Hoe willen wij leren mogelijk maken? Een lesje utopisch denken Door Lucas Derks en Henriëtte Mol
Ons onderwijssysteem wordt in stand gehouden door dingen die als vanzelfsprekend worden ervaren. In dit artikel gaan wij, Lucas Derks (sociaal psycholoog) en Henriette Mol (orthopedagoog) na wat onderwijshelden met elkaar gemeen hebben en komen van daaruit tot een werkwijze waarmee iedereen onderwijsheld kan worden: ‘utopisch denken’. En ideeën kan bedenken en vormgeven om hoge uitvalspercentages, personeelstekorten en agressie terug te dringen. Wat onderwijshelden zoals Boeke, Neill, Reimer, Comenius, Fernandez, Illich, Korczak en Montessori met elkaar gemeen hebben, is hun vermogen om zich te bevrijden uit denkwijzen die de rest van de onderwijswereld gevangen houden. Hoe doen ze dat? Hoe ontsnap je uit je vastgeroeste denkkaders? Vragen verboden Wat als eerste opvalt, is dat zij vanuit hun intense betrokkenheid vragen stellen. Lastige, fundamentele, brutale vragen. Het soort vragen waarop geen juf of meester het antwoord weet. Vragen waarvoor ze in de klas eigenlijk strafwerk, slaag of openbare vernedering verdienden. De vragen die deze onderwijshelden stellen gaan steeds over alom geaccepteerde vanzelfsprekendheden. Het kunnen bedenken van zulke vragen is een kunst die ook vooraf gaat aan het ontdekken van de lucht of de zwaartekracht: het gaat om dàt te kunnen opmerken waar anderen blind voor zijn. Wanneer deze onderwijsprofeten een dergelijke ingeburgerde vanzelfsprekendheid eenmaal te pakken hebben, gaan ze ermee stoeien. Ze vragen zich bijvoorbeeld af wat het tegenovergestelde zou zijn. En gaan dan bewijzen voor de juistheid van dit tegendeel verzamelen. Het liefst hebben ze dramatische bewijzen, waarmee ze andere mensen aan het twijfelen kunnen brengen. Dan gaan ze alternatieve schoolsystemen bedenken die beter, leuker en effectiever beloven te zijn. Essentieel is, dat zij zich niet laten afschrikken door collega’s die roepen: “Dat kan niet. Dat hebben we al geprobeerd. Met ons soort leerlingen gaat dat niet. Dat is een utopie!” Willen we anno 2000 de problemen met hoge uitvalpercentages, agressie en personeelsgebrek oplossen? Dat kan wellicht wanneer ‘utopisch denken’ een vanzelfsprekende activiteit wordt voor iedere onderwijs-vrouw en onderwijsman. We zijn goed op weg. Uit het programma van het symposium ter gelegenheid van het afscheid van Ben van der Hilst als rector van het Montessori College Nijmegen, maken we op dat momenteel ‘utopisch-denken’ als studiedag gegeven wordt. De lezingen-titels luiden: Het Studiehuis Voorbij, De Vakdocent Voorbij, De Schoolleider Voorbij
stelling van de leerplicht in ieder land dezelfde: alle burgers een basis geven van kennis en vaardigheden die nood-
werden geïnspireerd. En in 1983 ontstond —gebaseerd op hetzelfde gedachtegoed— de leefwerkschool Ei-
zakelijk zijn voor hun professionele en sociale integratie in de samenleving waarvan zij deel uitmaken. De moderne school leidt je op om te werken;
genwijs in Nijmegen. Om er maar een paar te noemen. Wat kunnen we met deze wetenschap?
