Gebruiksanwijzing Nederlands
DSR 5002 Digital Satellite Receiver
Inhoud 1. Inleiding 2. Productbeschrijving, bijzonderheden 3. Veiligheidsinstructies 4. Het apparaat en zijn functies 4.1 Afstandsbediening 4.2 Bediening aan de voorkant 4.3 Aansluitingen aan de achterkant 5. Ingebruikneming 5.1 Aansluiten van de satellietontvanger 5.2 Eerste stappen 6. Pay TV 6.1 CI-houder 7. Televisie- en radiokanalen kiezen 7.1 Info-box 7.2 Kanalenlijst- en sorteermanager 7.3 Programma-informatie( EPG) 7.4 Ondertiteling 7.5 Teletekst 7.6 Ontvangen van radiokanalen 8. Aanvullende gebruiksinformatie 8.1 Geluidsvolume instellen / stilschakelen van het geluid (MUTE) 8.2 Het laatst gekozen kanaal (LAST) 8.3 Geluidsweergave (Audio) 8.4 Voorkeurlijsten kiezen en bewerken 8.5 Timer programmeren 8.6 Beveiliging toegang 8.7 Code veranderen 9 Menustructuur (hoofdmenu) 10. Uitgebreide bediening 10.1 UHF-modulator 10.2 LNB-instelling 10.3 DiSEqC-instelling 10.4 DiSEqC 1.0 10.5 Antenne-instelling / DiSEqC 1.2 10.6 USALS 10.7 Automatische zoekfunctie 10.8 Handmatige zoekfunctie 10.9 Transponder-Editor 10.10 Datatransmissie 10.11 Alle kanalen wissen 10.12 Fabrieksinstellingen 10.13 Software-update 11 Tips voor het oplossen van problemen 12 Technische specificaties
1. Inleiding Hartelijk bedankt dat u deze digitale satellietontvanger heeft gekozen. Opdat u na het aansluiten van uw schotelantenne en uw televisie snel een bedrijfsklaar apparaat kunt gaan gebruiken, hebben wij het grootste deel van de talrijke televisiekanalen van de satellieten ASTRA en HotBird voor u voorgeprogrammeerd. Als u deze programmering niet wenst of naar uw eigen inzichten wilt programmeren, kunt u de keuze van de televisie- en radiokanalen willekeurig veranderen. De aanwijzingen hiervoor vindt u in deze gebruiksaanwijzing. Om langzamerhand met alle functies van het apparaat vertrouwd te worden en de veelzijdige mogelijkheden ook te kunnen benutten, raden wij u aan, ook bij later gebruik, bij een vraag deze gebruiksaanwijzing steeds weer te gebruiken. Wij wensen u veel plezier met dit SCHWAIGER-product.
2. Productbeschrijving, bijzonderheden - Digitale Set Top Box met 2 Common Interface houders (2CI) voor het ontvangen van vrije en gecodeerde televisiekanalen (via geschikte CA-modules en smartcards) - Volledig metalen behuizing met geïntegreerde adapter - Gebruiksbediening via comfortabel beeldschermmenu - 8 menutalen (Duits, Engels, Frans, Italiaans, Spaans, Turks, Arabisch, Perzisch) - Weergave van DVB-ondertiteling (uit te schakelen) - Timer-functie (10 mogelijkheden) - Toetsen voor alle basisfuncties ook aan de voorkant - EPG: Uitgebreide elektronische programmagids (7 dagen) met overzichtelijke detail-informatie - Geïntegreerde videotekst (OSD) en additioneel Vertical Blanking Interval - Automatische zoekfunctie en handmatig kanalen instellen - Netwerk-zoekfunctie - Volledige kanalenlijst en 5 voorkeurlijsten voor individueel gebruik - Geheugencapaciteit voor 3.000 televisiekanalen - Tonen van het signaal (sterkte, kwaliteit) voor optimaal uitrichten van de schotelantenne - 2 SCART-aansluitingen (coaxiaal en optisch): Voor digitale HiFi- en homecinema-installaties (Dolby Digitaal) - UHF modulator uitgang (kanaal 21 – 68) - 4:3 / 16:9 beeldschermformaat - Geprogrammeerde lijsten voor televisie- en radiokanalen (ASTRA en HotBird) - Software-updates via satelliet (OTA) - Interface voor software-update: RS 232 - SCPC en MCPC ontvangst - Ontvangst in de C / Ku-band - DiSEqC 1.0 en 1.2 - USALS (Universal Satellite Automatic Location System) voor het eenvoudig vinden van nog meer satellieten - Infrarood afstandsbediening met 35 functietoetsen - Vierdelige LED-indicatielamp aan de voorkant - Kortsluitingsbestendige LNB-stroomverzorging - Extra mechanische netschakelaar (achterkant) (Wijzigingen en fouten voorbehouden)
3. Veiligheidsinstructies Dit apparaat werd met inachtneming van alle nationale en internationale veiligheidsvoorschriften geproduceerd. Lees a.u.b. de navolgende veiligheidsinstructies zorgvuldig door:
Stroomvoorziening: 90 tot 250 Volt (zonder omschakeling)
Overbelasting: Overbelaste stopcontacten en aansluitleidingen kunnen een brand of elektrische schok veroorzaken.
Vocht: Bescherm het apparaat tegen druppend en spattend water. Zet geen met vloeistof gevulde voorwerpen (bijv. vazen) op het apparaat.
Schoonmaken: Trek de stekker uit het stopcontact. Gebruik een zachte, vochtige doek (geen oplosmiddel!).
Ventilatie: Ventilatieopeningen van het apparaat mogen niet worden bedekt. Houd het apparaat verwijderd van warmtebronnen (direct zonlicht of verwarmingen).
Onderdelen: Gebruik geen aansluitings- of andere onderdelen die niet door de fabrikant worden aanbevolen. Dit kan schade aan het apparaat tot gevolg hebben.
Aansluiting schotelantenne: Voor het aansluiten van de schotelantenne moet de stekker van de satellietontvanger uit het stopcontact worden getrokken. Anders estaat het gevaar, dat de schotelantenne wordt beschadigd.
Aansluiting tv-toestel: Voor het aansluiten van het tv-toestel aan de satellietontvanger moet de stekker van het tv-toestel uit het stopcontact worden getrokken. Anders bestaat het gevaar, dat het tv-toestel wordt beschadigd.
Aarding: De antennekabel moet met de systeemaarding van de schotelantenne zijn verbonden. De aarding van de installatie moet volgens de nationale veiligheidsvoorschriften zijn uitgevoerd.
Opstelling: Deze satellietontvanger is alleen geschikt voor droge ruimtes. Bescherm het apparaat tegen blikseminslag, regen of direct zonlicht.
Algemene instructies
Probeer het apparaat niet te openen. Stel het apparaat niet aan extreme milieuomstandigheden bloot (vocht, hitte, kou). Ontkoppel het apparaat van het stopcontact, als u kabels aan- of afsluit. Reinig het apparaat alleen met een zachte doek, die eventueel is bevochtigd met water met een mild reinigingsmiddel, schoon. Vermijd beslist dat voorwerpen, vloeistoffen of sprays binnenin het apparaat komen. Reparaties mogen slechts door gekwalificeerde service-instanties worden uitgevoerd. Vraag uw vakhandelaar! De volledige ontkoppeling van uw apparaat van het stroomnet vindt plaats door de mechanische netschakelaar aan de achterkant van het apparaat.
