Hoogbegaafdheid = Prikkelgevoeligheid?
Door: Mariëlle Beckers & Sonja Borgsteede Datum: 06.11.14
7 november 2014 - pagina 1
7 november 2014 - pagina 2
Programma • Wie zijn wij? • Hoogbegaafdheid • •
Een overzicht De rol van ‘gevoeligheid’
• Prikkelgevoeligheid bij hoogbegaafde kinderen • • •
Wat zijn verklaringen? Hoe ziet dat eruit? Hoe kun je deze kinderen helpen?
• Vragen
7 november 2014 - pagina 3
Wie zijn wij? Mariëlle Beckers en Sonja Borgsteede • Orthopedagoog (NVO) en Psycholoog NIP Vorige banen • Veel ervaring opgedaan met diagnostiek, onderwijs- en opvoedadvies • Mariëlle o.a. vanuit JeugdRiagg • Sonja als onderwijsadviseur bij een Onderwijsbegeleidingsdienst (OBD) en casemanager bij een Permanente Commissie Leerlingzorg (PCL) Eigen praktijk: Buro Bloei • Voor talentontwikkeling van alle kinderen (specialisme ‘hoogbegaafdheid’) • ‘Specialist in Gifted Education’ (ECHA) • Diagnostiek, advies en begeleiding • Ook: beiden docent aan UvA (hechten veel belang aan wetenschap)
7 november 2014 - pagina 4
Hoogbegaafdheid
De kennis over en de visie op hoogbegaafdheid heeft zich vanaf begin 20e eeuw sterk geëvolueerd…
Van een unidimensionele visie ‘Hoogbegaafd = Hoog IQ’
multidimensionele visies ‘Hoogbegaafd = Hoog IQ + andere persoonlijkheidseigenschappen + omgevingsfactoren’
7 november 2014 - pagina 5
Hoogbegaafdheid – een overzicht 1
Standaardnormaalverdeling van IQ
7 november 2014 - pagina 6
Hoogbegaafdheid – een overzicht 2
‘Three-Ring Conception of Giftedness’ (Renzulli, 1978)
7 november 2014 - pagina 7
Hoogbegaafdheid – een overzicht 3 Triadisch Interdependentiemodel’ (Mönks, 1985) School
Gezin Buitengewone capaciteiten
Creativiteit
Buitengewone capaciteiten
Hoogbegaafd
Motivatie Motivatie
Peers
7 november 2014 - pagina 8
Creativiteit
Hoogbegaafdheid – een overzicht 4 ‘Munich model of Giftedness and Talent’ (Heller, 1992; 2000)
7 november 2014 - pagina 9
Kortom, hoogbegaafdheid is: 1. Een (zeer) hoge intelligentie 2. Een combinatie van niet-cognitieve persoonlijkheidsfactoren 3. Protectieve omgevingsfactoren
Dit maakt dat hoogbegaafde kinderen beschikken over een heel specifieke ‘persoonlijkheid’ (Silverman, 1990).
Hierin speelt ‘gevoeligheid’ (intensiteit) een grote rol (Tucker & Hafenstein, 1997).
7 november 2014 - pagina 10
‘Characteristics of Giftedness scale’ (Silverman, 1990) Kenmerken zijn op te delen in de domeinen: cognitief / emotie / perceptie / motivatie / sociale relaties
7 november 2014 - pagina 11
Prikkelgevoeligheid bij hoogbegaafde kinderen Verklaringen • Persoonlijkheidseigenschappen gerelateerd aan emotionele intensiteit en sensitiviteit (Piechowski, 2003; Webb, 1994)
• Informatieverwerking in de hersenen A) Verloopt sneller B) Is dieper en efficiënter C) Voortdurend gericht op nieuwe prikkels
7 november 2014 - pagina 12
A) Snellere informatieverwerking Een hoogbegaafde: • Bouwt rijkere en meer complexe kennisrepresentaties op (neurale netwerken) (Patterson, 1996) • Is in staat hier continu op voort te borduren • Hoe complexer de structuur, hoe sneller nieuwe informatie zinvol kan worden ingevoegd een bestaande structuur (Gallagher, 2003)
Er komt dus VEEL informatie binnen, ook irrelevante informatie!
