Gemeente Ede
Memo Aan
:
Gemeenteraad
Van
:
College van burgemeester en wethouders
Datum
:
9 juni 2015
Zaaknummer
:
30783
Bijlage(n)
:
Gedetailleerd overzicht per artikel van wijzigingen
Onderwerp
:
Deregulering APV Ede 2012
Inleiding Uw raad heeft ons college opdracht gegeven om te onderzoeken of een verdere deregulering van de APV mogelijk is. De gemeentelijke afdeling Team Recht heeft daarnaar onderzoek gedaan. De resultaten van dit onderzoek worden u in dit memo voorgelegd. Samenvatting Een aantal artikelen wordt geschrapt omdat de overtreding op basis van andere wetgeving kan worden bestraft, of omdat het elders is geregeld of omdat het artikel niet handhaafbaar is of niet meer wordt gebruikt. Andere artikelen wordt behouden omwille van maatschappelijk belang, bestrijding overlast of handhaving van openbare orde of veiligheid. De grootste dereguleringswinst zit in het afschaffen of beperken van vergunningplichten. Daarnaast wordt de formulering van een aantal artikelen vereenvoudigd (al dan niet aan de hand van het VNG model). Reikwijdte onderzoek deregulering Het onderzoek is toegespitst op de bepaling waar de meeste dereguleringswinst te verwacht valt. De volgende gedeelten zijn daarom onderzocht: - Vergunningen en ontheffingen - Afwijkingen van het model van de VNG De volgende onderdelen zijn niet meegenomen in het dereguleringsonderzoek: 1 - hoofdstuk 3 (seksinrichtingen, sekswinkels, straatprostutie e.d.) - artikel 4:11 e.v. (kapvergunning) - artikel 5:17 e.v. (standplaatsvergunning)
1
Binnen afzienbare tijd zal hoofdstuk 3 van de verordening moeten worden herzien, in verband met het wetsvoorstel Regeling prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche. De kapvergunning is buiten de herziening gehouden, omdat daar een apart dereguleringstraject voor loopt. De wenselijkheid van de standplaatsvergunning wordt ook apart beoordeeld bij herziening van het standplaatsenbeleid (mede vanwege de doelstellingen uit het beleid rond Levendig Centrum).
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
Beknopt totaaloverzicht Voorstel te schrappen artikelen: - Artikel 2:20 vallende voorwerpen - Artikel 2:21a aanduidingen op gebouwen (verbod opgenomen in Verordening naamgeving en nummeraanduiding) - Artikel 2:45 betreden van groenstroken - Artikel 2:64 ontheffing houden bijen - Artikel 4:9a verbod bloemen plukken - Artikel 5:3 te koop aanbieden van voertuigen - Artikel 5:10 parkeren stankverspreidend voertuig - Artikel 5:23 snuffelmarkt (vergunning opgenomen in evenementenvergunning) Voorstel te behouden artikelen: - Artikel 2:1 ontheffing betreden afgezet verbied (i.v.m. openbare orde/samenscholing) - Artikel 2:12 uitwegvergunning - Artikel 2:14 winkelwagentjes - Artikel 2:44a rooftassen - Artikel 2:60 houden van hinderlijke of schadelijke dieren - Artikel 2:74a hinderlijk gebruik van softdrugs - Artikel 5:2 parkeren bedrijfswagens - Artikel 5:6 langdurig parkeren kampeermiddelen, aanhangers e.d. - Artikel 5:12 overlast van fiets of bromfiets Voorstel te wijzigen artikelen (deregulering): - Artikel 2:9 * Optreden als straatartiest, straatfotograaf, tekenaar, filmoperateur of gids wordt vrijgesteld van de meldingsplicht: wel blijft een meldingsplicht voor straatmuzikanten bestaan. - Artikel 2:10 objectvergunning * Vergunningplicht wordt vervangen door algemene regel in navolging van de VNG. Dit betekent dat de vergunningplicht vervalt voor bijv. puincontainers, steigers en bloembakken. * Terrassen bij niet-horecabedrijven blijven vergunningplichtig door specifieke terrasvergunning (2:28a); * College krijgt bevoegdheid om i.v.m. welstand, milieu, openbare orde en toe- en doorgankelijkheid nadere regels te stellen ten aanzien van uitstallingen en reclameborden. - Artikel 2:11 aanleggen beschadigen of veranderen weg * Vergunningstelsel voor aanleggen weg blijft gehandhaafd; * Vergunningstelsel voor wijzigen van particuliere weg wordt vervangen door algemene regel i.v.m. toegang hulpdiensten. - Artikel 2:28a terrasvergunning niet-horeca bedrijven * Aparte terrasvergunning, in verband met vervallen algemene vergunningplicht 2:10. - Artikel 2:73a carbidschieten * Totaalverbod wordt vervangen door totaalverbod binnen de bebouwde kom en buiten de bebouwde kom voorzover het gevaar, overlast of schade kan veroorzaken; * Acetyleen wordt opgenomen in het artikel, aanwijzingsbesluit kan daardoor vervallen. - Artikel 4:5 onversterkte muziek * De formulering is aangepast om het artikel beter leesbaar te maken. - Artikel 4:6a hinder door dieren (nieuw: 2:60a) * Toegevoegd wordt dat het moet gaan om ‘buitensporige’ hinder. Het is normaal dat een kat of hond enig geluid maakt dat als hinderlijk wordt ervaren. Een rol voor de gemeente is er pas als dit een extreem karakter krijgt. * Nummering wordt aangepast naar 2:60a zodat het bij bepalingen over hinder (algemeen) komt te staan in plaats van geluidhinder. Het kan namelijk ook gaan om andere soorten hinder (bijv. schade/uitwerpselen). - Artikel 4:9a verbod beschermde planten Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
* Verbod op het plukken van planten en bloemen wordt geschrapt, dit is voldoende geregeld in de Flora- en Faunawet; * Verbod op het meenemen van sprokkelhout wordt geschrapt, dit is verboden ogv 314 Sr; * Verbod op meenemen bosstrooisel wordt geschrapt, dit doet zich door gewijzigde economische omstandigheden niet meer voor (vroeger werd bosstrooisel gebruikt door tuinders, tegenwoordig niet meer); * Verbod op het plukken van paddenstoelen blijft gehandhaafd, in verband met natuurbescherming. Het plukken van paddenstoelen is geheel niet geregeld in de Flora- en Faunawet. - Artikel 4:15 verbod op hinderlijke/gevaarlijke reclame * Huidige stelsel kent een verbod met een zes uitzonderingen waar allemaal subvoorwaarden aan gekoppeld zijn. Door dit detailniveau is de regeling moeilijk uitvoerbaar. Volstaan wordt met een eenvoudige vergunning. * De welstandstoetsing blijft wel gehandhaafd, op basis van de Edese welstandsnota (in afwijking van de VNG). De welstandstoetsing is inhoudelijk onlangs gedereguleerd. Artikel 5:7 * In plaats van de mogelijkheid van een ontheffing komt er een ‘vrijstelling van rechtswege’ voor het plaatsen van reclamevoertuigen bij evenementen. Uit ervaring blijkt dat er in andere situaties geen reden is voor een vrijstelling. Artikel 5:8 parkeren grote voertuigen * Op dit moment is het parkeren van grote voertuigen binnen de bebouwde kom toegestaan, tenzij er een gebiedsaanwijzing geldt. Nieuw inzicht is echter dat het parkeren van grote voertuigen binnen de bebouwde kom meestal niet wenselijk is (ivm parkeerruimte, verkeersveiligheid en/of uiterlijk aanzien). Dat leidt er toe dat in het huidige stelsel een groot aantal gebieden aangewezen zou moeten worden. Om dat te voorkomen en het verbod simpel en overzichtelijk te wordt de situatie omgedraaid. Er komt een aanwijzing waar grote voertuigen (m.n. vrachtwagens) wél geparkeerd mogen worden. Daarbij wordt in eerste instantie gedacht aan industrieterrein Frankeneng. - Artikel 5:36 incidentele asverstrooiing * Asverstrooiing is verboden op verharde weggedeelten en op crematoria/begraafplaatsen, buiten de werkzaamheden van deze organisaties om (zonder overleg). Het college kan daarnaast tijdelijk andere plaatsen aanwijzen waar asverstrooiing verboden is. Deze bevoegdheid is in ruim tien jaar tijd nog nooit toegepast en het is niet waarschijnlijk dat er in de toekomst behoefte aan bestaat. Deze wordt daarom geschrapt. * Op dit moment staat er een ontheffingsmogelijkheid in het artikel voor asverstrooiing op verharde weggedeelten. Het is niet goed denkbaar wanneer van deze ontheffing gebruik gemaakt zou worden. Voorgesteld wordt ook dit onderdeel te schrappen. Voorstel te wijzigen artikelen (aanpassing vanwege bestaand beleid): - Artikel 2:24 begrip evenementen * Standplaatsen voor één dag worden onder dit artikel gebracht in plaats van het artikel over standplaatsen. Een toets aan het bestemmingsplan is voor een standplaats voor één dag niet nodig; * Alle soorten markten (snuffelmarkt, fancy fair etc.) worden onder de werking van het artikel gebracht, met uitzondering van ‘de markt’. - Artikel 2:25 vergunning evenementen * De definitie wordt aangepast zodat duidelijk is dat ‘carbidevenementen’ ook vergunningplichtig zijn. Door het afgeven van vergunningen voor dit type evenementen bestaat er wel een kans dat de gemeente aansprakelijk kan zijn voor schades. * Vrijstelling van vergunning voor buurtfeesten wordt verruimd, een vergunning is niet nodig als geen voor het verkeer belangrijke openbare wegen worden afgesloten; * Vrijstelling voor wandel- en fietsactiviteiten tot 100 deelnemers vervalt (i.v.m. klachten veiligheid/geluid) * Vrijstellingsbevoegdheid burgemeester vervalt, er wordt geen gebruik van gemaakt en nieuwe vrijstellingen kunnen ook door APV wijziging. - Artikel 2:26a glas- en blikverbod * Glas- en blikverbod wordt al jarenlang afgekondigd bij een aantal evenementen, waaronder de Heideweek. De grondslag die daarvoor wordt gebruikt is de lichte bevelsbevoegdheid van de Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
burgemeester. Vaste jurisprudentie is dat deze bevoegdheid niet mag worden gebruikt voor structurele (terugkerende) maatregelen, daarom wordt het verbod nu opgenomen in de APV. * De reden voor het verbod is gelegen in handhaving van de openbare orde (voorkomen van gooien/steken met glas of blik). - Artikel 2:29 sluitingstijden * Voorgesteld wordt om de burgemeester de bevoegdheid te geven om (per gebied) een sluitingstijd vast te stellen, dit komt overeen met de werkwijze in de praktijk. Feitelijk zijn horecabedrijven al jarenlang open na 24.00 uur, per gebied verschilt echter de exacte sluitingstijd. - Artikel 2:50a / 2:78 gebiedsontzegging * Nieuwe VNG model van 10 juli 2014 wordt overgenomen * Hierdoor komt er een vaste duur van het verbod in de APV (24 uur / 8 weken) en krijgt de burgemeester meer beleidsvrijheid bij het bepalen in welke situaties het verbod niet geldt (bijvoorbeeld werken, school of ziekenhuisbezoek). - Artikel 2:47a messenverbod, artikel 2:48 hinderlijk drankgebruik, artikel 2:73 verboden vuurwerkgebruik, artikel 2:73a gebruik carbid e.d. en artikel 2:74a hinderlijk softdrugsgebruik * De burgemeester wordt aangewezen als bevoegd gezag in plaats van het college, in verband met onder meer de uitspraak over het vuurwerkverbod van de gemeente Hilversum. - Artikel 5:33 verkeer in natuurgebieden * Een omissie wordt hersteld waardoor het mogelijk was met motorvoertuigen te verblijven in natuurgebieden; * De vrijstelling voor ‘toestellen’ in de zin van de provinciale stilteverordening wordt geschrapt, omdat zo’n aanwijzing niet is gedaan in de provincie Gelderland. Voorstel te wijzigen artikelen (technisch): - Artikel 2:22 hoogspanningslijnen * De werking van het verbod wordt uitgezonderd voor situaties die worden geregeld door het bestemmingsplan of de bouwverordening. - Artikel 4:2 en 4:3 collectieve en incidentele festiviteiten * Verwijzing naar geluidsnorm artikel 4:5 wordt geschrapt, dit artikel bevat nl. geen geluidsnorm (wijkt af van de VNG). - Artikel 4:13 Opslag voertuigen, vaartuigen, mest, afvalstoffen enz. * Toegevoegd wordt dat het verbod niet geldt in situaties waarin wordt voorzien door de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. - Artikel 4:18 wildkamperen * Het plaatsen van campers, caravans e.d. op de openbare weg wordt uitgesloten van het verbod op wildkamperen. Het langdurig parkeren van dit soort ‘recreatievoertuigen’ kan worden verboden op grond van een aanwijzingsbesluit op basis van artikel 5:6. - Artikel 5:11 ontheffing parkeren/rijden in groenstroken * De ontheffingsmogelijkheid wordt geschrapt, omdat er nooit een ontheffing wordt aangevraagd. Het is ook niet goed denkbaar in welke situatie ontheffing verleend zou kunnen worden (evenementen en werkzaamheden door de overheid zijn al uitgezonderd). Voorstel nieuw toe te voegen artikel - Vrijstelling vergunningplicht noodkap (wijziging artikel 4:11) * Voorstel: bomen die ongezond zijn en gevaar veroorzaken voor hun omgeving mogen worden gekapt binnen drie werkdagen nadat melding is gedaan. * Voordeel: maakt het mogelijk om via een eenvoudige procedure snel over te kunnen gaan tot kap van gevaarlijke bomen. * Nadeel: tegen de melding staat geen bezwaar open. Derden die het niet eens zijn met de kap kunnen dus alleen achteraf een verzoek indienen om een herplantplicht op te leggen.
