D W A R S
D O O R
NIEUW- ZEELAND Nieuw-Zeeland verkoopt zichzelf als honderd procent puur, en dat mag. De Maori’s, de eerste bewoners van deze eilanden, noemden het Aotearoa, wat zoveel betekent als ‘het land van de witte wolk’. Wij noemen het na één maand met de kampeerwagen zigzaggend langs wild spuitende geisers, hemelse wijngaarden en heel veel leuke mensen – een parcours goed voor zesduizend kilometer – ronduit ‘het land van de zeldzame puurheid’. TEKST EN FOTOGRAFIE GERRIT OP DE BEECK
Nieuw-Zeeland is een oud land met een jong landschap. De rotsen zijn zeshonderd miljoen jaar oud, de landformaties een stuk jonger. Typisch voor het landschap is de diversiteit: bergen, meren, rivieren, stranden, heuvels, vulkanen… het ligt allemaal naast elkaar. Op de foto: Milford Sound.
78 GRANDE GENIETEN
GRANDE GENIETEN 79
MET JE HUIS OP JE RUG Nieuw-Zeeland is ongetwijfeld het beste campervakantieland ter wereld. Niet alleen omdat vrij kamperen er toegelaten is, maar ook vanwege de talrijke voorzieningen – zoals grotere parkeerplaatsen – en het veelzijdige aanbod van zeer goed uitgeruste motorhomes. Campingplaatsen zijn er in overvloed (veertig euro per nacht) en zeer dikwijls mooi gelegen. Ook belangrijk: de andere autobestuurders tolereren de tragere campers met de glimlach. Niet één claxonstoot gehoord op onze zesduizend kilometer lange tocht. Perfecte omstandigheden dus. Kortom, ook wie geen ervaring heeft met dit type reizen (gelanceerd door de naoorlogse Amerikaanse vakantieganger), kan hier probleemloos op zijn janboerenfluitjes de campervuurdoop ondergaan. Slechts enkele weetjes en wat gezond verstand zijn vereist. De wegen zijn uitstekend, alleen verkijken velen zich wel vaak op de grote afstanden. Wij leefden in een Escape 4 van verhuurder Wilderness. Deze camper is een gevaarte van drie ton, zeven meter lang, te besturen met je Europese standaardrijbewijs. De richtsnelheid is negentig kilometer per uur en je moet op een verbruik van tien liter diesel per honderd kilometer rekenen. De uitdrukking ‘huis op wielen’ is correct. De opmerkelijk nieuwe en zeer goed onderhouden Europees gebouwde wagens (maximaal drie jaar oud) beschikken over een ruime douche, een chemisch toilet, een ijskast, een microgolfoven, airco,… Zelfs een broodrooster, een waterkoker en tuinstoelen zijn aanwezig.
Met de camper aan een gezapig tempo op de achterafweggetjes van de Thermal Explorer Highway.
80 GRANDE GENIETEN
GRANDE GENIETEN 81
J
e kunt Nieuw-Zeeland moeilijk een populaire bestemming noemen. Wat weten we tenslotte van deze eilanden? Dat het effectief 24 uur vliegen is, dat het tijdsverschil 12 uur bedraagt, dat de Maori’s fascinerende tattoos hebben en elkaar groeten door de neuzen tegen elkaar te drukken, dat de kiwi’s ervandaan komen, dat de Lord of the Rings-films er gemaakt zijn, dat ze er bungeejumpen, dat hun zeilboten van wereldklasse zijn en dat het nationale rugbyteam The All Blacks bijna heilig verklaard is. Correct. Maar Nieuw-Zeeland is natuurlijk zoveel meer. Het is een fascinerend land, niet in de laatste plaats vanwege de pure multiculturele aspecten. Maar bij iedere reiziger zal de verbluffende en adembenemende natuurpracht de sterkste indrukken nalaten. Een poging tot kennismaking: van Cape Reinga tot Bluff, en dus van noord tot zuid. Kia Ora! Welkom.
