134
GEMEENTERAADSZITTING 23 JUNI 2014
Aanwezig: Paul CARION
Voorzitter,
Hugo LEROY
Burgemeester,
Denis DIERICK, Tanja EECKHOUT, Peter DECLERCQ, Dirk MARTENS, Willy VAN HOVE Gilles VAN HENDE
Schepenen, OCMW-voorzitter-Schepen,
Marc VAN WITTENBERGE, Willy BENOOT, Karel HUBAU, Raadsleden, Aline DERVAUX, Nadine DE STERCKE, Mieke PETERS, Jef VERMAERE, Marnix VANDEKERCKHOVE, Jacques DEZUTTER, Dieter DE METS, Wim MALFROOT, Luc GOEMAERE, Ankie D’HOLLANDER, Nelly DE SCHAMPHELAERE, Eddy VAN HIJFTE en Bart PIENS Serge RONSSE
Gemeentesecretaris.
OPENBARE ZITTING De voorzitter opent de openbare zitting. 1. Goedkeuren notulen van 26 mei 2014. DE GEMEENTERAAD, Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 33; Overwegende dat mevrouw Nadine De Stercke, raadslid, opmerkt dat ze zichzelf niet onbekwaam vindt (punt 3), maar dat schepen Declercq haar onbekwaam vindt; Overwegende dat geen overeenstemming wordt bereikt over een aangepaste formulering; dat niemand de stemming vraagt over de notulen; dat de voorzitter bijgevolg voorstelt om de notulen niet te wijzigen; BESLUIT: eenparig Enig art.:
De notulen van de gemeenteraadszitting van 26 mei 2014 goed te keuren.
AGENDAPUNTEN OP VOORSTEL VAN DE VOORZITTER 2. Intergemeentelijke samenwerking – gemeenteraadscommissie “Intergemeentelijke Samenwerking” – kennisname voorlopig verslag van 13 mei 2014. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 25 februari 2013 houdende huishoudelijk reglement van de gemeenteraad – vervangen gemeenteraadsbesluit van 23 februari 2009 en in het bijzonder op artikel 42 en volgende; Gelet op het verslag van de zitting van de gemeenteraadscommissie intergemeentelijke samenwerking van 13 mei 2014; Overwegende dat het verslag nog niet werd goedgekeurd; Overwegende dat de gemeenteraadscommissie o.a. als taak heeft de besprekingen in de gemeenteraadszittingen voor te bereiden; dat de gemeenteraad aldus kennis moet kunnen nemen van de besprekingen in de gemeenteraadscommissie;
135 Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, vraagt om de data van de commissie tijdig vast te leggen; Overwegende dat de heer Paul Carion, voorzitter, stelt dat dit gebeurt in functie van de beschikbare punten en de data van de gemeenteraad; Overwegende dat de heer Wim Malfroot, raadslid, vraagt hoe er zal gereageerd worden op het wegvallen van de provinciale subsidie voor de Burensportdienst; Overwegende dat de heer Dirk Martens, schepen, stelt dat de werkbelasting van de sportdiensten verminderd zal worden; BESLUIT: Art. 1:
Kennis te nemen van het voorlopig verslag van de gemeenteraadscommissie intergemeentelijke samenwerking van 13 mei 2014.
Art. 2:
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken (dienst administratieve organisatie).
AGENDAPUNTEN OP VOORSTEL VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN 3. Intergemeentelijke samenwerking – RESOC Meetjesland, Leiestreek en Schelde (RESOCMLS) – intrekken mandaat en aanduiden vertegenwoordiger plenaire vergadering. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 35 § 2; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2013 waarbij de heer Peter Declercq werd aangeduid als vertegenwoordiger om deel te nemen aan de plenaire vergaderingen van RESOC Meetjesland, Leiestreek en Schelde; Overwegende dat de gemeente Gavere het mandaat van de heer Peter Declercq, vertegenwoordiger, op zijn verzoek wenst in te trekken; Overwegende dat de heer Denis Dierick zich kandidaat stelt om het mandaat van vertegenwoordiger op te nemen; BESLUIT: eenparig Art. 1:
Het mandaat als vertegenwoordiger van de gemeente Gavere voor de plenaire vergaderingen van RESOC Meetjesland, Leiestreek en Schelde in te trekken van de volgende persoon: -
Art. 2:
De volgende persoon aan te duiden als vertegenwoordiger van de gemeente Gavere voor de plenaire vergaderingen van RESOC Meetjesland, Leiestreek en Schelde: -
Art. 3:
de heer Peter Declercq, schepen, wonende te 9890 Gavere, Steenberglos 8.
de heer Denis Dierick, schepen, wonende te 9890 Gavere, Muntekouter 3.
Het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en onder meer hiervan kennis te geven aan RESOC Meetjesland, Leiestreek en Schelde, Oostveldstraat 91 bus 1, 9900 Eeklo, door middel van een aangetekend schrijven aan de voorzitter van de algemene vergadering.
4. Intergemeentelijke samenwerking – Tussengemeentelijke Maatschappij der Vlaanderen voor Watervoorziening (TMVW) – kennisname agenda algemene vergadering van 20 juni 2014 – bekrachtigen collegebesluit van 16 juni 2014. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum;
136 Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 42; Gelet op het collegebesluit van 16 juni 2014 betreffende kennisname agenda algemene vergadering 20 juni 2014; Overwegende dat de agenda en de bijhorende stukken aangaande de algemene vergadering van TMVW ons op 22 en 26 mei 2014 hebben bereikt; dat dit te laat was voor de agendering op de gemeenteraad van 26 mei 2014; dat het belangrijk is dat de gemeente zijn belangen op de algemene vergadering kan verdedigen; dat het college van burgemeester en schepen daarom op 16 juni 2014 zelf een beslissing heeft genomen; Overwegende dat deze materie een bevoegdheid van de gemeenteraad betreft zodat een bekrachtiging van besluit noodzakelijk is; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, vraagt om TMVW er op te wijzen om de documenten tijdig door te sturen; Overwegende dat de heer Denis Dierick, schepen, wijst op de overschakeling naar het decreet intergemeentelijke samenwerking waardoor de stukken niet tijdig konden opgestuurd worden; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, stelt dat TMVW de datum van de vergadering kon verleggen; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, vraagt wat de bedoeling is van de grote herwaardering van de drinkwater- en rioleringsinfrastructuur; dat het financieel verlies sterk gestegen is ten opzichte van vorig jaar; Overwegende dat de heer Denis Dierick, schepen, bevestigt dat de solvabiliteit inderdaad een van de redenen is voor de herwaardering; dat het antwoord op de vraag met betrekking tot het financieel verlies later kan bezorgd worden ; BESLUIT: eenparig Art. 1:
Het collegebesluit van 16 juni 2014 betreffende kennisname agenda algemene vergadering van 20 juni 2014 van TMVW wordt bekrachtigd.
Art. 2:
Een voor eensluidend verklaard afschrift van deze beslissing over te maken aan het secretariaat van TMVW, Stropstraat 1 – 9000 Gent.
5. Intergemeentelijke samenwerking – Gemeentelijke Holding NV (in vereffening) – kennisname agenda algemene vergadering van 27 juni 2014. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 42; Gelet op de brief van Gemeentelijke Holding NV (in vereffening) van 16 mei 2014 betreffende uitnodiging voor de algemene vergadering op 27 juni 2014 met volgende agenda: • Bespreking van de werkzaamheden van de vereffenaars over de periode 01.01.2013 tot en met 31.12.2013 • Bespreking van de jaarrekening over de periode 01.01.2013 – 31.12.2013 door de vereffenaars • Bespreking van het jaarverslag van de vereffenaars over de periode 01.01.2013 tot en met 31.12.2013 inclusief beschrijving van de vooruitgang van de vereffening en redenen waarom de vereffening nog niet kon worden afgesloten • Bespreking van het verslag van de commissaris over de jaarrekening over de periode 01.01.2013 tot en met 31.12.2013 • Vraagstelling BESLUIT: eenparig Art. 1:
Kennis te nemen van de agenda van de algemene vergadering van Gemeentelijke Holding NV (in vereffening) van 27 juni 2014 en zijn goedkeuring te hechten aan de
137 agendapunten die dit vereisen. Art. 2:
De vertegenwoordiger en/of zijn plaatsvervanger van de gemeente die zal deelnemen aan de algemene vergadering van Gemeentelijke Holding NV (in vereffening) van 27 juni 2014 op te dragen zijn stemgedrag af te stemmen op de beslissing genomen in de gemeenteraad van heden inzake onderhavige aangelegenheid.
Art. 3:
Het college van burgemeester en schepenen te belasten met de uitvoering van de hierbij genomen beslissing en onder meer kennis hiervan te verrichten aan de Gemeentelijke Holding NV (in vereffening) Sint-Annadreef 68B – 1020 Brussel.
6. Eredienst – kerkfabriek Sint-Martinus Asper – advies rekening 2013. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het decreet betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, en in het bijzonder op artikel 55§ 1; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2008 houdende kerkfabriek Sint-Martinus Asper -goedkeuren meerjarenplan 2008-2013; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 22 oktober 2012 houdende kerkfabriek Sint-Martinus Asper - kennisname budget 2013; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 27 juni 2013 houdende kerkfabriek Sint-Martinus Asper– advies rekening 2012; Gelet dat de rekening over het boekjaar 2013 van de kerkfabriek Sint-Martinus Asper door de kerkraad werd vastgesteld op 6 januari 2014; Overwegende dat het centraal kerkbestuur de rekeningen moet indienen bij de gemeente vóór 1 mei 2014; Overwegende dat de gemeente over 50 dagen beschikt om advies uit te brengen; dat de rekening vervolgens aan de gouverneur ter goedkeuring wordt voorgelegd; dat de rekening ontvangen werd op 19 mei 2014; dat dus uiterlijk op 8 juli 2014 advies dient uitgebracht te worden; Overwegende dat de rekening 2013 van de kerkfabriek Sint-Martinus Asper afsluit met een batig saldo van € 24.790,62 op exploitatie en een saldo van € 0,00 op investeringen; Overwegende dat het saldo van de rekening over het boekjaar 2013 in overeenstemming is met de stand van de financiële rekeningen op 31 december 2013; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, wijst op 3 facturen van de architect voor de restauratiewerken aan de kerk waarvan er 1 niet door de gemeente wordt betaald; dat het vooropgestelde restauratiebedrag is toegenomen en dat hierop de erelonen worden berekend; dat hij zich afvraagt of te veel betaalde bedragen eventueel kunnen gerecupereerd worden; dat hij graag meer informatie over de stand van zaken van het dossier wenst; Overwegende dat de heer Peter Declercq, schepen, stelt dat de uitgaven moeten geprefinancierd worden door de kerkfabriek van Asper zolang er inhoudelijk geen akkoord is over de financiering; dat er over het dossier is vergaderd en er heel wat posten geschrapt zijn; dat voor de totstandkoming van het contract niet de gebruikelijke weg is gevolgd; dat het bedrag van de aangerekende erelonen zou moeten overeenstemmen met de raming van het dossier na de schrappingen; BESLUIT: eenparig Art. 1:
Gunstig advies te verlenen aan de rekening 2013 van de kerkfabriek Sint-Martinus Asper.