4. Het apparaat en zijn functies 4.1 Afstandsbediening 1 Aan / standby 2 Menu 3 Cursor omhoog / omlaag 4 Cursor LINKS / RECHTS 5 OK (bevestiging) 6 Cijfertoetsen (0-9) 7 RADIO 8 AUDIO 9 TIMER 10 GELUIDSVOLUME (-) / GELUIDSVOLUME (+) 11 Stilstaand beeld van het actuele beeld (pause) 12 TERUG 13 Niet bezet (F1) 14 Niet bezet (F2) 15 teletekst 16 EXIT (afbreken) 17 EPG (programmagids) 18 Pagina verder / terug 19 Voorgaand programma 20 Programma-informatie 21 Ondertiteling 22 stilschakeling van het geluid Batterijen Alvorens de afstandsbediening te kunnen gebruiken, moeten de meegeleverde batterijen erin geplaatst worden. Doe dit als volgt: Open het batterijvakje aan de achterkant van de afstandsbediening. Leg er twee batterijen AAA in. Let bij het inleggen op de polariteit (+) en (-). Sluit de deksel van het batterijvakje. Vervangen van de batterijen: Vervang altijd beide batterijen tegelijkertijd. De combinatie van oude met nieuwe batterijen of batterijen van verschillende merken vermindert het prestatievermogen en kan tot openbarsten van de cellen of uitlopen van elektrolyt leiden.
Functies van de toetsen 1 Aan / standby Aan- en uitzetten van het apparaat bij normaal gebruik. 2 Menu Oproepen van het hoofdmenu. 3 Cursor omhoog / omlaag Om binnen een menu op en neer te bewegen en voor sequentiële programmakeuze.
4. Het apparaat en zijn functies 4 Cursor LINKS / RECHTS Om binnen een menu heen en weer te bewegen en voor sequentiële programmakeuze. 5 OK (bevestiging) Om een menukeuze of een keuze binnen het menu te bevestigen. (Bij televisie-/radio-ontvangst: oproepen van de actuele programmalijst.) 6 Cijfertoetsen (0-9) Om programmanummers in te voeren en andere opties te kiezen (menu). 7 RADIO Om tussen radio- en televisieontvangst te wisselen. 8 AUDIO Om de geluidstaal en de weergavemogelijkheden te kiezen (stereo / mono). 9 TIMER Om het instellingsmenu voor de programma-tijdschakelaar op te roepen. 10 GELUIDSVOLUME (-) / GELUIDSVOLUME (+) Om het geluidsvolume in te stellen. 11 Stilstaand beeld van het actuele beeld (pause) Om het actuele beeld “in te vriezen” (freeze) en naar de normale weergave terug te keren. 12 TERUG Om het menu te verlaten, een actie af te breken of naar het vorige menu terug te keren. 13 Niet bezet (F1) Deze toets heeft bij dit apparaat geen functie. 14 Niet bezet (F2) Deze toets heeft bij dit apparaat geen functie. 15 Teletekst Om de teletekst-weergave op te roepen. 16 EXIT (afbreken) Om een menu te verlaten, een actie af te breken of naar het vorige menu terug te keren. 17 EPG (programmagids) “Electronic Programme Guide”. Om de televisie- of radioprogrammagids (voorzover die informatie wordt uitgezonden) op te roepen. 18 Pagina verder / terug Om binnen de programmalijsten heen en weer te bewegen. Het doorschakelen gebeurt per pagina en dus sneller dan met de cursortoetsen (omhoog / omlaag). 19 Voorafgaand programma (Last) Om tussen het actuele en voorafgaand gekozen televisie- of radioprogramma te wisselen. 20 Programma-informatie Om de informatie-regel onder in beeld op te roepen en verdere beschrijvingen over de actuele en navolgende programma´s te krijgen bij geopend EPG-menu. 21 Ondertiteling Om de DVB-ondertiteling in en uit te schakelen, voorzover dit bij speciale programma´s beschikbaar is. 22 stilschakelen van het geluid Om het geluid in en uit te schakelen
4. Het apparaat en zijn functies 4.2 Bediening aan de voorkant 8
2
5
9
6
DSR 5002
3
4
10
7
1
1 AAN / STANDBY 2 4-delige LED-indicatie 3 Houders voor CA-modules 4 Knoppen voor uitwerpen van modules 5 Infrarood-sensor 6 MENU-toets 7 EXIT-toets 8 OK-toets 9 omhoog / omlaag – toetsen 10 LINKS / RECHTS – toetsen
De basisfuncties van dit apparaat (aan-/uitzetten, menu, exit, ok, cursorfuncties) kunnen zowel met de afstandsbediening als ook met de overeenkomstige toetsen aan het apparaat zelf worden bediend. De infrarood-sensor is voor de ontvangst van de afstandsbedienings-signalen. Het actueel ontvangen televisie- of radiokanaal wordt met de vier cijfers van de kanalen, bestaande uit vier cijfers, in het LED-display getoond. Zogenoemde CA-modules voor gecodeerde programma´s van pay-tv kunnen in de betreffende houders worden geschoven en door het drukken van de knoppen (4) weer worden uitgeworpen.
4.3 Aansluitingen aan de achterkant
5
14
1
2
3
4
7 6
8
10
12
9
11
13
1 Netaansluiting (95-250 Volt) 2 Digitale audio uitgang (optisch) 3 RS-232 interface 4 S-video-uitgang 5 Video-uitgang (analoog) 6 Uitgang voor digitale audio (coaxiaal) 7 Uitgang voor analoge audio (stereo) 8 SCART-aansluiting (TV) 9 SCART-aansluiting (VCR) 10 Ingang voor VHF / UHF schotelantenne 11 UHF-modulator-uitgang 12 LNB-ingang 13 LNB-doorvoer-uitgang 14 Netschakelaar
1 Netaansluiting (95-250 volt) Het apparaat kan zonder omschakeling aan alle gebruikelijke netspanningen worden aangesloten. 2 Digitale audio uitgang (optisch) Optische digitale uitgang voor het aansluiten van Hifi- en homecinema-installaties met geïntegreerde digitale decoder (Dolby Digitaal en Linear PCM).
4. Het apparaat en zijn functies 3 RS-232 interface Alleen voor gevorderden en gekwalificeerd servicepersoneel: Computer interface voor het actualiseren van de software van het apparaat en voor het overdragen van kanaalgegevens op een ander apparaat. 4 S-video-uitgang Analoge video-uitgang voor het aansluiten van homecinema-installaties met overeenkomstige ingang. 5 Video-uitgang (analoog) Analoge video-uitgang voor het aansluiten van homecinema-installaties of monitoren. Het videosignaal is in het “CVBS” (F-BAS)-formaat beschikbaar. 6 Uitgang voor digitale audio (coaxiaal) Elektrische digitale uitgang voor het aansluiten van Hifi- en homecinema-installaties met geïntegreerde digitale decoder (Dolby Digitaal en Linear PCM). 7 Uitgang voor analoge audio (stereo) Geluidsuitgang-aansluiting voor het aansluiten van Hifi- en homecinema-installaties. 8 SCART-aansluiting (TV) Voor het aansluiten van een satellietontvanger aan een tv-toestel. Op deze manier worden alle audio- en videosignalen naar het tv-toestel geleid. 9 SCART-aansluiting (VCR) Voor het aansluiten van een satellietontvanger aan een analoge videorecorder. 10 Ingang voor VHF / UHF schotelantenne Hier kan een extra televisieantenne (bijv. ook analoge kabeltelevisie) worden aangesloten, als deze naar het tv-toestel moet worden doorgeleid. 11 UHF-modulator-uitgang Uitgang van de ingebouwde UHF-modulator. Deze dient slechts dan voor de verbinding met het tv-toestel als er geen andere mogelijkheid bestaat om deze digitale ontvanger met het tv-toestel te verbinden. 12 LNB-ingang (IF INPUT) Hier wordt het coaxiaalkabel van de schotelantenne (bijv. van de multischakelaar) aangesloten. 13 LNB-doorvoer-uitgang (IF OUTPUT) Als u nog een andere digitale of analoge satellietontvanger aan dezelfde schotelantenne wilt aansluiten, kunt u deze met de uitgang IF OUTPUT verbinden. Hier is het “doorgeleide” signaal van de LNB beschikbaar.
