Nieuwsbrief 5 september 2013
Geen ontkomen meer aan........ of toch? De vakantie zit er bijna op, zichtbaar aan het regiment spinnen, dat zich genesteld heeft onder de deklat van de balustrade van mijn balkon met vrij uitzicht over in ruste zijnde bandijk van de Waal. Iedere vlieg, die zich binnen de grenzen van mijn balkon begeeft en niet in de gaten heeft dat de vluchtweg naar de vrije wereld wordt belemmerd door plexiglas raakt verstrikt in een of ander web. Als hij dan toch een uitweg heeft gevonden dan zal hij weldra ten prooi vallen aan zich als stuntpiloten gedragende zeer overmoedige gierzwaluwen. Deze zijn met z’n vieren hun ouders aan het uittesten om zo hun vliegkunsten voor de trip naar het zuiden te perfectioneren. Het weekend, om de vlinders in uw tuin te inventariseren staat voor de deur op het moment van schrijven. Volgens de kenners is het treurig gesteld met het aantal vlinders, uitgezonderd de luzerne vlinder, die in grote aantallen in de Lieskampen/ Boterkampen zijn waargenomen. Het is niet verwonderlijk, als ik de staat van de vegetatie van het dijktalud in ogenschouw neem. Als deze bekleding niet door de hoge fre-
quentie van het klepelen naar de knoppen gaat, dan wel door de verstikkende werking van de achtergebleven en wegrottende resten vegetatie. De beheerder heeft dan nog het geluk aan zijn zijde dat grote hoeveelheden neerslag op zich laten wachten, anders krijgen we hier dezelfde taferelen in Madurodam formaat als in de derde wereld landen. Terzijde, over ramptoerisme in het weekend hebben we niet te klagen. Een ander staaltje van afstemming tussen vogels en boeren/loonwerkers zag ik afgelopen week. De weersomstandigheden waren van dien aard, dat het overtollige gras van de kampen in de Rampert gekuild kon worden. Hoe snel een ouder paar ooievaars en hun jongen in de gaten hebben dat de maaitrein van de ene kamp zich heeft verplaatst naar een ander is waarlijk ongeloofwaardig. Zij struinen in slagorde de kale vlakte af op zoek naar muizen, kikkers en andere lekkernijen. Ook voor deze slachtoffertjes, die hun bescherming hadden gevonden onder de grasrillen was geen uitweg. Het valt trouwens op dat ook in dit gebied geen groenstroken langs de percelen worden gespaard om onderkomen te bieden. De
1
Nieuwsbrief Natuurwacht Bommelerwaard
grond zal hier ook wel te duur zijn! Dat niet alleen in het wild levende dieren het steeds moeilijker krijgen hebben de kippen van mijn buurman ondergaan. Een nachtelijk bezoek van Reintje staat garant voor enige minuten slapeloosheid. Dit waren zeker geen plofkippen, eerder gillende keukenmeiden! Nu mag ik deze zaken nog uit eigen ervaring aan het papier toevertrouwen. Gezien de ontwikkelingen en gelezen de reacties erop is op niet al te lange termijn de halve Bommelerwaard verhard of van
een glazen overkapping voorzien. De bloemen, die we nu ontberen in de slootkanten en dijkhellingen kunnen we dan wel in een warenhuis kweken. Onze volgende generatie zal het moeten doen met de goed bedoelde veldjes en een op een afgedekte vuilnisbelt aangelegd speelbos. Voor mijn gevoel heb ik het advies van Tommy Wieringa over innerlijke immigratie al opgevolgd. Harry Puijker, voorzitter NWB
