MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
GRONDREGIE TECHNISCH BEHEER
COMMUNICATIECENTRUM NOORD Vooruitgangstraat, 80 bus 1 1035 BRUSSEL
Tel.: 02/204.27.16 - Fax : 02/204.15.00
BIJZONDER BESTEK N° GRF-265/12 Betreft:
Toezicht, beheer en onderhoud van de specifieke technische installaties in de gebouwen “Regent” en “Hertog”, Regentlaan 21-23 en Hertogsstraat 7-9 te 1000 Brussel.
DEEL II : TECHNISCHE BEPALINGEN
DIENSTENOPDRACHT ALGEMENE OFFERTEAANVRAAG Bijwerking : 02.08.12 Bijwerking van 23.05.2012
GRF-265/12
INHOUDSTAFEL
Titel V – Technische bepalingen .........................................................................................................2 Hoofdstuk 1 – Inleiding : Onderwerp van de opdracht....................................................................2 1. Opdrachten en verplichtingen van de partijen .........................................................................3 2. Resultaatdoelstellingen – Maatregelen ..................................................................................13 3. Follow-up en controle van de installaties ..............................................................................17 Hoofdstuk 2 – Beschrijving van de posten in de meetstaat ...........................................................19 A. Forfait voor onderhoud en beheer......................................................................................19 1. Algemene maatregelen...........................................................................................................19 2. Toezicht – Bediening – Onderhoud .......................................................................................20 3. Storingsopheffing...................................................................................................................22 5. Leveringen .............................................................................................................................23 6. Specifieke prestaties...............................................................................................................24 6.1. Prestatie van bediening en toezicht ................................................................................24 6.2. Onderhoudsprestaties .....................................................................................................29 6.3. Proeven...........................................................................................................................47 6.4. Diversen .........................................................................................................................48 7. Permanentie............................................................................................................................49 7.1. Technische Permanentie ................................................................................................49 7.2. Administratieve permanentie tijdens de werkuren.........................................................49 Titel VI – Offertedossier ....................................................................................................................52
Inhoudsopgave
GRF-265/12
1
Titel V – Technische bepalingen Hoofdstuk 1 – Inleiding : Onderwerp van de opdracht De huidige opdracht omvat hoofdzakelijk het beheer en het onderhoud van de technische installaties, van de “Regent” en “Hertog”-gebouwen, respectievelijk gelegen Regentlaan, 21-23 en Hertogsstraat, 7-9 te 1000 Brussel. Deze opdracht beoogt de uitvoering van onderhoudswerken, en prestaties voor de leiding, het toezicht, en de herstelling betreffende het in werking stellen, het uitbaten, en het onderhouden van de technische installaties; waaronder. : • • • • • • • • • •
de primaire installaties voor productie van afkoeling en verwarming ; de secondaire airconditioninginstallaties; de mechanisch ventilatie- en luchtafvoerinstallaties; de elektrische installaties en uitrusting (hoog- en laagspanning) alsook de verdeelborden; de brandbeveiligingsinstallaties (muurhaspels, brandslangen, externe aansluitpunten, blustoestellen, …); de sanitaire uitrusting, afvoer en roosters; de keuken- en kitchenette-uitrustingen; de liften; een noodverlichting; de aanpassing en/of de vernieuwing van de uitrusting op basis van een programma te bepalen door de opdrachtgever.
De opdracht voor het beheer, het toezicht en het onderhoud van de installaties is een opdracht met “resultaatverbintenis” en minimumprestaties. De opdrachtnemer moet ter plaatse een technische permanentie verzekeren op werkdagen en moet tevens telefonisch bereikbaar zijn via een « Help center ». In geval van storing moet een vakbekwaam technieker snel en efficiënt tussenbeide kunnen komen Bovendien moet de dienstverlener een administratieve permanentie verzekeren op werkdagen (zie artikel 20 van de bijzondere bepalingen). Voor wat betreft uw offerte voor het ter beschikking stellen van controle- en meetapparatuur aan de klant. De beschrijving van de procedures moet naar de Aanbestedende Overheid gezonden worden opdat deze laatste snel en eenvoudig zou kunnen nagaan of de minimale prestaties, zoals zij deze heeft omschreven en vereist, wel degelijk worden nageleefd.
Technische bepalingen
GRF-265/12
2
1. Opdrachten en verplichtingen van de partijen 1.1. Opdrachten en verplichtingen van de Opdrachtgever De OPDRACHTGEVER verbindt zich ertoe: •
De elektrische stroom te leveren die nodig is voor de werking van de installaties.
•
De brandbestrijdingstoestellen te leveren met inachtneming van de geldende reglementen die van toepassing zijn op de Opdrachtgever, met uitsluiting van alle toestellen die nodig zijn voor de opslag en voor het gebruik door de opdrachtnemer van specifieke producten of apparatuur. Deze toestellen zijn voor rekening van de opdrachtnemer.
•
Aan de opdrachtnemer mede te delen welke de werkingsvoorwaarden zijn die horen nageleefd te worden, en hem de technische documenten te laten geworden waarover hij beschikt met betrekking tot de installaties, opdat hij er kopieën zou kunnen van maken.
•
Het personeel van de opdrachtnemer ter plaatse de mogelijkheid te bieden tegen betaling telefoongesprekken te voeren buiten de gebouwen.
•
Kosteloos 1 kantoor en 1 technisch lokaal beschikbaar te stellen van de opdrachtnemer, alsook een parkeerplaats (toegang in dringende gevallen).
•
De opdrachtnemer in kennis te stellen van elke belangrijke wijziging die hij op zijn kosten voor eigen rekening of voor rekening van derden wenst uit te voeren op de installaties die in de onderhavige overeenkomst zijn vastgelegd. De opdrachtnemer geeft duidelijk aan of de uitvoering van deze wijzigingen verenigbaar is met de door hem aangegane verbintenissen. Hij geeft in voorkomend geval aan welke financiële gevolgen deze wijzigingen op de vergoedingen hebben.
•
De opdrachtgever geeft het met naam en toenaam aangewezen personeel van de opdrachtnemer vrije toegang ter uitvoering van de verrichtingen die onder zijn verantwoordelijkheid vallen. Het personeel in kwestie dient zich hierbij te houden aan de aanwijzingen die worden gegeven door de opdrachtgever en moet over de vereiste bekwaamheden beschikken.
•
Aangezien een toegangscontrolesysteem wordt gebruikt, bezorgt de opdrachtgever de nodige badges aan eenieder die met naam en toenaam aangewezen is om de installaties uit te baten. Elke badge is € 30 waard. Voor dit bedrag wordt bij het ingaan van de overeenkomst een borgsom gesteld bij de Opdrachtgever.
•
De opdrachtgever verbindt zich ertoe de afstellingen niet te wijzigen, de handmatige of automatische regeltoestellen niet te bedienen, geen regelacties op de toestellen uit te voeren, tenzij er sprake is van gevaar en op verantwoordelijkheid van een door de opdrachtgever gemachtigde persoon. Deze laatste dient de opdrachtnemer hiervan in kennis te stellen.
•
De opdrachtgever verbindt zich ertoe al het nodige te doen opdat de opdrachtnemer zich in noodsituaties terstond toegang kan verschaffen tot de plaatsen waar hij interventies dient uit te voeren.
Technische bepalingen
GRF-265/12
3
•
De opdrachtgever verbindt zich ertoe de opdrachtnemer ten minste 48 uur op voorhand in kennis te stellen van alle wijzigingen of afwijkingen van de werktijden. De werktijden en werkingsvoorwaarden van de heftoestellen van het gebouw zijn nader bepaald in de overeenkomst.
•
De opdrachtgever is verantwoordelijk voor het ondertekenen van de energiecontracten en voor de betaling van de energiefacturen aan de leveranciers en de beheerders van het energienetwerk.
•
De opdrachtgever staat in voor het technische en administratieve beheer van de contracten voor energievoorziening.
1.2. Opdrachten en verplichtingen van de opdrachtnemer 1.2.1. Toezicht - Bediening De opdrachtnemer staat in voor de leiding en het toezicht over de installaties die in onderhavig bijzonder bestek worden beschreven, en wel op een zulkdanige manier dat de werkingsvoorwaarden en de prestaties behouden blijven die het comfort en de veiligheid moeten waarborgen zoals vereist gedurende de werkingsdagen en –uren, vastgelegd in onderhavig bestek, behoudens andersluidende richtlijn vanwege de opdrachtgever, maar zonder ooit verplicht te zijn de veiligheidsnormen en/of de werkingsvoorwaarden te overschrijden welke gebruikelijk toegepast worden binnen het beroep. Hij geeft blijk van diplomatie in de rechtstreekse omgang met de gebruikers. De opdrachtnemer bepaalt de instelpunten in onderlinge overeenstemming met de opdrachtgever. Voor elke geplande stilstand van de installatie(s) of enig deel daarvan tijdens de werktijden van de gebruikers, met als gevolg dat de vastgelegde doelstellingen niet worden nagekomen of dat gevaar daarvoor ontstaat, is voorafgaande toestemming van de opdrachtgever vereist. Stilstand wegens gepland preventief onderhoud van niet-ontdubbelde installaties, waardoor gevaar ontstaat dat de doelstellingen niet worden nagekomen, is alleen toegestaan buiten de werktijden van de gebruikers van het gebouw. Deze werktijden zijn in de overeenkomst vastgelegd. Onderhoudsbeurten waarvoor de werking van de heftoestellen (liften ) de verwarming, de elektriciteit, de voeding, de ventilatie, de airconditioning langer dan 1 uur wordt onderbroken of verstoord, dienen in elk geval te geschieden buiten de werktijden van de gebruikers van het gebouw, tenzij op voorhand anders wordt overeengekomen met de opdrachtgever. De opdrachtnemer moet in onderling overleg met de verantwoordelijke van de opdrachtgever de werkingsprocedures van de installaties vastleggen voor het geval een storing optreedt met gevaar voor beschadiging of niet-naleving van de vastgelegde doelstellingen (zie artikel 3). De opdrachtnemer dient ervoor te waken dat het personeel dat instaat voor het toezicht op, de bediening en de storingsopheffing van de installaties buiten de officiële werktijden van de opdrachtgever te allen tijde volkomen vakbekwaam blijft en terdege bekend is met de werking van de installaties en van de plaats waar deze zijn opgesteld. De opdrachtnemer zorgt voor de herinschakeling van de installaties na een onderbreking van de energievoorziening, ongeacht of deze onvoorzien is dan wel gepland in het werk- of onderhoudsschema ten laste van hemzelf of van andere ondernemingen. Indien werkzaamheden rechtstreeks door de opdrachtgever worden besteld, worden de interventies uitgevoerd op verzoek en op verantwoordelijkheid van de opdrachtgever. Technische bepalingen
GRF-265/12
4
De opdrachtnemer voorziet steeds inspecties voor en na het gebruik van de heftoestellen door derden. Hij verwittigt de leidende ambtenaar van alle onregelmatigheden welke hij opmerkt tijdens het gebruik, en neemt in akkoord met de leidende ambtenaar de maatregelen welke zich opdringen. 1.2.2. Centraal beheer van de heftoestellen. De opdrachtnemer dient in zijn offerte rekening te houden met de doormelding van alarmen tussen de heftoestellen (liften) en de bewakingscentrale van de opdrachtnemer die 24 uur per dag operationeel is. 1.2.3. Preventief onderhoud De opdrachtnemer verbindt zich ertoe in te staan voor het preventief onderhoud van de heftoestellen volgens een door hem opgesteld tijdschema, met inachtneming van de resultaatsverbintenis en de minimumvereisten van de fabrikanten. Hij onderneemt op eigen initiatief alle onderhoudsacties voor de apparatuur waarvoor de geplande onderhoudsverrichtingen kennelijk niet bijdragen aan de bedrijfszekere werking. De opdrachtnemer voert het preventief onderhoud uit volgens de minimumfrequentie die in de bijlage tot de overeenkomst is vastgelegd. De opdrachtnemer mag voorstellen om deze taken aan te passen teneinde de vastgelegde doelstellingen na te komen. Hiertoe moet de opdrachtnemer, alvorens enige actie te ondernemen, op voorhand de schriftelijke toestemming van de opdrachtgever verkrijgen. Het is de opdrachtgever toegestaan bezwaar te maken tegen dit tijdschema, in welk geval de opdrachtnemer dit tijdschema, waar nodig, binnen één maand dient aan te passen. Elke overschrijding van deze termijn wordt met een ernstige niet-nakoming van de overeenkomst gelijkgesteld. De uitvoering van elke preventieve onderhoudsactie wordt geregeld in een "Onderhoudsbon" die naar behoren door de uitvoerder wordt ingevuld, gedagtekend en ondertekend. Een duplicaat van deze "Onderhoudsbon" wordt opgenomen in een overzichtslijst die ter beschikking van de opdrachtgever wordt gesteld. Alle preventieve en correctieve onderhoudsacties zullen op korte termijn worden beheerd door een CAMM (Computer-Assisted Management and Maintenance)-programma. Dit computersysteem is ontwikkeld door een gespecialiseerde onderneming en is verkrijgbaar op de Belgische markt. Alle door het systeem geregistreerde gegevens worden eigendom van de Opdrachtgever en moeten hem na afloop van de overeenkomst in bruikbare vorm worden teruggegeven. Het door de opdrachtnemer toegepaste CAMM-systeem moet ten allen tijde geraadpleegd kunnen worden door de vertegenwoordiger van de Opdrachtgever, via een computerwerkstation dat aangesloten is op het netwerk van het gebouw, of via een internetverbinding. Het moet mogelijk zijn op zijn minst de volgende informatie te raadplegen: de vorderingsstaat van het preventief onderhoud, het historisch overzicht van de interventies, en het historisch overzicht van de storingen en correctieve onderhoudsprestaties. Daarenboven laat het systeem toe om de nodige onderhoudsplanning op te stellen op basis van de gegevens eigen aan de installatie, als interface op te treden voor een aanwezige helpdesk (single point of contact), inventarisacties, enz. … . De upgrades van het programma zijn ten laste van de aannemer.
