‘Het Failliet van het Avondland oftewel ‘Highway ‘61 Revisited’’ Rob Frey, herfst 2014
Links ‘Highway ‘61’ door Sef Berkers, 2014, olieverf op linnen, 195 x 205 cm, gesigneerd met nummer ‘083314’, naar het gelijknamige lied van Bob Dylan uit 1965, geïnspireerd op de tekstregels ‘… and God said to Abraham ‘Kill me your son’ but Abe says ‘Man, you must be puttin’ me on (…) where do you want this killin’ to be done?’ And God says’ out on Highway 61,…’ verwijzend naar de Bijbelse vertelling waarin Jahweh zijn dienaar Abraham vraagt diens zoon Isaac te offeren als blijk van zijn onvoorwaardelijke liefde voor de Heere. Rechts ‘Het Offer van Abraham’ door Rembrandt van Rijn, 1635, ook olieverf op doek, 193 x 132 cm, gesigneerd met ‘Rembrandt’ en ook gebaseerd op voornoemd Bijbels motief met die toevoeging dat als bij goddelijke interventie God’s engelen Abraham’s voornemen verijdelen omdat mans liefde in intentie bewezen wordt geacht,… kom daar tegenwoordig nog maar eens mee, met zo’n God,… ‘Het Offer van Abraham’ hangt in De Hermitage, Sint Petersburg, ‘Highway ‘61’ moet, als het goed is in de werkkamer van PVV politicus Geert Wilders te Den Haag hangen. ‘Het Failliet van het Avondland oftewel ‘Highway ‘61 Revisited’’ Net als ik me afvraag of ik mijn succes nog hard ga maken realiseer ik me al jaren succesvol te zijn,… schatplichtig aan de slaaf die ooit zijn ketenen afwierp betaal ik belasting en doe en laat verder wat ik wil en aangezien dit evenzeer getuigt van vrijheid als ook hopeloosheid weegt ‘t mogelijk ontbreken van succes nog nauwelijks mee. Want wat is ‘succes’? Juli 2012, bijna 50 concludeer ik niets anders dan ’t aardig op de rit te hebben, en al weet ik dat ‘t met wat pech vandaag gedaan is, dan nog heb ik ‘t tot op heden aardig uitgezongen, blootsvoets in de
2
tuin, hoogzomer naar Nederlandse maat en niets wat moet, de familie naar de Efteling en mijn vriend Sef wachtend onder de parasol. Wat hij kwam doen is me ontschoten, wat we deden geenszins, de forse inname van uiteenlopende geestverruimende substraten gaat zelden het conflict met mijn selectief geheugen aan. Met de warmte als excuus is eer ik zit ‘t ijskoud biertje er met ‘n minimum aan nadruk doorheen geloodst, voor de duidelijkheid teken ik aan dat Sef en ik beiden met ‘n verslavingsbesef zijn opgezadeld wat de snelheid verklaart die geboden is als het erop aankomt toe te happen, anders kan je ‘t vergeten, gelijk alle zeik over dope, vrouwen, geld of werk als we dan toch bezig zijn de mateloosheid te schetsen die alles tot feest moet maken want het is 11 uur, de lucht strak blauw en de ochtend verstomd. Wat rest zijn de mussen in de struiken, de verbondenheid bezorgt me ‘n superioriteitswaan al net zo misplaatst die niets trompettert dan glorie, want we hadden ‘n zogeheten ‘eureka-moment’, niet heel concreet maar helder genoeg. ‘n Goed idee bewijst zichzelf, dat behoeft weinig, ga zitten en wacht af, resoneert ‘t een week later nog dan heb je ’n plan. Geduld gedijt, vertrouw me. En dat doen we, Sef en ik kennen elkaar er inmiddels lang genoeg voor, sinds de lagere school. Ik kwam ook al bij ‘m thuis, bovenop de Venlose hei, die prachtige steilrand, ooit, lang terug de oude Maasbedding en toen gelijk nu, niet veel minder dan ooit, de Duitse grens. Tuindersgebied, zeulen met kisten sla en tomaten, dat soort gedoe. Dan verliezen we elkaar uit ‘t oog en zien elkaar als twintigers terug, begin ‘90. Per direct is duidelijk; Sef schildert, Sef is schilder, lult nergens anders over, kleur, papier en doek, van de hoogste importantie, geen speld tussen te krijgen, waarna in de jaren daarop onze wegen zich steeds vaker kruisen, we zelfs samen ’n bandje hebben, ‘De Nieuwe Blijdschap’ en zo dagelijks met elkaar te maken krijgen. Maar ook dat ligt nu al jaren achter ons en in hoofdzaak resoneren we sindsdien op wat was, had kunnen zijn en nog altijd niet is, exact de lacune alwaar deze zomerse middag zich ‘n goed idee schuil houdt, onder invloed, niet te ontkennen en niet bij uitzondering, geen noviteit, dat zijn we zogezegd gewend, goeie ideeën, en waarvoor ook altijd dankbaar, we krijgen ‘t toch elke keer weer cadeau. Dus met de buit binnen gaat ‘t roer om, de krat bier leeg, zo ook ’n fles champagne, om redenen niet meer helder hier midden zomer rondslingerend en daarbij hebben we ons weer ‘ns ‘t ongans geblowd. Dus aan de slag, de huiselijke zorg, altijd de reddende engel, alwaar ik mij graag voor excuseer, dat staat nooit ter discussie, niets werkt beter dan de plicht voor vrouw, kind en maaltijd. Ga dat nooit uit de weg, voor wie denkt dat nu de grap komt,… ‘n Week later doen we ’n dagje Amsterdam, Simon Posthuma de 73 jarige voorman van het illustere jaren ‘60 collectief ‘The Fool’ heeft ons uitgenodigd na ’t bedankje dat ik ‘m stuurde voor zijn autobiografie ‘A Fool Such As I’, een boek dat zowel Sef als ik verslonden. Als te doen gebruikelijk zoeken we opnieuw ’t gaatje en aldus slingeren we vroeg in de avond retour Centraal, apelazarus in de grachten piesend oogluikend gadegeslagen door ‘n zich dan net inschepende troep Duitse rondvaartboottoeristen. De zieltogende overdaad uit de boom kijkend, ‘t middenhoudend tussen tolerante vertedering en schandelijke verwerping en dus de stille hoop dat een van ons, liefst beiden in de plomp sodemietert zie ik de zon verzinken; steek de vuist de lucht in en brul, welbespraakt in ‘t Frans; ‘Le fait que le pays de la soirée!’ Mooi, schik mij altijd
3
in ’n zekere symbiose tussen noodzaak en drang, haast ken ik niet, ga er niet in lopen peuren, pik ons eerder eureka moment uit de lucht; we gaan ‘n performance maken waarin Sef zich als de schilder presenteert die hij is en aldus het podium claimt; Ik schilder! Ik ben schilder! Vervolgens zijn we zomaar ‘n jaar verder en is elke poging geld los te peuren de zaak op de rit te krijgen doodgelopen. Ook dat sterkt, als zo vaak sta ik met lege handen, niets nieuws, want wat moeten we met subsidies? De hand bijten die je voert is lastig. Nu wil ik best ’n gokje wagen, mijn overtuiging de maat nemen, maar zo niet dan niet,… dan maar voluit over alle schijven en bedenk dat naast de performance waarvoor we inmiddels repeterende zijn er met Sef’s 50ste verjaring, juli 2014 nog wel wat andere aanknooppunten zijn,… december 2013 bestaat het ‘Archief Berkers’ 20 jaar. Het ‘Archief Berkers’, in het kort, behelst Sef’s complete productie sinds 1993, qua formaat, techniek en titel gedocumenteerd en genummerd vanaf nummer 0. Mijn inziens de sterkste troef, niets voldoet beter aan de kunstidioterie dan ‘t inmiddels uit meer dan 90.000 werken bestaande ‘Archief Berkers’,... Voor Sef die in de ‘écriture automatique’ werkt, het snelschrift, zijn 500 werken op een dag geen uitzondering en ook al zijn het de eindeloze voorstudies voor ‘vocals by’, een serie abstracte portretten van zangers en zangeressen waar hij al jaren aan werkt, het gaat allemaal het ‘Archief Berkers’ in. Dus organiseer ik ’n feestje, niets beter dan aftrappen met ’n feestje, geen buil aan te vallen, opkomst verzekerd want gratis, dat is de prijs, met als wisselgeld carte blanche voor zuivere hoogmoed als ik zonder blikken of blozen 2014 presenteer als ‘Het Jaar van Berkers’ met in ‘t eerste weekend van februari ’50 jaar Grond’, een solo overzichtsexpositie ten faveure van 20 jaar werk. Geen museum of galerie, daar komen we toch niet tussen maar ‘n privélocatie, met iets van ‘n huiselijke zweem, daar zit het oude geld. De eerste naam die valt is van Ton Tesink, ‘n vormgever die fortuin maakte in de vliegtuigenbranche, kunstliefhebber en verzamelaar, residerend op ‘t oude klooster Bethaniëen in Venlo. Ik ken Ton uit ‘n ver verleden en hij komt aan de deur met ‘n vertrouwd joviaal ‘Hé Robbie!’ ‘n Week later atelierbezoek, ‘n eerste proeve van. Ik ben onvoorbereid, mijn standaarduitgangspunt, maar positioneer Sef exact daar waar ik ‘m hebben wil; als niet te negeren, ontzenuw de vrijblijvendheid, wezenlijk bij vooralsnog uitblijvend succes; geen euforisch gedoe. Corrigeer Sef dan ook zeer nadrukkelijk als enthousiast reageert op Ton’s overweging dat ‘Bethaniëen mogelijk is’ en beloofd met Rick Vercauteren, directeur van het Venlose Van Bommel van Dam Museum terug te komen die ‘best wel ‘ns interesse kan hebben,…´ waarmee de houding duidelijk is; ga nergens op in, geen toelichtingen, geen verklaringen, blijf onberoerd. Dat is al. Een insteek die zich bewijst, van Vercauteren horen we niets en exposeren op Bethaniëen blijkt lastig als ook mevrouw Tesink enige inspraak claimt. Prima, opportunisme is mij eigen en hanig bovendien want ik had inmiddels ‘n betere locatie op ‘t oog; Huize Sint Lucia, ‘n monumentaal 19e eeuws vrijstaand herenhuis aan ‘t Nolenspark, hartje centrum en in bezit van ene Wil Nellen, ‘n opvallende verschijning in ‘t dorp, snelle pakken, Italiaanse stappers, ‘n Amerikaanse slee onder de kont en ’n opvallende emotieloze kop, no offense zeggen diezelfde Amerikanen dan, kaal als ‘n geplukte uil maar loaded en womanizer on top. Hij ziet ‘t wel zitten, zich ‘’ns cultureel te manifesteren,…’
4
’50 jaar Grond’ moet duidelijk maken dat Sef onderweg is, niet in aantocht of gearriveerd maar onderweg. Hoe dit anders te verbeelden dan zijn werk centraal te stellen? Niks duo presentaties, groepsgedoe, gedeelde thematiek of andere stokpaardjes die het geknecht metier doorgaans dicteert, maar zuiver idealisme, gedijt alleen op eigen condities, ontdaan van elke realiteitszin, verpletterend enthousiasme, de hardnekkigste sceptici verstomd, niet als ‘overtuigd’ maar als ‘zinloos’, pure honger; ‘n perfecte locatie en ’n korte implosie, niet langer dan ‘n vol weekend en met ‘n toegewijd program,… we maken ’n foto voor Huize Sint Lucia als uitnodiging, selecteren het te exposeren werk, schuiven dit virtueel rond in de verschillende kamers, werken aan ‘n catalogus, aan prijsstellingen en verkoopsmethodes, stellen uitnodigingslijsten op en zetten ‘n driedaags program ineen met culinaire en muzikale zijstapjes die ‘t geheel uitnodigend complementeren,… Er blijkt maar een drempeltje, dat wat de losse delen tot som maakt, de angel. We hadden ons al verzoend met ‘t obligate idee Sef ‘n nieuw, op te dragen werk te laten presenteren maar voor wie of wat bleef vaag? Voor deze stad, de grond, de geschiedenis van die grond, een van de acteurs op die grond,…? Het schakelde niet, ’t rommelde, maar breken deed ‘t niet, al wat op tafel kwam viel af vanwege ‘n te groot ‘ons kent ons’ gehalte, de publiekelijke schouderklop ‘goed gedaan en ga zo door’ rimpelt onder de streep niet, mist de rafel, het randje dat de lijnen scherpt,... tot dat ik op oudejaarsdag verzeil in onzalig gezinsgeneuzel aangaande de opvoeding van mijn zoon dan wel de weerslag die dat op de echtelijke balans heeft. Kinderen kennen ‘n extra zintuig, doeltreffend als alle andere samen dat elk dispuut hen aangaande met een aan blinde milli- precisie verwante nauwkeurigheid van baan verandert, ook wel om er tus-
5
senuit te naaien en Pa en Ma ten koste van elkaar de frustratie te laten beslechten. Hiervan ‘n heelhuids heenkomen zoekend in ’n pisnijdig besef exact daarmee om de oren te hebben gekregen als waar ik doorgaans die hele flikkerse buitenwacht op afserveer is ‘t dat ik denk; die nodig ik uit; Geert Wilders, hebben jullie ook wat, de man is Venlonaar en geboren in ‘63 geeft het de vlag ‘50 jaar Grond’ ‘n extra accent en omdat ik toch bezig ben bedenk ik ook nog dat ‘t aan te bieden werk ‘Highway ‘61’ naar Bob Dylan moet zijn,… niet alleen past het naadloos in de serie ‘vocals by’, bovendien onderschrijft de strofe over Abraham die zijn zoon wil offeren voor de liefde God’s exact de waanzin waardoor lui als Wilders zo eenvoudig een podium weten te vinden. Mooier krijg je ze zelden uitgespeld, dit is goud, je hoeft geen pr dokter te zijn om van het plan Wilders naar Venlo te halen enig effect te verwachten. Maar begin bij het begin, ‘n glasheldere uitnodiging, krijg ik dat niet sluitend gebeurt er helemaal niets. Het kost me ’n volle week eer ik ’n brief heb die goed voelt en elke vraag beantwoord en het licht op groen kan. Ons valt ‘n opwinding ten deel als van ’n stel pubers op tienertoer,… ‘n Euforie waar direct ’n streep doorgaat, nu moet eerst Wil Nellen, eigenaar van Huize Sint Lucia toestemming geven, hetgeen ik als pragmaticus pur sang gewoon even geparkeerd heb; elk detail heeft zo z’n beurt, zie het als ‘n dominospel. Dus weet ik de bui hangende, Wil gaat hier niet in mee, dat wist ik al maar heb daar bewust geen acht op geslagen omdat er anders helemaal niets zou gebeuren. En Wil is inderdaad niet gecharmeerd, ‘n puik plan en ‘n stoere stunt maar niet in zijn toko, daar krijg ik geen vinger tussen, hij zet ’n streep door de rekening en verwijst onze hit richting prullenbak. Edoch, terwijl dat gebeurt voel ik ‘t groeien, ik vecht graag vanuit ’n hoek, ‘n minimale aanpassing maakt ‘t er alleen maar beter op; ik verplaats het aanbieden gewoon naar ’n andere locatie dan Huize Sint Lucia,… wat zelfs ‘n gezonde distantie oplevert, meer helderheid dus, doorgaans winst. En zo gaat de brief richting Den Haag, strekking klinkklaar zonder trala exact onze beweegredenen; stel ons voor, verklaar Sef onafhankelijk als zonder overheidssteun, verklaar zijn werk als uit één idee, in abstractie en aantallen gedachteloos in ’t moment, in de beweging en boven alles neutraal, stel voorts dat Wilders ook Venlonaar van geboorte tevens recent als 50er verjaard is, dat de emotie prikkelen ‘n voorwaarde is voor elke kunstenaar, dat de schijn van plat opportunisme acceptabel is en dat het tijdsbesef niet wordt geschuwd en doelgericht verankert is doordat ‘t juist Wilders z’n ‘doe ‘ns normaal man!’ was wat Sef ertoe bracht Wilders een werk aan te bieden dat gelijk ’50 jaar Grond’ niets dan die vanzelfsprekendheid onderstreept. Tot slot stel ik dat er geen betere voorzet uit Venlo komen gaat en rond af met de groeten van Sef en Rob.
