1
God is zuinig op je! wees daarom ook zuinig op jezelf en op elkaar Derde preek over zondag 41 Inleiding Vandaag dus de derde en laatste preek over het zevende gebod. Voor eventuele gasten en zij die misschien een dienst gemist hebben: Twee weken geleden zijn we begonnen met het zevende gebod. In die eerste preek stond centraal op welke manier we met dit gebod om moeten gaan. In discussies thuis of op school wordt heel snel deze vraag geroepen: ‘Waar staat dat dit of dat niet mag?’ We hebben gezien dat je beter niet met deze vraag kunt beginnen. Dan ga je verkeerd om én met God én met de Bijbel. De Bijbel is geen handboek vol citaten en regels: Nee, de Bijbel is het boek waarin God laat zien dat Hij op je leven betrokken wil zijn. De startvraag is dan: Wil je dat? Wil je God een plek geven in je leven? En als je dat wilt… dan komt God met zijn Bijbel en zegt: ‘Hier, lees mijn brief, en je zult ontdekken hoe Ik ben, wie Ik ben, hoeveel Ik van je hou, en hoe Ik jou gelukkig kan maken.’ Dat is de goede omgang met Gods Woord. En dat is ook de startpositie voor alle vragen rond het 7e gebod. In die startpositie ga je je afvragen: ‘Hoe heeft God dan dit en dat bedoeld?’ ‘Hoe wil Hij dat we met dit of dat omgaan?’ Nou, we zagen dat God het was die man en vrouw naast elkaar zette. Hij was erbij betrokken. Ook zagen we dat God het voorbeeld geeft. Het huwelijk als een afspiegeling van Gods relatie met ons. En van Christus’ relatie met zijn gemeente. Heel officieel gesloten, in een verbond. En waar Gods ‘ja’ een eeuwig ‘ja’ van liefde en trouw is, daar moet ons ‘ja’ precies hetzelfde zijn. In de tweede preek zijn we heel concreet verder gegaan met een deel van het 7e gebod. Namelijk met de vragen rond geslachtsgemeenschap voor het huwelijk. We zagen vanuit de Bijbel dat geslachtsgemeenschap bedoeld is voor in het huwelijk; En dat het bedoeld is voor één man en één vrouw; een leven lang. Een ander belangrijk iets was, dat we gekocht en betaald zijn met het bloed van Christus. En dat ons lichaam een tempel van de Heilige Geest is. Daarom zegt Paulus: wees er zuinig op. Wees je ervan bewust dat je van God bent.
2 Als je Hem wil dienen met heel je hart, ziel, verstand en al je krachten, Dan hoort daar ook je lichaam bij. Brand je dus ook niet aan de seksuele begeerte zonder te trouwen. Maar dat betekende niet, zagen we, dat God een hekel heeft aan seksualiteit. Hij heeft het zelf bedacht en ontworpen. En Hij heeft zelfs een speciaal boekje over liefde en seksualiteit in de Bijbel opgenomen. Hooglied. In dat boekje blijkt wel dat het iets is waar je van mag genieten. Ook in je verkeringstijd. maar wel tot een bepaalde grens: ‘Wek de liefde niet op en prikkelt haar niet, vóórdat het haar behaagt.’ Geen geslachtsgemeenschap in je verkeringstijd, want zover is het nog niet. Tot zover een korte samenvatting van de eerste twee preken. *** Misschien zit je hier nu wat gefrustreerd in de kerk, na die eerste preken. ‘God heeft seksualiteit dan wel zelf bedacht en gemaakt en vindt het iets geweldigs… maar ondertussen verbiedt Hij wel geslachtsgemeenschap zolang ik nog niet getrouwd ben! Is dat niet wat kinderachtig? Tijden kunnen toch veranderen? Onderzoek wijst toch uit dat jongeren eerder seksueel volwassen zijn? Dan mag je daar toch ook wel consequenties aan verbinden? En meegaan met die ontwikkeling?’ Dat zou je nu best kunnen denken. Maar dat brengt me dan tot de kernvraag van deze laatste preek: Waarom? Vraag je af: Waarom komt God met regels als: Alleen geslachtsgemeenschap met de man of vrouw van je leven en dus geen geslachtsgemeenschap voor het huwelijk? En die vraag kun je verder uitbreiden. Waarom komt God überhaupt met regels naar ons toe? Elke zondag worden de tien geboden voorgelezen. Waarom? Waarom die regels? Omdat God zo nodig wil dat wij ons daar aan houden? Regels om ons op de proef te stellen? Te plagen misschien? Nee. God komt niet met regels om ons dwars te zitten. Vergelijk het met regels waar je ouders mee komen. Daar ben je misschien niet altijd even blij mee, maar vraag je eens af: Waarom komen ouders met regels? Om je te plagen?