Art. 2:
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de kerkfabriek, het centraal
138 kerkbestuur en aan de provinciegouverneur. 7. Eredienst – kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem – advies rekening 2013. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het decreet betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, en in het bijzonder op artikel 55§ 1; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2008 houdende kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem -goedkeuren meerjarenplan 2008-2013; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 22 oktober 2012 houdende kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem - kennisname budget 2013; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 27 juni 2013 houdende kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem – advies rekening 2012; Gelet dat de rekening over het boekjaar 2013 van de kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem door de kerkraad werd vastgesteld op 10 maart 2014; Overwegende dat het centraal kerkbestuur de rekeningen moet indienen bij de gemeente vóór 1 mei 2014; Overwegende dat de gemeente over 50 dagen beschikt om advies uit te brengen; dat de rekening vervolgens aan de gouverneur ter goedkeuring wordt voorgelegd; dat de rekening ontvangen werd op 19 mei 2014; dat dus uiterlijk op 8 juli 2014 advies dient uitgebracht te worden; Overwegende dat de rekening 2013 van de kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem afsluit met een batig saldo van € 14.934,77 op exploitatie en een saldo van € - 13.641,18 op investeringen; Gelet dat de correcties van de gouverneur bij de rekening 2012 niet werden ingebracht en de saldi als volgt dienen te worden aangepast: een batig saldo van € 12.780,17 op exploitatie en een saldo van € -11.486,58 op investeringen; Overwegende dat het saldo van de rekening over het boekjaar 2013 in overeenstemming is met de stand van de financiële rekeningen op 31 december 2013; BESLUIT: eenparig Art. 1:
Gunstig advies te verlenen aan de rekening 2013 van de kerkfabriek Sint-Bavo Baaigem mits aanpassing van de saldi op exploitatie en investeringen.
Art. 2:
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de kerkfabriek, het centraal kerkbestuur en aan de provinciegouverneur.
8. Eredienst – kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne – advies rekening 2013. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het decreet betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, en in het bijzonder op artikel 55§ 1; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2008 houdende kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne -goedkeuren meerjarenplan 2008-2013;
139 Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 22 oktober 2012 houdende kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne - kennisname budget 2013; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 27 juni 2013 houdende kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne – advies rekening 2012; Gelet dat de rekening over het boekjaar 2013 van de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne door de kerkraad werd vastgesteld op 24 februari 2014; Overwegende dat het centraal kerkbestuur de rekeningen moet indienen bij de gemeente vóór 1 mei 2014; Overwegende dat de gemeente over 50 dagen beschikt om advies uit te brengen; dat de rekening vervolgens aan de gouverneur ter goedkeuring wordt voorgelegd; dat de rekening ontvangen werd op 19 mei 2014; dat dus uiterlijk op 8 juli 2014 advies dient uitgebracht te worden; Overwegende dat de rekening 2013 van de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne afsluit met een batig saldo van € 12.478,37 op exploitatie en een saldo van € 0,00 op investeringen; Overwegende dat het saldo van de rekening over het boekjaar 2013 in overeenstemming is met de stand van de financiële rekeningen op 31 december 2013; BESLUIT: eenparig Art. 1:
Gunstig advies te verlenen aan de rekening 2013 van de kerkfabriek Sint-Petrus Dikkelvenne.
Art. 2:
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de kerkfabriek, het centraal kerkbestuur en aan de provinciegouverneur.
9. Eredienst – kerkfabriek Sint-Amandus Gavere – advies rekening 2013. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het decreet betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, en in het bijzonder op artikel 55§ 1; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2008 houdende kerkfabriek Sint-Amandus Gavere -goedkeuren meerjarenplan 2008-2013; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 22 oktober 2012 houdende kerkfabriek Sint-Amandus Gavere - kennisname budget 2013; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 27 juni 2013 houdende kerkfabriek Sint-Amandus Gavere – advies rekening 2012; Gelet dat de rekening over het boekjaar 2013 van de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere door de kerkraad werd vastgesteld op 26 februari 2014; Overwegende dat het centraal kerkbestuur de rekeningen moet indienen bij de gemeente vóór 1 mei 2014; Overwegende dat de gemeente over 50 dagen beschikt om advies uit te brengen; dat de rekening vervolgens aan de gouverneur ter goedkeuring wordt voorgelegd; dat de rekening ontvangen werd op 19 mei 2014; dat dus uiterlijk op 8 juli 2014 advies dient uitgebracht te worden; Overwegende dat de rekening 2013 van de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere afsluit met een batig saldo van € 25.909,97 op exploitatie en een saldo van € 0,00 op investeringen;
140 Overwegende dat het saldo van de rekening over het boekjaar 2013 in overeenstemming is met de stand van de financiële rekeningen op 31 december 2013; BESLUIT: eenparig Art. 1:
Gunstig advies te verlenen aan de rekening 2013 van de kerkfabriek Sint-Amandus Gavere.
Art. 2:
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de kerkfabriek, het centraal kerkbestuur en aan de provinciegouverneur.
10. Eredienst – kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake – advies rekening 2013. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het decreet betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, en in het bijzonder op artikel 55§ 1; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2008 houdende kerkfabriek SintPietersbanden Semmerzake - goedkeuren meerjarenplan 2008-2013; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 22 oktober 2012 houdende kerkfabriek SintPietersbanden Semmerzake - kennisname budget 2013; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 27 juni 2013 houdende kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake – advies rekening 2012; Gelet dat de rekening over het boekjaar 2013 van de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake door de kerkraad werd vastgesteld op 11 maart 2014; Overwegende dat het centraal kerkbestuur de rekeningen moet indienen bij de gemeente vóór 1 mei 2014; Overwegende dat de gemeente over 50 dagen beschikt om advies uit te brengen; dat de rekening vervolgens aan de gouverneur ter goedkeuring wordt voorgelegd; dat de rekening ontvangen werd op 19 mei 2014; dat dus uiterlijk op 8 juli 2014 advies dient uitgebracht te worden; Overwegende dat de rekening 2013 van de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake afsluit met een batig saldo van € 23.680,67 op exploitatie en een saldo van € 0,42 op investeringen; Overwegende dat het saldo van de rekening over het boekjaar 2013 in overeenstemming is met de stand van de financiële rekeningen op 31 december 2013; BESLUIT: eenparig Art. 1:
Gunstig advies te verlenen aan de rekening 2013 van de kerkfabriek Sint-Pietersbanden Semmerzake.
Art. 2:
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de kerkfabriek, het centraal kerkbestuur en aan de provinciegouverneur.
11. Eredienst – kerkfabriek Sint-Martinus Vurste – advies rekening 2013. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005;
141 Gelet op het decreet betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten, en in het bijzonder op artikel 55§ 1; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 januari 2008 houdende kerkfabriek Sint-Martinus Vurste-goedkeuren meerjarenplan 2008-2013; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 22 oktober 2012 houdende kerkfabriek Sint-Martinus Vurste- kennisname budget 2013; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 27 juni 2013 houdende kerkfabriek Sint-Martinus Vurste– advies rekening 2012; Gelet dat de rekening over het boekjaar 2013 van de kerkfabriek Sint-Martinus Vurster door de kerkraad werd vastgesteld op 9 februari 2014; Overwegende dat het centraal kerkbestuur de rekeningen moet indienen bij de gemeente vóór 1 mei 2014; Overwegende dat de gemeente over 50 dagen beschikt om advies uit te brengen; dat de rekening vervolgens aan de gouverneur ter goedkeuring wordt voorgelegd; dat de rekening ontvangen werd op 19 mei 2014; dat dus uiterlijk op 8 juli 2014 advies dient uitgebracht te worden; Overwegende dat de rekening 2013 van de kerkfabriek Sint-Martinus Vurste afsluit met een batig saldo van € 1.848,76 op exploitatie en een saldo van € 0,00 op investeringen; Overwegende dat het saldo van de rekening over het boekjaar 2013 in overeenstemming is met de stand van de financiële rekeningen op 31 december 2013; BESLUIT: eenparig Art. 1:
Gunstig advies te verlenen aan de rekening 2013 van de kerkfabrike Sint-Martinus Vurste.
Art. 2:
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de kerkfabriek, het centraal kerkbestuur en aan de provinciegouverneur.
12. Financiën – jaarrekening 2013 – vaststellen. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en latere wijzigingen, met in het bijzonder op Titel IV Planning en financieel beheer; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juni 2010 en latere wijzigingen, betreffende de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het Ministerieel Besluit van 1 oktober 2010 en zijn latere wijzigingen tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten en de toelichting ervan, en van de rekeningstelsels van de gemeenten, provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 april 2011 betreffende het toepassen van de regelgeving inzake de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn vanaf 1 januari 2013; Gelet op het ministerieel besluit van 30 augustus 2012 betreffende de gemeenten, de openbare centra voor maatschappelijk welzijn en de provincie die de beleids- en beheerscyclus van de gemeenten, de provincies en de openbare centra voor maatschappelijk welzijn toepassen vanaf 1 januari 2013; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 26 november 2012 houdende de vaststelling van de beleidsdomeinen en de beleidsvelden;
142
Gelet op het collegebesluit van 28 april 2014 houdende bepaling waarderingsregels; Gelet op bijgevoegd ontwerp van de jaarrekening 2013; Overwegende dat de jaarrekening bestaat uit de beleidsnota, de financiële nota en de samenvatting van de algemene rekeningen; Overwegende dat de heer Peter Declercq, schepen, toelichting geeft bij de rekening; dat het door de opstart van BBC niet evident is om vergelijkingen te maken met 2012; dat hij er op wijst dat 2013 een overgangsjaar was waarin weinig nieuwe beleidsinitiatieven waren opgenomen; dat er ook op de rekeningen in de vorige legislatuur steeds een groot overschot was; dat het verschil tussen het budget en de rekening 2013 deels te verklaren valt door het inschrijven van het resultaat van de rekening van 2012; dat de kredieten ongeveer 7 % overraamd werden; dat hij wil evolueren naar een maximaal verschil tussen budget en rekening van 5 %; dat er verdere analyse van de cijfers nodig is; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, constateert dat er een overschot is van € 1,3 miljoen; dat dit het equivalent is van de belastingsverhoging voor 2 jaar; dat de fiscale opbrengsten in 2013 reeds hoger zijn; dat hij vraagt welke politieke besluiten men gaat trekken uit dit resultaat; Overwegende dat de heer Peter Declercq, schepen, stelt dat de fiscale opbrengsten in 2012 relatief laag waren en in 2013 opnieuw tussen het niveau van 2011 en 2012 kwamen te liggen; dat er nog een verlies is op het eigen dienstjaar; dat uit de cijfers vandaag onvoldoende blijkt of de resultaten eenmalig of recurrent zijn; dat hij op het einde van de legislatuur nog de mogelijkheid wil laten aan de volgende legislatuur om te investeren; dat hij er op wijst dat de operationele kosten onder controle worden gehouden en dat eventuele overschotten enkel kunnen dienen om te investeren of om de schuld af te bouwen; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, zich afvraagt of de belastingsverhoging wel noodzakelijk was; dat hij er op wijst dat de nieuwe beleidsploeg het budget 2013 bij budgetwijziging had kunnen wijzigen; dat de opbrengst van de retributie voor de huisvuilophaling niet terug te vinden is onder leefmilieu aangezien die in de algemene opbrengsten staat; dat er een vertraging is bij de realisatie van het nieuw administratief centrum, maar er blijkbaar nog geen volledig zicht is op de totale meerkost; dat er slechts € 1500 is uitgegeven aan noodhulp; Overwegende dat de heer Peter Declercq, schepen, stelt dat de rekening van 2012 pas in het najaar op de gemeenteraad is geweest zodat het resultaat nog niet verrekend kon worden; dat 2013 in de eerste plaats gewerkt is aan een visie en dat enkel het meerjarenplan 2014-2019 de rode draad is voor de nieuwe beleidsploeg; dat het budget voor noodhulp inderdaad niet volledig is aangewend; dat de vragen om noodhulp worden gebundeld en dat er begin december gekeken wordt hoe het eventuele overschot kan aangewend worden; BESLUIT: eenparig Art. 1:
De jaarrekening 2013 vast te stellen, zoals gezien in bijlage.
