i
ii
iii Woord vooraf Ter gelegenheid van de Algemene Ledenvergadering van The Allied Circle in the Netherlands op 23 mei 2011, ontvangt ons erelid Gerard Metzelaar een huldebetoon van Artis, waar ons genootschap te gast mocht zijn. Dit huldebetoon vindt zijn grond in het feit dat hij een aantal jaren geleden de inrichting mogelijk heeft gemaakt van de naar hem genoemde kas. Deze werd geopend op 17 oktober 2001. Het bestuur van de Allied Circle op zijn beurt heeft de gelegenheid aangegrepen om Gerard Metzelaar, “fakkeldrager die de Londense vlam naar Nederland bracht”, zoals hij in een Allied Circle-boekje uit januari 2003 wordt genoemd, nog eens in het zonnetje te zetten door middel van deze brochure, een met foto’s verluchte uitgave van de oertekst van zijn, op persoonlijke herinneringen gebaseerde, verhandeling over de beginjaren en over de aanvang en ontwikkeling van de Circle in Amsterdam. Deze tekst dateert eveneens van januari 2003. Wij prijzen ons gelukkig de man van het eerste uur, zowel in Londen als in Amsterdam, nog steeds in ons midden te hebben. Wij hopen niet alleen Gerard, maar ook de leden een plezier te doen met deze ‘aidemémoire’. Moge Gerard nog lang getuige zijn van groei en bloei – niet alleen in de kas – van de Allied Circle! Amsterdam, 23 mei 2011 Het Bestuur van de Allied Circle
iv
THE ALLIED CIRCLE Beknopte geschiedenis van de beginjaren in Londen en van de aanvang en de ontwikkeling der Circle in Amsterdam. Kinnerton Studios 7, London S.W. I, 3 October 1941 Mrs. Christine Elliot Ware, later, toen haar echtgenoot was overleden, hertrouwd met de heer McNeil Robertson, schreef reeds in augustus 1941, tezamen met enkele intimi, uit Groot-Brittannië, en uit een aantal Europese landen vanwaar velen de Duitse bezetters ontvlucht waren, een document dat later bekend werd als ‘The Scheme’. Daarin legden de auteurs in grote lijnen de gedachten vast welke zouden dienen als een werkstuk om te geraken tot een plek waar vertegenwoordigers van verschillende Europese landen en het Britse Koninkrijk elkaar konden ontmoeten voor de uitwisseling van gedachten over de wijze waarop de oorlog moest worden gevoerd, hoe aan de tijd daarna vorm moest worden gegeven en hoe de handelsverbindingen en goede nabuurschap in vredestijd zouden kunnen worden ontwikkeld. Zeer kort vermeld ik de punten waaruit later, toen de Allied Circle eenmaal was opgericht en werkte, The
2 Schedule en the Bye-laws ontstonden. De Secretaris van the Circle, de uitgeweken Poolse Kolonel Julius Lada Grodzicki stelde met Christine McNeil Robertson deze punten op. Het politieke karakter van de Circle was van belang. Zonder ver- of gebonden te zijn aan enige politieke partij stond de Allied Circle voor vrijheid van meningsuiting. Er werd een algemeen bestuur gevormd, bestaande uit belangrijke leden van de Engelse en Geallieerde strijdkrachten en gouvernementen. De vestiging van een permanente Club werd nagestreefd. De leden zouden honoraire lidmaatschappen worden aangeboden. De club zou woon- en bijeenkomstmogelijkheden bieden aan de leden en hun gasten. De Club – en dat is essentieel – wordt gevormd, niet uitsluitend voor de duur van de oorlog, maar als een permanent instituut, met het doel in de geallieerde landen wanneer de tijd eenmaal daar is, soortgelijke verenigingen, c.q. clubs op te richten. Tot zover mijn samenvatting van The Scheme van Christine McNeil Robertson en haar adviseurs en medewerkers.