Even doorbijten… Amsterdam-Dubai: zeven uur vliegen. Dubai-Melbourne: veertien uur vliegen. Melbourne-Auckland: drie uur vliegen. Yes, we zijn er: de City of Sails. Frisse lucht, wind, zon. “Taxi, Sofitel, please!” Lang en warm douchen. Wow. We wandelen slaapdronken naar de America’s Cup-jachthaven en bestellen een lichte maaltijd. Na een afzakkertje in de gedesignde hotelbar kruipen we doodmoe onder de wol. In Europa moet de dag nog beginnen, maar onze kaars is uit. Twaalf uur tijdsverschil: het maximum. Verder kun je niet. Morgen begint de reis pas echt, dan halen we de motorhome op. Kamperen is in en wie het een ietsje luxueuzer wil, huurt een huis op vier wielen. Glamping heet het, glamorous camping. Sweet dreams!
Rijdend hotel van bijna vier ton “Hoe langer onderweg, hoe kleiner hij wordt”, lacht het baliemeisje van Wilderness Motorhomes. “Vergeet de gasflessen niet dicht te draaien en let op je hoogte. Oh ja, draai je bochten niet te scherp, want dan ben je je slaapkamer kwijt.” Ik krijg een vriendelijk schouderklopje. There we go. Ik gooi de Fiat in Drive, kies het linkervak en stoom Highway 1 richting Shelly Beach op. De juffrouw had gelijk: dit ding rijdt zichzelf. Oké, een sportwagen is het niet, maar dat is ook niet de bedoeling. In het vliegtuig had ik een eerste summiere route uitgetekend. Vanuit Auckland richting Great Exhibition Bay, dan in een brede lus terug en via Coromandel en Gisborne tot Lower Hutt. Pakweg tien dagen. De eerste dagen zijn er om te acclimatiseren. Wijntjes kopen bij Kumeu, hapje eten in Mahurangi Resto. Een dag is snel gevuld als je hem niet vol probeert te proppen. Afstand nemen van de rattenkoers. Moeilijk, want zo gemakkelijk ontsnapt een mens niet aan zichzelf. En toch.
Koffie en rotte eieren Rotorua, het hart van het Noordereiland, staat voor bubbelende modderpoelen, spuitende geisers en onversneden Maoricultuur. Niet te verwonderen dat deze stad uitgroeide tot een populair toeristisch centrum. We kiezen meteen voor de spectaculairste site: Wai-o-tapu Thermal Wonderland. Het domein beslaat zo’n achttien vierkante kilometer, waarvan slechts een klein gedeelte open is voor toerisme. De eerste vulkanische activiteiten gaan zo’n 150.000 jaar terug in de geschiedenis. Het park is een beschermd reservaat en het grootste thermisch actieve gebied van de Taupo-regio. De aanblik is verbluffend: ingezakte kraters, koude en kokende
Nieuw-Zeeland mag dan wel de verst mogelijke bestemming zijn, het is elk vlieguur waard.
82 GRANDE GENIETEN
GRANDE GENIETEN 83
>
De wijnvelden van Nieuw-Zeeland (op de foto de wijnmaker van Kumeu), thuishaven van de meest gehypete sauvignon blanc ter wereld.
Het wijnhuis-restaurant Mahurangi River: een schitterende locatie.
poelen van water, modder en stoomwolken, fluorescerende kleuren… Dit is de speeltuin van Satan. “De thermische activiteit vormt inderdaad een zeer bijzondere attractie”, zegt gids Jane. “En niet zonder gevaar. Daarom hebben we een afgebakend wandelparcours van vijf kilometer uitgestippeld. Het is niet toegestaan het pad te verlaten of steentjes te gooien.” De waterafvoer in het gebied loopt via de Waio-tapu-stroom. Vanwege de hoge concentratie chemische verbindingen kunnen er geen vissen leven. De belangrijkste kraters hebben ondertussen een naam gekregen: Huis van de Duivel, Regenboogkrater, Inktpot van de Duivel, Schilderspalet, noem maar op. Maar dé blikvanger is de Lady Knox Geiser, met een dagelijkse eruptie omstreeks 10.15 uur. De geiser werd ontdekt in 1896 en spuit elke dag 27.000 liter water twintig meter hoog de lucht in. Wanneer we na de wandeling snakken naar een ‘long black’ koffie, blijkt een plaatsje op het terras geen goed idee. De wind is aangewakkerd en de buurt gaat gebukt onder de geur van rotte eieren. “Waterstofzwavelgas”, zegt Jane. “Je raakt er nooit aan gewend.” Daarom noemt men Rotorua ook weleens ‘Rottenrua’.
