Hoe zwart moet de handel het inzien? Witboek van de handel
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 3
Inhoud
Executive Summary
8
Context en objectieven van de studie
14
Analysekader
24
Objectivering van de factoren die het concurrentievermogen in België beïnvloeden Synthese en aanbevelingen
32
Colofon
90
Verantwoordelijke uitgever: Dominique Michel Grafisch ontwerp: Apunta
Bijlagen
102
Comeos vzw · E. Van Nieuwenhuyselaan 8 · 1160 Bruxelles T 02 788 05 00 · F 02 788 05 01 · www.comeos.be
Download het witboek van de handel
Inleiding Waarom hebben we een Witboek van de handel in België nodig? De uitgebreide studie van Arthur D. Little plakt eindelijk duidelijke cijfers op het concurrentienadeel dat handelaars in België hebben tegenover hun buitenlandse collega’s. Dat gebrek aan concurrentiële slagkracht heeft verstrekkende gevolgen voor onze sector en, bij uitbreiding, voor onze economie. De Belgische handelaar moet meer kosten maken dat zijn buitenlandse collega’s om een vergelijkbare omzet te hebben. Door zo veel mogelijk te vermijden dat die kosten aan de consument worden doorgerekend, komen de marges onder druk – wat ook de Nationale Bank van België al voorrekende: de marges in de Belgische handel zijn de laagste in de hele eurozone. Een ander gevolg van die lagere financiële slagkracht, is de aanwervingspolitiek: onze handelaars kunnen hun volledige potentieel niet benutten. Wat door de OESO wordt bevestigd: we scoren onder het terwerkstellingsgemiddelde in de handel. Ten slotte heeft dat concurrentienadeel een potentiële impact op de prijs die de consument aan de kassa betaalt. Bepaalde producten kunnen in de ons omringende landen soms goedkoper worden verkocht dan bij ons het geval is.
Comeos - Witboek van de handel
Dat concurrentienadeel zal bovendien nog versnellen met de opkomst van e-commerce. Net nu online winkelen eindelijk ook in België oppikt en de laatste drempel (de fysieke verplaatsing naar buitenlandse handelaars) wegvalt, dreigen de handelaars voor een tweede keer de dupe te worden van hun concurrentienadeel. Het witboek heeft, gelukkig, ook positieve elementen voor onze consument: het leert ons dat de Belg wordt verwend door zijn handelaar. In vergelijking met de buurlanden vind de consument meer winkels dicht bij huis, en in die winkels is de dienstverlening ook opmerkelijk beter. Dit Witboek van de handel maakt duidelijk dat er actie nodig is. Op alle beleidsniveaus moet worden beseft dat de Belgische handel structurele en ingrijpende maatregelen nodig heeft, willen we onze rol van inflatiebestrijder en werkgever blijven vervullen.
Dominique Michel, Gedelegeerd bestuurder Comeos
- 9 mei 2012 | 5
Inleiding Verschillende internationale instellingen hebben al gewezen op het gebrekkige concurrentievermogen van de handel in België, dat tot uiting komt in een prijsverschil voor de consument. De problematiek van het concurrentievermogen van de Belgische handel ten opzichte van de buurlanden vormt dan ook een grote uitdaging om ervoor te zorgen dat de sector kan bijdragen aan de verwezenlijking van de regeringsdoelstellingen op het vlak van economische groei en nieuwe werkgelegenheid, waarbij tegelijkertijd aan de consument een gunstige prijsevolutie moet worden gegarandeerd. In een aantal recente studies werd de concurrentiegraad van de Belgische handel in perspectief geplaatst en werd de impact van de reglementering op het concurrentievermogen geschetst. In andere – eveneens recente – studies werd dan weer getracht om specifiek het prijsverschil in supermarkten voor de consument te objectiveren. In deze studie, die op verzoek van Comeos werd uitgevoerd, was het echter de bedoeling om alle factoren te objectiveren die het concurrentievermogen van de handel in België t.o.v. de buurlanden (positief of negatief) kunnen beïnvloeden en hun impact te evalueren op de kostenstructuur van de ondernemingen in drie representatieve handelssectoren, met name de detailhandel met nadruk op voeding (‘Supermarkten’), de textielsector (‘Fashion’) en de sector van elektrische huishoudapparaten (‘Electro’). Naast de ervaring van ons kantoor in de sector werden deze werkzaamheden uitgevoerd aan de hand van een grondige analyse van alle beschikbare studies en statistieken en gesprekken met tal van actoren in de betrokken sectoren, gecombineerd met de analyse van vertrouwelijke cijfergegevens die door de leden van Comeos werden aangebracht.
Comeos - Witboek van de handel
Het resultaat van de studie is duidelijk: aan de hand van de analyses konden acht problematieken worden geïdentificeerd die leiden tot een beduidende handicap van de Belgische handel inzake concurrentievermogen ten opzichte van de buurlanden. Bijgevolg lijkt het ons van cruciaal belang om op een overlegde manier een aantal maatregelen ten gronde te nemen om het concurrentievermogen van de ondernemingen in de Belgische handel te versterken, waardoor een gunstige prijsevolutie voor de consument kan worden gegarandeerd en nieuwe banen kunnen worden gecreëerd, rekening houdend met de huidige budgettaire beperkingen en het noodzakelijke evenwicht van de overheidsfinanciën. De studie wordt afgesloten met een aantal denksporen om de geobjectiveerde kernproblematieken aan te pakken, waarvan de uitvoering vereist dat alle betrokkenen van de sector, op verschillende bevoegdheidsniveaus, deelnemen.
François-Joseph Van Audenhove Partner, Arthur D. Little
- 9 mei 2012 | 7
Executive Summary
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 9
Executive Summary
Context en doelstellingen van de studie Verschillende internationale instellingen hebben al gewezen op het gebrekkige concurrentievermogen van de Belgische handel, dat tot uiting komt in een prijsverschil voor de consument. Het resultaat daarvan is dat elk jaar naar raming 2,5 miljard euro omzet wordt misgelopen en naar schatting zo’n 10.000 banen verloren gaan. In een aantal recente studies werd de concurrentiegraad in de Belgische handel in perspectief geplaatst en werd de impact van de reglementering op het concurrentievermogen geschetst. In andere, eveneens recente studies werd dan weer getracht om specifiek het prijsverschil in supermarkten voor de consument te objectiveren. In die context is het de bedoeling van deze studie om de factoren die het concurrentievermogen van de handel in België ten opzichte van de buurlanden (positief of negatief) beïnvloeden te objectiveren, hun impact op de kostenstructuur van de ondernemingen in de handel te evalueren en aanbevelingen te doen om het concurrentievermogen van de Belgische handel te versterken. In deze studie wordt de handel in België en in zijn voornaamste buurlanden (Frankrijk, Nederland en Duitsland) bestreken en wordt gefocust op drie sectoren die samen bijna 58% van de omzet en 55% van de werknemers vertegenwoordigen: de detailhandel met nadruk op voeding (‘supermarkten’), de kledingsector (‘fashion’) en de sector van elektrische huishoudapparaten (‘electro’).
Objectivering van de factoren die het concurrentievermogen van de handel in België beïnvloeden 1 ten opzichte van de buurlanden De factoren die een invloed kunnen hebben op het concurrentievermogen van de Belgische handel ten opzichte van de buurlanden zijn ingedeeld in tien grote domeinen, die zijn geobjectiveerd aan de hand van een vergelijkende analyse van hun respectieve invloed op het concurrentievermogen van de verschillende landen die door de studie worden bestreken. In vergelijking met zijn buurlanden is België een klein en complex land en wordt het gekenmerkt door een sterke versnippering van de behoeften en de reglementeringen, waardoor schaalvoordelen en gelijksoortige praktijken worden afgeremd. Boven op die structurele complexiteit wordt België gekenmerkt door een fiscale en reglementaire druk die beduidend hoger is dan in de buurlanden. Bovendien hebben de verwachtingen van de Belgische consument op het vlak van nabijheid, kwaliteit en diversiteit van het aanbod invloed op de structurering van de sector en op de kostenstructuur van de ondernemingen in de handel.
Executive Summary
Deze meervoudige complexiteit komt tot uiting in de vergelijkende evaluatie van de factoren die het concurrentievermogen beïnvloeden, waarbij België in het nadeel is ten opzichte van de buurlanden. Samengevat worden in deze studie acht kernproblematieken geïdentificeerd en geobjectiveerd die een beduidende invloed hebben op het concurrentievermogen van de Belgische handel ten opzichte van de buurlanden: 1. Belasting op de toegevoegde waarde: België past standaard btw-percentages toe die 1,4% tot 2% hoger liggen dan in de buurlanden, wat directe gevolgen heeft voor de verkoopprijs in de detailhandel. Zo schommelt de impact van de btw op de verkoopprijs in België tussen 1,2% en 1,7% voor kleding en electro en tussen -0,2% en +0,7% voor supermarkten, naargelang het land waarmee wordt vergeleken. 2. Gedifferentieerde tarifi catie door leveranciers: De handel in België wordt bestraft als gevolg van het gedifferentieerde tariefbeleid dat wordt toegepast door sommige internationale leveranciers van nationale-merkproducten. Dit leidt tot een gemiddeld verschil (ten nadele van België) dat wordt geraamd op 5% tot 6% van de aankoopprijs. Dit verschil in leverancierstarieven tussen België en de buurlanden heeft negatieve gevolgen voor de kostenstructuur van de Belgische ondernemingen tussen 2,6% en 4,3% van de omzet exclusief btw, naargelang van de vergeleken sectoren en landen. 3. Arbeidskost en fl exibiliteit in de arbeidsorganisatie: De Belgische handel lijdt onder een arbeidskost die 9 tot 26% hoger ligt naargelang de betrokken landen en sectoren, wat het concurrentievermogen en extra werkgelegenheid sterk beperken. Deze loonhandicap wordt gedeeltelijk verklaard door de sterk stijgende loonkosten ten opzichte van de buurlanden als gevolg van de grote invloed van de automatische loonindexering en van een relatief oude leeftijdspiramide, gekoppeld aan de toepassing van anciënniteitsgebonden loonschalen. De fiscale druk op de lonen en de omvang van de sociale bijdragen in België vormen eveneens een verklaring. Deze situatie wordt nog versterkt door de starheid van het Belgische arbeidsorganisatiesysteem en het sociale consensusmodel, die de bewegingsruimte van de ondernemingen sterk beperken, gedeeltelijk gecompenseerd door een historisch hogere uurproductiviteit in België. Samengevat: om oplossingen te vinden waardoor de loonhandicap in de Belgische handel kan worden beperkt, moeten tegelijk verschillende variabelen worden aangepakt, wat een constructieve sociale dialoog veronderstelt.
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 11
Executive Summary
4. Handelshuur: De gemiddelde huurkosten voor handelsactiva liggen in België lager dan in de buurlanden, in het bijzonder voor vestigingen in het stadscentrum. Op basis van de analyse van ledengegevens wordt dit kostenvoordeel geraamd op 20% ten opzichte van Frankrijk en 15% ten opzichte van Nederland en Duitsland. Het gemiddelde kostenverschil per m² betekent een concurrentievoordeel voor België en een positieve impact op de kostenstructuur van de handelsondernemingen die wordt geraamd op 0,6% tot 2,2% van de omzet exclusief btw. 5. Reclame: De kosten voor reclame liggen hoger in België dan in de buurlanden als gevolg van de ontwerp- en contactkosten en de dubbele heffing op reclamedrukwerk. Het concurrentienadeel inzake reclamekosten heeft een impact op de kostenstructuur van de handelaars die wordt geraamd op +0,6% tot +0,8% van de omzet exclusief btw, naargelang de sector. 6. Volksgezondheid en voedselveiligheid: De Europese reglementering inzake volksgezondheid en voedselveiligheid is omgezet op basis van een prescriptieve aanpak, met extra kosten voor de handelaars in de supermarktsector tot gevolg. Het concurrentienadeel m.b.t. deze verplichtingen heeft een impact op de kostenstructuur van supermarkten die voorzichtig wordt geraamd op +0,1% van de omzet exclusief btw ten opzichte van de buurlanden. 7. Milieuverplichtingen en -heffingen: De omzetting van de Europese richtlijnen en de ontwikkeling van de milieuheffingen, met inbegrip van de terugnameplichten, bestraffen de handel in België. Het concurrentienadeel dat hieruit voortvloeit voor de kostenstructuur ten opzichte van de buurlanden wordt geraamd op +0,1% tot +0,3% van de omzet exclusief btw, naargelang van de sector. Dit nadeel houdt vooral verband met de overmatige administratieve lasten, de verpakkingsheffingen voor supermarkten en de vele ecotaksen en terugnameplichten voor de electrosector. 8. Verlies en beveiliging: De kosten met betrekking tot de winkelbeveiliging zijn in vergelijking hoger in België als gevolg van de grote omvang van verlies, die hoofdzakelijk door diefstal wordt veroorzaakt, wat in het bijzonder voor de kledingsector extra kosten met zich meebrengt (personeelskosten, investering in uitrusting) om de winkels te beveiligen. Het concurrentienadeel dat daaruit voortvloeit voor de kostenstructuur wordt als onbeduidend beschouwd ten opzichte van Frankrijk en schommelt tussen 0,1% en 0,3% van de omzet exclusief btw ten opzichte van Duitsland en Nederland, naargelang van de sector.
Executive Summary
Voorts zijn nog drie andere problematieken geïdentificeerd die invloed kunnen hebben op het concurrentievermogen van de Belgische handel ten opzichte van de buurlanden, maar deze zijn niet gekwantificeerd wat betreft hun impact op de kostenstructuur: Verbod op verkoop met verlies: Net zoals in Frankrijk is verkoop met verlies in België verboden (behalve in koopjesperiodes), terwijl dat in Nederland en Duitsland wel is toegelaten. Dit kan een concurrentiehandicap vormen ten opzichte van die twee landen. Aangezien op basis van analyses ter zake verkoop met verlies niet onbetwistbaar kan worden gerechtvaardigd, lijkt het verbod op deze praktijk in België gerechtvaardigd voor de sector en de consumenten.
•
Openingsuren: België heeft een strikte reglementering op het vlak van openingsuren voor de handel, wat in combinatie met de hogere loonkosten voor laat werken en zondagwerk leidt tot een concurrentienadeel voor de Belgische handel.
•
Online handel: De ontwikkeling van e-commerce, m-commerce en multichannel-strategieën door de actoren in de handel zouden de vlucht van de consument nog kunnen versterken bij gebrek aan concrete acties om het concurrentievermogen van de handel in België te versterken.
•
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 13
Executive Summary
Samenvatting en aanbevelingen Het concurrentievermogen van de Belgische handel moet absoluut worden versterkt om de doelstellingen van de regering inzake economische groei en nieuwe werkgelegenheid te halen, waarbij tegelijk een gunstige prijsontwikkeling voor de consument moet worden gegarandeerd ten opzichte van de buurlanden.
•
In deze studie konden een aantal problematieken worden geobjectiveerd die een beduidende handicap vormen voor het concurrentievermogen van de Belgische handel ten opzichte van de buurlanden.
