1
Nummer 6 • elfde jaargang • juni 2010
INHOUD
2
Beter en sneller: Erasmus MC-paden
3
Wat is slimste politieke keuze?
5
Herbert Hooijkaas: ‘Immuunsysteem is zesde zintuig’
Perspectiefnota voor
7 dummies
9 Lijf aan lijf met Lance Erasmus MC’ers
10 praten te weinig 12 Koken voor collega’s 15
Joost (11) zamelt 25.000 euro in voor het Sophia
Rianne Sigmond
16 pakt goud
Vakantie
‘Iedereen gratis openbaar vervoer’ Medewerkers die met de auto naar het Erasmus MC komen, gaan vanaf 2011 waarschijnlijk aanzienlijk meer betalen voor parkeren. Het goede nieuws: er zijn plannen voor gratis openbaar vervoer. Tekst: Anneke Aaldijk
‘N
iemand meer met de auto naar het werk’, kopte Scanner in het aprilnummer van vorig jaar. Het zou dé oplossing zijn voor de parkeerproblematiek waar onze organisatie sinds jaar en dag mee kampt. Want: ‘Als we niks doen, wordt de situatie onhoudbaar’, aldus sectormanager Integrale Veiligheid bij directie Facilitair Bedrijf Louis Kooyman in hetzelfde artikel. Een nieuw vervoersbeleid waardoor medewerkers niet meer kunnen parkeren, is volgens hem nog steeds de enige manier om voorgoed af te rekenen met de bestaande problemen. Vorig jaar riep de Raad van Bestuur een werkgroep (bestaande uit stafmedewerkers van de directies Personeel, Facilitair Bedrijf, Financiën en twee leden van de OR, red.) in het leven om uit te
Hartelijk dank Honderden medewerkers en studenten hebben al meegedaan aan het lezersonderzoek bij Scanner 5 en op intranet. De redactie dankt iedereen hartelijk. Alleen met de mening van lezers kunnen we een personeel magazine maken dat nog beter voldoet aan de behoeften. Binnenkort is er redactionele aandacht voor de onderzoeksresultaten.
zoeken wat de voor- en nadelen zijn van zo’n nieuw vervoersbeleid. Kooyman: “Uitgangspunten waar we mee aan de slag zijn gegaan, zijn honderd procent vergoeding van openbaar vervoer, stimulatie van fietsgebruik én een minimaal aantal parkeerplaatsen, behalve voor minder validen en medewerkers met een late dienst of nacht- of spoeddienst. Wie daarbuiten met de auto naar het werk wil blijven komen, zal dieper in de buidel moeten tasten.” De werkgroep heeft op hoofdlijnen een voorstel gedaan voor punten die moeten terugkomen in het vervoersbeleidsplan. Dit document ligt op dit moment bij de projectgroep Vervoersbeleid, waarin medewerkers van diverse afdelingen en alle locaties en een afvaardiging van de OR zijn vertegenwoordigd. Zij bekijken, of het voorstel haalbaar en effectief is. Zij gaan na wat het plan betekent voor de arbeidsvoorwaarden, wat financiële consequenties zijn en of gratis openbaar vervoer haalbaar is. Kooijman: “De projectgroep zal zijn bevindingen in augustus aanbieden aan de stuurgroep Vervoersbeleid, die onder meer bestaat uit directeuren en afdelingshoofden. Die adviseert op zijn beurt de Raad van Bestuur over het vervoersplan. Het heeft dus nog wel wat voeten in de aarde voor er een besluit genomen wordt. Het streven is om het nieuwe vervoersbeleid begin volgend jaar in te voeren.”
Museumparkgarage Volgens de sectormanager Integrale Veiligheid zijn ontmoediging van het autogebruik en verhoging van het parkeertarief niet langer te voorkomen. “We willen een duurzaam vervoersbeleid ontwikkelen en het kan dus niet zo zijn dat we in de nieuwe situatie opnieuw een parkeerprobleem hebben. Want er komen eind dit jaar dan wel zo’n 600 plaatsen bij in het Museumpark, maar parkeergarage P17 (tegenover de hoofdingang centrumlocatie, red.) verdwijnt. In totaal beschikken we dan nog steeds over minder dan 2000 plaatsen, terwijl we er dagelijks ruim 4000 nodig hebben voor patiënten, bezoekers, bouwvakkers en medewerkers.” Op dit moment zijn er ruim 2600 perso-
neelsleden met een autoregeling. Verder hebben 6000 medewerkers gekozen voor de IRB-regeling. Zij mogen twaalf keer per jaar met de auto naar het werk komen. Kooijman: “Dat lijkt misschien niet veel, maar het veroorzaakt al met al wel een behoorlijk parkeerprobleem. Of we dat oplossen door het tarief voor medewerkers enorm te verhogen? Ik verwacht het wel, al zullen er altijd mensen zijn die de hoge kosten voor lief nemen. Voor deze groep zijn straks mogelijk 600 abonnementen in de Museumparkgarage beschikbaar. En daarvoor geldt waarschijnlijk: wie het eerst komt, wie het eerst maalt.” Zie verder pagina 6
Spannend samenspel met Sint Franciscus Gasthuis
Net als veel medewerkers en studenten gaat Scanner in juli met vakantie. Het volgende nummer verschijnt op vrijdag 6 augustus.
Kom picknicken! Noteer alvast in je agenda: donderdag 26 augustus. Want die dag zijn alle medewerkers en vrijwilligers van harte welkom bij de zomerse picknick in Het Park bij de Euromast. Binnenkort ontvangt je via email een uitnodiging. Aanmelden voor de lunch, high tea of dinch (late lunch) kan vanaf half juli op intranet.erasmusmc.nl/bijzonderverbonden
Een aantal afdelingen gaat nog dit jaar intensief samenwerken met artsen, verpleegkundigen en andere professionals van het Sint Franciscus Gasthuis. Het moet de voorbode zijn van combinaties op veel grotere schaal. Tekst: Gerben Stolk
I
edereen in onze organisatie moet in de afgelopen anderhalf jaar doordrongen zijn geraakt van ‘De Patiënt Prominent’: het idee dat niet afdelingen, specialismen, medewerkers of het Erasmus MC de maat der dingen zijn, maar dat alles en iedereen in dienst staat van de patiënt. Dat dus alle handelingen en expertises op elkaar worden afgestemd
om de patiënt snel en soepel door zijn zorgproces te leiden. Maar de zorg stopt niet bij de in- en uitgang van het Erasmus MC. Een patiënt kan ook te maken krijgen met bijvoorbeeld huisarts, verpleeghuisarts of dokters in een algemeen ziekenhuis. Zie verder pagina 6
De allerberoemste wielerwedstrijd start op 3 juli in Rotterdam. Lees op pagina 8/9 alles over de rol van het Erasmus MC tijdens de tour.
nieuws Beter en sneller Snellere diagnostiek, gemiddeld een kortere ligduur en ook betere communicatie met patiënten. Stuk voor stuk resultaten die vorig jaar zijn voortgevloeid uit het project Erasmus MC-paden. De gedachte achter de Erasmus MCpaden is dat tachtig procent van de zorg in de organisatie goed kan worden gepland. Komt een patiënt bijvoorbeeld langs voor een nieuwe knie, dan moeten de professionals precies weten wat zij op dag één, dag twee, dag drie enzovoort gaan doen. Het project Erasmus MC-paden heeft vorig jaar elf zorgpaden begeleid en gevolgd. Het initiatief leidde onder andere tot multidisciplinaire teams, betere samenwerking en meer gestroomlijnde zorg. Er is ook een zogeheten toolkit ontwikkeld voor wie een Erasmus MC-pad willen ontwikkelen - zoek op intranet met ‘toolkit paden’. (GS)
Miljoenen misgelopen Het UMC St Radboud in Nijmegen heeft in 2005, 2006 en 2007 vijftien tot twintig miljoen euro niet opgestreken als gevolg van financiële wanorde. Het ziekenhuis verzuimde rekeningen in te dienen bij de zorgverzekeraar. Bestuursvoorzitter Emile Lohman zegt bij zijn aantreden in 2006 een chaos te hebben aangetroffen. “Ook financieel liep het ziekenhuis achter de feiten aan.” Al vier jaar werden medische centra afgerekend op zogeheten diagnosebehandelcombinaties, de complete behandeling van een patiënt. Lohman: “Maar ik moest tot mijn ongenoegen constateren dat het Radboudziekenhuis er nog mee moest beginnen.” Volgens hem ontbrak het stelselmatig aan administratieve discipline. “Klaarblijkelijk leefde de gedachte: ik krijg mijn salaris toch wel. We waren dieven van onze eigen portemonnee.” Volgens de bestuursvoorzitter heeft een nieuwe organisatiestructuur de negatieve spiraal doorbroken. (GS)
2 Scanner • juni 2010
Nieuwe bijzonder hoogleraren
Nieuwe directeur Patiëntenzorg
Meer rechten patiënt
‘Niet doorlopen bij rood lampje!’
Hans Vingerling is per zaterdag 1 mei bijzonder hoogleraar Epidemiologie van oogziekten. De Vereniging Trustfonds Erasmus Universiteit Rotterdam maakt dat mogelijk.
Olav Bouhuyss is sinds maandag 10 mei interim directeur van de directie Patiëntenzorg. Hij volgde Mieke Bot op. Bouhuyss werkte tussen 1988 en 1991 in het Erasmus MC als anesthesieverpleegkundige. Sindsdien was hij onder meer directeur bedrijfsvoering in het UMC Utrecht, lid van de Raad van Bestuur van de Oosterscheldeziekenhuizen in Goes en Zierikzee en Manager Zorg en lid Directieberaad (a.i.) in het Hagaziekenhuis in Den Haag. (GS)
Cliënten krijgen recht op keuze-informatie, zoals prestaties van ziekenhuizen en verpleeghuizen. Zo kunnen zij gemakkelijker besluiten welke zorgaanbieder bij hen past. Dit staat in het Wetsvoorstel cliëntenrechten zorg (Wcz) dat de ministerraad op voorstel van demissionair minister Klink van Volksgezondheid, Welzijn en Sport naar de Tweede Kamer stuurt.
“Als je als patiënt in een behandelkamer ligt, al dan niet geheel of gedeeltelijk ontbloot, is het erg vervelend en soms erg gênant wanneer er plotsklaps iemand binnenkomt, om wat voor reden dan ook. Dit terwijl toch vaak het rode lampje buiten de kamer brandt om aan te geven dat men bezig is met een onderzoek. Zo heb ik dat ervaren tijdens een inwendig onderzoek bij de gynaecoloog. Gelukkig was de gynaecoloog de persoon nét voor en zei heel hard ‘NEE’ toen de deur al open ging. Deze schrok en deed de deur direct weer dicht. Achteraf bleek een medewerker een formulier te willen afgeven en iets vragen.”
Ronald de Krijger gaat sinds kort eveneens door het leven als bijzonder hoogleraar. Hij bekleedt sinds zaterdag 15 mei de leerstoel Kinderpathologie, gevestigd door de Stichting Sophia. (GS)
Eiske Dorresteijn favoriet Eiske Dorresteijn heeft op vrijdag 7 mei een groot wit hart ontvangen als dank voor haar diensten aan het vierjarige patiëntje Melissa Aksu. Het cadeau staat symbool voor de 9000 bedankjes die Nederlanders dit jaar op verzoek van inkomensverzorger PGGM hebben gestuurd voor hun favoriete zorgverlener. Staflid Kindernefrologie Dorresteijn kreeg het hart uit handen van de ouders van het meisje. Zij zijn haar dankbaar dat hun dochtertje een geslaagde niertransplantatie achter de rug heeft. Melissa kampt sinds haar geboorte met een ernstige nierziekte. Zij moest vier dagen per week naar het Sophia Kinderziekenhuis voor dialyse. Sinds de transplantatie hoeft ze nog maar een keer per maand langs te komen. Melissa en haar ouders zeggen een bijzondere band te hebben opgebouwd met Eiske Dorresteijn. De ontvanger reageert opgetogen: “Ik ben zeer blij met deze blijk van waardering. En hoewel ík nu in de schijnwerpers sta, is het natuurlijk de verdienste van het hele kindernefrologische team. We kennen Melissa inderdaad al vanaf de geboorte met een ernstige nierziekte, en juist bij zulk lang en intensief contact is het fijn als ouders zo tevreden zijn. Ik zie dit dan ook als een stimulans om de zorg voor kinderen met een chronische nierziekte te blijven verbeteren.” (GS)
‘Clinical Trial of the Year’
Bloeddorstige actie Studenten Geneeskunde, allen lid van de studievereniging IFMSA, werven van maandag 7 tot en met woensdag 9 juni bloeddonoren. Bij het DE Café in de hoogbouw benadrukken zij bij medestudenten dat dagelijks levens worden gered dankzij donorbloed. Die kunnen ook hun hemoglobinegehalte laten bepalen om vast te stellen, of zij geschikt zijn als donor. Vorig jaar leverde de actie vijftig aan meldingen op. Op maandag 14 juni, het is dan Wereld Bloeddonordag, gaan de studenten op herhaling, maar dan zijn zij in de weer op Woudestein. Zelf spreken zij alvast over ‘een bloeddorstige actie’. (GS)
Foutje Dankzij een foutje van de NOS heeft medisch Rotterdam vorige maand onterecht lof toegezwaaid gekregen. “Het Academisch Ziekenhuis in Rotterdam was in de Tweede Wereldoorlog een broeinest van verzet”, zo luidde de openingszin van een webbericht dat door andere media werd overgenomen. Hoogleraar Medische Geschiedenis Mart van Lieburg weet wat mis is gegaan bij de NOS. “Waar Rotterdam werd gemeld, had Utrecht moeten staan”, zegt hij. De omroep bracht het boek ‘Witte Jassen en Bruinhemden’ onder de aandacht. Het gaat over Nederlandse artsen in de Tweede Wereldoorlog en is verzorgd door redacteuren van Medisch Contact, het tijdschrift dat is vernoemd naar de verzetsorganisatie van artsen die tijdens de bezettingsjaren opereerde onder die naam. (GS)
Een grootschalig en door uroloog Fritz Schröder geleid onderzoek is vorige maand door de The Society for Clinical Trials uitgeroepen tot Clinical Trial of the Year.