Art. 2:
Volgende resultaten goed te keuren: Financiële toestand van de jaarrekening 2013: resultaat op kasbasis:
€ 3.356.346,98
autofinancieringsmarge:
€ 1.005.877,58
Balans: balanstotaal 2013:
€ 50.886.960,86
Staat van opbrengsten en kosten: overschot 2013:
€ 1.334.164,52
Art. 3:
Dit besluit te hechten aan de jaarrekening 2013.
Art. 4:
De jaarrekening 2013 wordt neergelegd op dienst financiële organisatie van het gemeentehuis waar iedereen er kennis van kan nemen.
143 Art. 5:
Een eensluidend afschrift van deze beslissing zal worden overgemaakt aan de financieel beheerder. Een eensluidend afschrift van onderhavige beslissing wordt binnen de 20 dagen aangetekend verstuurd ter attentie van de provinciegouverneur, in uitvoering van artikel 253 §1 2° van het gemeentedecreet
13. Financiën – meerjarenplan 2014-2019 – kennisname besluit van de minister van 23 mei 2014. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op artikel 176, 200 §2 en 256; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 houdende meerjarenplan 20142019 – vaststellen; Gelet op het schrijven van de gouverneur van 13 januari 2014 betreffende gemeente Gavere – klacht tegen gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 – meerjarenplan; Gelet op het schrijven van het college van burgemeester en schepenen van 21 januari 2014 betreffende klacht tegen gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013 – meerjarenplan; Gelet op het besluit van de gouverneur van 28 januari 2014 betreffende het besluit van de gemeenteraad van Gavere van 18 december 2013 houdende het vaststellen van het meerjarenplan 2014-2019; Gelet op het schrijven van de gouverneur van 27 februari 2014 betreffende besluit van de gemeenteraad van Gavere van 18 december 2013 houdende het vaststellen van het meerjarenplan 2014-2019; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 24 maart 2014 houdende meerjarenplan 2014-2019 – kennisname besluit van de gouverneur van 28 april 2014; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 28 april 2014 houdende meerjarenplan 2014-2019rechtvaardigen gemeenteraadsbesluit van 18 december 2013; Gelet op het schrijven van de minister van 23 mei 2014 betreffende gemeente Gavere – besluit van de gemeenteraad van Gavere van 18 december 2013 houdende het vaststellen van het meerjarenplan 2014-2019 – rechtvaardiging na schorsing; Overwegende dat de minister van oordeel is dat in afdoende mate tegemoet is gekomen aan de schorsingsgronden; Overwegende dat de schorsing bijgevolg is opgeheven en het meerjarenplan 2014-2019 uitvoering heeft gekregen; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, het jammer vindt dat de beslissing niet meteen met de gemeenteraad werd gedeeld; dat hij vraagt of de sectorale subsidies nu definitief verworven zijn; Overwegende dat de aanvraag tijdig is verricht en de subsidies bijgevolg verworven zijn; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, tussen de regels leest dat de minister de door de gouverneur gebruikte schorsingsgrond ook effectief als schorsingsgrond beschouwt; BESLUIT: Art. 1:
Kennis te nemen van het schrijven van de minister van 23 mei 2014 betreffende gemeente Gavere – besluit van de gemeenteraad van Gavere van 18 december 2013 houdende het vaststellen van het meerjarenplan 2014-2019 – rechtvaardiging na schorsing.
Art. 2:
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken
144 (administratieve en financiële organisatie). 14. Wegenis – collector Melsenbeek fase 2 deelgemeente Vurste – Aquafinproject 20.624: kennisname uitgave vereist door dwingende en onvoorziene omstandigheden. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op artikel 157 welke bepaalt dat het College van Burgemeester en Schepenen over uitgaven kan beslissen als het geringste uitstel onbetwistbare schade zou veroorzaken, maar brengt wel de gemeenteraad onverwijld hiervan op de hoogte; Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen en in het bijzonder op artikel 53 § 1 (gunningswijze van overheidsopdrachten in de sectoren water, energie, vervoer en telecommunicatie); Gelet op het koninklijk besluit van 16 juli 2012 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen; Gelet op de algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij vermeld besluit van 14 januari 2013, en latere wijzigingen; Overwegende dat door Aquafin de aanleg van de collector Melsenbeek fase 2 deelgemeente Vurste is gepland welke vertrekt in Ten Stroom thv woning nr. 49 in de nabijheid van de trekweg RO Schelde en verder richting Peperstraat – Borgwalstraat naar Merelbeke – Melsen; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 30 juni 2003 waarbij de samenwerkingsovereenkomst met addendum omtrent de studie van dit Aquafin-project, waarbij de gemeente betrokken wordt als partij voor de werken ten laste van de gemeente, werd goedgekeurd; Gelet op het collegebesluit van 17 maart 2014 waarbij de samenwerkingsovereenkomst met de NV Aquafin, TMVW en de gemeente Gavere werd goedgekeurd; Gelet op het schrijven van Aquafin van 25 maart 2014 waarbij uiterlijk tegen 15 juni 2014 goedkeuring wordt gevraagd van het toegestuurd PV van opening van de aanbiedingen samen met het aanbestedingsverslag, zoniet zullen de kosten ingevolge het te laat nemen van deze beslissing ten laste worden gelegd van de gemeente; Overwegende dat de laagste inschrijving werd ingediend door de firma Aclagro, Industrieweg 74 te 9032 Wondelgem voor een totaal bedrag van 6.240.297,63 EUR, btw exclusief; Overwegende dat het deel van de werken ten laste van onze gemeente 11.075,04 EUR, btw exclusief, bedraagt; Overwegende dat het deel van de werken ten laste van TMVW 9.380,98 EUR, btw exclusief, bedraagt; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht (gemeentelijk aandeel) niet voorzien is in het investeringsbudget van 2014 en zal voorzien worden bij de eerstvolgende budgetwijziging; BESLUIT: Art. 1:
Kennis te nemen van het collegebesluit van 19 mei 2014 waarbij goedkeuring werd verleend aan het PV van opening van de aanbiedingen en het aanbestedingsverslag waarbij de laatste inschrijving werd ingediend door de firma Aclagro voor een totaal bedrag van 6.240.297,63 EUR, btw exclusief, waarbij het deel ten laste van onze gemeente 11.075,04 EUR, btw exclusief, bedraagt.
145 Art. 2:
Deze uitgave zal voorzien worden bij de eerstvolgende budgetwijziging.
15. Patrimonium – kosteloze grondafstand verkaveling Pontweg – goedkeuren ontwerpakte. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de verkavelingsvergunning dd. 03 februari 2014 afgeleverd aan Speybroeck woningbouw (in naam van Mevr. De Vuiyst Gabrielle), voor grond gelegen te Gavere – Asper, Pontweg, kadastraal bekend Gavere 6de afd. Sie A nr. 142; Overwegende dat de verkavelaar ertoe gehouden is de in het geel aangeduide strook (zone toekomstig openbaar domein) met oppervlakte van 35,36 m² ten kosteloze titel af te staan aan de gemeente; Gelet op bijgevoegd bodemattest waaruit blijkt dat er geen gegevens beschikbaar zijn bij OVAM; Gelet op bijgevoegd metingsplan; Gelet op bijgevoegde ontwerpakte van kosteloze grondafstand om reden van openbaar nut zonder beding van prijs; BESLUIT: eenparig Art. 1:
Bijgaande ontwerpakte met betrekking tot de kosteloze grondafstand van een perceel grond, gelegen aan de Pontweg te Asper ter hoogte van de verkaveling Speybroeck, kadastraal bekend Gavere, 6de afdeling Sie A deel van nr. 142, met een oppervlakte van 35,36 m² met het oog op de inlijving in het openbaar domein van de gemeente, wordt goedgekeurd om reden van openbaar nut.
Art. 2:
Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van deze beslissing.
Art. 3:
De voorzitter van de gemeenteraad en de gemeentesecretaris te machtigen om namens de gemeente de authentieke akte te ondertekenen.
16. Mobiliteit – gemeentelijke overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit – kennisname voorlopig verslag van 2 april 2014. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 200 § 3; Gelet op de vergadering van de gemeentelijke overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit van 2 april 2014; Gelet op bijgevoegd voorlopig verslag van deze vergadering; BESLUIT: Art. 1:
Kennis te nemen van het voorlopig verslag van de vergadering van de gemeentelijke overlegstructuur voor verkeer en mobiliteit van 2 april 2014.
17. Veiligheid – bijzonder nood- en interventieplannen voor de “Superprestige”veldritwedstrijd - aanvaarden. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum;
146
Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de wet van 28 maart 2003 tot wijziging van de wet van 31 december 1963 betreffende de civiele bescherming en in het bijzonder op artikel 2 ter; Gelet op het koninklijk besluit van 16 februari 2006 betreffende de nood- en interventieplannen en in het bijzonder artikel 29; Gelet op de omzendbrief van 10 december 1987 betreffende de ordehandhaving; Gelet op de ministeriële omzendbrieven: • • • •
NPU-1 van 26 oktober 2006 betreffende de nood- en interventieplannen; NPU-2 van 30 maart 2009 betreffende het algemeen nood- en interventieplan van de provinciegouverneur; NPU-3 van 30 maart 2009 betreffende de goedkeuring van de provinciale nood- en interventieplannen; NPU-4 van 30 maart 2009 betreffende de disciplines;
Overwegende dat het gemeentebestuur voor de “Superprestige”-veldritwedstrijd een bijzonder nood- en interventieplan (BNIP) kan opmaken en ter goedkeuring dient over te maken aan dhr. provinciegouverneur; Gelet op de bespreking van het ontwerp van het bijzonder nood- en interventieplan in de gemeentelijke veiligheidscel op 24 april 2014; Gelet op het bijgevoegde ontwerp bijzonder nood- en interventieplan voor de “Superprestige”veldritwedstrijd welke doorgaat op 16 november 2014; Overwegende dat de heer Wim Malfroot, raadslid, vraagt waarom er slechts permanentie is in de brandweerkazerne vanaf 15.45u; Overwegende dat de heer Denis Dierick, schepen, verduidelijkt dat het gaat over de permanentie van een 2e ploeg om te voorkomen dat de wagens van de brandweer in de vertrekkende verkeersstroom geblokkeerd zouden geraken; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, vraagt waarom er wel politiemaatregelen genomen zijn in de Vluchtenboerstraat en niet in de Kerselarestraat; dat in bepaalde straten ‘het verkeer’ verboden is en dat hij zich afvraagt wat hieronder begrepen wordt; BESLUIT: eenparig Art. 1:
Het bijzonder nood- en interventieplan voor de “Superprestige”-veldritwedstrijd goed te keuren, zoals gezien in bijlage.
Art. 2:
Een afschrift van dit besluit en van het bijzonder nood- en interventieplan voor de “Superprestige”-veldritwedstrijd zal ter goedkeuring worden overgemaakt aan dhr. provinciegouverneur, Kalandeberg 1, 9000 Gent.