•
De gecombineerde impact daarvan op de kostenstructuur van de Belgische handelaar tot 6,8% (% van de omzet exclusief btw) naargelang de sector en het land die in beschouwing worden genomen:
•
- De sectoren die het grootste nadeel ondervinden zijn de electrosector (tussen 5,6% en 6,8%) en de supermarktsector (tussen 4,7% en 6,1%), gevolgd door de kledingsector (tussen 0,5% en 3,8%) (telkens % van de omzet exclusief btw). - De grootste concurrentiehandicaps worden vastgesteld ten opzichte van Duitsland en Nederland. De handicap ten opzichte van Frankrijk is kleiner als gevolg van het relatief kleinere verschil op het vlak van arbeidskost. In de veronderstelling dat die handicap in de prijzen wordt doorberekend, waarbij alles voorts gelijk blijft, zou dit neerkomen op een prijsverschil voor de consument tussen tot 8,5% ten opzichte van de buurlanden.
•
Op korte termijn moeten dus – in overleg – een aantal prioritaire acties ten gronde worden ondernomen om het concurrentievermogen van alle ondernemingen in de Belgische handel te versterken, rekening houdend met de huidige zware budgettaire beperkingen en het noodzakelijke evenwicht van de overheidsfinanciën.
•
Wij bevelen een aantal sporen aan waarmee wordt getracht om de verschillende kernproblematieken die in deze studie worden geobjectiveerd aan te pakken en waarvan de uitvoering de deelname vereist van alle stakeholders van de sector, op verschillende bevoegdheidsniveaus.
•
Context en objectieven van de studie
2,5 miljard euro per jaar door Belgen in buitenland gespendeerd = 10.000 banen verloren in België Talloze studies wijzen op concurrentienadeel voor Belgische handelaars
Objectiveren Analyseren Remediëren
Context en objectieven van de studie
Op basis van de erkende concurrentiehandicap van de Belgische handel t.o.v. de buurlanden, wil deze studie de situatie objectiveren en aanbevelingen formuleren
Context
Geharmoniseerde index van de consumptieprijzen (3)
•
Verschillende internationale instellingen(1) hebben al gewezen op de gebrekkige concurrentiepositie van de handel in België, die kan resulteren in een prijsverschil voor de consument.
120
•
Het resultaat van dit ondermaatse concurrentievermogen is dat elk jaar naar raming 2,5 miljard euro omzet wordt misgelopen en naar schatting zo’n 10.000 banen verloren gaan(2).
115
•
Deze situatie doet zich voor in het kader van een somber Europees economisch klimaat en van een sterke inflatie in België t.o.v. de buurlanden.
110
•
In verschillende recente studies werd de concurrentiegraad in de Belgische handel in perspectief geplaatst en de impact van de reglementering op het concurrentievermogen geschetst.
+5
105
BE FR NL
•
In andere studies werd dan weer getracht om specifiek het prijsverschil voor de consument in supermarkten te objectiveren.
100
•
Het doel van deze studie is om de factoren die het concurrentievermogen beïnvloeden te objectiveren door de impact van deze factoren op de kostenstructuur van de handelaars te evalueren en aanbevelingen te formuleren
95 2005
DE
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Bronnen: (1) 2009 - OESO: Over de reglementering in de handel; Europese Commissie: Over de spreiding van de voedselprijzen in de EU; EC, Monitoringactie m.b.t. de handel en de distributie , 2010; (2) Raming van Comeos op basis van GfK-gegevens, 2011; (3) Eurostat
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 17
Context en objectieven van de studie
In verschillende recente studies werd de concurrentiegraad in de Belgische handel in perspectief geplaatst en de impact van de reglementering op het concurrentievermogen geobjectiveerd Niet-exhaustief
Studies
Doelstellingen
Conclusies
NBB, ‘Regulering en concurrentie in de Belgische distributiesector’, 2009 (1)
Evaluatie van de impact van de reglementeringsgraad op de concurrentie in de Belgische handel
De hoge reglementeringsgraad in België heeft een negatieve impact op de concurrentie in de handel
Planbureau, ‘Concurrentie in de Belgische distributie’, 2010(2)
Evaluatie van de ontwikkeling van de concurrentiegraad in de Belgische handel
De indicatoren van de concurrentiegraad zijn positief geëvolueerd, ten gevolge van de geleidelijke deregulering van de sector. Vreemd genoeg blijven de detailprijzen stijgen
NBB, ‘De distributiesector en zijn impact op de prijzen in het eurogebied’, 2011(3)
Objectivering van de structurele en reglementaire elementen en van hun impact op de prijzen in de eurozone
België is sterker gereglementeerd dan zijn buurlanden. Het is echter niet zozeer het dwingende karakter van de reglementering dan wel de reglementaire complexiteit die het concurrentievermogen beperkt
Bronnen: (1) 2009 – Nationale Bank van België (NBB): Regulering en concurrentie in de Belgische distributiesector ; (2)2010 – Planbureau: Concurrentie in de Belgische distributie; (3) 2011 – NBB: De distributiesector en zijn impact op de prijzen in het eurogebied
Context en objectieven van de studie
De FOD Economie kwam tot de conclusie dat voeding in Belgische supermarkten 10 dan in Nederlandse.
procent duurder is
Ons onderzoek houdt wél rekening met verse voeding en distributiemerken – en vormt dus een realistische consumentenkorf – en komt tot een prijsnadeel van
4,5 procent.
… en een derde studie concludeert dat Belgische supermarkten goedkoper kunnen zijn dan Nederlandse.
Context en objectieven van de studie
In een recente, door de FOD Economie uitgevoerde studie in de supermarktsector werd een prijsverschil van 7% tot 10% vastgesteld m.b.t. een korf met meer dan 90% nationale merken
Resultaten van de studie van de FOD Economie over het prijsniveau in supermarkten t.o.v. Nederland, Duitsland en Frankrijk
Kenmerken van de studie: • 37.628 SKU's (3) • ~7,5% huismerkproducten • Supermarkten >400m² excl. harddiscounters • Kortingbonnen niet in rekening gebracht(1)
Het domein bestreken door de studie van de FOD Economie vertegenwoordigt slechts een deel van de consumentenkorf
Consumentenkorf
70 % droge voeding(2) 30% verse voeding(2) 25% huismerkproducten(2)
?
?
45% nationale-merkproducten(2) Vastgestelde prijsverschillen tussen België en de buurlanden: • Nederland = +10,4% • Duitsland = +10,6% • Frankrijk = +7,0%
? Prijsverschil voor de consument
Domein bestreken door de studie van de FOD
Bronnen: FOD Economie, Prijsniveau in supermarkten, februari 2012; Analyses Arthur D. Little; (1) Kortingbonnen wegen in België relatief zwaarder door dan in de buurlanden; (2) Percentage van de verkoop in waarde (% omzet) van een gemiddelde supermarkt in België (3) SKU = Stock Keeping Units, of referenties
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 21
Context en objectieven van de studie
Er bestaat geen echte éénduidige methode om prijzen te vergelijken – veel hangt af van de samenstelling van de korf, de kwaliteit en de eigenheid van de keten
Studie FOD Economie (1)
Vergelijkingen van gelijkaardigde winkelketens (2)
Karakteristieken van de studie: • 18.287 SKU • 92,5% producten nationale merken ~ • 7,5% producten eigen merken ~ • Supermarkten > 400m² zonder hard discount in België en Nederland
Karakteristieken van de studies: • > 700 SKU (gewogen) • Houdt rekening met het geheel van product categorieën • Vergelijking tussen twee Belgische ketens en een vergelijkbare keten in Nederland, in 2010 en 2012
70 % droogvoeding 30% verse voeding
25% huismerken
45% nationale merken
Karakteristieken van de studie: • 61 SKU van de lijst van 212 SKU van de lijst van Test-Aankoop 2009 • 70% producten nationale merken • 30% producten eigen merken en versproducten • Vergelijking tussen een Belgische keten en een vergelijkbare Nederlandse keten in 2010
70 % droogvoeding 30% verse voeding
~ –5% ~ +10,4%
Vergelijking van de korf Test-Aankoop (3)
25% huismerken
45% nationale merken
70 % droogvoeding 30% verse voeding
25% huismerken
45% nationale merken
~ +8,5% ~ +4,5%
> 0%
Bronnen: (1) FOD Economie, Prijzenniveau supermarkten, februari 2012; (²) Studies, onafhankelijk van elkaar, door twee actoren uit Belgische supermarktlandschap, in 2010 en 2012 besteld. (³) Studie in 2010 besteld door Belgische supermarktketen. Deze studies houden geen rekening met kortingbonnen, waarvan het belang relatief groter is in België dan in de buurlanden. In beschouwing genomen producten en prijzen
Context en objectieven van de studie
In deze context gaf Comeos Arthur D. Little de opdracht om een studie uit te voeren met als doel om de factoren die het concurrentievermogen van de Belgische handel beïnvloeden te objectiveren en aanbevelingen te formuleren
Doelstellingen van de studie
1
Objectivering van de factoren die invloed kunnen hebben op het concurrentievermogen van de handel in België t.o.v. de buurlanden
2
Evaluatie van de impact van deze factoren op de kostenstructuur van de beschouwde sectoren (en potentieel op de consumentenprijs)
3
Samenvatting en aanbevelingen om het concurrentievermogen van de Belgische handel te versterken
Bestreken gebied
Bevolkingsdichtheid De gebruikte bronnen omvatten alle beschikbare studies en statistieken, cijfergegevens van de leden van de federatie voor de handel en diensten in België (Comeos), die vertrouwelijk werden meegedeeld, en de sectorervaring van Arthur D. Little
> ��� inw. / km2 ��� – ��� inw. / km2 < ��� inw. / km2 Supermarkten
Fashion
Electro
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 23
Analysekader
3 buurlanden
Nederland, Frankrijk en Duitsland
3 sectoren
Supermarkten, Fashion en Electro
27 factoren
Welke parameters maken het verschil?
Analysekader - Geografi sch bestreken gebied
De studie bestrijkt de handel in België en in zijn drie belangrijkste buurlanden: Frankrijk, Nederland en Duitsland
Door de studie bestreken geografi sch gebied Périmètre géographique de l’étude België - ���� Oppervlakte (km2)
Duitsland - ����
190 km
��.���
Bevolking (#inw.) ��.���.��� Bevolkingsdichtheid ��� (inw./km²) Bbp (milj. €) ���.��� Bbp/inwoner (€) ��.���
310 km
640 km
225 km
Oppervlakte (km2) ���.��� Bevolking (#inw.) ��.���.��� Bevolkingsdichtheid ��� (inw./km²) Bbp (milj. €) �.���.��� Bbp/inwoner (€) ��.���
282 km
950 km
Frankrijk - ���� Oppervlakte (km2) ���.��� Bevolking (#inw.) ��.���.��� Bevolkingsdichtheid ��� (inw./km²) Bbp (milj. €) �.���.��� Bbp/inwoner (€) ��.���
Bron: Eurostat-databank, gegevens 2011
876 km
Bevolkingsdichtheid 975 km
Nederland - ���� ��.��� Oppervlakte (km2) Bevolking (#inw.) ��.���.��� Bevolkingsdichtheid ��� (inw./km²) Bbp (milj. €) ���.��� Bbp/inwoner (€) ��.���
> ��� inw. / km2 ��� – ��� inw. / km2 < ��� inw. / km2
- 9 mei 2012 | 27
Comeos - Witboek van de handel
Analysekader - De handel
Met een commerciële dekking van ca. 1.700 m² per 1.000 inwoners vertegenwoordigt de Belgische handel 24% van het bbp en biedt ze werk aan 176.000 VTE’s, goed voor ~ 303.000 banen
Handel – België en buurlanden KERNINDICATOREN VAN DE DETAILHANDEL
OMZET VAN DE BELGISCHE DETAILHANDEL (2009 - %)
Kernindicatoren
43%
Food
Omzet van de handel (milj. €) (1) % van het bbp
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
���.��� ��,�%
���.��� ��,�%
Fashion
Aantal werknemers (2) % van de werknemers
���.��� �,�%
�.���.��� �,�%
���.��� �,�%
�.���.��� �,�%
Telecom
7%
Aantal VTE’s (3) % van de werkgelegenheid
���.��� �,�%
�.���.��� �,�%
���.��� �,�%
�.���.��� �,�%
Interior
7%
Privéconsumptie (milj. €) (4) % van het bbp
���.��� ��,�%
�.���.��� ��,�%
���.��� ��,�%
�.���.��� ��,�%
•
•
•
•
HANDELSDICHTHEID (M²/1.000 INWONERS)
6%
DIY & Garden
6%
Pharma
5%
Electro
omzet handel / inwoner �,��� �,���
> �,��� �,��� – �,��� < �,���
10%
4%
Sports Books E-commerce Andere
3% 3% 6%
Totaal ~ 79.643 milj. €
�,��� �,���
In deze studie bestreken sectoren
Bronnen: Analyses Arthur D. Little; Eurostat-databank, gegevens 2009 (detailhandel zonder automobiel): (1) Omzet 2009, (2) Aantal personen werkzaam in de handel in 2009, (3) VTE’s 2009, (4) Gezinsuitgaven voor consumptie 2009, VTE = voltijds equivalent
Analysekader - De handel
In deze studie wordt gefocust op drie sectoren die bijna 58% van de omzet van de Belgische handel en 55% van haar werknemers vertegenwoordigen: Supermarkten, Fashion en Electro
Handel – België en buurlanden 42% 58%
10% 90%
5%
42% 58%
SUPERMARKTEN (FOOD)
95%
10% 90%
5% 95%
42% 58%
KLEDING (FASHION)
10% 90%
5% 95%
ELECTRO
Perimeter: Detailhandel met nadruk op voeding
Perimeter: Kleding voor mannen, vrouwen en kinderen; schoenen en accessoires
Perimeter: Huishoudapparaten, audio, video, multimedia, informatica en telecommunicatie
Indicatoren
Indicatoren
Indicatoren
Grootte (milj. €) (1) % van de omzet van de detailhandel
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
���.��� ��,�%
Grootte (milj. €) (1) % van de omzet van de detailhandel
�.��� �,�%
��.��� �,�%
��.��� ��,�%
��.��� �,�%
Grootte (milj. €) (1) % van de omzet van de detailhandel
�.��� �,�%
��.��� �,�%
�.��� �,�%
��.��� �,�%
Tewerkstelling (2) % van tewerkselling in de sector
��.��� ��,�%
ND
���.��� �.���.��� ��,�% ��,�%
Tewerkstelling (2) % van tewerkselling in de sector
��.��� ��,�%
ND
���.��� ��,�%
���.��� ��,�%
Tewerkstelling (2) % van tewerkselling in de sector
��.��� �,�%
ND
��.��� �,�%
���.��� �,�%
VTE's (3) % van de VTE’s van de handel
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
���.��� ��,�%
���.��� ��,�%
VTE's (3) % van de VTE’s van de handel
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