Technische bepalingen
GRF-265/12
5
Het onderhoudsschema moet derwijze worden opgesteld dat de installaties te allen tijde operationeel zijn, en dat de in het onderhavige Bestek vastgelegde resultaatsverbintenis zonder beperking wordt nagekomen. De opdrachtnemer dient zich te houden aan de minimumvoorschriften van de fabrikanten wat het preventief onderhoud van de installaties betreft, alvorens zijn definitieve tijdschema in te dienen. In geval de onderhoudsinterval de bedongen tijdsduur te boven gaat, dient de opdrachtnemer de nodige wijzigingen aan te brengen om hiermee rekening te houden. 1.2.4. Meetinstrumenten De opdrachtnemer geeft de opdrachtgever de beschikking over alle meetinstrumenten. De opdrachtnemer doet het nodige opdat elke (algemene en plaatselijke) energiemeter op de door hem te beheren installaties op elk ogenblik bedrijfsklaar is, en dat de door de constructeurs voorgeschreven periodieke kalibraties worden uitgevoerd en dat de kalibratierapporten aan de klant worden bezorgd. De opdrachtnemer zal 2 (twee) opnametoestellen van de temperatuur en de relatieve vochtigheidsgraad leveren; deze registratieapparatuur moet door een bevoegde instelling zijn geijkt. Deze prestatie betekent een opdracht voor de onderneming. 1.2.5. Bijstand aan controle-instellingen De opdrachtnemer stelt de EDTC (Externe Dienst voor Technische Controles) en de opdrachtgever (of iedere door hem gemachtigde persoon) in staat de technische installaties waarvoor de opdrachtnemer verantwoordelijk is te controleren. Dit betekent dat de lokalen in kwestie toegankelijk moeten zijn en dat de opdrachtnemer de installaties desgevallend in onderlinge overeenstemming met de opdrachtgever moet uitschakelen als zulks voor de controles noodzakelijk is. De opdrachtnemer begeleidt op elk ogenblik de vertegenwoordiger van elke door de opdrachtgever gemachtigde controle-instelling bij de technische keuring van de installaties en apparatuur waarvoor hij verantwoordelijk is. De lasthebber van de opdrachtnemer die deze taak dient uit te voeren, moet: -
bekend zijn met de plaatsgesteldheid; over de vereiste bevoegdheden beschikken om de installaties en apparatuur in controlemodus te configureren; over het nodige gezag en de nodige bekwaamheden beschikken om in noodgevallen en ingevolge de uitgevoerde vaststellingen op de apparatuur waarvoor de opdrachtnemer verantwoordelijk is, alle nodige acties te ondernemen om de veiligheid zonder verwijl te herstellen.
De opdrachtnemer dient de installaties in orde te brengen rekening houdend met de opmerkingen van de controle-instellingen, tenzij deze opmerkingen het gevolg zijn van een wijziging van de wet- en regelgeving na de inwerkingtreding van de overeenkomst. In voorkomend geval moet de opdrachtnemer de opdrachtgever in kennis stellen van de wijzigingen die in de installaties aangebracht moeten worden om deze in overeenstemming te brengen.
Technische bepalingen
GRF-265/12
6
1.2.6. Periodieke controles ten laste van de opdrachtnemer De opdrachtnemer staat in voor de periodieke controle van de werkmiddelen die hem toebehoren of die hij onder beheer heeft. Hij dient op de bouwplaats duplicaten van de controlerapporten van deze uitrusting ter inzage te leggen van de opdrachtgever en van de veiligheids- en gezondheidscoördinator. 1.2.7. Storingsopheffing De opdrachtnemer dient 24 uur per dag, 7 dagen per week in te staan voor de storingsopheffing, en elke oproep van zijn dispatching te beantwoorden, uitgaande van de leidende ambtenaar of van de door hem gemachtigde persoon. De lijst met de door de opdrachtgever gemachtigde personen wordt in voorkomend geval aan de opdrachtnemer bezorgd bij de ten laste neming van de installaties. De interventietermijnen zijn opgegeven in artikel 2.1.3. De opdrachtnemer dient in elk geval al het nodige te doen om de werking van de installaties mogelijk te maken, in voorkomend geval in noodbedrijf, om een optimaal comfort voor de gebruikers/bewoners te waarborgen. Bij een storing die langer duurt dan 24 uur dient de opdrachtnemer op eigen kosten en verantwoordelijkheid alle vereiste middelen aan te wenden om de aan de in het onderhavige Bestek vastgelegde werkingsvoorwaarden te voldoen. Over elke interventie stelt de opdrachtnemer een rapport of een beknopt gegevensblad op waarin hij vermeldt wat de oorsprong van het vastgestelde probleem is, welke diagnose is gesteld en welke maatregelen genomen zijn of moeten worden. Een model van dit document moet aan de opdrachtgever worden voorgelegd. In het kader van het gebruik van het CAMM-systeem worden de interventies geregistreerd met het oog op de storingsanalyse, zowel volgens uitrusting als wat de frequentie of herhaling betreft. Bij interventies op privé-installaties moet dit gegevensblad worden ondertekend door de gebruiker/bewoner die de interventie heeft ingeleid. Dit rapport of dit gegevensblad wordt stelselmatig bezorgd aan de opdrachtgever. Als deze interventie afzonderlijk wordt gefactureerd buiten het bestek van deze overeenkomst, wordt het ondertekende gegevensblad bij de factuur gevoegd. Bij overschrijding van de termijnen worden de in artikel 3.2.2. vermelde maatregelen van overeenkomstige toepassing. 1.2.8. Benodigdheden, voorraad, leveringen In het lokaal dat door de opdrachtgever aan de opdrachtnemer ter beschikking wordt gesteld, stelt de opdrachtnemer een magazijn ter beschikking van zijn bevoegd of uitvoerend personeel, waar de voor het onderhoud vereiste benodigdheden, verbruiksartikelen en reserveonderdelen worden bewaard. Na akkoord van de leidende ambtenaar, kunnen bepaalde reserveonderdelen een investering zijn vanwege de opdrachtgever. Deze onderdelen worden ter plaatse opgeslagen en beheerd door de opdrachtnemer. De gewaardeerde voorraadlijsten worden op kwartaalbasis aan de opdrachtgever bezorgd. De opdrachtnemer deelt de opdrachtgever overigens mee welke maatregelen genomen moeten worden om reserveonderdelen, bedieningsorganen of uitrustingen die normalerwijze of voortijdig buiten dienst zijn geraakt, zonder verwijl te vervangen. Technische bepalingen
GRF-265/12
7
De opdrachtnemer houdt de lijst met reserveonderdelen en uitrustingen bij die ter plaatse in voorraad gehouden moeten worden om zijn verplichtingen na te komen. Na afloop van de overeenkomst wordt de voorraad door de opdrachtnemer aan de opdrachtgever overhandigd. 1.2.9. Gereedschap (niet beperkende lijst) De opdrachtnemer bezorgt zijn personeel: -
het gereedschap en de meetinstrumenten die nodig zijn om zijn opdracht te volbrengen (universele meter, voltmeter, ampèremeettang, snelheidsmeter enz.); de individuele onderhoudsuitrustingen; de individuele of collectieve veiligheidsuitrustingen; de draagbare meet- en controletoestellen; de verplaatsbare laad- en lostoestellen; de reinigingstoestellen; de ladders en steigers; de veiligheidsinstructies met betrekking tot het gebruik van het gereedschap en de technieken die nodig zijn om zijn taak te volbrengen.
1.2.10. Algemeen onderhoud van de lokalen De opdrachtnemer is verantwoordelijk voor de toestand van de technische lokalen en de installaties die het voorwerp van de onderhavige overeenkomst uitmaken en waarvan een volledige lijst in de bijlage is opgenomen. Dit houdt het volgende in: Een plaatsbeschrijving van de technische lokalen zal opgesteld worden bij het ten laste nemen van het onderhoud van de installaties. -
De opdrachtnemer staat in voor de periodieke reiniging en, ten gevolge van de onderhoudsverrichtingen, voor: - het onmiddellijk afvoeren van versleten onderdelen en materiaal; - het bijschilderen;
-
De opdrachtnemer houdt de technische lokalen en schakelkasten slotvast vergrendeld.
-
De opdrachtnemer ontzegt iedereen de toegang tot de technische lokalen, met uitzondering van: - zijn personeel of het personeel van eventuele onderaannemers in het kader van hun taakuitvoering; - het veiligheidspersoneel zowel van de OPDRACHTGEVER als van de opdrachtnemer; - de verantwoordelijke van de OPDRACHTGEVER of iedere uitdrukkelijk door hem gemachtigde persoon.
De opdrachtnemer is in alle gevallen als enige verantwoordelijk voor de technische lokalen en moet alle wijzigingen vermelden die worden aangebracht door het personeel dat niet onder zijn toezicht staat. De opdrachtnemer moet in de andere lokalen zorgen dat de plaatsen na elke interventie opnieuw in hun oorspronkelijke staat worden gebracht.
Technische bepalingen
GRF-265/12
8
1.2.11. Energiebeheer De opdrachtgever is verantwoordelijk voor het ondertekenen van de energiecontracten en voor de betaling van de energiefacturen aan de leveranciers en de beheerders van het energienetwerk. De opdrachtnemer staat in voor het technische en administratieve beheer van de contracten voor energievoorziening. Alle documenten en facturen betreffende deze post worden beschikbaar gesteld aan de opdrachtnemer. De opdrachtnemer dient de opdrachtgever in voorkomend geval voor te stellen deze contracten aan te passen rekening houdend met de vereisten van het gebouw (optimalisatie, valorisatie, simulatie, ) en deelt de opdrachtgever mee welke parameters gewijzigd moeten worden. Indien een ontwikkeling van de energiebehoefte gerechtvaardigd blijkt, mag de opdrachtnemer voorstellen het energiecontract te wijzigen. De opdrachtnemer dient gebruik te maken van beheers- en analysemiddelen, zoals meters, management packages, of moet voorstellen welke methoden en hulpmiddelen geïnstalleerd moeten worden om de prestaties te verbeteren en betere resultaten te behalen (instrumentatie, metrologie, controle/besturing). De opdrachtnemer moet elk jaar een verdelingstabel van het verbruik indienen op basis van de bestaande meters. In deze tabel wordt het verbruik van de afgelopen drie jaar vergeleken, rekening houdend met de bezetting van de gebouwen. De opdrachtnemer stelt de opdrachtgever gepaste en ontbrekende telsystemen voor, die geïnstalleerd moeten worden om het verbruik, van welke aard dan ook, te beheersen en te controleren. 1.2.12. Werkzaamheden ingevolge interventieaanvragen Deze werkzaamheden houden verband met de wijziging van het werkingsprogramma, de weder indienststelling of buitendienststelling van bepaalde heftoestellen en de inrichting; ze worden uitgevoerd ingevolge gerichte aanvragen van de opdrachtgever of van de gebruikers / bewoners. Hierbij moet een administratieve procedure in acht worden genomen. Het is de opdrachtgever toegestaan voor deze werkzaamheden een externe prijsaanvraag uit te schrijven. Deze werkzaamheden worden in elk geval geregeld in een “Werkopdracht” die door de opdrachtgever wordt ondertekend. De opdrachtnemer mag een offerte indienen aansluitend op deze prijsaanvraag. Het is de opdrachtgever tevens toegestaan deze werkzaamheden in eigen beheer te laten uitvoeren door de opdrachtnemer tegen de bedongen prijs. De opdrachtnemer dient voor de door hem uitgevoerde werkzaamheden de in hoofdstuk 2.2.14. vermelde technische documenten en plannen te actualiseren. Voor werkzaamheden die door derden worden uitgevoerd, houdt de opdrachtnemer de vereiste informatie beschikbaar na voltooiing van de werkzaamheden (technische datasheets, bedienings- en onderhoudsvoorschriften). Verder zorgt de opdrachtnemer voor het bijwerken van het AS BUILT dossier op een wijze die compatibel is met het computersysteem van de opdrachtgever, door de aannemer die de werkzaamheden heeft uitgevoerd. Als deze procedure niet in acht wordt genomen, dient hij de opdrachtgever zonder verwijl hiervan in kennis te stellen zodat die de nodige stappen kan ondernemen bij de aannemer in kwestie.
Technische bepalingen
GRF-265/12
9
1.2.13. Informatie en rapporten Informatie De verantwoordelijke van de opdrachtnemer dient de opdrachtgever zo spoedig mogelijk en uiterlijk binnen één uur met alle gepaste middelen in kennis te stellen van exploitatieproblemen die de dienstverlening aan de gebruikers negatief beïnvloeden of kunnen beïnvloeden. Bovendien dient hij alle bewarende maatregelen te treffen welke zich in voorkomend geval opdringen. De opdrachtnemer brengt accuraat verslag uit over zijn activiteiten. Hierbij dient hij zich te houden aan de inhoudelijke en vormvoorschriften die in onderling overleg met de Opdrachtgever worden vastgelegd. Deze laatste maakt zijn opmerkingen kenbaar alsook alle nauwkeurige bijzonderheden die dienstig zijn voor de taakuitvoering. De inhoud betreft inzonderheid de beheersindicatoren, de opvallende feiten, de balans, de voorstellen tot verbeteringswerken, de tijdschema’s e.d. De opdrachtnemer dient de in onderlinge overeenstemming geplande vergaderingen te notuleren. De vorm waarin verslag wordt uitgebracht, kan worden aangepast afhankelijk van de behoeften van de opdrachtgever (genormaliseerde procedures). Rapporten – Exploitatiedocumenten, follow-up en voorstelling van de resultaten De hierna vermelde gestructureerde documenten die voldoen aan de eisen van de opdrachtgever moeten eenmaal per maand door de opdrachtnemer worden opgesteld, bijgehouden en voorgelegd in een door de computer verwerkbaar formaat dat compatibel is met de computerinfrastructuur van de opdrachtgever. -
Het boek met de exploitatievoorschriften: Hierin staan alle uit te voeren bedienings- en toezichthandelingen. Dit document mag worden opgesteld met behulp van het door de opdrachtnemer geïmplementeerde CAMMsysteem.