6
Venlo, 16 januari 2014. Dag Geert, Mijn naam is Rob Frey en ik kom uit Venlo, mocht deze naam iets van ’n belletje doen rinkelen dan is dat waarschijnlijk omdat onze beide moeders goede vriendinnen zijn. Ik ben niet politiek geëngageerd en schrijf jou deze brief met een, noem het ‘historisch’ doel. Als manager van schilder Sef Berkers organiseer ik op 7, 8 en 9 februari in Huize Sint Lucia aan de Martinusstraat in Venlo de expositie ’50 jaar Grond’, verwijzend naar de aanstaande 50ste verjaring van de schilder. Berkers werkt in de écriture automatique, het snelschrift. Felkleurig en abstract op tekst, zang en beweging. Het ‘Archief Berkers’ herbergt sinds 1993 zijn catalogus van thans meer dan 85.000 eigen, unieke werken, genummerd, gecatalogiseerd en gearchiveerd. Berkers is zelfvoorziend, onafhankelijk en ontvangt geen overheidssteun. Zijn werk getuigt van één enkel idee, in abstractie en aantallen eenduidig kenbaar als zijnde gedachteloos, meditatief, in het moment als ook in de beweging en boven alles neutraal. Het is daarom dat ik uit naam van Sef jou uitnodig om gedurende dit weekend ‘t speciaal voor jou vervaardigde ‘Highway ‘61’ (naar Bob Dylan) te onthullen en in ontvangst te nemen. Dit moet plaatsvinden op een nader te bepalen locatie en tijdstip binnen de Gemeente Venlo. Wij denken hierbij aan het beeld ‘De Reizigers’ voor het NS Station, dan wel ‘De Vredesvlam’ in het Julianapark. Hiervoor gaan wij na mogelijke toezegging jouwerzijds met de gemeente in overleg. Mede ten grondslag aan dit alles ligt het feit dat jij gelijk Sef Venlonaar van geboorte bent en tevens recent als 50er verjaard. Wij beseffen hiermee de emoties te prikkelen. Ondanks dat dit ‘n voorwaarde is voor iedere kunstenaar zijn wij ons ervan bewust de schijn van plat opportunisme op ons te laden. Maar, Berkers werk mag dan als in gedachteloos abstract zijn, het sluit noch de emotie noch het tijdsbesef uit en is alleen dan in balans als doelgericht verankert in beiden. Jouw woorden ‘doe ‘ns normaal man!’ heeft hem er toe aangezet juist jou aldus ‘normaal’ te willen adresseren en een doek aan te bieden dat gelijk ’50 jaar Grond’ die vanzelfsprekendheid onderstreept. Een betere voorzet dan dit komt er in Venlo niet. In afwachting van je antwoord, met vriendelijke groet ook namens Sef, Rob Frey organisatie: De Bevoorrading
[email protected] 00 31 (0)6 51234557 www.archief-‐berkers.com
Ruim 250 uitnodigingen verstuur ik met een op krek dezelfde leest geschoeide, mijn inziens waterdichte uiteenzetting. ‘n Misrekening,… ’n dag verder telefoon, Wil Nellen. ‘t Tijdstip duidt hommeles, zaterdagavond 11 uur, net van tafel, ‘n restaurantje in Kessel aan de Maas, ’n stief kwartiertje onder Venlo wachtend op het laatste veer om ons over te zetten, ‘n prachtige, heldere nacht, de maan niet ver van vol zet ‘t water in ‘n strak zilveren glans, ‘La Nuit Américaine’ noemde Truffaut het en ook Wil voelt dat,
hij is opgefokt, heeft gedronken, niet om moed te vergaren maar om z’n ergernis te faciliteren. Ook hij heeft de uitnodiging gekregen en kwaad dat ik mijn plan doorzet zonder ‘m daar opnieuw in te kennen,… Mijn verweer rustig en ter zake; ‘er staat onderstreept dat ‘t niet in Huize Sint Lucia plaatsvindt en verder heb ik geen verantwoording aan jou af te leggen wat ik buiten jouw pand onderneem.’ Het gesprek pingpongt voort zonder besluit maar ik weet opnieuw dat ik Wil niet ga overtuigen, de spoken die hij plots ziet opdoemen, de waarachtige vrees voor represailles, krijg ik niet afgeschoten en ik weet dat ik met ’n probleem zit. Het liefst had ik ‘m nauwgezet in z’n bek gescheten maar dat laat ik gelukkig na en schuifel keurig voetje voor voetje richting doel wat ‘m in elk geval voor ‘n schop onder z’n magere reet heeft behoedt. Het is maanden later als ik ‘m in de kroeg tegenkom. Ik wil gaan piessen wat hij net voor mij deed als hij mij halverwege ‘n trapje omhoog voor laat gaan en ik met zijn glimlach die twijfelt tussen onwetende stompzinnigheid dan wel misprijzende hoogmoed echt klaar ben. Ik weet m’n rechter vrij en weet ook ‘n goeie opstoot te kunnen zetten, vanuit ‘t bekken draai ik ‘m er feilloos in en aldus geef ik Wil in ‘t voorbijgaan ‘n net zo gemeende schouderklop. En dat heb ik ‘m nu nog steeds ‘n keer willen uitleggen. Maar vooralsnog restte ons nog 3 weken. Verontrustender is evenwel dat ‘t voor de rest stil blijft, familie en vrienden zwijgen en politiek en pers zwijgen, onze verbazing verandert daar niets aan. Ook weet ik dat ik niet kan gaan zitten wachten maar in beweging moet komen. Ten
7