Ingewikkelde cultuur Rotorua is ook de beste plek in Nieuw-Zeeland om van de Maoricultuur te proeven, voor veel Europeanen een onbekende leefwereld. Nergens in Nieuw-Zeeland zijn zoveel uitingen van deze cultuur te zien als hier. De Maori’s, de bewoners van de Zuidzee-eilanden, ontdekten Nieuw-
84 GRANDE GENIETEN
Zeeland. Anno 2014 maken ze nog twaalf procent van de bevolking uit. Hun aantal neemt flink toe dankzij sterk verbeterde leefomstandigheden en een hoog geboortecijfer. Negentig procent van hen woont op het Noordereiland. De Maori’s hebben tientallen jaren hun cultuur verwaarloosd omdat ze meenden dat die ondergeschikt was aan die van de Europeanen; de blanke kolonisten waren immers veel succesvoller dan zij. Maar nu is de Maoricultuur helemaal terug van weggeweest. Er worden rijkelijk gesubsidieerde programma’s ontwikkeld om het zelfbewustzijn te vergroten. De zon staat laag wanneer we de Government Gardens in het centrum van Rotorua binnenrijden. Het mooie park met zijn talrijke croquetvelden en bowlinggazons ligt er verlaten bij. Het Bath House – een statig optrekje in tudorstijl, nu een museum – baadt in het goudgele avondlicht. Omdat het nog warm is, en mooi, en al laat, besluiten we vanavond vrij te kamperen. We zoeken een rustig plekje aan het X Point, klappen de stoeltjes en het tafeltje open en zien de zon zakken in het water. Nooit gedacht dat een kampeerwagen mij – ik beken: een echte hotelfreak – zo’n gelukzalig gevoel zou opleveren. “Waaraan denk je?” vragen mijn reispartners wanneer ik wat afwezig naar de horizon zit te turen met een glas riesling in de hand. “Aan geluk”, fluister ik.
Art deco en Hollywoodsterren De Thermal Explorer Highway is een mooie panoramische route die ook Taupo met Napier verbindt. De turbodiesel snort in een gezapig tempo. De verwondering slaat weer
GRANDE GENIETEN 85
>
Wai-o-tapu, dertig kilometer ten zuiden van Rotorua, is het kleurrijkste en meest gevarieerde geothermische gebied van Nieuw-Zeeland.
Met de helikopter naar de 3.756 meter hoge piek van Mount Cook.
intens toe: wat een land naar mijn hart! We zijn vanmorgen wat later vertrokken. So what? Lang geslapen, laat ontbeten, water moeten tanken. Maar dat is allemaal geen probleem met een motorhome: er zijn geen restauranturen, dit is vrijheid op wielen. Voor het tweede deel van deze reis bollen we richting Hawke’s Bay, dat hard op weg is een prominente wijnstreek te worden. Het doel van vanavond is Napier, een nostalgisch kustdorp vol art-decogebouwen, gebouwd nadat een aardbeving van 7,9 op de schaal van Richter in 1931 de stad platlegde. Napier heeft uitstraling. Het is een levend monument, er zijn maar weinig plaatsen ter wereld waar je zoveel pastelkleurige art-deco-optrekjes in goede staat kunt bewonderen. We parkeren op het einde van Hastings Street – toch handig dat er hier speciale camperplaatsen zijn – en trekken te voet door de wijk. De Daily Telegraph Building, het Criterion Hotel, de A&B Building, de collectie is oogverblindend en opmerkelijk goed onderhouden.
