> Retouradres Postbus 20584 1001 NN Amsterdam
GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland T.a.v. de directie Postbus 1120 6501 BC Nijmegen
Programma Publieke gezondheid Kabelweg 79 - 81 Amsterdam Postbus 20584 1001 NN Amsterdam T 020 580 01 00 F 020 580 01 50 www.igz.nl
Inlichtingen bij
Datum 7 augustus 2014 Onderwerp vastgesteld rapport toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg Ons kenmerk 2014-1108042/V1001923
Geachte directie, De inspectie heeft uw brief van 24 juli jl. (met kenmerk: GGD/N/T/1047/14/HH/GK/ms) in goede orde ontvangen. Op basis van de toelichting in uw brief heeft de inspectie een aantal scores van uw rapport aangepast. Hieronder leest u een toelichting per norm.
Uw kenmerk GGD/N/T/1047/14/HH/GK/ms Uw brief 24 juli 2014 Bijlage 1
Inhoudelijke normen • Norm A1 Bereik van de jeugdgezondheidszorg: op basis van de toelichting in uw brief wordt helaas onvoldoende duidelijk welke concrete stappen u onderneemt om alle kinderen in beeld te krijgen en te houden. De score is niet aangepast. • Norm A2 bereik van de jeugdgezondheidszorg: op basis van de toelichting in uw brief wordt helaas onvoldoende duidelijk welke concrete stappen u onderneemt om de kinderen in zorg te bereiken. De score is niet aangepast. • Norm A2 Bereik bijzonder groepen: op basis van de toelichting in uw brief is de score voor de groepen: kinderen van asielzoekers, kinderen van immigranten, kinderen die illegaal in Nederland verblijven en kinderen die tijdelijk op een ander adres verblijven niet aangepast. Op basis van de toelichting in uw brief wordt helaas onvoldoende duidelijk welke concrete stappen u onderneemt om deze groepen kinderen te bereiken. De scores voor de groepen: kinderen van reizende ouders en kinderen van expats zijn aangepast naar voldoende. • Norm B1 Contactmomenten: de inspectie heeft tijdens het bezoek een kopie van de verleende toestemming om af te wijken van de richtlijn contactmomenten ontvangen. Waarvoor dank. De score is aangepast naar voldoende. • Norm C2 Psychosociale problemen: de inspectie heeft met instemming kennisgenomen dat u in 2014 meer aandacht gaat besteden aan het monitoren van de verwijzingen. U geeft in uw brief onvoldoende aan welke concrete stappen u hiervoor zult zetten. De score is niet aangepast. • Norm E1 Overgewicht: u geeft in het eerste deel van uw brief geen toelichting op deze norm. In het tweede deel van uw brief geeft u aan op zijn vroegst eind 2014 aan een deel van de norm te gaan voldoen. De score is niet aangepast.
Pagina 1 van 2
•
•
Overigens wil de inspectie u nog wel meegeven dat uit contact van de inspectie met de betreffende richtlijnontwikkelaars is gebleken dat volgens hen geen argumentatie aanwezig is om niet te starten met het meten van bloeddruk conform de richtlijn. Norm E2 Overgewicht: op basis van de toelichting in uw brief bleek dat u ten tijde van het invullen van de vragenlijst al voldeed aan deze norm. De score is aangepast naar voldoende. Norm F1 Monitoren van zorg: op basis van de toelichting in uw brief bleek dat u ten tijde van het invullen van de vragenlijst nog niet voldeed aan deze norm. De score is niet aangepast.