Weinig lof De werkdruk in de zorg is te hoog of zelfs veel te hoog, zegt driekwart van de mensen met een baan in de sector. Verder tonen politiek en media weinig respect en waardering voor de beroepsgroep. Dat blijkt uit de Barometer Zorg, een peiling onder 378 werkenden in de zorg door onderzoeksbureau Newcom. Van de ondervraagden zegt 43 procent ‘nauwelijks waardering’ te voelen van - demissionair - minister Klink van Volksgezondheid. Een op de vijf meldt zelfs dat er ‘geen waardering’ is. De media en driekwart van de bevolking tonen die evenmin. Dat gevoel van zorgmedewerkers wordt gecompenseerd door hun directe omgeving. Het merendeel van hun patiënten, familie, kennissen en buren heeft wel lof voor werk in de zorg. Bijna de helft van de medewerkers stelt dat de zorg erop achteruit is gegaan. Zo is er geen tijd om te praten en heerst het gevoel altijd tekort te schieten en het werk te moeten afraffelen. (GS)
De Amerikaanse organisatie spreekt grote waardering uit voor de Europese gerandomiseerde studie naar de waarde van vroege opsporing van prostaatkanker, kortweg ERSPC. Criteria voor de prijs: verbetering van het lot van de mensheid, het hoogste niveau van wetenschappelijke expertise en maximale zorg voor de veiligheid van deelnemers aan het onderzoek. De ERSPC ging begin jaren negentig van start om te meten wat er gebeurt met sterftecijfers als gevolg van prostaatkanker wanneer wordt gescreend op prostaatspecifiek antigeen (PSA). Conclusies: deze screening leidt tot minder sterfte, maar behelst ook het risico van ‘overdiagnose’. De studie werd gehouden in Nederland, België, Zweden, Finland, Italië, Spanje en Zwitserland. Schröder is hoogleraar Urologie. (GS)
De wet houdt ook in dat patiënten eenvoudiger en effectiever een klacht kunnen indienen als zij niet tevreden zijn. Bovendien krijgen patiënten recht op informatie als zij zijn betrokken bij een incident recht. Het kabinet wil de individuele en collectieve rechtspositie van de cliënt versterken. De wet onderstreept ook de verantwoordelijkheden van zorgaanbieders voor de kwaliteit van zorg. (GS)
Jacobus Willemse prijs Kinderneuroloog Marie-Claire de Wit heeft in april de Jacobus Willemse prijs ontvangen voor het onderzoek waarop ze over drie maanden promoveert. Het is een aanmoediging voor een jonge onderzoeker op het vakgebied van de Kinderneurologie, ter beschikking gesteld door de Nederlandse Vereniging voor Kinderneurologie (NVKN). De Wit dankt de prijs aan haar onderzoek naar corticale migratiestoornissen: aangeboren afwijkingen van de hersenschors die kunnen leiden tot klachten als epilepsie of ontwikkelingsproblemen. Zij vertelt: “We lieten zien dat het dankzij een combinatie van klinisch, radiologisch en genetisch onderzoek mogelijk is bij bijna de helft van deze kinderen een onderliggende oorzaak te vinden. Zo kunnen we ouders beter voorlichten en ook de kinderen beter behandelen. In de grote groep onderzochte patiënten vonden we overigens ook nieuwe fenotypes (totaal van alle waarneembare eigenschappen van een organisme, red.) en syndromen.” De kinderneuroloog is vereerd met de prijs. “Vooral omdat deze is toegekend door een commissie van kinderneurologen, mijn vakgenoten.” (GS)
Bijna identiek aan wormen Controle alibi Het is voortaan mogelijk op een plaats van misdrijf uit biologisch materiaal, zoals bloed en speeksel, af te leiden wanneer het daar is terechtgekomen. Zo kan bijvoorbeeld het alibi van een verdachte worden geverifieerd. Dit nieuw hulpmiddel bij opsporingsonderzoek is mogelijk gemaakt door de afdeling Forensische Moleculaire Biologie. Dat gebeurde onder leiding van prof. dr. Manfred Kayser, het afdelingshoofd. Biologisch materiaal dat wordt gevonden op een plaats van misdrijf, wordt vaak gebruikt om personen te identificeren aan de hand van het DNA-profiel. Een verdachte kan zich eruit proberen te redden door te ontkennen dat hij op die plek aanwezig was toen het misdrijf werd begaan. In zijn verweer voert hij dan bijvoorbeeld aan dat zijn materiaal ervoor of erna is beland. Het onderzoek van de afdeling Forensische Moleculaire Biologie maakt het mogelijk te bepalen, of een dergelijk betoog juist is. (GS)
Dit schreef een patiënt op een Erasmus MC-ansichtkaart waarop complimenten en kritiek aan de organisatie kunnen worden geuit. Meer hierover in de interne nieuwsbrief Ambassadeurspost nr. 8 voor de Patiënt Prominent-ambassadeurs. (JvdL)
Bepaalde wormen blijken min of meer op dezelfde manier hun DNA-schade te repareren als mensen. Dat hebben onderzoekers van het Erasmus MC ontdekt. Hun vondst levert mooie mogelijkheden op voor nieuwe studies naar DNA-schade, wat belangrijk is voor patiënten met ziekten die daarmee te maken hebben. Het onderzoek is verricht met een wormpje van slechts één millimeter lang, de Caenorhabditis elegans. Het beestje heeft als voordeel dat gemakkelijk kan worden bestudeerd wat er in de verschillende celtypen gebeurt tijdens de verschillende levensfasen. “Dit soort onderzoeken is veel moeilijker, langzamer en duurder als je het doet bij proefdieren als muizen”, zegt onderzoeker Hannes Lans van de afdeling Genetica. Hij en zijn onderzoekers hebben hun bevindingen gepubliceerd in het online wetenschappelijk tijdschrift PloS Genetics. (GS)
‘Methusalem’genen gevonden Medische wetenschappers hebben ‘Methusalem’-genen geïdentificeerd die ervoor zorgen dat mensen honderd jaar worden, zelfs wanneer ze ongezond leven. Dit berichtte The Sunday Times uit Londen op zondag 16 mei, zich daarbij baserend op uitspraken van onderzoekers uit Leiden, New York en Londen. Prof. Eline Slagboom (LUMC, Leiden) zegt desgevraagd dat de genetische kennis over wormen en mensen door de krant in één artikel is samengebracht. De ‘Methusalem’-genen zijn aangetroffen bij wormen en andere lage levensvormen, niet bij mensen, benadrukt ze. Maar één op de 10.000 mensen bereikt de honderd jaar. Hun genoom lijkt beter bescherming te bieden tegen aandoeningen dan dat van andere mensen, maar hierover is nog veel onbekend. Methusalem is een aartsvader uit de Bijbel die volgens het heilige boek 969 jaar is geworden. Zijn vader Lamech werd maar 777 jaar. (JvdL)
Minder burnout Uitval van medewerkers als gevolg van burnout en stressklachten kan worden voorkomen als een organisatie voldoende aandacht besteedt aan inspirerend en spiritueel leiderschap, kortweg Human Being Management genoemd. Dat stelt Maurice de Valk in het proefschrift waarop hij dit voorjaar promoveerde aan de Rotterdam School of Management van de Erasmus Uversiteit Rotterdam. Zijn conclusie: als zowel het individuele als collectieve welzijn van mensen voldoende aandacht krijgt en er heldere doelen worden gesteld binnen een organisatie, ontstaat er een goede balans in werk en leven en kan burnout en langdurige uitval ten gevolge hiervan worden voorkomen. (GS)
nieuws
3 Scanner • juni 2010
Voorstellen bezuinigingen Ambtelijke werkgroepen hebben dit voorjaar op verzoek van het kabinet voorstellen gedaan waarmee de overheid kan bezuinigen in deze tijd van economische crisis. Voor de gezondheidszorg is onder meer gemeld: • Een bezoek aan de huisarts gaat 5 euro kosten • Bij ieder recept betaalt de patiënt 2 euro • Het eigen risico gaat naar 775 euro • Hulpmiddelen als verband en incontinentiemateriaal en medicijnen als cholesterolverlagers gaan uit het verzekeringspakket • Zorgverzekeraars krijgen meer prikkels om goedkoop in te kopen • Basisbeurs studenten afschaffen en vervangen door een leenstelsel • Snijden in de financiering van hogescholen en universiteiten: vijf jaar lang elk jaar een procent productiviteitskorting
gaan of ze komen niet opdagen voor een behandeling.” Is het erg als de studiefinanciering wordt afgeschaft? “Nee, niet voor medicijnenstudenten. Dokter worden kun je ook met een lening die je later terugbetaalt.” Wat is een verstandige keus? “De politiek moet rekening houden met de effecten om een verstandige keus te kunnen maken. Beter was geweest als de politiek in plaats van hier en daar een paar procent af te hakken een debat had gevoerd over wat we als kwaliteit in de zorg zien en hoeveel geld we daarvoor over hebben. Maar daar was natuurlijk geen tijd voor. Het kabinet is gevallen en er moesten in een vloek en een zucht partijprogramma’s in elkaar gespijkerd worden.”
De slimste politieke keuze volgens bestuurder Anton Westerlaken
Stemwijzer zorg De verkiezingen voor de Tweede Kamer staan voor de deur. Bij welke politieke wind is het Erasmus MC het meest gebaat? Een interview met Anton Westerlaken, lid van de Raad van Bestuur. Tekst: Corianne Roza
“I
k ga natuurlijk geen stemadvies geven”, benadrukt Anton Westerlaken. “Stemmen gaat over meer dan de toekomst van zorg, onderwijs en onderzoek alleen.” Maar de bestuurder wil best zeggen waarvoor de politiek de komende jaren zou moeten kiezen.
Consistentie in beleid is het belangrijkst. En dat alleen al wordt lastig. Want één ding staat vast: “Er gaat veel veranderen na de verkiezingen.” In welke constellatie politieke partijen na de verkiezingen van woensdag 9 juni ook het land gaan regeren, het mes gaat
in zorg en onderwijs. De economische crisis noopt tot bezuinigen. En hoewel dat woord in verkiezingstijd hooguit gefluisterd wordt, het zal beslist in het regeerakkoord staan. De ideeën over hoe Nederland kan bezuinigen, hebben twintig ambtelijke commissies al opgehoest in april - zie kader ‘Voorstellen bezuinigingen’. Maakt het voor het Erasmus MC uit voor welke vorm van bezuinigen de politiek kiest? “De kosten van de zorg zullen betaald
moeten worden. Maar de effecten zijn natuurlijk bij elke maatregel anders. Vijf jaar lang een procent van ons budget schaven, daar zit geen enkele universiteit op te wachten. Maar patiënten treft dit alleen indirect; de artsen worden bijvoorbeeld minder goed opgeleid. Als je goede artsen wilt, moet je de groepen niet te groot maken. Door bezuinigingen worden onderwijsgroepen juist groter. Verhoog je de eigen bijdrage, dan tref je zieke mensen juist wél heel direct. Je prikkelt patiënten tot minder zorgconsumptie. Ze zullen minder snel naar de dokter
Welke kant moet het in elk geval niet op? Aarzelend: “Dat heeft niet zozeer met bezuinigingen te maken, als wel met consistent beleid. De politiek geeft vaak tegenstrijdige boodschappen. Aan de ene kant wordt verwacht dat traumateams snel acute hulp verlenen met helikopters, en vervolgens verordineert de politiek dat er na zeven uur ’s avonds niet gevlogen mag worden vanwege geluidshinder. “Het is linksom aaien en rechtsom schoppen. Verschillende partijen roepen ‘Weg met de regeldruk, geef de werkers in de zorg weer de verantwoordelijkheid voor de zorg’. Tegelijk is er gedetailleerd toezicht van alle kanten en wordt met wantrouwen over specialisten gesproken. Dat stimuleert niet echt om verantwoordelijkheid te nemen.” De SGP wil zelfs heel concreet 25 procent minder regeldruk in de zorg. Is het zo erg? “Dat de veiligheid van de patiënt en de kwaliteit van de zorg voortdurend veel aandacht krijgen, is terecht. Maar er wordt te weinig overgelaten aan het vakmanschap van de medewerkers. Iemand die bij ons in de keuken staat, wéét hoe hij hygiënisch een goede zoutloze maaltijd maakt. En een chirurg heeft geen kwaliteitshandboek nodig om een ingewikkelde operatie tot een goed eind te brengen. “We krijgen van alle kanten voorschriften over ons heen waaraan we moeten voldoen: van de Inspectie voor de Gezondheidszorg, van veiligheidsinstanties, van verzekeraars, van wetenschappelijke verenigingen, van patiëntenorganisaties.
Zie verder pagina 13
collega’s
4 Scanner • juni 2010
s
gman arie Bru
Annem
T borant C stisch la speciali ie g lo Radio afdeling
Wie is Annemarie? Ik ben 28 jaar, ik ben getrouwd met Mathijs (28) en we wonen samen met ons zoontje Thijmen (1) in Dordrecht.
Hoe ziet jouw werkdag eruit? Wij maken CT-scans van patiënten, op alle drie de locaties. Met behulp van straling kunnen we een driedimensionale computerweergave krijgen van ieder lichaamsonderdeel.
Is het vergelijkbaar met een röntgenfoto? Groot verschil met de röntgenfoto is dat de CT-scan ook duidelijk organen en bloedvaten weergeeft. De aandoeningen van de patiënten die we zien, variëren van een tumor tot een gebroken botje. We krijgen mensen vanuit de afdeling Spoedeisende Hulp, maar ook vanuit de kliniek en de Intensive care.
Wat vind je bijzonder aan jouw afdeling?
WIE = WIE Tekst: Vivienne Schiks
Wilh
senio elm de rr n Too afdel adiother m a ing R adiot peutisch labor hera pie ant
Met bijna dertienduizend medewerkers en meer dan tweeduizend studenten is het Erasmus MC een grote organisatie. De truc om je daar toch thuis te voelen, is mensen leren kennen. In elke Scanner laten we twee medewerkers of studenten aan het woord.
Wie is Wilhelm? Ik ben 26 jaar en woon samen met mijn vriendin Christa in Dordrecht. Christa werkt overigens ook in het Erasmus MC, net als mijn zus Annemarie (zie linkerkolom, red.). Verder volgt mijn jongste broer Matthias de in-service-opleiding tot assistent-anesthesie, een werken-leren traject van het Erasmus MC.
Is het lastig om werk en privé gescheiden te houden? Nee, helemaal niet. Ik kom Christa en Annemarie op het werk weinig tegen, maar persoonlijk vind ik het juist wel leuk dat we van elkaar weten waar we het over hebben als we over werk praten. Je hoeft weinig uit te leggen. Daarnaast is het zo dat Christa en ik weliswaar op dezelfde afdeling werken, maar we werken nooit samen, doordat we in verschillende teams zitten. We carpoolen wel, heel handig én gezellig.
Radiologie van het Erasmus MC is een bijzonder vooruitstrevende afdeling. We werken altijd met de nieuwste apparatuur. Als er een nieuw apparaat op de markt is, hebben wij dat bijna altijd binnen enkele maanden staan. Er wordt continu geïnvesteerd in apparatuur, onderzoek en technieken om een zo hoog mogelijke kwaliteit te leveren. Dat maakt het werk heel leuk. De afdeling is constant in beweging.
Hoe ziet jouw werkdag eruit?
Vind je jouw werk zwaar?
Door zogenaamde markers (referentiepunten, red.) aan te brengen in of op het lichaam, kunnen we heel gericht de tumor bestralen met een hoge dosis. De lineaire versneller heeft een grote arm die om de patiënt heen draait. Zo kunnen we de tumor van diverse kanten bestralen om omliggend weefsel dat extra gevoelig is voor bestraling, zoals de ooglens, slijmvliezen of longen, zoveel mogelijk te ontzien. Sommige patiënten worden wel veertig keer bestraald. Dan is het heel belangrijk dat het gezonde weefsel niet ook vernietigd wordt.
We draaien drukke en lange dagen, dus in dat opzicht is het best zwaar. Alle afdelingen die een aanvraag doen, worden het liefst onmiddellijk geholpen, maar dat gaat niet altijd. We proberen zoveel mogelijk dezelfde dag nog te scannen, maar dat is wel afhankelijk van het aantal spoedgevallen. Verder zien we natuurlijk veel ernstige gevallen. De meeste situaties heb ik nu wel gezien, daar raak je aan gewend. Maar sommige situaties wennen nooit. Een zwaargewond kind bijvoorbeeld. Dat is altijd weer heel moeilijk.
Wat heeft indruk op je gemaakt?
Het grootste deel van de dag ben ik bezig met de bestraling van patiënten, meestal kankerpatiënten. Ik werk veel met de lineaire versneller in de Daniel den Hoed, het apparaat voor hoge precisie bestraling. Hiermee bestralen we patiënten met als doel kankercellen te vernietigen of te remmen.
Wat bedoel je met hoge precisie?
Heb je veel contact met de patiënten?
Het eerste wat in m’n hoofd opkomt, is de geboorte van Thijmen. Het leven is 180 graden ‘om’ sinds ik hem heb. Niet alleen praktisch gezien, ook emotioneel sta ik anders in het leven. Ik vind het heel bijzonder. Wat het werk betreft, kan ik me nog goed herinneren dat er tijdens mijn stage als eerstejaarsleerling een jonge vrouw op de tafel overleed. Ze had onder een tram gelegen en was zwaargewond. Ze zei nog wat en overleed ter plekke. Het was mijn eerste ervaring met zwaar letsel, dat heeft veel indruk gemaakt.
Met de een meer dan met de ander, maar je moet wel interesse in mensen hebben om dit vak te doen. De meeste patiënten weten niet wat ze te wachten staat, waardoor ze zich heel onzeker voelen. Dat kan je al voor een groot deel wegnemen door mensen op hun gemak te stellen en rustig uit te leggen wat er gaat gebeuren. Kinderen daarentegen zijn meestal snel gerust te stellen en komen soms gewoon heel vrolijk binnen, ondanks hun ziekte. Dat is heel aandoenlijk. Ik zet dan een vrolijk muziekje op en probeer er samen gewoon iets leuks van te maken.
Wat is je favoriete restaurant?
Wat doe je in je vrije tijd?
In Oudenbosch in Brabant zit brasserie Het Vrolijke Schaap. Het wordt gerund door bekenden van ons en we komen er graag. Een goede kok en een prima prijs/kwaliteit verhouding. Ik neem altijd het verrassingsmenu en het is iedere keer weer heerlijk. Verder gaan we graag naar De Wachter in Alblasserdam. Dit is iets chiquer, maar nog steeds goed betaalbaar en heel lekker eten.
Ik ben gek op fietsen, en dan vooral mountainbiken. Ik rij dan ook regelmatig naar een mountainbike parcours of ga met vrienden op fietsvakantie. Er zijn prachtige parcours te vinden hier in Nederland. Zelf ben ik gek op de duinen, vanwege het hoogteverschil, dat is het leukste om te doen op de mountainbike. De parcours in Schoorl en Westerschouwen zijn echte aanraders.
Wat doe je als je de Lotto wint?
Voor wie heb je bewondering?
We hebben drie jaar geleden een huis gekocht, maar zijn nog bezig om het op te knappen. Ik zou alles in één keer laten doen. Verder zou ik een camper kopen, want dat is mijn favoriete manier om op vakantie te gaan. En niet te vergeten; ik zou een bedrag storten op de rekening van ‘Woord en Daad’. Via deze organisatie heb ik drie kinderen ‘geadopteerd’ in India en Haïti. Woord en Daad is een organisatie die zich inzet om armoede te bestrijden in Afrika, Azië en Midden-Amerika.
Voor een goede vriend van mij en tevens mountainbiker Arjan. Hij is op wereldreis, in z’n eentje. Hij heeft eerst vier maanden in Australië rondgetrokken, toen in Azië drie maanden en nu gaat hij naar Zuid-Amerika tot september. Arjan is zo iemand die je alleen de kroeg instuurt en die er in gezelschap van tien mensen weer uitkomt. Hij is er dus de geknipte persoon voor. Ik ben zelf iemand die meer zekerheid zoekt.
Typisch Annemarie?
Ik ben op dit moment ‘Gevangen’ aan het lezen, van Stephen King, een goed boek. Een van de betere films die me is bijgebleven is ‘Catch me if you can’ van Steven Spielberg. Daarin doen onder meer Leonardo DiCaprio en Tom Hanks mee. Dicaprio speelt een meesteroplichter, Hanks is de FBI-agent die achter hem aan zit.
Ik ben vrolijk, ik houd van gezelligheid en ik ben een leuke moeder, denk ik zelf. Ik ga er graag op uit met mijn zoon. Normen en waarden zijn belangrijk in mijn leven. Ik vind het fijn als iedereen het naar zijn zin heeft en daar hoort geven en nemen bij.
Welk boek of film is je bijgebleven?
interview
5 Scanner • juni 2010
er honderden immuunziekten beschreven, waarvan 103 auto-immuunziekten. En waarschijnlijk zijn er nog veel meer.” Hooijkaas heeft geen van negen tot vijf baan. “Ik begin altijd rond half acht, maar ik ben nooit voor zes uur weg. Vaak zit ik hier wel tot een uur of acht.” Zijn dochter Nelleke en zoon Reijer zijn 23 en 21 en studeren. Maar voorheen was het voor Hooijkaas een hele geruststelling dat zijn vrouw Titia, die kunsthistorica is, veel vanuit huis kon werken. “Zij nam het grootste deel van het thuisfront voor haar rekening. Anders had ik nooit zoveel uren kunnen maken.”
Ford Capri Hij is voor de foto met zijn bijna veertig jaar oude Ford Capri naar het werk gekomen. Hooijkaas glundert wanneer hij over zijn auto praat. “Van het model dat ik heb - een tweeliter met zes cilinders zijn er maar weinig gemaakt. Soms sta ik bij het stoplicht en spreken mensen mij aan. ‘Wat moet je voor die auto hebben?’, zeggen ze dan. Maar ik zou hem nooit wegdoen. De auto is nog van mijn moeder geweest.”