18. Cultuur – retributie op de verhuur van terreinen, infrastructuur en materialen naar aanleiding van bijzondere gemeentelijke evenementen – machtigen en vaststellen voorwaarden. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het artikel 170 §4 van de grondwet; Gelet op artikel 6 § 2 WBTW; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 43 § 2 15° en artikel 57 §3 3°;
147 Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 17 december 2007 houdende het retributiereglement invorderingskosten niet-fiscale ontvangsten; Overwegende dat de gemeenteraad het kader en de voorwaarden van de retributie bepaalt; dat betekent onder meer de aanduiding van degene die de retributie verschuldigd is, de vaststelling van vrijstellingen of verminderingen; Overwegende dat de gemeenteraad het vaststellen van het tarief en de bepaling van de wijze van inning kan delegeren aan het college van burgemeester en schepenen; dat bijgevolg op een vlottere manier kan worden ingespeeld op veranderende omstandigheden; Overwegende dat het gemeentebestuur langdurige evenementen kan organiseren die kunnen aanleiding geven tot het verhuren van het terrein, de inrichting inclusief infrastructuur en materialen zoals tenten, koelwagens, meubilair voor één of meerdere dagen aan verenigingen of organisaties die een activiteit willen organiseren; Overwegende dat het kan gaan over zeer diverse evenementen en ook zeer diverse verhuurmogelijkheden is het niet aangewezen hiervoor telkens een gemeenteraadsbeslissing op te maken; dat het bijgevolg uit praktische overwegingen aangewezen is om de bevoegdheid tot het bepalen van de verhuurprijs van de ingerichte ruimte te delegeren aan het college van burgemeester en schepenen overeenkomstig de bepalingen uit het gemeentedecreet; Overwegende dat de gemeente voor werkzaamheden inzake de verhuur van roerende goederen als belastingplichtige voor de btw wordt beschouwd vermits een behandeling als niet-belastingsplichtige tot concurrentieverstoring van enige betekenis kan leiden; dat de opbrengsten en kosten uit het verhuren van het terrein, de inrichting inclusief infrastructuur en materialen zoals tenten, koelwagens, meubilair verrekend zullen worden in de periodieke btw-aangiften van de gemeente; Gelet op de financiële toestand van de gemeente Gavere; Overwegende dat ingeval weigering of nalatigheid in hoofde van de debiteur om het verschuldigd bedrag te betalen de invordering van de retributie ingeval van onbetwiste nietfiscale ontvangsten zal gebeuren bij dwangbevel, en ingeval betwiste niet-fiscale ontvangsten overeenkomstig de wetsbepalingen betreffende de burgerlijke rechtsprocedure; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, de machtiging van deze retributie naar het college te ruim vindt; dat hij vindt dat de vaststelling van retributies de bevoegdheid van de gemeenteraad moeten blijven; dat hij vindt dat er – mits enige voorbereiding – tijd genoeg is om dit voor te leggen aan de gemeenteraad; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, aansluit bij deze opmerking en dat hij de bovengrens hoog vindt; Overwegende dat de heer Dirk Martens, schepen, verduidelijkt dat het gaat over evenementen zoals Gavere Zomert; Gaat over tot de mondelinge stemming: er nemen 23 raadsleden deel aan de stemming; elk raadslid heeft 1 stem; Gelet op de uitkomst van de stemming: 13 ja-stemmen en 10 neen-stemmen (KH, WB, WM, LG, AD, AD’H, NDS, BP, MP, JV); BESLUIT: Art. 1:
Vanaf heden een retributie in te voeren voor de verhuur van terreinen, infrastructuur en materialen naar aanleiding van bijzondere gemeentelijke evenementen.
Art. 2:
De retributie is hoofdelijk verschuldigd door de aanvrager van de terreinen, infrastructuur en materialen.
Art. 3:
Het bedrag van de retributie (exclusief btw) wordt door het college van burgemeester en schepenen bepaald en dit telkens wanneer de gemeente een bijzonder evenement organiseert. Dit bedrag mag evenwel nooit hoger zijn dan € 250 (exclusief btw) per dag.
148 Art. 4:
Bij weigering of nalatigheid om het verschuldigd recht te betalen geschiedt de invordering overeenkomstig de burgerlijke rechtspleging voor zover de schuld ten aanzien van de gemeente betwist wordt. Ingeval de verschuldigde retributie niet betwist wordt zal de invordering gebeuren bij dwangbevel na goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen.
Art. 5:
Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de btw-administratie te Oudenaarde, de afdeling vrijetijdszaken en de dienst financiële organisatie/financieel beheerder. Een afschrift van deze beslissing wordt overeenkomstig artikel 253 van het gemeentedecreet binnen de 20 dagen aangetekend verzonden naar de provinciegouverneur. Onderhavig reglement bekend te maken overeenkomstig artikel 186 en 187 van het gemeentedecreet.
19. Cultuur – verbindingsweg tussen Veldstraat en Wallebosstraat – voorlopig vaststellen straatnaam. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het decreet van 28. Januari 1977 tot bescherming van de namen van de openbare wegen en pleinen; Gelet op het bijgevoegde gemeenteplan en situatieplan; Gelet op de ligging van deze nieuwe straat langs de spoorweg, die een verbinding maakt tussen de Wallebosstraat en de Veldstraat; Gelet op het advies van de gemeentelijke adviesraad voor toerisme en erfgoed van 23 januari 2014 en van de gemeentelijke adviesraad voor cultuur van 13 maart 2014 waarbij wordt voorgesteld om de nieuwe openbare weg, gezien zijn ligging aan de spoorweg én het hierbij passende Gaverse dialectwoord voor “spoorweg”, “IJzerenweg” te noemen; Overwegende dat de heer Wim Malfroot, raadslid, vraagt of ook een deel van de Wallebosstraat wordt meegenomen zoals aangeduid op de bijgevoegde foto in het dossier; Overwegende dat de heer Dirk Martens, schepen, opmerkt dat het enkel over het nieuwe weggedeelte gaat en dat het niet de bedoeling is dat er nieuwe adressen worden gecreëerd; BESLUIT: eenparig Art. 1:
De straatnaam voor de nieuwe openbare weg tussen de Wallebosstraat en de Veldstraat voorlopig vast te stellen als “IJzerenweg”.
Art. 2:
Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met het houden van een onderzoek de commodo en incommodo.
Art. 3:
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling vrijetijdszaken en de afdeling grondgebiedszaken.
Art. 4:
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de gemeentelijke adviesraad voor toerisme en erfgoed en de gemeentelijke adviesraad voor cultuur.
20. Cultuur – beheersorgaan voor de bibliotheek – kennisname voorlopig verslag van 7 mei 2014. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 200 § 3;
149 Gelet op de algemene vergadering van het beheersorgaan van de gemeentelijke openbare bibliotheek op 7 mei 2014; Gelet op het verslag in bijlage; Overwegende dat het verslag nog niet is goedgekeurd; BESLUIT: Art. 1:
Kennis te nemen van het voorlopig verslag van de algemene vergadering van het beheersorgaan voor de bibliotheek op 7 mei 2014.
21. Ontwikkelingssamenwerking – resolutie betreffende het behalen van het FairTradeGemeente-label. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 42; Gelet op het meerjarenplan 2014-2019 van de gemeente Gavere; in bijzonder het actieplan (AP 89) “Het gemeentebestuur brengt de Noord-Zuid-thematiek onder de aandacht van onze inwoners” en de onderliggende actie (Act-144) “FairTradeGemeente: het gemeentebestuur streeft er naar het label van FairTradeGemeente te halen”; Overwegende dat in onze gemeente reeds een trekkersgroep actief is en dat deze de haalbaarheid van het werven van het FairTrade-label voor de gemeente Gavere binnen een termijn van 18 maanden als realistisch beschouwen; Overwegende dat het gemeentebestuur een ambtenaar heeft aangeduid om dit engagement te helpen realiseren; Overwegende dat de goedkeuring van de FairTrade-resolutie deel uitmaakt van de criteria voor het behalen van de titel van FairTradeGemeente; Overwegende dat de heer Willy Van Hove, schepen, stelt dat het de ambitie is om het label in de loop van 2015 te behalen aangezien er reeds voldaan wordt aan meerdere van de zes criteria; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, dit een goed initiatief vindt; dat de trekkersgroep rekent op de ondersteuning van de gemeente; dat er reeds 40 van de vooropgestelde 42 Oost-Vlaamse gemeenten het engagement aangaan en er reeds 25 het label behaald hebben; BESLUIT: eenparig Art. 1:
Verklaring van enkele begrippen die met het label FairTradeGemeente te maken hebben: -
FairTradeGemeente: wil op een heel concrete manier bijdragen aan een waardig bestaan voor de kleine boer in het Zuiden én de duurzame producent in het Noorden.
-
Duurzame producten en duurzame voeding steunen op drie pijlers: -
economische: een realistische prijs waarin alle productiekosten verrekend worden en een eerlijke vergoeding voor elke schakel in de keten - dus ook voor de producent. Door te kiezen voor lokale, streekgebonden producten ondersteunen we ook de economie in eigen regio.
-
sociale: kopen in de korte keten geeft rechtstreeks contact met de voedselproducent en leidt tot wederzijds respect. Gezonde voeding is vers, voedzaam, natuurlijk en bevat geen additieven.
-
ecologische: biologische producten zijn beter voor het milieu en het dierenwelzijn, seizoensgebonden groenten en fruit vergen minder energie om te produceren en te bewaren, en lokale productie en consumptie
150 betekenen minder voedselkilometers. Art. 2:
Het gemeentebestuur stemt er principieel mee in dat in het kader van een duurzaam beleid (op sociaal, ecologisch en economisch vlak), bij de aankoop van producten aandacht zal besteed worden aan: -
de prijs die de producenten in ontwikkelingslanden voor hun product krijgen en aan hun arbeidsomstandigheden;
-
het aankopen van duurzame producten die dus op een economisch, sociaal en ecologische manier zijn geproduceerd.
Het doel van deze campagne is eerlijke handel én duurzame lokale voeding te stimuleren. Art. 3:
Het gemeentebestuur zal in zijn interne en externe communicatie aandacht besteden aan dit duurzaam aankoopbeleid zodat ze op die manier haar informatie- en sensibilisatieopdracht uitvoert.
Art. 4:
Om de titel van Fair Trade Gemeente te mogen dragen, zal het gemeentebestuur samen met de trekkersgroep de zes criteria helpen realiseren binnen een tijdsperiode van 18 maanden: 1. Lokaal Bestuur: Het lokale bestuur keurt een resolutie goed die Fair Trade steunt en beslist om koffie en nog minstens één ander fairtradeproduct aan te kopen voor vergaderingen, op kantoor en in de cafetaria's. Verder promoot de gemeente op regelmatige basis het bewustzijn rond Fair Trade via communicatie naar haar personeel en inwoners toe. 2. Winkels & horeca Minstens twee fairtradeproducten zijn duidelijk beschikbaar in de plaatselijke winkels en horecazaken. Daarvoor worden er doelstellingen vooropgesteld per aantal inwoners. De winkels en horecazaken communiceren ook over het feit dat zij fairtradeproducten verkopen of serveren. 3. Scholen, bedrijven & organisaties Een aantal scholen, bedrijven en organisaties gebruikt fairtradeproducten en communiceert daarover. Scholen zetten ook educatieve campagnes op om de kennis over en de betrokkenheid met Fair Trade te vergroten. 4. Media De campagne tracht te zorgen voor zoveel mogelijk media-aandacht op lokaal en regionaal niveau. Daardoor bereikt men een groot deel van de bevolking. En zo voelen lokale deelnemers zoals handelaars en organisaties zich gewaardeerd voor hun engagement. 5. Trekkersgroep Er is een lokale trekkersgroep actief die de nodige initiatieven neemt om de titel te behalen. Nadien zorgt die groep voor de continuïteit van de campagne en is ze verantwoordelijk voor een jaarlijkse beoordeling. Daaruit moet blijken dat de gemeente nog steeds een FairTradeGemeente is. 6. Lokale duurzame voeding Om FairTradeGemeente te worden, lanceert men in de gemeente een nieuw initiatief dat lokale consumptie en productie van duurzame voedingsproducten aanmoedigt. Zowel thuis, als op de werkvloer en op openbare plaatsen. Er wordt over dit initiatief duidelijk gecommuniceerd. Om de titel te behalen én te behouden wordt ofwel een meerjareninitiatief opgestart, ofwel een kortlopend project. In het tweede geval wel met garanties dat er jaarlijks een nieuw initiatief zal genomen worden ter bevordering van het lokaal en duurzaam consumeren en produceren.