Langs bij Lord of the Rings In Nieuw-Zeeland wonen gemiddeld amper dertien personen per vierkante kilometer.
De wereldwijde aandacht voor de filmtrilogie The Lord of the Rings heeft er mede toe bijgedragen dat Nieuw-Zeeland zich volgens de Lonely Planet-reisgidsen voor de tweede keer op rij dé reisbestemming van het jaar mag noemen. Het verhaal is bekend: het adembenemende, zeer gevarieerde landschap lokt producenten, regisseurs en filmsterren uit alle windstreken. Ook wij kunnen de hype niet weerstaan en lassen een laatnamiddag-filmstop in. In de glooiende velden van de Hinuera-vallei ten zuidoosten van Matamata werden de scènes van Hobbiton en de Shire gefilmd. De Shire speelt een rol in het begin en op het einde van de trilogie. Eigenlijk zou je nu ter plaatse de desbetreffende stukjes op dvd moeten kunnen bekijken en vergelijken. Een ideetje voor een gulle sponsor: mooi geïntegreerde terminals met beeldfragmenten.
Naar het zuiden De reis staat tien dagen ver. Vanochtend hebben we met de Interislander-veerdienst de Cook Strait (de plaats waar de Tasmanzee en de Grote Oceaan op elkaar stoten) overgestoken. Alleen de route zelf is de oversteek al dubbel en dik waard, omdat het laatste deel dwars door de Marlborough Sounds gaat, een ongerept natuurgebied bestaande uit een wirwar van eilanden, schiereilanden en fjorden. En nu genieten we van een exquise lunch in het roemrijke wijnhuis Cloudy Bay, zeer waarschijnlijk de meest gehypete sauvignon blanc van Nieuw-Zeeland. Het
86 GRANDE GENIETEN
familiebedrijf werd in 1990 gekocht door het Franse Veuve Clicquot en sindsdien is het hek van de dam. Hoe dieper we op het Zuidereiland vorderen, hoe spectaculairder het wordt. Kaikoura bijvoorbeeld, een vissershaven tweehonderd kilometer ten noorden van Christchurch, wordt als ‘s werelds beste locatie voor walvistoerisme beschouwd. De kans er een ‘sperm whale’ (een soort potvis) in levende lijve goeiedag te kunnen zeggen, is groot. Zeer groot. En we kunnen dat bevestigen. De volgende dagen doorkruisen we ‘Klein Zwitserland’ om daarna via Highway 6 de ruige westkust van het eiland te bereiken. Deze route wordt ook weleens het ‘spoor van het zwarte en gele goud’ genoemd, en dat heeft alles te maken met een groot kolengebied dat zich ten oosten en ten noorden van de havenstad Westport uitstrekt. Nog zuidelijker in Charleston werd dan weer goud gevonden en zo was de bijnaam een feit. Nieuw-Zeeland van zijn zwartste en meest glimmende zijde dus, al zijn we vooral onder de indruk van het jonge gebergte en de zandbanken in de Buller River, die we bijna een halve dag gevolgd hebben. De hoofdschotel van de dag is de opwindende kustweg zelf. We hebben het getroffen: vandaag is de Tasmanzee opmerkelijk woelig. Bijzonder
GRANDE GENIETEN 87
>
Dat de kaskrakers Lord of the Rings gunstig waren voor het toerisme, is een understatement. De spectaculaire beelden op het witte doek wekten heel wat interesse die de toeristische sector voedde met speciale arrangementen, routes, exposities en festivals. De drie films werden praktisch tegelijk ingeblikt, op meer dan honderd verschillende plaatsen, waarvan het gros te bezoeken is. Op de foto: waar de Milford Sound uitloopt in de zee.
