“Het is niet genoeg de zwakke op te helpen; men moet hem ook daarna nog steunen” William Shakespeare (1564-1616)
Deze publicatie heeft als doel u snel te informeren over de actuele stand van zaken betreffende de ontwikkelpilot ‘vrijwilligerswerk en mantelzorg WMO Zuid-Limburg’. De projecten die binnen deze pilot worden uitgevoerd, zijn nu, voorjaar 2007, halverwege. De tussentijdse resultaten worden gepresenteerd. In de publicatie treft u achtereenvolgend aan: Voorwoord Door Berry van Rijswijk, wethouder gemeente Sittard-Geleen Ontwikkelpilot Zuid-Limburg Voorbeelden illustreren de kansen die de Wmo biedt De projecten Beschrijving van de pilot projecten Personalia Samenstelling stuurgroep en projectgroep Subsidie Overzicht belangrijkste financiële bijdragen
Op weg naar een sterker vrijwilligerswerk en mantelzorg Zoals u ongetwijfeld nog weet, zijn de gemeenten Maastricht, Heerlen en Sittard-Geleen door het ministerie van VWS gevraagd een proeftuin op te zetten rond de versterking van vrijwilligerswerk en mantelzorg. De projecten in deze proeftuin moeten ondersteuning bieden aan de Wet maatschappelijke ondersteuning. Na een succesvolle startbijeenkomst eind 2005 en een voorbereidingsperiode met een aantal instellingen en gemeenten, zijn we medio 2006 gestart met de uitvoering van 13 projecten. Deze hebben alle tot doel voor een bepaalde doelgroep het vrijwilligerswerk en de mantelzorg te versterken. Krimp en vergrijzing Door de krimp, de dubbele vergrijzing en ontgroening van onze bevolking zal de regio Zuid-Limburg nog meer dan in andere gebieden in ons land bij de les moeten blijven om het vrijwilligerswerk kwalitatief en kwantitatief overeind te houden. De vele duizenden vrijwilligers en hun verenigingen verdienen het dat we alert blijven. De dubbele vergrijzing vraagt aandacht voor ondersteuning van de vele mantelzorgers om hun waardevolle taak te kunnen blijven uitoefenen. Tussentijdse resultaten In het boekje Vrijwilligerswerk en mantelzorg ‘Ouverture’, hebben we u vorig jaar geïnformeerd over deze projecten, welke organisaties meedoen en wat we willen bereiken. We zijn nu halverwege de rit. Tijd dus om een tussenbalans op te maken. Dat doen we in dit tweede boekje, het Intermezzo. Onlangs is de voortgang van de projecten geëvalueerd. De stuurgroep van de proeftuin waarin portefeuillehouders van een aantal gemeenten zitting hebben alsmede onze gedeputeerde voor de Wmo, zijn bijzonder ingenomen met de tot nu toe bereikte resultaten. Begin 2008 zullen we de projecten afronden en u informeren over de bereikte eindresultaten.
Berry van Rijswijk Voorzitter stuurgroep proeftuin vrijwilligerswerk en mantelzorg Zuid-Limburg
5
De invoering van de Wmo is een flinke klus. Daarom heeft de staatssecretaris indertijd gemeenten uitgenodigd om proefprojecten uit te voeren. Deze projecten hebben ten doel de verschillende doelstellingen die in de wet opgenomen zijn, uit te werken. Ze moeten inzicht geven in de kansen en bedreigingen. De gemeenten Sittard-Geleen, Heerlen en Maastricht (Tripool) hebben de opdracht gekregen om samen met het werkveld een pilot project te starten, gericht op mantelzorg en vrijwilligers. Doelstellingen De doelstellingen van deze ontwikkelpilot zijn de bestaande infrastructuur van vrijwilligerswerk en mantelzorg te behouden en te versterken en daarnaast de doelgroep potentiële vrijwilligers en mantelzorgers te verbreden. Een derde doelstelling is te onderzoeken op welk niveau de ondersteuning van het vrijwilligerswerk en mantelzorg het beste gerealiseerd kan worden en op welke wijze. Resultaten Na een succesvolle startconferentie in het voorjaar van 2005 in congrescentrum Fortunato hebben gemeenten, regionale en lokale organisaties en tal van anderen enthousiast gereageerd. Dat heeft ertoe geleid dat in de loop van 2006 13 projecten gestart zijn. Deze brochure geeft de tussentijdse resultaten hiervan weer. In de loop van 2008 worden de projecten afgerond en zullen de aanpak en de resultaten op een zodanige manier beschreven worden, dat andere gemeenten in het land er ook mee aan de slag kunnen. Subsidie De Rijksoverheid heeft subsidies beschikbaar gesteld voor dit soort projecten. Door de pilot projecten breed in te zetten, heeft de provincie Limburg ook nog eens subsidiegelden beschikbaar gesteld. Daarnaast hebben alle instellingen behoorlijk bijgedragen uit hun eigen middelen, hetzij direct financieel hetzij door de inzet van medewerkers.
