RIS135128_06-FEB-2006
Gemeente ‘s-Gravenhage Ons kenmerk
BSD/2006.195 RIS 135128
WIJZIGING VAN ARG (HERDRUK 2005-1)
HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS, -
gelet op het gestelde in artikel 125 Ambtenarenwet juncto 160 Gemeentewet;
-
mede gelet op het onderhandelaarsakkoord CAO sector Gemeenten 2005-2007,
Beslu it: I
vast te stellen de navolgende regeling tot wijziging van de Arbeidsvoorwaardenregeling gemeente Den Haag (herdruk 2005-1) zoals vastgesteld d.d. 20 december 2005: A Aan artikel 8:3 wordt een nieuw tweede lid toegevoegd: 1
Het college verleent geen ontslag op de in het eerste lid genoemde grond aan de ambtenaar die geboren is na 1949 en aan de ambtenaar die is geboren vóór 1950 maar op 1 april 1997 geen deelnemer was bij het ABP.
B Aan artikel 8:3:1 wordt een nieuw derde lid toegevoegd: 2
Dit artikel is niet van toepassing op de ambtenaar die geboren is na 1949 en op de ambtenaar die geboren is vóór 1950 maar op 1 april 1997 geen deelnemer was bij het ABP.
C Er wordt een nieuw artikel 9:11 ingevoegd, inclusief koptekst,: Tijdelijke regeling Artikel 9:11 1 Dit hoofdstuk is niet van toepassing op de ambtenaar die geboren is na 1949 en op de ambtenaar die geboren is vóór 1950 maar op 1 april 1997 geen deelnemer was bij het ABP. 2 De ambtenaar bedoeld in het eerste lid die op grond van de op 31 december 2005 voor hem geldende regelgeving, op 1 januari 2006 of daarna FLO-ontslag zou zijn verleend, wordt buitengewoon verlof verleend met behoud van zijn volledige bezoldiging.
BSD/2006.195 3 4
2
Het buitengewoon verlof gaat in op de datum waarop de ambtenaar FLO-ontslag zou zijn verleend. Deze regeling is bedoeld als overgangsmaatregel en geldt tijdelijk totdat het FLOovergangsrecht is vastgesteld.
D Er wordt een nieuw artikel 9:12 ingevoegd: Artikel 9:12 De ambtenaar die op 1 januari 2006 of daarna FLO-ontslag wordt verleend en die recht heeft op een uitkering op grond van dit hoofdstuk, heeft totdat het FLO-overgangsrecht is vastgesteld recht op een maandelijkse uitkering waarvan het bedrag berekend wordt op basis van de bepalingen van dit hoofdstuk. II Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2006. Den Haag, 31 januari 2006 Het college van burgemeester en wethouders, de secretaris, de burgemeester,
D.M.F. Jongen
W.J. Deetman
Postadres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Internetadres: www.denhaag.nl
Telefoon: 070 - 353 2733 Fax: 070 - 353 2782
BSD/2006.195
3
Toelichting Algemeen. Sociale partners hebben op 6 december jl. een onderhandelaarsakkoord gesloten over het functioneel leeftijdsontslag. Dit akkoord is na formele vaststelling door betrokken partijen ook bindend voor deze gemeente. Het akkoord bestaat uit nieuw leeftijdsbewust personeelsbeleid en overgangsrecht voor zittend personeel, afhankelijk van het aantal dienstjaren. In de komende maanden moet het akkoord worden goedgekeurd, uitgewerkt en lokaal vastgesteld. Gedurende deze periode is het voor zowel de werkgever als de werknemer nadelig om functioneel leeftijdsontslag aan werknemers van 55 jaar te geven. Ter overbrugging van deze periode heeft het LOGA een voorlopige maatregel vastgesteld. Werknemers die op 1 januari 2006 twintig of meer dienstjaren in de FLO-functie hebben, gaan vanaf die datum niet meer met FLO. In plaats daarvan kunnen zij ervoor kiezen om op 55-jarige leeftijd uit te treden tegen 80% van de bezoldiging voor een periode van vier jaar. Na deze periode kan men op 59-jarige leeftijd achtereenvolgens levensloop en versterkt ouderdomspensioen opnemen. Om dit overgangsrecht ook mogelijk te maken voor werknemers die vanaf 1 januari op 55-jarige leeftijd met FLO zouden gaan, is het echter van belang dat deze werknemers niet worden ontslagen. In plaats daarvan voorziet een wijziging van de ARG in een buitengewoon verlof met doorbetaling van 100% van de bezoldiging. Na de goedkeuring, uitwerking en lokale vaststelling van het onderhandelaarsakkoord zal de werknemer vallen onder de definitieve overgangsregeling. FLO en FPU. Wie werkt in een functie waarvoor het functioneel leeftijdsontslag (FLO) geldt, krijgt volgens de rechtspositie ontslag op de eerste van de maand volgende op die waarop men de FLO-leeftijd heeft bereikt. Omdat het akkoord over de afschaffing van het FLO nog uitgewerkt en lokaal vastgesteld moet worden, zal op 1 januari 2006 het FLO nog in de ARG staan. Nu lijkt het op het eerste gezicht logisch om voor deze groep de uitkering FLO tijdelijk voort te zetten. Dit is echter onverstandig voor zowel werkgever als werknemer, vanwege afspraken die zijn gemaakt in de Pensioenkamer van de Raad voor het Overheidspersoneelsbeleid over een belangrijk onderdeel van de uitkering FLO: de FPU. Sinds 1 april 1997 vormt de FPU de onderbouw van de financiering van de uitkering FLO. Vanaf die datum gaan werknemers die met FLO gaan, ook meteen met FPU. De uitkering FLO wordt sindsdien verstrekt als aanvulling op de FPU-uitkering. Op 5 juli 2005 is in de Pensioenkamer een akkoord bereikt over het afschaffen van de FPU. Vanaf 1 januari 2006 kunnen werknemers van 55 jaar of jonger niet meer vóór hun zestigste met (vroeg)pensioen. In het Hoofdlijnenakkoord FPU is de FPUuitkering vervangen door een versterking van het ouderdomspensioen. Dit versterkte ouderdomspensioen kan worden uitgekeerd in de vorm van een verhoogde pensioenuitkering na het bereiken van de AOW-leeftijd (65 jaar) of in de vorm van vervroegd uittreden, deeltijd of voltijd, maar niet vóór de leeftijd van 60 jaar.