Opmerking:
Verwissel bij het aansluiten van de schotelantenne a.u.b. niet de uitgangen IF INPUT en IF OUTPUT!
10
5. Ingebruikneming Dit hoofdstuk beschrijft de stappen, die voor het eerste gebruik van deze receiver noodzakelijk zijn. Om de bediening gemakkelijker te maken, zijn de in Duitsland en Midden-Europa te ontvangen televisie- en radiokanalen van de satellieten ASTRA en Eutelsat (HotBird) reeds vanuit de fabriek voorgeprogrammeerd en in de kanalenlijst gesorteerd in een volgorde zoals de meeste Duitstalige televisiekijkers dit gewend zijn. Het is op ieder tijdstip mogelijk, deze programmering of de volgorde te veranderen.
5.1 Aansluiten van de satellietontvanger Stroomvoorziening Het apparaat kan zonder omschakeling aan alle gebruikelijke netspanningen (95 tot 250 volt) worden aangesloten. TV-toestel Verbindt de TV SCART-aansluiting van de satellietontvanger met een in de handel gebruikelijke SCART-kabel met de SCARTaansluiting van uw tv-toestel. Antenne Sluit de coaxiaalkabel van uw schotelantenne via de aansluiting IF INPUT van de satellietontvanger aan. Details over de aansluitingen aan de achterkant van het apparaat vindt u in het gedeelte “Aansluitingen aan de achterkant”.
5.2 Eerste stappen Met de toets op de afstandsbediening of op de receiver schakelt u het apparaat aan. Het display aan de voorkant van de receiver toont met “ON” (aan) dat het apparaat bedrijfsklaar is. Als het apparaat voor de eerste keer wordt aangezet, verschijnt op uw tv-toestel het taalkeuzemenu. Kies met de toetsen en op de afstandsbediening of op de receiver de gewenste taal en druk dan de OK toets. Als u Duits als taal heeft gekozen, verschijnt het scherm “Willkommen!” (welkom). Uw digitale receiver is vanuit de fabriek al voorgeprogrammeerd. Nadat u enkele instellingen in het menu algemene instellingen heeft uitgevoerd, drukt u EXIT om deze voorprogrammering te laden. Als u deze gegevens niet wilt gebruiken, drukt u MENU, om in het menu installatie zelf de kanalen te zoeken. Druk de OK toets, om naar het menu algemene instellingen te gaan. In het menu algemene instellingen kunt u individuele instellingen kiezen, die met tijdzone (inclusief zomertijd), uw tv-toestel en eventueel gewenste taalveranderingen te maken hebben. Gebruik hiervoor a.u.b. de toetsen en en let ook op de aanwijzingen onder in beeld. - Met de toets EXIT laadt u de vanuit de fabriek voorgeprogrammeerde televisieen radiokanalen. Dit kan ca. 30 seconden duren. (A.u.b. wachten) of - Met de toets MENU komt u in het menu algemene instellingen. Kies hier punt 3 installatie en ga dan naar keuze verder naar punt 1 automatisch zoeken van kanalen of punt 2 handmatig zoeken van kanalen. 11
6. Pay TV Radio- en televisie-uitzendingen via satelliet worden in vrij ontvangbare (FTA) en met kosten verbonden kanalen (Pay TV) ingedeeld. Om Pay TV te kunnen ontvangen moet u een smartcard en zogenaamde CA-moduul van de betreffende programma-aanbieder hebben (ook CAM genoemd).
6.1 CI-houder Deze receiver heeft twee CI (Common Interface)-houders, die geschikt zijn voor het onderbrengen van CA-modules. In het hoofdmenu vindt u onder punt 7 de “Common Interface Manager”, waarmee u informatie over de gebruikte CAmodule uit kunt lezen en bepaalde voorinstellingen kunt kiezen. Kies een van de CI-houders en druk de OK toets, om het op de betreffende smartcard aanwezige menu te tonen. De inhoud van deze menu´s zijn verschillend en hangen af van de gebruikte smartcard. Hier wordt beschreven, hoe men de vanuit de fabriek voorgeprogrammeerde kanalen op kunt roepen. Er zijn drie mogelijkheden:
- Kies het gewenste kanaal met de cijfertoetsen op de afstandsbediening. - Kies het kanaal met de en toetsen op de afstandsbediening of op het apparaat. - Druk dan de OK toets en kies uit de lijst die wordt geopend het gewenste kanaal. Druk dan de OK toets.
7. Televisie- en radiokanaal kiezen 7.1 Info-box Samen met het gekozen televisiekanaal verschijnt onder in beeld gedurende ca. 3 seconden een “info-box”. Om deze “info-box” opnieuw op te roepen, drukt u de INFO toets op de afstandsbediening. Met de EXIT toets drukt u de informatie weer weg. De “info-box” bevat informatie, zoals bijvoorbeeld de titel van het huidige en volgende programma, alsmede de sterkte en kwaliteit van het ontvangen signaal. Meer informatie over de inhoud van een programma kunt u met de INFO toets oproepen. Om alle beschikbare transponder-informatie over ieder willekeurig televisie of radiokanaal op te roepen handelt u als volgt: Druk de OK toets, om de volledige lijst of een willekeurige voorkeurlijst op te roepen. Kies een kanaal met de en toetsen op de afstandsbediening of het apparaat. Druk de INFO toets. 12
7. Televisie- en radiokanaal kiezen 7.2 Kanalenlijst en sorteermanager Digitale televisie biedt een groot aantal kanalen. Daarom worden de te ontvangen kanalen in overzichtelijke lijsten samengesteld en gesorteerd. Om de volledige lijst op te roepen drukt u de OK toets terwijl u televisie kijkt of een radioprogramma beluistert. Met drie van de gekleurde toetsen op de afstandsbediening kunt u de lijsten individueel samenstellen. De rode toets Het sorteren van de lijsten kan op drie verschillende anieren gebeuren: - alfabetisch (A-Z) - alfabetisch (Z-A) - vrij / gecodeerd - satelliet (ASTRA – HotBird of andere) - programma-aanbieders - rubrieken (nieuws, sport, etc.) Denk eraan, dat een door het opnieuw sorteren veranderde individuele volgorde (een andere als boven beschreven) niet meer hersteld kan worden. De groene toets Met de groene toets kunt u de eigen kanalenlijst(en) wisselen. (Deze persoonlijke lijsten maakt u via het “Hauptmenu” (hoofdmenu), submenu “Programm-Manager” (kanaal-manager). De gele toets Met de gele toets kunt u de kanalenlijsten van de beschikbare satellieten oproepen. Daarbij verschijnt telkens het eerste kanaal van een satelliet op het beeldscherm.
7.3 Programma-informatie (EPG) Met de toetsen EPG en INFO kunt de bij het kanaal horende informatie oproepen. Denk er a.u.b. aan, dat niet alle televisie zenders zulke informatie leveren, en indien wel, niet altijd in dezelfde omvang. De EPG bevat meestal informatie over de titel van het programma, programmavolgorde, korte inhoud, etc. Kies het programma waarover u meer wilt weten. Met de toetsen navigeert u door de verschillende programma´s en met de week. Met de OK toets gaat u naar een korte onhoudsopgave.
toetsen tussen de dagen van de
Met de INFO toets komt u eveneens naar de programma-informatie van het actuele programma.
13
7. Televisie- en radiokanaal kiezen Terwijl u televisie kijkt of radio luistert, kunt u de INFO toets gebruiken. Na één keer drukken verschijnt de “info-box”. Extra informatie roept u op met een tweede drukken op de INFO toets. Informatie over het volgende programma krijgt u met de toetsen. U kunt naar het televisieprogramma terugkeren met de EXIT toets of door het nogmaals drukken van de INFO toets.