VTE's (3) % van de VTE’s van de handel
�.��� �,�%
��.��� �,�%
��.��� �,�%
���.��� �,�%
Privéconsumptie (milj. €) (4) % van het gezinsbudget
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
Privéconsumptie (milj. €) (4) % van het gezinsbudget
�.��� �,�%
��.��� �,�%
��.��� �,�%
��.��� �,�%
Privéconsumptie (milj. €) (4) % van het gezinsbudget
�.��� �,�%
��.��� �,�%
�.��� �,�%
��.��� �,�%
��.��� ��,�%
Bronnen: Analyses Arthur D. Little; Eurostat-databank, gegevens 2009: (1) Omzet voedingsdetailhandel; kleding en schoenen; electro, (2) Aantal werknemers in die sectoren; (3) VTE's in deze sectoren, (4) Gezindsuitgaven voor voeding, kleding, schoenen en electro
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 29
Analysekader - Factoren die het concurrentievermogen van de handel kunnen beïnvloeden
De factoren die een positieve of negatieve invloed kunnen uitoefenen op het concurrentie-vermogen van de Belgische handel t.o.v. de buurlanden zijn ingedeeld in 8 domeinen
Domeinen die het concurrentievermogen van de handel positief of negatief kunnen beïnvloeden Sociaaleconomische omgeving Structurering van de handel Fiscaliteit Gezondheid, veiligheid en milieu
Sociaal Vestiging van handelszaak
Leveranciers en logistiek
Handelspraktijken Innovatie
Bronnen: Analyses Arthur D. Little
Diverse bedrijfskosten
Analysekader - Factoren die het concurrentievermogen van de handel kunnen beïnvloeden
Deze factoren zijn geobjectiveerd a.d.h.v. een vergelijkende analyse van hun respectieve invloed op het concurrentievermogen van de verschillende landen die door de studie worden bestreken
Analysekader van de studie – Domeinen en factoren ONDERNEMINGSFISCALITEIT • • •
Toegepaste btw Douane- en accijnsrechten Directe fiscaliteit
SOCIAAL • • • • •
• • •
Publiciteit Prijsbeleid Openingsbeleid Klantendienst
• • •
VEILIGHEID, GEZONDHEID EN MILIEU
HANDELSPRAKTIJKEN •
Arbeidskost Productiviteit Arbeidsflexibiliteit Arbeidsmarkt Systeem van sociale dialoog
VESTIGING VAN HANDELSZAAK
• • •
Voedselgezondheid en - veiligheid Milieuverplichtingen Milieuheffingen
Commerciële ontwikkeling Huurkost Administratieve procedures
LEVERANCIERS EN LOGISTIEK • • •
INNOVATIE •
Innovatieklimaat
DIVERSE BEDRIJFSKOSTEN • • • • •
Bronnen: Analyses Arthur D. Little
Relaties met leveranciers Handels- en tariefbeleid Logistiek
Financiering Veiligheid van winkels Nutsvoorzieningen Transactiekosten Informaticasysteem
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 31
Objectivering van de factoren die het concurrentie vermogen in België beïnvloeden
1. BTW 2. Leverancierprijzen 3. Arbeidskost en flexibiliteit 4. Huurprijzen 5. Publiciteit 6. Voedselveiligheid 7. Milieu 8. Veiligheid
Objectivering van de factoren die het concurrentievermogen beïnvloeden
Structurele complexiteit België vormt een beperkte en complexe markt die wordt gekenmerkt door een sterke versnippering van de behoeften en de reglementering, waardoor schaalvoordelen en uniforme praktijken worden afgeremd
Structurele complexiteit Schaal
In vergelijking met de buurlanden is België een klein land, zowel vanuit demografisch als economisch standpunt
Beperking van schaalvoordelen
Cultuur
Verschillende cultuurgroepen met hun eigenheid op het vlak van behoeften en talen bestaan naast elkaar
Complexiteit van de behoeften en eisen van de consument
Bevoegdheidsniveaus
Versnippering van de bevoegdheden over 1 federale entiteit, 6 deelentiteiten en 589 gemeenten
Gebrek aan uniforme reglementering en/of toepassing ervan
Sociale dialoog
De Belgische sociale dialoog, gebaseerd op een ultra-consensusmodel, zorgt voor een complexe besluitvorming
Nood aan dialoog en akkoord over talrijke onderwerpen beperken de fl exibiliteit van bedrijven en hun reactiemogelijkheden
Bronnen: Eures, Leven en werken in België, 2004; Beaujeant, Origines de la Belgique fédérale, 2011; Arthur D. Little
- 9 mei 2012 | 35
Comeos - Witboek van de handel
Objectivering van de factoren die het concurrentievermogen beïnvloeden
Fiscale en reglementaire druk Boven op die structurele complexiteit wordt België gekenmerkt door een fiscale en reglementaire druk die beduidend hoger is dan in de buurlanden
Fiscale druk
Reglementaire druk
•
De fiscale druk in België is hoger dan in de buurlanden: de hoogste druk in Europa na Denemarken en Finland
•
Internationale instellingen (Europese Commissie, OESO, IMF) hebben al herhaaldelijk gewezen op de reglementaire druk op de handel in België
•
Deze fiscale druk doet zich voor op alle niveaus: inkomstenbelasting, belasting op bedrijfswinst, diverse gewestelijke en gemeentelijke belastingen
•
In deze studies wordt niet het dwingende karakter van de reglementering aan de kaak gesteld, maar wel dat ze omvangrijk en complex is als gevolg van de verschillende verantwoordelijkheidsniveaus in België - Voorbeeld: 14 lokale taksen slaan op de handel x 589 gemeenten = 8.246 reglementen
FISCALE ONTVANGSTEN IN % VAN HET BBP (2009)(1)
SYNTHETISCHE REGLEMENTERINGSINDICATOR VAN DE OESO (2008)(2) 3,8
43,5% 3,1
41,6% 2,1
38,2%
2,4
39,7%
����
���� (gebaseerd op de vragenlijst van de SIR)
Bronnen: 1 2011 – Europese Commissie, Taxation trends in the European Union; 2 2011 - NBB, De distributiesector en zijn impact op de prijzen in het eurogebied, 2011; Analyses Arthur D. Little
Objectivering van de factoren die het concurrentievermogen beïnvloeden
Verwachtingen van de consument Bovendien onderscheiden Belgische supermarkten zich door een uitgebreid productaanbod, het niveau van dienstverlening en een grotere winkeldichtheid van de buurlanden
Observaties •
Belgische consumenten stellen hogere eisen dan hun buren (1): - Verwachtingen op gebied van productaanbod, kwaliteit van het aanbod en het niveau van dienstverlening - Verwachtingen op gebied van de kwaliteit van producten en nabijheid van de winkel – de meest bepalende factoren in de keuze van hun supermarkt
•
Aanbod en servicegraad (2)
Structuur van de sector (3) 0%
Diversiteit van het aanbod (SKU’s per winkel*)
20%
0%
40%
20%
40%
Illustratie: supermarktsector
60% 60%
80% 80%
100% 100%
BE BE
FR
FR
NL
> 10,000
NL
DE
DE
Supermarchés
10,000 à 5,000
Hard-discount
Supermarkt
Hard-discount
Soft-discount
Kruidenier en speciaalzaak
Hypermarkt
Andere
Soft-discount Hypermarchés
Epiceries et mag spéc. Autres
Deze eisen worden weerspiegeld in: < 5,000
Handelsdichtheid (m² / inwoner) (3)
- Een meer verscheiden aanbod en een betere dienstverlening - De structuur van de sector: een mix van ketens, en de winkeldichtheid en winkelpunten per inwoner liggen hoger
2,0 2,0 < 10
10-20
> 20
Servicegraad (VTE's / 1000m²)
1,5 1,5
1,68 1,68 1,10 1,10
1,0
1,49 1,49
0,5 0,5 0,0 0,0
* Raming voor supermarkten van 400 tot 2500m²
1,67 1,67
BE BE
FR FR
NLNL
Bronnen: (1) 2011 – Test-Aankoop, enquête supermarkten; 2006 - Credoc, Qualité et label alimentaire; 2011 - Deloitte, Consumentenonderzoek; 2012 - Statista, Kriterien Kauf; (2) 2011 - NBB, De distributiesector en zijn impact op de prijzen in het eurogebied, 2011; (3) Locatus, Retail facts, 2011; Cushman and Wakefield, Rapport Annuel France, 2011; HBD, Detailhandel Nederland, 2011; HDE, Verkaufsfläche im Einzelhandel, 2011; Analyse Arthur D. Little
DEDE
- 9 mei 2012 | 37
Comeos - Witboek van de handel
Objectivering van de factoren die het concurrentievermogen beïnvloeden
Vergelijkende landenpositionering Deze complexiteit komt tot uiting in de vergelijkende evaluatie van de factoren die het concurrentievermogen beïnvloeden, waarbij België in het nadeel is t.o.v. de buurlanden
Overzicht van de 27 geanalyseerde factoren
Vergelijkende landenpositionering
� �
T.o.v. de buurlanden hebben 13 factoren een negatieve invloed op het Belgische concurrentievermogen (12 zijn neutraal en 2 zijn positief)
� �
Informaticasystemen
Transactiekosten
Nutsvoorzieningen
Winkelbeveiliging
Financiering
Innovatieklimaat
Milieuplichten
Gezondheid, veiligheid en milieu
Innovatie
Commerciële uitbating
Gezondheid en voedselveiligheid
Klantendienst
Openingsuren
Prijspolitiek
Reclame
Logistiek
Tariferingspolitiek
Relaties leveranciers
Administratieve procedures
Handelshuur
Commerciële stedenbouw
Systeem van sociale dialoog
Arbeidsmarkt
Productiviteit
Arbeidsflexibiliteit
Sociaal
Leveranciers en logistiek
Milieuheffingen
Fiscaliteit
Arbeidskost
Directe fiscaliteit
Douane en accijnzen
Toegepaste btw
Concurrentiefactoren
�
Commerciële vestiging
Concurrentievoordeel voor de handel
Diverse exploitatiekosten
Ongunstige invloed v/d geanalyseerde factoren op het concurrentievermogenInfluence
Neutrale invloed van de geanalyseerde factoren op het concurrentievermogen
Gunstige invloed van de geanalyseerde factoren op het concurrentievermogen
Bron: Kwalitatieve analyse Arthur D. Little op basis van de implicaties voor de kostenstructuur van de handelaars en de servicegraad voor de consument Beduidend voordeel
Licht voordeel
Neutraal
Licht nadeel
Beduidend nadeel
Objectivering van de factoren die het concurrentievermogen beïnvloeden
Geïdentifi ceerde kernproblematieken We objectiveren 8 geïdentificeerde kernproblematieken die een beduidende invloed hebben op het concurrentievermogen v/d Belgische handel t.o.v. de buurlanden Hogere standaard-btw-tarieven dan in de buurlanden
A
Marktsegmentering door de leveranciers, met onverantwoorde prijsverschillen tot gevolg
A
Hoge arbeidskost ondanks een hoge productiviteit …
A
… nog versterkt door een gebrek aan fl exibiliteit in de arbeidsorganisatie
A
Gemiddelde kosten van handelshuur en vastgoedlasten zijn in vergelijking laag
A
Kosten voor reclame (ontwerp en distributie) zijn in vergelijking hoog
A
Verplichtingen inzake volksgezondheid en voedselveiligheid zijn restrictiever
A
Milieuverplichtingen en -heffi ngen zijn talrijker en restrictiever
A
Kosten i.v.m. diefstal en winkelbeveiliging zijn in vergelijking hoog
A
�. �. �a. �b. �. �. �. �. �.
Geraamde impact op de kostenstructuur van de handelaars (% omzet excl. btw): <0% 0% tot +1% +1% tot +2% >+2%
Nota: Presentatie van de problematieken in volgorde van balansontleding. Impactraming gecombineerd uitgevoerd voor problematieken 3a en 3b (sociaal domein)
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 39
Objectivering van de geïdentificeerde problematieken
Werkwijze Voor elke geïdentificeerde problematiek werd een raming gemaakt van de impact op de kostenstructuur van de handelaars, per sector en in verhouding met de buurlanden Werkwijze ter objectivering van de voornaamste geïdentificeerde problematieken
I Objectivering van de verschillende componenten van iedere problematiek voor de handel en van de implicaties voor de kostenposten t.o.v. de buurlanden
Gerichte gesprekken met actoren van de sector • Analyse van publieke databanken • Gegevensinzameling bij de leden van Comeos • Raming van het verschil m.b.t. de betrokken kostenposten •
Bronnen: Arthur D. Little
II X
Objectivering van de impact op de kostenstructuur rekening houdend met de eigenheden van de verschillende sectoren van de handel (supermarkten, Fashion, Electro)
Opstellen van modelresultatenrekeningen voor de in de studie behandelde sectoren: - Studie van de balansen - Gegevensinzameling bij de handelaars - Validatie bij de leden van Comeos
•
III =
Raming van de impact van de problematieken op de kostenstructuur per sector t.o.v. de buurlanden (en potentieel op de prijs voor de consument)
Evaluatie van de impact van elke problematiek op de kostenstructuur per sector t.o.v. de buurlanden • Raming van de potentiële impact bij doorberekening van het kostenverschil in de prijs voor de consument, rekening houdend met het btw-verschil •
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Werkwijze Door het opmaken van modelresultatenrekeningen van de onderzochte sectoren, kan de impact van de acht problematieken op de kostenstructuur van de handelaar worden berekend
Resultatenrekening ter illustratie Supermarkten - België 10%
110%
75%
Resultatenrekening ter illustratie Fashion- België
Kenmerken van de sector • Grootste deel van de omzet tegen verlaagd btw-tarief • Aankoopkosten wegen zwaarst (75%) • Lonen vormen aanzienlijke kostenpost • Gemiddelde nettomarge is heel klein (~ 1%)
Kenmerken van de sector • Aankoopkosten wegen relatief minder zwaar door (50%) • Lonen en huur vormen aanzienlijke kosten • Gemiddelde nettomarge is groter
21%
121%
50%
Resultatenrekening ter illustratie Electro - België Kenmerken van de sector • Aankoopkosten wegen zwaarst (> 70%) • Lonen vormen aanzienlijke kostenpost • Nettomarge is klein
21%
121%
72%
18% 2%
12%
1%
3%
4%
0%
5%
1%
Kosten
Nettoresultaat
Totaal incl. btw BTW+COGS
Andere
Totaal incl. btw BTW+COGS
11% 14% Kosten
4% Nettoresultaat
3%
12% 4%
0%
7%
2%
Kosten
Nettoresultaat
Totaal incl. btw BTW+COGS
BTW
Huur
BTW
Huur
BTW
Huur
COGS(1)
Reclame
COGS
Reclame
Andere
COGS
Reclame
Arbeidskost
Veiligheid
Arbeidskost
Veiligheid
Arbeidskost
Veiligheid
De Belgische handel haalt een lagere netto-marge dan in de omringende landen. (1) Bronnen: gegevens Comeos-leden, analyse Arthur D. Little. (1) Nationale Bank van België, de distributiesector en zijn impact op de prijzen in de eurozone, 2011
Andere
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 41
Objectivering van de factoren die het concurrentie vermogen in België beïnvloeden De BTW-aanslagvoet ligt in België 1,4% tot 2% hoger dan in de buurlanden – wat een directe invloed heeft op de prijzen aan de kassa.
