van de vragen is specifiek naar het gevoel en de ervaring van de voorziening van Yulius gevraagd. 5 van de van de 21 respondenten geven aan een slecht / matig gevoel te hebben bij de voorziening van Yulius. 10 van de 21 respondenten hebben aangegeven een voldoende / goed gevoel te hebben bij de
december 2012 Pagina 17
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
voorziening van Yulius. 4 respondenten zijn hierin neutraal, 2 hebben geen mening gegeven. Op zowel de vraag of er positieve dan wel negatieve ervaringen zijn met de voorziening Yulius, wordt beide hoofdzakelijk met nee beantwoord. Ook hier is geen eenduidige richting gegeven. Sociale controle, beveiliging en toezicht zijn de meest genoemde positieve argumenten. Geluidsoverlast (schreeuwen) wordt aangegeven als negatieve ervaring.
5.7. Vragenlijst De vragen 12, 17, 42, 43 en 46 welke door de Gemeente en Yulius zijn beantwoord zijn gecontroleerd op de uitkomsten van het onderzoek naar het Kasperspad. Daar waar noodzakelijk zijn toevoegingen gedaan. In bijlage 3 zijn de vragen opgenomen.
december 2012 Pagina 18
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
6. Conclusie 6.1. Conclusie In voorliggend onderzoeksrapport zijn een tweetal onderzoeken uitgevoerd. Impactonderzoek In het Impactonderzoek is onderzocht wat de impact is van de realisatie van een klinische voorziening in de wijk. De realisatie van een dergelijke voorziening in of nabij een woonwijk is niet nieuw. Er zijn verschillende GGZ organisaties en omwonenden die hiermee reeds mee in aanraking zijn gekomen. Het onderzoek heeft zich dan ook gericht op deze ervaring van de impact in vergelijkbare situaties. De impact is zowel bekeken voorafgaand aan de realisatie (proces) als de fase na realisatie (exploitatie). Uit het onderzoek komt het volgende beeld naar voren: Bij veel bouwinitiatieven vanuit een GGZ instelling heeft de feitelijke mededeling de grootste impact op de omwonenden van een toekomstige instelling. De omwonenden worden geconfronteerd met een gebeurtenis wat onzekerheid opwekt. De zorginstelling staat met 1-0 achter en moet het vertrouwen van de omwonenden verdienen om de ontwikkeling succesvol af te ronden. Dit kan alleen als de zorginstellingen eerlijk, transparant en integer handelen. Door de omwonenden in het proces van onderzoek en ontwerp mee te nemen, van informatie te voorzien, te luisteren en oprecht in gesprek te gaan zorgt voor een langzaam versterkende band. Het schaden van het vertrouwen of het onjuist of verkeerd informeren zorgt voor verzwaarde weerstand en leidt tot uitstel of zelfs afstel van de realisatie. Een belangrijk onderdeel in het proces betreft compensatie. Omwonenden kunnen de ontstane situatie ook ten gunste van zichzelf inzetten. Het is niet ongebruikelijk om ‘in onderhandeling’ te gaan. In de afstemming tussen instelling, gemeente en de buurt wordt regelmatig het principe ‘voor wat, hoort wat’ gehanteerd. Naast vaak een beheerdocument, wordt ook wel de mogelijkheid aangegrepen om ‘hun eigen buurt’ te verbeteren door de aanleg van sportveldjes, de realisatie van een speeltuin of meer verlichting ten behoeve van sociale controle. Op het moment dat de voorziening daadwerkelijk is gerealiseerd ontstaat over het algemeen een ‘burenrelatie’. Deze burenrelatie bestaat in verschillende vormen. Soms ben je buren zonder intensief contact en soms ben je buren waarbij ofwel de instelling participeert in de buurt of de buurt participeert in de instelling. De aanwezigheid van de voorziening is geaccepteerd. Ook blijft na realisatie eerlijkheid, transparantie en integriteit belangrijk. Het niet houden aan afspraken, overlast (ook wanneer dit soms niets met de instelling te maken heeft) kan snel leiden tot ontevredenheid. De zorginstelling zal altijd een stapje harder moeten lopen, het initiatief moeten nemen en de burenrelatie moeten blijven verdienen om de burenrelatie goed te houden. Onderzoek locatie Kasperspad Het onderzoek naar de locatie Kasperspad heeft zich naast de feiten voornamelijk gericht op de ervaring van het Kasperspad te Dordrecht. Op basis van een bureauonderzoek en interviews met betrokken instanties is een vragenlijst opgesteld, welke door middel van een mondelinge enquête (21 personen gesproken) in de omliggende straten en het Kasperspad zelf is afgenomen. Uit het onderzoek komt het volgende beeld naar voren: 62% heeft aangegeven last te hebben van de aanwezige zorginstellingen (Yulius en/ of Leger des Heils), waarvan 43% het Leger de Heils en 19% Yulius. De 19% van Yulius geven aan dat geluidsoverlast en rondhangende dronken personen de meeste overlast veroorzaken. De 19% van Yulius heeft nooit een melding gedaan bij Yulius van overlast.
december 2012 Pagina 19
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Er zijn ongeveer even veel mensen die aangeven dat een dergelijke voorziening niet meer in een woonwijk kan worden gerealiseerd als mensen die aangeven dat dit prima kan. De ‘nee-stemmers’ geven aan dat deze voorzieningen aan de rand van een stad of dorp gerealiseerd zou moeten worden. De ‘ja-stemmers’ geven aan dat goede afspraken en beheersmaatregelen moeten worden gemaakt. Geluidsoverlast wordt als negatieve ervaring genoemd. Sociale controle, beveiliging en toezicht zijn de meest genoemde positieve argumenten. Een kwart van de respondenten geeft aan een slecht of matig gevoel te hebben bij de voorziening van Yulius.
december 2012 Pagina 20
Samen succesvol
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Bijlage 1: Vragenlijst
december 2012 Pagina 21
Samen succesvol
Overzicht van de vragen m.b.t. uitwerking van het impactonderzoek Yulius/Zuidwende-Zuid 1.
Hoe stonden bewoners voorafgaand aan de vestiging tegenover de komst van de zorginstelling, en hoe is hun houding enige tijd na realisatie van de vestiging?
2.
Hoe zijn bewoners betrokken bij de (komst van de) instelling?
3.
Wat merken omwonenden van de instelling?
4.
Gaan de cliënten van de zorginstelling naar buiten en zo ja, hoe (onder begeleiding?) en met welke frequentie?
5.
Hebben zich incidenten in de omgeving voorgedaan? Wat was de frequentie en aard van deze incidenten?
6.
Hoe wordt gecommuniceerd over mogelijke incidenten, door omwonenden en door de zorginstelling?
7.
Is er bij de omwonenden (en hun gezin) een gevoel van onveiligheid in de omgeving? Is dit gevoel toegenomen of afgenomen?
8.
Vinden de omwonenden (en hun gezin) dat het woongenot is veranderd?
9.
Gedragen omwonenden zich in de buitenruimte anders nu de zorginstelling er is? En zo ja, hoe?
10. Wat heeft de zorginstelling opgeleverd in de beleving van omwonenden (vrijwilligerswerk, meer maatschappelijk bewustzijn etc.)? 11. Zijn er gezamenlijke activiteiten of vormen van samenwerking tussen de instelling en de omwonenden gestart na de komst van de instelling? 12. Hoeveel en welke meldingen zijn gedaan m.b.t. overlast van de “Kasperspad”problematiek?/In hoeverre zijn deze meldingen naar tevredenheid behandeld/opgelost? 13. Wat zijn de bevindingen van de buurtschouw die heeft plaatsgevonden op het “Kasperspad” met name inzake overlast? 14. In hoeverre heeft de komst van Yulius invloed op de huizenprijzen en de onverkoopbaarheid en hoe is dit op het “Kasperspad”? 15. Wat is de invloed van de komst van Yulius op het reeds hoge aantal inbraken in de wijk Krommeweg (58% van heel HIA !!)(en Volgerlanden)? 16. Wat is de invloed van de komst van Yulius op de veiligheid van kinderen om te spelen op de Zuidwende door rondhangende patiënten en randverschijnselen zoals drugs/drankgebruik en
1
agressie? Officieel is nl aangetoond, dat drugs/drank vaak worden gebruikt door psychiatrische patiënten om de bijwerkingen van antipsychotica te verminderen. 17. Wat is de invloed van rondhangende patiënten/wandelende groepjes (al of niet begeleid) op de bewoners die bijvoorbeeld hun hond uitlaten? 18. Met hoeveel patiënten uit de gesloten huisvestiging gaan de begeleiders per persoon wandelen? Wat zijn de gevolgen als een patient wegloopt/uit het zicht van de begeleider is? 19. Welke psychiatrische problemen hebben de patiënten die voor de dagbehandeling komen? 20. Welke aantrekkingskracht van drugsdealers is het gevolg op de komst van Yulius? 21. Hoe is de verhouding met andere steden met betrekking tot concentratie van soortgelijke voorzieningen op korte afstand? 22. Waarom moet het zwaartepunt van de psychiatrische problemen in Hendrik-Ido-Ambacht worden gevestigd? 23. Hoeveel verkeer komt er straks op de Zuidwende?/ Hoeveel verkeer zal buiten het Yulius terrein moeten parkeren met name voor dagbehandeling? Wat is de impact van de algehele verkeerstoename op de omgeving/Ambachtsezoom? 24. Het behandelen van binnenkomende patiënten kan ook ’s nachts nodig zijn; welke overlast brengt dit met zich mee? 25. Het is bekend dat TBS’ers die worden voorbereid op terugkeer in de maatschappij nu op het “Kasperspad” worden behandeld, hoeveel van deze specifieke patiënten bevinden zich nu/worden nu behandeld op het “Kasperspad”? 26. Hoe denkt de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht de problematiek die zich nu op voordoet door de vestiging van Yulius op het “Kasperspad”, te gaan voorkomen? (wildplassen, bekrassen auto’s, drank/drugsgebruik, dealers enz) 27. Wat zijn de gevolgen voor het milieu door het verdwijnen van 20.000 m2 groen? 28. Welke vormen van overlast worden op dit moment ervaren door bewoners op de andere vestiging van Yulius aan de andere kant van de Krommeweg? 29. Voor de locatie zijn er stedenbouwkundige randvoorwaarden nodig als onderdeel van het beeldkwaliteitsplan in de wijk Krommeweg (in ontwikkeling), maar ook wegens de grens met de wijk Volgerlanden. 30. Voor de stedenbouwkundige omgeving is een plan van het kantoor met 5 lagen te hoog, dit plan is dus zo niet inpasbaar. 31. Voor het huidige volkstuinencomplex dient een definitieve oplossing gevonden worden. • De volkstuinders moeten op een biologische manier groente/fruit kunnen verbouwen. 32. Het plangebied Yulius Zuidwende-Zuid is gelegen in een unieke groenstructuur (ecologisch) vlakbij de A16 en is een groene gordel van de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht. Deze groene gordel zal gehandhaafd moeten blijven, ook in verband met de Volksgezondheid. De groene uitstraling moet behouden blijven. • Tevens moet de impact op de Provinciale Ecologische Hoofdgroenstructuur no.70 (PEHS) worden meegenomen.
