Koning Hizkia en de Assyriërs.
Hoe oud was Hizkia toen hij koning van Juda werd? 2 Koningen 18:1-2, eerste deel 1 Het
gebeurde nu in het derde jaar van Hosea, de zoon van Ela, de koning van Israël, dat Hizkia koning werd, de zoon van Achaz, de koning van Juda. 2 Hij was vijfentwintig jaar oud toen hij koning werd,
Hoe was de verhouding van Hizkia met de Schepper van hemel en aarde? 2 Koningen 18:3 3 Hij
deed wat
juist was
in de ogen van de HEERE, overeenkomstig alles wat zijn vader David
gedaan had.
Welke opdracht gaf koning Hizkia? 2 Koningen 18:4 4 Hij
nam de offerhoogten weg, sloeg de gewijde stenen in stukken en hakte de gewijde palen om. Hij verbrijzelde ook de koperen slang, die Mozes gemaakt had, omdat de Israëlieten er tot die tijd toe reukoffers aan gebracht hadden; men noemde
hem Nehustan.
Welke personen zouden koning Hizkia onvoorwaardelijk steunen? Zie 2 Kronieken 29:6, 10
In de crisis toonde Hizkia zich iemand die van de geboden kansen gebruik maakte. Zodra hij de troon had bestegen, begon hij plannen te maken en uit te werken. Eerst richtte hij zijn aandacht op het herstel van de tempeldiensten, die zo lang verwaarloosd waren; en voor dit werk vroeg hij ernstig om de medewerking van een groep priesters en Levieten die trouw gebleven waren aan hun heilige roeping. Omdat hij zeker was van hun trouwe ondersteuning, sprak hij vrijuit met hen over zijn wens onmiddellijke en verreikende hervormingen in te stellen.
Wat zei koning Hizkia tegen de priesters en wat werd het eerst opgepakt door de priesters? Zie 2 Kronieken 29:5, 11
Hizkia deed rechtstreeks een beroep op de priesters om samen met hem de noodzakelijke hervormingen in te voeren. “Weest thans niet nalatig”, spoorde hij hen aan, want u heeft de Here verkoren om in zijn dienst te staan, om zijn dienaren te zijn en aan Hem te offeren.” – “Heiligt u thans, heiligt het huis van de Here, de God uwer vaderen.” Het was een tijd voor snelle handelingen. De priesters begonnen meteen. Ze kregen de medewerking van andere priesters die niet bij deze samenkomst aanwezig waren geweest, en begonnen van harte met het reinigen en heiligen van de tempel.
Wat schrijft de Bijbel over koning Hizkia? 2 Koningen 18:5 5 Hij
vertrouwde op de HEERE, de God van Israël,
zodat er na hem zijns gelijke niet was onder alle koningen van Juda, en ook niet onder hen die er vóór hem geweest waren.
Wat was voor koning Hizkia de maatstaf in zijn leven? 2 Koningen 18:6
Want hij hield zich vast aan de HEERE; hij week er niet van af Hem na te volgen en hij nam Zijn geboden in acht, die de HEERE Mozes geboden had.
Welke waarschuwing is te lezen om de leidraad van het leven in je doen en laten te uiten? Jakobus 1:22
Vergis u niet: alleen horen is niet genoeg, u moet wat u gehoord hebt ook doen. 22
Tegen wie kwam koning Hizkia in opstand? 2 Koningen 18:7
De HEERE was met hem. Overal waarheen hij uittrok, handelde hij verstandig. Bovendien kwam hij in opstand tegen de koning van Assyrië en diende hem niet meer. 7
Wie werden door het leger van Hizkia verslagen? 2 Koningen 18:8
Hij was het die de Filistijnen versloeg, tot Gaza toe, en de bijbehorende gebieden veroverde, van de wachttoren af tot de versterkte steden toe. 8
Welke stad en welk volk werd aangevallen door de koning van Assyrië? 2 Koningen 18:9 9 Het
gebeurde nu in het vierde jaar van koning Hizkia – dat is het zevende jaar van Hosea, de zoon van Ela, de koning van Israël – dat Salmaneser, de koning van Assyrië, optrok tegen Samaria en het belegerde.
Werd Samaria, de hoofdstad van Israël, door het leger van Assyrië ingenomen? 2 Koningen 18:10-11 10 Zij
namen het na verloop van drie jaar in, in het zesde jaar van Hizkia. Het was het negende jaar van Hosea, de koning van Israël, toen Samaria ingenomen werd. 11 De koning van Assyrië voerde Israël weg naar Assyrië en bracht hen onder in Halah en in Habor, bij de rivier Gozan en in de steden van Medië,
In tegenstelling tot koning Hizkia, wie waren niet aan God gehoorzaam en met welk gevolg? 2 Koningen 18:12 12 omdat
zij de stem van de HEERE, hun God, niet gehoorzaam waren geweest, maar Zijn verbond hadden overtreden. Zij hadden niet geluisterd naar alles wat Mozes, de dienaar van de HEERE, geboden had, en hadden dat niet gedaan.
Werd Hizkia en het volk Juda rijk gezegend? Zie 2 Kronieken 31:20-21
De regering van Hizkia werd gekenmerkt door een reeks opmerkelijke voorzienigheden, die aan de omringende volken openbaarden dat de God van Israël met zijn volk was. Het succes van de Assyriërs bij het veroveren van Samaria en het verstrooien van het overblijfsel van de tien stammen onder de volken tijdens de beginjaren van zijn regering bracht velen ertoe te twijfelen aan de macht van de God der Hebreeën. Pas enkele jaren later, tegen het einde van de regering van Hizkia, zou ten aanschouwen van de volkeren der wereld worden aangetoond of de goden der heidenen ten slotte zouden overwinnen.