Postadres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Internetadres: www.denhaag.nl
Telefoon: 070 - 353 2733 Fax: 070 - 353 2782
BSD/2006.195
4
Dit heeft twee gevolgen: 1. Voor de werkgever: Door het wegvallen van de FPU als onderbouw, zal het voortzetten van de uitkering FLO voor de werkgever aanzienlijke extra kosten met zich brengen. 2. Voor de werknemer: In het Hoofdlijnenakkoord FPU is afgesproken dat het ABP extra pensioen inkoopt voor de huidige deelnemers (zie VNG ledenbrief van 18 juli 2005, MARZ/CvA/U200515077). Met dit versterkt ouderdomspensioen kan men eerder uittreden. De extra inkoop komt in de plaats van de huidige FPU-regeling. Echter, om recht te hebben op de inkoop van de extra pensioenjaren moet de deelnemer tot het moment van pensionering in dienst blijven bij een bij het ABP aangesloten werkgever. FLO is een vorm van ontslag. Wordt een medewerker nu ontslagen op 55-jarige leeftijd dan verspeelt hij zijn recht op de inkoop van pensioenjaren. Immers, het ABP koopt deze pas in op het moment van pensionering en dat is op zijn vroegst op 60-jarige leeftijd. Overgangsregeling FLO Werknemers die op 1 januari 2006 op 55-jarige leeftijd met FLO zouden gaan, vallen volgens het onderhandelaarsakkoord onder de overgangsregeling, die grotendeels overeenkomt met de huidige FLO-regeling. In deze overgangsregeling wordt een oplossing gegeven voor het wegvallen van de FPU en wordt ook uitkering van het versterkt OP mogelijk gemaakt. Echter, voordat de FLOregeling ook bij deze gemeente is ingetrokken en de nieuwe overgangsregeling van kracht is, valt deze groep tussen wal en schip. Dit is nadelig voor zowel de werkgever als de werknemer. Om dit op te lossen, gaat de werknemer vanaf 1 januari niet met FLO maar neemt hij buitengewoon verlof met doorbetaling van 100% van de bezoldiging. Deze toestand hoeft slechts voort te duren tot het moment dat de nieuwe regeling van kracht is geworden. Andere FLO-leeftijd dan 55 jaar. Hoewel de leeftijd van 55 jaar in de meeste gevallen is vastgesteld als FLO-leeftijd voor brandweer- en ambulancepersoneel, zijn er functies, waarvoor een hogere leeftijd geldt. In het onderhandelaarsakkoord zijn ook afspraken gemaakt over het overgangsrecht voor deze leeftijdsgroepen. Voor medewerkers die zijn geboren voor 1950 (en sinds 1 april 1997 deelnemer zijn geweest van het ABP) geldt de FPU-achtige regeling van het ABP. Dit betekent dat de FPU nog onderbouw is van de FLO-uitkering. Ook geldt voor deze personen algemeen fiscaal overgangsrecht. Een uitkering die zij ontvangen is nog onbelast. Om deze redenen hebben partijen in het overgangsrecht voor deze groepen afgesproken dat zij nog met een FLO-achtige regeling kunnen uittreden, maar dat hun uitkering wordt gemaximeerd en op termijn wel wordt verlaagd. Echter, om te vallen onder het fiscale overgangsrecht moet worden voldaan aan een aantal voorwaarden. Eén daarvan is dat de regeling niet mag openstaan voor medewerkers die zijn geboren na 1949. Dit betekent dat er in de ARG geregeld moet worden dat de FLOregeling vanaf 1 januari 2006 niet openstaat voor medewerkers die zijn geboren na 1949.
Postadres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Internetadres: www.denhaag.nl
Telefoon: 070 - 353 2733 Fax: 070 - 353 2782
BSD/2006.195
5
Verder wordt geregeld dat betrokkenen (indien zij vanaf 1 januari de voor hen geldende FLOleeftijd bereiken) nog op de oude gronden met FLO kunnen, maar dat op het moment dat de nieuwe regeling en het overgangsrecht lokaal is vastgesteld, deze regeling voor hen gaat gelden. Ten slotte Door de onderhavige wijziging van de ARG is het hiervoor geschetste probleem (het verlies van inkooprechten ABP -pensioen) voorlopig ondervangen. E.e.a. komt overeen met het gestelde in de desbetreffende VNG ledenbrief (zie VNG ledenbrief van 13 december 2005, MARZ/CvA/U200515893; Lbr. 05/127; CvA/LOGA 05/34). De VNG ledenbrieven zijn te vinden op VNG-net. Kijk op www.vng.nl onder VNG-brieven.
Postadres: Postbus 12 600, 2500 DJ Den Haag Bezoekadres: Spui 70, Den Haag Internetadres: www.denhaag.nl
Telefoon: 070 - 353 2733 Fax: 070 - 353 2782