1. BTW 2. Leverancierprijzen 3. Arbeidskost en flexibiliteit 4. Huurprijzen 5. Publiciteit
INVLOED VAN DE BTW OP DE CONSUMENTENTPRIJS
6. Voedselveiligheid Supermarkt
+ �,�%
+ �,�%
- �,�%
Fashion
+ �,�%
+ �,�%
+ �,�%
Electro
+ �,�%
+ �,�%
+ �,�%
7. Milieu 8. Veiligheid
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Belasting op de toegevoegde waarde De standaard btw-tarieven in België liggen 1,4% tot 2% hoger dan in de buurlanden, wat directe gevolgen heeft voor de prijs die de consument betaalt
Objectivering van de problematiek
Resultatenrekening ter illustratie Belasting op de
Hoewel op Europees niveau over het btw-stelsel is overlegd (met name via richtlijn 2006/112/EG), bestaan er tussen de EU-lidstaten nog steeds beduidende verschillen in btw-tarieven
toegevoegde waarde
De vastgestelde verschillen inzake btw-tarieven tussen België en de buurlanden zijn: • Voor de standaard btw-voet: 21% btw in België, d.i. 1,4% meer dan in Frankrijk en 2,0% meer dan in Nederland en Duitsland • Verlaagde btw-voet,van toepassing op voedingsproducten en basisbehoeften: 6% btw in België, d.i. hetzelfde als in Nederland, meer dan in Frankrijk (5,5%) en minder dan in Duitsland (7%)
Brutomarge
Nettomarge Totaal
BTW+COGS
Kosten
Nettoresultaat
incl. btw
IMPACT OP DE VERKOOPPRIJS IN BELGIË De impact op de verkoopprijs voor de consument is dus afhankelijk van de sector, de mix van het productaanbod en de btw-tarieven
SUPERMARKTEN
-�,� tot +�,�%
FASHION
+�,� tot +�,�%
ELECTRO
+�,� tot +�,�%
Nota: De verlaagde btw-voeten van 12% en 7% die in België en Frankrijk op een beperkt aantal producten van toepassing zijn, worden in het kader van deze analyse niet in beschouwing genomen Geraamde impact op de consumptieprijs: <0% 0% tot +1% +1% tot +2% >+2%
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 45
Objectivering van de geïdentificeerde problematieken
Belasting op de toegevoegde waarde De impact v/d btw op de verkoopprijs voor de consument in België schommelt naargelang v/h land tussen 1,2% en 1,7% voor Fashion en Electro en tussen -0,2% en +0,7% voor supermarkten
Vergelijkende analyse van de impact van de btw-voeten op de detailprijzen in de handel
Bronnen: Analyse Arthur D. Little; EC, Toegepaste btw-tarieven in de lidstaten van de Europese Unie, 2011; Nota: De verlaagde btw-tarieven van 12% en 7% die in België en Frankrijk op een beperkt aantal producten van toepassing zijn, worden in het kader van deze analyse niet in beschouwing genomen Nota: De verlaagde btw-voeten zijn van toepassing op een productkorf die vergelijkbaar is in de verschillende landen
Objectivering van de factoren die het concurrentie vermogen in België beïnvloeden De Belgische handelaar wordt gestraft door de verschillende prijzen die internationale leveranciers hanteren in verschillende landen, en betaalt
5 tot 6 procent te veel.
1. BTW 2. Leverancierprijzen 3. Arbeidskost en flexibiliteit 4. Huurprijzen 5. Publiciteit INVLOED VAN DE LEVERANCIERPRIJS (% OMZET ZONDER BTW)
Super
+ �,�%
+ �,�%
+ �,�%
Electro
+ �,�%
+ �,�%
+ �,�%
6. Voedselveiligheid 7. Milieu 8. Veiligheid
Objectivering van de geïdentifi ceerde problemen
Gedifferentieerde tarifi catie door leveranciers De Belgische handel wordt bestraft door het gedifferentieerde tariefbeleid dat wordt toegepast door sommige internationale leveranciers, wat neerkomt op een gemiddeld verschil van naar raming 5 tot 6%
Objectivering van de problematiek
Resultatenrekening ter illustratie
Hoewel België deel uitmaakt van de Europese eenheidsmarkt, worden Belgische handelaars t.o.v. de buurlanden bestraft door het gedifferentieerde tariefbeleid dat voor vele producten door internationale leveranciers wordt toegepast. Die leveranciers rechtvaardigen deze differentiatie als volgt: • Beperkte volumes in vergelijking met de buurlanden • Productspecificaties veranderen door de andere eisen van consumenten • Extra kosten als gevolg van de reglementering (bijv. etikettering) • Extra kosten als gevolg van de aanwezigheid van handelsagenten op de Belgische markt die exclusiviteit hebben, in het bijzonder in de non-food
CoGS
Brutomarge
Nettomarge Totaal
BTW+COGS
Kosten
Nettoresultaat
incl. btw
IMPACT OP DE KOSTENSTRUCTUUR (% VAN OMZET ZONDER BTW)
Het resultaat zijn nettoaankoopprijzen met tot 50% verschil voor hetzelfde product voor Belgische dochterondernemingen t.o.v. dochterondernemingen in een buurland binnen dezelfde winkelketen. Op basis van de gegevens van de Comeos-leden ramen wij het gemiddelde verschil in aankoopprijs voor nationale merken voorzichtig op ~5% t.o.v. Nederland en op ~6% t.o.v. Frankrijk en Duitsland (rekening houdend met het volume-effect).
Supermarkten
+�,� tot +�,�%
Fashion
Niet van toepassing
Electro
+�,� tot +�,�%
Nota: Deze gedifferentieerde- tarificatiepraktijken zijn niet van toepassing op de kledingsector, waar ketens doorgaans sterker geïntegreerd zijn <0% 0% tot +1% Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw):
+1% tot +2%
>+2%
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 49
Objectivering van de geïdentificeerde problemen
Gedifferentieerde tarificatie door leveranciers De verschillende tarieven die leveranciers aanrekenen voor sommige producten van nationale merken, kunnen die tot 50 % goedkoper maken in Frankrijk dan in België – binnen dezelfde supermarktketen
Illustratie: Verschillend tarief voor producten van nationale merken tussen België en Frankrijk (1) (vergelijkende analyse gebaseerd op 2 tot 3 supermarkten die in beide landen actief zijn)
Drank met prik Blikjes 6x33cl
Bier Fles 6 x 33 cl
Yoghourt Fruit 4 x 125 g
Chocoladereep Fondant 100 g
De analyse van 30 prijsvergelijkingen van top-sellers* laat toe een verschil in aankoopprijs vast te stellen van +5% tot -53%, in functie van het product en van de keten (niet-gewogen gemiddelde: -23%)
Bronnen: (1) Verschil in % tussen aankoopprijs 3x netto op basis van gegevens van Belgische base 100; Analyses Arthur D. Little * Vergelijking gemaakt tussen Belgische en Franse filialen van een tot drie supermarktketens. Niet representatief staal.
Objectivering van de geïdentifi ceerde problemen
Gedifferentieerde tarifi catie door leveranciers Het verschil in leverancierstarieven tussen België en de buurlanden leidt tot een verschil in de kostenstructuur van 2,6% tot 4,3% van de omzet, naargelang de sector en het vergeleken land
Gedifferentieerd tariefbeleid door internationale leveranciers 100,0%
X
6,0%
=
30,0% 100,0% 70,0% 30,0%
X
6,0%
=
70,0% 100,0%
5,0% 6,0% 5,0%
X
=
4,2%
X
75,0%
=
3,2%
4,2%
X
=
3,2%
3,5%
75,0% 75,0%
4,2% 3,5%
X
75,0% 75,0%
=
Supermarkten
2,6% 3,2% 2,6%
30,0% 70,0% Huismerken/ nationale merken(1)
5,0% Prijsverschil leveranciers nationale merken (in % COGS)(2)
3,5%
75,0%
2,6%
Prijsverschil leveranciers (in % omzet excl. btw)
COGS
Impact
Fashion
IMPACT OP DE KOSTENSTRUCTUUR (IN % VAN DE OMZET EXCL. BTW)
50,0%
X
0,0%
=
0,0%
Supermarkten
+�,� tot +�,�%
50,0%
X
0,0%
=
0,0%
Fasion
Niet van toepassing
COGS 50,0%
Prijsverschil leveranciers (in % COGS) 0,0%
+�,� tot +�,�%
=
Impact 0,0%
Electro
X
Electro 72,0%
X
72,0%
X
COGS 72,0%
X
6,0% 5,0% 6,0% 5,0% Prijsverschil leveranciers (in % COGS) 6,0% 5,0%
= =
=
4,3% 3,6% 4,3% 3,6% Impact 4,3% 3,6%
Bronnen: Gegevens Comeos-leden; (1)2011 - Nielsen Grocery universe; (2) Verschil naargelang van het betrokken land; Analyses Arthur D. Little Nota: Voor Electro: hypothese 0% huismerken, voor Fashion hypothese 100% huismerken Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw):
<0%
0% tot +1%
+1% tot +2%
>+2%
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 51
Objectivering van de factoren die het concurrentie vermogen in België beïnvloeden
De Belgische handelaar heeft een loonhandicap van
9 tot 26 %
1. BTW 2. Leverancierprijzen PER EURO DIE DE WERKNEMER ONTVANGT, BETAALT DE WERKGEVER:
�,�� €
�,�� €
�,�� €
�,�� €
INVLOED VAN DE ARBEIDSKOST (% OMZET EXCL. BTW)
3. Arbeidskost en flexibiliteit 4. Huurprijzen 5. Publiciteit 6. Voedselveiligheid
Super
+�,�%
+�,�%
+�,�%
Fashion
+�,�%
+�,�%
+�,�%
Electro
+�,�%
+�,�%
+�,�%
7. Milieu 8. Veiligheid
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Arbeidskost en fl exibiliteit in de arbeidsorganisatie De Belgische handel lijdt onder een loonhandicap van 9% tot 26% naargelang de sector en het vergeleken land, wat het concurrentievermogen en extra werkgelegenheid sterk beperkt
Objectivering van de problematiek
Resultatenrekening ter illustratie - België
Zelfs in een periode van economische vertraging blijven de arbeidskosten in België gestaag groeien (+13% tussen 2007 en 2010) in vergelijking met de buurlanden en blijft de automatische loonindexering deze stijging sterk beïnvloeden.
(i) De fi scale druk op de lonen in België leidt voor een identiek brutoloon tot een aanzienlijk verschil tussen de totale kosten voor de werkgever en het nettobedrag dat de werknemer ontvangt. Brutomarge
Het in vergelijking hoge loonniveau in de Belgische handel wordt nog versterkt door het gebrek aan fl exibi(ii) liteit in de arbeidsorganisatie in vergelijking met de buurlanden en door het systeem voor sociale dialoog dat ultra-consensus-gedreven is, waardoor de flexibiliteit en het reactievermogen van ondernemingen worden ondergraven.
Lonen Nettomarge Totaal
BTW+COGS
Kosten
Nettoresultaat
incl. btw
(iii) De niet-concurrerende arbeidskosten worden gedeeltelijk gecompenseerd door een historisch hogere uurproductiviteit in België.
De combinatie van deze verschillende elementen leidt tot een verschil in arbeidskost van 9% tot 26% t.o.v. de buurlanden.
Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw):
IMPACT OP DE KOSTENSTRUCTUUR (% VAN DE OMZET ZONDER BTW) Supermarkten
+�,� tot +�,�%
Fashion
+�,� tot +�,�%
Electro
+�,� tot +�,�%
<0%
0% tot +1%
+1% tot +2%
>+2%
- 9 mei 2012 | 55
Comeos - Witboek van de handel
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Arbeidskost en fl exibiliteit in de arbeidsorganisatie (i). Dit verschil wordt vooral verklaard door de relatief hoge brutolonen en door een hoge fiscale druk en belangrijke sociale lasten Minimale theoretische arbeidskosten in Fashion (1)
Illustratie: Fashion
STUDENT 18 JAAR
VERKOPER 0 JAAR ERVARING
VERKOPER 10 JAAR ERVARING
Brutomaandloon
1.475
601
571
1.390
1.513
1.402
1.049
1.625
1.774
1.521
1.706
2.250
Brutojaarloon
17.700
7.270
7.405
17.782
21.061
16.964
13.594
21.740
24.692
18.408
22.113
29.677
Sociale lasten
959(3)
240
1.118
3.562
4.796
6.786
2.053
4.354
8.148
7.363
3.339
5.944
Andere voordelen (2)
460
-
1.633
-
1.894
322
2.667
300
1.894
322
6.089
300
Totale kosten/jaar
19.119
7.511
10.156
21.344
27.750
24.072
18.314
26.394
34.734
26.094
31.541
35.921
35
35
38
40
35
35
38
40
35
35
38
40
11.9
4.3
5.8
10.7
17.2
13.8
10.5
13.2
21.6
14.9
18.0
18.0
Werkuren/week Totale kosten/uur (€)
+177%
Niet-gewogen gemiddelde
+104%
+71%
+11%
+25%
+65%
+38%
+31%
+45%
+20%
+20%
+27%
De arbeidskost in België ligt hoog door relatief hoge brutolonen en sociale bijdragen voor de werkgever, gespreid over minder gepresteerde uren per week.
Bronnen: Vergelijkende analyse van de in Fashion toepasselijke reglementeringen en overeenkomsten, waarbij alleen rekening wordt gehouden met de gereglementeerde aspecten; (1) België: PC 311; Frankrijk: FEH-gegevens; Nederland: cao VGT (2) Andere voordelen: home-work travel compensation, aanvullend pensioen, maaltijdcheques, eco-cheques, compensatie feestdagen, (3) In de hypothese dat het statuut van jobstudent een jaar behouden blijft
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Arbeidskost en fl exibiliteit in de arbeidsorganisatie Het relatief hoge brutosalaris stijgt de laatste jaren snel, vooral beïnvloed door de automatische loonindexering
Vergelijking van de stijging van de arbeidskost in de handel De loonindexering heeft geleid tot een sterke stijging van de lonen in België, zelfs in een periode van economische vertraging
! 125
+13% (+4,2% CAGR)
120 115
•
Het Belgische systeem wordt gekenmerkt door veralgemeende automatische verhogingen, die de bewegingsruimte van de ondernemingen beperken.
