Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie Afstudeerbegeleiders: Hendrik Jan Diekerhof, Margriet Flikweert (tot januari 2012) en Saskia de Boer
Dinsdag 3 april2012
Voorwoord Voorafgaand aan mijn scriptie wil ik iedereen bedanken die mij heeft geholpen met het tot stand komen ervan. Ik wil met name mijn (voormalig) eerste begeleider Margriet Flikweert bedanken, die mij een lange tijd heeft geholpen met mijn afstudeerscriptie. Van het bespreken van de eerste hersenspinsels over ‘een onderzoek over het effect van Twitter op ons taalgebruik’ tot het helpen voorbereiden van het daadwerkelijke onderzoek. Toen het einde van mijn scriptie langzaamaan in zicht kwam, ging Margriet met zwangerschapsverlof en werd Hendrik Jan Diekerhof, (daarvoor mijn tweede begeleider) mijn eerste begeleider. Margriet heeft er op het laatste moment nog alles aan gedaan om mij voldoende te kunnen helpen en advies te geven. Op haar laatste werkdag hebben we samen nog mijn hele scriptie besproken. Daar ben ik haar erg dankbaar voor. Meerdere malen ben ik tijdens mijn onderzoek vastgelopen, maar wist Margriet mij te stimuleren doordat zij altijd enthousiast bleef over mijn scriptieonderwerp. Ook wil ik Hendrik Jan Diekerhof bedanken voor het overnemen van de taak als eerste scriptiebegeleider. Ondanks dat ik weinig met hem heb besproken, vind ik het fijn dat mijn toenmalige tweede begeleider mijn eerste begeleider kon worden, omdat hij al vanaf het begin (door middel van het nakijken van het voorstel en het plan van aanpak) bekend is met mijn scriptie. Daarnaast bedank ik mijn ouders en vrienden voor hun steun en interesse in mijn afstudeerscriptie. In het bijzonder wil ik mijn goede vriendin en studiegenoot Michelle van Viersen bedanken. Ik heb haar geregeld om advies gevraagd als ik voor een dilemma stond of ergens niet uit kwam. We hebben regelmatig met elkaar in de Openbare Bibliotheek in Amsterdam gezeten om samen (ieder aan ons eigen scriptie) te werken. Hierdoor konden wij elkaar goed stimuleren. Tot slot wil ik iedereen bedanken die mijn enquête heeft ingevuld en heeft geholpen met het promoten en doorsturen daarvan.
Inhoud 1 1.1 1.2
Samenvatting Samenvatting Summary
7 7 7
2
Inleiding
9
3 3.1 3.2 3.3 3.4
Aanleiding Aanleiding van het onderzoek Doelstelling Probleemstelling Deelvragen
10 10 10 10 10
4 4.1 4.2 4.2.1 4.3 4.3.1
Methoden en technieken Inleiding Onderzoeksmethoden Samenvattingsopdracht Analysemethode Belangrijkste samenvattingspunten met scores
12 12 12 13 14 14
5 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7
Twitter Inleiding Wat is Twitter? Hashtags Trending Topics Tweeps Het nut van Twitter Conclusie
16 16 16 16 17 17 19 20
6 6.1 6.2 6.3
Social media Inleiding Het social media-gebruik van Nederland en Europa Conclusie
21 21 21 21
7 7.1 7.2 7.3
Sms- en twittertaal Inleiding Het verschil tussen Sms- en twittertaal Conclusie
23 23 23 24
8 8.1 8.2 8.3
Twitter als educatief hulpmiddel Inleiding Leren lezen door Twitter Conclusie
25 25 25 25
9 9.1 9.2 9.2.1 9.2.2 9.2.3 9.2.4 9.3 9.3.1 9.3.2 9.3.3 9.4 9.4.1 9.4.2 9.4.3 9.4.4 9.4.5 9.4.6 9.4.7 9.4.8 9.5
Taalveranderingen door de jaren heen 26 Inleiding 26 Taalverandering 26 Inleiding 26 Nieuwe woorden 26 Soorten taalveranderingen 27 Is taalverandering goed of slecht? 27 Geschiedenis van de Nederlandse taal 28 Inleiding 28 Het ontstaan van de Nederlandse taal 28 Het Indo-Europees 29 De belangrijkste taalveranderingen in de geschiedenis van de Nederlandse taal30 Inleiding 30 1200-1300 30 1300-1500 30 1500-1600 31 1600-1700 32 1700-1870 33 1870-heden 33 Toekomst 34 Conclusie 36
10 Het effect van Twitter op het taalgebruik 10.1 Inleiding 10.2 Word je van Twitter een betere schrijver? 10.2.1 Inleiding 10.2.2 Kort en bondig schrijven 10.3 Het ‘Korterlands’; een verrijking voor de taal 10.4 Conclusie
37 37 37 37 37 38 39
11 Foutloos tweeten 11.1 Inleiding 11.2 Twitter in correct Nederlands 11.2.1 Spelfouten en afkortingen 11.3 Twittertaal in formele situaties 11.4 Conclusie
40 40 40 43 44 45
12 12.1 12.2 12.3
Samenvatten in 140 leestekens Inleiding Schrijven en schrappen Conclusie
46 46 46 48
13
Conclusie
49
14 Beroepsproducten 14.1 Inleiding
51 51
14.2 Artikel voor Tekstblog: Twitter is goed voor het taalgebruik 14.3 Artikel voor eigen blog: Virtuele kusjes aan mijn juf
51 54
15 Evaluatie 15.1 Verloop 15.2 Validiteit
56 56 56
16 Bronnenlijst Boeken Personen Krantenartikelen Websites
58 58 58 58 58
Bijlagen Enquête Samenvattingen niet-twitteraars Samenvattingen twitteraars Vragenlijst interview Martin Damen
60 60 62 65 68
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
7
1 Samenvatting 1.1 Samenvatting Door de komst van Twitter (en daarvoor SMS en chat) is de informele communicatie tussen de jeugd erg veranderd. De woorden worden afgekort, klinkers worden weggelaten en smileys worden toegevoegd. Heeft deze zogenoemde twittertaal ook effect op het taalgebruik in formele situaties? Daar gaat mijn afstudeerscriptie over. Om uit te zoeken wat het effect van Twitter op het taalgebruik is, heb ik een enquête met daarbij een samenvattingsopdracht uitgevoerd onder zestig respondenten, bestaande uit dertig twitteraars en dertig niet-twitteraars (in totaal vulden 290 personen de enquête in). In deze opdracht moesten de respondenten een tekst van 233 woorden (1.306 leestekens) samenvatten in 140 leestekens, de lengte van één tweet. Aan de hand van deze resultaten kon ik bekijken wie van de twee groepen beter is in het samenvatten van een tekst. Hierbij heb ik gelet op spelfouten, taalgebruik, feitelijke onjuistheden, inhoud en het aantal leestekens. Op Twitter plaatste ik een oproep met de vraag of de twitteraars mijn enquête in wilden vullen. Dit ging als een lopend vuurtje, waardoor ik uiteindelijk 290 resultaten had, waarvan 260 van twitteraars. Voor de samenvattingsopdracht heb ik blind dertig samenvattingen uitgekozen, omdat het belangrijk was dat ik van beide groepen een even aantal had. Zo kon ik deze resultaten eerlijk met elkaar vergelijken. Uit de resultaten van de enquêtevragen blijkt dat Twitter over het algemeen wordt gebruikt om makkelijk op de hoogte van het nieuws te blijven en om vrienden te volgen. Twitteraars geven aan het vervelend te vinden als er in formele situaties afkortingen (zoals ‘w8’ en ‘ff’) en smileys worden gebruikt. Ze krijgen het idee dat er weinig aandacht aan is besteed. Uit de resultaten van de samenvattingsopdracht blijkt dat twitteraars en niettwitteraars evenveel moeite hebben met de leestekenlimiet van 140 tekens. In allebei de groepen overschreden evenveel mensen (23,3%) deze limiet. Qua inhoud scoorden de twitteraars wel beter, omdat deze groep beter de belangrijkste punten uit het verhaal kon halen. Ook op het gebied van correcte spelling en volledig schrijven is de Twitteraar beter.
1.2 Summary Because of Twitter (and SMS and chat) the informal communication between the youth has changed. The words are abbreviated, vowels are omitted, and smiley faces are added. Does this so called ‘Twitter language’ also affects our language in formal situations? That’s where my thesis is about. To find out what the effect of Twitter to our language is, sixty respondents (thirty twitterers and thirty non twitterers) filled in my survey carried out along with a summary assignment. In this summary assignment the respondents had to summarize a text of 233 words (1306 characters) into 140 characters, the length of a tweet. Based on these results, I
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
8
could see which of the two groups is better at summarizing a text. I especially paid attention to spelling, factual inaccuracies, content and the number of characters. On Twitter I tweeted about my survey and asked people to fill in my assignment. This went (because of retweeting) so well, that I eventually had 290 results (260 twitterers and 230 non-twitterers). For the summary assignment I blindly picked 30 respondents because it was important that both groups (twitterers and non twitterers) had an equal number of respondents, so I could compare these results. The results of the survey are telling us that Twitter is generally used to keep up to date with the news and to follow friends. Twitterers find it very annoying when smiley’s and abbreviations (such as ‘w8’ en ’ff’) are used in formal situations. The results of the summary assignment are telling us that 23,3% of the twitterers and also 23,3% of the non twitterers find it hard to write a summary in 140 characters (or less). Although, the content of the summaries of the twitterers are better, because this group generally chose the most important facts of the story. Twitterers are also better in spelling correctly.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
9
2 Inleiding Twitter is een sociaal medium dat veel mensen vandaag de dag niet meer weg kunnen denken uit hun dagelijkse bezigheden. Even vertellen wat je aan het doen bent, of als zanger je nieuwe album promoten of als bedrijf vragen van klanten beantwoorden. Twitter wordt zoals u merkt voor veel verschillende doeleinden gebruikt. Zo wordt het zelfs steeds vaker als nieuwsbron gebruikt door journalisten die via het medium mensen vinden om te interviewen. Ook de ‘gewone mens’ speelt regelmatig voor journalist door de volgers bijvoorbeeld te laten weten dat ze getuige zijn van een schietpartij in Amsterdam. Binnen no time is heel Twitter hiervan op de hoogte, met dank aan de ‘retweetknop’, die er voor zorgt dat het bericht doorgestuurd wordt. Hoe vaker dit gebeurt, hoe groter de kans is dat het onderwerp in de ‘trending topics’ komt te staan, een lijst met de meest besproken onderwerpen van dat moment. Door deze lijst blijven twitteraars ook weer op de hoogte van wat er in de wereld speelt. Kenmerkend van Twitter is dat je berichten maar maximaal 140 leestekens lang mogen zijn. Je gedachten in 140 leestekens samenvatten is voor veel mensen een hele opgave. Ieder heeft z’n eigen schrijfstijl, en dat is op Twitter duidelijk te zien. De één schrijft zijn boodschap in mooie beknopte zinnen in correct Nederlands en de ander gebruikt een hoop afkortingen, laat klinkers weg en schrijft in telegramstijl. Veel mensen zijn bang dat deze laatste schrijfstijl ook in het dagelijks leven in formele situaties gebruikt zal worden. In dit onderzoek zocht ik uit of die angst terecht is of dat we ons geen zorgen hoeven te maken. Dit onderzoeksrapport is in vijf delen verdeeld. In het eerste deel van het rapport wordt uitgelegd hoe dit onderzoek is aangepakt en uitgevoerd. In het tweede deel wordt uitgelegd wat Twitter en social media precies is en waar het allemaal voor gebruikt wordt. Daarnaast wordt er uitgelegd wat het verschil tussen sms- en twittertaal is. In het derde deel van het rapport worden de taalveranderingen van de afgelopen eeuwen (1200-heden) op een rijtje gezet. In het vierde deel worden de resultaten van het onderzoek besproken en zal ook blijken wát nou eigenlijk het effect van Twitter op het taalgebruik is. Ten slotte wordt het rapport afgesloten met een eindconclusie. Want wat voor effect heeft Twitter nou op het taalgebruik? Dat leest u in dit onderzoek.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
10
3 Aanleiding 3.1 Aanleiding van het onderzoek Sinds ik kon lezen en schrijven ben ik al geïnteresseerd in de Nederlandse taal. Nu, tijdens mijn opleiding Media Informatie en Communicatie, ben ik mij ook steeds meer gaan interesseren voor verschillende soorten (social) media. Ik ben erg benieuwd of deze media ook invloed hebben op het taalgebruik. In dit onderzoek wil ik mij vooral richten op het effect van Twitter op het taalgebruik. Daarnaast blik ik terug op de geschiedenis van de Nederlandse taalveranderingen.
3.2 Doelstelling De doelstelling van het onderzoek is: uitzoeken wat het effect van Twitter op het schriftelijk taalgebruik is.
3.3 Probleemstelling De probleemstelling van dit onderzoek is: ‘Wat is het effect van Twitter op het taalgebruik?’. Met deze vraag houd ik mij hoofdzakelijk bezig in dit onderzoek. Deze vraag beantwoord ik uiteindelijk aan de hand van deelvragen, die ik door middel van desk- en fieldresearch beantwoord.
3.4 Deelvragen De deelvragen die ik in dit onderzoek beantwoord om er achter te komen wat het effect van Twitter op het taalgebruik is, zijn: Deelvraag 1 • Wat zijn de (persoons)kenmerken van de gemiddelde twitteraar? • Hoe kan de doelgroep opgedeeld worden? • Hoe ziet de gemiddelde twitteraar er uit? (geslacht, leeftijd, opleiding) • Wat zijn de kenmerken van twittertaal? Deelvraag 2 • Wat heeft ons taalgebruik de afgelopen jaren beïnvloed? • Wat zijn de belangrijkste oorzaken geweest voor de veranderingen van de Nederlandse taal de afgelopen jaren? (vanaf ongeveer 1500 tot nu) Deelvraag 3 • Wat zijn de effecten van Twitter op het taalgebruik? • Word je van Twitter een betere schrijver?
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie •
Heeft de zogenoemde telegramstijl ook gevolgen voor het taalgebruik in formele situaties? Zijn deze gevolgen positief of negatief?
11
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
12
4 Methoden en technieken 4.1 Inleiding Voor er onderzoek gedaan wordt, is het belangrijk te bepalen wat voor onderzoeksmethoden en technieken er gebruikt worden. In dit hoofdstuk leest u welke methode er is gebruikt, waarom daarvoor is gekozen en hoe dit is aangepakt.
4.2 Onderzoeksmethoden Om te onderzoeken wat het effect van Twitter op het taalgebruik is, heb ik een analytisch onderzoek uitgevoerd, deels bestaande uit deskresearch en deels bestaande uit fieldresearch. Door middel van deskresearch (voornamelijk literatuuronderzoek) schets ik een duidelijk beeld van de taalveranderingen van de afgelopen eeuwen en daarnaast probeer ik duidelijk uit te leggen wat Twitter precies is en wat het verschil tussen twitter- en sms-taal is. In het hoofdstuk ‘Taalveranderingen door de jaren heen’ zijn aan de hand van literatuuronderzoek de belangrijkste (Nederlandse) taalveranderingen van de afgelopen eeuwen (1200-heden) op een rijtje gezet. Het is namelijk belangrijk om te weten hoe eerdere taalveranderingen zijn verlopen voor je conclusies kunt trekken over de hedendaagse taalveranderingen of de veranderingen die nog gaan plaatsvinden. Er zijn veel verschillende soorten taalveranderingen, waarvan ik de belangrijkste heb vermeld. Dit zijn onder andere het ontstaan van nieuwe woorden, het verdwijnen van woorden, het ontstaan van een officiële spelling, de veranderingen van deze spelling, de verandering van zinsopbouw en grammatica. Daarnaast blikt het hoofdstuk vooruit op mogelijke veranderingen die onze taal nog zal doorstaan. Ook voer ik nog fieldresearch uit om daadwerkelijk uit te zoeken wat het effect van Twitter op het taalgebruik is. Dit doe ik door middel van een interview met een communicatiespecialist en een enquête met aanvullende samenvattingsopdracht onder 60 deelnemers 1 ; 30 twittergebruikers en 30 niet-twittergebruikers. Dit is voor een enquête een relatief klein aantal deelnemers, maar voor de samenvattingsopdracht is dat precies (en betrouwbaar) genoeg omdat je bij dit aantal wel je conclusies kunt trekken en het blijft overzichtelijk. De enquête zelf bestaat vooral uit vragen over het twittergebruik van de ondervraagden of, in het geval van de niet-twitteraars, waarom ze niet twitteren. De aanvullende samenvattingopdracht bestaat uit een tekst (nieuwsbericht) van 233 1
In totaal deden er 290 respondenten mee aan het onderzoek. Bij de samenvattingsopdracht heb ik 60 resultaten met elkaar vergeleken, maar bij de enquêtevragen die alleen voor twitteraars bedoeld waren, heb ik alle resultaten meegenomen in de uitwerking van het onderzoek.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
13
woorden (1.306 leestekens). De deelnemers moeten deze tekst samenvatten in 140 leestekens (inclusief spaties), net zo lang als een tweet dus. Door de kracht van de retweetknop op Twitter is de enquête zo goed verspreid, dat ik in totaal 290 resultaten binnen kreeg, waarvan er dus 160 van twitteraars. Bij de vragen die alleen bedoeld waren voor de twitteraars heb ik wel al deze resultaten gebruikt, omdat je bij dit soort vragen eigenlijk wel meer resultaten nodig hebt om je conclusies te trekken. Daarnaast maakt dit het onderzoek ook betrouwbaarder. Deze manier van enquêteren is voor dit onderzoek de juiste manier, omdat je door de enquêtevragen belangrijke informatie over het twittergedrag van de twitteraars wint. Daarnaast is de aanvullende samenvattingsopdracht de juiste manier omdat de twitteraars én niet-twitteraars worden getest op hun samenvattings- en taalvaardigheden. Aan de hand van de resultaten zijn vervolgens gemakkelijk conclusies te trekken. 4.2.1 Samenvattingsopdracht Een belangrijk onderdeel van mijn onderzoek is de samenvattingsopdracht. De respondenten kregen een tekst van 233 woorden (1.306 leestekens, inclusief spaties) voor zich. De tekst is afkomstig van nieuwsbericht dat ik zelf heb vervormd tot een chronologisch verhaal, zodat niet alle belangrijke informatie gelijk in de intro staat. De bedoeling van de samenvattingsopdracht is dat de respondenten de tekst samenvatten in 140 leestekens (inclusief spaties), de lengte van één tweet. De tekst die de respondenten moesten samenvatten ziet er als volgt uit: Op 15 januari jongstleden raakte de 61-jarige Lynn Keesler uit de Texaanse plaats Idaho van de weg en reed met haar voertuig in een modderig vijvertje. Haar auto kwam vast te zitten en Keesler wist niet wat ze moest doen. Daarom bleef ze hulpeloos in de auto zitten en wachtte op hulp. De eerste avond van haar hachelijke avontuur flikkerde ze de hele tijd met de koplampen van de auto en claxonneerde ze voortdurend, in de hoop de aandacht van voorbijgangers te trekken. Maar niemand die haar opmerkte. Toen de accu na een tijd leeg raakte, moest ze dit plan noodgedwongen opgeven. Toch bleef Lynn Keesler koppig zitten waar ze zat. Iemand had haar namelijk ooit aangeraden haar auto nooit te verlaten indien ze zich klem zou rijden. Gelukkig had Keesler nog M&M’s en water in de auto liggen, waarmee ze zichzelf in leven hield. Maar al snel raakte het voedsel op en begon het water in de vijver te stijgen. Daarom besloot ze pas na zeven dagen toch maar haar auto te verlaten en klauterde uit het voertuig. De 61-jarige vrouw kwam er heelhuids uit en zocht en vond een huis in de buurt waar de bewoners de hulptroepen inschakelden. Lynn Keesler kreeg daar de eerste zorgen toegediend, maar ze weigerde mee te gaan naar het ziekenhuis. “Alles wat ik nodig heb, is een warm bad en een bed”, sprak de vrouw.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
14
4.3 Analysemethode De enquêtevragen zelf zijn er om een beter beeld van de doelgroep te krijgen, en de samenvattingopdracht is om te kijken welke groep beter is in het samenvatten van een tekst, wat voor taal er wordt gebruikt en welke groep over het algemeen de belangrijkste punten er uit weet te vissen. De resultaten van mijn onderzoek heb ik zelfstandig geanalyseerd, maar voor ik het onderzoek uit heb gevoerd heb ik contact gehad met taalkundige Jos Nijhof (Nederlandse Taal- en letterkunde, Rijksuniversiteit Leiden). Met hem heb ik besproken welke punten in de samenvatting moesten komen te staan en welke punten niet relevant waren. Bij deze checklist hebben we met name de vijf W’s en H (wie, wat waar, wanneer, waarom en hoe) in ons hoofd gehouden. Later heb ik ook nog e-mailcontact gehad met taalkundige Hanneke van Hoof, zij vond de checklist die tot stand gekomen was correct. Daarnaast heb ik ook nog e-mailcontact gehad met taalkundige (docent, Universiteit van Amsterdam) Olaf Koeneman. Aan hem heb ik advies gevraagd over de enquête en de onderzoeksmethode. In een eerder stadium (tijdens het vooronderzoek) heb ik nog met een communicatiedeskundige (Martin Damen) over dit onderwerp gesproken om deze kwestie te bespreken.