7
PROJECT UITVOERDER CONTACTPERSOON PILOT PARTNERS
Make a Difference Day (MADD) Gemeenten Maastricht, Heerlen, Sittard-Geleen Paul Erens, 06-51142661 Vrijwilligerswerk
PROJECT UITVOERDER CONTACTPERSOON PILOT
Vrijwilligerscentrales van Partners in Welzijn, Trajekt en Tracee
PARTNERS
Zorgen voor een ander ‘Jonge Mantelzorgers’ Partners in Welzijn Wim Govers, 046-4288060 Mantelzorg Gemeenten Sittard-Geleen en Stein, Da Capo College in Sittard, Graaf Huyn College in Geleen, Scholengemeenschap Groenewald
PROBLEMATIEK • In 2005 is landelijk gestart met het project MADD, Make a Dif-
in Stein en CZ-fonds
ference Day. Deze manifestatie zet jaarlijks de schijnwerpers op vrijwillige inzet door mensen. Om het belang van vrijwilligerswerk te onderstrepen, maar ook om
PROBLEMATIEK • Relatief veel jongeren op de drie VMBO-scholen in Sittard,
meer mensen te motiveren zich in te zetten voor de ander. Het zou goed zijn dat dit
Geleen en Stein hebben naast hun opleiding een mantelzorgtaak thuis. Daar zorgen
initiatief in Zuid-Limburg navolging krijgt in de andere gemeenten.
ze mee voor een zieke ouder, broer of zus. Dat trekt een zware wissel op hen. Niet zelden wordt de jonge mantelzorger overvraagd: er worden verantwoordelijkheden
DOELSTELLING • Een projectgroep van de Tripoolgemeenten zal zowel een boven-
verwacht die niet bij deze leeftijdsfase passen. De scholieren lopen daardoor het
regionale manifestatie uitwerken als drie lokale evenementen in Maastricht, Heerlen
risico vroegtijdig zonder diploma de opleiding te verlaten.
en Sittard-Geleen. Programma onderdelen kunnen uitgewisseld worden en er kan gezamenlijk aan PR worden gedaan. Voor 2006 is voor het thema ‘maatschappelijk
DOELSTELLING • Het project zal eerst de problematiek van jonge mantelzor-
ondernemen’ gekozen. In 2007 zal een regionale activiteit georganiseerd worden en
gers op de drie VMBO-scholen in kaart brengen. Op basis van deze analyse zal een
vervolgens moet MADD uitgroeien tot een Zuid-Limburgs evenement.
gerichte aanpak ontwikkeld worden. Deze zal ertoe moeten leiden dat er een gezonde balans ontstaat tussen zorg- en onderwijstaken.
RESULTATEN • Zowel in Maastricht, Heerlen als Sittard-Geleen zijn er in november 2006 MADD-activiteiten georganiseerd. In Maastricht kon onder andere de lokale
RESULTATEN • Met de drie VMBO-scholen is het project besproken. Leerlingen
politiek kennis maken met vrijwilligerswerk in de zorg. In Sittard-Geleen kwamen
hebben een vragenlijst ingevuld die als een quick scan bedoeld is. Op het Graaf
er zo’n 700 bezoekers naar het evenement. Veel positieve reacties zijn er ontvangen
Huyn College in Geleen blijkt dat van de 460 eerste- en tweedejaars leerlingen er
op de presentatie van de genomineerden voor de Vrijwilligersprijs via de lokale
138 in de categorie mantelzorgers vallen. Op SG Groenewald in Stein zijn dat er 20
TV. In Heerlen hebben 25 medewerkers van de afdeling Welzijn van de gemeente
van de 130 brugklas leerlingen. Bij het Da Capo College in Sittard wordt een andere
Heerlen in werktijd vrijwilligerswerk gedaan. Onder andere het management en de
werkwijze gehanteerd. Hier is een concreet aanbod rouwverwerking gemaakt voor
wethouder die Welzijn in de portefeuille heeft, hebben meegedaan.
de leerlingen. In de komende tijd zullen thema’s breder aangezet worden en zal ook hier een onderzoek naar de omvang van mantelzorgers plaatsvinden.
Een Zuid-Limburgs MADD-evenement is er in 2006 nog niet van gekomen. De voorbereidingstijd was hiervoor te kort. Wel is tijdens de Bedrijven Contact Dagen
Een aantal jonge mantelzorgers van het Graaf Huyn College heeft al meegedaan
eind 2006 aandacht gevraagd voor het thema maatschappelijk ondernemen. Ook
aan sociale vaardigheidstraining, anderen hebben individuele gesprekken gehad.
zijn bedrijven benaderd die geïnteresseerd zijn in MADD 2007. Dat heeft 60 serieuze
Met de zorgcoördinator van de school wordt gekeken bij welke activiteiten, in- en
reacties opgeleverd van bedrijven en organisaties. De voorbereidingen voor MADD
extern, de leerlingen kunnen aanhaken. De mentoren zijn schriftelijk geattendeerd
2007 op Zuid-Limburgse schaal zijn nu in volle gang.
op welke leerlingen ook mantelzorger zijn. Na de zomer wordt er specifiek actie ondernomen richting allochtone leerlingen die mantelzorger zijn. Na het invullen
Een verslag van de lokale MADD-activiteiten 2006 is te vinden op:
van de quick scan hebben zich namelijk veel allochtone meisjes met vragen gemeld.
www.invoeringwmo.nl of op de webpagina van de pilot onder ‘Welzijn’ bij
Op SG Groenewald in Stein is dezelfde aanpak gehanteerd.