Herbert Hooijkaas: ‘Goed in opsporen immuunziekten’
Het zesde zintuig Hij is van oorsprong bioloog, maar voelde niets voor ‘veldwerk’. Dus ging Herbert Hooijkaas de immunologie in, ontdekte hoe afweercellen ontstaan én startte hij het inmiddels toonaangevende lab medische immunologie. Tekst: anneke aaldijk
H
et wordt hem nogal eens gevraagd wanneer hij zijn naam noemt. Of hij soms familie is van zilverfabrikant Hooijkaas uit Schoonhoven? Herbert Hooijkaas (59) ís familie. Sterker: zijn overgrootvader - “ook een Herbert” - richtte de fabriek in 1874 op. Zijn nakomelingen gaven 120 jaar lang leiding aan de fabriek, die bekendstond om de zilveren bestekken en serviezen. “Ken je de zilveren Douwe Egberts lepeltjes? Die werden in onze fabriek gemaakt.” Hooijkaas - hoewel enig kind en potentieel opvolger - ging na de middelbare school Biologie studeren in Utrecht. “Dat kwam mede doordat de zilverindustrie in de jaren zeventig sterk terugliep. Maar ik ben wel altijd betrokken gebleven bij de fabriek.” De keuze voor biologie zit ook in zijn genen. “De broer van mijn overgrootvader was altijd met konijnen en kippen in de weer. Ik had daarnaast veel interesse in de medische wereld. Mijn moeder had astma, mijn vader in zijn jeugd tbc. Ik wilde graag weten hoe dat soort ziekten ontstaan, maar wilde geen dokter worden. Helaas bestond er toen ik ging studeren nog geen biomedische opleiding, anders had ik daar voor gekozen.”
Bijvakken Tijdens zijn studie werd steeds duidelijker dat Hooijkaas vooral de bijvakken in het laboratorium leuk vond. Door een zo’n vak - biologische toxicologie kwam hij in aanraking met het immuunsysteem, het verdedigingssysteem dat indringers als virussen of bacteriën of veranderde eigen cellen bestrijdt.
óf worden ze pas gemaakt wanneer er gevaar dreigt? Sommige onderzoekers gingen uit van de eerste optie. Volgens anderen speelden juist virussen en bacteriën een belangrijke rol bij het ontstaan van deze cellen. Hoe het precies werkte, wist niemand.”
Belangrijke basis “We deden proeven met stoffen die het immuunsysteem beïnvloeden. Ik raakte in die tijd betrokken bij een onderzoek naar de effecten van een ontploffing van een Italiaanse fabriek. Na de ontploffing kregen omwonenden massaal last van acne. Wij moesten uitzoeken of er een verband was met de weekmakers voor plastic die de fabriek produceerde en of die invloed hadden op het immuunsysteem.” Het verband was er en leverde Hooijkaas en een collega-student twee publicaties op.
Vacature Toch was Hooijkaas zich misschien blijven bezighouden met de biologie als hij niet in 1979 tegen een vacature van de Erasmus Universiteit Rotterdam zou zijn aangelopen. “Ze zochten hier iemand die immuuncellen kon kweken. Zo kwam ik op de afdeling terecht.”
‘Er zit nog zoveel in de pijplijn’ In eerste instantie was hij nauw betrokken bij een onderzoek in muizen naar de ontwikkeling van de zogenaamde B-cellen. Dit zijn witte bloedcellen, lymfocyten, die een belangrijke rol spelen in het immuunsysteem. Zij zijn de voorlopers van de plasmacellen die de antistoffen maken. Hooijkaas: “De grote vraag was hoe deze cellen ontstaan en hoe ze werken. Maakt het immuunsysteem ze uit eigen beweging aan en liggen ze dus klaar
Hooijkaas ging naar Amerika voor onderzoek en legde daar een belangrijke basis voor de theorievorming van de immunologie. “Op de universiteit Notre Dame Universiteit in South Bend in Indiana, niet ver van Chicago, deed ik proeven met muizen die nog nooit in aanraking waren geweest met bacteriën of virussen. Ik ontdekte tijdens dit onderzoek dat van beide theorieën wel iets waar is. Antistoffen worden voor een groot deel vanzelf aangemaakt door het immuunsysteem. Daarnaast wordt een deel geproduceerd wanneer zich een bijvoorbeeld een infectie voordoet. In de muizen was dat klip en klaar aan te tonen.”
Op mens toepasbaar Een aantal jaar na zijn aanstelling in de medische faculteit in Rotterdam werd besloten dat het onderzoek dat bij muizen werd verricht, ook voor de mens toepasbaar moest zijn. “Verder wilden we het diagnostisch onderzoek van immuunziekten zelf gaan doen. Dat werd tot die tijd uitbesteed aan andere laboratoria.” In 1985 werd de afdeling Immunologie opgericht met daarin het Immunodiagnostisch laboratorium. Hooijkaas werd hoofd van dit lab en liet de biologie voorgoed achter zich. “Waarom ik hiervoor koos? Ik vond het humane leuk. Dat was een belangrijke drijfveer.” Vijfentwintig jaar na dato is het laboratorium toonaangevend op gebied van onderzoek en diagnostiek. “We zijn expertisecentrum voor bepaalde technieken en testen en we zijn heel goed in het opsporen van immuunziekten (zoals reuma, red.). Een derde van al het materiaal dat we aangeboden krijgen,
komt dan ook van buiten het Erasmus MC en vanuit Europa.” Hooijkaas, die in 1989 werd geregisteerd als medisch immunoloog, is trots op ‘zijn’ lab. “We begonnen destijds met z’n achten, nu werken op de afdeling zo’n 150 medewerkers - waarvan er ongeveer zestig verbonden zijn aan het diagnostisch laboratorium - en doen we 40.000 testen per jaar .”
Waarschuwen Sinds 2002 is hij hoogleraar en bekleedt daarmee een van de drie leerstoelen medische immunologie die ons land rijk is. “Het immuunsysteem is een soort zesde zintuig”, licht hij toe. “Het kan dingen waarnemen die je niet kunt zien, zoals een bacterie of virus, en het is in staat om gevaar te signaleren en het lichaam te waarschuwen. Het systeem hangt nauw samen met andere systemen in ons lichaam, zoals het zenuwstelsel en het hormoonsysteem. Heel veel ziektes worden veroorzaakt door een immuunsysteem dat niet goed werkt. Op dit moment zijn
Hij gebruikt de Ford vooral om mee te toeren en kijkt onderweg graag naar vogels. “Ik woon net als mij voorvaderen in Schoonhoven. In die omgeving zit veel. Vanochtend zag ik nog een paar zilverreigers en een purperreiger.” Wijst naar het raam in de hoogbouw. “Door de bouw is het wat minder geworden, maar ik zie vanuit de faculteit ook vaak bijzondere vogels. De slechtvalk bijvoorbeeld. Vooral als hij jongen heeft, dan komt hij duiven halen die op het dak van de hoogbouw zitten.” Hooijkaas heeft meer hobby’s. Zo reist hij veel en werkt hij graag in de tuin. Maar hij gaat ook regelmatig met zijn zoon naar de film of naar een popconcert en hij volgt de politieke ontwikkelingen op de voet.
Stoppen Denkt hij al aan stoppen? Hooijkaas lacht. “Die vraag krijg ik regelmatig.” Stellig: “Afbouwen en pensioen spelen voor mij nog geen enkele rol. De afdeling Immunologie bestaat nu 25 jaar. In die jaren is ontzettend veel bereikt, ook dankzij het lab, en daar ben ik trots op. Maar er zit nog zoveel in de pijplijn. We weten veel beter hoe het immuunsysteem werkt en hoe het hele DNA in elkaar steekt. We moeten er nu achter zien te komen wat de genen precies doen, hoe de immuunreacties geregeld zijn.” Plannen heeft Hooijkaas in elk geval nog volop. “Zo lobby ik voor een gemeenschappelijke opleiding laboratoriumgeneeskunde, met behoud van vakinhoudelijke identiteiten. En hoewel met de nieuwste geneesmiddelen - de biologicals - veelbelovende resultaten worden geboekt, hoop ik nog mee te maken dat we auto-immuunziekten echt kunnen genezen. Want dat blijft nu maar sudderen.”
Herbert Hooijkaas Geboren: 30 mei 1951 1979: studie Biologie Universiteit Utrecht afgerond 1979-1985: Wetenschappelijk medewerker afdeling Celbiologie en Genetica Erasmus Universiteit Rotterdam 1983-1997 C-deskundige Stralingsbescherming afdeling Celbiologie Erasmus Universiteit Rotterdam en Academisch Ziekenhuis Rotterdam 1985-heden Staflid (sinds 2001 unithoofd) afdeling Immunologie en hoofd Diagnostisch Laboratorium afdeling Immunologie 1988-heden Coördinator praktisch onderwijs Klinische Immunologie 1992-heden Plaatsvervangend afdelingshoofd afdeling Immunologie 2002-heden Hoogleraar Medische Immunologie afdeling Immunologie Erasmus MC
nieuws
6 Scanner • juni 2010
‘Iedereen gratis openbaar vervoer’ Vervolg pagina 1
Kinderen Minder validen en medewerkers met een avond-, nacht- of spoeddienst kunnen straks gewoon tegen het huidige tarief van 1,50 euro blijven parkeren. Verder wordt er waarschijnlijk een uitzondering gemaakt voor personeelsleden met kinderen die naar de kinderdagverblijven Villa Bubbels of Baloe gaan. Kooyman: “Het kan natuurlijk niet zo zijn dat je eerst je kind hier moet brengen en vervolgens naar een parkeerterrein aan de rand van de stad moet rijden om met de metro of een pendelbus naar het werk te gaan.” Op de vraag waarom de overige medewerkers moeten opdraaien voor het parkeerprobleem, reageert Kooyman: “De patiënt staat in onze organisatie prominent. Die moet kunnen blijven parkeren. De problemen in de bezoekersgarage leken een tijdje opgelost, maar op dit moment is het weer een crime. Op sommige dagen staat de rij voor de bezoekersgarage opnieuw tot in de Maastunnel. Dat kan natuurlijk niet. Ook voor bouwvakkers moet komende jaren plek beschikbaar zijn. Zij krijgen in totaal zo’n 300 plaatsen. Doen we dat niet, dan kost het onze organisatie uiteindelijk miljoenen euro’s extra aan parkeervergoedingen.”
Gratis reparaties Kooyman belooft medewerkers verder verbeterde en veilige fietsenstallingen bij alle ingangen. “Wanneer we hen vragen met de fiets naar het werk te komen, moeten ze er wel van op aan kunnen dat hun fiets echt veilig staat. Als extra service komt er in de stallingen een fietsenmaker die gratis reparaties uitvoert. Alleen het materiaal wordt in rekening gebracht. Verder wordt gekeken naar de mogelijkheid om bedrijfsauto’s te regelen voor medewerkers die tijdens werktijd een auto nodig hebben.” Het nieuwe vervoersbeleid moet begin volgend jaar klaar zijn. Kooyman: “Of het dan meteen allemaal in werking gaat, is de vraag. We zullen in elk geval een overgangsperiode inbouwen.”
Alternatieven
OR
Medewerkers vormen zeker niet de sluitpost, benadrukt Kooyman. “We willen het autogebruik ontmoedigen, maar zoals ik vorig jaar ook al heb aangegeven: alléén als daar goede alternatieven tegenoverstaan. Er zijn bijvoorbeeld vergevorderde plannen voor volledige vergoeding van het openbaar vervoer. Er wordt ook serieus bekeken om pendelbussen te gaan inzetten vanaf verschillende parkeerterreinen buiten de stad. Er zijn op dit moment bijvoorbeeld gesprekken gaande over terreinen bij Stadion Feijenoord en Rotterdam The Hague Airport. Verder krijgen de metrostations Kralingse Zoom en Capelsebrug er beide ruim duizend plaatsen bij en zijn we in gesprek met de openbaarvervoerbedrijven.”
Het nieuwe vervoersplan moet, voor het in werking kan gaan, worden goedgekeurd door de Raad van Bestuur en de Ondernemingsraad. ”Zodra er een beleid is, wordt het als voorgenomen besluit van de Raad van Bestuur naar de OR gestuurd voor instemming”, aldus scheidend ORvoorzitter Bert van Ooijen. Op dit moment kan hij nog niet melden wat de OR van de plannen vindt. “Het nieuwe vervoersbeleid is nog in ontwikkeling. De OR kan daar dus nog geen standpunt over hebben. Wel zijn we vertegenwoordigd in de projectgroep om goed geïnformeerd te worden over de plannen.”
‘Boekje echt iets voor patiënt zelf’ Voortaan als Erasmus MC-medewerker patiënten een handzaam boekje kunnen geven waarin zij hun ziekenhuiservaringen noteren en waarmee zij ook communiceren met hulpverleners? De winnaars van de Gouden Glimlach 2009 streven ernaar. De Gouden Glimlach is de prijs die het Erasmus MC jaarlijks uitreikt aan de medewerker met het beste idee om de patiënttevredenheid te bevorderen. Organisatieadviseur Hilde Wagter en Maja Hoek-Bom, Activiteitentherapeut op de afdeling Geriatrie, gingen er vorig jaar mee aan de haal. Onafhankelijk van elkaar hadden zij het idee ingediend, maar samen werkten zij het vervolgens uit. De naam: ‘het Patiënt Prominent Docu-
ment’ (PPD). Als het aan de winnaars van de Gouden Glimlach 2009 ligt, krijgen alle patiënten die dat willen dit boekje met het opvallend kleurrijke kaft zodra ze worden opgenomen in het Erasmus MC.
Opmerkingen Hoek-Bom: “Het PPD is echt iets voor de patiënt zelf. Hij of zij bepaalt wat ermee gebeurt. Misschien wil hij het alleen gebruiken om aantekeningen te maken,
maar het kan ook zijn dat hij er vragen of opmerkingen in wil zetten die specifiek bedoeld zijn voor de hulpverleners.” Wagter voegt toe: “Het dagboekgedeelte is zichtbaar gescheiden van het communicatiedeel. Je hoeft er als patiënt of hulpverlener dus niet naar te zoeken.” De twee zijn blij dat het boekje eindelijk gereed is. Voorlopig ontvangen patiënten het PPD alleen binnen het Erasmus MC-Daniel den Hoed en op de afdelingen Thoraxchirurgie, Cardiologie, Vaatchirurgie, Geriatrie, Inwendige geneeskunde en Oncologie. Wagter: “Maar daar hoeft het niet bij te blijven, we verwachten dat er vanuit andere afdelingen ook veel vraag naar zal komen.” Het PPD is gratis. Afdelingen die het willen bestellen, kunnen een mail sturen naar:
[email protected]. (EB)
Spannend samenspel met Sint Franciscus Gasthuis Vervolg pagina 1
Met het oog op een vloeiende gang van zaken in de hele keten streeft het Erasmus MC naar samenwerkingsverbanden. Vanaf dit jaar trekken we op met het Sint Franciscus Gasthuis (SFG), een groot topklinisch ziekenhuis in Rotterdam, zonder dat sprake is van een fusie.
Els Borst Bestuursvoorzitter Hans Büller over de ontstaansgeschiedenis: “Drie jaar geleden had de Raad van Bestuur onder meer politici, ambtenaren van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en vertegenwoordigers van zorgverzekeraars uitgenodigd mee te denken over onze toekomst. We waren bezig Koers 013 op te stellen, het beleidsplan van het Erasmus MC voor de komende jaren. Een van de genodigden, voormalig gezondheidsminister Els Borst, zei op een gegeven moment: ‘Jullie praten alleen maar over de
zorg die je zelf levert en dat je er trots op bent zo’n hoog niveau te hebben bereikt. Inhoudelijk is dat natuurlijk prachtig, maar ik hoor niets over het perspectief van de patiënt, over de logistieke kant van het verhaal. De patiënt wil dat de zorg tussen verschillende instellingen naadloos verloopt, dat hij dus ook goed en snel wordt geholpen voor en na zijn bezoek aan het Erasmus MC.’ Ik realiseerde me: Borst heeft gelijk.”
Drempels Büller vervolgt: “Als professionals zijn we zodanig opgevoed, dat we denken vanuit een afdeling of een ziekenhuis. Maar de patiënt vindt het uiteindelijk helemaal niet belangrijk waar en door wie hij wordt behandeld. Die wil normaal gesproken maar één ding: beter worden, op welke plek dan ook. Hij wil ook nog iets anders: dat het snel wordt geregeld als hij na zorginstelling A naar een volgend station blijkt te moeten. Het Erasmus MC wil gaan
werken met dat perspectief voor ogen. Dat moet gaan leiden tot samenwerkingsvormen in de zorgketen, waarvan die met het SFG de eerste is. Als we écht willen dat de patiënt prominent is, moeten we verder kijken dan de drempels van het Erasmus MC.”
Vertrouwen De Raden van Bestuur en de Stafconventen - de vertegenwoordigende organen van de afdelingshoofden - van beide organisaties vroegen dit jaar een aantal afdelingen en ondersteunende diensten met elkaar in gesprek te gaan. Zouden we gemakkelijk patiëntafspraken kunnen maken bij elkaar? Hebben we dezelfde ICT-systemen? Is er genoeg vertrouwen om kennis met elkaar te delen? Welke werkzaamheden verricht jij en welke doe ik, en moeten we de zaken niet herverdelen? Het ging om de afdelingen Chirurgie, Interne Geneeskunde, Kindergeneeskunde,
Cardiologie, Gynaecologie, Anesthesie en Urologie. Verder betrof het de ondersteunende diensten van de directie Patiëntenzorg, de directie Informatie en de directie Financiën. Büller: “We hebben die afdelingen en ondersteunende diensten verzocht hun ideeën uit te werken in praktische voorstellen. Dat we ambitieus zijn, blijkt wel uit het feit dat we geld hebben gereserveerd om nog dit jaar aan de slag te gaan met een aantal samenwerkingsprojecten. Bovendien hebben we in maart alle overige afdelingen en ondersteunende functies gevraagd gesprekken te voeren met het SFG.”
