1
— f '-r
■
I ■
\ '■■■■■ ■■.•■■■
':
^^^^^^^^W^Hl
.';:■/ ^
■.■■-■;;"
■■
1
■■.■--"(...■■
\'
■
.
•■■
i
i
H MQUVEAUTÉ VAN
PARFUMS IN BUISJES
y
Zo
n
1 11 k <
I
met schroefdop en in de diverse fijne „Muriel May" variëteiten zooala Chypre, Crepe Marocain, Sweet Pea, Fougère enz. a f. 0.75 per buisje. Vraag Uw parfumeur.
pot 'n retourtje!
Mh^~
Voor den (,.,d„, P.r/.„.rt, K.rtel *„, D. CmnitnU^.trM tU. Dn
NOG EENMAAL KAREL STRASSBURGER
Geef 'm terug aan Uw winkelier.... dan komt hij weer netjes bij ons terecht. Wij zitten er namelijk om te springen. Ook om het andere
ßf •
leege „De Betuwe -glaswerk — en de bijbehoorende sluiting!
TOONEEL:
„DE GR00TE ONBEKENDE"
FILM: „SPREEK MIJ NIET VAN LIEFDE"
'i^ra Ótawlo" van ti«t Circus Mikkania-Strassburger ïri« DmsarMsan: «atty v. d. Valk, Jatty v. Baak an Maud Kaal „Sprookjas": aan cabarot-succes voor Wim Sonnavald en Hella Haasse
^ÄrÄv^ÄuT-; Arda^nzr.ikiT^sAv;dnamrê/a^enr;te
^rrn
ües: Mr. D. Wisboom Verstegen A,(Jam
Ultgecf8ter.
postKiro 78676. - Abonnementsprijs voor Nederfand T^sPX ilaf fWo ^^it t^f ^ttenit^^ 4> A'dam-Z., telefoon Zltn 2U2i a'ul'16 et. (P^svaststeUin. „o. 017^-307). - V^J^J^J^Za™ ^ 'è^r^^»^^^^ CINEMA &- THEATER - 24ste hargang - No. 6 -
^^^^^^^^^^_
5
Februari
I944
■
■
Film-pramière t „Maft rede mir nicht »on Liebe" première: „Jkvr. da la Saiglièra" nvaliden in den Schouwburg première: „Da Groots Onbekende" nd de Microfoon ehe film: i Dochter van den Brandstichter"
I
I
WEEKBLAD VOOR FILM, TOONEEL. DANS. OPERA, OPERETTE, RADIO, REVUE. VARIÉTÉ. CABARET • 12 FEBRUARI 1944 . 24STE JAARGANG Ne. 7-19 CENT
t ■
,
i*SJ
rv ■'
'N
r
*toT"Staal is in on« land! De held van ontelbare meisjesdroomen, de vliegenier uit „De groote Liefde" en de sportsman uit „Hab' mich Lieb" vertoeft op het oogenblik op Nederlandsch grondgebied voor de opnamen van de nieuwe Berlin-film „Das fremde Leben", die in de studio's van Den Haag en Amsterdam wordt vervaardigd. Cinema & Theater zou zijn reputatie niet langer waard zijn, als dat heugelijke feit verzwegen zou worden en dus: twee volle pagina's Viktor Staal.... omdat hij hier is en . . . omdat iedere postbestelling ons aanvragen brengt van lezeressen en lezers, die dolgraag een foto van hem zouden zien opgenomen. Natuurlijk zijn we met foto's alleen niet tevreden : een interview hoort erbij en zoo geviel het, dat onze redactie-staf op een winderigen dag naar de Studio toog om daar te ervaren, dat . Viktor Staal niet geïnterviewd kan worden! Een vraaggesprek voor de pers? Met het lijdend voorwerp in het midden en een kring stenografeerende verslaggevers er omheen? Neen, dat is niets voor Viktor Staal, daar voelt hij niets voor. Een gezellig babbeltje mèt een sigaret en zonder bloc-
notes, dat ligt hem beter. Want Viktor moet van officieel gedoe niets weten. Wat zegt u? Had u dat wel gedacht van Viktor Staal? Lijkt hij u op de film ook altijd zoo eenvoudig? Welnu, dan behoef ik u eigenlijk verder niets over hem te vertellen, want Viktor Staal is „privé" precies dezelfde als op het witte doek. Er zijn niet veel filmkunstenaars van wie men dat kan zeggen, maar voor hem gaat het heelemaal op. We zien Staal alleen in sympathieke rollen en hij is ook sympathiek. Niet bestudeerd-filmsterachtig of zoo, maar doodgewoon : een „geschikte vent", met veel belangstelling voor zijn omgeving en een paar liefhebberijen, zooals u en ik liefhebberijen hebben. We loopen hem tegen het lijf op de terreinen van de Haagsche studio, waar hij tusschen een paar opnamen even zijn lange beenen uitstrekt. Zijn regisseur Johannes Meyer is juist een eindje met hem opgewandeld, doch deze, één bonk energie en activiteit, laat hem nu weer in den steek. De kalme Staal — wat een passende naam eigenlijk! — vormt een merkwaardige tegenstelling tot den bezigen regisseur. Als Johannes
Meyer weer verdwenen is, wagen wij onze kza^M Waarover praat je met een filmacteur, die biifëM geïnterviewd wil worden ? Over het weer natuiif-^ lijk . . het uitzonderlij k zachte winterweer, dat wij vandaag den dag zoo goed kunnen gebruiken. Viktor Staal kijkt peinzend den blauwen rook- spiraal na, die uit zijn mond naar boven kringelt. Ja, aan den eenen kant is het prettig, ioo'n kwakkelwinter, maar aan den anderen kant. . .V^i hij zou toch wel verdraaid graag eens een flinken ' schaatstocht door het Hollandsche landschap gemaakt hebben. Enfin, het is beter zóó, natuurlijk, maar toch.... Hij had zich van een Hollandschen winter iets anders voorgesteld! Genoeg over het zachte weer! Het is een heel geschikte springplank om tot een gesprek te komen, maar om er langer dan twee minuten over te praten, moet men kapper zijn. En Viktor Staal ziet er niet naar uit, dat hij dol op kapper» is. Natuurlijk bedoel ik hiermee niet, dat er iet» , op zijn coiffure aan te merken is — integendeel"ïi de slag in zijn kuif getuigt van de hand van den^l meester-figaro — maar kapsalon-conversatie $M
■
; Set» voor hem. Naar een passender onderwerp voor een gesprek behoeven we niet lang te zoeken. Het gaat als vanzelf. „Wat was uw vorige film, meneer Staal?" ,,,,Via Mala", de verfilming van het beroemde boek van John Knittel. Met bijzonder veel plezier heb ik daaraan gewerkt. Kent u het?" Ik antwoord bevestigend en vertel er meteen bij, dat ons Residentie-tooneel het stuk op zijn repertoire heeft staan. Viktor Staal is een en al belangstelling „Werkelijk? Dat moet ik beslist gaan zien! Wanneer wordt het gegeven?" En de data. die ik toevallig den vorigen avond in de krant zag, worden in zijn agenda'tje genoteerd. „Dat is interessant. Ik ken John Knittel heel goed. Hij is steeds bij de opnamen van ..Via Mala" geweest en hij wilde zelfs ook een rolletje vertolken. Ik ben benieuwd wat uw landgenooten
V-^ftv'.--
Viktor met zijn vrouw Hansi Knoteck
van het tooneelstuk maken!" „Waar is de film „Via Mala" opgenomen? In Tirol?" „Ja, inderdaad, voor zoover het buitenopnamen betreft. De binnenopnamen hebben we lekker warm in Kabelsberg gemaakt." ,,l' zult in Tirol wel gretig van de gelegenheid gebruik hebben gemaakt om de ski's weer eens onder te binden. In „Hab' mich Lieb" hebt u ons laten zien hoe goed u skiën kunt, .." Viktor Staal lacht, waardoor de vouwen aan weerszijden van zijn mond tot kuiltjes worden. Hij heeft me door. „En nu gaat u natuurlijk vragen, welke sporten ik nog meer beoefen," zucht hij. „Enfin, daar gaat-ie dan: fietsen, wandelen, athletiek op zijn tijd en vooral paardrijden." Ik trek de stoute schoenen aan en vraag er dan bot bovenop, journalistieker dan ooit: „Lief-
hebberijen ?" „Mijn sporten zijn ook mijn liefhebberijen. Verder stel ik belang in philatelic, maar mijn allergrootste liefhebberij is toch mijn werk. Ja. dat meen ik heusch. Ik mag graag filmen en iedere nieuwe rol pakt me weer opnieuw. Zoo is mijn hartstocht op het oogenblik dus „Das fremde Leben" !" Al pratend zijn we de studio-hall genaderd. Viktor Staal kijkt op zijn polshorloge, schrikt en verontschuldigt zich dan haastig. Ik heb nog net tijd twee opdrachten voor ons blad van hem af te bedelen. Een half uur later zie ik hem tijdens de opname, samen met Winnie Markus. En de Viktor Staal, die daar onder de felle lichtbundels acteert, is precies dezelfde prettige jonge man als die. waarmee ik zooeven praatte. Ik kan onze briefschrijfsters hun genegenheid niet kwalijk nemen!