eerste moet ik een vervangende ruimte vinden welke kans klein is op deze termijn en ons stilzwijgend doet besluiten uit te wijken naar de gymzaal van het Marianum, vanuit Sef’s atelier de trap op, met een vloeroppervlak van 40 bij 20 groot genoeg maar zonder enige voorziening. Dan gaat m’n mobiel, ‘n dame die ik voor ‘n deurwaarder houdt maar mij met enige vasthoudendheid weet te overtuigen ‘de secretaresse van de heer Wilders’ te zijn. Ok,… al sta ik wel net erg onhandig ’n frietje te eten met m’n jongste,… ze zegt met ’n half uurtje terug te bellen maar doet dat niet, ook niet later of de volgende dag, ze belt helemaal niet meer wat weinig overlaat van de aanvankelijke opwinding, had ‘t dan afgewezen, had ik daar in elk geval op verder gekund want ‘t begint mij inmiddels wel te dagen; ‘t is helemaal niet interessant of hij komt of niet,… hem uitnodigen is al voldoende,… maar er restte nog maar 2 weken, het wordt tijd knopen door te hakken,… dus ‘n 2e brief, per direct per e-mail. ’n Kwartier later telefoon, opnieuw dezelfde dame, of ik nu wel tijd heb? De afwijzing blijft uit en in plaats daarvan volgt ’n trits vragen die ik alleen maar kan interpreteren als ‘n mogelijke overweging. Ik draai op scherp, welbespraakt en stipt, laat geen steek vallen, spreek over ‘Geert’ waar zij ‘t over ‘de Heer Wilders’ heeft en krijg steeds sterker ‘t vermoeden dat hij zit mee te luisteren. Ze besluit met ‘U hoort van ons’ waarna ‘n dag later opnieuw telefoon, we schakelen ‘n tandje op met ditmaal ‘n heer die gemachtigd blijkt na opnieuw ‘n uitgebreid verhoor mede te delen dat ‘de heer Wilders bereid is om op zaterdag 8 februari, om 12 uur het doek in ontvangst te komen nemen,… als dat U past?’ Daar gaan we, de euforie opnieuw even terecht als misplaatst, ik mag dan wel ’n stunt afdraaien maar wat dat brengt is hoogst ongewis, de eerste signalen waren niet bepaald bemoedigend en ‘t wordt per omgaande duidelijk hoe lastig dit alles zuiver te houden is als ik de regie uit handen geef aan de Venlose Stadsomroep TV die ondanks eerdere desinteresse nu toch ‘n item komen filmen waarbij Sef nauwelijks zijn motivatie uiteengezet krijgt. De tijd ondertussen tikt door, er is ’n toezegging en ‘n lege gymzaal die volledig omgetoverd moet worden, met niet een ononderbroken strakke wand of zelfs maar belichting en al met al iets meer dan ‘n week. Maar we knallen er bovenop, maken dagen van 18 uur, trekken 3 meter hoog 100 meter wand op, installeren ‘n batterij licht en sorteren ‘n 25tal werken. Klaar op de ochtend van de 7e februari, de dag van de opening, aanschouwen we als worden we wakker in verbazing hetgeen bewerkstelligt. Wat er ook gebeurt, wij leveren wat we beweerden, onszelf als ook de goegemeente. In de tussentijd is ook de 3e en laatste mailing de deur uit, na de aankondiging en de verplaatsing van locatie nu dan tenslotte de bevestiging dat Wilders komt. De opnieuw minimale animo zich in te kunnen schrijven om de overhandiging bij te wonen als ook de ononderbroken windstilte bij ‘t journaille bevestigt slechts eerdere twijfels. En dan slaag ik er ook nog bijna in de zaak eigenhandig de nek om te draaien als ‘n columniste van ‘t NRC, in ons verhaal de curiositeit ziet die ze in haar wekelijkse stukjes ten tonele voert. Ze belt, we maken ‘n afspraak en ze zakt af. Zo werkt dat. ‘t Gesprek is aimabel en duurt ‘n uur, we blijken niet de sufferds te zijn die ze achter zo’n absurd plan vermoedt en we slagen er toch in de verbazing hoog te houden, exact de context waarin dit alles z’n beslag heeft gekregen,… En zo komt voor ‘t eerst Geert’s als ook mijn moeder ter sprake die goed bevriend zijn, en ook al heeft dit niet meegespeeld, ’t slikt toch op z’n minst als verhaal goed af en het
8
is hier dat ik in de fout ga door al te vrijelijk te orakelen over zaken die tussen beiden vriendinnen gezegd, mij in vertrouwen ooit verteld, geenszins voor de krant bedoeld zijn. Als ik de donderdag voor de opening vrijdags de NRC lees weet ik stront aan de knikker,… Heerlijk hoe ik eigenhandig mezelf weet te verwurgen want Ma Wilders belt en is furieus. Ik lul als nooit tevoren, bijt in ‘t stof, slik af en gooi alles in de ring. Weet haar te overtuigen geen kwade intenties te hebben gehad, verzeker haar dat dit nu eenmaal de wijze is waarop die vermaledijde pers te werk gaat en dat dit juist is waar haar Geert al jaren mee te kampen heeft,… en ik weet haar te kalmeren, stuur vervolgens Den Haag ’n sms-je, kruip ze nog net niet in hun reet en laat moeders de volgende dag bloemen als excuses bezorgen,… geheel in de lijn blijft het stil. Ik heb niets met politiek, stemde de eerste keer gerechtigd begin ‘80 op Markus Bakker z’n CPN wat mijn lieve vader zaliger zijn poëtische bespiegeling ‘zelden zo’n knuppel gezien’ deed verzuchten. Niet dat dit het verschil maakte maar ik heb nooit meer gestemd. Dus ook niet op Wilders. Zijn hedendaagse variant op ‘t ethisch reveil is niet aan mij besteed. Toch zijn de dribbels die hij geregeld demonstreert best vermakelijk, al is dat net als bij voetbal ‘n kwestie van op ‘t juiste moment inschakelen, om in afwachting dat spelletje te willen volgen is wat veel gevraagd. En politiek is voetbal, loyaliteit aan de kassa; klaar, meer niet. Om de gevestigde orde naar eigen evenbeeld te schofferen mag best ‘entertaining’ zijn, je bedienen van een identieke wassen neus levert onder de streep geen winst; politiek dient de status quo, meer niet, Wilders daadwerkelijke bereik het bewijs, het maakt echt geen verschil of je jouw electoraat ’n Moskeevrije buurt garandeert of een voor ieder toegankelijke ziekenzorg, je kan ze evengoed de Europa Cup beloven. Laat die gasten gaan douchen, sms voor ‘The Next Prime Minister Of Holland’, de rest is aan de aandeelhouders, ‘als stemmen zin had, hadden ze het allang afgeschaft’. Niet dat ik ‘n beter plan heb,