-
De overzichtslijst met de interventieoproepen: Elke storing of elk defect wordt geregistreerd met vermelding van: - de datum en het tijdstip van de oproep of van de alarmmelding; - de herkomst (lokalisatie) en de reden voor de oproep; - de diagnose en de ondernomen acties; - het eindtijdstip.
-
Desgevraagd door de opdrachtgever moet de opdrachtnemer exploitatieresultaten voorleggen die op maandbasis worden aangevuld. Deze resultaten worden in onderling overleg gevalideerd. De resultaten houden verband met de volgende items: - beschikbaarheid van benodigdheden; - energieverbruik; - uitgaven met het oog op verbetering en/of het technisch in overeenstemming brengen.
-
Het exploitatierapport De opdrachtnemer deelt in de maand september van elk jaar de budgetprognose (voorcalculatie) mee van de uitgaven die niet door de onderhavige exploitatie- en onderhoudsovereenkomst worden gedekt, en die bijgevolg voor rekening van de opdrachtgever zijn voor het komende jaar. De opdrachtnemer stelt in voorkomend geval verbeteringen voor met de bijbehorende kostencalculatie en rechtvaardigingsgronden. De opdrachtnemer stelt een jaarlijks werkschema voor ter uitvoering van de overeenkomst.
Technische bepalingen
GRF-265/12
10
-
De lijst met bezoekverslagen door de controle-instellingen : - voor de installaties waarvoor de opdrachtnemer verantwoordelijk is; - met nadere toelichting van de bijsturende acties.
1.2.14. Technische documentatie. De opdrachtnemer dient te zorgen voor het klasseren en bijhouden van de technische documentatie. Dit omvat: -
De bestaande documentatie, met name: - Documentatie over de installatie; - Plannen, technische voorschriften; - Overzichtsschema’s; - Exploitatiedocumentatie; - Bedieningsprocedure; - Prestatieoverzichten (verplaatsingssnelheden, wachttijden, stroomverbruik…); - Logboek; - Onderhoudsdocumentatie; - Betrouwbaarheidsresultaten; - Historisch overzicht en verwerking van incidenten; - Follow-up van de uitrustingen.
-
Het onderhoudsdossier dat voor alle nieuwe werkzaamheden moet worden opgesteld of verkregen, moet ten minste bestaan uit: - Update van de documenten bij wijziging van de installatie; - "As Built" plannen; - Onderhouds- en exploitatieschema’s en -voorschriften; - De afstelprocedures; - De procedures voor storingsopheffing (checklist).
Gezien de ouderdom van het gebouw, bestaan bepaalde documenten op papier (overgetrokken tekeningen of calques, afdruk op papier) en andere op een informaticadrager. Deze documenten moeten op elk ogenblik door de opdrachtnemer worden geactualiseerd op informaticadrager. Elke update (actualisering) ten gevolge van een wijziging moet uiterlijk binnen 15 dagen worden uitgevoerd. Het omzetten van papieren plannen op informaticadrager is niet ten laste van de onderneming. 1.2.15. Computersoftware en –programma’s Alle computersoftware en computerprogramma’s die de opdrachtnemer implementeert of toepast voor het beheer of voor de bedrijfszekere werking van de heftoestellen, moeten worden overgelegd aan de opdrachtgever, die automatisch gebruiker daarvan wordt, zonder mogelijkheid van wijziging of ontwikkeling. De opdrachtnemer deponeert bij een notaris zijner keuze, in een verzegelde omslag, een kopie van de gebruikte software en van alle eventuele codes die het gebruik ervan mogelijk maken. Deze omslag behoort feitelijk toe aan de opdrachtgever, en wordt hem bezorgd wanneer de overeenkomst een einde neemt, om welke reden dan ook. Uiterlijk één maand na inwerkingtreding van de overeenkomst deelt de opdrachtnemer de persoonsgegevens van de notarisbewaarnemer mee aan de opdrachtgever.
Technische bepalingen
GRF-265/12
11
1.2.16. Afvalverwijdering De opdrachtnemer analyseert de milieurisico’s en stelt de opdrachtgever voor alle passende maatregelen te nemen voor de verwerking van afvalstoffen, afvalwater (effluenten) en de bijbehorende milieuhinder die voor zijn activiteiten worden teweeggebracht. Bedoeling hiervan is te voorkomen dat het milieu of de veiligheid van personen wordt aangetast. Op te merken valt dat beperkte delen van de installaties asbest zouden kunnen bevatten. Deze elementen moeten worden vervangen bij het periodieke onderhoud dat noodzakelijk is. Te dien einde doet de opdrachtnemer al het nodige om deze elementen te verwerken en af te voeren in overeenstemming met de in Brussel van kracht zijnde wet- en regelgeving. De opdrachtnemer bezorgt de Opdrachtgever de in de wet- en regelgeving voorgeschreven getuigschriften van afvalvernietiging. 1.2.17. Personeel De opdrachtnemer dient zijn personeel alle informatie te bezorgen die noodzakelijk is om de overeenkomst behoorlijk uit te voeren, inzonderheid de veiligheidsvoorschriften. De opdrachtnemer bezorgt de opdrachtgever een lijst met personeelsleden die opgeroepen kunnen worden om interventies in het gebouw uit te voeren, zowel wat het toezichthoudend als wat het uitvoerend personeel betreft. Behalve in geval van uitzondering of toeval is dit uitvoerend personeel altijd hetzelfde personeel. De opdrachtnemer moet het personeelsregister bijhouden van de medewerkers die prestaties in de lokalen uitvoeren. De opdrachtnemer moet dit personeelsregister ter inzage van de opdrachtgever houden. De exploitatie/onderhoudsopdracht is een opdracht met resultaatsverbintenis. Derhalve moet de opdrachtnemer het aantal en de bekwaamheden bepalen van het personeel dat nodig is om de doelstellingen te bereiken; de opdrachtnemer moet evenwel zorgen dat er altijd minstens één persoon aanwezig is om interventies op de installaties uit te voeren tijdens de gewone gebruikstijden van het gebouw, met inachtneming van de in artikel 3.1.3. vastgelegde interventietermijnen. De opdrachtnemer wordt uitgenodigd om deel te nemen aan de veiligheidsoefeningen die door de opdrachtgever of door de gebruiker/bewoner van het gebouw worden georganiseerd. Deze deelname laat aansprakelijkheid van de opdrachtnemer jegens zijn personeel onverkort. De opdrachtnemer zorgt dat het personeel dat ingrepen op risicodragende apparatuur moet uitvoeren over de passende bekwaamheid beschikt, en dient alle nodige voorzorgsmaatregelen te treffen om zijn personeel tegen gevaar te beschermen. De opdrachtnemer mag niet weigeren zijn verbintenissen na te komen of mag geen aanspraak maken op schadeloosstelling of extra vergoeding op grond dat hij geen of onvoldoende kennis had van de organisatie of de lokalen van de opdrachtgever. De opdrachtgever behoudt zich het recht voor de opdrachtnemer te verplichten een lid van zijn personeel of van dat van zijn onderaannemers met onmiddellijke ingang te herroepen en terstond te vervangen zonder zijn beslissing te moeten rechtvaardigen noch enig ander gevolg daarvan te moeten dragen. Bovendien moet de opdrachtnemer de opdrachtgever op voorhand (uiterlijk acht dagen vooraf) en schriftelijk in kennis stellen van elke wijziging van tussenkomende medewerkers (directie, toezichthoudend personeel). Technische bepalingen
GRF-265/12
12
Het uitvoerend personeel is verplicht gepast en goed onderhouden werkkleding te dragen, waarop duidelijk de dienstverlenende onderneming is geïdentificeerd middels het model, de kleur en het logo. 1.2.18. Bijstand van buitenaf De opdrachtnemer moet het interventieniveau van zijn interventies aanpassen aan hun bekwaamheid en aan hun kennis van de installatie. Te dien einde verbindt hij zich ertoe ter uitvoering van zijn bij overeenkomst vastgelegde verplichtingen op eigen kosten elke bijstand van buitenaf in te roepen om zijn taak naar behoren te volbrengen. De opdrachtnemer is verplicht de opdrachtgever in kennis te stellen van elke terugkerende of gerichte bijstand van buitenaf die aansluit op de bij overeenkomst vastgelegde verantwoordelijkheden. 1.2.19. Veiligheid. De opdrachtnemer bevestigt dat zijn eigen medewerkers en onderaannemers terdege op de hoogte zijn gesteld van de eventuele risico’s, en gepaste aanwijzingen gekregen hebben met betrekking tot de opgegeven risico’s. De opdrachtgever behoudt zich het recht voor na te gaan dat de opdrachtnemer dit beding stipt naleeft. 1.2.20 Communicatiemiddelen De opdrachtnemer dient, op eigen kosten, de nodige communicatiemiddelen beschikbaar toestellen aan zijn personeel, zowel voor gesprekken binnen het gebouw als voor die daarbuiten.
2. Resultaatdoelstellingen – Maatregelen 2.1. Doelstellingen De opdrachtnemer waarborgt de opdrachtgever qua: - kwaliteit - hoeveelheid - beschikbaarheid De minimumresultaten die hieronder nader zijn bepaald : 2.1.a : Liften Werking (Toegang) - Lift Hertogsstraat 9 - Liften Regentlaan 21-23 2.1.b : Opmerking : zie de prestaties in functie van het gebouw.
Technische bepalingen
GRF-265/12
13
Warmte- en koudeproductie -
Rookgastemperatuur : nooit meer dan 20 ° C hoger dan de door de fabrikant opgegeven waarde; CO2 van rookgassen : + 2 punten op het percentage van door de fabrikant uitgevoerde proeven. Verwarmingscurve waarbij de vertrektemperatuur ingesteld wordt op 90°C en deze van de terugvoer ingesteld wordt op 70°C voor een buitentemperatuur van -15°C. Koudeproductie : werking van de machines bij een buitentemperatuur van +5°C tot 30°C Temperatuur van gekoeld waterproductie : aanvoer : 7°C – retour 13°C
Luchtkwaliteit (reglementaire verplichtingen) -
verse luchtdebiet : minimaal 30 m³/u/gebruiker/bewoner gemiddeld rendement voor synthetisch stof (verse luchtfiltratie) : groter dan 90% gravimetrische test gemiddeld rendement voor atmosferisch stof (luchtfiltratie) : groter dan 85 % het stofgehalte aan de uitgang van de luchtuitblaasopeningen mag niet meer bedragen dan 0,2 mg/m³ (ref. op papier) de luchtsnelheid mag niet meer bedragen dan 0,5 m/s, gemeten in vrijeveldconditie op 2m boven de grond Het CO-gehalte moet altijd verwaarloosbaar zijn (max. 1-2 ppm) en het CO2-gehalte moet kleiner zijn dan 900 ppm. het geluidsniveau van het ventilatiesysteem op maximaal luchtdebiet is beperkt tot NR 38 in de bewoonde/gebruikte zones.
Waterkwaliteit Elk jaar wordt op karakteristieke punten een kwaliteitscontrole uitgevoerd. De volgende grenswaarden worden toegepast : -
totaal gehalte aan ziektekiemen : kleiner dan 10.000/ml schimmels : kleiner dan 500 / 100 ml totaal gehalte aan stafylokokken : kleiner dan 500 / 100 ml vermoedelijke ziekteverwekkende stafylokokken : kleiner dan 100 / 100 ml
De analyseresultaten worden opgetekend in een register dat beschikbaar wordt gesteld aan de opdrachtgever alsook aan de preventieadviseurs van de gebruikers/bewoners van het gebouw. Omgevingsvoorwaarden De opdrachtnemer dient in de gebruikte/bewoonde lokalen die door de technische installaties worden bediend, de volgende omgevingsvoorwaarden tot stand te brengen, voor zover de vereiste hoeveelheden brandstoffen en energie te gelegener tijd beschikbaar zijn: In de verwarmde lokalen zonder airconditioning bedraagt de minimum temperatuur bij een buitentemperatuur van –10°C, 20°C. In de lokalen met airconditioning zijn de volgende voorwaarden van toepassing : Gebruikte/bewoonde lokalen Ongebruikte/onbewoonde lokalen Technische bepalingen
GRF-265/12
14
WINTER Drogeboltemperatuur : 20°C, ± 1°C, 40%
drogeboltemperatuur : -10°C Relatieve vochtigheidsgraad : 80% drogeboltemperatuur : 30°C Relatieve vochtigheidsgraad : 50%
De opdrachtnemer dient alles in het werk te stellen om deze omstandigheden te waarborgen tijdens werkdagen, gedurende de normale werktijden in de kantoren, namelijk van maandag tot vrijdag van 07u00 tot 19u00. Verlichtingsvoorwaarden De verlichtingsinstallaties moeten bedrijfsklaar zijn tijdens de normale gebruikstijden van de lokalen, zijnde : -
kantoren : van 07u00 tot 19u00 parkeergarage : van 07u00 tot 19u00 gemeenschappelijke zone : van 07u00 tot 19u00
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 62 van het ARAB moeten de volgende streefwaarden voor verlichtingssterkte worden nageleefd : -
kantoren : 500 lux sanitaire ruimten en archiefruimten : 300 lux gangen en doorgangen : 100 lux gemeenschappelijke zone : 100 lux parkeergarage : 50 lux
De lichtbronnen moeten stelselmatig worden vervangen zodra 10% van de lichtbronnen buiten dienst zijn. Voor zover de bestaande installaties het toelaten. In het tegengestelde geval zal de opdrachtnemer technische voorstellen doen aan de leidende ambtenaar. 2.1.1. Functionaliteit van de installaties. De functionaliteit van de installaties die het voorwerp van de overeenkomst uitmaken, moet worden gewaarborgd gedurende de bovenvermelde tijdsduur. En de uitbatinguren van het gebouw. De liftkooien moeten echter te allen tijde ontruimd kunnen worden, waarbij de liftkooi automatisch terugkeert naar het ontruimingsniveau. De liften met de functie “Brandweer” moeten voor deze functie het hele jaar gebruikt kunnen worden 24 uur per dag, 7 dagen per week. De installaties voor elektrische normale en noodvoeding moeten het gehele jaar 24 uur per dag, 7 dagen per week, in bedrijf blijven. De primaire installaties voor warmte- en koudeproductie moeten gedurende het overeenkomstig seizoen in kwestie 24 uur per dag bedrijfsklaar zijn.