7.4 Ondertiteling Deze receiver kan DVB-ondertiteling weergeven, die af en toe door enkele aanbieders van kanalen bij bijzondere uitzendingen wordt uitgezonden. Om de ondertiteling in te voegen drukt u de SUBT toets op de afstandsbediening. Druk de SUBT toets nog een keer om de ondertiteling weer uit te schakelen.
7.5 Teletekst Met dit apparaat kunnen teletekstinformaties op twee verschillende manieren worden opgeroepen: De zogenaamde “OSD-Text” (OSD-tekst) gebruikt de in deze receiver geïntegreerde teletekstdecoder. Deze wordt met de afstandsbediening van dit apparaat geregeld. Normaal gesproken verschijnen de pagina´s beduidend sneller dan met de normale teletekst. Bovendien is de weergave mogelijk via monitoren of projectoren, die niet over een eigen teletekstdecoder beschikken. Een tweede mogelijkheid is de “VBI-Text” (VBI-tekst), die het verwerken van de teletekstinformatie aan de decoder in het aangesloten tv-toestel overlaat. In dit geval worden alle teletekstfuncties via de afstandsbediening van het tv-toestel gestuurd. Om de “OSD-Text” te activeren, drukt u de TXT toets op de afstandsbediening van dit apparaat. Het oproepen van de teletekstpagina´s gebeurt met de cijfertoetsen of de toetsen. De functies van de gekleurde toetsen op de afstandsbediening worden in de voetnoot van het teletekstscherm uitgelegd. Met de EXIT toets of door opnieuw drukken van de TXT toets kunt u de weergave van de teletekst beëindigen.
7.6 Ontvangen van radioprogramma´s Mit deze receiver kunnen ook radiokanalen in de DVB-standaard worden ontvangen, die in een uitstekende, bijna cd-hifikwaliteit beschikbaar zijn. Om radio te ontvangen drukt u de RADIO toets op de afstandsbediening. Door het opnieuw drukken van deze toets keert u terug naar het televisieprogramma. Radiokanalen kunnen, net als bij televisiekanalen beschreven, in kanaallijsten worden beheerd. Talrijke radiokanalen worden uitgezonden met uitgebreidere programma-informatie uitgezonden, net als hiervoor bij de televisiekanalen beschreven. Deze informatie kunt u met de EPG en / of INFO toets oproepen.
14
8. Aanvullende gebruiksinformatie
G
Naast de fundamentele en meest gebruikte functies biedt deze receiver nog meer comfortabele bedieningsmogelijkheden, die in dit hoofdstuk beknopt worden beschreven.
8.1 Geluidsvolume instellen / stilschakelen van het geluid (MUTE)
Met de toetsen VOL (+) en VOL (-) op de afstandsbediening kunt u de basisinstelling van het geluidsvolume instellen. Als een van de twee toetsen wordt gedrukt, verschijnt de geluidsvolume-aanduiding op het beeldscherm. Nadat de instelling is afgesloten, verdwijnt deze aanduiding automatisch van het scherm. Druk de MUTE toets op de afstandsbediening, om het geluid tijdelijk stil te schakelen. Druk de MUTE toets opnieuw, om het stilschakelen van het geluid op te heffen (dus het geluid weer in te schakelen).
8.2 Het laatst gekozen kanaal (LAST)
Om op een gemakkelijke manier weer naar het laatste kanaal terug te keren, dat u had ingeschakeld, kunt u de toets LAST (“laatste”) op de afstandsbediening drukken.
8.3 Geluidsweergave (Audio)
De soort geluidsweergave en de taal van het geluid kunnen hier worden veranderd (ingeval de aanbieder van het kanaal de gewenste opties beschikbaar stelt).
Druk de AUDIO toets op de afstandsbediening. Om de taal van het geluid te veranderen drukt u de toetsen en kiest één van de door de zender aangeboden talen. Kies met de toetsen de gewenste weergavemodus. U kunt kiezen tussen analoog STEREO, MONO (L) of MONO (R), alsmede Digitaal Audio “AC3” (voor Dolby Digital / Linear PCM Stereo) kiezen. Als u “AC3” kiest en een installatie voor Dolby Digital of Linear PCM Stereo heeft aangesloten, is de weergave via de analoge geluidsuitgangen (incl. SCART) gedeactiveerd. Om naar de televisieweergave terug te keren, drukt u opnieuw de AUDIO toets of de EXIT toets.
8.4 Voorkeurlijsten kiezen en bewerken
De voorkeurlijst omvat uw lievelingskanalen. U kunt geselecteerde kanalen in één of meerdere voorkeurlijsten groeperen. - Ga naar het menu “Programm Manager” (Kanaalmanager). - Kies “Programme hinzufügen / löschen” (Kanalen toevoegen / wissen). - Neem uit de volledige lijst van kanalen de gewenste kanalen over in uw voorkeurlijst (bijv. LISTA). - U kunt ook kanalen uit de voorkeurlijst verwijderen. - Volg de aanwijzingen op het beeldscherm. - U kunt uw voorkeurlijst ook hernoemen. - Ga naar “Liste umbenennen” (Lijst hernoemen).
15
8. Aanvullende gebruiksinformatie 8.5 Timer programmeren U kunt deze functie benutten, om opnamen met een videorecorder te maken of om deze ontvanger op vastgelegde tijden aan- of uit te schakelen. U kunt maximaal 10 tijden vooraf programmeren. - Druk de TIMER toets op de afstandsbediening. - Er verschijnt de melding “Bitte zuerst Uhrzeit einschalten” (A.u.b. eerst de tijd instellen), gevolgd door het beeldscherm „Einstellung Uhrzeit“ (Tijd instellen). - Stel de actuele tijd in. - Is dit al eerder gedaan, wordt deze stap overgeslagen. - Als het beeldscherm “Aufnahmeliste” (Lijst van opnames) toont, kiest u een beschikbare plek op de lijst en drukt de OK toets. - Hiermee belandt u bij het beeldscherm “Aufnahmeeinstellung” (Instelling van de opname), hier kunt u de vereiste informatie invoeren. - Sluit af met de OK toets.In de “Aufnahmeliste” (Lijst van opnames) kunt u de ingevoerde gegevens controleren.
Opmerking:
Eén minuut voor het begin van de opname verschijnt op het beeldscherm een melding, die vraagt, of met de opname begonnen moet worden. Bevestig met de OK toets of breek af met de CANCEL toets.
8.6 Beveiliging toegang Deze functie zorgt ervoor, dat u bepaalde kanalen of de hele receiver kunt blokkeren. Zo kunt u bijvoorbeeld vermijden, dat uw kinderen naar kanalen of programma´s kijken die voor jongeren niet geschikt zijn. Kies “Zugangsberechtigung” (Beveiliging toegang) in het hoofdmenu. Als dan de melding “Passwort eingeben” (Wachtwoord invoeren) verschijnt, voert u het wachtwoord in. Het vanuit de fabriek ingestelde wachtwoord is de code “0000”. Kies Kanaal blokkeren, als u slechts één of enkele kanalen wilt blokkeren. Kies Toegang blokkeren, als u de receiver al bij het aanzetten wilt blokkeren. Het gebruik is dan alleen mogelijk met wachtwoord.