Art. 5:
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling vrijetijdszaken en aan de trekkersgroep.
151 22. Sport – toelage voor de kwaliteitsvolle begeleiding van de leden van sportverenigingen – vaststellen reglement (vervangen gemeenteraadsbesluit van 22 december 2008). DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 43 §2 2°, 186 en187; Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en aanwending van sommige toelagen; Gelet op het decreet van 28 januari 1974 betreffende het cultuurpact; Gelet op het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid en in het bijzonder op beleidsprioriteit 1 “Het ondersteunen van de kwalitatieve uitbouw van sportverenigingen via een doelgericht subsidiebeleid”; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 22 december 2008 houdende toelage voor de kwaliteitsvolle begeleiding van de leden van sportverenigingen – vaststellen reglement; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 23 november 2009 houdende erkenning van sportverenigingen – vaststellen reglement; Gelet op het gunstig advies van de gemeentelijke adviesraad voor sport van 2 april 2014; Overwegende dat de gemeentelijke adviesraad voor sport voorstelt op een aantal aanpassingen te doen in het criterium ledenaantal voor het verkrijgen van een basissubsidie (in aanmerking nemen van alle leden, opheffen van de beperkingen voor voetbalploegen en het gebruik van federatielijst als rechtvaardigingsstuk); dat de gemeentelijke adviesraad voor sport voorstelt om elke sportvereniging een basistoelage van € 50 te geven; dat deze voorstellen werden opgenomen in voorliggend ontwerp; Overwegende dat de gemeentelijke adviesraad voor sport voorstelt om te vermelden dat de algemene vergadering twee keer in plaats van één keer plaatsvindt per jaar; dat dit voorstel niet werd opgenomen in voorliggend ontwerp omdat het aantal algemene vergaderingen geregeld is door de statuten van de gemeentelijke adviesraden en overlegstructuren; Overwegende dat er daarnaast aanpassingen nodig zijn in functie erkenningsreglement voor verenigingen en van de beleids- en beheerscyclus;
van
het
Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, vraagt om in de ledenlijst ook de functie op te nemen aangezien enkel sportieve leden meegerekend worden voor de subsidie; BESLUIT: eenparig I. ALGEMENE VOORWAARDEN Art. 1:
Zolang het krediet op de voorziene jaarbudgetrekening het toelaat, gekoppeld aan beleidsitem sport en de algemene rekening voor toelagen aan verenigingen en bedrijven, worden toelagen gegeven aan sportverenigingen voor de kwaliteitsvolle begeleiding van de leden.
Art. 2:
Om in aanmerking te komen voor de toelage dient de sportvereniging erkend te zijn door de gemeente zoals omschreven in de gemeenteraadsbeslissing van 23 november 2009. Iedere vereniging welke toelagen ontvangt voor haar sportwerking.
Art. 3:
De toelage dient aangevraagd te worden bij het college van burgemeester en schepenen op het daartoe bestemde aanvraagformulier.
Art. 4:
De toelage van het huidig werkingsjaar wordt bepaald op basis van de in het aanvraagdossier opgenomen gegevens van de sportvereniging m.b.t. het voorgaande werkingsjaar. Het gemeentebestuur behoudt zich het recht voor de gegeven informatie en bewijsstukken te laten verifiëren. Indien blijkt dat de aangifte niet in overeenstemming is met de werkelijkheid, komt desbetreffende sportvereniging voor het betrokken jaar niet meer in aanmerking voor de onder dit besluit gereglementeerde
152 subsidie. Art. 5:
De verdeling, uitbetaling en bekendmaking van de subsidies vindt plaats vóór 31 december van het betrokken jaar.
Art. 6:
De sportvereniging die een toelage ontvangt voor de kwaliteitsvolle begeleiding van de leden: -
kan geen subsidies voor hetzelfde doel ontvangen via andere gemeentelijke kanalen;
-
moet de sportdienst onmiddellijk in kennis stellen van alle bestuurswijzigingen en/of ontbinding van de vereniging;
-
aanvaardt verantwoording af te leggen overeenkomstig de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en aanwending van sommige toelagen.
II. VOORWAARDEN MET HET OOG OP DE KWALITEITSVOLLE BEGELEIDING VAN DE SPORTVERENIGINGEN Art. 7:
De toelage wordt toegekend op basis van de onderstaande criteria. Basissubsidie 45% van het totale subsidiebedrag kwantitatieve doelstellingen De 45% basissubsidie wordt verdeeld op volgende manier: -
30% voor het ledenaantal
-
5% voor het aantal organisatie eigen of niet-eigen aan de sporttak
-
10% voor tussenkomst in huur of onderhoud van de accommodatie
1. Ledenaantal (30% van totaal subsidiebedrag) -
sportieve leden komen in aanmerking voor subsidies.
-
norm:
-
Volwassenen + 18 jaar:
1 punt per lid
Jeugd - 18 jaar:
2 punten per lid
het verdubbelen van de punten voor een lid jonger dan 18 is enkel van toepassing indien er een afzonderlijk georganiseerde jeugdwerking is;
Te rechtvaardigen door volgende stukken: * een kopie van de officiële lijst van de federatie * een nominatieve ledenlijst met vermelding van de geboortedatum van de leden, onderverdeeld in volwassenen en jeugd kan slechts wanneer er geen officiële ledenlijst ter beschikking is bij de federatie. 2. Aantal organisaties (5% van totaal subsidiebedrag) -
per organisatie eigen of niet-eigen aan de sporttak krijgt de sportvereniging 1 punt;
-
kaartingen, eetfestijnen en andere niet sportieve aangelegenheden zullen niet weerhouden worden.
Van de activiteiten dient de sportvereniging stavingsstukken toe te voegen aan het subsidiedossier. 3. Tussenkomst in accommodatiekosten (10% van totaal subsidiebedrag) -
de sportverenigingen kunnen hun uitgaven op het gebruik of onderhoud van de accommodatie inbrengen volgens volgende normen:
153
-
minder dan 248 euro per jaar
1 punt
van 248 euro t.e.m. 620 euro per jaar
3 punten
van 621 euro t.e.m. 1.240 euro per jaar
5 punten
van 1.241 euro t.e.m. 1.859 euro per jaar
7 punten
van 1860 euro t.e.m. 2.479 euro per jaar
9 punten
meer dan 2.479 euro per jaar
10 punten
sportverenigingen met inkomsten uit cafetaria of kantine kunnen geen beroep op deze subsidie; sportverenigingen die financiële of materiële tussenkomst van de gemeente ontvangen inzake onderhoud of huur kunnen hiervoor eveneens geen subsidies ontvangen.
Kwaliteitssubsidie 55% van het totale subsidiebedrag kwalitatieve doelstellingen De 55% kwaliteitssubsidie wordt verdeeld op volgende manier: - 30% voor kwaliteitsvolle begeleiding van leden van de sportverenigingen - 5 % voor het werken met gediplomeerde scheidsrechters - 5 % voor het organiseren van sportkampen of stages - 5 % voor deelname of medeorganisatie aan activiteiten van sportdienst of sportraad - 5 % voor aanwezigheid op vergaderingen van de sportraad - 5 % als de sportvereniging aangesloten is bij een Vlaamse sportfederatie 1. Kwaliteitsvolle begeleiding van leden van de sportverenigingen Werken met gediplomeerde trainers. (30% van het totale subsidiebedrag) -
hoe hoger het diploma van de lesgever hoe hoger de subsidie zal zijn. Hieronder vind je de verdeling: Aspirant - initiator Initiator Trainer B / bachelor-regent in de lichamelijke opvoeding / Kinesitherapeut Trainer A / master-licentiaat in de lichamelijke opvoeding
1 punt 2 punten 3 punten 4 punten
Diploma’s van de lesgevers moeten meegestuurd worden met het subsidiedossier indien het nieuwe trainers zijn of indien de sportdienst deze nog niet in bezit heeft. Werken met gediplomeerde scheidsrechters (5% van het totale subsidiebedrag) -
per scheidsrechter aangesloten bij de sportvereniging en erkend door de sportfederatie krijgt de club 1 punt; De sportvereniging dient een overzicht van de scheidsrechters en hun licentie mee te sturen met het subsidiedossier
2. Aanbod en doelgroepen Organiseren van sportkampen of stages (5% van het totale subsidiebedrag) -
wanneer de sportvereniging sportkampen of stages organiseert krijgt het voor ieder georganiseerde stage of sportkamp 1 punt en dit met een maximum van 10;
-
wanneer de sportvereniging aan sportkampen of stages deelneemt zonder deze zelf te organiseren kunnen ze daarvoor 1 punt krijgen;
De sportvereniging dient bewijzen in te dienen van de organisaties of deelnames.
154 Deelname of medewerking aan organisatie van de sportdienst (5% van het totale subsidiebedrag) -
de sportvereniging krijgt 1 punt per activiteit waarbij ze steun verlenen met de Gaverse sportdienst.
-
de sportvereniging krijgt 2 punten wanneer ze een activiteit mee organiseren met de Gaverse sportdienst.
3. Structuur van de sportvereniging Aanwezigheid algemene vergadering sportraad (5% van het totale subsidiebedrag) -
De sportvereniging krijgt 2 punten wanneer ze een afgevaardigde stuurt op de algemene vergadering van de sportraad. Indien de vereniging geen afgevaardigde stuurt worden er 2 punten in mindering gebracht.
Aangesloten bij erkende Vlaamse sportfederatie (5% van het totale subsidiebedrag) -
Indien de sportvereniging is aangesloten bij een erkende Vlaamse sportfederatie krijgt die 1 punt in de subsidieberekening
4. Minimumtoelage Iedere sportvereniging ontvangt een minimumbedrag van 50,00 euro voor hun jaarlijkse werking indien er zou blijken dat na toekenning van de punten dit minimum niet bereikt wordt. III. SLOTBEPALINGEN Art. 8:
Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van deze beslissing.
Art. 9:
Onderhavige beslissing treedt in werking op 1 januari 2015. Het gemeenteraadsbesluit van 22 december houdende toelage voor de kwaliteitsvolle begeleiding van de leden van sportverenigingen – vaststellen reglement wordt ingang van dezelfde datum opgeheven.