Overeenkomstig zgn manlijken naam en zyn devies, dat »port de spieren staalt, maakt Viktor Staal ook van zyn verblijf in tvintersch Nederland gebruik om in training te blijven. Men kan hem herhaaldelijk op de fiets tegenkomen of tvel met zijn hond hard loopend door de bosschen "'
J^ ■WmiA''
HM #-
__^_^^^^____^__I^_
"ttf
(Fato's U/a)
-^-'^^, ^.^""^^ll'^ir^'i^r^T^iSTnF^
guitige coupletten van Zerline en hoe knap ïs niet het geheele tweede bedrijf, waarin de slaperige lord, de angstige lady. de verliefden en de bandieten muzikaal allen evenzeer aan hun trek. komen. Want tenslotte wist Auber de scenische mogelijkheden, die Scribe hem bood, zeer wel nit te buiten en de handeling vaart en stuwing te geven, al bleef de diepgang dan ook gering. In Nederland zag men ^eze typisch Fransche opera-comique, welke eens door ,heel Europa onstuimig werd toegejuicht, uiterst zelden. Het is alweer ruiin tien jaar geleden, dat de Italianen haar brachten in de door den componist zelf bewerkte Italiaansche lezing, waarin de oorspronkelijke parlandi door recitatieven waren vervangen. Thans onderneemt de Kameropera een nieuwe poging om het werk leven in te blazen. Men speelt de Duitsche vertaling van Carl Blume en behield den origineelen gesproken dialoog, waarbij de mogelijkheden van een levendige actie uiteraard het grootst en het minst problematwch rijn. Van deze mogelijkheden trok de regisseur Hans Strohbach partij. Men moet zeggen, dat hij deze vertooning een sterk persoonlijk stempel opdrukte, want hij week zeer ver van de gebruikelijke opvoeringspractijk af. In plaats van een luchtige, maar geheimzinnig spel in een geheimzinnige, half-donkere omgeving ontwierp hq een vrij en modern gestyleerde commedia dell'arte,* met uitzondering van het tweede bedrijf in een _ helle, zonnige belichting en in vroolijke. lichte decors van Strohbach zelf. Voorts werd het duistere bandietenpaar, de helpers van den sluwen Diavolo, eert stel goedmoedige kermisklanten, terwijl de Engelsche lord zoozeer uit zijn zuren plooi raakte, dat hij geruimen tijd een ieder met een waschkom bedreigde. Ik betwijfel of deze opvatting het stuk, dat uit zijn eigenlijke sfeer is gebracht, wel in . Chris Taverne ieder opzicht recht doet; de sterke charges in alt Fra Diavolo, J. het spel naderden de klucht dikwijls al te zeer Ringenaldus alt Vooral de slaapkamer-scènes werden zoo caricaMatteo en Top» van den Berg alt l turaal aangezet, dat het juist zoo merkwaardige muzikale verband tusschen al die 'uiteenloopende a»n dochter Zerpersonen -en handelingen in de levendigheid van line. het spel verloren ging. (Foto C.N.F./lU,ytr) Maar men zal hiertegen aanvoeren, dat Scribe DE KAMEROPERA BRACHT. en Auber „in natura" voor de twintigste eeuw met heelemaal meer genietbaar zijn en dat eenige styleering dus onvermijdelijk was.Waarna slechts de vraag rest of de styleering hier niet al te veel op een deformatie is uitgeloopen. Hoe het zij, de vertooning was beweegliik en vermakelijk genoeg. Voor de titelrol mist Ch'ris Taverne eenigszins de kantige plastiek en den daarbij behoorenden stemomvang, maar in de ZANGSPEL VAN ROOVERS. REIZIGERS EN DRAGONDERS lyrische passages was hij goed op dreef en hij had waarlijk iets van de hier vereischte doorE«n goede honderd jaar na het ontstaan van trapte sluwheid. Anton van Heyningen was, voorwulpsche minnespel met adellijke dames, kreeg het werk is ,,Fra Diavolo" min of meer een al in het begin, als Lord Kookburn een kostelijk dramatisch en muzikaal de zwaarste accenten historische curiositeit geworden. Toch type; Lidy v. d. Veen gaf hem als lady Pamella maar overigens zijn alle optredende personen spreekt dit muzikale blijspel, één van de beste en uitstekend partij. Tops v. d. Berg gaf een ook buffo-karakters van de zwierigste soort. Er is een karakteristiekste voorbeelden van de operavocaal heel charmante uitbeelding van de beFngelsch echtpaar, ridicuul in zijn stijve voorcomique, zooa-ls die onder Keizerrijk en Restaukoorlijke Zerline en Gerrit Kijk in de Végt was naamheid, dat door de roovers wordt uitgeratie bloeide, den hedendaagschen toeschouwer een goede Lorenzo, de minnaar, die Aubei" meloplunderd, er is een koor van operette-dragonders nog heel wel aan. Niet alleen het vermakelijke disch zoo warm geteekend' heeft. Overeenkomstig die de roovers achterna zitten en er is een prachhbretto van den handigen Scribe, ook de nu eens de regie-opvatting vormden Anton Eidering en tig stel geslepen, maar als puntje bij paaltje komt luchtig-charmeerende, dan weer pittig-straffe Jos. Burcksen een ooiijk roo,verspaar. J. Ringetoch betrekkelijk onschuldige bandieten, die muziek van Auber behield goeddeels haar fleur naldus was als Italiaansche waard uitstekend gePra Diavolo bij zijn geheimzinnig bedrijf helpen en haar staccato-achtige lichtvoetigheid. Ik voor grimeerd. Nico Ringels zorgde voor een goed Als tegenstelling tot al die groteske personages mij geef de voorkeur aan het pretentielooze slmtend dragonderkoor en Wim Quispel leidde een lyrisch duo: Lorenzo, de luitenant van de amusement van „Fra Diavolo" boven de in het het geheel met vaste hand. dragonders, die verliefd is op Zerline, de dochter pathos tamelijk verbleekte „Stomme van Portici" Wanneer de eerste voorstellingen achter den van den waard van het hotelletje in de Abruzzen. een schepping van dezelfde auteurs, die zich in rug zijn, zullen ook de goede stemmen loskomen Auber is bij langena geen Mozart ; hij is zelfs de historie een plaats verwierf, omdat zij ongeen zal het geheel nog wat homogener worden. geen Rossini. Zijn muziek mist de psychologische wild het sein werd tot den opstand tegen het Het lijdt geen twijfel of men zal dan aan deze verfijning, waarmee de meester van Salzburg of Nederlandsche bestuur in het België van 1830. vertooning (die ook nog in een andere bezetting die van Pesaro deze figuren mitsgaders de handemet Henk Viskil, Elisabeth Glastra van Loon en ' ling boven zichzelf had kunnen uitheffen. Maar Ondanks het fantastische gegeven, is ,,Fra Paola Smit gegeven wordt) zijn genoegen betoch men denke over dezen Auber met zijn geDiavolo" geenszins een romantische opera De leven. De première in den Haagschen Stadsmakkelijk in het oor liggende melodie, zijn geest van het galante zangspel der rococo blijft schouwburg is reeds hartelijk toegejuicht en het puntige rhythmiek en zijn' militaire marschin elke scene voelbaar, al wordt die galanterie is wel zeker, dat ook de provincie, met welker allures niet al te gering! Want hij verstond zijn spottend bejegend. De titelheld, een bandiet in tooneelaccomodatie de Kameropera bij de aanvak. schreef een elegante aria, een knap ensemble markiezen-gedaante, even bedreven in het uitkleeding steeds rekening moet houden, dit kluchen was in het muzikale détail dikwijls vindingschudden van vermogende reizigers als in het tige zangspel van roovers, reizigers en dragonders rijk. Hoe aantrekkelijk zijn niet de gevoelige of zal weten te waardeeren. J. Kaaander
FRA DIAYOIO
v
s 1* tMÊmmsm,
De
epiloog van Mikkenie-Strassburger's tweeden succesvollen circuswinter weerklinkt thans in Carré: het derde programma van dit seizoen, dat de afsluiting vormt van een periode, waarin het circus weer tienduizenden aan de reeds zoo uitgebreide vriendenschaar heeft toegevoegd. In Maart gaat het naar Brussel, en wij zullen het noode missen. Doch wie weet zijn de twee laatste winters aanleiding tot het vestigen van een waardige traditie.... Aan Karel Strassburger zal het niet liggen: hij méénde het, toen hij me in de pauze vertelde, dat hij graag in Neerland's hoofdstad werkt. Met dat aï is dit derde programma volgens een i'ndere traditie weer bijzonder goed. Het is circuls tot en mèt: bont. verrassend, en van een tempo, dat de aandacht der toeschouwers van minuut tot minuut geboeid houdt. Dat tempo . vooral is teekenend voor het geheel. Alles klopt tot op de seconde en voor ieder nummer is er ;_ pittige en welluidende muziek, die nimmer ontaardt in kermisspul-geschetter, hetgeen nog wel eens het geval wil zijn bij cirqtsvertooningen. Een forsch roofdierennummer' vult de piste als de klanken van den openingsmarsch verstorven zijn. Vtff Siberische koningstijgers verrichten goed gedisciplineerd hun toeren, aangevoerd door hun luchtig gekleeden dompteur Hadana. Het blökf dus toch mogelijk in dezen tijd nog een roofdierennummer van formaat te presenteeren. Trouwens, hoe zou een circus dan wèl kunnen optreden m?t zestig paarden in de stallen. . . . ? De koorddansende tijger wordt in het programma gevolgd door een koorddansend meisje, genaamd Jenny Ondas, dat haar evoluties in tegenstelling tot velen van haar collega's niet op een horizontaal, doch op een verticaal koord verricht. Wat zij doet, is voldoende om de spanning te leveren, die voor een echte circus-stemming : een conditio sine qua non is. Iwan Bratuchin, die hierna de aandacht op'g ' tischt, verhoogt deze spanning nog aanmerkelök.^ Hij is volgens den letter van het programma pëB| „dolkopne steppenfijder". Zijn „dolkoenheid'^ bewijst hij in een serie meesterlijke voltiges, samen met een partnerin. Zij bestaan het stuk om onder den buik van een galoppeerend paard' door te zwaaien en dan tóch weer in het zadei terug te komen. Voorts voeren zij nog een aantal bewegingen uit, waartoe een normale ruiter alL'J maar bij toeval en onvrijwillig komt, en dat 1 een gemak en een flair, die hartelijke bewon ' ring afdwingen. Te lachen is er, buiten al deze sensat noeg. Vóór de pauze zijn in de eerste' päi repriseclowns bijzonder op dreef. Ze schijneJJ langzamerhand een repertoire te hebte bouwd, dat algemeene waardeering kan a : : Hun collega's met een eigen nun« rijk in dit programma. : Patato,'1 laten een kruidige, origineele clownsDompteur tkt't*»*a l (Fvte'USfs.
