164
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
165
Hoe start je een Transitie-initiatief?
In dit stadium speel je, hopelijk, met de gedachte om waar jij woont een Transitie-initiatief te starten. Je hebt misschien al eens rondgekeken en je afgevraagd waar je zou kunnen beginnen en hoe je dat in ‘s hemelsnaam doet. Hieronder beschrijf ik de ‘Twaalf Stappen van de Transitie’, die hopelijk een antwoord geven op je ‘Waarmee beginnen we en wat dan?’-vragen. Maar eerst is het goed om even stil te staan bij een aantal vragen, die vaak opkomen bij mensen die al begonnen zijn met het plannen van een Transitieinitiatief en die hen tegen kunnen houden om ermee door te gaan. Ik noem ze ‘De Zeven Maren’. Transition Town-avond in Groningen. Sommigen in de Transitie-initiatieven waren hun tijd ver vooruit, zoals hier, zittend, de auteur van Olieslaaf of eigen baas - met een goed energiebeleid naar onafhankelijkheid, een boek uit 1983!
als een mijlpaal. Dit kan zo zijn, maar ik heb het gevoel dat de belangrijke eerste stappen eruit bestaan de gemeenschap bij het proces van bewustwording te betrekken en energie voor het project op te bouwen, in plaats van in een vroeg stadium te verdwijnen in de verwarrende wereld van beleidsvorming en bezig zijn op het niveau van de lokale overheid. Zodra je dit bereikt hebt, zal de overheid aan het proces willen deelnemen, want die ziet nu dat dit de plek is waar de energie zit en waar het vernieuwende denken plaatsvindt. Wat de interactie tussen TTT en de lokale over-
heid betreft is een van de belangrijkste onderdelen de werkgroep Verbinding-met-de-lokale-overheid. Deze werd gevormd door een groep mensen die een tijd als raadsleden bij de gemeente betrokken waren geweest of die in diverse bestuursorganen hadden gezeten en begrepen hoe de politieke structuur werkt. Deze groep loopt nu ieder nieuw programma van evenementen door en ze nodigen die publieke vertegenwoordigers uit die zij vinden dat erbij zouden moeten zijn. Zij houden ook de komende gemeentelijke agenda in de gaten. Zij vormen een onderdeel van centraal belang voor het TTT-initiatief. Je zou kunnen stellen dat als prominente lokale politieke figuren vanaf een vroeg stadium betrokken willen zijn, zij het beste kunnen samenwerken met zo’n groep om het bredere proces vooruit te helpen.
De Zeven ‘Maren’ ‘Maar… we hebben geen budget’ Dit is echt geen argument. Geld is een armzalig substituut voor enthousiasme en betrokkenheid bij je gemeenschap die je door de eerste fasen van je transitie heen zullen leiden. Subsidieverleners kunnen ook een zekere mate van controle eisen en kunnen het initiatief in richtingen sturen die tegen de belangen van de gemeenschap en tegen je oorspronkelijke visie ingaan. Er is natuurlijk niets op tegen als je initiatief redelijke inkomsten genereert. Transition Town Totnes begon in september 2005 zonder geld en was tot voor kort voor het grootste deel zelfredzaam. Onze lezingen en filmvoorstellingen bren-
gen voldoende geld op om speciale evenementen, zoals de Open-Space-dagen, gratis te kunnen organiseren. Je zult op een punt komen waarop je geld nodig zult hebben voor bepaalde projecten, maar tot dan zul je het zeker redden. Hou zelf de touwtjes in handen van wat er met je belangrijke initiatief gebeurt en laat je niet tegenhouden door een gebrek aan geld. ‘Maar… ze zullen ons niet laten doen’ Sommige groenen zijn bang dat elk initiatief dat er op een of andere manier in slaagt om verandering te bewerkstelligen, verhinderd, tegengewerkt of aangevallen zal worden door anonieme bureaucraten of bedrijven. Transitie-initiatieven werken ‘onder de radar’; op zich lokken ze geen kwade reacties uit bij enige bestaande instantie. Integendeel, bedrijven zijn zich elke dag meer bewust van duurzaamheid en klimaatverandering en je zult er versteld van staan hoeveel mensen in machtsposities enthousiast zullen zijn en geïnspireerd worden door wat jullie doen. Ze zullen je initiatieven eerder steunen dan ondermijnen. Je zult merken dat je Transitie-initiatief constant tegen open deuren duwt. De unanieme ondersteuning van veel Transitie-initiatieven door hun lokale overheden is daar een voorbeeld van. ‘Maar… er zijn al groene groepen in deze stad en die wil ik niet voor de voeten lopen’ In Stap 3 (pag.169) zullen we hier verder op ingaan,
Hoofdstuk 11
166
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
maar in feite zou je wel écht pech moeten hebben, moest je in een territoriumstrijd met een andere groep verwikkeld raken. Jullie Transitie-initiatief zal bestaande groepen een gemeenschappelijk doel en een gevoel van richting geven. Sommige van die groepen zijn misschien een beetje uitgeblust en zullen de nieuwe wind die je laat waaien echt waarderen. Koppeling van een netwerk van bestaande groepen aan een Minder-Energie-Plan zal hun werk versterken en richting geven in plaats van het over te nemen of te overvleugelen. Verwacht van hen dat ze bondgenoten worden, van cruciaal belang voor het slagen van je Transitie-proces. ‘Maar… hier in de stad geeft toch niemand iets om het milieu?’ Deze gedachte kan je vergeven worden. We worden inderdaad omringd door wat misschien lijkt op een cultuur van onverschillige consumenten. Maar als je een beetje dieper graaft, ontdek je dat mensen wel degelijk begaan zijn met allerlei aspecten waar Transitie-initiatieven de nadruk op leggen. De meest onverwachte mensen blijken vurige pleiters voor sleutelelementen van een Transitie-initiatief – lokale voeding, lokale ambachten, lokale geschiedenis en cultuur. Het geheim is naar hen toe te gaan, in plaats van te verwachten dat zij naar jullie toekomen. Zoek een gemeenschappelijke basis en je zult ontdekken dat je gemeenschap een veel interessantere plek is dan je ooit gedacht had. ‘Maar… het is vast te laat om nog iets te doen’ Het is misschien al te laat, maar dat is niet waarschijnlijk. Jouw inspanningen (en die van anderen) zijn van cruciaal belang. Laat wanhoop je inspanningen niet saboteren. Het ligt in jouw macht om de mogelijkheid dat we hier doorgeraken te vergroten – geef die macht niet uit handen.
‘Maar… ik heb niet de juiste kwalificaties’ Als jij het niet doet, wie zal het dan wel doen? Je hoeft er geen diploma in duurzaamheid voor te hebben, of jarenlang ervaring in tuinieren of planning. Wat belangrijk is, is dat je hart hebt voor de plaats waar je leeft, dat je ziet dat er iets gedaan moet worden en dat je openstaat voor nieuwe wegen om mensen enthousiast te maken om mee te doen. Nuttige kwaliteiten voor iemand die een Transitie-initiatief wil starten, zijn: • een positieve instelling; • goed met mensen kunnen omgaan; • een basiskennis van de eigen gemeenschap hebben en een aantal sleutelfiguren in de stad kennen. Dat is het echt zo ongeveer. Je gaat tenslotte vanaf het begin je eigen ontslag in het proces inbouwen (zie Stap 1 verderop). Je rol in dit stadium is als die van een tuinman die de bodem klaarmaakt voor de latere tuin, die je misschien wel of niet meer zult zien. ‘Maar… ik heb de energie niet om dat te doen!’ Het volgende citaat wordt vaak aan Goethe toegeschreven: ‘Begin alles wat je kunt doen, of waarvan je droomt dat je het kunt. Stoutmoedigheid heeft iets geniaals, krachtigs en magisch in zich!’ De ervaring met een Transitie-initiatief te beginnen toont ons zonder twijfel dat dat waar is. Terwijl het idee om je stad (of je dorp, gehucht, streek of eiland) voor te bereiden op een leven na de olie onthutsend kan lijken door alles wat erbij komt kijken, is er iets in de energie die loskomt door het Transitie-proces, dat niet tegen te houden is. Iedereen met wie ik gesproken heb, die een Transitie-project gestart is, heeft na enkele weken een tijdje lopen denken: ‘Waar zijn we aan begonnen?!’ Je kunt het gevoel hebben dat je het allemaal alleen moet doen. Je kunt overweldigd worden door het vooruitzicht van de bergen werk en hoe complex
het allemaal is, maar mensen zullen je komen helpen. Velen hebben inderdaad versteld gestaan van de toevallige manier waarop belangrijke dingen in het proces plaatsvinden, van hoe de juiste mensen op het juiste moment kwamen opdagen. Het loont de moeite voor die stoutmoedigheid te kiezen, de sprong te wagen van ‘waarom doet niemand iets’ naar ‘laten we iets doen’, die de energie levert om ermee door te gaan. Vaak is het ontwikkelen van milieu-initiatieven als een kapotte auto de helling opduwen: een zware, ondankbare klus. Een Transitie-initiatief is als het naar beneden rollen aan de andere kant – de auto begint sneller naar beneden te rollen dan je kunt bijhouden, in een alsmaar hoger tempo. Zodra je hem daar boven op de heuvel een duw geeft, ontwikkelt hij zijn eigen vaart. Dat wil niet zeggen dat het niet soms hard werken is, maar het is bijna altijd een plezier.
De Twaalf Transitie-stappen We hebben goed opgelet hoe het Transition Town Totnes-initiatief zich ontwikkelde en ook in andere gemeenschappen die contact opnamen om te horen waarmee we bezig waren. Zo zijn De Twaalf Stappen ontstaan. Ze nemen je niet mee van A tot Z, maar eerder van A naar C; want dat is waar we met dit model tot nu toe gekomen zijn. Deze stappen volgen elkaar niet noodzakelijk op in dezelfde, logische volgorde als hier beschreven. Zoals je zult merken volgt ieder Transitie-initiatief zijn eigen weg door de Stappen heen. Deze Twaalf Stappen evolueren nog steeds en worden voor een deel gevormd door jullie ervaring met het gebruiken ervan. Uiteindelijk zouden het er maar zes kunnen zijn, of meer dan vijftig! Het is belangrijk voor ogen te houden dat ze niet als dwingend bedoeld zijn; ze zijn er veeleer om je
167 stukjes van de door jullie zelf gekozen puzzel aan te reiken. Je hoeft die Stappen niet rigoureus, stap voor stap te volgen: gebruik die stappen die nuttig lijken, laat andere die dat niet lijken vallen, en voeg indien nodig nieuwe toe. Je zult zien dat veel gemeenschappen die al met dit proces begonnen zijn, die stappen ieder op verschillende manieren samenstellen. 1. Stel een stuurgroep samen en leg vanaf het begin haar opheffing vast Een bekende uitspraak van Bill Mollison, de medegrondlegger van het permacultuurconcept, is: ‘Ik kan de wereld niet op mijn eentje redden. Daarvoor moeten we minstens met z’n drieën zijn’, of iets in die geest. Wanneer je met je Transitie-initiatief wilt beginnen, zul je, om de eerste fase van het proces in goede banen te kunnen leiden, een paar zielsverwanten moeten zoeken. Wat echter van essentieel belang is, en dat wordt in toenemende mate duidelijk, is dat de groep reeds in de eerste vergadering haar ontslag dient vast te leggen, met andere woorden een vaste termijn voor haar functioneren bepaalt. Er zijn zoveel groepen die uitgeblust raken en vastzitten met mensen die zich zo aan hun rol vastklampen dat het de voortgang van het project in de weg staat. Op lange termijn is het belangrijk dat het project geleid wordt door mensen die effectief dingen doen. Daarom zou ik voorstellen een Stuurgroep te vormen met betrouwbare mensen met als doel de Stappen 2 tot en met 5 te doorlopen, en af te spreken dat zodra er minstens vier subgroepen zijn gevormd, jullie groep zich opheft, en de Stuurgroep samengesteld wordt uit één persoon uit elk van die subgroepen. Dat vergt een zekere mate van nederigheid, maar het is ontzettend belangrijk om het slagen van het project voorrang te geven op de mensen die erbij betrokken zijn. Het is ook een hele opluchting! Het betekent namelijk dat je niet een groep vormt die de volledige herlokalisering van de plek in
‘Laat onze tijd er een zijn die herinnerd zal worden als een tijd waarin een nieuwe eerbied voor het leven ontwaakte, een krachtig voornemen om duurzaamheid te bereiken, een versnelling van de strijd voor rechtvaardigheid en vrede en de vreugdevolle viering van het leven.’ The Earth Charter 2001
168
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
kwestie op zich dient te nemen; je zet enkel de eerste paar Stappen – en dat is al veel beter haalbaar! Transitie-tip • nodig een professionele begeleider/veranderingsmanager uit om je te helpen; • betrek iedereen bij de transformatie; • zet samen duidelijk omschreven doelstellingen en grondbeginselen op papier voor de nieuwe formatie (zie onze Wiki) en verwijs er regelm atig
Bronnen en op de websites is te vinden welke films er zijn met een Nederlandse ondertiteling). Een ander belangrijk punt is dat je er nooit van uit mag gaan dat iedereen de films gezien heeft en dat niemand zal komen als je ze opnieuw draait. Deze films veroorzaken deining en veel mensen willen ze zien. Belangrijk is dat ze op zo’n manier vertoond worden dat ze leuk zijn en in het geheugen blijven hangen. Zo gonzen ze verder. Mensen gaan naar huis en vertellen er hun vrienden en familie over.