www.Tripool.nl. In algemene zin is er een poster ontwikkeld voor op de scholen, die leerlingen in-
10
11
PROJECT UITVOERDER CONTACTPERSOON PILOT PARTNERS
Ondersteuning allochtone mantelzorgers Centrum voor diversiteit Cecile Weijs, 045-5714014 Mantelzorg PZA platform allochtone zorgvragers, Steunpunt voor Mantelzorgers Parkstad Limburg, Platform Mantelzorgers Limburg, Provinciaal platform minderheden
formeert over een webpagina (www.piw.nl/jezorgtthuis), een e-mailadres en een
PROBLEMATIEK • In Heerlen wonen ongeveer 7000 niet-westerse allochtonen.
telefoonnummer waar ze terecht kunnen met vragen over mantelzorg. De website
Zeker onder de eerste groep gastarbeiders, die nu allemaal ouder dan 50 jaar zijn,
wordt nog verder uitgewerkt. Er is bewust gekozen voor deze in eerste instantie
neemt de zorgvraag toe. Traditioneel doet deze groep daarvoor een sterk beroep
anonieme benadering omdat deze doelgroep waarschijnlijk in het begin liever ano-
op de vaak jongere partner en kinderen. Professionele zorg wordt niet snel inge-
niem geïnformeerd wil worden.
schakeld uit onbekendheid, schaamte vanwege taalproblemen of de vrees dat aan de specifieke vraag niet kan worden voldaan. Daardoor neemt de druk op de man-
Knelpunten zijn de onderwijsvernieuwing, die voor stagnatie zorgt, en het erg grote
telzorgers toe. Deze moeten het vrijwel zonder steun stellen omdat organisaties die
aantal mantelzorgers dat uit de quick scan is gekomen. Daarnaast zijn er ook op de
mantelzorgers ondersteunen, de allochtone mantelzorger nauwelijks bereiken.
HAVO jonge mantelzorgers, waarvoor er in dit project geen aandacht is. Het project is voor een jaar gehonoreerd waardoor continuïteit van zorg niet gewaarborgd is.
DOELSTELLING • Een team van allochtone intermediairs wordt gevormd. Zij leg-
Momenteel wordt onderzocht welke mogelijkheden de WMO hier nog in te bieden
gen contacten in de betreffende gemeenschappen, maken zich bekend en zoeken
heeft.
contact met de zorgvragers en de mantelzorgers. Samen brengen ze de verleende mantelzorg in kaart en kijken welke specifieke problemen er zijn. Daarna zoekt de intermediair professionele zorg voor dat deel van de zorgvraag waarvoor dit nodig is. RESULTATEN • Het werven van vrijwillige intermediairs heeft veel tijd gekost. Er wordt namelijk in het begin ook aandacht besteed aan de persoonlijke situatie van de vrijwilliger die zich wil inzetten. Het is immers belangrijk dat ze gemotiveerd zijn en blijven. Het blijkt erg moeilijk te zijn het begrip mantelzorg uit te leggen. Inmiddels zijn er zes intermediairs geworven. Van hen zijn er drie van Marokkaanse afkomst, één van Turkse en twee van Armeense. Half april is de training van deze intermediairs gestart. Ook hebben enkele organisaties op dit vlak zich gemeld en aangegeven interesse te hebben. In eerste instantie is de samenwerking tussen organisaties gebaseerd op het informeren en kijken wat men elkaar kan bieden. In een verder stadium een mogelijke doorverwijzing. De ervaringen tonen wel aan dat instellingen proberen hun terrein te bewaken. Soms vindt men dat het hun taak is om mantelzorgers te ondersteunen, maar dat men onvoldoende mensen heeft om bepaalde doelgroepen te bereiken.
12
13
PROJECT
Preventie op maat voor GGZ mantelzorgers
UITVOERDER
Prins Claus Centrum afdeling preventie
CONTACTPERSOON
Amaly van Stekelenburg, 046-4208075
PILOT PARTNERS
Mantelzorg
PROJECT UITVOERDER
GGD ouderenpreventie, Platform Mantelzorg Limburg, Platform GGZ-zorgvragers, Huis voor de Zorg
Expertise Centrum Maatschappelijke Ondersteuning Limburg en Steunpunt Mantelzorg ZL
CONTACTPERSOON
Steunpunt Mantelzorg, Partners in Welzijn,
Versterking mantelzorg Zorgnetwerk 1e lijn
PILOT PARTNERS
Mayan Oomkes, 043-4094888 Mantelzorg Hogeschool Zuyd kenniskring CESRT, Trajekt ondernemen in Welzijn, Platform Mantelzorgers Limburg, Steunpunt Mantelzorg Rode Kruis Zuid-Limburg, Steunpunt voor Mantelzorgers
PROBLEMATIEK • Slechts één op de twintig mensen met lichte depressieve klachten, krijgt ggz-hulp. Het merendeel is afhankelijk van mantelzorg, meestal
Parkstad Limburg, Stichting Beyaert Robuust Limburg, stichting GroeneKruisDomicura, Zorggroep Thuis (Thuiszorg OZL)
de partner of een naast familielid. Dikwijls is de mantelzorger een vrouw die al op leeftijd is. ‘Zorgen’ hoort er voor haar gewoon bij, ook al is de zorg een zware
PROBLEMATIEK • Veel mantelzorgers dragen hun lot in stilte. Ze uiten zich er
belasting, met name op emotioneel vlak. Onderzoek toont aan dat 40% van de
niet over, al zeker niet tegen professionele hulpverleners uit de eerstelijn. Niet
mantelzorgers in aanmerking komt voor therapeutische hulp. De meesten vragen
zelden komen de mantelzorgers door de zware belasting en gebrek aan voldoende
deze echter niet. Op ggz-problematiek rust nog steeds een taboe.
professionele ondersteuning in een negatieve spiraal terecht en wordt hun eigen psychosociale situatie problematisch.