Art. 10: Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de gemeentelijke adviesraad voor sport. Art. 11: Een afschrift van deze beslissing, samen met het advies van de gemeentelijke adviesraad voor sport over te maken aan BLOSO, dienst subsidiering, Arenberggebouw, Arenbergstraat 5, 1000 Brussel. Onderhavig reglement bekend te maken overeenkomstig artikel 186 en 187 van het gemeentedecreet. 23. Sport – toelage voor de kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleiding – vaststellen reglement (vervangen gemeenteraadsbesluit van 22 december 2008). DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 43 §2 2°, 186 en187; Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en aanwending van sommige toelagen; Gelet op het decreet van 28 januari 1974 betreffende het cultuurpact; Gelet op het decreet van 6 juli 2012 houdende het stimuleren en subsidiëren van een lokaal sportbeleid en in het bijzonder op beleidsprioriteit 2 “Het stimuleren van sportverenigingen tot professionalisering met een bijzonder accent op kwaliteitsvolle jeugdsportbegeleiding en eventueel tot onderling samenwerking”; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 22 december 2008 houdende toelage voor de kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleiders en jeugdsportcoördinatoren – vaststellen reglement;
155 Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 23 november 2009 houdende erkenning van sportverenigingen – vaststellen reglement; Gelet op het gunstig advies van de gemeentelijke adviesraad voor sport van 2 april 2014; Overwegende dat de Vlaamse regering oplegt om in de periode van 2014-2019 beleidsprioriteit 2 “Het stimuleren van sportverenigingen tot professionalisering met een bijzonder accent op kwaliteitsvolle jeugdsportbegeleiding en eventueel tot onderling samenwerking” uit te werken en daaraan minstens 35% van de totale subsidie van de Vlaamse overheid te besteden; Overwegende dat de gemeentelijke adviesraad voor sport voorstelt om het reglement integraal en ongewijzigd te hernieuwen; Overwegende dat het reglement qua terminologie dient aangepast te worden aan het decreet van 6 juli 2012; dat er daarnaast aanpassingen nodig zijn in functie van het erkenningsreglement voor verenigingen en van de beleids- en beheerscyclus; BESLUIT: eenparig I. ALGEMENE BEPALINGEN Art. 1:
Zolang het krediet op de voorziene jaarbudgetrekening het toelaat, gekoppeld aan beleidsitem sport en de algemene rekening voor toelagen aan verenigingen en bedrijven, worden toelagen gegeven aan sportverenigingen voor de kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleiding.
Art. 2:
Voor de toepassing van het reglement gelden de volgende definities:
Art. 3:
-
jeugdsport: sportparticipatie van kinderen en jongeren tot en met 18 jaar;
-
jeugdsportbegeleider: een sporttechnische begeleider voor jeugdsport actief in een erkende sportvereniging;
-
jeugdsportcoördinator: een sportgekwalificeerde jeugdsportbegeleider die het jeugdsportbeleid in de erkende sportvereniging coördineert op het, sporttechnische, beleidsmatige en organisatorische vlak;
-
erkende sportvereniging: een sportvereniging die beantwoordt aan artikel 2,3° van het decreet, aangesloten is bij een erkende Vlaamse sportfederatie en erkend is door het gemeentebestuur zoals omschreven in de gemeenteraadsbeslissing van 23 november 2009;
-
sportspecifieke opleiding: elke sportspecifieke opleiding, georganiseerd of erkend door de Vlaamse Trainersschool.
Om in aanmerking komen voor de toelage moet de sportvereniging: -
alsdusdanig erkend zijn door de gemeente overeenkomstig het geldende erkenningsreglement zoals omschreven in de gemeenteraadsbeslissing van 23 november 2009;
-
uiterlijk op 1 januari 2010 aangesloten zijn bij een erkende Vlaamse sportfederatie.
Art. 4:
De toelage dient aangevraagd te worden bij het college van burgemeester en schepenen op het daartoe bestemde aanvraagformulier.
Art. 5:
De toelage van het huidig werkingsjaar wordt bepaald op basis van de in het aanvraagdossier opgenomen gegevens van de sportvereniging m.b.t. het voorgaande werkingsjaar. Het gemeentebestuur behoudt zich het recht voor de gegeven informatie en bewijsstukken te laten verifiëren. Indien blijkt dat de aangifte niet in overeenstemming is met de werkelijkheid, komt desbetreffende sportvereniging voor het betrokken jaar niet meer in aanmerking voor de onder dit besluit gereglementeerde toelage.
Art. 6:
De verdeling, uitbetaling en bekendmaking van de toelagen vindt plaats vóór 31 december van het betrokken jaar.
Art. 7:
De sportvereniging die een toelage ontvangt voor de kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleiding van de leden: -
kan geen subsidies voor hetzelfde doel ontvangen via andere gemeentelijke
156 kanalen; -
moet de sportdienst onmiddellijk in kennis stellen van alle bestuurswijzigingen en/of ontbinding van de vereniging;
-
aanvaardt verantwoording af te leggen overeenkomstig de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en aanwending van sommige toelagen.
II. VOORWAARDEN MET HET OOG OP DE KWALITEITSVERHOGING VAN DE JEUGDSPORTBEGELEIDING Art. 8:
De toelage wordt aangewend voor de volledige terugbetaling van het inschrijvingsgeld van een sportspecifieke sportopleiding gevolgd in het desbetreffende werkingsjaar door een jeugdsportbegeleider of jeugdsportcoördinator actief in een erkende sportvereniging, op voorwaarde dat het inschrijvingsgeld door de erkende sportvereniging werd betaald. De sportvereniging voegt bij de aanvraag de volgende bewijsstukken: -
een betalingsbewijs van de inschrijving (bv. kopie overschrijving);
-
een kopie van het behaalde diploma of een voorlopig attest van slagen.
De toelage wordt op de rekening van de erkende sportvereniging gestort. Art. 9:
Het krediet dat op het budget rest na toepassing van artikel 8 wordt verdeeld op basis van het volgende puntensysteem: 1. Jeugdsportbegeleiders: per actieve jeugdsportbegeleider (uitgezonderd de jeugdsportcoördinator) in de vereniging worden de volgende punten toegekend: Aspirant-initiator
5 punten
Initiator
10 punten
Trainer B / bachelor of regent LO / kinesitherapeut
15 punten
Trainer A / master of licentiaat LO
10 punten
2. Jeugdsportcoördinatoren: per actieve sportgekwalificeerde jeugdsportcoördinator (minimum VTS initiator of gelijkwaardig) worden de volgende punten toegekend: Jeugdsportcoördinator met diploma VTS initiator of gelijkwaardig
30 punten
Jeugdsportcoördinator met diploma trainer B of gelijkwaardig
35 punten
Jeugdsportcoördinator met diploma trainer A of gelijkwaardig
40 punten
Jeugdsportcoördinator met basismodule
bovenstaande + 10 punten
Jeugdsportcoördinator met specialisatiemodule
bovenstaande + 10 punten
3. Bijscholingen gevolgd door jeugdsportbegeleiders of jeugdsportcoördinatoren: per gevolg aantal uren worden de volgende punten toegekend: Tussen 0 en 10 uren per jaar
2 punten
Tussen 11 en 20 uren per jaar
4 punten
Tussen 21 en 42 uren per jaar
6 punten
Meer dan 42 uren per jaar
8 punten
4. VTS-opleidingen of bijscholingen gevolgd door jeugdsportbegeleiders of jeugdsportcoördinatoren: per uitgave voor het organiseren van erkende of niet-erkende VTS-opleidingen en/of bijscholingen om de kwaliteit van de jeugdsportbegeleider en/of jeugdcoördinator te verhogen worden de volgende punten toegekend: Minder dan 4 uren
5 punten
Tussen 4 en 8 uren
10 punten
Tussen 9 en 20 uren
15 punten
157 Tussen 21 en 60 uren
20 punten
Meer dan 60 uren
25 punten
Om voor deze bijkomende toelage in aanmerking te komen dient de sportvereniging aan de volgende voorwaarden te voldoen: -
minstens 5 jeugdleden tellen die de sport binnen de sportvereniging beoefenen;
-
minimum 1 jaar werking kunnen bewijzen;
-
geen vereniging van beroepssporters zijn.
De sportvereniging voegt bij de aanvraag de volgende bewijsstukken: -
een officiële jeugdledenlijst met naam, geboortedatum en adres;
-
de sporttechnische diploma’s van de in de vereniging actieve sportgekwalificeerde jeugdsportbegeleiders;
-
de naam, de gegevens en het diploma van de jeugdsportcoördinator;
-
het bewijs van de deelname aan vormingen en bijscholingen;
-
het bewijs van de uitgaven voor het organiseren van vormingen en bijscholingen om de kwaliteit van de jeugdsportbegeleider of jeugdsportcoördinator te verhogen (huur lokaal, betaling lesgever, kost syllabus, …).
III. SLOTBEPALINGEN Art. 10: Het college van burgemeester en schepenen te gelasten met de uitvoering van deze beslissing. Art. 11: Onderhavige beslissing treedt in werking op 1 januari 2015. Het gemeenteraadsbesluit van 22 december 2008 houdende toelage voor de kwaliteitsverhoging van de jeugdsportbegeleiders en jeugdsportcoördinatoren – vaststellen reglement wordt met ingang van dezelfde datum opgeheven. Art. 12: Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de gemeentelijke adviesraad voor sport. Art. 13: Een afschrift van deze beslissing, samen met het advies van de gemeentelijke sportraad over te maken aan BLOSO, dienst subsidiëring, Arenberggebouw, Arenbergstraat 5, 100 Brussel. Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling vrijetijdszaken (sport) en de afdeling interne zaken (dienst financiële organisatie en financieel beheerder). Onderhavig reglement bekend te maken overeenkomstig artikel 186 en 187 van het gemeentedecreet. 24. Sport – toelage voor de organisatie van sportevenementen – vaststellen reglement (vervangen gemeenteraadsbesluit van 31 maart 2008). DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening; Gelet op de wet 14 november 1983 betreffende de toekenning en de aanwending van sommige toelagen; Gelet op het advies van de gemeentelijke sportraad van 2 april 2014; Overwegende dat de wielerwedstrijden op heden via de gemeentelijke feestcommissie werden betoelaagd; dat het wenselijk is deze toelagen te behouden; dat het omwille van de transparantie wenselijk is dat dit voortaan rechtstreeks door het gemeentebestuur gebeurt; Overwegende dat diverse sportevenementen uit veiligheidsoverwegingen gebruik maken van medische hulpverlening; dat deze hulpverlening op heden via de gemeentelijke
158 feestcommissie werd betoelaagd; dat het ter bescherming van publiek en deelnemers wenselijk is deze toelage te behouden; dat het omwille van de transparantie wenselijk is dat dit voortaan rechtstreeks door het gemeentebestuur gebeurt; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, vraagt hoe ‘geen winstoogmerk’ en ‘actieve werking’ wordt geïnterpreteerd; Overwegende dat de heer Dirk Martens, schepen, verwijst naar het erkenningsreglement waarin dit verduidelijkt wordt; BESLUIT: eenparig Toelage voor de organisatie van (gewone of bijzondere) wielerwedstrijden Art. 1:
Onder wielerwedstrijd wordt begrepen: de georganiseerde wielermanifestaties op de weg, in het veld of op de wielerpiste, met een uitsluitend competitief karakter, waaraan uitsluitend wielrenners mogen deelnemen.
Art. 2:
De gemeente verleent onder de volgende voorwaarden een toelage voor de organisatie van “gewone” wielerwedstrijden:
Art. 3:
-
de toelage bedraagt 80 % van de kosten voor de vergunning en de verzekering, met een maximum van € 250 per wielerwedstrijd die voorkomt op de kalender van de WBV (Wielerbond Vlaanderen), KBWB (Koninklijke Belgische Wielrijdersbond), WAOD (Wielerbond Openbare Diensten) of UCI (Union Cycliste Internationale) en waarvan de start en aankomst in Gavere ligt;
-
de organisator van wielerwedstrijden die op één dag meerdere wielerwedstrijden organiseert kan per dag maximaal 100 % ontvangen van het in onderhavig artikel vermeld bedrag;
-
de toelage wordt verstrekt na aanvraag bij het college van burgemeester en schepenen door middel van het daartoe bestemde aanvraagformulier dat vergezeld wordt van de factuur van de vergunning en de verzekering. De aanvraag wordt ingediend uiterlijk op 30 november van het “jaar x” voor de wielerwedstrijden die plaatsvonden in de periode van 16 november “jaar x-1” tot en met 15 november “jaar x”.