De vroolijke taxi der familie Bunte die een onverwacht en hoogst dramatisch slot heeft en bovendien verschijnt vóór de pauze in de piste een gemêleerd gezelschap, dat onbarmhartig op onze lachspieren gaat werken. Deze lieden wenschen hun tocht namelijk per taxi voort te zetten en alvorens deze wensch in vervulling gaat. hebben er al heel wat lachsalvo's geklonken. De clowneske hoofdschotel wordt ons echter op het daartoe vanouds aangewezen tijdstip geserveerd en wel door de drie Fernando's, Belgen van origine, die een voortreffelijk muzikaal clowsnummer maken. Wat door deze grapjassen en -jurken met allerhande vreemde en minder vreemde instrumenten op muzikaal gebied gepresteerd wordt, is ronduit knap. Men zou uit een optreden als het hunne kunnen concludeeren, dat de oude clovins-kiitisl weer optreedt! Om nog even tot de sensa^K terug te keeren : onze vriendinné» van het vorige jaar, de tw« Mando's met hun anker, zijn er ook weer. Hun luchtnummet^-S nog alleszins de moeite waard en naar ik meen, hebben tij zelfs' verschillende nieuwe . elegante
waaghalzerijen ingelaschf. Het toppunt van emotie brengt ons echter meneer Leinert, die middels f en wonderbaarlijke roetschbaan op een soort slee zijn salto des doods maakt, waarna hij voor overlijden wordt behoed door een gigantische matras. De paardennummers heb ik in deze recensie met opzet voor het laatst bewaard. Het is een oud lied, dat altijd nieuw blijft, de perfecte hippologische dressuur van Strassburger. Doch ook op dit gebied bevat dit laatste programma nog een première in den meest volstrekten zin des woords, want thans waagt de directeur het erop met zijn zes Noorsche fjordenpaarden, die hij twee en een halve maand in dressuur heeft gehad. Het is een volledig succes geworden, hetgeen wij trouwens niet anders konden verwachten na al het schoons, dat reeds geboden is. De zes kleine, kwieke Noren met hun typische kleurteekening doen het voortreffelijk in de vrijheidsdressuur. Het zijn echter geen makkelijke klanten, deze Scandinaviërs, Strassburger zelf heeft het tenminste over zijn „stijfkoppen". In de dressuurpotpourri vóór de pauze zien wij nog de zes blanke schimmels aan het werk, gevolgd door vier gebleste goudvossen, die reeds vele harten gestolen hebben. En Otto Schumann vergast ons weer op de fraaiste gangen en passen, die binnen het bereik van vier slanke paardenbeenen liggen. Een klassiek Hongaarsche Postnummer besluit dit programma, dat, ik zei het reeds', • een waardige epiloog van den tweeden Amsterdamschen circuswinter vormt. Leo J. Capit Het edele profiel r«ai «e» der Noren
S'
^^^H^S
im
ijbnneveliï EV E Rotterdamsche danseres Netty van der Valk , 1 die thans met haar kleine dansgroep een toerJ nee door ons land maak,, toont zich Peen cho«ó. et veel lnv ~,iAA i ■ entie en met een meer dan «"ddelmat.g vermogen tot leiding geven. Zoo te oordeelen naar hetgeen er wordt gebracht heerscht er hii deze vier medewerksters een straffe discipUne welke to èën èoed „ing-edanste' " S'emPel,.drukt een goed sroeu°P ^t trecnS^'tndC. aar,-!™» voorzichtig aftasten van d^e to^neflruimte
.
'T CABARET-ENGELTJE STRIJKT NEER IN DEN SPROOKJESHEMEL
■
^
■
^
ma^be^n
he,d Van En^toch irÄif "" "-^h "-sÄ Zr. K ", a Sen n'et sreperst in het keurslijf van
' 3Ü
een bevroren dwang, maar blijf, het getuigen van eên warme en vindingrijke persoonlykheid i Netty van der Valk laat in haar choreografie in,.!
■
'■■iß'
■ Bss 'haast loome beweging (al stoorde af en toe een ,„„« S
an
aa r
d
h
de
m
de
elkrnr naS h etT„o fd) " m rt 0
^ '^
'elkander afgestemd zij" !^ de" a ie' 'an^e'än/ereT naar d d d 3 '. " „Romance" van andere aard ^.jJ- «"wyl ^^ een ^ van gXl ^he i
: er?srssÄ-r-.-iS
Ql.VDS verscheideni jaren is Jetty van Beek ^ onzer ernsUgile en bescheiden solo-danseressen -
■
.,
■
'■
-
■
■-
•
7-
»——
.
-iti ? T "i" i' *"■«"«'"" «'■ Eenmaal slechts Dood V ?'"**",f*?.1 ah *"**"lë*' hoofdrol ü, ;•£ 'f u ■,'"'l£' /'/", *e*"'1 <"» *'* *M** rand van t Hoornsclu Hof. haar geboortegrond, n-erd opgenomen. ZV foette toen Helga Gogh . ' * of *"*'/•*<•"* geeft zij in ff oordhol landsc he sleden dmhTheatl' "{*•""""*£■ /* "* ^r ,. ffoorn's wluon Theater tn een uUverhochle zaal, of een groot, goed
fTJlfi""'- "rj""'"1 v"lik-1 «PseboLde dansen
% auuo^,
(nadeel van Men d* in te kleine stndio's oefenen) z'Z JZ^anZf; ££-'■ "*** - *"'* ^'fessZieTr g aUure kTeTl' '" "OoUr. sleden. De LeistikowJ enkL/ r*""™"*- 'U"wel ~V ..'"ierair" danst en kaar tragttck» natuur de licktkeid schuwt ten-iiL
I
Unkê: Elly Weiler al» Ka' boutertje. — Rechts: Wim Sonnereid al* ie jonge Pierrot
*7n % t-^^t' '""• i* vloeT •»' begonnen, eindt gen of verblijven daar. Ruimte, Sckwung, de groote as Partnerin een met vurig gen"T gedlns^C aX" (Strauss) e n nrfh,- ""'"'«»d-free.tige „Promenade" , S een tüd^k^v^'r st«1,-,""«»"e r« en een parodie teeld" IT.Mon Vanlhaar a11«" "gen we het „DroomSnin t ^ P°",. het „Fransche Volksliedje" en drie
r-.-.
m
■-■.■
KN solo-dan« in Holland vandaag den dag l™ de wtlde spinnen af - van Yvonne Georgi ^ deze Wl;ek hMr ..Balletparade" fn dh seizoen gaf, tot Ans Neefke» loe die — vi.r 5 weken geleden debuteerend - reeds haar WerdenTvonf m Alkmaar, achter den rug heeft, o" de"«lfden dag dat voor de zooveelste maal Steffi Wine', cüuSJtM«
vJV^1,Cht ■e<;h,er is Maud Ko01 bezig te veranderen __ van de pass.elooze lelie op het tooneel, die in haar "°
iiS^
EE^^Ä^-^aÄS
^V?•■w•■•X..T^i?■ïï.s!:l••sl1.••"
I Xr^ee'nTv^e T-ristX^ Ä'L Ä"S hooren, dan wordt zij stellig grooter van forma« w«I ..soiree dans Grenade" van Debussy b.v met een ver bluffenden beginstand) meer zin. Men zal d" coryban
Het is merkwaardig: schetsloos, dit programma, waardoor het gevaar voor revue-achtigheid at bij voorbaat bezworen is — de eenige echte „sketch", genaamd. „Het Toernooi", is net even te fijn om gedachtenassociaties te wekken aan het amusement-engros van de revue — veeleer werd het accent geiegd op de solistische prestaties der medewerkenden. Zoo kreeg Eri Rouché haar kans in het ,,HeksenIied", dat knäp van sfeer en gedachtengang, voor Nederlandschc begrippen zelfs meer ,,du cabaret" is dan de chansons. waarin Coimy Stuart zich op virtuooze wijze uitleefde. Zij zingt »J'ai brülé mes lettres d'amour", dat authentiek Fransch is, en ,,Mon parfum d'amour ... in smetteloos Fransch geschreven door . . . Hella Haasse, met muziek van Wim de Vries. Elly Weiler heeft op de cabaretplanken haar draai gevonden, dat staat nu wel vast. Als men haar als ,,Kaboutertje van 't Ongeluk" over het tooneel ziet huppelen, wenscht men haar nimmer minder . . . ongelukkig. Dat men ook in zulk kleinkunstwerk waarlijk groot kan worden, bewijst voor de zooveelste maal Sophie Stein, die wij eerst zien als waarzegster en daarna als een badschoone uit Scheveningen, van een prentbriefkaart, zooals u ze ongetwijfeld kunt vinden in het album van uw grootraama. Deze zonnige badtirade uit 1880 bracht het tot een volledige bisseering. Wim Sonneveld als Pierrot en Elly Weller als Pierrette zing-zeggen een berijmden dialoog, die in dit soort voortreffelijk is. Bijzonder fijn vond ik ook de bewogen historie van de keizerin van China en haar kamenierster, gepersonifieerd door Eri Rouché en Lia Dorana en door Wim Sonneveld als mandarijn den volke verteld. Een demonstratie van werklooze spoken, om zoo te zeggen de buren van de bewoners van den sprookjeshemel, besluit het eerste gedeelte van het programma, dat na de pauze weer opent met een bezoek aan een sprookjesfamilie, een soort „Vou can't take it with you"-ge2m, waar de arge-
looze visite — dat zijn u en ik — wordt overdonderd door een syniphonie van buiten-dimensionalen kolder. Het best van al vind ik het nummer getiteld „Sur Ie Pont d'Avignon", omdat het zoo teekenend is voor het geheel. In oorsprong niet meer dan een Fransch volksliedje, wordt ,,Sur Ie Pont d'Avignon*' in Hella Haasse's versie tot een juweeltje van moderne cabaretkunst. Lia Dorana zingt het eerst als het Provengaalsche meisje, daarna komt Conny Stuart het zingen als een juffrouw utt de „naughty nineties" en vervolgens wordt het ten gehoore gebracht door Eri Rouché en Wim Sonneveld als een apache-paar, om tenslotte een apotheose te vinden in een samenzang met wat eenvoudige, ontwapenendcharmante dansbeweginkjes van het viertal. En dat, maar dan ook niet méér, wordt tot een succes, dat zijn plaats als laatste nummer in het programma ten volle* waard is. Want daarna votgt de finale, waarin ons het heele gezelschap, als grappige sprookjeskabouters, hernieuwde beloften doet voor de toekomst. Beloften, die niet meer beschaamd kunnen worden! Hiervóór heb ik al beweerd, dat dit tweede programma van Wim Sonneveld en de zijnen harmonischer is dan het eerste. Wil dit nu zeggen, dat het ook béter is dan „Alleen voor damos" ? Neen, beter is het niet. maar minder ook niet. Men kan aanvoeren, dat cabaret geen harmonie behoeft, of het moest zijn de harmonie der schakeeringen, doch juist de schakeeringen in dit „Sprookjes"-programma zijn zoo fijn en puntig, dat het kleurig genoemd kan worden zonder bont te zijn.
itl " " haf ^eemd. Zij danst met het i, hchaam. maar heeft stellig een groot decorZiefarl gebaar waarbij zij (evenals IrouLns InsHhóLie^Z
teejtende voorstudie allerminst! Men vindt althans, M volkomen technische beheersching iets van denzelfden impetus, dien men zoo lang in haar vroeger wel eens wat bloedeloos dansen heeft" gemist. Als Maud Kool iets meer zou hebben wat Jetty van Beek haast te veel heeft — nimelyk de expressie harer persoonlijkheid — en Jetty van Beek iets meer wat Maud Kool haast te veel heeft — namelijk een allround „gemak" voor dansen — dan zjjn wy twee behoorlijke solisten r,jker!