2
•
Hendrik-Ido-Ambacht grenst aan 2 rijkswegen de A15 en A16, grenst aan de drukst bevaren rivier van Nederland, vlakbij het grootste rangeerterrein van Europa (Kijfhoek) en de Betuwelijn doorsnijdt de Vinex-locatie De Volgerlanden.
33. De ontsluitingswegen van dit plangebied moeten voor de verkeersoplossing een meerwaarde bieden. Er zal dus een gedegen onderzoek moeten plaatsvinden in verband met de veiligheid en de te ontstane sociale cohesie in de wijk. 34. Van de structuurvisie gaat een politiek-bestuurlijke werking uit, doordat de Raad zich bij de vaststelling van een bestemmingsplan of het nemen van een projectbesluit behoort te houden aan wat eerder in een structuurvisie is opgenomen. Als zich een ontwikkeling aandient die afwijkt van de gewenste ruimtelijke ontwikkeling zoals neergelegd in de structuurvisie, leidt dit in beginsel tot bijstelling van het projectplan. Het is dus geen vrijblijvend visiedocument, maar stuurt de ruimtelijke keuzes en inzet van instrumenten op gemeentelijke niveau ofwel de structuurvisie vormt een onderlegger voor het maken van het bestemmingsplan. 35. De voorgestelde parkeeroplossing op maaiveld maakt door de schaal een te grote inbreuk op de kwaliteiten van de locatie. Bij deze oplossing is dubbelgrondgebruik niet mogelijk en staat daardoor optimale inpassing in de context letterlijk in de weg. 36. Yulius zal duidelijk aan moeten geven wat ze willen bereiken met dit plan. Vanwege al een negatieve uitstraling van deze GGZ-zorg zijn er duidelijke regels nodig voor de omgeving waar ook sancties op staan. 37. De impactanalyse zal eerlijk de oplossing moeten geven voor het doorgaan op deze locatie van dit projectplan. Hendrik-Ido-Ambacht is een groen dorp, gelegen tussen 2 rijkswegen, waar al een centrum is van Yulius in de Volgerlanden. 38. Wat betekent dit project voor het woongenot in de wijken Krommeweg en Volgerlanden. 39. Heeft Yulius een (stedenbouwkundig) Programma van Eisen waaraan het ontwerp van de gebouwen moet voldoen? 40. De Wet maatschappelijk ondersteuning (WMO) wordt per 1 januari 2013 gewijzigd. Heeft dit invloed op het plan van Yulius? 41. Hoeveel personen zijn nu gehuisvest op de locatie Kasperspad van Yulius? 42. Hoeveel overlast heeft de vestiging aan het Kasperspad op de directe omgeving van deze Yulius-instelling?
43. Vinden deze omwonenden van het Kasperspad dat een nieuwbouw wederom middenin een woonomgeving thuis hoort? 44. Is er bekend of de bestaande koopwoningen na komst van een dergelijke Yulius vestiging in waarde gedaald zijn? 45. Is het niet verstandiger om een dergelijke grootschalige vestiging meer aan de buitenrand van een dorp of stad te plaatsen. Zodat er meer rust is voor alle partijen? 46. Tegen welke problematieken van incidenten loopt men/de omwonenden op de huidige locatie Kasperspad tegenaan? (Met incidenten bedoelen we mishandelingen, overlast, angst, etc.)
3
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Bijlage 2: Model Impact
december 2012 Pagina 22
Samen succesvol
Omwonenden hebben het gevoel dat er geen invloed meer mogelijk is, dat alles al is besloten en voelen zich niet gehoord. Dit veroorzaakt onvrede en bezwaren. Er ontstaat een concreter beeld van de werkelijke doelgroep. Dit neemt langzaam de onzekerheid weg. Hierdoor ontstaat meer draagvlak. Dit betekent niet dat het initiatief ineens wordt gedragen. Tegenstanders blijven negatief. Het helpt de vooraf ingenomen beeldvorming over een GGZ instelling te nuanceren.
c Omwonende wordt niet betrokken bij ontwerp van voorziening
e Omwonende wordt geinformeerd en ontvangt informatie over de doelgroep
f Omwonende wordt meegenomen naar rondleiding instelling
Omwonenden ervaren een extreem gevoel van onveiligheid en creeren weerstand jegens de instelling. Dit hoeft niet te belekenen dat de drugs t.b.v. de cliënten wordt gedeald. Er is een economisch voordeel dat het gebeurt. Het gevoel van onbegrip en onzekerheid wat er aan de hand is versterkt de negatieve beeldvorming van cliënten en de GGZ instelling. Omwonenden ervaren een onveilig gevoel en creeren weerstand jegens de GGZ instelling. Omwonenden ervaren een onveiliggevoel en creeeren weerstand jegens de GGZ instelling (ook al komt het geluid ergens anders vandaan). Het gevoel van vuil versterkt negatieve beeldvorming van de cliënten en de GGZ instelling.
b Er wordt drugs gedeald in de woonwijk (kunnen clienten of anderen zijn)
c Er wordt geluidsoverlast ervaren vanuit de instelling (kan meerdere oorzaken hebben)
d Er wordt geluidsoverast ervaren in de woonwijk veroorzaakt door cliënten (kan meerdere oorzaken hebben)
e Er wordt geluidsoverlast ervaren in de woonwijk veroorzaakt door anderen
f Er wordt rommel en vuil in het openbaar gebied gevonden, veroorzaakt door cliënten
Omwonenden ervaren een voordeel. Dit komt ten goede aan de beeldvorming van de GGZ instelling. Omwonenden ervaren een voordeel. Dit komt ten goede aan de beeldvorming van de GGZ instelling. Omwonenden vinden het prettig een bijdrage te leveren aan de instelling en ervaren hoe het is om binnen een GGZ instelling actief te zijn. De buurtbewoner ervaart een economisch voordeel en opereert als positieve uitstraling naar de omwonenden toe. De zelfstandige ervaart een economisch voordeelt en draagt dit uit aan de omwonenden.
a Buurt maakt gebruik van vergaderfaciliteiten
b Buurt maakt gebruik van inventaris van de ggz instelling
c Buurtbewoners kunnen als vrijwilliger bij de instelling werken
d Buurtbewoners kunnen als werknemer aan de slag bij de GGZ instelling
e Zelfstandigen in de wijk leveren goederen of diensten aan de GGZ instelling
SAMENWERKING
Omwonenden ervaren een onveilig gevoel en creeren weerstand jegens de GGZ instelling.
a Er wordt drugs gedeald nabij de instelling in het zicht van omwonenden
OVERLAST
Er ontstaat een gevoel van invloed. Dit heeft een positief effect op de houding van de omwonenden. Dit werkt alleen wanneer ook daadwerklijk wordt geluisterd naar de opmerkingen en ideeen van de omwonenden.
Er ontstaat onzekerheid in het leven van de omwonenden en gaat vragen stellen. Houding is op voorhand negatief en er wordt weerstand getoond.