9
ik gedij prima in de mazen, wist ik waarom we ’t nog altijd niet tot ‘n bewustzijnsniveau hebben gebracht dat helder genoeg is te onderkennen dat ‘t pas kookt als ’t stoomt, had ik ‘t allang gepatenteerd, helaas. Verder dan een ingesleten verbolgenheid reikt het inzicht niet, ’n spasme, vaak met intellectuele inslag. Sinds mensenheugenis zijn we schuldig aan de meest grove wijze van feilloos georkestreerde ongelijkheid ter meerdere eer en glorie van het eigen welzijn. Wij existeren bij de genade van ongelijkheid, daar komt geen Wilders aan te pas, dat had hij van Fortuyn op kunnen steken, zijn gedoodverfd voorbeeld die overigens bij leven geen spaan van onze Geert heel gelaten zou hebben als ik ‘m hoor mekken of Job Cohen ‘,… het normaal vindt dat hij (Wilders) zich niet zonder beveiliging op straat kan begeven?’ waarop Cohen lijzig antwoordt; ‘Nee, meneer Wilders, dat vind ik niet normaal.’… terwijl hij ‘m in z’n gezicht had moeten keffen; ‘WAT DENK JIJ DAN HALVE ZOOL?! Dat je iedereen kan lopen fokken en dan ook nog gewoon over straat kan,…!?’ In Venlo Zuid waar ik woon en de populatie ‘kort aangebonden’ een factor is om rekening mee te houden moet je op je hoedde zijn al zonder dat je ‘n mond opendoet,… hier reed mijn vader 40 jaar terug in zijn Volkswagen Ponton toen ‘m vanuit ‘t donker met ‘n destijds hippe ‘flying kick’ ‘t portier aan baggels werd geschopt. Maar dat terzijde. Want wat stelde ik me eigenlijk voor? In elk geval niet om politiek te bedrijven. Het ging erom Sef te positioneren, ’n verhaal te geven, context, een podium, meer niet, aandacht, onder de streep gaat ’t over niets anders, iedereen die dat bestrijdt of zich dat in alle oprechtheid anders voorstelt kan wat mij betreft de zegen krijgen. Dat ik wederom verrast werd door m’n eigen, beschamend naïef vertrouwen, daar zit geen leergeld meer in, dat ik er niet in geslaagd ben de barrière te slechten, partijen bijeen te brengen, dat ga ik mezelf niet verwijten,… dat ‘n degelijke voorzet niet keihard wordt ingeschoten doet niets aan de voorzet af, niets verhullend inzicht dat evenwel nog even op zich liet wachten. Na mijn eigen gerommel met de NRC rest nu namelijk nog slechts de expositie. Nu geen gelul meer en al lijkt ‘t als valt alles exact op z’n plek; dikke neus. Details zijn aan de kant geschoven en niet meer terug in beeld gekomen. Neem de opening; geen enkele aankondiging dan onze mailing,… en ook geen feestje, ‘t program bleek niet te verplaatsen, Huize Sint Lucia had ’n excellente keuken en ik ‘n topkok voor ’n culinaire verrassing, nu rest ons niets dan ’n zinkputje en serveren we water en brood. Of de muziek, in de salon perfect, maar in zo’n galmbak als ‘n gymzaal? Dus draaien we non stop een oude opname van ‘Langs de lijn’. Ok Wilders komt, maar dat voelt inmiddels bijna als Sinterklaas, wie loopt daar nog warm voor,…? Voor de rest gebeurt er exact dat wat ik verwacht had, ’t is net ‘n open dag, Sef’s toch vaak ietwat troostloze pogingen z’n cursistenbestand op peil te houden, met op vrijdag ’n totaal aantal bezoekers van niet meer dan 20 zitten we er niet ver naast, tergend. Maar ‘t brengt niks te gaan lopen zeiken, ik zei weken geleden al dat ’t er niets toe doet, ‘t verhaal is af hoe ‘t zich ook ontvouwt, prima, wat telt is dat we leveren. Dus dan de zaterdag, word wakker als bepakt en bezakt, als klaar voor ‘n missie waar ik me jaren op heb voorbereid, schoon als ‘n keelsnee, scherp van detail tot doel, zo gaat het licht op groen. Als voorafgegaan door een kleine groep geïnteresseerde, iets afwijkend van het vooropgestelde tijdschema Wilders met zijn gevolg arriveert, we ons in Sef’s atelier rondom ‘t versluierde ‘Highway ‘61’ hebben geschaard, de verf nog nat, heet ik het
10
gezelschap welkom, zo ook onze speciale gast Geert Wilders en diens vrouw, stel mezelf voor, maak het protocol bekend en laat kort samengevat de voorafgaande weken de revue passeren. Gekomen bij de conclusies licht ik onze reeds in de uitnodiging gegeven verklaring toe dat de keuze juist Wilders betreft omdat hij zich exact op ‘t maatschappelijk snijpunt bevindt, het juist hij is waardoor de mogelijkheid ontstaat zich zo haarscherp te spiegelen,… je reinste poëzie en zeer wel mogelijk aldus af te serveren was ‘t niet dat ik ‘t geheel mooi afblus met de onweerlegbare als ook niet te vervalsen legitimatie dat Geert gelijk Sef 50 is en,… Venlonaar bovendien. Zo. Die zit. Waarna Sef ‘Highway ‘61’ onthult en aanbiedt en Geert ‘n woord van dank spreekt waarvan mij slechts de woorden ‘dat ook wij geen meel in de mond nemen’ zijn bijgebleven als mede de roos op zijn schouders. Daarop wordt de expositie bekeken als ook ‘n filmpje van Rob Hodselmans over het maken van ‘Highway ‘61’, overigens ook nog in de week voorafgaande gerealiseerd, wordt koffie met kruimelvlaai genuttigd en dat was ‘t dan. Nadat ‘t gezelschap is vertrokken volgt nog anderhalve dag expositie met ‘n uiteindelijk bezoekersaantal van net geen 75 man en onder de streep 0 verkopen,...