Technische bepalingen
GRF-265/12
15
2.1.2. Energie De exploitant moet het energiegebruik in het gebouw in stand houden of verminderen. energieverbruik omvat : -
Dit
verwarmingsbrandstoffen, gewogen naar daggraden over het lopende jaar; elektriciteit.
Het gebruik wordt afzonderlijk gemeten voor elke energiebron, en in kWh uitgedrukt. Vanaf de netto streefwaarde voor het verbruik in een gestabiliseerde periode W, bepaald als gemiddelde van het verbruik over de afgelopen drie jaar voor de werking van het gebouw met de huidige installaties, dient de opdrachtnemer een resultaatsverbintenis na te komen. Hierbij moet de opdrachtnemer rekening houden met vergelijkbare gebruiksomstandigheden (daggraden, zoninstraling, max. en min. Dagtemperatuur), wat de energie betreft. 2.1.3. Interventietermijnen. De opdrachtnemer zal alles in het werk stellen om de normale werking van de installaties te waarborgen. De termijnen in geval van interventieaanvraag door de Opdrachtgever worden als volgt vastgelegd: Bevrijden van in de liftkooi opgesloten personen. Het bevrijden van de in de liftkooi opgesloten personen is een interventie met een uiterst spoedeisend karakter. Deze interventie moet zo spoedig mogelijk plaatsvinden. De maximale interventietermijn bedraagt één uur tijdens werkdagen van 07.00 uur tot 19.00 uur; en één uur dertig minuten tijdens werkdagen van 19.00 uur tot 07.00 uur, alsook op zaterdagen, zondagen en feestdagen. Interventietermijn voor storingsopheffing: De interventietermijn bedraagt 1 (één) uur tijdens werkdagen van 07.30 uur tot 18.30 uur; en 4 (vier) uur tijdens werkdagen van 18.30 uur tot 07.30 uur, alsook op zaterdagen, zondagen en feestdagen. Storingsopheffing: Storingsopheffing is te verstaan als elke interventie waardoor de installatie kan doorwerken, in voorkomend geval in noodbedrijf. Behoudens afwijking mag de werking in deze modus nooit langer duren dan 24 uur. Herstelling: Herstelling is te verstaan als elke interventie waardoor de installatie in de oorspronkelijke toestand wordt hersteld. Behoudens afwijking moet de herstelling uiterlijk binnen 48 uur na de storing worden uitgevoerd.
Technische bepalingen
GRF-265/12
16
2.2. Maatregelen. Elke vaststelling van niet-naleving van contractuele bepalingen, door de leidinggevende ambtenaar, of een door deze laatste afgevaardigde persoon, zal het voorwerp uitmaken van een proces-verbaal tot vaststelling, dat per aangetekend schrijven zal betekend worden aan de uitbater.
2.2.1. Luchtkwaliteitvoorwaarden – omgevingsvoorwaarden De opdrachtnemer dient zich de in de bovenstaande alinea’s vermelde doelstellingen te verwezenlijken. Elke met redenen omklede oproep met betrekking tot de doelstellingen wordt als storing beschouwd en geeft aanleiding tot een interventie binnen de hierna vermelde termijn. Bij overschrijding van deze termijn worden de vastgelegde maatregelen toegepast. 2.2.2. Maatregelen onthard water De schommeling van het waterverbruik ten opzichte van de streefwaarde wordt elk jaar gevolgd. Als het verbruik op jaarbasis, bij gelijke belasting, meer dan 105 % bedraagt van de streefwaarde, geldt het volgende : -
het eerste jaar : 50 % van het verbruiksgedeelte boven 105% van de streefwaarde komt ten laste van de opdrachtnemer; het tweede jaar : 75 % van het verbruiksgedeelte boven 105% van de streefwaarde komt ten laste van de opdrachtnemer; het derde en de daaropvolgende jaren bij verlenging van de overeenkomst : 100 % van het verbruiksgedeelte boven 105% van de streefwaarde komt ten laste van de opdrachtnemer.
De prijs per m³ water die als grondslag dient voor de berekening van de maatregelen, is de gemiddelde prijs van het lopende jaar met inbegrip van vaste premies, milieubelastingen en belasting op de afvalwaterlozing, welke door de waterleverancier wordt gefactureerd. 2.2.3. Bovengrens van de maatregelen Het maximumbedrag van de maatregelen wordt op jaarbasis beperkt tot 10% van de totale jaarlijkse vergoeding.
3. Follow-up en controle van de installaties 3.1. Periodieke controle. De installaties in het gebouw worden sinds de inbedrijfstelling regelmatig onderhouden; vóór het einde van de overeenkomst met de vorige opdrachtnemer is een plaatsbeschrijving door een deskundige opgesteld en de opmerkingen zijn verholpen. De opdrachtgever behoudt zich het recht voor om gedurende de looptijd van de overeenkomst de door de opdrachtnemer uitgevoerde werkzaamheden en leveringen en/of de recentelijk door elke persoon zijner keuze geïnstalleerde nieuwe onderdelen of installaties te inspecteren en/of te laten inspecteren, teneinde zich te vergewissen van de werkelijke toestand ervan.
Technische bepalingen
GRF-265/12
17
De opdrachtnemer verbindt zich ertoe deze persoon elke inlichting te verschaffen welke deze redelijkerwijs nodig heeft om zijn taak te volbrengen, om hem vrij toegang te verlenen tot de technische lokalen, en om hem alle documenten beschikbaar te stellen teneinde de controle uit te voeren. De met de controle belaste persoon of instelling stelt op basis van deze algemene bezoeken een controleverslag op waarin melding wordt gemaakt van de vastgestelde onvolkomenheden. Indien de toestand van de installaties niet tot tevredenheid strekt, mag de opdrachtgever bij een extern deskundige een omstandige controle aanvragen. De kosten voor de prestaties van deze deskundige zijn voor rekening van de opdrachtnemer. 3.2. Plaatsbeschrijving bij beëindiging van de overeenkomst Bij afloop van de overeenkomst of om welke reden dan ook, moet de opdrachtnemer de installaties in perfecte staat van werking en onderhoud teruggeven aan de opdrachtgever (onverminderd beschadiging ten gevolge van normale slijtage van de apparatuur). Te dien einde wordt, uitgaande van de plaatsbeschrijving bij aanvang van de overeenkomst, een plaatsbeschrijving bij beëindiging van de overeenkomst opgesteld in bijzijn van de opdrachtgever en van de uittredende opdrachtnemer, alsook van de door de opdrachtgever aangewezen deskundige en opdrachtnemer. Tijdens dit bezoek wordt elke niet-nakoming door de uittredende opdrachtnemer van zijn bij overeenkomst vastgelegde verbintenissen op schrift gesteld. De opdrachtnemer dient binnen de in onderlinge overeenstemming vastgelegde termijn de nodige herstellingswerkzaamheden uit te voeren die het resultaat zijn van zijn in gebreke blijven. Indien deze termijnen niet worden nageleefd, behoudt de opdrachtgever zich het recht voor, na ingebrekestelling, alle dienstige maatregelen te nemen om de herstellingen uit te voeren met dien verstande dat de hieruit voortvloeiende kosten aan de opdrachtnemer worden toegerekend, inzonderheid door de bankwaarborg aan te spreken. De kosten voor de plaatsbeschrijving bij beëindiging van de overeenkomst zijn voor rekening van de opdrachtgever met uitzondering van de kosten voor het bepalen van de snelheid en de wachttijden, die door de opdrachtnemer worden gedragen. Indien het, gezien de toestand van de installaties, noodzakelijk blijkt om een plaatsbeschrijving op te stellen na de herstellingswerkzaamheden, komt deze plaatsbeschrijving ten laste van de opdrachtnemer.
Technische bepalingen
GRF-265/12
18
Hoofdstuk 2 – Beschrijving van de posten in de meetstaat A.
Forfait voor onderhoud en beheer
1. Algemene maatregelen -
Aangezien de werken in bewoonde gebouwen uitgevoerd moeten worden, dient de opdrachtnemer ervoor te zorgen dat hij de goede werking van de diensten in kwestie in geen enkel opzicht belemmert of verhindert.
-
Het personeel van de aannemer moet bijgevolg van onbesproken gedrag zijn en er zal geen enkele misdraging worden gedoogd.
-
De opdrachtnemer dient zich strikt te houden aan de aanwijzingen van de door de opdrachtgever aangewezen verantwoordelijke voor alles wat de goede uitvoering van de aannemingsopdracht aangaat
-
Hij mag in geen geval ingaan op verzoeken, bevelen of aanwijzingen, van welke aard dan ook, gegeven door het personeel van de opdrachtgever, ongeacht de rang van het personeelslid in kwestie, tenzij hij bevestiging gekregen heeft van de leidende ambtenaar of diens vertegenwoordiger.
-
De opdrachtnemer dient alle door de uitvoering van zijn opdracht voortgebrachte afvalstoffen, van welke aard dan ook, naar behoren te laten afvoeren op eenvoudig verzoek van de leidende ambtenaar of diens vertegenwoordiger.
Er dient te worden genoteerd dat het geheel van de prestaties welke door de opdrachtnemer moeten worden geleverd om een resultaatsverbintenis te bekomen, met inbegrip van de minimumprestaties, dienen te worden inbegrepen in de eenheidsprijzen van de post A van de meetstaat. Deze eenheidsprijs omvat o.a. alle preventieve onderhoudsprestaties, het toezicht en beheer, de proeven, het energiebeheer, het stockbeheer, de plannen en documentatie, de storingsopheffingen, de aankoop en indienststelling van de verbruiksgoederen en het klein materiaal ( alle materiaal waarvan de aankoopprijs ≤ € 425 (BTW excl.) op datum inschrijving), de bedieningen en wachtdiensten, de kosten verbonden aan de te eerbiedigen veiligheidsmaatregelen voor zover niet anders bepaald, de hulp bij de periodieke inspecties en veiligheidsproeven in het algemeen. Wat de voorziene prestaties in de post regiewerken betreft ( cit. Post 2), dient er te worden genoteerd dat elke prestatie het onderwerp dient uit te maken van een vooraf geschreven order opgesteld door de leidende ambtenaar. De eenheidsprijzen van de post omvatten de salarissen, alle taksen, de supplementen, de verplaatsingen en het vervoer, de kosten voor studie, omkadering en het klein materieel verbonden aan de uit te voeren taak. De ingediende eenheidsprijzen zijn zonder beperking van toepassing voor het geheel van de prestaties en technieken welke in het kader van de opdracht dienen te worden onderhouden en beheerd. Wat de lonen betreft die toepasbaar zijn op de werken in regie en die niet in de voornoemde meetstaten opgenomen zijn, zijn de maximale loonwaarden die men voor deze prestaties mag hanteren, deze die van kracht zijn op het ogenblik van de uitvoering van de werken in regie, en die voortvloeien uit de toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomsten welke de arbeidsvoorwaarden bij werken in regie vastleggen. Deze arbeidsvoorwaarden werden bepaald krachtens de beslissingen van het Belgisch Nationaal Paritair Comité waaronder de opdrachtnemer (of desgevallend deze van het Belgische N.P.C. van de bouwsector indien de aannemer een buitenlander is) ressorteert voor onderhavige opdracht. Technische bepalingen
GRF-265/12
19
In dit laatste geval worden als loonsverhogingpercentages voor sociale lasten, verzekeringen en bezoldiging door de opdrachtnemer, bij gebrek trouwens aan andere vermeldingen, de percentages gehanteerd die door het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur worden bekendgemaakt en van toepassing zijn op werken in regie.