overschakelen naar Stap 3. Daar zul je zelf op een of andere manier zicht op moeten krijgen. Zelf was ik pas in staat de impact van wat we gedaan hadden in te schatten, toen Richard Heinberg in december 2006 naar Totnes kwam, en voor hij met zijn toespraak begon aan het publiek vroeg wie van hen bekend was met het concept van piekolie. Drie kwart van de zaal (er zaten ongeveer 350 mensen) stak zijn hand omhoog. Het is ook in dit stadium dat je, indien je nieuw bent in de stad waarin je werkt, mensen kunt ontmoeten, ontdekken wie de mensen zijn die naar dergelijke evenementen komen, wie je belangrijkste bondgenoten kunnen worden. Dit zal je allemaal goed van pas komen op het ogenblik dat je van start gaat met het eigenlijke proces. De vorming van een sociaal netwerk is hier even belangrijk, zo niet belangrijker, dan hoeveel mensen je kunnen vertellen wie M. King Hubbert was en hoeveel olie er jaarlijks in Mexico wordt gewonnen.
naar; • probeer je niet vast te pinnen op te behalen resultaten en laat je eigen agenda’s los; • sommige mensen zullen weggaan en anderen
Transitie-tip • Nodig voor het begin van elke filmvertoning of bespreking iedereen uit de persoon naast hem
zullen komen – welke mensen er ook komen op-
of haar aan te spreken, te vertellen wie ze zijn,
dagen, het zijn de juiste mensen;
waar ze vandaan komen en waarom ze hier zijn.
• heb vertrouwen in het proces! Een nieuwe denk-
Doe hetzelfde na de film (of de bespreking),
richting heeft tijd nodig om wortel te schie-
maar nu met de persoon aan de andere kant,
ten. (door Adrienne Campbell, Transition Town
deze keer om gedachten uit te wisselen over de
Lewes)
film. Mensen vinden het leuk om dit te doen.
169
Het maakt het plezier van de avond groter en is
2. Bewustmaking Je mag er niet van uitgaan dat mensen in je gemeenschap vertrouwd zijn met piekolie, klimaatverandering of zelfs met elementaire milieubegrippen en -principes die voor jou vanzelfsprekend zijn. Het is zeer belangrijk om, alvorens een Officiële Lancering op touw te zetten (zie onder 4), de nodige voorbereidingen te treffen. In Totnes hebben we bijna een vol jaar besteed aan lezingen, filmvertoningen en netwerken, alvorens de Lancering te organiseren. Gedurende die periode hebben we heel wat geleerd over hoe dit zo efficiënt mogelijk aan te pakken. We hebben drie keer The End of Suburbia gedraaid, elke keer voor een volle zaal en een totaal ander publiek. Verschillende methoden om deze filmvertoningen goed aan te pakken staan uitgelegd in Transitie-instrument nummer 7 (zie pag.174). Andere films die we vertoond hebben waren The Power of Community en Peak Oil: Imposed by Nature (andere ideeën voor films vind je achterin het boek bij de
Transitie-tip
een krachtig middel om te beginnen met het op-
• Een manier om via je filmvertoningen overheids-
bouwen van netwerken. De eerste poster van Transition Town Totnes.
Een ander aspect van dit bewustmakingswerk zijn toespraken. Het gaat dan niet over lezingen over piekolie die bestaan uit avondvullende doemverhalen over hoe de beschaving op het punt staat ten onder te gaan en hoe we elkaar zullen beginnen op te eten zodra de olie $150 per vat kost. Op die manier kan je er donder op zeggen dat je Transitieinitiatief al bij de eerste horde zal struikelen. Zoek sprekers die het onderwerp op een positieve, uitnodigende manier kunnen presenteren. Organiseer bijeenkomsten die mensen tot nadenken stemmen, maar die hen ook bijstaan wanneer ze beginnen te beseffen dat de op olie gebaseerde wereld rondom hen gebouwd is op drijfzand. Voor sommigen kan dat echt traumatisch zijn. Je moet voorbereid zijn op uiteenlopende uitingen van de ‘aardolie-afkickstress-stoornis’. Zorg ervoor voldoende tijd in je bij-
instanties erbij te betrekken is een lid van de lokale overheid uit te nodigen, bij voorkeur ie-
eenkomsten in te lassen zodat mensen met elkaar kunnen praten en enige steun voelen wanneer dergelijke onderwerpen worden besproken. Ook al gaat het er in je bewustmakingsproces in eerste instantie om mensen te informeren en ideëen te verspreiden, toch is het belangrijker dat je mensen met elkaar aan de praat krijgt en zo de sociale netwerken begint te bouwen, waar het succes van je Transitie-initiatief van zal afhangen. Zorg er dus voor dat mensen bij ieder evenement tijd hebben om te praten met de persoon naast hen. Je zou ook avondlessen kunnen organiseren, in scholen gaan praten, een artikel schrijven voor de plaatselijke krant, of iets op de lokale televisie brengen. Er is geen duidelijke manier om te weten of je in dit stadium voldoende hebt gedaan om te kunnen
mand met de portefeuille voor energie en milieu. Je zou ook een planoloog als panellid kunnen vragen om commentaar te geven bij de thema’s die in de film aan bod komen. Dit heeft zijn voordeel in twee richtingen: aan de ene kant betrekt het hen bij de onderwerpen die jullie initiatief onderzoekt en ook bij de organisatie. Anderzijds geeft het je de mogelijkheid hen te vragen wat zij over die thema’s denken.
3. Leg de fundamenten Het is zeer onwaarschijnlijk dat je een Transitie-initiatief start op een plek waar in het verleden nooit of nergens een milieu-initiatief werd genomen. Het is mogelijk dat dergelijke plekken bestaan: indien je op zo’n plek woont, loont het misschien de moei-
170
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
Een selectie posters van Transitie initiatieven.
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
171
172
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
te eens na te gaan waarom daar nooit eerder iets gebeurd is! Binnen de gemeenschap zal je mensen vinden die nog maar net met ideeën over het milieu kennismaken; mensen die de intellectuele kant van het verhaal al jaren kennen, maar praktisch nooit veel ondernomen hebben; mensen met een siertuin of moestuin, telers, bouwers en mensen die opgebrand zijn na jaren dit werk gedaan te hebben, terwijl niemand oren had naar wat ze te vertellen hadden.
waarin benadrukt wordt dat dit Transitie-initiatief geen proces is van hun werk nog eens overdoen, maar een vraag om medewerking in deze nieuwe manier om naar de toekomst kijken. Erken en eer hun werk en benadruk dat zij een wezenlijke rol te spelen hebben. Transitie-tip
Nodig andere lokale groepen uit om samen met jou evenementen te presenteren en ontwerp je programma’s zo dat je zoveel mogelijk andere
Er bestaat ook een groot aantal officiële en semiofficiële organisaties en instanties, van lokale overheden tot vrouwenorganisaties. In dit stadium is het zeer belangrijk met deze groepen een netwerk op te bouwen. Maak hen duidelijk dat het gaat om een wederzijds proces van ondersteuning en samenwerking, niet om hun werk nog eens over te doen, of erger nog, om hun jarenlange harde werken als irrelevant af te doen. Bied aan alle bestaande milieu-organisaties en besluitvormingsinstanties van de stad presentaties aan. Wanneer je je initiatief aan andere groepen voorstelt, geef dan een kort en begrijpelijk overzicht van wat piekolie is, wat het betekent, hoe het in verband staat met klimaatverandering (dit zou een belangrijk punt kunnen zijn voor sommige milieugroepen, die al wel met het probleem van de klimaatverandering bezig zijn, maar niet echt op de hoogte zijn van piekolie en het verband tussen beide). Vermeld ook welke gevolgen piekolie kan hebben voor de gemeenschap in kwestie, welke de voornaamste uitdagingen zijn, maar ook welke kansen erin besloten liggen. Leg uit hoe je denkt dat het Transitie-proces als katalysator kan fungeren om de gemeenschap zover te krijgen dat zij over oplossingen en over veranderingsstrategieën van onderop gaat nadenken. Je zult het voorzichtig moeten aanpakken wanneer je gemeenschappelijke evenementen organiseert met andere groepen: wanneer het lukt is het prachtig, maar als het tot problemen leidt, kan het
groepen erbij kunt betrekken.
moeilijk worden iedereen gelukkig te houden. Je zult ervoor moeten zorgen dat elke groep tevreden is met de manier waarop het evenement voorgesteld, gepromoot en begeleid wordt. Zo hebben wij een aantal voordrachten georganiseerd met het Schumacher College en de lokale Friends of the Earthgroep (zie poster hierboven), en die zijn uitstekend verlopen. In deze fase is het ook goed te proberen groepen te bereiken waaraan door milieu-organisaties gewoonlijk wordt voorbijgegaan of die door hen vergeten worden, bijvoorbeeld de lokale Kamer van Koophandel of een rotary-afdeling. Om dit te laten slagen is de medewerking vereist van een uitgebreidere kring van organisaties dan tot nu toe het geval was. ‘De fundamenten leggen’ gaat eigenlijk over het netwerken met bestaande groepen en activisten,
4. Organiseer een ‘Grote Lancering’ Ik gebruik de term ‘Lancering’ omdat die weergeeft waar dit evenement voor zou moeten staan. Je hebt de drie eerste fasen achter de rug en zou nu idealiter een hele serie mensen moeten hebben die op de hoogte zijn van piekolie en klimaatverandering, en enthousiast zijn om iets beginnen te doen. Het is de bedoeling van dit evenement je initiatief een voorwaartse impuls te geven voor de volgende periode van zijn werking. De Officiële Lancering van Transition Town Totnes (TTT) vond plaats in september 2006, voorafgegaan door zowat tien maanden van lezingen, filmvertoningen en nog meer. Tegen de tijd van de Lancering voelden we dat er voldoende energie in de stad was om de Lancering te doen slagen. We baseerden ons daarvoor, heel objectief, op het feit dat het aantal deelnemers aan de evenementen steeds maar toenam, dat steeds meer mensen ons op straat aanhielden om erover te praten en ook op ons ongeduld om ermee aan de slag te gaan. Hoe je beslist wanneer je Lancering te laten plaatsvinden, is een zaak van collectieve beoordeling. Sommige groepen, zoals Transition Penwith, zijn heel vroeg gestart met het organiseren van een Lancering. Zij hadden namelijk het geluk Richard Heinberg te hebben om hun Lancering te presenteren,
173 en dat is een zeldzame kans. Het ideaal is volgens mij toch zoals met zo’n speelgoedvulkaantje waar kinderen graag mee spelen: je doet er een beetje azijn bij, een beetje bakpoeder, dan nog een beetje meer azijn en nog een beetje meer bakpoeder, tot de druk binnenin zo groot wordt dat het geheel ontploft. Dan krijg je BAM!, en je houdt je Lancering. Dit is het teken dat het project op zijn poten staat en de lancering is de viering van de wens van de gemeenschap om dingen te doen. Belangrijk is te onderstrepen, zoals Chris Johnstone deed tijdens de TTT-lancering, dat dit een historische avond is, het begin van een grote verandering. De mensen die er die avond bij waren zullen eraan terugdenken als de avond waarop alles begon. Er is een evenwicht nodig tussen hoe mensen het ervaren: tussen te geschift voor ernstige milieumensen en te droog voor degenen die emotioneler zijn over die dingen. Chris is perfect in staat een dergelijk evenwicht te vinden en ik ben ervan overtuigd dat anderen dat ook kunnen. Vanuit zijn gezichtspunt – zoals in zijn werk met verslaafden – vind je, vanaf het moment dat je beslist te handelen, de kracht ertoe, en dat zelfs in op het eerste zicht onmogelijke situaties. Het is door het te doen dat je kwaliteiten en krachten in jezelf ontdekt waarvan je niet eens vermoedde dat je ze had. Wat we tijdens de Totnes-lancering ook deden was mensen uitnodigen om in paren van twee met elkaar te praten over hun zorgen en angsten in verband met piekolie en klimaatverandering en over hun toekomstbeelden. Er werd hen gevraagd dit alles op post its te schrijven en deze op de muur te plakken. Na afloop werden die post its uitgetypt en gemaild naar iedereen die aanwezig was. Alle mogelijke manieren werden ingebouwd om mensen met elkaar in contact te brengen en met elkaar te laten praten. Het moet een historisch en gedenkwaardig moment zijn. Hoe je het doet zal voor iedere gemeenschap anders zijn.