Kaikoura, een havendorpje aan de oostkust van het Zuidereiland, is dé plek bij uitstek om walvissen te spotten.
onstuimig wordt het rond de Pancake Rocks, die als enorme stapels pannenkoeken uit de zee oprijzen. Wie zich te dicht waagt, riskeert een nat pak. Hoewel Nieuw-Zeeland geografisch een relatief jong gebied is (wat is 230 miljoen jaar als je bedenkt dat de aarde 4,7 miljard jaar geleden ontstaan is?), zouden deze rotsen zowat dertig miljoen jaar geleden gevormd zijn, amper zeventig miljoen jaar nadat de landmassa zich boven water gehesen heeft.
De kiwi-Alpen We gaan de derde week in en de Southern Alps komen in het vizier. Dit is de ruigste hoek van Nieuw-Zeeland, met twee gletsjers als kers op de taart. “Franz-Jozef is de grootste, maar de Foxgletsjer, twintig kilometer zuidelijker gelegen, is mooier en je kunt er ook dichter bij”, had de campingeigenaar ons gisteren meegegeven. Afgesproken! Oei, mist, dat hadden we nog niet gehad. We geven toe dat het cliché ‘in Nieuw-Zeeland beleef je de vier seizoenen per dag’ de waarheid en niets dan de waarheid is. We duffelen ons in de Gore-Tex, parkeren de camper op de bezoekersparking en starten de klim naar de vijf kilometer verderop gelegen gletsjermonding. Deze buurt behoort tot het Westland National Park, een regio die zich van de stranden aan de Tasmanzee tot de oostelijke bergtoppen van de Zuideralpen uitstrekt. In de volksmond spreekt men van ‘het eeuwige ijs’, waar de wolken meestal laag hangen. De Foxgletsjer werd vernoemd naar een minister-president van Nieuw-Zeeland en toont zich aan het publiek met een door puin bedekte
88 GRANDE GENIETEN
brede monding waarboven als een slang de blauwe pakken ijs opgestapeld liggen. Beneden is het een pure woestenij van rotsen en steenblokken, waardoor stroompjes van smeltwater tomeloos hun weg zoeken. Stevig schoeisel en regenkledij zijn een must, omdat vorst en waterschade de wandelweg (what’s in a name) niet bepaald prettig maken.
God’s own country Het afscheid van de ijsmassa’s en met sneeuw bedekte toppen is langgerekt. Steeds weer steken we riviertjes met schuimend smeltwater over wanneer we koers zetten naar de Haast-pas. Het regenwoud langs de kustweg is diepgroen en mooi. Voorbij de brug over de Haast River, de langste brug met één rijbaan van Nieuw-Zeeland, maakt Highway 6 een bocht van 90 graden om het binnenland in te gaan. Deze pas vormt de water- en weerscheiding tussen het Westland en Otago en het is nauwelijks te geloven dat men met de aanleg van de route tot 1921 gewacht heeft. Toen pas ontwaakte het zuidelijke deel van het Zuidereiland uit zijn slaap. Op amper tien kilometer klaart de hemel van grijs naar blauw en klimt de temperatuur van vijf naar vijftien graden. In hemdsmouwen rijden we Wanaka binnen, het Monte Carlo van Nieuw-Zeeland. Twee dagen later begeven we ons naar het toeristische centrum van het land: Queenstown, dat zichzelf uitriep tot adrenalinehoofdstad van de wereld. Maar vooraleer we het verhaal achter die slagzin ontdekken, toeren we door de mooie vlaktes van Cardrona. Rond het middaguur >
Overnachten op de Doubtful Sound betekent een afspraak met de stilte bij zonsopgang.
GRANDE GENIETEN 89
Het Dunedin Railway Station, gebouwd in 1906.
Pastelkleuren, krachtige lijnen en ingewikkelde motieven. Napier is een groot art-deco-openluchtmuseum.
rijden we Queenstown binnen. De ene vindt dit het mooiste vakantieoord van Nieuw-Zeeland, de andere noemt het een schandvlek voor het land, een toeristische hoer. We doen de test en springen op de TSS Earnslaw, een antieke maar perfect functionerende stoomboot uit 1912 die onschuldige rondvaarten op het Wakatipu-meer maakt. De vaart wordt opgeluisterd door een goed gehumeurde tante Betty, die de sfeer er met livepianomuziek in houdt. Al gaan de klanken regelmatig verloren in het lawaai van de loeiende oven, goed voor één ton steenkool per uur, de pret is er niet minder om. De Aussies zingen de longen uit hun lijf, de Japanners lachen en fotograferen. Wij verkiezen een zitje op het buitendek en met de wind in de haren genieten we andermaal van een mooi panorama.