8.7 Code veranderen Het vanuit de fabriek ingestelde wachtwoord is de code “0000”. Indien noodzakelijk verkrijgt u meer beveiliging, als u de code verandert. Kies “Zugangsberechtigung” (Beveiliging toegang) in het hoofdmenu. Kies “Passwort ändern” (wachtwoord veranderen). Volg de instructies op het beeldscherm. Indien u uw wachtwoord niet meer weet, kunt u de blokkade van het apparaat alleen met een “Master-wachtwoord” opheffen. Hiervoor moet u naar uw vakhandelaar of de dichtstbijzijnde klantenservice. 16
9 Menustructuur (hoofdmenu) 1. Algemene instellingen 1. Tijdzone 2. Zomertijd 3. Beeldformaat 4. Televisiesignaal 5. Menutaal 6. Hoofdtaal van het geluid 7. Hoofdtaal van de ondertiteling 8. DiSEqC 9. HF-modulator
2. Kanaalmanager 1. Lijst hernoemen 2. Kanalen toevoegen / wissen 3. Naam van het kanaal veranderen 4. Volgorde van de kanalen veranderen 5. Kanaal van de volledige lijst wissen
3. Installatie 1. Automatisch zoeken van kanalen 2. Handmatig zoeken van kanalen 3. Transponder Editor 4. Transfer van gegevens van een kanaal 5. Alle kanalen wissen
4. Beveiliging ������������������� toegang 1. Kanaal blokkeren 2. Toegang blokkeren 3. Wachtwoord veranderen
5. Antennensteuerung (Antenne-instelling) 1. Limits setzen (Limieten stellen) 2. Satellit wählen (Satelliet kiezen) 3. Transponder wählen (Transponder kiezen) 4. Fahren Ost / West (Draaien Oost / West) 5. Suchen Ost / West (Zoeken Oost / West) 6. Satellit speichern (Satelliet opslaan) 7. Position neu berechnen (Positie opnieuw berekenen)
17
9 Menustructuur (hoofdmenu) 6. Systeminformation (Informatie over het systeem) Software actualiseren
7. Common Interface Manager Schacht 1 (Modul) (Houder 1 (Module)) Schacht 2 (Modul) (Houder 2 (Module))
8. Werksseitige Voreinstellungen (Fabrieksinstellingen)
10. Uitgebreide bediening In dit gedeelte worden meerdere instellingen en gebruiksprocessen beschreven, die enige vakkennis en ervaring in de omgang met satellietenontvangst en digitale televisie vereisen, om deze zonder problemen te kunnen uitvoeren. Voor de meeste televisiegebruikers moet het eigenlijk niet noodzakelijk zijn om zich met de toepassing, de instelling of de verandering van de hier beschreven processen bezig te houden. In twijfelgevallen raden wij u aan, uw vakhandelaar om raad te vragen.
10.1 UHF-modulator
In enkele buitengewone gevallen kan het noodzakelijk zijn, deze digitale receiver aan een tv-toestel aan te sluiten, die noch over SCART-, noch over Cinch-ingangen voor externe audio- / videosignalen beschikt. In dit geval kan men de ingebouwde UHF-modulator voor het overdragen van het signaal naar het tv-toestel gebruiken. Deze verandert de audioen video-uitgangssignalen van dit apparaat in een standaard UHF analoog televisiekanaal, dat dan door het aangesloten tv-toestel kan worden ontvangen. Let er a.u.b. op, dat de op deze manier bereikte beeld- en geluidskwaliteit niet met de standaard overeenkomt, die men normaal gesproken van digitale televisie verwacht. Verbindt de bus “TV out” van deze receiver met de antenne-ingangbus van uw tv-toestel. Gebruik hiervoor een gestandaardiseerde IEC-antennekabel.
18
10. Uitgebreide bediening Ga naar het menuonderdeel “UHF-Modulator” (UHF-modulator) in het menu “Allgemeine Einstellungen” (Algemene instellingen). Kies met de toetsen een plaatselijk niet bezet UHF-kanaal (CH 21-69). Druk, indien noodzakelijk, meerdere keren de OK toets, om de juiste televisienorm te kiezen (PAL B/G, PAL I, PAL D/K, of NTSC M). De televisienorm die in Midden-Europa het meest wordt gebruikt is PAL B/G. Stem uw tv-toestel op het zojuist gekozen UHF-uitgangskanaal af. Bedien uw digitale receiver zoals gebruikelijk.
10.2 LNB-instelling
Deze ontvanger is vanuit de fabriek reeds op de eisen van de meest gebruikelijke LNB-types ingesteld. U kunt deze instellingen controleren of veranderen, door in het menu “Installation” (Installatie) de submenus “Automatischer Suchlauf” (Automatisch zoeken van kanalen) of “Manueller Suchlauf” (Handmatig zoeken van kanalen) te openen. Indien u de vooringestelde parameters in het submenu “Automatischer Suchlauf” wilt veranderen, moet u eerst de groene toets drukken. Deze parameters zijn vooringesteld: LNB Lo-Frequenz Universal (Universeel) DiSEqC AUS (uit) 22 kHz AUTO 0 / 12 V Control 0V Bovenstaande instellingen hoeven slechts veranderd te worden, als u een bijzondere LNB of een schotelantenne-installatie gebruikt, die met toepassing van DiSEqC-apparaten is gebouwd (bijv. keuzeschakelaars of motor-gestuurde draaiinstallaties). Let hiervoor op de gebruiksaanwijzingen, die bij deze apparaten horen.
10.3 DiSEqC-instelling In het menu “Allgemeine Einstellungen” (Algemene instellingen) is een onderdeel “DiSEqC”. Stel vast, of de optie “DiSEqC 1.0” geactiveerd is, zolang u geen apparaten gebruikt, die de instelling “DiSEqC 1.2” of “USALS” vereisen. Veranderingen kunt u met de toetsen uitvoeren.
10.4 DiSEqC 1.0 In principe zijn er DiSEqC-schakelaars, die voor de omschakeling tussen twee LNB´s geschikt zijn, en andere, die maximaal vier LNB´s kunnen sturen. Kies de positie 1 / 2 / 3 / 4 voor de LNB´s, die aan de betreffende ingang van de DiSEqCschakelaar aangesloten zijn. Details vindt u in de gebruiksaanwijzing van uw DiSEqC-apparaat.
10.5 Antenne-instelling / DiSEqC 1.2 De functie “Antennensteuerung” (Antenne-instelling) maakt het mogelijk, een motor-gestuurde schotelantenne voor het ontvangen van meerdere satellieten te gebruiken. De receiver ondersteunt de DiSEqC 1.2 technologie en het hulpprogramma “USALS” (Universal Satellites Automatic Location System). Dit programma vindt de gewenste satelliet automatisch, als de coördinaten van de ontvangst (lengte, breedte) en de lengtepositie van de gewenste satelliet bekend zijn.
19
10. Uitgebreide bediening Om deze ontvanger aldus in te stellen, moet in het menu “Allgemeine Einstellungen” (Algemene instellingen) de optie -DiSEqC 1.2 of -USALS geactiveerd worden (al naargelang welke antenne-componenten beschikbaar zijn). Ga daarna naar het menu “Antennensteuerung” (Antenne-instelling). Om de schotelantenne door middel van DiSEqC in positie te brengen, moeten als eerste de grenzen van de draaibeweging worden vastgelegd. Hiermee wordt voorkomen, dat de schotelantenne tijdens het draaien een obstakel raakt. Door de instelling van grenswaarden beweegt de antenne zich alleen maar binnen de aangegeven grenzen. Kies “Limits setzen” (Begrenzing vastleggen) en druk de OK toets, Kies “Fahren Ost/West” (draaien Oost/West). Druk ����������� op de toets, om de schotelantenne zo ver mogelijk in oostelijke richting te draaien. Kies “Ost-Limit setzen” (Oostelijke begrenzing vastleggen) en druk de OK toets, om de oostelijke grens op te slaan, die u net heeft bepaald. Kies nog een keer “Fahren Ost/West”. Druk op de toets, om de schotelantenne zo ver mogelijk in westelijke richting te draaien. Kies “West-Limit setzen” (Westelijke begrenzing vastleggen) en druk op de OK toets, om de westelijke grens op te slaan, die u net heeft bepaald.