Gevolg (omschrijving)
b Omwonende wordt betrokken bij ontwerp van voorziening
INFORMEREN EN COMMUNICEREN a Omwonende krijgt te horen dat GGZ instelling in de wijk komt
Gevolg (omschrijving)
De betrokkenen schrikken hiervan en trekken aan de bel bij de instelling. Omwonenden horen er in principe weinig van. De betreffende instanties zullen op zoek gaan naar de cliënt. Er wordt aangegeven dat wanneer een cliént wegloopt deze ver weg gaat en zich niet in de naastgelegen wijk ophoud. De cliënt is niet gebaat bij aandacht en zal zich rustig houden. De GGZ instelling en andere instanties worden op de hoogte gebracht. In overleg met de betrokkenen wordt besproken wat is gebeurt en wordt gezamenlijk naaar een oplossing gezocht. Het traject stopt pas nadat alle partijen tevreden zijn. Er ontstaat weerstand jegens de cliënten en de GGZ instelling.
a Er wordt een naald in het openbaar gebied van de woonwijk gevonden
b Er is een cliënt weggelopen
c Client valt hond lastig
d Kinderen durven niet meer veilig in het openbaar gebied spelen, omdat cliënten zich eigenaar van de speeltuin hebben gemaakt
Cliënt schrikt en reageert heftig. Er ontstaat een negatief beeld. Cliënten blijven rustig doorpraten. Er gebeurt verder niks. Client zegt gedag terug. Er is een verstandhouding ontstaan tussen "buren" Niets. De omwonende blijft mogelijk angstig voor de cliënten.
b Omwonende wordt aangesproken door client en rent weg
c Omwonende ziet groepje cliënten in de buurt praten, schenkt geen aandacht en loopt rustig door
d Omwonende zegt gedag tegen client tijdens hond uitlaten
e Omwonende loopt bewust om openbaare ruimte heen waar cliënten zich soms bevinden
Omwonenden zien GGZ instelling als boosdoener. Omwonenden ervaren een voordeel en afhankelijk van compenserende maatregel een verhoogd woongenot.
a Er is geen / onvoldoende groenvoorziening meer in de wijk
b Door komst van instelling wordt andere probleem in de wijk opgelost als compenserende maatregel
WONEN
Omwonende heeft cliënt geaccepteerd en er ontstaat een buren verstandhouding.
a Omwonende wordt aangesproken door cliënt en luisterd naar zijn verhaal
GEDRAGINGEN
Gevolg (omschrijving)
Gevolg (omschrijving) VEILIGHEID
Grote impact (4) Grote impact (4) Impact (3) Impact (3) Impact (3) Impact (3) Weinig impact (2) Weinig impact (2) Weinig impact (2) Weinig impact (2) Weinig impact (2) Zeer grote impact (5) Weinig impact (2) Impact (3) Grote impact (4) Weinig impact (2) Impact (3) Weinig impact (2) Weinig impact (2) Weinig impact (2) Impact (3) Grote impact (4)
2 OVERLAST a Er wordt drugs gedeald nabij de instelling in het zicht van omwonenden b Er wordt drugs gedeald in de woonwijk (kunnen clienten of anderen zijn) c Er wordt geluidsoverlast ervaren vanuit de instelling (kan meerdere oorzaken hebben) d Er wordt geluidsoverast ervaren in de woonwijk veroorzaakt door cliënten (kan meerdere oorzaken hebben) e Er wordt geluidsoverlast ervaren in de woonwijk veroorzaakt door anderen f Er wordt rommel en vuil in het openbaar gebied gevonden, veroorzaakt door cliënten
3 SAMENWERKING EN BETROKKENHEID a Buurt maakt gebruik van vergaderfaciliteiten b Buurt maakt gebruik van inventaris van de ggz instelling c Buurtbewoners kunnen als vrijwilliger bij de instelling werken d Buurtbewoners kunnen als werknemer aan de slag bij de GGZ instelling e Zelfstandigen in de wijk leveren goederen of diensten aan de GGZ instelling
4 VEILIGHEID a Er wordt een naald in het openbaar gebied van de woonwijk gevonden b Er is een cliënt weggelopen c Client valt hond lastig d Kinderen durven niet meer veilig in het openbaar gebied spelen, omdat cliënten zich eigenaar van de speeltuin hebben gemaakt
5 GEDRAGINGEN a Omwonende wordt aangesproken door cliënt en luisterd naar zijn verhaal b Omwonende wordt aangesproken door client en rent weg c Omwonende ziet groepje cliënten in de buurt praten, schenkt geen aandacht en loopt rustig door d Omwonende zegt gedag tegen client tijdens hond uitlaten e Omwonende loopt bewust om openbaare ruimte heen waar cliënten zich soms bevinden
6 WONEN a Er is geen / onvoldoende groenvoorziening meer in de wijk b Door komst van instelling wordt andere probleem in de wijk opgelost als compenserende maatregel
LEGENDA Groot positieve impact Gematigd positieve impact Gematigd negatieve impact Groot negatieve impact
Zeer grote impact (5) Impact (3) Grote impact (4) Impact (3) Impact (3)
Gevolg waarde
1 INFORMEREN &COMMUNICEREN a Omwonende krijgt te horen dat GGZ instelling in de wijk komt b Omwonende wordt betrokken bij ontwerp van voorziening c Omwonende wordt niet betrokken bij ontwerp van voorziening e Omwonende wordt geinformeerd en ontvangt informatie over de doelgroep f Omwonende wordt meegenomen naar rondleiding instelling
Gevolg (omschrijving)
Negatief (-1) Positief (+1)
Positief (+1) Negatief (-1) Positief (+1) Positief (+1) Negatief (-1)
Negatief (-1) Negatief (-1) Negatief (-1) Negatief (-1)
Positief (+1) Positief (+1) Positief (+1) Positief (+1) Positief (+1)
Negatief (-1) Negatief (-1) Negatief (-1) Negatief (-1) Negatief (-1) Negatief (-1)
Negatief (-1) Positief (+1) Negatief (-1) Positief (+1) Positief (+1)
Pos / Neg
Kans
50% 80%
80% 10% 80% 80% 10%
10% 10% 10% 10%
50% 50% 20% 20% 10%
10% 10% 10% 20% 20% 30%
100% 60% 40% 100% 50%
Score
-1,5 3,2
1,6 -0,3 1,6 1,6 -0,2
-0,5 -0,2 -0,3 -0,4
1 1 0,4 0,4 0,2
-0,4 -0,4 -0,3 -0,6 -0,6 -0,9
-5 1,8 -1,6 3 1,5
25 1
4 15 4 4 13
21 13 15 18
8 8 10 10 12
18 18 15 22 22 24
27 3 26 2 7
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Bijlage 3: Beantwoording vragen totaal
december 2012 Pagina 23
Samen succesvol
30 november 2012
Beantwoording vragen m.b.t. uitwerking van het impactonderzoek Yulius/Zuidwende-Zuid Inleiding Regionale zorginstelling Yulius heeft in 2011 aan burgemeester en wethouders van Hendrik-IdoAmbacht het verzoek gedaan om medewerking aan de realisatie van een kliniek van maximaal 100 bedden en een hoofdkantoor in het gebied Zuidwende-Zuid. Op hoofdlijnen is de haalbaarheid van dit project ambtelijk onderzocht. Daarnaast heeft de gemeente bureau AAG opdracht verleend voor een ‘impactonderzoek’ (als afzonderlijke rapportage vormt deze een onderdeel van het onderzoek naar de haalbaarheid van het project). In het impactonderzoek is onderzocht welke invloed deze vestiging van Yulius zou hebben op de omgeving. In het onderzoek is gekeken naar ervaringen met andere vergelijkbare klinieken op locaties in de buurt van woonwijken. Bureau AAG heeft voorts de ervaringen rondom de locatie van Yulius aan het Kasperspad onderzocht. De Actiegroep Zuidwende-Zuid, bewonersplatform Krommeweg, bewonersplatform De Volgerlanden, de projectontwikkelaar van het woningbouwproject De Heerenhof en ook de gemeente hebben gezamenlijk in de Klankbordgroep Project Yulius 46 vragen op een rij gezet waarop het impactonderzoek antwoord moet geven. Bureau AAG heeft deze beantwoording in deze bijlage van het nu voorliggende impactonderzoek verwerkt. Hierbij is mede gebruik gemaakt van feitelijke informatie die is aangeleverd door de gemeente en Yulius. De uitkomsten van het impactonderzoek zijn niet meer relevant voor de bestuurlijke besluitvorming over het verzoek van Yulius voor een vestiging in Zuidwende-Zuid. In september 2012 is door de Veiligheidsregio Zuid-Holland Zuid namelijk een advies geformuleerd over de invloed van de nabijgelegen aardgastransportleiding. Hieruit is gebleken dat een acceptabel veiligheidsniveau voor de nieuwbouw van Yulius in Zuidwende-Zuid ontbreekt en eventuele maatregelen om dit te bereiken niet haalbaar zijn. Op basis hiervan heeft het college op 25 september 2012 besloten geen verdere medewerking te verlenen aan het verzoek tot nieuwbouw van Yulius in het gebied Zuidwende-Zuid. Het collegebesluit is openbaar gemaakt. Het besluit is tevens ter kennisneming voorgelegd aan het regionaal portefeuillehoudersoverleg Sociaal in de regio Drechtsteden (vanuit de gemeenschappelijke bestuurlijke verantwoordelijkheid van alle gemeenten in de Drechtsteden voor de spreiding van woonzorgvoorzieningen voor bijzondere groepen). Daarbij is aangekondigd dat het impactonderzoek - na afronding - eveneens ter kennisname aangeboden zal worden aan het regionaal portefeuillehoudersoverleg.
1
Overzicht van de diverse vragen en antwoorden 1.