3 Deelnemers aan de vergaderingen in 1942 en volgende jaren Hiertoe behoorde onder meer Voorzitter Colonel Crosfield, G.B.E., D.S.O. T.D. (Knight of the Order of the British Empire, Companion of the Distinguished Service Order, en Territorial Decorations). Van de vele andere aanwezige nationaliteiten noem ik uitsluitend enkele Nederlandse namen. The Hon. Secretary was, hoe kon het anders zijn, Christine McNeil Robertson. The Hon. Treasurer Jhr. Quarles van Ufford. Andere leden van het Comité waren: dr. de Beus, dr. Beyen [foto 1], Jhr. van Lidth de Jeude [foto 2], Lucien Ruys, mr. Schuurman, Hudig, Otten, Van Asch van Wijck [foto 3]. In 1944 werd een bekende oorlogsvliegenier, piloot bij de RAF, een of twee keer boven Duits gebied aangeschoten door de Luftwaffe, ook lid van The Circle.
4 Dat was Hans Heukensfeldt Jansen [vorige pg., foto 4, geheel rechts]. Korte tijd later stimuleerden hij, Christine en nog enkele anderen mij om, na te zijn teruggekeerd in Nederland ook daar een Allied Circle te beginnen. Ook vice-admiraal Brouwer, tijdens de oorlog eveneens in Londen, werd hetzelfde gevraagd. Brouwer zou in Den Haag, en ik in Amsterdam beginnen. Ons lid Iet van Loon, die enkele jaren terug overleed, was eveneens in Londen en zegde mij haar hulp toe bij de start van The Allied Circle in Amsterdam. Zij en ons aller Emmy Heukensfeldt Jansen, wonende aan de Herengracht bij de Amstel, stonden aan de wieg van de Circle in Amsterdam en hielpen bij de opvoeding van het borelingske. Oorlogsjaren Ik keer terug naar de oorlogsjaren in Londen. Op 29 april 1943 riep Christine een special meeting bijeen. De resultaten van deze bijeenkomst waren van groot belang voor het toekomstig leven van de Club. Er werd een ‘Younger Members Group’ gevormd. De leden waren jonger dan 40 jaar. Zij zouden moeten voortkomen uit groepen als padvinders, Sea and Air Cadets. Bovenal moesten zij voorvechters zijn van een actief vredesbeleid nadat Hitler ten val zou zijn gebracht. Leden waren toen reeds Bet en Jella Surie en ook onze betreurde Iet van Loon. En zo bruiste het van leven in the Allied
5 Circle, die zich in 1943 metterwoon vestigde in 46 Green Street, off Park Lane, en om de hoek van het beroemde Marble Arch – Marble Arch, waar op zaterdagen en zondagen vele wereldhervormers hun boodschappen uitdroegen en waar honderden aandachtig luisterden. Denk er aan, dit alles speelde zich af voor het televisietijdperk. Nu is het nog slechts een handjevol diehards die er samenkomen. Activiteiten, lezingen en muzikale evenementen Deze vormden het hoofdbestanddeel van de programma’s die wekelijks aan de leden werden aangeboden. Londen was de stad van het ballroomdansen. Iedere vrijdagavond werd er gedanst. Op muziek van de grammofoon. Eens in de veertien dagen dansten we bovendien op zaterdagavond als het Paulus-trio live voor ons optrad. Eenmaal per jaar was er een groot bal in het Dorchester Hotel. Lady Forbes, de ambassadeur van Peru, was de spil van de organisatie voor deze dansfestijnen en ook van de jaarlijkse Tombola met prijzen waarvan de Kanjerloterij nu zou opkijken. Lady Forbes was een Rubensvrouw. Ze had een fraai gevormd lichaam en een flitsende, strelende, soms boosaardige blik in haar ogen. In het begin van de vijftiger jaren viel Pepe Mamblas, de latere Duce de Baena en ooit ambassadeur van Spanje in Nederland en Londen, voor haar charmes. Een aardige liaison van vrij korte duur. In the Dorchester kwamen alle celebrities van de Circle, van de talrijke ambassades en ook van vele andere organisaties tezaam. Het waren uiterst elegante en wat in het Engels heet posh festijnen. Ik