4.3.1
Belangrijkste samenvattingspunten met scores
Vrouw, 61 jaar (wie) = 3 punten (bij vermelding van één van de twee: 1 punt) In vijver gereden/vast gereden/klem (wat I) = 2 punten Zeven dagen vast in auto (wat II, allerbelangrijkste van het verhaal) = 5 punten Idaho/Texas/Amerika (waar)= 2 punten Blijft zitten/Durfde auto niet te verlaten, vanwege advies (waarom) =2 punten 15 januari 2012/jongstleden (wanneer) =2 punten Hield zich in leven door M&M’s en water (hoe) =2 punten Bevrijdde zichzelf (hoe II) =2 punten Weigerde hulp/ziekenhuis (extra info) =1 punt Alleen warm bad en bed nodig (extra info) =1 punt De bovenstaande punten zijn de belangrijkste kernwoorden uit het verhaal dat de respondenten moesten samenvatten. Ik ben samen met de eerdergenoemde taalkundige tot deze woorden gekomen aan de hand van de bekende ‘vijf W’s en H’ (wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe). Deze regel wordt veel gebruikt bij het maken van nieuwsberichten; de intro van een goed nieuwsbericht bevat namelijk altijd de vijf W’s en H. Zo weet de lezer in een paar zinnen waar het nieuwsbericht over gaat. Dit is dus een goede methode om achter de belangrijkste informatie van de tekst te komen. Aan de hand van deze checklist kon ik de resultaten van het onderzoek zelfstandig beoordelen. De punten heb ik een cijfer naar belangrijkheid gegeven. Zo krijgt bijvoorbeeld ‘zeven dagen vast’ het maximaal aantal punten omdat dat de kern van het verhaal is en ‘mevrouw had alleen warm bad en bed nodig’ het minst aantal
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
15
punten, omdat dat helemaal niet relevant is voor het verhaal. Uiteindelijk kun je zo bij elke samenvatting aan de score zien hoe goed de samenvatting is gelukt. Van deze samenvattingen bij elkaar heb ik het gemiddelde van de twitteraar en de niet-twitteraar uitgerekend. ‘Zeven dagen vast’ (wat I) krijgt 5 punten, het maximaal aantal te behalen punten, omdat dat het allerbelangrijkste van het verhaal is. Als iemand dit punt niet in zijn samenvatting heeft staan, is dat aan de puntentelling goed te zien. Vervolgens zijn de gegevens over de persoon (wie) 3 punten waard, maar alleen als dit volledig is vermeld. Als de respondent één van de twee punten heeft vermeld, dan krijgt de respondent maar 1 punt. ‘Idaho/Texas/Amerika’ (waar), ‘blijft zitten/Durfde auto niet te verlaten, vanwege advies’ (waarom), ‘15 januari 2012/jongstleden’ (wanneer), ‘Hield zich in leven door M&M’s en water’ (hoe) en ‘Bevrijdde zichzelf’ (hoe II) zijn kernwoorden die allemaal 2 punten krijgen. Het zijn belangrijke punten die in de samenvatting horen te staan, maar wel minder belangrijk dan ‘Wie’ en ‘Wat II’. ‘Weigerde hulp/ziekenhuis’ en ‘Alleen warm bad en bed nodig’ krijgen allebei maar 1 punt, want dit is extra informatie die niet heel belangrijk zijn voor in de samenvatting, maar wel leuk zijn om te lezen. De lezer zou het verhaal ook begrijpen als deze informatie weggelaten zou worden.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
16
5 Twitter 5.1 Inleiding Voor er dieper op het onderzoek in wordt gegaan, moet natuurlijk eerst duidelijk zijn wat Twitter is. Voor de een is het misschien allemaal (nog) abracadabra, voor de ander is het zelfs het eerste wat hij doet als hij ’s morgens wakker wordt; de Twittertimeline nalezen. Wat hebben mijn vrienden vannacht uitgespookt? Is er nog belangrijk nieuws? Inderdaad, Twitter is voor verschillende doeleinden te gebruiken. Wat Twitter precies is en waarvoor het allemaal te gebruiken is, wordt in dit hoofdstuk besproken.
5.2 Wat is Twitter? Twitter is een microblogdienst waarbij korte berichten (microblogs) van maximaal 140 leestekens worden verstuurd naar je ‘followers’, oftewel: volgers. Daarnaast kun je zelf ook mensen volgen. Dit kunnen vrienden zijn, maar ook bedrijven, (inter)nationale bekendheden, artiesten, politieke partijen en ‘fictieve’ figuren (denk bijvoorbeeld aan @God en @DonaldDuck, die beheerd worden door mensen die zich voordoen als deze figuren). Vanzelfsprekend kunnen mensen jou ook gaan volgen. Het is namelijk niet vanzelfsprekend dat als jij iemand volgt, dat diegene jou ook terugvolgt. De berichten die jij schrijft verschijnen alleen in jouw eigen timeline (tijdlijn) en in de timeline van de mensen die jou volgen. Voor één tweet (twitterbericht) kun je, zoals eerder gezegd, maximaal 140 leestekens gebruiken. Dit lijkt misschien veel, maar is relatief weinig als je bedenkt dat je voor één sms-bericht met je mobiele telefoon maximaal honderdzestig leestekens kunt gebruiken. Hierdoor moet je zorgvuldig met je woordkeuze omgaan en geen overbodige en lange woorden gebruiken. Over het algemeen is dit goed te doen, maar het lukt niet altijd om je hele verhaal in 140 tekens kwijt te kunnen. Daarom schrijven mensen regelmatig hun tweets in twee of meer berichten. Dit doen ze dan bijvoorbeeld met de aanduiding (1/2), dit betekent vanzelfsprekend: bericht één van twee. Maar al snel kwamen er ook bepaalde websites zoals ‘Twitlonger’ en ‘Long Tweets’ waarmee je tweets met een onbeperkt aantal leestekens kunt sturen. In je (nog niet volledige) tweet komt dan een link te staan naar een externe website waar het gehele bericht te lezen is. Toch houdt het merendeel (ruim 90%) van de twitteraars zich meestal gewoon aan de limiet van 140 leestekens (resultaten uit eigen onderzoek, 2012). De meeste mensen vinden het juist prettig om kort en krachtig te formuleren. (E.Roders, 2011)
5.3 Hashtags Met een ‘hashtag’ geef je een onderwerp aan je tweet, een soort label. (Twitterinfo, Wat zijn hashtags? G.j.) De hashtag begint altijd met ‘#’, gevolgd door het onderwerp. Zo wordt de hashtag #dwdd vaak gebruikt als de tweet over het populaire televisieprogramma ‘De Wereld Draait Door’ gaat. Je followers zien zo in één
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
17
oogopslag over welk onderwerp je tweet gaat. Daarnaast kan er ook op deze hashtag gezocht worden. Als je de hashtag aanklikt of in de zoekbalk op ‘#dwdd’ zoekt, zie je alle tweets waarin deze hashtag voorkomt. Zo kun je meteen lezen hoe de rest van de wereld (of, in dit geval, alleen Nederland) over de uitzending van ‘De Wereld Draait Door’ denkt. Verder is #durftevragen, of de afgekorte versie: #dtv, een populaire hashtag. Hiermee wil de twitteraar zijn vraag niet alleen aan zijn eigen volgers voorleggen, maar wordt zijn vraag ook makkelijker vindbaar voor mensen die mogelijk antwoord weten op de vraag. De tweets van mensen met een afgeschermd profiel zijn niet op te zoeken via de zoekbalk en hashtags. Andere gebruikers kunnen de berichten van een afgeschermd profiel alleen lezen als deze persoon hier toestemming voor heeft gegeven. Hashtags worden ook steeds vaker buiten Twitter gebruikt (E.Roders, 2011). Zo komen ze ook regelmatig voor in mailtjes of op Facebook. De hashtags zijn hier dan wel niet ‘aanklikbaar’, maar geven wel in één oogopslag aan waar het bericht over gaat.
5.4 Trending Topics Op Twitter is ook een overzicht te zien van de tien ‘trending topics’, oftewel de populaire onderwerpen van dat moment. Meestal gaat dit over tv-programma’s of opmerkelijke nieuwsberichten. Voor veel mensen is Twitter een van hun grootste nieuwsbronnen. Door een simpele klik op één van de trending topics zijn alle tweets (met uitzondering van de tweets van afgeschermde profielen) over dat onderwerp te lezen en is de lezer al gauw op de hoogte van wat er in de wereld gebeurt. Trending topics kunnen gefilterd worden op land en/of staat, zodat je kunt zien welke onderwerpen op dat moment het meest besproken zijn in welk land.
5.5 Tweeps Twitteraars, of ook wel ‘tweeps’ genoemd, zijn in heel de wereld actief. Toch zijn er relatief weinig gebruikers vergeleken met bijvoorbeeld het populaire sociale netwerk Facebook. Zo heeft Twitter wereldwijd meer dan 200 miljoen actieve gebruikers en Facebook drie keer zo veel, namelijk meer dan 600 miljoen (Sysomos Inc, 2010). Toch verschilt het aantal twittergebruikers erg per land. Hieronder is een tabel te zien met het aantal gebruikers per land: (Semiocast, 2012)
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
18
Er zijn wereldwijd een hoop twitteraccounts aangemaakt, maar veel daarvan zijn niet of zelden in gebruik. Daarom deed Semiocast in 2011/2012 een onderzoek naar de twitteractiviteit van verschillende landen. Nederland scoort hierin opvallend hoog en is wereldwijd zelfs het actiefst op dit sociale medium. 33% van de Nederlanders postte in drie maanden tijd ten minste één twitterbericht, dat is nog meer dan de Verenigde Staten (28%).
(Semiocast, 2012).
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
19
5.6 Het nut van Twitter Natuurlijk is het leuk om te weten op welk feestje je vrienden zijn, wat je vrienden op het moment aan het eten zijn, of wat de laatste roddels zijn, maar Twitter wordt ook veel als nieuwsbron gebruikt. Wanneer er iets opmerkelijks gebeurt, is de kans groot dat dit onderwerp al snel tussen de trending topics komt te staan. Veel twittergebruikers komen hierdoor, of door tweets van mensen die zij volgen, als eerst aan hun nieuws. Tweets kunnen makkelijk verspreid worden. Met één klik op de (retweet)knop, stuur je een bericht door naar al je followers. Er worden dus ook een hoop dingen verspreid die niet waar zijn. Er hoeft maar één iemand te zeggen dat de koningin is overleden, en het kan (en zal waarschijnlijk ook) over heel Twitter verspreid worden. Zo twitterde SBS Shownieuws op dinsdag 18 oktober 2011 dat Koningin Beatrix was getroffen door een hersenbloeding. Omdat er rond het UMC geblindeerde limousines waren gesignaleerd, is de redactie op Twitter gaan zoeken met de zoekwoorden ‘hersenbloeding beatrix’ (waarschijnlijk een wilde gok, want hier was niks van waar). In plaats van deze woorden in de zoekbalk te typen, zijn deze woorden per ongeluk als tweet verstuurd. Deze tweet werd al gauw verwijderd, maar zorgde toch voor veel ophef en verwarring. (A. Hankel, Elsevier, 2011) Uit de resultaten van mijn onderzoeksenquête blijkt dat de voornaamste reden 2 (71,5%) om Twitter te gebruiken is om het nieuws op een makkelijke manier bij te houden. 52,7% van de ondervraagden gebruikt Twitter (ook) voornamelijk om te lezen waar vrienden zich mee bezig houden. 30,1% Twittert (ook) om bekende persoonlijkheden te volgen. De respondenten konden ook in eigen woorden aangeven waarom zij op Twitter zitten. Enkele quotes zijn: Ik gebruik Twitter…: • “Om te laten zien waar ik mee bezig ben.” • “Om mijn werk te promoten.” • “Om humoristisch met taal bezig te zijn; als lezer maar ook als schrijver.” • “Om tijdens televisieprogramma’s te volgen wat men denkt/zegt/vindt.” • “Om bij te houden wat relevante politieke bestuurders menen.” • “Juist omdat ik het een leuke uitdaging vind om ‘mooi’ taalgebruik in zo weinig mogelijk woorden te vatten.” • “Om foto’s te delen.” • “Voor mijn werk als journalist om ervaringsdeskundigen/betrokkenen/slachtoffers te vinden.” • “Om te kunnen reageren op alles wat mij bezig houdt en om te reageren op standpunten waar ik het niet mee eens ben. Ook om inhoudelijk goede tweets te retweeten en zo te kunnen delen met mijn volgers.” • “Om van mij af te zeuren.” • “Om anderen aan het glimlachen te maken.” 2
Meerdere antwoorden mogelijk, bij de vraag ‘Waar gebruikt u Twitter voornamelijk voor?’
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
20
5.7 Conclusie Twitter is een snel medium waar korte berichten worden verstuurd, gericht aan je followers. Dit kunne zakelijke tweets zijn, maar ook informele tweets. Twitter wordt dan ook voor verschillende doeleinden gebruikt, de meest voorkomende redenen om te gaan twitteren is om op de hoogte van het nieuws te blijven en om vrienden en bekende persoonlijkheden te volgen.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
21
6 Social media 6.1 Inleiding Twitter is één van de vele social media die het internet rijk is. Naast Twitter zijn er nog heel veel andere soorten social media. Denk bijvoorbeeld aan Facebook, Hyves, LinkedIn, MySpace en YouTube. De een wordt dagelijks door miljoenen gebruikt en de ander is al op z’n retour. Maar hoe ziet ons social media-gebruik er eigenlijk uit?