Hoe stonden bewoners voorafgaand aan de vestiging tegenover de komst van de zorginstelling, en hoe is hun houding enige tijd na realisatie van de vestiging? Bewoners waren uitgesproken kritisch en negatief voorafgaand aan de komst van de klinieken die in het impactonderzoek zijn belicht, zo geeft bureau AAG aan. Er was veel weerstand en onzekerheid. De omwonenden zagen zich geconfronteerd met een onzekere gebeurtenis en dat leverde vaak weerstand op. De zorgorganisatie stond bij de planvorming als het ware op een 1-0-achterstand. Na de realisatie en opening van de onderzochte klinieken is het begrip van omwonenden echter veelal duidelijk toegenomen, zo blijkt uit het onderzoek. In de regel is er sprake van een goed, vaak ook gestructureerd, contact tussen de leiding van de klinieken en de bewoners in de nabije omgeving. 2. Hoe zijn bewoners betrokken bij de (komst van de) instelling? Bewoners zijn bij de onderzochte klinieken op verschillende manieren betrokken bij de planvorming, zoals met informatiebijeenkomsten, koffiegesprekken, gezamenlijk ontwerpen, meedenken met oplossingsrichtingen en beheergroepen (totstandkoming van regels, maar ook naleven van regels). De zorgorganisaties die in het kader van het impactonderzoek zijn geïnterviewd dragen uit dat zij het belangrijk vonden en vinden om alle opmerkingen en ideeën vanuit de kring van omwonenden serieus te nemen. 3. Wat merken omwonenden van de instelling? In zijn algemeenheid kan volgens bureau AAG worden gesteld dat de zorginstelling betrouwbaar moet zijn en integer moet handelen om het vertrouwen van de omwonenden te verdienen, zo komt uit het impactonderzoek naar voren. Gebeurt dit niet, dan ontstaat er weerstand en onvrede tegenover de zorginstellingen. Het impactonderzoek laat zien dat zorginstellingen zich hiervan bewust zijn en zich in de contacten met de omwonenden richten op thema’s als ‘veiligheid’ en ‘bereikbaarheid’. Die insteek leidt veelal tot een toename van het onderling vertrouwen en vormt een basis voor samenwerking tussen zorginstelling en omwonenden. Dat neemt niet weg dat zich af en toe incidenten voordoen. Soms alleen binnen het terrein van de zorginstelling, maar soms ervaren omwonenden dat ook. De zorginstellingen tonen aan zich in te spannen om dit bespreekbaar te maken en te houden. Verwezen wordt naar onder meer de antwoorden op de vragen 5 en 6. 4.
Gaan de cliënten van de zorginstelling naar buiten en zo ja, hoe (onder begeleiding?) en met welke frequentie? Ja, bij de klinieken die in het impactonderzoek zijn onderzocht blijken cliënten naar buiten te gaan. Dit is wel afhankelijk van de setting: Vanuit een open setting: dagelijks zonder begeleiding. Vanuit een gesloten setting: eigen gesloten buitenruimte of onder (therapeutische) begeleiding daarbuiten. Dit gebeurt zowel alleen, wanneer de cliënt hiervoor klaar is, als in kleine groepen. De begeleiding is nodig voor de cliënt, niet omdat er een gevaar is voor de omgeving, maar veelal omdat de cliënt leert van de begeleider (therapie). Begeleiding is ook aanwezig om ervoor te zorgen dat de cliënt niet wegloopt. Vanuit een beveiligde setting: niet openbaar. 5.
Hebben zich incidenten in de omgeving voorgedaan? Wat was de frequentie en aard van deze incidenten? Uit het impactonderzoek blijkt volgens bureau AAG dat er in de onderzochte klinieken inderdaad wel eens sprake is van incidenten, maar beperkt. De frequentie wisselt van eenmaal per jaar en eenmaal per vijf jaar tot nog minder. De aard van incidenten is zeer verschillend en heeft nagenoeg altijd betrekking op de cliënt zelf (o.a. zelfdoding, door glazen pui gelopen, weggelopen). Zie ook het antwoord op vraag 12 over de locatie Kasperspad in Dordrecht.
2
6.
Hoe wordt gecommuniceerd over mogelijke incidenten, door omwonenden en door de zorginstelling? Bij de onderzochte klinieken blijkt de communicatie over incidenten op verschillende manieren te worden ingevuld, afhankelijk van de incidenten (altijd direct met betrokkenen en noodzakelijke instanties). Indien de impact aanzienlijk is, wordt het incident bijvoorbeeld in het buurtcomité besproken, maar er vindt doorgaans geen wijdverspreide communicatie in de buurt plaats. Het incident wordt altijd besproken en op vragen van omwonenden wordt ingegaan. De communicatie is altijd open en transparant. Ook blijkt in verschillende gevallen, dat - indien gewenst - in een beheersgroep (inclusief omwonenden) afspraken worden gemaakt over wat te doen bij bepaalde incidenten. Ook kunnen afspraken worden gemaakt over wat te doen als er een onhoudbare situatie ontstaat (tot het afsluiten van de voorziening aan toe). 7.
Is er bij de omwonenden (en hun gezin) een gevoel van onveiligheid in de omgeving? Is dit gevoel toegenomen of afgenomen? In de fase van planvoorbereiding blijken gevoelens van onveiligheid een vraagpunt te zijn geweest. Nadat de klinieken waren gerealiseerd, zo blijkt uit het impactonderzoek, zijn deze gevoelens duidelijk afgenomen. Het incidentenpatroon speelt daarbij een rol. Naarmate er gedurende langere tijd geen klachten zijn of incidenten hebben plaatsgevonden, is er merkbaar sprake van een afname van een mogelijk gevoel van onveiligheid. Omgekeerd kan één incident juist weer leiden tot discussies over (on)veiligheid. Uit het impactonderzoek kan overigens nog worden afgeleid dat het gevoel van veiligheid in relatieve zin kan worden vergroot door invoering van cameratoezicht (extra sociale controle) en 24-uursbeschikbaarheid van de zorginstelling. 8. Vinden de omwonenden (en hun gezin) dat het woongenot is veranderd? Uit het impactonderzoek komt een gedifferentieerd beeld naar voren. Op het moment dat de zorginstelling in de ogen van de omwonenden minder open en minder betrouwbaar is, daalt ook het door omwonenden ervaren woongenot. Anderzijds blijkt uit het onderzoek dat een goede samenwerking tussen zorginstelling en omwonenden wordt gewaardeerd en (indirect) een positief effect heeft op het woongenot. Soms blijkt dat contact zelfs een opening te bieden om andere problemen in de woonomgeving aan te pakken. 9.
Gedragen omwonenden zich in de buitenruimte anders nu de zorginstelling er is? En zo ja, hoe? Bij de realisatie van een nieuwe kliniek is altijd een periode nodig om te wennen aan elkaar, zo blijkt uit het impactonderzoek. Na verloop van enige tijd zijn de omwonenden en de kliniek in meer of mindere mate met elkaar in gesprek. Bij de in het onderzoek betrokken klinieken kan niet worden geconstateerd dat omwonenden zich anders zijn gaan bedragen in de buitenruimte (voor zover dat kon worden beoordeeld). In een enkel geval is zelfs sprake van gezamenlijke activiteiten tussen bewoners van de kliniek en omwonenden. Zie hiervoor ook het antwoord op vraag 11.
10. Wat heeft de zorginstelling opgeleverd in de beleving van omwonenden (vrijwilligerswerk, meer maatschappelijk bewustzijn etc.)? Dat verschilt van geval tot geval en het is sterk afhankelijk van de bereidwilligheid van de leiding van de kliniek en van de omwonenden. Soms heeft de komst van de instelling niet geleid tot vrijwilligerswerk of meer maatschappelijk bewustzijn. Maar er is in het impactonderzoek toch ook gesignaleerd dat er - zij het op beperkte schaal - sprake kan zijn van een gezamenlijk gebruik van voorzieningen of het inzetten van vrijwilligers uit de wijk bij de zorginstelling. 11. Zijn er gezamenlijke activiteiten of vormen van samenwerking tussen de instelling en de omwonenden gestart na de komst van de instelling? Dit gebeurt niet bij alle onderzochte zorginstellingen, maar uit het impactonderzoek is naar voren gekomen dat de zorginstelling in enkele gevallen participeert in buurtfeesten of in samenwerking tussen kliniek en omwonenden sportactiviteiten worden georganiseerd. In die gevallen dat van
3
dergelijke gezamenlijke activiteiten sprake is, kan worden vastgesteld dat de houding van beide partijen erop gericht is om meer voor elkaar te kunnen betekenen. 12. Hoeveel en welke meldingen zijn gedaan in de omgeving van het Kasperspad in Dordrecht (in het kader van de overlast m.b.t. de ’Kasperspad’-problematiek?)/In hoeverre zijn deze meldingen naar tevredenheid behandeld/opgelost? Hoeveel meldingen de laatste jaren bij de gemeente Dordrecht zijn binnengekomen m.b.t. de overlast van het Kasperspad is bij Yulius niet bekend. Volgens Yulius worden de problemen op het Kasperspad niet primair veroorzaakt door cliënten van Yulius. De combinatie van bewoners en bezoekers van overige op het Kasperspad gevestigde organisaties en problematiek die kenmerkend is voor de binnenstad van een grote stad als Dordrecht, zorgt met name voor de bekende overlast. Yulius heeft aangegeven dat zij in de regel meteen reageert op klachten die direct aan Yulius worden gericht. Yulius hecht veel waarde aan een goede verstandhouding met de buurt. Ook op het Kasperspad is deze verstandhouding goed. Dit komt onder andere tot uiting in de gezamenlijke activiteiten met buurtbewoners op het Kasperspad. Uit informatie van de politie kan worden geconcludeerd dat zich de afgelopen drie jaar in relatie tot de vestiging van Yulius aan het Kasperspad in totaal ongeveer 260 meldingen/incidenten hebben voorgedaan, die bijna allemaal betrekking hadden op gebeurtenissen binnen de vestiging (zoals meldingen van vermiste personen, bedreiging van personeel of assistentie bij gedwongen opname van cliënten). In die drie jaar hebben zich in totaal circa 18 meldingen/klachten voorgedaan die uit de omgeving kwamen. Het onderzoek van AAG betreffende het Kasperspad laat zien dat omwonende aangeven last te ervaren van Yulius, maar met name van het Leger des Heils. Van degene aangeven dat Yulius overlast geeft, heeft niemand een melding gedaan bij Yulius zelf. De meldingen van overlast betrof met name geluidsoverlast of rondhangende dronken personen. Als er meldingen worden gedaan worden deze naar tevredenheid opgelost. 13. Wat zijn de bevindingen van de buurtschouw die heeft plaatsgevonden op het Kasperspad, met name inzake overlast? Bevindingen op het vlak van overlast hadden betrekking op hangjeugd, de koffieshop in de omgeving, boomwortels, hondenpoep en verkeersoverlast. Deze buurtschouw was niet specifiek gericht op klachten over cliënten van Yulius. Het rapport zoals opgemaakt door de gemeente Dordrecht is beschikbaar via de website van de gemeente Dordrecht: http://cms.dordrecht.nl/Dordrecht/up/ZkeqylpIO_Versie_2_Buurtschouw_Kasperspad_en_omgeving_20120127.pdf
14. In hoeverre zou de komst van Yulius invloed hebben gehad op de prijzen en verkoopbaarheid van huizen en hoe is dit op het Kasperspad? De Wet ruimtelijke ordening kent een regeling waarbij burgers of bedrijven onder bepaalde omstandigheden aanspraak kunnen maken op een financiële tegemoetkoming als zij door bijv. de inwerkingtreding van een nieuw bestemmingsplan onevenredig financieel nadeel ondervinden. De gemeente Hendrik-Ido-Ambacht heeft hiervoor regels vastgesteld in een procedureverordening. Voor zover Yulius weet is ten aanzien van de huidige kliniek aan het Kasperspad nooit planschade geclaimd of toegekend. Ook is nooit direct bij Yulius een financiële claim ingediend voor vermeende waardevermindering van woningen in de omgeving . Op 25 september 2012 heeft het college van burgemeester en wethouders van Hendrik-IdoAmbacht besloten geen verdere medewerking te verlenen aan het plan van Yulius voor een vestiging in Zuidwende-Zuid (vanwege de veiligheid in relatie tot de gasleiding). Als door de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht was besloten om door te gaan met de plannen, dan zouden diverse onderzoeken zijn opgestart om de opstelling van een ontwerpbestemmingsplan voor te bereiden. Eén van die onderzoeken zou het opstellen van een preadvies betreffen door een externe deskundige, om een eerste inzicht te krijgen in de mogelijkheid dat zich onevenredige planschade zou kunnen voordoen.