7 november 2014 - pagina 13
B) Diepere en meer efficiënte informatieverwerking • Informatie wordt dieper verwerkt omdat het wordt ingepast in bestaande kennis (Anderson, 1995) • De verwerking verloopt efficiënter doordat er snel kan worden geleerd van eerdere ervaringen (Anderson, 1995)
Informatie blijft langer ‘hangen’ Informatie heeft meer impact
7 november 2014 - pagina 14
C) Info.verwerking voortdurend gericht op nieuwe prikkels • Informatie wordt dusdanig snel verwerkt, dat hersenen zoeken naar nieuwe stimulans (Anderson, 1995) • Daardoor is bij hoogbegaafde kinderen sprake van een verhoogde sensitiviteit voor veranderingen in de omgeving (Jolles, 2006) Veel associaties (activatie in verschillende gebieden tegelijk) > vereist veel selectie > kost energie Voortdurend conflict tussen stimulans zoeken en overprikkeling
7 november 2014 - pagina 15
Prikkelgevoeligheid bij hb-kinderen Hoe ziet dat eruit? • Cognitive overload • ‘Overexcitabilities’ (Dabrowski) • • • • •
Psychomotorisch Zintuiglijk / sensueel Intellectueel Imaginair Emotioneel
7 november 2014 - pagina 16
‘Cognitive overload’
7 november 2014 - pagina 17
Overlap met symptomen van bijvoorbeeld ASS / ADHD Kind kan zich opeens ‘gek’ gedragen omdat het (even) geen cognitieve ruimte heeft voor adequate reacties, of inhibitie; • • • •
Terugtrekken Sociaal onhandig gedrag Boos Druk/hyperactief…
Dit kan leiden tot misdiagnoses
7 november 2014 - pagina 18
Overexcitabilities (O.E.)
= Super ‘stimuleerbaarheid’, hoge prikkelgevoeligheid, ergo:
• Een hoogbegaafd kind heeft minder stimulans nodig om een reactie op te roepen; • Stimuli geven heftigere en langdurigere reacties; • Ervaringen zijn complexer en hebben een rijkere structuur.
Veel wetenschappelijke evidentie voor de theorie van Dabrowski, o.a. door: Kitano (1990), Lind (1993), Tucker & Hafenstein (2011), Chang & Kuo (2013).
7 november 2014 - pagina 19
O.E. 1. Psychomotorisch Manifesteert zich op twee manieren: 1. Een overdaad aan energie (Beweeglijkheid, opgewondenheid, snel praten, lichamelijke onrust, veel gebaren maken, weinig slaapbehoefte, etc..)
2. Nervositeit (Tics, nagelbijten, impulsief gedrag, trommelen met de vingers, etc..)
7 november 2014 - pagina 20
O.E. 2. Zintuiglijk / Sensueel Verhoogde prikkelgevoeligheid voor zintuiglijk en esthetisch vermogen. Het kan zich uiten in: • Sterk genieten van zintuiglijke waarnemingen, schoonheid, beeldende kunst, literatuur, muziek, geluiden, kleur, vormen, verhoudingen, natuur;
• Drang naar comfort en luxe, behoefte om bewonderd te worden, snelle geprikkeldheid van huid (labels in kleren, naadjes van sokken).
7 november 2014 - pagina 21
O.E. 3. Intellectueel HET kenmerk van kinderen met een hoog IQ! • Neiging tot het stellen van diepgravende vragen, het oplossen van problemen en het zoeken naar dé waarheid; • Intellectuele honger, onverzadigbaar; • Intense ‘brein-activiteit’.
7 november 2014 - pagina 22
O.E. 4. Imaginair Bij hoogbegaafde kinderen heeft het verbeeldingsvermogen vaak ‘vrij spel’. Dit kan zich uiten in: • Gebruik van beelden, metaforen in taal, poëtisch taalgebruik, levendige visualisaties; • Dramatiseren, magisch en animistisch denken, inventief en fantasievol zijn, imaginaire vriendjes hebben; • Snel afgeleid zijn, wisselende aandacht en dagdromen.
7 november 2014 - pagina 23
O.E. 5. Emotioneel (Deze O.E. kent de meeste uitingsvormen en is vaak de eerste die ouders/school merken)
Prikkelgevoeligheid voor de intensiteit en complexiteit van emoties, andere dingen voelen dan anderen, zeer sterk aanvoelen wat de emoties van anderen zijn en zich daarmee identificeren. • Complexe gevoelens en emoties, verfijnd gevoelsbewustzijn, sterk vermogen tot empathie, sterke gehechtheid aan personen, dieren, of plaatsen; • Kunnen heel zelfbewust en daardoor soms verlegen zijn.
7 november 2014 - pagina 24
Kinderartsen trekken aan bel
7 november 2014 - pagina 25
Hoe kun je het prikkelgevoelige, hoogbegaafde kind helpen?