•
Die verhogingen, die de loonsom jaarlijks met ca. 3,5% doen stijgen, hebben betrekking op 4 onderdelen: BRON VAN VERHOGING
110
+5% +2,4% CAGR
105 100
Automatische indexering
+�,�%
Anciënniteitbarema’s
+�,�%
Sectorale onderhandelingen
+�,�%
Ondernemings-onderhandelingen 95 2005
2006 BE
FR
2007 NL
DE
2008 BE zonder index (2)
2009
xx%
2010
%(1)
Totaal
CAGR
Bronnen: Eurostat, Labour cost index, nominal value - Annual data; (1) Illustrerende gegevens op basis van historische analyses van de sector over de periode 2007 – 2010; (2) Op basis van de indexering in PC 202.01; Analyses Arthur D. Little. CAGR = Compound annual growth rate
+�,�%
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 57
Objectivering van de geïdentificeerde problematieken
Arbeidskost en flexibiliteit in de arbeidsorganisatie Die arbeidskost wordt ook benadeeld door een relatief oude leeftijdspiramide, gecombineerd met de toepassing van anciënniteitsgebonden barema’s
Automatische loonevolutie bij gelijke functie (anciënniteitsbarema + automatische indexering)
Leeftijdspiramide in de handel (2)
(1)
Illustratie: Supermarktsector 250
Indexering
BE
Anciënniteit + Indexering
200
FR NL DE
150
100
0 0
5 5
10 10
15 15
20 20
25 25
30 30
35 35
40 40
BE: gemiddelde verkooppersoneel PC 202 Barema A NL: gemiddelde groepen B-E VGT DE: gemiddelde groepen I-IV tarieven 1/7/11 Tarifrunde Einzelhandel NRW FR: buiten de eerste 6 maanden zijn er geen anciënniteitspremies De systematische stijging van de lonen als gevolg van anciënniteitsgebonden barema’s en de automatische loonindexering zetten de arbeidskost onder grote druk …
… bovendien wordt die automatische verhoging toegepast op een in vergelijking oude werknemersbevolking, in het bijzonder in vergelijking met Nederland
Bronnen: (1) Theoretische evolutie van de salarisen, uitgaande van een jaarlijkse automatische indexering van 1,5%; (2) HDB, Enquête INSEE emploi formation; Comeos, Werken in de handel, 2011; Bundesagentur für Arbeit 2008
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Arbeidskost en fl exibiliteit in de arbeidsorganisatie De fiscale druk op de lonen en de sociale lasten in België – voor een brutosalaris van 30.000 euro – kosten de werkgever 7 tot 24% méér dan in de buurlanden
Totale arbeidskosten voor de werkgever (2012)(1)
Totale werkgeverskosten
39,789
42,534
34,371
35,885
Brutoloon
30,000
30,000
30,000
30,000
Sociale zekerheid
3,755
6,534
– (3)
6,143
Inkomstenbelasting
5,915
– (2)
8,162
4,191
Nettoloon
20,330
23,466
21,838
19,667
��%
��%
��%
��%
1,96
1,81
1,57
1,82
Nettoloon in % v/h brutoloon
Elke euro die een werknemer ontvangt, kost de werkgever in totaal:
+�%
+��%
+�%
Analyse op basis van een brutoloon van € 30.000 voor een gehuwde werknemer met twee kinderen en een partner zonder inkomsten. Bron: SD Workx België, boekhoudkundig expert; Ministère du Budget, Software ‘Haufe Personal Office Standard’ . (2) Vrijstelling van belasting voor kinderen ten laste. (3) Privé verzekeringssysteem werkgever en personeel (1)
- 9 mei 2012 | 59
Comeos - Witboek van de handel
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Arbeidskost en fl exibiliteit in de arbeidsorganisatie (ii). Deze situatie wordt versterkt door de starheid v/h Belgische arbeidsorganisatiesysteem dat de bewegingsruimte van de ondernemingen sterk beperkt Toepasselijke algemene bepalingen voor werknemers in de Supermarktsector PC ��� Max. dag. en wek. arbeids8 u en 12 u, indien vrijstelling 35 u duur
CCN ����
CAO VGL
10 u en 12 u bij afwijking 35 u en 48 u bij afwijking
12 u 60 u
Manteltarifvertrag Einzelhandel NRW 12u 48u
Min. dag. en wek. arbeidsduur deeltijds
3 u (2012: 4 u indien 5 jaar anciënniteit) 20 u
3 u continu werk 25 u behoudens specifiek akkoord en studentencontract
0u 4u
Bekendmaking dienstrooster
15 dagen op voorhand
7 gewerkte dagen op voorhand
7 dagen op voorhand, behoudens uitz. omstand.
Premie voor laat werk
+ 40% na 18 u op weekdagen* + 75% op zaterdag*
Verhoging van 5% voor werk tussen 21 en 22 u, en van 20% tussen 22 en 5 u
+ 33% > 20 u /+ 50% na 21 u + 50% na 18 u op zaterdag
+20% van 18.30 - 20 u op weekd. en op zat. van 14 - 16 u +40% na 16 u op zat.
Premie overuren
+ 50 tot + 100% afh. v/h geval
+ 25% indien > 10% overuren
+ 35% overloon
+ 25% overloon
4u 10u 4 dagen
5 zondagen gecompenseerd door 6 werkzondagen waarvan 3 gecom- toeslag van 20% indien gebruikelijk Zondag is rustdag, behoudens uitzonde- Zondag is rustdag, behoudens uitzondeZondagwerk ringen: toeslag van 100% ringen: toeslag van 120% penseerd door toeslag van 100% ** geopend op zondag, + 100% bij occas. opening Vanaf 15 j., max. 2 u/week tot 18 j. Vanaf 15 j. Vanaf 16 j. Vanaf 15 j. Studentencontract: max. 20 u/week. Studentenwerk Max. 240 u/kwart. om studenten- Max. 7 u/dag en 35 u/week, met Max. 40 u/week Max.loon: € 400/week voor minderjastatuut te behouden afwijking voor 5 overuren rige Bronnen: Analyses Arthur D. Little *Voor ondernemingen open tot 20 u met > 4 VTE’s ** IN de praktijk voorzien overeenkomsten binnen het bedrijf geregeld toeslagen van +200% Grotere flexibiliteit dan in België Vergelijkbare flexibiliteit met België Kleinere flexibiliteit dan in België
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Arbeidskost en fl exibiliteit in de arbeidsorganisatie (iii). De niet-concurrerende arbeidskosten worden gedeeltelijk gecompenseerd door een historisch hogere uurproductiviteit in België – hoewel die inkrimpt tegenover de buurlanden
Evolutie van de uurproductiviteit in de handel Uurproductiviteit (in €)
PRODUCTIVITEITSVERSCHIL T.O.V. BELGIË Verschil 1996
Verschil 2007
Evolutie delta 1996-2007
Frankrijk
+51%
+36%
-15 pt
Nederland
+35%
-3%
-38 pt
Duitsland
+39%
+21%
-18 pt
Land
Toegevoegde waarde 1995, in lopende prijzen
Toegevoegde waarde 2007, in lopende prijzen
Evolutie van 1996 tot 2007
Bronnen: 2011 - FOD Economie, Productiviteit per uur in de distributiesector – op basis van gegevens van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven; Analyses Arthur D. Little
- 9 mei 2012 | 61
Comeos - Witboek van de handel
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Arbeidskost en fl exibiliteit in de arbeidsorganisatie Dit verschil in arbeidskost heeft een negatieve invloed op de kostenstructuur van de Belgische ondernemingen van 1,1% tot 4,7% van de omzet zonder btw, naargelang sector en land Gemiddelde uurloonkosten IMPACT OP DE KOSTENSTRUCTUUR IN BELGIË T.O.V. DE BUURLANDEN (% VAN DE OMZET EXCL. BTW) in de detailhandel (€/uur) – Eurostat 2008
Stijging van de lonen en fiscale druk
In vergelijking lage flexibiliteitsgraad
A
Sector
Supermarkten
A Fashion
A
In vergelijking hoge productiviteit
Electro
Land
Verschil (2)
Kosten-post
Impact
10%
12+
1,2%
24%
12%
2,8%
18%
12%
2,2%
11%
18%
2,0%
26%
18%
4,7%
20%
18%
3,6%
9%
12%
1,1%
21%
12%
2,5%
16%
12%
2,0%
Het concurrentienadeel van België in verband met de arbeidskost is bevestigd door de recente publicatie van macro-economische cijfers van Eurostat Bronnen: Officiële Eurostat-enquête 2008 over de detailhandel excl. automobiel en tweewielige motorvoertuigen (lc_n08cost_r2), ondernemingen met meer dan 10 werknemers . Deze globale ratio (totaal arbeidskost in de sector/totaal aantal gepresteerde uren in sector) houdt rekening met de productiviteit (1) Het gemiddelde loonniveau bedraagt € 25,6/u voor Supermarkten, € 20,1/u voor Fashion en € 28,4/u voor Electro (2) Aangezien de vastgestelde verschillen in loonkosten afnemen naargelang de grootte van het loon, is een correctiefactor van +10% van het verschil voor Fashion toegepast en van -10% voor Electro. Voor de Supermarktsector is geen factor toegepast aangezien het gemiddelde loon het gemiddelde van de sector is. Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw): <0% 0% tot +1% +1% tot +2% >+2%
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Arbeidskost en fl exibiliteit in de arbeidsorganisatie Om de loonhandicap van de sector te kunnen beperken, moeten tegelijk verschillende elementen worden aangepakt, wat een constructieve sociale dialoog veronderstelt
Samenvatting van de sociale problematiek Stijging van de arbeidskosten
Opmerkingen
Fiscale druk op de lonen
Hoge arbeidskosten
De hoge arbeidskosten leiden tot druk op de productiviteit van het personeel …
Druk op de productiviteit … sociale eisen dragen bij tot de stijging van de arbeidskosten
Behoefte aan flexibiliteit
Flexibiliteit van COD’s (voltijds, deeltijds)
Bronnen: Analyse Arthur D. Little
… die druk op de productiviteit vergroot de behoefte aan flexibiliteit, wat uiteraard de druk op de sociale dialoog vergroot
Flexibel werk (CBD, interim)
Factoren
•
Om de loonhandicap te verkleinen en het concurrentievermogen van de sector te vergroten, moeten verschillende elementen worden aangepakt: - de stijging van de arbeidskosten - de fiscale druk op de lonen - de flexibiliteit in de arbeidsorganisatie (COD, CBD en interim).
•
Aangezien deze elementen een impact op de mens hebben, moeten beslissingen in nauwe samenwerking met de sociale partners worden genomen met het oog op een constructieve aanpak (‘win-win’).
•
Het lijkt van cruciaal belang om de geest van de sociale dialoog tussen sociale partners te laten evolueren om geleidelijk aan te komen tot een echt samenwerkingsmodel waarbij de economische visie van de onderneming op lange termijn wordt geïntegreerd, naar het voorbeeld van het Nederlandse en Duitse model.
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 63
Objectivering van de factoren die het concurrentie vermogen in België beïnvloeden
De huurprijzen voor winkelruimtes zijn in België gemiddeld lager dan in buurlanden, vooral in de stadskernen.
1. BTW 2. Leverancierprijzen 3. Arbeidskost en flexibiliteit 4. Huurprijzen INVLOED VAN DE IMMOKOST (% OMZET EXCL. BTW)
5. Publiciteit 6. Voedselveiligheid
Super
-�,�%
-�,�%
-�,�%
Fashion
-�,�%
-�,�%
-�,�%
Electro
-�,�%
-�,�%
-�,�%
7. Milieu 8. Veiligheid
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Kosten van handelsactiva De gemiddelde huurkosten voor handelsactiva in België zijn lager dan in de buurlanden, in het bijzonder voor vestigingen in het stadscentrum
Objectivering van de problematiek
Resultatenrekening ter illustratie
Ondanks wetgeving die de vestiging van grote handelszaken strikt regelt, beschikt België over een grotere handelsoppervlakte per inwoner (m2/inw.) dan de buurlanden, wat betekent dat het commercieel-stedenbouwkundig beleid over het algemeen toereikend is.
Een beperkende wet op de handelsvestigingen voor handelsondernemingen (hoewel in de praktijk weinig vergunningen worden geweigerd) en het bestaan van verschillende beslissingsniveaus maakt de administratieve procedure complexer, ook al heeft dit geen beduidende invloed op de kosten.
Brutomarge
Bedrijfskosten
In het algemeen zijn de gemiddelde kosten per m² van handelshuurcontracten minder hoog in België dan in de buurlanden. Het geraamde kostenvoordeel, op basis van de studie van ledengegevens, wordt geraamd op 20% t.o.v. Frankrijk en op 15% t.o.v. Nederland en Duitsland.
Het kostenverschil in het voordeel van België is groter bij vestigingen in het stadscentrum, in het bijzonder voor A-locaties in grootsteden.
Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw):
Totaal incl. btw
BTW+COGS
Nettomarge Kosten
Nettoresultaat
IMPACT OP DE KOSTENSTRUCTUUR (% VAN DE OMZET ZONDER BTW) Supermarkten
-�,� tot -�,�%
Fashion
-�,� tot -�,�%
Electro
-�,� tot -�,�%
<0%
0% tot +1%
+1% tot +2%
>+2%
- 9 mei 2012 | 67
Comeos - Witboek van de handel
Objectivering van de geïdentificeerde problematieken
Kosten van handelsactiva Het verschil in gemiddelde kosten per m2 betekent een concurrentievoordeel voor België en een positieve impact op de kostenstructuur van ondernemingen van naar raming 0,6% tot 2,2%
Vergelijkende analyse van de kosten voor handelshuur HUUR IN MAIN STREET EN SHOPPING CENTER Prime retail rents (k€/m²/jaar)
IMPACT OP DE KOSTENSTRUCTUUR IN BELGIË T.O.V. DE BUURLANDEN (IN % VAN DE OMZET EXCL. BTW) KOSTEN VOOR HANDELSHUUR OP BASIS VAN GEGEVENS VAN DE COMEOS-LEDEN Kosten per m² voor vergelijkbare winkeloppervlakte (basis = 100 voor België)
Supermarkten
-�,� à -�,�%
Fashion
-�,� à -�,�%
Electro
-�,� à -�,�%
Bron: Cushman & Wakefield, Retail Rent, 2011; Eurostat-databank, 2009; Locatus, handelsoppervlakte, 2011, Gegevens Comeos-leden Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw): <0%
0% tot +1%
+1% tot +2%
>+2%
Objectivering van de factoren die het concurrentie vermogen in België beïnvloeden Door de taal én door de dubbele heffing – de regionale en de lokale taks – is reclame
30 procent duurder dan in buurlanden.
1. BTW 2. Leverancierprijzen 3. Arbeidskost en flexibiliteit 4. Huurprijzen 5. Publiciteit
INVLOED VAN DE PUBLICITEITSKOST (% OMZET EXCL. BTW)
6. Voedselveiligheid Super
+�,�%
+�,�%
+�,�%
Fashion
+�,�%
+�,�%
+�,�%
Electro
+�,�%
+�,�%
+�,�%
7. Milieu 8. Veiligheid
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Reclamekosten De reclamekosten liggen hoger in België dan in de buurlanden als gevolg van de ontwerp- en contactkosten en de dubbele heffing op reclamedrukwerk
Objectivering van de problematiek
Resultatenrekening ter illustratie
De ontwerpkosten voor reclame liggen hoger in België dan in de buurlanden als gevolg van de culturele en linguïstische complexiteit (nationale reclame moet in 2 of 3 talen worden vertaald en aangepast aan de culturele verschillen) en de afschrijving over een beperkter aantal consumenten.
Op vergelijkbare basis zijn de kosten per contact (‘cost per view’) ook hoger in België als gevolg van de verschillende taalgebieden (waardoor verschillende media voor dekking moeten zorgen) en de afschrijving over een beperkter aantal consumenten aangezien de mediakosten niet afnemen in verhouding tot het aantal nuttige contacten.
Brutomarge
Bedrijfskosten
Ten slotte leidt het huidige belastingsysteem tot een dubbele heffi ng voor ondernemingen door de gewestelijke terugnameplicht voor oud papier en gemeentebelastingen op reclamedrukwerk, wat extra kosten voor de ondernemingen met zich meebrengt.
Het gemiddelde verschil in reclamekosten wordt door Comeos-leden geraamd op ~+30% t.o.v. de buurlanden, wat leidt tot een impact op de kostenstructuur van de handelaars van naar raming +0,6% tot +0,8% zonder btw, naargelang de sector.
Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw):
Totaal incl. btw
BTW+COGS
Nettomarge Kosten
Nettoresultaat
IMPACT OP DE KOSTENSTRUCTUUR (% VAN OMZET ZONDER BTW) Supermarkten
~ +�,�%
Fashion
~ +�,�%
Electro
~ +�,�%
<0%
0% tot +1%
+1% tot +2%
>+2%
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 71
Objectivering van de geïdentificeerde problematieken
Reclamekosten Het concurrentienadeel inzake reclamekosten heeft een impact op de kostenstructuur van de handelaars van naar raming +0,6% tot +0,8% van de omzet, naargelang de sector
Vergelijkende analyse van de reclamekosten per sector van de handel SECTOR SUPERMARKTEN
Reclamekosten (% v/d omzet)
Kostenverschil
Kostenverschil (% v/d omzet)
SECTOR FASHION
IMPACT OP DE KOSTEN IN BELGIË T.O.V. DE BUURLANDEN (IN % V/D OMZET EXCL. BTW) Reclamekosten (% v/d omzet)
Kostenverschil
Kostenverschil (% v/d omzet)
Supermarkten
~ +�,�%
Fashion
~ +�,�%
Electro
~ +�,�%
SECTOR ELECTRO
Reclamekosten (% v/d omzet)
Kostenverschil
Kostenverschil (% v/d omzet)
Bronnen: Gegevens Comeos-leden; Analyse Arthur D. Little Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw):
<0%
0% tot +1%
+1% tot +2%
>+2%
Objectivering van de factoren die het concurrentie vermogen in België beïnvloeden
Striktere maatregelen ten gunste van de volksgezondheid en de voedselveiligheid die worden opgelegd, zorgen voor een extra kost.
1. BTW 2. Leverancierprijzen 3. Arbeidskost en flexibiliteit 4. Huurprijzen 5. Publiciteit 6. Voedselveiligheid INVLOED VAN DE VERPLICHTINGEN IVM VOLKSGEZONDHEID EN VOEDSELVEILIGHEID (% OMZET EXCL. BTW)
Super
+�,�%
+�,�%
+�,�%
7. Milieu 8. Veiligheid
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Verplichtingen inzake volksgezondheid en voedselveiligheid De Europese reglementering inzake volksgezondheid en voedselveiligheid is omgezet op basis van een prescriptieve aanpak, met extra kosten voor de handelaars tot gevolg
Objectivering van de problematiek
Resultatenrekening ter illustratie - België
Historisch gezien, en in het bijzonder sinds de dioxinecrisis in 2000, heeft België een sterke cultuur ontwikkeld op het vlak van voedselveiligheid en controle van de risico’s i.v.m. volksgezondheid.
Bij de omzetting van de Europese richtlijnen heeft het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) gekozen voor een prescriptieve aanpak, waarvan sommige maatregelen, volgens professionals in de sector, problemen opleveren bij de uitvoering.
Brutomarge
Bedrijfskosten Totaal incl. btw
Op straffe van een verdubbeling van hun FAVV-bijdrage moeten de ondernemingen, bovenop de naleving van hun andere verplichtingen, ook zorgen voor autocontrole via externe organisaties, wat leidt tot extra kosten die in dit stadium moeilijk kunnen worden geraamd.
BTW+COGS
Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw):
Kosten
Nettoresultaat
IMPACT OP DE KOSTENSTRUCTUUR (% VAN OMZET ZONDER BTW) Supermarkten
Het concurrentienadeel m.b.t. deze verplichtingen heeft een impact op de kostenstructuur van supermarkten die voorzichtig wordt geraamd op +0,1% van de omzet excl. Btw t.o.v. de buurlanden.
Nettomarge
~ +�,�%
Fashion
Non applicable
Electro
Non applicable
<0%
0% tot +1%
+1% tot +2%
>+2%
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 75
Objectivering van de geïdentificeerde problematieken
Verplichtingen inzake volksgezondheid en voedselveiligheid Het Belgische systeem voor de erkenning en de controle van de voedselketen is sterk prescriptief, met aanzienlijke extra operationele en infrastructuurkosten tot gevolg
Europese reglementering inzake gezondheid en veiligheid van de voedselketen Verordening (EG) nr. 178/2002 staat centraal in het Hygiënepakket van de Unie en regelt de veiligheid van de voedselketen
BELGIË
FRANKRIJK
NEDERLAND
DUITSLAND
Verplichtingen m.b.t. de veiligheid van de voedselketen
•
•
•
•
NVWA Pragmatische houding op basis van samenwerking • Hygiënecodes en geharmoniseerd controlesysteem (CBL) – Gebruikershandl. = 30 p.
•
•
•
•
# inspecties/jaar
155.000 inspecties voor 180.000 operatoren
390.000 inspecties voor 900.000 operatoren
140.000 inspecties
NA
FAVV Ruime en prescriptieve interpretatie – interpretatie gids = 260 p.
ANSES (vroeger: AFSSA) Exploitanten zijn vrij in de keuze van de middelen
BfR In de verschillende sectoren zijn gedragsgidsen opgesteld
Illustratie van het Belgische beleid ter zake: • Tijdens de dioxinecrisis (Ierland - 2008) eiste Europa dat alle producten met meer dan 20% varkensvlees uit Ierland van de markt werden gehaald. In België legden de autoriteiten de grens op “meer dan 1%”. • Waar de Europese Commissie vraagt dat de regels voor hygiëne worden gerespecteerd, eist België automatische waterkraantjes, en toegang tot warm én koud water in de hele infrastructuur.
Bronnen: Europese Commissie, FAVV, ANSES, NVWA, BfR, Analyse Arthur D. Little
Objectivering van de factoren die het concurrentie vermogen in België beïnvloeden
Striktere milieuregels en de toevloed van milieutaksen straffen de Belgische handelaar.
1. BTW 2. Leverancierprijzen 3. Arbeidskost en flexibiliteit 4. Huurprijzen INVLOED VAN DE MILIEUWETTEN EN -TAKSEN (% OMZET EXCL. BTW)
5. Publiciteit 6. Voedselveiligheid
Super
+�,3%
+�,3%
+�,3%
Fashion
+�,1%
+�,1%
+�,1%
Electro
+�,2%
+�,2%
+�,2%
7. Milieu 8. Veiligheid
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Milieuverplichtingen en -heffi ngen De striktere omzetting van de Europese richtlijnen en de ontwikkeling van milieuheffingen, met inbegrip van terugnameplichten, benadelen de handel in België
Objectivering van de problematiek
Resultatenrekening ter illustratie
In België hebben de federale en gewestelijke autoriteiten een voortrekkersrol gespeeld in de omzetting van de Europese richtlijnen inzake milieubescherming, wat heeft geleid tot een groot aantal verplichtingen die bijzonder restrictief zijn t.o.v. de buurlanden, in het bijzonder op het vlak van afvalbeheer. COGS
Zo is de handel in België onderworpen aan tal van directe lasten (verpakkingsheffingen, milieuheffingen, specifieke ecotaksen, terugnameplichten …) die haar concurrentievermogen schaden en leiden tot een aanzienlijke administratieve belasting voor de handelaars om voor elke handelsvestiging de formaliteiten te respecteren die op verschillende bevoegdheidsniveaus worden opgelegd.
Brutomarge
Bedrijfskosten Totaal incl. btw
BTW+COGS
Nettomarge Kosten
Nettoresultaat
IMPACT OP DE KOSTENSTRUCTUUR (% VAN OMZET ZONDER BTW) Het concurrentienadeel dat hieruit voortvloeit voor de kostenstructuur wordt voorzichtig geraamd op +0,1% tot +0,3% van de omzet zonder btw naargelang de sector. Dit nadeel houdt vooral verband met de overmatige administratieve lasten, de verpakkingsheffingen voor supermarkten en de vele ecotaksen en terugnameplichten voor electro.
Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw):
Supermarkten
~ +�,3%
Fashion
~ +�,1%
Electro
~ +�,2%
<0%
0% tot +1%
+1% tot +2%
>+2%
- 9 mei 2012 | 79
Comeos - Witboek van de handel
Objectivering van de geïdentificeerde problematieken
Milieuverplichtingen en -heffingen De milieuheffingen schaden het concurrentievermogen van de Belgische handel en bevorderen de grensoverschrijdende handel, zoals blijkt uit het voorbeeld van mineraalwater in Frankrijk
Milieuheffingen in België (1)
Impact van de verhoging van verpakkingsheffingen op de prijs van een fles water (2)
Milieutaksen Heffing op drankverpakkingen
Bedrag Herbruikbaar
1,41 € /hl
Eenmalig gebruik
9,86 €/hl
‘Picknicktaks’ Ecotaksen
�,�� €
2,70 tot 4,50 €/kg Wegwerpfototoestel
7,44 €/stuk
Batterijen
0,50 €/stuk
Recipiënt voor inkt, lijm, solvent Terugnameplichten
�,�� €
0,62 €/5l �,�� €
Recupel (elektrische en elektronische toestellen) Bebat, Recybat (batterijen) Fost Plus en Val-I-Pac (verpakkingen) Interventiefonds oud papier (reclamedrukwerk) Valorlub (motorolie) Valorfrit (olie voor menselijke consumptie) Recytyre (banden) Storting, verbranding en meeverbranding + administratieve lasten die deze verplichtingen met zich meebrengen
Bronnen: (1) 2011 - FOD, Fiscaal Memento; (2) 2005 – Koninklijke vereniging van de Industrie van Waters en Frisdranken, Belgische Brouwers, Ajunec en Fevia, Verpakkingsheffing en eco taksen – wat na het arrest van het Arbitragehof?; VBO, Groene fiscaliteit, een voorwaardelijk instrument, 2007; Analyses Arthur D. Little Nota: Fevia raamde het fiscaal verlies als gevolg van de verhoging van de verpakkingsheffingen (water en limonade) in 2005 op 2,6 milj. euro
Objectivering van de factoren die het concurrentie vermogen in België beïnvloeden
Criminaliteit en winkelbeveiliging kosten in België tot 17% meer.
1. BTW 2. Leverancierprijzen 3. Arbeidskost en flexibiliteit 4. Huurprijzen 5. Publiciteit
INVLOED VAN DE VEILIGHEIDSKOST (% OMZET EXCL. BTW)
6. Voedselveiligheid Super
+�,0%
+�,1%
+�,2%
Fashion
+�,0%
+�,1%
+�,3%
Electro
+�,0%
+�,1%
+�,2%
7. Milieu 8. Veiligheid
Objectivering van de geïdentifi ceerde problematieken
Kosten van diefstal en beveiliging De kosten m.b.t. winkelbeveiliging zijn in vergelijking hoger in België, voornamelijk als gevolg van de omvang van verlies van goederen (1)
Objectivering van de problematiek
Compte de résultat illustratif
Beveiliging vormt een grote kostenpost in de handel, waarbij de kosten van verlies van goederen (1) aanzienlijk kunnen zijn, in het bijzonder in Fashion (1 à 2% van de omzet).
COGS
Boven op de kosten van diefstal brengt winkelbeveiliging niet te verwaarlozen personeelskosten (bewakers via externe bedrijven, handeling om de producten te beveiligen) en investeringen in uitrusting met zich mee.
Brutomarge
Bedrijfskosten
In België wordt de beveiliging van winkels geregeld door de wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid (wet-Tobback). Momenteel maakt de aanpak van criminaliteit geen deel uit van een totaalaanpak voor de volledige handel en volgt op diefstal en kwaad opzet volgens de professionals van de sector geen voldoende ontradende strafrechtelijke afhandeling.
Het concurrentienadeel dat daaruit voortvloeit voor de kostenstructuur wordt beschouwd als onbeduidend t.o.v. Frankrijk en schommelt tussen +0,1% en +0,3% van de omzet excl. Btw t.o.v. Duitsland en Nederland, naargelang de sector. (1)
Totaal incl. btw
BTW+COGS
Nettomarge Kosten
Nettoresultaat
IMPACT SUR LA STRUCTURE DE COÛT (% DU CA HTVA) Supermarchés
+0,0% à +0,2%
Habillement
+0,0% à +0,3%
Electro
+0,0% à +0,2%
Onder verlies van goederen verstaan we: diefstal door klanten en personeel, interne fouten en fouten en fraudegevallen van leveranciers Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw): <0% 0% tot +1%
+1% tot +2%
>+2%
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 83
Objectivering van de geïdentificeerde problematieken
Kosten van diefstal en beveiliging Het nadeel inzake beveiligingskosten voor de kostenstructuur wordt beschouwd als onbestaand t.o.v. Frankrijk en schommelt tss. 0,2% en 0,3% v/d omzet excl. btw t.o.v. Duitsland en Nederland
Vergelijkende analyse van diefstal- en beveiligingskosten Gewicht van de componenten van beveiligingskosten Illustratie - Fashion
% omzet
Diefstal
0,87%
Handling van artikelen
1,00%
Investeringen in uitrusting: camera’s
0,10%
Bewakers
0,05%
Totaal
2,02%
IMPACT OP DE KOSTENSTRUCTUUR IN BELGIË T.O.V. DE BUURLANDEN (IN % V/D OMZET EXCL. BTW) Supermarkten
+0,0% tot +0,2%
Fashion
+0,0% tot +0,3%
Electro
+0,0% tot +0,2%
Beveiligingskosten in % v/d verkoop Diefstal in % van de verkoop
Bronnen: CRR, Global Retail Theft Barometer, 2011; Wet van 10 april 1990 tot regeling van de private en bijzondere veiligheid; Convenant Aanpak Winkelcriminaliteit; Gegevens Comeosleden; Analyse Arthur D. Little Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw): <0% 0% tot +1% +1% tot +2% >+2%
Objectivering van de factoren die het concurrentie vermogen in België beïnvloeden
Niet meetbare factoren die een invloed kunnen hebben op de prijs: - Verkoop met verlies - Openingsuren - Online handel
Objectivering van de factoren die het concurrentievermogen beïnvloeden
Andere (niet-gekwant.) relevante factoren Het huidige verbod op verkoop met verlies in België lijkt verantwoord voor de handel en de consumenten
Verbod op verkoop met verlies •
•
Net zoals in Frankrijk is verkoop met verlies in België verboden (buiten koopjesperiodes), terwijl dat in Nederland en Duitsland wel is toegelaten, wat kan leiden tot een concurrentiehandicap t.o.v. die twee landen. In het algemeen wordt dit verbod verantwoord door: - Verkoop met verlies zou niet duurzaam zijn en zou op termijn het aanbod en de concurrentie beperken - Het feit dat aanzienlijke prijsverminderingen voor bepaalde producten (zogenaamde lokproducten) door grote ketens worden gecompenseerd door hogere prijzen voor andere producten. Dit dreigt voor de consument ondoorzichtig te worden. (zie voorbeeld hiernaast)
•
Economen (1) hebben al veel gewerkt rond de problematiek van verkoop met verlies. Zij brengen argumenten aan tegen een te restrictief verbod maar wijzen tegelijk ook op het risico van vijandige praktijken vanwege grote spelers die kunnen rekenen op schaalvoordelen en massa-inkoop.
•
De economische analyses laten niet toe om verkoop met verlies onvoorwaardelijk toe te laten. De Belgische wetgeving terzake lijkt ons dan ook correct.
Illustratie •
De mogelijkheid van verkoop met verlies bevordert het zetten van bodemprijzen voor lokproducten, die worden gecompenseerd door hogere marges op de rest van het gamma, wat de prijspolitiek voor de consument niet langer transparant maakt. ILLUSTRATIE SUPERMARKT IN NEDERLAND (2)
In het bijzonder in Frankrijk in het kader van de invoering van de wet-Galland: werkzaamheden van Chambolle, Colla, Lambert-Pandraud en Baudet; (2) Vereenvoudigde vertrouwelijke gegevens
(1)
- 9 mei 2012 | 87
Comeos - Witboek van de handel
Objectivering van de factoren die het concurrentievermogen beïnvloeden
Andere (niet-gekwant.) relevante factoren De reglementering inzake openingsuren, gekoppeld aan de hogere loonkosten voor laat werken en zondagwerk, leidt tot een concurrentienadeel voor de Belgische handel
Openingsuren •
België heeft een strikte reglementering inzake openingsuren voor de handel.