De gemeente verleent onder de volgende voorwaarden een toelage voor de organisatie van “bijzondere” wielerwedstrijden: -
onder bijzondere wielerwedstrijden worden begrepen -
de wielerwedstrijden voor eliterenners met contract (of gelijkwaardig) met (inter)nationale uitstraling;
-
de wielerwedstrijden voor het Belgisch, Europees en wereldkampioenschap;
-
de wielerwedstrijden met internationale uitstraling.
De gemeentelijke sportraad adviseert het college van burgemeester en schepenen over de bijzondere aard van de wielerwedstrijd bij gewone meerderheid van de aanwezige leden. -
de toelage bedraagt 80 % van de kosten voor de vergunning en de verzekering, met een maximum van € 5.000 per jaar voor wielerwedstrijden die voorkomen op de kalender van de WBV, KBWB, WAOD of UCI en waarvan de start en aankomst in Gavere ligt. Het college van burgemeester en schepenen kan het vermeld bedrag toewijzen aan 1 wielerwedstrijd of in verhouding tot de ingediende kosten verdelen over meerdere wielerwedstrijden.
-
de organisator van wielerwedstrijden die op één dag zowel een “gewone” wielerwedstrijd als een “bijzondere” wielerwedstrijd organiseert kan per dag maximaal 100% ontvangen van het in onderhavig artikel vermeld bedrag;
-
de toelage wordt verstrekt na aanvraag bij het college van burgemeester en schepenen door middel van het daartoe bestemde aanvraagformulier dat vergezeld wordt van de factuur van de vergunning en de verzekering en het advies van de sportraad. De aanvraag wordt ingediend uiterlijk op 30 november van het “jaar x” voor de wielerwedstrijden die plaatsvonden in de periode van 16 november “jaar x1” tot en met 15 november “jaar x”.
159 Art. 4:
De organisator van wielerwedstrijden die aanspraak wenst te maken op de toelage, zoals vermeld in artikel 2 en 3, dient erkend te zijn door de gemeente zoals omschreven in de gemeenteraadsbeslissing van 23 november 2009 De organisator moet eveneens voldoen aan artikel 2 van het reglement van 23 november 2009 dat definieert da een vereniging als een groepering zonder beroeps-, winst- of handelsoogmerk. Wie een beroeps-, winst- of handelsoogmerk heeft kan dus niet erkend worden als Gaverse vereniging. Het reglement van 23 november 2009 stelt een actieve werking als voorwaarde (artikel 3, punt 8) tot erkenning
Art. 5:
De organisator van wielerwedstrijden die in toepassing van artikel 2 of 3 een toelage ontving, kan voor dezelfde wielerwedstrijd geen andere toelage vanwege de gemeente ontvangen dan deze vermeld in onderhavig reglement.
Art. 6:
Elke organisator van wielerwedstrijden kan slechts 2 maal per kalenderjaar een toelage, zoals vermeld in artikel 2 of 3, ontvangen.
Art. 7:
De organisator van wielerwedstrijden die in toepassing van artikel 2 of 3 een toelage werd toegekend, vermeldt in alle publiciteit dat de wielerwedstrijd wordt georganiseerd in samenwerking met het gemeentebestuur Gavere, op straffe van niet-uitbetaling van de toelage. Toelage voor de medische hulpverlening bij de organisatie van sportevenementen
Art. 8:
Onder medische hulpverlening wordt begrepen: de inzet van ambulancediensten (erkend overeenkomstig de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening) en de diensten van het Rode Kruis-Vlaanderen. Onder sportevenement wordt begrepen: de georganiseerde sportmanifestaties, met een recreatief of competitief karakter.
Art. 9:
De gemeente verleent onder de volgende voorwaarden een toelage voor de medische hulpverlening bij de organisatie van sportevenementen: -
de toelage bedraagt 80 % van de kosten voor de medische hulpverlening bij de organisatie van sportevenementen, met een maximum van € 100 per sportevenement waarvan de start en aankomst in Gavere ligt of die integraal op het grondgebied van de gemeente Gavere wordt georganiseerd;
-
de organisator van sportevenementen die op één dag meerdere sportevenementen organiseert kan per dag maximaal 100 % ontvangen van het in onderhavig artikel vermeld bedrag;
-
de toelage wordt verstrekt na aanvraag bij het college van burgemeester en schepenen door middel van het daartoe bestemde aanvraagformulier dat vergezeld wordt van de factuur van de medische hulpverlening. De aanvraag wordt ingediend uiterlijk op 30 november van het “jaar x” voor de sportevenementen die plaatsvonden in de periode van 16 november “jaar x-1” tot en met 15 november “jaar x”.
Art. 10: De organisator van wielerwedstrijden die aanspraak wenst te maken op de toelage, zoals vermeld in artikel 8 en 9, dient erkend te zijn door de gemeente zoals omschreven in de gemeenteraadsbeslissing van 23 november 2009
De organisator moet eveneens voldoen aan artikel 2 van het reglement van 23 november 2009 dat definieert da een vereniging als een groepering zonder beroeps-, winst- of handelsoogmerk. Wie een beroeps-, winst- of handelsoogmerk heeft kan dus niet erkend worden als Gaverse vereniging. Het reglement van 23 november 2009 stelt een actieve werking als voorwaarde (artikel 3, punt 8) tot erkenning. Art. 11: De organisator van sportevenementen die in toepassing van artikel 9 een toelage ontving, kan voor hetzelfde sportevenement geen andere toelage vanwege de gemeente ontvangen dan deze vermeld in onderhavig reglement. Art. 12: Elke organisator van sportevenementen kan slechts 2 maal per kalenderjaar een toelage, zoals vermeld in artikel 9, ontvangen. Art. 13: De organisator van sportevenementen die in toepassing van artikel 9 een toelage werd toegekend, vermeldt in alle publiciteit dat het sportevenement wordt georganiseerd in
160 samenwerking met het gemeentebestuur Gavere, op straffe van niet-uitbetaling van de toelage. Slotbepalingen Art. 14: Onderhavig reglement treedt in werking op 1 januari 2015 en vervangt alle eventuele voorgaande reglementen met hetzelfde onderwerp. Art. 15: Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan het secretariaat, de sportdienst, de sportraad en de gekende organisatoren van wielerwedstrijden. 25. Jeugd – gemeentelijke adviesraad voor jeugd – kennisname verslag van 25 maart 2014. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 200 § 3; Gelet op de vergaderingen van de gemeentelijke adviesraad voor jeugd van 25 maart 2014; Overwegende dat het verslag van 25 maart 2014 werd goedgekeurd door de gemeentelijke adviesraad voor jeugd dd. 27 mei 2014; Gelet op bijgevoegd verslag van deze vergadering; Overwegende dat mevrouw Nadine De Stercke, raadslid, vraagt om ook met een voorlopig verslag te werken; BESLUIT: Art. 1:
Kennis te nemen van het verslag van de gemeentelijke adviesraad voor jeugd van 25 maart 2014.
26. Jeugd – jeugdwerkbeleidsplan 2011-2013 – verantwoordingsnota 2013. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Gelet op het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid, gewijzigd bij de decreten van 23 december 2005 en 15 december 2006; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 12 september 2003 ter uitvoering van het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid, inzake het voeren van een gemeentelijk en intergemeentelijk jeugd- en jeugdwerkbeleid, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 11 juni 2004, 16 juni 2006 en 26 januari 2007; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2007 ter uitvoering van het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid, inzake de subsidiëring van gemeentebesturen die een jeugdwerkinfrastructuurbeleid voeren als onderdeel van hun jeugdwerkbeleid; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 26 januari 2007 ter uitvoering van het decreet van 14 februari 2003 houdende de ondersteuning en de stimulering van het gemeentelijk, het intergemeentelijk en het provinciaal jeugd- en jeugdwerkbeleid, inzake de subsidiëring van gemeentebesturen die een jeugdwerkinformatiebeleid voeren als onderdeel van hun jeugdbeleid; Gelet op het collegebesluit van 2 juni 2014 houdende vaststellen verantwoordingsnota 2013;
161 Gelet op het jeugdbeleidsplan 2011 – 2013; Gelet op het advies van de jeugdraad van 27 mei 2014; Overwegende dat mevrouw Nadine De Stercke, raadslid, opmerkt dat het document te laat is; dat ze de acties soms mager vindt en dat ze vragen heeft bij bepaalde verantwoordingen; dat ze vragen heeft bij de wijze waarop de speelstraten worden gepromoot; dat ze vraagt welke criteria gebruikt worden bij het toestaan en inrichten van een speelstraat; dat ze vraagt welke conclusies er zijn getrokken inzake de jeugdlokalen in functie van het mobiliteitsplan; dat ze vraagt waarom de winsten van de activiteiten vermeld worden; Overwegende dat de heer Gilles Van Hende, schepen-OCMW-voorzitter, bevestigt dat er door personeelsafwezigheid en door de overschakeling naar BBC vertraging is maar dat dit op zich geen probleem vormt voor de subsidie; dat de promotie van buitenspeelplekken is opgenomen in het meerjarenplan; dat er gewerkt wordt aan een reglement en actieplan alvorens er hierover gecommuniceerd wordt; dat er nog geen acties rond mobiliteit ondernomen zijn; BESLUIT: eenparig Art. 1:
De verantwoordingsnota 2013 goed te keuren, zoals gezien in bijlage.
Art. 2:
De verantwoordingsnota 2013 wordt doorgestuurd naar het Agentschap voor Sociaalcultureel werk voor Jeugd en Volwassenen, Arenbergstraat 9, 1000 Brussel.
27. Ouderen – gemeentelijke adviesraad voor ouderen – kennisname verslag van 14 maart 2014. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 200 § 3; Gelet op de algemene vergadering van de gemeentelijke adviesraad voor ouderen op 14 maart 2014; Gelet op bijgevoegd verslag van deze vergadering, goedgekeurd in de algemene vergadering van 9 mei 2014; Overwegende dat mevrouw Nadine De Stercke, raadslid, het verslag te summier vindt; Overwegende dat mevrouw Tanja Eeckhout, schepen, opmerkt dat alle punten wel degelijk besproken zijn, maar dat waarschijnlijk het verkeerde document in het dossier zit; BESLUIT: Art. 1:
Kennis te nemen van het verslag van de gemeentelijke adviesraad voor ouderen van 14 maart 2014.