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
Bijlage: Gedetailleerd overzicht per artikel van wijzigingen Artikel 2:20 Ede vallende voorwerpen Het is verboden aan een openbare plaats of aan enig deel van een bouwwerk een voorwerp te hebben dat niet deugdelijk beveiligd is tegen neervallen op een openbare plaats.
Voorstel: Artikel schrappen. Eigenaren zijn vanwege de aansprakelijkheid voor opstallen sowieso verplicht ervoor te zorgen dat voorwerpen niet kunnen vallen. Feitelijk handhaving op basis van het artikel komt niet voor (volgens afdeling Toezicht).
Overzicht te schrappen artikelen Artikel 2:21a Aanduidingen 1. De rechthebbende op een bouwwerk is verplicht toe te laten dat op of aan dat bouwwerk, vanwege en overeenkomstig de aanwijzingen van het college, straatnaamborden, daarbij behorende onderschriften daaronder begrepen, huisnummers en wijkaanduidingen, worden aangebracht, onderhouden, gewijzigd of verwijderd. 2. Het college geeft tevoren schriftelijk kennis aan de rechthebbende als bedoeld in het eerste lid van zijn voornemen over te gaan tot het doen aanbrengen of wijzigen van straatnaamborden, daarbij behorende onderschriften daaronder begrepen, huisnummers en wijkaanduidingen. 3. Het in het eerste lid bepaalde geldt niet voor de rechthebbende op een bouwwerk die met inachtneming van het door het college vastgestelde huisnummer de aanduiding hiervan in afwijkende vorm wenst aan te brengen. Het college kan ter zake nadere regels stellen. 4. Het in het eerste lid bepaalde geldt niet voorzover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht.
Voorstel: Artikel schrappen, is tegenwoordig geregeld in de Verordening naamgeving en nummeraanduiding. Artikel 2:45 Betreden groenstroken Het is aan degene die daartoe niet bevoegd is verboden zonder ontheffing van het college zich te bevinden in of op bij de gemeente in onderhoud zijnde parken, wandelplaatsen, plantsoenen, groenstroken, bossen of grasperken, buiten de daarin gelegen wegen of paden.
Voorstel: Artikel schrappen. Betreden van groenstroken komt vaak voor (vgl. bijvoorbeeld groenstrook voor de Doelen). Dit wordt niet als onwenselijk gezien. Artikel 2:64 Bijen houden 1. Het is verboden bijen te houden: a. binnen een afstand van dertig meter van woningen of andere gebouwen waar overdag mensen verblijven; b. binnen een afstand van dertig meter van de weg. 2. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet indien op een afstand van ten hoogste zes meter vanaf de korven of kasten een afscheiding is aangebracht van twee meter hoogte of zoveel hoger als noodzakelijk is om het laag uit- en invliegen van de bijen te voorkomen. 3. Het verbod in het eerste lid, aanhef en onder a, is niet van toepassing voor de bijenhouder die rechthebbende is op de woningen of gebouwen bedoeld in dat lid. 5. Het college kan van het verbod in het eerste lid ontheffing verlenen. 6. Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) van toepassing.
Voorstel: Artikel schrappen. Feitelijk handhaving komt bijna niet voor (in een periode van tien jaar zijn twee klachten gemeld die bovendien beide voldeden aan de eisen die in het artikel worden gesteld). Feitelijk gaat het dit artikel om hinder door naburen, daarop is het burenrecht van toepassing (verbod om onrechtmatige hinder te veroorzaken). Artikel 4:9a Ede verbod bloemen plukken Het is in een voor publiek toegankelijk park of plantsoen of in bij de gemeente in onderhoud zijnde groenstroken, grasperken of bloembakken verboden enige schade toe te brengen aan een boom of een bloem- of heesterperk, dan wel aldaar bloemen te plukken.
Voorstel: Artikel schrappen. Tegen beschadiging van bomen kan het verbod op vernieling (350 Sr) worden opgetreden. Op het plukken van bloemen wordt niet gehandhaafd.
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
Artikel 5:3 Te koop aanbieden voertuigen 1. Het is verboden op een door het college aangewezen weg een voertuig te parkeren met het kennelijke doel het te koop aan te bieden of te verhandelen. 2. Het college kan ontheffing van het verbod verlenen. 3. Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
Voorstel: Bepaling schrappen. Voor dit artikel is nog nooit een aanwijzingsbesluit opgesteld. Bij afdeling Toezicht is er één klacht bekend over de toepassing van dit artikel. Daar kon toen niets mee worden gedaan omdat er geen aanwijzingsbesluit was. Het gebruik van het artikel is gering, de overlast ook (van tijdelijke aard en afnemend door middelen als marktplaats.nl). Artikel 5:10 parkeren stankverspreidend voertuig 1. Het is verboden een voertuig met stankverspreidende stoffen te parkeren daar, waar bewoners of gebruikers van nabijgelegen gebouwen of terreinen daarvan hinder of overlast kunnen ondervinden. 2. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor zover bij in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet milieubeheer.
Voorstel: Artikel schrappen. Afdeling Toezicht meldt dat handhaving op basis van dit artikel vrijwel nooit voorkomt. Feitelijk gaat het dit artikel om hinder door naburen, daarop is het burenrecht van toepassing (verbod om onrechtmatige hinder te veroorzaken). Artikel 5:23 Snuffelmarkt 1. Het is verboden zonder vergunning van het college een openbare inzameling van geld of goederen te houden of daartoe een intekenlijst aan te bieden. 2. Onder een inzameling van geld of goederen wordt mede verstaan: het bij het aanbieden van goederen, waartoe ook worden gerekend geschreven of gedrukte stukken, dan wel bij het aanbieden van diensten aanvaarden van geld of goederen, indien daarbij te kennen wordt gegeven of de indruk wordt gewekt dat de opbrengst geheel of ten dele voor een liefdadig of ideëel doel is bestemd. 3. Het verbod geldt niet voor een inzameling die in besloten kring gehouden wordt.
Voorstel: Aparte bepaling schrappen en opnemen bij de evenementenvergunning.
Overzicht te behouden artikelen Artikel 2:1 Samenscholingsverbod e.d. 1. (…) 2. (…) 3. Het is verboden zich te begeven naar of te bevinden op openbare plaatsen die door of vanwege het bevoegd bestuursorgaan in het belang van de openbare veiligheid of ter voorkoming van ongeregeldheden zijn afgezet. 4. De burgemeester kan ontheffing verlenen van het in het derde lid gestelde verbod.
Voorstel: Behouden van de mogelijkheid om ontheffing te verlenen voor het betreden van een afgezet gebied. Artikel 2:12 Uitwegvergunning 1. Het is verboden zonder vergunning van het bevoegd gezag: a. een uitweg te maken naar de weg; b. van de weg gebruik te maken voor het hebben van een uitweg; c. verandering te brengen in een bestaande uitweg naar de weg. 2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt onder weg verstaan: weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994. 3. Een vergunning als bedoeld in het eerste lid kan worden geweigerd in het belang van: a. de bruikbaarheid van de weg; b. het veilig en doelmatig gebruik van de weg; c. de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving; d. de bescherming van groenvoorzieningen in de gemeente; e. de handhaving van het geldende bestemmingsplan. 4. Het bepaalde in het eerste lid geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet beheer rijkswaterstaatswerken of de Gelderse wegenverordening.
Voorstel: Bepaling behouden. Ede heeft een paar jaar geleden eigen beleid ontwikkeld onder meer op het gebied van welstand. Dit beleid is ingeburgerd en geaccepteerd. Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
Artikel 2:14 Ede winkelwagentjes 1. De eigenaar van tot een bedrijf behorende winkelwagentjes of degene die namens de eigenaar het beheer heeft over een winkelwagentjes is verplicht deze: a. te voorzien van de naam van het bedrijf of een ander herkenningsteken, en b. terstond te verwijderen of te doen verwijderen indien zij onbeheerd op een openbare plaats binnen de gemeente Ede worden achtergelaten. 2. Het is verboden een winkelwagentje na gebruik onbeheerd op een openbare plaats achter te laten. 3. Het is verboden zich met een winkelwagentje als bedoeld in het eerste lid te bevinden buiten de onmiddelijke omgeving van het bedrijf of winkelcentrum dat het winkelwagentje ter beschikking stelt. Als onmiddellijke omgeving van het bedrijf of winkelcentrum wordt aangemerkt de weg of het weggedeelte, de particuliere en/of bedrijfsterreinen, grenzende aan dat bedrijf of dat winkelcomplex en tevens een aan die weg of dat weggedeelte aansluitende parkeerplaats. 4. Het in het eerste lid onder b bepaalde is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door de Wet milieubeheer.