6.2 Het social media-gebruik van Nederland en Europa Er wordt steeds meer gebruik gemaakt van sociale netwerken, met name door jongeren van 16 tot 25 jaar. In de Europese Unie (EU) lopen de Nederlandse jongeren zelfs voorop op het gebied van social media. In 2010 was 91 procent van de jongeren die gebruik maakten van internet, actief op verschillende sociale netwerken. Denk hierbij aan ‘social communities’ als Hyves, Twitter en Facebook. (G. Slijpen, CBS, 2011) Hoe ouder je wordt, hoe minder je gebruik maakt van social media. Zo is 54 procent van de 25- tot 55-jarigen actief op sociale netwerken, en in de leeftijdsgroep van 55 tot 75 jaar slechts iets meer dan 30 procent. Er zit een duidelijk verschil in het social media-gebruik van mannen en vrouwen. Mannen zijn namelijk actiever op sociale netwerken dan vrouwen. Het opleidingsniveau maakt echter vrijwel geen verschil. (G. Slijpen, CBS, 2011) Ook zit er een verschil in het soort gebruik van social communities. Zo is het uitwisselen van tekstberichten het populairst bij jongeren van 16 tot 25 jaar (78 procent) en is het lezen van weblogs bij 25- tot 55-jarigen het meest favoriet (34 procent). Van de 55-plussers leest 18 procent het liefst weblogs. (G. Slijpen, CBS, 2011) Binnen de Europese Unie zijn de Poolse jongeren het meest actief (94 procent) op sociale netwerken, gevolgd door de Nederlandse, Portugese en Sloveense jongeren. Ierland is, met ruim 60 procent, het land dat het minst actief is op sociale netwerken. E-mailen wordt in dit geval niet meegeteld als sociaal netwerk, maar is (in 2010) wel bij alle leeftijdsgroepen de grootste internetactiviteit. In de Europese Unie wordt onder de jongeren (16 tot 25 jaar) het meest ge-e-maild door de Nederlandse jongeren. (G. Slijpen, CBS, 2011)
6.3 Conclusie Social media wordt in de Europese Unie vooral veel door jongeren gebruikt. Hoe ouder je wordt, hoe minder je gebruik maakt van social media. Ook heeft het geslacht
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
22
verband met het social media-gebruik, want mannen zijn over het algemeen actiever op social media. Het opleidingsniveau maakt echter geen verschil. Bij jongeren tussen 16 en 25 jaar is het uitwisselen van berichten het populairst. Bij de 25 tot 55 jarigen én bij de 55-plussers is het lezen van weblogs het meest favoriet. In de Europese Unie zijn Poolse jongeren het actiefst op social media, gevolgd door de Nederlanders jongeren. Social media is niet meer weg te denken en speelt steeds een grotere rol in ons dagelijks leven.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
23
7 Sms- en twittertaal 7.1 Inleiding Twitter- en sms-taal lijken misschien op het eerste gezicht op elkaar; Sms en Twitter zijn beide snelle media waar korte berichten verstuurd worden. Toch zijn er een aantal grote verschillen tussen die twee. In dit hoofdstuk worden deze twee verschillende talen met elkaar vergeleken en de verschillen uitgelegd.
7.2 Het verschil tussen Sms- en twittertaal Op Twitter vertelt iemand vooral over zichzelf, aan wie het ook maar lezen wil (de followers, dus: diegene die jou volgen). In sms-berichten verstuur je eigenlijk een privé-bericht gericht aan één persoon. Niemand anders kan het lezen, behalve diegene aan wie het sms’je gericht is. Daarnaast is een tweet ook korter dan een sms. Een tweet heeft een lengte van maximaal 140 leestekens (inclusief spaties), een sms heeft een lengte van 160 leestekens. Bij sms is het overigens ook makkelijker om deze limiet te overschrijden. Dan betaal je simpelweg gewoon voor twee sms’jes. Toch wordt er bij allebei vaak zo kort mogelijk geformuleerd, in telegramstijl. Vaak worden er woorden of zelfs zinsdelen weggelaten. (Vivien Waszink, 2011) Er wordt in beide gevallen dus veel gebruik gemaakt van afkortingen. Maar lijken sms- en twittertaal hierdoor dan ook op elkaar? Je zou bijna zeggen van wel, maar het tegendeel blijkt waar. De Amerikaanse taalkundige Mark Liberman vergeleek (in november 2011) honderd tweets van studenten met Hamlet van Shakespeare en verhalen van P.G. Wodehouse. Uit zijn onderzoek bleek dat de gemiddelde woordlengte van de studenten (van University of Pennsylvania) langer is dan beide schrijvers. Dit is erg opmerkelijk, aangezien velen beweren dat Twitter leidt tot verslechtering van het taalgebruik en dat er zo veel korte woorden worden gebruikt. (Vivien Waszink, 2011) Ook blijkt dat de bekende afkortingen die vaak in sms’jes worden gebruikt, juist niet vaak op Twitter worden gebruikt. Zo deed Folgert Karsdorp (Linguist, Universiteit Leiden) een onderzoek waar uit bleek dat woorden vaker voluit worden geschreven dan afgekort. Zo werd de bekende de afkorting ‘ltr’ (later) in zijn onderzoek maar vijf keer gebruikt, en ‘later’ 709 keer. En ‘lkr’ (lekker) komt maar twaalf keer voor, tegenover 6320 keer voor ‘lekker’. De veelgebruikte en overbekende (sms-)afkortingen zoals ‘idd’ (inderdaad), en WTF (what the fuck) worden wel vaak afgekort op zowel Twitter als in sms’jes. Zo kwam ‘idd’ 726 keer voor, tegenover 500 keer ‘inderdaad’ en werd er 362 keer ‘WTF’ gebruikt, tegenover dertig keer de volledig uitgeschreven ‘what the fuck’. Deze afkortingen zijn kennelijk zo ingeburgerd dat ze ook gewoon op Twitter worden gebruikt. (Vivien Waszink, 2011) en (Folgert Karsdorp, 2011)
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
24
Daarnaast bekeek Karsdorp steekproefsgewijs enkele twitterpagina’s van bekende Nederlanders. Hieruit blijkt dat de tweets van de bekende Nederlanders voornamelijk uit volzinnen bestaan, de leestekens over het algemeen goed gebruikt worden en er weinig woorden afgekort worden. Bij het bekijken van de tweets van een (anonieme) puber viel hem juist het tegenovergestelde op; hier werden woorden vaak langer gemaakt, zoals “Haaahahahahahaha”, “goooeeeeedemorgennnn” en “dankjeweeeeeeeel”. (Vivien Waszink, 2011) Maar leidt sms- en twittertaal nou tot taalverloedering? Volgens Vivian Waszink (lexicologe3, Universiteit Leiden) niet. Volgens haar gaan sms’ers en twitteraars juist erg creatief om met taal. Doordat er steeds gebruik wordt gemaakt van verschillende soorten afkortingen in diverse talen, wordt er bewuster met taal omgegaan. Daarnaast zijn vooral jongeren tegenwoordig juist gewend om continu in verschillende situaties andere talen te gebruiken of te lezen. Denk aan het lezen van literatuur, het schrijven van essays en het versturen van sms- en twitterberichten. Maar er hoeft niet gevreesd te worden voor sms-taal in formele situaties, zoals in werkstukken en andere werk- of schoolgerelateerde zaken. Jongeren kunnen namelijk erg goed switchen tussen verschillende soorten schrijfstijlen. (Vivien Waszink, 2011)
7.3 Conclusie Hoewel je in eerste instantie zou denken dat sms- en twittertaal op elkaar lijken, zijn er een aantal grote verschillen tussen deze twee talen. Naast dat de ene boodschap 160 leestekens (sms) bevat en de ander 140 leestekens (tweet), is een ander groot verschil dat een sms een privébericht is terwijl een tweet voor meerdere personen is bedoeld en in het “openbaar” wordt geplaatst, namelijk op het internet. De bewering dat er op Twitter veel korte woorden worden gebruikt, is niet helemaal waar. Uit onderzoek van Mark Liberman blijkt dat de gemiddelde woordlengte van studenten van University of Pennsylvania langer is dan de gemiddelde woordlengtes van schrijvers Shakespeare en P.G. Wodehouse. Daarnaast is gebleken dat veel bekende afkortingen die in sms’jes worden gebruikt juist bijna niet op Twitter worden gebruikt. De woorden worden juist vaker voluit geschreven. Bij pubers worden de woorden juist regelmatig uitgerekt (“dankjeweeeeel” bijvoorbeeld). Volgens lexicologe Vivian Waszink leidt sms- en twittertaal juist niet tot taalverloedering, omdat we door deze twee media juist creatief en heel bewust met taal omgaan. Daarnaast zijn jongeren tegenwoordig juist gewend om te schakelen tussen de formele taal die bijvoorbeeld op school gebruikt word en de sms- en twittertaal.
3Lexicoloog
is een taalkundige/woordverklaarder.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
25
8 Twitter als educatief hulpmiddel 8.1 Inleiding Dat Twitter een leuk medium is om te laten weten wat je aan het doen bent, dat weten we inmiddels. Maar dat het ook op school gebruikt kan worden om te leren lezen, dat is relatief nieuw. In dit hoofdstuk leest u daar meer over.
8.2 Leren lezen door Twitter Er zijn verschillende pedagogen van mening dat kinderen kunnen leren lezen en schrijven met behulp van Twitter. Daarom zijn er een aantal Franstalige scholen (in Frankrijk, België en Canada) die dit hulpmiddel ook daadwerkelijk inzetten om de kinderen te leren lezen en schrijven. Met als bijkomend argument “Als kinderen geen beeldscherm voor zich hebben, luisteren ze toch niet”. De Noord-Franse privé-school Immaculee Conception maakt ook gebruik van dit leersysteem. In plaats van een gewoon schoolbord, heeft de school een elektronisch scherm waarop de boodschappen van andere Franstalige scholen (uit Frankrijk, België en Canada) komen te staan. De leerlingen moeten vervolgens hun antwoord in 140 leestekens (lengte van één tweet) eerst in hun schrift opschrijven, waarna ze gecorrigeerd worden. Vervolgens worden de antwoorden via Twitter verstuurd naar de leerlingen van de andere scholen die met dit systeem werken. Immaculee Conception is niet de enige school die Twitter gebruikt als leersysteem. In Frankrijk zijn er in totaal 124 soortgelijke schoolprojecten, waarvan er 37 voor de basisschool zijn bedoeld. Volgens de leraar sluiten de 140 leestekens bij Twitter goed aan op het leerniveau van de kinderen. Al waren ze er in het begin nog wat sceptisch over, de ouders van de leerlingen staan er nu ook positief tegenover. En de kinderen hebben er veel plezier in. (Der Spiegel, Kinder lernen 140-Zeichen-Sprache, 2012)
8.3 Conclusie Twitter draagt niet alleen bij aan de samenvattingsvaardigheden, maar kan voor jonge kinderen zelfs een hulpmiddel zijn bij het leren lezen. Op een aantal Franstalige scholen wordt Twitter dan ook daadwerkelijk ingezet door via Twitter met leerlingen van andere scholen te communiceren en vragen en antwoorden te sturen. De kinderen hebben er veel meer plezier in en leren zo spelenderwijs te schrijven. Twitter heeft dus naast de eerdergenoemde functies ook een educatieve functie.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
26
9 Taalveranderingen door de jaren heen 9.1 Inleiding Voor er vastgesteld wordt of Twitter effect heeft op de toekomst van de Nederlandse taal, is het misschien relevant om een duidelijk beeld te schetsen van de ontstaansgeschiedenis van de Nederlandse taal, en de veranderingen die onze taal in de loop der jaren heeft doorstaan. De grootste (Nederlandse) taalveranderingen van de afgelopen eeuwen (1200-heden) zijn op een rijtje gezet omdat het belangrijk is om te weten hoe eerdere taalveranderingen zijn verlopen voor je conclusies kunt trekken over de hedendaagse taalveranderingen of de veranderingen die nog gaan plaatsvinden.
9.2 Taalverandering 9.2.1 Inleiding Taalverandering gaat langzaam en ongemerkt, maar het gebeurt bij iedere taal. Hoe verder je terug gaat in de geschiedenis, hoe meer verschillen je ziet tussen de taal van toen en de taal van nu. Maar pas vanaf de negentiende eeuw (en verder terug in de tijd) zijn er duidelijke verschillen met de taal van nu te zien. Een reden waarom taal zo langzaam verandert is waarschijnlijk dat de taal altijd bruikbaar moet zijn. Wanneer er snelle en grote veranderingen zouden plaatsvinden, zou dit de verstaanbaarheid in gevaar brengen. Verschillende generaties moeten elkaar immers ook kunnen verstaan. Volgens ‘de regel’ kunnen drie tot vier generaties met elkaar spreken, zonder te beseffen dat ze een ‘andere taal’ spreken. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) 9.2.2 Nieuwe woorden Het inburgeren van nieuwe woorden is de meest opvallende soort taalverandering en de enige soort taalverandering die wél snel gaat. Zo wordt er sinds 2003 ieder jaar een ‘Woord van het jaar’-verkiezing gehouden door Van Dale (uitgever van Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse taal). Hier wordt het populairste nieuwe woord van dat jaar benoemd tot Woord van het jaar. Zo won in 2009 het woord ‘ontvrienden’ (het verwijderen van vrienden op sociale netwerksites zoals Hyves, Facebook en Twitter) en won in 2010 het woord ‘gedoogregering’ (minderheidsregering die voor besluitvorming op bepaalde beleidsterreinen gesteund wordt door een gedoogpartij; een partij die niet tot de regering behoort, maar een gedoogakkoord met de coalitiepartijen heeft afgesloten). In 2009 organiseerde het Genootschap Onze Taal een eigen, soortgelijke Woord van het jaar-verkiezing (Onzetaal.nl, dossier ‘woorden van het jaar. G.j.). Het woord ‘Twitteren’ werd tijdens het Onze Taalcongres verkozen tot Woord van het Jaar. Een groot deel van deze woorden zijn opgenomen in het Van Dale Groot woordenboek van de Nederlandse taal en hebben hun weg in de dagelijkse spreektaal gevonden (Van Dale, Woord van het jaar, 2011).
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
27
9.2.3 Soorten taalveranderingen Maar buiten de inburgering van nieuwe woorden, gaan bijna alle andere taalveranderingen erg langzaam. Die veranderingen nemen vaak zelfs eeuwen tijd in beslag. Het is nog altijd onduidelijk waarom grammatica of uitspraak verandert. Zo sprak men zo’n 160 jaar geleden vierkant uit met de klemtoon op de laatste lettergreep (vierkánt), terwijl dat woord nu al lange tijd als viérkant wordt uitgesproken. En zo werd de overtreffende trap nooit met ‘het’ ervoor geschreven/gezegd. Ze zeiden bijvoorbeeld: ‘Piet eet snelst van allemaal’ in plaats van ‘Piet eet het snelst van allemaal’. Waarom dit is veranderd is geen duidelijk antwoord op te vinden. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) Een andere vorm van taalverandering is de verdwijning van bepaalde woorden. Denk aan een ‘sorcoot’, een middeleeuws kledingstuk. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) Dit woord is simpelweg ‘verdwenen’, omdat ook het kledingstuk niet meer gebruikt wordt. Naast het komen en gaan van woorden, verandert de betekenis van bepaalde woorden ook regelmatig. Zo bestond het woord ‘trein’ al voor er überhaupt treinen reden, alleen had het toen een andere betekenis, namelijk ‘koers, gedragslijn en stoet’. Trein komt oorspronkelijk uit het Frans (train) en is uiteindelijk ook in het Nederlands overgenomen. Ook betekende het woord ‘willekeurig’ in de achttiende eeuw zo ongeveer het tegenovergestelde van de huidige betekenis, namelijk “wat je bewust wilde en uitkoos”. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) 9.2.4
Is taalverandering goed of slecht?
Buiten de taalwetenschap (niet-taalkundigen) wordt taalverandering vaak als iets slechts, of als taalverval gezien. Maar of taalverandering ook echt goed of slecht is, daarover zijn de meningen bij iedereen verdeeld. Wat wel zeker is, is dat taalverandering niet te sturen is. Een kort overzicht van hoe er in het verleden en tegenwoordig over taalverandering werd en wordt gedacht (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000): •
19e eeuw: De meeste taalkundigen vonden veranderingen slecht voor de Nederlandse taal.
•
Begin 20e eeuw: Taal werd volgens de taalkundigen juist beter en doeltreffender door de veranderingen.
•
Tegenwoordig: Er is geen sprake van verbetering, noch verval. Taalwetenschap kan niet meten of de ene taal beter is dan de andere en of verandering vooruitgang betekent, of juist achteruitgang. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000):
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
28
Al van jongs af aan wordt ons op school geleerd dat je hoort te zeggen: “Het boek dat ik gisteren kocht”, maar veel mensen zeggen al jaren “Het boek wat ik gisteren kocht”. Taalkundigen Joop van der Horst en Fred Marschall nemen aan dat over enige tijd ‘wat’ het juiste woord in deze zin is.