2. Toezicht – Bediening – Onderhoud De opdrachtnemer verbindt zich ertoe: 2.1. De in de bijlage beschreven installaties ten laste te nemen. De opdrachtnemer bevestigt de toestand en de deugdelijkheid van de in het overzicht nader beschreven installaties ter plaatse te hebben gecontroleerd. Dienvolgens aanvaardt de opdrachtnemer de installaties in de hem bekende staat waarin zij zich bevinden en waarin hij ze bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst in ontvangst neemt. 2.2. In te staan voor de bediening van en het toezicht op de omschreven installaties teneinde, behoudens andere aanwijzing van de klant, maar zonder verplicht te zijn te handelen in strijd met de veiligheids- en/of de werkingscondities die doorgaans in het vak worden toegepast, het werkingsregime en het prestatievermogen in stand te houden met als doel te voldoen aan de vereiste voorwaarden van comfort en veiligheid tijdens de door de klant opgegeven dagen en tijdstippen van gebruik. 2.3. In te staan voor het preventieve onderhoud van de technische installaties en op zijn minst voor alle verrichtingen die nader zijn bepaald in het bijgevoegde schema. Voor de apparatuur die niet uitdrukkelijk is omgeschreven of waarvoor de geplande verrichtingen kennelijk niet bijdragen aan de bedrijfszekere werking, dient de opdrachtnemer op eigen initiatief alle noodzakelijke onderhoudsmaatregelen te treffen. De opdrachtnemer mag voorstellen om deze taken aan te passen teneinde de vastgelegde doelstellingen (streefwaarden) te verwezenlijken. Hiertoe moet de opdrachtnemer, alvorens enige actie te ondernemen, op voorhand schriftelijke toestemming van de leidende ambtenaar verkrijgen. Onderhoudswerkzaamheden waarvoor het nodig is om de liften en heftoestellen te onderbreken of buiten dienst te stellen, moeten op voorhand worden goedgekeurd door de leidende ambtenaar, en moeten in elk geval buiten de werktijden van de gebruikers / bewoners worden uitgevoerd, tenzij op voorhand anders wordt overeengekomen met de leidende ambtenaar. Het tijdschema van de onderhoudswerkzaamheden moet zodanig worden opgesteld dat de installaties te allen tijde bedrijfsklaar zijn. De opdrachtnemer dient zich te houden aan de minimumvoorschriften van de fabrikanten wat het preventief onderhoud van de installaties betreft, alvorens zijn definitieve tijdschema in te dienen. In het geval het onderhoudsinterval de bedongen tijdsduur te boven gaat, dient de opdrachtnemer de nodige wijzigingen aan te brengen om hiermee rekening te houden. Hij dient tevens het tijdschema mee te delen voor de buitendienststelling van de installaties wegens preventief onderhoud. De opdrachtnemer moet in onderling overleg met de leidende ambtenaar de werkingsprocedures van de installaties vastleggen voor het geval een storing optreedt met gevaar voor beschadiging of voor uitval die de niet-naleving van de vastgelegde doelstellingen (streefwaarden) meebrengt. Technische bepalingen
GRF-265/12
20
2.4. Erover te waken dat het personeel dat instaat voor het toezicht op, de bediening en de storingsopheffing van de installaties buiten de officiële werktijden van de leidende ambtenaar, te allen tijde volkomen vakbekwaam blijft en terdege bekend is met de werking van de installaties en van de plaats waar deze worden opgesteld. Deze storingsopheffing alsook de toegang tot de centrale dispatching van de opdrachtnemer zijn mogelijk 24 uur per dag, 7 dagen per week, met inbegrip van zaterdagen, zondagen en feestdagen. Alvorens de opdracht op zich te nemen, deelt de opdrachtnemer de lijst mee van het uitvoerend personeel en van het toezichthoudend personeel, met vermelding van hun bekwaamheden. In geval van wijziging wordt de aangepaste lijst binnen 48 uur aan de leidende ambtenaar bezorgd. Een permanentie van de opdrachtnemer is binnen het gebouw te verzekeren gedurende de normale diensturen. 2.5. Periodieke rondes Een wekelijks inspectiebezoek van alle heftoestellen en in alle lokalen waar de uitrusting is opgesteld die het voorwerp van deze overeenkomst uitmaakt. Deze inspectierondes maken wezenlijk deel uit van de doelstellingen die de opdrachtnemer dient te verwezenlijken ter uitvoering van de onderhavige overeenkomst. De opdrachtnemer geeft de leidende ambtenaar de beschikking over alle elementen welke laatstgenoemde in staat stellen om deze prestaties vanuit kwantitatief en kwalitatief oogpunt te controleren. De opdrachtnemer wordt geacht alle door hem vastgestelde afwijkingen voor zijn verantwoording te nemen. Indien de afwijking geen betrekking heeft op een uitrusting die het voorwerp van de onderhavige overeenkomst uitmaakt, dient hij zulks terstond te melden aan de technische diensten van de leidende ambtenaar teneinde de nodige bijsturende actie in gang te zetten. Alle herstellingen en reparaties die ogenblikkelijk binnen het bestek van deze overeenkomst mogen plaatsvinden, worden tijdens deze inspectierondes uitgevoerd. Voor alle herstellingen en reparaties op een later tijdstip, die het resultaat zijn van deze inspectierondes, moet de inspecteur een interventieaanvraag indienen. 2.6. Op zijn kosten alle wettelijke of bestuursrechtelijke controles uit te voeren met betrekking tot de apparatuur en prestaties waarvoor hij verantwoordelijk is, en de leidende ambtenaar direct na ontvangst een exemplaar te bezorgen van de controlerapporten, onder verplichting voor de leidende ambtenaar om dit exemplaar te bezorgen aan de desbetreffende diensten van de Opdrachtgever. De wettelijke of bestuursrechtelijke controles met betrekking tot de toevertrouwde apparatuur blijven ten laste van de Opdrachtgever.
Technische bepalingen
GRF-265/12
21
3. Storingsopheffing De opdrachtnemer dient het hele jaar 24 uur per dag, 7 dagen per week in te staan voor de storingsopheffing, en moet antwoord geven op elke oproep van zijn dispatching, uitgaande van de verantwoordelijken van de Technische diensten van de Opdrachtgever of via automatische doormelding. Op niveau S.L.A.-termen (Service Level Agreement), beschouwt men volgende punten : -
Stroomonderbreking : niveau HOOG; Defect aan verwarming : niveau HOOG; Defect aan koelinstallatie : niveau HOOG; Defect aan ventilatiesysteem : niveau HOOG; Defect aan een lift en het bevrijden van personen (één uur maximumtermijn) : niveau HOOG.
Voor een technische interventie in de keuken : niveau MIDDELMATIG Om de in de liftkooi opgesloten personen te bevrijden, moet hij terstond (uiterlijk binnen 1 (één) uur) op de opgegeven plaats actie ondernemen tijdens de gewone werktijden van de Opdrachtgever, en uiterlijk binnen 1,5 (anderhalf) uur buiten deze werktijden. Voor storingsopheffing moet hij uiterlijk binnen één uur op de opgegeven plaats actie ondernemen tijdens de gewone werktijden van de Opdrachtgever, en uiterlijk binnen vier uur buiten deze werktijden. Het S.L.A.-niveau is MIDDELMATIG. De storingsopheffing dient zo spoedig mogelijk te worden voltooid teneinde de installaties te laten doorwerken om een optimaal comfort voor de gebruikers/bewoners te waarborgen. Over elke interventie wordt een rapport of een beknopt gegevensblad opgesteld waarin de opdrachtnemer vermeldt wat de oorsprong van het vastgestelde probleem is, welke diagnose is gesteld en welke maatregelen genomen zijn of moeten worden. Dit verslag of gegevensblad wordt automatisch binnen 24 uur na de interventie bezorgd aan de leidende ambtenaar.
4. In overeenstemming brengen De opdrachtnemer dient tijdens de volledige looptijd van de overeenkomst, en op basis van de, bij aanvang opgemaakte plaatsbeschrijving te zorgen dat de installaties en de lokalen in overeenstemming worden gebracht met het ARAB-AREI en met andere van kracht zijnde reglementen, met uitzondering van die welke hun oorsprong vinden in: a) Alle wijzigingen van de geldende wetgeving die plaatsvinden na de datum van inwerkingtreding van de onderhavige overeenkomst. b) Alle beschadigingen door toedoen van een derde op de uitrustingen of in de technische lokalen in kwestie. De opdrachtnemer dient de leidende ambtenaar in elk geval in kennis te stellen van alle beschadigingen alsmede van het niet in overeenstemming zijn van de installaties met het ARAB na de datum van inwerkingtreding van de onderhavige overeenkomst.
Technische bepalingen
GRF-265/12
22
De opdrachtnemer stelt de leidende ambtenaar alle middelen voor die hij dienstig acht om toegang te krijgen tot de uitrusting waarvoor hij verantwoordelijk is, in overeenstemming met het ARAB. De opdrachtnemer maakt melding van alle maatregelen die bij de inwerkingtreding van de overeenkomst genomen moeten worden om de installaties in voorkomend geval in overeenstemming te brengen. Deze werkzaamheden zijn voor rekening van de Klant.
5. Leveringen 5.1. In de onderhavige overeenkomst begrepen leveringen. (tenzij anders bepaald in de meetstaat) De opdrachtnemer levert en bezorgt ter plaatse alle materialen en producten die noodzakelijk zijn voor het onderhoud, de herstellingen en de vervanging van verbruiksartikelen op de hem toevertrouwde installaties. 1. Alle reinigingsmiddelen: zeep, poeder, borstels, doeken enzovoort voor het onderhoud en het perfect schoonhouden van de technische lokalen. 2. De metalen en andere borstels om de toestellen te onderhouden en te reinigen. 3. Alle dichtingspakkingen en afdichtingsmiddelen: hennep, kit, teflon, pakkingen voor assen… Opmerking: Het is ten strengste verboden asbesthoudende pakkingen te gebruiken. 4. De normale bij te vullen hoeveelheid olie alsook de te verversen olie binnen het door de constructeur voorgeschreven interval. 5. De smeermiddelen, smeervetten en contactmiddelen 6. De lampen, starters, voorschakelapparaten, accu’s, schakelaars, switches, relais, vermogensschakelaars, urentellers, contactdozen voor “machinezalen”, liftkooien, liftschachten, putten, gondellieren en gondels. 7. De smeltveiligheden met voet, daaronder inbegrepen de eventuele smeltveiligheden met hoog onderbrekingsvermogen waarvan de nominale stroom kleiner is dan 63 A, voor de installaties die het voorwerp van de overeenkomst uitmaken. 8. De zuren en het gedestilleerd water voor de batterijen. 9. Het hang- en sluitwerk voor de deuren van de “machinezalen” alsook dat van alle deuren die toegang geven tot de liftschachten. 10. De vereiste producten voor het bijschilderen van de “machinezalen” alsook van de apparatuur en de uitrusting van de installaties. 11. De aandrijfriemen 12. Alle producten, onderdelen en uitrustingen die nodig zijn voor gewone vervanging en voor vervanging van verbruiksartikelen zoals aansluitingen, batterijen, motoren met een vermogen van minder dan 11 PK, elektrische onderdelen of componenten van de stroomkringen met een nominale stroom kleiner dan 63 A. 13. Alle soorten rollagers. Al deze producten en onderdelen moeten bovendien beantwoorden aan de beroepsnormen die worden geëist voor een installatie met dezelfde omvang en complexiteit als die welke het voorwerp van deze overeenkomst uitmaakt. Voorts moeten al deze producten en onderdelen voldoen aan de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen die gedurende de looptijd van de overeenkomst worden gewijzigd.
Technische bepalingen
GRF-265/12
23
5.2. Uit de onderhavige overeenkomst uitgesloten leveringen. De volgende producten en leveringen zijn uitgesloten uit de onderhavige overeenkomst en blijven ten laste van de opdrachtgever, tenzij de opdrachtnemer hiervoor aansprakelijk kan worden gesteld: 1. de elektrische stroom. 2. de reserveonderdelen en diverse benodigdheden voor grote herstellingswerken en belangrijke vervangingen van versleten, verouderde en defecte apparatuur met een aankoopwaarde (op basis van de inschrijvingsdatum) van meer dan € 450 per stuk (buiten de manuren). Deze waarde wordt tijdens de looptijd van de overeenkomst geactualiseerd op basis van de bij overeenkomst vastgelegde herzieningscoëfficiënten.
6. Specifieke prestaties 6.1. Prestatie van bediening en toezicht ALGEMEEN A. Met de bediening van en het toezicht op de installaties wordt het volgende beoogd: -
de uitrusting in perfecte staat behouden; elke onderbreking van de werking vermijden; de comfort- en leveringsvoorwaarden waarborgen.
Deze prestatie moet wat de aard der verrichtingen betreft in overeenstemming zijn met de gegevens van de installateurs en de fabrikanten van de toestellen en met de gebruiksvoorschriften, die onverminderd van toepassing blijven. De verrichtingen van bediening en toezicht bestaan uit: -
periodieke controleverrichtingen; verrichtingen voor follow-up van de werking; periodieke inspectiebeurten (controlebezoeken) van de apparatuur.
B. De opdrachtnemer registreert in een bedieningsboek en in het CAMM (Computer-Assisted Management and Maintenance)-programma alle uitgevoerde bedieningshandelingen, inzonderheid alle wijzigingen in de programmering van de werktijden en de instelpunten (setpoints) van de uitrustingen. Deze geregistreerde gegevens worden voortdurend ter beschikking gehouden van de leidende ambtenaar, diens vertegenwoordiger en zijn raadgevend ingenieur. Het opgegeven tijdsinterval kan worden verkleind, rekening houdend met de door de leidende ambtenaar opgegeven redenen, op verzoek van zijn raadgevend ingenieur.
Technische bepalingen
GRF-265/12
24
MINIMUMPRESTATIES De minimumprestaties van toezicht omvatten per jaar, 52 wekelijkse inspectiebeurten (controlebezoeken) bestaande uit: -
een visueel onderzoek (visuele inspectie) van de bedrijfszekere werking; het opmeten van de technische parameters; het verhelpen van eventuele storingen.
6.1.1. Specifieke uitrusting voor “Liften” 6.1.1.1. MACHINES MOTOREN Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen; Controle van het stroomverbruik; Testen van de beveiligingen. HYDRAULISCHE LIFTEN Controle van de waterdichtheid van de leidingen; Oliepeilcontrole; Testen van de beveiligingen. LIFTLIEREN Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Oliepeilcontrole. KABELS Visuele controle. REMMEN Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai. SCHAKEL- EN BESTURINGSKASTEN Controle op abnormaal lawaai van de contactgevers (magneetschakelaars); Vervangen van defecte waarschuwingslampen; Controle van de timers; Werkingscontrole van het regelsysteem; Controle van de instelpunten (setpoints). 6.1.1.2. LIFTKOOIEN VERLICHTING Functioneringscontrole.