174
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
Transitie-instrument 7 Haal zoveel mogelijk uit je evenementen
Aandacht op de ‘Big Event’ van Transition Bristol, november 2007
Een filmvertoning is veel meer dan alleen een gelegenheid om een groep mensen voor een scherm te zetten. Net zoals een lezing meer is dan alleen een kans om de overpeinzingen van een bekende denker te beluisteren. Beide bieden de gelegenheid om mensen met elkaar aan de praat te krijgen, sociale relaties aan te knopen en netwerken op te bouwen. Je zou zelfs kunnen stellen dat dit veel belangrijker is dan de film zelf; anders kunnen mensen evengoed de DVD ergens lenen en thuisblijven. Als je wat organiseert is het ook belangrijk om ‘verwerkingstijd’ in te lassen, zodat deelnemers wat over de nieuwe informatie van gedachten kunnen wisselen. Het is immers niet de bedoeling een massa informatie over hen uit te storten om hen vervolgens duizelig en overweldigd terug de wereld in te sturen. Hieronder vind je een aantal dingen die je kunt verwachten bij een filmvertoning of voordracht van een gemiddeld Transitie-initiatief. ‘Denk en Luister’ Juist voor een film of een lezing en onmiddellijk erna, nodigen we de mensen in het publiek uit om zich tot hun buur te richten en elk om beurten vijf minuten te praten terwijl de ander luistert. Voor het begin van de film is het onderwerp meestal: ‘Wie ben je, wat heeft je hier gebracht en wat hoop je dat er vanavond zal gebeuren?’ Na de film of de lezing vragen we de mensen opnieuw om zich tot hun buur te richten, maar deze keer om hun gedachten en reacties te delen.
Voor het begin van de film is dit een nuttig instrument om al wat geroezemoes te creëren op de bijeenkomst. Mensen vinden het echt leuk om anderen te ontmoeten en krijgen zo vanaf het begin het gevoel dat ze deel uitmaken van een groter geheel en van een levendige beweging. Na een film of lezing is een ‘denk en luister’-moment dan weer een goed middel om mensen te helpen hun gedachten te ordenen voordat ze in staat zijn vragen te stellen of aan een groepsdiscussie deel te nemen. Het geeft hen ook even de tijd om de informatie uit de film of lezing te ‘verteren’, informatie die voor sommigen wellicht verontrustend of zelfs angstaanjagend is geweest. De Commentaar-muur Ook de Commentaar-muur is een manier om mensen de gelegenheid te geven om hun gedachten na het evenement te delen. Het stelt deelnemers, die niet zo gemakkelijk publiekelijk een opmerking maken of een vraag stellen, in de gelegenheid om toch hun gedachten en opinies te verwoorden. Achter in de zaal, waar de mensen naar buiten gaan, hangen we een heleboel grote vellen papier tegen de muur met genoeg stiften en pennen erbij, zodat de deelnemers er al hun commentaren op kwijt kunnen. Dit levert soms nuttige feedback op en is een goede manier voor de meer verlegen deelnemers om hun zegje te kunnen doen.
175
Een eerste post-it briefjes experiment, Totnes, december 2005.
Feestvieren! Feesten is iets waar wij ernstige groenen niet altijd even goed in zijn. Het is echter een belangrijk element dat we in elk stadium van ons werk moeten inbouwen. Een voorbeeld: Transition Town Stroud vertoonde een tijdje geleden de film The Power of Community. De vertoning werd gevolgd door een feestje met eten, drinken en live muziek. Wellicht is het niet haalbaar om tijdens elk evenement iets feestelijks van een dergelijke omvang te organiseren. Maar het is een sterk concept om altijd in je achterhoofd te houden en het waar mogelijk in te bouwen in het programma van een bijeenkomst. Mailadressen verzamelen Evenementen zijn het ideale moment om je lijst met mailadressen van geïnteresseerden uit de gemeenschap verder uit te bouwen. Deze lijst kan je later gebruiken om nieuwsbrieven te versturen of aankondigingen en ander specifiek nieuws te verspreiden. Een dergelijke lijst is van onschatbare waarde voor je werk. In Totnes leggen we altijd een lijst bij de ingang. We spreken iedereen bij aankomst aan met de vraag om zijn of haar mailadres achter te laten. Uiteraard benadrukken we dat die gegevens vertrouwelijk behandeld worden en niet aan derden worden gegeven. Je moet steeds attent blijven in het beschermen van de privacy. Zet daarom altijd de mailadressen in BCC als je een bericht naar een groep mensen stuurt.
Post-its Hoewel ze niet echt een sexy naam hebben, zijn post-its een fantastisch hulpmiddel. In Totnes hebben we dat idee, een beetje aangepast, overgenomen van Machynllet in Wales, toen zij The End of Suburbia draaiden. Als de mensen aankomen voor een film, krijgen ze elk 4 post-its in verschillende kleuren. Er wordt hen vervolgens gevraagd om er volgende ideeën op te schrijven: Roze – Een ding dat ik kan doen Geel – Een ding dat Totnes kan doen Oranje – Een ding dat de regering kan doen Groen – Een ander idee Nazorg Een schriftelijke opvolging werkt bijzonder goed na de post-it-oefening, maar kan evengoed dienen om na een andere activiteit de verschillende ideeën te verzamelen. Vraag iemand om na de bijeenkomst de post-its uit te typen en mail ze daarna naar alle deelnemers. Zo blijven de ideeën levendig in de hoofden van de mensen. Tegelijkertijd benadruk je nog eens dat hun ideeën deel uitmaken van een krachtige denkbeweging die in hun gemeenschap aan het groeien is.
Vertel bij het uitdelen van de post-it briefjes niet waar ze voor dienen om een gevoel van spanning op te bouwen.
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
176
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
177 De organisatie van een Lancering dient niet licht opgevat te worden. Het is een éénmalige kans om al die mensen bij elkaar te brengen en het Transitie-initiatief te lanceren. Indien je het goed aanpakt, zal bij mensen de indruk blijven hangen dat het gaat om een heel dynamisch project, dat grote dingen zal realiseren. Indien je Lancering slecht georganiseerd is, er maar weinig volk op afkomt en het maar een halfslachtige bedoening is, dan wordt de volgende fase van je werk gegarandeerd een moeilijke klim bergopwaarts. Volgens mij is zes maanden tot één jaar na je eerste filmvertoning ongeveer het juiste moment voor de Lancering, maar het hangt uiteraard van je situatie af. Het moet een krachtige, gepassioneerde, informatieve en inspirerende avond worden, waar mensen nog jarenlang aan zullen terugdenken. Ga dus niet overhaast te werk. Transitie-tip
Je Lancering moet niet alleen bestaan uit praten. Ze kan gepaard gaan met muziek, optredens, beelden uit de lokale geschiedenis. Voorzie misschien ook ruimte voor lokale groepen
© sally hewitt
om zichzelf voor te stellen. Bij de Lancering
Een Lancering zal onvermijdelijk anders verlopen dan een gewone piekoliepresentatie. Het gaat niet over slecht nieuws, niet over doemgedachten of over hoe hachelijk onze situatie wel is. Het is een viering van de mogelijkheden waar we voor staan, indien we samen onze verbeeldingskracht inzetten en gebruikmaken van onze collectieve talenten. Het is een viering van de vindingrijkheid en de creativiteit van de gemeenschap. Het is een feit dat de Totneslancering een enorme stroom van energie en welwillendheid op gang bracht, die haar steeds maar verder voortgestuwd heeft. Hetzelfde gebeurde in Penwith en Lewes. Iets dat we hadden moeten doen, en wat ik je aanraad te doen, is een lijst te maken van uit te nodigen personen, zoals raadsleden, planologen, politici en plaatselijke sleutelfiguren.
van Transition Town Lewes was naast de grote zaal een ruimte voorzien waar alle lokale ‘groene’ groepen en gemeenschapsorganisaties een kraampje hadden.
5. Vorm groepen Het proces van het ontwikkelen van een MinderEnergie-Plan bestaat voor een deel ook uit het gebruikmaken van de collectieve talenten van de gemeenschap. Een van de efficiëntste manieren om dit te doen is een aantal kleinere groepen te vormen, die zich richten op specifieke aspecten van het proces. Iedere groep zal zijn eigen manieren van werken ontwikkelen en zijn eigen activiteiten, maar toch onder de paraplu van een en hetzelfde project vallen.
178
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
Transitie-tip TRANSITIE-CULTUUR
26 APRIL 2007
LEWES NU OFFICIEEL GELANCEERD! OP DINSDAGAVOND vond de Officiële Lancering van Transitie-stad Lewes plaats op het gemeentehuis van Lewes. Lewes is nog maar de derde gemeente die een dergelijke ‘lancering’ organiseert en maakte er voor de betrokkenen een zeer gedenkwaardig moment van. Meer dan vierhonderd mensen verzamelden zich in het gemeentehuis om te horen hoe John Webber, voorzitter van Transitie-stad Lewes, de aanwezigen welkom heette en de avond inleidde. Daarna sprak Rob Hopkins gedurende 45 minuten over ‘piekolie’ en energieafdaling van waaruit het proces van transitie ontstaan is en hoe het op verschillende plaatsen vorm gegeven werd. Vervolgens sprak Adrienne Campbell van TTL over wat ze tot nu toe gedaan hadden en welke gebeurtenissen te wachten stonden op hun uitstekende nieuwe programma. Ze sprak ook heel ontroerend over hoe alle lokale bedrijfjes in Lewes in 1900 in lokale handen waren; ze noemde sommige ervan bij naam en vertelde wat er met hen gebeurd was. Ze nodigde iedere aanwezige uit om binnenkort naar de eerste Open-Space-dag over voedsel te komen. Dan was het de beurt aan dr. Chris Johnstone, die vertelde over het vinden van je kracht door je te engageren in het werken aan energieafdaling. Hij legde het model uit van de verschillende veranderingsfasen dat uit het onder-
zoek naar verslaving afkomstig is en op welke manier het kan gebruikt worden in het Transitie-werk. Hij praatte over ‘droomremmers’, de stemmen in ons hoofd die ons tegenhouden om dingen te doen en hoe we tijdens ons werk aan energieafdaling in onze gemeenschappen die droomremmers tegen zullen komen die ons zullen zeggen dat het onmogelijk is. Hij eindige zijn toespraak met een meeslepende salsa meezinger (je had erbij moeten zijn!). De burgemeester van Lewes tenslotte bood de unanieme steun van de gemeenteraad aan. Er was veel enthousiasme en passie voor het project en mensen gaven zich op voor een van de werkgroepen. Buiten in de hal werd er in de verschillende stalletjes en kraampjes van lokale groepen lang nagepraat over de avond en de thema's die aan bod kwamen. De kelen werden gesmeerd met lokale wijn en vruchtensap. Transitie-gemeente Lewes is een zeer dynamische groep, het eerste Transitie-initiatief met zijn eigen (voor de gelegenheid handgemaakte!) t-shirts en zelfs met een eigen kantoor! Felicitaties aan iedereen die betrokken was bij deze zeer succesvolle avond én voor al hetgeen ze tot dusver gerealiseerd hebben. De toespraak van Rob Hopkins bij deze gebeurtenis kan bekeken worden op YouTube op www.youtube.com/watch?v-Vb7MncibAHs
Elke bijeenkomst van een werkgroep zou een ‘getuige’ kunnen uitnodigen, iemand die ervaring op het betreffende vlak heeft. Er zou dan kunnen worden gevraagd naar zijn of haar visie op de onderwerpen, naar zijn of haar ervaring en naar ideeën voor verdere ‘getuigen’.