3 Nee, als het goed is komen ouders met regels omdat ze van je houden. Ze zijn zuinig op je; ze willen dat je niks overkomt. En daarom regels. Daar hangt mee samen dat ouders ook weten wat goed en wat slecht is voor hun kind. Zij hebben al heel wat meer levenswijsheid dan hun kinderen. Onze zoon Daan mag bijvoorbeeld niet te dicht bij de Musselweg komen. Dat is verboden terrein. Dat is gevaarlijk. Want, leg ik dan uit; daar rijden de auto’s zo hard, dat ze tegen je aan kunnen botsen, omdat ze niet op tijd kunnen remmen. Als vader of moeder weet je dat. Je kunt zelf een ongeluk meegemaakt hebben. Of je hebt ongelukken gezien en vooral ook de gevolgen ervan. Of daarvan gehoord… Dat is wijsheid die je leert in je leven. Wijsheid die je vervolgens gebruikt om je kinderen te beschermen. En zo moet je ook naar Gods regels kijken. Wijze regels waar God mee komt om zijn kinderen te beschermen. Precies zoals je vader en moeder dat doen. God houdt van je, en wil dat je een gelukkig mens bent. Hij is zuinig op je. En zo moet je dan ook elke regel van God gaan bekijken. Oké, God is zuinig op mij en geeft me die en die regel. Waarom? Ook bij die zevende regel uit zijn wet: je mag niet echtbreken en alles wat daar bij hoort. Onder andere dus ook: geen geslachtsgemeenschap voor het huwelijk. Vraag je af ‘waarom’. Dat zal je wijs maken. We zagen al dat de Bijbel geen handboek is met regels die je moet houden. Zo kijken niet-gelovigen er wel vaak tegenaan. ‘O, ben jij christen? Dan mag je dit zeker niet en dat niet?’ Maar de Bijbel is geen regeltjesboek. De Bijbel laat in de eerste plaats zien wie God is. Dat Hij van je houdt en dat Hij zuinig op je is. Dat Hij het beste met je voorheeft. En dat Hij daarom met regels komt. Kijk, als je daarachter bent gekomen, sta je ook sterker naar niet-gelovigen. ‘Ja, oké, er staan wat regels in de Bijbel, maar die staan er niet voor niets in… Daar staat een wijze God achter die van mij houdt en mij wil beschermen!’ Laten we dat eens heel concreet gaan bekijken rond die regel van ‘geen geslachtsgemeenschap voor het huwelijk’. Waarom zou God nu met die regel komen? Op welke manier kan hij ons daar mee beschermen? Ik kwam in een bepaald boekje een hele mooi vergelijking tegen.