DOELSTELLING • Het project heeft tot doel vroegtijdig signalen van overbelasting bij mantelzorgers te zien. Door gerichte coaching aan te bieden, moet
DOELSTELLING • De professionele eerstelijns hulpverleners zijn bij uitstek
voorkomen worden dat ze overbelast raken en hun eigen welbevinden vermin-
geschikt om vroegtijdig signalen bij mantelzorgers op te vangen en hen onder-
dert. Daartoe worden intermediairs van verschillende organisatie getraind in het
steuning aan te reiken. Daarom moet de relatie tussen mantelzorgers en eerste-
werken met het EDIZ-model (ervaren druk door informele zorg). Signaleren ze
lijnszorg verstevigd worden. Dit project wil allereerst een concept voor zo’n lokaal
dreigende overbelasting, dan coachen ze de mantelzorgers met Preventie op Maat
zorgnetwerk mantelzorg eerstelijns zorg uitwerken. Het concept model wordt ver-
(POM-)gesprekken. Verder wordt er een sociale kaart gemaakt met verwijsmo-
volgens in twee pilots in Voerendaal en Maastricht in de praktijk getest. Daarna
gelijkheden voor mantelzorgers van ggz-zorgvragers.
wordt het eventueel bijgesteld en wordt het model voor het lokaal zorgnetwerk elders in Zuid-Limburg en daarbuiten aangeboden.
RESULTATEN • Het opstellen van de sociale kaart vergt meer tijd dan verwacht. Dat komt onder andere door extra aanpassingen aan informatie op websites en de
RESULTATEN • De eerste fase, het uitwerken van het project, heeft meer tijd
verhuizing van het steunpunt. Naar verwachting wordt dit in het tweede kwartaal
in beslag genomen dan gepland. Dat komt vooral doordat de partners zowel de
afgerond.
materie als elkaar hebben moeten verkennen. Het kost veel tijd voordat de verschillende organisaties elkaar begrijpen. Deze verkenning heeft geleid tot een
Het Trimbos-instituut adviseert de POM-gesprekken door tenminste HBO opgeleide
bijstelling van het projectplan. In de eerste maanden van 2007 zijn de werk-
professionals te laten voeren. Dit betekent voor de gespecialiseerde thuiszorg een
modellen voor de lokale zorgnetwerken ontwikkeld. Ook is contact gelegd met de
aangepaste werkwijze. Verder is er meegedaan aan een landelijke trainingsmo-
eerstelijnszorg in Voerendaal en Maastricht. In samenspraak zijn de werkmodel-
dule van het Trimbos-instituut. Deze ervaring kan in het project ingezet worden.
len verder toegespitst op de lokale situatie. De twee pilots moeten nog starten.
Binnen het Prins Claus Centrum is bij het management draagvlak voor het project gevonden. De leidinggevenden van de afdeling Ouderen en Integrale Zorg zitten
Het binnen dit project opgestelde document ‘de contouren van het operationele
in een stuurgroep en ondersteunen de werkgroepleden met de training en de
werkmodel’ is ook door anderen te gebruiken.
praktische invoering.
14
15
PROJECT UITVOERDER CONTACTPERSOON PILOT PARTNERS
Allochtone vrijwilligers inzetbaar maken Centrum voor Diversiteit
PROJECT UITVOERDER
Cecile Weijs, 045-5714014 Vrijwilligerswerk
Afwisselen en uitdaging ‘Talentenbank’ Vrijwilligers Centrales in Heerlen, Maastricht en Sittard-Geleen, resp. onderdeel van Tracee, Trajekt en Partners in Welzijn
CONTACTPERSOON
Welzijnsinformatiepunten, gemeenten, CWI
PILOT PARTNERS
Anne Schutte, 045-5602525 Vrijwilligerswerk Stichting Vitaal Kapitaal
PROBLEMATIEK • Een groep van ongeveer tien ervaringsdeskundigen van diverse etnische afkomst wordt getraind om voorlichting te geven. Ze gaan vervol-
PROBLEMATIEK • Vrijwilligerswerk staat onder druk. Dat heeft onder andere te
gens aan (vrijwilligers)organisaties en instellingen in Heerlen voorlichting geven
maken met de vergrijzing en ontgroening: er komen minder jongeren terwijl het
over onderwerpen uit de multiculturele samenleving en de betekenis daarvan voor
aantal ouderen toeneemt. Zeker de groep die zich langere tijd aan een organisatie
de betreffende instellingen. Zo’n voorlichtingsteam kan een brug slaan tussen de
wil binden, neemt af. Wel is een grote groep bereid eenmalige of tijdelijke klussen
allochtonen en de instellingen. De uiteindelijke doelen van dit project zijn begrip
te doen.
voor en over andere culturen vergroten, voorzieningen toegankelijker maken voor diverse doelgroepen en meer allochtone vrijwilligers actief laten worden binnen
DOELSTELLING • Het doel van het project is een digitale databank te ontwikke-
reguliere organisaties.