9.3 Geschiedenis van de Nederlandse taal 9.3.1 Inleiding De Nederlandse taal is al honderden jaren oud en heeft veel veranderingen doorstaan. Talen veranderen immers continu, hoe langzaam ook. Voor er gekeken wordt naar de veranderingen van het Nederlands van tegenwoordig, wordt er eerst teruggeblikt op het ontstaan én de veranderingen van de Nederlandse taal. 9.3.2 Het ontstaan van de Nederlandse taal Het is niet vast te stellen hoe oud de Nederlandse taal precies is. Je kunt het vergelijken met families, ook daar kun je eindeloos terug in de tijd blijven kijken, maar er is geen ‘begin’ te vinden. Het Nederlands van nu is de afstammeling van het Nederlands van 200 en 300 jaar geleden. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) Het is dus moeilijk na te gaan wanneer de Nederlandse taal is ontstaan. Maar het oudste stukje Nederlands dat bij ons bekend is, zijn De Wachtendonckse Psalmen uit circa 900 (na Christus). Daarna zijn er ook nog stukken uit circa 1100 gevonden, maar pas vanaf 1200 is er veel meer bewaard gebleven. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000.) Maar er moeten ook haast wel stukken van vóór 900 zijn geweest, want De Wachtendonckse Psalmen komen niet zomaar uit de lucht vallen. De tekst moet een afstammeling van het Nederlands uit de achtste en zevende eeuw zijn, maar daarover is zo weinig bekend, dat deze periode ook wel ‘de prehistorie of voorgeschiedenis van onze taal’ wordt genoemd. Engelse en Duitse teksten zijn er nog wel van een aantal eeuwen vóór 900, maar ook daar geldt dat je op een gegeven moment niet verder terug in de tijd kunt zoeken. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000.) Over de voorgeschiedenis valt echter wel wát te zeggen. Zo kun je talen in groepen verdelen. Nederlands, Duits, Engels en Fries lijken relatief veel op elkaar en vormen één groep. Een andere groep talen die verwant zijn aan elkaar bestaat uit Frans, Spaans, Portugees en Italiaans. Daarnaast bestaat er nog een groep met de talen Zweeds, Deens en Noors. Hoe verder je terug in de tijd gaat, hoe kleiner de verschillen zijn tussen de talen in één groep. Taalkundigen veronderstellen daarom dat het Engels, Frans, Duits en Nederlands vroeger één gemeenschappelijke taal vormden. Maar echt zeker zijn ze daar niet van, want van die taal zijn geen bewijsstukken overgebleven. Deze taal wordt ook wel ‘West-Germaans’ genoemd. Het Zweeds, Noors en Deens stammen juist weer af van het ‘Noord-Germaans’. Ook moet het ‘Oost-Germaans’ hebben bestaan, bestaande uit de uitgestorven Gotische
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
29
taal. En deze drie talengroepen (West-, Noord- en Oost-Germaans) stammen waarschijnlijk ook weer van elkaar af en vinden hun oorsprong bij het zogenoemde ‘Proto-Germaans’. De totale Germaanse talengroep moest er waarschijnlijk ongeveer zo uitzien: (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000)
Ook bij andere talen is een mogelijke afstamming bekend. Deze grote ‘talenfamilie’ ziet er volgens J. Van der Horst en F. Marschall (2000) als volgt uit:
9.3.3 Het Indo-Europees Zoals je in bovenstaande tabel ziet, stammen veel talen uiteindelijk van het IndoEuropees af. De ontstaansgeschiedenis van het Nederlands begint dan ook veel eerder dan je misschien zou denken. En ook op een andere plek dan je misschien verwacht. Een paar duizend jaar voor Christus woonde er namelijk een bevolkingsgroep in Zuid-
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
30
Rusland die ‘Indo-Europees’ sprak. De taal is nooit schriftelijk vastgelegd, maar dankzij reconstructies is er toch relatief veel over bekend en denken geleerden zelfs te weten hoe de taal heeft geklonken, gebaseerd op grond van de latere dochtertalen (Grieks, Latijn, Duits, Nederlands etc.). Kijk bijvoorbeeld naar het woord vader: Ervan uitgaande dat dit woord in het Latijn pater is, in het Grieks patèr, in het Sanskriet pitar-, in het Engels father, in het Duits Vater, in het Nederlands vader (enzovoort), zijn taalkundigen op de Indo-Europese vertaling *ph2tér gekomen. De h2 staat voor een klank waarvan de uitspraak niet zeker is, en de asterisk betekent dat deze vorm nooit is opgeschreven, maar is gereconstrueerd. (N. van der Sijs, 2005) Het Indo-Europees was een zeer succesvolle taal. Bijna alle talen die momenteel in Europa worden gesproken zijn onderdeel van de Indo-Europese taalfamilie, met uitzondering van het Baskisch, de aan elkaar verwante talen Fins, Ests, Laps en Hongaars, de Turkse taalfamilie, en de Kaukasische talen (talen die in de voormalige Sovjet-Unie gesproken worden). Vanaf de zeventiende eeuw zijn de Indo-Europese talen ook dominant geworden in grote delen van Amerika, Azië en Zuid-Afrika. (N. van der Sijs, 2005)
9.4 De belangrijkste taalveranderingen in de geschiedenis van de Nederlandse taal 9.4.1 Inleiding In de volgende paragrafen volgt een overzicht van de belangrijkste taalveranderingen in de geschiedenis van de Nederlandse taal. 9.4.2
1200-1300
Omdat er in de dertiende eeuw nog geen landsgrenzen bestonden, was er ook nog geen sprake van een nationale taal. Iedere streek had zijn eigen dialect. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) 9.4.3 1300-1500 Een algemene taal ontstaat alleen als het noodzakelijk is. En die noodzaak groeide vooral tussen 1300 en 1500, toen er onder andere handelsverkeer en een culturele band ontstond doordat er tussen (oorspronkelijk) zelfstandige gebieden een staatkundig verband kwam. Het ontstaan van de algemene taal is overigens heel ongemerkt gegaan. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) De Nederlandse taal had in de dertiende eeuw nog een actief naamvallensysteem. Maar in de veertiende en vijftiende eeuw sleet dit systeem steeds verder af. Dit is naderhand steeds meer afgezwakt, alleen bij de persoonlijke voornaamwoorden blijft een deel van het naamvallensysteem bestaan (ik als eerste naamval, en mij bij alle
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
31
andere naamvallen). Daarnaast verandert in deze periode ook de woordvolgorde. In de veertiende en vijftiende eeuw komen volgordes als ‘van watre hi algader seep’ (‘van water hij helemaal droop’) al niet zo veel meer voor. En ook in bijzinnen komt het werkwoord (de persoonsvorm) steeds vaker helemaal achteraan te staan. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) 9.4.4 1500-1600 Tot ongeveer 1500 waren er alleen nog allerlei verschillende dialecten. Maar niet lang daarna ontstond er een eenheid in de taal toen er steeds meer contact kwam tussen mensen uit andere streken. Ook had de staatkundige eenwording van voorheen zelfstandige landen invloed op het ontstaan van een gemeenschappelijke taal. Naast de dialecten, die blijven voortbestaan, begint er een algemene taal of standaardtaal te ontstaan. Dat is dan in de eerste plaats een schrijftaal. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) Er zijn drie historische gebeurtenissen in de zestiende eeuw die er voor zorgden dat het ontstaan van een algemene taal in een stroomversnelling raakte. Ten eerste was dit het zelfstandig worden van ons land. Ten tweede speelde ook het verloop van de Tachtigjarige Oorlog een grote rol in het ontstaan van één algemene taal. En ten derde was daar de kerkhervorming en de leegloop van de katholieke kerken en de oprichting van nieuwe protestantse kerken. Deze drie gebeurtenissen hebben er allemaal voor gezorgd dat de bevolking meer met elkaar te maken kreeg en er behoefte was aan een algemene en bruikbare taal voor alle inwoners van alle provincies. De provincie Holland speelt hier een grote rol in. J. Van der Horst en F. Marschall zeggen hierover het volgende: “De provincie Holland, politiek zowel als economisch en cultureel het centrum, gaat de toon aangeven, ook wat taal betreft. Het Hollands wordt het voorbeeld. Dat is te zeggen, het Hollands met vele Vlaamse en Brabantse elementen. Juist naar de Hollandse steden vluchtten veel Zuid-Nederlanders (omdat de provincie Holland op dat moment het krachtigst was). Niet de geringsten kwamen daarheen en zij drukten hun stempel op de taal. Het Hollands met Vlaams-Brabantse elementen wordt door de politieke omstandigheden de standaardtaal. En dat is feitelijk verder zo gebleven.” (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) In de kerk en de wetenschap wordt ook steeds vaker in eigen taal geschreven in plaats van in het Latijn. Omdat er voor de wetenschap nog veel termen ontbraken, moesten die allemaal nog bedacht worden. Zo zijn bijvoorbeeld de termen driehoek, middellijn, optellen en aftrekken verzonnen door legeringenieur Simon Stevin. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) Dat er één algemene taal ontstond, wilde niet zeggen dat iedereen in Nederland elkaar ook kon verstaan. De geschreven taal was voor iedereen hetzelfde, maar door de verschillende dialecten konden mensen uit verschillende streken elkaar amper of zelfs helemaal niet verstaan. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000. Blz) In de zestiende, zeventiende en achttiende eeuw bestond er nog geen officiële spelling. Het waren de toonaangevende schrijvers die het voorbeeld gaven. “Iedereen was vrij om
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
32
te spellen zoals hij wilde en aangezien niet iedereen hetzelfde voorbeeld koos, bleef er vrij veel verschil bestaan tussen diverse schrijvers”, vertellen J. Van der Horst en F. Marschall (2000). 9.4.5 1600-1700 Ook in de zeventiende eeuw gaat de ontwikkeling van de algemene schrijftaal gewoon door, maar minder roerig dan in de zestiende eeuw. En ook in de zeventiende eeuw is er nog steeds geen sprake van een algemene spreektaal, vanwege de vele verschillende dialecten. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) Omdat de schrijftaal nog volop in ontwikkeling was, werden er grammaticaregels opgesteld en woordenboeken en boeken over spelling geschreven. “Wel kan men betwijfelen of het dankzij deze activiteit is dat er een algemene schrijftaal kwam. Misschien was het schrijven van grammatica’s meer gevolg dan oorzaak van de nieuwe standaardtaal. Zoveel is zeker, dat de belangstelling voor taal groot is”, schrijven J. van der Horst en F. Marschall in Korte geschiedenis van de Nederlandse taal (2000). Van der Horst en Marschall beweren dus eigenlijk dat de grammatica de taalverandering juist opvolgt. Veranderingen in de schrijftaal zijn goed waar te nemen als je het werk van schrijver Joost van den Vondel (1587-1679) bekijkt, met name de zinsopbouw. In een van zijn eerste stukken gebruikte hij bijvoorbeeld de volgende volgorde: “Gheen schip ons volgen mach”, waar dat later “Geen schip mach ons volgen” werd. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) Voor de Statenbijbel, die in 1637 uitkwam, moest een compromis worden gesloten tussen het nieuwe en het oude Nederlands en tussen de dialecten van allerlei streken uit Nederland. Hierdoor was de Bijbelvertaling voor iedereen bruikbaar en heeft de vertaling veel invloed gehad op de Nederlandse taal. Het werd al gauw gezien als voorbeeld van juist taalgebruik. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) Er is nog lange tijd getwist over de spelling van de klinkers en tweeklanken. Zo werd aa ook vaak gespeld als ae, uu als ue, ui als uy en, ei in plaats van ey, en y in plaats van ij. Ook het gebruik van de medeklinkers c, q en x veranderde. Deze werden voorheen nog veel gebruikt in woorden als cock, quam en dagelyx, maar later kwamen deze medeklinkers alleen nog voor in leenwoorden (uit andere talen). Ook de spelling van werkwoordsvormen was anders dan de spelling die we tegenwoordig kennen. Nicoline van der Sijs (Lexicologe, Universiteit Leiden) schrijft hier over het volgende: “In de Renaissance koos men hiervoor over het algemeen nog niet het gelijkvormigheidsprincipe dat we tegenwoordig hanteren: verleden deelwoorden werden vrij consequent met een -t gespeld: gehoort, afgeleidt, en de derde persoon van de tegenwoordige tijd werd op verschillende manieren gespeld: hij vint, hij vind, hij vindt.” (N. Van der Sijs, 2005) In diezelfde tijd vond ook een enorm grote toename van nieuwe woorden plaats, doordat nieuwe continenten werden verkend en er continu nieuwe wetenschappelijke ontdekkingen plaatsvonden. Deze toename van nieuwe woorden bestond uit zelfgemaakte woorden en leenwoorden. De zelfgemaakte woorden waren vaak samenstellingen van bestaande Nederlandse woorden, zoals borstbeen, buikvlies, galblaas, ruggenmerg enzovoort. Vervolgens kregen ook veel Franse en Latijnse leenwoorden, die inmiddels in het Nederlands waren opgenomen, een eigen Nederlandse vertaling. (N. Van der Sijs, 2005)
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
9.4.6
33
1700-1870
In de achttiende eeuw was er nog veel discussie op het gebied van taal. Dit leidde tot strakke regels. (N. van der Sijs, 2005) Daarom werd de ene na de andere taalregel letterlijk bedacht, en sloot het vaak helemaal niet aan op de taal die gesproken werd. Terwijl aan het eind van de Middeleeuwen het Nederlandse naamvallensysteem grotendeels verdween, komt dat in de achttiende eeuw min of meer terug, omdat enkele ‘taalbouwers’ vonden dat “een goede en zichzelf respecterende taal naamvallen behoort te hebben” (J. van der Horst en F. Marschall, 2000). Dus er werden, tegen de spreektaal in, regels voor gemaakt en werd er bijvoorbeeld voor mannelijke woorden ‘den’ geschreven. Begin negentiende eeuw begon de overheid zich met de spelling te bemoeien en zo werd in 1804 de spelling officieel vastgelegd door Matthys Siegenbeek (N. Van der Sijs, 2005). Zo’n zestig jaar later (1865) deden taalbouwers De Vries en Te Winkel een nieuwe poging en brachten opnieuw een officiële spelling uit. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000). Maar ook deze officiële spellingen bevatten erg veel regels en leken bijna niet meer op de taal die gesproken werd. 9.4.7
1870-heden
Schrijver Eduard Douwes Dekker, beter bekend als Multatuli, vond het maar onzin dat je iets heel anders moest schrijven dan zeggen, en verzette zich hier eind negentiende eeuw dan ook tegen. Een beroemde uitspraak hierover van hem was: “Een individu leert veelal zijn taal van ‘n schoolmeester, dat jammer genoeg is. Maar die schoolmeesters moeten die taal niet maken. Zijzelf behoren die te leeren van ’t volk dat die taal spreekt en schrijft.” (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) Ook taalkundige R.A. Kollewijn zette zich in voor vereenvoudiging van de spelling. Hij wilde de spelling van De Vries en Te Winkel onder andere veranderen omdat hij bijvoorbeeld bezwaar had tegen het schrijven van twee o’s in koolen (groente) en één o in kolen (brandstof), terwijl de woorden wel hetzelfde werden uitgesproken. Net zoals de ch in mensch en visch, omdat je deze letters bij de uitspraak niet hoort. Dit waren voor Kollewijn enkele redenen om in 1893 De vereniging tot Vereenvoudiging van onze Spelling en Verbuiging op te zetten. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) Het duurde misschien even, maar het verzet van Kollewijn heeft uiteindelijk zeker z’n vruchten afgeworpen. De Nederlandse spelling werd in 1947 voor het eerst bij wet geregeld. De bestaande spelling van De Vries en Te Winkel werd op een aantal punten veranderd. Zo verdwenen onder andere de ch van mensch en de onnodige dubbele klinkers, zoals de dubbele o in koolen. Daarnaast werd photograaf veranderd in fotograaf, philosofie werd filosofie, cigaret werd sigaret enzovoort. De spellingwet van 1947 is door middel van een woordenlijst vastgelegd in het Groene Boekje van 1954. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000)
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
34
In 1995 is het Groene Boekje op een aantal punten aangepast en verscheen er een nieuwe versie. Om de woordenlijst actueel te houden, besloten de verantwoordelijke ministers in 1994 dat er om de tien jaar een nieuwe versie van het Groene Boekje zal verschijnen, om de woordenlijst actueel te houden. (SDU Uitgevers, Het Groene Boekje, 2011) 9.4.8
Toekomst
Ook in de toekomst zal de Nederlandse taal niet stilstaan. Volgens J. Van der Horst en F. Marschall (2000) zijn er een aantal oorzaken die in het verleden, tegenwoordig en in de toekomst veel invloed uitoefen(d)en op de Nederlandse taal. • Telefoon, radio, televisie (en e-mail): Sinds de opkomst van radio, tv en vooral telefoon is de schriftelijke communicatie grotendeels vervangen door mondelinge communicatie. Zo hebben radio en televisie veel taken overgenomen van boeken en kranten, en wordt er veel sneller een belletje gepleegd in plaats van een brief geschreven. Daarentegen is later wel de e-mail in opkomst geraakt, en worden er hierdoor vooral veel informele (elektronische) brieven geschreven. • Maar in de afgelopen jaren zijn er nog veel meer soorten nieuwe vormen van (sociale) media bij gekomen. Denk aan sms, Twitter, Facebook en Hyves. In tegenstelling tot de eerder genoemde media, wordt er op deze netwerken juist schriftelijk gecommuniceerd. Kenmerken voor de communicatie van deze platforms zijn dat er snel en kort en bondig gecommuniceerd wordt. • Onderwijs: Steeds meer mensen volgen onderwijs. Waar het voortgezet onderwijs vroeger iets voor de elite was, is het nu zelfs een verplichting (tot je zestiende levensjaar). De Nederlandse bevolking krijgt meer taalonderwijs dan ooit. • Standaardnederlands (vroeger ABN: Algemeen Beschaafd Nederlands): Honderd jaar geleden trof je het Standaardnederlands alleen nog aan in de grote steden. Tegenwoordig kun je dit overal in Nederland horen. • Dialecten: Lange tijd waren dialecten minder waard dan het Standaardnederlands (toen ABN), het werd gezien als iets wat je maar snel moest afleren. Tegenwoordig is dat niet meer het geval en blijven de dialecten gewoon voortbestaan. Wel hebben kranten, radio en televisie er voor gezorgd dat iedereen het Standaardnederlands leert, omdat deze media gewoon in Standaardnederlands berichten. • De rol van taal bij samenleving: De taal speelt een steeds grotere rol bij de organisatie van de samenleving. Een voorbeeld hiervan is dat ongeschreven wetten steeds vaker worden vervangen door een reglement. Ook wordt er bij organisatie en bestuur meer taal gebruikt dan vroeger. Er wordt tegenwoordig namelijk meer (maar niet per se beter) gepraat, geluisterd, geschreven en gelezen. • Μeer talen: Tegenwoordig hebben we met meer talen te maken. Op school krijgen we naast Nederlands ook Engels, Frans, Duits en in sommige gevallen Grieks, Latijn en Spaans. Maar ook in het dagelijks leven krijgen we te maken met andere talen. Denk aan buitenlandse muziek, televisieprogramma’s, films enzovoort. Hierdoor zijn er ook veel woorden uit het Engels in het Nederlands
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
•
•
35
opgenomen. Denk aan de woorden computer, fictie en televisie . Hetzelfde geldt voor Franse woorden. Denk bijvoorbeeld aan bureau, cadeau, croissant, trottoir en bonbon. Verschillende nationaliteiten, verschillende talen: Nederland kent veel verschillende nationaliteiten. In de afgelopen jaren zijn er veel mensen met een andere moedertaal in Nederland komen wonen. Ook dit heeft invloed op de Nederlandse taal. Zo moet er in sommige situaties rekening worden gehouden met de taal van Turken, Marokkanen, Surinamers, Molukkers, Polen en vele anderen. De Taalunie: Op 9 september 1980 werd door Nederland en België de Nederlandse Taalunie ingesteld. Het doel hiervan is: ‘De integratie van Nederland en de Nederlandse gemeenschap in België op het gebied van de Nederlandse taal en letteren in de ruimste zin.’ Hierin is vastgelegd dat de spelling alleen veranderd kan worden door Nederland en België samen.