6 noem u enkele hoogtepunten uit het leven van de Allied Circle in Londen en Amsterdam en sluit daarmee mijn herinneringen aan de beginperiode van onze dierbare Club af. The Netherlands Fortnight In de maandelijkse Letter to Members schreef Douglas Woodruff, Chairman van The Circle, Chief Editor van The Tablet, een weekblad van Rooms Katholieke signatuur, het volgende. Ik geef u de tekst in het Engels, en vrijwel in haar geheel. Zij geeft o.m. informatie over een der hoogtepunten uit het bestaan van de Circle in Amsterdam, de organisatie van The Netherlands Fortnight gezamenlijk met the AngloNetherland Society. Ik citeer: Monday, October 13th 1947 was an important date in the history of the Allied Circle. We welcomed forty-five members of the Allied Circle in the Netherlands for the beginning of the Netherlands Fortnight. In his speech the Earl of Albemarle brought out how there has been for so many centuries, a great bond; that the things we had in common were more permanent values than those which from time to time had separated us.
7 The opening ceremony was graced by the presence of H.R.H. Prince Bernhard of the Netherlands and H.E. Monsieur Michiels van Verduynen, the Netherlands Ambassador, spoke eloquently about his country and the wartime alliance between The Netherlands and Great Britain as one of the most momentous acts. In his speech the President Lord Dudley Gordon referred also to the affinity between the existing Allied Circles in London, Amsterdam and The Hague. Hier onderbreek ik het relaas van Woodruff een ogenblik. Ik vertel u zeer in het kort dat The Allied Circle in Den Haag, onder de bezielende leiding van Dick en Liesbeth Gevers Deynoot en admiraal Brouwer helaas een kort leven was beschoren. Leden kwamen bijeen ten huize van de familie Bakker van Bosse. Ondanks alle inspanning ‘wilde’ het niet. Onbegrijpelijk. In december 1948 organiseerde de Den Haag Circle een conferentie over de Belgisch-Nederlandse samenwerking. De conferentie eindigde drie dagen later met een High Tea in Royal waar plannen werden gepresenteerd voor een bal in Den Haag in maart. Toen enige tijd daarna Brouwer en Dick overleden, was het in Den Haag gedaan. Betreurenswaardig. Iedereen had al het mogelijke ge-
8 daan om de Circle in stand te houden. Maar toch… Ik vervolg het verhaal van Douglas Woodruff. Our Dutch guests brought with them a magnificent collection of Dutch conversation pieces. The exhibition was not only graced by Prince Bernhard but also by the Queen Mother, Queen Mary who also visited the exhibition. Er waren nog vele andere dignitarissen. Ik noem ze u niet. Woodruff besluit met de volgende woorden: It remains true that most of us are private people and that it is the great business of the Allied Circle to bring these people together and enable them to make friends outside their own countries. And this has been true of the Netherlands Fortnight. Een direct gevolg van de tentoonstelling, samengesteld door de heren Staring en ons lid Rem van Luttervelt, was een langdurige bruikleen van Paul Rijkens, Chairman van Unilever en van Major en Lady Evelyn Jones van een aantal schilderijen ter verfraaiing van het interieur van 46, Green Street. Ik heb reeds verteld hoe het vroegere leven van the Circle bruiste van enthousiasme en ondernemingslust. Nauwelijks was the Netherlands Fortnight achter de rug of we begonnen met de voorbereidingen van uitwisselingsreizen, we noemden ze Harvest Camps. De