Voorstel: Bepaling behouden. Bepaling is in 2012 uitgebreid met een verbod in het tweede en derde lid op uitdrukkelijk verzoek van de wijkbeheerder naar aanleiding van problemen in de wijk Veldhuizen. De situatie ter plaatse is nog niet zodanig veranderd dat het verbod geen toegevoegde waarde meer heeft. Artikel 2:39 Speelgelegenheden 1. In dit artikel wordt onder speelgelegenheid verstaan: een voor het publiek toegankelijke gelegenheid waar bedrijfsmatig of in een omvang alsof deze bedrijfsmatig is de mogelijkheid wordt geboden enig spel te beoefenen, waarbij geld of in geld inwisselbare voorwerpen kunnen worden gewonnen of verloren. 2. Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester een speelgelegenheid te exploiteren of te doen exploiteren. Het verbod is niet van toepassing op: a. speelgelegenheden waarvoor de minister van Justitie of de Kamer van Koophandel bevoegd is vergunning te verlenen; en b. speelgelegenheden waar de mogelijkheid wordt geboden om het kleine kansspel als bedoeld in artikel 7c van de Wet op de kansspelen te beoefenen, of te spelen op speelautomaten als bedoeld in artikel 30 van de Wet op de kansspelen, of de handeling als in artikel l, onder a, van de Wet op de kansspelen te verrichten. 3. De burgemeester weigert de vergunning: a. indien naar zijn oordeel moet worden aangenomen dat de woon- en leefsituatie in de omgeving van de speelgelegenheid of de openbare orde op ontoelaatbare wijze nadelig worden beïnvloed door de exploitatie van de speelgelegenheid; of b. indien de exploitatie van de speelgelegenheid in strijd is met een geldend bestemmingsplan. 4. Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
Voorstel: Behouden, dit artikel regelt onder meer de vergunningplicht voor gokzuilen. Artikel 2:44a Rooftassen e.d. 1. Het is verboden op de weg of in de nabijheid van winkels te vervoeren of bij zich te hebben een voorwerp dat er kennelijk toe is uitgerust om het plegen van (winkel)diefstal te vergemakkelijken. 2. Het in het eerste lid gestelde verbod is niet van toepassing indien redelijkerwijs kan worden aangenomen dat de in dat lid bedoelde voorwerp niet bestemd is voor de in dat lid bedoelde handelingen.
Voorstel: Het is wenselijk deze bepaling te behouden om winkeldiefstal tegen te gaan. De bepaling is in 2012 ingevoegd op verzoek van de politie en het ministerie van Veiligheid en Justitie. Artikel 2:60 Houden hinderlijke/schadelijke dieren Het is verboden op door het college ter voorkoming of opheffing van overlast of schade aan de openbare gezondheid aangewezen plaatsen, buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer, bij dat aanwijzingsbesluit aangeduide dieren: a. aanwezig te hebben b. aanwezig te hebben anders dan met inachtneming van de door het college gestelde regels; c. aanwezig te hebben in een groter aantal dan in die aanwijzing is gegeven; of d. te voeren.
Voorstel: Het is wenselijk deze bepaling te behouden in verband met de bestrijding van overlast. Denk bijvoorbeeld aan het houden van grote aantallen honden/katten. De bepaling wordt ook gebruikt om hinder van blaffende honden of kraaiende hanen tegen te gaan. Er zijn zelfs situaties waarin het kan worden gebruikt om gevaar van agressieve honden te verkleinen (bijvoorbeeld het plaatsen van bepaalde sloten op deuren om ontspanning te voorkomen). Artikel 2:74a Ede hinderlijk gebruik softdrugs 1. Het is verboden op een openbare plaats softdrugs te gebruiken of openlijk voorhanden te hebben in een door het college aangewezen gebied. 2. Onder softdrugs worden verstaan: de middelen, genoemd in lijst II, onderdeel b, behorende bij de Opiumwet. 3. Alvorens het college overgaat tot aanwijzing van een gebied als bedoeld in het eerste lid, wordt de raad gehoord.
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
Voorstel: Voorgesteld wordt om deze bepaling te kunnen behouden om gebieden te kunnen aanwijzen waar het gebruik van softdrugs als bijzonder hinderlijk wordt ervaren. Een paar jaar geleden deed zich een situatie voor waarbij er sprake was van blowende jongeren nabij speelterreinen voor kinderen. Dat is toen in goed overleg opgelost. Het is wel wenselijk in dat soort situaties een aanwijzing te kunnen doen. Hetzelfde geldt voor blowen nabij ziekenhuizen en scholen. Artikel 5:2 Bedrijfswagens 1. Onder verhuren als bedoeld in dit artikel wordt mede verstaan: a. het gebruiken van een voertuig voor het geven van lessen; b. het gebruiken van een voertuig voor het vervoeren van personen tegen betaling. 2. Tot de voertuigen als bedoeld in dit artikel worden niet gerekend: a. voertuigen waaraan herstel- of onderhoudswerkzaamheden worden verricht die in totaal niet meer dan een uur vergen, en dit gedurende de tijd die nodig is en gebruikt wordt voor deze werkzaamheden; b. voertuigen voor persoonlijk gebruik van de in het derde lid bedoelde persoon. 3. Het is degene die er zijn bedrijf, nevenbedrijf dan wel een gewoonte van maakt voertuigen te stallen, te herstellen, te slopen, te verhuren of te verhandelen, verboden: a. drie of meer voertuigen die hem toebehoren of zijn toevertrouwd, op de weg te parkeren binnen een cirkel met een straal van 25 meter met als middelpunt een van deze voertuigen; b. de weg als werkplaats voor voertuigen te gebruiken. 4. Het college kan ontheffing van het verbod verlenen.
Voorstel: Bepaling behouden. Artikel wordt gebruikt voor situaties waarin mensen een soort hobbymatig ‘garagebedrijfje’ hebben en daarvoor veel ruimte op de openbare weg innemen. Zonder dit artikel moet een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer worden aangetoond en dat is lastiger. Wordt met enige regelmaat toegepast en helpt om parkeeroverlast te voorkomen. Artikel 5:6 Kampeermiddelen e.a. 1. Het is verboden een voertuig dat voor recreatie of anderszins voor andere dan verkeersdoeleinden wordt gebruikt: a. langer dan op vijf achtereenvolgende dagen te plaatsen of te hebben op een door het college aangewezen weg, waar dit naar zijn oordeel buitensporig is met het oog op de verdeling van beschikbare parkeerruimte of schadelijk is voor het uiterlijk aanzien van de gemeente; b. op een door het college aangewezen plaats te parkeren, waar dit naar zijn oordeel schadelijk is voor het uiterlijk aanzien van de gemeente. 2. Het college kan ontheffing verlenen van het verbod in het eerste lid, aanhef en onder a. 3. Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door het provinciaal wegenreglement of een provinciale landschapsverordening.
Voorstel: Bepaling behouden. Afdeling Toezicht meldt dat regelmatig op deze bepaling wordt gehandhaafd. Problemen doen zich vooral voor in wijken waarin de parkeernormering eigenlijk niet meer in overeenstemming is met het huidige gebruik. Voorbeelden zijn Veldhuizen en Maandereng. De bepaling wordt m.n. toegepast bij bouw- en schildersketen. Artikel 5:12 overlast fiets/bromfiets 1. Het is verboden op door het college in het belang van het uiterlijk aanzien van de gemeente, ter voorkoming of opheffing van overlast, of ter voorkoming van schade aan de openbare gezondheid aangewezen plaatsen fietsen of bromfietsen onbeheerd buiten de daarvoor bestemde ruimten of plaatsen te laten staan. 2. Het is verboden fietsen of bromfietsen, die rijtechnisch in onvoldoende staat van onderhoud en in een verwaarloosde toestand verkeren, op de weg te laten staan. 3. Het is verboden om een fiets of bromfiets langer dan vier weken onbeheerd in een fietsenstalling in een door het college aangewezen zone achter te laten.
Voorstel: Bepaling behouden. Het artikel wordt vnl. gebruikt om fietsen te verwijderen die langdurig (langer dan vier weken) op stations geparkeerd staan.
Overzicht te wijzigen artikelen Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
Artikel 2:9 Straatartiest e.d. Artikel 2:9 Straatartiest e.d. 1. Degene die en behoeve van publiek wenst op te treden als straatartiest, straatfotograaf, tekenaar, filmoperateur of gids geeft hiervan ten minste vijf dagen van tevoren schriftelijk kennis aan de burgemeester. 2. Het is de in het eerste lid bedoelde personen verboden zich op te houden binnen drie meter van een geld- of parkeerautomaat. 3. Het is verboden ten behoeve van publiek als straatartiest, straatfotograaf, tekenaar, filmoperateur of gids op te treden op door de burgemeester in het belang van de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid en het milieu aangewezen openbare plaatsen. 4. De burgemeester kan de werking van het verbod beperken tot bepaalde dagen en uren. 5. De burgemeester kan ontheffing verlenen van het verbod.
Artikel 2:9 Straatmuzikanten Nieuwe artikel 1. Degene die en behoeve van publiek wenst op te treden als straatmuzikant geeft hiervan ten minste vijf dagen van tevoren schriftelijk kennis aan het college. 2. Het is de in het eerste lid bedoelde personen verboden zich op te houden binnen drie meter van een geld- of parkeerautomaat. 3. Het is verboden ten behoeve van publiek als straatmuzikant op te treden op door het college in het belang van de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid en het milieu aangewezen openbare plaatsen. 4. Het college kan de werking van het verbod beperken tot bepaalde dagen en uren. 5. Het college kan ontheffing verlenen van het verbod. 6. Het verbod geldt niet indien een ontheffing als bedoeld in artikel 4:6 van deze verordening is verleend.
Voorstel: De overlast die op basis van dit artikel wordt bestreden is allemaal geconcentreerd rond de straatmuzikant. Voorgesteld wordt de overige meldingsplichten te schrappen in verband met de dereguleringsopdracht.
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
Artikel 2.10 objectvergunning
Artikel 2.10 objectvergunning
1. Het is verboden zonder voorafgaande vergunning van het college een openbare plaats anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie daarvan. 2. Een vergunning bedoeld in het eerste lid kan worden geweigerd: a. indien het beoogde gebruik schade toebrengt aan de openbare plaats, gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de openbare plaats of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan, dan wel een belemmering kan vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de openbare plaats; b. indien het beoogde gebruik hetzij op zichzelf, hetzij in verband met de omgeving niet voldoet aan redelijke eisen van welstand; c. in het belang van de voorkoming of beperking van overlast voor gebruikers van een in de nabijheid gelegen onroerende zaak. 3. Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) van toepassing.
