HOE MAAK JE EEN STRIPTEKENING VOOR HET OMSLAG VAN EEN BOEK? door Petra Cremers
Alex van Koten is striptekenaar van beroep. Daarom staat er geen foto van hem bij dit interview maar wel een tekening, uiteraard door Alex zelf gemaakt (ik zou het niet kunnen!!!) En onder aan deze pagina zie je hem ook als personage in zijn eigen strip Nick Name. Alex heeft het omslag gemaakt voor mijn nieuwe boek Superinspecteurs Green & Moretti en dat is zo mooi geworden dat ik graag wilde weten hoe hij dat heeft gedaan. En ik was ook benieuwd hoe het is om striptekenaar te zijn. Hieronder kun jij lezen wat Alex allemaal heeft verteld en er staan ook plaatjes bij. Bovendien komt er binnenkort een filmpje op mijn website www. petracremers.nl te staan. Dan kun je Alex ook zelf aan het werk zien.
HET INTERVIEW 1. PETRA: In de eerste plaats: wat vond je van mijn boek? ALEX: Ik vond het uiteraard leuk, en dat is maar goed ook, want dan gaat het tekenen makkelijker. Het onderwerp internetdating sprak me aan. Ik heb ook wel eens via internet gedate, die eigen ervaringen inspireerden mij toentertijd tot een strip waarin net als in het boek een geheimzinnige moord gepleegd wordt.
2. PETRA: Heb je eerder covers c.q. illustraties voor kinderboeken gemaakt? ALEX: Nee, dit was de eerste keer terwijl ik toch al 17 jaar als tekenaar aan het werk ben. Ik maak tekeningen voor ansichtkaarten, tijdschriften en onlangs een leuk kookboek, maar dus nooit eerder voor een kinderboek. Ik vond het uiteraard zeer leuk om te doen en zou het zeker vaker willen doen. En dan ook graag het binnenwerk.
3. PETRA: Wat was de opdracht van Uitgeverij Holland bij dit boek? ALEX: Maak een cover met diverse plaatjes (zoals bij een strip) met scènes uit het boek. De uitgever had een detectivestrip op mijn website gezien, en wilde het in dezelfde stijl. Men stuurde ook al een schematisch weergegeven idee, een stripindeling. (zie plaatje)
4. PETRA: Hoe ben je te werk gegaan en dan bedoel ik niet alleen wat er op het omslag moest komen maar ook hoe het technisch is gegaan. ALEX: Ik heb het boek gelezen en de meest beeldende scènes eruit gehaald. Via Google ben ik op zoek gegaan naar foto’s van de locaties en vervolgens heb ik gekeken welke beelden het best te combineren waren. Daarna heb ik op de computer de stripindeling volgens het voorbeeld nagemaakt: vierkante hoge en lage rechthoeken als plaatjes, daarna wat veranderd naar mijn eigen idee. Ik wilde er cirkels in. Waarom? Dat was erg belangrijk. Ten eerste omdat die cirkels het patroon van de plaatjes doorbreken. Door de cirkels over de rechthoeken te plaatsen werkt de strippagina ook als gehele illustratie. Had ik dat niet gedaan dan was de kijker toch per plaatje de strip gaan bekijken. Verder kon ik met de twee cirkels de belangrijke elementen eruit pikken. In de cirkel rechtsonder zie je waar het raadsel van het boek om draait; de vrouw die van de rots naar beneden valt. En de titel, in de bovenste cirkel van de loep, die moet natuurlijk ook opvallen op de cover. Ik heb de cirkels geplaatst op 2 van de vier zwaartepunten in de compositie. Je oog vindt het namelijk aangenaam te rusten op punten die buiten het midden vallen. Die vallen dan het meeste op. Vandaar dat ik daar de cirkels heb geplaatst. Verder wilde ik er detective-elementen in, zoals een pistool, handboeien en een loep. Daarna heb ik de letters in de indeling gezet. Ik ben toen gaan schuiven met de plaatjes, de detective-elementen en de letters. Het pistool en de handboeien heb ik al snel uit de tekening gelaten omdat die niet terugkwamen in het boek. Een loep kwam mooi uit omdat ik de vallende vrouw uitvergroot in beeld wilde hebben. Maar later heb ik besloten de loep over de titelletters te plaatsen.
Toen de indeling klaar was ben ik pas de vakjes gaan vullen met potloodtekeningen. Eerst een ruwe schets voor de compositie. Dan kon ik snel zien welke tekening ik nodig had in welke vorm en volgorde. Daarna meer uitgewerkte potloodtekeningen. Die potloodtekeningen heb ik vervolgens ingescand en via het programma Photoshop in de indeling geplakt. Daarna bleef ik nog schuiven. Zo zie je in het voorbeeld dat ik nog twijfelde over de plaats van de auto op de cover. Toen ik eenmaal klaar was ben ik de potloodtekening in zijn geheel in inkt gaan zetten met een pen en oostindische inkt. In inkt zetten is niet hetzelfde als overtrekken. Het is te vergelijken met kalligraferen (schoonschrift). Tijdens het inktzetten veranderden er ook weer dingen in de tekening. Zo heb ik bijvoorbeeld onder de onderste cirkel een stukje rots weggehaald en een stukje zee getekend, wat het effect heeft dat de vrouw dieper valt. En zo zijn er talrijke andere veranderingetjes die de tekening net even iets beter maken. Een tekening is eigenlijk nooit klaar. Maar uiteindelijk moet je toch stoppen en verder gaan om de deadline niet te missen. Uiteindelijk heb ik ook de inkttekening weer ingescand en die tenslotte ook weer in de stripindeling geplakt.