Actie!
Hartje Napier. De art deco is alomtegenwoordig.
90 GRANDE GENIETEN
Het interieur van het roemrijke station in Dunedin werd niet alleen goed bewaard, maar is ook authentiek, inclusief de mozaïek.
Pas wanneer we de twee populairste attracties van de stad opzoeken, toont Queenstown zijn ware gelaat. De eerste stop is de kloof van de Kawarau-rivier, meer bepaald de Suspension Bridge, waar Henry Van Asch de bezoekers uitnodigt tot een salto mortale van 43 meter naar beneden. Deze man etaleert zich als de uitvinder van het bungeejumpen en voor vijftig euro mag je je naar beneden storten, weliswaar beveiligd met dikke rubberen lijnen. Je moet alleen vermelden of je al dan niet het water wilt raken. Wij bestellen enkel koffie en nestelen ons op het terras. Busladingen komen aan (op een mooie dag springen er tot tweehonderd mensen) en allemaal willen ze de spectaculaire waanzin ervaren. Voor de ene is het een langverwachte droom, voor de andere een weddenschap die ze amper twee minuten geleden afsloten. Wanneer we een jong meisje tien minuten met zichzelf zien discussiëren tot ze bevend wordt afgevoerd, besluiten we dat het genoeg is geweest en zoeken we het andere avontuur op: de jetboats. Ook hier in Arthur’s Point is het al kicks wat de klok slaat. Vanaf het bezoekersterras zien we de boten, 100.000 dollar per stuk, voorbijschieten voor een tochtje van een halfuur dat op de schreeuwerige reclames omschreven wordt als ‘adembenemend’. De vaartuigen scheuren immers met een verschrikkelijke snelheid rakelings langs uitstekende rotspunten, wringen zich door nauwe kliffen en vergasten je tot slot op een ware ‘360 graden’-pirouette. Kortom, je moet vertrouwen op de man achter het stuur, meestal een eersteklasmacho die je steevast welkom heet met het grapje ‘dit is voor mij ook de eerste keer’. De jetboat (een boot zonder schroef en diepgang maar uitgerust met een turbinepomp) is trouwens een Nieuw-Zeelandse uitvinding uit 1953. Het ding is gepatenteerd en sindsdien is deze rivier een goudmijn. Wie van dit alles wil proeven, moet weten dat Queenstown, waar alles sneller, hoger, verder en meer is, al snel een financiële aderlating kan worden. Goedkoop is hier alleen wandelen.
De zingende Sounds Geef ons dan maar de Doubtful Sound. Wie deze Sound niet gezien heeft, heeft Nieuw-Zeeland niet gezien. Vanuit Arrowtown zijn we vroeg vertrokken voor de twee uur durende rit naar ‘Pearl Harbour’ (!) in Manapouri, vertrekplaats van een tweedaagse minicruise in de Doubtful Sound. Eigenlijk is de Milford Sound veel bekender, maar daarin schuilt net het hele probleem. Te druk ondertussen (want met de auto te bereiken) en de rederij Fiordland Travel, die eigenlijk het monopolie heeft voor alle mogelijke excursies in het Fiordland National Park, heeft andere zones aangeboord. De Sounds zijn wereldklasse en daarom zijn er jaarlijks evenveel kiwi’s (de bijnaam van de NieuwZeelanders) als internationale bezoekers. Zo’n reputatie waarmaken is niet gemakkelijk en we hebben dan ook hoge verwachtingen als we inschepen aan boord van de Navigator, een vaartuig in de vorm van een piratenschip en goed voor zestig gasten. De regen valt met bakken uit de lucht, maar dat is hier niet uitzonderlijk. Het weer is dikwijls de spelbreker, al blijkt de 6.000 millimeter water per jaar nog altijd beter dan een warme dag. Want dan maken de ‘sandflies’ (gesofisticeerde muggen die niet van ophouden weten) je het leven zuur in deze regio. De wolken hangen dreigend laag, maar de indrukken van de veertig kilometer lange fjord met verdoken baaien zijn werkelijk uniek. Ondanks het rotweer schaart bijna iedereen zich op het bovendek. We trotseren wind en regen en kijken naar de steile bergen, de kea’s en de colonnes vogels die in de spleten van de rotsen broeden. Als de schipper er ons attent op maakt dat dolfijnen mee met het schip optrekken en zich net voor de boeg van het schip ophouden, kan de dag niet meer stuk. De volgende ochtend ontbijten we onder een stralende zon en in geen tijd is iedereen weer op het bovendek te vinden. Net als gisteren komen de dolfijnen ons weer uitgebreid groeten, en we verlaten het natuurgebied dan ook met een zalig gevoel.