Henrik Schölte
1
'eTrt 'frVaTT t"""^ "«"^" teert, hr was bovendien een'^^ „Indische dans" inÄ haar i°Srrma' ^ "*''';»' d' ''echtste iu zVsoort, noch Zj
' 'T " '"' tyt' " "' "•^tteZ voorkeur gaat uil naar tragische
'nel stUle, overgegeven waardigheid voorgedrag* cZTje'^rS" 0' ^""-"-^en. Dat een afgesfeeïde „Ases Tod zooveel persoonlijke teekening kon hebben bedroede Sat' T^ ''*„1 *'"/ MMr '^ -gerend Back dat S getuigt f' f1van """ haar f "****'* en sarabandes van noch danste, danscultuur.
Henrik Scholle
Danêgroep Netty r. rf. Falie; Miepje Vleugels ah Cupidootje. (Foto's van RkiJM, en eigen Foto's)
.
-
P'een fantasie als die van Hella Haasse moet onze Nederlandschc kleinkunst zuinig zijn; zij zijn te dun gezaaid om er roekeloos mee om te springen. Wim Sonneveld, voor wiens cabaret fde jonge, begaafde dichteres een nieuw programma ge;.titeld „Sprookjes" schreef, schijnt dat uitstekend te ybeseffen, want met welk een zorg en enthousiasme worden de bedenksels door zijn uitgelezen troepje in het Leidschepleintheater over het voetlicht gebracht! Het eerste programma was een opzienbarend debuut, zooals , tet de hoofdstad enkele maanden geleden verraste; het iweede bevestigt alle goede verwachtingen, toen gewekt. :ltct is bezonkener en nóg harmonischer, wellicht omdat Hella Haasse thans de eenige autrice is. mL Geniaal in zijn eenvoud is de vondst om de Gebroelaers Grimm, Andersen, Moeder de (Jans en Shéhérézade Jploor het cabaretengeltje uit hun sprookjeshemel te laten gnlen om de geplaagde menschheid opnieuw het sprookje ^* brengen: het sprookje uit tonze kinderjaren, dat door Alle zwarigheden een veilig toevluchtsoord is gebleven. ^Ragfijn zijn de herinneringen, die wij alle bewaren aan nleze wondere vertelsels uit onze jeugd, zóó zelfs, dat pïrroote menschen er meestal niet aan durven raken. Doch ^ de cabaretsprookjes van Hella Haasse zijn onbreekbaar ^y^emaakt, omdat zij ondergedompeld zijn in een bad van ^*eest en originaliteit.
%
*':
*
Me '^
er en Sophie Stein aanschouiven het toernooi, — Rechts: Lia Dorana, Eri Rouché en Wim Sonne' Veld.
\ N
r ^1.r
Leo J. Ca pit ■
habit" Zr ST met TtJ
■
'
) .i
(Foto's CS .F J Stevens)
*
/«.' -' ^Êt '*
^a
1,
i
f
W
'.
H \r4 rr-i^■■■C^
fi ^H
f
Sï>V£C33- '
"
r
T 1
-»' V >: "^m
^
^Kw f ■ ■' - & r~ | ji r^f* r| V jßmsmmEpm -**^..
^^p^
1/
H lm
:
ma'
^.-ISar-^^... .
Plffl
Ä
i
ä
* tMT
g^a^,
|M
'
ii
['I5 » <
SPREEK NIET VAN LIEFDE („Man i Re, Draaiboek: Dr. Curt J. Brau Kritz; muziek: ],eo Leux; ( Pamela Keith . . Andras Alwin . Pantscho-Diexler . Manella . . ^. . g Marcel Brügg-e , . ;Van It»lr ......
Held. H M. Wiei W. Hol, Hilde S V. Afrii P. Domi
[ir nicht von Liebe") ;RICH ENGEL r den gelijknamigren roman van Huifo M. c Igor Oberbergr; Geluid: Emil Specht. rs o n e n . Walther Jung , Labarre Sr. . . . Margr. Haagren Wevr. Labarre . Rolf Weih feurt Labarre . . E. Aulingrer Tlosi . . . . L. Karlstadt Fritzi . . . . . . E. Südel Friedrich . . . \tvaria-Fitm
.-^--•..■.
-^feite
**. *%
i L_ r
-'-■
iiF« I«---'
^
. ^
Bovenin onder :^Mnthia
Mü NIETI m
»pteeR me niet van liefde", luidt de merkwaardige l titel van deze merkwaardige nieuwe Bavaria-film. En inderdaad, men moet in het milieu, waarin de handeling zich voltrekt, niet van liefde spreken, althans .'Biet in ernst. Dat milieu kennen ontelbaren van ..hnoren «eggen", doch weinigen kennen het in werkelijkheid. liet is een internationaal milieu, een wereld met afzonderlijke wetten en moraal en men kan het vinden in elke groote stad. De verzamelnaam ervoor is: de bohème. De beide hoofdfiguren in het filmverhaal zijn bohémiens. De plaats der handeling is München, Zii is een meisje, dat talent voor schilderen heeft en naar de Stad kwam om te trachten met liet ontwerpen van affiches in haar onderhoud te voorzien, //// is een schilder die weet wat hij kan en wat hij wil en die reeds in .breeden kring beroemdheid heef' verworven. In het artistenpension. waar zij heiden wonen, kruisen hun wegen zich. In artistenpensions plegen zich vele wegen te kruisen. Ware spinnewebben van vriendschaps- en andere banden houden zulke vrijgevochten gemeenschappen bij elkaar. Het is een wereld, die op de verbeelding van den romanticus werkt. Vandaar de uitgebreide romanliteratuur over het artistenleven. Edoch, groot is daardoor het gevaar, dat tante Agatha in haar haardfauteui] de rotsvaste overtuiging krijgt, dat altisten verdorven wezens zijn, uitgestootenen uit een maatschappij van gezapige burgers met vaste inkomens. En zoolang tante Agatha nog een jongen neef kan hebben, die schildert of gedichten schrijft, of die opera's componeert, moet dat gevaar bezworen worden, want tien tegen één. dat Jljj. het familielid is, dat tante's erfenis het meest noodig Seeft. Wat ik in dezt film bijzonder waardeer, is. dat tante .Agatha haar gerust kan gaan zien. Want de figuren, raié regisseur Erich Engel ons voor oogen stelt, zijn alle gewone menschen, die hun artist-zijn niet manifèstéeren door aanstootgevende abnormaliteiten. Weinig films «jn er in dit genre vervaardigd, die een zoo *eeel«n en eerlijken kijk geven op het genus artis*.
Er is dus een hij en een zij — en de hij. Alwin genaamd, ziet iets in het schilderwerk van haar. Hij is tot oordeelen bevoegd, want hij vindt grif afzet voor zijn doeken en heeft al enkele malen geëxposeerd. Misschien zitt hij zelfs nog wel meer in Pamela — zoo heet ze — maar dat gaat ons voorloopig niet aan. want ,.van liefde wordt niet gesproken". Een groote opdracht, het verzorgen van fresco's in een nieuw bankgebouw, belandt via Alwin bij Pamela. Hij wil haar gaarne een kans geven. Haar talent blijkt echter nog niet genoeg ontwikkeld voor dit werk en het zou zeker op een mislukking van de eerste grootte uitgeloopen zijn. als Alwin haar niet in liet geheim geholpen had. Doch geheimen kent het artistenmétier nu eenmaal niet : natuurlijk komt het uit en Pamela is zeer gedeprimeerd, terwijl Alwin zich een beetje schuldi voelt aan haar ongeluk, omdat hij het was. die haaj in een te vroeg stadium zooveel hooi op haar vork lif nemen. Om eindelijk zekerheid omtrent haar capaciteiten krijgen, wil Pamela twee doeken inzenden naar de groj tentoonstelling. Aluin voorziet echter, r^BB^^eweii zullen winden en houdt ze buiten haaj^l^MH^^clI Daardoor slaat Pamela een flater te«nover detr charmanten bankdirecteur I.abarreM een wederzij kennis, die zich hevig voor haar in%resseert, \V breekt ze met Alwin. En dan verkoopt ze door een ongfliflUig^P^al een paar doeken, waarbij één, dat door Alwin gecorrigeerd is. en waaronder zij destijds als een beleedigde majesteit zijn naam heeft ïezet. De gevolgen zijn catastrophaal. Een bekend kunsthandelaar wil haar wegens bedrog voor den rechter dagen, doch als de nood het hoogst is, treedt Alwin, die nog steeds van haar houdt, als reddende engel op en een gelukkige hereeniging brengt ons het einde van deze vlotte en waarlijk filmische rolprent, waarin vooral Heidemarie Hatheyer en Mathias Wieman ons overtuigen van hun groote spelcapaciteiten.' Rob Roodenburgh il -rf '
...