het is een arbeidskrachtfabriek waarin het arbeidsvermogen van één leraar gemultipliceerd wordt naar véél leerlingen. In juni verscheen een rapport van
We gaan ons hierdoor realiseren dat het ‘moderne onderwijs’ toelatingsexamens, de leerplicht, specialisatie, CITO-toetsen en fusies heeft voortge-
professor Junger-Tas voor het ministerie van Justitie over de maatschappelijke functie van het onderwijs. Zij schrijft daar in: “Sinds de jaren ’80
bracht. Dingen die we als heel vanzelfsprekend ervaren, maar die ‘leren’ vaak veranderen van iets dat jongeren van nature leuk vinden, in een soort
werd het onderwijs echter steeds meer gezien als een arbeidsvoorzieningsinstrument, waarbij de invloed van het bedrijfsleven is gegroeid. Dit ging ge-
kinderslavernij. Waarbij veel energie verloren gaat met weerstand, faalangst, disciplinering en machtsstrijd. Deze problemen worden echter
paard met een heel andere waardering van het onderwijs, namelijk veel meer in termen van rendement en opbrengsten. Vanuit een bedrijfseconomische
meestal met lapmiddelen bestreden, omdat de veroorzakende uitgangspunten niet ter discussie staan. Die uitganspunten komen via het
visie worden scholen afgerekend op de resultaten van het ‘product’ dat ze leveren en ze worden meer en meer beoordeeld volgens de standaarden van ef-
utopisch denken wèl ter discussie te staan. Toen Everett Reimer in 1971 ongeveer dezelfde denkstappen doorgelopen had, schreef hij in zijn ‘School is
‘t Algemeen dat de landelijke overheid moet zorgen voor algemeen nationaal onderwijs, omdat het merendeel der Nederlanders hier niet zelf zorg voor
fectiviteit en efficiency. Daarbij is de pedagogisch-vormende functie van het onderwijs steeds meer onder druk komen te staan.”
dood’: “Leraren stonden in hoog aanzien voordat er scholen waren, en dat zal wel weer het geval zijn wanneer zij hun beroep kunnen uitoefenen zonder
kan dragen (Junger-Tas, 2000). Hoe zit dat anno 2000? Hoe goed, zinvol en legitiem is het de overheid zorg te laten dragen voor het onderwijs?
We hebben nu een tweede vanzelfsprekendheid ontmaskerd. Wat is het tegenovergestelde van een arbeidskrachtfabriek? Dat is een school
de dwang van verplichte aanwezigheid, een van bovenaf opgelegd leerplan en de vier muren van een klaslokaal.”.
waar je als individuele leerling op je eigen manier dàt leert waar je op dat moment zin in hebt, totaal afgezien van later. Bestaan er bewijzen voor het
Voor de utopische denker is het de kunst om diepgewortelde culturele vanzelfsprekendheden op het spoor te komen en ideologische heilige huisjes,
bestaansrecht van een dergelijke school? Ja, want zo’n school bestaat al lang! In meerdere vormen en op diverse plekken zelfs. Neill richtte in En-
zoals het streven naar ‘gelijke kansen voor iedereen’. Wat is daarvan het tegenovergestelde? Is dat ‘ongelijke kansen voor niemand!’ Kent u ondersteu-
geland in 1921 Summerhill op. Hij leerde zijn leerlingen in de eerste plaats om ‘te leven’. Geïnspireerd door zijn ideeën stichtte Bert Kouwenberg in
nende bewijzen voor dit idee? Hoe denkt u dat te bereiken? Misschien wel door op elke leeftijd iedere vorm van onderwijs en studiefinanciering voor
Ongeacht welk schoolsysteem gehan-
Den Haag de La Reyschool: een basisschool. In 1971 waren er in Noorwegen en Denemarken vier Experimentele Gymnasia; geïnitieerd door ontevreden
alle mensen beschikbaar te maken. Bestaat dat al ergens? Deze vanzelfsprekendheid op de helling zetten, wordt nog aantrekkelij-
teerd wordt, is de fundamentele doel-
leerlingen die ook door Neill’s ideeën
ker wanneer we een conclusie lezen