Gezocht! Penningmeester. Het bestuur van de Natuurwacht Bommelerwaard is op zoek naar een nieuwe penningmeester. Om gezondheidsredenen heeft onze huidige penningmeester, Piet Tinga moeten besluiten zijn werkzaamheden als penningmeester te beëindigen. Helaas! Want hij was en is een zeer gewaardeerde collega. Hij toont zich nog wel bereid een opvolger in te werken. De verantwoordelijkheden van de penningmeester van de NWB: • Beheren rekening en kas; • Opmaken begroting voorafgaand aan een kalenderjaar; • Opstellen en presenteren van (tussentijdse) financiële verslagen; • Beheren en uitvoeren van transacties (uitgaven en inkomsten); • Innen van contributie. De penningmeester maakt samen met voorzitter en secretaris deel uit van het dagelijks bestuur. De vergaderfrequentie is ca. acht keer per jaar. Jaarlijks is er één de Algemene ledenvergadering. Indien u geïnteresseerd bent kunt u contact opnemen met Harry Puijker, voorzitter van de NWB, telefonisch 06-53946971 of per e-mail
[email protected]. september 2013 2
Even voorstellen Na het vertrek van René Dorleijn uit het bestuur in mei dit jaar kwam er een plekje vrij voor een algemeen bestuurslid. In de algemene ledenvergadering heeft men mij toen het voordeel van de twijfel gegeven om deze vacature op te vullen. Ik stel mij daarom nu graag aan u voor: Mijn naam is Cassandra van Altena en, laat ik dit maar meteen bekennen, ik woon pas sinds twee jaar in de Bommelerwaard. Daarvóór heb ik vrijwel mijn hele leven in Flevoland gewoond, op twee jaar in Amsterdam na tijdens mijn studie. En nu ik toch zo eerlijk tegen u ben, laat ik dan ook maar meteen bekennen dat ik tot een jaar of zes geleden niet zo heel erg geïnteresseerd was in natuur. Die omslag kwam pas toen ik ecologie ging studeren. Daar leerde ik een type mensen kennen waarmee ik tot dat moment nooit in aanraking was gekomen: echte biologen, die nooit op pad gingen zonder verrekijker, planten op naam konden brengen en die ineens konden roepen: ‘kijk, een gehakkelde aurelia!’. Dat werkte nogal aanstekelijk. Mijn vriend (wel afkomstig uit de Bommelerwaard) nam mij mee naar de Lieskampen en hield een verrekijker voor mijn ogen. Niet alleen zag ik toen voor het eerst verschillende soorten eenden (tot dat moment was ik me er überhaupt nooit van bewust geweest dat er meerdere soorten eenden ronddobberden), maar ook nog eens lepelaars. Ja, toen was ik wel om. Sindsdien heb ik het natuurvirus goed te pakken en ga ook ik bijna nooit
meer de deur uit zonder een verrekijker mee te nemen. In het afgelopen anderhalf jaar ben ik steeds meer betrokken geraakt bij de Natuurwacht: eerst als volger van excursies, toen als deelnemer bij de werkgroep ‘Vogels en planten’ en nu dus in het bestuur. Binnenkort zal ik meedraaien als gids tijdens onze excursies (zie de activiteitenagenda voor excursiedata), maar tot die tijd loop ik nog steeds als volger mee, want er is altijd wel weer iets leuks te zien. Ik hoop u op een van die momenten te mogen ontmoeten!
3
Cassandra van Altena
Nieuwsbrief Natuurwacht Bommelerwaard
Wijkers, blijvers en nieuwkomers in het Kloosterwiel Het Kloosterwiel is een uniek natuurgebied van grote cultuurhistorische waarde. Op een kleine 10 ha. zorgen het wiel, de grienden, een rietveldje, meidoornstruweel, essen- en elzenbos voor een enorme diversiteit in flora en fauna. Om ook in de toekomst een mooi en gevarieerd natuurgebied te behouden waren ingrepen nodig. Het westelijke essenbos is door de vrijwilligers van de Natuurwacht in de afgelopen winter uitgedund. Met gele verf werden de “wijkers” gemarkeerd. Grote reuzen van meer dan 