Als organisatoren van het initiatief kun je zeer proactief optreden om te zorgen dat deze groepen er komen. Wat we in Totnes deden, was het programma zo opstellen dat het specifieke groepen aanmoedigde. Zo organiseerden we, om de vorming van de Voedingsgroep in de hand te werken, eerst een avondbijeenkomst over ‘Totness voeden: verleden, heden en toekomst’, waarin sprekers om beurten elk aspect van het thema bespraken. Op die manier trokken we een heleboel mensen in de stad aan die in voeding geïnteresseerd waren. Drie dagen later hielden we dan een Open-Spacedag over voeding. Tijdens deze dag werd grondig onderzocht wat de mogelijkheden waren voor herlokalisering van voeding in Totnes en omgeving. Uit deze bijeenkomst ontstond een aantal initiatieven en boden zich mensen aan om de Voedingsgroep op zich te nemen. Van toen af aan hebben we dit model gebruikt om een aantal andere groepen op te richten. In TTT hebben we een aantal richtlijnen opgesteld. Aan iedereen die overweegt een nieuwe groep te starten, vragen we deze richtlijnen eerst door te nemen. Ze luiden als volgt: • Elke groep dient te beschikken over een kern van mensen die de groep leidt en die regelmatig bij elkaar komt, maar die zich ook openstelt voor al wie er bij wil komen. • Elke groep dient zich voortdurend de vraag te stellen: ‘Wie is hier niet, die er zou moeten zijn?’ Dat betekent: altijd openstaan voor mogelijke
179 nieuwe ‘wegen’, zodat nieuwe mensen met relevante capaciteiten bij de groep betrokken kunnen worden. • De voornaamste opdracht van iedere groep is de vraag onderzoeken: ‘Wat is een visionair toekomstbeeld voor een laag-energie-Totnes met betrekking tot dit thema en hoe zou een tijdslijn daarvoor er kunnen uitzien?’ De groep verzamelt ideeën en informatie om hun deel van het Totnes Energy Descent Action Plan (Totnes Energie-afdaling-Actieplan) op te kunnen stellen. • Elke groep krijgt toegang krijgen tot het relevante deel van de website van het project en zal ook gebruik mogen maken van het logo voor haar publiciteitsmateriaal. In ruil daarvoor zal de groep op de website bijhouden wat ze doet in de vorm van verslagen of nota’s. Op dit ogenblik biedt het Transitie-netwerk Wiki webspace aan voor nieuwe Transitie-initiatieven die gemakkelijk te onderhouden en bij te werken is. • Elke groep kan ook gebruik maken van de Wikiwebsite. Zij zal er de eerste ontwerpen van haar documenten, of van haar deel van het MinderEnergie-Plan kunnen opzetten, zodat anderen het online kunnen aanpassen. Dit is een krachtig instrument om samen informatie op te bouwen. Ten slotte wil ik er in verband met het vormen van groepen nog op wijzen dat je er niet van uit kunt gaan dat iedereen die een groep wil vormen en leiden, daar ook de geschikte kwaliteiten voor heeft. Het werd na een tijdje duidelijk dat het nuttig was al onze groepsleiders vaardigheidstrainingen aan te bieden in het organiseren en begeleiden van succesvolle bijeenkomsten. Wij organiseerden een dag met Andy Langford en Liora Adler van de Gaia University over het Opzetten-van-productieve-vergaderingen. Daarin werden elementaire begrippen besproken, zoals ‘Rondjes’, ‘Denk en luister’, enzovoort (zie Transitie-instrument nr. 9 (pag.184) en dat bleek heel nuttig te zijn.
180
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
181
Transitie-instrument 8 Een goed persbericht schrijven
Een voorbeeld van een persbericht is te vinden in Bijlage 6, pag.256
Omgaan met de media zal snel een belangrijke taak worden voor je Transitie-initiatief. Eén van de eerste vaardigheden die je zult moeten leren, is het schrijven van een goed persbericht. Je kan het schrijven van persberichten niet vermijden: ze zijn immers cruciaal om te communiceren met de buitenwereld over wat je doet. Het eerste wat je goed moet weten is dat journalisten extreem drukbezette mensen zijn. Daarom moet hun aandacht al gevangen worden met de kop en de eerste zin van je persbericht. Wees bovendien zo bondig mogelijk en biedt de informatie die ze nodig hebben aan in een vorm die ze gemakkelijk kunnen overnemen.
Zoek voor elk medium uit wie de beste journalist is om je bericht naar toe te sturen en adresseer je bericht dan ook aan ieder persoonlijk. Het kan slim zijn je e-mail te laten volgen door een exemplaar per post. Een goede formule waarop je de samenstelling van je persbericht kan baseren is ‘AIDA’: A Trek de Aandacht van de lezer (met een goede kop, subkop en eerste zin); I Geef de Informatie; D Geef de Details (wanneer, waar, contactgegevens); A Inspireer de lezer tot Actie (met een verleidelijke eindzin).
Wanneer je een persbericht schrijft, is het belangrijk eerst te bedenken wat je precies wilt zeggen. Wat wil je dat mensen meekrijgen als ze het lezen? En wat is er zo uniek aan het verhaal, waaraan je wilt dat de pers zijn kostbare kolommen besteedt? Je moet ook stilstaan bij de timing. Wanneer wil je je bericht in het betreffende medium gepubliceerd zien? Dagbladen hebben duidelijk kortere deadlines dan driemaandelijkse bladen. Controleer die deadlines en maak een schema voor de versturing van je persberichten dat gebaseerd is op de programmering van je evenementen. Het is ook goed om te weten dat redacties vaak nog voor de officiële deadline al de belangrijkste onderwerpen voor een publicatie beginnen voor te bereiden. Dus als je je persbericht vroeger aan hen kan bezorgen, heb je meer kans op een betere plaats in de publicatie.
Voorstel om een persbericht op te bouwen: Bovenaan ‘Persbericht’ in duidelijke letters Datum Vermeld of dit persbericht ‘Voor Onmiddellijke Publicatie’ is of ‘Onder Embargo’ tot een bepaalde datum waarop je het wilt laten verschijnen. Contactgegevens Vermeld naam, adres, telefoonnummer, mailadres en website van de organisatie die het bericht uitstuurt. Kop De kop moet pakkend zijn om de lezer te verleiden om het hele stuk te lezen. Je kunt een idee krijgen van dit soort koppen door het blad waar je het bericht naartoe stuurt eens door te nemen. De kans bestaat natuurlijk dat ze je kop wijzigen, maar hij blijft wel je belangrijkste eerste kans om hun aandacht te trekken.
Structuur voor een persbericht
Subkop In de subkop vat je, indien mogelijk, de essentie van het bericht samen in een of twee intrigerende, korte zinnen. Openingsparagraaf De openingsparagraaf vat de inhoud van je bericht samen en moet de lezer nieuwsgierig maken naar de rest. Hij moet vermelden wat de rest van de tekst verder nog aan nieuws bevat en de lezer een korte samenvatting van het verhaal geven. De eerste 20 tot 30 woorden zijn cruciaal om de lezer erbij te betrekken. Je moet de lezer er ook kort (5 à 6 woorden) aan herinneren waarover je project gaat. In onze lokale krant, de Totnes Times, werd TTT altijd omschreven als: ‘Het project dat de overgang van de stad naar leven na de olie wil verkennen’. De rest Probeer ervoor te zorgen dat het volledige bericht niet langer wordt dan één A4. Dit is al meer dan lang genoeg voor drukbezette journalisten. Bovendien loop je met meerdere pagina’s het risico dat er eentje verloren raakt. Illustreer je bericht met uitspraken van leden van het project. Zo stond in een TTT-persbericht om het najaarsprogramma van 2007 aan te kondigen: ‘Wij vinden dit ons sterkste programma tot nu toe. Dit maakt duidelijk hoeveel energie en toewijding de gemeenschap in dit initiatief heeft gestoken’, zei Rob Hopkins van TTT.
Foto’s Als je je bericht wilt illustreren met een foto, stuur die dan mee met je e-mail als een jpg-bestand in hoge resolutie. Of je kunt onder aan je bericht vermelden dat je indien gewenst foto’s kunt bezorgen. Zorg ervoor dat de kwaliteit en de compositie goed zijn, en dat je foto ook in zwart-wit goed is. Beelden met sterke contrasten tussen licht en donker werken het best. Een foto aan je bericht toevoegen kan soms net dat kleine verschil maken, waardoor een krant je bericht toch gaat publiceren. Onderaan Onderaan je bericht geef je bijkomende praktische informatie, zoals waar de tickets voor het evenement gekocht kunnen worden, of de contactgegevens voor het geval de journalist een interview met de gastspreker wenst. Om je persberichten door zoveel mogelijk journalisten te laten oppikken, is het nuttig om een database met perscontacten bij te houden. Hou deze up-to-date en leg zo mogelijk bezoekjes af bij relevante redacties om een goede werkrelatie op te bouwen. Het is ook nuttig om na het versturen van je persbericht even te telefoneren en te vragen of ze het goed ontvangen hebben en of ze nog bijkomende informatie nodig hebben. Zo’n telefonische opvolging kan het verschil maken of je bericht wel of niet wordt opgenomen. Zorg er wel voor dat je op het juiste moment belt. Als een eindredacteur net bezig is zijn stukken naar de drukker te sturen kan het juist contraproductief werken.
Tip stuur je bericht niet alleen als bijlage bij een e-mail, maar zet de tekst ook in de e-mail zelf.
182
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
Het is voor deze groepen eveneens belangrijk dat ze elkaar (minstens) één keer per maand treffen. In TTT komen de afgevaardigden van elke groep maandelijks bijeen. Elke groep stuurt iemand naar die bijeenkomst. We vergaderen en daarna lunchen we samen. Zoveel mogelijk kansen inbouwen om te netwerken en elkaar te ontmoeten is van cruciaal belang voor de groepen.
183 De openingskring van de eerste Open-Space-dag over voedsel van TTT, oktober 2006.
Transitie-tip
Zorg dat je goed hebt nagedacht over de kernvraag waaraan je Open-Space-dag gewijd zal zijn. Deze moet de deelnemers aanspreken en mensen aantrekken die dit thema als passie hebben. Bijvoorbeeld: ‘Hoe zou onze stad zichzelf kunnen voeden wanneer er geen goedkope olie meer is?’ of ‘Wat is de rol van het onderwijs in een toekomst met minder energie?’
Transitie-tip
Het is misschien niet altijd nodig een nieuwe werkgroep te starten. Soms bestaan er ter plekke al groepen die op een specifiek vlak al veel werk verzet hebben. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat er sterke groepen bestaan rond duurzame energie, of groepen rond lokale voeding. Vermijd reeds bestaande groepen te dupliceren door naar hen toe te stappen en hen te vragen of ze niet graag een Transitie-groep zouden willen vormen en op die manier met hun ideeën bijdragen tot het MEP-proces.
6. Gebruik Open-Space De Open-Space-technologie is een heel bijzonder instrument. Het werd beschreven als ‘een eenvoudige manier om productieve bijeenkomsten te houden met vijf tot meer dan tweeduizend mensen, en een krachtige manier om elke soort organisatie te leiden, zowel in de alledaagse praktijk als bij verandering’. Theoretisch kan het niet werken. Een grote groep mensen komt bijeen om een bepaald thema of discussiepunt te bespreken, zonder agenda, zonder tijdsafspraken, zonder een duidelijke coördinator en zonder verslagnemers. Toch heeft tegen het eind van de vergadering iedereen gezegd wat hij/ zij te zeggen heeft, is er uitgebreid nota genomen en zijn die notities uitgetypt, werd er genetwerkt, werden ontzettend veel ideeën uitgewisseld en visies gedeeld. (Zie pag.188: over hoe je een OpenSpace-bijeenkomst houdt.)