en Het Montessori-systeem Voorbij. Hoe kun je je dergelijk vernieuwend denken eigen maken? De post-moderne school Misschien kan onze aanpak u op weg helpen. Om tot nieuwe visies te komen hebben wij eerst de huidige stand van zake in het onderwijs als het ‘moderne onderwijs’ bestempeld. Daarna zijn we ons gaan afvragen waarin dit verschilt van alles wat er aan vooraf ging, zoals leren in familieen stamverband of leren binnen een gilde. Vervolgens keken we welke denkkaders het ‘moderne onderwijs’ in stand houden. Om tot slot via het ‘postmoderne twijfelen’ tot alternatieven hiervoor te komen. De ‘utopische’ visies die daaruit voortvloeien noemen we ‘de post-moderne school’. Wat meteen opvalt wanneer je onderwijs door de eeuwen heen vergelijkt, is dat het moderne onderwijs door de overheid gestuurd wordt, vanuit ideeën uit de 18e eeuw. In 1798 rapporteerde de Maatschappij tot Nut van
alle burgers een basis geven van kennis en vaardigheden
van in een rapport van het Sociaal Cultureel Planbureau: “Uit een oogpunt van kansengelijkheid zou het stapelen
stomme-rot-leraar krìjgen. Ook hoeft niet iedere docent elke leerling te accepteren, want sympathie komt zelden
als ze niet meer op de scholen in overzichtelijke groepen gevangen gehouden worden tot hun ouders thuisko-
van verschillende opleidingen juist aangemoedigd moeten worden, maar uit het oogpunt van kostenbeheersing poogt de overheid dit terug te dringen”
van één kant. Trouwens, bij Eigenwijs in Nijmegen brengen ze dit alternatief al jaren in praktijk.
men?
(SCP, 1999).
Leren op elk niveau
Leren van iedereen
Heeft u zich op school verveeld gedurende de les? Werd u steeds door
“Johan. Stop met voetballen! Ga aan je huiswerk.” De brave zoon, sloft de trap op, om op zijn kamertje wat in schriftjes te schrijven. Bedrijft hij zo het
Nog een voorbeeld: Op school worden onze kinderen aan bepaalde leerkrachten toegewezen. Dat het kind daarbij geen zeggenschap heeft, vin-
andere kinderen afgeleid? Of heeft u juist vaak het gevoel gehad dat u dom was? Dat komt alleen doordat we in klassen gestopt worden. Een klas wekt
èchte leren? Bijna iedereen gelooft dat natuurlijk. Maar hoe leren kinderen van nature? En wat gaat het effectiefst? Leren
den we volkomen vanzelfsprekend. Misschien zien we het zelfs als een goede voorbereiding op later; als het onder een vervelende baas moet kun-
de valse suggestie van gelijke niveaus van ontwikkeling. Nu worden mensen op basis van leeftijd of vooropleiding bij elkaar gezet, en wat erger is, buiten-
ze niet juist het beste als ze spelen? Neem nou Charles Darwin. Zijn vader maakte zich ernstig zorgen om hem. Hij was bang dat er niets van zijn
nen werken. Vraag voor de lezer: Van welke leerkracht heeft u in uw leven het meeste geleerd en vondt u deze aardig of on-
gesloten. Zullen we samen zoiets vanzelfsprekends als de ‘klas’ eens op de helling zetten? Wij bedenken de las-
zoon terecht zou komen omdat hij liever niets deed of op jacht ging, dan dat hij boven zijn boeken zat. Maar de tochten door de bossen en velden ble-
aardig? Het tegenovergestelde van bovengenoemde vanzelfsprekendheid heeft onze ‘sociaal-emotionele leertheorie’ voortgebracht. Een visie die voorspelt
tige vragen en u kunt zelf op zoek gaan naar de alternatieve visies. (Vraag 1) Wat gebeurt er als we niet alleen stoppen met leerlingen te selecteren op ras, geloof, sociale klasse of
ken juist heel nuttig; alles wat Darwin in de openlucht tegenkwam, bestudeerde hij met grote belangstelling. En als u op school goed heeft opgelet, weet u wat dat heeft opgeleverd.
dat de meeste lezers op de vorige vraag “aardig’ hebben geantwoord. Overal vinden we bewijzen dat een leerling meer opsteekt naarmate hij of
sekse maar ook niet meer op leeftijd, vakgebied en niveau? (Vraag 2) Voor wie is een klas met een gelijk niveau eigenlijk voordelig?