4 Het huwelijk kun je vergelijken met een bouwwerk. Met het bouwen van dat bouwwerk begin je in je verkeringstijd. Nou, hoe zet je een stevig gebouw neer? Dan moet je allereerst zorgen voor goede fundamenten, een goede fundering. Het beton van die fundering moet uit de juiste samenstelling bestaan zodat het zo stevig mogelijk wordt. Nou, voor de samenstelling van een goede fundering onder een huwelijk zijn in ieder geval drie zaken heel belangrijk: - de geestelijke kant - de emotionele kant - en de lichamelijke kant Drie ingrediënten, zou je kunnen zeggen, die voor een stevige fundering zorgen. Mis je één van deze ingrediënten, of is er van een bepaald ingrediënt te weinig aanwezig, dan wordt de fundering te zwak, en dat kan dan natuurlijk fatale gevolgen hebben voor het verdere gebouw. Nee, alledrie de ingrediënten moeten aanwezig zijn. Met al die drie zaken moet je bezig gaan in je verkeringstijd. Waarom? Omdat je als man en vrouw tot een eenheid moet groeien. Een eenheid in heel je mens-zijn. Neem nou bijvoorbeeld die geestelijke kant. Als je echt christen bent, speelt God een hele belangrijke rol in je leven. Dan wil je toch ook dat God een belangrijke rol in het leven van je vriend of vriendin speelt? Dus daar zul je het over moeten hebben in je verkeringstijd. ‘Hé, hoe ben jij eigenlijk bezig in je geloof? Hoe kijk jij aan tegen God en tegen de kerk?’ En natuurlijk, daar zul je het niet meteen op je eerste afspraakje over hebben, maar op een gegeven moment zal dat toch wel aan de orde komen. Tenminste, als God werkelijk die belangrijke plaats heeft in je leven. En dan kun je je er niet van afmaken door te zeggen: ‘Ja, maar we zijn allebei vrijgemaakt; dan zit het toch wel goed? En moet je m’n vriend zien; hij heeft verkering met een christelijk gereformeerde; sjongejonge, zullen die wat te bepraten hebben!’ Nee, dat is natuurlijk grote onzin. Ook als je verkering hebt met een vrijgemaakte jongen of meisje, zul je moeten ontdekken hoe hij of zij staat in het leven met de Heer. En dat leven met de Here zul je dan moeten leren te delen. Bid je bijvoorbeeld wel eens samen? Pak je samen de Bijbel er wel eens bij? En dan kom ik bij een nog lastiger punt: Stel, je hebt verkering gekregen met iemand die niet gelooft… Maar ondertussen ben je wel stapelverliefd op hem of haar. Wat dan? Dan is deze geestelijke kant helemaal een belangrijk iets.
5 Want de Bijbel is hierover duidelijk: Trouw niet met een ongelovige. In 2 Cor. 6:14 staat: ‘Vormt geen ongelijk span met ongelovigen’. Paulus gebruikt het beeld van een span. Hij zegt: Voor een rijtuig o.i.d. zet je ook niet een paard en een koe. Die zijn zo verschillend; dat gaat nooit goed. En zo waarschuwt God ons ook voor een huwelijk met een niet-gelovige. En dat klinkt hard natuurlijk. Vooral voor iemand die hier als niet-gelovige kan zitten, in de kerk. Maar vraag je dan weer af: Waarom deze regel? Nou, God is zuinig op zijn kinderen. Het ergste wat er met zijn kinderen kan gebeuren, is dat ze Hem kwijtraken. En dat risico zit er weldegelijk in als je trouwt met een niet-gelovige. Heel concreet: Wat doe je als je vrouw elke zondagochtend lekker in haar bed blijft liggen en niet naar de kerk gaat? Heb je dan de discipline om zelf wel elke zondagochtend naar de kerk te gaan? Hoe lang hou je dat vol? En dan heb ik het nog helemaal niet over kinderen die geboren kunnen worden. Hoe ga je daar mee om? Hoe krijg je die aan het bidden, hoe krijg je die mee naar de kerk, als mama dat allemaal ook niet hoeft? Zie je: Weg eenheid. Of ‘weg’… eigenlijk is die eenheid er nooit geweest. En loop je dan niet de kans om zelf ook steeds makkelijker met alles om te gaan… Ach ja, je blijft ook wat vaker liggen… Je bidt ook niet zo heel vaak meer… Het Bijbellezen wordt steeds minder… Totdat je God helemaal kwijt bent? Kijk, dat risico wil God niet lopen. Omdat je veel te veel waard bent voor Hem. En daarom zegt Hij: kijk uit, trouw niet met een ongelovige. Ja, maar verkering dan? En ik zei toch zelf in de vorige preken dat God op je relatie betrokken is, en man en vrouw naast elkaar zet? Hoe zit dat dan met mijn ongelovige vriend? Wordt die dan ook niet naast mij gezet? Ja, dat is een lastige vraag. En dat kan natuurlijk iedereen vragen: Hoe weet ik dat God mijn vriend of vriendin naast mij heeft gezet? Tja, daar zul je achter moeten komen. Onder andere door te spreken over deze geestelijke kant. Pas je bij elkaar op dit gebied? Oké, je vriend is nog niet gelovig, maar merk je dat hij nieuwsgierig is? Je vriendin is van een andere kerk; geeft dat teveel verschillen op geestelijk gebied?