Durven loslaten Samenwerken is ‘durven loslaten’. Dat is Büllers boodschap. “Durf te discussiëren over waar jij goed in bent en wat de ander beter kan doen. Natuurlijk, ik kan me best een zekere huiver voorstellen. Zo van: maar als jij dat voortaan gaat doen, snijd
ik me in financieel opzicht misschien in de eigen vingers. Maar het draait zoals gezegd om de patiënt en niet om de organisaties. Als professionals niet bereid zijn verantwoordelijkheden te delen en er één vloeiend zorgproces van te maken, laat je het bij wijze van spreken aan de patiënt over de rode draad te ontdekken.” Büller rept over een grondhouding van medewerkers. “Als arts heb ik zelf ooit meegemaakt dat een collega naar wie ik had verwezen, bij de patiënt de indruk wilde wekken dat hij nu wél in goede handen was. Maar het gaat er niet om dat jij eventueel slimmer bent dan een ander. Dat moet helemaal je doel niet zijn. We zetten juist allemaal onze specifieke expertise en kennisniveau in om gezamenlijk de patiënt snel en soepel de beste zorg te geven. Ik vind het spannend om een aantal zaken te gaan doorbreken.”
nieuws
7 Scanner • juni 2010
Weg met donderwolk boven gesprek Een gesprek aangaan met een moeilijke collega of die ontoegankelijke professor. Er zullen maar weinig medewerkers zijn die daarnaar uitzien. Maar het valt te leren tijdens de dialoogtrainingen die de directie Personeel organiseert. tekst: Ellen Brand
A
nnemarie Konijnenberg, adviseur Human Resource Management van de directie Personeel, legt uit dat het Erasmus MC streeft naar volwassen arbeidsrelaties en dat daarbij hoort dat medewerkers op een open en eerlijke manier met elkaar communiceren. Konijnenberg: “Of je nu een jaargesprek moet voeren met je leidinggevende of een gesprek met een collega of klant, je wilt dit doen op basis van gelijkwaardigheid, in een sfeer waarbinnen je durft te zeggen wat je bedoelt. Om die reden organiseren wij deze dialoogtrainingen. Binnen die training krijgen medewerkers de kans om, soms lastige, gesprekken te oefenen, zodat ze het later in praktijk kunnen brengen.”
Doorbreken Lydia Kool, secretarieel medewerker bij de poli Cardiologie, volgde de training
in april. Ze heeft er veel van opgestoken. Vooral van het leren doorvragen om de gesprekspartner beter te begrijpen. Kool: “Te snel invullen wat een ander denkt, is een valkuil. Het doet die andere persoon geen recht.” Leerzaam was het voor haar ook om vaste gedachtepatronen te gaan herkennen en daarna te doorbreken. Haar ervaring is dat sommige gedachten je soms erg kunnen belemmeren in een gesprek. Ze geeft er meteen een voorbeeld bij. “Normaal gesproken, als ik het druk heb, denk ik dat ik eigenlijk harder moet werken om alles op tijd af te krijgen. Die gedachte is niet handig, omdat me dat toch niet lukt.” Tijdens de training leerde ze er een nieuwe, realistischer gedachte tegenover te zetten. “Ik denk nu dat ik hard wil werken, maar in mijn eigen tempo. Zo bewaak ik beter mijn grenzen.”
Meer service nabestaanden Op rouwbezoek komen. Rituele wassingen verrichten. Helpen met de verzorging van een overleden familielid. Op de Centrumlocatie en in het Sophia kan nu ook buiten werktijd meer service worden verleend aan nabestaanden. tekst: Gerben Stolk
Jaarlijks overlijden ongeveer duizend patiënten op de Centrumlocatie en in het Sophia. Lange tijd brachten medewerkers van het externe bedrijf CMO hen van ziekenhuiskamer naar het mortuarium van het Erasmus MC en verrichtten zij daar de laatste technische zorg - voorkomen dat een lichaam gaat lekken - voordat het stoffelijk overschot naar een uitvaartcentrum werd vervoerd. Toen twee jaar geleden het nieuwe mortuarium een feit was, in de parkeergarage naast de ingang van de afdeling Revalidatie, stelden de Directie Patiëntenzorg en de Raad van Bestuur dat het Erasmus MC in het vervolg méér moest bieden.
Afdeling Pathologie Nelly van der Leeden is Unithoofd Laboratoria van de afdeling Pathologie. Die beheert sinds april vorig jaar het mortuarium. Zij zegt: “Voorheen was het mortuarium eigenlijk niet meer dan een tussenstop op weg naar de uitvaart. We vonden het belangrijk meer gevoel, meer empathie, te gaan leggen in de diensten aan overledene en nabestaanden. Denk aan naasten die op rouwbezoek kunnen komen, rituele wassingen willen uitvoeren of anderszins helpen met de verzorging van de overledene.” CMO bleek niet aan die wensen te kunnen voldoen. Van der Leeden: “Het bedrijf is er puur voor de technische verzorging van de overledene. Daarom zijn medewerkers van de afdeling Pathologie er sinds vorig jaar overdag tussen negen en vijf uur voor verantwoordelijk dat een overleden patiënt wordt opgehaald en verzorgd en dat service wordt geboden aan nabestaanden als die dat willen. Buiten werktijd deden we nog wel een beroep op CMO, maar er kon dus niet worden gewerkt volgens onze nieuwe wensen. Met ingang van juni is dat laatste wel het geval. We zijn voor buiten werktijd een samenwerkingsovereenkomst aangegaan met Mortalitas, dat prima kan voldoen aan onze eisen op het gebied van begeleiding van nabestaanden.”
Extra wensen Nabestaanden dienen een telefonische afspraak met de afdeling Pathologie te maken als zij extra wensen hebben. Van der Leeden: “Na een verkeersongeluk reconstrueren de medewerkers van het mortuarium bijvoorbeeld het uiterlijk van de overledene, zodat de schok minder groot is voor de familie. Ik kan me ook voorstellen dat in het Erasmus MC bijvoorbeeld make-up wordt aangebracht om het gezicht van een overledene er beter uit te laten zien. Dat zijn typisch handelingen die je zou verwachten van medewerkers van een uitvaartcentrum, maar wij bieden die nu dus ook.” De overeenkomst tussen Erasmus MC en CMO is niet beëindigd voor patiënten die overlijden in de Daniel. Zij worden naar het mortuarium van het daarnaast gelegen Maasstad Ziekenhuis gebracht.
Met die nieuwe manier van denken nog vers in het geheugen verwacht ze straks op haar werkplek wat rustiger te kunnen blijven wanneer een arts zegt dat ze een bepaalde opdracht even snel moet uitvoeren omdat die spoed heeft. Kool is zich ervan bewust dat het allemaal nog wel oefening nodig heeft, maar het begin is er.
Drie manieren Trainer Joop Overbeeke van de Erasmus MC Zorgacademie legt uit dat je op minimaal drie manieren kunt reageren op je gesprekspartner: als kind, als ouder of als volwassene. Als kind reageer je bijvoorbeeld door je boos of teleurgesteld te gedragen, want als kind zie je alleen je eigen plaatje en niet dat van de ander. Zit je in de ouderrol, dan ben je geneigd te zeggen: ‘We moeten het zo en zo aanpakken’ of ‘Jij moet nu dit doen’. In een volwassen relatie benoem je de feiten, je praat erover en je lost een probleem samen op. Kool: “Ik vond het wel frappant dat Jeanet (externe trainer, red.) mij in een rollenspel echt boos kon krijgen. Maar dat was juist goed, want zo werd het meteen duidelijk
Waardering een acht De dialoogtraining is dit jaar al vijftien keer gegeven. Het duurt een hele dag en er zijn ongeveer twaalf deelnemers per keer. Uit de enquêteformulieren die zij hebben ingevuld, blijkt dat de waardering hoger is dan een acht. De trainingen maken deel uit van Idealoog, het project waarbinnen de universitair medische centra streven naar een meer volwassen arbeidsrelatie voor hun medewerkers. In het najaar zijn er vijf trainingen, waarvoor nog enkele plaatsen beschikbaar zijn. Opgeven: via het aanmeldformulier dialoogtrainingen op intranet bij ‘Directie Personeel & Organisatie’ en vervolgens ‘project Idealoog’.
dat ik als kind reageerde. Ze liet me ook zien hoe ik het gesprek op een gelijkwaardige manier kon aanpakken, namelijk door de boosheid te benoemen zonder de emotie zelf te tonen. Toen ik dat deed, zag ik dat mijn gesprekspartner ook uit zijn rol kwam, waardoor we de zaken als volwassenen konden bespreken.”
Donderwolk Konijnenberg kan dit beamen: “Soms is het net of er een donderwolk boven een gesprek hangt. Als je die daar laat hangen,
Heb je, zoals veel medewerkers, geen idee wat een Perspectiefnota is? Lees dan snel verder: Petra de Jongh, adviseur planning & control geeft uitleg. tekst: Anneke Aaldijk
T
raditiegetrouw presenteerde de Raad van Bestuur in de lente de Perspectiefnota voor het komende jaar aan de afdelingshoofden en directeuren. Maar wat is het precies? “Het woord ‘perspectief’ zegt het eigenlijk al: het is een vooruitblik op wat de Raad van Bestuur komend jaar van afdelingen wil en met welke punten zij aan de slag moeten. Het is dus eigenlijk een wensenlijstje. Dit komt niet zomaar uit de lucht vallen, maar is gebaseerd op het vijfjarenplan van het Erasmus MC: Koers 013. Hierin ligt in grote lijnen vast wat we de komende jaren willen bereiken en waar we in 2013 willen zijn. De Perspectiefnota vertaalt de grote lijnen in concrete doelstellingen voor het komend jaar.” Wie maakt de Perspectiefnota? “De Raad van Bestuur bepaalt welke punten ze er in willen. Vervolgens stelt Planning & Control - in overleg met de directeuren van alle directies - de nota op. De concepttekst wordt vervolgens voor advies naar het stafconvent gestuurd. Ook de Ondernemingsraad krijgt deze vooraf te zien.” Voor wie is het bedoeld? “Voor alle medewerkers, maar in het bijzonder voor afdelingshoofden en directeuren. Want de highlights uit de Perspectiefnota zijn de basis voor de jaarplannen die zij komende tijd moeten maken. Hierin komt te staan wat ze gaan doen met de wensen van de Raad van Bestuur en hoe ze die concreet gaan uitvoeren. In november, bij het vaststellen van de begroting voor 2011, worden alle jaarplannen samengesmeed tot een concreet plan voor de hele organisatie.”
Geef eens een voorbeeld van zo’n wens? “Een belangrijke is de campagne De Patiënt Prominent. In de Perspectiefnota voor 2011 staat: ‘Onze gebouwen zijn comfortabel, schoon, opgeruimd en veilig’. Elke afdeling, dus ook de afdelingen die niet direct met patiëntenzorg te maken hebben, moet in het jaarplan aangeven hoe ze dit concreet gaan aanpakken. Daarnaast krijgt elke afdeling de opdracht in het kader van De Patiënt Prominent nog twee andere zaken te noemen die ze zelf in 2011 wil gaan aanpakken.” Wat staat er nog meer in? “Andere punten zijn de Erasmus MCpaden (zie ook ‘Beter en sneller’ op pagina 2, red.) en de projecten SPIJKER en Vernieuwing Zorg ICT. SPIJKER dient bijvoorbeeld verder verbeterd te worden en afdelingen en directies moeten aangeven hoe ze daar een rol in gaan spelen. Hetzelfde geldt voor het project Vernieuwing Zorg ICT, waarin wordt gewerkt aan een nieuw computersysteem voor de patiëntenzorg. Welke voorbereidingen gaan afdelingen daar in 2011 voor treffen? Verder zijn de bouwplannen nieuwbouw en onderwijscentrum van belang, net als de verandering in de organisatie van clusters naar thema’s.” Is er ook aandacht voor de medewerker? “Ja. Van de afdelingen wordt gevraagd doordacht en zorgvuldig met hun personeel om te gaan. Want de organisatie wil dat elke medewerker goed in z’n vel zit en de mogelijkheid heeft zich te ontwikkelen en door te groeien. Afdelingshoofden moeten een plan opstellen waarin de werving en selectie, de ontwikkeling en opleiding van medewerkers en de aandacht voor de balans tussen werk en privé aan bod komen. Verder moeten ze aangeven hoe ze de doorstroming van bijvoorbeeld vrouwen en allochtonen komend jaar gaan stimuleren.”
zal het gesprek stroef verlopen en geeft dat geen van beiden een prettig gevoel. Maar als je de donderwolk benoemt, zonder daar zelf al te emotioneel over te worden, zul je zien dat je gesprekspartner daar op reageert en dan is de kans groot dat het zonnetje weer gaat schijnen. En zo niet, dan heb jij in elk geval wel je eigen verantwoordelijkheid genomen door de zaken te benoemen.” Kool vindt de training een aanrader voor elke medewerker, maar alleen als die ook echt wil veranderen.
Afdelingen verwerken de punten uit de Perspectiefnota dus in hun jaarplannen. Maar wordt ook gemeten, of ze er daadwerkelijk iets mee doen? “Elk afdelingshoofd rapporteert elke vier maanden aan de Raad van Bestuur over de uitvoering van het jaarplan. Verder zijn er regelmatig gesprekken over de financiën van de afdeling en het halen van doelstellingen.” Hoe bereik je dat iedereen zich houdt aan de afspraken? “Door te communiceren over het nut en de noodzaak van gestelde doelen, zodat iedereen begrijpt waarom ze worden gesteld. Op die manier worden de doelen gedragen door de organisatie. Een voorbeeld? Patiëntveiligheid willen we allemaal. Een schoon gebouw ook. Zoiets wordt gedragen, maar we moeten er vervolgens wel met z’n allen iets aan doen. Afdelingen moeten verantwoordelijkheid nemen. Natuurlijk moet de Raad van Bestuur er ook de middelen voor vrijmaken, zodat afdelingen er ook echt mee aan de slag kunnen.” Wat zijn de consequenties als afdelingen of directies de doelen niet halen? Het wordt gemeld, ook in de totaalrapportage. Dus iedereen ziet het als afdelingen of directies hun doelstellingen niet halen. Het afdelingshoofd of directeur moet zich vervolgens verantwoorden bij de Raad van Bestuur. Het vervolg is afhankelijk van de situatie. Vaak worden er maatregelen genomen om de doelen alsnog te halen.” Hoe zit het met de financiën in 2011? Moeten we bezuinigingen? “Omdat we alsmaar hogere uitgaven hebben in de zorg, staat er veel druk op de financiën en krijgen we door de overheid kortingen opgelegd. Dat betekent dat elke afdeling en directie komend jaar 2,5 procent moet bezuinigen. En de vraag is, of dat voldoet. Mogelijk komt er zelfs een extra bezuinigingsronde.” “Hoe afdelingen en directies willen gaan bezuinigingen, bepalen ze grotendeels zelf. Wel heeft de Raad van Bestuur alvast een stop gezet op de inhuur van externen. Afdelingen mogen alleen nog iemand van buiten inhuren, als in het Erasmus MC niet iemand met dezelfde kennis beschikbaar is. De externen die hier al werken, mogen alleen blijven als afdelingen kunnen bewijzen dat er geen andere mogelijkheid is. Deze bezuinigingsmaatregel geldt overigens ook al voor 2010.”
Achtergrond
8 Scanner • juni 2010
Rotterdam. in and ma de gen vol int beg trijd eds lerw wie e dst oem ber r alle De tad aan. Op zaterdag 3 en zondag 4 juli doet de Tour de France de Maass rokken? Hoe zijn studenten en medewerkers van het Erasmus MC erbij bet
Eerste Tour geneeskunde student Simon Knops Alberto Contador, Lance Armstrong en andere Tourfavorie ten moeten zich erbij neerleggen: zij eindigen dit jaar niet als eerste in Parijs. Geneeskundestudent Simon Knops zal de ruim 3600 kilometer een dag eerder hebben voltooid. Tekst: Gerben Stolk
W
aar een onderzoek in het buitenland al niet goed voor is. Simon Knops (26) vertrok in oktober naar The Orthopaedic Trauma Institute in San Francisco om er buiten het curriculum om onderzoek te verrichten naar de effectiviteit van bekkenbinders bij instabiele bekkenfracturen. Dat was sowieso nuttig. Maar toen in Nederland de strengste en meest langdurige winter sinds jaren zich bleek te manifesteren, besefte de studentonderzoeker van de afdeling Heelkunde dat zijn verblijf in Californië in nog meer opzichten profijtelijk was. “Terwijl de anderen in Nederland binnen moesten trainen, kon ik gewoon mijn kilometers maken in de buitenlucht, vijftien uur in de week”, zegt hij.
Kinderen Met ‘de anderen’ doelt Knops op de veertien overige sportievelingen die komende maand de zogeheten Tour for KiKa rijden. Zij leggen drie weken lang hetzelfde parcours af als het profpeloton. Belangrijk verschil: het gezelschap plaatst telkens een dag eerder de voeten in de toeclips. Wanneer de profs dus bijvoorbeeld op donderdag 22 juli de loodzware Pyreneeënreus Tourmalet beklimmen, hebben Knops en consorten daar op woensdag al afgezien. Hun doel is 100.000 euro op te halen voor KiKa. Die stichting, voluit Kinderen Kankervrij, werft fondsen die ten goede komen aan de zeven kinderkankercentra in Nederland. Het Erasmus MC-Sophia Kinderziekenhuis is er een van.
Flinke training Hoe is het initiatief ontstaan? Knops: “Dat gebeurde binnen een vriendenkring die bijna helemaal wordt gevormd door ex-studenten van de TU Delft die elkaar kennen via de studentenvereniging Virgiel. Voordat ik Geneeskunde ging doen, heb ik er een paar maanden Media en Kennistechnologie gestudeerd. Lucas Taminiau is er trouwens ook bij. Hij is afgestudeerd aan het Erasmus MC en verrichtte ook onderzoek op de afdeling Heelkunde. Op een gegeven moment werd gezegd dat het mooi zou zijn als we eens de Tour de France zouden fietsen en er ook een goed doel aan zouden koppelen. Maar ja, dat vergt wel flinke training. Je hebt het over ruim 3600 kilometer. Zelf
had ik al eens met recreanten zware en lange eendagswedstrijden als de Ronde van Vlaanderen en de Amstel Gold Race gereden, maar drie weken lang de Tour de France is natuurlijk andere koek.”