Meer bewijs vinden we op de Haagse La Reyschool, waar ze een utopische ‘speeltoren’ hebben gebouwd. Tussen lokalen op drie verdiepingen
zij de docent sympathieker vindt. Dit komt omdat de voorbeeldfunctie van de leraar het meest basale mechanisme in kennisoverdracht is — iets dat
(Vraag 3) Kan een leerling als klasloos individu zijn weg door het onderwijs vinden? (Vraag 4) Heeft een leerling een fy-
zijn de plafonds doorgebroken. Die verdiepingen zijn met een wenteltrap met elkaar verbonden; elk niveau heeft een tussenverdieping waardoor de
we ook bij chimpansees zien. Onbewuste vereenzelviging met de docent is veel belangrijker dan de bewuste cognitieve verwerking van zijn stof, want
sieke plek in school nodig? (Vraag 5) Hoe kan het zo ver gekomen zijn dat we een scholengemeenschap met meer dan tachtig klassen
speeltoren zes etages heeft. Iedere ochtend speelt de helft van de school het eerste uur. Het tweede uur mag de andere helft van de school spelen. In
dat komt vanzelf bij voldoende ‘naapen’. Maar wanneer de leerling de leraar niet mag, zal er geen identificatie plaatsvinden. Het tegendeel kan dan
pubers normaal zijn gaan vinden? Past dat soms bij de schaal-vergrotingstrend van alle fabrieken? En waarom vinden we het juist raar dat niet ieder kind in
principe mogen kinderen zelf kiezen of ze het eerste uur willen werken en het tweede willen spelen of andersom. “Van alle leeftijden spelen kinderen
gebeuren: De leerling wil niet zo als de leerkracht worden en gaat zich tegen diens lesstof verzetten. Hoe gaan we de ‘post-moderne
die massa een solide identiteit ontwikkelt? (Trouwens, in de utopie van de leefwerkschool ‘Eigenwijs’ handhaven ze een maximum aantal van 50 leerlin-
met en door elkaar. Chinezen, Antillianen, Marokkanen, Nederlanders, Afghanen, Turken, Surinamers... Vandaar ook dat onze kinderen zulke goede so-
school’ inrichten als we geloven dat ‘kennis via kanalen van positieve menselijke relaties stroomt?’ Dan zullen we leerlingen zelf hun mentoren laten kie-
gen voor de hele school.) Met het formuleren van lastige vragen over de klas, komt ook de school als kinderbewaarplaats in het geding.
ciale vaardigheden ontwikkeld hebben en makkelijk integreren met diverse culturen,” aldus intern begeleider Patty Brinkman.