len. Deze wordt beschikbaar gesteld aan het vrijwilligerswerk. Deze ontwikkeling dwingt organisaties om het beschikbaar potentieel van vrijwilligers optimaal in te
DOELSTELLING • Een groep van ongeveer tien ervaringsdeskundigen van diverse
zetten. In deze databank worden talenten van vrijwilligers beschreven. Organisa-
etnische afkomst wordt getraind om voorlichting te geven. Ze gaan vervolgens aan
ties kunnen in de databank zoeken naar vrijwilligers met talenten waar zij speci-
(vrijwilligers)organisaties en instellingen in Heerlen voorlichting geven over onderw-
fiek behoefte aan hebben. Tijdens de implementatie van de databank zal er tevens
erpen uit de multiculturele samenleving en de betekenis daarvan voor de betreffen-
een promotiecampagne worden opgezet om nieuwe vrijwilligers te werven.
de instellingen. Zo’n voorlichtingsteam kan een brug slaan tussen de allochtonen en de instellingen. De uiteindelijke doelen van dit project zijn begrip voor en over andere
RESULTATEN • Uit de eerste inventarisatie van bestaande talentenbanken blijkt
culturen vergroten, voorzieningen toegankelijker maken voor diverse doelgroepen
dat deze bijna allemaal uitgaan van de vraag van de organisatie en niet van het
en meer allochtone vrijwilligers actief laten worden binnen reguliere organisaties.
aanbod van het talent. Er is nu een vragenlijst bedacht aan de hand waarvan op een eenvoudige manier mensen hun talenten zichtbaar kunnen maken. Lukt het
RESULTATEN • Er zijn tot nog toe drie voorlichtingsbijeenkomsten geweest. Zo’n
niet zelf je talent te formuleren, dan kan men gebruik maken van een bewerkte
45 personen hebben hieraan deelgenomen. Deze hebben alle positieve reacties
versie van de Focustest vrijwilligerswerk van het NIZW.
opgeleverd. Iedereen gaf aan meer begrip voor de ander en elkaars cultuur te hebben gekregen. Ook zeggen de deelnemers dat de toegankelijkheid naar de voor-
Met een ICT-bedrijf heeft inmiddels overleg plaatsgevonden over de wensen en
zieningen vergroot is. Blijkbaar bestaat er dus een grote informatiebehoefte. Naar
mogelijkheden van de website. Verder is een begin gemaakt met het opstellen van
aanleiding van de drie bijeenkomsten hebben andere organisaties en groepen zich
een PR- en communicatieplan. Hierin zijn doelgroepen van de Talentencentrale
gemeld met de vraag hoe zij personen uit de doelgroep kunnen benaderen. Onder
geformuleerd, maar ook samenwerkingspartners, subsidieverstrekkers, zowel in-
andere een school en een thuiszorgorganisatie hebben dit gevraagd.
tern als extern.
Ook zijn er tien vrijwilligers geselecteerd die graag verder geschoold willen worden. Zij zijn enthousiast, omdat er een veilige situatie is waarin er open over cul-
De voorbeeld documenten, eerste opzet van de website en de midi-focustest zijn
tuur en religie gepraat kan worden en over en weer aan elkaar vragen gesteld kun-
op te vragen bij de contactpersoon.
nen worden. De vrijwilligers geven aan nu in een andere positie te zitten. In plaats van dat zij iets niet weten, weet nu juist de ander het niet en mogen ze hierover vertellen. Deze vrijwilligers zullen nog voor de zomervakantie getraind worden.
16
17
PROJECT UITVOERDER CONTACTPERSOON PILOT PARTNERS
Vrijwilligerswerk en deregulering EMOL Arthur Jansen Advies, 043-4094888 Vrijwilligerswerk Joop Kneepkens/Expertise, Management & More, Arthur Jansen, Trajekt, Wel.kom, gemeenten Venlo en Meerssen
PROBLEMATIEK • Juist in een periode waarin de overheid een grotere bijdrage
Behalve aanpassing van de regelgeving zijn er ook enkele praktische zaken
verwacht van de ‘civil society’ en het aantal vrijwilligers afneemt, gaan vrij-
veranderd in het kader van de pilot. Zo realiseert de gemeente momenteel één
willigersorganisaties gebukt onder de druk van bureaucratie en regelgeving.
aanspreekpunt voor het vrijwilligerswerk. Trajekt / vrijwilligersondersteuning ver-
Deze komt mede vanuit de gemeentelijke overheden.
vult voor de gemeente de back-officefunctie en draagt zorg voor de noodzakelijke ondersteuning. De schriftelijke communicatie met de vrijwilligersorganisaties
DOELSTELLING • Doel van dit project is te komen tot minder regeldruk op het
wordt aangescherpt.
vrijwilligerswerk. Procedures en formulieren bij gemeenten moeten klantvriendelijker worden. En de gemeenten moeten meer vraaggericht gaan opereren.
De pilot heeft veel goodwill gekweekt bij het (gesubsidieerde) vrijwilligerswerk. De
Tegelijkertijd moeten vrijwilligersorganisaties beter geschoold worden in de wijze
relatie van de gemeente met deze organisaties is hierdoor verbeterd.
waarop ze omgaan met gemeentelijke overheden. Ideaal zou zijn als er uiteindelijk een geformaliseerde werkafspraak komt tussen gemeenten en vrijwilligersorgani-
De volledige rapportage is te vinden op de webpagina van het ministerie
saties.
www.invoeringwmo.nl of op de site van de pilot onder ‘Welzijn’ bij www.Tripool.nl.