9 grote organisatrice van de Harvest Camps aan Nederlandse zijde was Betty Huisken. The Circle heeft zeer veel aan haar niet te beteugelen werklust te danken. Dagelijks zat ze van 9.00 tot 12.30 in mijn werkkamer op de Stadionweg, correspondentie en what have you. Goed, nog even over de Harvest Camps. Reismogelijkheden waren nog beperkt, vreemde valuta schaars. Aan dit initiatief namen Frankrijk, België, Nederland, Denemarken, Noorwegen en Zweden deel. Meer dan 2000 jongelui reisden naar Engeland om bij het oogsten te helpen. Three young people arriving for a harvesting holiday under the auspices of the British Volunteer Agricultural Scheme for foreign youth [1949]
The Conference on Overseas Territories, fork dinners, andere venues We belanden bij een volgend hoogtepunt, The Conference on Overseas Territories. We zijn in de jaren van afbrokkeling van West-Europees gezag over zijn kolonien. The Allied Circle Amsterdam en the British Society of International Understanding in Londen organiseren een conferentie
10 van negen dagen om zich over het probleem te buigen. De conferentie wordt geleid door Sir Thomas Southorn, de tweede man in Brits Indië voor de dekolonisatie. Met hem en zijn charmante vrouw heb ik nog vele jaren een goed contact onderhouden. De conferentie werd gehouden in het toenmalig Koloniaal Instituut, het huidige Tropenmuseum, te Amsterdam [foto vorige pg.]. Het was opnieuw Paul Rijkens, de grote man van Unilever, die met geld en met een damesbezetting van medewerksters van Unilever voor het secretariaat van de Conferentie ons onvoorstelbaar goed hielp. Nu, jaren later, kan ik mij nog maar nauwelijks voorstellen als jong broekie de conferentie te hebben voorbereid, de deelnemers te hebben uitgenodigd en de sociale fratsen eromheen georganiseerd te hebben. Ongelooflijk wat het bestuur en de leden toen voor elkaar konden boksen. Deelnemers kwamen uit Frankrijk, een Onderminister van Koloniën, Portugal, de Minister van Koloniën, België en Nederland, Dr. Meijer Ranneft, lid van de Raad van State. Als joint secretaries of the conference traden op Major Arthur Watts uit Londen en Gerard Metzelaar. Gezamenlijk bezochten we Nijmegen en Arnhem. Een grandioos formeel en uiterst plezierig Bal op de Grote Club besloot het festijn. Kwamen we in Den Haag bijeen ten huize van de familie Bakker Bosse, in Amsterdam was het op Stadionweg 130, waar Vader Metzelaar gastvrijheid aanbood. En waar de eveneens jong overleden Hongaarse Julika Marer als gastvrouw optrad. En wat voor schone avonden werden daar gegeven! In navolging
11 van de eerste jaren van the Allied Circle in Londen waar voorafgaande aan de lezingen altijd een zgn. fork dinner werd gegeten, stelde ik dat opnieuw in. De gasten brachten harde eieren, sla en aardappelen mee. Onze Bets kokkerelde daarmee wat en toverde dan een eenvoudig, heerlijk fork dinner op onze schoten. Aan de vrolijkheid en hartelijkheid die het gezamenlijk eten met zich brengt, schortte het nooit. De afwas deden we gezamenlijk. Dit duurde omstreeks twee jaar. Eén avond waren er 140 leden. Zij zaten, hingen, lagen waar er maar plaats was. Het was een enige avond, samenvallend met een bezoek van Christine, dat alles verklaart. In februari 1948 werd Vader tot erelid van de Circle benoemd. De volgende dag adviseerde Vader mij toch maar eens uit te zien naar een ander honk. Dat werd voor vrij korte tijd het Minervapaviljoen. Hylke Halbertsma, onze voorzitter, begiftigd met grote energie en veel initiatief, vond het toen welletjes en droeg de hamer over aan Jan Noorduyn. Na het Minervapaviljoen volgde Paloni, een restaurant aan de Leidsekade. Daarna volgde een zwervend bestaan. De programmacommissie, dat onmisbare element in onze Circle, zonder hetwelk onze Circle niet zou kunnen werken, werd lange jaren geleid door mevrouw Boom Sybrandi. Zij zocht telkenmale naar gezellige kleinere restaurants, zoals u zich die herinnert in de Beuningstraat, in de Wolven- en Hazestraat tot in de Jordaan. Ten slotte kwamen we terecht op de Grote Club.