zen; waardoor ze nooit meer een
(Vraag 6) Wat gaan kinderen doen
Leren met plezier
De Poolse pedagoog Janusz Korczak vind dat door kinderen voortdurend te laten investeren in ‘de toekomst’ en te
dat niet voldoende beseffen. Neill mikt met Summerhill vooral op de intrinsieke motivatie en hij betoogt
teit van Pisa, raakte geïnteresseerd in zwaartekracht en voerde op eigen houtje experimenten uit. Dit alles resul-
laten werken aan ‘later’ je ze van het plezier in het hier en nu berooft dat is een misdaad tegen het kind. “Het kind heeft recht op de dag van vandaag,”
“Niet-geïnteresseerde leerlingen die onder dwang moeten leren, worden oncreatieve onderwijzers, middelmatige artsen en incompetente juristen,
teerde ondermeer in het uitvinden van een thermometer, een slingeruurwerk en een kompas waarmee je de zuiverheid van metalen kon testen (Arnold,
schreef hij in zijn ‘Magna Charta van de rechten van het kind’. Misschien moet als alternatief ook het meest fundamentele taboe door-
terwijl het ook uitstekende technici, metselaars of politie-agenten hadden kunnen worden.” En hij gelooft liever dat “Creatieve mensen uit zichzelf zich
2000). Hebben we niet alle maatschappelijke vooruitgang aan eigenwijze donders te danken die de meester niet ge-
broken worden Vertel je kinderen dat de meeste mensen die echt succesvol zijn (rijk, beroemd, machtig, geniaal), vaak weinig aan het onderwijs te dan-
de gereedschappen eigen maken waarmee ze hun originaliteit, talent en geestkracht kunnen ontplooien” (Neill, 1960).
loofden? Denk ook aan Einstein, die heel zijn schooltijd strijdde met zijn leraren, omdat hij niet van de manier hield waarop zij les gaven.
ken hebben. Neem Edison als bewijs. Hij was als kind door een ziekte slechthorend geworden en werd van school gestuurd
Mensen die Neill’s Summerhill school bezochten vroegen vaak “Zullen de kinderen jullie later geen verwijten gaan maken dat ze geen rekenen en
Dit roept de uitdagende vraag op of de school mensen juist wèl bepaalde kennis moet opdringen, om zo hun verzet daartegen te mobiliseren?
omdat de leraren dachten dat hij achterlijk was. Thuis kreeg hij les van zijn moeder. Hij kreeg belangstelling voor wetenschap en techniek, las veel boe-
muziek hebben geleerd?” Neill’s antwoord daarop was “De jonge Freddy Beethoven en de jonge Tommy Einstein zullen hun weg naar de muziek en de
Janusz Korczak was een strategisch pedagoog. Hij schreef al in 1919 dat we kinderen juist dingen moeten verbieden om hun wilskracht te versterken,
ken, deed kleine uitvindingen en proefjes. Waarschijnlijk is het een geluk geweest, dat zijn familie te arm was om hem een opleiding voor onderzoeker
wiskunde wel vinden. Je kunt kinderen niet dwingen muziek te leren zonder ze tot op zekere hoogte tot willoze volwassenen te maken. Je maakt ze daar-
hun inventiviteit en kritisch vermogen te stimuleren, evenals hun vaardigheid in het ontsnappen aan controle. Darwin, Galileo, Einstein, het lijken
te laten volgen. We zien vaak dat echt succesvolle, creatieve mensen alles vanuit intrinsieke motieven doen; Wie het plezier verliest in het op eigen ini-
mee tot conformisten.” (Neill, 1960). Wat gebruiken mensen eigenlijk voor kennis en vaardigheden in hun leven? Het door Daniel Goleman ver-
uitzonderingen. Nee, het zijn uitzonderingen. Zij waren phoenixen die uit de as van het onderwijs wisten te herrijzen. Moeten we ze in het alternatief
tiatief leren, zal daarom relatief weinig kunnen bereiken in zijn leven. Vertrouwen?
breide inzicht dat emotionele intelligentie belangrijker is voor maatschappelijk succes dan cognitieve intelligentie, moeten we als een recente doorbraak
van de postmoderne school als voorbeeld nemen? Of moeten we juist van de middelmaat uitgaan, die niet tegen de dwang van het on-
Nog meer lastige vragen komen op, zodra onderwijskundigen af zien van het ‘gewone’ leren onder beloning en dwang en de intrinsieke ontwikkeling
in deze richting beschouwen. Op de utopische post-moderne school zou ‘zelfvertrouwen’ wel eens ieders hoofdvak kunnen zijn.