4
15. Wat zou de invloed van de komst van Yulius zijn geweest op het reeds hoge aantal inbraken in de wijk Krommeweg (58% van heel HIA !!) (en Volgerlanden)? De gemeente heeft geen enkele concrete aanwijzing die leidt tot de aanname dat een vestiging van Yulius in Zuidwende-Zuid tot een toename van het aantal inbraken in de aangrenzende woonomgeving zou hebben geleid. 16. Wat zou de invloed van de komst van Yulius zijn geweest op de veiligheid van kinderen om te spelen op de Zuidwende, door rondhangende patiënten en randverschijnselen zoals drugs/drankgebruik en agressie? Officieel is nl. aangetoond, dat drugs/drank vaak worden gebruikt door psychiatrische patiënten om de bijwerkingen van antipsychotica te verminderen. Cliënten zien er soms wel ‘anders’ uit. Als gevolg van hun ziekte en/of als gevolg van het medicijngebruik hebben zij soms minder aandacht voor persoonlijke verzorging. Yulius geeft aan dat dit onderdeel aandacht krijgt bij de behandeling van hun cliënten. Yulius benadrukt dat iemand die zich misschien minder vaak wast, niet meteen ook iemand is die anderen geweld aandoet. Dit staat nadrukkelijk los van elkaar. Yulius wijst er op, dat de cliënten die zover hersteld zijn dat ze zich ook buiten de muren van de instelling kunnen begeven, deze vrijheid ook krijgen. Indien hun ziekte hen op dat moment een gevaar laat zijn voor zichzelf of voor hun omgeving, dan zullen zij binnen de muren van de instelling verblijven totdat zij voldoende hersteld zijn. Cliënten met een dubbele diagnose - psychiatrische- en verslavingsproblematiek - worden alleen dan bij Yulius opgenomen als de psychiatrische problematiek de hoofdproblematiek is. In de kliniek aan het Kasperspad zijn slechts weinig plaatsen beschikbaar voor cliënten met dubbele-diagnoseproblematiek: dit betreft 1 á 2 plaatsen. Als Yulius vragen heeft over de verslaving, wordt contact gezocht met een gespecialiseerde verslavingsinstelling. Yulius heeft geen verslavingskliniek en behandelt geen mensen voor hun verslaving. Mensen die voor een verslaving moeten worden behandeld, verwijst Yulius door naar een gespecialiseerde verslavingskliniek. Zie ook het antwoord op vraag 20. 17. Wat is doorgaans de invloed van rondhangende patiënten/wandelende groepjes (al of niet begeleid) op bewoners die bijvoorbeeld hun hond uitlaten? Yulius heeft aangegeven dat op het Kasperspad in Dordrecht van de laatste tien jaar geen klachten bekend zijn van hondenbezitters in de omgeving. Ook hebben wandelende cliënten geen klachten opgeleverd. Wel zijn klachten bekend ten aanzien van zwervers die drinken en slapen in de directe omgeving. Het onderzoek van AAG betreffende het Kasperspad laat zien dat omwonende aangeven met name last te ondervinden van uitwerpselen, urine, braaksel, luidrustige personen of angst voor omwonende kinderen. Er is niet aangegeven dat omwonenden vanuit direct contact overlast ondervinden. 18. Met hoeveel patiënten uit de gesloten huisvestiging gaan de begeleiders per persoon doorgaans wandelen? Wat zijn de gevolgen als een patiënt wegloopt/uit het zicht van de begeleider is? Yulius geeft aan dat de cliënten die bij hen zijn opgenomen lijden aan een psychiatrische ziekte. Zij kunnen al naar gelang de vorm van hun ziekte alleen, of in groepjes van drie tot vijf cliënten, met of zonder begeleiding naar buiten. Yulius vindt veiligheid voor cliënten én omgeving belangrijk. 19. Met welke psychiatrische problemen zouden de patiënten naar de dagbehandeling zijn gekomen? Yulius had geen gerichte plannen om dagbehandeling aan te bieden in de nieuwe vestiging in het gebied Zuidwende-Zuid in Hendrik-Ido-Ambacht. Wel wilde Yulius in de beoogde vestiging in Zuidwende-Zuid een polikliniek realiseren. Over het verschil tussen dagbehandeling en behandeling in een polikliniek kan het volgende worden opgemerkt: • Dagbehandeling is bedoeld voor mensen met psychiatrische problemen van uiteenlopende aard, zoals ernstige somberheid, angst- of spanningsklachten, contact- of relatieproblemen of 5
•
een onverwerkt rouwproces. Bij deze behandeling wordt ernaar gestreefd cliënten psychisch zo optimaal mogelijk te laten functioneren. Daardoor kunnen zij zolang en zo goed mogelijk zelfstandig blijven wonen. Tijdens de dagbehandeling leren cliënten een dagstructuur op te bouwen en volgen zij een groepsbehandeling op de kliniek; Een poliklinische behandeling bestaat vooral uit therapeutische gesprekken van hooguit een paar uur per week. Deze gesprekken vinden plaats op de polikliniek.
20. Welke aantrekkingskracht zou de komst van Yulius hebben gehad op drugsdealers? In de klinieken van Yulius geldt een streng nageleefd verbod op het gebruik van verdovende middelen (alcohol en/of drugs). Door middel van urinetests worden de cliënten regelmatig gecontroleerd. Als uit een test blijkt dat de cliënt drugs heeft gebruikt, wordt hij veelal binnen de instelling gehouden; het is dan verboden het pand te verlaten. Het is niet zo dat dan automatisch ontslag volgt. Yulius probeert cliënten zo goed mogelijk te behandelen voor hun psychiatrische ziekte en het loslaten van drugs is onderdeel van die behandeling. Yulius wil geen dealers in de buurt van haar klinieken. Yulius wil niet dat haar cliënten de gelegenheid krijgen drugs te kopen. Daarom is Yulius alert op het weren van dealers in de buurt van de klinieken en met de politie bestaan hierover goede afspraken. Indien een dealer wordt gesignaleerd in de buurt van een instelling van Yulius, of indien iemand wordt gesignaleerd waarvan Yulius het vermoeden heeft dat die niets te zoeken heeft op het terrein van Yulius, wordt meteen de politie ingeschakeld. Dankzij de goede contacten en afspraken met de politie, wordt hier direct op gehandeld. Betreffende personen worden door de politie verwijderd. Zie ook het antwoord op vraag 16. 21. Hoe is de verhouding met andere steden met betrekking tot concentratie van soortgelijke voorzieningen op korte afstand? Het aanbod en de spreiding of concentratie van zorgvoorzieningen voor bijzondere woonvormen komt uiteraard zoveel mogelijk overeen met de behoefte aan geestelijke gezondheidszorg. De realisatie van zorgvoorzieningen wordt niet zozeer op lokaal niveau beoordeeld. Afstemming tussen aanbod van voorzieningen en de behoefte daaraan leent zich in de praktijk meer voor een afweging op regionale schaal. Dat is een algemeen in het land voorkomend beeld. Informatie over de situatie in de Drechtsteden staat in het antwoord op vraag 22. 22. Waarom bestond het plan om het zwaartepunt van de psychiatrische problemen in Hendrik-Ido-Ambacht worden gevestigd? De regionale zorginstelling Yulius heeft in totaal 90 vestigingen en in totaal 677 bedden. Het totaal aantal cliënten in de zorg bedraagt ruim 19.000. Het aantal medewerkers in de zorg bedraagt ruim 1270 (cijfers 2011). In dat licht bezien kan naar de mening van de gemeente niet met reden worden gesteld dat de komst van een kliniek met 100 bedden en circa 50 personeelsleden, alsmede een kantoor met circa 150 personeelsleden tot een situatie zou leiden dat het zwaartepunt van de psychiatrische problemen in Hendrik-Ido-Ambacht zou zijn gevestigd (naast de al bestaande voorzieningen). De gemeente Hendrik-Ido-Ambacht acht zich samen met de andere gemeenten in de Drechtsteden verantwoordelijk om gezamenlijk zorg te dragen voor een adequate huisvesting van zorginstellingen die geestelijke gezondheidszorg verlenen in onze regio. Yulius heeft de gemeente om medewerking verzocht voor het realiseren van een vestiging in Zuidwende-Zuid omdat die locatie voldoet aan de eisen die Yulius aan een nieuwe locatie stelt en omdat die locatie in de optiek van Yulius de eerste voorkeur had. 23. Hoeveel verkeer zou er dan komen op de Zuidwende?/ Hoeveel verkeer had buiten het Yulius terrein moeten parkeren met name voor dagbehandeling? Wat is de impact van de algehele verkeerstoename op de omgeving/Ambachtsezoom? Op dit moment is hierin geen inzicht. Als bestuurlijk was besloten om het plan voor een vestiging van Yulius in Zuidwende-Zuid verder uit te werken, dan zouden diverse onderzoeken zijn opgestart ter voorbereiding van de opstelling van een ontwerpbestemmingsplan. In dat kader zou ook de verkeersafwikkeling worden beoordeeld, onder andere de invloed op de verkeersafwikkeling op de Krommeweg en de Zuidwende, maar ook de invloed op de verkeersafwikkeling ter hoogte van de aansluiting van Hendrik-Ido-Ambacht op rijksweg A16 (Sandelingen-Knoop).