Op de TTT-Open-Space-dagen worden de ideeën die tijdens het evenement opkomen, meteen live op onze website gezet. Tot nu toe gingen deze over Voeding, Energie, Huisvesting, Economie, Kunst, de Psychologie van verandering, Onderwijs en Transport. Hiervoor is iemand nodig die bereid is de aantekeningen van de verschillende groepen ‘op te schrijven’, toegang tot internet, twee laptops, een USB stick of een overschrijfbare CD, en iemand die de gegevens op de website kan zetten. Een digitale camera is ook nuttig. Het mooie van dit alles ‘live’ op de Wiki-site te zetten, is dat iedereen, waar ook ter wereld, die het evenement volgt, zijn gedachten over het onderwerp kan doorsturen. Het betekent ook dat er op het eind van de dag geen pechvogel een massa notities mee naar huis moet nemen om uit te typen, maar dat alle conclusies van de dag getypt en beschikbaar zijn, zodat mensen er verder over kunnen mijmeren en ze van commentaar kunnen voorzien wanneer ze thuiskomen.
bouwen, over hun ideeën praten en verbindingen leggen. Het kan een wereld van verschil maken om prioriteiten vast te leggen voor het werk dat verzet moet worden met betrekking tot dat onderwerp. Transitie-tip
Er kan op verschillende manieren voor gezorgd worden dat het energieniveau op peil blijft. Zorg voor thee en koffie gedurende de hele dag. Als je een lunch kunt organiseren voor de
Stel ruim op tijd voor elke Open-Space-dag een lijst op van sleutelfiguren die volgens jou aanwezig zouden moeten zijn voor dat specifieke thema. Stuur hen een persoonlijke uitnodiging, geen algemene. Laat hen voelen dat ze speciaal uitgenodigd worden omwille van hun kennis terzake. Er zijn nog andere mogelijkheden, die lijken op Open-Space, bijvoorbeeld Wereldcafé (zie pag.204) die veel gelijkaardige resultaten opleveren. Het belangrijkste is mensen aan de praat te krijgen, dat ze relaties op-
mensen, is dat mooi meegenomen. Het voorkomt namelijk dat ze geleidelijk aan vertrekken om te gaan lunchen en dan pas laat terugkomen. Wat we tijdens een Totnes-Open-Spacedag ooit gedaan hebben, was een groep muzikanten die later op de avond in Totnes zouden optreden, uitnodigen om tijdens de lunchpauze voor de Open-Spacers te komen spelen. Het was goede reclame voor hen, het leidde de aandacht helemaal af en gaf de dag weer nieuwe energie.
7. Ontwikkel zichtbare, praktische manifestaties van het project Met ideeën op de proppen komen is gemakkelijk, ze concreet in de praktijk brengen al een heel stuk moeilijker. Vermijd vooral de indruk te geven dat je project louter een praatgroepje is, waar mensen bij elkaar zitten om eindeloze wenslijstjes op te stellen. Je project dient, vanaf het begin, met praktische, zeer zichtbare manifestaties in de stad naar buiten te komen, zodat duidelijk wordt dat het menens is. Dit heeft een enorm effect op de perceptie van het project door de mensen en op hun bereidheid mee te doen. Deze manifestaties kunnen verschillende vormen aannemen, zoals fruitboomaanplantingen, zonnepanelen plaatsen of hennep/kalkbepleistering aanbrengen. Het kan ook een prachtig bushokje zijn, gebouwd met een mengsel van leem, grint en stro, of een alternatieve munt die gedurende een bepaalde tijd wordt gebruikt. Ze moeten in dit stadium zowel niet controversieel zijn als fotogeniek.
184
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
185
Transitie-instrument 9 Het opzetten van productieve bijeenkomsten
Een productieve vergadering opzetten is iets wat je kunt leren. Hier training voor TTT-leden met Andy Langford en Liora Adler van de Gaia Universiteit.
Voor je het weet, merk je dat je in allerlei vergaderingen zit en dat er veel gedaan moet worden in korte tijd. Bij de meesten van ons wekt het woord vergadering alleen al associaties op van dezelfde orde als ‘een kies laten trekke’ of ‘je belastingen doen’. Een opvallend duurzaam project dat ik in de vroege jaren ’90 een tijdje volgde, hield het na vier jaar innovatief en productief werk voor gezien. Ik vroeg een van de oprichters wat er mis was gegaan. ‘We kwamen bij elkaar tot we erbij neervielen,’ vertelde hij. Zo hoeft het niet te gaan. Er is een aantal werkvormen die we kunnen gebruiken om onze bijeenkomsten productiever en, naar ik meen, leuker te maken. Rondje doen Dit is essentieel in een vergadering en binnen TTT gebruiken we dit meestal op twee manieren. Om te beginnen doen we aan het begin van een vergadering een rondje waarin iedereen vertelt wat er in hun groep gebeurd is sinds de laatste bijeenkomst. Elke persoon krijgt 5-10 minuten, zonder interruptie of discussie. Eenieder wordt tijdens hun beurt gevraagd te beginnen met ‘Hoe ik me nu voel…‘ en vervolgens, wanneer ze de vergadering op de hoogte hebben gebracht van de voortgang van hun groep, wat ze graag op de agenda zouden willen zien voor de bijeenkomst. In de begindagen, wanneer mensen elkaar nog moeten leren kennen, voegen we ook een ‘uit smijter’ toe aan het einde van iemands sessie in de trant van ‘de heerlijkste maaltijd die ik ooit gegeten heb’ of ‘de mooiste plek waar ik ooit geweest ben’ of ‘het beste stuk muziek dat ik ooit
gehoord heb’. Uiteraard zijn er allerlei variaties op dit thema mogelijk maar deze vragen helpen de groepsleden elkaar te leren kennen en wat meer te ontspannen met elkaar. Open agenda’s Er wordt vooraf geen agenda opgesteld. Het gevaar van vastgestelde agenda’s is dat er het gevoel kan ontstaan dat ‘ze’ een agenda hebben opgesteld en van te voren al hebben bedacht wat er besproken en zelfs besloten zal worden. Het is van vitaal belang dat elk gevoel wordt vermeden dat iemand met de intenties van de groep aan de haal kan gaan. We beginnen de vergadering met een blanco flipover papier en terwijl we het introductierondje doen, schrijven we op welke kwesties en vragen mensen op de agenda willen zien. Wanneer de lijst compleet is, nemen we hem gezamenlijk door en geven elk punt een cijfer van één tot drie. Eén betekent ‘moet vandaag besproken worden’, twee staat voor ‘zou fijn zijn als het vandaag besproken kan worden, maar het kan eventueel wachten’ en drie betekent ‘dit kan tot de volgende keer wachten’. Vervolgens bekijken we hoeveel tijd we nog over hebben voor de vergadering en geven we elk punt een tijdslimiet, waar we ons dan ook strikt aan houden. Het is ook een goed idee om de rest van de bijeenkomst in te delen en te eindigen met een niet-controversiële kwestie, zodat je niet allemaal ziedend de vergadering verlaat! Het is belangrijk dat de agenda voor iedereen zichtbaar is en dat allen het erover eens zijn dat een onderwerp voldoende is belicht en kan worden afgevinkt.
Een typische bijeenkomst van de Transition-Town-Totnes-projectsteungroep ziet er als volgt uit:
– Welkom. – Rondje waarin iedereen 5-10 minuten ongestoord vertelt over wat er in hun groep aan de orde is. – Brainstormen over wat mensen op de agenda willen hebben voor de vergadering. – De lijst doornemen en prioriteiten stellen. Bepalen wat kan wachten tot de volgende keer, behandelen van kwesties en vragen die snel beantwoord of afgesproken kunnen worden en een tijdsplanning maken voor de overgebleven onderwerpen. – Aan het einde spreken we een datum af voor de volgende vergadering en eten we het laatste uur samen om over andere dingen te praten en zodoende onze sociale samenhang te bevorderen.
Denk en luister Dit is hiervoor al uitgebreid aan de orde gekomen, maar kan ook goed ingezet worden wanneer je tijdens de discussie van een zwaar onderwerp een pauze wilt inlassen en je mensen de ruimte wilt geven om hun gedachten op een rijtje te zetten alvorens ze het probleem gaan aanpakken. Het is ook handig om de hersens alert te houden – halverwege een vergadering begint er wel eens iemand te knikkebollen en ‘Denk en luister’ kan dan een goede oppepper zijn om de energie en focus terug te brengen. Duidelijk begin en einde Zorg ervoor dat de bijeenkomst op een duidelijke manier geopend wordt. Dit kan door bijvoorbeeld een minuutje in stilte te reflecteren, maar je kan ook gewoon aankondigen dat de vergadering is begonnen. Aan het einde is het goed om de vergadering formeel te beëindigen, zodat het ook echt voelt dat de vergadering voorbij is, in plaats van dat zaken onduidelijk in elkaar overvloeien. Gezellig! Ook dit is een wezenlijk onderdeel van je bijeenkomsten. Een van de makkelijkste en bevredigendste manieren om dit te doen is door samen te eten. Op de TTT-vergaderingen brengt iedereen een gerecht mee om te delen en aan het einde van de vergadering lunchen we samen. Op die manier wordt niet alleen de behoefte aan voedsel bevredigd, maar ook die langeretermijnbehoefte om elkaar beter te leren kennen buiten de vergaderingen om.
Lewes begon met de vorming van een stuurgroep, maar was nog aan het bespreken hoe zijn opheffing er zou uitzien. Ze begonnen met het bewustmakingsstadium en planden vervolgens de Lancering. Maar toen beslisten ze dat er nog niet voldoende aan bewustmaking gedaan was en stelden de Lancering uit. Ze toonden films en gaven presentaties, en werkten samen met verschillende lokale groepen (De fundamenten leggen, stap 3). Hun Officiële Lancering op 24 april werd gevolgd door het vormen van werkgroepen (stap 5) en het organiseren van hun eerste Open-Space-dagen (stap 6). Ze hebben een vrij logische opeenvolging van de Twaalf Stappen gevolgd.
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
In de permacultuur spreken we over de noodzaak een stuk land gedurende het eerste jaar te observeren alvorens een ontwerp te maken of er iets concreets mee te doen. Hetzelfde geldt voor een Transitie-initiatief. Je eerste jaar is een jaar om te netwerken, te brainstormen, bewust te maken, informatie te verzamelen. Het is de tijd waarin je alle stukjes verzamelt die later in elkaar gezet worden in een Minder-Energie-Plan. Je moet zeker niet beginnen aan projecten waarvan je, als het Minder-Energie-Plan klaar is, ziet dat ze er niet in passen of dat er onvoldoende over nagedacht is. Hoewel het belangrijk is je tijd te nemen en goed te plannen, dien je hier een evenwicht in de gaten te houden; je moet namelijk ook de gemeenschap zien mee te krijgen. Kleine, duidelijk zichtbare projecten zullen mensen doen inzien dat je het meent, dat je hier bent om te blijven en ze zullen hen een tastbaar gevoel geven waar je het over hebt. Mensen moeten een zicht krijgen op het geheel en dingen zien gebeuren, zodat ze naar huis kunnen gaan en het tegen hun vrienden kunnen vertellen. Met deze praktische manifestaties komen ook de mensen over de brug die zich de eerste maanden afzijdig hielden en dachten: ‘We zullen zien. Ik heb dit allemaal al eerder gezien, dit is gewoon weer een van die bevliegingen.’ Zodra ze echter zien dat het handen en voeten krijgt, wordt het besmettelijk en willen ze er deel van uitmaken. Indien je de voorgaande stappen goed gezet hebt, zul je merken dat de subgroepen hun eigen praktische projecten automatisch gaan uitwerken. Als de vaart er eenmaal in zit, zullen de praktische manifestaties overal als paddestoelen uit de grond schieten. Een ander bijkomend voordeel van deze praktische projecten is hun enorm teambuildingspotentieel. Een groep die regelmatig vergadert over voeding is één ding. Indien diezelfde groep op een dag samenkomt en een boomgaard plant, samen picknickt en naar huis gaat met een gevoel van grote voldoening, draagt dit enorm bij tot het opbouwen
kend waren. Een van de nuttigste dingen die een Transitie-initiatief kan doen, is voor iedereen toegankelijke cursussen organiseren in een heleboel van dergelijke vaardigheden. Om welke vaardigheden zou het dan gaan? We moeten onze ideeën over wat die vaardigheden zouden kunnen inhouden verruimen. Onderzoek kan interessant zijn om na te gaan over welke vaardigheden mensen vroeger beschikten die nu nog van pas zouden kunnen komen en ook uit te zoeken welke vaardigheden mensen nu hebben en welke ze nu nodig hebben. Deze Herscholingsevenementen hebben verschillende functies: • ze brengen mensen samen, die zich ontspannen terwijl ze nieuwe vaardigheden leren; • ze bouwen netwerken; • ze dragen bij tot het fundamentele ‘ik-kan-dat’gevoel; • ze kunnen een band scheppen tussen jong en oud, terwijl vaardigheden aan elkaar worden doorgegeven; • het kunnen praktische evenementen zijn, waarbij iets in elkaar gezet wordt, bijvoorbeeld het bouwen van een bushokje met een mengsel van leem, grint en stro tijdens een natuurbouwdag of iets dergelijks; dat biedt tegelijkertijd een kans voor een praktische manifestatie (zie Stap 7, pag.183).