Opmerking:
Om de begrenzing van de schotelantenne op te heffen, kiest u “Limits deactiveren” (Begrenzing deactiveren) en drukt de OK toets. Om de schotelantenne in het midden te positioneren, kiest u “Referenzposition” (Referentie-positie) en drukt dan de OK toets. Nadat de begrenzing vastligt, moet u de plaats bepalen van de referentie-satelliet.
Markeer in het menu “Antennensteuerung” (Antenne instellen) de optie “Satellit wählen” (Satelliet kiezen) en kies met de toetsen de satelliet. Markeer “Transponder wählen” (Transponder kiezen) en kies de TP met het sterkste signaal. Kies “Suchen Ost/West” (zoeken Oost/West) en druk de toets, om de schotelantenne te draaien. Zoek de positie waarbij de signaalsterkte het grootst is. Als hierbij de positie van de schotelantenne niet op de bestemmings-satelliet is gericht, dan draait u eerst de schotelantenne door in het menu “Fahren Ost/West” (draaien Oost/West) het submenu “Limits setzen” te kiezen. In plaats daarvan kunt u ook “Suchen Ost/West” (Zoeken Oost/West) kiezen en op de toetsen drukken, om de schotelantenne stap voor stap te bewegen. Bij iedere druk op de toets vindt de schotelantenne automatisch de satelliet. Zodra de plaats van de satelliet is bepaald, kiest u “Satellit speichern” (Satelliet opslaan) en drukt de OK toets. De positie van de satelliet wordt in het geheugen opgeslagen. 20
10. Uitgebreide bediening Opmerking:
Als u de in het geheugen opgeslagen satelliet kiest, draait de schotelantenne zich naar de satelliet-positie. Nadat de satelliet is gevonden, moet de positie van de satelliet opnieuw berekend worden. Hiermee hebt u de mogelijkheid een andere satelliet automatisch te vinden doordat u de nu gekozen satelliet als referentiepunt gebruikt. Dit is echter slechts bij benadering de positie, zodat u het zoeken nog fijner moet afstemmen. Kies “Position neu berechnen” (Positie opnieuw berekenen) en druk de OK toets. Als de melding verschijnt, die naar een bevestiging van de keuze vraagt, drukt u de OK toets. Opmerking: De posities van satellieten worden in het menu “Antennensteuerung” (Antenne-instelling) opgeslagen. Daarom moet u de positie van de satellieten, die in het menu “Antennensteuerung” op dit moment niet worden ondersteund, handmatig instellen.
10.6 USALS Deze handige functie maakt het mogelijk de gewenste satelliet met USALS te vinden, als de lengte- en breedtegraad van de plek van ontvangst en de löengtepositie van de satelliet bekend zijn. Bereidt dit apparaat in het menu “Allgemeine Einstellungen (Algemene instellingen), menuonderdeel “DiSEqC” voor het gebruik van USALS voor. Kies met de toetsen de optie USALS. Ga naar “Automatischer Suchlauf” (Automatische zoekfunctie) of “Manueller Suchlauf” (Handmatige zoekfunctie), om het gewenste kanaal met USALS te zoeken. Klik OK op het menuonderdeel “DiSEqC” in het menu “Automatische Suche” (Automatisch zoeken), om het hoofdmenu voor de USALS-instelling te openen. Voer de lengte- en breedtegraad van de plek van ontvangst met de cijfertoetsen in. Gebruik de toetsen, om Oost en West te veranderen. Voer de lengte- en breedtegraad van de gewenste satelliet met de cijfertoetsen in. Gebruik de toetsen, om Oost en West te veranderen. Klik op “Speichern” (Opslaan), om de ingevoerde parameters in het geheugen op te slaan. De schotelantenne wordt op basis van de berekende USALS-gegevens uitgericht. Indien de uitrichting op de satelliet fysisch niet mogelijk is, verschijnt op het scherm een foutmelding. Is dit het geval, dan klikt u op de terugtoets en voert nieuwe gegevens in. Voor het gebruik van de schotelantenne kunt u ter ondersteuning gebruik maken van de opties “Suchen Ost/West” (Zoeken Oost/West) of “Referenzposition” (Referentiepositite).
21
10. Uitgebreide bediening 10.7 Automatische zoekfunctie
Gebruik deze zoekmethode, om de receiver automatisch naar alle kanalen van de gekozen satelliet te laten zoeken.
Kies “Automatischer Suchlauf” (Automatische zoekfunctie) en druk de OK toets. Kies de satelliet met de OK toets. Als u de gegevens van de satelliet wilt veranderen, drukt u de groene toets op de afstandsbediening. Voer de LNB-oscillatorfrequentie en de DiSEqC-gegevens voor de satelliet in. U kunt ook de beschikbare instelling gebruiken. Om de instelling te veranderen drukt u de toetsen. U kunt de transponder (TP), die u wilt gebruiken, kiezen en de afzonderlijke transponders ten aanzien van signaalsterkte en ontvangstkwaliteit vergelijken. Zet DiSEqC op “AUS” (Uit). Kies het te zoeken kanaaltype: FTA, “verschlüsselt” (gecodeerd), “ALLE” (Alle) of “Netzwerk” (Netwerk). Start nu het zoeken naar televisie- en radiokanalen volgens bovenstaande instellingen. Druk hiervoor de rode toets. Het zoeken begint. De namen van de gevonden kanalen verschijnen in een lijst. Druk de EXIT toets, om naar de TV-modus terug te keren en controleer, of de ontvangst van het gekozen kanaal foutloos is. Opmerking bij het zoeken van een netwerk: Bij deze zoekmodus registreert de receiver eerst netwerkinformaties van de door u gekozen transponder. Daarna vindt het automatische zoeken plaats, waarbij alle kanalen binnen het betreffende netwerk worden gezocht. Het aantal gevonden kanalen hangt af van de binnen het netwerk aanwezige transponders. Kies “Netzwerk” (Netwerk) en voer de instelling met de toetsen uit.
10.8 Handmatige zoekfunctie Bij deze zoekmodus moeten de transpondergegevens handmatig in de receiver ingevoerd worden. De handmatige zoekfunctie wordt vaak gebruikt, om naar een bepaald kanaal te zoeken, of om die kanalen te vinden, die door de automatische zoekfunctie niet werden gevonden. De instellingen in dit menu vereisen echter enige vakkennis. Kies “Manueller Suchlauf” (Handmatige zoekfunctie) en druk de OK toets. Kies de satelliet uit, die u wilt zoeken. Voer de LNB-oscillatorfrequentie en de DiSEqC-gegevens voor de satelliet in. U kunt ook de beschikbare instelling gebruiken. Om de instelling te veranderen drukt u de toetsen. Zet de polarisatie van de LNB op “Horizontal” (horizontaal) of “Vertikal” (verticaal). Na invoer van deze instellingen, kiest u “Weiter” (Verder) en drukt de OK toets. Voer de transponder-frequentie in. Voer de Symbolrate in. Kies het te zoeken kanaaltype: FTA, “verschlüsselt” (gecodeerd), “ALLE” (Alle) of “Netzwerk” (Netwerk). Zoekfunctie starten: Druk de OK toets, om het zoeken volgens de bovenstaande instellingen te starten. 22
10. Uitgebreide bediening Een andere zoekfunctie is de “Erweiterte Suchlauf” (Uitgebreidere zoekfunctie). Deze biedt de mogelijkheid, een bepaald kanaal te zoeken, of om die kanalen te vinden, die door de automatische zoekfunctie niet werden gevonden. Voer de PID-cijfers van het te zoeken kanaal in. Voer de Video-PID van het kanaal in. Voer de Audio-PID van het kanaal in. Voer de PRC-PID van het kanaal in. Druk de OK toets,om het zoeken te starten. Druk de EXIT toets, om naar de TV-modus terug te keren en controleer, of de ontvangst van het gekozen kanaal foutloos is.