25 meter werden vakkundig omgelegd om de “blijvers” te sparen. Nieuwe paden zijn aangelegd. Het was hard werken om voor het vogelbroedseizoen met het werk klaar te zijn. Door de schooljeugd zijn in dit bosgedeelte in februari en maart maar liefst 250 “nieuwkomers” geplant. Tussen de oude essen zorgt de nieuwe aanplant van eiken, elzen, meidoorn en vuilboom voor een afwisselend bos met structuurvariatie. In het zuidelijke deel van het natuurgebied zijn in opdracht van de gemeente rigoureuzere werkzaamheden verricht. De hoge, dikke populieren op de kwelkade werden vanwege hun leeftijd en omvalrisico verwijderd. Hierbij is het essenbos dat er onder stond mee omgetrokken. Tegelijkertijd zijn de oude kwelkades september 2013 4
en de aanwezige rabatten met greppels weer gerestaureerd. Bij oplevering zag het er kaal en naargeestig uit. Geen blijvers. Uitsluitend wijkers. Ik weet nog dat ik mijn ogen niet kon geloven toen ik de hoge stapels boomstammen aan de straat langs het Kloosterwiel zag. De wijkbewoners van de Spellewaard waren geschokt door de kaalslag. De betrokkenheid van de wijkbewoners met het Kloosterwiel bleek overduidelijk op 23 maart. Op die dag kwamen uit alle hoeken van de Spellewaard bewoners met spades om voor hun gekapte essenbos bomen en struiken terug te planten. Ik zag een gezin samen met opa een boom planten ter nagedachtenis aan oma. Een jong meisje kwam met haar vader een boom planten. Een man kwam een zelf opgekweekte kastanje een plaatsje geven. De jeugd van de scouting stroopten hun mouwen op en gingen aan de slag. Zeker 150 mensen, jong en oud, man en vrouw, groot en klein. Samen plantten ze meer dan 1000 bomen en struiken die door de gemeente ter beschikking waren gesteld. 70 eiken, 300 elzen sprieten, 500 essen sprieten, een paar honderd meidoorn, vuilboom en gelderse roos, 50 hondsrozen. Op de plaats van de populieren zijn 30 gele bindknotwilgen terug geplant. Voor de eiken waren machinaal boomgaten gegraven. De overige bomen en struiken moesten met de hand worden ingegraven. Geen licht werk in de vette klei.
En nu, in augustus, zie ik hier een oase van gevarieerd groen met daartussen o.a. bloeiende kattenstaart en tandzaad. Ik ben er door verrast. Eén van de wijkbewoners spreekt van een wedergeboorte vanuit de kaalslag. Wel jammer dat veel van de geplante eiken het niet hebben gered. Ze staan er zielig bij met hun dorre bladeren. De andere bomen en struiken zijn wel goed aangeslagen. Een regelmatige bezoeker vertelt dat er dit voorjaar minder vogels te horen waren. Tja, beseft hij, de jonge bomen en struiken zijn nu nog niet geschikt om er nesten in te bouwen. Weer iemand anders vertelt dat het gebied aantrekkelijker is geworden voor een wandeling. Aan een spoor van hon-
dendrollen leid ik af dat veel honden hier worden uitgelaten. Ik zie kinderen kruipend en sluipend op de kwelkade indiaantje spelen. Ze zijn door de opslag van o.a. bramen vrijwel onzichtbaar. Mensen die ik naar hun mening vraag, reageren overwegend positief. Ze zeggen: “het valt me mee” en “ik ben verbaasd dat het herstel zo snel gaat” en zelfs “dit is mooi en het wordt nog veel mooier”. Eén mevrouw vertelt dat ze elke dag weer verrast wordt, want “ik kijk nu veel bewuster, ik heb er meer oog voor gekregen”. Er groeit iets moois in het Kloosterwiel. De “blijvers”en de “nieuwkomers” gaan een mooie toekomst tegemoet, daarvan ben ik overtuigd.