' ■
. ■"■
i E
^wSBs
■>>
-iV
É£
»uani
■■HH^aHHH
Oorlogsinvaliden in den Schouwburg
Jonkvrouwe de la Seiglière": dat is voor ons. die nog te jong waren, toen Royaards zijn glanstijd beleefde, een klank, iets, dat we vereenzelvigen met een creatie, van welke anderen ons met waardeering of enthousiasme hebben verteld. Wanneer in later jaren een acteur wel eens een rol speelde, welke uiterlijk iets gemeen had met die van den Markies de la Seiglière in Sandeau's stuk, dan werd ons zooiets gezegd in den trant van „Maar dan had je Royaards moeten zien in ,,Jonkvrouwe de la Seiglière", dat was tooneelspelen". of wanneer men ergens in het een of andere tijdschrift een photo rag van dezen grooten Nederlandschen tooneelspeler in de grime van den markies, dan volgde er direct een lofspraak, waarin verdiensten van stuk en vertolking breed werden uitgemeten. Vandaar ook, dat de verwachtingen, nu het Noord-IIollandsch Tooneel het stuk op zijn repertoire heeft genomen, hoog waren gespannen. Maar zelfs wanneer men met dien factor rekening houdt, zal men moeten toegeven, dat „Jonkvrouwe de la Seiglière" ten eenenmale passée is. indien het in een dergelijke ouderwetsche vertaling, die bovendien wemelt van gallicismen (wat denkt men bijvoorbeeld van ,.een heer van uw kennis" voor ,,un monsieur de votre connaissance" ?), wordt gespeeld in een stijl, die met uitzondering van het spel van Jan C. de Vos. van Folkert Kramer en af en toe ook van Jo van Erp. in niets afwijkt van een verdienstelijke dilettantenvoorstelling. De intrigue is weliswaar knap en ze is met vindingrijkheid door den vakman Sandeau uitgewerkt : de oude markies de la Seiglière heeft, toen hij voor de Fransche revolutie het land moest verlaten (waarom, in afwijking van het origineel, hier naar Zweden?), zijn landgoederen onder het beheer van den ouden pachter Stamply gelaten en deze heeft ze, hoewel hij volgens de Code Napoléon ze als zijn eigendom zou kunnen beschouwen, na vele jaren weer aan zijn heer overgedragen. Bernard Stamply. de zoon. dien men in den oorlog gesneuveld waande, komt echter terug en hij wil zijn rechten op het landgoed doen gelden, daarbij geholpen door den advocaat Destournelles. De dochter, van den Markies heeft haar woord gegeven aan Raoul de Vaubert. den zoon van de Baronesse de Vaubert, bewoonster van het kasteeltje aan de overzijde van de vallei. Kr blijkt echter een diepe genegenheid te groeien tusschen haar en Stamply. De oude Markies ziet er heil in. dan haar hand aan den pachterszoon te geven.
teneinde het kasteel toch in de familie te houden. Tenslotte wedstrijd in edelmoedigheid: de jonkvrouwe wil eerst toch haar botaniseerenden baron trouw blijven, deze geeft haar echter haar woord terug en Stamply blijkt intusschen zijn aanspraken op Seiglière reeds bij notarieele acte aan haar te hebben overgedragen, waarop natUurlijk het blijde einde volgt. Zooals reeds gezegd: knap maar hopeloos ouderwetsch. Er zijn oogenblikken, waarop drie ..terzijde's" worden gelanceerd, voordat een gesprek begint, dan sleept het stuk bovendien in vrijwel elke scène, waarin de Markies niet op het tooneel staat, terwijl de karakterteekening van de Jonkvrouwe, waaraan het stuk toch zijn naam ontleent, al bijzonder zwak is. Niets motiveert haar houding (behalve dan wellicht het feit, dat Raoul de Vaubert nog zwakker van conceptie is) en evenmin die van den jongen Stamply. Jan C. de Vos heeft den Markies gespeeld en moeten zien. Zooals hij dezen achttienden-eeuwer. verstard nog in de begrippen van zijn tijd, antirevolutionnair, op een bepaald oogenblik bedreigd met het verlies van al zijn bezittingen, die zijn wereld zijn, ten voeten uit voor ons heeft neergezet, zooals hij heel het scala van menschelijke gevoelens, vaderliefde, eerzucht, goedhartigheid, van dezen man teekent. stempelt hem tot een knap acteur. Aan de regie, voor welke hij ook verantwoordelijk is, heeft hij blijkbaar niet veel tijd krrnnen besteden; wie niets heeft te zeggen, blijft staan en kijkt in de zaal, wordt er tegen hem of haar gesproken, dan doet hij of zij twee stappen heen en twee stappen terug. Folkert Kramer maakte een aardige typeering van Jasmin den lakei, Jo van Erp speelde wat ouderwetsch, maar hier en daar verdienstelijk, Destournelles- Henry van Loon noch Henk Sluyter wisten met hun figuur raad en hun acteeren was beneden peil, eerstgenoemde spreekt bovendien van /olk, /erovering, /eldslag en in plaats van de z zegt hij een s, terwijl ook de twee vrouwelijke rollen, die van de Baronesse de Vaubert bij Tine Opscholtens evenmin als de Jonkvrouwe bij Willy Groenendal in ook maar eenigszins vertrouwde handen bleken. Er is een zeer verzorgd aantrekkelijk decor van een niet genoemde —. Jasmin had de familieportretten blijkbaar van plaats verwisseld, ze keken kwaad van elkander af. (Foto CNFIStevens) A. Claviman»
Ons stukje „V ertuaarloosde Eereplicht" over de plaatsing van onze óorlogsgeivonden op de achterste rijen van een Haarlemschen schouwburg heeft nogal wat stof doen opwaaien. .Viet echter bij het publiek, dat dus blijkbaar, van zijn standpunt uit, de feiten accoord bevonden heeft. Wel bij de betrokkenen. Rectificeeren moeten wij het volgende: dat de voorstelling niet in den Haarlemschen Stadsschouwburg plaats vond, maar. in het Rembrandt Theater aldaar, waar dus blijkbaar ook wel operette-voorstellingen gegeven worden (onze briefschrijvers spraken slechts van „den schouwburg") en dat het niet persé de allerachterste rij was, maar de zeventiende en achttiende. Deze détails fijn minder belangrijk dan de mededeeling van den geneesheer-directeur van het Landgoed Kareol, dat onze invalide jongens met hun plaatsen „volkomen tevreden" waren en op prominentere plaatsen niet wenschen ,,op te vallen". Dit argument schijnt op het eerste gezicht afdoende; toch veroorloven wij ons om juist daarop nader in te gaan. Zeker, het strookt niet met onzen landaard om van onze zwaargewonde soldaten demonstratieobjecten te maken. Maar het gaat ook niet in de eerste plaats om het overige publiek, dat op zijn minst genomen een gevoel van onbehagen heeft, wanneer het zelf op betete (duurdere) plaatsen zit en onze jongens binnengebracht ziet worden om ergens weggestopt te worden. Het gaat er, dunkt ons, om, dat men daarmede in deze jongens een minderwaardigheidsgevoel, een bewustzijn van zich te moeten wegcijferen op grond van lichamelijke onvolmaaktheid, oproept en aankweekt, dat ons — hoewel wij hierover als leeken niet mogen beslissen — ten eenen male onaanvaardbaar lijkt. Hoe begrijpelijk het ook is, dat bijvoorbeeld zij, die met lichaamsgebreken geboren zijn, in een theater het donker der achterste rijen zoeken, hier gaat het om jongens, die recht van lijf en leden waren tot een ongelukkige kogel of granaatscherf hen trof. Het gaat er thans om, van twee kwaden het minste te kiezen, opdat zij zich ie geestelijk gezonden en met eer overladenen voelen, die zij in onze oogen zijn en voor altijd blijven. Daarbij is het- in onze oogen zelfs minder belangrijk of onze jongens zichzelf op de achterste rijen behagelijker zouden voelen, dan dat zij op de voorste rijen, en liefst op vaste plaatsen, blijvend geëerd worden. Immers, met eenmaal aan die plaatsen te tornen, schept men van de aanwezigheid onzer jongens een „probleem", dat de deur tot een acuter minderwaardigheidsbesef van keer tot keer opent. Wij twijfelen er niet aan of de directeur van het Rembrandt Theater, de heer Bakker, is onze jongens steeds zeer ter wille, zooals men ons mededeelde. Maar sprekende met de directie van het operette-gezelschap bleek ons bijvoorbeeld, dat onze jongens „gewoonlijk de zevende of achtste rij" kregen — dezen keer, „omdat het zoo vol liep, de zeventiende en achttiende. Of dat nu zoo erg was?" Ja. Minder omdat wij ons toch moeilijk kunnen voorstellen, dat een jongen, die zich niet kan oprichten of in een ziekenwagen zit, op de zeventiende of achttiende rij een operette-voorstelling even goed kan volgen als op de eerste — dan wel, omdat hier het „gesol" naar achteren toe begint, „naarmate het druk is". Dat maakt het afstaan van plaatsen aan onze oorlogsgewonden tot een bewuste liefdadigheid, waarbij commercieele overwegingen gaan meespelen. Thans is het nog geen vier jaar na dato. Waar zullen zij tien jaar na dato zitten „als het vol is" f Onze conclusie is, dat wij minder met onze oorlogsgewonden „paradeeren", wanneer zij op vaste eere-plaatsen zitten, dan dat wij met hen laten „sollen", wanneer wij ze, als eertijds onze weeskinderen, laten zitten op de plaatsen, die ,,nog over" zijn. Want iedere weldenkende acteur op het tooneel en toeschouwer in de zaal zal wenschen, dat zij de eeregasten zijn en blijven. Zelfs tegen wil en dank. D.w.z.: wellicht tegen hun wil. Maar niet tegen onzen dank'. H. S.