De burgemeester en de stadsomroeper van Totnes met Noni McKenzie van TTT en een hele grote wortel lanceren het tweede Totnes-Pond en de TTT Lokale voedselgids op de natste dag sinds mensenheugenis.
van de groepsdynamiek. Een Transitie-initiatief met vuile nagels zal veel geloofwaardiger overkomen. In Totnes is de meest succesvolle manifestatie van deze Stap die van het Totnes-Pond geweest (zie pag.210). Transitie-tip
Zorg ervoor dat je goede publiciteit krijgt voor al die praktische manifestaties. Het helpt een wijdverspreid vertrouwen op te bouwen in wat je doet. Betrek er lokale scholen bij, plaatselijke notabelen en organiseer evenementen die de aandacht trekken, zoals boomplantingen, projecten rond natuurbouw in scholen of voorzie de
187
Kinsale studenten leren bouwen met stro-leem en rondhout met specie door te doen.
Werk waar mogelijk samen met bestaande groepen, lokale milieucentra, universiteiten, enzovoort. Doe overal waar je kunt beroep op plaatselijke vaardigheden. Het zou fantastisch zijn indien je dergelijke evenementen zo kunt organiseren, dat studenten die de beginnerscursus gevolgd hebben, daarna mee de studenten les geven die deelnemen aan de volgende beginnerscursus. Om te beginnen zal je Grote Herscholing vooral cursussen omvatten van één tot twee dagen, of een serie avondlessen, zoals de ‘Skilling Up for Powerdown’ (meer vaardigheden voor minder energie) (zie pag.215). Op de lange duur zou je zoiets als de tweejarige voltijdse Praktische Duurzaamheidscursus van Kinsale FEC kunnen aanbieden. Dan kun je veel doen om mensen erin te betrekken.
De twaalf stappen toepassen: Kinsale Kinsale volgde een ongewone weg langs de Twaalf Stappen. In feite sprong het direct vanuit het niets tot het opstellen van een MinderEnergie-Plan. Hoewel er een beetje aan bewustmaking werd gedaan (2) en er Open-Spaceevenementen (6) georganiseerd werden, gebeurden de meeste andere stappen, zoals de vorming van werkgroepen (5) binnen het College, waar de praktische manifestatie (7) en de Grote Herscholing (8) al een feit waren. Omdat de rest van de gemeenschap in Kinsale de stappen 1-11 feitelijk gemist heeft, begint Transitiestad Kinsale opnieuw vanaf stap 1 (voor meer uitleg, zie pag.147).
plaatselijke bibliotheek van boeken. En zorg ervoor dat dit alles er zo fotogeniek mogelijk uitziet.
8. Faciliteer de Grote Herscholing Volgens mij is een van de voornaamste redenen waarom paniek vaak toeslaat op het moment dat mensen zich bewust worden van piekolie, vooral bij jongere mannen, dat mensen zich realiseren dat we niet meer beschikken over de elementaire vaardigheden die voor onze grootouders nog vanzelfspre-
© sally stiles
De twaalf stappen toepassen: Lewes
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
© nevenka mulej
186
Stoppen en mazen bij Transition Falmouth: een waaier van ambachten moeten we weer leren.
Een Transitie-initiatief nodigt een gemeenschap uit voor een reis, om in te schepen voor een gemeenschappelijk avontuur. In onze moderne maatschappij voelen mensen zich heel vaak machteloos, zodat zelfs een gewone gloeilamp vervangen door een spaarlamp al te veel gevraagd is. Jullie Grote Herscholing moet mensen weer het gevoel geven dat ze de kracht hebben om zelf problemen op te lossen, de kracht om praktische dingen te ondernemen in plaats van er alleen maar over te praten en het ge-
‘We leren iets te doen door het te doen. Er is geen andere manier.’ John Holt
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
188
189
Transitie-instrument 10 Hoe zet je een Open-Space-evenement op?
Als je een controlefreak bent, zal het organiseren van een Open-Space-Evenement (OSE) je zeker niet liggen. Je moet er namelijk heel veel vertrouwen in hebben dat het proces goed zal verlopen. Toch heb ik nog nooit gehoord van een OSE dat niet goed liep. Open-Space 1 is een krachtig instrument om grote groepen mensen met elkaar in discussie te brengen om bepaalde kwesties of vragen te onderzoeken. Het is geschikt voor groepen van 10 tot 1.000 mensen. Open-Space heeft vier regels en één wet (de Wet van de twee voeten). De vier regels zijn: 1 De mensen die komen zijn de juiste mensen. 2 Wat er gebeurt is het enige dat er had kunnen gebeuren. 3 Het moment van aanvang is altijd het juiste moment. 4 Als ’t klaar is, is het klaar. De Wet van de twee voeten zegt: ‘Als mensen gedurende de bijeenkomst merken dat zij in een situatie niets leren of bijdragen, moeten zij hun twee voeten gebruiken om naar een meer productieve plek te gaan.’ Figuur 19 Een voorbeeld van een Open-Spaceopen-agenda
1 (tafel bij het raam) 10.00u – 11.30u 11.30u – 13.00u 14.00u – 15.30u
2 (waar de bloemen op staan)
De sleutel tot een succesvolle OSE is de centrale vraag, die meestal tevens de titel van het evenement is. Deze legt de basis voor wat er die dag besproken gaat worden. Een aantal voorbeelden van Totnes: – Hoe zal Totnes zich voeden na het Tijdperk-van-goedkope-olie? – Stroom in Totnes als het uit is met de Goedkope Olie... – De economische heropleving van Totnes; hoe kunnen we een duurzame, rechtvaardige en gezonde economie opbouwen in Totnes? Je kunt er voor kiezen om specifieke mensen uit te nodigen of je kunt het open houden voor wie er op komt dagen. Je lokatie moet groot genoeg zijn om alle aanwezigen in een grote cirkel te kunnen laten zitten. Je hebt muren nodig waar je dingen op kunt plakken en genoeg andere ruimte(s) waar je in subgroepjes verder kunt praten. Wanneer de mensen aankomen, nemen ze plaats in de cirkel en zodra iedereen er is begint het evenement. In het midden van de cirkel ligt een stapel A4-tjes en pennen; op de muur hangt een leeg uur-
3 (zijkamer)
4 (kamer boven)
5 (eetkamer)
rooster met op de ene as de tijden van de verschillende sessies en op de andere de verschillende werkruimtes (zie figuur). Elk vierkant op het rooster heeft de grootte van een A4. Leg om te beginnen de OSE regels uit: de enige voorwaarde voor het inbrengen van een vraag is dat je zelf de discussie daarover leidt, er notities van maakt voor degenen die er niet bij kunnen zijn, de naam van het onderwerp op een A4 schrijft en dat op het rooster hangt. Dan zeg je: ‘Start!’ Dit is het meest zenuwslopende deel: de eerste keer kan het je behoorlijk naar de keel grijpen, want je weet niet of er überhaupt iemand naar voren zal komen. Maar als het eerste schaap over de dam is, is er vaak geen houden meer aan. Wat volgt is een tien minuten durende wirwar van mensen die vragen voorstellen en ze opplakken. Het is goed mogelijk dat je met meer onderwerpen eindigt dan er sessies gepland zijn. In dat geval kan je soms meerdere onderwerpen onder één noemer brengen, zoals diverse aspecten van het opwekken van energie voor de gemeenschap, die dan tegelijk in één sessie behandeld kunnen worden. Wanneer de agenda vol is, geef je de mensen een paar minuten de tijd om te kijken waar ze bij willen zijn. Vervolgens geef je met een bel of iets dergelijks aan dat het tijd is voor de eerste sessie.
In theorie organiseert de dag zich hierna vanzelf. Elke werkruimte moet genoeg flipover papier en pennen hebben. Luidt aan het einde van elke sessie de bel om aan te geven dat deze afgelopen is, verzamel vervolgens alle gemaakte notities en plak ze op een hiervoor bestemd deel van de muur dat je ‘Marktplaats’ hebt genoemd. Het kan ook handig zijn om iemand te hebben die de notities meteen intypt, wanneer je live op het internet verslag doet over de voortgang van het evenement of wanneer je na afloop niet met een hele stapel typewerk wilt zitten. Net zoals de afwas, ziet een stapel uit te typen flip-overs er de volgende dag een stuk afschrikwekkender uit.
om mensen in de gemeenschap te vinden die zomaar drie dagen beschikbaar kunnen zijn.
Maak duidelijk wanneer elke sessie begint en herinner de mensen aan de Wet van de twee voeten. Vanaf dat moment loopt het OSE vanzelf. Laat aan het einde zo’n 30 à 40 minuten vrij voor een rondje, waarin de aanwezigen kunnen reflecteren op het evenement en het proces, maar niet over de besproken kwesties. In het boek Open Space Technology 2 van Harrison Owen staan manieren om Open-Space-Evenementen van twee of drie dagen te organiseren, waarin mensen na afloop met de volledige notulen naar huis gaan, maar een evenement van een dergelijke omvang is geschikter voor bedrijven dan voor Transitie-initiatieven, aangezien het lastig is
Een goede korte film over het runnen van een Open-Space, gebaseerd op de Openingsvergadering van het Transitienetwerk (Inaugural Meeting of the Transition Network) vind je op www.youtube.com/watch?v=Ux_LFjFeCvg.
Het is verbazingwekkend makkelijk om een Open-Space te runnen, terwijl het een ongelooflijk krachtige manier is om thema’s te verkennen. Die kracht zit hem in de manier waarop Open-Space mensen aantrekt die echt gepassioneerd zijn over een bepaald onderwerp. Voor je eerste OSE kan het nuttig zijn om je te laten ondersteunen door iemand met ervaring, 3 maar wanneer je eenmaal een succesvolle Open-Space achter de rug hebt, zul je versteld staan hoe simpel het is!
Het beste boek over dit onderwerp is: Harrison Owen, Open Space Technology: a user’s guide, Berrett-Koehler Books (1993).
190
Ideeën voor de Grote Herscholing Beitels slijpen, conflictbemiddeling, inmaken, confituur maken, energie-efficiëntie in huis, composteren, lokale munten, succesvol vergaderen, luistervaardigheden, eenvoudige energie-audits uitvoeren, biodiesel produceren, renovatie, kleipleister aanbrengen, zonnepanelen installeren, natuurlijke verf maken, kruidentincturen maken, huishoudelijke financiën bijhouden, maaien met de zeis, strobalenbouw, breien, weven, bomen snoeien, een boomkwekerij beginnen, een oven bouwen, olie-kwetsbaarheids-audits uitvoeren, gereedschap onderhouden, rietbedden aanleggen, open source software, fietsonderhoud, zingen, tijdsmanagement, verhoogde bedden aanleggen in de moestuin, biodynamische landbouw, voedingsleer, gemeenschapsleiderschap, zuurdesembrood maken, plantaardig verven, stroleembouw, praktische lessen in moestuinieren…
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
voel geven erbij te horen, een gevoel dat je krijgt als je zij aan zij met anderen samenwerkt. En het moet bovenal leuk zijn.
plaatse woonden; de meest gedenkwaardige roken een beetje muf, hadden nog houten vloeren, verkochten de meest ongebruikelijke combinaties van allerlei dingen (paraffinelampen, koekendozen en schorten). Meestal werden ze gerund door een koppel van bijna zeventig. We kunnen veel leren van de mensen die zich nog precies de periode herinneren van de overgang naar het Tijdperk-van-de-goedkope-olie, vooral de periode tussen 1930 en 1960. Een deel van het Transition-Town-Totnes-initiatief bestond erin oudere mensen uit de streek te interviewen over de overgeleverde geschiedenis. Een van die interviews werd gedaan met Muriel Langford, die nu midden tachtig is, en bevat een passage die ik zeer verhelderend vond: ‘Jeremy lag boven in zijn wieg aan mijn kant van het bed. Ik had een elektrische zaklamp bij me, die ik zodra hij wakker werd aanzette. Meteen daarna pakte Eric aan zijn kant van het bed de kaars, die je niet aan de kant van de baby kon zetten en stak die aan om de batterij in de zaklamp te sparen. Ons systeempje werkte perfect!’
