Hogeschool van Amsterdam Opleiding Interactieve Media SBC V2 2011-12
Programma SBC (Studieloopbaancoaching ) V2 Blok 1 Week
Vorm:
Toelichting
1
Klassenbijeenkomst
29 aug
Klassenbijeenkomst • vooruitkijken blok 1 • toelichten sl-coaching
3
sl-coaching
Behandelen: • Minorkeuze • Studievoortgang • studieachterstand (studieplan maken: hier evt. groepjes op selecteren)
Aanwezigheid
12 sept 5 26 sept
sl-coaching
7
sl-coaching
• • •
10 okt
17 okt
9 31 okt
Toetsing
Studievoortgang Studieachterstand Bespreken studieplan
Aanwezigheid
Roostervrij – Herfstreces
Behandelen: • Hoe verloopt het kernproject? Wat leer ik er? • Eigen rol in projectmatig werken? • Wat gaat goed en wat gaat minder goed?
Evaluatie eerste blok.
SBC V2 –studiejaar 2011-2012 MS
Opleveren POP en PAP (zie criteria blok 1)
2
Inleiding: Binnen Studie en Beroeps Coaching stelt de opleiding jou in staat om als beginnend IAMprofessional je eigen ontwikkeling op te pakken onder begeleiding van een coach. Je volgt weliswaar een studie, maar toch ben je al een loopbaan begonnen die in eerste instantie moet leiden naar de kwalificatie van beginnend beroepsbeoefenaar op het moment van je diplomering. In deze ontwikkeling bieden wij je coaching aan. Deze begeleiding is een specifieke vorm van methodische studiebegeleiding waarin je steeds weer op je beroepsontwikkeling reflecteert. In de bijeenkomsten met je coach bespreek je zowel klassikaal (eerste en laatste week van het blok) én in je coachingsgroep allerlei zaken die te maken hebben met jouw beroepsontwikkeling. Dat wat je leert tijdens je studie zal een leidraad zijn. De coach zal hierin een stimulerende en sturende rol vervullen. Studie en Beroeps Coaching moet jou gaan helpen je eigen studie en loopbaan zelfstandig te gaan sturen. Hierin spelen eigenlijk alle (in- en externe) activiteiten die je tijdens je opleiding volgt en alle processen die je meemaakt (en wat je daar vervolgens weer van leert) een rol. Zo krijg je inzicht in wie je bent, wat je wilt en wat je kunt in je rol van beginnend IAMprofessional. In de propedeuse word je door de studie heen ‘geleid’. In het tweede en derde leerjaar, de V1 en de V2, wordt je ‘begeleid’, zodat je in het afstudeerjaar zelfstandig kunt opereren en je jouw coach op afspraak kunt consulteren. Wij vinden het van wezenlijk belang dat jij tijdens je studie weet waar je mee bezig wilt zijn en leert wat je mogelijkheden en beperkingen zijn t.a.v. het beroep van IAM-professional. De opleiding vindt dat jij zelf de verantwoordelijkheid voor je eigen ontwikkeling in de hand moet en kan nemen en wil jou en jouw ontwikkeling ondersteunen bij dit zelfstandige proces in de vorm van studie- en beroepscoaching. Tijdens dit studieonderdeel ga je dus op ontdekkingstocht naar jezelf en naar het beroep van IAM-er, om steeds te kunnen bepalen: wil ik dit, kan ik dit en wat moet ik doen om dat te leren wat belangrijk is voor mij en het beroep.
SBC V2 –studiejaar 2011-2012 MS
3
Het POP en het PAP In de V2 ga je werken aan een Persoonlijk Ontwikkel Plan (POP) en een Persoonlijk Activiteiten Plan (PAP). Deze ‘producten’ vormen jouw ‘tools’ om je eigen ontwikkeling en groeiende bekwaamheid als IAM-professional aan te tonen. SWOT De term SWOT komt uit het Engels: Strengths, Weaknesses, Opportunities, en Threats. In gewoon Nederlands: een sterkte-zwakte analyse. Hier ligt voor jou het startpunt om een beter zicht te krijgen op je kunnen en middelen om dat gestructureerd aan te pakken. Door de invulling van je persoonlijke SWOT krijg je meer inzicht in je sterke en zwakke kanten en in kansen en bedreigingen voor jou.