CINEMA
a&rs-sr:
& THEATER
— (nr. 7) 10
Hierboven r./.n.r.: Jan van der Linden, Henk Rigtem, Richard Flink, Coba Keiling. Mimi Boesnach, Cathy Buning. Joekie Broedelet, Piet Bron. — Foto links: Jan van der Linden. — Folo rechts: Frans Bogaerts (Foto's C.N.FJMcyer en Schimmelfenningh)
RESIDENTIE eens meer over Er is in deze koï gephilosopheerd ^tt. eigenlijk een blijspel is en wat een klucht en wat het verschil en de overeenkomst zijn tusschen die beide vormen. Herinner ik me goed. dan hebben die bespiegelingen — zooals dat nu eenmaal met bespiegelingen helaas meestentijds het geval pleegt te zijn — niet tot een directe definitie geleid en zoo komt het, dat ik nu eerlijk gezegd niet precies weet hoe ik ,,De Groote Onbekende", het nieuwe stuk van den Zwitserschen tooneelschrijver Alfred Gehri, dat reeds kort na de première door het Residentie-Tooneel in een Nederlandsche vertaling wordt gebracht, moet qualificeeren. Wanneer er in een tooneelstuk een mannetje rondloopt, dat geen woord zegt. ook niet, wanneer het bijna oploopt tegen een van de eerzame Parij sehe burgers, die hem helpen financieren, wanneer dat mannetje op een goed oogenblik verschijnt met een hoofd, dat half kaal is als een ei en dat half met een fraaien haardos is bedekt, wanneer er twee vrouwen vijandelijkheden op elkander openen met behulp van rappe tongen en een flesch spuitwater, wanneer er bovendien een drempel is. waarover iedereen bijna zijn of haar nek pleegt te breken, in zulke gevallen zou ds toeschouwer geneigd kunnen zijn van een klucht te spreken. Wanneer er echter in datzelfde stuk zulke kostelijke ten voeten uit geteekende figuren voorkomen als die oude meneer Maucotel, die onder het pseudoniem „Sneeuwwitje" de vragenbussen van damestijdschriften verzorgt, de gepensionneerde belastingambtenaar Lalouette. die zoo gesteld is op zijn „ponteneur", wanneer er ook scènes in voorkomen als die, waar de aandeelhouders van de „uitvinding", zijnde behalve Maucotel en Lalouette, de concierge van het huis, -een harer hevig jeugdig doende en oud zijnde huursters, Agathe, de dienstmaagd met een jeugd op een kasteel, Mado, mannequin van Lanvin on van nog andere markten thuis, vergaderen over kapitaalsuitbreiding, welke door den kolenhandelaar van de buurt moet worden gefour-
11 (nr. 7)
CINEMA
6* THEATER
TOONEEL
neerd . . . . ja, ik geloof toch werkelijk wel, dat men dan van een blijspel, zelfs van een heel goed blijspel mag spreken. Maar dat heeft weer het bezwaar, dat men grootere eischen mag stellen en dus zou kunnen vragen, waarom het liefdeskoppel (zooals onze Zuiderburen dat zoo juist weten te noemen) maar zoo summier is geteekend en waarom menschen, die de schrijver eens een oogenblikje kwijt wil, op zoo doorzichtige wijze als het gaan kijkgjrj'-' naar de jonge poesjes van de buren (d.wrf; Van hun poes) moeten worden geloosd. -.-'S'Pf Doch „De Groote Onbekende'* is vóór alles één der meest alle critiek ontwapenende en ronduit vroolijke sj^flpöi, welke ons den laatsten -.ijd dat is een verdienste van den zijn voorgezet^ schrijver, te tént reeds bekend door zijn „De Zesde Etajä 'l, welke men niet hoog genoeg kan aanslaan. l.S É er dan maar eens een ongechen door loopen, het komt loofwaardig type er toch op neer. Eer in dit kleine Parijsche /d, dat. er plannen worden gemaakt, dat men W zorgen heeft, ruzie, verschil van meening. plezier, |jeluk en ongeluk, dat alles eerst zoo praclfeïg 'ScWJlit, dan dreigt mis te loopen en dan tenslotte toch nog wel goed afloopt, zooals die dingejl ook. in het leven, waarvan dit kleine koffierts» maar een heele kleine spiegel is, elkander plegen .af, te wisselen. Het is eigenlijk net »f We .zelf dag in. dag uit. óók achter een Pernod (jf eett jibpje koffie ergens in dit proper estamine^ zittett, medelevend met dt; vreugden en wederwa^jirdigh^den van de andere bezoekers, ook niet weten? wat:nu eigenlijk van _i_.. _ •_• i_.. :ii.._iR S?*SMW ■■ . j.._1 den zwijgenden „illustre incbnnu" te denken, die uiterlijk een allesbehalven illusteren indruk maakt. Levend tooneel is dit stuk, zoo spannend op zijn tiid, zoo boeiend ea.gezellig als één van die ouderwetsche feuilleton«,, Welke zorgvuldige oude tantes vroeger uit de ki»nt knipten om ze in boeken van het meest onwaarschijnlijke formaat te laten inbinden. Niet dat groote verschil dan. dat dit tooneel geen/onwaarschijnlijk formaat heeft, doch integeuÄH ook uiterlijk ons is voorgezet op een wijze. WtL boven allen lof is
verheven. Het.s Kanucci-Beckmaiftl^ÄfeJSSjIBW"0^ 'iriaP heeft vertaald, voerde de regie en iftrlKon daartoe beschikken over zestien ledey van het Residentie-Tooneel, die bet in een äFtor vol stemming van Wülenr Deering (wat een prachtige vondst, die hoek van de trap tiaar boven en hoe kostg^jlf van sfeer zinc en buffet met de klok srboveh), tot een volledig succes hebben gemaakt. Kostelijke kleine creaties geven ze. zooals den stotterenden kolenman Casimir, van Louis Steenbergen, den apotheker Cavoret. groothandelaar in ontharingszalf en haargroeimiddelen, die helpt zorgen voor het gelukkige einde, van Richard Flink, den jovialen buurtbrievenbesteller van Henri Duiveman. den stommen (maar vermoedelijk toch niet dommen) Telgruc, den man. om wien alles feitelijk draait, van Frans Bogaerts. de pairone van Marie Meunier-Xagtegaal, de concierge van Coba Keiling en de knappe en zeer elegant gekleede Mado van Cathy Buning. Bijzonder goed. eenvoudig en ondanks haar zwak geteekende rol toch aanvaardbaar gemaakt, is de Isabelle, de dochter des huizes, van Rini Otte. prachtig de meid en dienjuffrouw Agathe, tan Mimi Boesnach, die zich voor deze gelegenheid een glimmend neusje had aangeschaft en de Adèle vol critiek en giftige toespelingen, van Joekie Broedelet. Henk Rigters is Georges, de man. die het café noodig blijkt te hebhen en die het dan ook krijgt als echtgenoot van Isabelle, Piet Bron is met philosophic en rust de vragenbusredacteur en prospectus-schrijver en Jan van der Einden heeft een groot deel van het lachsucces als Lalouette. een prachtig volgehouden typeering. overal binnen de maat gehouden en met wat menschelijkheid een rake blij spel figuur. Om volledig te zijn: ook Eric van Ingen, Andre van Zandbergen en Bert Dijkstra ziet men in eenige kleine rollen. F'.en stuk. dat te oordeelen naar het groote succes, dat het bij de première in een stampvollen Princesse-schouwburg mocht boeken, wel een lang lever zal zijn beschoren. A. Clavimans
.
'f
—^^^-^
^ i ■.
'-
■
i
..."
-
■
^ ■ ,. - ,
V
—
-'-.j 'v ■
—
■..■.-
-e
AMSTERDAM
Pierre Palla achter agn concértorgelfArtiüf)
DEZE WEEK IN DEN AETHER Maandag, 14 Februari:
TU/PFnr „_ T R XTCTr 1 . TWEEDE en LAATSTE weekl Het groote succes
1
C —^■M»——^^^^^^C^
ro.oó^-il.ljo Ochtendconcert door Willy Kok eu zijn orkest. «».1$—ta.45 Dansörkest van Theo Uden Masman 15.15—-16.45 „EUc wat wils", een afwisselend Maandagmiddagprogramnia. 17.30—18.00 Vroolijke muziek door de Melodisten. 18.05—18.45 Een oitiending, trewüd aan den Italiaanschen meester Alfredo CaseUa. io.oo—31.4S Het Omroep-Symphónte-orkest.
»
EN.... WIE KUST MIJ 7 met Frons du Mée - Motthleu v. Eysden Harry Boda e. v. a. Dag. 2.30, 7.30 uur.
Zond 2. 4,15, 7.30 uur
AMSTERDAM Heele
rijen nieuwe Kerkos
zullen
straks He fahriek ver-
laten. Een voor een geknipt
ANNELIESE UHLIG Ernst Waldow - Mady Rahl
om tie ..boezemvriend" van "n goedfjekleerlen man te worden I
DE ONBEKENDE STEM (Stimme aus dem Aether) Terra Toegang eiken leeftijd
kerko DOUBLEFRONT SHIRT
Dag. (ook Zond.) voorn, van 1.15 uur af
AMSTERDAM
AIHAHMA Een feest van humor JENNY JUGO Willy Frltsch - Victor Staal
DEZE
SERIE?
Ze hebben waarde en brengen de volgende prijzen op: 1 et. par 100 (0,60 IV: ei. par 100 10,40 2 cl. per 100(12'/2 et. per 10011.3 et. par 10011,50 4 et. par 100 f 1,50 5 et. per 100 (0,15
Vh et. par 100 (0,08 10 ct. per 100 f 0,80 12'/jct.par100(6,15 ct.par100(4,5O 20 et.par 100 (2,50 30 et. par 100(8,-
Ook andere soorten worden Ingekocht
M. J. A. van der HAAGEN K0RTEP0TEN28-DEN HAAG-TEL:115540
PUCK SPEELT COMEDIE (Die Gattin)
Ufa
Toegang 18 jaar Dagell)kt 1.30, 3.30, 7.45 uur Zondag« 1.30, 3.30, 5.30 en 7.45
ROTTERDAM
ARENA Gezelschap HERMAN B^UBER presenteert het boeiend circusstuk
HET GROOTE NUMMER met Aaf Bouber - Herman Bouber Piet te Nuyl - Netty Hart André v'. Dijk e. v. a.
Bestrooit Uw voeten dagelijks met VASENOLVoetpoeder en masseert U dit zacht in. Het houdt Uw voeth u i d gezond, droog en krachtig !
Dag. 2.15, 7.30 u. Zond. 2, 4.30, 7.30 u.
ROTTERDAM
£APITDL Zarah Leander Heinrich George - Paul Hörbiger
Schenkt Uw huid... Schoonheid! Verzorgt Uw huid met deze nieuwe, werkel ij k-vette „vooroorlogsche" crème van Muriel May en ge behoudt de stralend-jonge teint der jeugd! Muriel May crème bevat 1500 eenheden Vitamine F per potje van 60 gram . . . véél meer dus dan iedere andere huidcrême!