6
Voor wat betreft de parkeeropvang zou als uitgangspunt zijn genomen dat de opvang van de parkeerbehoefte op eigen terrein van Yulius had moeten plaatsvinden. Bij de bepaling van de vereiste hoeveelheid parkeerplaatsen worden de landelijk veel gebruikte richtlijnen van het C.R.O.W. gehanteerd. 24. Het behandelen van binnenkomende patiënten kan ook ’s nachts nodig zijn; welke overlast zou dit met zich mee hebben gebracht? Yulius heeft aangegeven dat het voorkomt dat cliënten ’s nachts voor opname komen. Meestal worden zij gebracht door een ambulance of door de politie. Hier was een aparte ingang voor gepland. Dit gaat snel en levert voor de omgeving geen overlast op. 25. Het is bekend dat TBS’ers die worden voorbereid op terugkeer in de maatschappij nu op het ’Kasperspad‘ worden behandeld, hoeveel van deze specifieke patiënten bevinden zich nu/worden nu behandeld op het “Kasperspad”? Yulius wijst er op dat zij alleen zorg biedt aan TBS-cliënten met een behandelbare psychiatrische aandoening die geen extra beveiligingsmaatregelen vereisen. Op dit moment maakt één cliënt gebruik van klinisch wonen op het Kasperspad vanuit een TBS-kliniek. Deze cliënt verblijft daar al ruim tien jaar. 26. Hoe dacht de gemeente Hendrik-Ido-Ambacht de problematiek die zich nu op voordoet door de vestiging van Yulius op het ’Kasperspad‘, te gaan voorkomen? (wildplassen, bekrassen auto’s, drank/drugsgebruik, dealers enz) Met name in het verleden is rondom het Kasperspad inderdaad sprake van overlast geweest. Deze overlast was zeker niet geheel toe te rekenen aan de kliniek van Yulius, maar aan een combinatie van factoren, zoals onder meer ook aan de nabij gelegen daklozenopvang van het Leger des Heils en de concentratie van hangjongeren op het Vrieseplein dat in de omgeving ligt. Deze buurt heeft last van grotestadsproblematiek, een aantrekkende werking voor alcoholistische zwervers en hangjeugd. De cliëntenbewegingen van gebruikers van verscheidene dicht bij elkaar gelegen zorginstellingen maken deel uit van het straatbeeld. De ervaren overlast is aanzienlijk teruggedrongen door een integrale aanpak van gemeente, zorginstellingen en politie. Als het om drugs gaat, hanteert Yulius een ‘zero tolerance’-beleid en oefent daar intern een strak toezicht op uit. Zie ook het antwoord op vraag 20. Ook in geval van de vestiging in Zuidwende-Zuid zouden gemeente, Yulius en politie met elkaar zijn opgetrokken om vormen van overlast tegen te gaan respectievelijk aan te pakken. Ook een goed contact met de omwonenden is daarbij van belang. 27. Wat zijn de gevolgen voor het milieu als 20.000 m2 groen zou zijn verdwenen? Uitgangspunt bij de eventuele komst van Yulius was dat het belang van de ecologische verbindingszone (daarbij gaat het vooral om de volwassen bomen in de strook direct ten zuiden van de Zuidwende) in acht zou moeten worden genomen. De functie van de huidige ecologische verbindingszone moet in tact blijven. De bebouwing van Yulius en de inrichting van het bijbehorende terrein was voornamelijk op de achterliggende gronden voorzien. Dat brengt inderdaad een verlies aan bestaande groenvoorzieningen met zich mee. Die keuze ligt al opgesloten in de geldende Structuurvisie Hendrik-Ido-Ambacht, die de gemeenteraad in juli 2009 heeft vastgesteld na een uitgebreid voortraject van inbreng vanuit de bevolking. In deze structuurvisie is namelijk gekozen voor de realisatie van maatschappelijke voorzieningen in Zuidwende-Zuid. Om dat te kunnen verwezenlijken is een nieuw bestemmingsplan nodig. Bij de voorbereidingen van een ontwerpbestemmingsplan zal uiteraard ook een onderzoek in het kader van de Flora- en faunawet plaatsvinden. 28. Welke vormen van overlast worden op dit moment ervaren door bewoners rondom de vestiging van Yulius aan de andere kant van de Krommeweg? Yulius ontvangt weinig overlastmeldingen vanuit de wijk De Volgerlanden. Toen de locatie voor begeleid wonen net in Hendrik-Ido-Ambacht was gevestigd, bereikten Yulius wel diverse meldingen over de locatie. Het ging in de meeste gevallen eerder om bezorgdheid dan om daadwerkelijke overlast. Zo waren er klachten over Yulius-bewoners die langs de scholen liepen richting het winkelcentrum. Zij werden onterecht voor kinderlokkers aangezien. Deze zorgen konden snel 7
worden weggenomen. Ook is een melding bekend over een man die met een auto langs schoolroutes geparkeerd stond en zich raar gedroeg. Hij werd aangezien voor een cliënt van Yulius, maar was dit niet. De overige drie meldingen, die rechtstreeks aan Yulius zijn gedaan, betroffen: • Een cliënt van Yulius die een hond schopte die op hem afkwam. De cliënt is hierop aangesproken en met de eigenaar van de hond is een gesprek gevoerd. De melding is naar tevredenheid opgelost. • Een bewoner die enkele malen vlak bij één van de woonhuizen heeft staan blowen. De eigenaar van de woning heeft contact gezocht met Yulius met het verzoek of de man dit niet meer wilde doen. De cliënt is hierop aangesproken en sindsdien heeft hij niet meer in de nabijheid van de woning geblowd. Ook dit incident is naar tevredenheid van de omwonende opgelost. • Een omwonende die belde met Yulius om te melden dat een enkele maal een bewoner van Yulius op weg naar de woonvorm midden op de bouwstraat liep, waardoor hij het verkeer hinderde. Deze omwonende was met name bezorgd over de veiligheid van de bewoner. Op 31 juli jl. is een bewoner van de vestiging van Yulius in De Volgerlanden gewond geraakt bij een steekincident. Dit vond plaats binnen de vestiging van Yulius. De politie heeft de dader in hechtenis genomen. Uit het politieonderzoek is naar voren gekomen dat het steekincident niet is voortgekomen uit de geestelijke gesteldheid van de dader. 29. Voor de locatie in Zuidwende-Zuid waren er stedenbouwkundige randvoorwaarden nodig als onderdeel van het beeldkwaliteitsplan in de wijk Krommeweg (in ontwikkeling), maar ook wegens de grens met de wijk Volgerlanden. De gemeente heeft na de totstandkoming van de Entreevisie De Volgerlanden (2005) geen stedenbouwkundig programma van eisen geformuleerd voor de realisatie van de bebouwing in het gebied Zuidwende-Zuid. Om die reden zou de gemeente ‘volgend’ toetsen en reageren op de plannen van Yulius. Het (concept)schetsplan van Yulius zou hiervoor worden gebruikt. Uitgangspunt was dat in overleg met de gemeentelijke stedenbouwkundige een planopzet moest worden bereikt die een stedenbouwkundige kwaliteit oplevert - zowel qua bebouwing als qua terreinindeling - die instemming van het college van burgemeester en wethouders zou hebben. De uitkomsten van de stedenbouwkundige toetsing zouden uiteindelijk de basis voor de motivering van de vereiste herziening van het geldende bestemmingsplan hebben gevormd. 30. Voor de stedenbouwkundige omgeving was een plan van het kantoor met vijf lagen te hoog, dit plan was dus zo niet inpasbaar. De gemeente is van oordeel dat de Ambachtsezoom een belangrijke entree van Hendrik-IdoAmbacht vormt. De ligging van het gebied Zuidwende-Zuid langs die Ambachtsezoom kan het karakter van die entree versterken door de wijze waarop de bebouwing in het gebied vorm krijgt. Voor een deel is markante bebouwing langs deze route en in de omgeving daarvan al aanwezig, zoals het project Het Kasteel in De Volgerlanden en het massieve schachtgebouw van de Betuweroute. In dat kader is het stedenbouwkundig zeker aanvaardbaar om ook een ‘kloeke’ nieuwbouw in de meest zuidoostelijke hoek van het projectgebied Zuidwende-Zuid te realiseren. Het schetsplan van Yulius speelde hierop in door in die hoek een kantoorpand voor te stellen, met een hoogte van vijf bouwlagen. Bij de nadere uitwerking van de plannen zou dit nog een aandachtspunt zijn, waarbij ook de hoogtemaat zou zijn beoordeeld en concreet zou zijn bepaald in het op te stellen nieuwe bestemmingsplan. 31. Voor het huidige volkstuinencomplex zou een definitieve oplossing gevonden moeten worden. • De volkstuinders moeten op een biologische manier groente/fruit kunnen verbouwen. Er liggen volkstuinen op één locatie binnen het plangebied Zuidwende-Zuid en op een andere, meer zuidelijke locatie net buiten het plangebied. De meest noordelijke locatie had vrijwel zeker niet gehandhaafd kunnen worden als de plannen voor een hoofdvestiging van Yulius door waren gegaan. De gemeente stelde zich op het uitgangspunt dat in die omstandigheden de volkstuinen uit