11
12
Dan op maandag in ‘t binnenkatern van ‘De Limburger’, de regionale gazet, ‘n grote foto van Sef en Geert voor ‘Highway ‘61’ met als kop ‘Omstreden politicus toont zich aimabel gast in atelier Venlose kunstenaar Sef Berkers’ gevolgd door ‘n summier verslag. Geen woord over de kanttekeningen die ik desgevraagd betreffend journalist maak aangaande het mijn inziens beschamende dan wel verbazende verstek van de Venlose ‘kunst-intelligentsia’ als ook de pers. Opnieuw heb ik me volledig misrekend dat de knuppel die ik nog even in ‘t hoenderhok meende te mikken zijn weg wel terug zou vinden en zo geef ik mezelf over aan een door mij tot dusver altijd bespottelijk bevonden actie, ‘den ingezonden brief’. Mij houdend aan de limiet van 200 woorden spel ik in ‘n keurige volzin van exact 199 woorden mijn verbazing uit om te besluiten met de conclusie dat ik dit ook met 1 woord had afgekund; ‘armoedig’, inderdaad het 200ste. Ditmaal heb ik wel beet, op zaterdag de column van Frans Pollux, de lokale duizendpoot, alias ‘Blond’. Nu is Frans ‘‘n goeie gast’, punt, ik ken ‘m niet goed maar zijn voorkomen, zijn ‘profileren’ is mij niet oneven, voldoe je daaraan mag je wat mij betreft zelfs de politiek in. Waar Frans zich ook aan schurkt. Als gezegd is hij een duizendpoot die radio maakt en tv, die schrijft, literatuur voor de goede orde want tevens journalist, interviewt derhalve, verricht openingen en presenteert gala’s, maakt theater en ik zal afrondend zeker wat vergeten zijn als ik zeg dat hij ook nog en niet onverdienstelijk muziek maakt ,… respect, ik zal nooit bereiken, al wilde ik ‘t graag, ‘t clublied voor VVV, de lokale voetbalwanhoop, de frustratie van elke provinciestad, te mogen schrijven. Frans wel, hij bezorgde VVV ‘n briljant eenvoudige stadion-bruller, slechts uit ‘n lang opgerekt canon van de drie-eenheid VEEEEE! VEEEEE! VEEEEE! bestaande strijdkreet die bij thuisdoelpunten, zij ‘t met tegenvallende regelmaat ik graag door mijn tuin mag horen schallen, Frans, ‘n alleszins aimabele man. En juist hij haalt uit met ‘n ongetwijfeld komisch bedoelde schets van Sef en ik als ‘duo half gaar’. Allemaal heel flauw en niet de opwinding genererend die we nodig hebben als mijn reactie niet eens meer word geplaatst en de discussie, als ‘t dat al mag heten op volstrekt eenzijdige voorwaarden wordt gevoerd. Dit terwijl de zaterdag erop ‘Bril’, Blond’s wekelijks wisselende schrijfpartner, de eminente Sef Derkx, Venlonaar der Venlonaren, historicus, gezicht van ‘t ooit uit puur hippie idealisme geboren Zomerparkfeest, Venloos cultureel visitekaartje en niet te vergeten Prins Carnaval voor de Jocus, ‘t er wel nog ‘ns dunnetjes in mag wrijven door Blond te complimenteren met diens welgeslaagd afzeiken van mijn persoon ’n week eerder. En daar ga ik al helemaal niet over mieren want Bril speelt mij namelijk de bal keurig in de voeten door te stellen; ‘,… zijn (ik) faliekant mislukte publiciteitsstunt met Geert Wilders is ‘n godsgeschenk voor een ‘faatse’ (een éénmans deelname in de Carnaval’s optocht), toch?’ en bedient mij aldus op mijn wenken. Niet omdat ’n week later in de jaarlijkse carnavalsoptocht ‘t photo-shoppende lokale links gewe-
13
ten Jos Deenen meeloopt die als ‘faatse’ Geert Wilders verbeeldt pogend een schilderij aan ‘t publiek te slijten, maar vanwege het zwart op wit onderkennen van de vermeende ‘stunt’ als ook de geruststelling dat het ‘n ‘faliekant mislukte stunt’ was,… Als gezegd ‘een geschenk’ dat alles op z’n plek zet, en al is dat ‘t laatste wat er gezegd wordt en is Venlo er nu wel klaar mee is dat exact waar de bal ‘t net in gaat: boem! Links boven in de kruising, de keeper heeft niet eens ‘t nakijken. Waarom liet Venlo zo’n kans liggen? De uitnodiging aan Wilders besloot al met dat er ‘uit Venlo geen beter aanbod gaat komen’. Wilders begreep dat en kwam terwijl Venlo thuis bleef,… op ‘n presenteerblaadje kwam ie,… maar waar waren ze? Pollux voorop, maakte juist hij niet landelijk nieuws toen hij voor de erefunctie van Venloos Stadsdichter bedankte als protest tegen de eveneens Venlose Wilders,…? En in zijn kielzog ‘t complete linkse establishment dan wel bedoelde kunst-intelligentsia,… ? Maar ‘t deed er allemaal niet toe,… feitelijk is alles prima, mooi en houden zo, pure onversneden hoogmoed, terwijl ze in je voortuin staan te piessen,… Wilders kwam en pakte de punten, hoefde nog niet eens ‘n remise te bevechten,… Maar je komt er niet met te stellen je niet aan z’n niveau te conformeren, met ‘n straatvechter ga je niet over spelregels soebatten, dan naai je ‘m zo snel en zo hard mogelijk met alles om de oren wat je in je handen krijgt, dat is waartoe de co-existentie je verplicht.
14
’n Poging tot aanslag had er op z’n minst ingezeten. En kansrijk. Die beveiliging is een farce, en ‘n molensteen. Of er werkelijk sprake is van dreiging weet ik niet, dat is even gemakkelijk ’n wassen neus als bittere ernst, wat ik wel weet is dat een gek niet te stoppen is. Zelf overwoog ik ‘t ook al eens, in 2007 mislukte mijn poging inderdaad faliekant om als ‘De Nieuwe Blijdschap’ met ‘De Zoon van God’ te scoren, ‘n ‘Sympathy For The Devil’ van de Stones citerend protestlied waarin ik de vraag over ‘de Kennedy’s’ veranderde in wie ‘Geert Wilders zou vermoorden,..?’ Daar zat ook al niemand op te wachten en ik bedacht, als ik Geert nu eens koud maak dan is m’n kostje gekocht? Weliswaar ga ik voor geruime tijd achter schot maar album en tournee worden goud, en op dat laatste wil ik best 20 jaar wachten terwijl ik tussentijds mijn waanzin literair uitbaat. Maar goed, medebandleden waaronder Sef waren minder gecharmeerd en bang voor medeplichtigheid wegens voorkennis bovendien. Zelf overigens, ben ik ook niet zo van ‘het moorden’, uit wraak ok, maar dan moet je dus wat te wreken hebben en ook die beker laat ik liever aan mij voorbijgaan. En zo beperkt ‘t werkelijk drama zich tot Wilders zelf, de spagaat waarin hij zich gemanoeuvreerd heeft. Hij mag zonder beveiliging overleven, zijn act doet dat niet. Want al werden Sef, ik en ‘t Marianum in de weken voorafgaand uitvoerig gescreend en was ‘t vertoon op de dag zelf ‘Hollywood a like’, het was minstens zo lek. Ik had al toegeslagen toen ik Geert met uitgestoken hand begroette, slechts ‘n maagsteek en van ‘t Marianum naar het VieCurie aan de andere kant van Venlo was ‘n minuut of 10 te ver geweest. Of anders de gretig geconsumeerde Limburgse kruimelvlaai, een voorproever stond niet in het script, en tegen de tijd dat ze op de hoogte van Geldrop retour waren had de vermalen 50 gram weed, qua smaak geneutraliseerd door een op haar beurt gesmolten blok vanillechocolade, de bloedbaan bereikt en zo