Ons kenmerk 2014-1108042/V1001923 Datum 7 augustus 2014
Zicht op kwaliteit van zorg In uw toelichting beschrijft u nader dat u zicht heeft op de kwaliteit van zorg van uw medewerkers. Dat is niet hetzelfde als zicht op de kwaliteit van de uitgevoerde zorg door uw medewerkers. Tevens geeft u aan dat u op de door de inspectie gevraagde onderwerpen op dit moment nog onvoldoende beschikt over geaggregeerde gegevens. Deze gegevens zijn wel nodig om voldoende zicht te hebben op de kwaliteit van zorg, zodat u daarmee uw beleid zo nodig kunt aanpassen en gemeenten kunt adviseren. Hoewel het belangrijk is om gegevens uniform en van hoge kwaliteit te vergelijken, ook minder uniforme gegevens van mindere kwaliteit, eventueel uit andere bronnen dan de JGZ, kunt u gebruiken voor het maken van trendanalyses. De score is niet aangepast. Bijgaand ontvangt u het aangepaste en vastgestelde rapport voor GGD Gelderland zuid, regio Rivierenland. De in het rapport genoemde termijnen om voldoende te scoren op de normen waarop uw organisatie onvoldoende scoorde gaan in per datum van deze brief. Dat betekent dat de inspectie graag binnen 3 c.q. 6 maanden na datum van deze brief schriftelijk verneemt of en hoe u aan de normen voldoet. Ik vertrouw u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet,
Coördinerend specialistisch senior inspecteur jeugd en kindermishandeling Projectleider
-
Bijlage: vastgesteld rapport GGD Gelderland zuid Rivierenland
Pagina 2 van 2
Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg
GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland
augustus 2014
Rapportage Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland | augustus 2014
Inhoudsopgave
1 1.1 1.2 1.3 1.3.1 1.3.2 1.3.3 1.4
Inleiding 4 Aanleiding en belang 4 Onderzoeksvragen 4 Onderzoeksmethode, normen- en toetsingkader 4 Onderzoekmethode 4 Normenkader 4 Toetsingkader 5 Opbouw van het rapport 5
2 2.1 2.1.1 2.1.2 2.1.3 2.1.4 2.1.5 2.2
Resultaten 6 Inhoudelijke normen waarop onvoldoende werd gescoord 6 Bereik van de jeugdgezondheidszorg 6 Contactmomenten 6 Psychosociale problematiek 6 Overgewicht 6 Monitoren van zorg 7 Zicht hebben op de kwaliteit van zorg van uw organisatie 7
3 3.1 3.1.1 3.1.1.1 3.1.2 3.2
Handhaving 8 Maatregelen 8 Inhoudelijke normen 8 Flexibilisering contactmomenten 8 Zicht hebben op de kwaliteit van zorg 8 Vervolgacties 8
4
Openbaarmaking rapporten Bijlage 1
9
Ingevulde vragenlijst
Pagina 3 van 9
Rapportage Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland | augustus 2014
1
Inleiding
1.1
Aanleiding en belang De jeugdgezondheidszorg (JGZ) bewaakt de gezonde en veilige ontwikkeling van kinderen. Hiertoe ziet zij de kinderen op regelmatige basis, volgt zij de groei en ontwikkeling van het kind, stelt waar mogelijk ouders en kinderen gerust en signaleert (tijdig) problemen die zich voor kunnen doen. De JGZ moet haar werkwijze dusdanig inrichten dat zij bedreigingen van gezonde en veilige ontwikkeling van kinderen tijdig signaleert en adequate hulp kan inzetten en blijven monitoren. De Inspectie voor de Gezondheidszorg (verder: inspectie) voerde in 2008 een onderzoek uit naar de kwaliteit van de jeugdgezondheidszorg. In dit onderzoek toetste de inspectie de aanpak van een aantal onderwerpen bij alle JGZorganisaties. De hoofdconclusie van dit rapport luidde dat de jeugdgezondheidszorg volop in ontwikkeling was en zich de komende jaren verder moest ontwikkelen om de gezonde en veilige ontwikkeling van jeugdigen beter te kunnen ondersteunen en volgen. In 2011 herhaalde de inspectie het onderzoek uit 2008 en vroeg ook naar de bijbehorende getallen. De inspectie concludeerde echter dat het ondanks de inzet van de JGZ-organisaties onvoldoende mogelijk was om met de gebruikte indicatoren vanuit de huidige digitale dossiers een betrouwbaar beeld van de kwaliteit van de jeugdgezondheidszorg te verkrijgen. Na overleg met externen (ActiZ, GGD Nederland, NCJ en het ministerie van VWS) besloot de inspectie het rapport over het toezichtonderzoek van 2011 niet uit te brengen. De inspectie besloot naar een alternatief te zoeken om inzicht te krijgen in de kwaliteit van de jeugdgezondheidszorg in Nederland. Met het huidige kwalitatieve onderzoek toetst de inspectie of de JGZ zelf inzicht heeft in de kwaliteit van zorg. Daarbij toetst de inspectie de volgende onderwerpen: bereik, contactmomenten, psychosociale problematiek, kindermishandeling, overgewicht en monitoren van zorg en opschaling. Het is vervolgens aan de inspectie om te oordelen over de kwaliteit van de betreffende JGZ-organisatie.
1.2
Onderzoeksvragen De onderzoeksvragen in dit onderzoek luiden: 1. Leveren de JGZ-organisaties verantwoorde zorg? 2. Hebben JGZ-organisaties voldoende inzicht in de kwaliteit van zorg op een aantal risicovolle onderwerpen?