Intern
Extern
Positief Je sterke kanten o Waar ben je goed in? o Wat draagt bij aan je succes? o Wat zijn je beste prestaties tot nu toe? o Wat zijn je ambities? o Welke motieven dragen bij aan je succes? o …………? Kansen voor je studie/loopbaan o Welke kansen, trends en uitdagingen zie jij in het beroepenveld van je studie? o Wat doe jij om die kansen te benutten? o Welke doelen heb jij je gesteld voor je studie/loopbaan? o Welke kansen zie jij voor jezelf door ontwikkelingen in het beroepenveld? o …………….?
Negatief Je zwakke kanten o Waar ben je zwak in? o Waar heb je veel moeite mee als het om jezelf gaat? o Welke slechte ervaringen verklaren je zwaktes? o Wat zou je graag veel beter kunnen o Hoe worden je prestaties door je zwakke kanten beïnvloed? o ……………..? Bedreigingen voor je studie/loopbaan o Welke bedreigingen ervaar je in je omgeving? o Zie je hindernissen voor het verdere verloop van je studie/loopbaan? o …………..?
POP en PAP Het opstellen van een POP en daarop aansluitend een PAP is een hulpmiddel om bewuster met je eigen leerproces bezig te zijn. Het is een middel om sterke en zwakke punten in kaart te brengen, te kijken naar wat je ambities zijn en hoe je die kunt waarmaken. Een belangrijk onderdeel van je POP is het formuleren van je leerdoelen. In je PAP beschrijf je hoe je leerdoelen daadwerkelijk gaat behalen. Dit doe je volgens de SMART methode (zie hoofdstukje hieronder). Bij het volgende beoordelingsmoment kijken we terug, middels je reflectieverslagen in je POP, naar wat je wilde bereiken en de manier waarop maar vooral of het gelukt is. Dit is een methode om zelfstandig stappen te ondernemen om je kwaliteiten te verbeteren en versterken. Jij bepaalt steeds meer dan voorheen waar je heen wilt en leert actief te leren en dit nu en in de toekomst toe te passen.
SBC V2 –studiejaar 2011-2012 MS
4
Hoe stel je een Persoonlijk Ontwikkel Plan(POP) op? Het is de bedoeling dat je gaat leren beschrijven wat je wilt ontwikkelen. Binnen de opleiding krijg je natuurlijk veel aangeboden maar het is in toenemende mate belangrijk om na te denken over wat je zelf wilt. Wat verdient meer aandacht maar ook wat zijn je eigen fascinaties en welke specifieke richtingen binnen het vak spreken je aan. De vragen die daarbij kunnen helpen: Wat wil ik bereiken? (leerdoelen!) Waarin ben ik goed? (sterke kanten) Wat zijn belemmeringen voor mijzelf en mijn studie? (zwakke kanten) Welke werkomgeving heb ik nodig om optimaal te kunnen functioneren? (leer- en werkstijl) Welke vaardigheden heb ik nog niet? Hoe werk en functioneer ik en wat zijn de effecten? Met andere woorden: wat doe ik in bepaalde situaties die van belang zijn voor de studie/mijn beroep en waartoe leidt dit gedrag dan? (bijv. m.b.t. de uitwerking van een opdracht, samenwerking met anderen, presentaties aan docent, voortgangsgesprekken, omgang met deadlines en werkdruk etc.). Hoe stel je een Persoonlijk Activiteiten Plan (PAP) op? Uitgangspunt bij een PAP zijn de leerdoelen uit je POP. Wat kan ik anders en/of beter doen? In het PAP gaat het of de manier waarop je leerdoelen wilt realiseren. Het betreft dus acties en je beschrijft dit ook in actieve vorm, in de vorm van de SMART-methode. Wat kan je helpen: Wat (of wie) heb je ‘in huis’ om je te helpen te komen waar je wilt (hulpbronnen: docenten, medestudenten, vrienden, ouders, boeken, internet etc.). Hoe is mijn planning? Maak een weekschema waar alles in staat: ook werk en vrije tijd. Wees reëel in wat je doet en kijk waar je met je tijd zou kunnen schuiven. Hoe werk je: beschrijf wat je in een proces allemaal doet en kijk of dat anders moet. Breng structuur aan. Als dat niet lukt vraag hulp en werk iets uit met je coach. De vorm van een POP en PAP is geheel vrij. Leerdoelen SMART formuleren De meest gebruikte manier om goede doelen te maken is de SMART methode. SMART staat voor: S = Specifiek M = Meetbaar A = Acceptabel R = Realistisch T = Tijdgebonden Specifiek Om een doel specifiek te maken moet je jezelf de W-vragen stellen: · Wat wil je bereiken? · Wie is er bij betrokken? · Waar gaat het gebeuren? · Wanneer gebeurt het? · Waarom wil je het bereiken?