28. Onderwijs – gemeentelijke basisscholen “De Vierklaver” – goedkeuren aanwending lestijdenpakket schooljaar 2014-2015 met aanvraag lestijden ten laste van het schoolbestuur. DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 42 §1; Gelet op het decreet van 31 juli 1990 betreffende het onderwijs-II; Gelet op het decreet van 25 februari 1997 betreffende het basisonderwijs en in het bijzonder op artikel 141 en volgende;
162 Gelet op het besluit van de Vlaamse regering betreffende de procedure en de modaliteiten inzake de lokale autonomie en inspraakregeling in de door de Vlaamse Gemeenschap gesubsidieerde onderwijsinstellingen; Gelet op de omzendbrief BaO/2000/5 van 22 juni 2000 betreffende overleg over de aanwending van het lestijdenpakket; Overwegende dat in de Gemeentelijke Basisschool De Vierklaver A de telling voor de organisatie van het schooljaar 2014-2015 plaats vond op 1 februari 2014; Overwegende dat in de Gemeentelijke Basisschool De Vierklaver B/G/V de telling voor de organisatie van het schooljaar 2014-2015 plaats vindt op 1 oktober 2014; Overwegende dat we in GBS De Vierklaver B/G/V vanaf 1 september 2014 met een prognose dienen te werken in afwachting van het lestijdenpakket dat pas op 1 oktober 2014 definitief is voor het schooljaar 2014-2015; Overwegende dat in de Gemeentelijke Basisschool De Vierklaver A in het lager onderwijs 215 lestijden + 1 lestijd overdracht naar GBS De Vierklaver BGV = 216 lestijden kunnen ingericht worden op basis van de telling van 1 februari 2014; Overwegende dat in de Gemeentelijke Basisschool De Vierklaver BGV in het lager onderwijs 288 lestijden kunnen ingericht worden op basis van een voorlopige prognose op 9 mei 2014; Overwegende dat de Gemeentelijke Basisschool De Vierklaver A 8 klassen kan inrichten waarvan het tweede en het derde leerjaar volledig opgesplitst zijn; Overwegende dat de Gemeentelijke Basisschool De Vierklaver BGV 12 klassen wil inrichten verspreid over: Gavere: 6 klassen Baaigem: 3 graadsklassen Vurste: 3 graadsklassen Overwegende dat er een tekort is van 11 u om de 6 klassen in Gavere in te richten; Overwegende dat het schoolbestuur kiest voor het behoud van de school van Vurste en daarvoor 8 u tekort zijn; Overwegende dat er 9 lestijden tekort zijn om aan 8 groepen turnen te kunnen geven in Baaigem/Gavere/Vurste; Overwegende dat er in de 2 scholen klassen zijn tussen de 25 en 27 leerlingen waarvan verschillende probleemleerlingen; Overwegende dat deze probleemleerlingen extra zorg nodig hebben; Overwegende dat er nood is aan 12 lestijden zorg om alle probleemleerlingen zo goed mogelijk te begeleiden; Overwegende dat er bijgevolg 28 lestijden tekort zijn om in alle klassen van het lager onderwijs volwaardig les te kunnen geven; Overwegende dat er gewerkt wordt met prognoses; dat daarom best een marge van 5 lestijden wordt ingebouwd om eventuele schommelingen in lestijden op te vangen; Gelet op het akkoord van het afzonderlijk bijzonder onderhandelingscomité van 20 mei 2014 waarop een consensus werd bereikt door de aanwezige leden voor de aanvraag van 28 lestijden lager onderwijs en 12 lestijden zorg ten laste van het schoolbestuur; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, vaststelt dat de oppositie niet langer kan deelnemen aan het ABOC maar dat de aanwezigheden heel beperkt zijn; Overwegende dat de heer Peter Declercq, schepen, stelt dat de totale kost voor 2013 ca. € 86.000 bedraagt; BESLUIT: eenparig
163
Art. 1:
Het lestijdenpakket lager onderwijs voor het schooljaar 2014-2015 goed te keuren.
Art. 2:
De aanvraag van 28 lestijden lager onderwijs ten laste van het schoolbestuur goed te keuren.
Art. 3:
De aanvraag van 5 extra lestijden lager onderwijs ten laste van het schoolbestuur goed te keuren onder de opschortende voorwaarde dat de aanwending ervan slechts kan gebeuren bij overschrijding van de prognose van 9 mei 2014 en dit volgens noodzaak.
Art. 4:
De aanvraag van 12 lestijden voor zorg, te presteren in het kleuter- of lager onderwijs, ten laste van het schoolbestuur goed te keuren.
Art. 5:
Een afschrift van deze beslissing over te maken aan de afdeling interne zaken (administratieve en financiële organisatie) en de schooldirectie.
29. Onderwijs – retributie op schoolmaaltijden – machtigen en vaststellen voorwaarden (vervangen gemeenteraadsbesluit van 1 september 2008). DE GEMEENTERAAD, Vergaderd in openbare zitting, met het vereiste quorum; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en in het bijzonder op artikel 43 § 2 15°; Gelet op de wet van 28 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het BTW-wetboek en in het bijzonder op de artikelen 6 en 44; Gelet op de circulaire nr. AOIF 24/2007 (E.T.113.252) van 29 augustus 2007 betreffende de toepassing van artikel 6 van het BTW-Wetboek; Gelet op de BTW-handleiding en in het bijzonder op punt 321, E; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 17 december 2007 houdende vaststelling van een retributiereglement invorderingskosten niet-fiscale ontvangsten; Gelet op het gemeenteraadsbesluit van 1 september 2008 houdende het retributiereglement op de afgifte van schoolmaaltijden; Overwegende dat de gemiddelde kostprijs van een schoolmaaltijd € 4,50 bedraagt; dat het gesubsidieerd onderwijzend personeel op heden maaltijden kan nuttigen tegen een prijs van € 4,50 per maaltijd; dat het verstrekken van maaltijden beneden de kostprijs als een sociaal voordeel dient gezien te worden dat dient aangegeven te worden aan de fiscale administratie; dat dit op heden niet nodig is vermits aan de betrokkenen de gemiddelde kostprijs wordt aangerekend; Overwegende dat de handelingen die de gemeente stelt in beginsel niet belastingplichtig zijn; dat voor sommige handelingen die de gemeente onder bezwarende titel stelt, de gemeente als vrijgestelde belastingplichtige zonder recht op aftrek wordt beschouwd; dat deze vrijstelling evenwel niet geldt als de handeling leidt tot een concurrentieverstoring van enige betekenis; dat de handeling in dat geval als belastingplichtige handeling met recht op aftrek wordt beschouwd; dat de handeling evenwel vooralsnog kan vrijgesteld worden als de omzet ervan minder dan € 5.580 per jaar bedraagt; dat een aantal handelingen, zonder dat daarbij het concurrentieverstorend karakter dient nagegaan te worden, sowieso belastingplichtig met recht op aftrek zijn als ze niet van onbeduidende omvang zijn; Overwegende dat het verstrekken van onderwijs en de daarmee samenhangende diensten en leveringen van goederen als vrijgestelde belastingplichtige handeling geldt; dat het verstrekken van maaltijden aan leerlingen en leerkrachten als met onderwijs samenhangende dienst kan beschouwd worden en bijgevolg een vrijgestelde junibelastingplichtige handeling is;
164 Overwegende dat ingevolge de prijsstijging van de voedingsmiddelen en de indexatie van de lonen de uitgaven de inkomsten overstijgen; dat de prijzen van de schoolmaaltijden voor wat betreft de leerlingen sinds 2008 niet meer werden aangepast; dat het billijk is om genoemde redenen de prijszetting te herbekijken en aan te passen waar nodig; Overwegende dat het billijk lijkt de kostprijs van de eetmalen en soep te verhogen; Overwegende dat momenteel volgende kostprijs aangerekend wordt: -
voor voor voor voor
leerlingen kleuteronderwijs: leerlingen lager onderwijs: leerlingen die uitsluitend soep drinken: gesubsidieerd onderwijzend personeel:
€ € € €
1,50 2,00 0,30 4,50
Gelet op het gunstig advies van de schoolraad van 28 januari 2014; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, dit een verdoken belasting vindt en de retributie daarom niet zal goedkeuren; dat hij de relevantie van het advies van de schoolraad in vraag stelt, aangezien er op dat moment geen cijfers bekend waren die een hogere retributie konden verantwoorden; dat er in het dossier geen verrechtvaardiging van de prijs aanwezig is; dat hij informeert naar de nieuwe prijzen van de maaltijden op basis van het recente bestek voor de schoolmaaltijden; dat hij het overschot raamt op € 27.000 per jaar; Overwegende dat de heer Peter Declercq, schepen, stelt dat het niet de bedoeling is om winst te maken op de schoolmaaltijden; dat hij wijst op de stijging van de voedselprijzen waardoor de menu’s enigszins onder druk stonden; dat er in het nieuwe bestek meer voorschriften opgenomen zijn inzake minimale hoeveelheden groenten, vlees, e.d.m.; dat er gestreefd wordt naar meer kwaliteit in de maaltijden; dat er op basis van het nieuwe bestek reeds een toewijzing is gebeurd; dat hij de prijzen van de toewijzing niet wenst mee te delen; Overwegende dat de heer Denis Dierick, schepen, opmerkt dat de keuze voor een externe leverancier resulteerde in een groter overschot en er toen ook geen initiatief is genomen om de retributie te verminderen; Overwegende dat de heer Karel Hubau, raadslid, stelt dat de retributie volstaat om de huidige kostprijs te dekken; Overwegende dat mevrouw Nadine De Stercke, raadslid, wijst op de additionele kost per gezin; Overwegende dat de heer Peter Declercq, schepen, nogmaals benadrukt dat de meerontvangst naar een kwalitatievere maaltijd gaat; Overwegende dat de heer Jef Vermaere, raadslid, een cijfermatige verantwoording mist; dat de stijging van de index ongeveer 7 à 8 % bedraagt tussen 2008 en nu; dat de verhoging dus hoger is dan de index; Overwegende dat de heer Peter Declercq, schepen, stelt dat het globale indexcijfer niets zegt over de voedselprijzen; dat groeten en fruit in belangrijke mate in prijs gestegen zijn en dit belangrijke onderdelen zijn in een evenwichtige maaltijd; Gaat over tot de mondelinge stemming: er nemen 23 raadsleden deel aan de stemming; elk raadslid heeft 1 stem; Gelet op de uitkomst van de stemming: 13 ja-stemmen en 10 neen-stemmen (KH, WB, WM, LG, AD, AD’H, NDS, BP, MP, JV); BESLUIT: Art. 1:
Vanaf 1 september 2014 wordt een retributie ingevoerd op de afgifte van schoolmaaltijden.
165 Art. 2:
De retributie is verschuldigd door de ouder van de verbruiker of de verbruiker zelf van de maaltijden en de soep.
Art. 3:
Het bedrag van de retributie bedraagt: -
voor voor voor voor
leerlingen kleuteronderwijs: leerlingen lager onderwijs: leerlingen die uitsluitend soep drinken: gesubsidieerd onderwijzend personeel:
€ € € €
2,00 2,50 0,35 4,50
Art. 4:
Bij weigering of nalatigheid om het verschuldigd recht te betalen geschiedt de invordering overeenkomstig de burgerlijke rechtspleging voor zover de schuld ten aanzien van de gemeente betwist wordt. Ingeval de verschuldigde retributie niet betwist wordt zal de invordering desgevallend gebeuren bij dwangbevel na goedkeuring door het college van burgemeester en schepenen.
Art. 5:
Het gemeenteraadsbesluit van 1 september 2008 houdende het retributiereglement op de afgifte van schoolmaaltijden wordt opgegeven met ingang van 1 september 2014.
Art. 6:
Een eensluidend afschrift van deze beslissing zal worden overgemaakt aan de gemeentelijke basisschool, de dienst financiële organisatie en de financieel beheerder. Een eensluidend afschrift van onderhavige beslissing wordt binnen de 20 dagen aangetekend verstuurd t.a.v. de provinciegouverneur, in uitvoering van artikel 253 § 1 3° van het gemeentedecreet. Onderhavig reglement bekend te maken overeenkomstig artikel 186 en 187 van het gemeentedecreet.
MONDELINGE VRAGEN 30. Mondelinge vragen. De voorzitter sluit de openbare zitting. Aldus vastgesteld in bovenvermelde zitting. De gemeentesecretaris
De voorzitter
Serge Ronsse
Paul Carion