8
Zuidwende-Zuid zouden moeten worden verplaatst naar een geschikte alternatieve locatie. Ook dit thema was opgepakt als bestuurlijk was besloten om de plannen voor een vestiging van Yulius verder uit te werken. 32. Het plangebied Yulius Zuidwende-Zuid is gelegen in een unieke groenstructuur (ecologisch) vlakbij de A16 en is een groene gordel van de gemeente Hendrik-IdoAmbacht. Deze groene gordel zal gehandhaafd moeten blijven, ook in verband met de Volksgezondheid. De groene uitstraling moet behouden blijven. • Tevens moet de impact op de Provinciale Ecologische Hoofdgroenstructuur no.70 (PEHS) worden meegenomen. • Hendrik-Ido-Ambacht grenst aan twee rijkswegen de A15 en A16, grenst aan de drukst bevaren rivier van Nederland, vlakbij het grootste rangeerterrein van Europa (Kijfhoek) en de Betuwelijn doorsnijdt de Vinex-locatie De Volgerlanden. Ook bij het antwoord op vraag 27 is al aangegeven, dat de gemeente het uitgangspunt hanteert dat bij het invullen van gebied Zuidwende-Zuid de belangen van de ecologische verbindingszone in acht moeten worden genomen. De functie van de huidige ecologische verbindingszone (die in projectgebied Zuidwende-Zuid vooral de volwassen bomen in de strook direct ten zuiden van de Zuidwende omvat) moet in tact blijven. Het gebied Zuidwende-Zuid blijft voor het overige echter geen overwegend groen karakter behouden, als de keuze van de gemeentelijke Structuurvisie Hendrik-Ido-Ambacht wordt geconcretiseerd. In deze structuurvisie (uit juli 2009) is namelijk gekozen voor de realisatie van maatschappelijke voorzieningen in Zuidwende-Zuid. Om dat te kunnen verwezenlijken is een nieuw bestemmingsplan nodig. Bij de voorbereidingen van een ontwerpbestemmingsplan zal uiteraard ook onderzoek in het kader van de Flora- en faunawet gedaan worden. 33. De ontsluitingswegen van dit plangebied moeten voor de verkeersoplossing een meerwaarde bieden. Er zal dus een gedegen onderzoek moeten plaatsvinden in verband met de veiligheid en de te ontstane sociale cohesie in de wijk. De verkeersaspecten moeten inderdaad nog meer in detail worden onderzocht als er een concreet plan komt voor invulling van het gebied Zuidwende-Zuid. In dat geval worden diverse onderzoeken opgestart ter voorbereiding van de opstelling van een ontwerpbestemmingsplan. In dat kader zal ook de verkeersafwikkeling worden beoordeeld, onder andere de invloed op de verkeersafwikkeling op de Krommeweg en de Zuidwende, maar ook de invloed op de verkeersafwikkeling ter hoogte van de aansluiting van Hendrik-Ido-Ambacht op rijksweg A16 (Sandelingen-Knoop). Verwezen wordt naar het antwoord op vraag 23. De aspecten die raken aan de sociale veiligheid en de sociale cohesie in de wijk, hebben te maken met het onderzoek naar de invloed van een vestiging van Yulius in Zuidwende-Zuid op de aangrenzende woongebieden. Dit is belicht in het impactonderzoek van bureau AAG en zijdelings ook in de beantwoording van het nu voorliggende vragenoverzicht. Verwezen wordt onder andere naar de antwoorden op de vragen 1 t/m 13 en 16 t/m 18. 34. Van de structuurvisie gaat een politiek-bestuurlijke werking uit, doordat de Raad zich bij de vaststelling van een bestemmingsplan of het nemen van een projectbesluit behoort te houden aan wat eerder in een structuurvisie is opgenomen. Als zich een ontwikkeling aandient die afwijkt van de gewenste ruimtelijke ontwikkeling zoals neergelegd in de structuurvisie, leidt dit in beginsel tot bijstelling van het projectplan. Het is dus geen vrijblijvend visiedocument, maar stuurt de ruimtelijke keuzes en inzet van instrumenten op gemeentelijke niveau, ofwel de structuurvisie vormt een onderlegger voor het maken van het bestemmingsplan. Correct. De gemeente onderschrijft dat deze uitleg inderdaad weergeeft hoe de Structuurvisie Hendrik-Ido-Ambacht (vastgesteld door de gemeenteraad in juli 2009) moet worden getypeerd. In deze visie is voor het gebied Zuidwende-Zuid gekozen voor maatschappelijke voorzieningen. In beginsel kan worden gesteld dat de vestiging van Yulius zou hebben gepast binnen de opzet van de structuurvisie, maar de stedenbouwkundige inpasbaarheid zou een aandachtspunt zijn bij de uitwerking van de plannen van Yulius. De gemeentelijke structuurvisie is daarbij het vertrekpunt en 9
bindend voor de gemeente. Om de plannen van Yulius te kunnen verwezenlijken was overigens nog wel een nieuw bestemmingsplan nodig. 35. De voorgestelde parkeeroplossing op maaiveld maakte door de schaal een te grote inbreuk op de kwaliteiten van de locatie. Bij deze oplossing is dubbelgrondgebruik niet mogelijk en staat daardoor optimale inpassing in de context letterlijk in de weg. De gemeente deelt niet de stelling dat het parkeren op maaiveld een te grote inbreuk zou maken op de kwaliteiten van de locatie. Het was een aanvaardbare oplossing voor een adequate opvang van de parkeerbehoefte en stuit niet op stedenbouwkundige bezwaren. Niettemin was de parkeeropvang uiteraard een aspect dat bij de planuitwerking verdere aandacht had gekregen. Een parkeeroplossing in de vorm van dubbel grondgebruik was vanuit stedenbouwkundige optiek voor deze locatie zeker geen noodzaak, maar uiteraard wel bespreekbaar (ingeval de initiatiefnemer daaraan de voorkeur had gegeven en onder voorwaarde dat de financieel-economische uitvoerbaarheid voldoende zou zijn aangetoond). 36. Yulius had duidelijk aan moeten geven wat ze hadden willen bereiken met dit plan. Vanwege al een negatieve uitstraling van deze GGZ-zorg waren er duidelijke regels nodig voor de omgeving, waar ook sancties op hadden moeten staan. De regels waaraan een bouwinitiatief zal moeten voldoen, worden uiteraard opgenomen in het nog op te stellen bestemmingsplan. Die regels hebben onder meer betrekking op het realiseren van bebouwing (onder meer oppervlaktematen, hoogtematen, bebouwingsgrenzen) en op het gebruik van de grond (onder meer water, groen, parkeren). Vanzelfsprekend was Yulius verplicht om deze regels in acht te nemen. Deze regels hadden te zijner tijd ook het toetsingskader gevormd voor het beoordelen van de aanvraag omgevingsvergunning. De gemeente is wettelijk bevoegd om tegen overtreding van de regels van het bestemmingsplan op te treden. 37. De impactanalyse had eerlijk de oplossing moeten geven voor het doorgaan op deze locatie van dit projectplan. Hendrik-Ido-Ambacht is een groen dorp, gelegen tussen twee rijkswegen, waar al een centrum is van Yulius in de Volgerlanden. Het impactonderzoek was één van de bouwstenen van het globaal haalbaarheidsonderzoek. Het impactonderzoek zelf zou geen conclusie bevatten of het project van Yulius ‘door moest gaan’, maar moet de mogelijke invloed van een dergelijk vestiging op de omgeving in beeld brengen. Alle onderdelen van het onderzoek naar de haalbaarheid zouden gezamenlijk het dossier vormen aan de hand waarvan het college van burgemeester en wethouders een bestuurlijke afweging zou hebben gemaakt om al dan niet tot verdere uitwerking van de plannen over te gaan, mede gehoord het oordeel van de raadscommissie en van wensen en bedenkingen vanuit de gemeenteraad. 38. Wat betekende dit project voor het woongenot in de wijken Krommeweg en Volgerlanden. Het impactonderzoek is uitgevoerd om een beeld te krijgen van de mogelijke invloed die er zou zijn geweest op de aangrenzende woonwijken. Daarbij werd gekeken naar enkele vergelijkbare klinieken die in ons land zijn verwezenlijkt, waarbij een analyse op diverse onderdelen heeft plaatsgevonden. Uit het impactonderzoek komt een gedifferentieerd beeld naar voren. Op het moment dat de zorginstelling in de ogen van de omwonenden minder open en minder betrouwbaar is, daalt ook het door omwonenden ervaren woongenot. Anderzijds blijkt uit het onderzoek dat een goede samenwerking tussen zorginstelling en omwonenden wordt gewaardeerd en (indirect) een positief effect heeft op het woongenot. Soms blijkt dat contact zelfs een opening te bieden om andere problemen in de woonomgeving aan te pakken (compensatie). 39. Beschikte Yulius over een (stedenbouwkundig) Programma van Eisen waaraan het ontwerp van de gebouwen moest voldoen? Om te kunnen beoordelen of de wensen van Yulius voor een nieuwe locatie pasten op locatie Zuidwende-Zuid, heeft Yulius in december 2011 een globaal Programma van Eisen opgesteld ten behoeve van hun architect. Dat vormt de basis voor het maken van de massastudie. Een 10