1.3
Onderzoeksmethode, normen- en toetsingkader
1.3.1
Onderzoekmethode Om te bepalen in welke mate JGZ-organisaties aan de gestelde normen voldoen, ontvingen alle JGZ-organisaties in augustus 2013 een digitale vragenlijst. Aanvullend bracht de inspectie aan vijf willekeurig gekozen JGZ-organisaties een aangekondigd bezoek ter verificatie van de antwoorden uit de vragenlijst.
1.3.2
Normenkader Het normenkader is gebaseerd op de volgende wetten en normen/richtlijnen: • Wet Publieke Gezondheid (WPG, inclusief memorie van toelichting); • Kwaliteitswet Zorginstellingen; • Wet op de Jeugdzorg; • Standpunt Bereik van de Jeugdgezondheidszorg; • Richtlijn Contactmomenten. Basistakenpakket JGZ 0-19; • JGZ richtlijn Vroegsignalering van psychosociale problemen; Pagina 4 van 9
Rapportage Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland | augustus 2014
• JGZ richtlijn Secundaire Preventie Kindermishandeling; • Overbruggingsplan voor kinderen met overgewicht; • Signaleringsprotocol Overgewicht in de Jeugdgezondheidszorg; • Voortgangsrapportage samenwerken voor Jeugd. De gestelde normen zijn opgenomen in de vragenlijst in bijlage 1. 1.3.3
Toetsingkader De inspectie stelde per (sub)onderdeel van het inhoudelijke deel van de vragenlijst een scorelijst op met daarin verschillende score classificaties. Deze zijn vervolgens per norm in een voldoende of onvoldoende score omgezet. Bij het tweede onderdeel scoorde de inspectie of de organisatie voldoende of onvoldoende zicht had op de kwaliteit van zorg en welke argumentatie werd gegeven indien de organisatie onvoldoende zicht had op de kwaliteit van zorg.
1.4
Opbouw van het rapport In dit rapport zijn de normen waarop uw organisatie onvoldoende scoorde op basis van de ingevulde vragenlijst weergegeven in hoofdstuk 2. Hoofdstuk 3 gaat in op de te nemen maatregelen door uw organisatie en handhaving. De informatie over de openbaarmaking van dit rapport vindt u terug in hoofdstuk 4.
Pagina 5 van 9
Rapportage Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland | augustus 2014
2
Resultaten
De resultaten zijn onderverdeeld in twee categorieën; een inhoudelijk deel over het leveren van verantwoorde zorg (onderzoeksvraag 1) en een deel dat betrekking heeft op de mate waarin u zicht had op de kwaliteit van zorg op een aantal risicovolle onderwerpen (onderzoeksvraag 2). Uw organisatie levert zorg aan: 4 tot 19 jarigen. Voor het inhoudelijk deel zijn de normen waarop u onvoldoende scoorde hieronder in paragraaf 2.1 weergegeven.
2.1
Inhoudelijke normen waarop onvoldoende werd gescoord
2.1.1
Bereik van de jeugdgezondheidszorg Norm A1. JGZ-organisaties hebben alle jeugdigen in beeld, dat wil zeggen JGZ-organisaties weten op een peilmoment waar de jeugdigen in hun werkgebied (preventieve) zorg krijgen (bij de eigen organisatie of elders). Norm A2. De jeugdigen in zorg bij JGZ-organisaties worden voldoende bereikt.
Toelichting voor het bereik van bijzondere groepen van norm A2: dit gold voor alle groepen kinderen met uitzondering van kinderen die thuisonderwijs krijgen en kinderen die op een MKD zitten of in een instelling verblijven. 2.1.2
Psychosociale problematiek Norm C2. De in aanmerking komende jeugdigen zijn naar de juiste hulpverlening verwezen.