ongetwijfeld voor de nodige consternatie gezorgd. En daarbij,… iedereen kon ‘m aanraken,… iedereen! Zij ‘t dat er niemand was, wat cursisten, vrienden en familie van Sef, een enkele geïnteresseerde, ‘n cameraman van de Venlose Stadsomroep, zonder verslaggever, dat schijnt in de weekends lastig te liggen en de voornoemde journalist van ‘De Limburger’,… maar van ‘Henk & Ingrid’ geen spoor,… ‘t viel me al meteen op dat zelfs zijn entourage de schijn nauwelijks wist hoog te houden,… zelfs de doorgaans op ‘t aanpalend Cruijff court talrijk vertegenwoordigde allochtonenjeugd schitterde in afwezigheid. Overigens had ik juist teneinde ‘n stunt te vermijden het hen aangaande stil gehouden, al had ik me ook daarin kunnen vergissen want ’t regende die bewuste zaterdag, althans ‘t miezerde en daar komt de doorsnee allochtoon niet voor uit z’n nest, zeker niet op zaterdagochtend. De enige die de eer toekomt ons rechtstreeks te hebben aangesproken op onze, zijn inziens, bedenkelijke actie was ’n misnoegde en verongelijkte Molukker die wel wist wat hij met die blonde jood gedaan zou hebben waren het de dagen van weleer geweest,… en dat is nou jammer, had Wilders niet gekund hadden we Dries Van Agt uitgenodigd. Maar stil was ‘t, stil bleef ‘t. Wel haal ik nog Rick Vercauteren, directeur van het dan inmiddels onder vuur liggend Venlose Museum van Bommel van Dam, naar ’50 jaar Grond’. Als vanzelfsprekend overtuigt stapt hij rond, van iedere verbazing gespeend, als is ’t de normaalste zaak dat ‘n kunstenaar die nog niet eens in de marge meedraait ‘n dergelijk oeuvre bij elkaar schil-
15
dert en dat dan ook maar eventjes exposeert als zat hij vol in de lift,… Hetgeen ik ‘m vergeef als hij de juiste interesse betoont voor ‘Pigmenten India’ uit 2001, een topstuk, 3 bij 6 metend en uit 162 afzonderlijke vierkante doekjes bestaand, elk egaal beschilderd met ‘n pigment uit Mysore, Zuid India. En terwijl Vercauteren voor de 2e maal met de kunstenaar erbij stilhoudt, zoals ik mij op ‘t 2e plan, vist hij naar de prijs en eer Sef begint te stamelen antwoord ik als over hun schouders ‘12 en ’n half’. Vercauteren moet zich herstellen, pruilt als ’n kind dat z’n zin niet gaat krijgen, geeft mij ‘n lesje in ‘hoe ‘t niet moet’ en wijst Sef op zijn nog niet bijster gespierde status. Maar dan hebben wij de rijen al gesloten en zwijgen, tijd voor ‘n borrel terwijl ik nog even apart wordt genomen door Ton Tesink, die de expositie ook liet schieten en nu doet alsof hij zijn eerdere toezegging met Vercauteren te komen gestand houdt,… wat mag, Ton kan ’n potje breken. Aimabel als altijd, gemoedelijk als ’n Brabantse carnavalshit, fluistert hij me toe met de prijs te zakken, nu te handelen. Maar ik heb geen boodschap aan Van Bommel van Dam. Ook niet als het 12 en ’n half schuift, je verdwijnt nog sneller in de kelder dan dat je het geld kan besteden, je exclusiviteit ben je kwijt en dat is ’n duur goed in dit wereldje van ogenschijnlijkheid, ’t is ’t enige wat die lui aan de koffie houdt, ik verbaas me altijd dat dit inzicht ontbreekt, laat ze thuis maar trots op je zijn als je dood bent. Dus serveren we de heren koffie en kan Vercauteren verhalen van de misère op ‘ t Museum dat ‘ontdrempelen’ moet waarmee hij zich de complete rattenbende op de hals heeft gehaald; politiek, journaille en kunst- intelligentsia, ook ‘t publiek bemoeit zich ermee en zelfs ik had ’t gevolgd, ‘t overlapte ons geneuzel en ik ergerde me dat er wel aandacht aan hun geneuzel werd gegeven. Maar of ik daar rouwig om moet zijn? Je zal toch op zo’n lokale VVD drol stappen, die zo’n onnavolgbaar gewauwel ten beste dat het te beschamend is zelfs maar tot je door te laten dringen,… om nog maar te zwijgen van de journalist die ‘m daarmee weg laat komen. Of dan de Venlose kunst-intelligentsia die zich ditmaal niet onbetuigd laat en bij monde van frater familias Erik Toebosch er bij de reeds verstek veroordeelde Vercauteren de spijkers stevig in timmert; ‘Een oplichter!’ wat niet meer toelichting behoeft dan mans logica dat als je vandaag van rood houdt je morgen niet van blauw kan houden,… een en ander overwegend verbaast het me dat er tussen ons niet meer eensgezindheid bestaat, geen van beide, Vercauteren niet en Tesink ook niet, rept met 1 woord over ’50 jaar Grond’ als actie. Nee, Vercauteren heeft ’t gehad en terwijl hij nog altijd de regie denkt te voeren, laat hij ‘n stilte vallen, slaat dan als uit ‘t niets de vuist op tafel, kijkt mij aan en dondert in een niet eerder vanmiddag ten beste gegeven onversneden Brabants; ‘,… en gij?! Gij mot met die prijs omlaag!’ Ok. We schudden handen en laten de heren uit. ‘n Week later overlijdt mijn moeder, 83 jaar, als verwacht want ziek hoewel dit etiket haar niet past, de zelfbeschikking waarmee ze haar sterven ondergaat. De expositie heeft ze niet meer gezien, daarvoor was ze al te zwak. Ze heeft het niet betreurt, ze was er klaar mee, had zich haar leven lang onafgebroken volgezogen en nu was ‘t goed. Maar Sef kende ze natuurlijk al jaren en zijn werk sprak haar zondermeer aan. Van ‘t zwart witte ‘Well Well Well’ naar Lennon’s rudimentaire schreeuw van welbehagen dat ik heb hangen was ze direct fan. Ik liet ‘t haar horen, Lennon’s eerste solo lp, 1970, Ringo Starr’s kale beat en Klaus Voorman’s blues-dub-bas en ze
16
zag het. Dat ze de performance die nagenoeg klaar was niet meer zou zien betreurde ik des te meer, voor ‘t eerst had ik iets neergezet waar ze trots op zou zijn bovenover ‘t feit dat ik haar kind was, haar onstilbare honger naar verbanden, verbazing en inzicht manifesteerde zich als via mij. En daarbij zou het blijven, ze gaf het stokje door en we wisselden stuivertje, ik nam haar plaats in en zij ontsluierde zich tot het meisje dat ze altijd is gebleven. Zo nam ze ook afscheid. Ik ben er bij blijven zitten, net nadat ze ‘n vlinderinfuus voor de morfine toegestaan heeft en we weten dat dit ‘t einde is, dat zagen we eerder, opent ze haar ogen, op haar zij, kijkt me aan en zegt ‘Ha, miene leefe schat,…’ ’t Is ‘t laatste wat ze zegt, Carnavalsdinsdag, de straten uitgestorven, in de verte resoneert de stad, denk er niet over na, hoef dat grote onbegrip niet voelbaar te maken maar vraag me af of ze Marlen Haushofer heeft gekend,… en ik weet dat als we straks haar hebben en houwen ruimen ik in een van haar boekenkasten ‘De Mansarde’ of ‘Wij doodde Stella’ zal vinden,…
17
age / Theater de Gar Dinsdag 17 juni da’ Sef Berkers DA DA de ue atiq in ‘Écriture Autom
SEF BERKERS -L IVE PERFORMAN C E : ‘É C R I T U R E A U T O M A T I Q U E de D A D A d a’ Dinsdag 17 juni Sef Berkers in ‘Écriture Automatique de DADA da’ een 65 minuten durende performance presentatie.