9. Bouw een brug naar de lokale overheid Hoeveel deining je Transitie-initiatief ook teweegbrengt, hoeveel praktische projecten je ook van de grond krijgt en hoe geweldig je Minder-EnergiePlan ook is, je zult niet ver komen, tenzij je een positieve en productieve band met de lokale overheid hebt opgebouwd. Of het nu gaat om planning of om het vinden van fondsen of wat dan ook, je moet hen aan boord hebben. Je zult wel merken dat je tegenwoordig op veel plaatsen tegen een open deur duwt. Het is raadzaam hen zo vroeg mogelijk bij het proces te betrekken. Zoek de relevante personen in de gemeenteraad op en stel jezelf en je project voor. Belangrijk is in elk geval een ‘zij en wij’-gevoel te vermijden. Het kan ook heel nuttig zijn te onderzoeken welke ontwikkelingsplannen zij al hebben om te zien wat zij al gedaan hebben. Je hoeft niet altijd het wiel opnieuw uit te vinden: gemeenten hebben vaak al heel wat werk verricht op het vlak van onderzoek en overleg en ook al is veel daarvan gebaseerd op dubieuze opvattingen over oliereserves en klimaatverandering, toch loont het de moeite dit uit te zoeken. Kortom, probeer mensen voor je te winnen. Het zou wel eens kunnen dat je meer mensen tegenkomt die hongeren naar je ideeën dan je vermoedde! In Transition Town Totnes werkt onze Band-met-delokale-overheid-groep manieren uit waarop het TTT-initiatief het meest succesvol kan interfereren met de lokale overheid. Ze doen veel van wat ik hierboven heb aangehaald en proberen het productieve raakvlak tussen de twee zo groot mogelijk te maken. Uiteindelijk zou, zodra een Minder-Energie-Plan gemaakt is, de band met de lokale overheid misschien wel uitgebreid kunnen worden tot iemand die zich voor de gemeenteraad verkiesbaar stelt op
Wereldcafé-evenement in het Schumacher College voor gemeente- en provincieraadsleden, februari 2007.
een Minder-Energie-Plan-thema. Indien stap 1 tot en met 7 met succes gevolgd werden, zou deze een verpletterende overwinning moeten halen! Transitie-tip
Stel voor elk groot evenement dat je voorbereid een lijst op van mensen die deel uitmaken van de lokale overheid (en ook van lokale bedrijven,
191 Transitie-tip
Wanneer je interviews doet over overgeleverde geschiedenis, vermijd dan dit te doen met meer dan één persoon tegelijk. Zo wilde ik er onlangs één doen met een dame die fascinerende verhalen te vertellen had over haar leven als landarbeidster op de boerderijen van Devon tijdens de Tweede Wereldoorlog. Net toen we ons gesprek begonnen waren, zei ze: ‘Beste meneer, ik heb echt helemaal niks interessants te vertellen, dus ik heb ik een vriend van mij mee uitgenodigd.’ Een paar minuten later kwam hij opdagen en ik begon met hen allebei te praten. Het probleem was dat ze herinneringen begonnen op te halen. De een zei: ‘En beneden aan de Kaai was die winkel, hoe heette die ook weer?’, waarop de andere antwoordde ‘Jameson’s’, waarop de een dan weer zei: ‘Oh ja, Jameson’s, die hadden drie zonen, niet?’ ‘Oh ja, en Jason die zit nu in Australië...’ Enzovoort. Het was ontzettend moeilijk om ook maar enige interessante informatie te krijgen!
de gemeenschap, enzovoort), van wie je vindt dat ze erbij moeten zijn. Nodig ze persoonlijk uit en begroet en verwelkom ze ook persoonlijk bij hun aankomst.
10. Betuig eer aan de ouderen Voor diegenen onder ons die geboren zijn tijdens of na de jaren ’60, toen het feest van de goedkope olie in volle gang was, is het heel moeilijk de idee van een leven met minder olie te verbinden met onze persoonlijke ervaring. Ieder jaar van mijn leven (met uitzondering van de oliecrisis in de jaren ’70) werd gekenmerkt door een groter energieverbruik dan de jaren daarvoor. Ik heb geen flauw benul hoe een meer lokaal werkende samenleving er in mijn land uitzag. Het enige en meest nabije beeld dat ik ervan heb, is dat van de stadjes in het landelijke Ierland, waarnaartoe ik in 1996 verhuisde. De meeste winkels waren er nog eigendom van families die ter
Dit was in 1945, en batterijen waren toen zo kostbaar dat ze dit systeem uitgedacht hadden om het gebruik ervan tot een minimum te beperken. In die tijd importeerde Totnes heel weinig voedingsmiddelen en in de bestaande woningen leefden veel meer mensen bij elkaar dan nu (de – kleinere – woningen bestonden vaker uit zitslaapkamers dan de woningen van nu). Er was zeer weinig verkeer. Zo vertelde Muriel Langford over een verhuizing naar een appartement in High Street in 1945. De ramen dienden weggenomen te worden om de grotere meubelstukken in het appartement te krijgen. Dit betekende dat de verhuiswagen meer dan vier uur midden op straat bleef staan en er niets meer doorkon. Tegenwoordig zou je na vier minuten al een enorme verkeerschaos veroorzaakt hebben en je zou te maken krijgen met een paar heel boze chauffeurs!
Net als dit soort anekdotes, vind ik het ook bijzonder boeiend mensen te horen vertellen over hoe ze toen leefden. De meeste mensen tuinierden in die tijd – en dat was het. De mensen vertellen over het gemeenschapsgevoel dat er toen nog was. In de gesprekken met de mensen die in de oorlogsjaren leefden is het fascinerend te zien hoe spaarzaam de mensen leefden en welk gevoel van ‘genoeg’ ze hadden. Hoe kunnen we dit gevoel terug opbouwen? Mondelinge verhalen leren ons ook hoe vat te krijgen op de vaardigheden die de mensen toen hadden. Hiermee leg ik verband met Stap 7 (pag. 183). Tijdens mijn onderzoekswerk voor het Transition-Town-Totnes-proces kwam ik er bijvoorbeeld achter dat er in Totnes tot begin jaren ’80 tuinderijen waren, waar nu de parkeerterreinen zijn, die de winkels in de stad bevooraadden (zoals beschreven in Hoofdstuk 3). Via mondelinge verhalen en histo-
‘Enkele jaren geleden las ik dat elementaire deeltjes ‘bundeltjes van mogelijkheden’ waren. Ik begon op die manier over ieder van ons te denken, want uiteraard zijn we ondefinieerbaar, niet analyseerbaar en gebundeld met potentieel zoals alles in het universum. Niemand van ons bestaat onafhankelijk van onze relatie met anderen.’ Margaret J. Wheatley (1999), Leiderschap en de nieuwe fysica (oorspronkelijk verschenen als Leadership and the New Science - discovering order in a chaotic world), Business Contact/Berrett-Koehler
Totnes volgde een redelijk eenduidig pad langs de Twaalf Stappen. Tijdens het bewustmakingsstadium (2) was er echter geen Stuurgroep (1), eerder twee of drie mensen die nogal informeel de evenementen coördineerden, waarbij de naam ‘Transition Town Totnes’ zelfs niet gebruikt werd. Toen kwam de Lancering (4) en een mislukte poging tot het vormen van een Stuurgroep (1). Vervolgens begonnen de verschillende werkgroepen zich te vormen (5), waarvan sommige na en andere onafhankelijk van Open-Spacedagen (6) ontstonden. Het verhalen vertellen (10) gebeurde parallel hiermee, net als andere stappen. Buiten de vorming van werkgroepen, viel elk gevoel dat de Twaalf Stappen een chronologische volgorde moeten volgen weg, uitgezonderd het werken naar een Minder-Energie-Plan (12).
staan en de richting van de energie volgen van diegenen die erbij betrokken raken. Indien je vasthoudt aan de idee dat het op een bepaalde manier moet, zal na een tijdje de energie die rond het proces opgebouwd werd, beginnen weg te sijpelen. Dat is nu juist zo opwindend aan het hele gebeuren: kijken naar wat er tevoorschijn komt. Het loont de moeite steeds voor ogen te houden dat je rol die van katalysator is voor de gemeenschap die deze transitie vorm geeft en dat je mensen helpt de juiste vragen te stellen, in plaats van de antwoorden te geven.
© totnes image bank en rural archive
De twaalf stappen toepassen: Totnes
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
192
Herinneringen ophalen vertelt veel over de geleidelijke teloorgang van lokale veerkracht. Victoria Nurseries, bijvoorbeeld, hier rond de tijd dat deze kwekerij begin jaren ’80 gesloten werd.