•
De toekomst: Over de verdere toekomstige veranderingen van het Nederlands valt nog niet veel te zeggen. J. van der Horst en F. Marschall zeggen hierover het volgende: “… Wel dat het zal veranderen, ook in onze tijd. En gezien al het voorgaande zal het in onze tijd meer en sneller veranderen dan in de afgelopen paar eeuwen.” (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) Een aantal taalveranderingen die op dit moment in volle gang zijn:
Waar/daar en dat/wat: Zo’n driehonderd jaar geleden hoorde je te zeggen ‘Het huis daar ik geboren ben’ , tegenwoordig is dat ‘Het huis waar ik geboren ben’ en is de eerstgenoemde versie zelfs fout. Tegenwoordig is een soortgelijke verandering aan de gang. Officieel hoor je namelijk te zeggen ‘Het boek dat ik gisteren las’ in plaats van ‘Het boek wat ik gisteren las’, maar toch wordt dit laatste steeds vaker gebruikt. Waarschijnlijk zal in de toekomst, als het net zo loopt als de waar/daar-kwestie, de juiste spelling ‘Het boek wat ik gisteren las’ zijn. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000) Meewerkend voorwerp: Deze verandering is al vanaf de Middeleeuwen aan de gang en verschijnt steeds in een andere variatie. Kort gezegd komt het neer op een ‘leegloop’ van het meewerkend voorwerp. De derde naamval is verdwenen in de Nederlandse taal en daarvoor in de plaats worden andere taalelementen overgenomen. Zo veranderde in de zestiende en zeventiende eeuw de constructie ‘hem gruwt daarvan’ in ‘hij gruwt daarvan’. Hier is het meewerkend voorwerp dus vervangen door een onderwerp (hem wordt hij). Ook wordt het meewerkend voorwerp in sommige gevallen vervangen door aan of voor. Werd er in de negentiende eeuw nog gezegd ‘Ik kocht haar een jas’, is dat tegenwoordig veranderd in ‘Ik kocht een jas voor haar’. Om: Volgens de schoolboeken wordt het woordje om te vaak gebruikt. Oorspronkelijk is om bedoeld om een doel aan te geven. Dus bijvoorbeeld ‘De politie heeft alles in het werk gesteld om de dader op te sporen’. Maar het wordt ook steeds vaker gebruikt in zinnen als: ‘Zij koesterde de wens (om) nog eenmaal haar oude vader
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
36
te bezoeken’. Officieel hoort dat woordje ‘om’ niet in die zin, maar dit wordt steeds vaker wel gedaan. Hun: Op school wordt de kinderen geleerd dat ‘Hun hebben..’ en ‘Hoe hebben hun..’ fout is, het wordt gezien als slordig taalgebruik. Maar in de spreektaal komt het gebruik van hun als onderwerp toch veel voor. Vroeger betekende dit dat je een geringe opleiding had genoten, of dat je uit een ordinair milieu kwam. Tegenwoordig hoor je het steeds meer, al is het volgens de officiële regels nog steeds niet goedgekeurd. Of en hoe lang dit zo blijft is niet bekend, maar anno 2012 is het verzet hiertegen nog erg groot. Dan: Het woordje dan wordt steeds vaker weggelaten in zinnen. Zoals bijvoorbeeld in: ‘Mocht daar niemand te bereiken zijn, wordt de plaatselijke politie ingeschakeld.’ Voorheen werd voor ‘wordt’ nog het woordje ‘dan’ gebruikt, tegenwoordig wordt dit woordje steeds vaker weggelaten. (J. Van der Horst en F. Marschall, 2000)
9.5 Conclusie Taalverandering is niet nieuw en ook zeker niet iets van vroeger. Taalverandering is er voortdurend en bij elke taal. De spelling verandert, woorden verdwijnen en er komen nieuwe woorden bij. De ene verandering gaat snel (nieuwe woorden) en de andere verandering neemt jaren in beslag ( verdwenen woorden en veranderende spelling en uitspraak). Het Nederlands stamt af van het West-Germaans, een deel van de taalfamilie die weer afkomstig is van het Proto-Germaans, die weer afstamt van het Indo-Europees: de moeder van vele talengroepen. Het vastleggen van een officiële spelling is erg belangrijk geweest voor de ontwikkeling van de Nederlandse taal. Grote veranderingen in de Nederlandse spelling zijn onder andere het verdwijnen van dubbele klinkers (koolen), het verdwijnen van de ‘ch’ aan het einde van een woord (visch), het naamvallensysteem, de woordvolgorde en de spelling van werkwoordvormen. Daarnaast zijn er, vooral door de wetenschap, nog veel woorden bij gekomen, denk aan ‘driehoek’ en ‘middellijn’. Ook nu is de Nederlandse taal nog steeds aan het veranderen, er komen nog steeds nieuwe woorden bij en bepaalde woorden verdwijnen omdat ze niet meer worden gebruikt. En hoewel we ‘groter als’ nu nog fout rekenen, zou het zomaar mogelijk kunnen zijn dat dit over een aantal jaar gewoon goed gerekend wordt. De taal staat niet stil.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
37
10 Het effect van Twitter op het taalgebruik 10.1
Inleiding
Wat is nou eigenlijk het effect van Twitter op het taalgebruik? Verslechtert het je taalkennis, is er geen effect, of ga je er juist beter door schrijven? Deze vragen worden in dit hoofdstuk behandeld.
10.2
Word je van Twitter een betere schrijver?
10.2.1 Inleiding Of Twitter een positief of negatief effect op het taalgebruik heeft, daar zijn de meningen over verdeeld. Ik sprak met communicatieadviseur/specialist in administratieve communicatie Martin Damen (Nederlandse taal- en letterkunde, Universiteit Leiden). Hij schrijft in zijn artikel “Hoe Twitter zorgt voor betere brievenschrijvers” (maart 2011) dat hij ervan overtuigd is dat je door Twitter juist een betere schrijver wordt. 10.2.2 Kort en bondig schrijven Omdat je bij Twitter maar een beperkt aantal leestekens kunt gebruiken, zou je misschien denken dat de zogenaamde twittertaal slecht voor je is. Altijd maar die afkortingen, ‘slang’ (straattaal), smileys, hashtags en Engels en Nederlands door elkaar. En omdat het een snel medium is, maak je geregeld tik- en spelfouten. Dat kan toch haast niet goed zijn? Martin Damen, communicatieadviseur/specialist in administratieve communicatie, is het daar niet mee eens. Hij is van mening dat Twitter juist goed is voor je Nederlandse taalkennis en taalgebruik. Damen durfde zelfs de woorden “Goede schrijvers worden nog beter van Twitter!” te gebruiken in zijn artikel “Hoe Twitter zorgt voor betere brievenschrijvers” (14 maart 2011) op zijn eigen website ‘administratievecommunicatie.nl’. Hij verwonderde zich er over dat overheden en andere bedrijven en organisaties in onbegrijpelijke taal communiceren. Brieven, formulieren, e-mails, folders, brochures, websites en toelichtingen; ze zijn allemaal veel te ingewikkeld, te langdradig en te juridisch. “Maar”, vroeg Damen zich af, “hoe kan het dan dat er geen klachten zijn over de tweets van diezelfde instanties?” Doordat je maar 140 leestekens voor één tweet tot je beschikking hebt, moet je je woorden zorgvuldig kiezen. En dat is soms moeilijker dan je denkt. Zo haalde Damen ook een voorbeeld aan van Blaise Pascal, een Franse wis- en natuurkundige, christelijke filosoof, theoloog en apologeet (1623-1662). Pascal zei eens: “Ik schrijf je een lange brief, want ik heb geen tijd voor een korte.” Kortom, je boodschap kort en bondig verwoorden kan veel tijd kosten. Of zoals Godfried Bomans zei: “Schrijven is schrappen”. En dat geldt natuurlijk des te meer voor Twitter. “Naar mijn idee heeft Twitter juist een positief effect op je schriftelijke taalgebruik. Kijk bijvoorbeeld naar bedrijven als de NS en T-Mobile; de brieven en e-mails die
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
38
deze bedrijven schrijven zijn vaak hartstikke ingewikkeld, maar de tweets die ze sturen zijn juist simpel en begrijpelijk”, aldus Damen. De zogenaamde twittertaal, zoals smileys (☺) en afkortingen (ff = even), hebben wat betreft Martin Damen geen negatieve gevolgen op het taalgebruik. Ook niet als je dit in formele situaties gebruikt. “Je maakt veel duidelijk in weinig woorden. Alleen moet het natuurlijk wel gepast zijn. Als ik op mijn werk met vaste klanten mail, zet ik af en toe ook een smiley aan het einde van de zin. Je weet dan meteen dat het om een grapje gaat.” “Ik zie niet zo snel nadelen aan Twitter voor je taalgebruik. Taalgebruik is sowieso wel een probleem in Nederland, het taalonderwijs kan veel beter. Maar Twitter is denk ik niet de oorzaak van de lelijke spelfouten die je overal ziet.” “Een groot voordeel van Twitter is ook dat je veel mensen bereikt. Denk bijvoorbeeld aan de grote storing bij T-Mobile afgelopen maart (2011). Klanten konden hierdoor beperkt of zelfs helemaal niet bellen en gebeld worden. Tijdens en na de storing communiceerde T-Mobile via Twitter met de klanten. Dat hebben ze naar mijn weten erg goed opgelost.” Maar zou Twitter ook daadwerkelijk betere brievenschrijvers opleveren, zoals Damen beweert? “Dat je door Twitter ook echt een betere brievenschrijver wordt is inderdaad nog niet officieel bewezen. Maar ik denk zeker dat je door Twitter een betere schrijver wordt. Doordat je maar 140 leestekens per tweet beschikbaar hebt, moet je harder nadenken over wat nou precies de boodschap is. Ik kreeg na het plaatsen van het artikel al snel aardig wat reacties op. Ook van verschillende bedrijven en organisaties. Zo zijn er gemeenten die mijn artikel gebruiken bij cursussen om beter te communiceren in bijvoorbeeld brieven en e-mails.”
10.3
Het ‘Korterlands’; een verrijking voor de taal
Volgens Taalwetenschapper Hans Bennis (hoogleraar Taalvariatie aan de Universiteit van Amsterdam en directeur van het Meertens Instituut 4) heeft Twitter een positief effect op het taalgebruik. Hij noemt het zogenoemde ‘Korterlands’ zelfs een verrijking voor de Nederlandse taal en moet volgens hem omarmd worden. “Spelen met taal is grappig en fascinerend”, aldus Bennis. Korterlands is de taal die gesproken wordt in bijvoorbeeld (snelle) sms’jes maar ook in tweets. “Het is een verrijking van de taal die de jeugd spreekt en schrijft”, vertelt Bennis. “We maken ons zorgen over deze nieuwe taal, maar om op een creatieve manier met taal om te kunnen gaan, moet je de basis kennen.” Het ontwikkelen van een nieuwe taal maakt je juist bewust van taal. Volgens Bennis hoeven we niet bang te zijn dat jongeren deze taal ook op school (in de les) zullen gebruiken. “Kinderen kunnen de talen prima uit elkaar halen. Sommige spreken en schrijven drie talen. Een kind leert het wel, daar maak ik me geen zorgen over”, aldus Bennis. 4
Instituut voor onderzoek en documentatie van de Nederlandse taal en cultuur
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
39
Een belangrijk kenmerk van het Korterlands is het gebruiken van cijfers. Denk aan de bekende afkortingen ‘w8’ en ‘suc6’. Een ander kenmerk is het weglaten van letters die je (in de spreektaal) niet hoort, zoals ‘Ik ben aan het ete’ en ‘We fietse naar huis’. Slordig taalgebruik? Volgens Bennis niet, hij noemt dit “een creatief spel met taal”. “Afkortingen hebben een eigen grammatica. Dat is niet slordig of onjuist, het is een extra grammatica”, vindt Bennis. (M. Bergwerff, Volkskrant, 2012)
10.4
Conclusie
Het is dan nog wel niet officieel bewezen dat je door Twitter een betere brievenschrijver wordt (zoals Martin Damen beweert), maar door het beperkt aantal leestekens moet je wel harder nadenken over wat nou eigenlijk de boodschap is. Je zou dus kunnen zeggen dat je door Twitter getraind wordt je boodschap kort en krachtig te formuleren. Een zekere angst van de zogenaamde sms- en twittertaal (of het Korterlands zoals Hans Bennis het noemt) is dat deze taal ook gebruikt gaat worden in formele situaties. Maar volgens Hans Bennis hoeven we daar niet bang voor te zijn. Volgens Bennis kunnen kinderen het Standaardnederlands en het Korterlands juist heel goed uit elkaar houden en is dit juist een creatief spel met taal. We kunnen dus wel stellen dat we door Twitter beter tot de kern van onze boodschap komen, en dat we niet bang hoeven te zijn dat er straks gekke afkortingen, smileys en hashtags in schoolwerkstukken worden gebruikt.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
40
11 Foutloos tweeten 11.1 Inleiding Voor je een tweet verzendt, is het misschien handig om eerst na te kijken of het in correct Nederlands is geschreven. Simpelweg omdat je tweets de wijde wereld in worden gestuurd. Iedereen kan het lezen: je vrienden, je collega’s en je (toekomstige) baas. Met een simpele zoekopdracht op Google worden je tweets zo naar bovengehaald, mits je een openbaar profiel hebt, wat bij het merendeel van de twitteraars ook het geval is. Er is mij zelfs tijdens een college van Media, Informatie en Communicatiedocent (Mariëlle Osté, college Crosmediale Vaardigheden) op het hart gedrukt dat wij twitteraars goed moeten opletten wát we tweeten en vooral hoe we tweeten: in correct Nederlands dus. Ik merk dat dit erg speelt bij mijn medestudenten. Zo merk ik bij mijn (oud-) klasgenoten (vierde- en/vijfdejaars Media, Informatie en Communicatiestudenten) dat er vrijwel foutloos wordt getweet. En mocht er dan eens een slordige fout in staan, wordt diegene er regelmatig op geattendeerd door klasgenoten en/of andere followers. Vaak reageren ze dan geïrriteerd, verbeteren ze zichzelf snel of verwijderen ze de foutgespelde tweet. Hier hebben we het dan wel over journalistiekstudenten. Maar wat doet de gemiddelde twitteraar hiermee zodra hij of zij hierop gewezen wordt?
11.2
Twitter in correct Nederlands
Dagelijks kom je slordige spelfouten tegen. Overal: in aantekeningen, brieven, collegepresentaties, kranten, nieuwssites, maar des te meer op social mediawebsites. Op Twitter, maar ook op de social communities Hyves en Facebook. Zo stond rond de gemeenteraadsverkiezingen begint maart 2011 ‘gestemt’ het vetst gedrukt in het lijstje meest besproken onderwerpen op Hyves. Dit betekent dat het woord ‘gestemt’ die dag nog meer werd gebruikt dan de correcte spelling ‘gestemd’. (Hyves, 2011) Toch geldt er (bij een bepaalde subgroep) op Twitter een ongeschreven regel: Twitter in correct Nederlands. Vooral de hoogopgeleide twitteraar en vooral twitteraars uit de media willen in correct Nederlands tweeten. Omdat de tweets zogenoemd “out in the open” is, dat wil zeggen: iedereen kan meelezen. Als je ergens solliciteert en je mogelijk toekomstige baas Googlet op jouw naam en hij stuit op een tweet met een spelfout, is de kans aanzienlijk kleiner dat je aangenomen wordt.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
41
Uit mijn onderzoeksenquête 5 blijkt dat het merendeel van de twitteraars zijn tweets controleert op spelling voor deze verzonden worden. 62,4% zegt zijn tweets altijd te controleren voor het verzenden, 31,0% controleert zijn tweets vaak voor het verzenden, 4,7% zegt er van uit te gaan dat zijn tweets foutloos zijn en controleert ze daarom niet en slechts 1,9% let er helemaal niet op.