•
De wet die de werkuren en de compensaties voor laat en zondagswerk regelt, laat niet toe de mogelijkheden om extra uren te openen, optimaal te benutten.
•
•
Reglementering inzake openingsuren Land
De starheid van het Belgische systeem kan leiden tot een concurrentienadeel voor de Belgische handel, in het bijzonder voor Fashion, waar de omzet sterk wordt beïnvloed door impulsaankopen. Een versoepeling van de openingsuren zou gunstig zijn voor het concurrentievermogen van de Belgische handel (in het bijzonder voor Fashion) als de daarmee verbonden extra loonkosten ook worden herzien.
Maandag tot zaterdag
Zondag (1)
Totaal uren
5 tot 20 * u
1 verplichte sluitingsdag per week
91
Geen beperking
Tot 13 u voor de voedingshandel
144
6 tot 22 u
12 zondagen per jaar
96
Geen beperking
<10 zondagen per jaar
144
Extra loonkosten voor laat werken/zondagwerk Land
Laat werken (2) +40% na 18 u op weekd. +75% op zaterdag +5% tss. 21 en 22 u +20% tuss. 22 en 5 u +33% > 20 u /+50% >21 u +50% > 18 u op zaterdag +20% >18.30 u en op zat. +40% na 16 u op zat.
Zondag (2) +100% +20% gebruikelijk geopend +100% punctueel geopend
Bronnen: NBB, De distributiesector en zijn impact op de prijzen in het eurogebied, 2011, OESO en berekeningen van het Eurosysteem; Analyse Arthur D. Little (1) Uitzonderingen voor toeristische zones; (2) Op basis van paritaire overeenkomsten die voornamelijk van toepassing zijn in de Supermarktsector * = 21 uur op vrijdag Voordeel t.o.v. België Vergelijkbare situatie met België
+100% +120%
Nadeel t.o.v. België
Objectivering van de factoren die het concurrentievermogen beïnvloeden
Andere (niet-gekwant.) relevante factoren De intrede van buitenlandse e-commercespelers – met voordelige kostenstructuren – op de Belgische markt dreigen de concurrentiehandicap nog te versterken.
E-commerce •
•
•
Het totaal van geïdentificeerde problematieken van de traditionele handel in België (btw, leverancierprijzen, arbeidskost,…) en de daaraan verbonden concurrentienadelen gelden ook voor de online handel
Ontwikkeling van e-commerce in België
% OMZET VAN BEDRIJVEN ONLINE GEREALISEERD IN 2011 (B2B EN B2C) (1)
In vergelijking met de buurlanden, heeft e-commerce zich in België trager ontwikkeld – te wijten aan - De winkeldichtheid, waardoor de traditionele handel voor de consument altijd vlakbij is - Een versnipperd online betaallandschap: er ontbreekt een éénvorming elektronisch betaalmodel - Gebruik van kredietkaarten is in België cultureel minder aanvaard
17%
17%
De ontwikkeling van online handel neemt de geografische drempels weg en biedt voordelen aan buitenlandse spelers om op de Belgische markt te komen: ze hebben een lagere kostenstructuur, waardoor de traditionele handelaar in België bijkomend omzetverlies kan leiden, en er minder werkgelegenheid ontstaat.
14%
14% 13%
13% 11%
11%
% PARTICULIEREN DIE DE LAATSTE 12 MAANDEN GOEDEREN OF DIENSTEN ONLINE BESTELDEN (2) 70% 70%
60%
60%
50%
50%
40%
40%
30%
30%
20%
20%
10%
10% 2005
67% 60% 56%
67% 60% 56%
BE BE
38% FR
38%
NL
FR NL DE
DE
2005 2006
2006 2007
2007 2008
2008 2009
2009 2010
2010
Bronnen: Eurostat Databank 2005 - 2010, Update 2011; (1) Eurostat 2011: % (waarde van) aankopen op internet of andere netwerken gerealiseerd (2) Eurostat 2011: % van individuen tussen 16 en 74 jaar die een privé-aankoop online realiseerden in het laatste jaar. (3) 2010 - FOD Economie - Studie over het faciliteren van e-commerce aanbod in België - niet-exhaustieve lijst
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 89
Synthese en aanbevelingen
Samenvatting en aanbevelingen Overzicht
In deze studie zijn verschillende problematieken geobjectiveerd die het concurrentievermogen van de Belgische handel negatief beïnvloeden en die dringend en overlegd optreden vereisen
•
Het concurrentievermogen van de Belgische handel moet absoluut worden versterkt om de regeringsdoelstellingen inzake economische groei en nieuwe werkgelegenheid te halen, waarbij tegelijk een gunstige prijsontwikkeling voor de consument moet worden gegarandeerd t.o.v. de buurlanden.
•
In deze studie werden acht problematieken geobjectiveerd die een beduidende handicap vormen voor het concurrentievermogen van de Belgische handel t.o.v. de buurlanden.
•
De optelsom van deze problematieken betekent voor de Belgische handel een concurrentienadeel op de kostenstructuur van de handelaars, tot 6,8% van de omzet zonder btw, naargelang de sector en het land. - De meest getroffen sectoren zijn electro (van 5,6% tot 6,8% van de omzet zonder btw) en supermarkten (van 4,7% tot 6,1% van de omzet zonder btw), gevolgd door de Fashion (van 0,5% tot 3,8% van de omzet, zonder btw). - De grootste concurrentiehandicap hebben Belgische handelaars tegenover hun Duitse en Nederlandse concurrenten. Het verschil met Frankrijk is kleiner door het relatief kleinere verschil in arbeidskost.
•
Als die handicap in de prijzen wordt doorberekend, waarbij alles voorts gelijk blijft, zou dit neerkomen op een prijsverschil voor de consument van 1,7% tot 8,5% t.o.v. de buurlanden.
•
Op korte termijn moeten dus – in overleg – een aantal prioritaire acties ten gronde worden ondernomen om het concurrentievermogen van alle ondernemingen in de Belgische handel te versterken, rekening houdend met de huidige zware budgettaire beperkingen en het noodzakelijke evenwicht van de overheidsfinanciën.
•
Hierna bevelen wij een aantal sporen aan om de verschillende kernproblematieken die in deze studie werden geobjectiveerd aan te pakken en waarvan de uitvoering vereist dat alle stakeholders van de sector op de verschillende bevoegdheidsniveaus deelnemen.
- 9 mei 2012 | 93
Comeos - Witboek van de handel
Samenvatting Geïdentifi ceerde kernproblematieken
In deze studie werden verschillende problematieken geobjectiveerd die het concurrentievermogen van de Belgische handel negatief beïnvloeden t.o.v. de buurlanden Hogere standaard-btw-tarieven dan in de buurlanden
A
Marktsegmentering door de leveranciers, met onverantwoorde prijsverschillen tot gevolg
A
Hoge arbeidskost ondanks een hoge productiviteit …
A
… nog versterkt door een gebrek aan fl exibiliteit in de arbeidsorganisatie
A
Gemiddelde kosten van handelshuur en vastgoedlasten zijn in vergelijking laag
A
Kosten voor reclame (ontwerp en distributie) zijn in vergelijking hoog
A
Verplichtingen inzake volksgezondheid en voedselveiligheid zijn restrictiever
A
Milieuverplichtingen en -heffi ngen zijn talrijker en restrictiever
A
Kosten voor winkelbeveiliging zijn in vergelijking hoger
A
�. �. �a. �b. �. �. �. �. �.
Geraamde impact op de kostenstructuur van handelaars (% omzet excl. btw): <0% 0% tot +1% +1% tot +2% >+2%
Nota: Presentatie van de problematieken in volgorde van balansontleding. Impactraming gecombineerd uitgevoerd voor problematieken 3a en 3b (sociaal domein)
Samenvatting Raming van de impact op de kostenstructuur en potentieel op de prijs voor de consument
De negatieve impact op de kostenstructuur loopt op tot 6,8% (% omzet excl. btw). Bij doorberekening in de prijzen komt dit neer op een impact tot 8,5%
Relevantie van de factor en zijn impact Supermarkten
Factoren die de kostenstructuur beïnvloeden
� �a �b � � � � � � � �
Gedifferentieerde leveranciersprijzen Arbeidskosten Arbeidsflexibiliteit Kosten van handelshuur en vastgoedlasten Reclamekosten Verplichtingen inzake gezondheid en voedselveiligheid Milieuheffingen en -verplichtingen Kosten i.v.m. winkelbeveiliging
● ● ● ● ● ● ● ●◗
Kostenverschil in % v/d omzet excl. btw
●
Verschil in btw-tarief Prijsverschil incl. btw in %
Fashion
3,2
2,6
3,2
1,2
2,8
2,2
- 0,8
- 0,6
- 0,6
0,8
0,8
0,8
0,1
0,1
0,1
0,3
0,3
0,3
0,0
0,1
0,2
4,7
6,1
6,0
0,7
0,5
- 0,2
5,4
6,5
5,8
● ● ● ● ● ● ●◗ ● ●
Electro
–
–
–
2,0
4,7
3,6
- 2,2
- 1,7
- 1,7
0,6
0,6
0,6
–
–
–
0,1
0,1
0,1
0,0
0,1
0,3
0,5
3,8
3,0
1,2
1,7
1,7
1,7
5,5
4,7
● ● ● ● ● ● ● ●◗ ●
4,3
3,6
4,3
1,1
2,5
2,0
- 0,8
- 0,6
- 0,6
0,8
0,8
0,8
–
–
–
0,2
0,2
0,2
0,0
0,1
0,2
5,6
6,6
6,8
1,2
1,7
1,7
6,8
8,2
8,5
Bron: Analyses Arthur D. Little
● Niet relevant ●◗ Gemiddelde relevantie ● Grote relevantie
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 95
Samenvatting Raming van de impact op de kostenstructuur en potentieel op de prijs voor de consument
Voor de Supermarktsector beloopt het kostennadeel voor Belgische handelaars t.o.v. Nederland 6,1% en bij doorberekening in de prijzen 6,5%
Concurrentienadeel van België t.o.v. Nederland in de Supermarktsector
ILLUSTRATIE – SUPERMARKTEN BELGIË VS. NEDERLAND 0,46
Bron: Analyses Arthur D. Little
Aanbevelingen om het concurrentievermogen van de handel in België te versterken
De geïdentificeerde verschillen inzake btw en leverancierstarieven moeten op Europees niveau worden aangepakt om de rem op het concurrentievermogen te verkleinen
Btw-tarieven afstemmen op buurlanden Fiscaliteit
•
De Belgische politiek op het gebied van btw-tarieven moet herzien worden, zodat ze meer concurrentieel zijn tegenover die van de buurlanden, door de verschillen tussen standaard en verlaagd btw-tarief te verkleinen.
De lokale fi scaliteit verlichten •
De mogelijkheden onderzoeken op de lokale fiscaliteit te verlichten en harmoniseren (verschillende lokale belastingen en taksen) die de financiële last voor ondernemingen, die al hoog was vergeleken met de buurlanden, de laatste jaren nog heeft doen stijgen, en die voor een uitzonderlijk complexe administratieve last zorgen.
•
Onderzoek van lokale fiscaliteit biedt de mogelijkheid om de belasting en taksen op reclamedrukwerk grondig te herbekijken: - Een vermindering van de taksen die worden gehoffen op reclamedrukwerk, en de verspreiding die dubbel wordt belast in België door de regionale belasting op de terugnameplicht van oud papier en de lokale taks op reclamedrukwerk. - Een harmonisatie tussen de gemeenten rond de taksen op reclamedrukwerk, zodat een administratieve vereenvoudiging kan worden bereikt voor de handelsondernemingen.
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 97
Aanbevelingen om het concurrentievermogen van de handel in België te versterken
Beperk de mogelijkheid voor internationale leveranciers om gedifferentieerde tarieven te hanteren De Commissie en de Europese mededingingsautoriteiten sensibiliseren met als doel de mogelijkheden van de industrie te beperken om de Europese interne markt kunstmatig te segmenteren door voor bepaalde producten gedifferentieerde tarieven toe te passen:
•
- De strategieën van producenten om gedifferentieerde tarieven toe te passen, gebaseerd op segmentering in nationale markten, leiden voor kleine landen zoals België tot soms beduidend hogere aankoopprijzen, terwijl dit maar gedeeltelijk kan worden verantwoord door objectieve kostenfactoren. - Gezien de kostenstructuur van de handel in België (kleine marge) worden die verschillen in aankoopprijs gedeeltelijk doorberekend in de prijzen, wat voor nationale merken leidt tot een kunstmatig hoog prijsverschil dat niet wordt verantwoord door andere consumentenbehoeften. Mechanismen onderzoeken waardoor factoren die extra kosten met zich meebrengen als gevolg van de specifieke reglementeringen op iedere nationale markt in de EU kunnen worden beperkt, bijv. door een vereenvoudiging van de verplichte vermeldingen op het etiket en de behoefte om aan iedere nationale markt aan te passen.
•
De consument beter informeren over de aard van producten (bijv. observatorium voor een objectieve kwaliteitsvergelijking tussen producten van nationale merken en distributeursmerken) zodat ze een doordachte keuze kunnen maken.
•
Internationale leveranciers
Aanbevelingen om het concurrentievermogen van de handel in België te versterken
Een reeks maatregelen lijkt eveneens noodzakelijk om de arbeidskost in de sector te verlagen, zodat de concurrentiepositie wordt versterkt en bijkomende banen worden gecreëerd
Verlaag de arbeidskost Arbeidskost
•
De mogelijkheden verkennen om de arbeidskost te verlagen voor alle personeelscategorieën, zodat er een vergelijkbaar niveau wordt bereikt met de buurlanden, door een vermindering van de fi scale druk en sociale lasten, zonder de koopkracht van de Belgische werknemer aan te tasten.
Voorbeeld van de verschillen op basis van een brutoloon van 30.000 euro (1) Kosten
•
Patronale bijdragen
32,6%
41,8%
14,6%
19,6%
Werknemersbijdrage
12,5%
21,8%
0,0%
20,5%
Inkomstenbelasting
19,7%
0,0%
27,2%
14,0%
Kost voor werkgever per euro netto
1,96 €
1,81 €
1,57 €
1,82 €
Voordeliger tegenover België
Minder voordelig dan in België
Er kunnen gerichte maatregelen worden overwogen voor oudere werknemers en werknemers met lage lonen, om in de handel tijdelijke werkkrachten toe te laten en sectoriële werkloosheid te vermijden.
Analyse uitgevoerd op basis van een brutoloon van 30.000 euro, voor een gehuwd werknemer met twee kinderen ten laste en een partner zonder inkomen. Bronnen: SD Workx België, kabinet boekhoudkunde, Ministerie van Budget, Software 'Haute Personal Office Standard' (1)
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 99
Aanbevelingen om het concurrentievermogen van de handel in België te versterken
Laat meer flexibiliteit toe in de arbeidsorganisatie Verhoog de flexibiliteit rond de werkuren voor contracten van onbepaalde duur, zodat in die categorie een maximum aan banen kan worden gecreëerd. De wetgeving rond deeltijdse contracten in het bijzonder moet versoepeld worden, door te onderzoeken of systemen mogelijk zijn die een gedeeltelijk flexibele invulling van werkuren mogelijk maken.