RESULTATEN • Het belangrijkste resultaat heeft de gemeente Meerssen - kort voor de start van de pilot - geboekt met de complete herziening van de Subsidieverordening Welzijn. Organisaties en verenigingen krijgen nu voor vier jaren een waarderingssubsidie. Er is geen verantwoordingsplicht. In de verordening wordt wel (beknopt) aangegeven wat er per cluster aan maatschappelijke inzet wordt verwacht. Op het vlak van deregulering is hiermee een majeure stap gezet. De gemeente Meerssen heeft verder de relevante regelgeving onder de loep genomen. Voorgesteld wordt nu om de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) aan te passen. De aanpassing heeft een bredere insteek dan deregulering. Maatschappelijke veranderingen dragen bij tot de hoofdmoot van de aanpassingen. Naast de APV wordt de vergunningsverlening aangepast. Vrijwilligersorganisaties hoeven geen leges meer te betalen voor activiteiten die ze organiseren en waarvoor een vergunning nodig is. De vergunningverlening wordt zo geregeld dat in veel gevallen volstaan kan worden met een melding. Is er desondanks een vergunning nodig, dan wordt in principe uitgegaan van een vergunning voor meerdere jaren. Wat de overige regelingen betreft, concludeert de gemeente dat aanpassing thans niet opportuun is.
18
19
PROJECT UITVOERDER CONTACTPERSOON PILOT PARTNERS
Ondersteuning in het kader van de Wmo Trajekt Inge Elzer 043-4502000 Vrijwilligerswerk 6 Heuvelland gemeenten
PROBLEMATIEK • De ‘civil society’ kan niet zonder vrijwilligers. Daarom is de
overbelast en zien het project in eerste instantie als een extra taak. Gaandeweg
juiste ondersteuning van vrijwilligersorganisaties essentieel wil de invoering van
het proces is dit beeld bijgesteld. Dat vergt echter veel tijd.
de Wmo slagen. Hoe deze ondersteuning er moet uitzien en hoe deze het beste gestructureerd kan worden, is vaak niet duidelijk. De zes Heuvelland gemeenten
Een leerpunt is dat een duidelijke positionering van een projectgroep binnen de
willen dit onderzoeken.
kaders van de WMO meer tijd vraagt dan verwacht.
DOELSTELLING • De pilot beoogt meerdere doelen. Zo moet er draagvlak komen bij de vrijwilligersorganisaties voor een netwerk of samenwerkingsverband. In de pilot moet met name dit netwerk in de zorg en welzijn uitgebouwd worden. Verder moet het bijdragen aan een verbreding van de deskundigheid van vrijwilligersorganisaties. RESULTATEN • In het eerste jaar is de aandacht vooral uitgegaan naar vrijwilligersinitiatieven op het gebied van informele zorg. In bijeenkomsten met deze organisaties, zijn knelpunten als overbelasting en tekort aan vrijwilligers bevestigd. Verder zijn genoemd de onduidelijke rol van de overheid en het geringe zelforganiserend vermogen. De doelstellingen van de pilot worden door de organisaties onderschreven. Tot nog toe is vooral veel nadruk gelegd op het creëren van draagvlak bij sleutelfiguren in de vrijwilligersorganisaties. Het interviewen van sleutelfiguren en het organiseren van bijeenkomsten voor vrijwilligersorganisaties in de informele zorg heeft per gemeente geleid tot de implementatie van een lokale project,- of werkgroepen. Deze projectgroep geeft vervolgens per gemeente invulling aan de vervolgstappen van het project zoals het uitbreiden van het netwerk, het samenstellen van een sociale kaart en het organiseren van een presentatiebijeenkomst. Het Steunpunt Mantelzorg vervult een wezenlijke rol in de lokale projectgroepen. Het project biedt op den duur voldoende ruimte voor het realiseren van een netwerk, ook voor aansluiting op terreinen als ontmoeting, cultuur en sport. Zo blijft het project niet een losstaand project, maar maakt het deel uit van een groter geheel. Tijdens de start werd één knelpunt in alle gemeenten ervaren: de extra tijdinvestering die van vrijwilligers wordt verwacht. Vrijwilligers zijn al erg druk en vaak
20
21
PROJECT
Maatschappelijk nuttige betaalde arbeid voor vrijwilligersorganisaties
UITVOERDER CONTACTPERSOON PILOT PARTNERS
Samenwerkingsverband gemeenten in de Westelijke Mijnstreek Piet Schoonbrood, 046-4777828 Vrijwilligerswerk en de Wet Werk en Bijstand (WWB) Afdelingen W&I deelnemende gemeenten en vrijwilligerscentrale van Partners in Welzijn
PROBLEMATIEK • Vrijwilligersorganisaties draaien vooral op hun vrijwilligers.
Tevens kan dan aan hun individuele problemen gewerkt worden. Dat laatste blijkt
Maar het ‘runnen’ van zo’n organisatie brengt allerlei werkzaamheden met zich
essentieel te zijn om de deelnemers te motiveren mee te doen. Instrumenten
mee, zoals administratie voeren, gebouw beheren etcetera, waar dikwijls
zoals schuldhulpverlening en psychotherapie moeten beschikbaar zijn en parallel
de mankracht voor ontbreekt. Vrijwilligersorganisaties hebben behoefte aan
ingezet kunnen worden.
