Gids Instelling Verzenden

Gids Instelling Verzenden In deze gids wordt uitgelegd hoe u de functies “Verzenden naar e-mail” en “Opslaan in gedeelde map” kunt instellen met behulp van de Instel-tool Zendfunctie en hoe u kunt controleren of de functies juist zijn ingesteld door een e-mail te versturen of een document op te slaan in een gedeelde map.

Afdrukken Startpagina Sluiten

Het instellen en gebruiken van

De functie Verzenden naar e-mail Het instellen en gebruiken van

De functie Opslaan in gedeelde map

Voordat u begint Zorg ervoor dat de machine is verbonden met het netwerk en wordt gedetecteerd door de Instel-tool Zendfunctie. Zie de e-Handleiding voor hulp.

Copyright

USRM1-8772 (00)

Overzicht

Instellen

Een e-mail versturen

Informatie over knoppen

Overzicht van

Instelprocedure voor Verzenden naar e-mail In onderstaande afbeelding wordt getoond hoe u de functie Verzenden naar e-mail kunt instellen en gebruiken.

Informatie over screenshots De informatie in de screenshots, zoals het e-mailadres en het SMTP-serveradres, dient uitsluitend als voorbeeld. De werkelijke screenshots die u op uw computer ziet, kunnen afwijken van de screenshots die hier worden getoond.

01

02

03

Ga naar instellingen.

Selecteer de functie.

Configureer de instellingen voor Verzenden naar e-mail.

Verstuur een e-mail.

Overzicht

01

Instellen



De functie selecteren in het venster voor instelling selecteren In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het weergeven van het venster [Send to E-mail Settings] (Instellingen Verzenden naar e-mail).

Klik op [Send to E-mail Settings] (Instellingen Verzenden naar e-mail). Het venster [Send to E-mail Settings] (Instellingen Verzenden naar e-mail) wordt weergegeven.

Ga naar het volgende gedeelte.

Als het hierboven getoonde venster niet wordt weergegeven: Zie “Het installatieprogramma voor verzenden activeren” in de e-Handleiding om de Instel-tool Zendfunctie te starten.

Als er een foutscherm wordt weergegeven wanneer u op de knop drukt: Volg de instructies op het scherm om het probleem op te lossen.

Overzicht

02

Instellen



Een e-mailadres onder een snelkeuzetoets opslaan

OPMERKING Met de Instel-tool Zendfunctie kunt u alleen nieuwe adressen onder snelkeuzetoetsen opslaan.

In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het e-mailadres van een ontvanger onder een snelkeuzetoets kunt opslaan.

Wat is een snelkeuzetoets? >>> Selecteer in de vervolgkeuzelijst het gewenste nummer voor de snelkeuzetoets (01 t/m 20). De nummers voor snelkeuzetoetsen die al zijn opgeslagen, worden niet weergegeven.

Het snelkeuzetoetsnummer dat u hebt geselecteerd bij stap , komt overeen met de toets op het bedieningspaneel.

Geef een naam op voor de snelkeuzetoets (bijvoorbeeld een bedrijfsnaam, zoals Canon).

Verzenden: Druk Start Bestemmingen: 1 Canon RX-modus: Auto Resolutie: 200 x 100

De naam die u hebt opgegeven bij stap verschijnt op het display wanneer de snelkeuzetoets wordt ingedrukt.

Geef het e-mailadres op van de persoon die de gescande afbeelding zal ontvangen. Als u een test-e-mail wilt versturen, geeft u uw e-mailadres op. Controleer het resultaat later in het gedeelte Een e-mail versturen.

Het e-mailadres is opgeslagen onder een snelkeuzetoets.


,

Overzicht

02

Instellen



SMTP-servergegevens controleren In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het adres van de SMTP-server en de bijbehorende verificatiemethode kunt controleren, en hoe u de gecontroleerde gegevens kunt invoeren in het programmavenster.