Onverbreekbare Banden (Heimat) Toegang 18 jaar Op ons tooneeli ACÖ JACÖUES DUBREÄU humorist aan den vleugel
Ufa
CRÈME A U X
DE BEAUTÉ TAM NES
(&tü«m uii^tu^-Q BRAVE IIENDRIK1 Vandaag ontmoette ik Pierre Palla en ik behoef je eigenlijk heelemaal niet te vertellen, wie dat is. Of eigenlijk toch wel! Er wordt namelijk ïOO dikwijls over Palla gesproken 'als ,,de duivelskunstenaar op het orgel" en laat ik nu even deze gelegenheid mogen gebruiken om er zacht en beleefd op te wijzen, dat het dwaasheid is om radiokunstenaars voor te stellen als een troep variété-artisten, die en passant een nummertje voor den microfoon weggeven. Niets is minder waar! Over het algemeen zijn het menschen in een doodgewoon colbertje, die ontzettend hard werken en studeeren. Niet alleen om té brengen, wat van hen verlangd wordt, maar ook om meer te geven, dan hun plicht is. om dus, wit je.noemt, een „surplils" te bereiken. Een sprekend, voorbeeld is Pierre Palla. Ik weet best, dat »ele luisteraars en andsre' geestdriftigen zich hem voorstellen als een soort „duvel uit het doossie", die voor het orgel allerlei toeren verricht en zijn armen en beenep als molenwieken in het rond slingert. Maar, nign brave, deze illusie zou ik gaarne willen ontnemen, als je het mij niet kwalijk neemt! Ik sprak Palla tijdens een repetitie in A en ons babbeltje duurde een uur langer, dan ik gedacht had, zoodat Fransientje met koude havermoutkoekjes zat opgescheept, hetgeen de vrede in huize Tobias niet ten goede kwam. Hoe het ook zij : ik had er ditmaal een koud maal voor over, want ik leerde een kunstenaar kennen, die absoluut geen ,.duvel in het doossie" is met alles van dien, maar die over zijn instrument sprak alsof het een jongste spruit was! Pierre Palla houdt namelijk van zijn orgel. Hij vertelt je precies, waarom dat zoo is en waarom hij het toch soms ook weer haat en vervloekt, zooals
wij het onze dierbaren allemaal wel eens doen. Hij heeft me elk toontje laten hooren en me uitgelegd hoe het wel moest en hoe het niet moest, waarom het orgel soms kuchte als een ouwe bootsman en waarom hij het eene knopje wel indrukt en het andere niet. Ondertusschen vertelde hij me over Beethoven, Mozart en Richard Strauss en ging vol vuur in op de verschillen, die er bestaan tusschen het spel van Prof. Pem^aur en Walter Gieseking. Eén en ander vergde een uur van zijn kostbaren
cum
■^
Een luisterspel-afdeeling komt vaak voor vele problemen te staan! Zoo zijn er voor het spel „De Roode Bloem en het IJzeren Mes" (Zondag ta Februari, 15.00—15.45) hoognoodig: voetstappen op mos! -Dat is in principe hetzelfde geluid als dat van een naald, die op den vloer valt! En zoo kon het gebeuren, dat op een zonnigen middag vele beeren met ernstige gezichten en microloons, in den tuin van Studio D „voet-
®«W
■ ■■■■'
__—___
v^
tijd, hetgeen toch wel een bewijs is, dunkt me, hoe geestdriftig deze kunstenaar is en blijft en hoe hij van zijn werk houdt, waarmede we er dus nääst zijn, hem te beschouwen als „den dutel in het doossie", die zoo lekker op het orgel kan ravotten. Geen sprake van! Trouwens, Pierre Palla is de laatste jaren hoofdzakelijk fianist en een uitstekend pianist. Vooral tegenwoordig kan je dat goed bemerken, nu hij, in kamermuziekensembles en bij begeleiding, zich haast uitsluitend wijdt aan de klassieke muziek, waaraan hij tenslotte volledig zijn hart verpand htóft: reeds toen hij op den leeftijd van vier jaar piano leerde spelen. Leer dus Pierre Palla kennen, als een hard werkend en steeds geestdriftig kunstenaar, die het land heeft aan „duvels in doossies" en over zijn prestaties nog niet tevreden is, hetgeen wellicht al te bescheiden genoemd mag worden.
Dag. (ook Zondag) voorst, van 1 u. ai
—«——_—_
ló.oo—1045 Francis Keth en zijn orkest, ra.ts—13.45 Gerard van Krevelen en zijn solisten. 15.15—16.45 „Halfweg", een vroolijk Woensdagmiddagprogramma. 18.05—'8.45 AmuMJneWsorkest o.l.v. Eliard Kuhlman. ' -: V 19.45—30. J5 „Soo de ouden songhen pypen de jongen", een halfuur op een muziekavond van de familie Speelman. 20.15—33.00 „De apotheose van den dans", samengesteld door Jaap Alving.
Vrijdag 18 Februari:
De vrouw, die weet hoe belangrijk het is, om haar teint jong en frisch te houden, kiest steeds uiterst fijn gelaatspoeder. Zij wil dit echter blijven doen en daarom probeert ze gauw een extra doos Andrélon 'Gelaatspoeder (van 95 et. of hooger) in huis te nemen, of een paar zakjes van 40 et.
99393999399 %^%%t%%%%%
Woensdag 16 Februari:
Donderdag 17 Februari:. 10.00—11.00 De Melodisten o.l.v. Karel Stoete. .13 15—13.45 „Musette-klanken van Nederlandsche componisten". 14.1S—15.00 Salonorkest o.l.v. Tony Diepenveen f5.30- -16.00 „En hier is de koffergramofoon". ,»1S.,90—16.45 Siptet Jonny ümbach m m.v. Gretl Perelli. 17.00—17.30 Dansmuziek door Theo Uden Masman. »9.»$—31.30 Concertgebouworkest m. m. v. Leon Orthel. 21.30—33.00 „Hoe wordt een lied gezongen?". Lezing door Leo Riemens met gramofoonplaten.
Wat houdt een vrouw jong?
YOETPOEDER
Dinsdag 15 Februari: 10.45—13.00 Het Silonorkest o.l.v. Tony Diepenveen. n 5—«345 „In bruiloftsstemming:". 13.05—-14.00 De Melodisten met Henk Foruin, ' 14.IS—IS 00 „Iberia", een Spaansch muzikaal proü-ramma, samencresteld door Mr. H. M. Merü*. kelbach. -jkj^SÓ—16.00 „Zonnestralen in ziekenzalen". 19.15—ia.00 .Bonte Verscheidenheid".
•■ ~ .
j
;
■
:
9.00—9.45 Gerard van Krevelen en zijn solisten. to.iS—11.00 Orkest Malandp. ia.15—13.45 Bandi Bologh brengt Hongaarsche ' .muziek. 13.05—13.45 Dansmuziek door Theo Uden Masman. 16.00—16.45 „De Filmband rolt. . .". 17.00—rS.oo Omroep Operette-orkest en koor 18.05—18.45 He"! Maastrichtsch Stedelijk Orkest. 19.15—19.45 „Tienduizend zwarte schijven". Op een wandeling door de verzameling van Leo Riemens hoort U merkwaardige klanken uit de geschiedenis van de graraofoon. 30.00—33.00 „De Allemansgading".
Zaterdag' 19 Februari: 10.00—10.45 13.15—13.45 15.00—16.45 19.30—30.00 20.00—33.po
Gerard Ltbon en zijn orkest. Piet va» Dijk en zijn dansorkest „De Bonte Middag". Derde deel van „Wie is Borgia?". „Voor de familie luistergraag".
Zondag zo Februari: ■ 9-15*—10.00 „Zondagmorgen zonder zorgen". la.is—" 4S „Ars nova et antiqua" o. 1. v. Frits Gaillard. 1S.4S—16.15 Concert door den organist Johan Jong. 1730—18.IS „Wereldschlagers". 18.15—19.00 „Nederlandsche Volksklanken". Samenstelling en regie: Eddy Noordyk. 19.30—31.30 Het Omroep-operette-koor en het Omroep-operette-orkest o.l.v. Josef Hölzer.
stappen" zaten te probeeren. Ik weet niet, hoe ver ze gekomen zijn, maar mocht je Zondag een „krakenden teen" door je luidsprekertje hooren, dan zou dat best een inlander kunnen zijn, die zich over mos voortbeweegt. Je Tobias P.S. Mijn opmerking' van vroeger over het renpaardachtige van den naam Wicky Stan (overigens met alle respect!) heeft succes gehad! ik^zie hier tenminste staan: Het Omroep-Jeugdduo Paul en Piet. Dat is kort, krachtig en mannentaal! T.
|
,
-^—^———
RAADSEL-VARIÉTÉ Oplossingen der onderstaande opgaven zende men — uitsluitend op een briefkaart (brieven worden ongeopend terzijde gelegd) ■— uiterlijk 24 Februari a.s. aan den „Raadsel-regisseur", Redactie ,,Cinema & Theater", Paulus Potterstraat 4, Amsterdam-Zuid. Op de adreszijde te vermelden: „Raadselvariéte 24 Februari''. Onder de inzenders van ten minste twee der drie opgaven worden verloot: een hoofdprijs van ƒ 2-50 en vijf troostprijzen van ƒ 1.—. HEK WERK RA A DS EL Hürizontaal : 8. Naam van een regisseur. Verticaal: 1. welopgevoed; 2. de letters in volgorde a a a a. b b b, c. d d d eeeeeeeee, f f, noemen: 3. aardewerk; 4. krantenjongen: g. h. i i. k k k. 1 1, n n n n, o. p. r r 5- vrucht; 6. leiden, voeren: 7. strijden tegen. s s s. t t t. u u. ij. 'Foto's strook omsla);: CN F: X oske, Bat aria. S c htm inelpcnnin gh )
Menschen die kouvatten: de machinist. Wie is ir zeker van, ditmaal men kou te vatten?
/dowel l)erop|)s
Ad\.l)tir. Succes. Jan l.nyLensIr. 1~. Amstenl.un (/..)
een exemplaar van „Alles over behang" in de pen! De eerste druk is geheel
I DEAMSTERDAMSCHE BONTVEILING Dir. P. F. Kremers Eerste en grootste bontveillnghouders in Nederland
ceeren I Tot zoolang . . . even geduld! Zij die inmiddels hun ei^en exemplaar
In
ter beschikking willen stellen van be-
KRASNAPOLSKY
langstellende vakgenooten, kunnen dit
OP MAANDAG 21 FEBRUARI a.s. 10.30 uur
doen door het terug te zenden aan R&D.
CS OV»CV
'5 ©
,
,
;
■
■
Regi«: WLADIMIR BORSKY
FAMILIEWAPENS vroeger door meer dan 40.000 Nederlandsche Burgergeslachten gevoerd, bleven meestal bewaard, doch geraakten vaak in onbruik.
GENEALOGISCH-HERALDISCH BUREAU „TAXANDRIA" (• DEN HAAG - Schtnkwtg 72
zoekt het voor U op en vervaardigt het in de origineel« kleuren tegen de BILLIJKE PRIJS VAN f 10.—. Ook U zal voor 100 % tevreden zijn.
UITKNIPPEN I Kan slechts 1 x geplaatst worden
{"T" MMteMMajJ" .11' .„. ,. "!»!1"
— (nr. 7) 14
ga« .il i."iinini.iKJ.i.«'"»i» ' "in.