6 Of zijn jullie daarom juist op dit gebied zo naar elkaar toegegroeid? Je zult er samen achter moeten komen of God jullie bij elkaar heeft gezet. En daar is tijd voor nodig. Daar moet je over praten. En daar moet je vooral ook veel voor bidden. Ik ga snel verder naar de tweede kant van die stevige fundering. Want daar ging het over. Een stevige fundering met drie belangrijke ingrediënten. Die tweede kant van die fundering is dat emotionele aspect. En dat heeft niets met verdrietigheid te maken, maar met hoe je als man en vrouw in elkaar zit. Een man zit innerlijk anders in elkaar dan een vrouw. Zelfs zo anders dat er boeken zijn verschenen met titels als “Mannen komen van Mars en vrouwen van Venus”. Ze zijn zo verschillend; het is alsof wezens van totaal andere planeten naast elkaar worden gezet die vervolgens met elkaar samen moeten leven. Een vrouw gaat met bepaalde dingen anders om dan een man. En een man weer anders dan een vrouw. En daar zul je dus ook achter moeten komen in je verkeringstijd. Als ik iets leuk of fijn vind, betekent dat niet automatisch dat zij dat ook leuk en fijn vindt. En je zult er dus tijd en energie in moeten steken om elkaar ook op dit punt te leren kennen. En dan kun je er best eens achter komen dat een jongen of meisje toch anders in elkaar zit dan jij op het eerste gezicht dacht. En misschien brengt je dat dichter bij elkaar; misschien zorgt dat ook voor verwijdering, zodat je het beter uit kunt maken. En dan komen we bij de derde kant van de fundering: De lichamelijkheid, de seksualiteit. Daarvan zegt God dus: Geniet van elkaar, leer elkaar ook op dit vlak kennen, maar doe het voorzichtig. Zorg ervoor dat je de seksuele geméénschap kunt bewaren voor het huwelijk. En bekijk je dan die eerste 2 aspecten; - die geestelijke kant en de emotionele kant, dan ga je ook snappen, waarom God wil dat je voorzichtig bent met die lichamelijke kant. Het zijn allemaal processen waar je tegelijkertijd aan moet werken. Anders kunnen er ongelukken gebeuren. Anders kan dat gebouw van het huwelijk een wankel gebouw worden. Bijvoorbeeld: Een meisje heeft verkering met een ongelovige jongen. Lichamelijk zijn ze binnen een paar maanden al tot het uiterste gegaan, op emotioneel gebied voelen ze elkaar ook heel goed aan, terwijl ze op geestelijk gebied nauwelijks met elkaar gepraat hebben. Dan wordt het steeds moeilijker om de verkering uit te maken als dat nodig zou zijn. Zie je: dan gaat de fundering van het gebouw scheef lopen. Of het cement van de fundering wordt nooit hard genoeg voor een goed gebouw.