Wat is SMTP? >>>

OPMERKING Open uw e-mailsoftware.

In deze gids wordt Windows Live Mail 2011 als voorbeeld gebruikt.

Controleer de gegevens van de SMTP-server door de procedures in deze gids te bekijken, ook al gebruikt u andere e-mailsoftware dan Windows Live Mail 2011. Neem bij vragen contact op met uw netwerkbeheerder voor meer informatie.

Klik op [Properties] (Eigenschappen). Klik op het tabblad [Accounts].

Klik op het tabblad [Servers].

Selecteer uw account.

Controleer of het selectievakje is ingeschakeld. Indien niet ingeschakeld:

Indien ingeschakeld:

Overzicht

02

Instellen



SMTP-servergegevens controleren OPMERKING Het is niet nodig de SMTP-serverinstellingen hier te wijzigen als deze al zijn ingesteld. Neem contact op met andere gebruikers of met uw netwerkbeheerder als er wijzigingen nodig zijn.

Geef bij [SMTP Server] (SMTP-server) de SMTP-servernaam (of het SMTP-adres) op.

Als het selectievakje [My server requires authentication] (Voor deze server is verificatie vereist) bij stap 6 niet is ingeschakeld, selecteert u [Not Set] (Niet ingesteld) voor [SMTP Authentication] (SMTP-verificatie). De instellingen voor de SMTP-server zijn voltooid.


Overzicht

02

Instellen



SMTP-servergegevens controleren OPMERKING Het is niet nodig de SMTP-serverinstellingen hier te wijzigen als deze al zijn ingesteld. Neem contact op met andere gebruikers of met uw netwerkbeheerder als er wijzigingen nodig zijn.

Geef bij [SMTP Server] (SMTP-server) de SMTP-servernaam (of het SMTP-adres) op.

Klik op [Settings] (Instellingen).

Als het selectievakje [My server requires authentication] (Voor deze server is verificatie vereist) bij stap 6 is ingeschakeld, selecteert u [Set] (Ingesteld) voor [SMTP Authentication] (SMTP-verificatie).

Controleer welke optie is ingeschakeld.

Als de bovenste optie is ingeschakeld:

Als de onderste optie is ingeschakeld:

Overzicht

02

Instellen



SMTP-servergegevens controleren

Klik op [Cancel] (Annuleren). Geef de accountnaam (of gebruikersnaam) en het wachtwoord op bij [User Name] (Gebruikersnaam) en [Password] (Wachtwoord). OPMERKING U kunt het wachtwoord niet kopiëren en plakken. Vraag uw netwerkbeheerder naar uw wachtwoord.

De instellingen voor de SMTP-server zijn voltooid.


Overzicht

02

Instellen



SMTP-servergegevens controleren

Geef de accountnaam (of gebruikersnaam) en het wachtwoord op bij [User Name] (Gebruikersnaam) en [Password] (Wachtwoord). OPMERKING U kunt het wachtwoord niet kopiëren en plakken. Vraag uw netwerkbeheerder naar uw wachtwoord.

De instellingen voor de SMTP-server zijn voltooid.


Overzicht

02

Instellen



De instellingen voor Verzenden naar e-mail opslaan In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de instellingen voor "Verzenden naar e-mail" kunt opslaan.

Klik op [Next] (Volgende).

Controleer of de instellingen juist zijn. Klik op [Register] (Registreren). Klik zo nodig op [Back] (Vorige) om correcties aan te brengen.

OPMERKING

Als dit scherm wordt weergegeven, zijn de instellingen voltooid.

De informatie in de screenshots, zoals het e-mailadres en de SMTP-serververificatie, dient uitsluitend als voorbeeld. De werkelijke screenshots die u op uw computer ziet, kunnen afwijken van de screenshots die hier worden getoond.

Sluit de Instel-tool Zendfunctie. Schakel de hoofdschakelaar van de machine uit, wacht minstens 10 seconden en schakel de machine daarna weer in. De instellingen voor het versturen van e-mail zijn voltooid.