derwijs opgewassen is? Er gewoon op los leren Waarom waardeert men in de huidige samenleving specialisme boven
Galileo is een voorbeeld van iemand die creatief omging met de druk
generalisme en verdient een medisch specialist het drie-dubbele van een huisarts? De liefde voor specialisering heeft ons een school voor iedere vak-
rijzen Waarom laten we op school kinderen niet gewoon dat leren waar ze zelf zin in hebben? Dat zou immers een hoop ellende schelen. Maar we doen
die zijn vader op hem uitoefende. Hijzelf wilde wiskunde studeren, maar zijn vader dwong hem voor een studie medicijnen te “kiezen”, omdat dokters
gebied opgeleverd, met daarbinnen faculteiten en vakgroepen. Het hele moderne onderwijs is georganiseerd als een trechter waar je als omnipotent
dat niet, omdat we kinderen dat niet toevertrouwen. Deze constatering confronteert ons meteen ook met de impliciete aanname dat bepaalde kennis
meer verdienen. Stiekem bleef hij met wiskundesommen bezig tot zijn vader niet meer naar hem omkeek. Op vijfentwintig-jarige leeftijd werd Galileo pro-
kind in gaat om er gespecialiseerd uit te komen. Heeft u zich wel eens afgevraagd hoe het kan dat volledig ongeschikte
‘juist’ en onmisbaar is en dat kinderen
fessor in de wiskunde aan de universi-
personen op basis van vaste aanstellin-
van mensen gaan bestuderen. Want dat kinderen zich 150 pokémon of de namen van alle spelers van europese elftallen eigen maken, doet de vraag
Voor je eigen bestwil
gen leerlingen jarenlang teisteren? Is dat omdat het onvervangbare vakspecialisten zijn? Is die rol van de experts in het onderwijs binnenkort uitgespeeld? Zal de post-moderne techniek vakinhoudelijke kennis voor iedereen op elk moment beschikbaar maken? Video’s en CD-roms zullen het verhaal vaak veel leuker vertellen dan een zichzelf herhalende vakdocent. Wellicht maakt die techniek in de toekomst zelfs iedere vorm van gespecialiseerd onderwijs overbodig. Waardoor het onderwijs bijna volledig transdisciplinair zal zijn. Vroeger leerde je voor smid, en de rest van je leven smeedde je. Maar hoeveel van uw kennissen doen nog het werk waar ze voor werden opgeleid? En hoeveel daarvan doen dat werk zoals ze dat geleerd hebben? Utopie Als we iemands ideeën als ‘utopie’ bestempelen, dan impliceert dat binnen onze cultuur totale diskwalificatie. Utopie staat zo ongeveer gelijk aan onzin. We vergeten dan meestal dat vliegreizen, democratie, het internet, cochleaire implantatie, de vakbeweging en televisie ooit allemaal een utopie waren. Laten we de utopie opwaarderen. En utopisch denken tot kunst verklaren. Het gidskenmerk van een echte goede utopie is dat bijna iedereen meteen gelooft dat het onmogelijk is. Hopelijk inspireert dit artikel u en (andere) mensen bij de overheid om zelf nog meer vanzelfsprekendheden overhoop te gooien en mee te ontwerpen aan de post-moderne school. Een heerlijke school, waar iedereen van alles op elk niveau met plezier leert.
Literatuur Arnold, N. (2000). Machtige krachten. Alkmaar uitgeverij Kluitman. Korczak, J. (1919). Het kind in het gezin. Warschau Towarzystwo Wydawnicze. Neill, A.S. (1960, Nederlandse uitgave 1972). Summerhill theorie en praktijk van de anti-autoritaire opvoeding. Utrecht Bijleveld. Montessori College bestuur (2000). De verbeelding: verre beelden voor de dag van morgen. Sociaal Cultureel Planbureau (1999). Sociaal en Cultureel rapport, 1998, hfst. 14 p. 559-621. Henriëtte Mol en Lucas Derks
[email protected] www.sociaalpanorama.nl