5
Onderzoek uitgevoerd onder 260 twitteraars.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
42
Maar wat doet de gemiddelde twitteraar als hij ontdekt dat er toch een taalfout in zijn tweet staat? Maar liefst 66,4% verwijdert de tweet onmiddellijk en plaatst de tweet opnieuw, foutloos. 15,1% lost het op door er een tweet achteraan te sturen waarin hij zichzelf verbetert. 18,5% geeft er niks om en negeert de fout.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
43
Wat de gemiddelde twitteraar doet als hij een spelfout bij een ander ziet, dat verschilt nogal. Slechts 1,9% geeft aan iemand altijd te verbeteren, 64,3% doet dat nooit, en de overige 33,8% geeft aan in sommige gevallen wel mensen te verbeteren. Meestal gaat het dan om vrienden/bekenden van de betreffende persoon en/of bij mensen die de taal machtig behoren te zijn of waarvan ze weten dat zij het zelf ook belangrijk vinden om correct te spellen. Ook officiële instanties en politici worden regelmatig aangesproken op hun taalfouten. Mensen die niet corrigeren doen dit vaak niet omdat ze niet als een betweter of zeurderig persoon over willen komen of ze vinden het onbegonnen werk. Ook zeggen veel mensen dat ze zich vaak moeten inhouden om anderen niet te verbeteren, omdat ze niemand willen kwetsen. (Analyses eigen onderzoek, 2012) 11.2.1 Spelfouten en afkortingen Bij de resultaten van de samenvattingsopdracht heb ik niet alleen gekeken naar de inhoud van de tweets maar ook naar hoe er geschreven wordt. Dus: zitten er veel spelfouten in en wordt er veel afgekort? De twitteraars maken minder spelfouten. Zo zijn er van de 30 samenvattingen twee personen die een ‘lelijke dt-fout’ maken. Bij de niet-twitteraars zijn er vijf soortgelijke spelfouten. Ook opvallend is dat niet-twitteraars veel meer afkorten door klinkers en medeklinkers weg te laten en woorden aan elkaar te schrijven. Zo werd er regelmatig ‘7 dage/7 dgn’ en ‘vr. 61’ geschreven. Bij de niet-twitteraars kwam dit zes keer voor en bij de twitteraars maar twee keer. (Analyses eigen onderzoek, 2012)
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
11.3
44
Twittertaal in formele situaties
Moeten we nou bang zijn dat de zogenaamde twittertaal (afkortingen, hashtags, smileys etcetera) ook in formele situaties gebruikt wordt? Het merendeel, namelijk 62,4%, van de ondervraagde personen zegt nooit deze twittertaal in formele situaties te gebruiken. 9,3% zegt dit wel eens per ongeluk te doen, en 28,3% doet dit wel regelmatig. Zo gebruiken veel mensen wel smileys en afkortingen in zakelijke e-mails naar collega’s en klanten die zij regelmatig spreken, maar bij echt formele e-mails doen ze dit niet en schrijven ze alles voluit. Ook wordt er regelmatig gezegd dat ze wel eens automatisch smileys of afkortingen zoals ‘ff’ gebruiken, maar dit bij nader inzien toch weghalen of voluit schrijven, omdat ze vinden dat het niet in die situatie past. Van de ondervraagden vindt 88% het ergerlijk als er smileys en afkortingen (zoals ‘ff’) in bijvoorbeeld een formele brief wordt geschreven. Mensen vinden het niet netjes en onprofessioneel staan en ze krijgen de indruk dat er geen zorg aan is besteed. De een vindt een smiley vervelender dan een afkorting, en de ander vindt juist het tegenovergestelde. Een voorbeeld van iemand die het alleen in bepaalde situaties vindt passen: “Afkortingen zoals ff vind ik wel irritant, omdat ik het lelijk vind staan en je het idee hebt dat mensen niet de moeite nemen om woorden helemaal uit te typen: een gebrek aan interesse voor de geadresseerde dus. Smileys vind ik niet storend. Het is natuurlijk afhankelijk van de aard van de
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
45
brief. Bij wat informeler, doch zakelijk contact tussen collega's moet het kunnen, mits beide gelijkgestemd zijn.” De overige 12% heeft hier geen problemen mee (maar maakt zich bijvoorbeeld meer druk om spelfouten) of het maakt hem helemaal niks uit. Toelichtingen van mensen die er geen problemen mee hebben zijn: “Niet zo erg” en “Ik weet wat er wordt bedoeld”. (Analyses eigen onderzoek, 2012) Taalvereniging Onze Taal voerde in 2007 een enquête uit over de toekomst van het Nederlands en de toekomst van sms-taal. Op de vraag ‘Hoe groot is de kans dat sms-taal gewone spelling is geworden in 2082?’ antwoordde 45% dat ze die kans klein achtten. 43% dacht dat dit wel zou kunnen en 12% dacht dat de kans groot was. 60% van de ondervraagden zou het erg jammer vinden als de taal beïnvloed wordt door sms-taal. 25% vindt het een beetje jammer, 14% heeft er geen moeite mee en slechts 1% zou het juist wel prettig vinden. (Saskia Aukema, De toekomst van het Nederlands, Onze Taal, 2000)
11.4
Conclusie
Het merendeel van de twitteraars controleert zijn tweets op spelling voor de tweet wordt verzonden. Slechts 6,5% let hier nooit op. De ruime meerderheid verwijdert de foutgespelde tweet en plaatst de tweet opnieuw foutloos of verbetert zichzelf door er iets achteraan te tweeten. Je kan dus wel zeggen dat de meerderheid van de twitteraars het erg belangrijk vindt dat zijn tweets in correct Nederlands zijn geschreven. Elkaar verbeteren komt minder voor omdat ze niet zeurderig over willen komen, maar áls ze het doen is dat vaak bij mensen waarvan verwacht wordt dat ze in correct Nederlands schrijven. Ondervraagden geven aan het vervelend te vinden als ze een smiley of afkorting in een formele situatie tegenkomen, maar dat ze dit zelf ook wel eens per ongeluk doen. Ook blijkt uit de resultaten van de samenvattingsopdracht dat niet-twitteraars vaker afkorten en medeklinkers weglaten. Hieruit kun je opmaken dat twitteraars (bewust of onbewust) toch meer bezig zijn met hun taalgebruik en dat dit dus een positief effect op hun taalgebruik heeft.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
46
12 Samenvatten in 140 leestekens 12.1
Inleiding
Een tweet bestaat uit maximaal 140 leestekens. Misschien is het als niet-twitteraar lastig om voor te stellen hoe lang dat is, maar er van uitgaande dat een sms-bericht 160 tekens lang is, weet je dat het niet veel is. Je moet dat kleine aantal leestekens die je tot je beschikking hebt dus goed benutten om je boodschap duidelijk over te brengen. Hebben twitteraars daar net zo veel moeite mee als niet-twitteraars? Dat zal blijken in dit hoofdstuk.
12.2
Schrijven en schrappen
Je gedachten samenvatten in één of twee zinnen is misschien wel moeilijker dan je denkt.
17,6% van de ondervraagde twitteraars vindt het dan ook steeds weer een hele opgave om alles in 140 leestekens samen te vatten. 39,8% vindt het helemaal niet lastig en 42,6% had er met name in het begin moeite mee, maar zegt dat het snel went.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
47
Het kan wel eens voorkomen dat je leestekens te kort komt voor de tweet die je in gedachten hebt. 8,6% van de ondervraagden lost dit op door meerdere tweets achter elkaar te sturen, vaak met de aanduidingen 1/2 (tweet één van twee). Ook worden er sites gebruikt waarmee je tweets met een onbeperkt aantal leestekens kunt sturen. In je (nog niet volledige) tweet komt dan een link te staan naar een externe website waar het gehele bericht te lezen is. Maar van de ondervraagden maakt slechts 0,8% hier gebruik van. Ruim 90% houdt zich toch aan de limiet van 140 tekens. 80,1% gaat namelijk creatief met zijn woorden om, schrapt woorden en zoekt (kortere) synoniemen, maar schrijft de tweet wel in correct Nederlands. De overige 10,5% gaat juist zoveel mogelijk afkorten, waardoor het wel in 140 leestekens past, maar hierdoor is de tweet niet correct Nederlands. Uit de resultaten van mijn samenvattingsopdracht 6, blijkt dat bijna een kwart (23,3%) van de ondervraagden moeite had de limiet van 140 leestekens. Zowel bij niettwitteraars als bij twitteraars overschreden 7 van de 30 respondenten de limiet van 140 leestekens. Er zaten zelfs samenvattingen bij van rond de 255 leestekens. Terwijl er wel duidelijk (onderstreept en dikgedrukt) in de opdracht stond dat deze limiet niet overschreden mocht worden. Daarom heb ik bij het overschrijden van de limiet besloten dat er 1 strafpunt af gaat. Dit geldt overigens ook voor feitelijke onjuistheden in de samenvatting. Echter scoorden de twitteraars wel aanzienlijk beter met de inhoud van de samenvattingen. De twitteraars wisten vooral beter de belangrijkste punten te 6
De samenvattingsopdracht heb ik onder 60 mensen uitgevoerd. 30 twitteraars (blind gekozen uit de 260 resultaten van de twitteraars) en 30 niet-twitteraars.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
48
vermelden. Zo lieten bij de niet-twitteraars vijf mensen het belangrijkste punt uit het verhaal (vrouw zat 7 dagen vast) achterwege en bij de twitteraars lieten maar twee mensen deze belangrijke informatie achterwege. De niet-twitteraars scoorden met hun inhoud in totaal 347 punten (puntentelling te vinden in hoofdstuk 3), dat is een gemiddelde van 11,6 punten per persoon en de twitteraars scoorden hier 362 punten, een gemiddelde van 12,1 punten per persoon. Zie bijlagen voor samenvattingen
12.3
Conclusie
Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat twitteraars en niet-twitteraars het even moeilijk vinden zich aan de leestekenlimiet te houden, terwijl je in eerste instantie misschien zou denken dat de twitteraar daar juist wel aan gewend moet zijn. Die leestekenlimiet blijft dus een struikelblok, voor niet-twitteraars én twitteraars. Maar in het samenvatten qua inhoud is de twitteraar wel degelijk beter. De twitteraar wist beter de belangrijkste punten uit het verhaal te halen. Hieruit kun je opmaken dat je door Twitter makkelijker de kern van het verhaal kunt weergeven en dus een groot verhaal in 140 leestekens kunt verwoorden.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
49
13 Conclusie Als je kijkt naar de samenvattingen van de twitteraars en de niet-twitteraars, dan zie je enerzijds een groot verschil, maar anderzijds ook een grote overeenkomst. Een verschil is dat de niet-twitteraar over het algemeen meer spelfouten maken dan de twitteraar. Daarnaast schrijft de twitteraar vaker de woorden voluit in plaats van afkortingen. Bij de niet-twitteraars kwam het zes keer voor dat woorden aan elkaar werden geschreven of dat klinkers en medeklinkers werden weggelaten om leestekens te besparen. Bij de Twitteraars kwam dit maar twee keer voor. Hieruit kun je opmaken dat twitteraars meer geven om de Nederlandse taal en het belangrijker vinden om voluit te schrijven. Ook de inhoud van de samenvattingen van de twitteraars zijn relevanter. In de meeste gevallen stond het allerbelangrijkste uit het verhaal (‘de vrouw zat zeven dagen vast in de auto’) in de tweets. Van de niet-twitteraars lieten vijf mensen deze belangrijke informatie achterwege, tegenover twee twitteraars. Uit deze gegevens kun je concluderen dat twitteraars beter getraind zijn in het filteren van een tekst en de belangrijkste punten kunnen weergeven in een samenvatting. Waarschijnlijk is dit omdat ze daar ook met hun eigen tweets geregeld mee te maken hebben. Maar er is ook een duidelijke overeenkomst tussen de twee groepen. Allebei de groepen vinden het even moeilijk om een grote hoeveelheid informatie samen te vatten in 140 leestekens. Van elke groep overschreden zeven respondenten de limiet, terwijl er duidelijk in de opdracht stond dat dit niet toegestaan was. Je zou denken dat twitteraars daar minder moeite mee hebben, maar dat blijkt dus niet zo te zijn. Een reden hiervoor kan zijn dat de respondenten hun leestekens zelf moesten tellen, terwijl je bij Twitter simpelweg niet verder kan typen als je de 140 leestekens bent gepasseerd. In ieder geval kunnen beide groepen dan even slecht tellen of zijn even eigenwijs en overschreden de limiet simpelweg omdat dat mogelijk was. De conclusie is dus dat beide groepen even goed zijn in samenvatten qua aantal leestekens, maar dat de twitteraars beter scoren op inhoud en (correct Nederlands) taalgebruik. Twitter heeft dus wel degelijk een positief effect op het taalgebruik. Ze gaan zorgvuldiger met hun woordkeuze om. Daarnaast hoeven we volgens lexicoge Vivienne Waszink en taalkundige Hans Bennis niet bang te zijn voor de Twittertaal of het Korterlands. Volgens hen kan de jeugd de informele Twittertaal en het Korterlands prima scheiden van het Standaardnederlands. Uit het literatuuronderzoek bleek dat taalverandering continu bezig is. Onze taal heeft de afgelopen eeuwen veel veranderingen doorstaan en in de toekomst zullen er nog meer volgen. Spelling verandert, woorden verdwijnen en nieuwe woorden ontstaan. Hoe erg we ook ons best zullen doen om taalverandering tegen te gaan, het heeft geen zin want het zal hoe dan ook gebeuren. Taal houdt zich namelijk niet aan regeltjes, taal wordt gevormd en vervormd door de mensen die het spreken. Er zullen dus wel taalveranderingen plaatsvinden in de toekomst, maar het is niet te voorspellen welke dit precies zijn. Maar het is niet aannemelijk dat we over een jaar of
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
50
twintig in het Korterlands zullen schrijven in formele situaties. Veranderingen die wel aannemelijk zijn, zijn bijvoorbeeld het ontstaan van nieuwe woorden, het verdwijnen van oude woorden, de verandering (qua spelling) van bestaande woorden, of dat bijvoorbeeld ‘groter als..’ wordt goedgekeurd in het Standaardnederlands. Maar volgens lexicologe Vivenne Waszink en taalkundige Hans Bennis hoeven we niet bang te zijn voor de Twittertaal of het Korterlands. Volgens hen kan de jeugd de informele twittertaal en het Korterlands prima scheiden van het Standaardnederlands.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
51
14 Beroepsproducten 14.1
Inleiding
Aan de hand van de resultaten van mijn onderzoek heb ik twee beroepsproducten gemaakt, namelijk twee artikelen voor twee verschillende media. In eerste instantie was het de bedoeling dat ik voor Tekstblog een artikel van rond de 2000 woorden zou maken, maar aangezien Tekstblog nooit zulke lange artikelen plaatst en het praktisch onmogelijk was om zo’n lang artikel over dit onderwerp te schrijven, heb ik twee totaal verschillende artikelen gemaakt, elk artikel gemiddeld 1000 woorden lang. Een artikel voor Tekstblog met vooral veel feiten en een luchtige artikel in columnvorm over hetzelfde onderwerp. Zo kom ik alsnog aan de 2000 woorden en kan ik laten zien dat ik voor verschillende doelgroepen kan schrijven.
14.2
Artikel voor Tekstblog: Twitter is goed voor het taalgebruik
Het volgende artikel is geschreven voor Tekstblog.nl, een platform waar artikelen en onderzoeken over taal worden geplaatst. Het artikel is dus ook specifiek voor taalkundigen en taalliefhebbers bedoeld. Een verkorte versie van dit artikel zal ook daadwerkelijk op Tekstblog geplaatst worden. Hieronder vindt u het volledige artikel:
Twitter is goed voor het taalgebruik Twitter is een mooi medium, maar wat doet het eigenlijk met je taalgebruik? Moeten we vrezen voor een overheersing van de zogenoemde Twittertaal? Nee! Heeft Twitter dan een positief effect op ons taalgebruik? Ja! Ken je dat, in je brein ontpopt zich een interessante gedachtegang die je wilt verwoorden in een mooie tweet, maar je hebt niet genoeg leestekens om je boodschap via het beperkende medium over te brengen. Want vergis je niet, 140 leestekens is kort. Even ter vergelijking: een sms’je is met zijn 160 leestekens nog langer dan een tweet. Je kunt in zo’n geval een aantal dingen doen: Je boodschap in meerdere tweets versturen, flink schrappen of afkorten. Maar dat laatste doet bij veel taalneuroten een beetje pijn in het hart. Daarom is het de kunst om toch in correct Nederlands je boodschap over te brengen in die krappe 140 leestekens. Op zoek naar synoniemen en schrap de overbodige woorden. Schrijven en schrappen In mijn onderzoek naar het effect van Twitter op het taalgebruik heb ik twitteraars en niet-twitteraars gevraagd een tekst van 233 woorden (1.306 leestekens) samen te vatten in 140 leestekens. Je zou zeggen dat twitteraars inmiddels wel gewend moeten zijn aan die beperkende factor van Twitter. Maar bij beide groepen hielden evenveel mensen (23,3%) zich niet aan deze 140 tekens. Waar sommigen net te veel tekens hadden, hadden anderen zelfs samenvattingen van rond de 255 leestekens.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
52
Maar voor ze aan deze samenvattingstest begonnen, beantwoordden de twitteraars de vraag: ‘Vindt u het lastig om tweets in 140 tekens samen te vatten?’. 17,6% gaf aan het elke keer weer een hele opgave te vinden. Terwijl in het geval van de samenvattingsopdracht blijkt dat ruim 23% zich niet aan de leestekenlimiet kon houden. Goed, twitteraars en niet-twitteraars vinden het dus allemaal even lastig om zich aan die limiet te houden. Maar welke groep scoort beter met de inhoud van de tweets? Dat zijn de twitteraars. Bij deze groep liet slechts 6,6% het allerbelangrijkste van het verhaal achterwege. Bij de niet-twitteraars was dit 16,6%. Qua taalgebruik was het bij beide groepen absoluut niet foutloos, maar toch maakten de niet-twitteraars duidelijk meer spelfouten dan de twitteraars. Daarnaast werd er ook meer afgekort door de niet-twitteraars. En dan heb ik het niet over de algemeen bekende afkortingen zoals ‘jl.’ en ‘o.a.’, maar ‘dage’ of ‘dgn’ in plaats van dagen. Mensen die op Twitter zitten, gaan dus over het algemeen zorgvuldiger met hun woordkeuze om en hebben beter inzicht in wat wel en wat niet belangrijk is om te vermelden in de beperkte ruimte die ze hebben. In dat opzicht kun je dus beweren dat Twitter een positief effect heeft op het taalgebruik. Twittertaal Taal heeft de afgelopen eeuwen al veel veranderingen doorgemaakt, en nog steeds verandert het. Dit is niet tegen te houden en al helemaal niet te sturen. Een belangrijk kenmerk van Twittertaal is het gebruiken van cijfers. Denk hierbij aan de bekende afkortingen ‘w8’ (wacht), ‘suc6’ (succes) en ‘W817’ (wacht eens even). Daarnaast worden er regelmatig letters weggelaten die je (in de spreektaal) niet hoort. Zoals ‘Ik ben aan het ete’ en ‘We fietse naar huis’. Maar moeten we nu bang zijn dat deze Twittertaal straks ook in formele situaties gebruikt wordt? Sluiten we straks zakelijke e-mails af met ‘Xxx’, of schrijven we straks overal hashtags om het onderwerp aan te duiden? En wordt straks bijna alles afgekort? Het zijn vragen waar menig taalliefhebber zich misschien zorgen om maakt. Het merendeel (62,4%) van de twitteraars zegt nooit Twittertaal te gebruiken in formele situaties. 9,3% geeft toe dat dit hem wel eens per ongeluk overkomt, maar weet zichzelf vaak op het laatste moment te verbeteren. Ruim 28% zegt dit wel regelmatig te doen. Zo gebruiken veel mensen wel smileys en afkortingen in zakelijke e-mails naar collega’s en contactpersonen die zij regelmatig spreken, maar bij echt formele mails doen ze dit vrijwel nooit en schrijven ze alles voluit. Maar liefst 88% vindt het ergerlijk als ze een afkorting zoals ‘ff’ (even) tegenkomen in een formele situatie. “Ik vind het ongepast en krijg de indruk dat er geen zorg aan is besteed” is hierbij een veelvoorkomend argument. De één vindt overigens een smiley vervelender dan een afkorting, de ander vindt juist het tegenovergestelde irritanter. De overige 12% zegt er totaal geen problemen mee te hebben en maakt zich bijvoorbeeld meer druk om spelfouten of het maakt hem zelfs helemaal niks uit.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
53
‘Hebben ze daar dan echt geen problemen mee?’ hoor ik je al denken. “Nee hoor, dat vind ik niet zo erg. Zolang ik weet wat er bedoeld wordt vind ik het goed”, aldus een van de respondenten die blijkbaar weinig om de Nederlandse taal geeft. De toekomst van het Nederlands Toch zijn er zelfs taalwetenschappers die van mening zijn dat Twittertaal een verrijking is voor de Nederlandse taal. Een van die taalwetenschappers is Hans Bennis (hoogleraar Taalvariatie aan de Universiteit van Amsterdam en directeur van het Meertens Instituut7). Volgens hem moeten we de Twittertaal, of het ‘Korterlands’ zoals hij het noemt, juist omarmen. “Spelen met taal is grappig en fascinerend”, aldus Bennis in De Volkskrant (februari 2012). “We maken ons zorgen over deze nieuwe taal, maar om op een creatieve manier met taal om te kunnen gaan, moet je de basis kennen. Afkortingen hebben een eigen grammatica. Dat is niet slordig of onjuist, het is een extra grammatica”, vindt Bennis. Hij beweert dat het ontwikkelen van een nieuwe taal je juist bewust maakt van taal. Volgens Bennis hoeven we overigens niet bang te zijn dat jongeren deze taal ook op school (in de les) zullen gebruiken. “Kinderen kunnen de talen prima uit elkaar halen. Sommige kinderen spreken en schrijven drie talen. Een kind leert het wel, daar maak ik me geen zorgen over.” Taalpuristen kunnen dus weer opgelucht ademhalen. Ja, de taal zal altijd blijven veranderen. Er zullen in de toekomst nieuwe woorden bij komen en er zullen woorden verdwijnen, maar we hoeven niet bang te zijn dat we over twintig jaar alleen nog maar met cijfers, letters, smileys en hashtags communiceren.