Overzicht

03

Instellen



Een e-mail versturen In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een document kunt scannen en de gescande afbeelding via e-mail kunt versturen.

Plaats het document.

* De weergave van het bedieningspaneel kan verschillen afhankelijk van het model dat u gebruikt.

Druk op [SCAN]. Selecteer <E-mail> met behulp van [ ] of [ ], en druk op [OK]. Druk op de snelkeuzetoets die u hebt opgeslagen. Geef de scaninstellingen op die u wilt wijzigen en druk op [OK]. Wanneer de instellingen zijn voltooid, drukt u op [OK] om terug te keren naar het vorige scherm. Druk op

[Start].

Wanneer u het document op de glasplaat legt, voert u de volgende bewerkingen uit. - Om het verzenden te starten: Selecteer <Start verzenden> met behulp van [ ] of [ ] en druk op [OK]. - Om het volgende document te scannen: Druk op [Start]

Controleer of de gescande afbeelding is verzonden naar de bestemming. Open uw e-mailsoftware om te controleren of de e-mail is afgeleverd.

Als de e-mail goed is afgeleverd: Ga naar Startpagina. Sluit de Handleiding.

Als de e-mail niet is afgeleverd: a naar het gedeelte G UI op afstand. Gebruik de UI op afstand om te controleren of de instellingen juist zijn.

Overzicht

Instellen

Documenten opslaan

Overzicht van

Instelprocedure voor Opslaan in gedeelde map In de onderstaande afbeelding wordt aangegeven hoe u de functie "Opslaan in gedeelde map" kunt instellen en gebruiken.

Informatie over knoppen Een gedeelde map instellen met toegangsbeperking In deze gids wordt de procedure beschreven voor het opslaan van documenten in een gedeelde map zonder toegangsbeperkingen. Als u een gedeelde map wilt instellen met toegangsbeperkingen op computers waarop Windows wordt uitgevoerd, raadpleegt u "De fileserver (gedeelde map) configureren (Windows)" in de e-Handleiding.

Informatie over screenshots De informatie in de screenshots, zoals de computernaam en de naam van de gedeelde map, dient uitsluitend als voorbeeld. De werkelijke screenshots die u op uw computer ziet, kunnen afwijken van de screenshots die hier worden getoond.

01

02

03

Ga naar instellingen.

Selecteer de functie.

Configureer de instellingen voor Opslaan in gedeelde map.

Sla documenten op in een gedeelde map.

Overzicht

01

Instellen

Documenten opslaan


De functie selecteren in het venster voor instelling selecteren In dit gedeelte wordt de procedure beschreven voor het weergeven van het venster [Store to Shared Folder Settings] (Instellingen Opslaan in Gedeelde Map).

Klik op [Store to Shared Folder Settings] (Instellingen Opslaan in Gedeelde Map). Het venster [Store to Shared Folder Settings] (Instellingen Opslaan in Gedeelde Map) wordt weergegeven.


Als het hierboven getoonde venster niet wordt weergegeven: Zie “Het installatieprogramma voor verzenden activeren” in de e-Handleiding om de Instel-tool Zendfunctie te starten.

Als er een foutscherm wordt weergegeven wanneer u op de knop drukt: Volg de instructies op het scherm om het probleem op te lossen.

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Het nummer en de naam van de snelkeuzetoets opgeven

OPMERKING Met de Instel-tool Zendfunctie kunt u alleen nieuwe adressen onder snelkeuzetoetsen opslaan.

In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het nummer en de naam van de snelkeuzetoets kunt opgeven waarin u het bestandspad naar de gedeelde map opslaat.

Wat is een snelkeuzetoets? >>>

Selecteer in de vervolgkeuzelijst het gewenste nummer voor de snelkeuzetoets (01 t/m 20). De nummers voor snelkeuzetoetsen die al zijn opgeslagen, worden niet weergegeven.