7 november 2014 - pagina 26
Omgeving • Lege muren • Plek in de klas • Maak dag/week planning
7 november 2014 - pagina 27
Ruimte geven om te bewegen • Sport (hardlopen), werkt positief op o.a. concentratie en geeft fijn gevoel door vrijkomen adrenaline en dopamine (Kuo 2004; Hoza et al.,2014) • Muziek (drummen!) • Gymnastiek • Koffie halen
7 november 2014 - pagina 28
Maar ook niet teveel! • Enerzijds behoefte aan extra sport of uitdaging, maar teveel activiteit kunnen ervoor zorgen dat kinderen weer overprikkeld of oververmoeid raken • Stel grenzen als ouders/opvoeders
7 november 2014 - pagina 29
Cognitief • Niet teveel tegelijk
• Let ook op internet! • Rust, stimuleert ook creatief denken (Carroll, Parker & Inkson 2010; Gasper & Middlewood 2014)
7 november 2014 - pagina 30
Kind zelf (leren te ontspannen) • Mindfulness (Bögels, Sijbers & Voncken, 2006) • Oefeningen (inhibitie) • Muziek luisteren
• Lezen
7 november 2014 - pagina 31
Tips Websites:
http://www.lesmateriaalvoorhoogbegaafden.com/ http://www.gelukkighb.nl/ http://www.slimeducatief.nl/nl/ Boeken: Temperamentvolle kinderen- Eva Bronsveld Peachfull parents happy kids, vertaling binnenkort verkrijgbaar zie http://www.hogrefe.nl/nieuws/nieuwsbericht/over-knuffelmonsters wij-momenten-en-time-in Stilzitten als een kikker (Mindfulness)- Eline Snel Mindfull kids, heartfull kids – George Langenberg en Rob Brandsma
7 november 2014 - pagina 33
Literatuur Anderson, J.R. (1995). Learning and memory. An integrated approach. John Wiley & Sons, Inc. Betsy Hoza, Alan L. Smith, Erin K. Shoulberg, Kate S. Linnea, Travis E. Dorsch, Jordan A. Blazo, Caitlin M. Alerding, George P. McCabe. A Randomized Trial Examining the Effects of Aerobic Physical Activity on AttentionDeficit/Hyperactivity Disorder Symptoms in Young Children. Journal of Abnormal Child Psychology, 2014; DOI: 10.1007/s10802-014-9929-y Bogels, S., Sijbers, G.F.V.M., Voncken, M. (2006). Mindfulness and Task Concentration Training for Social Phobia: A Pilot Study. Journal of Cognitive psychotherapy, Vol. 20-1. pp 33-44. Carroll, B.J., Parker P. &Inkson, K. (2010). Evasion of boredom; An unexpected spur to leadership? Human Relations, 63, 1031-1049. Kuo, F. E., Taylor, A.F. (2004). A Potential Natural Treatment for Attention-Deficit/Hyperactivity Disorder: Evidence From a National Study. Am J Public Health. 2004. pp 1580–1586
Chang, J.C., & Kuo, C.C. (2013). Overexcitabilities: Empirical studies and application. Learning and Individual Differences 23, 53-63. Dabrowski, K. (1964). Positive Disintegration. Boston, MA: Little Brown. Gallagher, J.J. (2003). Issues and Challenges in the Education of Gifted Students. In: N. Colangelo & G. Davis (Eds.). Handbook of Gifted Education (3rd Ed., pp. 11-23), Boston: Pearson Education.
7 november 2014 - pagina 34
Gasper, K., Middlewood, B,L. (2014). Approaching novel thoughts: Understanding why elation and boredom promote associative thought more than distress and relaxation. Journal of experimental psychology (52) 50-57 Jolles, J., Groot, R. de, Benthem, J. van, Dekkers, H., Glopper, C. de, Uijlings, H. & Wolff- Albers, A. (2006). Brain Lessons. Neuropsyc Publishers. Kitano, M. (1990). Intellectual abilities and psychological intensities in young children. Implications for the gifted. Roeper Review, 13(1), 5-10. Lind, S. (1993). Are we mislabeling overexcitable children. Understanding Our Gifted, 5A, 8-10. Patterson, D.W. (1996). Artificial neural networks. Theory and applications. Prentice-Hall, Englewood Cliffs, NJ. Piechowski, M.M. (2003). Emotional and spiritual giftedness. In: N. Colangelo & G. Davis (Eds.). Handbook of Gifted Education (3rd Ed., pp. 403-416), Boston: Pearson Education. Tucker, B. & Hafenstein, L. (1997). Psychological Intensities in Young Gifted Children. Gifted Child Quarterly, 41(3), 6675. Webb, J.T. (1994). Nurturing the social emotional development of gifted children. (Report No. EDO-EC-93-10). Reston, VA: Council for Exceptional Children. (ERIC Document Reproduction Serive NO. ED 372 554). Treffinger, D.J. (1985). Review of the Torrance Tests of Creative Thinking. In J. V. Mitchell Jr. (Ed.), The ninth mental measurements yearbook (pp. 1632-1634). Lincoln: University of Nebraska, Buros Institute of Mental Measurements. Treffinger, D.J., Isaksen, S.G., & Dorval, K.B. (1994). Creative problem-solving: An overview. In M. A. Runco (Ed.), Problem finding, problem solving, and creativity (pp. 223-236). Norwood, NJ: Ablex.
7 november 2014 - pagina 35
Hartelijk dank voor de aandacht!
7 november 2014 - pagina 36