1. Het is verboden de weg of een weggedeelte anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie daarvan, indien: a. het gebruik schade toebrengt of kan toebrengen aan de weg, de bruikbaarheid van de weg belemmert of kan belemmeren, dan wel een belemmering vormt of kan vormen voor het beheer of onderhoud van de weg; of b. het gebruik niet voldoet aan redelijke eisen van welstand. 2. Van een belemmering voor de bruikbaarheid van de weg is in ieder geval sprake wanneer niet tenminste een vrije doorgang van […] m wordt gelaten op voetpaden en van […] m op de rijbaan voor fietsers of gemotoriseerd verkeer. 3. Het college kan in het belang van de openbare orde, milieu, redelijke eisen van welstand of de toe- en doorgankelijkheid nadere regels stellen ten aanzien van uitstallingen en reclameborden. 4. Het bevoegde bestuursorgaan kan ontheffing verlenen van het verbod in het eerste lid. 5. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het in het eerste lid bedoelde gebruik, voor zover dit een activiteit betreft als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j. of onder k. van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. 6. Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing op: a. evenementen als bedoeld in artikel 2:24; b. standplaatsen als bedoeld in artikel 5:19; en c. overige gevallen waarin krachtens een wettelijke regeling een vergunning voor het gebruik van de weg is verleend. 7. Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door de Wet beheer rijkswaterstaatwerken, artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994, of de provinciale wegenverordening. 8. Op de ontheffing bedoeld in het derde lid is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
2:10a 1. Het verbod in het eerste lid van het vorige artikel geldt niet voor: a. evenementen als bedoeld in artikel 2:24; b. terrassen als bedoeld in artikel 2:27, aanhef en onder b.; c. standplaatsen als bedoeld in artikel 5:18. 2. Het verbod in het eerste lid van het vorige artikel geldt niet voor voorwerpen of stoffen waarop gedachten of gevoelens worden geopenbaard, met dien verstande dat: Het verboden is voorwerpen of stoffen waarop gedachten of gevoelens worden geopenbaard te plaatsen, aan te brengen of te hebben op, aan, boven of onder een openbare plaats, indien deze door hun omvang of vormgeving, constructie of plaats van bevestiging schade toebrengen aan de openbare plaats, gevaar opleveren voor de bruikbaarheid van de openbare plaats of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan, danwel een belemmering kunnen vormen voor het doelmatig beheer en onderhoud van de openbare plaats. 3. Het verbod in het eerste lid van het vorige artikel geldt niet voorzover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet beheer rijkswaterstaatswerken of het Provinciaal wegenreglement. 4. De weigeringsgrond van het tweede lid, onder a, van het vorige artikel geldt niet voorzover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door artikel 5 van de Wegenverkeerswet. 5. De weigeringsgrond van het tweede lid, onder b, van het vorige artikel geldt niet voor bouwwerken. 6. De weigeringsgrond van het tweede lid, onder c, van het vorige artikel geldt niet voorzover in het geregelde onderwerp wordt voorzien door de Wet milieubeheer. Artikel 2:10b Het college kan categorieën van voorwerpen aanwijzen waarvoor het verbod in het eerste lid van artikel 2:10 niet geldt. Het college kan daarbij nadere regels stellen ter bescherming van de belangen genoemd in artikel 2.10, tweede lid, alsmede artikel 1.8. Artikel 2:10c 1. In afwijking van het bepaalde in artikel 2:10 kan het bevoegd gezag een omgevingsvergunning verlenen voor het in het eerste lid van dat artikel bedoelde gebruik, voor zover dit een activiteit betreft als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder j. of onder k. van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. 2. Indien paragraaf 3.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht op de voorbereiding van het besluit van toepassing is, dan wordt daarop tevens paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve beschikking bij niet tijdig beslissen) toegepast, met uizondering van de artikelen 4:20b, derde lid en 4:20f Algemene wet bestuursrecht.
Voorstel: Overnemen van een gedereguleerd artikel volgens het model van de VNG. Wel wordt er een ruimere mogelijkheid opgenomen om nadere regels te stellen (ook welstand en toe- en doorgankelijkheid). Daarnaast Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
blijft er voor terrassen wel een vergunningplicht die ook voor niet horeca-bedrijven wordt opgenomen bij de horeca-exploitatievergunning. Artikel 2:11 Aanleggen, beschadigen en veranderen van wegen Huidige artikel 1. Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning een weg aan te leggen, de verharding daarvan op te breken, in een weg te graven of te spitten, aard of breedte van de wegverharding te veranderen of anderszins verandering te brengen in de wijze van aanleg van een weg. 2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt onder weg verstaan: weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994 en alle niet-openbare ontsluitingswegen van gebouwen. 3. De vergunning wordt verleend: a. als omgevingsvergunning door het bevoegd gezag, indien de activiteiten zijn verboden bij een bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit; of b. door het college in de overige gevallen. 4. Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing indien in opdracht van een bestuursorgaan of openbaar lichaam publieke taken worden verricht. 5. Het verbod is voorts niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door het Wetboek van Strafrecht, de Wet beheer rijkswaterstaatswerken, een provinciale wegenverordening, de waterschapskeur, de Telecommunicatiewet of de daarop gebaseerde Telecommunicatieverordening.\
Nieuwe artikel 1. Het is verboden een weg of niet-openbare ontsluitingsweg: a. zonder vergunning aan te leggen; b. op te breken, daarin te graven of te spitten, aard of breedte van de wegverharding te veranderen of anderszins verandering te brengen in de wijze van aanleg. 3. De vergunning wordt verleend: a. als omgevingsvergunning door het bevoegd gezag, indien de activiteiten zijn verboden bij een bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit; of b. door het college in de overige gevallen. 4. Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing: a. indien wordt gehandeld in opdracht van een bestuursorgaan of openbaar lichaam; b. in situaties voorzien door het Wetboek van Strafrecht, de Wet beheer rijkswaterstaatswerken, de Wegenverordening Gelderland 2010, de waterschapskeur, de Telecommunicatiewet of de daarop gebaseerde Telecommunicatieverordening. 5. Het verbod in het eerste lid, onderdeel b, is niet van toepassing indien het bij een particulier in beheer zijnde weg betreft en de toegankelijkheid van de weg voor hulpdiensten gewaarborgd blijft.
Voorstel: Er zijn geen bezwaren tegen het wijzigen van particuliere wegen, mits de toegankelijkheid van de weg voor hulpdiensten gewaarborgd blijft. Voor deze handelingen geldt daarom niet langer een vergunningstelsel maar een algemene regel. Voor het aanleggen van wegen is het vergunningstelsel wel gehandhaafd. Het is niet de bedoeling dat particulieren zelfstandig wegen aanleggen. Dit kan de verkeersveiligheid in gevaar brengen. In de meeste gevallen verbiedt het bestemmingsplan de aanleg van wegen. De bepaling in de APV wordt als vangnet gehandhaafd, omdat het aanleggen van wegen door particulieren tot bijzonder ongewenste effecten kan leiden. Artikel 2:22 Objecten onder hoogspanningslijn 1. Het is verboden binnen een afstand van zes meter aan weerszijden van voor stroomgeleiding bestemde draden van bovengrondse hoogspanningslijnen voorwerpen, opgaand houtgewas of andere objecten, die niet zijn aan te merken als bouwwerken, hoger dan twee meter te plaatsen of te hebben. 2. Het college kan van het verbod ontheffing verlenen indien de elektrische spanning van de bovengrondse hoogspanningslijn dat toelaat. 3. Het verbod is niet van toepassing op objecten die deel uitmaken van de hoogspanningslijn. 4. Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
1. Het is verboden binnen een afstand van zes meter aan weerszijden van voor stroomgeleiding bestemde draden van bovengrondse hoogspanningslijnen voorwerpen, opgaand houtgewas of andere objecten, die niet zijn aan te merken als bouwwerken, hoger dan twee meter te plaatsen of te hebben. 2. Het college kan van het verbod ontheffing verlenen indien de elektrische spanning van de bovengrondse hoogspanningslijn dat toelaat. 3. Het verbod is niet van toepassing: a. op objecten die deel uitmaken van de hoogspanningslijn; b. in situaties waarin wordt voorzien door het ter plaatse geldende bestemmingsplan of de bouwverordening. 4. Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
Voorstel: Bepaling behouden. Meestal wordt vrijwillig meegewerkt aan het weghalen van objecten bij hoogspanningsleidingen. Voor de veiligheid is het wenselijk om deze medewerking zo nodig te kunnen afdwingen. Om overlap met het bestemmingsplan en de bouwverordening uit te zonderen wordt het derde lid aangepast. Artikel 2:24 begripsbepaling evenementen 1. In deze afdeling wordt onder evenement verstaan elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met uitzondering van: a. bioscoopvoorstellingen; b. markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder h, van
1. In deze afdeling wordt onder evenement verstaan elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met uitzondering van: a. bioscoopvoorstellingen; b. markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder h, van de Gemeentewet;
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
de Gemeentewet en artikel 5:22 van deze verordening; c. kansspelen als bedoeld in de Wet op de kansspelen; d. het in een inrichting in de zin van de Drank en Horecawet gelegenheid geven tot dansen; e. betogingen, samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties; f. activiteiten als bedoeld in artikel 2:9 en 2:39 van deze verordening. 2. Onder evenement wordt mede verstaan: a. een herdenkingsplechtigheid; b. een braderie; c. een optocht, niet zijnde een betoging als bedoeld in artikel 2:3 van deze verordening, op de weg; d. een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg; e. een klein evenement als bedoeld in artikel 2:25, tweede en derde lid.
c. kansspelen als bedoeld in de Wet op de kansspelen; d. het in een inrichting in de zin van de Drank en Horecawet gelegenheid geven tot dansen; e. betogingen, samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties; f. activiteiten als bedoeld in artikel 2:9 en 2:39 van deze verordening. 2. Onder evenement wordt mede verstaan: a. een herdenkingsplechtigheid; b. een braderie; c. een optocht, niet zijnde een betoging als bedoeld in artikel 2:3 van deze verordening, op de weg; d. een feest, muziekvoorstelling of wedstrijd op of aan de weg; e. een klein evenement als bedoeld in artikel 2:25, tweede en derde lid; f. het innemen van een standplaats voor één dag. g. markten, niet zijnde een markt als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder h van de Gemeentewet.