10.9 Transponder-Editor Hier kunnen gegevens van satellieten veranderd, toegevoegd of verwijderd worden. Kies in het menu “Installation” (Installatie) het submenu “Transponder Editor” en druk de OK toets. Satellieten toevoegen Druk de toetsen , om naar het laatste veld van de lijst te gaan. Druk de OK toets. Er verschijnt een venster, waar u de namen van de toe te voegen satelliet kunt invoeren. Voer de letters met de toetsen in. Gebruik de toetsen, om de positie van de cursor te veranderen. Als u de naam van de satelliet ingevoerd heeft, drukt u de OK toets. Druk de OK toets, om de lijst met TP-gegevens van de toe te voegen satelliet op te roepen. Als het invoerveld voor de TP-gegevens rechts verschijnt, drukt u de OK toets. Voer de TP-gegevens als “Frequenz” (frequentie), “Horizontal/Vertikal” (Horizontaal/Verticaal),Symbolrate enz. in en druk de OK toets. (Voer de frequentie en de Symbolrate met de cijfertoetsen in en kies H / V met de toetsen. Om de voorgenomen invoer ongedaan te maken, drukt u de toets BACK of EXIT. Satellieten wissen Hiermee kunt u een gekozen satelliet wissen. De satellieten, die al vanuit de fabriek zijn ingesteld, kunnen echter niet worden verwijderd Druk de toetsen, om de te wissen satelliet te kiezen. Druk de toets. Er verschijnt de melding, die om een bevestiging vraagt. Als u de OK toets drukt, wordt de satelliet verwijderd. Om het wissen te onderbreken, drukt u de BACK of EXIT toets.
23
10. Uitgebreide bediening TP-gegevens van een satelliet veranderen Voor het veranderen van de TP-gegevens gaat u naar de gewenste satelliet en drukt de OK toets. De TP-gegevens van de satelliet worden rechts getoond. Kies de te veranderen TP-gegevens en druk de OK toets. U kunt nu de gegevens “Frequenz” (frequentie), “Horizontal/Vertikal” (Horizontaal/Verticaal),Symbolrate enz. veranderen. (Voer de frequentie en de Symbolrate met de cijfertoetsen in en kies H / V met de toetsen.) Nadat alle veranderingen ingevoerd zijn, drukt u de OK toets, om de TP-gegevens te actualiseren. Om het veranderen van de TP-gegevens te onderbreken, drukt u de BACK toets. TP-gegevens van een satelliet toevoegen Ga naar de laatste regel van het menu die de TP-gegevens toont en druk de OK toets. U kunt nu de gewenste TP-gegevens als “Frequenz” (frequentie), “Horizontal/Vertikal” (Horizontaal/Verticaal),Symbolrate enz. toevoegen. (Voer de frequentie en de Symbolrate met de cijfertoetsen in en kies H / V met de toetsen.) Druk de OK toets, om de TP-gegevens op te slaan. Om het toevoegen van de TP-gegevens te onderbreken, drukt u de BACK toets. TP-gegevens van een satelliet wissen Ga naar de TP-gegevens, die u wilt wissen. Druk de toets. Er verschijnt de melding op het scherm, die om een bevestiging vraagt. Als u wilt wissen, drukt u de OK toets. Anders drukt u de toetsen BACK of EXIT.
10.10 Datatransmissie Hiermee kunnen de gegevens van een kanaal van een receiver naar een andere worden overgedragen, als het identieke modellen / versies zijn. U kunt tevens de gegevens van uw computer naar een receiver overdragen. Receiver naar receiver Verbindt de twee receivers met een RS 232 C kabel (“0-modem”, gekruist). Ga naar het hoofdmenu, kies “Installation” (Installatie) en kies dan de optie “Datentransfer” (Overdracht van gegevens). Kies “Sender (STB -> STB)” (Zender (STB -> STB)) voor de receiver, die de kanaalgegevens moet zenden. Kies “Sender (STB -> STB)” (Zender (STB -> STB)) voor de receiver, die de kanaalgegevens moet ontvangen. Druk de OK toets op beide receivers, om de overdracht te starten. De receiver die zendt, toont dit met “Sende” (Zend) en op de receiver die ontvangt staat “Empfange” (Ontvang). De voortgang van de overdracht van de kanaalgegevens wordt door een balk aangegeven. Als de overdracht is afgesloten, verschijnt de melding “Complete” (compleet). Als u nu de kanaalgegevens op de master- en slave-receiver controleert zult u merken, dat deze identiek zijn. 24
Kontaktbelegung des Kabels (1) o --------- o (4) (2) o --------- o (3) (3) o --------- o (2) (4) o --------- o (1) (5) o --------- o (5)
10. Uitgebreide bediening Computer naar receiver U moet geschikte software hebben, om de gegevens op uw computer en van uw computer te kunnen overdragen. Deze software kan op verzoek beschikbaar worden gesteld. Kijk op internet bij SCHWAIGER onder www.schwaiger.de. Verbindt de computer en receiver met een RS 232 C kabel (“0-modem, gekruist). Zet in het computerprogramma uw computer op “Sender (Set to Set)” (Zender (Set to Set)). “Sender” (Zender) kenmerkt het apparaat, dat de gegevens stuurt. Ga bij de receiver naar het hoofdmenu, kies “Installation” (Installatie) en daarna de optie “Datentransfer” (uitwisseling van gegevens). Zet de receiver op “Receiver (STB <- PC)”. “Receiver” kenmerkt het apparaat, dat de gegevens ontvangt. Volg de instructies van het computerprogramma, om het proces af te sluiten.
10.11 Alle kanalen wissen Met deze functie kunnen alle kanaalgegevens uit de computer verwijderd worden. Er kunnen dus geen kanalen meer worden ontvangen. Alle verdere individuele instellingen blijven echter bestaan. Ga naar het hoofdmenu, kies “Installation” (Installatie) en kies dan de optie “Alle Programme löschen” (Alle kanalen wissen). Voer het wachtwoord / de code in. Er verschijnt een waarschuwing op het scherm. Om dit proces af te breken drukt u de EXIT toets, om definitief te wissen drukt u de OK toets. Het “Willkommen” (Welkom) scherm verschijnt. Kies uw taal en druk de OK toets. Volg de instructies op het beeldscherm: Kies of de vanuit de fabriek voorgeprogrammeerde kanalen, of kies voor persoonlijk zoeken van kanalen.
10.12 Fabrieksinstellingen Met deze functie worden alle gegevens van kanalen en alle individuele instellingen uit de receiver gewist. De vanuit de fabriek voorgeprogrammeerde kanaallijsten worden weer geactiveerd en alle instellingen van het apparaat worden teruggezet naar de fabrieksinstellingen. Ga naar het hoofdmenu en kies “Werksseitige Voreinstellungen” (fabrieksinstellingen). Voer het wachtwoord / de code in. Er verschijnt een waarschuwing op het scherm. Om dit proces te onderbreken drukt u de EXIT toets, om definitief te wissen drukt u de OK toets. Het “Willkommen” (Welkom) scherm verschijnt. Kies uw taal en druk de OK toets. Volg de instructies op het beeldscherm: Kies of de vanuit de fabriek voorgeprogrammeerde kanalen, of kies voor persoonlijk zoeken van kanalen.