foto: Harry Kolman
Beppie Schothorst
5
Nieuwsbrief Natuurwacht Bommelerwaard
Mimicry. Beter goed gejat. Mensen passen wel op als ze wespen of bijen zien. Dat is ook wel gepast. Wespen en bijen kunnen steken al doen ze dat niet graag. Het is altijd uit zelfverdediging. Het dient ook geen ander nut. Ze pakken hun voedsel met hun kaken. De angel zit aan de achterkant. De meeste bijen en wespensoorten geven overigens nooit overlast. Ze leven solitair (alleen) en leggen hun eieren in holtes van hout of gangen in de grond. Ze zullen niet uitzwermen om jacht te maken op limonade of vlees en daarmee de augustusbarbecue verpesten. Ze zijn een verrijking voor de tuin. Ze zorgen voor bestuiving en mooie kleurrijke insectenwaarnemingen. Door hun kleurenpracht zijn ze herkenbaar voor mogelijke predatoren die daardoor een overwogen keuze kunnen maken voor ze gestoken worden. Als mens hebben we niets te vrezen. Deze solitair levende wesp heeft geen interesse in bier en limonade. Andere insecten maken dankbaar gebruik van het afschrikwekkende karakter van ‘de wesp’. Dat zijn de zweefvliegen, kevers en vliegen die via co-evolutie de opmars hebben gemaakt tot de meestervervalsers van het dierenrijk. Op de foto’s zijn mooie voorbeelden te zijn van een paar diergroepen. september 2013 6
Biologen spreken dan van mimicry. In dit geval een imitatiewesp of bij die een goed Chinees jaloers zou maken. Deze dieren maken gebruik van de kleuren en het bandenpatroon dat zo kenmerkend is voor die gevaarlijke, angstaanjagende, akelige ondieren. Weg ermee schreeuwen de kleuren en banden. Blijf van mij af. Of ik steek je lek en spuit je vol gif. Niets van dit alles. Bedriegerij is het. Maar een bioloog maak je niets wijs. Daar trappen wij niet in! En sommige predatoren ook niet. Die weten wel beter (al moest ik er voor naar Frankrijk om het vast te leggen). Tekst en foto’s: Dirk Muller
Grote knoopwesp (Cerceris arenaria) ook wel de snuitkeverdoder genoemd omdat deze wesp snuitkevertjes gebruikt als voedsel voor de larven. Van alle foto’s bij dit stukje, de enige wesp.
Penseelkever (Trichius fasciatus) De stadsreus (Volucella zonaria), ook wel hoornaarzweefvlieg. Volstrekt ongevaarlijk maar deze zweefvlieg heeft de grootte van een Hoornaarwesp en leeft daar ook mee samen.
De kleine wespenbok (Clytus arietis). Een kevertje dat er uitziet als een wesp. Als hij stil zit, lijkt het op een afstandje sprekend op een wesp.
Door hun uiterlijk worden pyjamazweefvliegen in eerste instantie makkelijk verward met wespen. Sommige dieren laten zich er echter niet door foppen en lusten wel een nepwesp. De pyjamazweefvlieg (Episyrphus balteatus). Ze komen in de zomer veelvuldig in tuinen voor waar ze nectar drinken van bloemplanten 7
Nieuwsbrief Natuurwacht Bommelerwaard
Steenuilen nieuws 29 juni was het zover... de eerste steenuilenkasten zijn geplaatst! De werkgroep kreeg op deze dag hun “Steenuilencursus”. Tijdens deze cursus hebben we onder deskundige begeleiding eerst de nestkast bij de manege aan de Jan Stuversdreef gecontroleerd... leeg, maar wel gebruikt door Spreeuwen (Spreeuwen brengen allerlei nestmateriaal aan, steenuilen doen dat niet). Daarna 2 nieuwe kasten opgehangen, een aan de Burchtstraat en een aan de Veilingweg, beide in Rossum. Een leerzaam en zeer geslaagd eerste optreden van de werkgroep.
Spreeuwennest
Nu in september worden de werkzaamheden weer opgepakt en zullen de andere 18 kasten hun plek krijgen. En dan maar hopen op succes. Dat gaan we in het vroege voorjaar controleren. U snapt het: U hoort nog van ons. Harry Kolman (foto’s en tekst)
oproep: Leuk, met Steenuilen werken? We kunnen nog best wat menskracht gebruiken en heel veel tijd hoeft dat niet te kosten. Een enkele avond en een paar zaterdagen per jaar dat is alles. Info en/of aanmelden bij:
[email protected]
Richting, hoogte en de constructie zijn van belang.
een bezoek aan www.natuurwachtbommelerwaard.nl is de moeite meer dan waard Overname van artikelen en/of foto’s uit deze nieuwsbrief is toegestaan indien de bron en auteur vermeld worden. september 2013 8