.CINEMA EN THEATER" van 22 October 1943 In xl)n rubriek „Rond de microfoon ' over een van onze oudleerlingen i „Geruchten, dat dit Omroepcabaret méér wat das een belofte, dreven ml) vorige week naar 't Gelderiche Lochern. Nu zou Ik kunnen volstaan met ook alleen maar te zeggen hoe diep Ik van dien avond onder de Indruk kwam. De mooltte, meest geschoolde zangitem had ongetwljield Betty Denekamp, sterk van gevoel en bewogen, jonge voordracht . . . '
Spreekuur inschrijving nieuwe leerlingen Vossiusstraat 45i>ui» Siberiëweg 48 AMSTERDAM ZEIST Tel. (K 2900) 22765 Tel. (K 3404) 4465 Zaterdag van 17 — 18 uur
15 (nr. 7)
III"III
___
CINEMA
_____
&• THEATER
Roosje Walent«, de dochter . . Walenta, de brandstichter . . Antoon Tante Catherina. ...... aui Kolinsky Podlesky
Lida Baarova Zdenek Stepanek Karet Hoger R. Naskova F. Smolik J. Marvan
Een Odmon-Filn
MEDEDEELING Daar voor hechtdraad geen toewijzingen aan tijdschriften meer worden verstrekt, zijn wij helaas genoodzaakt ons blad ongehecht te doen verschijnen. Om uiteenvallen bij de verzending te voorkomen, en mede ter besparing van messen der snij machines, zullen de bladen veelal aan den kop onopengesneden blijven. Wij vertrouwen, dat onze lezers deze maatregelen zullen kunnen billijken. DE UITGEEFSTER
Woensdag! van 17-18 u.
Proefzingen (Stembeoordeeling) volgens schriftelijke afspraak
CARRÉ AMSTERDAM lederen dag
Bijvoegingen van Ie klas Bontwerken, ook door particulieren, dagell)ksvan 9-5 uur tot uiterlijk Maandag 14 Februari, uitsluitend Rokin 34
CINEMA (&• THEATER
goud, onverschillig doende voor de buitenwereld, maar zoo gevoelig als een lieve tante maar kan rijn. Bovendien in het bezit van een levensoptimisme, dat in deze weinig vroolijke omgeving opvalt. Een mooie figuur, maar dan van een andere orde, is de brandstichter zelf. Zdenek Stepanek maakt een prachtig verloopen sujet van dezen door het lot voor zyn slechtheid gestraften man Vooral als de zwerver met zjjn viool, zooals bij na de brandstichting zijn brood verdient door in obscure kroegen de simpele luiden met zijn spel -te ontroeren, wordt hij een formidabele creatie. Lida Baarova is een actrice, die sinds lang haar sporen heeft verdiend. Haar taak is hier niet zeer dankbaar: een zoo zwaar lot zal niet licht op de schouders van een menschenkind gelegd worden. Het gevolg is, dat haar spel wel zeer eenzijdig moest blijven. Tränen en geweeklaag zijn in overgroote mate het deel van deze jonge vrouw. Angst en smart staan vrijwel de gebeele film door op het ■— zeer mooie — gelaat vat» Lida Baarova te lezen, en slechts zelden trekt een droefgeestige glimlach over het sombere masker. Voor het uitbeelden van veel andere gemoedsaandoeningen kreeg zij geen kans. Wij hadden liever wat meer licht gewenscht. doch wie zich graag spiegelt aan den rampspoed der helden en heldinnen van het witte doek, kan genieten van deze in haar soort niet slechte film. R.H.J.Pf«
KIJKDAGEN voor deze veiling Vrijdag 18, Zaterdag 19 en Zondag 20 Februari, telkens van 10-4 uur
Publicatie Rath & Doodeheefver
Oratoriumzanger
SPECIALIST: Reconstructie van vermoeide stemmen Individueele Repertoir Studiën
',.. Is de Tsjechische aard misschien zoo, dat hij de droefenis mint ^n de zwaarmoedighei^'fTR^tr,abör alles in een somber waas is gehtJajt-f Een feit is, dat slechts spaarzaam een lichtstraal zichtl^far wordt. Zulk een ontspanning van de tragische Efeer — en zij beteekent een verademing rrIpljjgt de uiterst sympathieke figuur van tante Catherina teweeg. Een vrouw met een hayt van
Alle bontwerken onmiddellijk verzekerd. Amsterdam. Tijdelijk telefoon 36033
veU^v»
Zangpaedagoog en
Volledige opleiding voor Concert-, Opera-, Operette-, Oratorium- en Microioonzanger (es)
eel vroolijkheid biedt deze film niet. Zij heeft de somberheid van den nachtelij ken hemel, 'die boven het dorpje met den zoo poetischen naam „Bloemendorp" gespannen staat, even voordat bet . huiye van den muzikant Walenta onder zijn uitzinnig gelach in laaiende vlammen opgaat Een erg plezierig leven lijkt men in dat. Boheemsche plaatsje niet te leiden. Zelfs de feestvreugde in .den herberg is niet vrij van zwaarmoedigheid. 'Men danst en zingt en maakt muziek, maar.... de aanvoerder der feestgangers is de schurk van bet verbaal, en op het toppunt van het festijn krijgt de kapelmeester het bericht van den dood zijner vrouw. . . . Zoo gaat het voort met het eene ongeluk op het;'andere. Armoede, verloren liefdesdroomen, bedreiging van een jong meisje, brandstichting, vlucht, gevangenis, rechtszitting. En slechts het slot brengt een verlossing: de vereeniging der gelieven, die dan nog evenwel voor de gevangenisdeur, waarachter 's meisjes vader voor vijf jaren is verdwenen, plaats vlnd|, Saéjfi*
Hijvoeyinü van perscrilleken. <;e worn- en artist, (oio's vvordl op prijs (jesleld.
Tweede Februaribonlveiling
behangers wereld zullen wij tijdig annon-
-
Opera-
PERSSTEMMEN:
verspreid .... Verschijning van een tweede oplaag ten behoeve van de
Correpetltor, Concert-,
iils .niuitours. <
HOESTCACHETS
Houdt Uw briefkaartje om
Lodewljk Fr. Runge
lifvrn leu hehueve v.ui ccii Tlieiiter oriMiiisalie in lie( Oosten «les lands hun (diwlities. prestaties, en vrije data mede te deelen onder no. Ö- I 7.
OUDT HET IN DE PEN!
ZANGOPLEIDING STEMVORMING SOLOZANG
Arlislen op alle yehied,
Neem Cachets ßonnema in huis. Perfect tegen hoest en jjriep! In ernstige gevallen Uw huisarts raadplegen.
Qonnetm
H
WOORDRAADSEL Geef twaalf woorden van vijf letters van de volgende beteekenis: 1. lijst; 2. damp; 3. star; 4. kers; 5. groote menigte 6. voorbeeld; 7. vrucht; 8. stijf; y. jongensnaam; 10. moedige vrouw; 11. bloem; 12. oogenblik. De middelste letters van deze woorden vormen den naam van een filmster. OPLOSSINGEN VAN 3 FEBR. (no. 4). Letterparenraadsel: Gabriele Dambrone; Heimkehr; Een nacht vol dwaasheid; Immensee. Ladderraadsel. Horkonotaal: 1. aspunt; 2. logica; 3. aarden — Paul Hartmann. PRIJSWINNAARS Hoofdprijs: M. Dusbaben, Alkmaar. Troostprijzen: J. Jaarsma, Apeldoorn; W. Spoel, Schiedam; J. Jansen, Breda; O. Dik, Rotterdam ; O. v. d. Wateringen Ctrecht.
2 uur en 7.15 uur
LAATSTE MAAND
Hel mm flfsileiismooiiiiia met Siberische koningstygers — Dolkoene »leppenrijdcr* — Bunte'» Taxi — Leinerts Salto de* Doods — Ruitertroep 5 Karolgs — Luchtsensatie 2 Mandos — Strassburger's nieuwe paardendressuren — De Clowntrio's, 3 Fernandos Potato, Fritto & Co. en verdere attracties. Plaatsbespreken 2 dagen te voren tussehen 10 en 4 uur aan de kassa en telefonisch 53800
fSWV ^-vT^yy-- ■■■
;-
.,^V...--7.T.,.,;.,
«F
■
feM|MflMH|M|BMjBB|
Zoo'n lekker Geen wonder kopje thee, meneer, daar knap da'sWHT-riE.. je van op' ...NETECHTl
inema i '
Ze keeren ivéér...
de bonbons van f v>^äalrK B
zeat hei Hfertir zegf Heerije
■:-ï^;-:*V:
I
1
WEEKBLAD VOOR FilM. TOONEEL. DANS, OPERA. OPERETTE. RADIO. REVUE. VARIÉTÉ. CABARET • 19 FEBRUARI 1944 - 24STf JAARGANG Ne. 8 -15 CENT
Wat Hilling met „Nettie" heeft bereikt, houdt de beste belofte in voor wat Hilling straks weer in echte thee zal brengen.
wmut
I ■■BHBBBH^^BHHI
B«n Ro/adrds bracht: „DE MIRAKELRIDDER'
woo«»'
V.o
^ \&'
ctn»'
^cW1' ,\>ott
M^
1 .W^-
\setM*
»» cl»
^V
MO®
IEDEREEN) ZEGT:
Her-neA
tm De Heers Chocolade- en Biscuitfabrieken
JPNET ECHTI F
C.J.M. HILLING Heerengr. 435 • Amsterdam-C.
Htfcan Boub«r biacbt i „NET 6R00TE NUMMER
.WAAKCM
ziT v TOCH Te MCHEN •BIJ'oe.'ZÊ rRa&goit '7,.,^, //,»,- /( . ,/„ .U0„v}
I^ZTV^JITXI^-: ^lt^^^sX^ST^^a^e^^r^ P-Wi^om Verstegen, A'aam. Uit.eefster: postglro 78676. - AbonnementsprUs voor Nederland ƒ 7 80 per jLf ƒ sTo per half i^r ?1^Ufl ' ^ ,AL»am"Z ' t61^0011 21511. 21424, 98146; CINEMA & THEATER — 34ste Jaargang — Xo. 7 — 12 Fefn t/art 1944
-•;v»,> fi. :i.!
Straubvrstr i! „Nooit fflMr jiloarscii!" rADMELCOIE": ■ EEN FILM OVER BERLIJN ToonMlprtmlèra: „Hat Qrooto Nummar" Rondom da Microfoon Camara-Confidanties Ata Karl SchBitbOek slaapt.... Toon« : „Ik ga van Ja wag...'
ar ola
HI
speelt de hoofdrol In de Tobl»' ..Nooit mi^ Jaloersel^l". waarover w|| in dit eummeri»clir"