7
Instituut voor onderzoek en documentatie van de Nederlandse taal en cultuur
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
14.3
54
Artikel voor eigen blog: Virtuele kusjes aan mijn juf
Het volgende artikel heb ik op een hele andere, luchtige manier geschreven. Het artikel is bedoeld voor mijn eigen weblog en is dus niet specifiek voor taalliefhebbers bedoeld.
Virtuele kusjes aan mijn juf “Beste Mevrouw de Jong, Bij deze mijn artikel voor schrijfopdracht 3 van de module Taal 2. Xxx Marjolein” Wacht even.. Gaf ik daar nou echt drie kusjes aan mijn taaldocente? Mijn wangen kleuren spontaan rood en ik weet nog net op tijd de kusjes te veranderen in een afstandelijke “Met vriendelijke groet”, voor ik op de verzendknop klik. Ik ben af en toe best wel een beetje een taalneuroot. Je zult mij niet snel betrappen op een ‘dt-fout’, als ik twijfel over de spelling van een bepaald woord zoek ik het altijd eerst op voor ik het tweet en ik vertik het om ‘ff’ te schrijven, zelfs niet in snelle sms’jes. “Xxx” is eigenlijk de enige informele afkorting die in mijn woordenboek voorkomt, maar uiteraard doe ik dat alleen bij familie en goede vrienden. Tenminste… dat dacht ik altijd. In het dagelijks leven ben ik bij vreemde mensen nou eenmaal ook niet zo’n ‘drie-kussengeefster’. En ook bij docenten heb ik daar niet echt behoefte aan. Maar die digitale kusjes zitten er blijkbaar zo erg ingebakken, dat het eigenlijk niet meer dan ‘doei’ betekent. Zo was er ook nog periode dat alle meisjes ‘hvj’ (hou van je) naar elkaar stuurden, via sms’jes of Hyves. Ik ben daar ook nog even slachtoffer van geweest. Ik sloot mijn sms’jes er regelmatig mee af, maar eigenlijk heb ik destijds nooit hardop tegen een vriendin ‘ik hou van je’ gezegd. Dat deed ik nou eenmaal niet zo snel als dertienjarige puber. Het was overigens maar van korte duur en verder dan ‘hvj’ ben ik niet gegaan. Het “OMG I luv you so much, je bent mijn BFF, wij zijn NTB!” werd mij even te veel van het goede. Ik hield het maar weer gewoon op “Xxx”. Op het moment dat ik mijn taaldocente bijna mijn digitale kusjes toestuurde, schoot mij te binnen: Ik wil voor mijn afstudeerscriptie uitvinden of die lelijke Twitter(- en sms-taal) ook invloed heeft op ons taalgebruik. Moeten we vrezen voor een overheersing van smileys, afkortingen en hashtags? Of worden we alleen maar creatiever met ons taalgebruik door de korte en bondige formuleringen? Ik voerde vervolgens een onderzoek uit onder dertig twitteraars en dertig niettwitteraars, waarbij ze een tekst van 233 woorden (in totaal 1.306 leestekens) moesten samenvatten in 140 leestekens, de lengte van één tweet dus. Je zou zeggen dat Twitteraars hier beter in zouden zijn dan niet-twitteraars, omdat zij inmiddels wel gewend moeten zijn aan die beperking van het aantal leestekens. Toch bleek dat dit helemaal niets uit maakt. Bij beide doelgroepen hielden evenveel mensen (23,3%) zich niet aan de leestekenlimiet. Oke, misschien zijn het
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
55
luie mensen die geen zin hebben om te schrappen of te tellen. Maar welke groep scoort dan beter qua inhoud en taalgebruik? Daar is wel een duidelijk verschil te zien. De Twitteraars zijn beter in het filteren en selecteren van de informatie die ze voorgeschoteld krijgen. De tekst ging namelijk over een 61-jarige vrouw uit Idaho (Texas) die zeven dagen vast zat in een auto toen ze van de weg raakte en vast kwam te zitten in een modderig vijvertje. De vrouw bleef zitten omdat iemand haar ooit had aangeraden de auto nooit te verlaten indien ze zich klem zou rijden. Ze hield zich overigens in leven met M&M’s en water. Het moge duidelijk zijn dat de hele clue van het verhaal is dat de koppige mevrouw maar liefst zeven (!) dagen lang in de auto bleef zitten. Een iets minder belangrijk detail is dat ze die week op M&M’s en water leefde en veel minder belangrijk is dat ze uiteindelijk alleen een bed en een bad wenste. En toch liet 16,6% (5 personen) van de niet-twitteraars het feit dat de vrouw zeven dagen vast zat achterwege, en vond het bijvoorbeeld relevanter om te melden ‘Een vrouw zat vast en overleefde op M&M’s en had na bevrijding alleen een bad nodig had”. De Twitteraars scoorden beter op dit punt, daar liet maar 6,6% (twee personen) het allerbelangrijkste van het hele verhaal achterwege. En ook qua taalgebruik scoort de Twitteraar beter. Nog steeds kwam ik bij allebei de groepen een hoop dt-fouten en lelijke afkortingen tegen, maar bij de Twitteraars was dit toch een stuk minder. Overigens hoeven we ons volgens taalkundige Hans Bennis (hoogleraar Taalvariatie aan de Universiteit van Amsterdam en directeur van het Meertens Instituut8) geen zorgen te maken over de Twittertaal. Volgens hem moeten we het juist omarmen. “Spelen met taal is grappig en fascinerend”, aldus Bennis in De Volkskrant (februari 2012). “We maken ons zorgen over deze nieuwe taal, maar om op een creatieve manier met taal om te kunnen gaan, moet je de basis kennen. Afkortingen hebben een eigen grammatica. Dat is niet slordig of onjuist, het is een extra grammatica”, vindt Bennis. Hij beweert dat het ontwikkelen van een nieuwe taal je juist bewust maakt van taal. Volgens Bennis hoeven we niet bang te zijn dat jongeren deze taal ook op school (in de les) zullen gebruiken. “Kinderen kunnen de talen prima uit elkaar halen. Sommige kinderen spreken en schrijven drie talen. Een kind leert het wel, daar maak ik me geen zorgen over.” Glkkg mr. We hoefn nie bng te zn dt de Ndrlndse taal r ovr twntg jr zo uitzt☺.
8
Instituut voor onderzoek en documentatie van de Nederlandse taal en cultuur
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
56
15 Evaluatie In dit hoofdstuk blik ik terug op het hele onderzoeksproces en de betrouwbaarheid van mijn onderzoek.
15.1
Verloop
Ik ben erg tevreden over het verloop van mijn onderzoek. Het heeft wel veel langer geduurd dan ik van te voren in gedachten had, maar ik ben tevreden met de resultaten. Het onderzoek bestond deels uit deskresearch en deels uit fieldresearch. Het was lastig om literatuur over het onderwerp te vinden omdat Twitter een relatief nieuw medium is. Daarom ben ik daar ook het langst mee bezig geweest. Het praktijkgedeelte ging erg voorspoedig. Het opstellen van de enquête en de samenvattingsopdracht ging vrij gemakkelijk en de resultaten kwamen snel binnen (twee dagen). Voor de opdracht had ik dertig twitteraars en dertig niet-twitteraars nodig. De twitteraars waren gemakkelijk te bereiken, omdat ik het twitteraccount van Onze Taal aansprak met de vraag of ze mijn enquête wilden invullen. Waarschijnlijk vonden ze het een interessante enquête, want binnen tien minuten werd mijn tweet door hen geretweet (naar ruim 21 duizend volgers). Onder andere Georgina Verbaan pikte deze tweet weer op, die hem vervolgens ook weer doorstuurde naar haar volgers (ruim 56 duizend). Mijn twitteraccount ontplofte zowat door de vele retweets en de site van de enquête haperde nog even. Ik was even bang dat ik een hoop resultaten mis zou lopen, maar uiteindelijk zijn er 290 enquêtes ingevuld. De niet-twitteraars waren een stuk moeilijker te bereiken. Ik heb mijn enquête via Facebook gepromoot en gevraagd of mensen dit bericht ook weer wilden delen. Uiteindelijk ben ik zo aan mijn dertig niet-twittteraars gekomen. Bij de vragen die alleen voor twitteraars bedoeld waren heb ik alle 290 resultaten gebruikt. Bij de samenvattingsopdracht heb ik blind dertig samenvattingen uitgekozen (elke tiende op de rij), zodat ik van ieder een even aantal had om te vergelijken. Bij het nakijken heb ik van te voren bepaald welke punten er wel en niet in de samenvattingen moesten komen te staan. Deze punten heb ik weer besproken met taalkundige Jos Nijhof (en later ook, ter bevestiging, met Hanneke van Hoof). Aan de hand van lijst kon ik met een puntensysteem bepalen welke samenvattingen goed en welke fout waren. Ik heb hier ook weer het gemiddelde van berekend. Maar omdat je natuurlijk altijd uitschieters hebt, heb ik de samenvattingen in de bijlagen gedaan, met daarbij ook de scores per samenvatting.
15.2
Validiteit
Mijn onderzoek is betrouwbaar omdat ik zowel naar twitteraars als naar niettwitteraars heb gekeken. De resultaten van beide doelgroepen heb ik zorgvuldig met elkaar vergeleken.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
57
Van de twitteraars kreeg ik veel meer resultaten binnen (bijna 8 keer zo veel als gewenst). Ik heb uit die resultaten allereerst de samenvattingen verwijderd waar ik niks aan had. Denk hierbij aan antwoorden als ‘geen zin in’, ‘te lange tekst’ en ‘…’. Dit waren er ongeveer tien. Uit de resultaten die ik over hield heb ik blind (elke tiende uit de rij) dertig samenvattingen gekozen die ik zou beoordelen. Omdat ik van te voren duidelijk heb bepaald welke punten wel en welke punten niet in de samenvattingen moesten staan (met behulp van taalkundige Jos Nijhof), wist ik bij het analyseren van de resultaten goed welke samenvatting wel goed was en welke niet of minder. Mijn onderzoek is daarnaast als betrouwbaar te beschouwen volgens de steekproefcalculator (Alles over marktonderzoek, 2012). Deze geeft aan dat de betrouwbaarheid 90% is bij een omvang van 271 respondenten. In totaal hebben 290 respondenten de enquête ingevuld. Het betrouwbaarheidsniveau van mijn onderzoek is dus ruim 90%.
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
58
16 Bronnenlijst Boeken • • •
Aukema, S. (Onze Taal) (2007). De Toekomst van het Nederlands. ’s-Hertogenbosch: Adr.Heinen Uitgevers. Horst, J. van der & Marschall, F. (2000). Korte geschiedenis van de Nederlandse taal (4e uitgebreide en herziene druk) . Den Haag: Sdu Uitgevers. Sijs, N. van der (2005). De geschiedenis van het Nederlands in een notendop. Amsterdam: Uitgeverij Bert Bakker
Personen •
• •
Damen, M. Communicatieadviseur/specialist in administratieve communicatie en taalkundige (gestudeerd aan Universiteit Leiden, Nederlandse taal- en letterkunde). Maart 2011. (interview) Koeneman, O. Taalkundig docent Universiteit van Amsterdam. December 2011. (e-mailcontact, bespreken/advies enquête) Nijhof, J. Docent Nederlands voortgezet onderwijs (gestudeerd aan Rijksuniversiteit Leiden, Nederlandse taal- en letterkunde). Februari 2012. (emailcontact, bespreken/advies enquête).
Krantenartikelen •
Bergwerff, M. (2012). Nog nooit schreven mensen zo vaak en veel; interview Taalwetenschapper Hans Bennis. De Volkskrant. Februari 2012.
Websites •
•
• •
AFP (persbureau) (8 januari 2012). Kinder lernen 140-Zeichen-Sprache. Der Spiegel. Geraadpleegd in januari 2012, van: http://www.spiegel.de/schulspiegel/wissen/0,1518,807006,00.html#ref=nldt Alles over marktonderzoek. Steekproefcalculator. Geraadpleegd in maart 2012, van: http://www.allesovermarktonderzoek.nl/steekproefalgemeen/steekproefcalculator CBS (2010). Contacten leggen via internet, geraadpleegd op 8 juli 2011, van: www.cbs.nl/NR/rdonlyres/3F835CCB-3AA7-4586.../0/3296T.xls CBS StatLine (25 oktober 2011), ICT-gebruik van huishoudens naar huishoudkenmerken, geraadpleegd op november 2011, van: http://statline.cbs.nl/StatWeb/publication/?VW=T&DM=SLNL&PA=71102n ed&D1=33-34&D2=0-6&D3=a&HD=101102-0927&HDR=G1&STB=T,G2
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
•
•
• • •
• •
•
•
• • • • •
59
Damen, M. (14 maart 2012). Hoe Twitter zorgt voor betere brievenschrijvers, Administratieve Communicatie. Geraadpleegd op 18 maart 2011, van: www.administratievecommunicatie.nl/2011/03/hoe-twitter-zorgt-voor-beterebrievenschrijvers/ Hankel, A. (18 oktober 2011), Ophef over onjuist twitterbericht hersenbloeding Beatrix, Elsevier. Geraadpleegd op 18 oktober 2011, van: http://www.elsevier.nl/web/Nieuws/Nederland/319740/Ophef-over-onjuisttwitterbericht-hersenbloeding-Beatrix.htm Hermsen, S (2011). Bachelorscriptie Twttr vr jng & oud. Een linguïstische benadering van Twittertaal. Geraadpleegd december 2011. Onze Taal, dossier Woorden van het jaar. Geraadpleegd in oktober 2011, van: http://www.onzetaal.nl/dossiers/dossiers/woorden-van-het-jaar/ Roders, E. (15 juli 2011) Schoonheid en dialoog in 140 karakters, Taalschrift. Geraadpleegd in november 2011, van: http://taalschrift.org/editie/81/schoonheid-en-dialoog-140-karakters SDU Uitgevers, Het Groene boekje. Geraadpleegd in oktober 2011, van: http://www.sdu.nl/doc/hetgroeneboekje/meerweten.html Semiocast. Brazil becomes 2nd country on Twitter, Japan 3rd Netherlands most active country. Geraadpleegd in maart 2012 van: http://semiocast.com/publications/2012_01_31_Brazil_becomes_2nd_country_ on_Twitter_superseds_Japan Slijpen, G(10 januari 2011). Nederlandse jongeren zeer actief op sociale netwerken, CBS. Geraadpleegd op 8 juli 2011 van: http://www.cbs.nl/nl-NL/menu/themas/vrije-tijdcultuur/publicaties/artikelen/archief/2011/2011-3296-wm.htm Sysomos Inc (januari 2010), Exploring the use of Twitter around the World, Sysomos Inc. Geraadpleegd op 5 juli 2011, van: http://www.sysomos.com/insidetwitter/geography/ Twitspot, geraadpleegd in november 2011, van: http://www.twitspot.nl/twitter/ Twitter. Geraadpleegd van maart 2011 tot maart 2012, van: www.twitter.com Twitterinfo, geraadpleegd in juli 2011,van: http://www.twitterinfo.nl/tips/12-tips/35-wat-zijn-hashtags Van Dale, Woord van het jaar. Geraadpleegd in oktober 2011, van: http://woordvanhetjaar.vandale.nl/ Waszink, V. (7 december 2011). W817, OMG :-D, haaahaaahahaaah! #hard gelach. INL, schatkamer van de Nederlandse taal. Geraadpleegd op: 19 december 2011 van: http://www.inl.nl/over-het-inl/wat-doet-het-inl/nieuws/355-w817-omg-dhaaahaaahahaaah-hard-gelach
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
Bijlagen Enquête De enquête ziet er als volgt uit: 1. Wat is uw geslacht? • Man • Vrouw 2. • • • • • • 3. • • • • • • •
Wat is uw leeftijd? 15-20 jaar 21-30 jaar 31-40 jaar 41-50 jaar 51-65 jaar 65+ Wat is uw hoogst genoten opleiding? vmbo havo vwo mbo hbo wo Anders, namelijk …
4. Heeft u een twitter account? • Ja • Nee (ga door naar vraag 16) 5. • • • • • • •
Hoe lang maak je al gebruik van Twitter? Minder dan 1 jaar 1 jaar 2 jaar 3 jaar 4 jaar 5 jaar 6 jaar (vanaf het begin)
6. Hoeveel tweets stuurt u gemiddeld per week? (inclusief mentions/reply’s/retweets) • 0 tot 10 tweets per week • 11 tot 20 tweets per week • 21 tot 30 tweets per week • 31 tot 40 tweets per week • 41 tot 50 tweets per week • Meer dan 50 tweets per week 7. • • • •
Controleert u uw eigen tweets op spelfouten voor u ze verzendt? Ja, ik controleer mijn tweets altijd voor ik ze verzend. Ja, ik controleer mijn tweets vaak voor ik ze verzend. Nee, ik ga ervan uit dat mijn tweets foutloos zijn geschreven. Nee, daar let ik helemaal niet op.