Voorstel: Voor de overzichtelijkheid worden ook snuffelmarkten onder de werking van het artikel gebracht. Nu gelden er aparte regels voor ‘de markt’, een snuffelmarkt en een fancy fair. Daarnaast worden standplaatsen voor één dag onder de evenementenvergunning gebracht. Een toetsing aan het bestemmingsplan zoals bij vaste standplaatsen wordt hier niet als nodig gezien. Voor de effecten op de omgeving maakt het immers niet uit of het een standplaats is die hoort bij een evenement of niet. Artikel 2:25 evenementenvergunning 1. Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren. 2. Geen vergunning is vereist voor het organiseren van de volgende categorieën eendaagse evenementen: a. incidentele sportevenementen op particulier terrein (niet zijnde de openbare weg) tot maximaal 100 bezoekers/deelnemers; b. muzikale rondgangen, serenades en optochten, voor zover het verkeer niet ernstig wordt gehinderd; c. buurt-, wijk- en straatfeesten, waarbij het niet noodzakelijk is de openbare weg af te sluiten en geen andere verkeersmaatregelen hoeven te worden getroffen; d. wandel- en fietsactiviteiten tot maximaal 100 deelnemers; e. fancy fairs en rommelmarkten op particulier terrein (niet zijnde de openbare weg), mits deze niet in strijd zijn met het ter plaatse geldende bestemmingsplan en waarbij geen verkeersmaatregelen noodzakelijk zijn. 3. Naast de in het vorige lid genoemde categorieën kan de burgemeester andere categorieën kleine evenementen aanwijzen, voor het organiseren waarvan geen vergunning van de burgemeester is vereist. 4. De organisator van klein evenement als bedoeld in de leden 2 en 3 doet tenminste tien werkdagen voorafgaand aan het evenement daarvan melding heeft gedaan aan de burgemeester. 5. De burgemeester kan binnen vijf dagen na ontvangst van de melding besluiten een klein evenement te verbieden, indien er aanleiding is te vermoeden dat daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt. 6. Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing op een wedstrijd op of aan de weg, in situaties waarin voorzien wordt door artikel 10 juncto 148, van de Wegenverkeerswet 1994 . 7. Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
1. Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van de burgemeester een evenement te organiseren of te veroorzaken. 2. Geen vergunning is vereist voor het organiseren van de volgende categorieën eendaagse evenementen: a. incidentele sportevenementen op particulier terrein (niet zijnde de openbare weg) tot maximaal 100 bezoekers/deelnemers; b. muzikale rondgangen, serenades en optochten, voor zover het verkeer niet ernstig wordt gehinderd; c. buurt-, wijk- en straatfeesten, waarbij het niet noodzakelijk is een voor het verkeer belangrijke openbare weg af te sluiten. d. wandel- en fietsactiviteiten tot maximaal 100 deelnemers; e. fancy fairs en rommelmarkten op particulier terrein (niet zijnde de openbare weg), mits deze niet in strijd zijn met het ter plaatse geldende bestemmingsplan en waarbij geen verkeersmaatregelen noodzakelijk zijn. 3. Naast de in het vorige lid genoemde categorieën kan de burgemeester andere categorieën kleine evenementen aanwijzen, voor het organiseren waarvan geen vergunning van de burgemeester is vereist. 3. De organisator van klein evenement als bedoeld in het tweede lid doet tenminste tien werkdagen voorafgaand aan het evenement daarvan melding heeft gedaan aan de burgemeester. 4. De burgemeester kan binnen vijf dagen na ontvangst van de melding besluiten een klein evenement te verbieden, indien er aanleiding is te vermoeden dat daardoor de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu in gevaar komt. 5. Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing op een wedstrijd op of aan de weg, in situaties waarin voorzien wordt door artikel 10 juncto 148, van de Wegenverkeerswet 1994 . 6. Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
Voorstel: - De definitie wordt gewijzigd zodat niet alleen het organiseren maar ook het feitelijk veroorzaken van een evenement vergunningplichtig wordt. De reden hiervoor is dat carbidschieten in de buitendorpen dezelfde effecten heeft als een evenement, zonder dat er hier duidelijk sprake is van een organisator. Om duidelijk te stellen dat hiervoor een evenementenvergunning vereist is wordt de APV aangepast. Zie ook de opmerkingen bij artikel 2:73a. Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
- Sub c wordt in de praktijk ruimer uitgelegd. Straatfeesten worden afgedaan met een melding tenzij er belangrijke wegen worden afgezet. Het afzetten van een stuk van de weg is bijna altijd noodzakelijk. Er komen regelmatig klachten binnen over wandel- en fietstochten (sub d). Het gaat daarbij niet alleen om aantallen deelnemers (natuur- en geluidshinder) maar ook gevaarlijke situaties doordat bijv. grote aantallen mountainbikers over paden door het bos racen. Routes van verschillende wandel- en fietstochten doorkruisen elkaar ook regelmatig. - De burgemeester heeft in de afgelopen vijf jaar geen nieuwe kleine evenementen aangewezen. De kans dat dat in de nabije toekomst wel gaat gebeuren is klein. Daarom wordt voorgesteld het derde lid te schrappen. Artikel 2:26a Glas- en blikverbod 1. Het is verboden glas of drinkblikjes bij zich te hebben op door de burgemeester in het belang van de openbare orde aangewezen plaatsen gedurende hem aangewezen periode. 2. Het is de houder van een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:27 verboden om drank in glas te verstrekken op door de burgemeester in het belang van de openbare orde aangewezen plaatsen gedurende een door hem aangewezen periode.
Voorstel: Al jarenlang wordt er o.a. tijdens de Heideweek een glasverbod afgekondigd. Omdat het hier gaat om een structurele maatregel zou deze eigenlijk gebaseerd moeten worden op een APV artikel, in plaats van de lichte bevelsbevoegdheid van artikel 172 Gemw. Hierbij een voorstel over hoe deze grondslag voor het glasverbod zou kunnen luiden. Artikel 2:28 Horeca-exploitatievergunning
Artikel 2:28 Horeca-exploitatievergunning
1. Het is verboden een openbare inrichting te exploiteren zonder vergunning van de burgemeester. 2. De burgemeester weigert de vergunning indien de exploitatie van de openbare inrichting in strijd is met een geldend bestemmingsplan, beheersverordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit. 3. In afwijking van het bepaalde in artikel 1:8 kan de burgemeester de vergunning slechts geheel of gedeeltelijk weigeren indien naar zijn oordeel moet worden aangenomen dat de woon- of leefsituatie in de omgeving van het horecabedrijf of de openbare orde op ontoelaatbare wijze nadelig wordt beïnvloed. 4. Bij de toepassing van de in het derde lid genoemde weigeringsgrond houdt de burgemeester rekening met het karakter van de straat en de wijk, waarin het horecabedrijf is gelegen of zal zijn gelegen, de aard van het horecabedrijf en de spanning, waaraan het woonmilieu ter plaatse reeds blootstaat of bloot zal komen te staan door de exploitatie. 5. Geen vergunning is vereist voor een openbare inrichting die zich bevindt in a. een winkel als bedoeld in artikel 1 van de Winkeltijdenwet voor zover de activiteiten van de openbare inrichting een nevenactiviteit vormen van de winkelactiviteit; b. een zorginstelling; c. een museum; of d. een bedrijfskantine of – restaurant. 6. Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing. 7. Het college kan ten aanzien van de exploitatie van een terras behorende bij een openbare inrichting nadere regels stellen ter bescherming van de openbare orde, de openbare veiligheid, het uiterlijk aanzien van de gemeente en de toe- en doorgankelijkheid van de openbare inrichting of de openbare weg.
1 tm 6 (…) Artikel 2:28a Terrassen 1. Het is verboden een terras te exploiteren zonder vergunning van het college. 2. Het verbod geldt niet voor openbare inrichtingen die beschikken over de vergunning, bedoeld in artikel 2:28. 3. Het college kan ten aanzien van de exploitatie van een terras nadere regels stellen ter bescherming van de openbare orde, de openbare veiligheid, het uiterlijk aanzien van de gemeente en de toe- en doorgankelijkheid.
Voorstel: De objectvergunning (artikel 2.10) wordt afgeschaft. Hierdoor zou de terrasvergunning voor niet-horecabedrijven komen te vervallen. Dat wordt niet als wenselijk gezien, omdat alle soorten terrassen een effect hebben op de omgeving. Daarom wordt een aparte terrasvergunning voor deze situaties opgenomen. Artikel 2:29 Sluitingstijden Huidige artikel 1. Openbare inrichtingen, met uitzondering van coffeeshops, zijn gesloten tussen 00.00 uur en 06.00 uur (sluitingstijd).
Nieuwe artikel 1. Het is verboden een openbare inrichting voor bezoekers geopend te hebben of bezoekers in de inrichting te laten verblijven op door de
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
2. Coffeeshops zijn gesloten tussen 22.00 uur en 06.00 uur op koopavond, zaterdag en zondag en tussen 21.00 uur en 06.00 uur op de overige dagen. 3. Het is verboden een openbare inrichting voor bezoekers geopend te hebben, of bezoekers in de inrichting te laten verblijven na sluitingstijd. 3. De burgemeester kan ontheffing verlenen van de sluitingstijd. 4. Voor een openbare inrichting als bedoeld in artikel 2:28, vierde lid onder a, gelden dezelfde sluitingstijden als voor de winkel. 5. Het eerste en het derde lid zijn niet van toepassing op situaties waarin bij of krachtens de Wet milieubeheer is voorzien. 6. Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
burgemeester aangewezen tijden en plaatsen. 2. De burgemeester kan ontheffing verlenen van het verbod. 3. Het eerste lid is niet van toepassing op situaties waarin bij of krachtens de Wet milieubeheer is voorzien. 4. Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
Voorstel: In de gangbare praktijk worden al jarenlang veel ruimere sluitingstijden gehanteerd. Deze zijn bovendien per gebied verschillend. Voorgesteld om de APV op deze situatie aan te passen door de burgemeester de bevoegdheid te verlenen om sluitingstijden vast te stellen. Artikel 2:47a Messen en andere voorwerpen als steekwapen Huidig artikel 1. Het is verboden op een openbare plaats, die deel uitmaakt van een door het college aangewezen gebied, messen of andere voorwerpen die als steek- of slagwapen kunnen worden gebruikt bij zich te hebben tussen de tijdstippen van 22.00 uur tot 06.00 uur. 2. (….)
Nieuwe artikel 1. Het is verboden op een openbare plaats, die deel uitmaakt van een door de burgemeester aangewezen gebied, messen of andere voorwerpen die als steek- of slagwapen kunnen worden gebruikt bij zich te hebben tussen de tijdstippen van 22.00 uur tot 06.00 uur. 2. (….)
Voorstel: Voorgesteld wordt om de burgemeester aan te wijzen als bevoegd gezag in plaats van het college. De reden hiervoor is dat uit twee rechterlijke uitspraken blijkt dat de burgemeester bevoegd is tot het doen van aanwijzingsbesluiten, voor zover deze betrekking hebben op de openbare orde. 2 Overigens heeft de VNG wel de nodige kritiek op deze uitspraken. De APV wordt wel aangepast aan de op dit moment geldende jurisprudentie, toekomstige ontwikkelingen worden afgewacht. Artikel 2:48 Messen en andere voorwerpen als steekwapen Huidig artikel 1. Het is verboden op een openbare plaats, die deel uitmaakt van een door het college aangewezen gebied, alcohol-houdende drank te gebruiken of aangebroken flessen, blikjes en dergelijke met alcoholhoudende drank bij zich te hebben. 2. (….)