Het snelkeuzetoetsnummer dat u hebt geselecteerd bij stap , komt overeen met de toets op het bedieningspaneel.

Verzenden: Druk Start Bestemmingen: 1 Canon RX-modus: Auto Resolutie: 200 x 100

Geef een naam op voor de snelkeuzetoets (bijvoorbeeld een bedrijfsnaam, zoals Canon). De snelkeuzetoets is opgeslagen.


De naam die u hebt opgegeven bij stap verschijnt op het display wanneer de snelkeuzetoets wordt ingedrukt.

,

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Het delen van bestanden instellen In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u uw computer zodanig kunt instellen dat u de gegevens die u vanaf de machine hebt verzonden, op de computer kunt ontvangen.

Selecteer uw besturingssysteem. Voor gebruikers van Windows XP Voor gebruikers van Windows Vista Voor gebruikers van Windows 7

Voor gebruikers van Windows 2000/Server 2003/Server 2008 Als u een gedeelde map wilt instellen zonder toegangsbeperkingen op computers waarop Windows 2000/Server 2003/Server 2008 wordt uitgevoerd, raadpleegt u "De fileserver (gedeelde map) configureren (Windows)" in de e-Handleiding.

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Windows XP

Het delen van bestanden instellen De computernaam controleren Wat is de computernaam? >>>

Klik op de Windows-taakbalk op [Start], klik met de rechtermuisknop op [My Computer] (Deze computer) en klik vervolgens op [Properties] (Eigenschappen).

Klik op het tabblad [Computer Name] (Computernaam).

Klik op [Change] (Wijzigen).

Geef uw computernaam op bij [Computer Name of Store Destination] (Computernaam van de bestemming voor het opslaan).

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Windows XP

Het delen van bestanden instellen Een gedeelde map maken In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het delen van bestanden kunt instellen met behulp van de functie Simple File Sharing (Eenvoudig delen van bestanden). Met de hieronder beschreven voorbeeldprocedure wordt er een gedeelde map op uw bureaublad gemaakt.

Voor gebruikers van Windows XP Professional U kunt de functie Simple File Sharing (Eenvoudig delen van bestanden) niet gebruiken als deze is uitgeschakeld. Voer de volgende procedure uit om deze functie in te schakelen. 1. Klik op de Windows-taakbalk op [Start] en klik vervolgens op [Control Panel] (Configuratiescherm). 2. Klik op [Appearance] (Vormgeving), en vervolgens op [Folder Options] (Mapopties). (In Klassieke weergave dubbelklikt u op [Folder Options] (Mapopties).) 3. Selecteer het tabblad [View] (Weergave). 4. Schakel onder [Advanced Settings] (Geavanceerde instellingen) het selectievakje [Use simple file sharing (Recommended)] (Eenvoudig delen van bestanden gebruiken (aanbevolen)) in.

Maak een nieuwe map op uw bureaublad en geef een naam op voor de map (bijvoorbeeld “share” (gedeeld)).

share

5. Klik op [OK] om het dialoogvenster [Folder Options] (Mapopties) te sluiten.

Geef de naam van de zojuist gemaakte map op bij [Shared Folder Name on Store Destination Computer] (Naam Gedeelde Map op Bestemmingscomputer opslag). Klik met de rechtermuisknop op de map en selecteer vervolgens [Sharing and Security] (Delen en beveiliging).

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Windows XP

Het delen van bestanden instellen Een gedeelde map maken

Deze vensters worden alleen weergegeven wanneer u het dialoogvenster voor het eerst opent. Ga naar stap als u het dialoogvenster een tweede of daaropvolgende keer opent.

Schakel deze selectievakjes in. Selecteer de onderste optie.

Klik op deze koppeling. Klik op [OK].

Klik op [OK]. Het delen van bestanden is ingesteld.


Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Windows Vista


Klik op de Windows-taakbalk op [Start], klik met de rechtermuisknop op [Computer] en klik vervolgens op [Properties] (Eigenschappen).

Geef de naam van uw computer op bij [Computer Name of Store Destination] (Computernaam van de bestemming voor het opslaan).

Klik op [Change] (Wijzigen). Klik op [Change settings] (Instellingen wijzigen).

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan

Windows Vista


Informatie over knoppen OPMERKING Als het dialoogvenster [User Account Control] (Gebruikersaccountbeheer) tijdens de procedure verschijnt, klikt u op [Continue] (Doorgaan).

In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het delen van bestanden kunt instellen met behulp van de map Public (Openbaar).

Wat is de map Public (Openbaar)? >>>

Klik op de Windows-taakbalk op het pictogram [Start] en selecteer vervolgens [Control Panel] (Configuratiescherm).

Klik onder [Sharing and Discovery] (Delen en verkennen) op de pijltjes omlaag naast [Public folder sharing] (Openbare mappen delen) en [Password protected sharing] (Met wachtwoord beveiligd delen).

Klik onder [Network and Internet] (Netwerk en internet) op [Set up file sharing] (Bestandsdeling instellen).

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Windows Vista


Selecteer de middelste optie. Klik op [Apply] (Toepassen).

Selecteer de onderste optie.

Klik op [Apply] (Toepassen).

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Windows Vista


Klik op de Windows-taakbalk op [Start] en selecteer vervolgens [Computer].

Open de vaste schijf waarop Windows Vista is geïnstalleerd (meestal station C:).

Open de map Users (Gebruikers).

Open de map Public (Openbaar).

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Windows Vista


Maak een nieuwe map in de map Public (Openbaar) en geef de gewenste mapnaam op (bijvoorbeeld “share” (gedeeld)).

share Typ “public\” (openbaar\), gevolgd door de naam van de zojuist gemaakte map, bij [Shared Folder Name on Store Destination Computer] (Naam Gedeelde Map op Bestemmingscomputer opslag) (in dit voorbeeld typt u “public\share” (openbaar\gedeeld)). Het delen van bestanden is ingesteld.


Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Windows 7


Geef de naam van uw computer op bij [Computer Name of Store Destination] (Computernaam van de bestemming voor het opslaan).

Klik op de Windows-taakbalk op [Start], klik met de rechtermuisknop op [Computer] en klik vervolgens op [Properties] (Eigenschappen).

Klik op [Change] (Wijzigen). Klik op [Change settings] (Instellingen wijzigen).

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan

Windows 7


Informatie over knoppen OPMERKING Als het dialoogvenster [User Account Control] (Gebruikersaccountbeheer) tijdens de procedure verschijnt, klikt u op [Yes] (Ja).

In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u het delen van bestanden kunt instellen met behulp van de map Public (Openbaar).

Wat is de map Public (Openbaar)? >>>

Klik op de Windows-taakbalk op het pictogram [Start] en selecteer vervolgens [Control Panel] (Configuratiescherm).

Klik onder [Network and Internet] (Netwerk en internet) op [Choose homegroup and sharing options] (Een thuisgroep en opties voor delen selecteren).

Klik op [Change advanced sharing settings] (Geavanceerde instellingen voor delen wijzigen).

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Windows 7


Selecteer onder [Public folder sharing] (Openbare mappen delen) de bovenste optie.

Selecteer onder [Password protected sharing] (Met wachtwoord beveiligd delen) de onderste optie.

Klik op [Save changes] (Wijzigingen opslaan).

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Windows 7


Klik op de Windows-taakbalk op [Start] en selecteer vervolgens [Computer].

Open de vaste schijf waarop Windows 7 is geïnstalleerd (meestal station C:).

Open de map Users (Gebruikers).

Open de map Public (Openbaar).

Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


Windows 7


Maak een nieuwe map in de map Public (Openbaar) en geef de gewenste mapnaam op (bijvoorbeeld “share” (gedeeld)).

share Typ “users\public\” (gebruikers\openbaar\), gevolgd door de naam van de zojuist gemaakte map, bij [Shared Folder Name on Store Destination Computer] (Naam Gedeelde Map op Bestemmingscomputer opslag) (in dit voorbeeld typt u “user\public\share” (gebruiker\ openbaar\gedeeld)). Het delen van bestanden is ingesteld.


Overzicht

02

Instellen

Documenten opslaan


De instellingen voor Opslaan in gedeelde map opslaan In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de instellingen voor "Opslaan in gedeelde map" kunt opslaan.

Klik op [Next] (Volgende).

Controleer of de instellingen juist zijn. Klik op [Register] (Registreren). Klik zo nodig op [Back] (Vorige) om correcties aan te brengen.

OPMERKING De informatie in de screenshots, zoals de computernaam en de naam van de gedeelde map, dient uitsluitend als voorbeeld. De werkelijke screenshots die u op uw computer ziet, kunnen afwijken van de screenshots die hier worden getoond.

Als dit scherm wordt weergegeven, zijn de instellingen voltooid.

OPMERKING Controleer of [Not Set] (Niet ingesteld) is geselecteerd voor [Access Restriction to Shared Folder] (Toegangsbeperking naar gedeelde map) in het gedeelte [Status of Settings for Shared Folder] (Status van instellingen voor gedeelde map).

Sluit de Instel-tool Zendfunctie. Schakel de hoofdschakelaar van de machine uit, wacht minstens 10 seconden en schakel de machine daarna weer in. De instellingen voor de gedeelde map zijn voltooid.


Overzicht

03

Instellen

Documenten opslaan


Documenten opslaan in een gedeelde map In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u een document kunt scannen en de gescande afbeelding kunt opslaan in de gedeelde map die u eerder hebt gemaakt.

Plaats het document. Druk op [SCAN].

* De weergave van het bedieningspaneel kan verschillen afhankelijk van het model dat u gebruikt.

Selecteer <E-mail> met behulp van [ ] of [ ], en druk op [OK]. Druk op de snelkeuzetoets die u hebt opgeslagen. Geef de scaninstellingen op die u wilt wijzigen en druk op [OK]. Wanneer de instellingen zijn voltooid, drukt u op [OK] om terug te keren naar het vorige scherm. Druk op

[Start].

Wanneer u het document op de glasplaat legt, voert u de volgende bewerkingen uit. - Om het verzenden te starten: Selecteer <Start verzenden> met behulp van [ ] of [ ] en druk op [OK]. - Om het volgende document te scannen: Druk op [Start]

Controleer of het document is opgeslagen in de gedeelde map. Open de gedeelde map die u hebt gemaakt en controleer of het gescande document is opgeslagen.

Als het document goed is opgeslagen: Ga naar Startpagina. Sluit de gids.

Als het document niet is opgeslagen: a naar het gedeelte UI G op afstand. Gebruik de UI op afstand om te controleren of de instellingen juist zijn.

UI op afstand


Documenten opslaan

Uw instellingen controleren in de UI op afstand

Informatie over knoppen OPMERKING In dit gedeelte worden screenshots uit Windows 7 gebruikt.

In geval van problemen met het verzenden naar e-mail of het opslaan in een gedeelde map kunt u de UI op afstand gebruiken om te controleren of uw instellingen juist zijn.

De UI op afstand starten Wat is de UI op afstand? >>>

Start uw webbrowser. Geef het IP-adres van de machine op bij [Address] (Adres) of [Location] (Locatie), en druk vervolgens op [ENTER] op uw toetsenbord.

Klik op [Log In] (Aanmelden).

Selecteer [Management Mode] (Beheer-modus). OPMERKING Het IP-adres dat in de screenshots wordt getoond, dient uitsluitend als voorbeeld. Zie “Instellingen van IP-adres controleren” in de e-Handleiding voor instructies over de procedure van het controleren van het IP-adres.