Coschappen Knops heeft een en ander moeten regelen voor zijn oudste coschap Chirurgie. “Ik krijg een maand vrijaf voor mijn werkzaamheden in het Ikazia Ziekenhuis. Verder heb ik de Examencommissie Geneeskunde om toestemming gevraagd om op de fiets te stappen, omdat anders een deel van mijn voltooide coschappen zou zijn komen te vervallen.” Nog meer geregel: hoe krijgen Knops en zijn medefietsers het bedrag voor KiKa bij elkaar? “We proberen bedrijven te vinden die bijvoorbeeld onze kleding en website sponsoren. Maar ze kunnen tegen betaling ook medewerkers een dag met ons laten meerijden. Je moet weten dat wij een partner hebben ingeschakeld die de logistiek voor ons regelt. Denk aan hotels, wegbewijzering en voeding onderweg. Verder hopen we geld binnen te halen via familie, vrienden en anderen die ons doel steunen.”
Vertrouwen Verheugt Knops zich op zijn Tour de France of ziet hij er tegenop? Begin mei meldt hij: “Als ik heel eerlijk ben, zeg ik dat ik niet besef wat me te wachten staat. Ik heb er wel vertrouwen in dat ik het ga halen, maar weet dat de bergen het moeilijkste onderdeel zijn. Daarom gaan we eind mei met de hele groep op stage in de Alpen.” Meer informatie: www.tourforkika.org
Franse dokters De medische hulp tijdens de Tour de France is volledig voor rekening van de Fransen. Dus ook bij de start in Rotterdam. “Het Erasmus MC heeft daarom geen speciale hulppost, zoals bijvoorbeeld bij de Marathon Rotter dam, al is de Spoedeisende Hulp uiter aard wel stand-by”, aldus Jos de Bruijn, unithoofd Spoedeisende Hulp. (AA)
9 Scanner • juni 2010
Lijf aan lijf met Lance Analiste Bianca Baijens heeft een droom. Zij wil dolgraag ex-kankerpatiënt en wielergrootheid Lance Armstrong ontmoeten wanneer de Tour de France langskomt in Rotterdam. “Hij is een voorbeeld van strijdkracht waar ik veel inspiratie aan ontleen.” tekst: Ellen Brand
B
aijens (31), moeder van een vijfjarig zoontje, werkte tot voor kort met veel plezier op de afdeling Virologie van het Erasmus MC. In 2007 zette zij samen met een arts-microbioloog een onderzoek op naar het Humaan Papiloma
Virus (HPV). Jaarlijks krijgen 600 vrouwen als gevolg van het HPV-virus de diagnose baarmoederhalskanker, waaraan er 200 tot 250 overlijden. Het onderzoek kreeg in 2008 een bizarre wending toen Baijens zelf de diagnose baarmoederhalskanker hoorde. Vorig jaar bleek dat haar ziekte ongeneeslijk is. Tot afgelopen april knokte ze zich door enkele levensverlengende chemokuren heen in het Erasmus MCDaniel den Hoed.
Fietsje
Bianca Baijens met Robert Gesink, Nederlands hoop in de komende Tour
Haar belangstelling voor wielrennen begon al vroeg en werd erg gestimuleerd door haar vader, die amateurwielrenner was. Baijens: “Ik ben opgegroeid bij wielerclub DRC de Mol in Dordrecht. Op mijn achtste stapte ik voor het eerst op
Uniek peloton voor orgaandonatie
G
ezondheidsminister Ab Klink, voormalig wielerkampioen Leontien Zijlaard-Van Moorsel, burgemeester Ahmed Aboutaleb en bestuursvoorzitter Hans Büller weleens samen in één fietspeloton gezien? Nee? Kom dan op donderdag 10 juni naar de hoofdingang van de centrumlocatie. Daar vertrekt om tien uur ’s morgens een speciaal ‘Donatie on Tour’-peloton mét bekende Nederlanders richting het Libanon Lyceum in Kralingen. De fietsers gaan tijdens een zogenaamd ‘Lagerhuisdebat’ met scholieren in discussie over orgaandonatie. ‘Donatie on Tour’, afgeleid van de Tour de France, is bedacht door donatie functionarissen van het Erasmus MC. Behalve ons universitair medisch centrum doen negen ziekenhuizen mee, uit Rotterdam, West Brabant en Zeeland. Vanuit al deze instellingen vertrekken die dag kleine pelotons - die behalve uit bekende Nederlanders
mijn eigen wielerfietsje.” Ze heeft het nog heel duidelijk voor ogen. “Het was een witte Koga-Miyata met een parelmoerblauwe glans.” Op haar twaalfde stopte ze met fietsen omdat de jongens meer belangstelling gingen wekken dan sport. Daarmee verdwenen de wielerfietsen weliswaar uit het gezin, maar haar liefde voor de sport bleef. Samen met haar vader volgt ze nog altijd het wielervoorseizoen op de voet.
Toppen en dalen Haar gevecht tegen kanker vergelijkt ze vaak met bergetappes. “De toppen zijn heel moeilijk bereikbaar en de afdalingen richting dal volgen elkaar in rap tempo op.” Tijdens haar behandeling wilde ze absoluut geen contact met medepatiënten, dat vond ze te confronterend. Wel koos ze ervoor het boek ‘Door de pijngrens’ van Lance Armstrong te lezen. “De overeenkomsten tussen hem en mij waren soms beangstigend. Onze diagnoses bijvoorbeeld, werden beide in de maand oktober gesteld. Net als hij heb ik zo ontzettend veel pijn doorstaan en ik bleef ook doelen voor ogen houden die onhaalbaar lijken. Ook de rollen van onze beide moeders in het ziekteproces lijken op elkaar. Ik merkte dat ik er daardoor bijzonder veel kracht uithaalde. Niet alleen kracht om de chemo’s te doorstaan, maar ook de talloze antibioticakuren, extra opnames en allergische reacties die ik kreeg.” Na het lezen van het boek, wist ze één ding zeker: “Armstrong zal ook dit jaar weer in de Tour gaan schitteren en het zal voelen alsof hij dat voor mij gaat doen. Deze man is een icoon van strijdkracht en een voorbeeld van door de pijn heen bijten.” Tijdens moeilijke momenten draait ze het gele bandje van zijn stichting, de Lance Armstrong Foundation (LAF), om haar pols en ziet ze steeds de tekst voorbijkomen waar ze houvast aan ontleent: ‘LIVESTRONG!’
Strompelen “Ik heb de afgelopen maanden patiënten in de Daniel over de gang zien strompelen en bij sommige zie ik ook dat gele LIVESTRONG polsbandje of het boek van Armstrong naast het bed liggen.
Bianca Baijens met Denis Mensjov, vorig jaar winnaar van de Ronde van Italië
Waarschijnlijk geeft het ze net zoveel kracht als mij.” Ze vervolgt: “Het is mijn grootste wens dat Lance Armstrong in de dagen voor de Grand Départ, het vertrek in Rotterdam, een bezoek zou kunnen brengen aan deze kliniek, zodat patiënten hem kunnen zien en misschien zelfs de hand schudden.”
Hyperthermie Baijens heeft nog meer bedoelingen met hem. Ze wil graag aandacht vragen en geld inzamelen voor een onderzoek naar hyperthermie. Dat is een behandeling in de Daniel waarbij gebruik gemaakt wordt van hoge temperaturen. “Nu al blijkt dat deze behandelvorm effectief is. Voor mij is het heel belangrijk dat hier geld voor komt, omdat ik dan andere vrouwen een kans geef op een verbeterde behandeling. Mogelijk kunnen zij doorleven waar mijn leven eindigt. We hopen dat de LAF en natuurlijk ook andere stichtingen hiervoor een donatie kunnen leveren.”
Levenden lijve Baijens’ vriendin Moniek Monster is haar steun en toeverlaat. Samen doen ze er alles aan Armstrong in levenden lijve te ontmoeten, maar gemakkelijk is het niet. Monster: “Het is een enorm evenement en er zijn zoveel belangen mee gemoeid, waardoor het misschien logisch is dat
bestaan uit getransplanteerden en transplantatieartsen - richting middel bare scholen in de regio om te spreken over orgaandonatie. (AA)
Virtuele bergetappe Altijd al willen weten hoe die wielrenners drie weken lang zo’n loodzware Tour de France volhouden? Dankzij het Erasmus MC is het antwoord deze zomer te vinden in de Kunsthal aan de Westzeedijk. tekst: Reanne van Kleef
D
e tentoonstelling ‘Tour Experience - Hollands Wielerglorie’ richt zich op de hechte band tussen Nederland en de Tour de France. Bezoekers zien er bijvoorbeeld tot en met zondag 29 augustus foto’s, filmfragmenten en bijzondere objecten die getuigen van de deelname van Nederlandse wielrenners aan de Tour de France van vroeger tot nu. Zo is de gele trui te bekijken die Joop Zoetemelk droeg toen hij de Ronde van Frankrijk won in 1980. Maar het is ook mogelijk zelf te ervaren hoe het voelt om mee te doen aan de Tour. Stap op de fiets en rijd een virtuele bergetappe. Of kruip tijdens een massasprint in de rol van Mart Smeets en geef live commentaar. Hoe kunnen wielrenners vele uren en dagen blijven presteren? Het Erasmus MC
heeft binnen de tentoonstelling een muur ter beschikking gekregen om deze vraag te beantwoorden. Het komt in dit geval vooral aan op balans. Balans om niet te vallen, maar ook balans van energie en hormonen. Namens onze organisatie zijn Reanne van Kleef en Anton Grootegoed betrokken bij ‘Tour Experience - Hollands Wielerglorie’. Eerstgenoemde werkt als wetenschapsvoorlichter op de afdeling Communicatie en Grootegoed is behalve hoogleraar bij de afdeling Voortplanting en Ontwikkeling ook wielerliefhebber. Samen hebben zij op een aantal panelen een overzicht samengesteld. Daarop worden vragen beantwoord als ‘Waarom breken wielrenners vaak een sleutelbeen?’ en ‘Waarom verzuren mijn benen tijdens een sprint?’. Meer informatie: www.kunsthal.nl
Fietsen voor het vrouwenhart
‘Pijn gaat het zeker doen’ Erasmus MC cardiologen-in opleiding Tineke van den Berg en Jonathan Lipton klimmen ook op de fiets voor het goede doel. In plaats van naar het Zuiden trekken zij naar het Noorden, naar het Zweedse Stockholm. tekst: Gert-Jan van den Bemd
T
ineke van den Berg: “We vertrekken op zaterdag 21 augustus vanuit Amsterdam en een week
later hopen we in Stockholm aan te komen. Ruim 1700 kilometer, meer dan 200 per dag. Er doet een team van dertig
de menselijkheid af en toe ver te zoeken lijkt. Maar het is hartverwarmend om te zien hoeveel mensen meeknokken om de hartenwens van Bianca in vervulling te laten gaan.” Ook bestuursvoorzitter Hans Büller deed een duit in het zakje. Baijens: “Twee dagen nadat ik hem geschreven had over mijn grote wens, belde hij me thuis op. Ik weet nog goed dat hij zei: ‘Bianca, we gaan je helpen met je droom’. Büller en vele anderen zorgen er nu voor dat mijn wens bij de juiste personen terechtkomt.”
Record Bij wielrenner Lance Armstrong werd in 1996 zaadbalkanker vastgesteld. Na zijn behandeling won de Ame rikaan zeven keer op rij de tour de France. Dat is een record. De topsporter richtte in 1997 de Lance Armstrong Foundation (LAF) op, een fonds dat de strijd tegen kanker aanbindt. De LAF geeft allerlei materialen uit, zoals armbandjes, pet jes en kleding met daarop de woorden LIVESTRONG. In zijn boek ‘Door de pijngrens’ beschrijft Armstrong zijn confrontatie met agressieve kanker.
hartspecialisten mee, uit alle delen van ons land.” De fietsende cardiologen leveren deze sportieve prestatie om geld in te zamelen voor het programma ‘Hart voor vrouwen’ van de Nederlandse Hartstichting. Met het geld wordt wetenschappelijk onderzoek bekostigd naar hart- en vaatziekten bij vrouwen. Stockholm is niet zomaar gekozen als eindbestemming. Bij aankomst kunnen de fietsers het harde zadel omruilen voor het zachte pluche van de conferentiezaal, want zij worden dan verwacht op het European Society of Cardiology-congres. Tineke ziet niet tegen de fietstocht op. Ze is dan ook op-en-top sportvrouw. Op dit moment loopt ze twee keer per week, gaat ze één keer zwemmen en klimt ze tweemaal op de fiets. Dat lijkt een wel erg veelzijdig trainingsschema voor Stockholm, maar Van den Berg is zich tevens aan het voorbereiden op een triatlon. Toch verwacht ze dat de fietstocht niet eenvoudig zal zijn: “Op zich kan ik die 200 kilometer per dag wel volhouden. Het zijn vooral die acht dagen achter elkaar die de tocht extra zwaar maken. Pijn gaat het zeker doen, daar ben ik van overtuigd.” Tineke en/of Jonathan zijn te sponsoren door een eenmalig bedrag of een bedrag per kilometer te doneren via: mijnactie.hartstichting.nl/teams/nederlandse-vereniging-voor-cardiologie.
personeel
10
Onder redactie van Anneke Aaldijk
Scanner • juni 2010
MORREN
‘Bij beste pensioenfondsen ter wereld’ Wie bij het Erasmus MC of bij een ander Universitair Medisch Centrum werkt, spaart automatisch voor zijn pensioen bij ABP. Dat is wettelijk geregeld. Maar is dat eigenlijk wel gunstig? Willem Hoekstra, senior verpleegkundige polikliniek Oogheelkunde, maakt zich zorgen over de manier waarop ons geld door ABP wordt belegd, zo liet hij de Scannerredactie onlangs via een mail weten. Zijn voorstel: start een inspraakorgaan van deelnemers uit de academische ziekenhuizen die bepalen wat met ons geld gebeurt. Of geef medewerkers keuzevrijheid voor een pensioenfonds. “Want als je zelf je geld beheert, ben je er zelf verantwoordelijk voor”, aldus de verpleegkundige. “Nu moet je soms knarsetandend zien wat er gebeurt, terwijl je er niets over hebt te zeggen.” Zelf voor je pensioen sparen, zoals Hoekstra voorstelt, is niet mogelijk. Medewerkers van een (semi)overheidsinstelling maken automatisch deel uit van ABP. Jammer? “ Nee”, reageert stafmedewerker bij directie Personeel Gerrit de Waard stellig. “Want het is niet nodig om zelf iets te regelen. Het zit echt wel goed met onze pensioenen. ABP is een van de beste pensioenfondsen ter wereld. Dat is tijdens de crisis wel gebleken. Het fonds heeft toen een duikeling gemaakt, maar die was lang niet zo groot als bij sommige andere pensioenfondsen. ABP heeft bovendien weer snel een stijgende lijn te pakken.
Selffulfilling prophecy In de vorige Scanner zag mijn eerste column het levenslicht. Vijf minuten voor drukken moest er nog een kop worden bedacht. “Leef je uit”, zei ik tegen de eindredacteur en ze nam het mee in de laatste vergadering. In dikke letters zag ik er ‘Morren’ boven staan. “Dat klinkt alsof ik alleen maar klaagstukjes ga schrijven”, morde ik. Ai! Daar begon het al. Een naam als selffulfilling prophecy. Ik hou er niet van als men grapt met mijn naam. Een half leven geleden, jong en onervaren, had ik het enorm naar mijn zin bij een tijdelijke werkgever. Aan het eind van de afgesproken periode werd ik bij de directeur geroepen. Mijn contract werd, zoals ik al verwachtte, niet verlengd. “Ach”, grapte de directeur, “voorheen ging het werk ook altijd zonder morren!” Hij lachte onbedaarlijk om zijn eigen grap. Ik daarentegen kon wel janken. Zijn naam vergeet ik mijn levensdagen niet meer: Mouton, het Franse woord voor schaap. Ik had er op dat moment graag mijn creativiteit op losgelaten, maar zweeg wijselijk.
In 2009 was de dekkingsgraad gezakt tot onder negentig procent, maar die is nu alweer ruim boven de honderd (het fonds beschikt dus weer over financiële buffers, red). Onze pensioenen zijn geen seconde in gevaar geweest. Ook niet qua beleggingen.”
Belangrijke arbeidsvoorwaarde De Waard noemt de pensioenvoorziening bij ABP zelfs een belangrijke arbeidsvoorwaarde van onze organisatie. “En niet alleen omdat het pensioen goed geregeld is, ook omdat de invaliditeit- en nabestaandenverzekering die er onder valt, prima is. Dus zelfs wanneer je het pensioen zelf zou kunnen regelen, zou het af te raden zijn. Ook omdat sparen via een collectief fonds de goedkoopste en veiligste route is. Zelf sparen geeft veel meer risico - denk
Goed af bij ABP Medewerkers met een pensioenverzekering bij ABP zijn goed af. Dat concludeert De Consumentenbond na een onderzoek naar het indexatiebeleid van zes grote Nederlandse pensioenfondsen. De meeste pensioenfondsen zijn herstellende van de klap die de kredietcrisis heeft veroorzaakt, aldus De Consumentenbond in een recent artikel in De Geldgids. “Maar het geleden verlies is in de loop van 2009 grotendeels goedgemaakt, dus de crisis onder de pensioenfondsen zou over een jaar mogelijk alweer vergeten kunnen zijn. Zeker als de rente gaat stijgen en de dekkingsgraden weer opschuiven richting het oude niveau.” Voor het onderzoek werden zes grote pensioenfondsen doorgelicht, waaronder ABP, Shell en Zorg en Welzijn. Hieruit blijkt dat ABP de inflatie voor tachtig procent compenseert. Volgens De Consumentenbond is dat een méér dan gemiddeld resultaat.