Technische bepalingen
GRF-265/12
25
LIFTKOOIDEUREN Functioneringscontrole; Controle van de veiligheidsinrichting. LIFTSCHACHTDEUREN Functioneringscontrole; Controle van de veiligheidsinrichting. NOODVERLICHTING Functioneringscontrole. INDICATOREN Functioneringscontrole. ALARM Functioneringscontrole van visuele en akoestische signaalgevers. COMMUNICATIE Functioneringscontrole. 6.1.2. Specifieke verwarming- en airconditioningapparatuur 6.1.2.1. WARMTEPRODUCTIE EN -VERDELING GASKETEL Controle van de waterthermometer en (aquastaten) en van de cascade; Controle van de temperaturen van warmteproductie; Testen van de beveiligingen. GASBRANDERS Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen; Controle van de stroomsterkte. STOOKOLIEBRANDERS Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen; Controle van de stroomsterkte; Vervanging van de sproeier. SCHOORSTEEN Controle op afwezigheid van verstopping; Controle van de normale condensaatafvoer.
Technische bepalingen
GRF-265/12
26
EXPANSIEVAT Inspectie van vloeistofpeil en druk; Indien nodig ontluchten/aftappen. LEIDINGSPOMPEN Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Omschakelen van reservepompen. CIRCULATIEPOMPEN Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Omschakelen van reserve circulatiepompen. KRANEN EN AFSLUITERS Controle van de uitwendige afdichting. SCHAKEL- EN BESTURINGSKASTEN Controle op abnormaal lawaai van de contactgevers (magneetschakelaars); Vervangen van defecte waarschuwingslampen; Controle van timers; Werkingscontrole van het regelsysteem; Controle van de instelpunten (setpoints). 6.1.2.2. KOUDEPRODUCTIE EN –VERDELING KOELAGGREGAAT Controle van de koelvloeistof- en oliedruk; Controle van de vloeistofpeilaanwijzers. LUCHTCONDENSATOREN Controle van de batterijvervuiling; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen. EXPANSIEVAT Druk- en peilcontrole. LEIDINGPOMPEN Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Omschakelen van reservepompen. CIRCULATIEPOMPEN Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Omschakelen van reserve circulatiepompen. Technische bepalingen
GRF-265/12
27
KRANEN EN AFSLUITERS Controle van de uitwendige afdichting. SCHAKEL- EN BESTURINGSKASTEN Controle op abnormaal lawaai van de contactgevers (magneetschakelaars); Vervangen van defecte waarschuwingslampen; Controle van timers; Werkingscontrole van het regelsysteem; Controle van de instelpunten (setpoints). 6.1.2.3. VENTILATIE EN AIRCONDITIONING LUCHTINBLAASAGGREGATEN Controleren of de aandrijfriemen intact zijn en deze indien nodig vervangen; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen. LUCHTBEVOCHTIGERS MET VERNEVELING Controle van het wateraanvoersysteem; Controle van de circulatiepomp; Controle van het verdunningssysteem; Controle van het aftapsysteem. LUCHTBEVOCHTIGERS MET VERSTUIVING Controle van het ketelsteenafzetting op de sproeiers; Controle van het wateraanvoersysteem; Controle van de pomp; Controle van het aftapsysteem. CENTRIFUGAALEXHAUSTERAGGREGAAT Controle van de riemspanning; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen. TORENEXHAUSTERAGGREGATEN Visuele inspectie; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen. 6.1.3 ELEKTRICITEIT 6.1.3.1. HOOGSPANNINGSCABINES Maandelijkse controle.
Technische bepalingen
GRF-265/12
28
6.1.3.2. ALGEMEEN LAAGSPANNINGSBORD Maandelijkse controle. 6.1.3.3. VERDEELBORD Maandelijkse controle. 6.1.3.4. NOODVERLICHTING Maandelijkse controle. 6.1.3.5. VERLICHTING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ZONES Wekelijkse controle. 6.1.3.6. BUITENVERLICHTING Wekelijkse controle. 6.1.4. GASVEILIGHEID (STOOKRUIMTE) 6.1.4.1. GASDETECTIE Controle van de displays en de lampen; Handmatige proeven “TEST”. 6.1.5. REGELSSYSTEEM 6.1.5.1. Gebouwenbeheersysteem (GBS) Niet van toepassing. 6.2. Onderhoudsprestaties ALGEMEENHEDEN A. Met het onderhoud van de uitrusting wordt het volgende beoogd: -
de uitrusting in perfecte staat behouden; elke onderbreking van de werking vermijden; elke voortijdige slijtage voorkomen.
Het onderhoud moet wat de aard van de onderhoudsverrichtingen en de frequentie ervan betreft in overeenstemming zijn met de gegevens van de fabrikanten van de toestellen en met de onderhoudsvoorschriften, die onverminderd van toepassing blijven. De onderhoudsverrichtingen bestaan uit : -
courante onderhoudsprestaties; periodieke onderhoudsprestaties; jaarlijkse revisieprestaties. Technische bepalingen
GRF-265/12
29
B. De opdrachtnemer zal zich houden aan het minimum preventief onderhoudsprogramma per uitrustingstype zoals onder deze titel opgenomen in bijlage C. De opdrachtnemer vermeldt elke dag in een onderhoudsboek en in het geïmplementeerde CAMM-programma de onderhoudsverrichtingen die hij heeft uitgevoerd, de storingsopheffingen, en in het algemeen alle interventies die hij op de hem toevertrouwde installaties heeft uitgevoerd. Elke maand wordt een exemplaar van deze documenten aan de leidende ambtenaar bezorgd. 6.2.1. Specifieke uitrusting voor “Liften” :. De opdrachtnemer dient deze apparatuur optimaal af te stellen en zo vaak als nodig te smeren, te repareren en de remvoeringen en dichtingspakkingen opnieuw te bekleden, de schroeven en bouten aan te draaien, alsmede alle apparaten te reinigen, en de technische lokalen iedere vijf jaar te schilderen. Bovendien moet hij de technische lokalen waar de eigenlijke installaties zijn opgesteld, volkomen net houden. Als deze lokalen door zijn toedoen beschadigd worden, dient hij waar nodig bij te schilderen, en de vloer- en muurbepleistering te herstellen. Tijdens de stilstandperiode dient hij stelselmatige inspectiebeurten (controlebezoeken) uit te voeren om na te gaan dat de stand-by installaties niet worden beschadigd, om welke reden dan ook. 6.2.1.1. Machines MOTOREN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de rollagers; Controle van de elektrische aansluitingen; Testen van de beveiliging. Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Volledige reinigingsbeurt; Testen van de beveiliging; Controle van de relais, contactgever (magneetschakelaar), thermische beveiliging; Aandraaien van de klemmen; Controle van de hulpstukken/toebehoren; Reinigen van de collectoren; Vervangen van de koolstofborstels.
HYDRAULISCHE BEDIENING Klein onderhoud bestaande uit : -
Controle van de leidingen; Controle van de hydraulische aansluitingen; Testen van de beveiliging. Technische bepalingen
GRF-265/12
30
Groot onderhoud bestaande uit : -
Volledige schoonmaak; Testen van de beveiliging; Nakijken van de pompen, thermische bescherming; Indien nodig vervanging van de hydraulische leidingen; Controle van de toebehoren; Nakijken van de manometers.
LIFTLIEREN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Smeren van de assen; Oliepeilcontrole; Reinigen van de riemschijven.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Inwendige controle; Smeren van de assen; Controleren van de rollagers en deze indien nodig vervangen; Controle van de stroomsterkte; Testen van de beveiliging.
REMMEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de wrijvingsvlakken; Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai. Smeren van de assen van de remschoenen; Reinigen van de remoppervlakken.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de wrijvingsvlakken; Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai. Smeren van de assen van de remschoenen; Reinigen van de remoppervlakken. Controle van de veren; Volledig reinigen.
KABELS Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Visuele controle. Inspectie van de kabelstrengen; Inspectie van de doorhang (rek) en indien nodig bijstellen. Technische bepalingen
GRF-265/12
31
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Visuele controle. Inspectie van de kabelstrengen; Inspectie van de doorhang (rek) en indien nodig bijstellen; indien nodig vervangen van de kabels.
SCHAKEL- EN BESTURINGSKASTEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle op abnormaal lawaai van de contactgevers (magneetschakelaars); Vervangen van defecte waarschuwingslampen; Controle van de timers en tellers; Werkingscontrole van het regelsysteem; Controle van de instelpunten (setpoints).
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controleren van de smeltveiligheden en indien nodig vervangen; Controle op abnormaal lawaai van de contactgevers (magneetschakelaars); Vervangen van defecte waarschuwingslampen; Aandraaien van de klemmen; Controle van de timers; Geheel stofvrij maken; Werkingscontrole van het regelsysteem; Controle van de instelpunten (setpoints); Controle van de servomotoren.
6.2.1.2. LIFTKOOIEN VERLICHTING Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Wekelijkse controle; Vervangen van doorgebrande lampen en/of voorschakelapparaten; Vervangen van trafo’s; Reinigen van de lichtarmaturen en reflectoren bij elke lampwissel.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Voor Tl-buizen (fluorescentiebuislampen) moeten de lampen iedere drie jaar preventief worden vervangen.
LIFTKOOIDEUREN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Reinigen van de looprails en geleiders; Afstellen van de actuatoren; Reinigen van de veiligheidsstangen. Technische bepalingen
GRF-265/12
32
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Functioneringscontrole; Controle van de veiligheidsinrichting. Reinigen van de looprails en geleiders; Afstellen van de actuatoren; Reinigen van de veiligheidsstangen; Aandraaien van de klemmen.
LIFTSCHACHTDEUREN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Reinigen van de looprails en geleiders; Afstellen van de actuatoren; Reinigen van de veiligheidsstangen.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Functioneringscontrole; Controle van de veiligheidsinrichting. Reinigen van de looprails en geleiders; Afstellen van de actuatoren; Reinigen van de veiligheidsstangen. Aandraaien van de klemmen.
NOODVERLICHTING Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Wekelijkse controle; Vervangen van doorgebrande lampen en/of voorschakelapparaten; Vervangen van de accu’s; Reinigen van de lichtarmaturen en reflectoren bij elke lampwissel
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Voor Tl-buizen (fluorescentiebuislampen) moeten de lampen iedere drie jaar preventief worden vervangen.
INDICATOREN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Wekelijkse controle; Vervangen van de lichtbronnen; Reinigen van de lichtarmaturen en deflectoren bij elke lampwissel.
Technische bepalingen
GRF-265/12
33
ALARM Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Functioneringscontrole van visuele en akoestische signaalgevers
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Aandraaien van de elektrische klemmenblokken; Indien nodig vervangen van de buzzers en alarmsirenes
COMMUNICATIE Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Werkingscontrole van de verbinding.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Aandraaien van de elektrische klemmenblokken; Indien nodig vervangen van de telefoontoestellen.
6.2.2. Specifieke verwarmings- en airconditioningapparatuur: De opdrachtnemer dient deze apparatuur optimaal af te stellen en zo vaak als nodig te smeren, te repareren en de dichtingspakkingen opnieuw te bekleden, de schroeven en bouten aan te draaien, alsmede alle apparaten, leidingen en vaten van ketelsteen te ontdoen, te reinigen of door te spoelen en schoon te maken, en de technische lokalen iedere vijf jaar te schilderen. Bovendien moet hij de technische lokalen waar de eigenlijke installaties zijn opgesteld, volkomen net houden. Als deze lokalen door zijn toedoen beschadigd worden, dient hij waar nodig bij te schilderen, en de vloer- en de muurbepleistering te herstellen. Bij uitval van de verwarming tijdens vriesweer dient de opdrachtnemer alle leidingen af te tappen, en alle vorstschade aan de installaties waarvoor hij verantwoordelijk is te herstellen, ongeacht de opstellingsplaats ervan en zelfs indien het gaat om ondergrondse leidingen dan wel in de muur, vloer of bodem verzonken leidingen. Tijdens de stilstandperiode dient hij stelselmatig inspectiebeurten (controlebezoeken) uit te voeren om na te gaan dat de stand by installaties niet worden beschadigd, om welke reden dan ook. 6.2.2.1. WARMTEPRODUCTIE EN –WARMTEVERDELING GASKETEL Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Inwendige controle; Controle van de waterthermostaten (aquastaten) en van de cascade; Testen van de beveiliging.
Technische bepalingen
GRF-265/12
34
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Vegen en schoonmaken van de verwarmingsketel; Inwendige controle; Controle van de afdichting van de rookgascircuits; Controle van de waterthermostaten (aquastaten) en van de cascade; Testen van de beveiliging; Controle van de rails, contactgever (magneetschakelaar), thermische beveiliging; Aandraaien van de klemmen.
GASBRANDER Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Inwendige controle; Smeren van de klepstangen; Reinigen van motoren, pomphuizen, turbines; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen; Controle van de stroomsterkte; Testen van de beveiliging; Controle van de verbranding.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Inwendige controle; Smeren en afstellen van de klepstangen; Reinigen van de motoren, pomphuizen, turbines; Controleren van de elektroden en deze indien nodig vervangen; Controle van de waakvlam met vlambeveiliging; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen; Controle van de stroomsterkte; Testen van de beveiliging; Controle van de verbranding (jaarlijks rapport).
MAZOUTBRANDER Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Inwendige controle; Smeren van de klepstangen; Reinigen van motoren, pomphuizen, turbines; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen; Controle van de stroomsterkte; Testen van de beveiliging; Controle van de verbranding.
Technische bepalingen
GRF-265/12
35
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Inwendige controle; Smeren van de klepstangen; Reinigen van de motoren, pomphuizen, turbines; Controleren van de elektroden en deze indien nodig vervang; Controle van de waakvlam met vlambeveiliging; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen; Controle van de stroomsterkte; Testen van de beveiliging; Controle van de verbranding (jaarlijks rapport); Vervanging van de sproeiers.
SCHOORSTEEN Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Algemene inspectie (van de afdichting en afwezigheid van verstopping); Reinigen en indien nodig schoonmaken (schoorsteenvegen).
EXPANSIEVAT Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Indien nodig water bijvullen; Inspectie van de compressor; Drukcontrole; Indien nodig ontluchten/aftappen;
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Controle van de afdichting van het expansievat en het membraan; Indien nodig water bijvullen; De stookruimte ontluchten; Drukcontrole.
LEIDINGSPOMPEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Controle van de afdichting; Omschakelen van reservepompen.
Technische bepalingen
GRF-265/12
36
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Controle van de afdichting; Controle van de koppeling; Controle van de vulling of mechanische pakking; Ontstoppen van het afvoerkanaal; Controle van de stroomsterkte; Controle van de thermische beveiliging; Aandraaien van de klemmen; Ontstoffen van het apparaat; Omschakelen van reservepompen.
CIRCULATIEPOMPEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai, controle van de afdichting; Omschakelen van reserve circulatiepompen.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Controle van de afdichting; Omschakelen van reserve circulatiepompen; Aandraaien van de klemmen; Controle van de thermische beveiliging; Ontstoffen van het apparaat; Meten van de stroomsterkte.
KRANEN EN AFSLUITERS Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Bediening van de afsluiters.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Bediening open- en dichtdraaien; Controle van de uitwendige afdichting; Indien nodig herstellen van de pakking; Reinigen en smeren van de spil (as).
SCHAKEL- EN BESTURINGSKASTEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Controle op abnormaal lawaai van de contactgevers (magneetschakelaars); Vervangen van defecte waarschuwingslampen; Controle van de timers; Werkingscontrole van het regelsysteem; Controle van de instelpunten (setpoints). Technische bepalingen
GRF-265/12
37
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Controleren van de smeltveiligheden en deze indien nodig vervangen; Controle op abnormaal lawaai van de contactgevers (magneetschakelaars); Vervangen van defecte waarschuwingslampen; Aandraaien van de klemmen; Controle van de timers; Geheel stofvrij maken; Werkingscontrole van het regelsysteem; Controle van de instelpunten (setpoints); Controle van de servomotor van de afsluiters.
WATERANALYSES Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Meting van zuurgraad (pH), soortelijke geleiding, turbiditeit (troebelheid), kalkhardheid, DCO, TA, TAC.
RADIATOREN Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Reinigen van de panelen; Controle van de thermostatische afsluiters; Testen van het regelsysteem.
EINDAPPARATEN VOOR WARMTEPRODUCTIE Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Reinigen of vervangen van het filtermedium 2 maal per jaar; Controle van de elektrische bedieningselementen; Testen van het regelsysteem
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Reinigen of vervangen van het filtermedium; Controle van de elektrische bedieningselementen; Testen van het regelsysteem.
6.2.2.2. KOUDEPRODUCTIE EN –VERDELING KOELAGGREGAAT Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de koelvloeistof- en oliedruk; Controle van de vloeistofpeilaanwijzers, indien nodig bijvullen van koelvloeistof; Meten van het amperage (stroomsterkte) van de motor.
Technische bepalingen
GRF-265/12
38
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de koelvloeistof- en oliedruk; Controle van de waterafscheiders; Controle van de afdichting van de machine; Analyse van de zuurgraad (pH) van de olie; Indien nodig bijvullen van koelvloeistof; Meten van de stroomsterkte; Aandraaien van de klemmen; Testen van de beveiliging; controle van de steunen en trillingsdempers; Ontstoffen van de machine; Controle van de toestand van de condensatoren en de verdamper; Bijschilderen.
LUCHTCONDENSATOREN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Indien nodig reinigen van de condensator; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Aandraaien van de elektrische klemmen van de condensatormotor; Indien nodig tegen corrosie behandelen van de batterijen; Indien nodig vervangen van de dichtingspakkingen; Reinigen van het filter; Indien nodig herstellen van de warmte- isolatie; Reinigen en afkammen van de batterijen; Bijschilderen.
EXPANSIEVAT Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Indien nodig water bijvullen; Drukcontrole.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de afdichting van het expansievat en het membraan; Indien nodig water bijvullen; De stookruimte ontluchten; Drukcontrole.
LEIDINGPOMPEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Controle van de afdichting; Omschakelen van reservepompen. Technische bepalingen
GRF-265/12
39
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Controle van de afdichting; Controle van de koppeling; Controle van de vulling of mechanische pakking; Ontstoppen van het afvoerkanaal; Controle van de stroomsterkte; Controle van de thermische beveiliging; Aandraaien van de klemmen; Ontstoffen van het apparaat; Omschakelen van reservepompen.
CIRCULATIEPOMPEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Controle van de afdichting; Omschakelen van reserve circulatiepompen.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Visuele inspectie en controle op abnormaal lawaai; Controle van de afdichting; Omschakelen van reserve circulatiepompen; Aandraaien van de klemmen; Controle van de thermische beveiliging; Ontstoffen van het apparaat; Meten van de stroomsterkte.
KRANEN EN AFSLUITERS Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Bediening: open- en dichtdraaien; Controle van de uitwendige afdichting; Indien nodig herstellen van de pakking; Reinigen en smeren van de spil (as).
SCHAKEL- EN BESTURINGSKASTEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Controle op abnormaal lawaai van de contactgevers (magneetschakelaars); Vervangen van defecte waarschuwingslampen; Controle van de timers; Werkingscontrole van het regelsysteem; Controle van de instelpunten (setpoints).
Technische bepalingen
GRF-265/12
40
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Controleren van de smeltveiligheden en deze indien nodig vervangen; Controle op abnormaal lawaai van de contactgevers (magneetschakelaars); Vervangen van defecte waarschuwingslampen; Aandraaien van de klemmen; Controle van de timers; Geheel stofvrij maken; Werkingscontrole van het regelsysteem; Controle van de instelpunten (setpoints); Controle van de servomotor van de afsluiters.
WATERANALYSES Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Meting van zuurgraad (pH), soortelijke geleiding, turbiditeit (troebelheid), kalkhardheid, DCO, TA, TAC.
EINDAPPARATEN VOOR KOUDEPRODUCTIE Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Reinigen of vervangen van het filtermedium; Controle van de elektrische bedieningselementen; Testen van het regelsysteem.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Reinigen van het frame, de batterijen en de motor; Reinigen of vervangen van het filtermedium; Controle van de elektrische bedieningselementen; Testen van het regelsysteem; Controle van de condensaatafvoer; Inspecteren van de condensaatafvoerpomp en deze indien nodig vervangen.
6.2.2.3. VENTILATIE EN AIRCONDITIONING LUCHTINBLAASAGGREGATEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controleren of de aandrijfriemen intact zijn en deze indien nodig vervangen; Reinigen van de luchtfilters en deze indien nodig vervangen (indien drukverschil > 250 Pa); Indien nodig smeren van de lagers en lagerblokken; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen.
Technische bepalingen
GRF-265/12
41
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Reinigen van de cassettes, pomphuizen en motoren; Smeren van de klepstangen; Reinigen van de luchtfilters en deze indien nodig vervangen (indien drukverschil > 250 Pa); Reinigen en afkammen van de batterijen; Controle van de uitlijning van de riemschijven; Afstellen van de riemspanning, jaarlijks vervangen; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen; Controle van de stroomsterkte.
LUCHTBEVOCHTIGERS MET VERNEVELING Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de ketelsteenafzetting op de oppervlakken en ketelsteen indien nodig verwijderen; Controle van het wateraanvoersysteem; Controle van de hercirculatiepomp; Controle van het verdunningssysteem; Controle van het aftapsysteem.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de ketelsteenafzetting op de oppervlakken en deze indien nodig vervangen; Controle van het wateraanvoersysteem; Controle van de hercirculatiepomp; Testen van het regelsysteem; Controle van het aftapsysteem; Controle van de elektrische beveiliging en de stroomsterkte.
LUCHTBEVOCHTIGERS MET VERSTUIVING Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de ketelsteenafzetting op de sproeiers en ketelsteen indien nodig verwijderen; Controle van het wateraanvoersysteem; Controle van de pomp; Controle van het aftapsysteem.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Ontkalken van de sproeiers; Ontkalken van de druppelafscheiders; Controle van het wateraanvoersysteem; Testen van het regelsysteem; Controle van het aftapsysteem; Controle van de pomp; Controle van de elektrische beveiliging en de stroomsterkte.
Technische bepalingen
GRF-265/12
42
CENTRIFUGAALEXHAUSTERAGGREGAAT Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de riemspanning; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen; Controle van de stroomsterkte.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Smeren van de klepstangen; Reinigen van de cassettes, motoren, pomphuizen, turbines; Controle van de riemspanning, jaarlijks vervangen; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen; Controle van de stroomsterkte.
TORENEXHAUSTERAGGREGATEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Visuele inspectie; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen; Controle van de stroomsterkte.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Demonteren en reinigen van de kap; Reinigen van de motor en van de turbine; Controle van de bedieningselementen en de elektrische beveiligingen; Controle van de stroomsterkte.
BRANDKLEPPEN Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: Controle van de bedrijfszekere werking. 6.2.3. ELEKTRICITEIT: De opdrachtnemer dient alle interventies van storingsopheffing, reparatie en gewoon onderhoud uit te voeren op alle elektrische installaties van het gebouw, tot en met de verdeelborden. De opdrachtnemer dient onder alle omstandigheden de nodige veiligheidsmaatregelen te nemen op het eerste verzoek van de gebruikers, en is gehouden zonder verwijl de vereiste herstellingen uit te voeren. 6.2.3.1. HOOGSPANNINGSCABINES. Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Maandelijkse controle; Controle van de beveiligingen.
Technische bepalingen
GRF-265/12
43
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Geheel stofvrij maken van de borden; Vastdraaien van de aansluitingen en klemmenblokken; Controleren en indien nodig reinigen van de contacten; Eventueel behandelen van de contactvlakken; Behandelen en smeren van de apparatuur; Controle op eventuele overhitting (thermografie); Controle van het kaliber en de conformiteit van de smeltveiligheden; Controle van het kaliber van de vermogensschakelaars en temperatuurbeveiligingen of thermische magneetbeveiligingen; Controle en indien nodig herstellen van de kasten (scharnieren, sloten, dichtingspakkingen, kabeldoorvoeren en afdichting, montageframe enz); Controle en inspectie van de scheidings- en veiligheidsinrichtingen.
6.2.3.2. ALGEMEEN LAAGSPANNINGSBORD Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Maandelijkse controle; Controle van de beveiligingen.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Ontstoffen van de kasten (binnen- en buitenkant); Aandraaien van de klemmen; Controle van alle smeltveiligheden; Controle van de goede staat; Jaarlijks inspecteren en afstellen van de onderbrekers van de hoofdcontacten; Jaarlijks inspecteren en indien nodig afstellen van de stroomrelais; Controle van de installaties door thermografische camera.
6.2.3.3. VERDEELBORDEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de beveiligingen.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Ontstoffen van de kast (binnen- en buitenkant); Aandraaien van de klemmen; Controle van alle smeltveiligheden; Meten van de isolatie en de aardingsweerstand; Controle van de goede staat.
Technische bepalingen
GRF-265/12
44
6.2.3.4. NOODVERLICHTING Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Inspectie van de bedrijfszekere werking (test); Indien nodig vervangen van de lichtbronnen; Indien nodig vervangen van de accu’s.
6.2.3.5. VERLICHTING VAN DE GEMEENSCHAPPELIJKE ZONES Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Wekelijkse controle; Vervangen van doorgebrande lampen en/of voorschakelapparaten; Vervangen van trafo’s; Reinigen van de lichtarmaturen en deflectoren bij elke lampwissel.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Voor Tl-buizen (fluorescentiebuislampen) moeten de lampen iedere drie jaar preventief worden vervangen.
6.2.3.6. BUITENVERLICHTING Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Wekelijkse controle; Vervangen van doorgebrande lampen en/of voorschakelapparaten; Reinigen van de lichtarmaturen en deflectoren bij elke lampwissel; Vervangen van gebroken beschermglas.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit : -
Controle van de isolatie van de stroomkringen; Controle van de schemersensors; Indien nodig bijschilderen van de armatuur en de paal; Controle van de afdichting van de armaturen.
6.2.4. GASVEILIGHEID (STOOKRUIMTE) : 6.2.4.1. GASDETECTIE (Regent-gebouw) Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de displays en de lampen; Handmatige proeven "TEST".
Technische bepalingen
GRF-265/12
45
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Ontstoffen van de voelers en detectoren; Ontstoffen van de schakelkasten; Testen van het aanspreken van de voelers met ijkgas, en deze indien nodig vervangen; Controle van de displays en de lampen; Controle van de bedrijfszekere werking van de relais; Controle van de accu’s; Controle van de bedrijfszekere werking van de motorbediende afsluiter.
6.2.5. WATERVERDELING Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Bediening: open- en dichtdraaien; Controle van de uitwendige afdichting; Indien nodig herstellen van de pakking; Reinigen en smeren van de spil (as); Reinigen van de meterfilters.
6.2.6. AFWATERING Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Vullen van de sterfputten voor zover nodig.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de toestand van de leidingen en de inspectieputten; Controle van de afdichting en smeren van de putranddeksels (inspectieputten); Jaarlijks reinigen van de kolken.
6.2.7. REGELSYSTEEM 6.2.7.1. VOELERS Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Controle van de meetwaarden; Inspectie van de elektrische aansluitingen.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Ijken (kalibratie) van de voelers; Vastdraaien van de elektrische verbindingen.
6.2.7.2. LOKALE REGELSYSTEMEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Werkingscontrole; Inspectie van de elektrische aansluitingen. Technische bepalingen
GRF-265/12
46
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Inspectie van de verbindingen met het GBS; Vastdraaien van de elektrische verbindingen.
6.2.7.3. ACTUATOREN – AFSLUITERS – KLEPPEN Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Werkingscontrole; Inspectie van de elektrische aansluitingen.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Inspectie van de verbindingen met het GBS; Vastdraaien van de elektrische verbindingen.
