Het WC²
Riolering in de niet zo verre toekomst
Marije Stronks
Ergens in Nederland in de niet zo verre toekomst……… in een Water Controle Centre (WC² ) verschijnt een venster voor één van de dienstdoende tacerators (1) . Er wordt een aanzienlijke hoeveelheid neerslag voorspeld over 24 uur. Over het algemeen wordt de tacerator niet lastig gevallen met zulke ‘standaard’ situaties. De proces automatisering weet zelf prima hoe het om moet gaan met dergelijke situaties. Normaal zal het ervoor zorgen dat het stelsel leeg is bij aanvang van de bui, en dat de waterpeilen in het stedelijk gebied tijdelijk wat verlaagd worden zodat het water goed weg kan stromen. Ook treedt er een regeling in werking waarbij de meest kwetsbare gebieden voorrang krijgen bij de afvoer op minder kwetsbare gebieden.
(1) Tacerator is een tactische operator. Deze persoon houdt zich op een tactisch niveau bezig met de processen.
Nu is er echter een probleem, één van de gemalen die een essentiële rol speelt in de sturing reageert niet. Het systeem heeft verschillende alternatieve scenario's bedacht en wil graag van de tacerator weten wat de voorkeur heeft. Binnen een half uur heeft de tacerator zijn specialistische collega’s bijeen en bekijken ze kort de verschillende opties. Er wordt gekozen voor optie a, daarbij bestaat een kleine kans op een overstort, maar de impact daarvan is kleiner dan bij b, waarbij de kans op uitspoeling op de zuivering aanzienlijk toe neemt. Het systeem herkent het risico en schaalt automatisch de monitoring in het risicogebied op.
Even is de rust teruggekeerd maar dan verschijnt er bij een operator een waarschuwing. De pH waarde van het afvalwater bij gemaal L025 is aanzienlijk afgenomen. Het systeem heeft het gemaal al tijdelijk uitgeschakeld om het zuivering en energiewinningsproces niet te verstoren. Een lage pH bij dit gemaal heeft namelijk grote invloed op de pH waarde van het water bij het eindpunt. De operator bekijkt de opties en besluit om voorlopig wat oppervlaktewater het stelsel in te laten via een regelbare drempel van een verbeterd gescheiden stelsel. Zo wordt de pH van het afvalwater verhoogd. Daarmee is het zuiverings- en energieproces veiliggesteld. Direct daarna wordt de zoektocht naar de oorzaak van de lage pH opgezet. Welke bedrijven lozen via dit punt? En welke daarvan zou water met een lage pH kunnen lozen? Samen met een rioleringsspecialist en een handhaver wordt deze puzzel opgepakt. Maar tot er weer een aanvaardbare pH wordt gemeten blijft de drempel verlaagd.
Bij een andere desk in het WC² neemt een onderhoudsspecialist de afwijkende pi’s (prestatie indicatoren) door die het systeem voor zijn neus presenteert. Er zijn 2 leidingen waarbij de pi’s wijzen op luchtinsluiting, daarnaast is het stroomverbruik van 3 pompen te veel toegenomen en wijst een afwijkende mediaanwaarde (van een niveaumeting) op een verstopte vrijverval leiding. Ook zijn het aantal draaiuren van een specifieke locatie te veel toegenomen ten opzichte van de verwachting. Natuurlijk heeft het systeem ook meteen een risico en kosten/baten analyse uitgevoerd.
Op basis daarvan adviseert het systeem om de 2 persleidingen te ontluchten en 1 waaier van een pomp te vervangen. De specialist combineert deze aanbeveling met de onderhoudsplanning en –geschiedenis en maakt uiteindelijk de volgende werkbon aan in het systeem: Actie Ontluchten leiding P308 Ontluchten leiding P407 Vervangen waaier L016 Vervangen waaier L055 Controle mogelijke verstopping V333 Analyse toename draaiuren
actiehouder Onderhoud Onderhoud Onderhoud Onderhoud Inspectie Specialist riolering
Het systeem zet de acties vervolgens door naar de benoemde actiehouders en zal de afhandeling verder monitoren.