Doorwerken geen probleem Steeds meer medewerkers vinden het prima om door te gaan tot hun 65e, blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Hun aantal is in vier jaar verdubbeld. In 2005 was 21 procent bereid, vorige jaar was dat 42 procent. Het gaat dan om zowel oudere als jonge werknemers. Hoger opgeleiden willen vaker doorwerken dan middelbaar en laag opgeleiden. Uit het onderzoek dat het CBS uitvoerde met onderzoeksbureau TNO en het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, blijkt verder dat bouwvakkers het minst willen doorwerken tot hun 65e. Slechts een derde zegt dat van plan te zijn, terwijl bijna de helft er op tegen is. Ook in industrie, vervoer, communicatie, openbaar bestuur en financiële dienstverlening willen niet veel mensen tot hun 65e werken. In de landbouw en het onderwijs juist wel.
alleen al aan de verleiding om het eerder op te maken - en brengt veel hogere kosten met zich mee.” Dat laatste blijkt ook uit een artikel uit De Geldgids van februari. Daarin meldt De Consumentenbond: ‘Kleine pensioenfondsen zijn een stuk duurder dan de grote bedrijfstakpensioenfondsen. Iemand die zelf een pensioenverzekering afsluit, is gemiddeld 25,7 procent van zijn jaarlijkse inleg aan kosten kwijt tegen zo’n 3,5 procent kosten bij een groot fonds. Bij een gemiddeld salaris betaalt een persoon bij zelf verzekeren 15.000 euro meer om tijdens de loopbaan eenzelfde pensioen op te bouwen.’
Hartklachten als gevolg van een te drukke baan vormden jarenlang een mannenkwaal, maar vrouwen hebben de achterstand nagenoeg ingelopen. Binnen de laatste groep wordt wel een verschil geconstateerd: vrouwen die zeggen dat
Een inspraakorgaan zoals Hoekstra voorstelt, bestaat al, aldus De Waard. “Het bestuur van ABP bestaat uit zes vertegenwoordigers vanuit de werkgever en zes van de kant van de werknemer. Het pensioenfonds is dus niet zomaar een fonds, het is van onszelf. Benoemingen worden gedaan door de vakbonden. Wie een rol wil spelen, kan zich daar melden.” Ook is er toezicht op ABP vanuit de deelnemende werkgevers en werknemers. “Naast toezicht door de Nederlandse Bank is er een adviesorgaan dat bestaat uit een werkgeversraad en een deelnemersraad met vertegenwoordigers van gepensioneerden en werknemers. In de werkgeversraad zit ook iemand namens de Nederlandse Federatie Universitair Medische Centra. We zijn dus zeker vertegenwoordigd.”
de werkdruk ‘veel te hoog is’, hebben een twee keer zo grote kans op hartziekten als vrouwen die de hoge druk niet van toepassing achten op hun job. Het onderzoeksteam volgde vijftien jaar lang ruim 12.000 vrouwen tussen de 45 en 64. Daarna hadden 580 deelnemers met hartziekten te kampen gekregen, zoals hartaanvallen en –infarcten. Leeftijd en werkdruk waren de meest bepalende factoren. Vooral vrouwen van middelbare leeftijd zouden moeten oppassen. (GS)
Erasmus MC-penning Bert van Ooijen OR-voorzitter Bert van Ooijen ontving vorige maand uit handen van bestuurslid Anton Westerlaken een Erasmus MCpenning. Hij kreeg die als dank voor al het werk dat hij afgelopen jaren deed voor de Ondernemingsraad. Van Ooijen, die na acht jaar voorzitterschap afscheid nam, reageerde verrast op de penning. “Ik ben er heel blij mee, het is een mooie blijk van waardering.” Hij was in de afgelopen jaren onder meer intensief betrokken
Ik geloof er nog steeds in dat de meesten van ons met plezier hun werk doen. Uit gedrevenheid, uit betrokkenheid of omwille van de aardige collega’s. En ik geloof ook dat velen daarbij wel eens iets te klagen hebben. Maar vooral gewoon hun werk doen. Zonder morren. Esther Morren
Inspraak
Hartklachten carrièrevrouwen Carrièrevrouwen betalen een forse prijs voor hun succes. Als gevolg van het stressvolle werk lopen ze een hoger risico op hartklachten. Dat blijkt uit onderzoek onder leiding van het Glostrup University Hospital in Denemarken.
Maar om op het klagen terug te komen; het woord ‘klaagcultuur’ is binnen het Erasmus MC een tijdje in de mode geweest. Medewerkers zouden veel te veel klagen over van alles en nog wat, vooral in praktische zin: parkeren, bereikbaarheid. Vaak ook wel met gegronde redenen. Toch lijkt het de laatste maanden minder te worden. Is de situatie verbeterd? Is men het klagen moe? Of wen je uiteindelijk overal aan? En zoek je alternatieven die vervolgens helemaal niet zo erg blijken als ze leken te zijn?
bij besluiten over het vervoersbeleid, de cameraregeling en bij de klokkenluidersregeling. Verder heeft hij zich na de invoering van het managementveranderprogramma Beter Besturen sterk gemaakt voor decentrale medezeggenschap en de vorming van Onderdeelcommissies. “Het is daarom bijzonder jammer dat nu weer een aantal OC’s zijn opgeheven”, aldus Van Ooijen.
Erasmus MC’ers praten te weinig Medewerkers en leidinggevenden in onze organisatie praten niet genoeg met elkaar. Dat blijkt uit de resultaten van het onderzoek ‘ Over uw toekomst gesproken’. Het onderzoek werd begin dit jaar gehouden onder personeelsleden van de acht Universitair Medische Centra (UMC). Zij beantwoordden vragen over onder andere hun verantwoordelijkheid op het werk, hun duurzame inzetbaarheid en over de verstandhouding met hun leidinggevende of medewerker. De resultaten laten zien dat die twee in onze organisatie minder vaak een goed gesprek voeren over hun wensen en gezamenlijke doelen, dan medewerkers en leidinggevenden in de andere UMC’s. Het Leids Universitair Medisch Centrum scoort op dit punt het hoogst.
Initiatief De resultaten tonen verder aan dat de UMC’s elkaar op veel punten nauwelijks
ontlopen. Zo zijn er weinig verschillen in de manier waarop medewerkers hun arbeidsrelatie ervaren en in de mate waarin ze het gevoel hebben stil te staan in hun werk en loopbaan. Ook maakt het per academisch ziekenhuis weinig verschil in welke mate medewerkers zelf initiatieven durven nemen. Wel komt uit het onderzoek naar voren dat paramedisch personeel, onder wie fysiotherapeuten, radiolaboranten en diëtisten, in alle huizen wat minder initiatiefrijk zijn dan andere groepen. Leidinggevenden van het Erasmus MC blijken overigens wel vertrouwen te hebben in de capaciteiten van hun medewerkers. Ze zijn het vaakst van mening dat hun personeelsleden gemakkelijk werk kunnen vinden buiten het ziekenhuis. De uitkomsten van het onderzoek staan op intranet onder directie Personeel & Organisatie/Idealoog/Idealoog landelijk/ Wetenschappelijk Onderzoek.
Andere baan De helft van het personeel in de zorg denkt weleens aan een baan buiten de sector. Dat bleek vorige maand uit een enquête van zorgverzekeraar Menzis. Aan het onderzoek deden ruim 4000 medewerkers mee uit onder meer ziekenhuizen en de thuiszorg. Van de ondervraagden verwacht 63% dat binnen vier jaar de kwaliteit van de zorg afneemt. De belangrijkste redenen zijn volgens hen de hoge werkdruk, de administratieve rompslomp en te weinig geld. (GS)
11 Scanner • juni 2010
Een kijkje ... in het R-ix computercentrum
Het Erasmus MC heeft twee rekencentra: één op de centrumlocatie en één in het Datacenter van de Rotterdam Internet Exchange (R-ix), gevestigd in de Spaanse Polder. ICT-apparatuur die noodzakelijk is voor het netwerk, de servers en de opslag van gegevens zijn hier ondergebracht. Het centrum is voorzien van klimaatbeheersing, geavanceerde automatische brandblussystemen en noodstroomvoorzieningen. Bovendien is het centrum goed beveiligd en wordt er zuinig met energie omgesprongen.
beeldreportage
reportage
12 Scanner • juni 2010 Organisatieadviseur Martine van der Kaaden beschouwde het diner als een nieuwe start van de directie Patiëntenzorg. Sinds de komst van Mieke Bot halverwege vorig jaar is er volgens haar veel veranderd. “Er is een hoop nieuwe energie bij de medewerkers vrijgekomen en dat is belangrijk voor de verdere professionalisering.”
Geslaagd Hoofd psychosociale oncologie in het Erasmus MC-Daniel den Hoed, Marjolein Bannink, had het over een buitengewoon geslaagd initiatief. “Je zit hier als klant in een gezelschap van allerlei andere klanten, die je normaal nooit ziet. Dat levert interessante discussies op. We moeten niet vergeten dat we een dienstverlenend bedrijf zijn en dat zien we vanavond goed gedemonstreerd. Daar kunnen we allemaal lering uit trekken.” Tussen de gangen door waren de ‘elevator pitches’ ingelast, waarbij het de kunst is om in een paar minuten tijd je boodschap goed voor het voetlicht te krijgen. Vier medewerkers van de directie Patiëntenzorg grepen die kans.
Zwakke processen
Brand in...
kan zetten voor de samenwerking in de toekomst.” Ze besloot met de belofte: “We gaan u vanavond vreselijk verwennen.”
Redactrice Ellen Brand gaat in huis op zoek naar bijzondere plekken. Ditmaal is zij aanwezig bij het etentje van de directie Patiëntenzorg.
Heerlijk dineren bij directie Patiëntenzorg De klant op zijn wenken bedienen, zoals goed horecapersoneel gewend is te doen. Dát demonstreerden de medewerkers van de directie Patiëntenzorg tijdens een etentje dat zij verzorgden voor zeventig Erasmus MC’ers.
D
e directie Patiëntenzorg houdt zich vooral bezig met kwaliteit en patiëntveiligheid. De medewerkers van de directie ondersteunen de afdelingen in huis bij de uitvoering van projecten op deze belangrijke gebieden. Voor de klanten die gebruikmaken van hun diensten, organiseerden zij eind april een etentje bij ‘The Hospitality Club’ van Engel&Colfield op het Westelijk Handelsterrein vlakbij de centrumlocatie. Dit bedrijf vertaalt de gastvrijheidvisie vanuit de horeca naar trainingen en concepten voor het bedrijfsleven, overheid en instellingen. De directie Patiëntenzorg wilde tijdens het genoeglijk samenzijn laten zien waar de medewerkers voor stáán. Het was zeker niet zomaar een etentje….
In touw Wat de dik zeventig gasten, op een enkeling na stuk voor stuk Erasmus MC’ers, niet konden vermoeden, is dat de medewerkers van de directie Patiëntenzorg de hele dag in touw waren geweest om hun klanten een prachtige avond te bezorgen. ‘s Morgens werd het gezelschap van twintig medewerkers gesplitst in een keuken- en een bedieningsploeg. De eerste groep ploeg toog onder de bezielende leiding van twee koks aan het werk om de heerlijkste gerechten en kleine hapjes te bereiden. De andere helft van de directie
Patiëntenzorg werd klaargestoomd om ‘s avonds de gasten op volleerde wijze van eten en drinken te voorzien.
Reimpie Hiervoor tekende Reim Reimers, beter bekend als Reimpie uit het tv-programma ‘Herrie in het hotel’, waarin hij samen met topkok Herman den Blijker hotels of restaurants die in zwaar weer terecht zijn gekomen, op de been helpt.
Medewerkers koken en serveren voor collega’s Naar eigen zeggen ging Reimers niet bepaald zachtzinnig te werk bij het aanleren van nieuwe vaardigheden bij de medewerkers van de directie Patiëntenzorg. Hij voerde de druk in de loop van de dag steeds verder op, zodat de Erasmus MC’ers behoorlijk in de spanning kwamen. Reimers: “Dat moet ook wel om goed te presteren. Ik ben ervan overtuigd dat wat er vandaag gebeurt een hele solide basis voor hen is om ook in de toekomst goed samen te werken.” Aan de smaakvol opgedekte tafels was goed te zien dat er niet een stelletje amateurs aan het werk was geweest.
Ontvangst Rond zessen druppelden de gasten binnen. Met een Italiaanse wijn, prosecco om precies te zijn, en een amuse in de hand zochten ze een geschikte tafel. Ze waren afkomstig uit alle geledingen van de organisatie: verpleegkundigen, afdelingshoofden, unithoofden en leden van de Raad van Bestuur. Van de tachtig genodigden bleken er maar tien verhinderd te zijn. Bestuurder Anton Westerlaken: “Weigeren laat je wel uit je hoofd, al was het alleen al omdat de medewerkers van de directie met de uitnodiging in de hand alle genodigden met een persoonlijk bezoekje vereerden.”
Feestje Directeur Patiëntenzorg Mieke Bot, die haar laatste dagen beleefde binnen deze functie, zie bericht ‘Nieuwe directeur Patiëntenzorg‘ op pagina 2, vertelde tijdens haar welkomstwoord hoe het initiatief tot stand was gekomen. “Wij zijn in het verleden niet altijd met open armen ontvangen bij afdelingen en directies. Nu willen we als directie laten zien dat klanten een beroep op ons kunnen doen bij het verbeteren van hun organisatie, bijvoorbeeld op het gebied van patiëntveiligheid.” Ze vervolgde: “Wij hebben kwaliteiten, we zijn vriendelijk en gastvrij en we willen graag wat voor u betekenen.” Bot wist dat klanten ‘gevochten’ hadden om een uitnodiging voor het partijtje. “Maar we moesten selectief zijn. We hebben klanten gevraagd die tevreden over ons zijn en een aantal andere die dat niet zijn. Als die dan naast elkaar zitten, kunnen eerstgenoemden hopelijk de anderen overtuigen. We hopen natuurlijk dat dit positief uitpakt en dat vanavond de toon
Smaakvol Daarmee zei Bot geen woord te veel, want de gasten beleefden ware culinaire hoogstandjes. Zij lieten zich de smaakvol opgediende gerechten en de uitgelezen wijnen goed smaken. Aan elke tafel was een gemêleerd gezelschap te vinden. Sommige genodigden leken bij toeval aan een tafel terecht te zijn gekomen, andere hadden een beetje sturing gegeven aan de keuze voor hun tafelgenoten. Het ego van Harry Brouwers, adviseur kwaliteit, was gestreeld, omdat hij door zijn tafeldames was gevraagd. Lachend: “Ze hadden een man nodig”. Het viel hem op dat de medewerkers van Patiëntenzorg, bijna niet te onderscheiden van echte obers en keukenpersoneel, zichtbaar plezier hadden in hun tijdelijke werkzaamheden. “Ze zijn heel ontspannen en vinden het vast leuk om op deze manier met hun klanten bezig te zijn.”
Onwijs leuk Dick van Duijn, zorgmanager, sprak ook over een onwijs leuk idee. “Je ziet ze nu in een totaal andere hoedanigheid. Weliswaar zijn ze erg klantgericht, maar tegelijkertijd zie je ook hun onwennigheid. Ik ben benieuwd of ze dit gedrag in de toekomst gaan vasthouden.”
Adviseur Kwaliteit Lieneke Bouwer vertelde over het belang van de Meldingen Incidenten in de Patiëntenzorg, die medewerkers kunnen doen bij de MIP-commissie. “Het doel is om zwakke processen in de zorg bloot te leggen. Dat allemaal om de patiëntveiligheid te verhogen.” Joke Vermeeren, adviseur Patiëntenzorg, maakt van de gelegenheid gebruik om de cursus ‘Patiëntveiligheid op de afdeling’ voor leidinggevenden te promoten. Ze sprak snel en probeerde zoveel mogelijk informatie kwijt te kunnen in de haar toebedeelde minuten. Verder passeerden onderwerpen als ‘patiëntvriendelijke nieuwbouw’ en ‘De Patiënt Prominent’ de revue. Wat dit laatste betreft, kan de organisatie de komende tijd het een en ander verwachten. Volgens adviseur Patiëntenzorg Jan Willem Tellegen gaat de directie het voortouw nemen en flink uitpakken.“De Patiënt Prominent zal in de genen van het Erasmus MC moeten gaan zitten.”
Vermoeidheid Tegen het einde van de avond toonden de tijdelijke obers en koks tekenen van vermoeidheid. Hoewel ze het een bijzondere dag vonden, voorzagen ze voor zichzelf zeker geen nieuwe toekomst in de horeca. Maître, ofwel hoofd bediening, Max van Spronsen, in het dagelijks leven adviseur patiëntenzorg, liet aan duidelijkheid niets te wensen over: “Het is niet mijn ding, er heerst hier een hiërarchie waar ik me niet helemaal bij thuis voel. Maar wel goed om dit eens een dagje met elkaar mee te maken.”
nieuws
13 Scanner • juni 2010
DE KWESTIE
Stemwijzer zorg Vervolg pagina 3
Het zijn er te veel en de criteria spreken elkaar soms ook nog eens tegen. We staan op het punt dat medewerkers er de brui aan geven. Dat ze zeggen ‘We doen het niet meer’ of maar wat invullen om ervan af te zijn. Al die regels zorgen ervoor dat ze zelf geen beslissingen meer durven nemen en ze voelen zich opgejaagd door alle formulieren die ze moeten invullen. “Meer autonomie is goed. Maar dan wel vanuit het oogpunt dat mensen hun vak verstaan en dat al die regels daarom niet nodig zijn. Dát moet de drijfveer zijn. De regeldruk verminderen om te besparen is geen goed plan.” Autonomie van patiënten is ook een punt van discussie. Patiënten moeten een vrije keus kunnen maken voor een ziekenhuis. “Het is heel goed dat patiënten kunnen kiezen voor een arts of ziekenhuis waarin ze vertrouwen hebben. Vertrouwen versnelt het herstel. Maar in de praktijk kiest een patiënt vrijwel nooit zelf. Denk jij dat een patiënt helemaal op de hoogte is van de kwaliteit van verschillende ziekenhuizen en de tijd heeft om op zijn gemak afwegingen te maken? De politiek heeft een heel systeem gebouwd op dat beeld. Maar als je na een botsing in coma wordt afgevoerd, heb je al weinig keus. Als je doodziek bent en wanhopig op zoek naar genezing, zit je in zo’n afhankelijke positie, dat er ook niet veel valt af te wegen. Dan blijft er een categorie patiënten over die wél de tijd heeft, maar niet de kennis. Die kan zich verlaten op ranglijstjes, maar die zeggen niks, omdat
het appels met peren vergelijken is. Weet je hoe het in de praktijk gaat? Andere ziekenhuizen verwijzen patiënten naar ons. Of patiënten vragen aan hun huisarts of een patiëntenvereniging waar ze het beste heen kunnen.” In verschillende partijprogramma’s komt de marktwerking ter sprake. Als de markt haar werk doet, zouden ziekenhuizen op kwaliteit gaan concurreren en de zorg goedkoper worden. Iedereen zou weten wat het beste en goedkoopste ziekenhuis is. Is de marktwerking goed uitgepakt voor de zorg? “Hm.” Voorzichtig: “De marktwerking is nooit zuiver toegepast. Het idee was dat verzekeraars scherper zouden opletten waar ze de beste kwaliteit voor de gunstigste prijs konden inkopen. Dat heeft vooral een geweldige concentratie bij verzekeraars veroorzaakt, maar geen betere zorg. Tegelijkertijd ondermijnt de vrije keus van patiënten de marktwerking. Verzekeraars kunnen patiënten niet dwingen zorg te halen waar de verzekeraars die zorg gunstig hebben ingekocht.” Wat zou een slimme aanpak zijn om de zorg te financieren? Westerlaken, beslist: “Zorgzwaartefinanciering. Dat is een veel logischer keus dan marktwerking. Een kinderarts die een kind met kanker naar ons verwijst, krijgt voor die handeling zestig euro. Wij krijgen voor de behandeling van dat kind hetzelfde bedrag. Terwijl wij de meest complexe patiënten hebben. Het ligt meer voor de hand voor simpele handelingen een lager bedrag te vergoeden dan voor ingewikkelde zorg.”