Nieuwe artikel 1. Het is verboden op een openbare plaats, die deel uitmaakt van een door de burgemeester aangewezen gebied, alcoholhoudende drank te gebruiken of aangebroken flessen, blikjes en dergelijke met alcoholhoudende drank bij zich te hebben. 2. (….)
Voorstel: Zie artikel 2:47a. Artikel 2:50a Ede Verblijfsontzegging
Artikel 2:78 VNG Gebiedsontzegging (nieuw)
1. De burgemeester kan degene van wie mag worden aangenomen dat hij hetzij alleen, hetzij in groepsverband de openbare orde verstoort dan wel dreigt te verstoren door het plegen van strafbare feiten, door baldadig of hinderlijk gedrag of anderszins personen lastig valt of schade toebrengt, uit het oogpunt van het handhaven van de openbare orde het bevel geven zich te verwijderen en zich verwijderd te houden van of uit een door de burgemeester bij bevel gegeven plaats of gebied, gedurende de tijd, bij het bevel genoemd. 2. Het is verboden zich op een plaats of in een gebied te bevinden in strijd met een krachtens het eerste lid gegeven bevel. 3. Het in het eerste lid bedoelde bevel geldt niet voor zover de persoon tot wie het bevel is gericht: a. op de plaats of in het gebied blijkens opgave in het persoonsregister van de gemeente woonachtig is, tenzij bij het betreffende bevel een beperkt deel van een etmaal is aangewezen
1. De burgemeester kan in het belang van de openbare orde, het voorkomen of beperken van overlast, het voorkomen of beperken van aantastingen van het woon- of leefklimaat, de veiligheid van personen of goederen, de gezondheid of de zedelijkheid aan een persoon die strafbare feiten of openbare orde verstorende handelingen verrichten een bevel geven zich gedurende ten hoogste 24 uur niet in een of meer bepaalde delen van de gemeente op een openbare plaats op te houden. 2. Met het oog op de in het eerste lid genoemde belangen kan de burgemeester aan een persoon aan wie tenminste eenmaal een bevel als bedoeld in dat lid is gegeven en die opnieuw strafbare feiten of openbare orde verstorende handelingen verricht, een bevel geven zich gedurende ten hoogste acht weken niet in een of meer bepaalde delen van de gemeente op een openbare plaats op te houden.
2
Rechtbank Rotterdam 23 april 2013, AB 2014/346, Rechtbank Midden-Nederland 19 december 2014, AB 2015/88.
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
en de burgemeester in het betreffende bevel hierover een specifieke motivering heeft opgenomen; het verplaatsen van en naar de woning valt niet onder het bevel; b. aannemelijk maakt dat hij op de plaats of in het gebied werkzaam is gedurende de tijden zoals in het bevel genoemd; c. zich in een middel van openbaar vervoer bevindt of d. anderszins aannemelijk maakt dat hij een zwaarwegend belang heeft zich op die plaats of in het gebied op te houden.
3. Een bevel krachtens het tweede lid kan slechts worden gegeven als het strafbare feit of de openbare orde verstorende handeling binnen zes maanden na het geven van een eerder bevel, gegeven op grond van het eerste of tweede lid, plaatsvindt. 4. De burgemeester beperkt de in het eerste of tweede lid gestelde bevelen, als hij dat in verband met de persoonlijke omstandigheden van betrokkene noodzakelijk oordeelt. De burgemeester kan op aanvraag tijdelijk ontheffing verlenen van een bevel.
Voorstel: Op 10 juli 2014 heeft de VNG een eigen gebiedsontzegging opgenomen in de model APV (artikel 2:78). Dit artikel vertoont een grote gelijkenis met de verblijfsontzegging die al een aantal jaren is opgenomen in de Edese APV. Voorgesteld wordt om de bepaling van de VNG over te nemen. Voordeel van het VNG model is dat het eenvoudiger toe te passen is, omdat de duur van een gebiedsverbod al is opgenomen in het artikel zelf. Daarnaast kent het meer beleidsvrijheid voor de burgemeester bij het bepalen in welke situaties de gebiedsontzegging niet geldt. Dat is nuttig, omdat het moeilijk is een uitputtende lijst te geven van gevallen waarin een beperking van het verbod redelijk is (te denken is in ieder geval aan werk, school of medische zorg). Artikel 2:73 Gebruik van consumentenvuurwerk tijdens de jaarwisseling Huidig artikel 1. Het is verboden consumentenvuurwerk te gebruiken op een door het college in het belang van de voorkoming van gevaar, schade of overlast aangewezen plaats. 2. (….)
Nieuwe artikel 1. Het is verboden consumentenvuurwerk te gebruiken op een door de burgemeester in het belang van de voorkoming van gevaar, schade of overlast aangewezen plaats. 2. (….)
Voorstel: Zie artikel 2:47a. Artikel 2:73a Ede Carbid e.d Huidig artikel 1. Het is verboden op of aan de weg of op een voor het publiek toegankelijke plaats carbid te gebruiken. 2. Het is verboden carbid als bedoeld in het eerste lid of enig andere door het college aan te wijzen stof, welke er toe kan leiden de openbare orde te verstoren of aanleiding kan geven tot hinder of overlast, op of aan de weg bij zich te hebben. 3. De in het eerste en tweede lid genoemde verboden gelden niet indien het carbid of de nader aangewezen stof als bedoeld in het tweede lid niet bestemd is of gebruikt voor de in het tweede lid bedoelde handelingen.
Nieuw voorgesteld artikel 1. Het is verboden buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer: a. carbid tot ontploffing te brengen op een andere dag dan 31 december tussen 10.00 en 18.00; b. binnen de bebouwde kom carbid tot ontploffing te brengen; of c. buiten de bebouwde kom carbid tot ontploffing te brengen indien dat kan leiden tot gevaar, overlast of schade; d. acetyleen tot ontploffing te brengen. 2. De burgemeester kan andere stoffen aanwijzen waarvoor het verbod geldt. 3. Het verbod geldt niet als een vergunning is verleend als bedoeld in artikel 2:25.
Voorstel: - Binnen de Edese gemeenschap lijkt carbidschieten op zichzelf geaccepteerd te worden, zolang dat geen schade of hinder veroorzaakt. Het totaalverbod op gebruik van carbid past daar niet bij. Duidelijk is wel dat het verboden moet worden op plaatsen waar het kan leiden tot gevaar of hinder. Binnen de bebouwde kom wordt daarom een totaalverbod voorgesteld en daarbuiten een verbod indien het gebruik kan leiden tot gevaar, overlast of schade. - Het verbod op het gebruik van carbid geldt niet indien een evenementenvergunning wordt verleend. De burgemeester heeft kenbaar gemaakt dat hij een evenementenvergunning noodzakelijk vindt voor gevallen waarin er veel publiek aanwezig is bij het afschieten van carbid. Wel wordt erop gewezen dat het niet mogelijk is om ‘carbidevenementen’ te verzekeren. Door het afgeven van een evenementenvergunning kan de gemeente daarom met een aansprakelijkstelling worden geconfronteerd indien er schade ontstaat tijdens het evenement. - Burgemeester wordt bevoegd gezag, zie artikel 2:47a. Artikel 2:74a Hinderlijk gebruik van softdrugs Huidig artikel 1. Het is verboden op een openbare plaats softdrugs te gebruiken of openlijk voorhanden te hebben in een door het college aangewezen gebied. 2. (….)
Nieuwe artikel 1. Het is verboden op een openbare plaats softdrugs te gebruiken of openlijk voorhanden te hebben in een door de burgemeester aangewezen gebied. 2. (….)
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
Voorstel: Zie artikel 2:47a. Artikel 4:2 en 4:3 incidentele en collectieve festiviteiten Huidige artikelleden Artikel 4.2 8. Op de dagen als bedoeld in het eerste lid dient het ten gehore brengen van extra muziek -hoger dan de geluidsnorm als bedoeld in de artikelen 2.17 , 2.19 en 2.20 van het Besluit en artikel 4:5 van deze verordening- uiterlijk om 24.00 uur te worden beëindigd. Artikel 4:3 8. Op de dagen als bedoeld in het eerste lid wordt het ten gehore brengen van extra muziek - hoger dan de geluidsnorm als bedoeld in de artikelen 2.17 , 2.19 en 2.20 van het Besluit en artikel 4:5 van deze verordening - uiterlijk om 24.00 uur beëindigd.
Voorgestelde artikelleden Artikel 4.2 8. Op de dagen als bedoeld in het eerste lid dient het ten gehore brengen van extra muziek -hoger dan de geluidsnorm als bedoeld in de artikelen 2.17 , 2.19 en 2.20 van het Besluit uiterlijk om 24.00 uur te worden beëindigd. Artikel 4:3 8. Op de dagen als bedoeld in het eerste lid wordt het ten gehore brengen van extra muziek - hoger dan de geluidsnorm als bedoeld in de artikelen 2.17 , 2.19 en 2.20 van het Besluit uiterlijk om 24.00 uur beëindigd.
Voorstel: Technische correctie, artikel 4:5 bevat namelijk geen geluidsnormen maar tijden. Artikel 4:5 Onversterkte muziek Huidige artikel 1. Het ten gehore brengen van onversterkte muziek is toegestaan op a. maandag tot en met vrijdag, geen feestdag zijnde in de uren tussen 15.00 en 20.00 uur; b. zaterdag, geen feestdag zijnde in de uren tussen 10.00 en 17.00 uur; c. zon- en feestdagen in de uren tussen 13.00 en 17.00 uur. 2. Voor inrichtingen, waarop artikel 2.18, eerste lid onder f en vijfde lid onder a van het Besluit van toepassing is, is de toepassing van artikel 2.17 van het Besluit voor wat betreft het ten gehore brengen van onversterkte muziek uitgezonderd gedurende de dagen en tijden genoemd in het eerste lid. 3. Het eerste lid geldt niet: a. als artikel 4:2 dan wel 4:3 van deze verordening van toepassing is. b. voor het optreden van een straatartiest als genoemd in artikel 2:9 van deze verordening.
Voorgestelde artikel 1. Het is verboden om op een openbare plaats onversterkte muziek ten gehore te brengen op: a. maandag tot en met vrijdag, voor 15.00 en na 20.00 uur b. zaterdag voor 10.00 en na 17.00 uur; c. zon- en feestdagen voor 13.00 en na 17.00 uur. 2. Het eerste lid geldt niet: a voor het ten gehore brengen van onversterkte muziek binnen een gebouw dat behoort tot een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer; b. in situaties waarin wordt voorzien door het Besluit of artikel 2:9, 4:2, 4:3 of 4:6 van deze verordening.
Voorstel: Artikel 4:5 wordt met name gebruikt om regels te stellen over de tijden waarop fanfares, muziekkorpsen en dergelijke op terreinen (bij hun inrichting) onversterkte muziek ten gehore mogen brengen. Deze terreinen worden gebruikt om een optocht te oefenen, de ruimte binnen een gebouw is daarvoor niet altijd toereikend. De redactie van het artikel is aangepast om een en ander leesbaarder te maken. Artikel 4:6a Ede geluidhinder door dieren 2:60a hinder door dieren Huidig artikel Degene die buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer de zorg heeft voor een dier, moet voorkomen dat dit voor een omwonende of overigens voor de omgeving (geluid)hinder veroorzaakt.