6.3. Proeven De taak van de opdrachtnemer omvat eveneens de volgende prestaties, daaronder inbegrepen het materieel, de arbeidskrachten, de diverse producten en benodigdheden: 6.3.1. VEILIGHEIDSPROEVEN De veiligheidsproeven beogen: -
-
het controleren van de bedrijfszekere werking van de elektrische, mechanische beveiligingen, de temperatuur-, druk- en niveau beveiligingen, sturingen e.d. van de installaties; het deelnemen aan de door de klant uitgevoerde proeven die in verband staan met de ten laste genomen installaties; het plannen van een gedetailleerd schema dat de tijdstippen en frequenties van elke proef aangeeft; deelname aan de scholingen verbonden aan het gebruik van de gondels, loopbruggen, lieren, consoles, gehandicaptenplatform… .
6.3.2. FUNCTIONERINGSPROEVEN De functioneringsproeven en –tests vinden plaats vóór de weder indienststelling van de uitrusting, en bestaan erin de apparatuur in dienst te stellen met controle van de bedrijfszekere werking van alle onderdelen. De resultaten van deze proeven worden geregistreerd. Hierbij worden ten minste de volgende parameters opgetekend: -
algemene werking van de uitrusting; afzonderlijke werking van de onderdelen; inspectie van het regelsysteem: instelpunten (setpoints), meetwaarden, regelacties…; stroomverbruik; het controleren van de bedrijfszekere werking van de elektrische, mechanische beveiligingen, de temperatuur-, druk- en niveaubeveiligingen alsook de luchttechnische beveiligingen e.d. van de installaties;
Technische bepalingen
GRF-265/12
47
-
het deelnemen aan de door de klant uitgevoerde proeven die in verband staan met de ten laste genomen installaties; het plannen van een gedetailleerd schema dat de tijdstippen en frequenties van elke proef aangeeft; het stelselmatig testen van de autonome noodverlichtingunits.
6.4. Diversen MARKERING- ETIKETTERING Controle van de aanwezigheid of het bestaan van de reglementaire signalisatie. Plaatsing of vervanging van wat ontbreekt Markering met gereglementeerde kleuren VERVEN VAN DE INSTALLATIES EN TOESTELLEN Reinigen en verven van de vloer van de technische lokalen Verwijderen van afval en gebroken onderdelen LOKALEN TER BESCHIKKING GESTELD VAN DE EXPLOITANT Reinigen Controle en onderhoud van waterafvoer, sterfputten enzovoort Onderhoud van de natuurlijke ventilatieroosters van de lokalen Stofvrij maken Verven Onderhouden en vernieuwen van de verf en antistofbepleistering van vloeren, vloerplaten, ondermuren enzovoort 6.4.1. TECHNISCHE LOKALEN 6.4.1.1. REINIGING Kleine onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Stelselmatig afvoeren van afval; Ontstoffen; Nazicht en eventueel updaten van de uitgestalde plannen.
Grote onderhoudsbeurt bestaande uit: -
Met water schoonmaken van de vloer; Bijschilderen van de vloer en de muren; In orde brengen lokaal.
Technische bepalingen
GRF-265/12
48
7. Permanentie 7.1. Technische Permanentie Omwille van het bijzonder karakter van de gebouwen verzekert de opdrachtnemer ter plaatse alle werkdagen een technische permanentie tijdens de werkdagen en gedurende de kantooruren (07 u 30 tot 16 u 00). Deze technische permanentie zal o.a. klein onderhoud uitvoeren, zo snel mogelijk een oplossing bieden aan kleine storingen of gebreken van alle elektronische apparatuur van het gebouw, zal geacht zijn de situatie in te schatten en gekwalificeerd personeel ter versterking oproepen naargelang de voorvallen en oproepen. Deze technische permanentie zal op elk moment op de, door de aanbestedende overheid of zijn vertegenwoordiger, gestelde vragen over de werkingsstaat, het onderhoud van alle elektronische apparatuur van het gebouw moeten kunnen antwoorden. Hij zal eveneens gehouden zijn de materiaallijsten in bijlage bij te werken en de verslaggeving naar de administratieve permanentie te verzekeren. Alleen het materieel en de materialen die gebruikt worden bij de tussenkomsten van de werknemer toegewezen aan de technische permanentie zullen door de aanbestedende overheid ten laste genomen worden volgens de beperkingen hernomen in punt 5 “Leveringen” van de technische bepalingen, de kosten van de arbeidsuren is inbegrepen in de kostprijs van de technische permanentie. Tijdens de normale diensturen, dient de opdrachtnemer eveneens een telefonische permanentie te verzekeren welke ten laatste binnen de twee uren na iedere melding van defect, een geschikte technicus ter plaatse stuurt. Buiten de normale diensturen, verzekert de onderneming op zijn kosten, de overdracht van de technische noodseinen via telematica naar een externe dispatching welke 24/24u, alle 365 dagen van het jaar, instaat voor de noodzakelijke respons op de alarmen en oproepen. De opdrachtnemer moet echter ook sommige interventies (cf. S.L.A.) kunnen uitvoeren binnen de termijnen zoals opgenomen in Hoofdstuk “Technische Bepalingen : Interventie- en resolutietermijnen”. 7.2. Administratieve permanentie tijdens de werkuren De opdrachtnemer zal ter plaatse een personeelslid afvaardigen die elke werkdag tijdens de kantooruren (38 u/week tussen 08:00 en 17:00 u), zal instaan voor de administratieve opvolging. Deze administratieve taken zijn : het energiebeheer, de uitbatingproblemen, vergaderingen, budgetopvolgingen, opvolging van het G.B.S., C.A.M.M., de betrokkene moet tevens bekwaam zijn voor het opstellen van verslagen van vergaderingen aangaande het technisch, administratief en financieel beheer. Deze persoon moet aldus, naast technische deskundigheid eveneens beschikken over de nodige administratieve kennis, informaticakennis. Hij heeft baat bij de kennis betreffende de uitvoering van openbare opdrachten, het beheersen van courante bureautica : rekenblad, tekstverwerking, enz. … en met voldoende technische kennis om als tussenpersoon op te treden voor de vragen van de aanbestedende overheid en de technische permanentie. Aldus zijn deze prestaties aanvullend aan deze verzekerd door de werknemer die de technische permanentie verzekert. Technische bepalingen
GRF-265/12
49
Hij verzamelt alle gegevens beheerd door de “syndicus” (onderhoud, noodseinen, sturingen, gepland onderhoud, opmetingen, …) op informaticabestand. De administratieve permanentie heeft niets te zien met de technische permanentie : het zijn 2 verschillende personen. Deze 2 taken mogen niet samengevoegd, uitgevoerd worden door dezelfde persoon.
Bijkomende prestaties De uitvoering van prestaties in regie kan aan de opdrachtnemer van de betreffende onderneming, in het kader van onderhavige opdracht, toevertrouwd worden. HET UITVOERINGSORDER VOOR DEZE PRESTATIES IN REGIE WORDT SCHRIFTELIJK MEDEGEDEELD DOOR DE LEIDENDE AMBTENAAR OF ZIJN AFGEVAARDIGDE, VOOR DE AANVANG VAN OM HET EVEN WELKE WERKZAAMHEID. De facturatie ervan verloopt als volgt : 1.
Arbeidsuren.
Men zal een onderscheid maken tussen drie categorieën van prestaties in regie: 1.1. Prestaties binnen de normale werkuren – tijdens de normale diensturen 8:00 u – 17:00 u 1.1.1
technieker eerste graad : voornamelijk belast met prestaties type basis werken/aanpassingen/herstellingen/…aan de “passieve” installaties (vb: trekken van kabels, connecties,…)
1.1.2
technieker tweede graad : hij verwezenlijkt de aanpassingen/ beheer/ herstellingen/ indienststellingen/ diagnose/… van de installaties en o.a. het programmeren van badges en lezers, opzoekingen via databases, onderhouden van elektromechanische aandrijvingen, installeren van micro processoren, elektronische herstellingen, bijhouden van de steekkaarten en listings, beheren van individuele parameters, beheren van de alarmen, configureren van de “call centers”,.
1.1.3
gespecialiseerde technieker : hij verwezenlijkt de meer complexe aanpassingen en bepaalt de krachtlijnen vb, schetsen van “organogram” voor “call center” , beheren van de koppelingen met alarmen, diverse diagnoses, software beheer en toepassingen,…
1.2. Prestaties buiten de normale werkuren 1.2.1
technieker eerste graad : voornamelijk belast met prestaties type basis werken/aanpassingen/herstellingen/…aan de “passieve” installaties (vb: trekken van kabels, connecties,…)
1.2.2
technieker tweede graad : hij verwezenlijkt de aanpassingen/ beheer/ herstellingen/ indienststellingen/ diagnose/… van de installaties en o.a. het programmeren van badges en lezers, opzoekingen via data bases, onderhouden van elektromechanische aandrijvingen, installeren van micro processoren, elektronische herstellingen, bijhouden van de steekkaarten en listings, beheren van individuele parameters, beheren van de alarmen, configureren van de “call centers”,. Technische bepalingen
GRF-265/12
50
1.2.3
gespecialiseerde technieker : hij verwezenlijkt de meer complexe aanpassingen en bepaalt de krachtlijnen vb, schetsen van “organogram” voor “call center” , beheren van de koppelingen met alarmen, diverse diagnoses, Software beheer en toepassingen,…
2.
Onvoorziene werken (voor vernieuwing en herstellingen en voor de gedeeltelijke vervanging van materieel)
Twee mogelijkheden kunnen zich voordoen : : •
De onvoorziene werken worden uitgevoerd door een onderaannemer van de opdrachtnemer van de onderhavige opdracht : De opdrachtnemer zal contact opnemen met drie onderaannemers teneinde drie prijsofferten te kunnen voorleggen. Deze gedetailleerde prijsoffertes vermelden uitdrukkelijk en verplichtend de beschrijving van de prestaties, de plaats waar ze uitgevoerd worden (in voorkomend geval hier dus “Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest – Gebouw ‘Regent’ – ‘Hertog’ ” ) alsmede het gedetailleerd bedrag van de prestaties, en wel op een zulkdanige manier dat de opdrachtgever de inhoud ervan kan natrekken. De opdrachtgever zal aan de opdrachtnemer mededelen welke offerte werd weerhouden, en dit alvorens de uitvoering van de werken een aanvang neemt. Het is de opdrachtnemer toegestaan om aan de opdrachtgever het bedrag van de factuur van de onderaannemer exclusief BTW aan te rekenen (factuur in overeenstemming met de offerte zoals deze werd aanvaard vóór de aanvang van de werken), verhoogd met 10% voor winst en algemene onkosten.
•
De onvoorziene werken worden uitgevoerd door de opdrachtnemer van de onderhavige opdracht : De opdrachtnemer legt een prijsofferte voor met betrekking tot de onvoorziene werken, met een duidelijke uitsplitsing van de posten “handenarbeid” en “leveringen”. De handenarbeid die nodig is voor het uitvoeren van de werken wordt vergoed tegen het uurtarief zoals dit door de opdrachtnemer is vastgelegd op het tijdstip van zijn offerte (zie posten “Werken in Regie – Handenarbeid” van de meetstaat).
Voor wat de leveringen aanbelangt: : o o
Voor elke uitgave > € 5.500,00 zal de prijs van de leveringen verantwoord worden op basis van drie onderscheiden offertes ; Voor elke uitgave > € 450 en < € 5.500 kan een rechtvaardiging volstaan bij voorbeeld op basis van één (1) enkele minimumofferte.
Het is de opdrachtnemer toegestaan om de prijs van de offerte ‘luik “leveringen”’, zoals voorafgaandelijk aanvaard door de opdrachtgever, met 10% te verhogen ten titel van algemene onkosten. De opdrachtnemer zal een in bijlage bij zijn aanvraag een kopie voorleggen van zijn bestelbon “leveringen”.
Technische bepalingen
GRF-265/12
51
Titel VI – Offertedossier De aandacht van de inschrijver wordt gevestigd op onderstaand punt : Impliciete verklaring op erewoord Door het indienen van zijn offerte verklaart de inschrijver dat hij zich niet in één van de uitsluitingsvoorwaarden bevindt als bedoeld in de artikels 69 en 69bis van het Koninklijk Besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, als gewijzigd. De aanbestedende overheid zal de echtheid natrekken van deze impliciete verklaring op erewoord in hoofde van de inschrijver wiens offerte het best gerangschikt is. Te dien einde, en voor het geval de aanbestedende overheid de nuttige informatie niet zou hebben kunnen verkrijgen langs de elektronische weg (federale computertoepassing « DIGIFLOW » uitsluitend voor de Belgische inschrijvers), zal zij aan de betrokken inschrijver vragen om haar zo snel mogelijk, en binnen de door haar vastgestelde termijn, de inlichtingen of documenten te verstrekken die haar toelaten diens persoonlijke toestand na te trekken. Deze controle zal betrekking hebben op de volgende informatie : het attest van niet-faling of vergelijkbare toestanden (art 69, §2, 1° en 2° van het Koninklijk Besluit van 8 januari 1996), de RSZ (art 69 bis van het Koninklijk Besluit van 8 januari 1996, de recente attesten uitgaand van de fiscale diensten met betrekking tot de betaling van de belastingen en van de B.T.W. (art 69, § 6 van het Koninklijk Besluit van 8 januari 1996). In geval de inschrijver waarvan de offerte de best gerangschikte is, een tijdelijke vennootschap blijkt te zijn, zal elke lid van de tijdelijke vennootschap de voormelde inlichtingen of documenten moeten aanreiken. De maatschappelijke zetel van de dienstverlener moet gevestigd zijn in één van de lidstaten van de Europese gemeenschap of in een land dat vermeld wordt in art. 79 van het Koninklijk Besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken. Bij zijn inschrijving voegt de inschrijver verplichtend de volgende documenten : Stuk nr. 1 : het offerteformulier, behoorlijk ingevuld en ondertekend; Stuk nr. 2: de samenvattende meetstaat, behoorlijk ingevuld en ondertekend; Stuk nr. 3 : de ondertekende antwoorden op de volledige gunningscriteria
Offertedossier
GRF-265/12
52
BIJLAGEN
Offertedossier
GRF-265/12
53