entree € 5.-
Reservering; De Bevoorrading @gmail.com de.bevoorrading 234557 tel; 00 31 (0)6 51
Het pleidooi, de moraal, bij Walt Disney als bij de Nazi’s, ‘niet alles was slecht,…’ Pleit dus voor het opheffen van de hokjesgeest, dat anders alles verloren is dan wel dat er niets te winnen valt,... want waarom de vrijheid offeren aan de knechten van voor en tegen, welles en nietes? Inderdaad, laat het pleidooi aan hen die ‘t bedachten; de moralisten, die weten hoe er achteraan te sjouwen,… het is slechts een voortdurende poging de balans te behouden en waar qua studie nog lichtjaren rek in zit, en dat is dat,… iedereen kan blijven zitten waar ie zit, na lente komt zomer of we moeten ‘t voortaan ‘winter’ noemen en ‘amateur’ betekent in ‘t Frans echt ‘liefhebber’. Zo ver-
TheaTer De GaraGe Saxenkampstraat 2, 5912 EB Venlo zaal open 19:30 / aanvang 20:30
volgen we 2 jaar na conceptie met de première van ‘Écriture Automatique de DADA da’, de performance waar ‘t allemaal mee begon. Als lering uit wat er inmiddels aan vooraf was gegaan voerde we ‘n agressieve kaartverkoop en verkochten aldus Theater de Garage, Venlo Zuid, met iets meer dan 100 zitplaatsen uit en presenteerden een, ik durf dat gerust spetterende 65 minuten durende trip door de kunstgeschiedenis te noemen, op grootbeeldscherm geïllustreerd, doorsneden met muziek en tekst en afgerond met ‘n publiekelijke ‘action painting’. Het publiek, familie, vrienden en ditmaal ook de Venlose intelligentsia, Pollux en Derkx beide uitgenodigd hadden zich keurig verontschuldigd, was enthousiast. ‘n Stimulerend resultaat, er rammelde nog van alles en het zou geen sinecure zijn hiermee onderweg te gaan, maar toch weer iets in handen,… Ondertussen zei ik in beslag genomen door de performance onze afspraak in Den Haag ‘Highway ‘61’ te bezorgen af. Ik had ’t even niet meer, ‘Den Haag’ moest toch iets van ’n afsluiting worden maar net nu wilde mij niets invallen en sindsdien vraag ik me af, ondanks alle lering die er is getrokken; is dit het dan? Want tot ‘n nieuwe afspraak is het niet meer gekomen, ondanks toezeggingen, telefoontjes en opnieuw e-mails,… niemand thuis,… en nog altijd zitten we met dat schilderij te kijken,… weer bleef het stil. Laat ik dit om te beginnen betreuren, de foto van Wilders aan zijn naar ik me voorstel zwaar en donker eiken kabinet waar ‘Highway ‘61’ met ‘n hemelslicht bovenuit torent om neer te dalen op de blonde magistraat in ‘n alles verklarende visualisering was de ultieme streep. Opgeteld en afgerekend klaar en weg wezen. Meer is niet nodig, ‘n pakkende laatste observatie van de man, van dat lange, opvallend smalle lijf in dat strakke, sexy maatpak, die weeïge uitgestreken blik die mij hoe dan ook sympathiek is, werkelijk, ik vind z’n kop z’n sterkste troef,
18
zo zal hij ook herinnerd worden en mogelijk wat saillante details van de rit op en neer, ongetwijfeld culminerend in ‘n exercitie van als doorgaans door alcohol en andere dope verschafte verdwazing, voer te over en iedereen blij. Helaas, van dit alles geen spraken. Maar wat zou Wilders nog hebben toegevoegd,…? Die foto,..? Ik zie ‘m zo ook wel voor me, dat laat tenminste ook wat aan de verbeelding over. De verbeelding tenslotte, zoveel is wel gebleken komt er bekaaid af. Want wat heeft Wilders in deze nog toe te voegen? Heeft hij niet exact voldaan aan hetgeen van ‘m verwacht, ook door nu niet meer thuis te geven,…? Dit alles sluimert in de nevel van het ongewis, en zou ‘t daar toch niet meegezegd zijn rest één laatste afslag, waarin, laten we zeggen, de reeds opgevoerde Frans Pollux verlossing verschaft. Pogend grip te krijgen op zijn personage zoek ik de aantekeningen terug die ik september 2013 maakte toen Pollux Peter Buwalda interviewde in de Venlose Bibliotheek en kom uit bij het telefoongesprek dat ik eerder die week met Simon Posthuma heb. Met Simon werk ik op dat moment al ruim ‘n jaar aan ‘Nobody’s Fool’, niet de opzet, wel ‘t gevolg van dat eerste, eerder aangehaalde bezoekje en net zo’n hit, moest het aldus de sequel worden op zijn onvolprezen autobiografie ‘A Fool Such As I’ waarin hij als ‘n ontkoppelde rollercoaster aan zijn eerste 40 levensjaren voorbij tuimelt,… Ik wilde in die lijn zijn onnavolgbare slotzin ‘nauwelijks kon ik vermoeden dat de wilde jaren nog moesten beginnen,…’ vervolgen, onderuit halen en hard maken met slechts Simon als verstilde getuige. Hilarische, pikante, qua effect niet in te schatten of voor ‘A Fool’ onderdoende observaties, samen gekneed tot Simon’s levenspad dat hem bij de hand had genomen, onontkoombaar drama, prachtig parallel aan de story over de rijzende ster van zijn zoon en oogappel Douwe Bob aan ‘t Nederlands sterrenfirmament. Maar werken met Simon was pittig, behoorlijk pittig. Intense. Dus keek ik niet vreemd op toen hij mij na dik ‘n jaar, als zijn onnavolgbare zelf, in slechts 3 zinnen wist mede te delen de samenwerking per direct te beëindigen,… als troost voor hij ophing ‘,… I love you anyway,… dag m’n jonge,…’ Ondanks de buitengewone band die ik met ‘m had als ook in de week voorafgaande nog lovende aanmoedigingen van zijn agente bij wie ik net de eerste 90 pagina’s heb ingeleverd, heb ik ‘t daar bij gelaten, ik heb ‘m niet lastig gevallen met ’t waarom. Ik vond, de beledigende wijze waarop de vriendschap verloren ging ten spijt, dit ook best ‘n dankbare plotwending, ‘de veronderstelde waarheid’ of ‘de waarheid verondersteld’,… wat zou het? Het is de letter die telt en tot dan is het geschreven woord geduldig, het failliet van het Avondland. Ik loop vanuit de inmiddels lege kroeg om de hoek naar huis aan straten vol Oranje wimpels voorbij, opgewonden klepperend in de nachtelijke verstilling,… tegen wie of wat, zou ‘t me gevraagd worden had ik ‘t niet geweten, alleen dat die revanche er niet meer in zit, dat die er nooit in heeft gezeten
19
en ook niet in zitten zal,… stelletje ‘fokking losers!’ Zomer 2014, ik ben 51, 25 jaar getrouwd, 3 kinderen, ooit was ik 11 jaar en logeerde in Utrecht bij Tante Greet, Oog in Al, Johan-nogwat-straat,… geschiedenis,… kon ik fluiten floot ik ‘Everybody Knows’ van Leonard Cohen, zag Rufus Wainwright zich er nog bijna in verslikken in de AB in Brussel, zo simpel is ‘t, leeg als dat we de gymzaal opleverden, waarna die voetballende allochtoontjes alsnog de ramen in kegelde en ze uiteindelijk allemaal aan scherven gingen,... wat me doet denken aan Boris, Nederlands tieneridool, begin 21ste eeuw,… maar dat is weer ’n heel ander verhaal,... Rob Frey.
20