FAQ andere schooltijden
Q1 Waarom moeten de schooltijden herzien worden? A1 Er zijn vier aanleidingen waarom we het proces zijn gestart om te kijken naar andere schooltijden. Hieronder zijn de aanleidingen uitgeschreven, met getallen en de vragen waar we in dit proces een antwoord op willen krijgen. 1. Grote aantallen overblijf kinderen a. soms wel 160 kinderen i. vraag: is er meer behoefte aan overblijf en kunnen we dit nog aan alleen vrijwilligers overlaten ii. vraag: Kunnen we dit op een andere manier regelen? 2. Verschillende schooltijden bovenbouw/onderbouw a. in lesuren bij kleuters/groep 3/4 en groep 5-8 i. groep 1/2 : 905 uur ii. groep 3/4 : 996 iii. groep 5-8 : 1015 uur 1. vraag: kan dit vanuit organisatorisch oogpunt rechtgetrokken worden? 2. vraag: De lange dagen zijn niet effectief voor de concentratie van de kinderen in de middag, kunnen we hier aan tegemoet komen? b. op de woensdag tussen onder- en bovenbouw i. vraag: de verschillende eindtijden op woensdag zijn voor een deel van ouders lastig, kunnen we dit recht trekken? 3. Tevredenheidspeiling a. Er zijn twee vragen in deze peiling gesteld die mede aanleiding hebben gegeven voor dit traject: i. Bent u tevreden met de huidige schooltijden? 1. 17 % geeft aan dit niet te zijn a. vraag: landelijk is dit maar 11 %. Waarom is bij ons op school bijna 1/5 van de mensen ontevreden. Kunnen we dit omlaag krijgen?
2. Bent u tevreden over het overblijven tussen de middag? a. 17% geeft aan dit niet te zijn. Landelijk is dit maar 13%. i. vraag: waarom zijn bij ons meer mensen ontevreden. Kunnen we dit omlaag krijgen? 4. De wens vanuit het team dat er behoefte is aan meer overlegtijd a. In een vergadering van 26 mei unaniem erkent. i. vraag: kunnen we aanpassingen in de (eind)tijden realiseren om meer overlegtijd te creëren voor overleg.
Q2 Is het mogelijk om het huidige schoolsysteem te behouden en geen verandering door te voeren? A2 Dit is een vraag die nog niet duidelijk te beantwoorden is. Wel vindt de werkgroep dat het huidige systeem onvoldoende antwoord geeft op genoemde vragen n.a.v. de aanleidingen. Dit is ook de reden dat het huidige model niet is opgenomen als keuze mogelijkheid in de enquête. Het is middels een democratisch proces belangrijk dat de belangen goed worden afgewogen. Informatieverzameling moet er toe leiden dat er een systeem gekozen wordt dat een oplossing biedt voor de gestelde vragen. Ook een kleine verandering moet in een zorgvuldig proces gebeuren waarin ouders en teamleden meegenomen moeten worden. De getoonde modellen zijn voorstellen, die nog aangepast kunnen worden als nieuwe informatie is ingewonnen. Principe is dat er ruimte is voor hoor en wederhoor. Belangen van ouders én teamleden worden gelijkelijk meegenomen. Draagkracht is belangrijk. Maar het allerbelangrijkste is het belang van het kind. Q3 Wordt het één van de drie voorgestelde modellen, of zijn er nog aanpassingen mogelijk? A3 In de enquête is al de mogelijkheid om uw mening te geven over de pauzetijd en de starttijd. Verder is er overal de mogelijkheid om uw antwoord toe te lichten. Als er aanleiding is om de modellen aan te passen om de
informatie uit de enquête onder ouders en teamleden aangeeft dat dit nodig is, dan wordt dit zeker gedaan. Q4 Wat zijn de kosten van de tussen schoolse opvang? A4 Deze vraag is nog niet te beantwoorden. Het hangt af van de uitkomst van de enquête en de keuzes die op basis daarvan gemaakt worden, zoals hoe lang de pauzes worden en hoe deze worden ingevuld. Indien de TSO verplicht wordt gesteld, kunnen we hier wettelijk gezien alleen een vrijwillige bijdrage voor vragen. Als school echter geheel opdraait voor de kosten, dan gaat dit wel af van de totale kosten en dus ten laste van het onderwijs.
Q5 Kunnen we de prezi van de informatie avond toegestuurd krijgen? A5 Ja dat kan. U kunt hier klikken voor de Prezi. (Ctrl + klikken)
Q6 Kan overblijf verplicht gesteld worden? Of mogen kinderen ook toch naar huis? A6 We gaan ervanuit dat we gezamenlijk, d.w.z. ouders, school en kinderen tot een oplossing komen. Alle wensen worden hierin meegenomen. Als uit de enquête blijkt dat er een wens leeft om de optie ‘thuis eten’ te kunnen blijven bieden dan wordt dit meegenomen. Bij de nu voorgestelde modellen zal wel de insteek anders zijn dan dat het nu is. In het huidige model eet je kind thuis tenzij je overblijf hebt geregeld. In de nieuwe modellen eet je op school tenzij je hebt aangegeven dat je liever hebt dat je kind thuis eet. Q7 Mogen ouders voorkeur uitspreken over de vorm van opvang bij de overblijf? A7 Dit wordt in de enquête meegenomen.
Q8 Worden kinderen in dit proces meegenomen? A8: Ja, de leerkrachten van de groepen 5 t/m 8 zullen met de kinderen in gesprek gaan en ideeën verzamelen. Deze worden overgedragen aan de werkgroep.
Q9 Wordt de duur van de overblijf pauze 45 of 60 minuten? A9 Dat weten we nog niet. Dat zal bepaald worden als alle informatie binnen is en er een duidelijke richting zichtbaar wordt.
Q10 Kan de bso per uur betaald worden? A10Dat is niet mogelijk. De BSO moet zich aan GGD normen houden, zij geven aan dat er 1 pedagogisch medewerker op 10 kinderen moet zijn. Wanneer de BSO ‘ uurtje factuurtje’ laat afnemen draaien de BSO daar verlies op en kunnen zij geen rekening houden met de personele bezettingen van die middag.
Q11 Zijn er ook andere oplossingen mogelijk als ik maar zeer beperkte opvang nodig heb? A11 Misschien is er onderling met andere ouders iets te regelen of met vrienden/buren of een gastouder. Maar school is zeker ook bereid om creatieve oplossingen zoals inzet van brede schoolactiviteiten e.d. te faciliteren. Echter het initiatief hiervoor moet dan wel bij ouders gelegd worden, de school kan hier geen verantwoordelijkheid voor nemen.
Q12 Kunnen we niet het huidige model hanteren met alleen een kortere pauze en het gelijktrekken van de woensdag? A12 Met een dergelijke optie, van alle dagen 8.45 tot 12.15 en van 13.00 tot 15.30 en woensdag tot 12.00, hebben de kinderen van de onderbouw ineens 2 uur meer les in een week en in de bovenbouw 1,5 uur meer in de week en kleuters 4,5 uur extra. Zoveel extra uren op school is niet in het belang van het
kind en geeft daarnaast ook praktische problemen, zoals de extra formatie die je hiervoor nodig hebt.