Nieuw voorgesteld artikel Degene die buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer de zorg heeft voor een dier, moet voorkomen dat dit voor een omwonende of overigens voor de omgeving buitensporige hinder veroorzaakt.
Voorstel: Overwogen is of dit artikel geschrapt kan worden gelet op de reikwijdte van artikel 2:60. Het artikel kent echter een breder bereik omdat het een zorgplicht legt op eenieder die de zorg heeft voor een dier. Het is daarmee niet gebonden aan de aanwijzing van een plaats. Wel is het beperkt tot ‘buitensporige’ hinder. Het is normaal dat een hond af en toe blaft, dat kan de houder van een hond onmogelijk voorkomen. Wanneer het echter om uren per dag gaat, is er sprake van buitensporige hinder. Artikel 4:9b Ede beschermde planten (oud) 1. Het is verboden in bij de gemeente in onderhoud zijnde bossen: a. door het college aangewezen bloemen, planten of paddenstoelen
Artikel 4:9a Ede Verbod plukken paddenstoelen (nieuw) 1. Het is verboden in bossen door het college aangewezen paddenstoelen te plukken of bij zich te hebben. 2. Het college kan het verbod beperken tot het plukken of bij zich
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
te plukken of bij zich te hebben;
hebben van een bepaald aantal paddenstoelen.
b. hout te sprokkelen of bij zich te hebben; c. bosstrooisel te verwijderen. 2. Het in het eerste lid bepaalde geldt niet: a. voor van elders afkomstige bloemen, planten, paddenstoelen of hout; b. wanneer bedoelde handelingen worden verricht in het kader van normale onderhoudswerkzaamheden. 3. Het verbod geldt niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door een verordening van het Bosschap, de Flora- en Faunawet of de Natuurbeschermingswet. 4. In het eerste lid wordt verstaan onder hout sprokkelen: het verzamelen en verwijderen van staand of losliggend, vermolmd dan wel uitdrogend, dood hout.
Voorstel: Tegen het sprokkelen van hout kan worden opgetreden op basis van het eigendomsrecht/stroperij (314 Sr). Het verwijderen van bosstrooisel komt in de praktijk niet meer voor door veranderde economische omstandigheden. De Flora- en Faunawet is vrij uitputtend ten aanzien van het aanwijzen van bloemen of planten. Aan het grootste deel van het artikel is daarom geen behoefte meer. Anders ligt dat voor paddenstoelen. In de Flora- en Faunawet zijn geen beschermde paddenstoelen aangewezen. Vanuit de bescherming van de natuur is het echter wenselijk om voor bepaalde soorten paddenstoelen het plukken dan wel het plukken van grote aantallen te verbieden. Het plukken van paddenstoelen komt de laatste jaren weer vaker voor. Vanuit afdeling Toezicht is daarom behoefte aan een verbod met daaraan gekoppeld aanwijzingsbesluit. Artikel 4:13 Opslag voertuigen, vaartuigen enz. 1. Het is verboden op door het college in het belang van het uiterlijk aanzien van de gemeente, ter voorkoming of opheffing van overlast dan wel voorkoming van schade aan de openbare gezondheid aangewezen plaatsen, buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer, in de openlucht of buiten de weg de volgende voorwerpen of stoffen op te slaan, te plaatsen of aanwezig te hebben: a. onbruikbare of aan hun oorspronkelijke bestemming onttrokken voer- of vaartuigen of onderdelen daarvan; b. bromfietsen en motorvoertuigen of onderdelen daarvan; c. kampeermiddelen als bedoeld in artikel 4:17 of onderdelen daarvan, indien het plaatsen of aanwezig hebben daarvan geschiedt voor verkoop of verhuur of anderszins voor een commercieel doel; d. mestopslag, gierkelders of andere verzamelplaatsen van vuil, een verzameling ingekuild gras, loof of pulp of ingekuilde landbouwproducten, afbraakmaterialen en oude metalen; of e. andere door het college aan te wijzen voorwerpen of stoffen. 2. Het college kan bij de aanwijzing nadere regels stellen. 3. Dit artikel is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien krachtens de Wet ruimtelijke ordening of door of krachtens een provinciale verordening.
1. (…) 3. Dit artikel is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien krachtens de Wet ruimtelijke ordening, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht of door of krachtens een provinciale verordening.
Voorstel: Toegevoegd dat het verbod niet geldt in situaties die worden geregeld door de Wabo. Artikel 4:15 Hinderlijke/gevaarlijke reclame Huidige artikel 1. Het is de rechthebbende alsmede de hoofdgebruiker van een onroerende zaak verboden zonder vergunning van het college of het bevoegd gezag deze zaak of een daarop aanwezige zaak te gebruiken of het gebruik daarvan toe te laten voor het maken van handelsreclame of een naamsaanduiding met behulp van een opschrift, aankondiging of afbeelding in welke vorm dan ook, die vanaf de weg of vanaf een andere voor het publiek toegankelijke plaats zichtbaar is. 2. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet ten aanzien van: a. opschriften, aankondigingen en afbeeldingen in het inwendig gedeelte van een onroerende zaak; b. opschriften en aankondigingen op zuilen, borden, muren of
Nieuw voorgestelde artikel 1. Het is verboden zonder vergunning van het college of het bevoegd gezag op of aan een onroerende zaak handelsreclame te maken of te voeren door middel van een opschrift, aankondiging of afbeelding. 2. De vergunning kan worden geweigerd: a. in verband met redelijke eisen van welstand; b. indien daardoor het verkeer in gevaar wordt gebracht of ernstige hinder ontstaat voor de omgeving. 3. Het eerste lid is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer. 4. Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
andere constructies, aangewezen door de overheid; bestuursrecht van toepassing (positieve beschikking bij niet tijdig c. opschriften en aankondigingen betrekking hebbend op: beslissen), voorzover niet anders bepaald in artikel 3.9 van de Wet – openbare verkoping, aanbiedingen ter verkoop, verhuur of algemene bepalingen omgevingsrecht. verpachting van een onroerende zaak voor zolang zij feitelijke betekenis hebben; – het beroep, de dienst, of het bedrijf dat in of op de onroerende zaak wordt uitgeoefend of waarvoor die zaak is bestemd, zomede op naamborden; mits deze opschriften en aankondigingen gezamenlijk geen grotere oppervlakte hebben dan 0,50 m2 en geen van alle een grotere afmeting in een richting hebben dan 1,00 meter en mits deze opschriften en aankondigingen zijn aangebracht op of aan een onroerende zaak; d. opschriften betrekking hebbend op de naam en/of aard van in uitvoering zijnde bouwwerken en/of op de namen van degenen die bij het ontwerp en/of de uitvoering van het bouwwerk betrokken zijn, mits deze opschriften zijn aangebracht op borden bij of op de in uitvoering zijnde bouwwerken zelf en niet verlicht zijn, zulks voor zolang zij feitelijke betekenis hebben; e. opschriften en aankondigingen aan gebouwen en inrichtingen van openbaar vervoer, indien deze zijn aangebracht ten dienste van dat vervoer; f. opschriften en aankondigingen van kennelijk tijdelijke aard, voor zolang zij feitelijke betekenis hebben, - mits van het aanbrengen ervan tevoren door of vanwege de rechthebbende of de hoofdgebruiker van de onroerende zaak schriftelijk kennisgeving is gedaan aan het college en dit niet binnen twee weken na ontvangst van die kennisgeving van enig bezwaar heeft doen blijken en - mits deze opschriften de veiligheid van het verkeer niet in gevaar brengen of ernstige hinder voor de omgeving veroorzaken. Zodanige opschriften en aankondigingen worden geacht hun tijdelijk karakter te hebben verloren, wanneer deze gedurende meer dan 9 weken op de onroerende zaak aanwezig zijn. 3. Het in het eerste lid gestelde verbod geldt voorts niet voor zover in het daarin geregelde onderwerp wordt voorzien door de Woningwet, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, op de Wet Milieubeheer gebaseerde voorschriften, het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer, de Monumentenwet, een provinciale verordening of artikel 2:10. 4. Een vergunning bedoeld in het eerste lid kan worden geweigerd: a. indien de reclame, hetzij op zichzelf, hetzij in verband met de omgeving niet voldoet aan redelijke eisen van welstand; b. in het belang van de verkeersveiligheid; c. in het belang van de voorkoming of beperking van overlast voor gebruikers van de in de nabijheid gelegen onroerende zaak. 5. Indien paragraaf 3.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht op de voorbereiding van het besluit van toepassing is, dan wordt daarop tevens paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve beschikking bij niet tijdig beslissen) toegepast, met uitzondering van de artikelen 4:20b, derde lid en 4:20f Algemene wet bestuursrecht.
Voorstel: Alle betrokken afdelingen hebben geconstateerd dat de huidige bepaling door alle uitzonderingen onleesbaar is geworden. Volstaan is daarom met een eenvoudiger bepaling. Vanwege het geldend welstandsbeleid wordt de vergunningplicht wel gehandhaafd. Het welstandsbeleid is onlangs opnieuw (vereenvoudigd) door de raad vastgesteld. Hier heeft dus al een deregulering plaatsgevonden. Artikel 4:18 Kampeermiddelen (oud)
Artikel 4:18 Wildkamperen (nieuw)
1. Het is verboden kampeermiddelen te plaatsen of geplaatst te houden buiten een kampeerterrein dat als zodanig in het bestemmingsplan, de beheersverordening, exploitatieplan of een voorbereidingsbesluit is bestemd of mede bestemd. 2. Het verbod geldt niet voor het plaatsen van kampeermiddelen voor eigen gebruik door de rechthebbende op een terrein. 3. Het college kan ontheffing verlenen van het verbod als bedoeld in het eerste lid. 4. Onverminderd het bepaalde in artikel 1:8. kan de ontheffing worden geweigerd in het belang van: a. de bescherming van natuur en landschap; of
1. Het is verboden kampeermiddelen te plaatsen of geplaatst te houden buiten een kampeerterrein dat als zodanig in het bestemmingsplan, de beheersverordening, exploitatieplan of een voorbereidingsbesluit is bestemd of mede bestemd. 2. Het verbod geldt niet voor het plaatsen van kampeermiddelen voor eigen gebruik door de rechthebbende op een terrein en het parkeren van voertuigen bestemd voor recreatie op de weg als bedoeld in artikel 5:6. 3. Het college kan ontheffing verlenen van het verbod als bedoeld in het eerste lid. 4. Onverminderd het bepaalde in artikel 1:8. kan de ontheffing
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
b. de bescherming van een stadsgezicht.
worden geweigerd in het belang van: a. de bescherming van natuur en landschap; of b. de bescherming van een stadsgezicht.