Kunst? Zes op de tien Nederlanders willen dat de overheid bezuinigt op kunst en cultuur. Dat blijkt uit onderzoek in opdracht van tv-programma NOVA. Vind jij kunst in je werkomgeving belangrijk? Tekst: Ellen Brand
Dennis van Leeuwen, longarts in opleiding “Het Erasmus MC is eigenlijk maar een saai gebouw. Ik vind het dan ook prettig dat je her en der iets moois ziet hangen. Dat verfraait het pand en ik heb het idee dat het de gedachten van patiënten en personeel wat kan verzetten. Wat in het Thoraxcentrum op de IC’s hangt, vind ik heel mooi. Het zijn foto’s van landschappen die erg tot de verbeelding spreken.” “Ik ben blij dat er in het Erasmus MC een kunstcommissie is die ervoor zorgt dat wij deze prachtige werken te zien krijgen. Het is beter dat het hier hangt dan in een museum, want voor museumbezoek heb ik zelf nauwelijks tijd en vele anderen vast ook niet. Zelf hoef ik niet zo nodig inspraak te hebben in de kunst of de kunstenaar die uitgekozen wordt, zolang er voor mij maar wat te zien valt.”
Lydia Bogtstra, adviseur kunstzaken “Goed gekozen kunst op de werkplek is onmisbaar, omdat het mensen verbindt en vreugde, trots of troost kan brengen. Voor mij betekent het veel meer dan alleen een kleurtje op de muur of een decoratie. Die boom die aan de Coolsingel stond (bij het toenmalige Coolsingelziekenhuis, voorloper van het Erasmus MC, red.) zie ik als een verbinding tussen het verleden en het heden. Hij is nu geveld, en van het hout hebben we de mensbeelden gemaakt die in de centrale hal staan.” “Mensen stellen eisen aan de omgeving waar ze in werken of verblijven. Die moet er esthetisch uitzien. Daarom bekijken we met de kunstcommissie welk kunstwerk het beste past bij een bepaalde doelgroep en of het op die locatie goed tot zijn recht komt. Omgeving en kunst moeten samen kloppen. Het Thoraxcentrum bijvoorbeeld is een hightech omgeving, familieleden van patiënten wachten daar soms in wanhoop af, of hun naaste het gaat redden. We hebben daarom gekozen voor natuurfoto’s van IJslandse landschappen. Daar kunnen mensen hun eigen fantasie op loslaten.”
Siera de Korte,
Hoofdpunten verkiezingsprogramma’s
medewerker afsprakenbureau Erasmus MC-Daniel den Hoed “Zonder kunst kunnen we op de polikliniek niet. De kunst die hier is opgehangen na de verbouwing van de polikliniek, is best mooi, maar het haalt het niet bij de schilderijen, pentekeningen en iconen die we hier voorheen exposeerden. Dat was voornamelijk kunst die patiënten of medewerkers zelf gemaakt hadden.” “Wij als medewerkers van het afsprakenbureau wisselden toen elke acht weken van kunstenaar en werken. Onze agenda zat anderhalf jaar van tevoren al vol, zoveel aanbiedingen kregen we. We hebben zelfs weleens meegemaakt dat de familie werken tentoonstelde van een inmiddels overleden patiënt. Patiënten waardeerden dit altijd enorm. Sommigen komen hier jaren achtereen, de bezoekjes zijn vaak al zo beladen. Dan geeft die kunst toch afleiding. Dat ‘hun’ kunst nu niet meer bestaat, vinden ze erg jammer. Ze waren gewend om elke twee maanden weer een nieuwe collectie te vinden, terwijl het nu alsmaar hetzelfde is. Dat inspireert veel minder.”
CDA Salarissen medisch specialisten beteugelen. Eigen bijdrage handhaven. Studiefinanciering handhaven. PvdA Salarissen medisch specialisten beteugelen. Geen verdere marktwerking in de zorg. SP Eigen risico in de zorg afschaffen. Inkomensafhankelijke ziektekostenpremie. Studiefinanciering handhaven. VVD Onnodige bureaucratie in de zorg afschaffen. Eigen bijdrage handhaven. Sociaal leenstelsel invoeren voor studenten. PVV Geen verhoging eigen risico. 10.000 extra handen aan het bed in verpleeg- en verzorgingshuizen. Voorlopig geen uitbreiding marktwerking ziekenhuissector. Korten op salaris specialisten. Studiefinanciering handhaven. ChristenUnie Hogere eigen betalingen in de zorgverzekering, naar draagkracht. Euthanasie en abortus niet langer legaal. Studiefinanciering handhaven. GroenLinks Zorg inkomensafhankelijk, kleinschalig en in de directe omgeving georganiseerd. Eigen bijdrage inkomensafhankelijk. Abortus uit het Wetboek van Strafrecht. D66 Eigen bijdrage in de zorg inkomensafhankelijk. Sparen voor zorg op je oude dag, zoals mensen ook voor pensioen sparen. Sociaal leenstelsel invoeren voor studenten. Abortus uit het wetboek van strafrecht. SGP 25 procent minder regeldruk in de zorg. Geen embryoselectie, abortus of euthanasie. Eigen bijdrage in stand houden. Studiefinanciering handhaven. Partij voor de Dieren Geen verhoging van eigen risico in de zorg en geen eigen bijdrage voor de huisarts. Kleinschalige voorzieningen op lokaal- en buurtniveau in gezondheidszorg. Patiënten die zonder tijdige afmelding niet verschijnen op afspraken, dragen de kosten van de consulten zelf. Studiefinanciering niet veranderen. TON Marktwerking in de zorg behouden. Studiefinanciering laten zoals die is.
Birgitta Houtman, pedagogische medewerker Erasmus MC-Sophia “Op kinderen afgestemde kunst hoort een plek te hebben in het kinderziekenhuis. Zelf vind ik dat de schitterende muurschilderingen op verschillende afdelingen en poliklinieken een warm welkom zijn voor kinderen en ouders. Het is een visitekaartje van het Sophia.” “Ik hoop dan ook dat er snel weer kunst komt in de hal. De zeemeermin, de kikker en de slak die daar hingen, waren echte herkenningspunten. Niet alleen voor de kinderen, maar ook voor hun ouders. Deze figuren staan ook in ons voorlichtingsboekje ‘Kikker in het ziekenhuis’, dat de kinderen voor de opname thuis krijgen. Voor ouders een mooi middel om hun kinderen voor te bereiden op het ziekenhuisbezoek. Ze konden dan bijvoorbeeld tegen hun kind zeggen: ‘We gaan naar de zeemeermin.’ Nu die dierenfiguren er niet meer zijn, missen ze toch iets.”
Geert Roukens, flexwerker Erasmus MC Zorgacademie “Zelf houd ik erg van moderne kunst. Aan het begin van de gang hier, bij de portier, staan een paar mooie glasplaten met lichte foto’s erop. Daar kan ik wel van genieten. Elke keer als ik daar langs loop, valt het me weer op. Ik vind het belangrijk dat er smaakvolle dingen zijn in de omgeving waar ik werk.” “Ik vind het bijvoorbeeld leuk om kunst te zien van autowrakken, lege sigarettenpakjes of andere bijzondere voorwerpen. Dan ligt het accent op de meer creatieve kant van kunst. Bij schilderijen is dat aspect naar mijn mening wat minder vertegenwoordigd. Ik heb bijvoorbeeld niet zoveel met schilders als Picasso of Mondriaan. Kunst is voor mij kunst als het eruit springt. De posters van de campagne ‘De Patiënt Prominent’ beschouw ik bijvoorbeeld meer als decoratie, een beetje too much als je het mij vraagt.”
uitgelicht
14 Scanner • juni 2010
ambassadeur
‘Dagelijks een compliment’ Elke dag een vriendelijk woord voor ouders en collega’s. Dat is het geheim van Brigitta Kornet, tot voor kort werkzaam op de Kinder IC. Als Ambassadeur zet ze zich in voor een veilige werkomgeving. tekst: Ellen Brand
K
Foto: Alain Gil Gonzalez
ornet vindt het motto ‘De Patiënt Prominent’ mooi gevonden, maar volgens haar is de rol van de medewerker hierin onderbelicht. Ze zegt: “In Koers 013, het beleidsplan van het Erasmus MC voor de komende jaren, staat nadrukkelijk het woordje ‘samen’ vermeld. Dat is precies waar het om gaat. Samen aan het werk, zodat zowel de patiënt als de medewerker zich prettig en veilig voelt.”
Luisteren Een van de belangrijkste voorwaarden om dit voor elkaar te krijgen, is volgens Kornet dat medewerkers goed naar elkaar leren luisteren en hun uitspraken nuanceren. “Dat gebeurt lang niet altijd. In de hectiek van de dag roep je weleens
dingen naar elkaar die hard aan kunnen komen bij mensen die daar gevoelig voor zijn. Dat komt de sfeer niet ten goede.” Kornet zou graag zien dat we elkaar elke dag een compliment geven of een positieve opmerking maken. “Dat verbetert de onderlinge verhoudingen en het maakt dat medewerkers af en toe eens om hulp durven vragen als iets niet duidelijk is.”
Iets positiefs In een veilige omgeving is het voor medewerkers verder veel gemakkelijker dagelijks ook iets positiefs tegen een patiënt of zijn ouders te zeggen. “Ouders hebben het soms zo moeilijk. Hun kind is levensbedreigend ziek en ze krijgen elke dag wel groot en klein slecht nieuws te horen. Maar als je af en toe een positieve
opmerking maakt over het kind, zie je dat de ouders gaan stralen en trots zijn op hun zoon of dochter.” Ze voegt hieraan toe: “We vragen ouders om een foto mee te nemen van het kind, die hangen we boven zijn of haar bed. Ik maak daar dan soms een opmerking over waaruit blijkt dat ik belangstelling heb voor de gezinssituatie of voor de fase waar de ouders, broertjes of zusjes en het zieke kind doorheen moeten. Daar kom ik dan later weer eens op terug.”
over ethiek voor verpleegkundigen, waarvan er nu twee geweest zijn. Ik vond het boeiend om te zien hoe cursisten aanvankelijk heel primair reageren op voorbeeldsituaties. Als je ze vraagt zich wat meer in te leven in het gedrag van mensen binnen dat voorbeeld, zie je begrip ontstaan en de aanvankelijk primaire reactie wordt dan een stuk genuanceerder van toon.”
Operatie Kornet heeft de afgelopen jaren drie keer een operatie moeten ondergaan aan haar arm. Ze heeft daar complicaties aan overgehouden en kan tot haar spijt niet langer op de Kinder IC werken. Sinds een paar maanden is zij opleider bij de Erasmus MC Zorgacademie. Haar filosofie over het omgaan met elkaar en met de patiënt, kan ze mooi gebruiken bij de lesprogramma’s die ze er samen met anderen ontwikkelt. “Ik ben betrokken bij drie cursusavonden
Ingezonden mededeling Ondernemingsraad
uit de agenda Nieuwbouw > Grondwerkzaamheden voor de fundering en vloeren voor bouwdeel Oost. > Plaatsing van nog twee torenkranen, één in het midden van het bouwterrein en één bij het L-gebouw. > Stapsgewijs buispalen in parkeergarage Sophia slaan, ten behoeve van het plein Sophia in de nieuwbouw. Enige geluid- en trillingsoverlast verwacht. Bouw Onderwijscentrum > Eerste fase van de bouw van het nieuwe Onderwijscentrum in de laagbouw van de faculteit. Sophia / Faculteit > Op het parkeerdek op niveau 1 wordt een nieuwe, gedeeltelijk afgeschermde looproute gemaakt langs de pui van het Sophia (bij Acute Hulp) richting parkeergarage. Via deze route zijn de Faculteit en Ingang 2 van het ziekenhuis te bereiken. Ook kan men zo vanuit de parkeergarage de ingang Sophia bereiken. Sophia - gebouw Sb > Start werkzaamheden voor dakopbouw op gebouw Kp. Start: juli. > Mossedumdak leggen op gebouw Sp. Juni. > Bouw nieuwe technische ruimte op het dak van Sb ten behoeve van de elektriciteitsvoorziening van Sophia. Tot september. Renovatie gebouw Cb > Cb wordt gerenoveerd om de afdeling Nucleaire Geneeskunde, nu nog gevestigd in L, te huisvesten. Gereed: eind dit jaar. Verbouwing en uitbreiding gebouw Be > Gebouw Be, waar het Josephine Nefkens Instituut is gevestigd, wordt verbouwd en op niveau 1 uitgebreid. De ingang op niveau 1 aan de Westzeedijkkant is tijdelijk buiten gebruik. Medewerkers kunnen gebruikmaken van de ingang van de faculteit op niveau 1. Gereed: eind juli.
Dinsdag 8 juni Wat: Medical Delta, een terugkerende bijeenkomst met steeds verschillende thema’s binnen de medische technologie. Bedoeld voor ondernemers en wetenschappers op het gebied van medische technologie. Een van de sprekers is Erasmus MC’ers Dominic Robinson. De onderzoeker van de afdeling Radiotherapie vertelt over targeted nano-fotomedicijnen. Hoe laat en waar: van 16.00 tot 19.30 uur in het Leids Universitair Medisch Centrum, Albinusdreef 2, Leiden. Meer info: www.medicaldelta.nl
Vrijdag 25 juni Wat: 12e jaarlijkse Kinderoncologie symposium met de titel ‘Who cares’.
Maandag 28 juni Wat: Lezing ‘Maatschappelijke participatie van mensen met ernstige psychiatrische stoornissen’ met prof. dr. Jaap van Weeghel van de Universiteit van Tilburg. Hoe laat en waar: 16.30 tot 17.30 uur op de afdeling Psychiatrie, Dp-0439. Meer info: André Wierdsma, tel. 32534.
COLOFON Scanner is het maandblad voor medewerkers en studenten van het Erasmus MC. De volgende Scanner verschijnt op 6 augustus. Aanleveren kopij voor 14 juli. Eindredactie Anneke Aaldijk, Gerben Stolk Redactie Ellen Brand, Joop van de Leemput, Vivienne Schiks Aan dit nummer werkten mee Reanne van Kleef, Esther Morren, Corianne Roza en Souad Zgaoui Beeldredactie Gert-Jan van den Bemd
Kijk voor meer informatie bij de rubriek ‘Werk in Uitvoering’ op intranet. Bij het ter perse gaan van dit nummer was van een aantal projecten de exacte startdatum onbekend.
Er zijn drie sessies. De titels: ‘Zorgen voor ontwikkeling’, ‘Transplantatie zorgen’ en ‘Shared care’. Hoe laat en waar: 9.30 tot 16.15 uur in Diergaarde Blijdorp, Blijdorplaan 8. Meer info: www.sophiakindergeneeskunde.nl. Deelname is gratis. Inschrijving is alleen online mogelijk.
Fotografie Levien Willemse, tenzij anders vermeld, Gert-Jan van den Bemd, Alain Gil Gonzalez
Illustraties Auke Herrema Vormgeving Ditems Media, Monnickendam Kim Brinkkemper Drukwerkcoördinatie Wagenaar Communicatie BV. Epse Redactie-adres Sector Communicatie Burg. s’Jacobplein 51 Postbus 2040 3000 CA Rotterdam
[email protected] Overname van artikelen uitsluitend in overleg met de redactie. Onderwerpen? Heeft u een idee voor een artikel? U kunt uw ideeën mailen naar
[email protected].
Erasmus MC Bij het Erasmus MC werken zo’n 13.000 mensen die zich inzetten voor de drie kerntaken: patiëntenzorg, onderwijs en onderzoek.