7 Nee, doe nou kalm aan op lichamelijk gebied, zegt God. Want op dat gebied loop je de grootste kans om te hard van stapel te lopen. Doe kalm aan. Heb ook respect voor jezelf. Wees zuinig op jezelf. Gooi je lichaam niet zomaar te grabbel. Ook al is hij of zij nog zo leuk en lief. Heb ook respect voor elkáár op dit gebied. Wees zuinig op de ander. Want je bent nu eenmaal snel beschadigd op dit kwetsbare terrein. Stel, je hébt geslachtsgemeenschap gehad en het gaat tóch uit… en daarna krijg je weer met een ander verkering. Hoe reageert de ander als hij of zij hoort dat je het al met een ander gedaan hebt? Hoe reageer je als je vriend zegt dat hij zich al helemaal gegeven heeft aan een vorige? Dat kan je heel veel pijn doen. Dat kan je beschadigen. Meisjes zijn op dit gebied veel sneller beschadigd dan jongens. Als je dat als jongen weet, dan moet je met respect met je vriendin omgaan. Laatst hoorde ik een verhaal over een niet-christelijke seksuoloog. Dat is iemand die op dit terrein hulp kan geven. Zij zou wat voorlichting geven aan een groep docenten van verschillende middelbare scholen. Voordat ze daarmee begon vroeg ze even naar de standpunten van die docenten. Nou, er zat dus één christelijke docent bij die aangaf dat ze geslachtsgemeenschap iets vond voor in het huwelijk. Al die andere docenten keken haar met verbazing en verachting aan. Op de manier van: Bestaan er echt nog mensen met die ideeën?? En die seksuoloog zag die reacties van die anderen en zei: ‘Een paar jaar geleden zou ik precies hetzelfde gereageerd hebben als jullie allemaal. En ik ben zelf helemaal niet gelovig, maar steeds meer en meer ontdek ik de waarde en de wijsheid van geslachtsgemeenschap bewaren voor in het huwelijk.’ En hoe kwam dat? Omdat ze steeds meer en meer vrouwen in haar praktijk kreeg die zwaar beschadigd waren op dit gebied. Wees wijs en gun jezelf en elkaar de tijd. Dat voorkomt een heleboel problemen. En zorgt uiteindelijk voor een mooi stevig bouwwerk. Ja, God is zuinig op zijn kinderen. Hij wil ze beschermen en komt daarom met zijn regels. En dan moeten wij niet wijzer dan God willen zijn. Zo lazen we dat ook in Spreuken 3. ‘Vertrouw op de Here met uw ganse hart en steun op uw eigen inzicht niet. Ken Hem in al uw wegen, dan zal Hij uw paden recht maken.
8 Wees niet wijs in eigen ogen.’ Natuurlijk, het kan lange tijd goed gaan. Onze zoon Daan kan misschien best een paar keer de Musselweg oversteken, zonder geraakt te worden door een auto, vragenwagen of tractor. En ergens denkt hij daarmee dan wijzer te zijn dan ik. Maar wanneer gaat het wel fout? Wanneer gaat het wel fout… Pas ergens in je huwelijk, of er ook al voor? Dat brengt me nog tot een ander belangrijk punt. God wil niet alleen jou als tiener of jong-volwassene beschermen. Hij wil ook je kinderen beschermen. Want hoe je het ook wendt of keert: Geslachtsgemeenschap heeft te maken met het krijgen van kinderen. En oké; dat kun je tegenhouden met voorbehoedsmiddelen, maar dat geeft al ergens het onnatuurlijke ervan aan. Als je geslachtsgemeenschap hebt, loop je de kans om zwanger te worden. En wie kan dan de dupe worden van je ‘eigen wijsheid’? Juist, je kind. En dat is met de moderne wetenschap alleen maar erger geworden. ‘Ben je zwanger? Ach, dan laat je het toch weghalen…’ Het kind wordt de dupe. Uit de weg geruimd. Verschrikkelijk. En gelukkig, gelukkig zijn er mensen die het niet laten weghalen. Maar ben je dan sámen al zo ver om een eigen kindje op te voeden? Je kent vast wel de problemen die zich dan voor kunnen doen. Nee, zegt Spreuken 3:7: Wees niet wijs in eigen ogen. Vertrouw op de Here met uw ganse hart; vers 5. Vertrouw erop dat de Here het beste met je voorheeft met zijn regels. Ze zijn er echt niet voor niets. Maaruh…als je dan je trouwdatum al gepland hebt, en je weet dat je samen verder wil, dan is geslachtsgemeenschap toch niet zo’n ramp? Het zit zo in ons, hè… Steeds weer de mazen in de wet zoeken. Altijd goed willen praten waar je mee bezig bent. En ik ben daarin echt niet anders dan u of jij. Maar laten we toch eerlijk zijn: Dan wil je toch ergens nog steeds wijzer zijn dan God? En je kunt daarbij ook dít bedenken: Welk signaal geef je af naar jongeren die nog niet zo ver zijn als jullie? Die horen je ervaringen misschien, die zien je op vakantie gaan, die zien dat samenwonen steeds makkelijker gebeurt…