SBC V2 –studiejaar 2011-2012 MS
5
Meetbaar De meetbaarheid wordt meestal aangegeven in getallen. Meetbaarheid kan ook zichtbaar gemaakt worden door het doel te vergelijken met bestaande procedures, kwaliteitseisen, normen, handleidingen of systemen. Acceptabel De A staat ook wel voor Aanwijsbaar of Actiegericht. Vragen zijn daarbij? · Is het voor jezelf haalbaar? · Is er voldoende draagvlak om het doel te behalen? · Is het actiegericht en leidend tot resultaat? LET OP: het gaat niet om de acties zelf maar om het resultaat! Realistisch Is het doel haalbaar, geeft het voldoende uitdaging. Een doel moet niet te makkelijk zijn maar ook niet te moeilijk. Vragen zijn: · Is het doel haalbaar voor mij en/of anderen? · Zijn de inspanningen niet te hoog of te laag? · Staan de inspanningen in relatie met het resultaat? Tijd Een goed doel moet minimaal één datum hebben. Vaak worden meerdere data genoemd, zoals start-, eind- en tussendata. Schrijf dit ook in je agenda! Goede voorbeelden • Dit jaar wil ik 60 studiepunten van mijn IAM opleiding halen én alle achterstand uit de propedeuse werkwerken. • Over 5 jaar wil ik projectmanager zijn, verantwoordelijk voor IAM-projecten van 100.000 tot 1.000.000 euro. • Ik wil over 10 jaar senior adviseur zijn bij een full-service-media bedrijf. Slechte voorbeelden • Ik wil een leuke baan (niet specifiek, niet meetbaar, niet tijdgebonden). • We worden de beste in onze markt (niet meetbaar, niet tijdgebonden). • Om de arbeidsparticipatie te bevorderen moeten mensen terugkeren in het arbeidsproces en langer werken (Koningin Beatrix, Troonrede 2004).
SBC V2 –studiejaar 2011-2012 MS
6
Vak: Studiejaar Periode: Aantal studiepunten:
Studie en Beroepscoaching V2 Blok 1 en 2 1 stp over SBC blok 1 & 2 1 stp voor het V2 assessment
Leerdoelen: • Het zelfstandig kunnen vormgeven van eigen competentieontwikkeling en studieloopbaan. • Op basis van de evaluatie en reflectie op je korte stage een persoonlijk ontwikkelplan (POP) kunnen ontwikkelen. • Het gericht kunnen vergaren en selecteren van informatie t.b.v. je oriëntatie op je Minor en afstudeerjaar. • Het kunnen reflecteren t.b.v. verdere persoonlijke en professionele ontwikkeling. • Het kunnen bewaken en bevorderen van eigen studievoortgang. • Kunnen vaststellen van je eigen sterkten en zwakten, gelet op de beroepsvereisten. Competenties: Methodisch en reflectief denken en handelen. De student: • kan gericht reflecteren op de eigen beroepsontwikkeling en leerdoelen formuleren; • kan de juiste methode kiezen voor het werken aan een interactieve media project op basis van vakkennis en ervaring; Communicatief vermogen. De student: • kan zich inleven in en communiceren met opdrachtgevers en eindgebruikers; • zet bij de communicatie op gepaste wijze diverse media in bij het overdragen van ideeën en concepten; • kan in het Nederlands foutloos presenteren, rapporteren en documenteren zowel in gesproken als geschreven vorm; • kan in het Engels eenvoudige documenten opstellen en presentaties houden; Plaats in het leerplan Studie- en beroepscoaching bestaat uit een aantal bijeenkomsten met je coach. De bijeenkomsten met je coach zijn bedoeld om je te ondersteunen bij het bewust leren omgaan met en leren kijken naar je studieloopbaanontwikkeling. Het samenstellen en presenteren van je persoonlijke ontwikkelplan, je POP, met daarin je SWOT en je persoonlijke activiteitenplan, je PAP, vormt hierbij het middel om je verdere ontwikkeling naar startend professional vast te leggen. Werkwijze: In de eerste en laatste week van het blok is er een klassikale bijeenkomst. Daarnaast spreek je de studieloopbaancoach 2 x per blok volgens een vastgesteld rooster. Deliverables Blok 1: 1. Een POP en PAP. • geschreven in correct Nederlands SBC V2 –studiejaar 2011-2012 MS