De ondernemingsraad heeft de laatste onderwerpen voor deze zittingsperiode afgerond. Zo ligt er nu een beleidsnotitie taakgestraften. De ondernemingsraad heeft daar op aangedrongen omdat er veel onduidelijkheden waren in de omgang met taakgestraften in huis. Natuurlijk dient het Erasmus MC zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen door deze mensen in de gelegenheid te stellen hun werkstraf uit te dienen. De voorwaarden die het Erasmus MC daaraan stelt zijn nu eenduidig vastgelegd. De ondernemingsraad adviseert de Raad van Bestuur wel om dit beleid door middel van een korte instructie bij de begeleiders kenbaar te maken. Twee jaar geleden heeft de OR ingestemd met de Instelling van een centrale klachten- en bezwarencommissie. Uitgangspunt in deze notitie was dat mediation als conflictoplossend instrument een centrale rol kreeg toebedeeld. Inmiddels zijn we twee jaar verder en is de formatie van interne mediation langs natuurlijke weg verminderd. Afdelingen kunnen desgewenst nog altijd externe mediators inschakelen, maar dat kan alleen op eigen kosten. De OR is bang dat het doorbelasten van de kosten drempelverhogend werkt. Dat is jammer en niet in lijn met de regeling zoals indertijd afgesproken. In de laatste overlegvergadering is de Raad van Bestuur om uitleg gevraagd en heeft de OR geadviseerd om aanvragen voor interne mediation altijd te honoreren, binnen een redelijke termijn en ongeacht de beschikbare capaciteit. Op 11 mei jongstleden hebben de OR-leden in een laatste vergadering afscheid genomen van elkaar. Enkele oudgedienden (Jeanny Schrader en Bram van Laar) komen niet meer terug. Ook Louis Kooyman zal geen deel meer uitmaken van de nieuwe OR. Met een persoonlijke speech bedankte Bert van Ooijen hen voor hun inspanningen. Daarna richtte vice-voorzitter Trudy Stolk-Hoek zich tot Bert van Ooijen zelf. Ook Bert neemt, na maar liefst acht jaar en drie zittingsperiodes, afscheid als OR-voorzitter. Van Ooijen werd aansluitend door Anton Westerlaken onderscheiden met de Erasmus MC-penning. Natuurlijk gaat het OR-werk gewoon door. Op 18 mei zijn de nieuwe OR en OC’s geïnstalleerd door Huib Pols. Zo’n nieuwe OR is altijd een mix. Sommigen blijven zitten, er stromen OC-leden door, mensen komen terug na een periode overgeslagen te hebben en sommigen komen helemaal nieuw de OR in. Het is dan ook zaak om eerst met elkaar af te stemmen hoe de organisatie in elkaar zit, wie welke rol gaat vervullen en welke onderwerpen de komende zittingsperiode op de agenda gaan komen. De nieuwe OR gaat daarom eerst een paar dagen intern aan de slag, voordat de draad weer wordt opgepakt. Deze tekst valt buiten de redactionele verantwoordelijkheid.
nieuws
15 Scanner • juni 2010
P15
Deep Throat Sommige mensen voelen de onbegrijpelijke behoefte om niet-eetbare voorwerpen te consumeren. Pica heet dat, in de Latijnse benaming. Zo heb ik wel eens gelezen over een man die schroeven, crossfietsen, ja zelfs een compleet sportvliegtuigje had verorberd. In fijngemalen vorm, dat wel. Een paar weken geleden kwam er een meneer naar het Erasmus MC die het nog bonter maakt. Hij neemt de metalen tot zich in de vorm van vlijmscherpe zwaarden. Eerlijkheid gebied te zeggen dat de man de zwaarden weliswaar inslikt, maar ze kort daarna ook weer via de zelfde weg uitspuugt. Zeg maar een bijzondere vorm van boulimie. De man kwam niet om hulp naar het ziekenhuis, maar om zijn kunsten te vertonen. Na reguliere werktijd, in de collegezaal achter de poli van KNO. Geen slechte keuze, want als je dan toch deze levensgevaarlijke liefhebberij moet uitoefenen, dan maar daar.
Een echte Joost Leukemiepatiëntje Joost Pastoor (11) haalde 25.000 euro op voor de afdeling Oncologie van het Sophia. Binnenkort is de overhandiging en dan komt een grote droom uit: zíjn foto aan de muur van het kinderziekenhuis. Tekst: Anneke Aaldijk
D
e woonkamer van de familie Pastoor in Hendrik Ido Ambacht hangt vol met kleurige schilderijen. Ze zijn bijna allemaal gemaakt door Joost. Op één na. Die is van broer Tim. “Schilderen zit blijkbaar in de familie”, lacht moeder Anita Both. Joost schildert graag en veel. Vooral dieren (“Die vind ik leuk”), al maakt hij ook andere dingen. Naast de haard hangt een abstract schilderij van drie dansende kinderen. “Die is door iemand besteld.” Wat diegene moet betalen voor zo’n kunstwerk? Joost: “Nou, ik denk iets van 300 euro.” Zijn moeder kijkt bedenkelijk. “Dat is wel veel geld voor een schilderij dat je in een paar uurtjes maakt.” Joost kreeg op zijn vierde acute lymfatische leukemie. “Op mijn achtste kreeg ik het voor de tweede keer. Toen heb ik drie maanden in Leiden (het Leids Universitair Medisch Centrum, red.) gelegen voor een beenmergtransplantatie.” Na de transplantatie ging het twee jaar goed met hem. Tot vorig jaar. Na een heupoperatie in het Sophia - die nodig was omdat hij door de behandelingen heupnecrose en de ziekte van Perthes had
opgelopen - hoorde hij dat hij opnieuw leukemie had
mie.” Joost knikt. “Ja. Natuurlijk.” Moeder: “Het onderzoek naar medicijnen voor speciale gevallen zoals Joost - bij wie de ziekte steeds terugkeert - is namelijk heel duur. Omdat het ziekenhuis zelf weinig geld beschikbaar heeft, wordt het onderzoek grotendeels betaald door schenkingen van bijvoorbeeld bedrijven en particulieren.”
Gewend
Acties
Joost, stoer: “Het blijft natuurlijk jammer dat ik het voor de derde keer heb, maar ik ben er nu wel weer aan gewend.” Het is hem niet direct aan te zien dat hij ziek is en dat hij een tijdlang hevige gordelroosaanvallen heeft doorgemaakt. Een gevolg van de loodzware chemo van vorig jaar, vertelt zijn moeder. “Hij had totaal geen weerstand meer. Daarom heeft hij onlangs een tweede stamceltransplan tatie - ook wel stamcelboost genoemd gekregen in Leiden. Op dit moment ziet Joost er een stuk beter uit. Gelukkig laten de bloeduitslagen zien dat hij in principe nog steeds in remissie (leukemievrij, red.) is. Wanneer zijn weerstand wat beter is, start Joost in het Sophia weer voorzichtig met speciaal op hem aangepaste chemokuren.”
Joost, die altijd al de wens had zijn schilderijen te verkopen, startte begin dit jaar samen met zijn klasgenootjes een aantal acties. Zo verkoopt hij reproducties en kaarten van zijn schilderijen en zamelen zijn klasgenootjes statiegeldflessen in. Verder haalde hij geld op met een expositie en een veiling en werd er door een aantal kinderkoren en orkesten uit de regio een benefietconcert voor hem georganiseerd. De acties kregen landelijke bekendheid. Joost stond in dagbladen en was in april op het Jeugdjournaal. “Een halfuur na die uitzending hadden we al bijna 200 bestellingen binnen.” Zijn moeder: “Joost and Friends is een heel bedrijf geworden.” Joost, trots: “Ik heb zelfs eigen visitekaartjes. Wil je er een paar?”
Waarom Joost geld inzamelt voor het afdeling oncologie? “Omdat ik met een cheque aan de muur in het Sophia wil hangen.” Zijn moeder: “En ook omdat je onderzoek wil naar betere medicijnen tegen leuke-
Expositie Alyson Wijers De kleurige olieverfschilderijen van Alyson Wijers, moeder van een Erasmus MC-medewerker, zijn van dinsdag 15 juni tot dinsdag 27 juli te bewonderen in het Sophia. De in Engeland geboren Wijers, die het liefst bloemen schildert op grote doeken (“Hoe groter hoe beter”), is bijzonder blij met haar expositie in het Sophia. “In 1986 werd onze te vroeg geboren dochter Kayleigh overgebracht naar het oude Sophia Kinderziekenhuis, waar ze zes weken lang met de grootste en beste zorg verzorgd werd. Nu, 24 jaar later, werkt deze zelfde dochter als verpleegkundige in het nieuwe Sophia Kinderziekenhuis.” De schilderijen hangen op de tweede etage.
Ik dacht dat mensen die lange dingen in hun keelgat kunnen laten verdwijnen een enorme erotische aantrekkingskracht uitoefenen, maar de belangstelling voor de ijzervreter viel wat tegen. Misschien kwam dat door de uitnodiging voor de demonstratie. Onder de kop ‘Bijwerkingen van het slikken van zwaarden’ werd uiteengezet dat deze vreemde hobby bij het Erasmus MC weliswaar nog nimmer tot opnames voor slokdarmperforaties had geleid, maar dat zwaardslikken zeker niet ongevaarlijk is. Wegwezen, dachten de artsen en verpleegkundigen waarschijnlijk, want eens kan de eerste keer zijn! Een gemiste kans, want het slikken verliep allemaal uitstekend en het was nog boeiend bovendien. De volgende keer dan maar. Dan komt er wellicht iemand die fikse slokken petroleum inneemt en die vervolgens langs een brandende fakkel weer uitsproeit. Die demonstratie vindt overigens wel buiten plaats, maar het schijnt beter weer te worden. Gert-Jan van den Bemd
Reacties?
[email protected]
Bouwkeetje
Samen met zijn klasgenoten werkt hij aan nóg een project: plafondplaten voor de nieuwe polikliniek op 2 Zuid. “Ik had ze in Leiden gezien. Toen wou ik ze in het Sophia ook en dat mocht. Ik schilder het ene stuk, de klas doet de rest.” Zijn moeder laat de platen zien. Er zijn er vijf af. Op een zijn vissen geschilderd, op een andere een koe met bloemen en op weer een andere wespen. “Die moet op de prikkamer”, wijst Joost. Moeder: “Het mooie is dat hij de acties en de plafondplaten samen met zijn klasgenoten doet. Het heeft hem niet alleen uit een diep dal, maar ook uit zijn isolement gehaald.” Dat Joost inmiddels een echte zakenman is, blijkt aan het eind van het gesprek. “Ik hoop wel dat veel mensen in het ziekenhuis een schilderij gaan kopen”, mijmert hij. “Neem jij er ook een?” Scanner gaat naar huis met een reproductie van een grijze poes én twee setjes kaarten. Kosten: 35 euro. Maar dan hebben we ook wat: een echte Joost. Meer weten of ook een schilderij kopen? Kijk op Joostandfriends.nl
U kent ze wel, die pipowagens waar stoere mannen hun bammetjes wegkauwen. Aan de wanden hangen, naast saaie bouwtekeningen, vaak kleurrijke foto’s van vrouwelijk schoon en de radio schalt er zijn arbeidsvitaminen. Zo’n schaftwagen is natuurlijk prima voor kleine verbouwingen, maar voor de grootste bouwklus van Europa moet je met iets anders op de proppen komen. Alles in verhouding, zullen we maar zeggen... (GJvdB)
mensen
16 Scanner • juni 2010
De hobby van... Researchanalist Dermatologie René Kant
Honingzoet en super relaxt René Kant heeft een honingzoete hobby. De research analist Dermatologie is imker. Naast zijn woning in Vlaardingen staan vijf bijenkasten. “In mijn locker in het Erasmus MC heb ik altijd wel tien potjes honing voor collega’s.” tekst: Gerben Stolk
H
oe komt een artikel voor Scanner tot stand? Soms puur uit toeval. Vlak voor Kerstmis stuitte een redacteur in de lift van de hoogbouw op een medewerker die bijna volledig schuilging achter de stapel honingpotten die zij droeg. Afkomstig van René Kant, zo leerde navraag. De researchanalist Dermatologie bleek vervolgens best graag te willen vertellen over zijn hoedanigheid als imker. “Maar je kunt pas een foto maken wanneer het vijftien graden is en het mogelijk is nieuwe bijenvolken te stichten”, zo klonk het in die donkere en koude decemberdagen. Begin april was het eindelijk zo ver.
Spannend “Na de winter is het altijd weer spannend hoe je een volk aantreft in de kast”, zegt hij nu in het voorjaar. “Hoeveel bijen zijn er nog? Is er genoeg stuifmeel? Is er
voldoende broedruimte voor de koningin? Het klinkt misschien raar, maar de regel is: hoe strenger de winter, hoe beter het volk er uitkomt. Als het voortdurend koud is, blijven de bijen in een bolvorm bij elkaar zitten en geven ze voedsel door aan elkaar. Tijdens een kwakkelwinter verlaten vele de kast om activiteiten te ontplooien, maar moeten ze die afbreken of sterven ze omdat het opeens koud wordt.”
Geïnspireerd Kant is niet de enige imker onder de medewerkers van het Erasmus MC. Eind jaren negentig werd hij geïnspireerd door researchanalist Jan de Wit van de afdeling Genetica. “Tijdens de lunchpauze wandelde ik weleens door Schoonoord, een parkje in het Scheepsvaartkwartier hier naast de centrumlocatie. Daar heb je bijeenkasten. Terwijl ik mijn boterhammen opat, stond
ik dan te kijken naar bijen die met een blokje stuifmeel aan hun poten de kast invlogen. Ik wilde er meer van weten. De kasten bleken van Jan de Wit te zijn. Hij vertelde mij dat ik de theorie en praktijk van het imkervak onder de knie kon krijgen bij het Ambrosiusgilde, de bijenhoudervereniging van Rotterdam en omstreken.”
Verkopen Tegenwoordig heeft Kant de bezigheden helemaal in de vingers. Sterker, langs de rivier de Rotte geeft hij les aan aanstormende imkers. “En in mijn tuin heb ik
vijf kasten met evenzoveel volken. In de winter telt een volk 20 à 30.000 bijen, maar tijdens de piekdagen in mei wel 50 à 60.000. Hoeveel liter honing mijn hobby oplevert? 2009 was een goed jaar. Toen kwam elk volk uit op veertig tot vijftig kilo. De honing gaat in potjes van 450 gram, dus dat zijn er heel wat op jaarbasis. Ik verkoop ze aan een traiteur, aan een imker die met een bijenwinkel langs de deur gaat en ook aan collega’s. Daarom heb ik altijd potjes klaarstaan in mijn locker.” Kant zegt een “super relaxte hobby” te hebben. “Het brengt je dicht bij de
natuur en je krijgt inzicht in het belang van bijen. Ze bestuiven en zijn essentieel voor de biodiversiteit. Zonder bijen zou je zeventig procent kunnen schrappen van het voedsel op je bord.”
Immuun De vraag die hij dikwijls krijgt voorgelegd: hoe vaak ben je gestoken? “Gemiddeld twintig keer per jaar. Maar bij mij zet het gestoken lichaamsdeel niet of nauwelijks meer op. Als imker raak je immuun tegen bijengif.”
Rianne Sigmond Nederlands roeikampioen Kinderpsycholoog Rianne Sigmond won op zondag 25 april ‘goud’ bij de Nederlandse Kampioenschappen roeien. “Dit is maar het begin, want ik ga voor de Olympische spelen in 2012.” tekst: Ellen Brand
S
igmond (26) heeft er heel hard voor gewerkt. Twaalf trainingen per week, verhuizen van Rotterdam naar Amsterdam en voor een groot deel afzien van een sociaal leven. Al die inspanningen leverden haar wel de winst op bij de NK twee kilometer. Ze finishte in haar skiff, ofwel eenpersoonsboot, in zeven minuten en vijftig seconden op de Bosbaan in Amsterdam en was daarmee de snelste van de twaalf dames die deelnamen in de lichtgewichtklasse tot 59 kilo.
Trainen Sigmond studeerde Psychologie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. In haar vierde jaar, ze was toen 22, begon het te kriebelen. Ze wilde een sport doen waarvoor ze meerdere keren per week kon trainen. “Dan kun je wel gaan volleyballen of hockeyen, maar dan kom je als beginneling in team tachtig of nog lager terecht.” Een vriendin attendeerde haar op de roeisport, want dan kon ze meteen vijf keer in de week trainen op de Rotte. “Toen was het gauw bekeken, ik sloot me aan bij de Rotterdamse roeivereniging Skadi.” Ze koos voor het wedstrijdroeien en startte haar carrière in een boot met een achtkoppig gezelschap. Al snel nam ze het met haar team op tegen andere studentenverenigingen in Nederland en werden
ze tweede in het eerstejaarsklassement van alle wedstrijd eerstejaars achten. Haar volgende stap was een boot met vier deelnemers en na drie jaar koos ze voor een boot voor één persoon, de skiff. “Een skiff vraagt meer van je coördinatie, omdat het instabieler is. Alles komt op jezelf aan. Ook het sturen en kijken moet je in de skiff zelf doen.”
Wereldkampioenschappen Omdat ze de ene na de andere wedstrijd won, mocht ze naar het de Wereldkampioenschappen voor studenten in het Servische Belgrado in de dubbel twee, een boot voor twee roeiers. Het jaar erop werd ze samen met haar huidige dubbel twee maatje Maaike Head, nu vierdejaarsstudent Geneeskunde aan het Erasmus MC, door de Koninklijke Nederlandse Roeibond gevraagd voor de Nederlandse selectie. “Vanaf toen verliep het in een stroomversnelling. Wij mochten vorig jaar meteen samen starten bij wereldbekerwedstrijden en de Wereldkampioenschappen. Het bleek dat wij in de middenmoot eindigden en dus meekwamen in het zware internationale lichte dames dubbel twee veld.” Daarna besloot ze om haar ‘gewone’ leven op een laag pitje te zetten en voor de internationale top te gaan. De roeister is er zelfs samen met Head voor naar Am-
sterdam verhuisd om met de Nederlandse selectie te kunnen trainen.
Nationale ploeg Tijdens de afgelopen Nederlandse kampioenschappen moesten zij en Head elk in een skiff laten zien dat ze de twee beste roeisters van Nederland zijn en dus niet voor niets samen deel uitmaken van de nationale ploeg. “Dat is gelukt. Maaike finishte een paar honderdsten achter mij en wij lieten beiden nummer drie op tien seconden afstand. Nu gaan we samen voor de dubbel twee. Eind mei (interview vindt begin mei plaats, red.) starten we aan de eerste wereldbekerwedstrijd van dit seizoen, in het Sloveense Bled. Daar gaat een trainingskamp in Varese in Italië aan vooraf. Ons plan voor dit seizoen is deelnemen aan de Wereldkampioenschappen in Nieuw Zeeland in november, maar meedoen aan de Olympische spelen in 2012 in Londen is natuurlijk ons ultieme doel.”
Postdoctoraal Dat wordt nog hard trainen voor de dames. Voor Sigmond een lastige combinatie met haar werk als kinderpsycholoog. Zij werkt twee dagen per week en probeert zoveel mogelijk vakantiedagen te sparen voor wedstrijden en trainingskampen. “Mijn tijd als fulltime psycholoog komt nog wel. Ik ben van plan om me na mijn roeicarrière te storten op een postdoctorale opleiding tot Gezondheidszorgpsycholoog.”