9 En wat gaan zij vervolgens doen? Zij zeggen direct: ‘Oh, maar als die en die dat doen, dan mag ik het ook!’ Zo werkt het toch heel vaak? Bekommer je dan ook om die stelletjes die nog niet zo ver zijn als jullie. Je helpt hen niet door steeds makkelijker over dit soort dingen te gaan doen. Nee, je helpt ze om het goede voorbeeld te geven. Of door fouten misschien toe te geven en te zeggen dat zij het anders moeten doen. Kijk, dan komen we samen ergens. Samen. Want niemand hoeft met een beschuldigende vinger te gaan wijzen. Nee, allemaal moeten we naar ons zelf wijzen. Allemaal maken we onze fouten op het terrein van het 7e gebod. U, jij en ik. En we weten allemaal hoe moeilijk het soms is. Laten we elkaar vooral proberen te steun en te helpen op dit gebied. Niet met een beschuldigende vinger wijzen, maar zeggen: ‘Jongen, meisje, ik weet hoe moeilijk het is. We bidden voor je en voor jullie.’ En dan is de ene fout echt niet groter dan een andere. En overtreding van het 7e gebod is echt niet groter dan een overtreding van een ander gebod. Maar laten we het niet goed gaan praten, als we fouten begaan. Nee, laten we naar onze Heer gaan. Onze Heer Jezus Christus, die stierf voor onze fouten, ook op dit gebied. Bij zijn kruis mogen we onze fouten neerleggen. En we mogen vergeving vragen. En Hij doet niets liever dan ons te vergeven, - voor je huwelijk, in je huwelijk, na een huwelijk…zodat wij weer schoon verder mogen gaan. En Hij wil ons vernieuwen, tot nieuwe mensen maken, door zijn Geest. En zijn Geest kan ons de krachten geven die wij nodig hebben. Ook op dit terrein. Zullen we daar samen om bidden? En laten we het gebed en deze preek dan afsluiten met Gezang 5: 4, 7 en 10. [gebed] Grote en trouwe God, Vader, Zoon en Heilige Geest. We zijn aan het einde gekomen van een serie preken over het zevende gebod. Toegespitst op de vraag hoe je voor het huwelijk met elkaar om moet gaan. We hebben samen gezocht naar Uw bedoelingen. Naar de regels van Uw wijsheid. En Vader, dat kan best eens een confronterende zoektocht zijn geweest. Misschien zijn we met onze neus op verschillende feiten gedrukt. Laat het zo zijn Vader, dat we vooral met het inzicht verder gaan dat U zuinig op ons bent.
10 Dat U van ons houdt, dat U ons wilt beschermen, en dat U daarom met regels naar ons toe bent gekomen. Regels van goddelijke wijsheid. Help ons om Uw regels steeds weer stuk voor stuk te onderzoeken. Geef ons inzicht in Uw wijsheid die er in verborgen ligt. En laat ons zelf op die manier ook steeds wijzer worden. Trouwe God, we hebben uw evangelie gehoord over een heel kwetsbaar terrein. Een gebied waar heel veel fouten in voorkomen. Waar mensen heel snel in beschadigd raken. Wees diegenen nabij die daadwerkelijk beschadigd zijn. In een huwelijk, of buiten een huwelijk. Geef hun Uw hulp op de lange weg die zij vaak hebben te gaan. We bidden U voor onszelf. Help ons om rein te leven. Om niet toe te geven aan al die verleidingen die er om ons heen voor het oprapen liggen. Geef ons de kracht van Uw Geest om tegenstand te kunnen bieden. Zodat we U met onze lichamen kunnen verheerlijken. Help ons, Vader, als we verkering hebben. Ga met ons mee op die mooie ontdekkingstocht in het elkaar leren kennen. Geef dat we bewust bezig zijn met het bouwen van een goede fundering. En dat dat soms niet makkelijk is, vooral op lichamelijk terrein, weten we allemaal. Help ons, om er dan toch op een goede manier mee om te gaan. Naar Uw wijze raad en wil. Vader, we danken U voor Uw bescherming en Uw genade. U zij de eer. Amen