risch onderzoek krijg je een fascinerend beeld van hoe mensen zich voedden, welk werk ze deden en hoe ze zich verwarmden. Uiteraard is niet alles relevant en herinneringen ophalen houdt het gevaar in het verleden te romantiseren en het heden te devalueren, maar er kan ook veel uit worden geleerd. Je zou deze verhalen misschien kunnen verzamelen en publiceren. Ik ben ervan overtuigd dat het iets sterks is als je als een van de eerste stappen van je proces naar de ouderen van de gemeenschap stapt en naar hun inbreng vraagt. In veel culturen wordt dit instinctief gedaan, maar in de onze is het terzijde geschoven. Opvallend is dat, wanneer je een interview zoals dit afneemt, het eerste wat de mensen altijd zeggen is: ‘Ik weet niet waarom je met mij wilt praten, ik heb absoluut niks interessants te vertellen...’, en je dan verrassen met schitterende verhalen en fascinerende informatie! 11. Laat het gaan waar het heen wil gaan Stap 11 is echt heel duidelijk en vergt weinig uitleg. Het voornaamste is dat, indien je je Transitieproces begint te ontwikkelen met een duidelijk idee van waar het naartoe moet gaan, het gegarandeerd ergens anders heen zal gaan. Je moet ervoor open-
12. Ontwerp een Minder-Energie-Plan (MEP) Op dit ogenblik bestaat er slechts één Minder-Energie-Plan, het plan dat gemaakt werd voor Kinsale in Ierland.4 Het heeft niet de pretentie afdwingbaar of allesomvattend te zijn; het begon tenslotte louter als studentenproject vooraleer we goed en wel wisten wat we deden. Heel goed was dat het een sjabloon opwierp dat gevolgd kan worden door andere plaatsen die wegen zoeken uit hun olieafhankelijkheid. Een Minder-Energie-Plan hoeft zelfs geen Minder-Energie-Plan genoemd te worden. Sommigen vonden de uitdrukking ‘minder energie’ nogal deprimerend en stelden andere namen voor, zoals ‘Community Resilience Action Plan’ (deze benaming was omwille van het acroniem CRAP geen lang leven beschoren) en ‘Energie-Transitie-pad’. Welke naam er ook gebruikt wordt, het idee is duidelijk. Een MEP ontwerpt een visionair toekomstbeeld, waarin minder energie verbruikt zal worden, een toekomst die veerkrachtiger en opnieuw gelokaliseerd zal zijn. Vervolgens geeft het plan ook, via een reeks praktische stappen, een wegbeschrijving van hoe je van hier naar daar kunt komen. Iedere MEP van iedere gemeenschap zal anders zijn, zowel wat inhoud als wat stijl betreft. Maar ze zullen allemaal een hele waaier gebieden bestrijken naast dat van de energie. Minder energie is een thema dat een rol speelt in elk aspect van ons leven. Je zult je ook
bezig houden met voeding, toerisme, economie, onderwijs en nog zoveel meer. Het MEP model wordt in Bijlage 4 voorgesteld als een stroomschema. Het is werk dat zich steeds verder ontwikkelt, dat steeds meer vorm krijgt naargelang andere gemeenschappen er zich bij aansluiten en met hun eigen MEP beginnen. Toch hebben we tien stappen voor het opstellen van een MEP vastgelegd: Stap Een: Leg een basislijn vast Dit houdt in dat je een aantal elementaire gegevens over de lopende praktijken van je stad verzamelt. Dit kan gaan over energieconsumptie, voedselkilometers of de hoeveelheid geconsumeerd voedsel. Je kunt jaren besteden aan het verzamelen van dit soort gegevens, maar je hoeft er geen vreselijk gedetailleerd schema van te maken. Het gaat veeleer om een aantal sleutelindicaties rond belangrijke elementen in het functioneren van je gemeente. Hoeveel landbouwgrond is er voorhanden, hoeveel auto’s rijden er dagelijks de stad in en uit? Je gemeenteraad heeft daar sowieso al een heleboel informatie over. Je werkgroepen hebben misschien al wat van deze informatie gevonden.6 Stap Twee: Ga het Gemeentelijke Stadsplan halen De lokale plannen voor het gebied bevatten heel waarschijnlijk tijdschalen en elementen waarmee je rekening moet houden in je MEP. Ze kunnen ook een belangrijke bron van gegevens en informatie zijn. Je zult zelf moeten beslissen of je ervan uitgaat dat het bestaande plan op onrealistische uitgangspunten gebaseerd is, en dus irrelevant is, of dat je je eigen plannen erop wilt afstemmen. Stap Drie: De visie op lange termijn Hoe zou je gemeenschap er binnen vijftien of twintig jaar uitzien als deze drastisch minder CO2 zou uitstoten, haar ge-
193
Transitie-instrument 11 Hoe een ‘viskom’-discussie te houden? door Sophy Banks Gebruik dit instrument als je een onderwerp dieper wilt verkennen en analyseren. Het blijft aan de ene kant een open forum, terwijl het toch een gerichte discussie is. Gebruik hiervoor een groep van op z’n minst tien mensen, misschien honderd, of zelfs meer. Belangrijk is dat het gaat om de vraag – hou het open, zonder oordeel en sturing. Zet er een tijdslimiet op, meestal is anderhalf uur meer dan genoeg. Plaats vijf of zes stoelen in een cirkel, naar binnen gericht, in het midden van de ruimte. Zet daar omheen nog een kring van stoelen, ook naar binnen gericht. Aanvankelijk zit iedereen op een stoel in de buitenste cirkel. Begin met iets om de aandacht van de mensen op het onderwerp te richten, misschien een korte introductie, visualisatie of een reflectie op het onderwerp.
Als iemand uit de buitenste cirkel iets wil zeggen over dat onderwerp mag hij of zij plaats nemen in de binnenste cirkel en meedoen met de discussie. Je kunt experts uitnodigen die gedurende de hele discussie in de binnenste cirkel mee discussiëren, of die de discussie op gang brengen. De discussie begint wanneer er twee mensen in de binnenste cirkel zitten. Als alle stoelen in de binnenste cirkel bezet zijn moet iemand, die vindt dat hij voldoende gezegd heeft, teruggaan naar de buitenste cirkel. Er moet meestentijds een stoel in de binnenste cirkel vrij zijn voor een nieuwe spreker. Alleen de mensen in de binnenste cirkel mogen spreken en zij spreken alleen maar tegen elkaar. Er mag wel verwezen worden naar wat er eerder is gezegd, maar er mag geen directe dialoog ontstaan met iemand buiten de cirkel. Geef iedereen naderhand wat tijd om te reflecteren op wat er gezegd is, ongeacht of die persoon daadwerkelijk iets gezegd heeft of niet. 5
bruik van niet-hernieuwbare energie drastisch zou verlagen en goed op weg zou zijn met het opbouwen van veerkracht in alle zaken waar het leven om draait? Dit proces zal gebruikmaken van informatie die je tijdens je Open-Space-dagen verzameld hebt, uit Transitie-verhalen en tijdens een reeks andere dagen over een visionair toekomstbeeld, om een globaal beeld te schetsen van hoe de stad er uit zou kunnen zien. Sta julliezelf toe te dromen. Wat zijn veerkracht indicatoren? De koolstofvoetafdruk bepalen en de CO2-uitstoot verminderen zijn duidelijk een cruciaal onderdeel van de voorbereiding op een energieslanke toekomst, maar ze zijn niet de enige manier om de vooruitgang van een gemeenschap naar meer veerkracht te meten. In de Transitie-benadering bekijken we de vermindering van de CO2-uitstoot slechts als een van de ‘veerkrachtindicatoren’ die de toenemende graad van weerbaarheid van de gemeenschap in kwestie kunnen weergeven. Andere indicatoren zouden kunnen zijn: – percentage lokale handel in lokale munt – percentage lokaal geconsumeerd voedsel dat binnen een bepaalde straal geproduceerd wordt – verhouding tussen parkeerruimte en productief landgebruik – graad van betrokkenheid van de lokale gemeenschap in het praktische Transitie-werk (vervolg op de volgende bladzijde)
hoe start je een T ransitie - initiatie f ?
HET TRANSITIE-HANDBOEK: DE HANDEN
Stap Vier: Gedetailleerde toekomstbeelden ontwerpen Hoe zou het terrein van iedere werkgroep, met name die rond voeding, gezondheid, energie, enzovoort er in detail uitzien binnen de context van de hierboven beschreven visie? (Dit is wel lastiger voor bijvoorbeeld de Hart-en-ziel-groepen.) Stap Vijf: Maak een gedetailleerde stappenbeschrijving in de tijd De werkgroepen maken een tijdslijn van de mijlpalen, de vereisten, de activiteiten en processen, die nodig zijn om het project te kunnen realiseren. Hier moet ook bepaald worden welke de ‘veerkracht’-indicatoren zijn die je vertellen of je de goede kant op gaat. Het terugkoppelen in de tijd doet je ook bij een paar belangrijke vragen stilstaan. Een voorbeeld hiervan is het model van het lokale passiefhuis dat in Totnes ontwikkeld werd (zie pag.133). Dit neemt het model over van het Scandinavische passiefhuis, een huis dat al zijn verwarming haalt uit een goede oriëntatie, superisolatie en de lichaamswarmte van de bewoners. Bovendien is het voor tachtig procent gebouwd met plaatselijk materiaal. Hier een lokaal passiefhuis bouwen is echter nog niet echt iets voor morgen. Daarvoor moeten we eerst een aantal andere zaken opbouwen, zoals een lokale hennepindustrie; er zou lokaal kalk of iets dergelijks geproduceerd moeten worden; er moeten mensen komen die leempleister maken; en nog
195 Stap Tien: Vier feest! Altijd iets goeds om te doen. In feite zou je dat eigenlijk na iedere hierboven beschreven stap gedaan moeten hebben!
belangrijker misschien: er zijn werkkrachten nodig die deze nieuwe bouwmaterialen en -technieken kennen en opgeleid zijn om ermee te werken. Een MEP biedt een mogelijkheid om de praktische kant van de transitie helder te krijgen.
Transitie-tip Transitie-tip
Gemeentelijke en provinciale structuurplannen
Je kan lokale fotografen of studenten fotogra-
voor de volgende twintig jaar zullen voor wat
fie opdracht geven foto’s van je gemeenschap in
betreft piekolie en klimaatverandering lang niet
2030 te maken ter illustratie van je MEP.
allemaal uitkomen. Indien er ideeën of voorstel-
Stap Zes: Transitie-verhalen Parallel aan het hierboven beschreven proces maakt de Transitie-verhalengroep artikels, verhalen, voorstellingen en plaatjes van de verbeelde toekomstige gemeenschap (zoals beschreven in hoofdstuk 8), daarmee door een waaier van creatieve media een tastbaar gevoel gevend van hoe een wereld met minder energieverbruik er zou kunnen uitzien. Deze zullen later in het document worden opgenomen. Stap Zeven: Breng alle gedetailleerde stappenbeschrijvingen samen in een totaalplan In een volgende stap worden de tijdslijnen van de verschillende groepen samengevoegd om na te gaan of ze coherent zijn. Je kan dit doen via post its die op een grote muur worden geplakt om er zeker van te zijn dat bijvoorbeeld de Medische groep niet een parkeerplaats wil gebruiken om er een medisch centrum te bouwen, terwijl de Voedingsgroep van diezelfde parkeerplaats een tuinderij wil maken. Dit proces moet niet te veel tijd nemen; het volstaat na te gaan of bij combineren alle delen van het totaalplan wel een consistent verhaal vertellen. Stap Acht: Maak een eerste kladversie Maak van het totaalplan en de Transitie-verhalen een samenhangend geheel, waarbij elk deel van het plan begint
© andy goldring
194
len in staan die je zeer onrealistisch lijken (zoals een nieuwe luchthaven of een overdreven sterke Zouden goed gedroogde houtstapels een goede veerkrachtindicator kunnen zijn, zoals deze in Slovenië?
uitbreiding van het wegtransport), voel je dan in jouw planning niet gebonden aan elk woord dat in die documenten geschreven staat.
met een korte samenvatting van de toestand in 2008, gevolgd door een toekomstbeeld in 2030. Dit wordt gevolgd door een jaar-na-jaar-actieprogramma, zoals besproken in de gedetailleerde stappenbeschrijving. Wanneer het document klaar is, laat het dan nakijken en nabespreken. Indien wat je geestesoog als je uiteindelijke MEP ziet veel lijkt op gemeentelijke planningsdocumenten die je al eerder gezien hebt, denk dan opnieuw na. Je MEP zou er eerder moeten uitzien als een vakantiebrochure. De gelokaliseerde minder-energiewereld die erin beschreven staat, moet zo verleidelijk voorgesteld zijn, dat eenieder die het leest het gevoel krijgt dat zij zichzelf enorm tekort zouden doen, indien zij hun verdere leven niet besteden aan het verwezenlijken ervan. Stap Negen: Rond het MEP af Voeg de reacties die je krijgt toe aan het MEP. In werkelijkheid zal dit document nooit ‘af’ zijn – het zal voortdurend worden bijgewerkt en alsmaar dikker worden naarmate de omstandigheden veranderen en er ideeën bij komen. Laat iedereen weten wanneer het wordt uitgegeven.
Na de Twaalf Stappen . . . De hierboven beschreven Twaalf Stappen zetten een actieplan uiteen, en het is je vergeven als je denkt dat Stap 12 de laatste stap is. Het tegendeel is waar: het afwerken van Stap 12 is nog maar het begin van je Transitie-initiatief! Het MEP geeft je een idee van hoe je werk er in de toekomst zal uitzien. En ook, indien je in theorie (en niemand is tot nu toe zover geraakt) dit stadium bereikt, verandert je Transitieinitiatief en wordt in feite dan een instantie voor herlokalisering wier taak het is het MEP uit te voeren.
– hoeveelheid verkeer op de lokale wegen – aantal bedrijven in handen van lokale mensen – aandeel van de gemeenschap dat lokaal zijn brood verdient – percentage lokaal geproduceerde essentiële goederen – percentage lokale bouwmaterialen die gebruikt worden bij nieuwbouwprojecten – percentage energie geconsumeerd in de plaats die gegenereerd wordt door lokale energieproductie-coöperatieven – aantal 16-jarigen dat tien verschillende groenten met enige basiscompetentie kan kweken – percentage medicijnen dat lokaal voorgeschreven wordt en geproduceerd binnen een bepaalde straal. Dit is een nieuw gebied dat momenteel volop verkend wordt door het Transitie-netwerk. Jouw ideeën over andere mogelijke veerkrachtindicatoren zijn zeer welkom. Het kernpunt is dat we meer nodig hebben dan de koolstofvoetafdruk, want we zouden de uitstoot van een gemeenschap kunnen halveren, maar nog steeds even kwetsbaar kunnen zijn voor piekolie.