2.1.3
Overgewicht Norm E1. Alle jeugdigen met overgewicht zijn zo vroeg mogelijk gesignaleerd en de in aanmerking komende jeugdigen hebben de juiste hulpverlening gekregen. Dit houdt in dat de JGZ: a. moet signaleren volgens de JGZ richtlijn preventie overgewicht; b. bij jeugdigen <2 jaar met risicofactoren voor het ontstaan van overgewicht op latere leeftijd consulten aanbieden conform richtlijn; c. bij jeugdigen >2 jaar bij obesitas verwijzen; d. bij jeugdigen >2 jaar met overgewicht, maar nog geen obesitas consulten aanbieden conform de richtlijn (mits bij jeugdigen >5 jaar de bloeddruk normaal is; e. bij jeugdigen >5 jaar met overgewicht en een verhoogde bloeddruk, maar nog geen obesitas, verwijzen naar huisarts/kinderarts; f. het eerste consult op indicatie plaats laten vinden op basis van de behoefte van kind en ouder, bij voorkeur <6 weken na het vaststellen van overgewicht, het 2e en het 3e consult op basis van behoefte van kind en ouder, bij voorkeur met een interval van <8 weken. De vervolgconsulten kunnen ook telefonisch of via e-mail verricht worden; g. bij voldoende effect (het gewicht blijft stabiel of middelomtrek neemt af of er is verbetering in de leefstijl) na een 2e dan wel 3e consult een nieuw consult na 1 jaar afspreken; h. bij onvoldoende effect (het gewicht neemt toe, middelomtrek neemt toe en/of geen verbetering in de leefstijl) na een 2e dan wel 3e consult het veranderplan bijstelt en/of verwijst naar huisarts/kinderarts en/of een leefstijlprogramma aanbiedt; i. na gaan of ouders/verzorgers de afspraak bij huisarts/kinderarts zijn nagekomen; j. met kinderarts/huisarts afspraken maken voor follow-up en terugvalpreventie.
Toelichting: uit uw antwoorden bleek dat u de norm niet haalde en onvoldoende SMART de activiteiten en termijnen benoemde om de norm wel te halen.
Pagina 6 van 9
Rapportage Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland | augustus 2014
2.1.4
Monitoren van zorg Norm F1. Alle JGZ-organisaties hebben schriftelijke afspraken en werkprocedures voor monitoring van zorg.
2.2
Zicht hebben op de kwaliteit van zorg van uw organisatie Het viel de inspectie op dat: • u bij diverse onderwerpen onvoldoende SMART geformuleerde informatie gaf of en hoe u zicht had op de kwaliteit van zorg van uw organisatie; • u niet voor alle onderwerpen over geaggregeerde informatie over uw totale populatie beschikte. Score voor zicht hebben op de kwaliteit van zorg: onvoldoende.
Pagina 7 van 9
Rapportage Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland | augustus 2014
3
Handhaving
3.1
Maatregelen
3.1.1
Inhoudelijke normen U scoorde onvoldoende op de hieronder genoemde normen. De inspectie verwacht dat u binnen in de tabel gestelde termijn(en) alsnog voldoet aan de betreffende normen. Normen Bereik van de jeugdgezondheidszorg Bereik van bijzondere groepen Psychosociale problematiek Overgewicht Monitoren van zorg
Termijn(en) Binnen zes maanden Binnen zes maanden Binnen drie maanden Binnen drie maanden Binnen zes maanden
3.1.2
Zicht hebben op de kwaliteit van zorg U scoorde onvoldoende op het aan de inspectie duidelijk maken of u voldoende zicht had op de kwaliteit van zorg van uw organisatie. De inspectie verwacht dat u binnen drie maanden aan de inspectie duidelijk kan maken of en hoe u zicht heeft op de kwaliteit van zorg.
3.2
Vervolgacties De inspectie verwacht dat u binnen de gestelde termijn(en) aan de normen voldoet. De controle hierop vindt plaats tijdens het reguliere toezicht van uw accounthouder.
Pagina 8 van 9
Rapportage Toezichtonderzoek Jeugdgezondheidszorg GGD Gelderland Zuid, regio Rivierenland | augustus 2014
4
Openbaarmaking rapporten
In principe maakt de inspectie alle rapporten van het thematisch toezicht actief openbaar. De inspectie is voornemens ook bijgevoegd rapport openbaar te maken via onze website www.igz.nl. De inspectie doet dit niet eerder dan drie weken na definitieve vaststelling van het rapport. Bij actieve openbaarmaking neemt de inspectie de wettelijke normen in acht, zoals gesteld in de Wet openbaarheid van bestuur en de Wet bescherming persoonsgegevens. Dit betekent dat de inspectie in haar rapporten - waar mogelijk - geen persoonsgegevens opneemt, zoals medische gegevens van uw patiënten of cliënten. De functionarissen van de instelling worden zo nodig met hun functieaanduiding in het rapport genoemd. Meer informatie over actieve openbaarmaking van documenten door de inspectie kunt u vinden op onze website (www.igz.nl/onderwerpen).
Pagina 9 van 9