7
• • • •
met paginanummering originele kaft voorzien van kop- en voettekst eventueel voorzien van bronvermeldingen
2. indien nodig een studieplan Toelichting: • een persoonlijk ontwikkelplan (POP) op waarin is opgenomen: o Reflectie op de stage o Een (of meerdere) bestaande, realistische vacatures waar je naar toe wilt groeien + motivatie (waarom kies ik…). o Een swot, een sterkte-zwakte analyse van jezelf. o Een cijferoverzicht van V1. o Plan van aanpak t.a.v. de evt. herkansingen komend jaar. • De student levert een persoonlijk activiteitenplan op (PAP) waarin is opgenomen: o Motivatie van de Minorkeuze. o Voorstel studieregiepunten. o Een studieplan t.a.v. de realisering van eventuele herkansingen. Criteria: POP De student geeft in het POP een goed beeld van zijn/haar leerdoelen, affectie en ambitie voor de komende periode. De student heeft een SWOT gemaakt die past bij zijn competenties op dit moment. De student reflecteert in het POP op zijn/haar competentie-ontwikkeling in de afgelopen periode. PAP De student stelt in het PAP de acties op om zijn/haar gestelde leerdoelen en ambitie voor de komende periode waar te maken. De student heeft zijn minorkeuze onderbouwd. De student heeft een gedegen plan beschreven hoe de studieregiepunten worden ingevuld. Studieplan (indien noodzakelijk) De student heeft, indien nodig, grip op zijn/haar herkansingen door het opstellen van een studieplan.
Beoordeling De beoordeling van blok 1 is in de vorm van een cijfer. Samen met de beoordeling van blok 2 wordt het cijfer voor SBC 3.2 bepaald, wat doorgegeven wordt aan de cijferadministratie. In blok 2 kun je alleen een AVV halen omdat je in blok 2 je voorgenomen acties uit het PAP moet uitvoeren.
Herkansing: Wanneer jouw POP en PAP niet alle onderdelen bevat, maak je met je SBC-docent goede afspraken wanneer je die als herkansing gaat opleveren, maar uiterlijk binnen 3 weken.
SBC V2 –studiejaar 2011-2012 MS
8
Deliverables Blok 2: 1. • • • • •
Een POP en PAP geschreven in correct Nederlands met paginanummering originele kaft voorzien van kop- en voettekst eventueel voorzien van bronvermeldingen
2. indien nodig een studieplan POP • Definitieve minorkeuze met onderbouwde motivatie. • Reflectie op de ondernomen activiteiten die je hebt benoemd in het PAP. PAP • Uitgevoerde acties t.b.v. je studieregiepunten. • Een studieplan t.a.v. de realisering van eventuele herkansingen. Criteria POP De student geeft in het POP een goed beeld van zijn/haar leerdoelen, affectie en ambitie voor de komende periode. De student reflecteert in het POP op zijn/haar competentie-ontwikkeling in de afgelopen periode. De student heeft definitief gekozen voor een minor en een akkoord van de examencommissie (indien nodig). PAP De student heeft de opgestelde acties uit zijn/haar PAP uit blok 1 en 2 uitgevoerd. Studieplan (indien noodzakelijk) De student heeft, indien nodig, grip op zijn/haar herkansingen door het opstellen van een studieplan.
Beoordeling De beoordeling van blok 2 is in de vorm van een AVV. De beoordeling van blok 1 (SLC 3.2) wordt bekrachtigd door het AVV van blok 2 en dan doorgegeven aan de cijferadministratie.
Herkansing: Wanneer jouw POP en PAP niet alle onderdelen bevat, krijg je een deadline wanneer je aan je verplichtingen moet hebben voldaan. De herkansing vindt plaats in samenspraak met je SBC-docent maar wel uiterlijk binnen 3 weken na afloop van blok 2.
SBC V2 –studiejaar 2011-2012 MS
9