gedetailleerd Programma van Eisen was pas gemaakt als de gemeente de bestuurlijke keuze had gemaakt om het plan van Yulius verder uit te werken. Samengevat bevatte het globaal Programma van Eisen de volgende functies : a. verblijf 5.066 m2 b. ondersteunende begeleiding 318 m2 c. behandeling/activerende begeleiding 1.046 m2 d. nader te bepalen activiteiten (kantoorfunctie) 2.550 m2 e. ondersteunende diensten 976 m2 g. nadere specificatie (onvoorzien) 850 m2 Totaal bruto vloeroppervlakte (bvo)
10.805 m2
Yulius nam voorts de volgende randvoorwaarden in acht: • ruimtelijke randvoorwaarden: voldoende buitenruimte voor cliënten, ligging: voldoende afgezonderd maar toch nabij een woonwijk met winkelvoorzieningen, voldoende parkeergelegenheid, bereikbaarheid met openbaar vervoer; • randvoorwaarden bebouwing: een kantoorfunctie met maximaal vijf bouwlagen, overige onderdelen in maximaal twee bouwlagen; • oppervlakte terrein: benodigd grondoppervlak van circa drie hectare. Daarnaast zou de gemeente de opzet van het plan van Yulius beoordelen (in samenspraak tussen Yulius, hun architect en de gemeentelijke stedenbouwkundige). De gemeente wenst vanuit stedenbouwkundige optiek een hoogteaccent van drie tot zes bouwlagen nabij de kruising Ambachtsezoom, Krommeweg, omdat dit de nieuwe entree tot de wijk moet worden. Tevens wenst de gemeente de bestaande functie van de ecologische verbindingszone te behouden. De gemeente stelt bij de inrichting van het gebied tevens als voorwaarde dat er voldoende oppervlaktewater is (in samenspraak met het waterschap). Dat had bijvoorbeeld gerealiseerd kunnen worden met de aanleg van een nieuwe watergang in Zuidwende-Zuid langs de Ambachtsezoom. 40. De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) wordt per 1 januari 2013 gewijzigd. Had dit invloed op het plan van Yulius? De wijzigingen binnen de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) hadden geen invloed op het plan van Yulius voor Zuidwende-Zuid. De Wmo-wijzigingen hebben namelijk vooral betrekking op de scheiding van wonen en zorg en de afbouw van de begeleidingsfunctie, en niet op de intramurale functie zoals die in het door Yulius beoogde plan was opgenomen. 41. Hoeveel personen zijn nu gehuisvest op de locatie Kasperspad van Yulius? Yulius heeft aangegeven dat op de vestiging aan het Kasperspad momenteel 38 cliënten klinisch worden behandeld. 42. Hoeveel overlast heeft de vestiging aan het Kasperspad op de directe omgeving van deze Yulius-instelling? Yulius oordeelt dat de overlast van hun cliënten op de omgeving van het Kasperspad zeer beperkt is. Zie ook het antwoord op de vragen 20 en 26. Het onderzoek van AAG betreffende het Kasperspad laat zien dat ca. de helft van de ondervraagden een voldoende / goed gevoel hebben bij de voorziening van Yulius. 4 respondenten zijn neutraal. 5 omwonenden hebben aangegeven voornamelijk een matig gevoel te hebben bij de voorziening. 4 van de 21 respondenten geven aan overlast te ervaren van de voorziening van Yulius. Dit betreft dan geluidsoverlast, drinkende en rondhangende personen in / nabij de speeltuin. In hoeverre deze overlast ook daadwerkelijk door cliënten van Yulius wordt bezorgd, is niet vast te stellen.
11
43. Vinden de omwonenden van het Kasperspad dat een nieuwbouw wederom middenin een woonomgeving thuis hoort? Het onderzoek van AAG betreffende het Kasperspad laat zien dat ca. de helft van de ondervraagden een dergelijke voorziening weer in een woonwijk zou situeren. Hierbij wordt aangegeven dat dit wel onder voorwaarden en beheersafspraken dient te geschieden. De omwonenden die aangegeven dat dit niet kan, geven aan dat de voorziening aan de rand van de stad / dorp dient te worden gerealiseerd. 44. Is er bekend of de bestaande koopwoningen na de komst van een dergelijke Yulius vestiging in waarde gedaald zouden zijn? Ten aanzien van de huidige kliniek aan het Kasperspad in Dordrecht is Yulius nimmer gebleken dat bij de gemeente Dordrecht planschade is geclaimd of toegekend vanwege deze kliniek. Ook rechtstreeks bij Yulius is nooit een financiële claim binnengekomen voor vermeende waardevermindering van woningen in die omgeving. Zie ook het antwoord op vraag 14. 45. Is het niet verstandiger om een dergelijke grootschalige vestiging meer aan de buitenrand van een dorp of stad te plaatsen. Zodat er meer rust is voor alle partijen? Het is in Nederland de gewoonte om mensen met psychiatrische problemen zoveel mogelijk in hun eigen omgeving te laten herstellen. Daarom zijn de afgelopen decennia de grote psychiatrische ziekenhuizen in de bossen en duinen verhuisd naar veel kleinere regionale klinische voorzieningen in de woonkernen. Dit landelijke beleid is succesvol en in Dordrecht is dit al in 1992 gestalte gegeven. Er zijn geen initiatieven om dit bestaande landelijk beleid te wijzigen. 46. Tegen welke problemen van incidenten loopt men/de omwonenden op de huidige locatie Kasperspad aan? (Met incidenten bedoelen we mishandelingen, overlast, angst, etc.) Het onderzoek van AAG betreffende het Kasperspad laat zien dat omwonende aangeven met name last te ondervinden van uitwerpselen, urine, braaksel, luidrustige personen of angst voor omwonende kinderen. Incidenten van mishandeling zijn niet benoemd. Zie ook het antwoord op vraag 13.
12
Impactanalyse Onderzoeksrapport
Bijlage 4: Vragenlijst Kasperspad
december 2012 Pagina 24
Samen succesvol
Vragenlijst Aan Van Onderwerp Datum Contact
: : : : :
Omgeving Kasperspad AAG Invloed instelllingen Yulius en Leger des Heils 3 oktober 2012
[email protected]
Inleiding AAG is als organisatie gevraagd interviews af te nemen over de invloed van de instellingen (Yulius en Leger des Heils) in de wijk. Dit onderzoek wordt uitgevoerd in opdracht van de Gemeente Hendrik Ido Ambacht. We hebben begrepen dat u vaker wordt gevraagd om mee te werken aan onderzoeken over uw wijk (o.a. Onderzoekscentrum Drechtsteden en Buurtschouw), maar willen u toch vragen om minimaal 3 en maximaal 7 vragen te beantwoorden. Uw antwoorden worden volledig anoniem verwerkt.
Vragen 1. Ervaart u overlast van één van de instellingen in de wijk? Ja
Nee
2. Kunt u aangeven vanuit welke instelling dit is? Leger des Heils
Yulius
Beide
Anders nl ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..………………… ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..…………………
3. Wat voor type overlast ervaart u? ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..………………… …..……………………..…………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………… ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..…………………
(Vervolg extra vragen volgende pagina)
Overige aantekeningen ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..………………… …..……………………..…………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………… ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..………………… ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..………………… …..……………………..…………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………… ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..…………………
26 september 2012 Pagina 1 van 2
Samen succesvol
4. Heeft u wel eens een melding gedaan direct bij één van de instellingen? Ja
Nee
a. Bij welke instelling is deze melding gedaan?
Leger des Heils
Yulius
Beide
b. Is dit naar tevredenheid opgelost? Ja
Nee
c. Kunt u aangeven om welke melding dit is gedaan ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..………………… ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..…………………
5. Heeft u de afgelopen twee jaar overlast (gehad)van cliënten / groepen die buiten lopen?
Ja
Nee a. Indien ja, wat voor overlast? ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..………………… ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..…………………
6. Vind u dat een nieuwe instelling weer in een woonwijk zou moeten worden gerealiseerd?
Ja
Nee a. Waarom wel, waarom niet? ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..………………… ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..…………………
7. Ervaart u voordelen van de nabijheid van dergelijke instellingen in uw woonomgeving?
Ja
Nee a. Indien ja, welke? ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..………………… ……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..……………………..…………………
Pagina 2 van 2
Samen succesvol