Voorstel: - Voorgesteld wordt om deze bepaling te behouden, wildkamperen wordt niet als wenselijk gezien. Een reden daarvoor is bescherming van natuur en milieu. Het kamperen vindt namelijk meestal plaats in natuur- of bosgebieden. Een andere belangrijke reden is de bescherming van het uiterlijk aanzien (zowel binnen als buiten de bebouwde kom). De ontheffingsmogelijkheid is m.n. relevant voor bepaalde evenementen (bijvoorbeeld de Evangalisatie een paar jaar geleden op het terrein rond kasteel Hoekelum). - Van de werking van het verbod wordt het parkeren van campers, caravans e.d. op de openbare weg uitgesloten. Daarvoor geldt namelijk een aparte bepaling (artikel 5:6). Het is niet de bedoeling dat daarvoor ook nog een ontheffing voor wildkamperen moet worden aangevraagd. Artikel 5:7 parkeren reclamevoertuigen (nu)
Artikel 5:7 parkeren reclamevoertuigen (nieuw)
1. Het is verboden een voertuig dat is voorzien van een aanduiding van handelsreclame, op de weg te parkeren met het kennelijk doel om daarmee handelsreclame te maken. 2. Het college kan van het verbod ontheffing verlenen. 3. Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
1. Het is verboden een voertuig dat is voorzien van een aanduiding van handelsreclame, op de weg te parkeren met het kennelijk doel om daarmee handelsreclame te maken. 2. Het verbod geldt niet indien het voertuig wordt ingezet voor een evenement als bedoeld in artikel 2:24 op de dag of dagen dat het evenement plaatsvindt.
Voorstel: - Voorgesteld wordt om de aparte ontheffing te verwijderen en in plaats daarvan op te nemen dat een evenementenvergunning van rechtswege geldt als ontheffing. Andere gronden om een ontheffing te verlenen zijn er in de praktijk niet. Op deze wijze wordt voorkomen dat zowel een ontheffing als een evenementenvergunning nodig is. Artikel 5:8 Ontheffing grote voertuigen (huidig)
Artikel 5:8 Ontheffing grote voertuigen (nieuw)
1. Het is verboden een voertuig dat, met inbegrip van de lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter te parkeren op een door het college aangewezen plaats, waar dit naar zijn oordeel schadelijk is voor het uiterlijk aanzien van de gemeente. 2. Het is verboden een voertuig dat, met inbegrip van de lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter te parkeren op een door het college aangewezen weg, waar dit parkeren naar zijn oordeel buitensporig is met het oog op de verdeling van beschikbare parkeerruimte. 3. Het verbod in het tweede lid is niet van toepassing op werkdagen van maandag tot en met vrijdag, dagelijks van 08.00 tot 18.00 uur.
1. Het is verboden een voertuig dat, met inbegrip van de lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter te parkeren binnen de bebouwde kom.
4. Het verbod in het tweede lid is voorts niet van toepassing op campers, kampeerauto’s, caravans en kampeerwagens, voor zover deze voertuigen niet langer dan vijf achtereenvolgende dagen op de weg worden geplaatst of gehouden. 5. Het college kan van de in het eerste en tweede lid gestelde verboden ontheffing verlenen.
2. Het verbod geldt niet voor door het college aangewezen gebieden.
3. Het verbod in het tweede lid is voorts niet van toepassing op campers, kampeerauto’s, caravans en kampeerwagens, voor zover deze voertuigen niet langer dan vijf achtereenvolgende dagen op de weg worden geplaatst of gehouden. 4. Het college kan ontheffing verlenen.
Voorstel: Artikel gewijzigd handhaven. Het parkeren van grote voertuigen (vrachtwagens) in de woonwijk leidt tot onoverzichtelijke verkeerssituaties, een vermindering van het uiterlijk aanzien en verlies van parkeerruimte. Op moderne industrieterreinen (bijv. BTA12) is het uit welstandsoogpunt ook niet wenselijk. Om de uitvoeringslast te beperken en de overzichtelijkheid te vergroten worden terreinen aangewezen waar parkeren wél is toegestaan, in plaats van waar het niet is toegestaan. Artikel 5:11 Parkeren/rijden in groenstroken 1. Het is verboden met een voertuig te rijden door een park of plantsoen of een van gemeentewege aangelegde beplanting of groenstrook, of het daarin te doen of te laten staan. 2. Dit verbod is niet van toepassing: a. op de weg; b. op voertuigen die worden gebruikt voor werkzaamheden door of vanwege de overheid; en c. op voertuigen waarmee standplaats wordt of is ingenomen op terreinen die voor dit doel zijn bestemd. 3. Het college kan van het verbod ontheffing verlenen.
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
Voorstel: Bepaling behouden, ontheffing (derde lid) schrappen. Handhaven van de bepaling is wenselijk om het beschadigen van groenstroken te voorkomen. Het gaat meestal om parkerende auto’s, soms om crossende jongeren. Er is nog nooit een ontheffing verleend. Het is ook moeilijk te bedenken waar een ontheffing voor nodig zou zijn. Werkzaamheden van de overheid en evenementen zijn namelijk al uitgesloten. Artikel 5:33 Beperking verkeer in natuurgebieden (huidig)
Artikel 5:33 Beperking verkeer in natuurgebieden (nieuw)
1. Het is verboden binnen voor publiek toegankelijke natuurgebieden, parken, plantsoenen of voor recreatief gebruik beschikbare terreinen te rijden of zich te bevinden met een motorvoertuig, een bromfiets, een fiets of een paard. 2. Het verbod van het eerste lid is niet van toepassing op door het college aangewezen terreinen. Het college kan daarbij nadere regels stellen voor het gebruik van deze terreinen: a. het voorkomen van overlast; b. de bescherming van natuur- of milieuwaarden; c. de veiligheid van het publiek. 3. Het verbod in het eerst lid is niet van toepassing op motorvoertuigen, bromfietsen, fietsen en paarden: a. ten dienste van politie, brandweer en geneeskundige hulpverlening en van andere krachtens artikel 29, eerste lid, Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 door de bevoegde minister aangewezen hulpverleningsdiensten; b. die worden gebruikt in verband met beheer, onderhoud of exploitatie van de terreinen als in het eerste lid bedoeld; c. die worden gebruikt in verband met werken die krachtens wettelijk voorschrift moeten worden uitgevoerd; d. van de zakelijk gerechtigden, huurders en pachters van percelen die gelegen zijn binnen de terreinen als in het eerste lid bedoeld; e. voor het verkeer ten behoeve van bezoek en van de verzorging van de onder d bedoelde personen. 4. Het in het eerste lid gestelde verbod is voorts niet van toepassing: a. op wegen die gelegen zijn binnen de in het eerste lid bedoelde gebieden of terreinen; b. binnen de bij of krachtens een provinciale verordening aangewezen stiltegebieden ten aanzien van motorrijtuigen die bij of krachtens die verordening zijn aangewezen als 'toestel'. 5. Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod. 6. Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
1. Het is verboden binnen voor publiek toegankelijke natuurgebieden, parken, plantsoenen of voor recreatief gebruik beschikbare terreinen te rijden of zich te bevinden: a. met een motorvoertuig of een bromfiets. b. met een fiets of paard buiten de daarvoor bestemde wegen of paden. 2. Het verbod van het eerste lid is niet van toepassing op door het college aangewezen terreinen. Het college kan daarbij nadere regels stellen voor het gebruik van deze terreinen: a. het voorkomen van overlast; b. de bescherming van natuur- of milieuwaarden; c. de veiligheid van het publiek. 3. Het verbod in het eerst lid is niet van toepassing op motorvoertuigen, bromfietsen, fietsen en paarden: a. ten dienste van politie, brandweer en geneeskundige hulpverlening en van andere krachtens artikel 29, eerste lid, Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 door de bevoegde minister aangewezen hulpverleningsdiensten; b. die worden gebruikt in verband met beheer, onderhoud of exploitatie van de terreinen als in het eerste lid bedoeld; c. die worden gebruikt in verband met werken die krachtens wettelijk voorschrift moeten worden uitgevoerd; d. van de zakelijk gerechtigden, huurders en pachters van percelen die gelegen zijn binnen de terreinen als in het eerste lid bedoeld; e. voor het verkeer ten behoeve van bezoek en van de verzorging van de onder d bedoelde personen. 4. Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod. 5. Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.
Voorstel: In het bestaande artikel wordt geen onderscheid gemaakt tussen het aanwezig zijn op de weg in een natuurgebied met een motorvoertuig/bromfiets enerzijds en een fiets/paard anderzijds. Dat is een omissie. Het is immers niet de bedoeling dat motorvoertuigen onbeperkt toegang hebben tot natuurgebieden. Voorgesteld wordt om dat te corrigeren door het maken van een onderscheid in het eerste lid. Verder is de vrijstelling van motorrijtuigen die zijn aangewezen als ‘toestel’ geschrapt: zo’n aanwijzing is namelijk niet gedaan voor het Edese grondgebied. Artikel 5:36 Verboden plaatsen 1. Incidentele asverstrooiing is verboden op: a. verharde delen van de weg; b. gemeentelijke begraafplaatsen en crematoriumterreinen. 2. Het college kan voor een bepaalde termijn verbieden dat op andere plaatsen dan die genoemd in het eerste lid asverstrooiing plaatsvindt. 3. Het college kan op verzoek van de nabestaande die zorg draagt voor de asbus op grond van bijzondere omstandigheden ontheffing verlenen van het verbod uit het eerste lid, behoudens de gemeentelijke begraafplaatsen en crematoriumterreinen.
Voorstel: Tweede en derde lid schrappen. Er heeft nog nooit een aanwijzing op basis van het tweede lid plaatsgevonden en voor bepaalde tijd biedt het ook weinig meerwaarde. Een ontheffing als bedoeld in het derde lid is nog nooit verleend. Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.
Gemeente Ede
Voorstel nieuw toe te voegen artikelen Artikel 4:11 Kapvergunning 1. (….) 2. (….) i. bomen die door hun gezondheidstoestand een onmiddellijk gevaar opleveren voor de omgeving, indien deze situatie tenminste drie werkdagen voorafgaand aan het vellen aannemelijk wordt gemaakt. 3. Het college kan nadere regels stellen over het bepaalde in artikel 2, onderdeel i. Voorstel: Voorgesteld wordt om gevallen van ‘noodkap’ uit te zonderen van de vergunningplicht. Wel wordt een melding verplicht gesteld, zodat het college kan controleren of er echt sprake is van onmiddellijk gevaar voor de omgeving. Aan het college wordt de mogelijkheid gegeven de regeling rond ‘noodkap’ verder uit te werken. Hierin is voorzien zodat het college kan bepalen welke gegevens de melder moet verstrekken om te kunnen constateren of er sprake is van onmiddellijk gevaar. Voor: - Maakt het mogelijk om via een eenvoudige procedure snel over te kunnen gaan tot kap van gevaarlijke bomen. Tegen: - Tegen de melding staat geen bezwaar open. Derden die het niet eens zijn met de kap kunnen dus alleen achteraf een verzoek indienen om een herplantplicht op te leggen.
Gemeente Ede,Postbus 9022, 6710 HK Ede . Telefoon 14 0318 Bezoekadres: Bergstraat 4, Ede E-mail
[email protected]. Website www.ede.nl.