25
10.13 Software-update Indien nodig, kan deze receiver met de telkens nieuwste bedieningssoftware worden geactualiseerd. Er zijn twee mogelijkheden voor de software-update. De eenvoudigste procedure is de software-update via een stelliet (ASTRA 19° Oost). Deze methode is ook bekend als “OTA” (Over The Air). Een andere mogelijkheid is de software-update via de computer, waarbij de RS 232 interface aan de achterkant van de receiver voor de overdracht wordt gebruikt. Software update via satelliet Ga naar het hoofdmenu, kies “Systeminformationen” en noteer de actuele softwareversie, voordat u met de actualisering begint. Hier staat bovendien ook nog de datum en de firmware-versie. Het actualiseren van de softwareversie geschiedt via downloaden via de satelliet. Voorwaarde hiervoor is, dat een actuelere versie beschikbaar is. Druk op de OK toets en voer de code in. Het software-update menu verschijnt. Alle ontvangstgegevens van de transponder zijn al vanuit de fabriek ingesteld. De LNB / DiSEqC instellingen kunnen indien nodig nog worden veranderd. Kies “Software Download starten” en druk de OK toets. De melding “Software Aktualisierung läuft” (Software actualiseren loopt) Als eerste controleert de receiver, of er een actuelere softwareversie beschikbaar is. Na het succesvol downloaden van een nieuwe softwareversie volgt de melding “S/W Aktualisierung beendet!” (S/W actualiseren beëindigd!), en de receiver start automatisch opnieuw weer op. Indien geen actuelere software beschikbaar is, komt de melding “Keine aktuellere Software gefunden. Bitte später noch einmal versuchen.” (Geen actuelere software gevonden. A.u.b. later nog een keer proberen.). Software Update via de computer Dit proces vereist een speciale “Terminal” software voor uw computer. Deze kan via de SCHWAIGER homepage gedownload worden. Kijk hiervoor bij www.schwaiger.de, of er een actuelere versie van de software voor dit apparaat bestaat.
26
11 Tips voor het oplossen van problemen Bij de digitale ontvangsttechniek worden grote hoeveelheden gegevens tegelijkertijd verzonden en verwerkt. Het omschakelen van een kanaal naar een ander kanaal kan daarom iets langer duren, dan u van analoge apparaten bent gewend. Tevens zijn digitale televisieontvangstapparaten “naaste familie” van de personal computer (pc), en de werking ervan komt hiermee in zekere zin overeen. Dat betekent, dat een digitale receiver soms net als een computer zonder vooraankondiging en zonder verklaarbare reden “blijft hangen”. Indien dit een keer gebeurt, ontkoppelt u het apparaat a.u.b. voor korte tijd van het stopcontact (of schakelt het met de netschakelaar aan de achterkant van het apparaat uit). Nadat u het apparaat weer heeft aangezet, zijn alle functies van het apparaat weer in volle omvang beschikbaar. Nr.
Symptoom
1
Geen beeld
- De gegevens van het kanaal zijn veranderd / - Fabrieksinstellingen laden of zoeken van kanalen uitvoeren
2
Geen geluid
- Stilschakeling van het geluid (MUTE) controleren - Audiotaal controleren, Audio-toets drukken en taal veranderen of hoofdgeluidstaal in het menu “Allgemeine Einstellungen” (Algemene Instellingen) veranderen
3
Receiver start niet op
- Netstekker eruit trekken en er weer in stoppen - Contact met de klantenservice opnemen, als het probleem vaker optreedt
4
Zoeken niet gelukt
- DiSEqC- en LNB-instellingen, LNB-kabel controleren
5
Beeldscherm toont voortdurend “Kein Signal” (Geen signaal)
Oorzaak / Probleemoplossing
- DiSEqC- en LNB-instellingen, LNB-kabel controleren - Proberen het gewenste kanaal met handmatig zoeken te vinden
6
Beeld staat stil
- Zwak antenne-signaal - Positie van de schotelantenne controleren, rekening houden met de weersomstandigheden
7
Afstandsbediening doet het niet
- Afstandsbediening gericht en op korte afstand gebruiken - Controleren, of de batterij van de afstandsbediening nog in orde is
8
Voorgeprogrammeerde kanaallijst kan niet opgeroepen worden
- Fabrieksinstellingen laden (nieuwe installatie) - Controleren, of het handmatige / automatische zoeken een resultaat oplevert
9
Herkent de CA-module niet
- Is de CA-module volledig in de houder geschoven? - Zit de CA-module er verkeerd om in?
10
Gecodeerde kanalen kunnen niet worden ontvangen
- Verkeerde CA-module voor het te ontvangen tv-kanaal? - Is de smartcard ongeldig of is het abonnement verlopen?
11
OSD-menu kan niet worden opgeroepen
- SCART-kabel controleren, letten op juiste aansluiting aan de receiver en aan het televisietoestel
12
Download via seriële interface is mislukt
- RS 232 bussen en aansluitkabels controleren - Instellingen van de computersoftware controleren
27
12 Technische specificaties Tuner en Demulator Sat ZF ingang ������������� 950-2.150 MHz Sat ZF uitgang (doorgeleid) ������������� 950-2.150 MHz Sat ZF ingangsimpedantie ������ 75 Ohm SAT ZF ingangspeil ����������������� -65 dbm - -25 dbm LNB schakelspanning �������������������������� 13 / 18 V DC, 400mA max., ������ sluitingsbestendig Bandomschakeling 22 kHz-toon, DiSeqC 1.2, USALS I/Q uitgang asymmetrisch, ����������������� gestuurd door AGC Demulator ���� QPSK Symbol-Rate ����������� 1 – 45 Msps FEC (foutenbescherming) ������������������������ 1/2, 3/4, 4/5, 5/6, 7/8 FEC (Reed Solomon Decodering) FEC: 204, 188, t=8
Interface Aansluitbus 9 Pin D (female) Protocol RS 232 (asynchroon) Gegevensrate 115200 bps (max.) Voorkant 4-delig LED display Programma-nummer, tijd 8 toetsen aan/uit, voor/terug, links/rechts, menu, exit,OK IR sensor 38 kHz
Achterkant SAT ZF ingang F-type (female) SAT ZF uitgang F-type (female) (doorgeleid) Transport Demultiplexer AUDIO (links, rechts) Cinch De-multiplex volgens ISO / IEC 13818-1 VIDEO Ciinch PID verwerking 32 PID Digital Out (SPDIF) Cinch SI-filtering volgens DVB-SI spec TV SCART-aansluiting (ETS 300 468) Video-recorder SCART-aansluiting Video Decoder Parameter S-video Hosiden-bus Video Decodering ����������������� ISO / IEC 13818-2 Optische uitgang Toslink MP@ML Antenne ingang IEC (male) Beeldformaat ����������� 4 :3, 16 :9 RS 232 seriele interface 9 Pin D (female) Resolutie ��������������������� Max. 720 x 576 pixels Afstandsbediening Audio Decoder Parameter Type IR (frequentie 38 kHz) Audio Decodering ����������������� ISO / IEC 13818-3 Batterij 2x1.5V (AAA) �������� Layer I &�� II�� 35 toetsen Power, Mute, 0-9, Weergavemodus ��������������� Mono. stereo��� Page up, Page-down, Sampling-frequenties ������������������ 32 / 44,1 / 48 kHz Exit, Menu CH-UP, CH-DN, Left, Right, Base-Band Video- / Audio-uitgang OK, Info, EPG, F1, F2, Video-uitgangs-impedantie 75 ohm Vol-UP, Vol-DN, TV/Radio Video-uitgangspeil 1Vp_p Last, Freeze, Audio Audio-uitgangs-impedantie 600 ohms (unsymm.) Allgemeen Audio-uitgangspeil 3,0 Vp_p (via Stroomverzorging 90-250 V geluidsvolume-regelaar Stroomverbruik 20 W (max.) Digitale Audio-uitgangspeil 0,5 Vp_p (aan 75 ohm) Afmetingen 340x285x68 mm Gewicht 2,5 kg Microprocessor en geheugen Microprocessor typ ������������������ ST20-C2 (STI������ ����� 5518) Flash ROM (voorprogrammageheugen) 1������������� MB (16 Bit) SDRAM (voor decoder) 4 MB (16 Bit) Veranderingen en fouten voerbehouden 28
29
30
31
Christian Schwaiger GmbH Würzburger Straße 17 D-90579 Langenzenn Hotline 09101 / 702-299 www.schwaiger.de 32