ondersteuning op diverse terreinen. DOELSTELLING • Er worden 40 gesubsidieerde banen gecreëerd bij vrijwilligersorganisaties. De WWB-gerechtigden die voor deze banen geselecteerd worden, gaan ondersteunende werkzaamheden verrichten. Hun rol is er vooral voor te zorgen dat de vrijwilligersorganisaties hun werk goed kunnen blijven doen en ze waar mogelijk te versterken. Dus ze worden beslist niet direct ingezet in de mantelzorg. RESULTATEN • Het project maakt deel uit van een veel bredere aanpak van de gemeente Sittard-Geleen om WWB-cliënten te reëintegreren of weer te laten participeren. 450 van hen heeft een tijdelijke subsidiebaan van een jaar aangeboden gekregen. Hiervan gaat het in 300 gevallen om een participatiebaan. Deels zijn deze banen terug te vinden bij 120 organisaties en verenigingen die met vrijwilligers werken. Tot nog toe is er 9 miljoen euro geïnvesteerd in deze subsidiebanen, reden voor de gemeente om even pas op de plaats te maken. Subsidiebanen zijn allemaal ingevuld voor maart 2007 als onderdeel van het bredere reïntegratieen participatiebeleid van de gemeente. Voor de invulling is samengewerkt met enige reïntegratiebedrijven en Kans bv die het formele werkgeversschap invulde. Doelstelling is wat dit projectonderdeel betreft gerealiseerd, maar wordt naar verwachting verbreed naar een op te richten participatiecentrum dat een permanente rol kan gaan vervullen en waar tevens meer aandacht en zorg is voor de problematiek van de deelnemers. Er wordt nu onderzocht of het mogelijk is een Huis van de Participatie op te richten. Mensen met meervoudige problematiek (niet alleen cliënten van het WWB-bestand maar ook anderen) zouden hier begeleid kunnen worden naar verschillende vormen van participatie en vrijwilligerswerk. Denk hierbij aan het oprichten van een vrijwilligerscentrale en klussendienst.
22
23
PROJECT
Ondersteunende diensten voor vrijwilligersorganisaties en
PROJECT
Vrijwillige zorg en diensten aan ouderen en mensen met een beperking UITVOERDER CONTACTPERSOON PILOT PARTNERS
ligerswerk door toeleiding UITVOERDER
Samenwerkingsverband gemeenten in de Westelijke Mijnstreek Piet Schoonbrood, 046-4777828 Vrijwilligerswerk en de Wet Werk en Bijstand (WWB)
Ondersteuning organisaties die werken met vormen van vrijwil-
CONTACTPERSOON PILOT PARTNERS
Samenwerkingsverband gemeenten in de Westelijke Mijnstreek Piet Schoonbrood, 046-4777828 Vrijwilligerswerk en WBB Afdelingen W&I deelnemende gemeenten en Partners in Welzijn
Afdelingen W&I deelnemende gemeenten en Partners in Welzijn PROBLEMATIEK • Het aantal vrijwilligers staat onder druk, onder andere door de
PROBLEMATIEK • Ook vrijwilligerswerk kent zijn pieken en dalen. Extra handjes
vergrijzing en ontgroening. Het is daarom belangrijk mensen die vrijwilligerswerk
zijn soms meer dan welkom. In dit project wordt allereerst de behoefte bij vrijwil-
kunnen doen, zoveel mogelijk te motiveren dit daadwerkelijk op te pakken.
ligersorganisaties aan tijdelijke en incidentele ondersteuning in kaart gebracht. Blijkt deze er inderdaad te zijn, dan wordt de benodigde ondersteuning gegeven.
DOELSTELLING • Allereerst wordt de behoefte aan vrijwilligers - en voor welke
Tevens wordt gekeken naar kleine klusjes in en rond het huis, die voor de meeste
taken - in kaart gebracht. Daarna start een wervingscampagne bij mensen met
mensen vanzelfsprekend zijn. Deze kleine klussen kunnen voor ouderen en
een WWB-uitkering. Vervolgens moeten binnen een jaar 50 kandidaten uit deze
mensen met een beperking net te lastig zijn. Een gloeilamp vervangen is lastig
groep aan de slag gaan als vrijwilliger. Geslaagd is het project pas als minder dan
als je al slecht ter been bent. En voor het herstellen van een lekkende kraan is er
een kwart van deze groep binnen een jaar uitvalt. Deze doelstellingen passen bin-
amper nog een loodgieter te vinden, als mensen uit de doelgroep die al kunnen
nen het participatiebeleid van de gemeente Sittard-Geleen.
betalen. Toch zijn dit soort kleine werkzaamheden essentieel als je ouderen in staat wilt stellen langer in hun eigen woonhuis te blijven wonen.
RESULTATEN • In 2006 zijn 48 mensen als vrijwilliger toegeleid naar een vrijwilligersplek. Tot en met april 2007 zijn er nog eens 32 personen actief geworden
DOELSTELLING • Samen met Partners in Welzijn wordt een klussenbedrijf op-
als vrijwilligers. De match tussen vraag en aanbod wordt gedaan door de vrijwil-
gericht voor ouderen en mensen met een beperking. Zo’n tien mensen met een
ligerscentrale van Partners in Welzijn. Verwacht wordt dat tegen het eind van het
WWB-uitkering kunnen, nadat ze geschoold zijn, bij dit klussenbedrijf aan de slag.
jaar 100 mensen als vrijwilliger ingezet kunnen worden.