Het vliegende dessert Van Manapouri naar Mount Cook National Park langs Cromwell, Omarama en Twizel: goed voor 425 kilometer. Andermaal wordt ons duidelijk over welke unieke planten- en dierenwereld dit eiland beschikt. We rijden langs reuzenvarens, steppes en halve woestijnen. Het ene moment staat de zon hoog boven de hemel, een halfuur later krijgen we hagelbollen zo groot als knikkers over ons. Hoe noordelijker we vorderen, hoe dramatischer het weer wordt. We rijden moederziel alleen over kronkelende wegen. Nu en dan kruisen we een pick-uptruck of een lijnbus. Voor de rest is het de natuur en wij. Ten noorden van Twizel (een kruispunt van wegen met twee benzinepompen en een snackbar) overschouwen we een onweer in het Ben Ohau-gebergte. Door de smalle >
GRANDE GENIETEN 91
lichtstrook op de bergtoppen zien we de bliksem in alle richtingen schieten. Wanneer we het bergstation Mount Cook Village binnenrijden, valt langzaam de avond. Morning, sir! De voorspellingen zijn correct en iets voor tien uur staan we in het kantoor van The Helicopter Line. De piloot bevestigt dat er zeker gevlogen wordt, maar dat het nog iets te vroeg is. “Zeer waarschijnlijk is over een uur alle bewolking weggetrokken,” zegt hij van achter zijn gouden Ray-Ban, “en dan gaan we ervoor.” Waarom ze alleen met een heldere hemel willen vliegen, ondervinden we iets voor het middaguur – dan maakt de heli een tussenlanding op een bergpiek in de volle sneeuw. Deze gletsjerlanding is de blikvanger van de excursie, maar ze is alleen mogelijk bij perfecte weersomstandigheden, omdat er puur op het zicht gevlogen wordt. Voor de veiligheid blijft de rotor draaien terwijl wij tien minuten foto’s maken en sneeuwballen gooien met de piloot. Na een ommetje rond de 3.756 meter hoge piek van Mount Cook (die oorspronkelijk Aorangi heette, of ‘de berg die door de wolken stoot’) staan we 45 minuten later weer op de grond. Wow.
Bijna honderd uur gereden
Nieuw-Zeeland, of het land van de lange, witte wolk. Twee eilanden (eigenlijk drie als we het kleine Stewart Island bijrekenen), maar oneindig veel reismogelijkheden. Op de foto: panoramische treinrit ten zuiden van Queenstown.