12 Besluit Tot besluit van dit korte historische overzicht van onze Allied Circle noem ik u enkele namen van de Voorzitters van de Allied Circle in Amsterdam der eerste jaren. Alfred Cox was Consul van Great Britain in Amsterdam. Hij werd door de leden unaniem tot voorzitter gekozen. Helaas ontviel Alfred Cox ons reeds na enkele maanden als gevolg van een fatale kort durende ziekte. Hylke Halbertsma volgde hem op. Zeer bekwaam en doortastend leidde hij ons door de woelige baren der eerste jaren en overhandigde na een zevental jaren de voorzittershamer aan Jan Noorduyn. Jan Noorduyn ging op zijn beurt, toen de tijd naar het hem scheen daarvoor rijp was, naar Lausanne, leefde daar stil zoals men dat noemt, gaf veel aandacht aan zijn zeer mooie, jonge vrouw en verloor ons uit het oog zoals ook wij na enige tijd ook hem geleidelijk-aan vergaten. Von Freytag Drabbe regeerde slechts korte tijd. Zijn wapenfeiten ben ik, om eerlijk te zijn, vergeten. In zijn jaren was ik veelal buitengaats en minder betrokken bij de dagelijkse gang van zaken. Het waren jaren van consolidatie. De enige voorzitters der latere jaren die ik u nog noem, zijn Henk Aikema en Jan van Kempen, mijn voorganger. Ik zeg enkele woorden over die beiden. Eerst over Jan van Kempen en dan wijd ik graag goede gedachten aan Henk Aikema. Iedereen heeft het voorrecht ooit het leven te verlaten. Voor zijn lieve vrouw Friede, zijn kinderen en voor mij kwam zijn overlijden, na een korte ziekte, als een schok. Ik heb tijden en nog eens tijden nodig gehad om mij te gewonen aan zijn afwezigheid. Het voorzitter-
13 schap van Jan van Kempen en dat van Henk Aikema, daarna van mij, sluit de periode af waarin de Allied Circle in Amsterdam met haar werkzaamheden aanving. Henk Aikema was een waardige, rustige en hartelijke Voorzitter. Hij deed zijn ‘werk’ voorbeeldig en wist zich gesteund door zijn lieve echtgenote Elize in wier aanwezigheid wij ons nu nog regelmatig verheugen. De Allied Circle ontwikkelde zich en vestigde zich hecht in de Amsterdamse samenleving, om in de vijftig jaren die toen volgden haar goed Sociaal-werk-op-niveau voort te zetten. Ik dank daarvoor de leden van opeenvolgende Besturen en Programmacommissies zonder wier niet aflatende ijver en energie wij nu niet dit genoeglijke Nieuwjaarsfeest zouden hebben gevierd. Ik dank bovenal Christine McNeil Robertson voor haar heilzaam initiatief van najaar 1942. Moge het toekomstige generaties gegeven zijn zich eveneens voor de Allied Circle in te zetten opdat jonge Amsterdammers wanneer de tijd daar is met elkaar het 100-jarig bestaan van The Allied Circle in The Netherlands op waardige en vrolijke wijze kunnen vieren. Gerard Metzelaar, Heiloo 5 januari 2003
14
Colofon Dit boekje werd in honderd exemplaren vervaardigd in opdracht van het bestuur van The Allied Circle in the Netherlands, en aangeboden aan de auteur het erelid Gerard Metzelaar op 23 mei 2011 in de Gerard Metzelaar-kas in Artis. ***