OPMERKING Als u wordt gevraagd uw ID en/of wachtwoord op te geven, raadpleegt u “De UI op afstand starten” in de e-Handleiding.

UI op afstand


Documenten opslaan


Uw instellingen controleren in de UI op afstand Snelkeuzetoetsen controleren/bewerken Klik op [Address Book] (Adresboek).

Controleer uw instellingen. Als u de instellingen wilt bewerken, klikt u op [Edit] (Bewerken).

Klik op [One-Touch] (Snelkeuze). Klik op het nummer, het type of de naam van een snelkeuzetoets om de huidige instellingen ervan weer te geven.

Klik op [OK].

OPMERKING Als u wordt gevraagd om het wachtwoord op te geven nadat u op [Address] (Adres) hebt geklikt, raadpleegt u “Een pincode instellen voor het adresboek” in de e-Handleiding.

Breng de nodige wijzigingen aan.

UI op afstand


Documenten opslaan


Uw instellingen controleren in de UI op afstand Netwerkinstellingen controleren/bewerken Klik op [Settings/Registration] (Instellingen/ Registratie) en vervolgens op [Network Settings] (Netwerkinstellingen).

OPMERKING Stappen 1 t/m 5 in dit gedeelte zijn alleen van toepassing op e-mailinstellingen.

Klik op [E-mail Settings] (E-mail-instellingen).

Klik op [Edit] (Bewerken).

UI op afstand


Documenten opslaan


Uw instellingen controleren in de UI op afstand Netwerkinstellingen controleren/bewerken

OPMERKING Stappen 1 t/m 5 in dit gedeelte zijn alleen van toepassing op e-mailinstellingen.

Klik op [OK].

Breng zo nodig correcties aan.

Controleer of de juiste SMTPservernaam is opgegeven. Controleer ook het volgende, als op uw SMTP-server SMTP-verificatie wordt gebruikt: – Of het selectievakje [Use SMTP Authentication (SMTP AUTH)] (Gebruik SMTP-authentificatie (SMTP AUTH)) is ingeschakeld. – Of de juiste gebruikersnaam is opgegeven. – Of het juiste wachtwoord is ingesteld. Als u iets moet wijzigen, schakelt u het selectievakje [Set/Change Password] (Instellen/Wijzigen Wachtwoord) in en geeft u het juiste wachtwoord op bij [Password] (Wachtwoord).

Schakel de hoofdschakelaar van de machine uit, wacht minstens 10 seconden en schakel de machine daarna weer in. Nadat de machine opnieuw is gestart: Probeer een e-mail te versturen. Probeer documenten op te slaan.

Als u nog steeds problemen ondervindt: Ga naar Probleemoplossing.


Probleemoplossing Als u problemen ondervindt bij het verzenden van een e-mail of het opslaan van documenten in een gedeelde map, bekijkt u de procedures die in deze gids worden beschreven om na te gaan of de instellingen juist zijn geconfigureerd. Controleer ook onderstaande punten en raadpleeg de e-Handleiding voor verdere probleemoplossingsgegevens.

Als “Foutrapport (TX)” wordt afgedrukt

Voorbeeld:

Controleer de driecijferige code in het Foutrapport (TX) en raadpleeg “Foutcodes” in “Problemen oplossen” in de e-Handleiding.

Als er een foutbericht wordt weergegeven op het LCD-display Controleer het bericht en raadpleeg “Berichten op het scherm” in “Problemen oplossen” in de e-Handleiding.

Als geen van bovenstaande problemen optreden en u nog steeds niet kunt verzenden of opslaan Raadpleeg “Oplossen van problemen”, “Problemen bij het verzenden/ ontvangen” en “Netwerkproblemen” in “Problemen oplossen” in de e-Handleiding.

Gids Instelling Verzenden

Recommend Documents