We verlaten Mount Cook en kiezen de oostelijke Highway 79 naar Lake Tekapo. Na een verplichte fotostop rond de Church of the Good Shepherd vorderen we langzaam tot Highway 1. Ook de natuur neemt afscheid. Van de witte bergtoppen en de blauwe meren in het hart van het land rijden we via de glooiende groene heuvels tot aan de oostkust, waar het landschap niet alleen plat, maar vooral verstedelijkt is. Hoe dichter we Christchurch naderen, hoe drukker het wordt. Opnieuw zien we verkeerslichten (dat was dagen geleden!) en kleine flatgebouwen. We bedenken na vier weken reizen: een pauze doet deugd terwijl ze duurt. Je rekening gaat erop achteruit, maar je intrinsieke geluk gaat in stijgende lijn. In de groene buitenwijken van Queenstown brengen we de laatste nacht door. Over de wijn hoeven we niet lang na te denken: Pegasus Bay pinot noir, dezelfde fles waarmee het vier weken geleden allemaal begon. Ergens een punt achter zetten, dat doe je tenslotte in stijl!
NIEUW-ZEELAND PRAKTISCH Nieuw-Zeeland is een van de meest geïsoleerde landen ter wereld. Het ligt in de Stille Zuidzee, halverwege de evenaar en de zuidpool en situeert zich 1.600 kilometer ten oosten van Australië. Het bestaat uit twee grote en enkele kleinere eilanden. De regio werd ontdekt door de Nederlandse ontdekkingsreiziger Abel Tasman. Nieuw-Zeeland is ongeveer even groot als Groot-Brittannië, maar er wonen slechts vier miljoen mensen. Auckland is met één miljoen inwoners de grootste stad van het land. De hoofdstad Wellington situeert zich op het zuidelijke punt van het Noordereiland. De afstand van België of Nederland tot Nieuw-Zeeland bedraagt circa 20.000 kilometer. Er is waarschijnlijk geen ander land ter wereld waar je op een relatief klein oppervlak (een kustlengte van 16.000 kilometer) zo’n enorme verscheidenheid van landschapsvormen kunt bewonderen. Wat doen we? Wie voor de eerste keer naar Nieuw-Zeeland reist en slechts twee of drie weken tijd heeft (een absoluut minimum), dient het bloedmooie Zuidereiland als absolute prioriteit te beschouwen. Voor wie dat al bezocht heeft en de smaak te pakken heeft, zal het Noordereiland een logisch vervolg zijn, dat niet zal teleurstellen. Wie één grote Nieuw-Zeelandreis beoogt – de once-in-a-lifetime-ervaring – raden we aan in het Noordereiland te vertrekken en met het Zuidereiland af te ronden.
92 GRANDE GENIETEN
REISTIJD Zoals bekend, liggen de seizoenen omgekeerd in het zuidelijke halfrond. De gemiddelde temperatuur in Christchurch schommelt rond zestien graden, met minimale verschillen tussen de seizoenen. Houd er rekening mee dat je sneeuw treft in de bergen, dat het water met bakken uit de lucht valt in de fjorden en dat het aangenaam warm kan zijn in het noorden rond Abel Tasman Park. De aanbevolen reistijd is onze lente en herfst. Alles is dan ook goedkoper. December, januari en februari zijn de drukste maanden.
ERHEEN Wij reisden met Emirates (drie vluchtmogelijkheden per dag richting Auckland én een directe vlucht naar Christchurch, www.emirates.com) en de gespecialiseerde down-under-touroperator Aussie Tours, dé ‘directe verkoop’-specialist voor groeps- en individuele reizen down-under. Meer info: www.aussietours.be,
[email protected], tel. +32 (0)51 70 56 11. De riant gevulde brochures zijn enkel rechtstreeks bij de touroperator verkrijgbaar.
Boulders, een fotogeniek strand ten noorden van Dunedin.
NODIGE DOCUMENTEN Paspoort, geen visum. Geen enkele vaccinatie is vereist. DE REKENING Voor wie als buitenlander naar Nieuw-Zeeland reist, vallen de prijzen best mee, mede door de relatief lage koers van de Nieuw-Zeelandse dollar. Eten en drinken zijn niet duur, alles is vlot te verkrijgen, al kom je minder benzinestations tegen. Gooi de tank dus tijdig vol! Criminaliteit is vrijwel onbestaande en het geven van fooien is niet gebruikelijk. ONLINE EN LEZEN www.newzealand.com, www.nzwine.com
GRANDE GENIETEN 93