8. Als u ontdekt dat er een taalfout in uw tweet staat, wat doet u dan?
60
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie • • • 9. • • •
61
Ik verwijder de tweet en plaats ‘m opnieuw, foutloos. Ik stuur er een tweet achteraan en verbeter mijzelf. Ik negeer de fout. Jammer, volgende keer beter. Als u een taalfout bij een ander ziet, verbetert u deze persoon dan? Ja Nee Soms, vooral bij: (vul in, bijvoorbeeld: Bekende Nederlanders, bedrijven/organisaties, journalisten, vrienden, onbekenden) …
10. Gebruikt u (per ongeluk of expres) de zogenaamde twittertaal (afkortingen, hashtags, smileys etc.) ook wel eens in formele situaties (bijvoorbeeld e-mails naar collega’s/werkrelaties en teksten in het openbaar)? • Ja, bijvoorbeeld als… • Ja, soms per ongeluk. • Nee, nooit. 11. Vindt u het ergerlijk als in bijvoorbeeld een formele brief smileys en afkortingen (zoals ‘ff’) worden gebruikt? • Ja, want … • Nee, want… 12. Vindt u het lastig om tweets in 140 tekens samen te vatten? • Ja, het is altijd weer een opgave om alles in 140 tekens samen te vatten. • Nee. • In het begin wel, maar dat went snel. 13. Wat doet u (meestal) als u leestekens te kort komt? • Dan verwoord ik het in meerdere tweets. • Creatief met woorden omgaan zodat het toch nog past, maar wel in correct Nederlands. • Dan probeer ik zo veel mogelijk af te korten. • Dan gebruik ik sites zoals ‘Tweetlonger’ (waarmee tweets met een
onbeperkt aantal leestekens gestuurd kunnen worden). 14. Waar gebruikt u Twitter voornamelijk voor? • Om makkelijk op de hoogte van het nieuws te blijven. • Om bekende persoonlijkheden te volgen. • Om te lezen waar mijn vrienden zich mee bezig houden. • Om een andere reden, namelijk: … Voor de twitteraars: ga door naar vraag 18. Voor de niet-twitteraars: 15. Overweegt u, of heeft u ooit overwogen, om te twitteren? • Ja • Nee 16. Waarom denkt u dat Twitter niks voor u is? 17. Wat heeft u tot nu toe tegengehouden om te gaan twitteren? 18. Heeft Twitter volgens u een positief of negatief effect op het taalgebruik? • Positief, want… • Negatief, want…
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
19.
62
Samenvattingsopdracht. Hieronder volgt een tekst die u moet samenvatten in één tweet, dus 140 leestekens (inclusief leestekens en spaties). Zorg ervoor dat de belangrijkste punten uit het onderstaande verhaal in uw samenvatting komen te staan.
Op 15 januari jongstleden raakte de 61-jarige Lynn Keesler uit de Texaanse plaats Idaho van de weg en reed met haar voertuig in een modderig vijvertje. Haar auto kwam vast te zitten en Keesler wist niet wat ze moest doen. Daarom bleef ze hulpeloos in de auto zitten en wachtte op hulp. De eerste avond van haar hachelijke avontuur flikkerde ze de hele tijd met de koplampen van de auto en claxonneerde ze voortdurend, in de hoop de aandacht van voorbijgangers te trekken. Maar niemand die haar opmerkte. Toen de accu na een tijd leeg raakte, moest ze dit plan noodgedwongen opgeven. Toch bleef Lynn Keesler koppig zitten waar ze zat. Iemand had haar namelijk ooit aangeraden haar auto nooit te verlaten indien ze zich klem zou rijden. Gelukkig had Keesler nog M&M’s en water in de auto liggen, waarmee ze zichzelf in leven hield. Maar al snel raakte het voedsel op en begon het water in de vijver te stijgen. Daarom besloot ze pas na zeven dagen toch maar haar auto te verlaten en klauterde uit het voertuig. De 61-jarige vrouw kwam er heelhuids uit en zocht en vond een huis in de buurt waar de bewoners de hulptroepen inschakelden. Lynn Keesler kreeg daar de eerste zorgen toegediend, maar ze weigerde mee te gaan naar het ziekenhuis. “Alles wat ik nodig heb, is een warm bad en een bed”, sprak de vrouw.
Samenvattingen niet-twitteraars Texaanse Lynn Keesler (61) kwam met auto vast te zitten in vijver, kwam er na 7 dagen heelhuids uit door M&M's en water in haar auto. = 133 tekens, 7 dagen 12 Oude vrouw uit texas krijgt auto ongeluk en beland in water, ze besluit in de auto te blijven. Ze houd zichzelf in leven met MMs en water. Na 7 dgn weet ze auto te verlaten en vind hulp. =186 tekens, 7 dagen, spelfout 11 (eigenlijk 12, maar te lang, dus 1 strafpunt) Texaanse Lynn (61!!) blijft in auto zitten nadat ze te water reed! M&M's to the rescue:) =88 tekens, geen 7 dagen 9 15 jan '12 Lynn K van de weg met voertuig. Na verscheidene pogingen van aandacht trekken slaagde ze erin. Ze maakt het goed. = 124 tekens, geen 7 dagen 5 61jarige texaanse leeft 1 week in vastgereden auto op #m&m's om vervolgens toch maar #zelfhulptezoeken =102 tekens, 7 dagen 13
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
63
N vrouw rijdt vijver in met auto.kroop pas na 7 dagen uit de auto.heeft zichzelf in leven gehouden met water en m&ms =116 tekens, 7 dagen, afgekort 10 Amerikaanse (16) reed auto 15-01 jl. vast in vijver. Ze bleef 1 week in auto. Niemand vond de vrouw, ze kwam er zelf uit. Ze is ongedeerd. =138 tekens, 7 dagen 12 vrouw rijdt vijver in, probeert tevergeefs te seinen voor hulp en redt uiteindelijk zichzelf =92 tekens, geen 7 dagen 5 15-01, Idaho (Texas) Lynn Keesler komt vast te zitten in modder. Lichtsignalen hadden geen baat, Ze hield zichzelf in leven met M&M's en water. Na zeven dagen werd ze gered door een 61-jarige vrouw. = 198 tekens, 7 dagen 12 (eigenlijk 14, maar verhaal te lang en klopt niet, dus 2 strafpunten) op 15 januari reed een 61 jarige vrouw zichzelf vande weg waardoor haar auto kwam vast te zitten en besloot na 7 dagen haar auto te verlaten = 140 tekens, 7 dagen 14 Een 61 jr. Mvr uit texas heeft 7 dagen vast gezeten in haar eigen auto. Ze was met haar auto een vijver ingereden en bleef wachten op hulp. Ze bleef in leven dankzij m&m en water. Na 7dgn besloot de vrouw hulp te zoeken. =220 tekens, 7 dagen 15 (eigenlijk 16, maar te lang, dus 1 strafpunt) Bejaarde rijd in sloot, blijft koppig 7 dagen zitten en leeft op water en M&M's =79 tekens, 7 dagen, spelfout 10 Texaanse vrouw zit 7 dagen vast met auto in modderpoel en overleeft haar avontuur zonder kleerscheuren door M&M's. =114 tekens, 7 dagen 12 Een vrouw van 61 heeft een week op M&M’s en water overleefd, vastzittend in een auto. Toen niemand haar hielp, heeft zij zichzelf bevrijd. = 138 tekens, 7 dagen 12 Vrouw zit 7 dagen met haar auto vast in een modderige vijver en overleeft op M&M's en water. =92 tekens, 7 dagen 10 Vrouw,61,7dgn vst in auto.Ovrlftd op water+m&m. =47 tekens, 7 dagen 10 vrouw van 61 is een vijver ingereden en heeft 7 dagen gewacht op hulp die niet kwam. Ze is uiteindelijk zelf heelhuids uit de auto gekomen. =139 tekens, 7 dagen 14 Idaho, Lynn Keesler (61) met auto in vijver. 7 dagen gevoed met m&m’s en water. Geen hulp maar heelhuids uit auto gekomen. =122 tekens, 7 dagen
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
64
16 Automobiliste uit Idaho rijdt in sloot, zoekt hulp via geluid- en lichtsignalen, verlaat na 7 dagen auto,vindt hulp maar weigert ziekenhuis. =140 tekens, 7 dagen 13 De 61-jarige Lynn Keesler uit Idaho bleef na een ongeluk een week in haar auto zitten omdat ze gehoord had dat dat de beste oplossing was. =138 tekens, 7 dagen 14 Vrouw zat vast met auto in een vijver. Door seinen vroeg ze om hulp. Na 7 dagen is ze uit de auto gekropen en bij een huis hulp gaan halen. =139 tekens, 7 dagen 10 15/1/2012., Lynn Keesler (61) uit Idaho zat vast met auto in water, waarvan de accu leeg raakte. Na 7 dagen kroop er voorzichtig eruit. =135 tekens, 7 dagen 14 Een vrouw overleeft in Amerika na een ongeluk op een zakje m en m en water. =75 tekens, geen 7 dagen 5 61-jarige Texaanse vrouw onopgemerk vast met auto in vijver. Ze verliet na 7 dagen zelfstandig haar auto en bleef gelukkig ongedeerd. =133 tekens, 7 dagen 14 Lynn Keesler # Texas, vast in auto na ongeluk, bleef zitten. Probeerde aandacht te trekken maar niet gelukt. na 7 dagen met alleen m&m en water , daarna weigerde ze het ziekenhuis! # alleen bed nodig en warm bad =211 tekens, 7 dagen 15 (eigenlijk 16, maar te lang, dus 1 strafpunt) 61-jarige Amerikaanse overleeft week in gestrande auto op M&Ms. Weigert ziekenhuisopname na redding, wil alleen een warm bad en een bed!=136 tekens, 7 dagen 14 Op 15 januari is een 61-jarige vrouw een vijver ingereden. Ze bleef in de auto zitten wachtend op hulp. Ze Knipperde en claxonneerde voortdurend, om aandacht te trekken, tot de accu op was. Ze dacht dat je nooit de auto uit moest gaan wanneer deze klem zo =255+ tekens, geen 7 dagen 8 (eigenlijk 9, maar te lang, dus 1 strafpunt) 61 jarige vrouw verongelukt in Idaho. Weigert voertuig te verlaten, op aanraden kennis. Na 7 dagen toch auto verlaten en hulp gezocht. =134 tekens, 7 dagen 13 (eigenlijk 14, maar fout: verongelukt=dood, dus 1 strafpunt) Heftig! Lynn (61) kwam vast te zitten in haar auto en heeft een week lang op hulp gewacht. Niemand kwam haar redden. Na een week is ze uit de auto geklommen, heeft een huis gevonden en alles is goedgekomen! Alles wat ik nodig heb, is een warm bad" – Lynn =254 tekens, 7 dagen 12 (eigenlijk 13, maar te lang, dus 1 strafpunt)
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
65
vrouw in VS kwam met auto in vijver., klom pas na 7 dagen op ooit gekregen advies auto bij klem rijden niet te verlaten er uit en kree0g toen hulp.,wilde niet naar ziekenhuis.,allen bad en bed =192 tekens, 7 dagen 13 (eigenlijk 14, maar te lang, dus 1 strafpunt) In totaal 347 punten voor de niet-twitteraars. 347: 30= 11,6 punten.
Samenvattingen twitteraars Op 15-01 reed Lynn (61) in de vijver met de auto. Eerst probeerde ze te seinen voor hulp. Niks hielp en ze klom zelf na 1 week uit de auto. = 139 tekens 12 auto van de weg/vrouw overleefd met M&M`s en water dit raakte op/klom uit de auto en zocht hulp/ze was verder ongedeerd = 119 tekens, geen 7 dagen 7 Vrouw (61) in vijfer gereden en zeven dagen lang op M&M's en water geleefd. Wilde alleen een warm bad, geen hulp. =113 tekens 13 15jan jl, 61jarige LK uit Mexico,beland in hachelijke situatie ,redt zich toch door M&M's te eten,verlaat auto en vindt hulp,eind goed al goed =142 tekens, geen 7 dagen 6 (eigenlijk 8, maar fout: niet Mexico, maar Idaho/Texas en te lang, dus 2 strafpunten) L. Keesler stapt na 7 dagen ongedeerd uit auto, die in vijver terecht gekomen was. = 82 tekens 9 Texaanse vrouw van 61 houdt zich zeven dagen lang in leven met M&M's, nadat ze met auto in vijver belandt. Bij bevrijding wenst zij warm bad en bed =147 tekens 14 (eigenlijk 15, maar te lang, dus 1 strafpunt) Verlaat nooit je auto? 61 jarge, 7 dagen vast in vijver, overleven op water en m&m's =84 tekens 10 61-jarige vrouw leefde 7 dagen op water en m&m's in haar auto die vast zat in een vijvertje. Ze had gehoord dat je dan moest blijven zitten. =139 tekens 14 61-jarige vrouw uit Idaho zat 7 dagen lang dagen vast in de auto, maar wist levend eruit te komen =97 tekens
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
66
10 Auto rijdt van de weg en raakt vast in modder terwijl het water stijgt. 61-jarige vrouw overleeft dankzij M&M’s en water. =122 tekens, geen 7 dagen 7 Een vrouw uit Texas bleef 7 dagen in haar auto zitten nadat ze in een sloot reed, omdat iemand haar aanraadde haar auto nooit te verlaten. Ze overleefde door M&Ms en water. =173 tekens 13 (eigenlijk 14, maar te lang, dus 1 strafpunt) 61-jarige vrouw houdt zichzelf 7 dagen in leven met drinkwater en m&ms #autotewater maar laat zich niet kisten. #stoerwijf #niksaandehand =137 tekens 12 L. Keesler kwam met haar auto vast te zitten. Ze had water en m&m's bij zich. Door 'n advies verliet zij de auto pas na 7 dagen. Ze is okay. =140 tekens 11 een vrouw kwam pas na 7 dagen uit haar auto toen ze in een vijver was gereden want ze wist niet wat te doen. In het ziekenhuis wilde ze niet meer dan een warm bad. =163 tekens 8 (eigenlijk 9, maar te lang, dus 1 strafpunt) Lynn K. uit Texas reed in een vijver. Daar bleef ze 7dagen. Toen vond ze hulp en ging naar huis. =96 tekens 10 Vrouw overleeft 7 dagen in auto op water en M&M's =49 tekens 10 15 jan raakte 61-jarige texaanse vast in modder met voertuig, hield zichzelf 7 dagen in leven met o.a. m&m's. redde zichzelf uiteindelijk. =138 tekens 16 Een 61-jarige vrouw is met haar auto vast komen te zitten in een vijver. Ze bleef op advies een week zitten, alvorens ze de auto verliet. =137 tekens 14 61-jarige vrouw uit Texas betrokken in auto-ongeluk. 7 dagen in de auto vast; moed en koppigheid:. Geen ziekenhuis, liever warm bad en bed. =139 tekens 14 61jr vr uit Idaho 7 dgn vast in auto na crash.hield zich in leven met m&m en water.ze vond ziekenhuis niet nodig, wel warm bad en bed genoeg =140 tekens 16
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
67
In jan. reed een Amerikaanse het water in. Na 7 dagen in de auto uitgehouden te hebben besloot ze er toch maar, ongedeerd, uit te komen. =136 tekens 14 Texaanse in vastgereden auto overleeft week op water en M&M's - terwijl ze gewoon weg kon lopen =95 tekens 12 Een 61-jarige vrouw uit Texas heeft 7 dagen in een auto vastgezeten nadat ze in een moeras belandde. M&M's en water hielden de vrouw in leven. =142 tekens 13 (eigenlijk 14, maar te lang, dus 1 strafpunt) Idaho, 61-jarige blijft 7 dagen in auto zitten. Zat vast in moddervijver en dacht dat auto verlaten gevaarlijk was. Aandacht trekken hielp niet. Na dagen M&M's en water waagde ze de sprong. Een bed en bad was al wat ze nodig had =228 tekens 14 (eigenlijk 15, maar te lang, dus 1 strafpunt) Auto in vijver. Vrouw (61) blijft onopgemerkt. Leeft op M&M's en water, klimt na 7 dagen zelf uit het voertuig en wijst medische hulp af. =137 tekens 15 Lynn Keesler (61) bleef week in auto in moddervijver wachten op redding. Pas na 7 dagen klom ze ongedeerd uit de auto toen hulp uitbleef... =139tekens 17 61-jarige Amerikaanse overleeft week in gestrande auto op M&Ms. Weigert ziekenhuisopname na redding, wil alleen ´een warm bad en een bed!´ =138 tekens 14 61-jarige vrouw reed met auto in vijver. ze bleef 7 dagen zitten, etend van m&m's. uiteindelijk klom ze eruit en zei alleen een bad en bed nodig te hebben =154 tekens 14 (eigenlijk 15, maar te lang, dus 1 strafpunt) 61-jarige Texaanse pas na 7 dagen - door gebrek aan eten en na stijgend water - bereid in modderige vijver vastgelopen auto te verlaten. . =138 tekens 12 In januari klopte een vrouw uit Idaho aan bij een afgelegen huis, ze had na een ongeluk een week in de auto gewacht. Ze mankeerde niets. =136 tekens 11 Totaal 362 punten. 362: 30 = 12,1 punten
Onderzoeksrapport: Het effect van Twitter op het taalgebruik Marjolein Sintenie
68
Vragenlijst interview Martin Damen • •
• • • • •
Heeft Twitter volgens u een positief of juist negatief effect op je schriftelijke taalgebruik? Waarom? Denkt u dat de zogenaamde Twittertaal gevolgen kan hebben voor je taalgebruik in formele situaties (sollicitatiebrieven)? (bijv juist veel afkortingen/spelfouten of juist heel kort en bondig schrijven) Zijn dat uw eigen bevindingen of heeft u dat in uw directe omgeving gezien? Zijn er volgens u ook nadelen (of voordelen) aan Twitter voor je taalgebruik? Denkt u echt dat je door Twitter een betere brievenschrijver wordt? Heeft u hier al iets van gemerkt? Zijn er buiten de reacties onder uw artikel nog andere interessante reacties binnengekomen? Heeft u zelf wel eens gemerkt dat uw taal achteruit of juist vooruit is gegaan door Twitter?