Op weer een andere plek bespreken een riolerings-, zuiverings- en watersysteemspecialist de gevolgen van een mogelijk uitbreiding van een grote zuivel fabriek. Hoe kan het proceswater van deze fabriek het beste verwerkt worden? Het systeem heeft op basis van de ingegeven uitgangspunten verschillende mogelijkheden doorgerekend, maar wat past het beste binnen de gebiedsontwikkeling? Samen analyseren ze de verschillende opties en brengen ze een advies uit naar de werkgroep.
Gewoon weer een dag in het WC²………..
Waarom een WC² De vraag is: “waar gaat de riolering naar toe?”, het antwoord is: “de riolering gaat virtueel en wordt echt gekoppeld aan alle andere disciplines waar het in werkelijkheid ook aan gekoppeld zit.” Dat wordt voor de sector en vooral voor de medewerkers de grootste verandering voor de komende jaren.
Natuurlijk gaat er ook veel veranderen in de riolering zelf, zuiveringen veranderen in energie- en grondstoffabrieken, gemengde stelsels worden omgebouwd of afgekoppeld en de huidige drukriolering zal in ieder geval gedeeltelijk verdwijnen. Deze laatste zullen vervangen worden voor locale zuiveringsprocessen, die met particulieren worden opgezet. Ook beleid en planvorming zullen veranderen. Er zal nog meer dan nu integraal worden gekeken, watersysteem, groen, wegbeheer, riolering, zuivering, beleving, stadsklimaat alles wordt meegenomen om tot een duurzame oplossing te komen voor dat moment, maar ook voor de verdere toekomst.
We hebben echter niet overmorgen een ander stelsel, we moeten het doen met wat we nu hebben. Zeker met de huidige technieken om de levensduur van leidingen te verlengen zal de huidige infrastructuur slechts langzaam worden aangepast. Door de uitdagingen waar we voor staan (hergebruik van afvalwater, droge periodes, extreme neerslag, verstedelijking) zal de ‘druk’ op het stelsel alleen maar toenemen. De marges waarbinnen we nu opereren worden steeds kleiner en de belangen worden steeds groter. Zeker dit laatste zal veel druk gaan opleveren. Een zuivering die energie levert voor een woonwijk kan immers niet ‘even’ minder functioneren en ook de koppelingen met commerciële bedrijven (slib, biogas, warmte, restwater) eisen een solide basis. We moeten het gehele proces dus nog veel meer dan nu gaan monitoren en analyseren. En daarbij zullen de huidige grenzen tussen zuivering, riolering en watersysteem verdwijnen. Ze zijn, zeker in het stedelijk gebied, sterk met elkaar verweven.
Een tweede stimulans voor de ‘geboorte van de WC²’. Is de steeds grotere roep om doelmatigheid. Om de huidige uitdagingen /problemen (discrepantie, rioolvreemdwater, water op straat) aan te gaan/op te lossen moeten alle informatiebronnen gezamenlijk worden bestudeerd. Alleen rioleringsgegevens analyseren is niet meer van deze tijd. Specialisten zullen blijven bestaan, maar ze gaan gezamenlijk op zoek naar mogelijkheden, daarbij ondersteund door generalisten en ICT systemen die het geheel bewaken.
Tot slot zal ook het tekort aan gekwalificeerd personeel het ontstaan van het WC² stimuleren. Zoals eerder beschreven zal het werk steeds complexer worden, maar het zal gedaan moeten worden met minder personeel. Om alles te kunnen blijven doen is vergaande automatisering en koppeling van de verschillende systemen noodzakelijk. De rioleur van de toekomst zal dus ook veel meer dan nu affiniteit met ICT en gegevensverwerking moeten hebben.
De rioleringssector gaat veranderen. De digitalisering van het stedelijk water zelf zal geen oplossingen bieden maar het is wel de katalysator voor verandering. ICT vormt een essentieel onderdeel in de keten om tot nieuwe inzichten te komen. Zonder vergaande systeem integratie en analyse zullen we de vragen niet kunnen beantwoorden om verder te komen en de uitdagingen aan te gaan.
Welkom in het WC²…………