•
De regelgeving rond tijdelijke uitzendarbeid versoepelen en vereenvoudigen: de mogelijkheden om een beroep te doen (motieven) op uitzendkrachten verruimen, en de uitvoering vereenvoudigen
•
De regelgeving rond de openingsuren van winkels vereenvoudigen én harmoniseren met de wetgeving voor arbeidsduur, en de toepassing ervan in de praktijk
•
Flexibiliteit van de arbeid
Aanbevelingen om het concurrentievermogen van de handel in België te versterken
Een verlichting en harmonisatie van bepaalde taksreglementeringen op regionaal en lokaal niveau zouden de financiële en administratieve lasten voor de handel moeten beperken
•
De milieuheffi ngen en -taksen aanpassen voor bepaalde productcategorieën, bijvoorbeeld voor dranken die in nietherbruikbare verpakkignen worden bewaard, zodat het prijsverschil met de buurlanden afneemt en de grensaankopen niet langer de Belgische handel schaden.
•
In samenspraak evoluteren naar een meer pragmatisch controlesysteem voor de voesdselveiligheid dat zich op de resultaten richt en rekening houdt met de realiteit op het terrein – zonder toegevingen te doen op het niveau van voedselveiligheid in België.
Milieuheffi ngen en -taksen
Voedselveiligheid
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 101
Bijlagen
Sectorale samenvattende fiches
Overzicht van de geanalyseerde factoren
Sectorale samenvattende fi ches Supermarkten
Supermarkten vormen de voornaamste sector van de Belgische handel, goed voor ruim 40% van de werkgelegenheid en 13% van de totale gezinsconsumptie
Kerngegevens – Supermarkten
Resultatenrekening ter illustratie – België Kenmerken van de sector • Grootste deel van de omzet tegen verlaagd btw-tarief • Aankoopkosten wegen zwaarst (75%) • Lonen vormen aanzienlijke kostenpost • Gemiddelde nettomarge is heel klein (~ 1%)
Kernindicatoren
Grootte van de sector (milj. €) (1) % van de totale handel
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
Tewerkstelling (2) % van tewerkselling in de sector
��.��� ��,�%
NB
���.��� ��,�%
�.���.��� ��,�%
VTE’s in de sector (3) % van de VTE’s in de handel
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
���.��� ��,�%
���.��� ��,�%
Privéconsumptie (milj. €) (4) % van het totale gezinsbudget
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
Brutomarge
Nettomarge
BTW + COGS
Totaal incl. btw Legende
Bronnen: Analyses Arthur D. Little, Gegevens Eurostat 2009. sectoren; (4) Huishoudbudget voeding, fashion en electro
(1)
Kosten
BTW
Lonen
Reclame
COGS
Huur
Veiligheid
Omzet voeding detailhandel, kleren en schoenen, electro;
(2)
Nettoresultaat
Andere
aantal personen die in deze sectoren werken;
(3)
VTE in de
- 9 mei 2012 | 105
Comeos - Witboek van de handel
Sectorale samenvattende fi ches Fashion
Fashion vertegenwoordigt bijna 10% van de omzet en 16% van de werkgelegenheid van de Belgische handel
Kerngegevens – Fashion
Resultatenrekening ter illustratie – België Kenmerken van de sector • Aankoopkosten wegen relatief minder zwaar door (50%) • Lonen en huur vormen aanzienlijke kosten • Gemiddelde nettomarge is groter
Kernindicatoren
Grootte van de sector (milj. €) (1) % van de totale handel
�.��� �,�%
��.��� �,�%
��.��� ��,�%
��.��� �,�%
Tewerkstelling (2) % van tewerkselling in de sector
��.��� ��,�%
NB
���.��� ��,�%
���.��� ��,�%
VTE’s in de sector (3) % van de VTE’s in de handel
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
��.��� ��,�%
���.��� ��,�%
�.��� �,�%
��.��� �,�%
��.��� �,�%
��.��� �,�%
Privéconsumptie (milj. €) (4) % van het totale gezinsbudget
Brutomarge
Nettomarge
BTW + COGS
Totaal incl. btw Legende
Bronnen: Analyses Arthur D. Little, Gegevens Eurostat 2009. sectoren; (4) Huishoudbudget voeding, fashion en electro
(1)
Kosten
BTW
Lonen
Reclame
COGS
Huur
Veiligheid
Omzet voeding detailhandel, kleren en schoenen, electro;
(2)
Nettoresultaat
Andere
aantal personen die in deze sectoren werken;
(3)
VTE in de
Sectorale samenvattende fi ches Electro
Electro vertegenwoordigt ruim 5% van de omzet en de werkgelegenheid van de Belgische handel
Kerngegevens – Electro
Resultatenrekening ter illustratie – België Kenmerken van de sector • Aankoopkosten wegen zwaarst (> 70%) • Lonen vormen aanzienlijke kostenpost • Nettomarge is klein
Kernindicatoren
Grootte van de sector (milj. €) (1) % van de totale handel
�.��� �,�%
��.��� �,�%
�.��� �,�%
��.��� �,�%
Tewerkstelling (2) % van tewerkselling in de sector
��.��� �,�%
NB
��.��� �,�%
���.��� �,�%
VTE’s in de sector (3) % van de VTE’s in de handel
�.��� �,�%
��.��� �,�%
��.��� �,�%
���.��� �,�%
Privéconsumptie (milj. €) (4) % van het totale gezinsbudget
�.��� �,�%
��.��� �,�%
�.��� �,�%
��.��� �,�%
Brutomarge
Nettomarge
BTW + COGS
Totaal incl. btw Legende
Bronnen: Analyses Arthur D. Little, Gegevens Eurostat 2009. sectoren; (4) Huishoudbudget voeding, fashion en electro
(1)
Kosten
BTW
Lonen
Reclame
COGS
Huur
Veiligheid
Omzet voeding detailhandel, kleren en schoenen, electro;
(2)
Nettoresultaat
Andere
aantal personen die in deze sectoren werken;
(3)
VTE in de
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 107
Overzicht van de geanalyseerde factoren
In België liggen de standaard-btw-tarieven hoger en wordt de handel benadeeld door hoge loonkosten, beperkte arbeidsflexibiliteit en de aard van de sociale dialoog Fiscaliteit Toepasselijke btw
Douane- en accijnsrechten
Directe fiscaliteit
In België liggen de standaard-btw-tarieven 1,4% tot 2,0% hoger dan in de buurlanden, wat de prijs voor de consument in vergelijking opdrijft, met een wisselende impact voor de verschillende sectoren van de Belgische handel naargelang van de mix van verkochte producten en diensten. De structuur en de hoogte van de accijnsrechten in België sluiten globaal aan bij het gemiddelde in de buurlanden.
De winst van vennootschappen wordt in vergelijking zwaarder belast in België, maar dit kan worden getemperd dankzij de fiscale bepalingen m.b.t. de notionele interestaftrek.
Sociaal Arbeidskosten
De Belgische handel wordt benadeeld door een hoge brutokost op arbeid en door hoge sociale lasten, die resulteren in een concurrentiehandicap.
Productiviteit
De niet-concurrerende arbeidskosten in België worden gedeeltelijk gecompenseerd door de hoge uurproductiviteit in de handel, ondanks de stagnatie van de productiviteit in de afgelopen jaren.
Arbeidsflexibiliteit
Arbeidsmarkt
Systeem van sociale dialoog
De arbeidsflexibiliteit is in vergelijking beperkt in België, met name door de geldende bepalingen m.b.t. werktijden, deeltijds werk, uitzendwerk en studentenwerk. De Belgische arbeidsmarkt wordt gekenmerkt door een relatief hoge werkloosheidsgraad, met grote regionale verschillen, en een beschikbaarheid van werkkrachten die vergelijkbaar is met de buurlanden. De sociale dialoog in België is gebaseerd op een ultra consensusmodel, wat een complexiteit evroorzaakt in de besluitvorming en de noodzaak tot sociale dialoog én akkoord op verschillende vlakken. Het benadeelt de flexibiliteit en reactievermogen van de bedrijven
Kwalitatieve evaluatie van de positionering van België
Beduidend voordeel
Beperkt voordeel
Neutraal
Beperkt nadeel
Beduidend nadeel
Overzicht van de geanalyseerde factoren
De Belgische handel profiteert van een in vergelijking gemiddeld lagere handelshuur maar wordt benadeeld door het tariefbeleid van internationale leveranciers
Handelsvestigingen Stedenb. ontwik. v/d handel
Huurprijzen
Administratieve procedures
België heeft een hoge handelsdichtheid, wat getuigt van een afgelijnd stedenbouwkundig handelsbeleid dat in het algemeen aan de behoeften van de handel is aangepast. De gemiddelde handelshuur in België ligt lager dan in de buurlanden, in het bijzonder voor A-locaties in het stadscentrum.
Hoewel de wetgeving inzake handelsvestigingen (‘Ikea-wet’) strikt is, worden in de praktijk weinig vergunningen geweigerd. De verschillende beslissingsniveaus maken de administratieve procedures ingewikkelder maar leiden uiteindelijk niet tot een beduidend nadeel voor de Belgische handel t.o.v. de buurlanden.
Leveranciers en logistiek Leveranciers-relaties
In het algemeen is er geen merkbaar verschil in de aard van de relaties tussen leveranciers en handelsondernemingen in België t.o.v. het buitenland.
Tariefbeleid
In vergelijking met de buurlanden wordt België benadeeld door de gedifferentieerde tarieven en hogere nettoaankoopprijzen die internationale leveranciers voor bepaalde producten hanteren.
Logistiek
Logistieke operaties in België profiteren in het algemeen van het in vergelijking kleine grondgebied, de hoge bevolkingsdichtheid en de concentratie van de agglomeraties op de grote assen.
Kwalitatieve evaluatie van de positionering van België
Beduidend voordeel
Beperkt voordeel
Neutraal
Beperkt nadeel
Beduidend nadeel
Comeos - Witboek van de handel
- 9 mei 2012 | 109
Overzicht van de geanalyseerde factoren
Reclamekosten zijn in vergelijking heel hoog in België en de naleving van de verplichtingen inzake voedselveiligheid en milieu benadelen de Belgische handel
Handelspraktijken Reclame
Prijsbeleid
Openingsbeleid
Dienstverl. a/d klant
De kosten voor handelsreclame zijn in vergelijking hoger in België als gevolg van de taalcomplexiteit, specifieke gemeentebelastingen en hogere contactkosten (‘cost per view’) aangezien de kosten van de media niet afnemen in verhouding tot het aantal nuttige contacten. Verkoop met verlies, verboden in België en Frankrijk buiten de koopjesperiode, is op bepaalde voorwaarden toegelaten in Nederland en Duitsland, wat tot een relatief concurrentienadeel kan leiden. Dit verbod lijkt echter verantwoord voor de meeste spelers van de Belgische handel op voorwaarde dat het gelijkmatig wordt toegepast. Hoewel de Belgische reglementering niet bijzonder restrictief is wat betreft de openingsuren van verkooppunten, beperkt de administratieve en organisatorische complexiteit, als gevolg van vele akkoorden en de toepassing van paritaire overeenkomsten, de benutting van de toegestane openingsuren. De Belgische consument geniet een goed informatie- en beschermingsniveau dankzij de wet betreffende marktpraktijken en consumentenbescherming in overeenstemming met de Europese richtlijnen.
Gezondheid, veiligheid en leefmilieu Gezondheid en voedselveiligheid
Milieuverplichtingen
Milieuheffingen
De omzetting in België van de Europese reglementering inzake volksgezondheid heeft geleid tot een sterk prescriptief systeem voor de erkenning en de controle van de voedselketen, met extra operationele en infrastructuurkosten tot gevolg. De omzetting van de Europese reglementering inzake milieuverplichtingen in België, dat een voortrekkersrol heeft gespeeld, brengt voor de handel hogere operationele kosten met zich mee dan in de buurlanden. De Belgische handel is onderworpen aan tal van directe lasten (verpakkingsheffingen, milieuheffingen, specifieke ecotaksen, terugnameplichten …) die nadelig zijn voor haar concurrentievermogen en leiden tot een aanzienlijke administratieve belasting om de formaliteiten te respecteren die op de verschillende bevoegdheidsniveaus worden opgelegd.
Kwalitatieve evaluatie van de positionering van België
Beduidend voordeel
Beperkt voordeel
Neutraal
Beperkt nadeel
Beduidend nadeel
Overzicht van de geanalyseerde factoren
In de Belgische handel is de consument nog maar een beperkte gebruiker van e-commerce en liggen de beveiligingskosten hoger dan in de buurlanden
Innovatie Innovatieklimaat
België is een geschikte testmarkt om nieuwe producten en diensten te lanceren wegens zijn beperkte grootte en de culturele en taaldiversiteit. De Belgische consument loopt achter in het gebruik van e-commerce t.o.v. de buurlanden. De Belgische handel zit hoog in het gemiddelde t.o.v. de buurlanden inzake innovatie en kan rekenen op een aangepast opleidingsniveau van de werknemers alsook een beduidend niveau inzake investeringen in innovatie.
Diverse bedrijfskosten Financiering
Beveiliging van winkels
Nutsvoorzieningen
Transactiekosten
Informatiesystemen
De bankdiensten en de financieringsmiddelen voor ondernemingen in België zijn gediversifieerd, ondanks de relatieve moeilijkheid om winkelruimte voor nieuwe handelsvestigingen te financieren. De kosten van winkelbeveiliging zijn in vergelijking hoog in België wegens de grotere omvang van diefstal. De Belgische handel wordt benadeeld door het gebrek aan een sectoraal gecoördineerde aanpak inzake veiligheid en door de gerechtelijke afhandeling van diefstalfeiten. België sluit aan bij het gemiddelde van de buurlanden wat betreft de kosten van elektriciteit, gas en water. Op dit domein heeft Frankrijk echter een concurrentievoordeel. De hogere kosten van cash in België worden gecompenseerd door lagere kosten voor elektronische transacties dan in het buitenland.
In alle bestudeerde landen hebben ondernemingen alles samen genomen even gemakkelijk toegang tot performante informatiesystemen.
Kwalitatieve evaluatie van de positionering van België
Beduidend voordeel
Beperkt voordeel
Neutraal
Beperkt nadeel
Beduidend nadeel
Comeos - Witboek van de handel
This document was drafted by Arthur D. Little at the request of Comeos on terms specifically limiting Arthur D. Little’s liability. The conclusions of this document are the results of the exercise of our best professional judgment, based in part upon confidential information provided to us by Comeos members under strict non-disclosure agreements. Use of this report by any third party for whatever purpose should not, and does not, absolve such third party from using due diligence in verifying the report’s contents. Any use which a third party makes of this document, or any reliance on it, or decisions to be made based on it, are the responsibility of such third party. Arthur D. Little accepts no duty of care or liability of any kind whatsoever to any such third party, and no responsibility for damages, if any, suffered by any third party as a result of decisions made, or not made, or actions taken, or not taken, based on this document.
Arthur D. Little is the world’s first management consulting firm and assists clients with complex assignments in a wide range of industries. Arthur D. Little, founded in 1886, is a global leader in management consultancy, linking strategy, innovation and technology with deep industry knowledge. We offer our clients sustainable solutions to their most complex business problems. Arthur D. Little has a collaborative client engagement style, exceptional people and a firm-wide commitment to quality and integrity. Visit us at www.adlittle.com
www.comeos.be
Arthur D. Little Benelux sa/nv Avenue de Tervurenlaan 270 B-1150 Brussels Belgium Telephone 32.2.761.72.00 Telefax 32.2.762.07.58 Email
[email protected] www.adlittle.com
- 9 mei 2012 | 111