De volgende stap was het invullen met kleur, wat ik ook met Photoshop doe. Ik was gebonden aan de kleuren van de werkelijke locaties en de omschrijvingen in het boek.
Ik wilde dat de cover er oud uit kwam te zien, alsof het een bladzijde was die uit een oud tijdschrift was gescheurd. De uitgever had een detectivestrip op mijn website gezien (zie de afbeelding rechts) en wilde het omslag in die stijl. Ik heb om het oud te laten lijken stukken vergeeld papier ingescand en afbeeldingen daarvan in een laag over de gehele cover gelegd. Vervolgens heb ik het papier nog bijgewerkt alsof er schaduw in zit en een vouwnaad, en toen was de tekening in Photoshop klaar.
Met Indesign, een ander computerprogramma, heb ik de belettering van de kaft gedaan, de typografie van de rug en de achterzijde. Dan kies je de lettertypes, de grootte en hoe de tekst op het boek moet komen. Je ziet dat ik de naam van de schrijfster, die natuurlijk ook heel belangrijk is, naar beneden heb verplaatst. Haar naam stond eerst bij de titel Ik vond het te veel achternamen op een kluitje: Cremers/Green/Moretti, Ik heb ze bewust uit elkaar gehaald wat zowel de titel en de schrijversnaam meer tot zijn recht doet komen. Bovendien kon ik eenheid scheppen met de tekst op de rug. Het laatste klusje was de uiteindelijke uitsnede van de comic-strip-pagina en hoe die precies op het omslag moest komen. Ik wist al direct dat ik de strippagina schuin over de cover wilde plaatsen. Gewoon, omdat dat mooier en minder saai is dan netjes en recht. Rechts kwam er ook nog ruimte voor plaatjes vrij. Als een soort knipoog aan mezelf heb ik daar stukjes uit mijn eigen detectivestrip in geplakt. Maar dat is een geheim, vertel het dus maar niet verder. Ook een beetje verstopt zie je mijn eigen signatuur. Klein, want Petra heeft het boek geschreven, niet ik.
5. PETRA: Zo’n omslag is veel meer werk dan ik had gedacht. Hoe lang ben je er ongeveer mee bezig geweest?
ALEX: Dat is moeilijk om precies te bepalen omdat ik het tussen mijn andere tekenwerk door heb gedaan. Als ik er zin in had ging ik met die kaft verder. Alles bij elkaar heb ik er wel twee volle werkweken aan besteed. Misschien wel langer. 6. PETRA: Misschien iets over jezelf: hoe ben je striptekenaar geworden? ALEX: Ik ben striptekenaar geworden omdat ik ooit van mijn tante twee stripboeken cadeau kreeg. En ook omdat mijn zwager aan mij en mijn tweelingbroer veel strips uitleende. Ik hield altijd al van tekenen maar vanaf mijn achtste besloot ik dat ik later ook strips wilde gaan tekenen. Dat leek me leuk en ik vind het trouwens nog steeds belangrijk dat je qua werk iets doet waar je hart ligt. Veel later heb ik nog een grafische opleiding gedaan waar ik leerde letters te ontwerpen en ook leerde vormgeven. De school is een beetje vergelijkbaar met wat nu het Mediacollege heet. Toen heette die school RTO, Reproductie Teken Opleiding. De naam zegt het al: tekenen voor reproductie. Het reproduceren of in druk bedoel ik dan. Ik heb toen geleerd advertenties, verpakkingen, posters en letters te ontwerpen. 7. PETRA: Een veel gestelde vraag door kinderen: word je er rijk door? ALEX: Nee, meestal niet, al zijn er uitzonderingen, net zoals bij acteurs, muzikanten en schrijvers. Als je werk plots heel “hot” wordt, in de mode raakt. Dan kun je heel bekend en rijk worden. Maar de meeste tekenaars, schrijvers en acteurs kunnen er gewoon goed van leven net zoals een bakker of een slager van zijn werk leeft. Ik doe er werk naast in een verpleeginstelling (10 uur in de week) maar dat doe ik ook omdat ik van afwisseling houd en die afwisseling ook nodig heb. Tekenen is best eenzaam, je bent altijd in je eigen binnenwereld bezig, terwijl het echte leven zich natuurlijk in de buitenwereld afspeelt. In de maatschappij. Ik heb het contact met de buitenwereld nodig om vervolgens weer in mijn eigen fantasiewereld te duiken. 8. PETRA: Tenslotte: waar werk jij eigenlijk, heb jij thuis of elders een werkplek? ALEX: Ik werk thuis waar ik een werkkamer heb ingericht. Ik heb ook in een studio gewerkt. Maar thuis is toch het gezelligste, bij mijn katten en mijn vriendin. Via de computer skype en mail ik wel veel met collega’s over mijn werk. Op die manier kan ik toch mijn werk aan andere tekenaars laten zien. Misschien dat ik in de toekomst ooit weer in een studio samen ga werken. Het heeft allebei zo zijn voordelen.