Op vraag van de doelgroep voeren ze tijdelijk eenvoudige huishoudelijke taken of onderhoudswerkzaamheden uit. Met dit project wordt mensen de kans gegeven
Een knelpunt is dat externe organisaties er soms moeite mee hebben dat con-
langer zelfstandig te blijven wonen.
form het beleid regulier werk voor gaat. Niemand wordt dus vrijgesteld van de arbeidsverplichting als dit aan de orde is. Wel mogen mensen vrijwilligerswerk
RESULTATEN • Het is niet gemakkelijk geweest om in het WWB-bestand ge-
combineren met reïntegratietrajecten.
schikte kandidaten voor het klussenbedrijf te vinden. Kandidaten moeten immers handig zijn, welbespraakt en dienstverlenend. Omdat in het bijstandsbestand veel
Op termijn zal de doelstelling van het project waarschijnlijk verbreed worden naar
cliënten met meervoudige problematiek (lage opleiding, schulden, verslaving, psy-
het totale WWB-bestand. Daarvoor wordt gedacht aan een permanent Participa-
chische problemen) zitten, is het lastig voldoende goede kandidaten te selecteren.
tiecentrum.
Daarnaast heeft een aantal van hen een strafblad, waardoor ze niet in aanmerking komen voor het project. Uiteindelijk is het gelukt om acht mensen te werven. Zij hebben van februari tot en met april een test-, opleidings- en trainingstraject doorlopen. Per 1 mei is het klussenbedrijf ‘Wel zo handig’ gestart. Het klussenbedrijf wordt aangestuurd door de woningstichting. Een van de deelnemers is inmiddels in dienst getreden bij Partners in Welzijn en fungeert als coördinator. In het najaar zal een tweede groep geselecteerd en opgeleid worden.
24
25
PROJECT UITVOERDER CONTACTPERSOON PILOT PARTNERS
Vermaatschappelijking van de zorg Huis voor de Zorg Carel Berkhoff, 046-4208159 Take Care Huis voor de Zorg, Arthur jansen advies, Moved Media, L1TV
PROBLEMATIEK • Zorg kan – en moet – anno 2007 midden in de samenleving verleend worden. Niet ver weggestopt van deze samenleving, zoals vroeger. Vermaatschappelijking van de zorg heet het om mensen zoveel mogelijk een normaal leven te laten leiden of helpen op te bouwen, midden in de samenleving. Deze visie heeft echter gevolgen voor alle partijen: de aanbieders van zorg, de afnemers ervan maar ook de omgeving waarin zorgvragers hun leven gaan leiden. Ieder ervaart hierbij zijn eigen problemen en zoekt vooral begrip van de ander. DOELSTELLING • Take Care heeft tot doel gehad in een serie TV-uitzendingen deze veranderingen in beeld te brengen. Laat de ervaringen van alle betrokken partijen zien. RESULTATEN • Take Care heeft de veranderingen door vermaatschappelijking van de zorg in Limburg in beeld gebracht. De TV-serie, die uitgezonden is op L1TV, heeft zorgvragers, zorgaanbieders, mantelzorgers en beleidsmakers die bij dit proces betrokken zijn, aan het woord gelaten. Iedereen heeft kunnen zien hoe ze met de verandering omgaan en hoe professionele zorgverleners worden opgenomen in het leven en werk van de zorgvrager, die ook een beroep doet op zijn sociale netwerk. De DVD met daarop alle afleveringen is te koop bij het Huis voor de Zorg (
[email protected]) voor 10 euro exclusief verzendkosten. Er is tevens een informatieve website gebouwd, www.takecarelimburg.nl.
26
SAMENSTELLING STUURGROEP Berry van Rijswijk
wethouder Sittard-Geleen, voorzitter
Jacques Costongs
wethouder Maastricht
Peter van Zutphen
wethouder Heerlen
Henriette Thuis
wethouder Schinnen
Odile Wolfs
gedeputeerde Provincie Limburg
SAMENSTELLING PROJECTGROEP Henk Bruns
programma manager gemeente Sittard-Geleen, voorzitter
Peter Jager
senior beleidsmedewerker welzijn en zorg Maastricht
Annemiek Derksen
beleidsmedewerker welzijn en zorg Maastricht
Leo Peters
strategisch beleidsmedewerker afdeling welzijn Heerlen
Marjolein Wedda
operationeel beleidsmedewerker afdeling welzijn Heerlen
Felicia Jans
beleidsmedewerker welzijn Sittard-Geleen
Paul Erens
zelfstandig beleidsadviseur, ambassadeur
29
Het ministerie van VWS heeft voor de projectplanperiode van september 2005 tot en met december 2007 een subsidie beschikbaar gesteld van € 290.000,--. Daarnaast dragen de Tripool gemeenten samen € 37.500,-- bij en heeft de provincie een bedrag van € 72.080,-- beschikbaar gesteld voor een aantal projecten. De gezamenlijke bijdragen maken het mogelijk dat een projectorganisatie opgezet is, middelen gereserveerd zijn voor het overdraagbaar maken van de projectresultaten en de in deze publicatie genoemde projecten uitgevoerd kunnen worden. ADRESGEGEVENS Ontwikkelpilot WMO Vrijwilligerswerk en mantelzorg Zuid Limburg Sittard-Geleen namens de Regio Zuid-Limburg met de centrumgemeenten Heerlen, Maastricht, Sittard-Geleen. Postbus 18 • 6130 AA • Sittard-Geleen • T 046-4777777 www.tripool.nl Projectleider Henk Bruns • Postbus 18 • 6130 AA • Sittard-Geleen T 046-4777497 •
[email protected] Ambassadeur Paul Erens • Erendo Catsop bv • Daalstraat 22a • 6181 JR • Elsloo M 06-51142661 •
[email protected]
31